12 minute read

Kattengedrag

Next Article
Geplaatst

Geplaatst

SPELD IN DE HOOIBERG

Toetje, DessertenJanne

Advertisement

TEKST: MARGIT WARMINK FOTO’S: CORRIE EN JOOST WOLF

Drie snoesjes van poesjes keken je aan vanuit een mandje in het kattenverblijf van de Hof van Ede. Mandje, brokjes, warmte, álles deelde dit trio. Samen sterk. Wat zou het mooi zijn als deze drie katjes samen konden blijven... Dat schreven we in het najaar van 2019. Maarrrr... wie wil er nu in één keer drie katjes adopteren?

Corrie en Joost Wolf waren niet op zoek naar een zijn twee poezen slapen nog steeds graag samen. Je poezentrio, maar wilden wel katten uit het asiel ziet dat het een goed idee was om ze bij elkaar te adopteren. Het werden er dus maar liefst drie: kater houden.” Janne, met twee jaar de oudste. En poezen Toetje en Dessert, nu Panda en Pinda, twee schuwe zusjes van Waren ze in het begin bang voor jullie? En hoe een paar maanden oud. En om de uitdaging niet te ga je daar mee om? gemakkelijk te maken, waren de drie katten niet ge“Ze zijn op een boerderij gevonden. Eerst Janne, lawend aan een huiselijk leven. ter Panda en Pinda. Wel gevoerd door mensen, maar niet veel gewend. We wisten dat ze alle drie wat Hoe ging dat, de eerste weken? schuw waren, dus hadden we de logeerkamer heleCorrie reageert met een nuchterheid maal voor hen ingericht, met kattendie zeker van pas is gekomen in de eerste weken van de adoptie. “We zijn gepensioneerd, we hebben de tijd en “Deeerstekeerdat Panda naar ons bak en al. Een rustige plek waar ze konden wennen. De eerste weken zaten ze alleen maar onder het bed. een rustig huis”, vertelt Corrie. We toekwam, datwas Als we contact probeerden te madurfden het dus wel aan. We wilden een kat adopteren en dat mocht best fantastisch.” ken, schoten ze weg. Toen hebben we de Hof van Ede gebeld voor tips: een minder makkelijk te herplaatsen lekkere hapjes en speeltjes. Dat dier zijn. Uiteindelijk is ook alles goedgekomen. Ze werkte! Twee van de drie durfden tevoorschijn te zijn zo schattig met z’n drieën: zorgzame Janne en komen, Janne en Pinda. “

Hebben ze echt alleen maar onder het bed gezeten?

“Nee, als wij er niet waren hoorden we wel eens wat vallen. Waren ze bovenin de kast geklommen. Pan- da zijn we zelfs nog even kwijt geweest, die had een gaatje gevonden en was achter het dakbeschot ge- kropen. We hebben haar gelukkig kunnen pakken en daarna alle gaatjes heel goed dicht gemaakt.”

Was het moeilijk voor jullie, om het huis te delen met drie katjes die alleen maar onder een bed willen zitten?

“We hebben elke dag een uur bij hen in de logeerka- mer gezeten met een boek of de krant. Zo konden ze wennen aan ons. We hebben met ze gespeeld, met een bolletje wol, een stokje met een draadje eraan en pingpongballetjes, en dat vonden ze wel interes- sant. Na drie weken hebben we de deur open gezet zodat ze het huis konden verkennen. Janne en Pinda gingen eerst, daarna volgde Panda. Daarna ging het snel en inmiddels mogen ze zelfs naar buiten.”

blijvensamen

Hoe is het nu met ze?

“Janne is nu een grote knuffel en Pinda is heel on- dernemend. Ze klimt overal in en reageert op alles wat beweegt. Ze heeft zelfs een vogeltje gevangen. Dat vinden we niet zo leuk, en daarom hebben ze nu halsbandjes om. Panda gaat ook steeds beter, ze ligt heel graag bij Janne of bij de kat van de buren, Chouffe, die ook vaak bij ons is. De eerste keer dat Panda heel voor- zichtig uit zichzelf naar ons toekwam, dat was fan- tastisch.”

En als ze schuw was gebleven?

“Daar hebben we over nagedacht. Maar stel dat ze zich op zolder meer op haar gemak had gevoeld dan hier beneden, bij ons. Daar hadden we ook mee kunnen leven. Dan is dat maar zo, als de kat maar gelukkig is. Onze dochter zegt altijd: Kittens zijn leuk, maar er zitten nog zo veel katten in het asiel. Zelf heeft ze ook altijd asielkatten, niet de makkelijkste, en daar- door weten we: met veel geduld komt het altijd goed.”

Natuurlijk

TEKST: CARLA NIENHUIS

gedragnabootsen

Natuurlijk gedrag nabootsen voor binnenkatten. Brokjes zoeken tussen kalabassen. Foto: Riejanne Mook

Katten worden om verschillende redenen uitsluitend binnen gehouden. Denk bijvoorbeeld aan katten met een handicap, katten met een medisch probleem of oudere katten waarbij het vrij naar buiten laten gaan extra gevaren met zich meebrengt. Het kan echter ook zijn dat het niet mogelijk is om de tuin of het balkon veilig af te zetten of er is simpelweg geen tuin of balkon aanwezig. De leefomgeving van de binnenkat ziet er dan ook heel anders uit dan waar hij van nature in zou leven. Het is dan ook aan de eigenaar om deze leefomgeving zo geschikt mogelijk te maken, zodat het aan de wensen van de kat voldoet en hij niet alleen zijn natuurlijke gedrag kan uitoefenen, maar dat het huis ook zo stressvrij en comfortabel mogelijk is. Hiermee worden gedragsproblemen voorkomen en voelt de kat zich echt gelukkig.

De leefomgeving van de kat

De leefomgeving van de kat kan grofweg ingedeeld worden in de micro-omgeving en de macro-omgeving. Tot de micro-omgeving behoren de directe benodigdheden van de kat, zoals een plek om te slapen, om te eten en te drinken, te krabben en plekken om te poepen en te plassen. De macro-omgeving verwijst naar de ‘woonruimte’ van de kat bevat factoren zoals de temperatuur, verlichting, geuren en geluiden. Katten die vrij naar buiten kunnen, kunnen deels zelf hun leefomgeving kiezen. Katten die uitsluitend binnen worden gehouden moeten het doen met wat hun eigenaar hen aanbied. Wanneer de micro-omgeving niet naar wens is, zal de kat vaak een alternatief zoeken. Denk bijvoorbeeld aan de kat

voorbinnenkatten

tenbak die te veel in het zicht staat, waardoor de kat het hoekje naast de kast gebruikt om daar te plassen of de krabpaal die veel te klein is en de kat daarom de leuning van de bank gebruikt om aan te krabben. Maar wanneer de macro omgeving niet naar wens is, is het voor de kat lastiger om dit aan te geven. De eigenaar dient dan over flink wat kennis over kattentaal te beschikken, om de subtiele signalen te zien. Als de temperatuur in huis te hoog is, zal de kat immers niet uit zichzelf de thermostaat een graadje lager zetten of wanneer er te veel dieren op een kleine oppervlakte moeten leven, kunnen ze hun leefomgeving niet vergroten door een aanbouw te plaatsen. Er is voor de binnenkat dan geen alternatief. Katten die naar buiten kunnen hebben daarom meer invloed op hun macro-omgeving. Zo zie je katten verhuizen naar de buren als ze het bij hun eigenaren te druk vinden, ze hebben meer ruimte om huisgenoten te ontwijken en als het binnen te warm is, kunnen ze naar buiten om af te koelen.

Een katvriendelijke macro-omgeving Benodigde ruimte

Voor zowel katten die naar buiten kunnen als katten die uitsluitend binnen worden gehouden is een katvriendelijke leefomgeving een must. Dit begint al met de ruimte die er beschikbaar is. Wanneer er geen tuin aanwezig is of de kat kan niet vrij naar buiten, heeft hij enkel het huis tot zijn beschikking.

Hoeveel ruimte een kat nodig heeft hangt onder andere af van het geslacht en of hij wel of niet geneutraliseerd (gecastreerd) is. Ongecastreerde katers hebben, in tegenstelling tot gecastreerde katers, een grotere leefruimte nodig. Om zich voort te kunnen planten gaan zij op zoek naar verschillende poezengroepen om te kunnen paren. Het leefgebied van deze poezengroepen overlappen elkaar soms, maar kunnen ook ver uit elkaar liggen, waardoor de kater lange afstanden aflegt.

Andere redenen die de grootte van het leefgebied bepalen is de verspreiding van bronnen en verwantschap. Wanneer er bijvoorbeeld een schaarste is aan voedsel, zullen katten een groter gebied nodig hebben om de benodigde prooidieren te vinden. Katten die verwant (familie) aan elkaar zijn zullen eerder hun territorium met elkaar delen dan onverwante katten.

Katten die in huis leven hebben minder ruimte nodig, zij hoeven niet op zoek naar een partner om te paren en voedsel is vaak ruimschoots aanwezig. Uit onderzoek met onverwante katten, die in eenzelfde huis woonden, blijkt dat katers gebruik maken van ongeveer 4 a 5 ruimtes en poezen 3 a 4 ruimtes in een woning. Daarnaast willen katten, ook wanneer zij een goede sociale band hebben of verwant zijn, elkaar kunnen ontlopen. Het is daarom aan te raden om niet meer katten in huis te houden dan het aantal beschikbare ruimtes.

Met dit in gedachten is het goed om voor aanschaf van een kat te kijken naar hoeveel ruimte er in huis beschikbaar is en hoeveel dieren er samengehouden kunnen worden.

Vergroot de ruimte door plankjes aan de muur te bevestigen. De katten kunnen elkaar ontlopen en hun omgeving goed overzien. Foto: Iris Hendrickx

Tips voor een kleine woning

• Geef de kat (of katten) toegang tot zo veel mogelijk ruimtes in huis. Sluit zo min mogelijk deuren en zorg dat de beschikbare ruimtes 24 uur per dag toegankelijk zijn. • Zet niet te veel spullen in huis. Katten hebben de ruimte nodig om een sprintje te kunnen trekken wanneer zij achter een (nep)prooi aanzitten of met elkaar spelen. • Verwante katten (katten die familie van elkaar zijn) en katten die met elkaar zijn opgegroeid zullen eerder in elkaars aanwezigheid willen zijn dan katten die onverwant zijn of niet samen zijn opgegroeid. Twee kittens uit hetzelfde nest geeft de grootste kans op een sociale band. • Denk in 3D! Is de vloeroppervlakte niet zo groot, monteer dan plankjes aan de muur, maak loopbruggen en maak plaats vrij op kasten. Op die manier verruim je de omgeving. • Oudere katten zijn vaak minder actief en slapen meer, zij zullen minder behoefte hebben om een sprintje door het huis te trekken. Woon je klein, adopteer een senioren kat!

Temperatuur, geuren, geluiden, en licht Temperatuur

Warmbloedige dieren, zoals de kat, regelen hun lichaamstemperatuur intern door de verbranding van voedingsstoffen. Wanneer de hoeveelheid warmte die door het lichaam wordt geproduceerd overeenkomt met de hoeveelheid warmte die verloren gaat, is de lichaamstemperatuur in balans. Deze thermoneutrale zone bij katten (in rust) ligt tussen de 30–38°C. Dit is echter geen fijne temperatuur voor ons mensen en voor een kat die actief is, en dus meer verbrandt, ook een te warme omgevingstemperatuur. Echter houdt dit ook niet in dat tijdens de

Warm blijven op een SnuggleSafe. Foto: SnuggleSafe

Een veilige manier om de kat te laten genieten van de buitenlucht. Foto: Kattenhotel Cats Only

vakantie de thermostaat naar 12 graden gezet kan worden. De Dierenbescherming en de Faculteit diergeneeskunde hebben in hun richtlijnen voor het huisvesten van katten een adviestemperatuur opgenomen van 18-21°C. Voor oudere en zieke katten kan een hogere temperatuur gewenst zijn. Geef de kat in ieder geval verschillende warme plekjes (kleedjes in de zon, mandjes en eventueel een warmtematje of SnuggleSafe) om zich warm te kunnen houden.

Geuren

Een andere macro-omgevingsfactor die het welzijn van katten in verschillende woonomgevingen beïnvloedt, is geur. Bijna alle zoogdieren zijn meer afhankelijk van hun reukzin dan mensen en kunnen onprettige geuren een bron van chronische stress vormen. Voor katten zijn dit bijvoorbeeld ongewenste geuren van (vreemde) honden, onbekende soortgenoten, alcohol, schoonmaakmiddelen en ‘geurverfrissers’. Daarnaast kunnen stoffen zoals (wier)rook gezondheidsproblemen veroorzaken.

Vermijdt daarom het gebruik van geparfumeerde producten (denk ook aan het kattenbakgrit!), gebruik geen luchtverfrissers in huis en rook buiten. Is de kat geen honden gewend, laat ze dan niet in huis en was je handen wanneer je een hond hebt geaaid voordat je jouw kat aait.

We weten allemaal dat frisse lucht gezond is. Een wandeling maken door het bos en ventilatieroosters open laten staan. Katten die niet naar buiten kun

nen krijgen veel minder frisse lucht en alleen ventileren is niet voldoende. Zet daarom regelmatig een raam open, maar pas op met kantelramen! Katten kunnen hierin bekneld raken. Er zijn speciale beveiligingen te koop zodat ramen veilig op een kier kunnen staan of doe net als kattenhotel Cats Only en bevestig een stevig raamwerk, zodat de kat kan genieten van de frisse buitenlucht zonder te ontsnappen.

Geluiden

Het is lastig om te bepalen wat een gewenst geluidsniveau en intensiteit is voor de leefomgeving van de kat. We weten uit onderzoek dat katten vooral hoge tonen waarnemen (het piepen van muizen bijvoorbeeld), maar over de gewenste geluidssterkte is minder bekend. In de natuurlijke leefomgeving van katten ligt de geluidssterkte zo tussen de 20 tot 40dB. In vergelijking; onze huiselijke omgeving waarbij de geluidssterkte regelmatig boven de 100 dB uitkomt. Een kat die uitsluitend binnen leeft, kan deze geluiden minder goed vermijden. Voorkom daarom harde muziek (zet een koptelefoon op) en zorg dat de kat altijd naar een rustige ruimte kan wanneer je bijvoorbeeld gaat stofzuigen of visite krijgt.

Licht

Katten kunnen minder goed verschillende kleuren onderscheiden. Zij zien vooral de groene, blauwe en gele tinten en minder de rode tinten. Voor katten is

Haal buiten naar binnen! Takjes, bladeren, vogelveren etc. stimuleren exploreergedrag bij katten. Foto: Cat Care de Vos

Geurverrijking voor katten. Een zakje gevuld met gedroogde valeriaanwortel of kattenkruid. Foto: Hippe Snuffelzakjes

de kleur van hun prooien niet zo van belang. Katten jagen vooral rond zonsopgang en zonsondergang, omdat hun prooidieren dan het meest actief zijn en niet verstopt zitten in hun holletje. Het is voor een kat dan ook belangrijk om met weinig licht goed te kunnen zien. Het oog van een kat is hierop aangepast door het Tapetum Licidum, een lichtreflecterende laag van cellen achter het netvlies dat als een soort spiegel werkt. Hierdoor heeft de kat minder licht nodig om in de schemering goed te kunnen zien. Fel licht kan daarom voor een kat onprettig zijn. Hier kan rekening mee gehouden worden door bijvoorbeeld bij het maken van een foto van de kat (een grote hobby van vele kattenliefhebbers) de flits niet te gebruiken en in huis eerder te kiezen voor wat sfeerverlichting dan felle lampen. Geef daarnaast de kat de mogelijkheid om een rustig en donker plekje op te kunnen zoeken, wanneer er toch veel licht in huis is. Keuze werkt voor een kat ook stressverlagend.

Haal buiten naar binnen!

Katten die naar buiten kunnen - vrij, in een afgesloten tuin of balkon - kunnen bijvoorbeeld in de lente de geuren opsnuiven van de bloemen die opkomen, in de zomeravonden een warm briesje langs hun snorharen voelen, het knisperen van herfstbladeren horen en in de winter de sneeuw onder hun pootjes voelen. Katten die uitsluitend binnen worden gehouden missen deze prikkelingen van de zintuigen. Rekening houden met de gevoelige zintuigen van de kat is heel belangrijk om stress te voorkomen, maar naast het vermijden van ongewenste geuren, geluiden, onaangename temperaturen en lichtsterkte, kan de omgeving van de kat ook verrijkt worden, waardoor de kat zich ook gelukkiger gaat voelen.

This article is from: