hét magazine van Bouwcenter voor duurzaam bouwen Zomer 2021 | nr. 8
Isolatie & CO₂-reductie
Negen tips
CO₂-reductie versnellen CO₂-reductie
Kan veel sneller 10 zorgwoningen
In een groen park
BOUWCENTER
2 ) Cirkel 8 | zomer 2021
DE DEFINITIE VAN DUURZAAMHEID! Laat ik vooraf stellen: élk initiatief rondom duurzaamheid is goed, want we moeten er alles aan doen om de doelstellingen van het Klimaatakkoord in te vullen. Toch ben ik dagelijks aan het stoeien met de definitie van duurzaamheid. Stel: je hebt een product dat decennialang meegaat en je bent overtuigd van de kwaliteit. ‘Duurzaam!’, kun je stellen. Maar is je oplossing nog wel zo toekomstbestendig als tijdens het productieproces een forse hoeveelheid broeikasgassen wordt uitgestoten en er een heleboel transportbewegingen bij komen kijken? Daarom juich ik een bredere blik op duurzaamheid toe, waarin je je ook bekommert om CO₂-reductie in productie- en logistiekprocessen. Laat je niet ontmoedigen! We kennen allemaal de weerbarstige praktijk: prijs is nog altijd het bewijs. Ik wil een lans breken voor weloverwogen keuzes maken voor duurzaamheid en onze ogen niet sluiten voor de gevolgen die onze productie en bedrijfsvoering hebben. Daar zetten wij als Bouwcenter zelf ook een volgende stap in: we kijken kritisch naar de materialen die we vanaf volgend jaar aanbieden en werken nu hard aan een MVO-verslag. Dat verslag laat zien dat we zelf ook hard aan de weg timmeren. Een aantal jaren geleden gaven we het startschot en stelden duurzaamheidsvoorvechters van ons Bouwcenter een visie en missie op. De toepassing van energiebesparende ledverlichting en een minimaal hybride wagenpark zijn slechts enkele wapenfeiten om duurzaamheid in ons DNA te laten nestelen. We stellen People, Planet en Profit centraal. Mijn advies is dan ook: zorg dat je de definitie van duurzaamheid helder hebt en wees kritisch over je keuzes. Duurzaamheid moet een vast element op de agenda worden, waar we niet meer omheen kunnen. Met deze uitgave van Cirkel zorgen we ervoor dat je volop inspiratie krijgt om jouw volgende stap te zetten. Hopelijk helpt het om jouw definitie van duurzaamheid vast te stellen. Ga ervoor!
jan Ar e ct
e Dir
ur
Ah ou
Bo uw c
t
t en C ente | r Van Hoppe
en
Cirkel 4 | zomer 2019 ( 3
-advertorial-
De meeste daken kun je beter laten zagen
Snelle levertijden
Voor veel aannemers is een dak met hoek- en kilkepers een flinke klus. Het
Samen met het legplan verstrekt Kingspan Unidek de maatvoering, codering en
op maat zagen van dakelementen kost extra mankracht en kraantijd en geeft
doorsneden. Het complete pakket met logische indeling en montage-instructie
bovendien veel afval.
kan al binnen 12 werkdagen geleverd worden. Unidek PasDak is geschikt voor zowel kleine als grote projecten. Zelfs wanneer er één hoek- of kilkeper in de
Slimmer werken op de bouwplaats
dakconstructie zit, is Unidek PasDak al interessant.
Met Unidek PasDak is het zelf zagen van dakelementen niet meer nodig. Aan de hand van de bouwtekening maakt Kingspan Unidek een duidelijk legplan om
Stop met zagen
daarna een compleet pakket van dakelementen op maat op de bouwplaats af
Op de website www.stopmetzagen.nl zijn onder andere voorbeeldprojecten en
te leveren, inclusief montage-instructie. Dat is zelfs mogelijk bij elementen met
een praktisch stappenplan van de Unidek PasDak service te vinden. Ook kun je
hoge Rc-waarden t/m 10.0.
hier eenvoudig jouw bouwtekening uploaden voor een vrijblijvende offerte.
Hogere luchtdichtheid
Unidek PasDak is beschikbaar voor de volgende producten uit ons portfolio:
Het zelf zagen blijkt in de praktijk niet alleen tijdrovend te zijn, ook de foutmarge
Unidek Aero
is veel groter. Wanneer elementen niet goed zijn gezaagd, sluiten ze minder
Unidek Aero Riet
goed op elkaar aan en kunnen er koudebruggen of luchtlekken ontstaan. Met de
Unidek Aero DeLuxe
Unidek PasDak service worden dakelementen exact op maat gemaakt. Volledig
Unidek RenoAero
computergestuurd. Dit bespaart dus niet alleen tijd, de montage is veel efficiënter
Unidek RenoAero Riet
en borgt daarmee een hogere luchtdichtheid. Hiermee wordt het realiseren van de BENG-eisen nog eenvoudiger.
www.stopmetzagen.nl
inhoud Stroomversnelling
pagina 6
Cirkel nieuws
pagina 10
Kantoor opgefrist
pagina 12
Meer synergie tussen bouwers en installateurs
Nieuwe producten uit de markt
Door duurzame gevelbekleding
pagina 17 Tien tips Voor lagere energievraag gebouwen
Tien zorgwoningen
pagina 20
Cirkel nieuws
pagina 25
CO₂-reductie
pagina 26
Bouwcenter Centen
pagina 30
Negen tips
pagina 35
In een groen park
Algemeen nieuws
Kan veel sneller
Maakt energielabelsprong
CO2-reductie versnellen
COLOFON Zomer 2021 – nr. 8 © Bouwcenter, Gorinchem
Hoofdredactie: Marvin van Kempen en team Cirkel
In samenwerking met de Bouwcentervestigingen en Duurzaam Gebouwd. Deze Cirkel is met zorg samengesteld. Voorbehouden zijn zet- en drukfouten. Niets uit deze uitgave mag zonder toestemming worden gedupliceerd.
Teksten: Tim van Dorsten, Tom de Hoog, Tseard Zoethout Vormgeving en ontwerp cover: Team Cirkel Cirkel 8 | zomer 2021 ( 5
Stroomversnelling wil meer synergie tussen bouwers en installateurs De eisen voor Bijna Energieneutrale Gebouwen (BENG) en de nieuwe standaard voor woningisolatie bij renovaties moeten ervoor zorgen dat de gebouwde omgeving aan het Klimaatakkoord gaat voldoen. Volgens Stroomversnelling gaan deze nieuwe eisen echter niet ver genoeg. “Besteed meer aandacht aan de vloerisolatie en balansventilatie.”
Isoleren en ventileren. Deze twee zaken blijven volgens Sjoerd Klijn Velderman van netwerkorganisatie Stroomversnelling nog steeds een enorm belangrijke rol spelen om het energiegebruik van woningen drastisch te verminderen en de Klimaatdoelstellingen te behalen. Dit is met name van belang voor corporatiewoningen, waar de verduurzamingsopgave het hoogst is. “Daarom adviseren wij alle woningbouwcorporaties dat ze hun woningen op een natuurlijk moment voorzien van betere isolatie en ventilatie. Dat kan bijvoorbeeld zijn als er onderhoudswerkzaamheden gepland zijn. Elk jaar worden 150.000 tot 200.000 woningen gerenoveerd in het kader van regulier onderhoud.” De BENG-eisen die sinds dit jaar gelden en de nieuwe standaard voor woningisolatie bij renovaties (zie kader ‘Verwarmen met lage temperatuur’) zijn volgens Klijn Velderman echter niet streng genoeg. “De BENG-eisen en de standaard zijn de ondergrens”, geeft hij aan. “Ze vormen een minimale standaard en gelden als sleepnet voor de achterblijvers. Maar als we de Klimaatdoelstellingen willen behalen, een CO₂-neutrale gebouwde omgeving in 2050, dan moet er veel meer gebeuren.” Vloerisolatie en ventilatie Zo merkt hij dat het belang van het isoleren van de vloer vaak wordt onderschat. “Om een gebouw goed te isoleren, moet de basis goed zijn: de vloer. Vergelijk het met een winterse dag waarop het flink heeft gesneeuwd: niemand gaat dan naar buiten op blote voeten maar met een warme muts op. Doe dit bij het isoleren van een gebouw dus ook niet. En richt je hierbij niet alleen op het isoleren van de vloer, maar zorg er ook voor dat een gebouw luchtdicht en goed geventileerd is gebouwd.” Daarnaast valt het Klijn Velderman op dat veel bouwers triple glas nog steeds niet willen toepassen. “Veel warmte in gebouwen verdwijnt nog altijd omdat dubbelglas wordt gebruikt. Het zorgt onder meer voor een stroom koude lucht en voor een koudeval bij ramen, waardoor het comfort in een gebouw vermindert. Zeker als er uiteindelijk met lage temperaturen verwarmd gaat worden”, verklaart hij. Desondanks kiezen bouwbedrijven toch liever voor dit dubbelglas in plaats van tripleglas, merkt hij. “Dat komt om-
6 ) Cirkel 8 | zomer 2021
dat tripleglas vrij zwaar is. Daarnaast is het moeilijker aan te brengen: de sponningen van de kozijnen moeten hiervoor worden verbreed en dat kost weer extra werk. Maar dit levert wel veel winst op het gebied van energie-, comfort- en warmtebesparing op.” Volgens hem bestaat er ook een kennislek op het gebied van de toepassing van balansventilatie. “Veel woningen met een ventilatiesysteem beschikken vaak over een mechanische afvoerventilatie. Als dit wordt vervangen door balansventilatie met warmteterugwinning, verlaagt deze woning van ventilatie het energieverbruik. Daarom adviseren we bouw- en installatiebedrijven om bij renovaties in te zetten op een integraal ontwerp waarin het centraal staat om de netto warmtevraag op een zo comfortabel mogelijke manier zo laag mogelijk te krijgen.” Volgens Klijn Velderman is er grotere winst te behalen als bouwers de berekening van de Energieprestatievergoeding (EPV) beter zouden begrijpen. “De EPV wordt vastgesteld op basis van de netto warmtevraag van de woning. De warmtevraag is de hoeveelheid energie die nodig is om te voldoen aan de vraag naar warmte. De netto warmtevraag van een gebouw wordt bepaald op basis van de daadwerkelijk aangebrachte energiebesparende maatregelen”, legt hij uit. “Hierbij is het ook van belang dat een bouwer meer kennis krijgt over aangebrachte installatietechniek. Maar geldt dit uiteraard ook voor een installateur: hij moet vaker gaan nadenken over de noodzaak van (vloer)isolatie, ventilatie en luchtdicht bouwen.”
Verwarmen met lage temperatuur De standaard voor woningisolatie die demissionair minister Kajsa Ollongren van Binnenlandse Zaken afgelopen maart naar de Tweede Kamer heeft gestuurd, geeft aan wanneer de woning volgens het kabinet goed genoeg geïsoleerd is om van het gas afgesloten te kunnen worden. Hierbij speelt onder meer het verwarmen met lage temperatuur een voorname rol: dit kan bijvoorbeeld met een elektrische warmtepomp, maar ook met een warmtenet die energie uit de grond, de restwarmte of uit andere bronnen haalt. Stroomversnelling heeft geen voorkeur voor een bepaalde techniek. “Als een woning goed geïsoleerd is, dan is het niet nodig om een woning met hoge temperaturen te verwarmen”, legt Sjoerd Klijn Velderman uit. “De techniekkeuze is vooral afhankelijk van de lokale mogelijkheden.” De standaard is bedoeld om te zorgen dat huiseigenaren weten hoe ze hun woning moeten isoleren.
Weeffout in MPG-berekening De Milieuprestatie Gebouwen (MPG) geeft aan wat de milieubelasting van de materialen is die in een gebouw wordt toegepast en is bij elke aanvraag van een omgevingsvergunning verplicht. Per juli 2021 wordt de milieuprestatie aangescherpt naar 0,8, maar dit levert voor gebouwen met pv-panelen een probleem op. Volgens Sjoerd Klijn Velderman van Stroomversnelling is dit echter een zogeheten weeffout. “De berekening van de MPG raadt het gebruik van zonnepanelen af. Deze panelen beschikken over zeldzame metalen, waardoor het milieueffect van het gebouw in kwestie te groot wordt. Zonnepanelen zijn echter wel van belang om de klimaatdoelen te behalen. We hebben inmiddels begrepen dat deze weeffout eruit wordt gehaald.”
lijn
Ve ld
erman
"Bouwers en installateurs moeten elkaar beter leren begrijpen."
erd Sjo
K
Cirkel 8 | zomer 2021 ( 7
-advertorial-
DE TOP IN SCHILDERKLAAR MULTIPLEX UniPrime is door bouwend Nederland de meest toegepaste paintplaat. Logisch, want de meerlaagse opbouw, de speciale dekfineren en de superieure coating maken dit product tot de meest ideale plaat voor schilderwerk. Hierdoor heeft het product een langere levensduur en lagere onderhoudskosten ten opzichte van standaard multiplex. Je bereikt met UniPrime Multiplex een mooi en duurzaam eindresultaat.
Duurzame hardhout fineerlagen voor een goed gesloten, sterke en stabiele plaat. Unieke gegronde fenolfilm.
Speciaal geselecteerde, hoogwaardige duurzame fineren aan weerszijden. Waardoor geen doortekening van onderliggende lagen ontstaat.
Ontzettend duurzaam
Met UniPrime bespaar je simpelweg tijd, geld en onderhoud
UniPrime bezit vrijwel elk diploma op het gebied van duurzaamheid omdat wij het als plicht zien het milieu door te geven aan toekomstige generaties. Zo is het gehele UniPrime assortiment FSC®, KOMO®, FLEGT® én VLO® gecertificeerd.
Tijd- en kostenbesparend UniPrime schilderklaar multiplex is opgebouwd uit door-en-door duurzame hardhoutfineren, WBP verlijmd. De plaat is voorzien van een gegronde fenolfilm op de voor- en achterzijde. Door de primer in de toplaag ontstaat een optimale en langdurige verfhechting, waardoor het resultaat ook op de lange termijn mooi blijft. Hierdoor zijn de onderhoudskosten veel lager dan bij schilderwerk op bijvoorbeeld blank of gegrondverfd multiplex. UniPrime geeft niet alleen een mooi en duurzaam eindresultaat, maar is daarbij ook nog eens tijd- en kostenbesparend. Het enige wat de verwerker hoeft te doen is de zichtzijde van de plaat in de gewenste kleur aflakken; de achterzijde kan onbehandeld blijven.
FLEGT®
In de praktijk blijkt dat de totale doorlooptijd om een plaat UniPrime gereed te maken 3 maal korter is dan een okoumé plaat. Naast de tijdwinst, omdat minder bewerkingen nodig zijn, blijkt ook op de materiaalkosten stevig bespaard te kunnen worden door UniPrime te gebruiken. Proefondervindelijk is geconstateerd dat er ruim minder dan de helft aan verf nodig is voor de UniPrime plaat. Als je het totale kostenplaatje bekijkt, komt UniPrime 50% goedkoper uit deze proef. Logisch, dat UniPrime de meest geschikte plaat voor schilderwerk is. Kortom: iedere m2 bespaart tijd, geld en onderhoud!
DTP
Digitaal ondertekend door DTP Datum: 2021.05.04 15:09:18 +02'00'
Elkaar begrijpen Zijn pleidooi luidt dan ook dat bouwers en installateurs elkaar beter moeten leren begrijpen. “Dit kan voornamelijk door op de geschikte momenten bij renovatieprojecten elkaars hulp in te roepen. Met onze Stroomversnelling-bijeenkomsten proberen wij dit over het voetlicht te brengen. We hebben ons in eerste instantie gericht op de koplopers en willen nu de zogeheten ‘vroege volgers’ hierin meenemen. Ons doel is om de olievlek te verspreiden die ervoor zorgt dat de zogeheten R-factor omhoog moet, de besmettingsgraad van partijen die integraal werken aan de energietransitie.” Door de maatregelen om de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan, hebben deze bijeenkomsten sinds maart 2020 online plaatsgevonden. Met groot succes, geeft Klijn Velderman aan. “Bij de fysieke bijeenkomsten waren maximaal 40 plaatsen beschikbaar, maar online heeft op dat gebied geen beperkingen. Naar onze webinars kijken en luisteren ruim 400 geïnteresseerden. We merken echter wel dat fysieke bijeenkomsten naast het verspreiden van kennis een andere functie heeft: het informele deel. Ik verwacht dat we in de toekomst beide vormen, fysiek en digitaal, gaan gebruiken als we een bijeenkomst organiseren.”
"Ons doel is om de olievlek te verspreiden."
Cirkel 8 | zomer 2021 ( 9
NIEUWS Duurzaam werken. We helpen je er graag bij. Speciaal voor Cirkel selecteren wij de meest duurzame alternatieven en noviteiten uit ons brede assortiment. Zo zorgen wij ervoor dat jij je klus klaart.
CPG ilIbruck illbruck OS925 Flexibel Seal Coating is speciaal ontwikkeld voor nieuwbouwen renovatieprojecten waar een hoge mate van lucht- en/ of waterdichting vereist is. Deze coating kan gebruikt worden rondom kozijnen, onder het maaiveld, vloeren wandaansluitingen en diverse andere bouwnaden en oppervlakken. De OS925 hecht op de meest gangbare materialen zoals staal, beton, steen en hout en is uvbestendig.
10 ) Cirkel 8 | zomer 2021
Mosa
Rheinzink
Holland 2050 is een tegelcollectie die zowel innovatieve functionele als uitstekende esthetische eigenschappen in zichzelf verenigd. Deze continu voorradige collectie is naleverbaar tot 2050 en is Cradle to Cradle zilver gecertificeerd. Nieuw: in alle Mosa wandtegels is 11% kalk toegevoegd, gewonnen uit de waterleidingen van Limburg.
De RHEINZINK hemelwateropvang met afsluitbare Gardena aansluiting is geschikt voor het direct vullen van een regenton met regenwater. De hemelwateropvang kan eenvoudig in een bestaande zinken HWA-buis geplaatst worden zonder te solderen. Als de regenton vol raakt, zal het regenwater niet meer de ton inlopen, maar doorlopen in de buis. Als er langere tijd geen water nodig is, kan de slang worden verwijderd en het kraantje gesloten.
Ursa
Weber Beamix
wedi
Product in de kijker: XPS N III L Toepassing: Groendaken
Eerste bewoner 3D-betongeprint huis in Eindhoven krijgt de sleutel De huurder van de eerste woning van 3D-geprint beton heeft de sleutel gekregen. Het Eindhovense huis voldoet aan alle Nederlandse bouwvereisten. De woning is met een vrijstaande gelijkvloerse woning met 94 vierkante meter netto vloeroppervlak, een woonkamer en twee slaapkamers, in de wijk Bosrijk. Dankzij het isolatiepakket en aansluiting op het warmtenet is de woning energiezuinig en comfortabel, met een energieprestatiecoëfficiënt van 0.25.
wedi is EPD-gecertificeerd. Tijdens de CO₂-vriendelijke productie verbruikt wedi duurzame energie en is er focus op circulariteit. Wist je dat de wedi Preline voorziet in een systeem waarmee je koude wanden en vloeren energiezuinig kunt verwarmen? Een uitstekende isolator waardoor de warmteoverdracht dus direct naar de vloerbekleding in plaats van de koude constructie gaat.
URSA XPS N III L voor jouw groendak. Kies voor een sedumdak met URSA XPS N III L en je krijgt veel groen voor een beperkt onderhoud aan een beperkt budget én je bouwt mee aan een betere toekomst. URSA XPS, de isolatie die 100% teruggeeft: - 100% recycleerbaar - Geproduceerd met 100% gerecycleerde CO₂ - Samengesteld uit tot 100% gerecycleerde grondstoffen - 100% verwerkbaar = geen afval in het productieproces
Nieuwe duurzame producten uit de markt
Cirkel 8 | zomer 2021 ( 11
Kantoorgebouw opgefrist dankzij duurzame gevelbekleding Het Europese hoofdkantoor van veilinghuis Ritchie Bros is verhuisd naar een kantoorgebouw in Breda. Voordat deze verhuizing kon plaatsvinden, was een renovatie hard nodig om het pand representatief te maken. Dit bleek niet zo eenvoudig te zijn.
Het gebouw aan de Bijster in Breda telt drie verdiepingen en biedt zo’n 2.800 vierkante meter aan kantoorruimte voor meer dan honderd medewerkers. Het springt vooral in het oog door het ovalen middendeel dat in de vorm van een overspanning naar voren steekt. Bij de aankoop door Westerpoort Vastgoed in maart 2020 werd direct duidelijk dat een flinke renovatie nodig was om het gebouw verhuurbaar te maken. “Wij werden ingeschakeld om de buitenkant te renoveren”, vertelt David van Houte van aannemersbedrijf Coen Hagedoorn. “Wij troffen namelijk een gebouw aan dat behoorlijk gedateerd was. Onder meer het gebruikte materiaal en de kleurstelling gaven het pand een wat sjofele aanblik.” Om het kantoorgebouw op te frissen liet het aannemersbedrijf een architectenbureau een plan maken. Hieruit volgde een voorstel om het gele metselwerk wit te schilderen en de gevelbekleding van een houtlook te voorzien. “De huurder Ritchie Bros heeft ook inspraak in dit ontwerp”, vertelt Van Houte. “We kregen groen licht om de mogelijkheden verder uit te zoeken. Om voor de gevelpanelen tot een oplossing te komen die technisch verantwoord is en die esthetisch past bij de uitstraling, schakelden we met onze vaste leverancier Bouwcenter Esselink Middelharnis.” Advies en begeleiding “Als leverancier van onder meer bouwmaterialen spelen we vaak een adviserende en begeleidende rol bij projecten”, vertelt commercieel directeur Geerd Simons van Bouwcenter Esselink Middelharnis. “We hebben de nodige kennis van materialen in huis en onderhouden goede contacten met de producenten. Toen onze gewaardeerde relatie Coen Hagedoorn met een ontwerp naar ons toekwam met daarbij de vraag met welke materialen ze het gewenste resultaat zouden kunnen behalen en met welke technische zaken ze rekening moesten houden, kwamen we direct uit bij Plastica.” Dit bedrijf levert gevelbekleding en plaatmateriaal voor het interieur en het exterieur, zoals Massief NT (zie kader). “Omdat dit gebouw een bijzonder geval was en we voor de gevel maar met een beperkte dikte konden werken, konden we geen standaard opbouw voorstellen. Daarom heeft Richard van den Hout, commercieel technisch adviseur van Plastica, met ons meegekeken naar de
12 ) Cirkel 8 | zomer 2021
achterconstructie en de beschikbare ruimte om de gevelplaten te vervangen”, vertelt Simons. “Na zijn bezoek op de projectlocatie heeft hij een alternatieve detaillering bedacht, die technisch haalbaar en uitvoerbaar was.” Niet alleen de overspanning zorgde voor een uitdaging, zag Van den Hout tijdens zijn bezoek. “Daarnaast moesten de kozijnen blijven zitten. Door de bouwmethodes die vroeger gehanteerd werden, was het ook erg belangrijk om gedegen onderzoek te doen naar de achterconstructie. Gelukkig stond de opdrachtgever hiervoor open en heeft de aannemer de achterconstructie kunnen aanpassen en verbeteren naar de kennis die nu bekend is over het gebruik van geventileerde gevelbekleding. Coen Hagedoorn heeft de bevestiging op zo’n manier gemaakt dat het een mooi geheel is geworden.” Simons geeft aan veel steun te hebben gehad van Plastica om uiteindelijk met een passende oplossing te komen. “Zo kwam Richard met het voorstel om eerst een proef op locatie uit te voeren, om te kijken hoe het qua detaillering uit zou komen. De opdrachtgever heeft daarop akkoord te geven om aan de slag te gaan met de platen Massief NT in houtlook. Voor deze platen hebben we bewust gekozen. Omdat ze technisch goed passen, maar ook omdat ze perfect aansloten bij de gekozen houtlook. Daarnaast zijn de platen duurzaam geproduceerd en hebben ze het PEFC®-keurmerk. In mijn ogen is de technische advisering het meest bijzondere aan dit renovatieproject.” Van Houte vult aan: “Boven de kozijnen zaten kleine geveldelen en die strookjes hebben we beplakt met houtnerffolie. Voor de grote geveldelen hadden we dus wel een plaat nodig die hier naadloos op aan zou sluiten. Plastica biedt een enorm ruime keuze in de platen Massief NT en we vonden een houtnerfmotief dat perfect matcht. We hadden al vaker met Massief NT gewerkt, dus we hadden ook veel vertrouwen in dit product. Verder hebben we de vraag helemaal weggelegd bij onze leverancier Bouwcenter Esselink.”
Samenwerking Volgens Simons speelt bij deze technische uitdagingen de onderlinge relatie tussen partijen een cruciale rol voor een succesvolle uitvoering. “En dat is hier zeker het geval geweest. We doen al meer dan twintig jaar zaken met Plastica en de samenwerking verloopt altijd soepel. Voor de gevelrenovatie van dit pand hebben we er samen met Plastica voor gezorgd dat Coen Hagedoorn kon rekenen op kant-en-klare platen, op maat gezaagd, genummerd en voorzien van een duidelijk verwerkingsschema.” Daar sluit Van Houte zich bij aan. “Het was ontzettend fijn dat wij konden werken met een goed product en dat we konden rekenen op een optimale service op het gebied van maatwerk. Het is mede hierdoor een prachtig geheel geworden. Met de nieuwe uitstraling maken we een wereld van verschil. Er heerste echt een jubelstemming toen het pand uit de steigers kwam.” Ook Van den Hout kijkt terug op een goede en soepele samenwerking tijdens dit renovatieproject. “Bouwcenter Esselink is een bijzonder fijne partner: je krijgt het vertrouwen, ze maken een afspraak voor je bij de aannemer, volgen de projecten goed en koppelen de communicatie snel en volledig terug zodat alle partijen op tijd kunnen aanpassen. Bij ieder project is het belangrijk dat er een goede samenwerking is, waarbij oplossingsgerichtheid centraal staat. Dit project is hier een schoolvoorbeeld van. Dit zorgt niet alleen voor een prachtig eindresultaat, maar ook dat je trots kunt zijn op alle betrokken partijen.”
Cirkel 8 | zomer 2021 ( 13
-advertorial-
Een woning isoleer je met ISOVER glaswol Dé duurzame isolatie-oplossing
Na-isoleren is een steeds belangrijker onderdeel bij het renoveren van woningen. Welke isolatie-oplossing van ISOVER past bij jouw project? Kies je voor ISOVER Renopan, een nieuwe stevige glaswolplaat met aan beide zijden glasvliesbekleding of valt de keuze op een oude bekende; ISOVER Comfortpanel, een stevige glaswolplaat aan twee zijden voorzien van een comfortvlies? Beide oplossingen zijn voor vele toepassingen geschikt en ideaal voor het na-isoleren van voorzetwanden, scheidingswanden, spouwmuren, daken, dakkapellen, borstweringen, vloeren en plafonds. NIEUW Renopan: dé basis isolatie-oplossing
ISOVER Renopan biedt veel voordelen. De nieuwe isolatieplaat kent goede thermische en akoestische eigenschappen en biedt een hoge brandveiligheid. De plaat is flexibel waardoor een strakke aansluiting eenvoudig gerealiseerd kan worden. Het lage gewicht van ISOVER Renopan zorgt ervoor dat de isolatiepakketten makkelijk te tillen zijn, bijvoorbeeld voor een isolatieproject op zolder. De plaat is verkrijgbaar in verschillende diktes.
Daarom ISOVER glaswol
Comfortpanel: een premium keuze
ISOVER Comfortpanel is in vergelijking met ISOVER Renopan een premium-isolatie oplossing, maar kent dezelfde voordelen. Het verschil zit in de prestaties en de bekleding van de isolatieplaat. ISOVER Comfortpanel is voorzien van een comfortvlies met hulplijnen om het snijden gemakkelijker te maken. Bovendien kent ISOVER Comfortpanel een iets hogere isolatiewaarde.
Naast het behoud van intrinsieke eigenschappen, zoals vormvastheid en isolatiewaarde, is ISOVER glaswol uitermate geschikt voor renovatie vanwege de flexibele pasvorm. Maar ook met het oog op de toekomst. De keuze voor ISOVER glaswol is namelijk een duurzame keuze. Als grondstof wordt tot 70% gerecycled glas gebruikt. Daarnaast is glaswol oneindig recyclebaar en dus klaar voor de circulaire economie. Binnen 50 jaar bespaart ISOVER glaswol meer dan 100 keer de energie die nodig is om het te produceren, te transporteren, te verwijderen en af te voeren. Kijk voor meer informatie op www.isover.nl.
Massief NT-panelen De gevelbekledingspanelen Massief NT van Plastica bestaan voor zo’n 65 procent van het gewicht uit natuurlijke vezelstroken en worden voornamelijk uit hout gemaakt. Op de site van Plastica is te lezen dat het hout een bijproduct is tijdens de productie van timmerhout in houtzagerijen. De grondstoffen zijn afkomstig van leveranciers die volgens de FSC®- en PEFC®-norm gecertificeerd zijn. Daarnaast worden de platen standaard uitgevoerd in brandwerendheid Euroklasse B en zijn ze weerbestendig, voorzien van een acrylaat toplaag en altijd dubbelzijdig te gebruiken. Het is van groot belang om achter de gevelplaten een doorgaande ventilatie te creëren met een minimale diepte van 20 millimeter. De hoogte van de gevel bepaalt de grootte van de ventilatieopening. De panelen zijn in vier standaardformaten verkrijgbaar. Ook geven ze de mogelijkheid om een print, foto of tekening in het oppervlak te verwerken.
"Een schoolvoorbeeld voor oplossingsgerichtheid."
Cirkel 8 | zomer 2021 ( 15
-advertorial-
Duurzaam isoleren met IsoBouw De energietransitie en de besparing van grondstoffen en materialen vragen om doordachte isolatiesystemen. IsoBouw neemt hierin een leidende rol.
Isoleren heeft topprioriteit Om de energievraag bij gebouwen te beperken is isoleren de meest efficiënte oplossing (prio 1 conform Trias Energetica en 1ste stap bij BENG). De beste energiebesparing is immers de niet gebruikte energie.
Milieuvriendelijk isolatiesystemen Met het gebruik van airpop (EPS) heeft IsoBouw al een voorsprong. Onze airpop-producten bestaan voor 98% uit lucht en zijn 100% recyclebaar. De energie-input en de hoeveelheid CO2-uitstoot bij de productie is de laagste van alle gangbare isolatiematerialen. Logisch dus dat onze producten in vrijwel alle toepassingsgebieden wetenschappelijk aantoonbaar de beste milieuscore behalen.
Innovatie is onze kracht Innovativiteit zit in onze genen. Ten voordele van het milieu bedenken wij isolatiesystemen waarbij de grondstofinzet beperkt blijft en waarbij er minder materialen nodig zijn bij de montage. Ook leveren wij producten veelal op specificatie waardoor de inzet van grondstoffen en de hoeveelheid afval beperkt blijven.
www.isobouw.nl 16 ) Cirkel 8 | zomer 2021
Aantoonbaar circulair Circulariteit wordt vaak geclaimd maar zelden aangetoond. Aan de hand van het 10R circulariteitsmodel leggen wij in detail uit waarom IsoBouw en onze isolatieproducten circulair zijn en de beste bijdrage leveren aan een circulaire economie. Je kunt deze onderbouwing bekijken op onze website www.isobouw.nl onder ‘we are circular’.
Focus op duurzaamheid Onze focus op duurzaamheid hebben wij samen met onze holding BEWi beleidsmatig vastgelegd. Onze duurzaamheidsdoelstellingen voor 2030 omvatten o.a.: • Inzet van min. 50% gerecyclede grondstoffen. • Voor min. 50% gebruik van niet-fossiele energiebronnen. • Min. 50% van het vervoer op basis van niet-fossiele brandstof. • 0% afval in de productie.
Tien tips voor lagere Tien tips voor lagere energievraag
energievraag gebouwen Nieuwe woningen en gebouwen moeten sinds dit jaar voldoen aan de eisen van Bijna Energieneutrale Gebouwen (BENG). Hierbij speelt het isoleren en energiezuinig maken van gebouwen een belangrijke rol. “Er moet meer aandacht komen voor wooncomfort.” “De BENG-eisen moeten ervoor zorgen dat woningen en utiliteitsgebouwen goed gebouwd worden. Gebouwen moeten niet alleen beschikken over een goede isolatie, maar bijvoorbeeld ook over voldoende zonnepanelen om energie op een duurzame wijze op te wekken”, vertelt projectontwikkelaar Lauran van Poppel van Van der Heijden bouw en ontwikkeling uit Schaijk. “De laatste drie jaar krijgen we echter steeds vaker signalen dat nieuwe huizen met name in de zomer niet comfortabel zijn. Dat komt omdat ze zo goed geïsoleerd zijn dat de warmte in de zomermaanden in de woningen blijft hangen en ze moeilijk te koelen zijn.” Een extra BENG-eis moet dit voorkomen: TOjuli. “De naam staat voor temperatuuroverschrijding in juli en de achterliggende berekening moet oververhitting in woning voorkomen. TOjuli zit verankerd aan de overige BENG-eisen en voorspelt het aantal uren dat de temperatuur per dag in een huis boven de 25 graden komt.”
"Houd rekening met het comfort van bewoners."
Grenswaarde Er wordt pas een omgevingsvergunning afgegeven op het moment dat een woning aan de drie BENG-eisen en de TOjuli-eis voldoet. De grenswaarde van TOjuli is 1,2. Bij overschrijding van de grenswaarde, kan met het simulatieprogramma Gewogen Temperatuuroverschrijding (GTO) alsnog worden aangetoond dat het risico op enkele dagen een warme woning acceptabel blijft. Oververhitting kan worden voorkomen door te zorgen voor onder meer een warmtepomp met koeling, zomernachtventilatie, zonwering of een airconditioning. De laatste optie heeft niet de voorkeur van Van Poppel. “Een airconditioning verbruikt veel energie. Dat is niet goed voor de tweede BENG-eis, die erop is gericht dat een gebouw zo weinig mogelijk energie verbruikt.”
Op basis van de drie BENG-eisen en TOjuli geeft Lauran van Poppel tien tips om de energievraag van gebouwen omlaag te krijgen: 1. Oriëntatie: Plaats zo mogelijk een gebouw met de voorkant, voorzien van redelijke ramen, naar het zuiden. In de winter betekent dat gratis warmte. 2. Ontwerp: Situeer ramen op een gunstige plek om in de winter zo veel mogelijk zonnewarmte binnen te halen. Maak de ramen niet te groot om aan de TOjuli-eis te voldoen. 3. Luchtdichtheid: Goede aansluitingen van het dak naar de gevel, van dakkapellen en van doorvoeren op de begane grond, houden zo veel mogelijk warmte binnen. 4. Isolatie: Hoe beter een gebouw geïsoleerd is, hoe lager de energiebehoefte is. 5. Installatietechniek: Beperk deze techniek zo veel mogelijk, bijvoorbeeld met korte leidingen. Zorg ook voor een installatie die zo min mogelijk energie gebruikt, zoals lage-temperatuurverwarming en warmteterugwinning met gebalanceerde ventilatie. 6. Zonnepanelen: Laat een gebouw met zonnepanelen zijn eigen energie opwekken. 7. Zonwering: Hiermee komt de warmte in de zomer niet naar binnen en blijft een gebouw koel. 8. Warmtepomp met koeling: Met koud bodemwater kan een woning zichzelf koelen. 9. Bouw met circulaire materialen: Gebruik materialen die minder CO₂ of energie kosten om te maken, bijvoorbeeld door materialen te hergebruiken. 10. Bouw niet te groot: Hoe groter het huis, hoe meer energie nodig is om alle ruimtes te verwarmen.
r Lau
v an
an
Meer weten over TOjuli? Lees dan de blog op www. vd-heijden.nl/tojuli-de-nieuwe-eis.
Po pp
el
Cirkel 8 | zomer 2021 ( 17
Rubix_adv_NL_200x282.pdf 1 06/05/2021 08:46:38 AM
-advertorial-
-advertorial-
De daglichtbuizen van Solatube® houden jouw binnenklimaat altijd aangenaam Solatube® InfraREDuction De InfraREDuction techniek houdt zonnewarmte en Uv-straling buiten. Tijdens hete zomerdagen blijven jouw natuurlijk verlichte ruimtes aangenaam koel. Koude winter? Met Solatube® heb je geen warmteverlies In de winter blijft de binnentemperatuur aangenaam en constant. Door de hoge isolatiewaarde van Solatube® heb je tijdens koude dagen geen warmteverlies. De Solatube® heeft een kleine diameter, dus voor de installatie zijn slechts kleine sparingen in je dak nodig. In combinatie met de lage U-waarde is het Solatube daglichtsysteem een duurzame keuze.
Solatube® daglichtbuizensysteem verbruikt geen energie Solatube® verlicht overdag elke gewenste ruimte zonder energie te verbruiken. Een daglichtkoepel haalt het daglicht binnen en via een buizensysteem wordt het licht in de ruimtes verspreid. Het Solatube® daglichtbuizensysteem zorgt voor de perfecte balans tussen lichtspreiding, lichtkleur en lichtintensiteit. Kunstverlichting kun je overdag uitlaten. Zo spaar je het milieu én je energierekening. Solatube® met TechLed: ook ’s avonds comfortabel verlichte ruimtes Ook als de zon ondergaat, voorziet Solatube® jouw ruimtes van comfortabel licht. Het daglichtbuizensysteem kan uitgebreid worden met TechLed. De TechLed is een volautomatisch systeem en werkt op basis van sensoren. Zodra het buiten donker wordt, vult de TechLed jouw ruimtes aan met superzuinige ledverlichting.
Geniet van daglicht
Cirkel 8 | zomer 2021 ( 19 DE ORIGINELE DAGLICHTBUIS
Tien zorgwoningen in een groen park In het park rond zorgcentrum Glana in Geleen worden negen zorgwoningen en een hospice eind dit jaar bewoond door mensen die extra zorg nodig hebben. Bij de start van de bouw leek het coronavirus de planning overhoop te gooien, maar mede dankzij de ondersteuning van Bouwcenter Helmondse Bouwmaterialen kon Wijnen Bouw de gewenste planning blijven volgen.
Langzaam maar zeker neemt zorginstelling Zuyderland in Geleen afscheid van de verouderde gebouwen van zorgcentrum Glana. In samenwerking met wooncorporatie Wonen Zuid zijn als eerst de woningen van mensen met dementie en ouderen die vanwege lichamelijke beperkingen extra zorg nodig hebben aan de beurt. In plaats van in een verouderde zorgflat gaan ze wonen in, in totaal, negen zorgwoningen die staan in het aangrenzende groene en glooiende park met een oppervlakte van zo’n 10 hectare: Parc Glana. Begin mei zijn de eerste vier zorgwoningen opgeleverd. De overige vijf zorgwoningen en het hospice, voor cliënten in de laatste fase van hun leven, volgen medio september. Wijnen Bouw uit Someren zorgt niet alleen voor de bouwkundige realisatie van deze tien gebouwen, maar ook voor de aanleg van de elektrotechnische, de werktuigbouwkundige en de sprinklerinstallatie en voor de infra en groenaanleg van het groene en glooiende park (zie kader ‘Hekken rond openbaar park’). “We hebben wel vaker gebouwen gerealiseerd waarbij we ook voor de omgeving hebben gezorgd, maar daarbij ging het vaak om distributiecentra met parkeerplaatsen”, vertelt projectleider Dolf Manders. “Dit park werd al veel gebruikt door de wijkbewoners en die functie moest behouden blijven. Daarom is ervoor gezorgd dat – waar mogelijk – de bomen behouden bleven.” Wijnen Bouw-uitvoerder Joris Speijcken voegt toe: “Daarvoor hebben we een bomendokter laten komen. Mede dankzij hem hebben we een paar grote en oude bomen kunnen behouden. Daarnaast heeft Coonen architecten er in het ontwerp ervoor gezorgd dat de nieuwe woningen iets onder het maaiveld liggen. Zo behouden we wijkbewoners hun groene uitzicht op de Zuid-Limburgse heuvels. Verder hebben we het park van extra groene glooiingen voorzien om de link met de heuvels te accentueren. Ook biedt dit de toekomstige bewoners van de zorgwoningen een mooi zicht op de groene omgeving als ze uit hun ramen kijken.” De woningen beschikken over groendaken met verschillende soorten mossen. Om het water goed te kunnen laten weglopen, heeft Wijnen Bouw voor verschillende groene wadi’s tussen de woningen gezorgd.
20 ) Cirkel 8 | zomer 2021
Driehoeksrelatie Hans Vermulst van Bouwcenter Helmondse Bouwmaterialen is zichtbaar onder de indruk van de omgeving bij het bezoek aan Parc Glana. “Als leverancier van bouwmaterialen zijn we betrokken bij de totstandkoming van de zorgwoningen, maar ik ben hier pas een paar keer geweest”, legt hij uit. “Ons werk is vooral om de juiste connecties te leggen en ervoor te zorgen dat alle bouwmaterialen op tijd op de bouwlocatie zijn. Daarbij streef ik naar een goede driehoeksrelatie tussen leverancier, aannemer en handelaar.” Tijdens dit project heeft hij zijn meerwaarde duidelijk kunnen tonen. Toen Wijnen Bouw van de opdrachtgevers aan de slag mocht met Parc Glana, kreeg het Brabantse bouwbedrijf direct de vraag om hun materiaalkosten voor het bouwproject te verlagen zonder dat dit ten koste zou gaan van de isolatiewaarden van de tien woningen. “We werken in volle tevredenheid al jaren samen met de Helmondse en hebben deze vraag direct doorgestuurd naar Hans”, vertelt Manders. “Zo zouden we eigenlijk gebruikmaken van isolatieplaten voor de spouwmuurisolatie, maar in plaats hiervan heeft Hans ons Rockfit Premium Silver van Rockwool aanbevolen. Dit materiaal heeft een lagere prijs en is eenvoudiger te verwerken.” Daarnaast heeft Rockwool uitgelegd hoe het materiaal moet worden verwerkt en heeft het bedrijf tijdens de bouw gecontroleerd of het materiaal goed is toegepast. “Dit heeft geresulteerd in een garantie van 25 jaar op de geleverde spouwisolatie”, zegt Manders. Vermulst bood ook ondersteuning toen de bouwwerkzaamheden in het beginstadium tegen grote leveringsproblemen dreigden aan te lopen. Door de maatregelen om de verspreiding van het coronavirus tegen te gaan, gingen de grenzen naar België en Duitsland in april 2020 namelijk op slot. Toen de grenzen weer opengingen, kon de kalkzandsteenfabriek De Hazelaar van Xella de grote vraag echter niet aan: door de gesloten grenzen had de fabriek te weinig grondstoffen en vreesde het niet aan de gemaakte leveringsplanningen te kunnen voldoen. “Toen zijn we met zijn drieën naar De Hazelaar gegaan”, geeft Vermulst aan. “Ik had de afspraak gemaakt, maar had daarbij niet gezegd dat Dolf en Joris mee zouden komen. Op die manier wilden we de urgentie van het probleem benadrukken. Gelukkig werd daar bij Xella sportief op gereageerd.” Speijcken vult aan: “Ik had de strakke bouwplanning meegenomen en daarmee hebben we open kaart gespeeld. Het probleem was toen direct verholpen.” Volgens Manders ligt daar de kracht van Bouwcenter Helmondse Bouwmaterialen. “We kunnen Hans en zijn collega’s altijd bellen en ze denken altijd goed met ons mee om tot een geschikte en passende oplossing te komen.”
Voor op schema Mede door deze inspanningen worden de negen zorgwoningen en het hospice eerder gerealiseerd dan van tevoren was gepland, namelijk medio september van dit jaar. Dankzij de ondersteuning van Vermulst en de strakke planning van Wijnen Bouw is het gelukt om de woningen meer dan honderd dagen eerder klaar te krijgen. Na de oplevering volgt nog wel de inrichting van het interieur, dat zo’n zes weken zal duren. Het is de verwachting dat de eerste bewoners begin juli in hun nieuwe woning kunnen trekken. Als dit project is afgerond, dan krijgt ook de huidige entree van het zorgcentrum Glana een metamorfose.
Warmtepompen in zorgwoningen In de negen zorgwoningen zorgen warmtepompen voor de verwarming en de koeling. Het tapwater wordt via gas opgewarmd. “De verwachting is dat de warmtepomp de grote vraag naar warm water ’s ochtends niet aankan, bijvoorbeeld als iedereen tegelijkertijd gaat douchen”, vertelt Dolf Manders van Wijnen Bouw. Iedere zorgwoning is namelijk onderverdeeld in twee identieke afdelingen, zodat er twee groepen van zeven cliënten met elkaar samen kunnen wonen. In totaal gaat het dus om 126 bewoners. Daarbij hoefden de woningen wettelijk gezien niet volledig gasloos te zijn. “Vergunningtechnisch mochten deze woningen nog van een gasaansluiting worden voorzien.” Voor het nieuwe hospice, dat ruimte biedt aan tien cliënten, hadden opdrachtgevers Zuyderland en Wonen Zuid in eerste instantie het plan om dit gebouw aan te sluiten om het warmtenet van het chemiebedrijf DSM, dat vanuit industrieterrein Chemelot onder meer voor stadsverwarming van Sittard zorgt. “De tijd was voor DSM te kort om hiervoor de benodigde leidingen aan te leggen.” Hiervan is de vergunning afgelopen jaar aangevraagd en dit wordt wel volledig gasloos opgeleverd.
Cirkel 8 | zomer 2021 ( 21
-advertorial-
De nieuwe generatie Rockfit ROCKWOOL producten zijn circulair: ze zijn volledig recyclebaar en herbruikbaar met behoud van de oorspronkelijke kwaliteit. De nieuwe generatie Rockfit heeft daarnaast minder primaire en secundaire grondstoffen nodig, maar behoudt de levensduur van minstens 75 jaar. Ook de vertrouwde thermische prestaties blijven gelijk. De circulaire eigenschappen, in combinatie met het spaarzame gebruik van grondstoffen en minder energieverbruik bij de productie, zorgen voor een sterk verkleinde ecologische voetafdruk. Dat ROCKWOOL steenwol producten een zeer lage milieu impact hebben, blijkt uit de lage schaduwprijzen in de Nationale Milieudatabase en de CO2 besparing 100x zoveel als benodigd voor de vervaardiging – bij een gebouwlevensduur van 50 jaar.
Vernieuwd en vernieuwend Circulair dus, maar ook licht en stevig. Dat bereikte ROCKWOOL door innovatieve productietechnologie. Deze vernieuwende technologie zorgt ervoor dat de spouwplaten gemiddeld 20% lichter zijn. Dankzij dit lagere gewicht zijn de nieuwe Rockfit platen eenvoudiger te hanteren en wordt verwerking met prikankers vergemakkelijkt. Dankzij de veerkrachtige vezelstructuur sluiten de spouwplaten naadloos aan: op elkaar, rond hoeken en deuren en tegen oneffen binnenbladen. Rockfit isolatie is dus zeer gemakkelijk en snel aan te brengen.
Verbeterde kwaliteit, langere garantie ROCKWOOL staat voor een uitstekende productkwaliteit. Die
kwaliteitsbelofte wordt ondertekend met een langere garantie van maar liefst 25 jaar op Rockfit producten. De Rockfit 25 spouwgarantie kan aangevraagd worden door aannemers. Met het oog op de Wet Kwaliteitsborging, waarmee bouwers zullen moeten aantonen dat ze volgens de regels van het Bouwbesluit bouwen, is de Rockfit 25 spouwgarantie dus zeer waardevol voor aannemers. Om het aanvraagproces te vergemakkelijken, is de ROCKWOOL Bouwwijzer ontwikkeld. rockwool.nl/bouwwijzer
22 ) Cirkel 8 | zomer 2021
Hekken rond openbaar park Naast de aanleg van wegen zorgt Wijnen Bouw ook voor de aanleg van elektra in het Geleense park Parc Glana. “Het park blijft openbaar toegankelijk voor iedereen”, vertelt Dolf Manders. “Ook de bewoners van de tien zorgwoningen mogen hiervan gebruikmaken. Om ervoor te zorgen dat ze niet van het terrein afkunnen, komen er poorten op drie plaatsen en aan de randen van het park dichte heggen te staan. De bewoners dragen armbanden met sensoren. Zodra ze dicht bij een poort komen, gaat deze automatisch dicht.” De elektriciens van Wijnen Bouw hebben voor de elektrische voorzieningen gezorgd, zodat Zuyderland na oplevering componenten als kaartlezers en camera’s kan monteren.
Cirkel 23 ) 7Cirkel | zomer 8 | zomer 2020 (2021 23
-advertorial-
Duurzaam design dak met naadloos geïntegreerd zonne-stroomsysteem
De nieuwe duurzame Tegalit dakpan van BMI Monier heeft een krachtig design dat de exclusiviteit van elk huis onderstreept. Voor de Tegalit is gebruik gemaakt van een nieuw productieproces met de zogenaamde Protegon technologie die de dakpan sterker en gladder maakt. De moderne, strakke uitstraling van de dakpan vormt een optimale combinatie met het geïntegreerde Monier PV Premium zonne-stroomsysteem voor een duurzaam dak. PROTEGON De door BMI Monier ontwikkelde Protegon technologie zet een nieuwe standaard in de dakpanindustrie. De daarmee geproduceerde dakpannen hebben een langere levensduur, zijn minder gevoelig voor vuil en aanslag en behouden langdurig hun kleur. De Tegalit dakpan is rondom omgeven door een poriën afsluitende micromortel die niet alleen zorgt voor een gladder oppervlak maar ook, door toevoeging van pigmenten, voor een betere reflectie van infrarood straling. Dit verbetert het binnenklimaat van het gebouw en verlaagt de energiebehoefte voor koeling. DUURZAAM De productie van betonnen dakpannen is een energiezuinig proces. Tijdens het droogproces komt warmte vrij die herbruikbaar is. Bovendien is beton in zijn geheel recyclebaar. BMI Monier loopt voorop in de ontwikkeling van een proces waarbij gebruikte betondakpannen 100% zullen worden gerecycled. NIEUW DESIGN Het Tegalit daksysteem is direct herkenbaar aan de strakke, moderne vormgeving. Een dubbele zijsluiting is onzichtbaar onder de overlap met de naastgelegen dakpan weggewerkt. Door de afgeronde gladde zijranden die voorzien zijn van de afsluitende micromortel worden donkere naden als gevolg van vuil of aanslag geminimaliseerd. De uitstraling van het dak blijft daardoor strak en modern.
bmigroup.com/nl
ALGEMEEN NIEUWS NMD moet hét platform voor circulair bouwen worden De stichting Nationale Milieudatabase (NMD) wil voor 2023 zorgen voor een platform die op landelijk uniforme wijze circulaire bouwprestaties meet. Het project ‘DigiGo’ moet hieraan bijdragen. Samen met Ketenstandaard Bouw en Techniek en het kennisinstituut voor de installatiesector ISSO wil de stichting NMD in het project ‘DigiGo’ de zogeheten Etim-code, de code voor technische producten, koppelen aan de NMD. “En vice versa”, vertelt NMD-directeur Jan Willem Groot (zie foto). “Door meerdere databases aan elkaar te koppelen willen we meer informatie ontsluiten. Zo kan de bouw sneller overstappen op circulair bouwen.” Dit DigiGo-project en de ontwikkeling van de NMD-Viewer hebben onder meer als doel om bedrijven te prikkelen om bij LCA-bureaus dit soort berekeningen aan te vragen. De stichting NMD beschikt inmiddels over 3.000 verschillende productkaarten, die ze van LCA-bureaus heeft ontvangen. Deze productdata staan ook in de Viewer, die inzage geeft in alle productdata. In april heeft iedereen toegang tot de Viewer. Uiteindelijk streeft de NMD ernaar om te zorgen voor hét landelijke platform voor circulair bouwen, geeft Groot aan. “Om het circulair bouwen voor bouwbedrijven zo overzichtelijk mogelijk te maken, willen we graag beschikken over alle circulaire producten. Daarom zijn we op zoek naar allerlei soorten samenwerkingsverbanden en projecten. We willen het bouwbedrijven zo eenvoudig mogelijk maken, zodat zij zich enkel hoeven te richten op het bouwen.”
Circulaire gebouwgevels op komst Vijf brancheorganisaties in de gevelbouw hebben het Ketenakkoord Circulaire Geveleconomie uitgewerkt en de site Circulairegeveleconomie.nl gelanceerd. Samen met de overheid willen ze ervoor zorgen dat wat ooit een raam, kozijn, deur of vliesgevels was, in een nieuw gebouw weer onderdeel wordt van een gevel. Naar circulariteit krijgt CO₂-reductie in deze kringloop een hoofdrol. Dit akkoord is een initiatief van de Vereniging Metalen Ramen en Gevelbranche, Vereniging Kunststof Gevel-elementenindustrie, Nederlandse Branchevereniging voor de Timmerindustrie, Bouwend Nederland Vakgroep Glas en Algemene Branchevereniging Hang- en Sluitwerk. Vlakglas Nederland heeft zich ook bij het project aangesloten.
W
ille m
Groot
Europese commissie voor meten circulariteit De Europese normcommissie CEN/TC/350/SC1 moet ervoor gaan zorgen dat op Europees niveau afspraken worden gemaakt om de transitie naar circulair bouwen te maken. Deze commissie gaat zich onder meer richten op nationale normalisatieactiviteiten, met diverse onderwerpen binnen het thema circulair bouwen. Hieronder vallen onder meer het meten van circulariteit, circulaire paspoorten en circulair inkopen. Alle belanghebbenden met kennis van circulaire bouw, circulaire economie en circulaire werkwijzen kunnen aan deze normcommissie deelnemen.
n
Ja
Cirkel 8 | zomer 2021 ( 25
CO 2 -reductie bouw kan veel sneller Ruim een derde van de CO₂-uitstoot in Nederland komt uit de gebouwde omgeving. Hoe kan de bouwindustrie dat reduceren? ‘We moeten kijken naar de energie-inhoud van materialen, productie, gebruik en hergebruik. Daaraan dienen we ook een financiële waarde te geven.’
Dat stelt prof. dr. ir. Andy van den Dobbelsteen, hoogleraarClimate Design & Sustainability aan de TU Delft. Volgens hem is een fundamentele verandering van ons economisch systeem noodzakelijk, willen we aan de klimaatdoelstellingen van het Parijsakkoord kunnen voldoen. Meten is weten ‘De BENG-norm (Bijna Energie Neutrale Gebouwen) gaat niet ver genoeg", zegt hij. "Ontwerp en duurzame opwekking is allang geen ‘rocket science’ meer. Eerst zullen we van het theoretisch gebruik moeten afstappen. Dat ligt vaak lager dan het gemeten energiegebruik. De DGBC (Dutch Green Building Council) heeft recent een online indicator in het leven geroepen die inzicht in het daadwerkelijk energieverbruik geeft: de WEii (Werkelijke Energie-intensiteit indicator)."
‘Meten is weten’ gaat tevens voor materialen op. Dat begint het Madaster, initiator van het materialenpaspoort, ook te beseffen. "Toen dat paspoort op de markt kwam’, vervolgt de hoogleraar, ‘werd amper aandacht aan de energie-inhoud van materialen geschonken. Voordat je weet wat daarvan de effecten zijn, zal je op zaken als CO₂- en stikstofuitstoot bij herkomst en tijdens de productie moeten meten. Daaraan schort het nu te vaak omdat veel partijen niet goed weten waar hun materialen vandaan komen en wat eraan vast zit. Die stap gaat veel verder dan goed vakmanschap." Gescheiden werelden Hij zoomt in op hergebruik: "De bouwsector moet structureel veranderen. De auto-industrie is al veel verder. Die past al sinds jaar en dag demontage en herverwerking toe. In de bouwsector is het tot nu toe echter ‘bon ton’ dat bouwwerken en installaties aan het eind van hun leven op de sloop of in de verbrandingsoven belanden, vaak zonder daarop hergebruik toe te passen. De producenten van elektronica, interieur en installaties en die van verwerkers van hergebruik en demontage zijn gescheiden werelden. Het bewustzijn dat afval een gevolg van verkeerd ontwerp is, moet veel meer tussen de oren komen. Het verbranden van grondstoffen wordt in een circulaire economie marginaal als we daaruit ook nieuwe producten willen scheppen."
be
lst een
Van den Dobbelsteen verwacht dat producenten, op termijn, gedwongen zullen worden om hun producten terug te nemen. Sommigen zijn daarmee al begonnen. "Signify (het vroegere Philips Lightning) biedt bijvoorbeeld niet alleen fysieke producten aan maar ook op leasebasis voor de gewenste lichtsterkte en levensduur. De beste manier voor verduurzaming is om hergebruik vanaf de producenten en door de hele keten verplicht te stellen. Nu lassen en lijmen we en laten afval en installaties na gebruik aan iemand anders over. Die werelden moeten zich echt meer verstrengen", zegt de hoogleraar.
An d y
n van de
Cirkel 8 | zomer 2021 ( 26
b Do
Fabricage Een andere manier is om juist die materialen te selecteren die minder CO₂-uitstoot veroorzaken tijdens productie en verwerking. "Via prefabricage moeten we toewerken naar modulaire bouw en droog monteren", licht hij toe. "Momenteel moet beton helemaal vermalen worden om het wapeningsstaal eruit te kunnen halen; dat kost veel energie. Op de langere termijn zijn biobased materialen – als hout, hennep of vlaswol – de meest natuurlijke oplossing. Die kosten niet alleen minder verwerkingsenergie maar kunnen bij nieuwe aanplant CO₂ voor jaren en jaren vastleggen en fungeren dan als een zogenaamde ‘carbon sink’." Van den Dobbelsteen stipt de invloed van primaire materialen op de bouw aan. "De winning van ertsen en mineralen voor de productie van staal en aluminium vergt erg veel energie", zegt hij. "Wat we weten: zonder staal zijn er geen gebouwen, zonder aluminium is er geen elektriciteitsnet, geen huishoudelijke apparatuur, zelfs geen kampeeruitrusting. Weliswaar kan aluminium tot 95 procent worden gerecycled maar de winning van bauxiet (voor aluminium) en ijzer (voor staal) heeft zware impact op het milieu en de lokale bevolking. Vervolgens moeten we primaire materialen uit andere continenten transporteren, met dito CO₂uitstoot tot gevolg."
Een grote stap kan Nederland zetten door klimaatneutrale fabrieken van producenten in nauw samenspel met hun leveranciers op te richten. "Als die duurzame energie via hun daken gebruiken, kunnen ze CO₂-uitstoot sterk verminderen. Zo’n aanpak is echter pas echt effectief wanneer ze grote sprongen in R&D en de ontwikkeling van hun producten doorvoeren of wanneer het volume groot genoeg is’, stelt hij. Over volume gesproken. Ook woningcorporaties - die een groot deel van de bestaande woningvoorraad in handen hebben – hebben de laatste jaren de handen uit de mouwen gestoken met seriebouw voor portiekflats en enkele rijtjeshuizen uit de jaren ’80 en ’90. "Het is nog mondjesmaat’, zegt hij, ‘maar als ze de koppeling leggen naar industriële prefabricage en geïntegreerde zonnepanelen, kunnen ze grote slagen maken. Dat wordt de uitdaging voor de komende jaren: slaan corporaties, beleggers en kantooreigenaren de handen ineen om, gemiddeld, meer dan energielabel C in 2023 in onze sector te bereiken?’
Cirkel Cirkel 78 || winter zomer2020 2021 ( 27
-advertorial-
Skantrae NEXT: dé nieuwe generatie buitendeuren Nu ook verkrijgbaar als achterdeur Buitendeuren die dankzij hun isolerende kern buitengewoon duurzaam zijn en vanwege hun lichte gewicht ook zeer gebruiksvriendelijk. Skantrae NEXT buitendeuren worden dan ook gekenmerkt als: ‘dé nieuwe generatie buitendeuren’. Met de toevoeging van de NEXT achterdeuren biedt Skantrae vanaf 1 mei 2021 een brede en complete collectie buitendeuren die klaar zijn voor de toekomst. Behalve goed isolerend en licht in gewicht zijn de NEXT buitendeuren zeer vormstabiel, getest volgens KOMOrichtlijnen en hebben ze geen stijl- en dorpelverbindingen. Tevens vragen ze minder onderhoud dan de traditionele buitendeuren omdat ze minder gevoelig zijn voor weersinvloeden. Verantwoordelijk voor deze grote voordelen is de unieke opbouw van de NEXT buitendeuren. Samengestelde plaatconstructie Alle NEXT modellen bevatten een plaatconstructie die is samengesteld uit een isolerende kern met aluminium platen aan weerszijden. Deze isolerende kern bestaat uit een XPS-hardschuim plaat die drukvast, vochtbestendig en licht van gewicht is, en daarnaast een verhoogde isolatiewaarde heeft. Dit betekent een lager energieverbruik in huis, dus maximaal wooncomfort voor een lagere energierekening. De aluminium platen zorgen voor een hoge vormstabiliteit waardoor eventueel krimp- en zwelgedrag sterk wordt verminderd. En door het gebruik van lichtgewicht materialen zijn de Skantrae NEXT buitendeuren zeer gemakkelijk te verwerken, in tegenstelling tot zware massief hardhouten buitendeuren. Volop variatie De oppervlakteplaten van de deurmodellen zijn van 100% FSC® -gecertificeerd hout. Met een uniforme houtnerfte-
skantrae.com
kening en een brede keuze uit verschillende series passen de buitendeuren in iedere stijl. Van statig klassiek tot strak en modern; onder gebracht in de buitendeurenseries Elegance, Entrance, Village en Nova. Gegarandeerde kwaliteit Gekoppeld aan de hoogwaardige prestaties en het gebruiks- en verwerkingsgemak is iedere NEXT buitendeur een waardevolle aanwinst voor elk type woning. Op deze buitendeuren zit 10 jaar garantie. Daarmee kiezen professionals en consumenten voor gegarandeerde kwaliteit en zekerheid.
Opbouw NEXT buitendeuren:
• Isolatie: XPS-schuimvulling met een dichtheid van 30 kg/m3
• Isolatiewaarde: μ-waarde (W/m2.K). NEXT deuren; 1.56 W/m2.K
• Stabilisatie: 2 stuks aluminium tussenlagen; dikte dekplaat: 8,5 mm • Deurdikte: 40 of 54 mm
• Grondlak: 120 mμ grijs voorbehandeld in RAL 7038, m.u.v. Nova Eiken
Regie Resteert de vraag wie de regie voor die versnelling van CO₂-reductie moet nemen. Zowel in de particuliere woningmarkt als bij de sociale huur zijn financiën het knelpunt. "We zullen de woningbezitters moeten helpen met pakketten voor investeringen waarbij bouwpartijen, installateurs, banken en energieadviseurs gezamenlijk zijn betrokken. Niet door de zoveelste Vinexwijk uit de grond te stampen", meent Van den Dobbelsteen. Hij geeft enkele voorbeelden: "Het programma Stroomversnelling heeft de laatste jaren goede voorzetten gedaan, bijvoorbeeld door op hogere eisen voor isolatie aan te dringen, ondersteuning voor wijkteams aan te bieden en met name door nieuwbouwwoningen in het sociale domein ‘nul op de meter’ (NOM) te maken. Zulke huizen wekken, over het jaar genomen, evenveel of nog meer energie op dan ze verbruiken. Dankzij de EPV (Energieprestatievergoeding) uit 2016 is het aantal nieuwe NOM-woningen de laatste jaren sterk gegroeid en de fase van innovatie voorbij. Nu is het zaak dat de overheid die uitrol verder ondersteunt en inzichtelijk maakt waar de knelpunten liggen." Gemeenten spelen in verduurzaming van de gebouwde omgeving een doorslaggevende rol, meent hij. "Het ‘prisoners dilemma’ – iedereen kijkt de kat uit de boom, de tweede tot laatste gaat er met de winst vandoor – kunnen we doorbreken door adviseurs op gemeentelijk niveau in te zetten die qua kennis uit het vaatje van consortia en energiebedrijven tappen. Zij zijn de link tussen burgers en bedrijven, zij zijn bij de bouw betrokken en kunnen initiatie-
ven in gang zetten om het MKB te ontzorgen. Zo zijn er in Amsterdam en Rotterdam bijeenkomsten tussen burgers, adviseurs en de gemeente belegd om verduurzaming sneller vlot te trekken." Wachten op nieuwbouw - wegens hoger te behalen winstmarges - lijkt een goed idee maar daarmee is amper tot geen versnelling van CO₂-reductie te bereiken: het gros van de gebouwde omgeving bestaat nog steeds uit bestaande bouw waar de marges voor duurzame renovatie minder zijn. "Verduurzaming slaagt alleen als de woonlasten gelijk blijven of beperkt stijgen onder verbetering van wooncomfort en woningwaarde, én als we daarvoor nieuwe financiële systemen optuigen. Burgerparticipatie kan daarbij helpen, bijvoorbeeld door clusters woningen aan te pakken. Zaak is echter wel dat we voor de warmtetransitie duurzame bronnen voor de warmtenetten gebruiken, anders komen we in een ‘lock-in’ situatie terecht en krijgen we weliswaar een meer duurzame gebouwde omgeving maar blijft verduurzaming van de warmteproductie buiten schot. De oplossing voor versnelling van de CO₂-reductie vergt een brede, sectoroverstijgende aanpak die we gezamenlijk moeten invullen, van bouwpartijen en banken tot bewoners en energieproducenten."
Cirkel Cirkel8| voorjaar | zomer 2019 2021 ( 29
Vestiging Bouwcenter Centen maakt energielabelsprong Bouwcenter Centen in Wanroij maakte een jaar terug een forse stap naar verduurzaming. Het bedrijfspand had een energielabel E maar maakte een sprong naar een label A-classificatie. Directeur Arjan Ahout legt het hoe en waarom graag uit als inspiratie voor iedereen die ook nadenkt over de energietransitie.
“Ik geef leiding aan twee Bouwcenters, een in Eersel (Van Hoppe) en een in Wanroij (Centen)”, meldt Ahout voor hij ingaat op de kern van de zaak. “Wij huren de locaties van de voormalige eigenaren. In onze vestiging in Wanroij stond een oude cv-ketel en die viel uit door een aantal mankementen. Er moest dus een nieuwe ketel komen en daarover ging ik in overleg met de verhuurder. Ondanks dat we heel goed contact hebben met elkaar kwamen we er niet uit wat betreft de vervanging van de cv-installatie. Ik wilde namelijk een installatie die écht het verschil maakt als het om verduurzamen gaat, maar de huurbaas had daar een andere mening over. Vooral de kosten vielen hem tegen, want wat ik wilde is inderdaad een forsere investering dan vervanging door een standaard ketel. Maar mijn idee betrof wel een investering die zich terugverdient.”
30 ) Cirkel Cirkel 8 | zomer | voorjaar 2021 (2019 30
Besparen door verduurzamen Ondanks dat Ahout als huurder die verplichting niet heeft, nam hij de beslissing om zelf te investeren in een duurzame oplossing voor warmte en energie op de vestiging in Wanroij. “Mijn motivatie daarvoor was en is dat ik vind dat zo’n aanschaf hoort bij ons streven om duurzaam te zijn in de bedrijfsvoering. Mijn medewerkers en ikzelf hechten eraan om dat zichtbaar te maken in alles wat we als bedrijf ondernemen. Voor onszelf én als inspiratie voor onze klanten. Natuurlijk kijken we goed naar de prestaties van een systeem. Als we de ruimte niet warm krijgen tijdens een vorstperiode zullen we toch iets anders moeten bedenken, want mijn mensen moeten ook comfortabel hun werk kunnen doen.” Overigens heeft de huurbaas het pand wel laten isoleren. Dat samen met de plaatsing van het EnerTwin-systeem van MTT voor warmte en opwekking van energie maakte dat het pand nu een label A heeft. “Een geweldige vooruitgang”, aldus Ahout. “Daarbij is onze elektriciteitsrekening nu vele malen lager dan voorheen door de plaatsing van de EnerTwin. Dit systeem alleen al geeft twee stappen labelwinst! De installatie van het apparaat zelf was in een dag geregeld, binnen vier uur zelfs.”
Gepatenteerde turbinetechniek Het systeem dat Ahout koos voor de verduurzaming van verwarming en elektrische energie komt van het bedrijf Micro Turbine Technology (MTT) uit Eindhoven. Deze onderneming werd in 2003 opgericht. Turbinetechniek staat bij het bedrijf centraal voor de ontwikkeling van oplossingen die tegemoetkomen aan de eisen die de energietransitie stelt. Zo ontwikkelde het bedrijf de EnerTwin, een compact krachtstation en een zeer efficiënte ‘clean tech’ oplossing. Het apparaat heeft als brandstof aardgas, maar werkt ook op groen gas, een mix van aardgas en biogas en zelfs waterstof (tot 23 procent) kan bijgemengd worden. Frank Brand, Verkoopdirecteur bij MTT, legt de techniek achter de EnerTwin uit: “De EnerTwin die wij hebben ontwikkeld en gepatenteerd, is een zogeheten micro-WKK, waarbij de afkorting staat voor warmte/kracht koppeling. Het is een toestel dat zowel warmte als stroom produceert. De EnerTwin werkt met een microturbine die in Eindhoven bij MTT is ontwikkeld. Micro-WKK’s bestaan al geruime tijd, maar waren voorheen gebaseerd op traditionele motoren. Wij ontwikkelden een microturbine die je kunt zien als een heel klein vliegtuigmotortje. Het is maar iets groter dan een pak melk en heeft een toerental van 240 duizend omwentelingen per minuut! Dat hoge aantal vereist hoogwaardige materialen en speciale smering en afdichting en dat is precies wat onze vinding uniek maakt. De as van de turbine draait in een speciaal geconstrueerd glijlager met olie die ook goed smeert bij een bedrijfstemperatuur die rond de duizend graden Celsius ligt. Bijzondere aandacht kreeg de afdichting van de koppeling met de generator voor de opwekking van stroom. Alles is zo geconstrueerd dat het onderhoud op het systeem minimaal is over de totale gebruiksperiode. Het is ook bewezen technologie, want componenten zijn afkomstig uit de automotive industrie, denk aan de turbochargertechniek. De EnerTwin werd recent door de Solar Impulse Foundation opgenomen in de lijst van wereldwijd duizend oplossingen die zowel winstgevend zijn als een milieubijdrage leveren. Daar zijn we best heel trots op!”
Cirkel Cirkel8| voorjaar | zomer 2019 2021 ( 31
-advertorial-
PLEXIGLAS® proTerra: DUURZAAMHEID & KWALITEIT
PLEXIGLAS® proTerra is een groen en duurzaam materiaal. Het bestaat voor ca. 90% uit gerecyclede PLEXIGLAS® grondstof. Het is één van de eerste groene materialen uit de PLEXIGLAS® serie. De plaat bestaat uit 3 lagen. De kleur van de kernlaag kan een nuanceverschil geven ten opzichte van de toplaag, omdat het gerecycled materiaal is. De toplaag aan beiden zijden is dus 100% nieuwe grondstof, alleen de kern is gerecycled materiaal. Toepassing:
Kenmerken/eigenschappen:
Verwerken:
Door het hoge aandeel gerecyclede grondstof, is PLEXIGLAS® proTerra bijzonder geschikt voor toepassingen waar speciale eisen aan duurzame producten worden gesteld. Zoals voor beurs- en winkelinrichting, displays, meubel- en interieurontwerp.
PLEXIGLAS® proTerra heeft de volgende bijzondere kenmerken:
PLEXIGLAS® proTerra kan precies zo worden verwerkt als standaard PLEXIGLAS®. De volgende verwerkingsvoorschriften voor PLEXIGLAS® zijn op aanvraag beschikbaar:
PLEXIGLAS® is een geregistreerd handelsmerk van Röhm GmbH.
engineering. tomorrow. together. 32 ) Cirkel | voorjaar 2019
• Bestaat voor ca. 90% uit gerecyclede grondstof. • Hoge weersbestendigheid • Gemakkelijk te verwerken • 100% recyclebaar • Laag gewicht (de helft van glas) • 11 keer meer slagvast dan glas • Kleur Zwart 9M806 • RC Lichttransmissie ca. 0% • Dikte: 3 & 5 mm • Afmeting: 3050 x 2050 mm
Kijk voor meer informatie op:
• Machinale bewerking van PLEXIGLAS® • Vervormen van PLEXIGLAS® • Verbinden/verlijmen van PLEXIGLAS® • Oppervlaktebehandeling van PLEXIGLAS® • Tips voor het verwerken van PLEXIGLAS® massieve platen
www.thyssenkrupp-plastics.nl
Geen geluid “Als mensen denken aan vliegtuigmotoren verwachten ze veel lawaai”, vervolgt Brand zijn toelichting. “Door de hoge omwentelingen produceert de microturbine slechts een hoogfrequent geluid dat eenvoudig te dempen is. Dit in tegenstelling tot een reguliere vliegtuigturbine. Een EnerTwin-systeem hoor je dus nauwelijks en achter een deur geplaatst al helemaal niet. De EnerTwin is mede daardoor zeer geschikt voor toepassing in gebouwen waar aan de buitenkant verduurzaming niet zichtbaar mag zijn, zoals bij monumenten. Bovendien speelt daar dat geluid en trillingen van installaties ongewenst zijn en ook dan is de microturbine een goed passende oplossing voor duurzame warmte en elektriciteit.” De EnerTwin verkoopt goed in Duitsland, waar micro-WKK veelvuldig toegepast wordt. In Nederland is deze technologie onbekender en ook een rol speelt dat we hier roepen dat we ‘van het gas af moeten’. Volgens Brand geen houdbare stelling, maar hij erkent daar wel last van te hebben in contacten met de markt. In dat geval wijst hij daarbij op de perfecte infrastructuur in Nederland voor aardgas. Dat net is uitstekend geschikt voor biogas en met aanpassingen ook voor het transport van waterstof. Brand: “Biogas, groen gas en waterstof kan tot een fors percentage bijgemengd worden in de aardgastoevoer zonder dat het schade geeft aan de microturbine. Onze turbine is daardoor vooral in utiliteit en ook op de langere termijn goed toepasbaar, want een verbruik van zevenduizend kuub per jaar kan zo zeer eenvoudig verduurzaamd worden.”
Terugverdientijd kort In Wanroij wordt de energie die de EnerTwin opwekt, gebruikt voor het opladen van de elektrische heftruck in de magazijnruimte. Dit naast de stroomvoorziening van de kantoren en showroom. Bij Bouwcenter onderschrijft Arjan Ahout de voordelen van het systeem, al merkt hij wel op dat er wat aanloopprobleempjes waren. Die konden echter met een eenvoudige herstart verholpen worden. “Dat monitoren ze op afstand en het onderhoud doet MTT op basis van een contract dat ik daarvoor met hen sloot. Het grote voordeel voor ons is dat de elektriciteitsrekening nu vele malen lager is dan voorheen door de plaatsing van het EnerTwin-systeem. De microturbine zorgt voor verwarming en levert elektriciteit op die we niet van het net hoeven af te nemen. Sterker nog, we hebben in 2020 zelfs energie teruggeleverd aan het net. Het mes snijdt dus aan twee kanten. De terugverdientijd was geschat op ruim zeven jaar, maar dat zal waarschijnlijker korter zijn. Door stijgende energieprijzen zal dat ongeveer vier of vijf jaar worden. Wat bijvoorbeeld meespeelt is dat de airco’s bij de vestiging in Wanroij de energie krijgen van de microturbine en dat scheelt ’s zomers veel geld omdat we daarvoor geen stroom van het net hoeven te halen.”
Cirkel Cirkel8| voorjaar | zomer 2019 2021 ( 33
-advertorial-
DUURZAAM ISOLEREN MET PIR Unilin Insulation is fabrikant van PIR-isolatieplaten en PIR-dakelementen. PIR is een vorm van PU, wat staat voor polyurethaan. Het is een kunststof gemaakt uit polyol en MDI. PIR is niet meer weg te denken uit de bouwwereld. Het wordt gebruikt in platen, panelen en schuim. Door de gesloten cellenstructuur, is PIR een licht product, zowel in transport, maar ook in gebruik. De constructie waar de PIR in verwerkt wordt, is dus lichter dan het ooit geweest is. En dat is goed voor het milieu. PIR is daarnaast ook een slank product. Door de hoge isolatiewaarde is er weinig materiaal nodig voor sterke isolatieprestaties. Zeker als je het vergelijkt met andere isolatiematerialen zoals EPS, XPS of wol. PIR bespaart dus ruimte en materiaal. PIR is een duurzaam isolatiemateriaal. Het heeft een lange levenscyclus en gaat even lang mee als het gebouw waarin de PIR verwerkt is. De PIR isolatieplaten zijn vochtongevoelig. Hierdoor blijven de isolatiewaarde en daarmee de thermische prestaties tijdens deze gehele levensduur behouden. Bij renovatie van woningen kunnen in vele gevallen de bestaande dakelementen of PIR-platen blijven liggen en aangevuld worden met een extra na-isolatie. Hiermee voldoet het dak weer aan de actuele eisen. De PIR-isolatie blijft dus altijd haar waarde en haar sterke prestaties behouden. Unilin Insulation is kortom je duurzame partner en heeft op élke isolatievraag de oplossing.
KIJK VOOR ONS VOLLEDIGE ASSORTIMENT OP WWW.UNILININSULATION.COM
34 ) Cirkel 7| voorjaar | winter 2020 2019
Negen tips om CO -reductie te versnellen
2
1. Maak gebruik van wat er al is Maak gebruik van de ‘geest van de plaats’, de genius loci. Maak gebruik van wat er al is: denk aan hergebruik van gebouwen, bouwen op bestaande funderingen, het handhaven van de bestaande beplanting of het combineren van functies en faciliteiten. Dit bespaart direct veel CO₂. 2. Beperk de energievraag Bouwen begint met nadenken over wat je wil accommoderen. Ontwerp en bouw zó dat een woning ’s zomers koel en ’s winters behaaglijk is. De eerste stap van de trias energetica is het beperken van de energievraag (lees: de CO₂-uitstoot). De resterende energievraag kan daarna zoveel mogelijk uit duurzame bronnen worden gewonnen. 3. Ontwerp circulair en demontabel Denk na over ander gebruik en/of een tweede leven van materialen als je bouwt. Door demontabel te ontwerpen en bouwen wordt hoogwaardig hergebruik van bijvoorbeeld bouwelementen mogelijk. Dit is niet alleen een belangrijke stap naar een meer circulaire economie maar bespaart op termijn tevens in de CO₂-uitstoot.
7. Zorg voor een duurzame logistiek Zorg voor emissievrij vervoer, combineer materiaalstromen, beperk de hoeveelheid vervoerbewegingen naar de bouwplaats. 8. Bouw emissievrij Assembleer en monteer materialen met elektrisch materieel op de bouwplaats. Mits duurzaam opgewekt, breng je daarmee zowel de CO₂ als stikstofuitstoot omlaag. 9. Plant bomen Door op locatie of elders bomen aan te planten en de omgeving met onder meer tuinen, groendaken en groene gevels uit te rusten, levert de bouw een belangrijke bijdrage aan een CO₂-neutrale economie. Bomen in de directe omgeving zorgen voor een prettig binnenklimaat (als levende zonwering op het zuiden) en een gezonde leefomgeving. Bij grootschalige aanplant kunnen bomen de resterende uitstoot van een bouwproject dankzij hun groei compenseren.
4. Kies materialen met lage CO2-impact Binnen elke materiaalgroep zijn er uitblinkers qua milieu-impact. De MPG-tool (MPG = milieu prestatie gebouwen) kan hierin ondersteunen. Kies waar mogelijk voor circulaire en/of biobased materialen. Biobased materialen zijn afkomstig van onder andere bomen en planten die CO₂ tijdens de groei hebben vastgelegd. Door regionaal bouwhubs op te zetten worden circulaire materialen bovendien beter beschikbaar.
6. Produceer bouwmaterialen duurzaam Bouwmaterialen kunnen ook met duurzame energie worden geproduceerd zodat de CO₂-footprint kleiner wordt.
5. Bouw in de fabriek Steeds vaker worden woningen en andere bouwwerken in de fabriek gemaakt (prefab). De ervaring leert dat er door digitalisering (onder andere met BIM), standaardisering en industrialisering veel materiaal valt te besparen. Door minder materiaal voor dezelfde functie te gebruiken, verminder je de CO₂-uitstoot.
Pe te
r Fraanje Cirkel Cirkel8| voorjaar | zomer 2019 2021 ( 35
Bouwcenter Garant BOUWCENTER de unieke, duurzame PRIVATE LABELS lichtgewicht exterieurplaat met focus op duurzaamheid
Garant
I-xclusief
Thermogevel
De unieke, duurzame lichtgewicht exterieurplaat
Revolutionaire composiet terrasplanken
De duurzame geveloplossing van nu
• Sterk en stabiel, licht van gewicht en 15 jaar garantie op delaminatie
• Zeer duurzaam, met een lange levensduur en uv-bestendig
• Hoogste duurzaamheidsklasse hierdoor lange levensduur
• Samengesteld uit 60% bamboevezels en 40% gerecycled kunststof
• A-label hoogwaardig PEFC® gecertificeerd vurenhout uit ecologisch verantwoord bosbeheer
• Uit duurzame, snelgroeiende zuid-europese populierenbossen • PEFC gecertificeerd ®
• Vrij van giftige en schadelijke conserverings- en verduurzamingsmiddelen
• Volkomen vrij van chemische middelen
bouwcenter.nl
36 ) Cirkel | voorjaar 2019 BC Private Label Hout_adv. A4 Cirkel Zomer 2021.indd 1
28-05-2021 10:23