2 minute read

Zie mijn mensen

De roeping van frater Cyprian

Barmhartigheid en broederschap zijn de twee kernbegrippen in het charisma van de Fraters CMM. Mooie woorden. Maar wat komt daarvan tot uitdrukking in het gewone dagelijks leven van fraters? Dat wordt belicht in deze rubriek ‘Zie mijn mensen’.

Advertisement

Ik ben geboren en getogen in een katholiek gezin. Mijn vader wilde eigenlijk priester worden, maar mijn grootouders stonden dat niet toe omdat hij hun hoop was op nakomelingen. Toen ik op de lagere school zat, vroeg onze onderwijzer ons eens: wat zouden jullie later willen worden? Mijn antwoord veroorzaakte geroezemoes onder de leerlingen. Ik zei dat ik een broeder wilde worden. Dat was blijkbaar een vreemd verlangen. Toen ik een bezoek bracht aan mijn grootouders en zij mij hoorden praten over mijn toekomstplannen, dachten zij aanvankelijk dat ze mij op andere gedachten konden brengen. Maar ik bleef bij mijn besluit en uiteindelijk kreeg ik hun zegen. Eén vraag bleef: bij welke congregatie zou ik mij aansluiten?

Mijn vraag werd beantwoord toen ik ging studeren in een catechetisch instituut dat geleid werd door de Consolata Missionarissen. Daar ontmoette ik een van de Fraters CMM. Hij sprak over de zending van de Fraters CMM in de wereld, over het charisma van broederschap en barmhartigheid en bovenal was hij zelf barmhartig. Mijn verlangen om tot deze congregatie toe te treden groeide vanaf dat moment met de dag. In 1994 trad ik in het noviciaat. Daar werd ik aangetrokken door een bijzondere Bijbeltekst naast het tabernakel: "Gij hebt het aan mij gedaan" - Matteüs 25,40. Het vers wijst naar het laatste oordeel, met een zesvoudige opdracht voor ons: de hongerigen voeden, de dorstigen te drinken geven, de naakten kleden, de vreemdeling verwelkomen, de zieken verzorgen en de gevangenen bezoeken. Ik ben gaan beseffen dat deze tekst over de werken van barmhartigheid de kern vormt van de zending van de fraters. Ik vond het opmerkelijk dat ook zonder dat er veel geld mee gemoeid is deze diensten gemakkelijk uit te voeren zijn; je hebt er alleen inzet, toewijding en barmhartigheid voor nodig. In het noviciaat kregen we de taak om schoon water aan onze buren te verstrekken en medicijnen te brengen naar de zieken.

Ik ben mij zeer bewust van de uitdagingen in het leven. We krijgen allemaal wel eens te maken met tegenslagen, als gevolg van politieke of etnische spanningen, geestelijke uitdagingen, moeilijke relaties met vrienden en familieleden, ziekte of armoede. In de verwoestende Covid-19 pandemie, met zijn ongekende gevolgen, verlies van levens en uit elkaar spattende dromen, zijn wij allen meer dan ooit geroepen tot de zending van barmhartigheid. Ik herinner me dat Vincent de Paul, onze patroonheilige, in zijn tijd sprak over oorlog, pest en hongersnood. Wat een toeval. Als verantwoordelijke burgers en als toegewijde christenen kunnen we een verschil maken als we er nù iets aan doen. Denk maar aan de werken van barmhartigheid.

Frater Cyprian Mbashu bij de aanvang van zijn noviciaat in Oyugis, 1994.

Wij hebben tijd van rust, van recreatie en ontspanning nodig om nieuwe krachten op te doen en afstand te nemen van ons werk.

(uit de leefregel van de Fraters CMM)

This article is from: