Opdracht handvaardigheid Robinson. Robinson komt midden op zee op een onbewoond eiland van ongeveer 20 bij 30 meter. Het eiland is een beetje bergachtig met rotsen, bomen en uiteraard strand. Er ligt aangespoeld materiaal op het strand en tussen de rotsen. Hij bouwt een onderdak tegen wind, zon en regen van dit materiaal en van wat hij op het eiland verder aantreft in de natuur. De opdracht: Maak van hout en andere materialen (eventueel zelf verzamelen en meebrengen) een 3D model (3dkaart) van het eiland op schaal. Mogelijk heb je bij M&M (Aardrijkskunde) of bij wiskunde al een en ander geleerd over schaal. Op iedere kaart hoort een schaal te staan. Daarmee wordt aangegeven hoeveel keer de kaart is verkleind. Voorbeeld : Er staat 1: 500.000 ( spreek uit “een op vijfhonderdduizend”) Dit betekent dat één centimeter op de kaart 500.000 cm in het echt is. De kaart is dus 500.000 x kleiner dan de werkelijkheid. Oftewel: De werkelijkheid is 500.000 x groter dan de kaart! Twee centimeter op de kaart is dan 2 x 500.000 cm in het echt. Oftewel 1.000.000 cm. Het rekent wat makkelijker als je éérst van de centimeters meters of kilometers maakt : Voorbeeld : 500.000 cm = 5000 meter ( twee nullen eraf). 5000 meter = 5 kilometer. Dan is de afstand in het echt 2 x 5 km = 10 kilometer. Onze 3D kaart (3Dmodel) maken we op schaal 1:100. Dit betekent dat één centimeter op de kaart 100 cm in het echt is. De kaart is dus 100 x kleiner dan de werkelijkheid. Oftewel: De werkelijkheid is 100 x groter dan de kaart! Twee centimeter op de kaart is dan 2 x 200 cm in het echt. Oftewel 2 meter. 0 1 2 3 4 5 6 7 meter
Ook in de hoogte is deze schaal van toepassing: 1 meter in werkelijkheid is dus 1 centimeter hoog in ons 3Dmodel. We gaan de hoogte in door plaatjes hout op elkaar te lijmen en door gebruik te maken van hoogtelijnen. Dit principe kun je zien in de werkstukken die voor het raam op het Domein liggen.(De schaal is bij deze werkstukken overigens anders.) De maten dit jaar: Je krijgt een plankje van 25x35 cm. (Dus een stuk zee van 25x35 meter.) Beschouw dit als de zeespiegel. Hierop ga je het eiland in lagen opbouwen aan de hand van hoogtelijnen. Het hoogste punt van het eiland moet ergens in je model minimaal 5 meter zijn, dus op schaal 5 cm. Als je in lagen van 1cm dik werkt zijn dat dus 5 lagen. Bij dunner hout worden het dan meer lagen, als je maar ergens aan die 5 centimeter komt. Je kunt de randen schuin afvijlen om een mooiere overgang te krijgen. Ook het onderdak van Robinson moet uiteraard ook op schaal zijn, maar ook bijvoorbeeld bomen en struiken of een vlot.
Op het plaatje zie je het principe van hoogtelijnen en in lagen opbouwen. Je kunt daar ook zien dat hoe dichter hoogtelijnen bij elkaar staan hoe steiler het landschap is.
LET OP ! UITDAGING ! Het ligt voor de hand om je werkstuk realistisch (naar de werkelijkheid) te maken. Dat is prima meer dat hoeft niet. Het kan ook wat abstracter. Je maakt er dan meer een “kunstwerk” van door bijvoorbeeld verschillende soorten/kleuren hout te gebruiken en dit gewoon blank te laten. Dan is het wel van belang dat het mooi gezaagd en geschuurd is. Wat dacht je van het geheel beplakken met oude wegenkaarten, stukken uit een oude atlas ? Misschien kun je zelf nog iets anders bedenken. Ik daag je uit !