Thermometer Architectuurcentrum Aorta Š Het hele jaar zet Aorta de thermometer in de stad. De Thermometer Cartesius Lab volgt de ontwikkelingen van bedrijventerrein Cartesiusweg. Een binnenstedelijk bedrijventerrein met grootstedelijke kansen en ambities. De thermometer wordt begeleid door een gastcommentator – die reageert op actuele ontwikkelingen in het Cartesiusgebied. Die commentator is Denise Vrolijk. Zij is journalist, redacteur en auteur op het gebied van ruimtelijke ordening en stedenbouw en werkt voor vaktijdschrift S+RO. Aanvullend worden gastauteurs gevraagd hun visie op de transformatie van bedrijventerrein Cartesiusweg te geven. De blogs worden aan het einde van het jaar gebundeld en gepresenteerd aan de stad.
NIEUW VOER VOOR URBAN PIONEERS
DENISE VROLIJK // april 2012
NIEUW VOER VOOR URBAN PIONEERS Ingedutte gebieden nieuw leven inblazen gaat tegenwoordig altijd gepaard met de zogenaamde creatieve industrie. Sinds de welbekende Amerikaanse econoom Richard Florida, door sommigen niet helemaal onterecht in de categorie ‘jeuk’ geplaatst, met zijn creative class op de proppen kwam, zijn ze niet meer te stuiten. De urban pioneers, vaak uit de hoek van kunst, cultuur, architectuur, stedenbouw of projectontwikkeling, kunnen er wat van; het ene na het andere schitterende initiatief ziet het levenslicht. Ligt er een terreintje braak, geen nood: de urban pioneers zijn onderweg!
Je kunt er gekscherend over doen, en wellicht krijgen de urban pioneers wat veel ruimte, maar feit is wel dat zij tenminste reuring weten te brengen. Komen met plannen die in ieder geval snel tot een resultaat kunnen leiden, tijdelijk of voor de langere termijn. Grootschalige masterplannen zijn passé, dat weten we allemaal. Geld is op, tijd is op en het geduld is bij sommigen ook op. Alsmaar steggelen over grote lappen grond, met financieel gewin als enige oogmerk – gelukkig behoort die attitude tot het verleden. En kunnen we nu over tot de orde van de dag, rekening houden met de geest van de plek, bestaande
bedrijvigheid, bewoners, lokale initiatieven en gebruikmaken van de energie die er al is. De sky is niet meer de limit, nee, we gaan uit van kwaliteiten die er al zijn. Eindelijk!
Het zijn goede gedachten, maar de uitvoering is nog onwennig. Kijk maar naar de herontwikkeling van het Haagse bedrijventerrein de Binckhorst – daar moet en mag van alles organisch ontstaan, maar hoe doe je dat? Als gemeente wil je wel wat, maar teveel regie uit handen geven blijkt nog eng. In Utrecht staat de transformatie van het bedrijventerrein ten westen van de Cartesiusweg in diezelfde kinderschoenen. Ook dit gebied, dat voorheen in gebruik was door het bedrijf Werkspoor, mag in de lift. Na het vertrek van de Werkspoor-bedrijvigheid wordt het gekenmerkt door een mix van traditionele bedrijven met stadsverzorgende diensten, kantoren, creatieve bedrijven, kunstateliers en vrijetijdsbestemmingen. Een gebied zonder eenheid, maar met veel contrasten – aldus de gemeente.
Het bedrijventerrein Cartesiusweg ligt globaal tussen de sporen naar Amsterdam en Rotterdam, het Amsterdam Rijnkanaal en de Cartesiusweg in. Na de aanleg van Leidsche Rijn is het gebied steeds centraler in de stad komen te liggen; met de auto kom je er minder
makkelijk dan voorheen. En toch zit Van der Wal, een landelijk georiënteerde vervoerder (nog) op het terrein. Zo ook de nationaal publiek trekkende Central Studio’s, en niet te vergeten energieleveranciers Nuon en Eneco. Zitten die nog wel goed op dit binnenstedelijke bedrijventerrein? En passen zij in het door de gemeente neergelegde verhaal over broedplaats voor creatieve industrie, urban culture en een werklandschap voor stadsgeoriënteerde en creatieve bedrijvigheid?
Ontwikkelaar TCN staat al te trappelen, en met hen meerdere nieuwe verhalenvertellers, meest uit dezelfde branche. Vanuit de gemeente zijn de sterke- en zwakke kanten, de ontwikkelingspotentie, de kaders voor milieuhinder en geluidscontouren, èn de identiteit voor het gebied vastgelegd in een visie die de bandbreedte op verschillende onderwerpen aangeeft. De ontwikkelingsvisie Werkspoorkwartier, omdat de gemeente het terrein niet wil verwarren met de westelijk van de Cartesiusweg gelegen Cartesiusdriehoek. Eind mei zal de gemeenteraad er ook een zinnig woord over zeggen. Laten we hopen dat het niet alleen de urban pioneers zijn die in dit gebied aan hun trekken mogen komen. Door de mix van bedrijvigheid zijn er namelijk tal van initiatieven die de kop opsteken, ook van ondernemers die al jarenlang op het terrein gevestigd zijn.
Neem de metaal- en lasmannen van Fast Fabrications, zij werken al hun hele leven op het industriegebied en vertellen vol trots hoe zij gebruikmaken van de insteekhaven aan het Amsterdam Rijnkanaal om hun zware en grote producten naar bijvoorbeeld Nigeria te verschepen. Dat ze nu, zij het tijdelijk, het pand aan de Tractieweg 50 bevolken – het laatste gebouw van het bedrijf Werkspoor dat nog in de originele functie draait – maakt hun verhaal en plan voor hergebruik op de langere termijn natuurlijk heel speciaal. Ook dit is de geest van de plek, juist dit. Laten we daarom hopen dat Utrecht zich niet alleen op de welbekende urban pioneers richt. Het op dit moment al goed gemengde gebied aan de Cartesiusweg verdient een aanpak die rekening houdt met àlle bestaande kwaliteiten. En naast nieuw voer voor urban pioneers biedt dat ook voldoende kansen voor de ondernemers die hier al jarenlang hun plek hebben, het terrein in alle finesses kennen èn het in veel gevallen in iedere vezel van hun lijf hebben zitten. Denise Vrolijk, april 2012