Advies Adviezen aan de Nederlandse en Vlaamse regering onderwerp
Voorafgaand overleg i.v.m. subsidiëring Nederlands-Vlaamse initiatieven.
datum
7 juni 2000
aan
De heer F. van der Ploeg, Nederlands Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen De heer B. Anciaux, Vlaams Minister voor Cultuur, Jeugd en Brusselse Aangelegenheden
cc
Mevrouw W. Sorgdrager, Voorzitter van de Raad voor Cultuur De heer D.A. Benschop, Nederlands Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken Commissie Cultuur Vlaams Parlement Commissie Cultuur Nederlandse Tweede Kamer De heer M.W.B. Asscher, Directeur Kunsten, Ministerie Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen De heer J. Van Rillaer, Directeur-Generaal Cultuur, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap
advies
De Commissie voor het Cultureel Verdrag Vlaanderen-Nederland, in vergadering bijeen op 7 juni, nam acte van het advies van de Nederlandse Raad voor Cultuur m.b.t. de Cultuurnota 2001-2004. De Commissie constateerde dat tal van Nederlands-Vlaamse initiatieven of Nederlandse inititieven die goed met Vlaanderen samenwerken, een positieve beoordeling krijgen van de Raad voor Cultuur, terwijl andere NederlandsVlaamse initiatieven een negatief advies krijgen (b.v. Algemeen Nederlands Verbond, Moving Mime Festival, Tweetaktfestival). Rekening houdend met het feit dat de Nederlandse regering en de Vlaamse regering begin 1995 een door de beide parlementen geratificeerd Cultureel Verdrag hebben ondertekend om de samenwerking op o.m. het breed-culturele terrein te stimuleren, vraagt de Commissie dat zowel Nederland als Vlaanderen geen eenzijdige beslissingen nemen om subsidies voor een Nederlands-Vlaams initiatief te verminderen of te beëindigen zonder hierover vooraf te overleggen met het buurland. We verzoeken u dit overleg t.a.v. de Cultuurnota 2001-2004 te doen plaatsvinden. Op die manier wordt concreet invulling gegeven aan artikel 3 van het verdrag: "de Verdragsluitende Partijen streven nar onderlinge afstemming en coördinatie en waar mogelijk en wenselijk naar een gemeenschappelijk beleid."
gevolg
Op 29 september 2000 antwoordt staatssecretaris Van der Ploeg: "Voorafgaand aan advisering door de Raad voor Cultuur heeft op ambtelijk niveau overleg plaatsgevonden over de procedure en de aanvragen in het kader van de Cultuurnota die betrekking hadden op samenwerking tussen Vlaanderen en Nederland. Vervolgens heb ik het advies met mijn Vlaamse collega besproken. Er is dus absoluut geen sprake van eenzijdige beslissingen. Over de meeste dossiers is overeenstemming bereikt. Ik wil mij echter wel houden aan het advies
van de Raad voor Cultuur."