RENÉ DEBLAERE 25/09/1922-17/01/2015
Schilder van Marmer- en Houtimitaties 52 reproducties
52 DECORATIETIPS Na het Overlijden van een Schilder van Marmer- en Houtimitaties Jonas Apers
RENÉ DEBLAERE 25/09/1922-17/01/2015
Schilder van Marmer- en Houtimitaties 52 reproducties
52 DECORATIETIPS Na het Overlijden van een Schilder van Marmer- en Houtimitaties Jonas Apers
1_MG_2948 bloemmahonie 2_MG_2949 onbekende wortel 3_MG_2950 wortel eik 4_MG_2951 grand antique 5_MG_2952 amerikaanse walnoot 6_MG_2955 jaune de sienne en rouge royal 7_MG_2957 portor 8_MG_2959 paonazzo 9_MG_2960 eik spiegel 10_MG_2962 breche violet 11_MG_2963 wortel kerselaar 12_MG_2966 napoleon 13_MG_2967 vert de mer 14_MG_2968 vert de mer 15_MG_2972 witte marmer 16_MG_2973 portor 17_MG_2976 napoleon marmer 18_MG_2979 eik 19_MG_2980 rouge royal 20_MG_2982 afgewassen marmer 21_MG_2983 witte marmer en campan vert 22_MG_2985 citroen 23_MG_2986 cubamahonie 24_MG_2987 palissander 25_MG_2988 breche violet 26_MG_2989 sint anna en napoleon
7 9 11 13 15 17 19 21 23 25 27 29 31 33 35 37 39 41 43 45 47 49 51 53 55 57
27_MG_2990 fantasiemarmer 28_MG_2992 rouge royal 29_MG_2993 spiegel palissander 30_MG_2994 vert de mer 31_MG_2995 portor 32_MG_2996 portor 33_MG_2997 breche witte marmer 34_MG_3000 witte marmer en campan vert 35_MG_3002 sarrancolin 36_MG_3004 sarrancolin 37_MG_3005 portor 38_MG_3006 gemoesteerde esdoorn 39_MG_3007 pitchpine 40_MG_3008 bloemmahonie 41_MG_3009 sarrancolin 42_MG_3010 sarrancolin 43_MG_3011 eik wortel 44_MG_3012 walnoot 45_MG_3013 grijze esdoorn 46_MG_3014 sint anna 47_MG_3015 sint anna 48_MG_3016 bloemmahonie 49_MG_3017 wortel notelaar 50_MG_3018 grand antique 51_MG_3019 portor 52_MG_3020 sarrancolin
59 61 63 65 67 69 71 73 75 77 79 81 83 85 87 89 91 93 95 97 99 101 103 105 107 109
52 DECORATIETIPS
6
1. De oostzijde heeft een indrukwekkend fronton in empire-stijl, beklad met 17 platen in tropisch zachthout. Deze neobarokke gevelzijde wordt vol belicht bij zonsopgang, waardoor vooral de hartstuktekening in diep contrast wordt gezet. Tegen de middag wordt de strak omrande geometrische sequentie door schaduw bedekt en verzinkt het hout met haar fijne nerven in een van dijckbruine diepte. Dit wordt deels gestimuleerd door de lak, die hoogglanzend is maar door het buitenlicht mettertijd vergeeld is. Een gietijzeren geornamenteerde rand, hangt boven het fronton en behoedt het voor te harde regenval.
7
1_MG_2948 BLOEMMAHONIE (1575 X 525 X 4 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
8
2. De kleine ommuurde buitenruimte heeft een trapezoïdaal grondplan, met opgaande zijden die volgens het spiegelbeeldschema zijn ontworpen. Geïnspireerd op de omslotenheid van het 19e eeuwse Vlaamse beluikhof, zijn de blinde muren even massief als de vloer, die met geschaafde wortelplaten, kops aan kops en in verband gelegd is. De voegen zijn afgewerkt volgens industriële traditie, verwijzend naar de verdwenen textielfabrieken en constructieateliers langs de vaart.
9
2_MG_2949 ONBEKENDE WORTEL (1156 X 651 X 6 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
10
3. De enfilade die met twee overhoekse bochten het eclectisch geheel ontsluit, eindigt op een blinde, donker gekalkte en glad afgewerkte muur. Een nis aan de rechterzijde herbergt een brede, laaghangende deur met kloeke, gietijzeren hengsels, herinnerend aan de Normandische landhuizen. Deze landelijke stijl wordt doorgezet in de bewerking van de deur na zijn renovatie, waar het imitatievakwerk wordt afgewisseld door de glanzende ‘spiegels’ veroorzaakt door de brede stralen van het kwartiers gezaagd hout. De sculpturale afwerking van de deur benadrukt de massiviteit van de afsluiting en het vroeg-romantische idee dat door een doorgedreven binnenafwerking hoofdzakelijk een indruk van het buiten wordt opgewekt.
11
3_MG_2950 WORTEL EIK (1196 X 645 X 6 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
12
4. In neoclassicistische stijl uitgehouwen, prijkt een schoorsteenmantel centraal op de kopse kant van de grote zaal, die zich noordelijk op het grondplan bevindt. De mantel is volledig witgepleisterd, maar afgebrokkelde fragmenten tonen een onderhuid van een Franse kalksteen die zeer spaarzaam en secuur slechts in het Oosten onder Napoleon verspreid heeft. Langsheen de bovenzijde zijn de platen ontbloot en glad gepolierd tot een lang en vertekend altaar. Een rij van 20 doorboringen is aangebracht doorheen het midden van de plaat, waar gas uit ontsnapt en waakvlammetjes refereren naar het bouwkundig erfgoed van de industriĂŤle verlichting.
13
4_MG_2951 GRAND ANTIQUE (1222 X 611 X 4 MM) OLIEVERF OP VEZELPLAAT
52 DECORATIETIPS
14
5. 26 rechthoekig gezaagde platen van Atlantisch hardhout zijn met fineer omrand en niet rakend opgehangen aan het plafond van de grote zaal. Ze worden beredeneerd geschikt binnen de ovalen vorm die door het laat-barokke mouluurwerk omschreven wordt. Over wisselende hoek gedraaid, beschrijven ze een ellipsvormige spiraal en markeren zo centraal een verdwijnend perspectief. Deze astronomische constellatie, ontleend aan de rococo, dient als ontlastingssysteem voor bezwijkende en geconstipeerde subjecten.
15
5_MG_2952 AMERIKAANSE WALNOOT (1519 X 602 X 5 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
16
6. Het paneel is als een segmentboogvenster gemonteerd tegen de rechterzijde van de hoofdingang. Verdiept ingesneden tussen de met bossage bewerkte natuurstenen, weerspiegelt het uitgesneden reliëf contouren van een balkvormig plan dat ooit op hetzelfde perceel moet zijn opgetrokken. De liméaderen van het marmer zijn op maniëristische wijze verwrongen en bestrijken de laterale en temporele vleugels van de plaat en het historiserende bouwwerk.
17
6_MG_2955 JAUNE DE SIENNE EN ROUGE ROYAL (1250 X 831 X 8 MM) OLIEVERF OP VEZELPLAAT
7. De classicistische oostgevel is opgebouwd met grote granieten blokken, de voegen opgevuld met een dense woekering van schistachtige aderen. Door het hanteren van de vroeg-romantische bossage-techniek worden de gevelelementen bewerkt tot ongehouwen rotsblokken die op theatrale wijze in het zwarte marmervlak wegzinken.
52 DECORATIETIPS
18
19
7_MG_2957 PORTOR (1201 X 599 X 10 MM) OLIEVERF OP MDF
52 DECORATIETIPS
20
8. Centraal in de grote zaal bevindt zich een lantaarn-vormig volume dat aan de buitenkant bekleed is met houten medaillons geordend volgens neoclassicistische symmetrie. Deze schilden geven de contemporaine ambachten weer. Vier kolossale pilasters categoriseren de ambachten volgens klasse en stand, naargelang de visie van de opdrachtgever; elk segment een trap hoger in aanzien. De binnenzijde van de lantaarn is onmeetbaar diep en bekleed met concaaf gehouwen platen van donkere, zuivere marmer. Taps aflopend lijken zij geĂŻnspireerd op de typische wenteltrap uit de eclectische periode, die als industriĂŤle deus ex machina, de brug sloeg tussen twee historische kaders.
21
8_MG_2959 PAONAZZO (1252 X 599 X 6 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
22
9. Het eclectisch bouwwerk heeft een Venetiaanse sokkel met poeren van massieve wortel die met klei en teer vastgestampt zijn. Langsheen de buitenzijde van de contour is een fraaie speklaag ingesneden. Deze smalle verdiepte strook van donker hardhout cirkelt eromheen en gaf ooit de hoogte van het maaiveld aan, maar is nu weggezakt in de zwarte aarde.
23
9_MG_2960 EIK SPIEGEL (1254 X 598 X 8 MM) OLIEVERF OP PLANK
52 DECORATIETIPS
24
10. Langsheen de lange gang met gelijkmatige opbouw van openingen en pilasters, bevindt zich halverwege een eenzijdig pseudo-transept, in de vorm van een gebogen, driehoekige ruimte. Deze klassieke anomalie is de negatieve ruimte van een aanpalende monumentale zaal. De flankerende, naakte muur is niet door technische installaties opgenomen, maar is bekleed met een timpaan in Rundbogenstil, een mengstijl van zowel romaanse, byzantijnse als gotische stijlkenmerken. Dit blinde timpaan is drielobbig uitgehouwen uit een massieve blok kalksteen, zoals ze in de groeve wordt verwerkt. Zowel geison als cimaas zijn breed en grof geaderd, alsof het de structuur betreft, terwijl de marmer intensiveert centraal in het beeldvlak, waar het samentrekt en krioelt van de haarfijne aftekeningen van limĂŠ, glauconiet en residu.
25
10_MG_2962 BRECHE VIOLET (1205 X 607 X 6 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
26
11. Palend aan de grote neoclassicistische zaal, bevindt zich een kleinere, langwerpige ruimte ingekleed volgens de classicerende barok. De vloer is bedekt met marmoleum en vormt een aantrede naar de achterste korte wand, geritmeerd door zeven georneerde traveeĂŤn. Elk segment heeft een omkaderd wortelstuk van inheems hout waardoor een sequentie ontstaat van zeven meanderende patronen. De noesten ponsen door als zwarte kogels en refereren naar de gildentraditie met allerlei pictogrammen zoals gekruiste haakbussen, buskruitstampers, mortieren en kanonnen. Aansluitend is een gipsen linteel waarop het roet zich is gaan hechten, alsof het een middeleeuwse zaal betrof waar schietoefeningen gehouden werden.
27
11_MG_2963 WORTEL KERSELAAR (1083 X 658 X 6 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
28
12. Net voorbij de inkomhal bevindt zich de vestibule, op maat gesteld volgens de Grand ThÊatre-traditie. Deze smalle, hoge ruimte is inpandig en gemarkeerd door een vierkant blind vlak ruwe marmer van 15m². Het vlak is diep uitgesleten, door de frequente circulatie en bevat uitgevaagde inscripties: stokschrift en aantekeningen die zijn achtergelaten door de werklieden. Een minderwaardige houtsoort omkaderde het neoclassicistische vlak, maar is danig aangevreten dat een diepe groef er vandaag omheen cirkelt.
29
12_MG_2966 NAPOLEON (1219 X 608 X 9 MM) OLIEVERF OP MDF
52 DECORATIETIPS
30
13. Langsheen de buitenkant van de symmetrische vestibule ligt een gebosseerde plint van gietijzer en een vloerlint van gekleurde marmeren platen, afgemeten volgens de gulden snede. De aders van deze stenen lopen radiaal naar ĂŠĂŠn punt, dat zich, door een geroteerde plaatsing van de platen, telkens centraal in het napoleontische vlak situeert. Door deze licht gepivoteerde plaatsing, ontstaan driehoekige restruimtes tussen de platen, typisch voor de vroege rococo. Deze zijn belegd met gevlamde, matte natuursteen die de contour vervolledigt en afwerkt.
31
13_MG_2967 VERT DE MER (1201 X 603 X 10 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
32
14. De noordelijke voorgevel is een typisch voorbeeld van de classicerende barokstijl. Het traditionele gebruik van bak- en natuursteen, de gereduceerde halsgevel met rolwerk en driehoekig fronton, lijken de opbouw op een klassieke manier in te leiden. De figuratieve barokdecoratie, zoals siervazen, gevleugelde putti, vruchtenslingers en voluten, maken echter plaats voor een moderne, materieinterpretatie van de traditie. De gebosseerde, spiegelboogvormige deuromlijsting wordt bekroond met een groot vlak van karstisch geschonden marmer uit de westelijke PyreneeĂŤn. Dit rechthoekig afgerond vlak bestaat uit acht gelijke platen, naadloos aaneengezet en handmatig donkergezoet.
33
14_MG_2968 VERT DE MER (1201 X 600 X 9 MM) OLIEVERF OP MDF
52 DECORATIETIPS
34
15. De zuidelijke achtergevel kan met zijn bas-reliefs en fraai geornamenteerde omrandingen gelezen worden als een staalkaart van wat John Ruskin en de Engelse hoog-victoriaanse stijl voortbrachten. De geblokte hoekbanden behandelen de gevel als een autonoom werk, waarin centraal het grote spitsboogvormige drielicht van kleur opspringt tussen de fijn uitgewerkte boogfriezen zowel in de benedengeleding als in de geveltop. Het glas in het drielicht is echter vervangen door een compositie van kleine platen met verschillende genres marmer, ter plaatse gehouden door koperen latten. Deze zeer dun geslepen marmerplaten lichten in verschillende kleuren op en zijn een intelligente oplossing voor de 19e eeuwse vensterbelasting.
35
15_MG_2972 WITTE MARMER (1223 X 610 X 9 MM) OLIEVERF OP MDF
52 DECORATIETIPS
36
16. Langs de westelijke buitenzijde van de grote zaal is een portiekenstructuur uitgevoerd in pilasters van Italiaanse marmer. De kolommen zijn 0,50 meter breed en 4,5 meter hoog en kadreren maniĂŤristische fragmenten van oude gevels. De gevels zijn reconstructies uit de bak- en zandsteenstijl, zowel als de classicerende barok en zijn gebaseerd op teruggevonden bouwaanvragen van gesloopte of sterk verbouwde panden. De gevelsegmenten bieden zo een rijke bibliotheek waarin witte natuursteen, arduin, marmer en graniet zorgen voor een subtiel, maar historisch inadequaat kleurspel.
37
16_MG_2973 PORTOR (1223 X 400 X 20 MM) OLIEVERF OP MDF
52 DECORATIETIPS
38
17. De victoriaanse portrettenkamer is ingericht met een doorlopend, middelhoog meubel van oosters hardhout. Boven deze toog zijn een reeks portretten geĂŻnstalleerd van lichte marmer zoals die werd waargenomen in de verschillende paleizen en kastelen doorheen Europa. Deze kopieĂŤn zijn vervaardigd tijdens een reis langsheen de monumenten van het Europese vasteland, zoals de jonge blanke elite dit met de grand tour pleegde te doen vanaf de 18e eeuw. De portretten zijn kleurgetrouw en tonen hoe vooral in de donkerste residuele tonen geografisch opmerkelijke verschillen opduiken. Het styloliet (het discontinue vlak dat elk van deze platen opdeelt) is echter identiek, onroerbaar door ouderdom, context of slijtage.
39
17_MG_2976 NAPOLEON MARMER (1220 X 454 X 4 MM) OLIEVERF OP VEZELPLAAT
52 DECORATIETIPS
40
18. Net voorbij de neoclassicistische wenteltrap wordt de gang opgebroken door een reeks nissen, elk 2 meter breed en 5 meter diep. Aan de linkerzijde van elke nis is een gipsen schermgevel gebouwd, die door middel van een middeleeuwse draagstructuur van gerijpte houten balken en tengellatten aan de muur is bevestigd. Tijdelijk opgetrokken naar aanleiding van een ambachtenwedstrijd of groot landjuweel, blaken deze sculpturale gevels van de kleurrijke ornamenteringen, waarbij stielen, ordes en spotprenten de waterlijsten sieren.
41
18_MG_2979 EIK (1304 X 784 X 3 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
42
19. De met teer behandelde leien op het centrale dak worden gedragen door een traag oplopend houten dakgebinte. Door de puntsymmetrische opbouw van dit hoger gelegen bouwdeel, komen acht geschaafde spantbenen samen in de nok. Een blok van 0,80 meter bij 0,80 meter massieve marmer is bevestigd, waar traditioneel hanebalk, priemstijl, klamp en nokgording zouden moeten zitten. Het blok Belgische marmer is langs alle kant voorzien van ingebeitelde perforaties, waar de balk als een spie in schuift en stijf vasthaakt. Deze atypische lantaarn heeft een verfraaide bodem, waar de zichtbaar gelegde balken en bemaatte inkepingen zorgen voor een complexe geometrisering.
43
19_MG_2980 ROUGE ROYAL (1405 X 701 X 3 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
44
20. Langs de westzijde van het bouwwerk loopt een hellend platform dat onderaan vertrekt aan een smal waterbassin en bovenaan tot tegen de gevel loopt. Het platform, dat de aangrenzende travee-indeling spiegelt, bestaat uit de korsten (onbewerkte buitenvlakken bij het zagen) van licht gekleurde marmer. Deze laatromantische waterconstructie die leven moest lokken binnen de gegeven aanleg is door verweer aangetast. De platen liggen haaks op de gevel en tonen duidelijke kalkaanslag in de vorm van meanderende brede banden, zowel onderaan door het bassin, als bovenaan door het aflopende regenwater.
45
20_MG_2982 AFGEWASSEN MARMER (1222 X 610 X 9 MM) OLIEVERF OP MDF
52 DECORATIETIPS
46
21. Aan de zij-ingang, net naast de stalen voet die de smeedwerken poort klem zet, is een plaat witte marmer gekadreerd door een strook groene marmer gewonnen uit de Campan-groeves in de Hoge PyreneeĂŤn. De plaat is 2 meter hoog, heeft een breedte van 1,2 meter en is volgens romaanse traditie gespiegeld aan de overzijde van het inkomvertrek in een hoogblinkende koperen plaat. De witte marmer doet dienst als spreukenbord waar, zoals de Oud-Etruskische traditie het voorschrijft, elke bezoeker een spreuk het huis binnendraagt. Zo is het stenen vlak decennialang danig met beitels bewerkt dat het een destructief palimpsest is geworden, concaaf en onleesbaar.
47
21_MG_2983 WITTE MARMER EN CAMPAN VERT (1220 X 606 X 4 MM) OLIEVERF OP VEZELPLAAT
52 DECORATIETIPS
48
22. De laatste schermgevel in de rij is geĂŻnspireerd op een ontwerp uit 1527 van een zandstenen trapgevel in Brabantse gotiek ontworpen door een der meestermetselaars. Om dezelfde tactiliteit van dit sedimentair gesteente te bekomen, is de reconstructie in verruwd zacht hout uitgevoerd. De keuze voor hout stelde de restaurateurs in staat nog meer in detail te treden dan het origineel, teneinde het simulacrum als een verdergezet stadium te zien. De skeletstructuur van gekoppelde kruis- en bolkozijnen, de doorlopende halfzuilen en waterlijsten en vooral de bladwerkkapiteeltjes met haar langgerekte pinakels zijn dermate verfijnd, dat de middeleeuwse gevel zich als een maximalistisch orgel voordoet.
49
22_MG_2985 CITROEN (1223 X 608 X 4 MM) OLIEVERF OP VEZELPLAAT
52 DECORATIETIPS
50
23. Een eiken loopbrug, een werfsteiger tijdelijk opgetrokken door de werklieden, steekt dwars over de rij studiegevels. De eiken draagstructuur is ingepakt met fineer van tropisch hardhout dat door zijn visgraatmotief de sterke horizontaliteit van het geheel doorbreekt. De brug, die eerst werd gebruikt om de perspectivische dakgedeeltes te kunnen beeldhouwen, wordt nu gebruikt om die laatsten van naderbij te kunnen bekijken. Op de donkere borstwering is maas- en beeldhouwwerk aangebracht, waarin vooral nuances ontstaan door het alternerend gebruik van spint- en kernhout. Centraal op de loopbrug is het wapenschild aangebracht met als devies ‘Het moet wel’, geflankeerd door de patroonheiligen van de schrijnwerkers en de ververs.
51
23_MG_2986 CUBAMAHONIE (1250 X 600 X 6 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
52
24. De lichtgroen gestucte zuidergevel is maagdelijk leeg gelaten en wordt door waterlijst en speklaag op maat gesteld. Een breed verdiepingshoog raam breekt het stadsesthetische vlak centraal in twee en geeft inkijk in een klein vertrek ingericht in het licht van de romantische middeleeuwse revival. Een aantal kleine stoelen in donkerrood hout staan verspreid in een interieur dat bol staat van exuberante ornamentiek. Een achtzijdige hemelkoepel in neomiddeleeuwse stucadoorsgotiek zweeft boven een polychroom afgewerkte parterre in een overgangsstijl tussen neoromaans en neobyzantijns. Afbeeldingen van krijgers in middeleeuwse wapenuitrusting, Vlaamse historische figuren, engelen met banderollen en allegorische voorstellingen van de provincies laten hun licht schijnen over een onwaarschijnlijke verzameling van oudheidkundige kunstschatten en romantische prularia waarmee de kleine kamer bezaaid is.
53
24_MG_2987 PALISSANDER (1250 X 601 X 5 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
54
25. Naast de laatbarokke dubbele deur die leidt naar de grote zaal, is een display gemonteerd van spaanplaat, bestreken met polypropeen en bekleed met melamine. Deze plaat is gebroken wit, halfdiep en heeft een lengte van 1,5 meter. Hierop liggen zeven handvaten, de vrouwelijke helft meer precies, vervaardigd in zeer gecongesteerde brèche violet marmer. Het oppervlak glad gepoliert, heeft elk handvat een verschillende vorm en traditie. Deze sculpturen zijn als souvenirs in sequentie gezet, geÍtaleerd zoals objecten hun plaats kenden in het curiositeitenkabinet van de laat 19e eeuw.
55
25_MG_2988 BRECHE VIOLET (1222 X 527 X 16 MM) ACRYLVERF OP PLANK
52 DECORATIETIPS
56
26. Zware lijsten geleden de voorgevel horizontaal, brede composiete pilasters met hoekvazen markeren de geleding verticaal. Ter hoogte van de tweede bouwlaag wordt dit barokke vormenarsenaal ruimtelijk versterkt door het indrukken van cassettes, waarin zich telkens een cartouche bevindt. Gehouwen in Napoleon marmer en verdiept door een contour van Belgisch marmer, geven de cartouches 44 maal de architect, de bouwheer en het bouwjaar van het amalgaam weer.
57
26_MG_2989 SINT ANNA EN NAPOLEON (1219 X 607 X 9 MM) OLIEVERF OP MDF
52 DECORATIETIPS
58
27. De derde kamer aan de zuidkant meet 4 bij 5 meter en wordt overheerst door een geornamenteerde smeedijzeren baldakijn in empirestijl. De kamer lijkt zich rond de polygonale overkapping te wentelen en laat aan alle zijden een halve meter spatie. Het sierlijke dak met vorstkam bekroond, wordt gedragen door vier slanke, getordeerde kolommen die zijn verbonden door een met rankwerk versierde leuning. De vloer die is gelegd met platen narratieve marmer, heeft rondom een schaduwvoeg langsheen de muur, die het vloerpakket als een massieve sokkel suggereert. De dakrand is versierd met vergulde rozetten en de onderkant van de luifel verraadt nog meer elementen uit de Parijse empirestijl: gouden leeuwenspuiers, palmetten en antraciete vrouwenhoofdjes.
59
27_MG_2990 FANTASIEMARMER (1250 X 826 X 9 MM) OLIEVERF OP PLANK
52 DECORATIETIPS
60
28. Het fragmentaire en ontwikkelende karakter van het geheel blijkt duidelijk uit de renaissance plinten, die oorspronkelijk in alle vertrekken waren geĂŻnstalleerd. Daar waar muren verschoven zijn of autonomer zijn aangewend, is de plint onzichtbaar gemaakt, door met opvulplaten de muur uit te dikken en op te voegen. Op andere plaatsen worden de lange plinten in rouge royal marmer aangewend als een kadrering voor een specifiek bouwdetail. In de gang tenslotte is ze verdubbeld langs het plafond, teneinde in texturen een neoklassieke verticale spiegel te verkrijgen.
61
28_MG_2992 ROUGE ROYAL (1251 X 609 X 5 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
62
29. Een brede wenteltrap met arduinen tredes en een zwart stalen traliewerk, verbindt een centrale verbreding van de gang met een kleine opengewerkte bovenverdieping. Deze monumentale vide toont een neobarokke bel-etage volledig in eik uitgevoerd en aan de binnenzijde afgewerkt met fineer van palissander. Het is een koepelvormig volume, waarin verschillende gebogen dakkapellen prijken langsheen een balustrade met siervazen. Het dakpaviljoen wordt geritmeerd door Corinthische pilasters en een balkon dat ondersteund wordt door consoles met leeuwenkoppen. Boven de deur om de buitenruimte te betreden, prijkt een vrouwenhoofd met bladranken die als kraagsteen fungeert voor een uitkragende kroonlijst.
63
29_MG_2993 SPIEGEL PALISSANDER (1222 X 619 X 5 MM) OLIEVERF OP VEZELPLAAT
52 DECORATIETIPS
64
30. Aan de zuidwestgevel hangt een metalen frame van 4 bij 5 meter, voorzien van twee bovenlichten. Het vroeg-industriĂŤle paneel toont een eclectisch amalgaam dat is samengesteld door een reclameschilder uit Genua. De vroege rococo is een startpunt, dat als een verheven middenrisaliet in bas-relief is uitgewerkt. Gecanneleerde Corinthische zuilen, bekroond door beelden van Apollo en Diana, dragen een gekornist driehoekig fronton. Zijdelings neemt de Vlaamse barok een aanhef met een gebogen frontonbekroning waaronder aan weerskanten een oeil-de-boeuf verdwijnt onder de smeedijzeren borstwering. De ingevallen hoeken van het vlak worden benadrukt door een steigerend rocaillestucwerk.
65
30_MG_2994 VERT DE MER (1221 X 598 X 8 MM) OLIEVERF OP MDF
52 DECORATIETIPS
66
31. De vijfde deur leidt naar een langwerpige studiekamer verticaal opgedeeld door een volledig intact victoriaans interieur in haast zwart fineer. De onderste meter is rondom rijkelijk gestoffeerd, geboenwaste armoires en honderden kleine fichelades in gearticuleerde materialen, waartussen massieve houten tafelbladen, vier geblokte stoelen en een met koper afgewerkte velouren leeszetel staan. Daarboven stapelen zich de farden, dossiers en classeurs op, in open kasten waarvan alleen de kopse, eiken kanten zichtbaar zijn. Boven deze bibliotheek begint het met portor ingelegde koepelplafond haast meteen naar binnen te buigen en vormt zo een hermetisch en comprimerend zwart firmament.
67
31_MG_2995 PORTOR (1203 X 601 X 7 MM) OLIEVERF OP MDF
52 DECORATIETIPS
68
32. Het dakoppervlak van de victoriaanse studiekamer is eveneens in zwarte portor marmer uitgevoerd. Deze identieke bekleding binnen en buiten, maakt het dak tot een monoliet geheel en benadrukt zo de dakruiter tot een autonoom en vreemd object. Het kleine torentje is een zeer dens rococogeheel met kenmerkende motieven, zoals putti, siervazen, bloemkransen en bustes van heiligen. Een uitbundige afwisseling tussen gepolierde stukken zwarte marmer en met teer bestreken oppervlakken, geeft het geheel een uitgebrand en verloren aanschijn. Ondanks zijn explosieve ornamentering, lijkt het kleinood van het oog afgeschermd, verdoken voor beeldenstormers.
69
32_MG_2996 PORTOR (1223 X 608 X 9 MM) OLIEVERF OP MDF
52 DECORATIETIPS
70
33. Tegen de muur in de vestibule hangen twintig zwarte kaders op, in twee horizontale rijen boven elkaar. De opengeplooide en tentoongestelde vellen getuigen van lange briefwisselingen tussen ambachtslui verspreid over het Europese vasteland. De aanhef is steeds formeel en toont een stand van zaken, zowel als van lieden. Na deze captatio benevolentiae, is er een alinea die over coloriet handelt en een tweede die de duurzaamheid van afwerking bespreekt. Een laatste alinea toont grondstoffen, alsook hun richtprijzen. Deze manufacturen zijn steeds opgesteld op de achterkant van een vel imitatiemarmer dat een fragment van de huidige praktijk verraadt: een gewoonte die mogelijks ooit per abuis begonnen is, maar nu een gretig opgepikte vorm van subtiele snoeverij is geworden.
71
33_MG_2997 BRECHE WITTE MARMER (1223 X 602 X 6 MM) OLIEVERF OP MDF
52 DECORATIETIPS
72
34. Elke enkele deur heeft een omlijsting die relatief sober van kleur en materiaal is gehouden, maar wordt vergezeld van een cartouche bovenaan. Deze veelal marmeren, omkaderde platen zijn 0,9 meter hoog en in breedte afgelijnd op de deuromlijsting. Duidelijk gebaseerd op de supraporte-traditie van de renaissance, barok en rococo, lijkt ze nu eerder een manifestatie van historiserende, landelijke stijl. Het binnenvlak wentelt zich accoladevormig, waardoor symmetrie de marmeraders van richting voorziet.
73
34_MG_3000 WITTE MARMER EN CAMPAN VERT (1223 X 598 X 8 MM) OLIEVERF OP MDF
52 DECORATIETIPS
74
35. Langsheen elke hoek van het gebouw is een bescheiden zijrisaliet opgetrokken, bepleisterd en eiwit beschilderd, onderaan geritmeerd door verticale voren. De sokkel van het risaliet is op neoclassicistische wijze verbreed en heeft aan beide zijden een nis met daarin een gebaard mannenhoofd. Deze sculpturen gehouwen uit Franse Sarrancolin, bemannen een grote kelk waarin het vergeelde regenwater, via hun mond geschonken wordt.
75
35_MG_3002 SARRANCOLIN (1222 X 600 X 10 MM) OLIEVERF OP MDF
52 DECORATIETIPS
76
36. De wenteltrap in omgekeerde richting volgend, leidt naar een onderliggend caniveau, waarin alle muren een zool hebben en elke ruimte onderkelderd is. De vloer is bestreken met enorme, gepolierde platen Sarrancolin marmer, die door hun heftig en gevarieerd patroon een helse atmosfeer creĂŤren, refererend naar de catacomben en crypten onder bepaalde laat-romaanse Franse kapellen. Het plafond wordt opgehouden door een waaier aan fantasierijke kruis-, rib-, net- en stergewelven, die door de lage verdiepingshoogte (1,6 meter op zijn hoogste punt) al van op plintniveau aanvangen.
77
36_MG_3004 SARRANCOLIN (1020 X 607 X 8 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
78
37. Ingeklemd tussen de grote zaal en het atrium, bevindt zich het impluvium dat is ingericht volgens historiserende Art Nouveau-stijl. Deze afwateringsconstructie bestaat uit twee massieve platen van portor marmer die onder een hoek van 17 graden naar elkaar toe geheld staan. Beide platen zijn veelvuldig met schellak gepolitoerd en voorzien van een dunnen koperen rand. Het regenwater loopt langsheen de groef in het koperen kader en glijdt zo homogeen overheen het marmeroppervlak. De koperoxidatie, zowel als de corrosie van het lakwerk, laten sporen na waardoor het oppervlak zeer fluctuerend wordt. Een bijzonder ingenieus belichtingssysteem van drie beglaasde zadeldaken zorgt voor een scherende lichtinval doorheen het plafond vitrĂŠ.
79
37_MG_3005 PORTOR (1222 X 410 X 19 MM) OLIEVERF OP MDF
52 DECORATIETIPS
80
38. Aan de achterzijde van de kleine buitenruimte bevindt zich een muur waarop vier brede esdoornplaten bevestigd zijn, beschut door een gietijzeren luifel met een strak cirkelornament. Verschillende glazen platen hangen als een gordijngevel voor de gemoesteerde houten platen. Het glasoppervlak is afwisselend glad, gezandstraald of gezuurd en toont zo telkens op een verschillende manier het verlichte hout. De stalen glaslijsten van dit geometrische Art Deco-ensemble zijn volgens een zigzaglijn gemonteerd, die contrasteert met een horizontaal bovenvlak van oranjerode en zwart geglazuurde tegeltjes.
81
38_MG_3006 GEMOESTEERDE ESDOORN (457 X 122 X 4 MM) OLIEVERF OP VEZELPLAAT
52 DECORATIETIPS
82
39. Aan de oostzijde van de gevel is een van de grond geheven en zeer verzorgde pui gerealiseerd, een combinatie van eclecticisme en gestileerde Art Deco. De installatie meet 1,6 bij 1,6 meter en het houten inlegwerk is gebeurd in zeer lichte pitchpine. Rondom lopen prachtige glas-in-loodramen met florale motieven. Dieper naar binnen maken het gebogen glas en een waaiervormige decoratie de brug naar een ver naar binnen geschoven mortier in glas-in-lood. Deze diepe kern die alleen maar teruggevonden wordt in de meest exuberante rococo, heeft gegolfd glas dat het achterliggende interieur danig vervormt.
83
39_MG_3007 PITCHPINE (1219 X 454 X 5 MM) OLIEVERF OP VEZELPLAAT
52 DECORATIETIPS
84
40. De dubbele, spiegelboogvormige voordeur is uitgevoerd in kostbare mahonie. Ze is samengesteld uit telkens 15 vierkante lijsten van massief hout, waaruit taferelen gesneden zijn. Deze bas-reliefs, schatplichtig aan de neo-Vlaamse renaissance, tonen uiteenlopende ornamentiekfragmenten zoals kandelabers, wortelmotieven, driehoekige en segmentboogvormige frontons, geblokte halfzuilen, coquilleschelpen, rolwerk en balusters. Elk van deze geĂŻsoleerde elementen is op een tiende van de grootte weergegeven en door zijn plaats in de buitengevel erg verweert.
85
40_MG_3008 BLOEMMAHONIE (1356 X 546 X 3 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
86
41. Een zwart gelakte deur linksachter in de grote zaal leidt naar een kleine kamer, 3 meter breed en 1,5 meter diep, waar twee vroege tubax-stoelen opgesteld staan, onbemiddeld tegenover elkaar geplaatst. De ruimte is lichtgroen gekalkt en sober afgewerkt met een kleine plint en een smalle, neoklassiek moulure langsheen het plafond. De lange zijde is afgeschermd door wat een muurvullend gordijn lijkt, nonchalant gedrapeerd, maar volledig uit Sarrancolin marmer gehouwen. Dit sculptuur, stammend uit de lamberkijnentraditie tijdens de rococo, overheerst de ruimte en straalt ondanks de dense brèche van het marmer, een grote rust uit.
87
41_MG_3009 SARRANCOLIN (1018 X 605 X 9 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
88
42. De lengterichting van de neobarokke binnenplaats wordt geaccentueerd door een typisch gekanteelde schermgevel, geritmeerd door kolossale composiete pilasters. Deze bakenen telkens een zone van 1 meter af, waar op zeer repetitieve manier eenzelfde marmertekening wordt herhaald. Markant is de arbeidsintensieve manier waarop gezocht werd naar blanke, ongeschonden en dus ongetekende marmerplaten. Deze platen van verschillende origine en tint, worden vervolgens op stereotomische wijze bewerkt met spigot, pin, gradine of bouchardhamer tot een identieke structuurtekening bekomen is.
89
42_MG_3010 SARRANCOLIN (1020 X 607 X 8 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
90
43. Aan de korte zijde van de binnenplaats staan drie verschillende vakwerkconstructies in diepte tegen elkaar geplaatst. Deze eiken composities in Normandische vakwerkbouw, werden opgericht met als doel de kale zuidwestgevel te versieren, tijdens een Vlaams landjuweel. Lichte ijzeren liggers werden bekleed met een typische houten skeletstructuur, waarin diverse voren en halve deuvels gegroefd zijn, alsook spreuken zoals de nationalistische ‘Hou ende Trou’. Tijdens het evenement werd het vakwerk bezet met terracottabustes van volkse helden om erna gerecupereerd te worden als horizontale schoor.
91
43_MG_3011 EIK WORTEL (1054 X 574 X 5 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
92
44. De wenteltrap is geĂŻnstalleerd in een vierkante ruimte met twee gelijk gedecoreerde rococo-klokgevelzijden. Centraal is een gebogen frontonbekroning opgetrokken met oeil-de-boeuf omgeven door rocailles. Daarnaast lopen vier gelijke nissen met een geprofileerde, met rozet- en guirlandeversierde omlijsting. Bovenaan loopt een kroonlijst en bloemenfries, voorzien van laurierfestoenen en lamberkijnen. De ene zijde uitgevoerd in arduin, de andere, met een structuur van arduin, is bekleed met walnootfineer en vormt zo een contrapunt tegenover de gepatineerde kalksteen.
93
44_MG_3012 WALNOOT (1250 X 600 X 6 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
94
45. Aan de achterkant van het gebouw is een toegang voorzien die leidt naar een overdekte binnentuin waar een verzameling bouwrelicten als didactisch materiaal staan opgesteld. Dit kluwen van details in arduin, witte marmer, portor of grijze esdoorn, vormt een bloemlezing van de Vlaamse bouwidealen. Acanthusblad, armilaarsfeer, cannelure, festoen, griffioen, herme, hogel, mascaron, modillon, palmet en visblaas lichten een voor een op, wanneer tussen de verloren sculpturen wordt gebladerd. Een lichte sluier hangt overheen het amalgaam, houdt het ongedierte buiten en onttrekt het aan het oog.
95
45_MG_3013 GRIJZE ESDOORN (1219 X 455 X 4 MM) OLIEVERF OP VEZELPLAAT
52 DECORATIETIPS
96
46. De oostelijke zijbouw is in statige neoclassicistische stijl uitgevoerd en trachtte zo het massamiddelpunt van het bouwwerk te verschuiven. De imitatiebanden op de begane grond en het fel uitspringende lijstwerk zorgen voor een horizontaal accent, dat wordt doorbroken door de eerder verticaal opgevatte bovenbouw. Hoofdzakelijk uitgevoerd in gepolierde marmer getuigt de gevelpartij tussen de twee risalieten van een bijzondere zwaarte. Een gebogen frontonbekroning en logge gargouilles zijn getooid door siervazen en geritmeerd door Ionische halfzuilen. Langsheen de hoekpenanten zijn academische reliĂŤfs voorzien van de verschillende industriĂŤle takken, die eveneens in het gestileerde klassieke motiefwerk terugkeren.
97
46_MG_3014 SINT ANNA (1231 X 408 X 7 MM) OLIEVERF OP MDF
52 DECORATIETIPS
98
47. Diagonaal geplaatst tegenover de arduinen wenteltrap is een hoekvolume ingesloten, van bijzonder eclectische aard. Gestript van haar origineel volume, is nog slechts de lijstgevel bewaard, met haar hoofdfragmenten in geslepen Sint Anna marmer. De afgeschuinde hoektravee wordt ondersteund door een zuil, bekroond door een leeuw met wapenschild, die meteen de console vormt voor een glad afgewerkte en massieve Goethiaanse bol. Boven dit sculptuur, dat zich ter hoogte van de entresol bevindt, verheft zich een polygonale hoektoren, met speklagen in marmer, waarvan de kegelvormige spits een schaduwlijn van het plafond af blijft. De gevel kromt zich verder binnenwaarts tot een afgeknot gedeelte, dat een tegengewicht biedt voor deze rijk uitgewerkte partij.
99
47_MG_3015 SINT ANNA (1231 X 413 X 6 MM) OLIEVERF OP MDF
52 DECORATIETIPS
100
48. Door de circulatie die grotendeels doorheen kamers gebeurd en het grote gebrek aan ramen, werd een ingenieus ventilatiesysteem bedacht dat vanuit de centrale kamer als een bypass zou werken. De modernistische ingreep bestaat uit een diamantvormig volume in mahonie, dat ter hoogte van de gietijzeren kolommen in de as van het gebouw, doorheen het rustiek dakpakket geponst wordt en door middel van een syfontechniek de lucht zuiverend naar binnen trekt. De sponsachtige zandsteen waarmee de binnenzijde is ingelegd, zuivert op karstische wijze de aangetrokken lucht.
101
48_MG_3016 BLOEMMAHONIE (1002 X 498 X 6 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
102
49. Het klein-pantheon is een ronde, gesloten ruimte, op palen gezet en uitgevoerd in notelaar. De binnenkant is karig bekleed en dient als chambre d’exercises, het 18e eeuwse academische atelier waar sculpturale, figuratieve en decoratieve technieken konden getest worden. Net zoals de buitenkant heeft de binnenzijde een gebogen en gesloten wand. Doordat de ruimte langs de onderzijde ontsloten wordt, heeft de houten wand ook geen openingen. Door de cirkelvormige beweging die wordt afgelegd bij het aanbrengen van de studies en de evolutie die die studies ondergaan, ontstaat een palimpsest dat zich langzaam in vorm en volume inbreidt.
103
49_MG_3017 WORTEL NOTELAAR (984 X 483 X 6 MM) OLIEVERF OP MULTIPLEX
52 DECORATIETIPS
104
50. De chambre de portes is een kleine trapezoĂŻdale kamer waarop negen verschillende deuren uitkomen. De lijsten zijn uitgevoerd in 17e Eeuwse bouwtrant en dit vertaalt zich in een skeletachtige opbouw met kruiskozijnen. De vier wanden zijn gevuld met deuren waarvan hun gebogen of driehoekig fronton met zware vruchten- en bloemenguirlandes overloopt in de volgende. Deze zijn typisch Vlaamse barok en evolueren naar boven toe in een kroonlijst met gelede zandstenen architraaf, gedragen door Lodewijk XIV-consoles.
105
50_MG_3018 GRAND ANTIQUE (1529 X 782 X 5 MM) OLIEVERF OP VEZELPLAAT
52 DECORATIETIPS
106
51. De grote zaal bestaat uit een aantal opeenvolgende kruisgewelven, van elkaar gescheiden door een speels in- en uitzwenkend rolwerk en gepleisterde houten liggers. Bolornamenten versieren de uiteinden van verschillende horizontale geledingen en sierlijke lelievormige muurankers zijn typerend voor de renaissance-bouwkunst. De lengterichting van de zaal wordt doorbroken door een opvallende reeks van veertien verdiepte boogvelden die versierd zijn met medaillons in laagreliĂŤf, waarop de instrumenten kenmerkend voor de ambacht, gebeiteld zijn.
107
51_MG_3019 PORTOR (1254 X 565 X 5 MM) OLIEVERF OP VEZELPLAAT
52 DECORATIETIPS
108
52. In de hoek staat een halve Brabantsgotische gevel, opgetrokken volgens het spiegelbeeldschema. Het betreft een bepleisterde lijstgevel met onderbroken gebogen fronton, putti en naar elkaar gerichte kariatiden. Het mansardedak met oeil-de-boeuf versterkt het massieve karakter van de rijkelijk met Sarrancolin marmer bekleedde gevel. De spiegelzijde is echter nooit uitgevoerd, aangezien deze in uitvoering identiek is en dus oninteressant. Een spiegelvlak, uitgevoerd in een omlijsting van donkere fineer, heeft wel tijdelijk de gevel visueel volmaakt.
109
52_MG_3020 SARRANCOLIN (811 X 615 X 4 MM) OLIEVERF OP VEZELPLAAT
René Deblaere, geboren te Menen op 25/09/1922 en gehuwd met Marie-Madeleine Van Daele, is een West-Vlaamse meester-schilder. Hij werkte zijn leven lang als huisschilder-decorateur, terwijl zijn vrouw een verfwinkel openhield. Vanaf de jaren ‘80 begon hij te doceren in diverse schilderscholen te Brugge, Gent en Roeselare en deed dat tot hij op 92-jarige leeftijd overleed, op 17/01/2015 te Menen. Deblaere behoorde tot de Koninklijke Vrije Gilde der MeersterSchilders te Gent en verwierf faam op de jaarlijkse vakwedstrijden van het SCS, als schilder en als meester. Hij was medeoprichter van Salon Forever, een internationale groepering van decoratieve schilders. Zijn werk kent menige publicaties in magazine en krant en wordt door het schildersmuseum permanent tentoongesteld. Dit boek is gemaakt naar aanleiding van de gelijknamige tentoonstelling van 02/06/2016 tot 10/06/2016 in De Sokkel in de Beeldentuin en in de Bibliotheek van het Sint-Lucas Gent.
Grafisch ontwerp: Jan Laroy Geschreven te Gentbruggestraat 140, 9000 Gent. Gedrukt bij Graphius Gent op maco halfmat HV wit 115 gr Met dank aan: Thomas De Baets, Martine Derycke, Robin Vermeersch, Lisa Vlaemminck en Peter & Tille. Voor een verklarende woordenlijst wordt verwezen naar de laatste pagina’s van Gids voor Architectuur in Gent van Dirk Laporte en Livia Snauwaert.