Leading Men Magazine Jan Spanjaard

Page 1

LEADING MEN BURGERLIJK PROCESRECHT

JANUARI 2016

MAGNA CHARTA MAGAZINE

UITSPRAAK HOF VAN TWENTE

JAN SPANJAARD


LEADING MEN BURGERLIJK PROCESRECHT

v.l.n.r. mr. P. Kuipers, mr. J.P. Heering, mr. S. Meijer en mr. drs. J.H.M. Spanjaard 2

NEW SERIES LEADING MEN


NEW SERIES LEADING MEN

3


EDITOR’S LETTER Gedurende de MAGNA CHARTA ROUNDTABLES met FIRST LADIES en LEADING MEN worden op een informele manier de heden ten dage belangrijke juridische vraagstukken besproken. Tijdens deze MAGNA CHARTA ROUNDTABLE Leading Men Burgerlijk Procesrecht wordt aan de hand van verschillende stellingen dieper ingegaan op de uitspraak van de Hoge Raad in de cassatiezaak over het bungalowpark Landgoed Hof van Twente versus Gemeente Hof van Twente.

In 2015 is AvdR gestart met de series FIRST LADIES en LEADING MEN. In deze series worden onder meer roundtable gesprekken georganiseerd waaraan telkens drie FIRST LADIES respectievelijk drie LEADING MEN deelnemen. De FIRST LADIES en LEADING MEN zijn uitgenodigd aan te schuiven aan de MAGNA CHARTA ROUNDTABLE op grond van hun specialisme op het terrein van het recht dat in de betreffende ROUNDTABLE wordt besproken.

De MAGNA CHARTA ROUNDTABLE gesprekken worden gevoerd onder leiding van Wouter Kurpershoek aan de hand van drie stellingen. U kunt hierop tijdens de live uitzending reageren. De MAGNA CHARTA ROUNDTABLES zijn geïnspireerd op Engeland. Destijds in 1215 ondertekende King John of England de Magna Charta (Latijn voor Grote Oorkonde) waarmee belangrijke waarden over vrijheid, recht en democratie werden vastgelegd. Legendarisch is voorts de round table waaraan de mythische King Arthur met zijn ridders vergaderde op voet van gelijkwaardigheid. Voor de FIRST LADIES dient Margaret Thatcher - the First Lady Prime Minister - als rolmodel.

Veel kijkplezier, Etienne

4

NEW SERIES LEADING MEN


JAN SPANJAARD LEADING MEN # 5.1 JANUARI 2016

NEW SERIES LEADING MEN

5



INDEX WHO IS JAN SPANJAARD

p. 08

HIS FIVE THINGS

p. 10

DE VOORBEREIDING

p. 14

DE UITSPRAAK

P. 17

DE STELLINGEN

p. 18

DE UITZENDING

p. 19

DESKUNDIG GEBRUIK VAN VOORBEHOUDEN KAN GEDOE ACHTERAF VOORKOMEN

p. 20

NEW SERIES LEADING MEN

7


Who is

JAN SPANJAARD

8

NEW SERIES LEADING MEN


Jan Spanjaard is sinds 2004 advocaat bij La Gro Advocaten in Alphen aan den Rijn, na het afronden van de studies Ruslandkunde en Oost-Europees recht (in 2003) en rechten (in 2004). De praktijk van Jan Spanjaard is toegespitst op ondernemingsrecht, internationaal recht en contractenrecht. Hij heeft ruime ervaring in het adviseren over en opstellen van (commerciële) overeenkomsten en algemene voorwaarden in handelsrelaties, distributieovereenkomsten, samenwerkingsovereenkomsten, alsmede het procederen over (commerciële) overeenkomsten. Veelvuldig adviseert en procedeert hij namens ondernemingen op contractenrechtelijk gebied alsook namens curatoren in insolventieaangelegenheden. Verder adviseert en procedeert hij voor cliënten die zich met de internationale handel bezighouden. Jan is sinds 2014 legal partner bij La Gro Advocaten en combineert zijn legal partnership met een promotieonderzoek aan de Universiteit Leiden over algemenevoorwaardenrecht, zijn redacteurschap van het juridische vaktijdschrift Overeenkomst in de Rechtspraktijk, zijn vaste rubriek Actualia in het vaktijdschrift Contracteren, zijn medewerkerschap van het vaktijdschrift Tijdschrift voor Consumentenrechten en Handelspraktijken en diverse andere auteurschappen. Daarnaast is Jan actief als docent bij onder meer SSR, Law@Work B.V. en Academie voor de Rechtspraktijk en ook honorair universitair docent aan de Universiteit Utrecht.

NEW SERIES LEADING MEN

9


His

FIVE THINGS

10

NEW SERIES LEADING MEN


1. Waarom de advocatuur? Ik heb in 2004 voor de advocatuur gekozen omdat ik tijdens mijn studie in aanraking kwam met de advocatuur. Het interessante aan het vak vond ik het bijstaan en ontzorgen van klanten, waarbij hun vragen en problemen vertaald werden naar juridische oplossingen. Daar komt vaak het nodige puzzlewerk bij kijken, maar niets schept meer voldoening dan een juridische puzzle op te lossen en daarmee een optimaal resultaat voor de klant te bereiken. Een optimale oplossing is de oplossing waarbij de klant in zijn dagelijkse werkzaamheden verder kan.

2. Wat is voor jou de betekenis van de Magna Carta? Magna Charta is een geweldig initiatief van Academie voor de Rechtspraktijk om op hoog niveau, met veel aandacht voor inhoud en praktijk met het juridische vak bezig te zijn. Vooral de interactie tussen docent en cursisten bevalt erg goed, waarmee het geheel naar een hoger plan wordt getild. De meerwaarde van de roundtable zit hem er wat mij betreft in dat vakspecialisten over bepaalde thematiek brainstormen, zodat een probleem van meerdere kanten wordt belicht. Op die manier komt de informatie het snelst beschikbaar.

3. Welk artikel zou je willen aanpassen en waarom? Artikel 6:234 BW. Het is niet meer van deze tijd dat niet in alle gevallen zou kunnen worden volstaan met het verwijzen naar een URL, waar de algemene voorwaarden zijn gepubliceerd. Dat scheelt een hoop discussies in rechte, zodat de focus kan liggen op het werkelijk belangrijke element: de toets of de algemene voorwaarden inhoudelijk deugen.

4. Welke uitspraak heeft bij jou het meeste losgemaakt en waarom? Dat blijft toch het Haviltex-arrest, omdat dat arrest het belangrijkste arrest binnen het contractenrecht is. Er gaat vrijwel geen contractenrechtelijke zaak voorbij, of de overeenkomst tussen partijen moet worden gekwaliďŹ ceerd of uitgelegd. Haviltex blijft daarom van eminent belang.

5. Tip of trap? In het verlengde van Haviltex: wees duidelijk in wat je wil en schrijf dat dan ook zo op. De meest verstrekkende uitleg-arresten gingen over contracten waarin onnodig duur en wollig taalgebruik is gebezigd. Als je direct schrijft wat je wilt en bedoelt, weet iedereen ook achteraf, waar hij/zij aan toe is.

NEW SERIES LEADING MEN

11


12

NEW SERIES LEADING MEN


NEW SERIES LEADING MEN

13


DE VOORBEREIDING

14

NEW SERIES LEADING MEN


NEW SERIES LEADING MEN

15


16

NEW SERIES LEADING MEN


DE UITSPRAAK

Hof van Twente HR 26 juni 2015 ECLI:NL:HR:2015:1737

Contractenrecht. Ruimtelijke ordening. Projectontwikkelaar stelt gemeente aansprakelijk wegens wanprestatie/afgebroken onderhandelingen (niet doorgaan recreatiebungalowpark: gemeenteraad wilde noodzakelijke bestemmingsplan niet vaststellen zonder verbod van ‘uitponden’ bungalows). Hof past r & b i.v.m. art. 6:23 BW toe: gemeente had zelf belang bij vervulling van de in het contract gestelde voorwaarde. Klachten van gemeente over verhouding Gemeentewet tot art. 6:23 BW: gemeenteraad mag zelf beslissen. Verder over: uitleg art. 6:23 BW, onderscheid tussen voorbehoud en een ontbindende voorwaarde; verrassingsbeslissing; betekenis voor dit geding van uitspraak van de ABRvS over het besluit van de gemeenteraad.

Lees verder...

NEW SERIES LEADING MEN

17


DE STELLINGEN “Het adagium “je moet niet denken, je moet weten” geldt dubbelop voor de bevoegdhedenovereenkomst.” “Bij contractonderhandelingen met overheden is het belang van een goedkeuringsvoorbehoud niet te onderschatten.” “Een formele positie in het besluitvormingsproces, legt het primaat bij toedoen en niet bij toerekening op grond van verkeersopvattingen.”

18

NEW SERIES LEADING MEN


DE UITZENDING

NEW SERIES LEADING MEN

19


Deskundig gebruik van voorbehouden kan gedoe achteraf voorkomen Een goed en strategisch gebruik van voorbehouden kan forse schade voorkomen. Met name goedkeuringsvoorbehouden – “er is pas een overeenkomst als X goedkeuring heeft gegeven” – komen veel voor. Dit kan gelegen zijn in de omstandigheid dat de goedkeuring wettelijk of volgens interne regelingen vereist is, maar kan ook contractueel worden opgenomen omdat de onderhandelaar (interne) rugdekking wenst. Het doel van het voorbehoud is het voorkomen van het totstandkomingsvertrouwen. Met name zal dit spelen bij opschortende voorwaarden in de zin van artikel 6:22 BW. In geval van een opschortende voorwaarde komt de overeenkomst niet eerder tot stand dan nadat de voorwaarde is vervuld. Het voorkomen van het totstandkomingsvertrouwen vervult met name een rol bij het leerstuk van de afgebroken onderhandelingen. Dit leerstuk – ook bekend als de precontractuele goede trouw – speelt een rol sinds het arrest Plas/Valburg. De thans geldende norm is neergelegd in r.o. 3.6. van het arrest CBB/JPO en luidt als volgt: “Bij de beoordeling van deze klachten moet worden vooropgesteld dat als maatstaf voor de beoordeling van de schadevergoedingsplicht bij afgebroken onderhandelingen heeft te gelden dat ieder van de onderhandelende partijen - die verplicht zijn hun gedrag mede door elkaars gerechtvaardigde belangen te laten bepalen - vrij is de onderhandelingen af te breken, tenzij dit op grond van het gerechtvaardigd vertrouwen van de wederpartij in het totstandkomen van de overeenkomst of in verband met de andere omstandigheden van het geval onaanvaardbaar zou zijn. Daarbij dient rekening te worden gehouden met de mate waarin en de wijze waarop de partij die de onderhandelingen afbreekt tot het ontstaan van dat vertrouwen heeft bijgedragen en met de gerechtvaardigde belangen van deze partij.” Het goedkeuringsvoorbehoud stond centraal in de procedure tussen v.o.f. Landgoed Hof van Twente (hierna: “Landgoed”) en de gemeente Hof van Twente (hierna: “de gemeente”), waarin de Hoge Raad op 26 juni 2015 arrest wees. In dit arrest – over het wel en wee van een bungalowpark in de gemeente Hof van Twente – oordeelde de Hoge Raad in r.o. 3.7.2: “In het stelsel van de Gemeentewet komt groot gewicht toe aan de bevoegdheidsverdeling tussen het college van B&W en de gemeenteraad. De raad heeft een autonome positie, en grote

20

NEW SERIES LEADING MEN

terughoudendheid moet worden betracht bij het aannemen van gebondenheid van een gemeente zonder instemming van de raad in gevallen waar de raad een formele positie in het besluitvormingsproces inneemt. Dat geldt ook in gevallen waarin die formele positie wordt ontleend aan een contractueel voorbehoud van instemming, zoals in het onderhavige geval het in art. 2 lid 2 en art. 15 lid 2 van de samenwerkingsovereenkomst opgenomen voorbehoud van goedkeuring van de realisatieovereenkomst door de Raad. De zelfstandige beslissingsvrijheid van de raad brengt mee dat een wederpartij niet erop mag vertrouwen dat handelingen van het college de instemming van de raad hebben indien dat vertrouwen niet mede wordt ontleend aan toedoen van de raad zelf.” Deze rechtsoverweging bevat twee principiële oordelen: 1. Indien de wet aan een bepaald orgaan een autonome positie toekent, moet grote terughoudendheid worden betracht bij het aannemen van gebondenheid van de rechtspersoon waartoe dat orgaan behoort, indien het orgaan niet heeft ingestemd, waar het wettelijk een formele positie in het besluitvormingsproces inneemt; 2. Indien een contractueel voorbehoud van instemming door een derde is opgenomen, mag de wederpartij er pas op vertrouwen dat het handelen van de contractspartner de instemming van deze derde heeft, als dat vertrouwen wordt ontleend aan toedoen door deze derde. Hoewel dit arrest gaat over de positie van de gemeenteraad binnen de (publiekrechtelijke rechtspersoon) gemeente, is de strekking naar mijn mening breder. Ik zou menen dat in alle gevallen waarin de wet aan een derde een autonome positie toekent – denk hierbij aan de verplichte instemming van de ACM met een concentratie in de zin van artikel 26 e.v. Mw – uitsluitend door toedoen van deze derde het totstandkomingsvertrouwen kan worden gewekt. Daarvoor is in dergelijke gevallen geen contractueel voorbehoud vereist. Een contractueel voorbehoud brengt echter met zich dat ook in dergelijke gevallen de contractspartner pas is gebonden indien het totstandkomingsvertrouwen door toedoen van de derde ten aanzien van wie het voorbehoud is geschreven, is gewekt. Dit maakt het voorbehoud tot een machtig middel, met name indien de derde die zijn goedkeuring moet geven niet bij de onderhandelingen wordt betrokken. Naar mijn mening mag


het toedoenvereiste niet worden onderschat. Totdat het “ja” van degene die goedkeuring moet geven is gegeven, althans door zijn toedoen op een “ja” mag worden vertrouwd, is er niets en kan de partij ten gunste van wie het voorbehoud is geschreven, niet worden gebonden. Voor partijen die met een voorbehoud worden geconfronteerd, geldt dat zij tot de vervulling van het voorbehoud de te maken kosten zoveel mogelijk moeten drukken. Als de goedkeuring uitblijft, komt een overeenkomst immers niet tot stand en zijn de kosten in de regel voor eigen rekening.

NEW SERIES LEADING MEN

21




THIS IS

MAGNA CHARTA


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.