Cooking the Books

Page 1

COOKING

THE

BOOKS


4


Koken is hip, waarom zou boekbinden dat dan niet kunnen zijn?

Dat is de hamvraag die dit boek aanpakt. Door de eeuwen heen werden in wereldwijde culturen meer dan honderd manieren ontwikkeld om een boek te binden. Het bundelen van alle bindingen zou evenlang duren als hun ontwikkeling, maar dat is niet het belang van dit boek. Dit is ‘slechts’ een document om leken in aanraking te laten komen met verschillende manieren van boekbinden die zowel op esthetisch als technisch vlak hun eigen kenmerken en/of troeven hebben. Er bestaan ook veel varianten en methodes die op elkaar lijken. Boekbinden bevat een dilemma tussen stevigheid en tijdsbudget. Eigenlijk kan je nooit in 1 boek alles bundelen wat er te weten valt, net zoals bij elk ander ambacht. Dit is dan ook geen poging om dat te doen, eerder een poging tot kennismaking met ieder die het wenst. Het is de bedoeling dat zowel hobbyisten als ontwerpers met dit boek een stevige handleiding hebben tot de verschillende mogelijkheden. Dit boek is een sythese van de oneindige bron aan informatie. Er staat dus lang niet alles in, maar stelt wel meer voor dan alleen maar een aanraking ervan. Je hoeft geen boekbinder te zijn om een boekje stevig te kunnen binden, maar eens je je verdiept in dit ambacht merk je al gauw dat er veel meer in zit dan je op het eerste zicht zou denken. Het is zeker geen wonder dat er jarenlange opleidingen (hebben) bestaan voor dit vak, aangezien het een proces is waarin je levenslang kan blijven leren. Een reden te meer dus om de finesse ervan nog eens in het daglicht te plaatsen daar ze al eens vergeten lijkt te worden. Er zijn immers genoeg technieken die met beperkte middelen toch een professioneel uiterlijk geven, die bovendien ook nog aanpasbaar zijn aan persoonlijke voorkeuren. Eens je een techniek onder de knie hebt kan je er een ook boek mee herstellen. Vooral stevigheid bereik je door de spreekwoordelijke puntjes op de ‘i’. De meeste technieken in dit boek vergen dan ook wat oefening, maar oefening baart nog steeds kunst.

5



COOKING

INLEIDING

THE

BOOKS

TECHNIEKEN

VLUGGERTJE S

3-4 Boekbinden, een korte

Genaaid brocheren

35 Cahiersteek

geschiedenis

15-18 Langsteekbinding

56 Boekbindschroeven

5-6 Het belang van (grafisch)

19-22 Koptische binding

57 Paperclip & elastiek

ontwerp in boekbinden

23-26 Secret Belgian binding

58 Nietjes

7-8 Overzicht van de tech-

27-30 Strengelbinding

60 Nieten zonder nietjes

nieken

39-42 Japanese specialiteiten

61 Ringen

9-10 Het belang van een ronde

31-34 Zigzag

62 Naaimachine

11-12 Gereedschap

Garenloos brocheren

63 Woordenlijst

13-14 Naald en draad

44-47 Op z’n Lumbecks

64 Bibliografie

rug (en hoe te maken)

52-55 Concertina



VISUELE INDEX

LIJMLOOS BROCHEREN

GARENLOOS BROCHEREN


LIJMLOOS BROCHEREN

LANGSTEEKBINDING

KOPTISCHE BINDING

(P. 10-12)

SECRET BELGIAN BINDING

(P. 13-14)

(P. 15-17)

? STRENGELBINDING

CAHIERSTEEK

(P. 18-20)

(P. 21-23)

EIGEN ONTWERP (P. 24-25)

JAPANSE SPECIALITEITEN

4-GATEN BINDING

NOBLE BINDING

10

TORTOISE-SHELL BINDING

HEMP-LEAF BINDING


VISU ELE IN DEX

GARENLOOS BROCHEREN

LUMBECK (SOFT/HARDCOVER) (P. 82-13)

CONCERTINA

(P. 34-65)

VLUGGERTJES

CAHIERSTEEK

PAPERCLIP & ELASTIEKEN

NIETJESRUG

NAAIMACHINE

BOEKSCHROEVEN

NIETEN ZONDER NIETJES

11


Bind, bond, gebonden BOEKBINDEN: EEN KORTE GESCHIEDENIS

De allereerste boeken waren uiteraard de kleitabletten, uit het Babylon tijdperk rond 3800 v.C. Met een bot voorwerp werden tekens in natte klei geschraapt die men dan liet hard worden. Om teksten langer, draagbaarder te kunnen maken en ook beter te kunnen bundelen vond men de papyrusrollen uit. Met de uitvinding van papier door de Chinezen in 200 v.C. veranderde er uiteraard veel. We hebben veel aan de Chinezen te danken qua papier en boekbinden, om niet te zeggen alles. Maar de voornaamste verandering in de geschiedenis van boekbinden is de transformatie van de papyrusrol naar het boek in de vorm zoals we die vandaag kennen, met verschillende pagina’s aan elkaar gebonden. VAN ESTHETISCH NAAR COMMERCIEEL

Rond 300 v.C. vond men in Azië een manier om met huiden van kleinere diersoorten een mooi glad beschrijfbaar oppervlak te creëeren: het perkament. Dit materiaal was echter niet geschikt om op te rollen, dus begon men vellen te vouwen van het perkament. Dit komt al dicht bij de vorm van een boek zoals we die kennen. Overal ter wereld gebeurde rond die tijd dezelfde ontwikkeling van rolvorm naar boekvorm. Vanaf de vroege Middeleeuwen zijn het vooral de kloosters geweest, die van het boekbinden een kunst wisten maken. Zij waren lange tijd de enigen die zich met boekbinden bezighielden. Het boekbezit beperkte zich toen ook nog tot de kerk.De uitvinding van de pers door Gutenberg in 1447 (het allereerste boek drukte hij in 1456) was uiteraard de aanzet voor de eerste geautomatiseerde boekbindingen. Vanaf de 17de eeuw begon het boekenbezit zich steeds meer uit te breiden tot alle lagen van de maatschappij. Langzaam aan werd boekbinden meer

12

gecommercialiseerd en geindustrialiseerd. De digitalisering, het passiever en massaproductiever worden van de maatschappij werpen een heel nieuw licht op handwerk. Het is uiteraard veel persoonlijker, waardevoller en zeldzamer. VERGULDEN

Met de industrialisatie verdwenen ook bijkomstige activiteiten zoals de rug van het boek voorzien van decoratie. Dit werd gedaan door middel van goudfolie aan te brengen (fig. 2). Deze techniek noemt men vergulden. Dit wordt tegenwoordig nog sporadisch gedaan, bijvoorbeeld voor speciale uitgaven, maar uiteraard ook machinaal. Slechts bij enkele handboekbinders wordt het nog manueel gedaan. VERLOREN STIEL

Door de eeuwen heen is boekbinden steeds sneller moeten gaan voor commerciele doeleinden. Zo weinig mogelijk productietijd en zo veel mogelijk


BOEKBIN DEN : EEN KORTE G E SCHIEDEN IS

verkoop. De consequenties voor het boek zijn bijvoorbeeld dat enkel de rug van de cover nog bedekt wordt met linnen (boekbinderslinnen, want dat verschilt nog wel veel van gewone stof) en de rest met papier. Op die manier is er ook meer plaats voor foto’s of andere informatie die het boek een meer sprekende (en misschien ook beter verkopende) cover kunnen geven. Maar nog goedkoper en sneller is uiteraard de paperback, waarschijnlijk de meest gebruikte vorm tegenwoordig. Dit is de vorm waarbij het boekblok met lijm in de band wordt gezet, wat uiteraard zeer snel gedaan wordt door een machine. Maar ze valt ook uit elkaar na jaren gebruik. Elke binding heeft wel zijn kenmerken en/of voordelen. Binden met ringen van metaal of plastiek is een snelle en deftige oplossing, maar heeft bijvoorbeeld ook als voordeel dat je het boek volledig plat kan leggen zonder de rug daarbij te beschadigen.

FIG. 2 — PATRONEN VOOR VERGULDEN

Kunstboekbinden doet eigenlijk het tegenovergestelde van commerciële, industriële binding. Waar er bij het tweede zo weinig mogelijk tijd verspild mag worden aan het binden van een boek is het bij het eerste, kunstboekbinden, net de uitdaging om een boek zo stevig en mooi mogelijk te maken, wat meestal uiteraard ook heel wat tijd vergt.

FIG. 1 — HANDVERGULDER

13


Boekontwerp EEN NIEUW BEROEP

14


BOEKON TWERP: EEN N IEU W BEROEP

15


Bezint eer ge begint ALGEMENE OVERWEGINGEN

DE LOOPRICHTING VAN PAPIER

DO-IT-YOURSELF GUILLOTINE

Met de looprichting wordt de rangschikking van de vezels bedoeld. Bij het binden van boeken is het belangrijk dat de looprichting van het papier paralel loopt met de rug van het boek, omdat het anders in de verkeerde richting zal buigen. Je kan uitzoeken wat de looprichting van je papier is door erin te scheuren. Je zal merken dat het scheuren veel makkelijker gaat wanneer je scheurt in de looprichting.

Wanneer je een boek in elkaar steekt, zul je merken dat het papier in het midden verder zal uitsteken dan aan de zijkanten, omdat het verder van de rug zit. Op de industriĂŤle manier wordt dit opgelost door het boekblok onder een guillotine te plaatsen, maar uiteraard heeft niet iedereen er zo eentje thuis staan. Toch is er een redelijk alternatief voor deze handeling; je kan namelijk met een snijmes en een lat hetzelfde doen door veel druk uit te oefenen met je ene hand op het boekblok en tegelijk te snijden met het andere hand.

16


B EZ I N T E E R G E B EG I N T

- de looprichting van papier - kapmachine nadoen - ronde rug (en hoe te maken) - kapitaalband - boekbindersgaas - papier over linnen /beschermen van hoeken

17



GEREEDSCHAP & MATERIAAL

5

6

8

7 2 3

1

4


Naald en draad

1

BOEKBINDERSGAREN

Hoewel boekbindersgaren voor een stevig resultaat ten zeerste aanbevolen is, mag je voor het naaien eigenlijk gebruiken wat je wil. Zolang de draad die je verkiest niet pluist en stevig genoeg is. Wat boekbindersgaren zo sterk maakt is dat het ongeveer dezelfde levensduur heeft als papier, en dat het gemaakt is van natuurlijke, lange vezels. Voor minder traditionele projecten of boekjes die maar uit 1 katern bestaan bijvoorbeeld heb je natuurlijk niet meteen zo’n sterk garen nodig. Bovendien is boekbindersgaren ook relatief duur in vergelijking met ander materiaal. Boekbindgaren bestaat in verschillende kleuren. Nadat de kleurstof is toegevoegd wordt het gecoat met bijenwas. Voor je een boekje begint te naaien kan je best eens nadenken over welk garen je wil gebruiken, en of de kleur ervan bij de cover of de algemene look van het boek past. Ook dit aspect van het boek is aanpasbaar, maak er dus gebruik van. Alles wat immers dik, lang en stevig genoeg is kan dienen. Er zijn dus ontelbaar veel mogelijkheden die op een subtiele manier de kers op de taart kunnen zijn. De finesse zit immers in de details. BOEKBINDERSNAALD

De boekbindersnaald is dikker en steviger dan de (gewone) borduurnaalden. In combinatie met boekbindersgaren kan je de meeste stevigheid bekomen. Toch heb je voor een klein boekje niet speciaal een boekbindersnaald nodig. Je voelt meestal zelf wel aan welke naald genoeg stevigheid biedt. Met een te dikke naald kan je te grote gaatjes maken die een beetje het uitzicht verpesten, dus ook de keuze hiervan is belangrijk.

20


G EREEDSCHAP & MATERIA AL

Voor boekbinden is het belangrijk een stevig garen te gebruiken, maar het hangt af van de techniek hoe stevig het precies moet zijn. Hoe dan ook, de draad mag in geen enkel geval breken tijdens het binden. Wanneer je een garen gebruikt dat niet stevig genoeg is zou het kunnen afbreken tijdens het aantrekken, wat steeds moet gebeuren om te voorkomen dat je boek loskomt.

21


2

SNIJMES

Hoe banaal een mes ook lijkt, er hangt meer vanaf dan je denkt. De keuze van het mes zelf maakt niet zoveel uit, een papiermes of een stanleymes zijn even geschikt. Maar welk mes je ook kiest, zorg dat het niet bot is. Een bot mes kan de zijkant van je boekblok verpurvelen, waardoor je het helemaal opnieuw zal moeten afdrukken of maken. Kies daarom van in het begin een mes dat scherp genoeg is, dit kan je testen door een aantal blaren op elkaar te leggen als één blok en er trachten door te snijden door met je ander hand er druk op te oefenen. Als de randjes mooi glad afgesneden worden, heb je een goed mes.

3

VOUWBEEN

Voor het vouwen van je blaren en katernen is het belangrijk deze tijdens de handeling niet vuil te maken of scheef te vouwen. Een vouwbeen is een stukje ivoor dat hier speciaal is voor gemaakt. Tijdens het vouwen hou je het zo plat mogelijk tegen de rand en oefen je wat druk uit.

4

PRIKKERTJE

Dit is een gereedschap dat zeer handig is bij naaibindingen. Je kan met de gewone naald ook wel gaatjes prikken in de katernen, maar met een prikkertje zal je je minder pijnigen en moeite moeten doen. De gaatjes zijn ook iets groter, wat bij Japanse bindingen handig en mooier is.

5

BOEKBINDERSLIJM/HOUTLIJM

Voor de garenloze boekbindmethoden in dit boek zul je een goede lijm nodig hebben. De beste lijm is uiteraard boekbinderslinnen, maar indien je die niet kan vinden kan je altijd houtlijm gebruiken. Door zijn goede verdeling en hechting geschikt voor hout (dus ook voor papier) werkt deze heel efficiënt.

22


G EREEDSCHAP & MATERIA AL

6

LIJMBORSTEL

Om de houtlijm uit te smeren over de rug van je boek heb je een penseel nodig dat niet te groot of te dik is. Het hangt af van de dikte van de rug welk penseel het meest geschikt is. Af en toe zal je eens moeten wisselen omdat het bijvoorbeeld met een ander penseel makkelijker zal zijn tussen de katernen te gaan dan met een ander. Zorg dat je een aantal verschillende lijmborstels ter beschikking hebt. Ook is het belangrijk dat er geen haren van het penseel loskomen, of dat je ze tijdens het lijmen verwijdert.

7

SCHROEFKLEM

Bij de Lumbeckmethode, die verder in dit boek wordt uitgelegd, is een schroefklem noodzakelijk om de rug van je boek goed te kunnen inlijmen. Maar ook bij andere handelingen en andere bindingen kan zo’n schroefklem goed van pas komen. Indien je geen schroefklem hebt is een goed alternatief een leeg bureau en een heel dik boek; je kan alles gebruiken wat dienst kan doen als pers, zolang je maar kan verdragen dat er wat lijm aan zal komen te zitten.

8

GAATJESTANG

Het woord zegt het zelf al, dit is een tang om gaatjes te maken. Bij sommige binden moet je gaatjes maken in het karton, en voor een mooiere afwerking van de randjes kan je dit gereedschap goed gebruiken. Je karton mag wel niet te dik zijn, want dan zal de tang er niet helemaal doorheen kunnen prikken. Deze tang wordt meestal gebruikt voor het maken van gaatjes in een leren riem, maar werkt dus ook met karton en papier. Indien je deze tang niet in huis hebt kan je met een prikkertje of dikke naald gaatjes maken. Dit is enkel een handig hulpmiddel, maar dus zeker niet noodzakelijk.

23



LIJMLOOS BROCHEREN

LANGSTEEKBINDING

KOPTISCHE BINDING

(P. 10-12)

SECRET BELGIAN BINDING

(P. 13-14)

(P. 15-17)

? STRENGELBINDING

CAHIERSTEEK

(P. 18-20)

(P. 21-23)

EIGEN ONTWERP (P. 24-25)

JAPANSE SPECIALITEITEN

4-GATEN BINDING

NOBLE BINDING

TORTOISE-SHELL BINDING

HEMP-LEAF BINDING


26


JAPANESE STAB BINDING

Langsteekbinding

De langsteekbinding werd al gebruikt sinds de 18de eeuw in sommige delen van Europa. Bij deze binding wordt het boekblok aan de cover genaaid door middel van gleuven of gaten, al naar gelang je eigen voorkeur. Deze naaiwijze creĂŤert het typerend lijnenpatroon op de rug van het boek. Ze wordt het meest gebruikt voor boeken met een leren omslag, maar geeft ook met andere materialen een mooi resultaat.


Langsteekbinding LONG STITCH BINDING

VELE VARIATIES

MAKKELIJK ESTHETISCH 1 UUR

14,5 x 21 CM 5 x 5 PAG.

28

De langsteekbinding heeft door zijn vrije karakter en keuze tussen insnede of gaatjes veel mogelijkheden en variaties. Het naaiwerk bevindt zich langs de buitenkant op de rug van het boek. Bij andere bindingen worden katernen eerst aan elkaar gebonden en dan aan de cover bevestigt, terwijl hier de katernen meteen aan de cover genaaid worden. Doordat de band of cover meestal uit één stuk bestaat wordt er vaak nog een element toegevoegd om het boek goed te kunnen sluiten zoals een extra touwtje rond een knoop. Het is een vrij eenvoudige en snelle binding, die meestal gebruikt wordt in combinatie met leer omdat het de meest efficiënte en nette manier is om leer aan het papier te bevestigen. Je hebt maar één stuk nodig in plaats van de gebruikelijke 3 (rug en 2 platten) waardoor je ook tijd uitspaart. Toch kan je ook werken met de gebruikelijke boekband indien gewenst.



Voorbereiding

1 KARTON OP MAAT SNIJDEN

2 COVERKARTON BEKLEDEN

Het grote verschil met andere bindingen is bij de langsteekbinding dat je een cover kan gebruiken uit 1 stuk en dat je kan kiezen of je het al dan niet plooit. In deze handleiding wordt er een stuk karton gebruikt dat ongeveer 2mm dik is (bv. de achterkant van een notitieblok) en niet geplooid zal worden. Let wel dat het karton dun genoeg moet zijn om te kunnen plooien zonder problemen (en in de looprichting van de vezels). Het papier moet aan elke kant een centimeter smaller zijn.

Nadat je het karton en papier op maat gesneden hebt prepareer je je boekblok (dubbel vouwen in katernen van 5). Daarna is er een stap die in feite overgeslagen kan worden, maar indien je dit verkiest kan je uiteraard je karton/leer bekleden of versieren naargelang je eigen voorkeur. Bedenk wel dat je bij deze binding geen schutblaren zal gebruiken dus zowel binnen- als buitenkant moeten volledig bekleed zijn met je decoratiepapier of ander materiaal.

30


LAN G STEEKBIN DIN G

3 GAATJES EN INSNEDE

4 SNIJDEN EN PRIKKEN

Ga met je potlood langs de rug van je stapeltje katernen om gaatjes te tekenen. Teken er één in het midden, en langs weerszijden één op 4,5 cm van het midden.

Bij deze binding is het niet zo erg als je een fout maakt en verkeerd prikt, maar tracht uiteraard zo weinig mogelijk fouten te maken. Kijk goed na of de aanduidingen op de cover op de juiste plaats staan voor je begint te snijden, want anders maak je een fout die je later niet meer kan verbergen.

LET OP: in de kaft maken we geen gaatjes

maar insnedes. Je kan kiezen voor gaatjes maar in dit geval is de kaft niet groot en breed genoeg waardoor de gaatjes vanzelf zouden omvormen naar een insnede. Maak deze insneden ongeveer even breed als je boekblok en op dezelfde afstand van de rug als het bovenste en onderste gaatje.

31


5 HET NAAIEN

6 KLAAR

Werk volgens het naaischema hiernaast. Trek tijdens het naaien alle katernen goed aan. Je zal ook moeten proberen om alle katernen zo goed mogelijk te verspreiden over de breedte van de rug. Doordat ze vasthangen in spleetjes hebben ze wat speling en hellen ze naar 1 kant boekbindersgaren is hiervoor aangewezen.

Maak een knoop met het begin en het einde van je garen aan 1 kant van het boekblokje langs de binnenzijde. Kijk vervolgens nog eens na of alles goed verspreid zit over de gehele breedte van de rug. Als je bij deze binding te veel katernen gebruikt zul je merken dat het lastiger is ze allemaal mooi te verspreiden over de rug.

32


Naaischema

r

Je maakt gedurende deze binding eigenlijk constant een halve 8-vorm, waarna je een knoop maakt aan het uiteinde van de vorige katern. Op die manier naai je de cover aan de katernen.

Wanneer je alle katernen gedaan hebt maak je een knoop met het uiteinde van het garen waarmee je begonnen bent. Dit gaat makkelijkst door beide eindjes naar 1 kant te brengen. Knip de eindjes wat bij en verstop deze knoop tussen de rug van de katernen en de kaft.

33


34


COPTIC STITCH BINDING

Koptische ketting

Deze binding is afkomstig van de Kopten, een Egyptisch volk die ze uitvond in de 4de eeuw. De Koptische binding is minder stevig dan andere bindingen, maar haar beste troef is uiteraard de open rug die het hele naaiwerk blootgeeft. Ze is tijdloos en eenvoudig. Door haar structuur is de binding ook veel flexibeler waardoor het boek beter open kan liggen.

35


Koptische ketting COPTIC STITCH BINDING

VELE VARIATIES

MAKKELIJK ESTHETISCH 1 UUR

14,5 x 21 CM 5 x 5 PAG.

Bij deze bindmethode hangen de katernen voornamelijk aan elkaar en niet zo zeer aan de band. Enkel de eerste en de laatste katern worden rechtsreeks verbonden met de borden, maar de andere katernen zweven er eigenlijk tussen. Daarom is het belangrijk om goed aan te trekken gedurende het hele proces. Tussen elke twee katernen zal er een spleetje zijn, maar probeer ze zo dicht mogelijk op elkaar te houden. Ook heel belangrijk is om te letten op de uitlijning van boekblok en kaft. Het afgewerkt boek zal ĂŠĂŠn blok vormen, dus zorg dat aan alle zijden het boekblok en de band op dezelfde hoogte komen tegenover elkaar. Je kan hiervoor best een meetlat gebruiken. TIP: door het openliggende karakter van dit boekje is het een

zeer geschikte bindmethode voor schrijfdoeleinden. Dagboeken, registers, etc.

36



Voorbereiding

1 KARTON OP MAAT SNIJDEN

2 COVERKARTON BEKLEDEN

Bij deze binding is er geen rug, dus hoef je die ook niet te snijden. Enkel voor- en achterbord. Verder zijn er wel de gebruikelijke elementen zoals boekbinderslinnen of ander materiaal voor de kaft, schutbladen en uiteraard een boekblok. In dit geval snij je de katernen even groot als de boekband.

Kaft de borden met je boekbinderslinnen of ander materiaal indien gewenst. De schutbladen horen zoals altijd een paar milimeter kleiner te zijn dan de borden. Kleef ze aan de binnenkant van de borden en strijk er een paar keer overheen met een meetlat om ze mooi strak te krijgen.

38


KOPTISCHE KETTIN G

3 GAATJES PRIKKEN

4 HET NAAIEN

Gebruik voor het prikken de sjabloon achter het boek. Indien je een ander formaat hebt gekozen kun je best je eigen sjabloon maken. Zorg ervoor dat de gaatjes op vooren achterkant exact op dezelfde plaats staan voor het naaien. Let op dat je duidelijk de kant neemt van de borden die je als rug had voorbehouden, en dat in beide borden aan de juiste kant prikt. Maak in alle katernen dezelfde gaatjes, op dezelfde hoogte.

Volg het naaischema op de volgende pagina, start in de eerste katern, in het onderste gaatje en vorm een lus over de rand van de rug. Kom terug langs hetzelfde gaatje in het kartonbord en terug in het onderste gaatje van de eerste katern. Maak een knoop met de lus en ga naar het volgende gaatje, herhaal dit tot het einde. Bij het laatste gaatje keer je niet meer terug, maar ga je naar de volgende katern. Je zal dus afwisselend rechts en links starten.

39


5 AFWERKING

2 COVERKARTON BEKLEDEN

Wanneer je de laatste katern genaaid hebt neem je het tweede bord en naai je het op dezelfde manier aan het boekblok als bij de eerste katern. Dit betekent dus dat je een dubbele naad zal hebben langs de binnenkant van de laatste katern. Zorg dat alles goed aangetrokken is.

Maak een knoop met het uiteinde van het garen en de laatste lus die je gevormd hebt. Vouw de uiteinden van de knoop naar binnen en knip ze wat bij, maar niet te veel. Doe hetzelfde voor het uiteinde waarmee je begonnen bent.

40


Naaischema

r

41


42


JAPANESE STAB BINDING

Belgisch geheim

De ‘Criss-Cross’-binding van Anne Goy werd lange tijd de ‘Secret Belgian Binding’ genoemd door het mysterie er rond. Jarenlang gebruikte men de binding in boekbindersregionen zonder eigenlijk te weten wie ze uitgevonden had. Er van uitgaand dat het een verloren techniek was van een monnik uit de middeleeuwen ging men op zoek naar de oorsprong, om uiteindelijk de enige echte waarheid te ontdekken: de binding was in de jaren ‘80 voor het eerst voorgesteld en dus helemaal niet zo oud als men dacht. Toch een leuk verhaal voor de Belgische boekbindersgeschiedenis.


Belgisch geheim SECRET BELGIAN BINDING

WORSTJESBINDING

De strengelbinding is één van de oudste bindingen die er bestaat. Ze is ontstaan in de 1ste eeuw en werd in Westerse culturen gebruikt om individuele dubbel gevouwen pagina’s bij elkaar te houden voor ze naar de binder gingen. De ‘tackets’ waar de Engelse naam naar verwijst zijn strips van perkament die nat werden gemaakt om deze als touw te laten dienen. MIDDELMATIG ESTHETISCH 1 UUR

14,5 x 21 CM 5 x 5 PAG.

44

De methode zorgt ervoor dat het boek plat open kan liggen. Ze is stevig omdat er maar weinig speling is tussen de katernen, waardoor ze niet kunnen schommelen.



Voorbereiding

1 KARTON OP MAAT SNIJDEN

2 COVERKARTON BEKLEDEN

Het boek dat je zal maken meet ongeveer 18x11 cm. Snijd 2 borden, voor- en achterkant. Daarna, apart, ook nog de rug die ongeveer de breedte heeft van je boekblok (al je katernen op elkaar). Bekleed alles met boekbindersllinnen zoals beschreven in de inleiding.

Wanneer je karton gesneden is, bekleed het dan met boekbinderslinnen of een materiaal naar keuze. Snijd 2 schudbladen op maat (ook weer een 3-tal mm kleiner dan de borden, het is het mooiste als ze evengroot zijn en op dezelfde hoogte zitten als het boekblok. Neem de template erbij voor het prikken.

46


BELG ISCH G EHEIM: SECRET BELG IAN BIN DIN G

3 GAATJES PRIKKEN

4 HET NAAIEN

De template achteraan in het boek kan je helpen voor het prikken van de gaatjes. Indien je het formaat volgt dat hier gebruikt wordt past het sjabloon perfect. Indien je een ander formaat gebruikt, let er dan op dat alle gaatjes op dezelfde afstand van elkaar en van de randen liggen. Leg de sjabloon gelijk tegen de rug en de rand van je boek zoals op de foto. Knijp ze vast met wasknijper of papierklem en begin met prikken. Doe dit voor beide borden.

Volg het naaischema voor de kaft op de volgende pagina. In tegenstelling tot andere bindingen, wordt hier eerst de cover samengesteld en daarna pas het boekblok eraan bevestigd. Trek vanaf de eerste steek goed aan. Om het naaien te vergemakkelijken kan je de kaften beurtelings naar omhoog vouwen zoals op de tweede foto, zodat je niet altijd de hele kaft moet omdraaien en het garen in de war brengen.

47


5 AFWERKING KAFT

6 GAATJES IN BOEKBLOK PRIKKEN

Wanneer je aan het einde bent maak je een knoop met de laatste lus aan dezelfde kant. De cover zou er moeten uitzien zoals op de foto. De volgende stap is om het boekblok te bevestigen aan de boekband.

Volg het naaischema voor het boekblok. Voor deze binding gebruik je best boekbindersgaren. Een garen dat niet gecoat is met was is te glad voor deze binding doordat het kan verschuiven langs de naden van het boek waar het aan vasthangt.

48


BELG ISCH G EHEIM: SECRET BELG IAN BIN DIN G

FOTO VAN BOEKBLOK AAN KAFT

7 BOEKBLOK BEVESTIGEN

8 KLAAR

Volg het naaischema voor het boekblok. Voor deze binding gebruik je best boekbindersgaren. Een garen dat niet gecoat is met was is te glad voor deze binding doordat het kan verschuiven langs de naden van het boek waar het aan vasthangt.

Maak een knoop in het begin van je garen, langs de binnenkant van het boek. Dit zorgt ervoor dat je garen niet loskomt. Wanneer je deze knoop gemaakt hebt kan je trekken aan het einde van het garen om de verschillende delen van het boek zo strak mogelijk aan te trekken.

49


Naaischema KAFT - BUITENZIJDE START

EINDE

BOEKBLOK - BINNENZIJDE EINDE

START

TWEEDE KATERN

DERDE KATERN

KNOOP

50

ETC.


N A ALD & DRA AD

START

51


r


TACKET BINDING

Strengelbinding

Dit is een bindwijze waarbij er kabeltjes ontstaan op de rug van het boek, door het garen niet alleen rond het boek te doen maar ook rond zichzelf te draaien. De structuur ervan doet denken aan worstjes, dus er wordt ook wel eens verwezen naar de ‘sausage binding’.


Strengelbinding TACKET BINDING

WORSTJESBINDING

De strengelbinding is één van de oudste bindingen die er bestaat. Ze is ontstaan in de 1ste eeuw en werd in Westerse culturen gebruikt om individuele dubbel gevouwen pagina’s bij elkaar te houden voor ze naar de binder gingen. De ‘tackets’ waar de Engelse naam naar verwijst zijn strips van perkament die nat werden gemaakt om deze als touw te laten dienen. MIDDELMATIG ESTHETISCH 1 UUR

14,5 x 21 CM 5 x 5 PAG.

54

De methode zorgt ervoor dat het boek plat open kan liggen. Ze is stevig omdat er maar weinig speling is tussen de katernen, waardoor ze niet kunnen schommelen.


STREN G ELBIN DIN G

55


Voorbereiding

1 KARTON OP MAAT SNIJDEN

2 COVERKARTON BEKLEDEN

Het boek dat je zal maken meet ongeveer 18x11 cm. Snijd 2 borden, voor- en achterkant. Daarna, apart, ook nog de rug die ongeveer de breedte heeft van je boekblok (al je katernen op elkaar). Bekleed alles met boekbindersllinnen zoals beschreven in de inleiding.

Wanneer je karton gesneden is, bekleed het dan met boekbinderslinnen of een materiaal naar keuze. Snijd 2 schudbladen op maat (ook weer een 3-tal mm kleiner dan de borden, het is het mooiste als ze evengroot zijn en op dezelfde hoogte zitten als het boekblok. Neem de template erbij voor het prikken.

56


STREN G ELBIN DIN G

r

57



JAPANESE STAB BINDING

Japanse specialiteiten

De Japanse methode en zijn varianten doen het beste dienst voor het bundelen van losse blaren. Het is mogelijk blaren weg te nemen of bij te voegen zonder het boek an sich te beschadigen. Een eenvoudige binding maar toch sterk en snel. Waarschijnlijk de makkelijkste manier om een boek lijmloos te binden. Ook hier geldt niettemin de regel dat esthetiek rechtevenredig staat op de tijd die je er aan in wil steken. Wie van minimalisme houdt heeft niet veel tijd nodig.


Japanse specialiteiten JAPANESE STAB BINDING

4-GATEN BINDING (YOTSUME TOJI)

MAKKELIJK STEVIG 1 UUR

De Japanse 4-gaten binding is een methode waarop vele variaties gebaseerd zijn. Het is een eeuwenoude techniek die overgewaaid is van China. Wanneer men het heeft over ‘Japans boekbinden’ wordt er vaak verwezen naar de 4-gaten methode, maar de variaties ervan horen daar eigenlijk bij. Het is mogelijk blaren weg te nemen of bij te voegen zonder het boek an sich te beschadigen. De bindingen zijn simpel, snel en sterk. Ze geven veel bescherming met weinig middelen, maar zijn voor dikkere boeken minder geschikt.

VARIATIE NR. 1 (KOKI TOJI)

Deze variatie is vooral handig voor boekjes met een papieren band, omdat er in de hoekjes extra versteviging is, door de extra gaatjes en lussen in de hoeken. VARIATIE NR. 2 (KAME TOJI)

De ‘schildpad-binding’ heeft weinig vernuftigheden, behalve dan dat er 8 extra gaatjes in de rug zitten die het boek extra stevig maken. Voor de rest is dit een louter esthetische bindwijze. VARIATIE NR. 3 (ASA-NO-HA TOJI)

Het is een raadsel waarom de vorm van deze binding verwijst naar een cannabisblad, want er is zo goed als geen figuratieve overeenkomst. Het figuurtje tussen de basislijnen doet meer denken aan een cocktailglas, maar die discussie laten we hier achterwege.

60



Voorbereiding

1 KARTON OP MAAT SNIJDEN

2 COVERKARTON BEKLEDEN

Bepaal eerst het formaat van het boek, maar hou rekening met de 3mm restruimte die bij de kaften moet aan elke kant. Je boekblok zal dus een 3-tal mm kleiner zijn dan de borden. Eens de borden op maat zijn gesneden, snijd je een strook van ongeveer 2 cm af aan de kant waar je de rug van het boek wil. Doe dit voor beide borden.

Snijd 2 stukken boekbinderslinnen voor de kaften op maat, snij het 2 cm groter af aan elke kant. Leg respectievelijk 1 bord erop en de rug (de strook van 2 cm) telkens links. Laat een halve centimeter ruimte tussen rug en bord. Smeer elk stuk karton in met houtlijm en kleef ze zo strak mogelijk tegen het linnen. Knip elk hoekje eraf maar let op dat je niet helemaal tegen het karton zit. Plooi alle kanten om en laat drogen. Bekleed de binnenkant met papier naar keuze.

62


JAPAN SE SPECIALITEITEN ; 4- GATEN BIN DIN G

3 GAATJES PRIKKEN

4 HET NAAIEN

Neem je stapeltje papier dat als boekblok dienst zal doen en zorgt dat het in het midden ligt op de borden. Voor het prikken van de gaatjes is het belangrijk dat alles op de juiste plaats ligt en niet verschuift, gebruik daarvoor een papierklem of houten speld. Voor het prikken is het makkelijk om de template te kopiĂŤren voor de juiste binding en uit te knippen. Let ook op dat in dit voorbeeld de 4-gaten binding wordt gevolgd en je voor de andere bindingen meer gaatjes zal moeten prikken.

Volg het naaischema voor de bindwijze naar keuze.. Naai de delen eerst losjes aan elkaar en trek op het einde alles stevig aan. Hoe meer je aantrekt tijdens het naaien zelf, hoe dichter de verschillende delen op elkaar komen te zitten en hoe moeilijker het is om te naaien.

63


5 AFWERKING

6 KLAAR

Werk naar het laatste gaatje toe volgens het naaischema. Op het einde pas trek je alles goed aan. Doe dit door eerst een knoop te maken aan het begin van het garen, zodat je aan het uiteinde kan trekken tot het strak genoeg zit.

Maak een knoop in het begin van je garen, langs de binnenkant van het boek. Dit zorgt ervoor dat je garen niet loskomt. Wanneer je deze knoop gemaakt hebt kan je trekken aan het einde van het garen om de verschillende delen van het boek zo strak mogelijk aan te trekken.

64


Naaischema: 4-gaten binding

START

2x

KNOOP 2x

Wanneer je aan de boven- en onderkant van het boek komt zal je 2 keer in hetzelfde gaatje moeten gaan (aangeduid op het schema met ‘2x’. 1 keer om rond de rand te gaan van de rug, en 1 keer om rond de boven- en onderrand te gaan.

Gedurende het naaien trek je best niet te veel aan. Zeker indien je met boekbindersgaren naait kan het op de duur te stroef worden. Op het einde kan je nog altijd voorzichtig aantrekken.


Naaischema: variatie nr. 1

r

66


Naaischema: variatie nr. 2

r

67


Naaischema: variatie nr. 3

START

2x

KNOOP

68


JAPAN SE SPECIALITEITEN : JAPAN E SE STAB BIN DIN G

Washi, wasda? Washi is een Japanse papiersoort. ‘Wa’ staat voor ‘Japans’ en ‘shi’ voor papier. Het wordt in Japan vervaardigd met de hand op een traditionele manier, op basis van lange plantenvezels van de Kozo boom en andere Japanse boomsoorten. Washi heeft een heel andere structuur dan het bij ons bekende papier. Het voelt veel zachter en warmer aan. Ook is het door het toepassen van lange plantenvezels erg sterk. Veel sterker dan papier van het voor ons bekende houtpulp. Het scheurt bijvoorbeeld minder snel, ook als het nat is blijft het nog sterk. Het papier is dan ook zeer geschikt voor bijvoorbeeld papier-maché. Tegenwoordig is ‘Washi masking tape’ bijvoorbeeld een trend.

69


70


ZIGZAGBINDING

Heen en weer

Een paar keer om en weer gaan met een draad kan al een stevige binding geven. Deze is vooral leuk voor een klein fotoalbum met een liggend formaat. Snel en mooi, ideaal voor een last minute cadeau.


Heen en weer ZIGZAGBINDING

WORSTJESBINDING

De strengelbinding is één van de oudste bindingen die er bestaat. Ze is ontstaan in de 1ste eeuw en werd in Westerse culturen gebruikt om individuele dubbel gevouwen pagina’s bij elkaar te houden voor ze naar de binder gingen. De ‘tackets’ waar de Engelse naam naar verwijst zijn strips van perkament die nat werden gemaakt om deze als touw te laten dienen. MAKKELIJK STEVIG 1/2 UUR

14,5 x 21 CM 22 PAG.

72

De methode zorgt ervoor dat het boek plat open kan liggen. Ze is stevig omdat er maar weinig speling is tussen de katernen, waardoor ze niet kunnen schommelen.



Voorbereiding

1 KARTON OP MAAT SNIJDEN

2 GAATJES PRIKKEN

Het boek dat je zal maken meet ongeveer 18x11 cm. Snijd 2 borden, voor- en achterkant. Daarna, apart, ook nog de rug die ongeveer de breedte heeft van je boekblok (al je katernen op elkaar). Bekleed alles met boekbindersllinnen zoals beschreven in de inleiding.

Wanneer je karton gesneden is, bekleed het dan met boekbinderslinnen of een materiaal naar keuze. Snijd 2 schudbladen op maat (ook weer een 3-tal mm kleiner dan de borden, het is het mooiste als ze evengroot zijn en op dezelfde hoogte zitten als het boekblok. Neem de template erbij voor het prikken.

74


HEEN EN WEER: Z IGZ AG BIN DIN G

FOTO VAN BOEKBLOK AAN KAFT

7 HET NAAIEN

8 KLAAR

Voor deze binding maakt het niet zoveel uit welk materiaal je als garen gebruikt, als je het maar goed aantrekt. Volg het naaischema en trek op het einde strak aan.

Je komt uit op de plaats waar je begonnen bent, dus je maakt een knoop met het begin en het einde van het garen. Kijk nog eens na of je alles goed aangetrokken hebt door de blaren en de kaft van je boek tegen elkaar te verschuiven.

75


Naaischema

START

2x

KNOOP

76


N A ALD & DRA AD

77



GARENLOOS BROCHEREN

LUMBECK (SOFT/HARDCOVER) (P. 82-13)

CONCERTINA

(P. 34-65)


r

80


PAPERBACK/HARDCOVER

Op z’n Lumbecks

De Japanse methode en zijn varianten doen het beste dienst voor het bundelen van losse blaren. Het is mogelijk blaren weg te nemen of bij te voegen zonder het boek an sich te beschadigen. Een eenvoudige binding maar toch sterk en snel. Waarschijnlijk de makkelijkste manier om een boek lijmloos te binden. Ook hier geldt niettemin de regel dat esthetiek rechtevenredig staat op de tijd die je er aan in wil steken. Wie van minimalisme houdt heeft niet veel tijd nodig.

81


Op z’n Lumbecks PAPERBACK/HARDCOVER

WORSTJESBINDING

MAKKELIJK STEVIG 2 UUR

14,5 x 21 CM 30 PAG.

82

De lijmmethode is zeer populair voor de productie van softcover boekjes. Voor het grovere geschut kan er altijd een harde kaft toegevoegd worden, maar dan gaat het meestal over katernen die eerst genaaid worden en dan gelijmd. Deze binding geeft een snel en professioneel resultaat, maar kan geen jaren mee. Ze is het dankbaarst voor projecten die even een drukke tijd hebben en daarna op een bureau of boekenkast de rest van hun dagen mogen slijten. Bij de Lumbeck komt het erop neer om de rug in te lijmen zodanig dat de bladzijden hierdoor verbonden worden met elkaar. Een cover kan achteraf toegevoegd worden. Door middel van schutbladen kan het boekblok bevestigd worden aan de kaft. Deze zorgen er ook voor dat alle sporen van de binding verborgen zitten in de kaft. Een kapitaalbandje kan eventueel voor afwerking zorgen.


OP Z’N LU MBECKS

r

r

r

83


Voorbereiding

r

r

r

r

1 KARTON OP MAAT SNIJDEN

2 PERS VOORBEREIDEN

Indien je een hardcover wil, zul je karton op maat moeten snijden. In geval van een softcover volstaat een vel papier dat 2 keer de breedte van je boekblok heeft plus de rug. Deze wordt dan rond het boekblok bevestigt. Zorg dat je boekblok mooi egaal is aan alle kanten en dat er geen papier uitsteekt.

Neem je schroefklemmen klaar en 2 houten plankjes, of 2 dikkere boeken met een stuk stof rond. Je zal dit materiaal gebruiken om je papier tussen te klemmen zodanig dat je de rug kan insmeren met houtlijm. Steek het boekblok ertussen en zorg dat de rug slechts een paar milimeter uitsteekt, genoeg om niet tegen de plankjes te kleven.

84


OP Z’N LU MBECKS

r

r

r

r

3 HET LIJMEN

4 LATEN DROGEN

Indien gewenst kan je met een mes eerst inkepingen maken in de rug voor betere verspreiding van de lijm. Neem een lijmborstel en strijk de rug gelijkmatig in met houtlijm. Leg een paar lagen over elkaar voor extra stevigheid. Dit leg je opzij en laat je een paar uur drogen.

Ga af en toe eens kijken naar je boekblok terwijl het tussen de pers droogt. Als je voelt aan de rug dat die droog is, laat je het er best nog een paar extra uur tussen voor alle zekerheid. Neem je boekje er in geen geval vantussen uit indien de rug nog niet droog is.

85


r

r

r

r

5 HARDCOVER

6 SOFTCOVER

Neem alle stukken voor de kaft en leg ze naast elkaar, kaft ze met je boekbinderslinnen of stof volgens de gebruikelijke manier. Neem je boekblok en kleef het eerst rug tegen rug. Vervolgens bevestig je aan weerskanten van de binnenzijdes de schutbladen. Lijm de binnenkant van de kaft helemaal in, maar doe dit op het boekblok slechts op een smalle strook tegen de rug.

Neem je stuk papier en voorzie in het midden een strook die even breed is als de rug plus 1 cm aan elke kant. Lijm deze in en leg je boekblok er voorzichtig op. Vouw je papier errond en gebruik een vouwbeen of lat om aan elke kant een vouw te maken op 1 cm afstand waardoor de lijm niet verder kan lopen.

86


OP Z’N LU MBECKS

87


Eigen ontwerp DO-IT-YOURSELF BOOKBINDING

Naast je eigen boekjes in elkaar steken kan je uiteraard ook zelf naaipatronen ontwerpen voor de kaft of rug. Vooral de Japanners zijn in het verleden hier al gretig mee bezig geweest, kijk maar naar het hoofdstukje ‘Japanse specialiteiten’. Er zijn oneindig veel mogelijkheden qua figuren en patronen, je kan zelfs een naam naaien in de rug van een boek. Maar alles op zijn tijd. Veel ontwerpplezier! STEVIG VS. MOOI

Het is belangrijk dat je een garen kiest dat zwaar genoeg is, zoals bij alle bindwijzen in dit boek het geval is. Heb je veel papier te bundelen, kies je best een boekbindersgaren. Voor kleine projectjes, van een 10-tal pagina’s, maakt het minder uit wat je kiest voor het binden. Wanneer je zelf begint te ontwerpen probeer je eerst te schetsen welk figuur je in gedachten hebt. Daarna duidt je een aantal ankerpunten aan op de figuur. Naargelang je een even of oneven gaatjes gekozen hebt zul je eerst in je gedachten proberen te volgen hoe je de draad erdoor zal rijgen, waar je moet beginnen en uitkomen. Op het einde maak je dan een knoop met het begin of met een lus van je garen, naargelang hoeveel gaatjes je gekozen hebt. Onthoud wel dat je zeker genoeg gaatjes moet hebben in verhouding met de grootte van je boekjes. Voor eigen ontwerp zijn er een aantal sjablonen bij dit boek gevoegd, maar die zijn altijd op formaat 15x..

88


89


90


SNELLE BINDMETHODES

Vluggertjes

Een tiental vellen papier bundelen hoeft niet lang te duren. In dit hoofdstukje vind je een aantal simpele trukjes voor een snelle bundeling die toch stijlvol kan overkomen. Het grote voordeel is dat ze doenbaar zijn met dagdagelijkse materialen of zelfs helemaal geen materiaal, zoals de techniek om te nieten zonder nietjes.


CAHIERSTEEK

r

NIETJESRUG

Een rug kan je laten binden met nietjes, of je kan het zelf doen. Je hebt enkel nietjes nodig, je handen en een lat of iets dergelijks om de nietjes toe te knijpen. Prik gaatjes op dezelfde afstand als de breedte van je nietje. Doe dit twee keer, verspreid over de rug van je papier. Breng het nietje met je handen aan tot het door de rug zit en duw het dicht met de lat, et voila!

BOEKSCHROEVEN

Boekschroeven zien eruit als spijkers. Ze bestaan uit 2 stukjes waartussen je je boekblok kan steken. Er bestaan verschillende lengtes, voor dikke of dunne boeken. Je draait ze dicht tot het er tussen geplet zit. Meestal worden er 2 boekschroeven in een boek gestoken, je kan ze gebruiken zonder kaft.

92


VLU G G ERTJE S

PAPERCLIPS EN ELASTIEKEN

Met twee elastieken en 1 paperclip kan je veel doen. Steek de twee elastieken door de gaatjes van je papier aan beide kanten. Vervolgens neem je de twee paperclips en verbind je de elastieken aan beide kanten met elkaar. Indien de elastieken te groot zijn kun je ze ook twee keer rond de paperclips doen.

NAAIMACHINE

Papier door je naaimachine jagen kan een mooi effect geven, en het duurt helemaal niet lang. Een maximum van 10 pagina’s is aangewezen, meer zou je machine stuk kunnen maken.

NIETEN ZONDER NIETJES

r

93


Woordenlijst

BANDZETTER het gebonden boek dat bestaat uit boekband en boekblok. BIBLIOFIEL iemand die van boeken houdt en zeer geïnteresseerd is in verzorgde uitgaven. BLADSPIEGEL de afmetingen van het bedrukte gedeelte van een bladzijde; de oppervlakteverhouding tussen het bedrukte en onbedrukte deel van een bladzijde. BLURB een aanprijzende beschrijving van de inhoud van een boek op de stofomslag. BOEKBAND beschermend omhulsel van het boekblok, dat ervoor zorgt dat het boekblok in de kast niet onderuitzakt. BOEKBESLAG op een boekband aangebracht metaalwerk om deze in de hoeken te beschermen of om het boek goed gesloten te houden. BOEKBINDERSGAREN stevig garen dat ingesmeerd is met was om ervoor te zorgen dat de wrijving met het papier zo goed als onbestaande is. BOEKBINDERSLINNEN betrekkelijk goedkoop materiaal waarmee boekbanden bekleed worden; krijgt soms een papieren omslag erbovenop. BOEKBINDERSNAALD stevige naald met een klein oog specifiek voor boekbinden. BOEKBLOK het gedeelte van het boek dat bestaat uit de katernen, aan elkaar genaaid en gelijmd. BROCHEREN afwerkingsmethode, waarbij de genaaide of garenloos verzamelde vellen, al dan niet nagesneden, aan een omslag worden bevestigd.

94

BROODLETTER het lettertype waarin het grootste deel van een publicatie gedrukt is, de letter waarmee het brood figuurlijk verdiend wordt. DRUKPROEF proefafdruk ter verbetering van drukfouten. DUMMY beeld van de totale vorm en uiterlijkgevend model van een boek. EINDPROEF de laatste proefdruk voor de finale versie kan gedrukt worden. FOLIO blad; het formaat van een éénmaal gevouwen vel papier. FORMAAT de afmetingen van een boek of een stuk papier. GEHOOGD met goud gehoogd; met een laagje goud bedekt. GHOST WRITER schrijver die publiceert onder de naam van een maatschappelijk bekend persoon die niet wil of kan schrijven. GUTENBERG Johann Gutenberg (ca 1897-1468), uitvinder van de boekdrukkunst. HARDCOVER gebonden boek met harde kaft. INTERFOLIËREN het aanbrengen van onbedrukte blaren in een boek om er notities op aan te brengen. INTERPUNCTIE het gebruik van leestekens voor structuur. ISBN International Standard Book Number; landennummers, uitgeversnummer, titelnummer en controlecijfer, gescheiden door een spatie.


WOORDEN LIJST

ISSN International Standard Series Number; een nummer om tijdschriften te identificeren; wordt onderverdeeld in 2 groepen van 4 cijfers. KALLIGRAAF schoonschrijver, beoefenaar van kalligrafie. KAPITAALBAND afwerkrand gemaakt van geweven stof, zit aan boven- en onderkant van het boekblok. KATERN een aantal bladzijden wordt gedrukt op ĂŠĂŠn vel, bijgesneden en gevouwd tot een katern; een boek bestaat uit een tiental katernen. LAYOUT de opmaak van een boek, hierbij wordt gekeken welk lettertype gebruikt moet worden, grootte tegenover de bladrand, verdeling in kolommen,... LEESLINT lint aan de rug van een boek bevestigt dat als boekenlegger dient. LITERATUUR verzamelbegrip voor de mondelinge en schriftelijke tekstoverlevering van de mensheid. LOOPRICHTING de looprichting van papier is de richting waarin de vezel van het papier ligt. LUMBECKEN boekbinden zonder garen, methode volgens Lumbeck met lijm. MANUSCRIPT handschrift, in de middeleeuwen gebruikte eindvorm van een boek.

NOOT nadere toelichting m.b.t. het gestelde in de lopende tekst van een boek. ONDERKAST het typografische woord voor kleine letter, de typen ervan bevonden zich in de onderkant van de letterbak. OPLAGE aantal exemplaren dat van een boek per editie gemaakt wordt; de grootte van de oplage bepaalt de zeldzaamheid of prijs van een boek. PAMFLET een geschrift met een strijdbaar karakter, vaak een gering aantal bladzijden tellend. PAPERBACK een boek met papieren band, het papier en bindwerk zijn vaak niet van beste kwaliteit. PERKAMENT beschrijfbaar materiaal uit aan de lucht gedroogde en daarna geschuurde dierenhuid. ROTATIEPERS drukpers waarbij het papier van een rol met grote snelheid wordt aangevoerd en tegelijk wordt bedrukt, vooral veel gebruikt voor kranten. RUG boekband, omhulsel waarin het boek is gezet. SCHUTBLAD stevig, niet tot het eigenlijke boekblok behorend blad, tussen boekblok en boekband. VERGULDEN het met bladgoud bedrukken van een bepaald deel van de boekband.

MARGE de onbedrukte rand van een bladzijde om de zetspiegel. MARGINALIA (handgeschreven) opmerkingen in de marge.

95


Bibliografie

BOEKEN

Westerse boekbindmethoden van de middeleeuwen tot heden, Peter A. Godijn (2001), sqdjmk Headbands, How to Work Them, Greenfield, Jane & Hille, Jenny (2008), Headbands, How to Work Them, New Castle: Oak Knoll Press Horton W., Richard (

Smith, Keith (1995), Non-Adhesive Bookbinding (boekenreeks), Keith Smith Books Stein, Jeannine (2011), Adventures in Bookbinding: Handcrafted Mixed-Media Books, Quarry Books BLADSPIEGEL de afmetingen van het bedrukte gedeelte van een bladzijde; de oppervlakteverhouding tussen het bedrukte en onbedrukte deel van een bladzijde. BLURB een aanprijzende beschrijving van de inhoud van een boek op de stofomslag. BOEKBAND beschermend omhulsel van het boekblok, dat ervoor zorgt dat het boekblok in de kast niet onderuitzakt. BOEKBESLAG op een boekband aangebracht metaalwerk om deze in de hoeken te beschermen of om het boek goed gesloten te houden. BOEKBINDERSGAREN stevig garen dat ingesmeerd is met was om ervoor te zorgen dat de wrijving met het papier zo goed als onbestaande is. BOEKBINDERSLINNEN betrekkelijk goedkoop materiaal waarmee boekbanden bekleed worden; krijgt soms een papieren omslag erbovenop. BOEKBINDERSNAALD stevige naald met een klein oog specifiek voor boekbinden. BOEKBLOK het gedeelte van het boek dat bestaat uit de katernen, aan elkaar genaaid en gelijmd. BROCHEREN afwerkingsmethode, waarbij de genaaide of garenloos verzamelde vellen, al dan niet nagesneden, aan een omslag worden bevestigd.

96


N A ALD & DRA AD

97


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.