e y espy Hé t ooghe el kund ig maga zine
18 e j a a rg a n g | ma a r t 2014
Markante winnaars Snellenpenning Drik Hoogstede en Aize Kijlstra Innovatieve technologie voor oogartsen VerionTM image guided system Máxima Medisch Centrum deelt eerste ervaringen met Centurion® Vision System
maart 2014
inhoud
eyespy |
p. 4
Máxima Medisch Centrum enthousiast over Centurion® Vision System Als eerste ziekenhuis in Nederland kocht het Máxima in Eindhoven de Centurion®. Volgens Richard Hommersom biedt deze phacomachine meer veiligheid en controle tijdens iedere stap van de operatie.
p. 9
VerionTM en LenSx®: een unieke combinatie Tijdens het ESCRS verzorgde Rudy Nuijts met een uniek live surgery congres de wereldpremière van de VerionTM en de LuxorTM operatiemicroscoop. Volgens de Maastrichtse hoogleraar is de VerionTM in combinatie met met de LenSx® of Centurion® Vision een hele mooie technologische impuls voor de cataractchirurgie.
p. 12
Lichtverstrooiing belangrijk bij onderzoek oogarts Ivanka van der Meulen promoveerde aan de Universiteit van Amsterdam. Bij de beoordeling van visuele klachten moeten oogartsen niet alleen naar de gezichtsscherpte kijken, maar ook naar lichtverstrooiing in het oog, stelt zij in haar proefschrift. Een samenvatting.
p. 14
“Trots om aan zo’n mooi bedrijf leiding te geven” Sinds enkele maanden is Christine Chantrain de nieuwe general manager Alcon in de Benelux. Een vrouw met passie voor de oogheelkunde én Alcon.
p. 18
Alcon EyeSpy is een periodieke uitgave van Alcon Nederland. Redactie Femke De Lint Liesbeth Nomes Jorg De Troyer Jeroen Bastemeijer Redactionele bijdrage Nijst Communicatie Vormgeving en DTP 2d studio in vorm Druk NPN Drukkers Artikelen in deze uitgave of gedeelten daarvan mogen worden over genomen na schriftelijke toestemming van de redactie (tel. 0183-65 43 21). © 2014 Novartis MA2014-172 Dit magazine is gedrukt op 100% gerecycled papier: 140 grams Revive Natural 100 uncoated
2
“Tevreden cliënten, mede dankzij ReSTOR!” Voor het OLCD in Papendrecht zijn de ReSTOR en de torische variant ReSTOR Toric al jarenlang state of the art voor cliënten die van hun bril af willen. Een interview met drs. Martin Struijk, optometrist/directeur bij het OLCD.
p. 20
Vraag naar vitreoretinale zorg blijft stijgen De Nederlandse Werkgroep Vitreoretinale Chirurgie heeft een nieuw bestuur. De redactie ging op bezoek bij de voorzitter Niels Crama, sinds 2005 vitreoretinaal chirurg in het Radboud UMC.
p. 22
Snellenpenning 2013 voor Hoogstede en Kijlstra Slechts één keer in de vijf jaar wordt hij door de afdeling Oogheelkunde van het UMC Utrecht uitgereikt: de Snellenpenning. Onlangs viel de eer te beurt aan twee markante persoonlijkheden: drs. Drik Hoogstede en professor dr. Aize Kijlstra.
Verder in deze EyeSpy Alcon Educatief P. 13 Mogen we aan u voorstellen: Roel Huijnen P. 16 Oogheelkunde & beleid: Integrale bekostiging 2015, column door Roy Bleumink P. 26
Voorwoord De 208e jaarvergadering van het NOG eind maart in Maastricht, is voor mij een bijzondere gelegenheid. Niet alleen omdat dit de eerste NOG jaarvergadering is die ik als nieuwe general manager van Alcon bezoek, maar ook omdat dit de eerste keer is dat wij op het NOG ons Centurion® Vision System laten zien. Onze nieuwe phacomachine, waarover Richard Hommersom van het Máxima Medisch Centrum in Eindhoven u in deze EyeSpy al meer vertelt. Richard Hommersom sluit zijn interview af met de wens dat het Máxima haar Centurion® in de nabije toekomst hoopt te koppelen aan het VerionTM image guided system. Professor dr. Rudy Nuijts verzorgde tijdens het ESCRS met een uniek live surgery congres de wereldpremière van dit innovatieve systeem. Het MUMC+ gebruikt de VerionTM al langere tijd in combinatie met bijvoorbeeld de LenSx® femtosecond cataractlaser. Professor Nuijts vertelde aan de redactie meer over zijn ervaringen. Voor zover ik weet, is het in de geschiedenis van de Snellenpenning nog nooit voorgekomen dat aan een niet-oogarts deze prachtige onderscheiding werd toegekend. Dit gebeurde nu wel. Professor
dr. Aize Kijlstra ontving uit handen van dr. Joke de Boer deze penning. Dezelfde eer viel te beurt aan Drik Hoogstede, die zich al jarenlang enthousiast inzet voor de beroepsgroep. We hadden een gesprek met de twee winnaars. Dit en nog meer oogheelkundig nieuws vindt u in deze EyeSpy, waarmee ik u veel leesplezier wens. Tot slot hoop ik u uiteraard in Maastricht te mogen zien en u persoonlijk te mogen begroeten tijdens onze Alcon Breakfastmeeting op donderdag 27 maart. Hiervoor heeft u separaat een uitnodiging ontvangen. Onder het genot van een ontbijt zullen een aantal gerenommeerde sprekers u dan bijpraten over de laatste ontwikkelingen in de oogheelkunde. Tot ziens bij het NOG in het MECC Maastricht! Christine Chantrain General Manager Benelux
3
eyespy |
maart 2014
Máxima Medisch Centrum enthousiast over Centurion® Vision System De introductie van het Centurion® Vision System had voor het Máxima Medisch Centrum niet op een mooier moment kunnen gebeuren. Richard Hommersom, oogarts in Máxima Medisch Centrum, was met zijn collega’s op zoek naar een vervanger voor het Infiniti® systeem. De proef met de Centurion® beviel zo goed, dat alles op alles werd gezet om de proefplaatsing om te zetten in een definitieve aanschaf. En met succes; waardoor het Máxima ziekenhuis voortaan werkt met de nieuwste phacomachine van Alcon, het Centurion® Vision System. Het Máxima Medisch Centrum in Eindhoven verricht op jaarbasis zo’n 2.800 cataractoperaties. Tot vorig jaar november werden de operaties gedaan met de Accurus® en met de Infiniti®. “Ik was de enige die opereerde met de Infiniti®”, vertelt Richard Hommersom. “Mijn collega’s gebruikten allemaal de Accurus®. Toen deze aan vervanging toe was, besloten we als maat schap met één en dezelfde phacomachine te gaan werken. Dat werd uiteinde lijk de Centurion®. We doen nu een aantal maanden met deze machine onze cataractoperaties en we worden eigenlijk steeds enthousiaster! Niet alleen over de manier van werken met de Centurion®, maar ook over de resultaten die we behalen.” Volgens Richard Hommersom combineert de Centurion® bekende phacotechnologie met een aantal nieuwe state of the art features, die samen de phaco-ingreep optimaliseren. “Centurion® biedt oogartsen meer veiligheid en controle tijdens iedere stap van de operatie. Het systeem past zich voortdurend automatisch aan de veranderende condities in het oog aan. Hierdoor is er tijdens alle stadia van de ingreep een grote stabiliteit van de voorste oogkamer.”
“Centurion® biedt oogartsen meer veiligheid en controle tijdens iedere stap van de operatie”
4
Betere IOP-efficiëntie
Tijdens een cataractingreep is stabiliteit van de voorste oogkamer essentieel. Voor de komst van de Centurion® werd dit gerealiseerd door boven de phacomachine een fles met spoelvloeistof te hangen, waarmee de infusiedruk handmatig werd aangepast. Dit behoort dankzij de nieuwe Active FluidicsTM Technologie van de Centurion® tot het verleden. De zak met spoelvloeistof wordt hierbij tussen twee platen in een compartiment van de machine geplaatst. De platen zorgen voor ofwel compressie dan wel decompressie tijdens dyna mische veranderingen gedurende de ingreep. De snelheid waarmee het Fluid Management System (FMS) zelfs kleine drukveranderingen detecteert is de sleutel tot succes. Het regelt de inflow om te compenseren voor drukverschillen zelfs voordat de chirurg een verandering in voorste oogkamer volume bemerkt. Met deze technologie wordt de voorste oogkamer tijdens de gehele ingreep op de ingestelde target intraoculaire druk (IOP) gehouden. Aspiratieflow, infusiedruk en vacuümsettings wor den door de Centurion® gemonitord en aangepast. “Daar hoef je als oogarts dus niet naar om te kijken. De voordelen zijn immens. Zo is de kans op occlusion break surge en daarmee de kans op een achterste kapselruptuur sterk verminderd. De Centurion®
v erbetert de IOP-efficiëntie. Bij lagere, meer natuurlijke settings, maar ook bij hogere settings blijft de voorste oog kamer stabiel. En dat zorgt voor minder kans op complicaties, minder belasting voor het oog en postoperatief minder klachten bij de patiënt.” BalancedTM Tip
Richard Hommersom vertelt dat de patiënt-tevredenheid de dag na de ope ratie hoger is dan bij de Infiniti®. Hij geeft aan, dat dit óók komt doordat er tijdens de ingreep minder energie in het oog komt, er met lagere settings gewerkt kan
"Bij alle settings blijft de voorste oogkamer stabiel" worden en er dankzij de nieuwe phaco tip, BalancedTM Tip, minder oedeem bij de incisiewond ontstaat. “De Centurion maakt gebruik van de Balanced TM Energy Technologie, waarbij er zeer zuinig met phaco-energie wordt omgegaan door
Richard Hommersom
Foto: Raoul Nijst
middel van OZIL® IP torsional, al dan niet in combinatie met longitudinale phaco, de INTREPID® Irrigation Sleeve en de INTREPID® Balanced TM Tip. Zij leiden tot gereduceerde phaco-energie niveaus,
waardoor er minder hitte opbouw bij de wond is, lagere flow-settings en veiligere vacuümsettings mogelijk zijn, waarbij het lensmateriaal perfect aan de tip blijft.” >
5
eyespy |
maart 2014
Heel tevreden
In het dagelijks gebruik is Richard Hommersom tevreden over de nieuwe phacomachine. “Toen de Centurion® afgelopen oktober bij wijze van proef bij ons werd geplaatst, was ik nogal sceptisch. Het systeem zou nog een stap beter zijn dan de Infiniti®. In mijn beleving kon dat bijna niet. Door ervaring ben ik wijzer geworden.” Op de OK vertelt hij iets meer over de phacomachine. “Tijdens de ingreep laat
Team Richard Hommersom 6
Foto: Raoul Nijst
dit 19-inch scherm in een oogopslag de monitoring van de aspiratieflow, infusion pressure en de vacuüm opbouw zien. Nieuw is ook het wireless voetpedaal. De aspiratieflow- en vacuümsettings zijn te customizen voor de fase in voetpedaalstand 2 en 3, waardoor persoonlijke fine tuning mogelijk is. Persoonlijk ben ik heel enthousiast over het opbouwen van een vacuümlevel tot maximaal in voetpedaal stand 2 tijdens quadrant removal (waarbij het lensbrokstuk
uit de kapselzak wordt getrokken) en vervolgens de geleidelijke daling van het vacuümlevel bij doortrappen naar voet pedaalstand 3. Als het lensbrokstuk een maal aan de phacotip zit, is geen hoog vacuüm meer nodig. Dit zorgt dus voor extra veiligheid met betrekking tot het achterste kapsel.” Richard Hommersom geeft aan dat het met de Centurion® moge lijk is om de snelheid voor de opbouw van de druk in het oog te reguleren. “Hierbij kan worden gekozen van 0 (heel snel) tot 2.0 seconden, zodra het handstuk in het oog gebracht wordt. Het langzaam opbouwen van de druk, resulteert in meer comfort voor de patiënt. Daarnaast kan de hoogte van het niveau van het te opereren oog (patients eye level) met een lampje aan de zijkant van de machine worden ingesteld. Daar het heel goed mogelijk is onder lage IOP-settings (vergelijkbaar met een lage fleshoogte bij de Infiniti®) te werken is dit instellen van patients eye level extra belangrijk geworden voor effectieve flow-dynamiek. Ook wordt in de display getoond hoeveel oogspoelvloeistof nog in de pack zit. Al met al een prachtige technologie die ons als oogartsen op een prettige en effectieve manier ondersteunt tijdens de cataractingreep.” State of the art
De introductie van de Centurion® op de OK in Eindhoven verliep goed. “Als je gewend bent te werken met de Infiniti®,
dan stap je zo over op deze nieuwe phaco machine. Voor mij als Infiniti® gebruiker was de overstap zeer klein. En ook mijn collega’s konden er na een korte instructie meteen mee aan het werk. Ook ons de dicated vaste OK-team is erg te spreken over de machine en toebehoren en ook hun overstap van de andere machines naar deze verliep buitengewoon vlot. Samenvattend kan ik zeggen dat deze nieuwe phacomachine voor ons echt een
"Een echte stap voorwaarts in de dagelijkse praktijk" stap voorwaarts betekent in de dagelijkse praktijk. In combinatie met de exclusieve BalancedTM Tip heb je uiteindelijk een phacomachine waar géén enkele andere machine zich aan kan meten. En als we in de toekomst deze phaco nog eens mogen gaan koppelen aan het VerionTM image guided system, dan zijn we hier in Eindhoven helemaal state of the art. Ik hoop dat we komend jaar deze stap kunnen zetten. Met name omdat de VerionTM bij de implantatie van torische lenzen, de as van de cilinder digitaal weergeeft. En dat is met alle respect voor het vakwerk dat wij als oogartsen dage lijks verrichten, sneller en nauwkeuriger dan het handmatig markeren van de positie van de lens.”
7
eyespy |
maart 2014
Alcon Surgical Breakfast Meeting Innovations in Cataract & Refractive Surgery Donderdag 27 maart 2014 – MECC Maastricht NOG 2014
Mogen wij u verwelkomen tijdens de Breakfast Meeting Innovations in Cataract & Refractive Surgery op donderdag 27 maart 2014 ter gelegenheid van de Jaarvergadering van het NOG in Maastricht ? Tijdens deze meeting in het Maastricht Exhibition & Congress Centre (MECC) informeren enkele sprekers u over de meest recente ontwikkelingen op het gebied van oogheelkunde.
Programma 07:00 – 07:30 Ontvangst 07:30 – 07:35 Opening Alcon 07:35 – 08:10 Prof. R. Nuijts, AZM Maastricht met een uiteenzetting over het VERION™ Image Guided System 08:10 – 08:45 Dr. G. Porro, Amphia Ziekenhuis met een toelichting over de criteria bij de keuze voor een phacomachine en zijn eerste ervaringen met het Centurion® Vision System 08:45 –08:50 Sluiting
U kan zich registreren via alconbreakfastmeeting.eventzilla.net met de secure invite code 2014-142. Een spoedige registratie is wenselijk gezien het beperkte aantal plaatsen.
8
Verion en LenSx®: een unieke combinatie TM
Met de komst van VerionTM image guided system beschikken oogartsen voortaan over een systeem dat zorgt voor een grotere nauwkeurigheid en efficiëntie in de voorbereiding én uitvoering van cataractoperaties. Professor dr. Rudy Nuijts gebruikt de VerionTM al langere tijd. Vorig jaar oktober verzorgde de Universiteitskliniek voor Oogheelkunde van het MUMc+ op het ESCRS met een uniek live surgery congres de wereldpremière van de VerionTM en de LuxorTM operatiemicroscoop. Niet alle oogartsen in Nederland zijn bekend met het VerionTM image guided systeem, waarmee voor cataractoperaties onder andere de incisie en de positie van de IOL exact berekend wordt. De VerionTM is ontwikkeld door Sensomotorische Instruments GmbH, die haar oogheelkundige divisie vorig jaar heeft verkocht aan Alcon. “VerionTM is een mooie aanvulling voor cataractchirurgen” zegt Rudy Nuijts. “Voor wie de machine nog niet kent… iedereen die regelmatig vliegt kent vast wel Privium, het service programma van Schiphol. Bij de grenscontrole van passagiers wordt dan een irisscan gemaakt. Dit is feitelijk ook het idee van de VerionTM.” Hij vervolgt: “Voorafgaand aan de operatie wordt er een scan van de iris en van de bloedvaten van het bindvlies gemaakt. De aldus verkregen unieke landmarks worden digi taal opgeslagen. Tijdens de operatie worden deze digitale beelden real time over de iris en het bindvlies geprojecteerd. Dankzij de tracking technologie worden de juiste bloed vaatjes en iriskenmerken over elkaar heen gelegd. De VerionTM maakt dus een match. Het beeld wordt in de microscoop ge projecteerd. Technisch kun je dit vergelijken met de nieuwste head up display van BMW: op de voorruit van de auto worden bijvoorbeeld de snelheid en de
"Een mooie technologische impuls voor de cataractchirurgie"
navigatie geprojecteerd. Dankzij deze technologie kan de chirurg tijdens de operatie gemakkelijk een aantal functionaliteiten zien én gebruiken, zoals registratie van de patiënt (patiëntveiligheid), tracking van het oog en de plaats van de incisies en de capsu lorhexis, zoals die vóór de operatie bepaald zijn.” Gebruik bij torische lenzen
Eén van de mooiste toepassingen van VerionTM vindt Nuijts het gebruik bij de implantatie van torische lenzen. “Tot nu toe werd de positie van de torische lens met markers, zoals de Pre-op Toric Reference marker en de Intra-op Toric Axis marker, gemarkeerd. Dit is dankzij VerionTM verleden tijd. De as van de cilinder wordt nu digitaal uitgelijnd. Dit is niet alleen functioneler en tijdbesparend, maar bovendien ook nog eens veel preciezer en nauwkeuriger. Ik denk dat de fouten die gemaakt worden met de handmatige stiftmarkeringen, met zo’n 40% worden teruggebracht. In een vergelijking tussen twee patiëntengroepen is de afwijking bij handmatig markeren 4,3 graden. Bij de Verion is dat nog maar 2,3 graden. Dat is toch wel een significant verschil.” Cataract refractive suite
Een ander pluspunt van de VerionTM is dat hij ge koppeld kan worden aan bijvoorbeeld de LenSx® >
9
eyespy |
maart 2014
Rudy Nuijts (rechts) met professor C. Webers in de OK Fotograaf: Ferry Verheij
femtosecondlaser en de nieuwe phaco-emulsificator van Alcon: Centurion® Vision System. “De phacoinformatie van de Centurion®, zoals bijvoorbeeld de hoeveelheid energie of de settings voor de aspiratie en vacuüm, worden ingeblend in de microscoop, via bediening met de footswitch van de Centurion®. Je kunt dan tijdens de ingreep alles digitaal volgen.” Rudy Nuijts geeft aan dat VerionTM één van de grootste ontwikkelingen van de laatste tijd is. “De compati biliteit met bijvoorbeeld de Centurion® heeft echt meerwaarde. Het bespaart tijd en is nauwkeuriger en geeft een beter patiënten outcome. Daarnaast bege leidt VerionTM de oogarts stapsgewijs door de gehele ingreep. Kortom, een innovatie waar oogartsen naar op zoek waren!”
worden aldus optimaal gebruikt. Daarnaast kan de capsulorhexis gecentreerd worden op de preoperatief onverwijde pupil, op de gedilateerde preoperatieve pupil of zelfs op de preoperatieve visuele as. Dit is een evolutie in technologie, waardoor de veiligheid van de patiënt steeds beter gewaarborgd wordt. Al met al is dit een essentiële stap voorwaarts in de verdere robotisering van de cataractchirurgie.” Ondanks het feit dat de incisie en de positie van de IOL uiterst exact berekend worden, vertelt Rudy Nuijts dat Alcon bezig is met een verdere optimalisering van de posi tionering van de incisielocatie: “In deze ontwikkeling wordt de incisielocatie berekend vanuit het geome trisch centrum van de cornea en niet zo zeer vanuit de limbus. En dat zou wederom een enorme stap voorwaarts betekenen!”
Unieke combinatie
Rudy Nuijts vertelt dat in Maastricht de VerionTM is geïntegreerd met de LenSx® femtosecond cataract laser. “Deze Cataract Refractive Suite is een sterke, unieke combinatie! Dankzij de VerionTM technologie bestaat de mogelijkheid om de LenSx® naar een hoger niveau te brengen. De digitale informatie uit de VerionTM wordt doorgeleid naar de LenSx®, zodat automatisch de correctiefactoren in rotatie worden aangegeven en de incisies en de capsulorhexis worden gepositioneerd. De snijkwaliteiten van de LenSx®
10
Vergelijkbare toestellen
Ondanks het feit dat de VerionTM uniek in zijn soort is, geeft Nuijts aan dat er enigszins vergelijkbare apparaten bestaan die werken op basis van aberro metrische principes, zoals de ORA®, Optiwave RefractiveAnalysis. “Persoonlijk heb ik er iets minder vertrouwen in dat met dit apparaat net zo’n adequate postoperatieve uitkomst voorspeld kan worden. Daarnaast heeft de VerionTM een financieel voordeel, doordat Alcon geen fee per procedure berekent. Zo
wordt bijvoorbeeld in Amerika bij het gebruik van de ORA® wel een vergoeding per ingreep berekend. Maar hoe dan ook … het gebruik van de VerionTM met de LenSx® of Centurion® Vision, is voor mij een prachtige combinatie, waarmee Alcon de cataractchirurgie een hele mooie tech nologische impuls heeft gegeven.”
11
eyespy |
maart 2014
promovendus
ivanka van der Meulen Lichtverstrooiing belangrijk bij onderzoek oogarts Op vrijdag 10 januari promoveerde Ivanka van der Meulen aan de Universiteit van Amsterdam bij professor dr. M.P. Mourits en professor dr. R.O. Schlingemann tot doctor in de Oogheelkunde. Zij promoveerde op haar proefschrift ‘Straylight in anterior segment disorders of the eye’, waarin zij stelt dat oogartsen bij de beoordeling van visuele klachten niet alleen naar de gezichtsscherpte moeten kijken, maar ook naar lichtverstrooiing in het oog. Dr. Ivanka van der Meulen is sinds 2004 als oogarts en staflid verbonden aan de afdeling oogheelkunde in het Academisch Medisch Centrum Amsterdam en aan Retina Total Eye Care. Voor haar promotie heeft zij de afgelopen jaren uitgebreid onderzoek gedaan naar strooilicht bij hoornvliesaandoeningen en bij cataract.
Ivanka van der Meulen
foto: Menno Bakker
Strooilicht betreft het deel van het in het oog vallend licht dat wordt verstrooid door de oogmedia. Het draagt niet bij aan de normale retinale beeldvorming, maar leidt tot een tamelijk homogene waas over de gehele retina. Strooilicht vermindert de kwaliteit van het retinale beeld en kan leiden tot klachten van wazig zicht, toegenomen verblinding (glare) en vermindert kleur- en contrast zien. Hoewel strooilicht al langere tijd in ver schillende experimentele en laboratorium studies wordt bestudeerd, is het een
12
relatief nieuwe factor bij klinische over wegingen. Dit komt doordat pas sinds kort een toestel voor klinisch gebruik be schikbaar is. Uit het onderzoek van Ivanka van der Meulen blijkt dat strooilichtmeting een waardevolle aanvulling vormt op de visuele testen die gebruikt worden om patiënten met visuele klachten klinisch te evalueren. Dit, omdat strooilichtmetingen subjectieve klachten kunnen uitdrukken als een kwantificeerbare en reproduceer bare waarde. De patiënten met hoornvliesaandoe ningen die door Ivanka van der Meulen werden gevolgd, hadden last van verhoogd strooilicht in de ogen terwijl hun gezichts scherpte nog goed was. Dit was ook het geval bij een aanzienlijk deel van de patiënten met staar die zij onderzocht. Hoewel meting van de gezichtsscherpte de beoordeling van de visuele functie in de klinische praktijk domineert, blijkt
Congresagenda World Ophthalmology Congres (WOC) Tokyo, Japan 2 - 6 april 2014 www.woc2014.org ASCRS Boston Massachusetts, USA 26 - 30 april 2014 www.ascrs.org
deze meting dus niet in staat om alle aspecten van kwaliteit van zien te verklaren. Strooilicht en gezichtsscherpte zijn slechts in geringe mate gecorreleerd. Visuele stoornissen door toegenomen strooilicht, verschillen van stoornissen veroorzaakt door een daling van de gezichtsscherpte. Hoewel er klinische overlap kan bestaan, kunnen typische strooilichtklachten ontstaan onafhanke lijk van gezichtsscherpteklachten. Van der Meulen adviseert oogartsen om in hun beoordeling of een staarpatiënt wel of niet moet worden geopereerd, ook rekening te houden met de lichtverstrooi ing. Op basis van die metingen kan de oogarts dan weloverwogen vaststellen of een operatie wenselijk of noodzakelijk is. Bovendien kan dan de verbetering van het zicht postoperatief beter gevolgd worden. Samenvattend: niet alleen de gezichts scherpte, maar ook strooilicht is van invloed op het zien. Veelal kijken oogartsen vooral naar de scherpte, maar uit het onderzoek van Ivanka van der Meulen blijkt dat lichtverstrooiing in het oog een even belangrijke beperkende factor is.
ARVO Orlando, USA 4 - 8 mei 2014 www.arvo.org SFO 2014 Parijs, Frankrijk 10 – 13 mei 2014 www.sfo.asso.fr 12th SOI INTERNATIONAL CONGRESS MILAN Milan, Italië 21 -24 mei 2014 www.congressisoi.com
alcon educatief Basis Phaco Cursus – Drs. Tjia Golden Tulip, Epe 12 april 2014 Glaucoomavond Restaurant de Bosbaan, Amstelveen 14 mei 2014 Glaucoomavond Restaurant ’t Zalmhuis, Rotterdam 22 mei 2014
13
eyespy |
maart 2014
Christine Chantrain nieuwe general manager Alcon in de Benelux
“Trots om aan zo’n mooi bedrijf leiding te geven” Christine Chantrain is inmiddels al weer enkele maanden aan het werk als general manager van Alcon in de Benelux. Vorig jaar november volgde zij Wolfgang Tolle op, die met zijn vrouw en dochter terugkeerde naar Amerika. Christine Chantrain is geen onbekende binnen Alcon. Ze was als business unit manager al verantwoordelijk voor Pharma & Vision Care van Alcon in de Benelux. Voor de klanten van Surgicals is het echter een nieuw gezicht. Een kennismaking. Christine Chantrain had al op jonge leeftijd een bijzondere affiniteit met de gezond heidszorg. Na haar studie farmacie begon zij haar carrière in de gezondheidsindustrie. Binnen Novartis bekleedde zij meerdere marketing- en salesfuncties voor zelfzorg geneesmiddelen, gezondheidsvoeding en oogzorg. Uiteindelijk maakte zij de overstap naar de toenmalige oogzorg divisie van Novartis, CIBA VISION BENELUX, als general manager. Medio 2011, bij de integratie met Alcon, werd ze benoemd tot business unit manager voor Pharma & Vision Care van Alcon in de Benelux. En dan nu general manager van Alcon. Zelf is ze heel blij met haar nieuwe functie. “Alcon is een prachtige organisatie om voor te werken. Het is in de Benelux de nummer 1 op het gebied van oogzorg. Om daar samen met de leden van het management team leiding aan te mogen geven, is echt iets wat op mijn wishlist stond. Het is een mooie uitdaging. Want we moeten er im mers voor zorgen dat Alcon de nummer 1 positie vasthoudt en nog sterker en beter wordt. En dat is moeilijker dan een orga nisatie die op een tweede plek staat, naar een eerste te brengen…”, zegt ze lachend.
14
Kennismaking met Surgicals
De afgelopen jaren heeft Christine Chantrain veel ervaring opgedaan in met name de pharmaceuticals en de vision care produc ten van Alcon. In haar nieuwe rol is zij verantwoordelijk voor alle business units, dus ook Surgicals. Een uitbreiding in een voor haar relatief nieuw vakgebied, waar zij zelf heel enthousiast over is. “Nieuwe dingen leren heeft mij altijd geboeid. De afgelopen maanden heb ik best veel tijd geïnvesteerd in het begrijpen van onze chirurgische systemen en producten. Ik heb daarvoor producttrainingen gevolgd, veel gesproken met collega’s en klanten en heb in Parijs een aantal dagen op de OK vertoefd bij dr. Guy Montefiore. Dat was heel leerzaam en leuk om te doen. En voor mij dé bevestiging dat Alcon beschikt over hoogwaardige kwalitatieve tools, waarmee oogartsen optimaal hun werk kunnen doen!” Affiniteit met de oogheelkunde
Eén van de belangrijkste redenen voor Christine Chantrain om farmacie te gaan studeren, was en ís haar persoonlijke affiniteit met de gezondheidszorg. De
oogheelkunde heeft hierin bij haar een speciale plaats verworven. “Het oog is toch één van de belangrijkste menselijke zintuigen en het ‘zien’ heeft een zeer grote invloed op de kwaliteit van leven. Niet òf slecht zien vindt niemand leuk. De behoefte aan oogzorg is dan ook enorm. Zo heeft bijvoorbeeld ongeveer de helft van de mensen een visuscorrectie nodig, is droge ogen een veelvoorkomend probleem en is glaucoom nog steeds één van de belangrijkste redenen dat mensen blind worden. Het oplossen van deze oogheelkundige problemen, het meehel pen mensen beter te laten zien, is mijn drive en de core business van Alcon. En dat doen we met veel plezier en inzet, door permanent innovatief bezig te zijn.” OK van de toekomst
Eén van de mooiste recente oogheelkun dige innovaties van Alcon vindt Christine Chantrain de nieuwste phacomachine, Centurion® Vision System. “Deze hebben wij afgelopen najaar tijdens het ESCRS geïntroduceerd. Deze phaco is zeker op het gebied van vloeistofdynamiek een enorme stap voorwaarts. Samen met de
Christine Chantrain exclusieve bijbehorende Balanced TipTM, vormt de Centurion het nieuwe lens chirurgie platform van de toekomst. Daar naast zullen wij dit jaar nog een aantal innovaties op het gebied van de cataract chirurgie introduceren. In deze ontwik kelingen staat de ‘OK van de toekomst’ centraal. Kortom ontwikkelingen die de cataractchirurgie nog sneller, effectiever en betrouwbaarder maken. Daar investeren wij voortdurend in. Verder wordt in de loop van dit jaar Jetrea® gelanceerd. Dit is
"Een partner waar oogartsen op kunnen bouwen én vertrouwen" een intravitreale injectie met ocriplasmine, waardoor de vitrectomie in sommige gevallen overbodig zou kunnen worden. Een prachtig product, met veel potentie”, zegt zij enthousiast. Toekomst
Christine Chantrain kijkt vol vertrouwen naar de toekomst. “Alcon vervult een vooraanstaande rol in de Nederlandse
oogzorg. Zowel op het gebied van vision care, pharma als surgicals behoren we tot de marktleiders. De grootste uitdaging waar de zorg volgens mij voor staat, is de betaalbaarheid er van. Er zal steeds meer gelet gaan worden op kosten versus kwaliteit. Dit betekent dat je als bedrijf moet blijven streven naar het leveren van superieure kwaliteit. Niet alleen in je producten, maar óók in service en de ken nis van je medewerkers. Dat is de reden dat wij bijvoorbeeld blijven investeren in research and development, zodat we innovaties kunnen blijven realiseren voor de oogheelkunde. En voor oogartsen dus een partner zijn waarop zij kunnen bou wen én vertrouwen. Dat is in mijn optiek dé inzet voor de komende jaren, zodat Alcon haar positie in de Benelux, mede dankzij de oogartsen, kan behouden en versterken.” Fantastisch team
Inmiddels is Christine Chantrain een aantal maanden aan het werk als general manager. “Het was een intensieve, maar wel heel leuke periode, met veel verande ringen. Niet alleen voor mij persoonlijk,
maar ook voor de organisatie. Zo is mijn oude Business Unit Pharma & Vision Care opgesplitst. Berno Maaswinkel geeft nu leiding aan de Business Unit Pharma en Bruno Crepain is de nieuwe business unit manager van Vision Care. Twee mannen, voor één vrouw”, zegt ze lachend. Al met al is Christine Chantrain een trotse nieuwe general manager van Alcon. “Het is een prachtig bedrijf, met mooie klanten en een fantastisch team van collega’s. Een team dat zich kenmerkt door passie voor de oogheelkunde, hun klanten en ‘hun’ Alcon. Dat heb ik zelf ondervonden. De afgelopen maanden heb ik veel klanten, die ik nog niet kende, voor de eerste keer ontmoet. Overal werd ik heel hartelijk, positief en open ontvangen. Volgens mij zegt dit minder over mij, maar meer over het vertrouwen dat klanten hebben in Alcon. Zonder dat de klanten mij kenden, gaven ze mij echt het gevoel: ‘Als Alcon deze mevrouw benoemd heeft tot general manager, dan zal het zonder meer de juiste vrouw op de juiste plek zijn’. En dat is toch zeker de verdienste van al mijn collega’s!”
15
eyespy |
maart 2014
Mogen we even aan u voorstellen…
Roel Huijnen Begin dit jaar is Roel Huijnen (30) bij Alcon in dienst getreden als Medical Sales Representative. Voor oogartsen in zuidoostNederland is hij het aanspreekpunt voor glaucoom, staar en droge ogen. Toen Roel Huijnen zes jaar geleden klaar was met zijn studie marketing, wist hij vrij snel wat hij wilde gaan doen. Hij had affiniteit met de gezondheidszorg en wilde daarin graag een commerciële functie vervullen. Via Quintilis in Hoofddorp ging hij werken aan een project voor Procter and Gamble. “Dat was erg leuk en leerzaam”, weet Roel nog. “Ik mocht allerlei cursussen volgen om mijn medische en farmaceu tische kennis op peil te brengen. Mijn eerste opdracht was het managen van een rayon voor wat betreft osteoporose. Verder was ik verantwoordelijk voor het relatiebeheer met huisartsen en medisch specialisten. Onder mijn leiding is toen ook een nieuw product geïntroduceerd.” Hierna maakt hij de overstap naar VSM, waar hij twee jaar rayonmanager was voor homeopathische en fytotherapeutische genees middelen. “In die tijd kwam ik in contact met iemand van MSD. Hij vroeg of ik –wederom via Quintilis- geïnteresseerd was om een tijdje als rayon manager cholesterol, anticon ceptie, allergie en osteoporose te werken. Een bijzonder leerzame periode.” Hierna maakt Roel nog een uitstapje naar het Spaanse Almirall, om uiteindelijk aan de slag te gaan als Medical Sales Representative bij Alcon. “Een prachtig bedrijf om voor te werken, met mooie producten, goede collega’s en een hele leuke klantenkring. Ik ben pas net begonnen met een kennismakingsrondje langs mijn klanten, maar het voelt heel erg goed.” Roel woont in Limburg, in Weert, ook wel de Poort van Limburg genaamd. Zijn vrije tijd heeft hij hard nodig voor al zijn hobby’s. “Ik hou van motorrijden door het heuvelachtige Zuid-Limburg of het gezellige Brabant. Squash, doe aan hardlopen, fitness en kook graag. Daarnaast vind ik het heel leuk om mensen te ontmoeten en met ze om te gaan. Wat dat betreft zit ik bij Alcon heel goed.”
16
A world of more possibilities. ™
The family of AcrySof IQ ReSTOR Multifocal IOLs gives you the confidence to recommend to more patients. ®
®
For cataract patients who desire more, the family of AcrySof® IQ ReSTOR® Multifocal IOLs offers: • More options for more patient vision needs • More opportunities for decreased spectacle dependence • More confidence from the most implanted IOL platform 1
1
2
For information, contact your Alcon sales representative today.
AcrySof IQ ReSTOR +3.0 D IOL ®
®
AcrySof IQ ReSTOR AcrySof IQ ReSTOR +3.0 D Multifocal Toric IOL +2.5 D IOL ®
®
®
®
AcrySof IQ ReSTOR +2.5 D Multifocal Toric IOL ®
®
1. AcrySof® IQ ReSTOR® IOL Directions for Use. 2. Data on file. Alcon R&D Technical Report. © 2014 Novartis MA2014-172
MULTIFOCAL IOLs
Deliver More
17
eyespy |
maart 2014
“Tevreden cliënten, mede dankzij ReSTOR®!” Afgelopen zomer betrok OoglaserCentrum Drechtsteden (OLCD) haar nieuwe pand in Papendrecht. In deze nieuwe kliniek is naast een OK voor ooglaserbehandelingen, een Klasse 1 OK voor implantlenzen gerealiseerd. Sinds 1 december worden de ruimtes van het OLCD ook gebruikt door de Oogkliniek Drechtsteden, het eerste zelfstandige behandelcentrum voor verzekerde oogheelkunde in de regio Drechtsteden. Hier kunnen patiënten terecht met al hun oogheelkundige problemen, zoals bijvoorbeeld glaucoom, macula degeneratie en staar. Het OoglaserCentrum Drechtsteden is een privé kliniek gespecialiseerd in ‘scherp zien zonder bril of lenzen’. Naast ooglaserbehandelingen maken de oogartsen van het OLCD hiervoor gebruik van refractieve lens exchange. Hierdoor kunnen ze nage noeg al hun cliënten een oplossing bieden voor een comfortabel leven zonder afhankelijk te zijn van een bril of contactlenzen. Drs. Martin Struijk, optometrist/ directeur bij het OLCD, vertelt dat de keuze voor een laserbehandeling of een implantlens uiterst zorg vuldig moet gebeuren. “Cliënten komen naar ons met de vraag: ‘Kunt u mij van mijn bril afhelpen?’. Zij gaan er dan a priori van uit dat zij na de ingreep net zo goed of soms nog beter kunnen zien. Het verwachtingspatroon van onze cliënten is dus heel hoog!”
"Het verwachtings patroon van onze cliënten is hoog!"
Selectie
Het OLCD streeft naar een optimaal eindresultaat voor al haar cliënten. Een goede inventarisatie van de wensen van de cliënt én een grondig medisch en optometrisch onderzoek, zijn volgens Martin Struijk dan ook randvoorwaarden. “Afhankelijk van de wens, het beroep, de hobby’s van de cliënt én de resultaten van het (biometrisch) onderzoek, beslissen oogarts en cliënt samen welke oogheelkundige oplossing in 18
aanmerking komt. En dat is altijd de behandeling die het beste is voor de cliënt. Vaak wordt dan gekozen voor een ReSTOR®. Maar soms is een andere (mono focale) IOL gewenst. Of helemaal geen IOL, maar een laserbehandeling. En soms wordt er voor gekozen om niet te behandelen. Als een cliënt met een hoge gezichtsscherpte en een goede bril verwacht nog be ter te gaan zien dan met zijn bril, dan zullen we juist niet behandelen omdat de verwachting dan te hoog is. Onze artsen zijn hierin heel secuur. Het antwoord op de vraag: ‘Wat wil de cliënt met de behandeling bereiken?’, is dus cruciaal. Met een zorgvuldige selec tieprocedure, kun je naderhand uitstekende resultaten behalen, met tevreden cliënten. En wij zijn alleen tevreden, als onze cliënten tevreden zijn!” Selectieprocedure
Martin Struijk legt uit dat de selectieprocedure vooraf gaand aan een lensimplantatie, verdeeld is in een aantal stappen. “Nadat de wensen van de cliënt besproken zijn, volgt er een uitgebreide -vrijblijvende- optome trische en medische quickscan door een optometrist. Na de quickscan bespreken we de resultaten en geven een indicatie van mogelijke oplossingen. Hierna volgt een uitgebreid vooronderzoek door één van onze oogartsen. Zij onderzoeken de gezondheid van het oog en verrichten de benodigde oogmetingen. Heel
De lenzen zijn volgens onze oogartsen uitstekend te positioneren. Dankzij de haptics blijven de lenzen gepositioneerd zoals tijdens de ingreep bedoeld. Dit is zeker ook bij torische lenzen heel belang rijk. Ze zitten heel stabiel. In tegenstelling tot IOLs die van hydrofiel acrylaat zijn. Die hebben nogal eens de neiging in de kap selzak te verschuiven. En dat is iets wat wij als OLCD absoluut niet willen!” Tevredenheid
Martin Struijk
Fotograaf: Ferry Verheij
belangrijk is de biometrie. Wij gebruiken Wij gebruiken een Topolizer, een Pentacam1 en de Biograph ( = Lenstar²), zodat we zo nauwkeurig mogelijk de cilinder en de lenssterkte kunnen vaststellen. Hierbij spelen de eigen uitkomsten van de kliniek (nomogram) ook een grote rol!” Martin Struijk benadrukt dat het voor het realise ren van tevreden patiënten erg belangrijk is dat de patiënt goed geïnformeerd wordt over alle voor- en nadelen van multifocale IOLs. “Voor een patiënt moet het duidelijk zijn dat een multifocale IOL bijvoorbeeld gepaard gaat met contrastverlies. En dat hij halo’s in het donker zal ervaren. Ondanks het feit dat halo’s op den duur verdwijnen, zeggen wij standaard tegen de patiënt dat hij hier last van zal hebben.” ReSTOR®: state of the art
ReSTOR® en de torische variant ReSTOR Toric® zijn de IOLs die de oogartsen van het OLCD het meest gebruiken. “Het zijn kwaliteitslenzen. Voor ons al jarenlang state of the art. Zowel het hydrofobe ma teriaal, de vorm als de afmeting maken deze IOLs ideaal voor refractieve chirurgie.
De postoperatieve resultaten die de oogartsen van het OLCD behalen zijn uitstekend. “En”, vervolgt Martin Struijk, “de patiënten zijn heel tevreden! Dat blijkt uit de evaluatiegesprekken die wij met ze voeren én de tevredenheidsmetingen die een extern bureau voor ons verricht. Het is fijn om bevestigd te zien dat we hoge cijfers scoren als het gaat om cliëntentevre denheid. Maar het is ook belangrijk om te kijken naar je ontevreden cliënten! Cliënten die ondanks alle nazorg de geïmplanteerde lens geëxplanteerd willen hebben. Bij ons is dat het geval bij minder dan 2 op de 1.000 cliënten. Een score om trots op te zijn? Natuurlijk! Maar wij vinden het nog teveel. Wij streven ernaar om dit nog lager te krijgen. Dat blijft onze uitdaging!”
van +2.5 D en +3 D, waardoor de lens echt afgestemd kan worden op de levensstijl van de patiënt. Zo is de +2.5 D ideaal voor de patiënt die een optimaal zicht wil voor veraf en voor de tussenliggende afstand. Ideaal voor computerwerk, tv kijken op de iPad of voor mensen die veel autorijden. De +3 D is dan weer geschikter voor mensen die na de operatie willen zien zonder bril, maar naast veraf ook goed willen kunnen lezen.” Martin Struijk zegt dat de oogartsen van het OLCD het prettig zouden vinden als binnen de torische range een uitbreiding komt aan de mogelijkheden van correc ties van astigmatisme. “Niet elke hoogte van de cilinder kan gecorrigeerd worden. Daarnaast zou de ReSTOR Toric® in een iets hogere plus sterkte leverbaar moeten zijn. Het zou helemaal ideaal zijn, als de lenzen on demand vervaardigd worden. Maatwerk voor de patiënt. En als die IOLs dan ook nog eens zouden accommoderen als een humane lens... dat zou wel een hele mooie uitbreiding zijn. Maar ik realiseer me heel goed dat dit nog toekomstmuziek is. Hoe dan ook, voorlopig kunnen we uitstekend uit de voeten met ReSTOR®.” 1 2
Pentacam is een geregistreerd merk van Oculus Lenstar is een geregistreerd merk van Haag-Streit
Ontwikkelingen
De innovatieve ontwikkelingen in de volledige range van AcrySof ReS TOR® lenzen, leve ren volgens Martin Struijk een essenti ële bijdrage aan de tevredenheid van zijn cliënten. “Niet voor niets is de ReSTOR® onze gou den standaard. En de lens ontwikkelt steeds verder. Zoals de beschikbaarheid van een leesadditie 19
eyespy |
maart 2014
Vraag naar vitreoretinale zorg blijft stijgen Na meer dan 15 jaar op deskundige en inspirerende wijze leiding te hebben gegeven aan de Nederlandse Werkgroep Vitreoretinale Chirurgie, hebben professor dr. Jan van Meurs, Victor Renardel de Lavalette en dr. Mauk Tilanus het bestuursstokje overgedragen aan een nieuwe generatie oogartsen. Het nieuwe bestuur bestaat uit Koen van Overdam (Het Oogziekenhuis Rotterdam), dr. Redmer van Leeuwen (UMC Utrecht) en voorzitter Niels Crama, sinds 2005 vitreoretinaal chirurg in het Nijmeegse Radboud Universitair Medisch Centrum. We ontmoeten de kersverse voorzitter op de stafafdeling Oogheelkunde van het Radboud UMC. Niels Crama is sinds 2005 als vitreoretinaal chirurg werkzaam in het Radboud UMC in Nijmegen. Van oudsher is het Radboud een belangrijk verwijscentrum voor vitreoretinale chirurgie. Per jaar worden er zo’n 2.000 vitreoretinale chirurgische ingrepen verricht. De patiënten komen uit een groot verwijsgebied. Voor de nieuwe voorzitter van de Nederlandse Werkgroep Vitreoretinale Chirurgie, is deze specialisatie zijn core business. Weke lijks verricht hij, samen met drie collega’s, tientallen chirurgische behandelingen van netvlies- en glasvochtaandoeningen. Het vakgebied is volgens de nieuwe voorzitter behoorlijk in ontwikkeling. “De afgelopen jaren zien we eigenlijk drie belangrijke ontwikkelingen. De vitreo retinale chirurgie is sneller, veiliger en patiëntvriendelijker geworden. Dat heeft voor een deel te maken met de ontwik keling van vitrectomiesystemen en bij behorend materiaal. Deze worden steeds geavanceerder en beter. Hierdoor kan er sneller en veiliger geopereerd worden en heb je als chirurg een beduidend hogere patiënten turn over dan vroeger.” Niels Crama weet nog dat toen hij met zijn opleiding tot oogarts begon, het 20
Radboud een verpleegafdeling had met 20 bedden. “Voor een netvliesloslating verbleven patiënten toen nog drie of vier dagen in het ziekenhuis. Vandaag de dag komt iemand bijvoorbeeld ‘s ochtends op het spreekuur met een netvlieslosla ting met bedreigde macula. Die staat ‘s middags op mijn operatieprogramma en kan daarna direct weer naar huis. Naast verbeterd instrumentarium speelt hierin ook mee dat mensen in meer dan 95% van de gevallen onder lokale verdoving worden geholpen en we de planning op ons oogheelkundig OK-complex in eigen hand hebben.” Kwaliteitsimpuls
Niels Crama benadrukt dat er door het hogere verloop van patiënten én de technologische ontwikkelingen steeds meer specialisatie en expertise gevraagd wordt van de oogarts. Het hoog houden van de kwaliteit en waar nodig verbete ren van de kwaliteit van de vitrectomie is essentieel. Dit is één van de redenen dat de Nederlandse Werkgroep Vitreoretinale Chirurgie in 2012 het minimum aantal vitreoretinale ingrepen heeft gesteld op 100 per chirurg per jaar. “De meesten
van ons voldeden hier al aan, maar het is een goed begin van een verdere kwali teitsimpuls. Alleen aantallen registreren zegt uiteraard onvoldoende, dus van deze ingrepen moeten de resultaten en complicaties bijgehouden worden. We hebben tevens een landelijke registratie, maar momenteel is deze nog beperkt. Het zou mooi zijn als we in de toekomst tot een specifiekere landelijke registratie kunnen komen, met gewogen eisen voor postoperatieve resultaten van alle veel voorkomende vitreoretinale ingrepen. Het zal geen gemakkelijke opgave zijn, maar persoonlijk denk ik dat hier voor onze vitreoretinale werkgroep een mooie uitdaging ligt. Daarnaast hecht ik veel waarde aan de open manier waarop we binnen de vitreoretinale werkgroep onze ervaringen delen en neem ik tenminste één keer per jaar een ‘kijkje in de keuken’ van een collega in binnen- of buitenland. Het hoog houden van kwaliteit is een proces dat nooit stopt.” Stijging
De komende jaren verwacht Niels Crama een stijging van het aantal vitreoretinale behandelingen. De Nederlandse popu
Niels Crama
latie blijft groeien. En voorbij de kinder leeftijd blijft er een kans op netvliesaan doeningen die chirurgisch behandeld moeten worden. Zoals bijvoorbeeld de netvliesloslating, waarvan de incidentie op de leeftijd 50-65 jaar het hoogst is. Vorig jaar werd in een publicatie van het UMC Groningen in samenwerking met de Nederlandse vitreoretinale chirurgen, het toenemend aantal netvliesloslatingen in Nederland beschreven. Deze stijging ziet Niels Crama ook in het Radboud UMC. “Hier in het Radboud merken wij jaarlijks een toename van 10% van onze vitreoreti nale ingrepen inclusief netvliesloslatingen. Dat is een significante stijging, die wij niet alleen toe schrijven aan de technolo gische ont wikkelingen waardoor wij vandaag de dag eerder kunnen opereren. Ook op basis van dezelfde inclusiecriteria komen er elk jaar meer patiënten bij. De toenemende vergrijzing, die met oogaan doeningen gepaard gaat, heeft hier zonder meer ook mee te maken. De behoefte aan vitreoretinale chirurgie neemt dus toe.” In
"Elk jaar komen er meer patiënten bij"
Fotograaf: Ferry Verheij
dit kader denkt Crama dat vitreoretinale chirurgen ook meer en meer een rol gaan vervullen in de toenemende vraag naar oogzorg rondom specifieke complicaties bij leeftijdsgebonden macula degeneratie (LMD). De verwachting is dat het aantal gevallen van LMD de komende jaren zal verdubbelen.
vitrectomiesystemen. “Als je nu al ziet hoe de canules zijn aangepast sinds de intro ductie van de Constellation, de 27G die in Nederland geïntroduceerd gaat worden, het aantal cuts per minute dat naar de 7.500 gaat… en dat allemaal op korte termijn, dat belooft veel innovatie voor de toekomst.”
Ontwikkelingen
Toekomst
Eén van dé technologische ontwikkelingen binnen de vitreoretinale chirurgie is voor Niels Crama het Constellation® Vision System. “Hier werken wij nu bijna twee jaar mee. Het is een degelijke machine. Een betrouwbaar platform, waar ik graag mee werk. Ik opereer bij voorkeur met 25 gauge instrumentarium. Hiermee kan ik iedere pathologie behandelen. Snel en veilig. De incisies zijn kleiner, er is veel minder lekkage van de wonden en daar mee een betere postoperatieve druk.” Het Radboud UMC gebruikt de Constellation ook regelmatig voor cataractchirurgie en voor combined surgery; dus in één ingreep een staaroperatie gevolgd door een net vliesoperatie. De komende jaren verwacht Niels Crama een verdere verfijning van het chirurgisch instrumentarium en de
De vooruitzichten voor vitreoretinale chirurgen zijn goed. Niet alleen qua behandelmogelijkheden, maar ook qua patiënten potentieel. Niels Crama bena drukt dat het belangrijk is dat er in de toekomst voldoende vitreoretinale chirur gen blijven. “Momenteel zijn een aantal ervaren collega’s tussen de 50 en de 60 jaar oud, dus de komende jaren moet er voldoende aanwas blijven van jong talent. Vroeger was de vitreoretinale chirurgie niet zo populair onder oogartsen. Gezien het scala aan ontwikkelingen binnen ons vakgebied, wordt het voor jonge speci alisten aantrekkelijker om te kiezen voor de vitreoretinale specialisatie. Als Werk groep Vitreoretinale Chirurgie zullen wij daar in ieder geval ons steentje aan gaan bijdragen.” 21
eyespy |
maart 2014
dubbelinterview
Snellenpenning 2013 voor Hoogstede en Kijlstra De uitreiking van de Snellenpenning. Iedere vijf jaar wordt vol belangstelling uitgekeken naar dit moment, waarop iemand die zich buitengewoon verdienstelijk heeft gemaakt voor de oogheelkunde of een andere tak van wetenschap die nauw gelieerd is met de oogheelkunde, onderscheiden wordt met deze prestigieuze penning. De penning wordt uitgereikt door de afdeling Oogheelkunde van het UMC Utrecht en gefinancierd door de F.P. Fischerstichting. De onderscheiding is vernoemd naar Herman Snellen, een bijzonder oogarts met een indrukwekkende staat van dienst. Voor menigeen op oogheelkundig gebied een legende. De uitreiking van de Snellenpenning 2013 vond plaats op 8 november jl. in het Utrechts Archief. Onlangs viel de eer te beurt aan twee markante persoonlijkheden: drs. Drik Hoogstede en professor dr. Aize Kijlstra.
Inzet voor beroepsgroep beloond met Snellenpenning Na zijn opleiding geneeskunde besloot Drik Hoogstede (62) oogheelkunde te gaan studeren. Hij volgde zijn opleiding aan het Ooglijdersgasthuis in Utrecht bij prof. dr. J. W. Winkelman. “Een mooie tijd”, herinnert Drik Hoogstede zich nog. “We zaten in een oud gebouw met een prachtig team mensen. Echt een team. Of je nu de onderhoudsman, verpleegster of stafarts was… iedereen hoorde erbij. Het was één grote familie, waar ik me echt thuis voelde.” Na zijn opleiding ging hij als oogarts aan de slag in het Laurensziekenhuis in Breda. “Dat was het begin van een tijdperk waarin ik veel oogheelkundige ontwikkelingen heb gezien. Zoals van het niet kunnen helpen bij macula degeneratie tot de injecties zoals we die vandaag de dag kennen. Na verschillende ziekenhuisfusies ontstond in 2001 het Bredase Amphia Ziekenhuis. Hier heb ik Trots toont Drik de Snellenpenning Foto: Phelim Hoey
22
tot begin 2007 als oogarts gewerkt.”
BBC
Medio 2005 werd Drik Hoogstede gevraagd als lid van de Beroeps Belangen Commissie (BBC) van het NOG. “Ik was meteen secretaris en qualitate qua schijnbaar ook bestuurslid van het NOG. Dat had ik in het begin niet in de gaten… maar dat werd me al vrij snel duidelijk”, zegt hij lachend. Sindsdien heeft hij zich belangeloos inge zet voor de beroepsgroep. Toen hij in 2007 stopte als oogarts in het Amphia Zieken huis in Breda, nam de intensiteit van zijn werk voor het NOG alleen maar toe. Zo was hij bijvoorbeeld nauw betrokken bij de invoering van de DOT en de onderhande lingen over de tariefstelling. Snellenpenning
Met name voor zijn werk bij de BBC, ont ving Drik Hoogstede de Snellenpenning. Hij weet nog goed hoe professor Saskia Imhof namens de jury van de Snellen penning 2013 hem over dit heuglijke feit informeerde. “Ik zat met haar in een over leg. Na het overleg wilde ze me nog even spreken. Ze zei: ‘Drik, je krijgt in het najaar de Snellenpenning’. Ik ben zelden stil, maar toen ben ik echt vijf minuten sprakeloos geweest. De boodschap van Saskia landde niet. Daarna heb ik me vaak afgevraagd… waarom ik? Er zijn zo veel mensen die volgens mij inhoudelijk meer doen voor het vak dan ik.” Geïntegreerde oogzorg
Tijdens het Snellenpenning symposium in Utrecht werd bij de laudatio duidelijk dat de inzet van Drik Hoogstede voor de beroepsgroep, hoog gewaardeerd wordt. Kern van de toekenning is met name de bestuurlijke gedachte én inzet van Drik
Hoogstede om optometristen, orthoptisten en oogartsen bij elkaar te brengen om een geïntegreerde oogzorg te realiseren. Het behoud en de verdere uitbouw van de kwaliteit van de oogheelkundige zorg, staat hierin centraal. “Het NOG vindt be houd van kwaliteit van oogheelkundige zorg van wezenlijk belang”, vertelt Drik Hoogstede. “De zorgvraag naar medisch specialistische oogzorg neemt toe. Met name door de vergrijzing en de steeds verbeterende technische mogelijkheden. Om uiteindelijk een kwalitatieve en betaal bare oogzorg te kunnen blijven leveren, is de samenwerking tussen oogheelkunde, orthoptie en optometrie essentieel. Samen kunnen deze drie beroepsgroepen meer!”, benadrukt Drik Hoogstede. Hij vervolgt: “Het is dan wel belangrijk dat oogartsen, optometristen en orthoptisten elkaar in dat zorgtraject als schakel in het geheel erkennen. Met ieder hun eigen compe tenties en werkdomein. Kortom de juiste zorgvraag bij de juiste professional, waarin de patientveiligheid voorop staat.” Toekomst
Na negen jaar actief te zijn geweest binnen de BBC, verwacht Drik Hoogstede dat zijn taak als secretaris van de BBC waarschijnlijk door iemand anders overgenomen gaat worden. Zijn toekomstvisie is duidelijk: “De afgelopen jaren zijn behoorlijke stappen gezet naar geïntegreerde oogheelkundige zorgverlening. Ik hoop dat oogartsen, optometristen en orthoptisten het geïn tegreerd werken voor de patiënt op hun prioriteitenlijst blijven zetten. Dat zij de handen ineen blijven slaan om samen als één team oogheelkundige zorg te verlenen. Dat bevordert de kwaliteit en is met het
oog op de sterk toenemende vraag naar oogheelkundige zorg ook noodzakelijk. Als we de oogheelkundige zorg zo kunnen inrichten dat binnen nagenoeg hetzelfde budget meer mensen geholpen kunnen worden, en iedere specialist kan doen wat binnen zijn competenties zijn core business is... dat zou toch prachtig zijn?! Iedereen kan dan doen waarvoor hij is opgeleid. Dan heb je een ideale situatie.” Waardering
Naast de Snellenpenning werd Drik Hoog stede eerder benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau. Vanwege zijn vele verdiensten voor de kerk ontving hij in 2009 de pauselijke onderscheiding Pro Ecclesia et Pontifice. Er zijn niet veel mensen wiens inzet zo beloond is. “Al deze onder scheidingen zijn op hun eigen vlak een waardering van de mensen om mij heen voor het werk dat ik doe. En daar ben ik trots op! Op welke ik het meest trots ben? Dat kan ik niet zeggen. Je krijgt deze on derscheidingen voor verschillende dingen. De een omdat je maatschappelijke taken vervult, de ander omdat je voor de kerk dingen mag doen. En de Snellenpenning omdat ik me -let wel: samen met tal van anderen!- voor de beroepsgroep heb in gezet. Dat vond en vind ik nog steeds heel erg leuk. Zonder al die mensen die zo dicht bij me staan, familie, collega’s en mede werkers, had ik dit werk voor de BBC nooit kunnen doen. Het is teamwork. Dat mijn rol daarin gewaardeerd wordt, is natuurlijk iets om trots op te zijn. Maar nog mooier is dat het de resultante is van samenwer king. Gebaseerd op elkaar waarderen en vertrouwen. En dát, is ook de sleutel naar geïntegreerde oogzorg!” > 23
eyespy |
maart 2014
Aize Kijlsta, in het oog springend winnaar van de Snellenpenning Professor dr. Aize Kijlstra belandt als eerste niet-oogarts in een rijtje van zeer gelauwerde oogartsen die de Snellenpenning hebben ontvangen. Zelf heeft hij nooit gedacht ooit in aanmerking te komen voor deze impressieve onderscheiding. Terwijl zijn verdiensten voor de oogheelkunde voor menigeen indrukwekkend zijn. Uitdaging als immunoloog
Aize Kijlstra (63) studeerde biologie en scheikunde in Leiden. Na zijn afstuderen begon hij in 1974 aan een wetenschap pelijk onderzoek op het gebied van immu nologie van nierziekten. Op dit onderzoek promoveerde hij in 1977 en werd hij ge registreerd tot immunoloog. Enkele jaren later benaderde professor dr. G.M. Bleeker hem, om als immunoloog te komen werken op de afdeling Ophthalmo Immunologie van het Interuniversitair Oogheelkundige Instituut (IOI) in Amsterdam. Hij besloot de uitnodiging te accepteren. “Uit gesprekken met oogartsen bleek al snel dat uveïtis een onontgonnen terrein was. Voor ons als immunologen lag hier dus een mooie uitdaging”, vertelt Kijlstra. Internationaal vooraanstaande rol
In Amsterdam ontwikkelde Kijlstra een analyse voor de diagnostiek van uveïtis in het oogvocht. “In de analyse is met name gekeken of we een auto-immuunziekte van een infectieuze oorzaak konden onder scheiden. We richtten ons op de infecties die bij uveïtis een rol konden spelen. 24
Ons eerste model was de toxoplasma, een belangrijke oorzaak van uveïtis. We hebben hierna tal van testen opgezet en met succes. Omdat we genoeg materiaal kregen voor de diagnostiek, konden we met het restmateriaal studie doen naar de mechanismen bij oogontstekingen. We zijn toen begonnen met een onderzoek naar de rol van cytokines.” Dat was het begin van een baanbrekend onderzoek, waardoor Nederland nu internationaal een vooraanstaande rol speelt op het gebied van uveïtis onderzoek. “Wereldwijd is ons land op een aantal terreinen echt voorloper”, aldus Kijlstra. Researchadviseur
Medio jaren ’90 ging de winnaar van de Snellenpenning werken bij de Wageningen Universiteit, waar hij zijn onderzoek naar toxoplasma voortzette. “Ik werkte daar nog geen jaar toen ik door professor Hendrikse werd gebeld met de vraag of ik één dag per week researchadviseur wilde worden bij de universiteitskliniek Oogheelkunde in Maastricht. Dat vond ik erg leuk!” Sindsdien werkt hij een dag per week in Maastricht en
verricht onderzoek naar tal van oogheel kundige zaken, zoals bijvoorbeeld netvlies loslatingen of de rol van immunologie bij macula degeneratie. “Immunologie speelt bij macula degeneratie, maar ook bij glau coom een belangrijke rol. Er zijn dus steeds meer velden waar er raakvlakken zijn tus sen de immunologie en de oogheelkunde.” Bijzondere betekenis voor oogheelkunde
Toen Aize Kijlstra door Saskia Imhof werd benaderd voor de Snellenpenning, besefte hij niet dat hij de penning had gewonnen. “Ze belde en zei: ‘Je bent genomineerd voor de Snellenpenning!’. Bij het woord ‘nomineren’ dacht ik meteen aan de Oscar nominaties… en een nominatie betekent dan niet dat je dat beeldje ook wint! Pas later begreep ik dat de term ‘nomineren’ bij de Snellenpenning betekent dat je hem ook echt krijgt!”, zegt hij lachend.” Hij vervolgt: “Wat voor mij nièt duidelijk was, was waarom ìk deze prijs kreeg?!” Uit deze opmerking blijkt hoe beschei den Aize Kijlstra is. Tijdens de laudatio werd hij geroemd en bewonderd om zijn gedrevenheid, niet-aflatende energie en zeer stimulerende invloed op het oogheel kundig onderzoek in Nederland. En dat gaat verder dan zijn uveïtis werkzaamhe den. Er werd stilgestaan bij zijn vele publi caties, zijn werk voor het IOI, zijn emeritus hoogleraarschap Experimentele Oogheel kunde aan de Universiteit van Amsterdam, zijn activiteiten in Maastricht en last but not least zijn bijzonder hoogleraarschap aan de Chinese Chongqing Medical Uni versity. Een indrukwekkend cv, dat leidde tot de Snellenpenning. Kijlstra vertelt dat het heel bijzonder was om de Snellenpen ning uit handen van dr. Joke de Boer te krijgen. “Zij is bij mij gepromoveerd. En dan is het toch fantastisch dat je uit haar handen zo’n mooie prijs krijgt!”
Professor dr. Aize Kijlstra
Fotograaf: Hilde Brandsma
Genrepertoir
Macula ei
Het winnen van de Snellenpenning bete kent niet dat Aize Kijlstra op zijn lauweren gaat rusten. Integendeel. Momenteel is hij met professor dr. Peizeng Yang (Chongqing Medical University) bezig om de rol van verschillende genen, die coderen voor ontstekingseiwitten bij uveïtis, te onder zoeken. “We zijn voor talloze genen aan het uitzoeken, wat de kans is op het krij gen van uveïtis. Yang en ik willen net als bij kankeronderzoek, een soort genenkaart maken, waardoor we het genrepertoir van uveïtis in beeld krijgen. Uiteindelijk kunnen we dan een gerichtere behandeling van bepaalde uveïtis entiteiten bedenken. Im mers, momenteel wordt uveïtis behandeld met immunosuppresiva of corticostero ïden; alsof het één ziekte is. Terwijl het verschillende ziektes zijn….”
Daarnaast hoopt Kijlstra met zijn Maas trichtse collega’s de functie van voeding bij macula degeneratie te kunnen aantonen. En dan in het bijzonder van zeaxanthine en luteïne. “Met dit onderwerp zijn we in Maas tricht al jaren bezig. Samen met een pluim veehouder is een macula-ei ontwikkeld. Een ei waarin via natuurlijk kippenvoer de zeaxanthine en luteïne zijn verhoogd. We zien bij proefpersonen na inname van dit macula ei dat de visuele functie verbetert t.o.v. een controle groep. Het zou mooi zijn als er uiteindelijk een functional food komt, waardoor het ontstaan en de progressie van macula degeneratie gecontroleerd kan worden. Ik hoop samen met onder andere Dr. Berendschot de komende tijd een aantal goede stappen te zetten in de preventie van macula degeneratie. En dit uiteraard weten schappelijk te staven. We zijn in ieder geval goed op weg!” 25
COLUMN
eyespy |
maart 2014
Oogheelkunde & beleid: Integrale bekostiging 2015 Het jaar 2014 is pas een paar maanden oud. Toch is het nu al zinvol om vooruit te blikken naar wat volgend jaar ons gaat brengen. Immers, ondanks het feit dat het Nederlandse gezondheidszorgsysteem in 2013 is uitgeroepen als beste in Europa (positie 1 in Euro Health Consumer Index 2013), lijken de hervormingen die momenteel plaatsvinden in het Nederlandse zorgstelsel nog lang niet ten einde. Ook voor volgend jaar heeft de overheid verschillende ingrijpende beleidsmaatregelen aangekondigd. Ik wil één van die maat-
Roy Bleumink, Market Access Manager
regelen uitlichten in deze column: integrale bekostiging. Wat is integrale bekostiging en wat betekent dat voor de positie van de medisch specialist in 2015?
Het huidige bekostigingsstelsel is geba seerd op declareerbare DOT zorgproducten die uit twee componenten bestaan. De ene component vertegenwoordigt een vergoeding voor de onkosten die gemaakt worden door de zorgaanbieder; dit is on derhandelbaar met de zorgverzekeraars. De andere component vertegenwoordigt het medisch specialisten honorarium tarief. Dit tarief is niet onderhandelbaar en wordt vastgesteld door de NZa. Zorg aanbieders en vrijgevestigde medisch specialisten worden nu dus nog ieder op een eigen manier bekostigd met een door de overheid gestuurde budgettaire kadering. De één vanuit het budgettair kader medisch specialistische zorg en de ander vanuit het beheersmodel honoraria vrijgevestigde medisch specialisten.
26
Eén van de belangrijkste pijlers van minis ter Schippers is zorgverzekeraars selectief zorg te laten inkopen. Door deze visie van de minister, is gescheiden bekostiging een complicerende factor die het veld moet ruimen. Het is in deze structuur namelijk zo dat een grotere rol van zorgverzeke raars in het selectief inkopen van zorg wordt bemoeilijkt, doordat het honorarium buiten het onderhandelingsverkeer tussen zorgaanbieder en zorgverzekeraar valt. DOT zorgproducten ‘kleven’ hierdoor als het ware aan zorgaanbieders door de specialisten honorariumbudgetten. Met de invoering van integrale bekos tiging in 2015 gaat dit veranderen: de honorariumtarieven voor medisch speci alisten worden integraal onderdeel van de vrij onderhandelbare tarieven voor de DOT zorgproducten. Dit heeft twee grote implicaties voor zorgaanbieders en me
disch specialisten. Allereerst is hiermee voor zorgverzekeraars de belemmering weggenomen om nog meer -dan ze nu al doen- te schuiven met productie tussen zorgaanbieders. Dit zal marktwerking en dus competitie tussen zorgaanbieders nog meer in de hand werken. Ten tweede is het door de invoering van integrale be kostiging, voor de vrijgevestigde medisch specialist niet langer mogelijk om via het ziekenhuis zelfstandig honorarium te de clareren bij de zorgverzekeraar. Dit heeft ingrijpende gevolgen, omdat hiermee in principe het fundament onder het fiscsaal ondernemerschap wordt weggenomen. Het vervallen van het fiscaal ondernemer schap strookt niet met een eerder gesloten bestuurlijk zorgakkoord, waarin was afge sproken dat er ook vanaf 2015 een vrije keuze zou moeten zijn om als specialist in dienstverband of in vrij beroep te werken.
WELCOME TO THE ERA OF CENTURION® Optimize every moment of your cataract removal procedure with the NEW CENTURION® Vision System.
Active Fluidics™
Balanced Energy™
Automatically optimizes chamber stability by allowing surgeons to customize and control IOP throughout the procedure.
Enhances cataract emulsification efficiency using OZil® Intelligent Phaco and the new INTREPID® Balanced Tip design.
Applied Integration™ Designed to work seamlessly with other Alcon technologies for an integrated cataract procedure experience.
©2014 Novartis - 02/2014 - MA2014-130
THE CATARACT REFRACTIVE SUITE BY ALCON
Vanuit die invalshoek is er in overleg tus sen de ministeries van Financiën, VWS, de Belastingdienst, de NVZ en de Orde een aantal samenwerkings- en participatiemo dellen uitgewerkt. Alhoewel deze modellen het mogelijk maken dat specialisten vanaf 2015 nog steeds kunnen kiezen tussen dienstverband òf vrijgevestigd, is het duidelijk dat er toch veel gaat veranderen in de samenwerking tussen medisch specialisten en ziekenhuizen. Bij het samenwerkingsmodel zal er een Medisch
Specialistisch Bedrijf worden gevormd met personeel en investeringen. Bij het participatiemodel zullen specialisten mede-eigenaar worden van het ziekenhuis. De samenwerking met het ziekenhuis zal in deze modellen omvangrijker zijn dan nu en vrijgevestigde specialisten gaan meer ondernemersrisico lopen. Al met al zal de invoering van integrale bekostiging voor een groot aantal specia listen en ziekenhuizen een enorme impact
hebben op de wijze waarop ze nu georga niseerd zijn. De (financiële) belangen van ziekenhuis en specialist zullen meer op één lijn worden getrokken. Hopelijk zullen deze ontwikkelingen in de komende jaren, onder de toenemende financiële druk, geen afbreuk doen aan de huidige hoge kwaliteit van zorg die in Nederland geboden wordt. Roy Bleumink
27