5 minute read
Interview - "Het idee van een zorgboerderij is altijd in ons hoofd gebleven"
by Agrifirm
Marten en Ellen de Vries uit het Friese Kootstertille besloten in 2020 hun 130 koeien te verkopen en een nieuwe bestemming te vinden voor hun boerderij en hun werkzame leven. Ze bliezen een oude droom nieuw leven in en inmiddels is hun zorgboerderij klaar om de eerste cliënten te ontvangen.
Ondernemers
Marten en Ellen de Vries runnen samen zorgboerderij Bezigh: Boer en Zorg in Goede Handen in Kootstertille (FR)
Bedrijf
29 hectare grasland met deels natuurbeheer en elzensingels (bomen), 5 hectare pompoen, 5 hectare kerstbomen, 1 hectare groenteteelt en 30 hectare maïs.
Waarom besloten jullie te stoppen met de melkveehouderij?
Marten: “Wet- en regelgeving maakte dat ik al langer overwoog om te stoppen met melken. Ik kreeg steeds minder plezier in het werk. Voorde melkfabriek moesten we terug in het aantal koeien door een tijdelijke quotering en toen begon ik er serieus over te denken. Ik ben eigenlijk nooit koeienboer in hart en nieren geweest. Tot m’n vijftiende jaar had ik bijvoorbeeld nog nooit gezegd dat ik het bedrijf van m’n ouders wilde voortzetten, maar uiteindelijk ging de knop toch om en ging ik in maatschap met m’n vader. Hij vond het niet leuk dat ik wilde stoppen, maar begreep het wel en liet het besluit aan mij. Het is al met al een lang traject geweest, maar ik heb er vrede mee.”
Ellen vult aan: “De aanloop duurde lang, maar toen het besluit eenmaal genomen was in april 2020, ging het ook snel. In september van dat jaar gingen de koeien weg. We hebben het er natuurlijk ook met onze zonen over gehad. Wybren is zestien, hij is meer geïnteresseerd in het sociale. De zorgboerderij die we nu zijn begonnen, spreekt hem meer aan dan het bedrijf dat we hadden. Erwin is dertien, hij neigt van hen beiden nog het meeste naar de boerderij, maar heeft meer met machines dan met dieren.”
Hoe zijn jullie tot jullie nieuwe plannen en toekomstperspectief gekomen?
Marten: “We wisten dat we het bedrijf als geheel niet wilden verkopen. We wilden hier blijven wonen en werken. De koeien gingen weg en al het andere is gebleven. We hadden al een kleine tweede tak met pompoenteelt en kerstbomen.” Ellen: “Zeventien jaar geleden volgden we samen al een cursus om een zorgboerderij te beginnen. Toen kregen we kinderen en kwamen we daar op terug. Ik werkte al in de verpleging en in combinatie met de koeien en ons jonge gezin hadden we genoeg om handen. We dachten: als we het doen, moeten we het goed doen. In die periode vond ik het juist fijn dat ik als verpleegkundige ook van huis af kon. Toch is het idee van een zorgboerderij altijd in ons achterhoofd gebleven.”
Marten: “De eerste stap die we na de verkoop van de koeien hebben gezet, is het opschalen van de pompoenteelt, van één naar vijf hectare. Een paardenfokker hier uit de buurt huurt land van ons voor twee koppels van dertig paarden die hij hier weidt. Ik wilde daarnaast graag onderzoeken wat onze nieuwe hoofdtak zou worden.” Ellen: “We hebben toen Margreet de Boer van Exlan gevraagd met ons mee te denken. Een ondernemerstest maakte opnieuw duidelijk dat we geschikte ondernemers zijn voor een zorgboerderij. Vervolgens heeft Margreet het financiële plaatje voor ons doorgerekend voor een periode van tien jaar.”
Waar staan jullie nu in het proces?
Ellen: “Door corona zijn onze plannen wat vertraagd. We hebben veel tijd gestoken in de voorbereiding, zoals het benaderen van doelgroepen, het opzetten van onze website, het ontwikkelen van folders en het op een rijtje zetten van alle documenten voor de vergunningaanvraag bij de gemeente. We verkopen onze producten nu nog aan de weg, maar we willen hier een boerderijwinkel bouwen waar onze cliënten ook aan de slag kunnen. Wanneer we groen licht van de gemeente krijgen kunnen we met de bouw van de winkel beginnen, al kunnen onze cliënten nu ook al binnen werkzaamheden oppakken. De nieuwe kantine is klaar, daar kunnen ze bijvoorbeeld vogelvoer maken of producten voor de kerstmarkt die we jaarlijks organiseren.” Marten: “Daarnaast gaan de gangbare werkzaamheden natuurlijk ook door. Vanmorgen stonden we beiden pompoenen te plukken. Daar kunnen cliënten straks ook aan de slag. We telen zo’n zestig soorten pompoenen, zowel eetbare als sierpompoenen en ’s morgens zijn we druk met de oogst ervan. Het oogstseizoen loopt van augustus tot eind oktober. We verkopen ze aan de weg, maar ook aan Intratuin, supermarkten en wederverkopers. De vraag is groot, eigenlijk hebben we nog nooit genoeg pompoenen gehad per soort, om te kunnen voldoen aan de vraag.”
Hoe zien jullie de toekomst?
Ellen: “We verwachten straks drie à vier dagen in de week beschikbaar te zijn voor cliënten en de boerderijwinkel op deze dagen open te hebben. We gaan uit van maximaal acht deelnemers, met één begeleider voor drie cliënten. Mensen met niet-aangeboren hersenletsel bijvoorbeeld, met autisme of met een lichte tot matige verstandelijke of lichamelijke beperking.” Marten: “Ons doel is dat mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt, door de zorgboerderij weer kunnen meedraaien in de maatschappij. We hebben hier in ieder geval verschillende mogelijkheden waarmee mensen een passende dagbesteding kunnen vinden.”