Ik heb verdriet

Page 1

Where

do I begin?

Herinner je je Love Story nog? Een echte tranentrekker naar het gelijknamige boek van Eric Segal. Het was 1970. Op de hele school gonsde de melodie van de titelsong rond. De woorden, zo romantisch vertolkt door Andy Williams, zongen we moeiteloos mee: ‘Where do I begin to tell the story of how great a love can be.’ Zestien jaar was ik. Met de hele klas gingen we naar de bios om de film te zien. Een liefdesverhaal. Volgens medeleerlingen die al geweest waren zat er zelfs een beetje bloot in! Een extra trekpleister voor een zestienjarige. Het grootste deel van deze Love Story was uiteraard tamelijk voorspelbaar. Maar de treurige afloop, zo anders dan het happy end dat Hollywood ons doorgaans voorschotelt, bracht me toch van mijn stuk. Als de liefde in volle bloei is, wordt zij namelijk ziek. Doodziek. En hij heeft het nakijken. De film eindigt in totale treurnis, onder de weemoedige klanken van de titelsong. Nu durf ik wel toe te geven dat de tranen me destijds in de ogen prikten. Dat verborgen we na afloop uiteraard onder luidruchtig puberaal cynisme.

~  8  ~


H E T V E R L I E S VA N M I J N VA D E R

Met dat cynisme redde ik het niet toen amper twee jaar later mijn moeder op een avond, het was begin april 1972, naar mijn slaapkamer kwam. Ik was die dag teruggekeerd van een schoolreis naar Rome. Ik had het daar naar mijn zin gehad. Maar al die tijd sluimerde er ook een gevoel van onbehagen in me. Mijn vader was al sinds de jaarwisseling ziek thuis. Dat was hoogst ongebruikelijk, we kenden hem als een onvermoeibare werker die veel ballen tegelijk in de lucht hield. Omdat hij slecht sliep en mijn moeder niet wakker wilde houden, bracht hij de nachten op de bank in de huiskamer door. Mijn slaapkamer bevond zich daar pal onder, in het souterrain. ’s Nachts hoorde ik hem regelmatig ijs­beren en gesmoord kreunen van de pijn. Op de avond van mijn terugkeer ging mijn moeder naast mijn bed zitten en vroeg: ‘Hoe vind je dat papa eruitziet?’ De vraag alleen al maakte me heel ongerust. Ik was bij thuiskomst ontzettend geschrokken. Ik zag een sterk vermagerde man in zijn pyjama, met een gelige huid, die nerveus de ene sigaret na de andere naar binnen zoog. Haar volgende woorden deden mijn tot dan toe zo veilige wereld wankelen: ‘Heb je overwogen dat papa niet meer beter zal worden?’

~  9  ~


Tranen

© M@r kec - foto kollwit z man

Het is inmiddels 45 jaar geleden, maar dat moment staat in mijn geheugen gegrift. Ik barstte in een wild, wanhopig huilen uit. Tranen van verdriet en angst voor het dreigende onbekende land van verlies en gemis. Tranen van medelijden ook, met mijn vader, mijn moeder, mijn zusjes, mezelf. En tranen van onmacht en spijt om alles wat anders had kunnen zijn tussen vader en zoon. Om wat nu onomkeerbaar was. Voor zover ik me kan herinneren, is dit meteen de laatste keer in mijn leven geweest dat ik zo hartstochtelijk gehuild heb. Ik heb mijn tranen sindsdien altijd bedwongen, terloops weggepinkt of gemaskeerd met hoesten, snuiven en snuiten. Waarom? Misschien lijk ik wel op de vader in de beeldengroep van Käte Kollwitz, op het Duitse militaire ereveld in het Vlaamse dorpje Vladslo. Misschien lijken veel mannen wel op deze stenen kerel.

~  10  ~


VERDRIET IN STEEN GEHOUWEN

Op 11 november 2018 is het honderd jaar geleden dat er een einde kwam aan de Eerste Wereldoorlog. Alleen al in de Vlaamse Westhoek, een postzegeltje op de kaart van Europa, lieten naar schatting ruim 400.000 jonge mannen het leven in de gruwelijke loopgravenoorlog rond de stad Ieper. Na de oorlog werden in het voormalige strijdgebied veel militaire erevelden aangelegd. Een van de aangrijpendste daarvan bevindt zich in Vladslo. Het is een Duits ereveld. Hier liggen dus ‘de verliezers’. Dat komt tot uiting in de sobere vormgeving en de ingetogen sfeer. Te midden van duizenden kameraden ligt Peter Kollwitz begraven. Op het moment van zijn gewelddadige dood was hij nog maar zeventien jaar oud. Na de oorlog plaatste zijn moeder, beeldend kunstenares Käte Kollwitz, ter herinnering aan Peter en aan al die veel te jong gestorven mannen, hier het beeld ‘Die trauernde Eltern’.

~  11  ~


In mijn werk als militair geestelijk verzorger stond ik regelmatig met jonge soldaten in opleiding voor deze beeldengroep. Zelfs de stoerste en meest grofgebekte kerels werden dan stil. De kunstenares heeft zo veel emotie in deze beelden gelegd dat niemand aan de zeggingskracht daarvan ontkomt. In het verdriet van deze moeder en vader over hun zo jong gestorven zoon ligt het verdriet besloten van alle vaders en moeders die hun zonen en dochters verloren. En in dit in steen gehouwen verdriet herkennen de bezoekers van dit ereveld hun eigen verlies en verdriet. ‘STERK BLIJVEN’

Stilstaan bij deze beelden maakt allerlei gedachten en emoties over verdriet en rouw los. Zo denk ik altijd aan het gezegde ‘een man mag niet huilen’ als ik kijk naar de vaderfiguur. Nu zijn stofzuiger, kinderwagen en aanrecht in onze samenleving voor mannen geen taboe meer. Maar als het om emoties gaat blijven er verschillen. Zeker bij verdriet zullen mannen vaker de neiging hebben om zich ‘goed’ te willen houden en om ‘sterk’ te blijven. Kollwitz heeft dat treffend uitgebeeld. De vader zit rechtop, het hoofd geheven, de kin vooruit. Maar zie eens hoe verkrampt zijn houding is. De ogen dicht, de lippen op elkaar geperst. De armen als een schild voor zich. Het is alsof hij zichzelf bij elkaar moet houden. Zou hij zich ‘laten gaan’, dan brak hij bij wijze van spreken in stukken. Hoe anders is daarnaast de houding van de moederfiguur. Ze is als Maria bij het kruis van haar Zoon. Ineengedoken

~  12  ~


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.