•■
METROPOOL
MAANDAG 5 DECEMBER 2005
VANAF VANDAAG ZES DAGEN LANG
DOSSIER Deel 1: Leren - Onderwijs
Jonge moslims gaan graag naar school Bijna zes op de tien Antwerpse moslimjongeren gaan graag naar school. Daarmee scoren ze beter dan hun autochtone klasgenoten. Anderzijds heeft 30% toch al overwogen om te stoppen met studeren. Tweederde van de moslimjongeren denkt namelijk veel moeilijker een baan te zullen vinden dan niet-moslims.
Minister Keulen stuurt anderstalige ouders naar lessen Nederlands Vanaf vandaag publiceert Gazet van Antwerpen het Dossier Islam. Zes afleveringen lang belichten we telkens een ander thema. Uitgangspunt: wat vinden moslimjongeren tussen 15 en 25 nu zélf van hun school en werk? Hoe gaan ze om met seks en religie? En hoe geïntegreerd voelen ze zich? Het dossier baseert zich op tientallen interviews en op een representatieve enquête door het onderzoeksbureau Compagnie bij 495 moslimjongeren tussen 15 en 25 jaar. De resultaten zijn verhelderend, vaak confronterend en soms ook shockerend. Een paar voorbeelden:
Met gratis
Sportkrant van 4 3 blz.
al onheus behandeld 36% zegt te zijn door directie of leerkrachten zegt dat geloof centraal staat in hun leven wil trouwen met een partner uit het thuisland vindt homoseksualiteit aanvaardbaar vindt dat de waarden van de Vlaamse maatschappij botsen met de islam De rol van de imam, fundamentalisme binnen de moskeemuren, maagdenvliescorrecties, hoofddoeken, geen enkel taboe blijft onbesproken. Elke aflevering wordt afgesloten met commentaar van Vlaams minister voor Inburgering Marino Keulen (VLD). Op het vlak van onderwijs zegt hij: “Ik wil zoveel mogelijk Nederlandsonkundige ouders met schoolgaande kinderen naar de inburgeringscursus en taallessen sturen. Het nieuwe inburgeringsdecreet werkt in die richting.
89% 22% 7% 40%
44 Sven Nys
pakt in Wetzikon 25ste Wereldbeker-zege
“Makkelijk is anders”
Hen verplichten was financieel niet mogelijk, maar als er plaats is in de lessen Nederlands, dan krijgen deze ouders absolute prioriteit.” SVW, WD
17
Antwerp
33 trakteert 79 Bosuil op spektakel tegen leider
GAZET VAN ANTWERPEN • TEL 03 210 02 10 DAGBLAD NR. 282 - ISS 0771 1581 • WWW.GVA.BE PRIJS: België € 0,95 – Luxemburg € 1,00 – Nederland € 1,50 – Italië € 2,00 – Oostenrijk € 2,00 Griekenland € 2,00 – Frankrijk € 2,00 – Spanje binnenl. € 2,00 Spanje eilanden € 2,50 – Turkije YTL 4,85 - TRL 4.850.000
Record Kom op tegen Kanker maakt grijze Fata Morgana goed Meestal droog
Bladzijde 75, 76, 78 en 84
3° 7°
Blz. 87
E AG EN JL M BI TNE UI
DOSSIER
Deel 1
EREN-ONDERWIJS Maandag 5 december 2005
DOSSIER ISLAM • DEEL 1 LEREN - ONDERWIJS MAANDAG 5 DECEMBER 2005
S TA N D P U N T
Misschien moeten we het hen simpelweg vragen...
door Luc Rademakers
Moslims geven scholen goede punten Er wordt de jongste tijd te veel want te disparaat en te cultureel bepaald gesproken óver moslims in Vlaanderen. Hoe denken jonge moslims over zichzelf? Wat betekent het om moslim te zijn in Vlaanderen? Gazet van Antwerpen ging het de jonge moslims zelf vragen, in Antwerpen, Mechelen, Sint-Niklaas en Turnhout. Het onderzoeksbureau Compagnie uit Gent stond in voor de enquête. De redactie maakte zes journalisten vrij voor bijkomende gesprekken met moslims. Samen goed voor 50 pagina’s in Gazet van Antwerpen, in zes delen, vanaf vandaag tot en met zaterdag. Waarom zo veel aandacht voor moslims? Eigenlijk komen de gewone moslims, niet hun opiniemakers, op klassieke dagen nauwelijks voor in de Vlaamse media. Er wordt wel veel over hen gesproken en geschreven maar zelden spreken ze zelf. Deze week dus wel. We beginnen de week niet toevallig met de resultaten en de gesprekken over het onderwijs. De resultaten zijn opvallend bemoedigend. Moslimjongeren vinden de school best ok. Ze zijn zelfs enthousiaster over de school dan nietmoslims. Wel lopen de meisjes iets liever en ook beter school dan jongens, maar dat is bij Vlamingen net zo. Ook hun, meestal niet gediplomeerde ouders, vinden het belangrijk dat hun kinderen goede schoolresultaten halen. Wie vooruit wil in de Vlaamse samenleving begint best met een diploma, daarvan zijn ook de moslims overtuigd. Toch is de uitval bij moslimscholieren bijzonder groot. Amper tien procent komt toe aan hoger onderwijs en daarvan slaagt slechts 15 procent in het eerste jaar. Hun educatieve kansarmoede is vooral een zaak van een tekort aan cultureel kapitaal. Ze weten te weinig van hun omgeving, van de culturele geschiedenis. Ze kennen onze samenleving ook nog maar een paar jaar en van hun ouders hebben zij daarover niets meegekregen. Dat maakt het bijzonder moeilijk om snel en vlot te kunnen functioneren in de prestatie-omgeving van het onderwijs. Dat haal je niet alleen in door gemotiveerd zo veel mogelijk onderwijs te volgen maar ook door naar de Vlaamse televisie te kijken, Vlaamse kranten te lezen, door je ouders aan te sporen Nederlands te leren. Jongeren tussen 15 en 25 jaar (de doelgroep van dit onderzoek) zijn sowieso zoekend. Ze worden heen en weer geslingerd tussen enerzijds de voorschriften die thuis gelden en anderzijds hun eigen levensidealen. Door de familiale cohesie - op zich bijzonder waardevol - groeien deze moslimjongeren grotendeels op met de erg traditionele waarden van hun conservatieve ouders. De moslimtieners leven iedere dag op school in de Vlaamse samenleving, maar thuis spreekt moeder vaak geen Nederlands en vader spreekt zelden... Een jeugd van twee werelden, die zich op straat bekeken weet als ‘een andere’. De veiligheid van ergens thuis te horen vinden deze jongeren dan meer dan wenselijk is in hun (ongeschoold) gezin. Hoe meer uitsluiting zij ervaren, hoe meer ze zich binnen hun eigen cultuur opsluiten, want enkel die zorgt voor een beschermend groepsgevoel. Elke retoriek die de islam beschimpt, maakt de moslims sterker maar ook geslotener. Om dat te weten hoef je niet eens naar school te zijn geweest.
Er woont in onze steden een grote groep jongeren waarvan we maar bitter weinig weten. Op enkele uitzonderingen na komen ze eigenlijk alleen in het nieuws als er iets onaardigs over hen te vertellen valt. Dan zijn het ‘rondhangjongeren’ of ‘allochtone criminelen’’. Terwijl, zo zou je kunnen veronderstellen, het merendeel onder hen gewoon jonge mensen zijn die hier naar school gaan, werk zoeken of reeds werken, al dan niet een lief hebben of reeds getrouwd zijn, hun geluk zoeken in het materiële en het spirituele. Of zien we dat verkeerd? Misschien moeten we het hen gewoon vragen, denk je dan. En dat deden we. Gazet van Antwerpen-journalisten Maaike Floor, Karin Vanheusden, Patrick Van de Perre en Sacha Van Wiele en stagiaire Emmie Declerck gingen maandenlang de straat op en hadden talloze gesprekken met moslimjongeren. Ze praatten met hen over hun school, hun werk, hun baas. Over hoe ze als jonge moslims in Vlaanderen hun seksualiteit beleven. Over hun geloof en hoe dat te rijmen valt met de verlokkingen van onze maatschappij. Over hoe goed - of hoe slecht - ze zich in hun vel voelen. Soms verliepen die gesprekken verbazingwekkend gemakkelijk, soms moest er eerst een hoge muur van wantrouwen worden gesloopt. Daarnaast polsten we ook naar de
mening van anderen: leraars, begeleiders, werkgevers, wetenschappers, politici, onderzoekers en hoe zij tegen die grote groep moslimjongeren aankijken. Het resultaat van die journalistieke arbeid geeft naar onze bescheiden mening een goed beeld van wat er omgaat in de hoofden van de moslimjeugd in onze steden. Geen enkele Vlaamse krant heeft ons dat ooit voorgedaan, en daar zijn we best trots op.
Geen enkel taboe wordt geschuwd Maar we wilden meer. Het Gentse onderzoeksbureau Compagnie ondervroeg in opdracht van deze krant een representatief staal van 495 moslims tussen 15 en 25 jaar. Ze kregen een hele reeks vragen te verwerken over studie en werk, seksualiteit en relaties, geloof en in-
tegratie. De vragenlijsten werden anoniem ingevuld door jongeren in Antwerpen, Mechelen, Sint-Niklaas en Turnhout. Daarnaast legden we vrijwel identieke vragenlijsten voor aan een ‘controlegroep’ van 203 niet-moslims. Zo kwamen we te weten of de meningen van de moslimjongeren het gevolg zijn van hun ‘jong zijn’, dan wel van hun ‘moslim zijn’. De neerslag van het journalistieke veldwerk en de enquête werd gebundeld in het Dossier Islam, gespreid over zes afleveringen. De resultaten zijn verhelderend, vaak confronterend en soms ook shockerend. Geen enkel taboe wordt geschuwd. Dat was ook het opzet. We wilden niets verbloemen, niets mooier voorstellen dan het is, niets onder de mat vegen.
Wim DAENINCK
Dinsdag Arbeidsmarkt
Woensdag Religie
Donderdag Meisjes, seks en relaties
Vrijdag Jongens, seks en relaties
Zaterdag Integratie
“Moslimjongeren vinden moeilijker een baan dan Vlaamse jongeren”, zegt 66%.
“Geloof speelt een belangrijke rol in mijn dagelijks leven”, zegt 89%.
“Ik wil graag trouwen met een partner die altijd in het thuisland heeft gewoond”, zegt 22%.
“Homoseksualiteit is aanvaardbaar bij moslimjongeren”, zegt 7%.
“De waarden van de Vlaamse maatschappij botsen met de islam”, zegt 40%.
Teksten: Emmie DECLERCK • Maaike FLOOR • Patrick VAN DE PERRE • Karin VANHEUSDEN • Sacha VAN WIELE Coördinatie en eindredactie: Wim DAENINCK
DOSSIER ISLAM • DEEL 1 LEREN - ONDERWIJS MAANDAG 5 DECEMBER 2005
Gewoon is niet zo gewoon De meeste moslimjongeren voelen zich goed op school, wat niet betekent dat er geen problemen zijn. Dertig procent heeft ooit overwogen te stoppen met studeren, bijna twee keer zo veel als bij Vlaamse jongeren. Een kwart vindt dat moslims minder kansen krijgen om hun diploma te halen dan andere jongeren. En vooral een stageplaats vinden, blijkt een probleem. Zineb (18): “Een vriendin van mij heeft drie keer haar eerste jaar overgedaan omdat ze geen stageplaats kon vinden.”
plaats van allerlei experts aan het woord te laten. Maar dat is blijkbaar niet zo ‘gewoon’. Directies willen het imago van hun scholengemeenschap niet beschadigen. Als leerlingen kritiek hebben, zijn ze bang voor het label ‘racistische school’. En als de school word geprezen, vrezen ze voor een overrompeling van Turkse en Marokkaanse leerlingen. Want het woord ‘concentratieschool’ is voor de meeste mensen een negatief begrip. “Wij zijn geen islamitische school”, zegt Muhammet Yilmaz van het Lucernacollege (meer dan negentig procent Turkse leerlingen) meteen aan de telefoon. “Daarom werken we liever niet mee aan uw reportage.” Maar als hij het opzet hoort, wil hij me toch wel ontvangen. “Onze leerlingen zijn al zo vaak geïnterviewd dat ze het beu zijn”, vertelt
“Waarom moet het altijd over islamitische jongeren gaan?”, vraagt een directrice als ik probeer uit te leggen dat ik met moslimjongeren wil praten over onderwijs. En wéér moet ik uitleggen dat ik gewoon aan hen zelf wil vragen hoe ze over school denken, in
Ik heb eraan gedacht om te stoppen met studeren en te gaan werken.
Ik ga graag naar school. Het is opvallend dat veel moslimjongeren aangeven dat ze graag naar school gaan, ondanks de problemen die ze tegenkomen. Ze zijn zelfs enthousiaster over school dan niet-moslims.
Moslims
Niet-moslims
4 30
4 56
39
10
Bruno De Sitter van de Montgomery school, een concentratieschool in Borgerhout. “Terwijl hier niets gebeurt. Als dat is wat je wilt, mag je wel eens langskomen.” En zo kregen we de afgelopen maanden toch steeds meer schooldirecteuren, begeleiders, studenten én leerlingen zo ver om over het gevoelige onderwerp hun verhaal te vertellen. Verhalen van jongeren die door hun ouders verplicht werden om te studeren én verhalen van studenten die wegliepen van huis om te kúnnen studeren. Getuigenissen van leerlingen die vinden dat docenten hén aanspreken op daden van terroristen en docenten die met de beste bedoelingen een meisje met hoofddoek niet op stage sturen omdat ze ‘toch wel niet zal mogen’.
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord
50
Moslims
6 30
19
Niet-moslims
12
In %
11
5
66
45
17
Het zelfvertrouwen van moslimjongeren is vaak niet zo groot. Dat kan één van de redenen zijn waarom bijna twee keer zoveel moslims eraan hebben gedacht om te stoppen met school. Onder hen iets meer Inmannen % dan vrouwen.
Majida liep weg om een lerarenopleiding te kunnen volgen
“Mijn vader vond studeren tijdverlies” Vier jaar geleden nam Majida (22) een radicale beslissing. Ze koos voor een studie in Antwerpen, pakte haar tas en verliet ‘s morgens vroeg het huis om nooit meer terug te komen. Haar ouders heeft ze sindsdien niet meer gezien. Het is druk in de gang van de lerarenopleiding van de Hogeschool Antwerpen in de Verschansingstraat. Studenten en docenten zijn op weg naar colleges, naar de binnenplaats om te roken of naar de bibliotheek, de rustigste plaats van het gebouw. “Laten we daar gaan zitten”, stelt Majida voor. “Dan kunnen we rustig praten.” Het eerste jaar van de lerarenopleiding deed ze in Gent. “Maar ik was gebuisd”, vertelt ze, als we een tafel hebben gevonden. “Als ik thuis was, werd van mij verwacht dat ik in het huishouden hielp. En dan zul je altijd zien dat de lenteschoonmaak nét viel in de examenperiode. Mijn vader vond dat wij toch niets zouden hebben aan al dat studeren. Wij zouden trouwen en thuis zitten. Vroeger verslonden mijn zus en ik romans. Mijn vader vond ook dat tijdverlies.” Met zes kinderen was het druk in huis. “Ik heb héél veel ‘s nachts gestudeerd. Maar toch lukte het me niet. Ik realiseerde me dat ik een eigen plek nodig had en dat ik ook hele dagen moest kunnen studeren.” Daarnaast snakte Majida naar meer vrijheid. “Ik wist dat ik niet mee zou mogen als we in het tweede jaar op zeeklassen zouden gaan. Ik wist dat ik niet zou kunnen meedoen aan het studentenleven. Op de middelbare school verzon ik al smoesjes om gewoon met vriendinnen naar het shoppingcenter te kunnen gaan. Mijn ouders waren doodsbang voor de sociale controle van andere families. De grootste schande was dat hun dochter gesignaleerd zou worden met een jongen. Ook al was dat maar een klasgenoot. Mijn ouders beperkten mij in mijn vrijheid, vond ik”
Saïd El Majdoub (28): “Waarom kan er geen gebedsruimte komen op de universiteit? Omdat die niet door iedereen wordt gebruikt? Een sportzaal wordt toch ook niet gebruikt door nietsporters.”
Studente Majida (22): “Ik liep thuis weg om te kunnen studeren. Maar voor veel mensen is een meisje dat van huis wegloopt een hoer.”
Leerling Hamid (18): “Leraren zeggen dat je het niet gaat halen en dat je dus beter beroeps kunt volgen. Met als argument: je gaat dan snel geld verdienen en dat is echt iets voor jou.”
Leerlingbegeleider Bruno De Sitter: “Een afspraak wordt nageleefd. Zo niet, dan gaan we naar de ouders. En wat kunnen die doen? Luisteren en diep van binnen triestig zijn. Dat is veel erger dan de politie erbij halen.”
Studente Zineb (18): “Een vriendin van ons heeft drie keer haar eerste jaar moeten overdoen. Alleen voor haar stage: met haar hoofddoek kon ze nergens terecht.” Majida in de bibliotheek van de Hogeschool Antwerpen. Foto Dirk KERSTENS
Dus bereidde Majida zich voor om thuis weg te lopen. “Bij ons konden dat soort onderwerpen niet worden besproken, dus ik moest dat wel in het geheim doen.” Ze wilde goed voorbereid vertrekken. Anders liep ze het risico drie weken later weer bij haar ouders op de stoep te staan. Met alle gevolgen van dien. “Ik had thuis horen vertellen over een meisje dat om die reden naar Marokko was gestuurd om te trouwen. Over haar werd nooit meer gesproken. Het leek net alsof dat gezin sindsdien iemand minder telde. Dus was ik voorzichtig. Ik vertelde het niet aan mijn zussen en ook niet op school. De kans op uitlekken was te groot.” Majida zocht uit hoe ze het financiëel zou kun-
nen aanpakken, bekeek welke organisaties haar zouden kunnen helpen, stelde een datum vast en vertrok. Eerst logeerde ze twee dagen bij een vriend. Daarna was er een plaats in een vluchthuis. En van daaruit zocht ze een kamer en begon ze aan haar studie in Antwerpen. “Ik woonde al drie maanden in Antwerpen toen ik contact opnam met mijn zussen. Mijn oudste zus vindt dat ik fout ben geweest en wil me niet meer spreken. Mijn jongste zusje heeft ergens wél begrip. Ooit hoop ik ook weer contact te hebben met mijn moeder. Met mijn vader zal dat wel niet meer gebeuren. Voor veel mensen is een meisje dat van huis wegloopt een hoer.”
Docente Nagihan (25): “Ik leerde vroeger Nederlands door naar VRT en VTM te kijken. De leerlingen van nu hebben schotels en kijken naar Turkse zenders.”
DOSSIER ISLAM • DEEL 1 LEREN - ONDERWIJS MAANDAG 5 DECEMBER 2005
Student Focus on the road
“Discrimi De bel galmt over de binnenplaats van het Koninklijk Atheneum Antwerpen aan de Rooseveltplaats. Leerlingen verdringen elkaar bij de deur en zoeken een plaats in de klas. Vandaag staat er geen gewone leraar voor hen, maar een groepje studenten van de allochtone studentenorganisatie Student Focus. Zij willen de leerlingen motiveren verder te studeren. Het is vrijdagmiddag, 13 uur. De leerlingen kijken nieuwsgierig naar de drie studenten die voor de klas staan. Hakima El Meziane (22) kennen ze, haar zusje zit bij hen in de klas. Hakima draagt een hoofddoek, net zoals veel van de leerlingen. “Ik heb hier zelf op school gezeten”, vertelt ze. “Het is hier soms saai, ik weet het.
Groeiende Saïd El Majdoub en zijn collega-studenten. Foto Bob VAN MOL
Saïd El Majdoub richtte eerste studentenvereniging voor allochtonen op
“Er is een hele generatie achterstand naar België gekomen” Onder de moslims zijn er veel ouders die hun kinderen stimuleren om verder te studeren. “Mijn vader was twaalf toen hij met zijn oom naar België kwam”, vertelt Tarik Hammouti (21). “Twee jaar ging hij naar school, maar daarna moest hij stoppen om te werken. Later is hij opnieuw gaan studeren en heeft hij een diploma voor automonteur gehaald. Maar liever had hij een hoger diploma gehaald. Daarom heeft hij ons verplicht zo hoog mogelijk te studeren.”
Tarik en zijn broer Mounir willen ook niets liever, al zijn ze zo’n beetje de enigen van hun vriendengroep op het Kiel. Even hebben ze getwijfeld over een voetbalcarrière. “We hebben bij verscheidene ploegen in het Antwerpse gespeeld en we konden professioneel verder. Maar een diploma geeft meer zekerheid. Het is een soort rijbewijs en zonder rijbewijs kun je ook niet autorijden.” Over één zaak zijn de jongeren het eens: er is wel degelijk discriminatie op de arbeidsmarkt. Er zijn genoeg onderzoeken die dat aantonen en ze hebben genoeg vrienden die dat al eens hebben meegemaakt. Fouâd Ettourki (21): “Maar mét een diploma verklein je die kans op discriminatie. Dus moet je ervoor gaan.” De cijfers over allochtonen in het hoger onderwijs zijn allesbehalve rooskleurig. In de afgelopen tien jaar is het aandeel van allochtone studenten gestegen van 3 naar 10%. Een positieve ontwikkeling, maar 10% blijft bijzonder laag. Bovendien slaagt slechts 15% van de allochtone studenten in het eerste jaar, tegenover 45% bij autochtone studenten. Saïd El Majdoub (28) richtte in oktober 2002 de organisatie Student Focus op om daar iets aan te veranderen. “Toen ik mijn studie TEW had afgerond, merkte ik dat maar een paar van de twintig Marokkaanse studenten die met mij waren begonnen, hun diploma hadden behaald. De rest had afgehaakt. Ik wilde die slaagkansen vergroten.” Niet alleen door het geven van bijles, maar ook door de sfeer op de universiteit te verbeteren. “Veel Marokkaanse jongeren voelen zich niet thuis in dat elitaire wereldje.” Tijdens de ramadan, in november, heeft Saïd daarom alle studenten uitgenodigd om met Marokkaanse harira-soep samen het vasten te breken. “We willen ons niet afzonderen van de andere studenten.” Saïd ziet vooral de sociale klasse van de eerste generatie als de reden voor de achterstand in het onderwijs. “Onze ouders hebben meestal niet gestudeerd”, legt hij uit. “Het heeft dus niets met de Turkse of Marokkaanse cultuur te maken dat zo weinig allochtonen doorstuderen. Studeren was geen vanzelfsprekendheid in onze gezinnen. Er is een hele generatie achterstand naar België gekomen.” Toch legt hij ook een zware verantwoordelijkheid bij de universiteit, die volgens Saïd nog te weinig doet om allochtone studenten te trekken én op de universiteit te houden. “Ufsia is heel conservatief. De universiteit is nog niet klaar voor actief pluralisme. Het was heel moeilijk om een lokaal te krijgen voor Student Focus. En waarom staan er in de schoolagenda’s bijvoorbeeld geen islamitische feestdagen? Waarom wordt er geen rekening gehouden met de ramadan? Waarom is er geen gebedsruimte?” “Omdat die niet toegankelijk is voor iedereen?”, probeert Tarik zijn vraag te beantwoorden. “Maar dat geldt voor de sportzaal ook”, repliceert Saïd. “Die is ook niet toegankelijk voor studenten die niet sporten.”
De vraag naar opleidingen Arabisch groeit. De Lessius Hogeschool in Antwerpen wilde inspelen op die evolutie en startte in september 2004 een bachelor toegepaste taalkunde Arabisch. Daarmee is Lessius momenteel de enige school in Vlaanderen en Nederland die een vertaalopleiding Arabisch aanbiedt. In 1988 konden studenten vertaalkunde het Arabisch al kiezen als derde taal. Vanaf 2004 is het Arabisch ook een hoofdtaal binnen de opleiding vertaalkunde. Daarnaast is het nu ook mogelijk om Marokkaans of Maghrebijns Arabisch te leren in avondopleiding. Studenten vertaler krijgen enkel les in standaard Arabisch. Ze kunnen dat doen in combinatie met Engels en Frans. Frieda Steurs, departementshoofd vertaler-tolk, vindt dat een logische keuze. “Engels is een taal die meespeelt op de wereldmarkt, en dus ook in de Arabische wereld. Frans is nuttig in combinatie met Arabisch, omdat het in Noord-Afrika nog een belangrijke taal is.” In het schooljaar 2004/2005 schreven zich 58 studenten in voor vertaalkunde Arabisch. Dit schooljaar kwamen daar 65 studenten bij. Volgens Frieda Steurs is dat een uitzonderlijk hoog aantal voor een vertaalopleiding die met een nieuwe taal start. Het departementshoofd beklemtoont het economisch belang van de Arabische taal. Lang niet iedereen studeert Arabisch louter om religieuze redenen, zeker niet in een vertaalopleiding waar nog heel wat andere vakken het programma vullen. “Ik schat dat ongeveer een derde van Marokkaanse afkomst is. Maar er is ook veel interesse bij Belgen. Zo zijn er in de avondopleiding ook veel Belgen die Arabisch willen leren omdat ze in de sociale zorgsector werken of omwille van economische contacten met de Arabische wereld.”
DOSSIER ISLAM • DEEL 1 LEREN - ONDERWIJS MAANDAG 5 DECEMBER 2005 Ik voel mij door mijn ouders volledig gesteund op het vlak van onderwijs.
Ik vind dat ik als moslimjongere minder kansen krijg om een diploma te halen dan een Vlaamse jongere. Moslims
Niet-moslims
9 24 32
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord
6 14 41
35
39
In %
Precies evenveel mannen als vrouwen vinden dat ze als moslim op school minder kansen krijgen om een diploma te halen dan Vlaamse jongeren. Dat is één van de redenen waarom jongeren op school gedemotiveerd raken.
Moslims
Niet-moslims
4 17 3
76
20 5
1 74
Zowel moslimjongeren als Klopt niet-moslims worden gesteund Klopt n door hun ouders. Er zijn maar Neutraa weinig jongeren die zeggen Geen an geen steun dat ze helemaal In % thuis. krijgen
van de islam • 1
inatie is géén excuus” Maar daar moet je mee leren omgaan.” De aandacht van de leerlingen heeft ze getrokken. Veertig paar ogen staren haar aan. Eerst geven de studenten een presentatie, daarna is er tijd voor vragen. Hakima begint met het goede nieuws. “Vlaanderen behoort tot de top wat onderwijs betreft. Maar hier is wel het grootste verschil tussen de beste en de slechtste leerlingen. Helaas zijn die slechtste leerlingen vaak allochtonen. Jullie horen bij de kleine groep allochtonen die wél algemeen secundair onderwijs volgt. Jullie moeten zeker niet opgeven. Ga naar de universiteit.” Ze geeft het voorbeeld van een bedrijf in Londerzeel dat weigerde Marokkanen aan te nemen. “Met beroepsonderwijs vind je veel moeilijker een job. Ook bij hooggeschoolden is er discriminatie, maar minder. Bovendien ben je veel gezonder als je universiteit doet. Je hebt minder kans op chronische aandoeningen, blijkt uit onderzoek. Je doet minder zwaar werk en je voelt je beter.” De argumenten volgen elkaar snel op. En de leerlin-
gen in de klas hébben ook ambities, al is het pijnlijk om te horen hoe zwaar de druk op hun schouders is. “Ik wil bewijzen dat allochtonen wel voor iets goed kunnen zijn”, zegt een meisje. “Ik doe het om later mijn kinderen te kunnen steunen, en om niet afhankelijk te zijn van een man”, vertelt een klasgenoot. “Ik wil een goede job, ik wil geld verdienen”, zegt weer iemand anders. Bij ieder antwoord knikt Hakima enthousiast. Maar het argument “ik wil bewijzen dat allochtonen ook kunnen slagen”, komt erg vaak terug. Een zware last op jonge schouders. Dat vinden de studenten ook. “Je moet het in de eerste plaats voor jezelf doen.” “In een karaoke-café wilde de uitbater mij geen koffie serveren”, vertelt Fouâd de leerlingen. “Ik weigerde te vertrekken en toen belde hij de politie met de boodschap dat wij de orde verstoorden. Ik ben meegegaan naar het politiebureau om een verklaring af te leggen. Gij voelt u wel slim hé, zei die agent. Ik antwoordde: Nee, ik sta in mijn recht. Aan kennis heb je juist in die situaties
Lexicon
veel. Rustig nadenken levert meer op dan iemand een boks in zijn gezicht geven. Dan beland je in de gevangenis en dat is precies wat sommige mensen willen.” Na dit soort persoonlijke verhalen durven de leerlingen hun twijfels en angsten makkelijk te delen met de studenten. “Ik vrees dat ik moeilijk aan een job zal geraken omdat ik mijn hoofddoek wil dragen”, zegt Habza. Zohra is het met haar eens. “Je moet verder studeren, ja, maar daarna krijg je toch een klap in je gezicht.” Ze kennen voorbeelden genoeg van meisjes die met een hoofddoek een interimkantoor binnenstapten om onmiddellijk te horen dat er plotseling geen werk meer was. “Ik draag ook een hoofddoek en ik heb wél een interimjob gevonden”, zegt Hakima beslist. “Je moet niet blijven hangen in een slachtofferrol, in de gedachte dat je toch gediscrimineerd wordt. Dat is geen excuus. Je moet doorbijten. Je moet je manneke kunnen staan en een goed babbeltje kunnen doen.” De meisjes zuchten.
interesse voor Arabisch
Abraham in de koran is Ibrahim (Abraham) een van de belangrijkste profeten voorafgaand aan Mohammed. Het verhaal van de opdracht om zijn zoon te offeren staat ook in de koran, maar het is niet Isaäk die door Ibrahim op het altaar wordt gelegd, wel zijn andere zoon Ishmail (Ismaël). Ook in deze versie neemt uiteindelijk een offerdier de plaats in van de zoon. Het offer van Ibrahim wordt nog ieder jaar gevierd met het offeren van een schaap tijdens het Offerfeest. Allah Arabisch voor ‘de God’. Vanuit het perspectief van de moslims is Allah het Arabische woord voor dezelfde God als die van de joden en de christenen. Historisch gezien is de Allah die de stam van Mohammed vereerde, de maangod. Vandaar de wassende maan als het symbool van de islam.
Bekering iemand wordt moslim door te geloven dat Allah de enige god is en dat Mohammed Zijn boodschapper was. Je bent moslim vanaf het ogenblik dat je oprecht deze getuigenis (shahada) aflegt. Natuurlijk moet een nieuwe moslim zichzelf vertrouwd maken met het geloof en de praktijken, maar er is geen formele eis. Het is een persoonlijk proces.
Radia, Zeynab, Nadia, Fatima en Saliha van de Lessius Hogeschool.
Hoofddoek als studiekeuze Fatima (18), Nadia (20), Radia (26) en de tweeling Saliha en Zineb (18) zijn vijf van de studenten die meteen in het eerste jaar dat de opleiding bestond voor Arabisch kozen. “Al stonden onze ouders daar niet achter”, vertelt Saliha. “Zij hadden liever dat we gewoon voor dokter of advocaat hadden gekozen.” De klanken van het Arabisch kennen de studentes al, maar thuis spreken ze allemaal een dialect. “We spreken Mahgrebijns of Berbers”, vertelt Nadia. “Arabisch is de taal van de boeken. Alleen tijdens de moskee-lessen leerden we het alfabet al.” Nu storten de meisjes zich vol enthousiasme op het Arabisch. Ook al was de studie op zich niet meteen hun eerste keuze. De be-
Foto Wim HENDRIX
langrijkste reden om voor Arabisch te kiezen, was hun hoofddoek. Saliha: “Ik wil mezelf kunnen zijn, zonder een werkgever die me mijn hoofddoek kan verbieden. Als vertaler Arabisch zal dat niet zo snel gebeuren. Mijn zus is vroedvrouw, maar studeert nu Arabistiek, omdat ze in het ziekenhuis geen hoofddoek mocht dragen.” En er zijn meer jongeren die zo denken. “Een sterk signaal dat er iets moet gebeuren”, vindt Farida Abdellaoui van vzw De Schoolbrug, die onder andere studenten begeleidt. “Ik krijg ook veel studentes over de vloer die islamleerkracht willen worden. Ze haken af omdat ze geen hoofddoek mogen dragen. Maar we kunnen toch moeilijk alle studentes mét hoofddoek of islamleerkracht of vertaler laten worden? Dat is echt geen oplossing.”
Religieuze studenten geloven niet in evolutieleer Vroeger waren het vooral streng christelijke studenten die moeite hadden met de evolutieleer van Darwin, maar tegenwoordig zijn het vaker de islamitische studenten die Darwins theorie verwerpen. Ook de Universiteit Antwerpen wordt sporadisch geconfronteerd met studenten die volhouden dat de wereld door Allah is geschapen. Het populaire boek ‘Het bedrog van de evolutieleer’ van creationist Harun Yahya, voor moslims dé weerlegging van het darwinisme, is ook in Borgerhout te koop. “Vaak komt het niet voor, maar dit jaar had ik bij biochemie wel een meisje met hoofddoek in het college die problemen had met Darwin”, vertelt Raoul Van Damme, docent evolutieleer op de universiteit. “Als je vanaf je derde religieuze argumenten hoort die de theorie verwerpen, is het moeilijk hen van het tegendeel te overtuigen. Ik geef meestal gewoon de argumenten die mij hebben overtuigd.” Maar Raoul Van Damme vindt het ook geen probleem als studenten niet in de evolutieleer geloven. “Religie is een privézaak. Al is het vak wel verplicht, dus ze zullen moeten blokken.”
Besnijdenis: niet verplicht maar wel gebruikelijk, omdat de profeet Mohammed besneden was. Volgens de islam moet een man voor zijn 13de levensjaar besneden worden. De koran spreekt geen oordeel uit over vrouwenbesnijdenis, maar de Hadith (zie verder) zegt dat vrouwenbesnijdenis een eer is voor vrouwen. De status van deze Hadith is onbetrouwbaar. Moslimvrouwen worden enkel besneden in het oosten van Afrika.
Chador Perzisch gewaad dat het hele lichaam bedekt, behalve het gezicht.
Fathwa bindende uitspraak van een geleerde. Het is een juridisch advies gebaseerd op de heilige teksten van de islam, als antwoord op een specifieke vraag. ■ Morgen: van gebed tot koran
•■
METROPOOL
19
DOSSIER
DINSDAG 6 DECEMBER 2005
Vandaag deel 2
ARBEID Minister Onkelinx werkt aan nieuwe wet computerspelen
Games aan banden Minister van Justitie Laurette Onkelinx (PS) onderzoekt hoe het parket het gewelddadige computerspel Bully uit de handel kan laten halen en de producenten en de verspreiders ervan kan laten vervolgen. Ze wil bovendien een wet tegen agressieve computerspelen. Dat zei ze maandag tegen volksvertegenwoordiger Tony Van Parys (CD&V). In Bully probeert de speler zoveel mogelijk klasgenootjes te pesten door ze stompen in de maag te geven, in de wc-pot te duwen, geld af te troggelen of voetje te lichten. Er waren al petities tegen dit spel.
Van Parys wilde maandag maatregelen. Onkelinx zei dat er tientallen computerspelen in de handel zijn die aanzetten tot haat of tot geweld. Het gerecht kan vervolgen voor “aanzetten tot geweld”, maar alleen als tengevolge van zo’n spelletje ook echt een misdrijf werd gepleegd. En dan nog zal het moeilijk zijn om het rechtstreekse verband tussen het spelletje en het criminele feit aan te tonen. Onkelinx onderzoekt nu of er nog andere mogelijkheden zijn. Ze wil dat de producenten kunnen worden vervolgd, zelfs als nog géén gewelddadig feit uit een agressief spelletje volgde. Als er onvoldoende mogelijkheden zijn, dan wil Onkelinx de wet wijzigen. JDW Jimmy Hopkins, de hoofdrolspeler in het Bully-game.
Moslims optimistisch over vinden job Bijna zeven op de tien moslimjongeren zijn optimistisch over het vinden van een job, maar 66% zegt dat zij het moeilijker gaan hebben in hun zoektocht dan Vlaamse jongeren. Bijna 40% van de moslims ervoer al dat ze onterecht werden behandeld bij het solliciteren. Vlaams minister van Inburgering Marino Keulen (VLD) beseft dat er discriminatie is op de arbeidsmarkt. Daarom breekt hij een lans voor het anoniem solliciteren. Quota wijst de minister af. Volgens Keulen ligt de oorzaak van de hoge werkloosheid onder allochtonen vooral bij de lage scholing. Vandaag zoomt Gazet van Antwerpen met het Dossier Islam in op de positie van moslimjongeren op de arbeidsmarkt.
57
Pastoor Wies in Een jaar gratis “Als ik win, schenk ik het allemaal weg” GvA-foto LUMA
Sint brengt konijntjes mee BRASSCHAAT - Voor de leerlingen van het internaat Hof ten Bos in Brasschaat had de Sint maandag wel een héél origineel cadeau meegebracht: twee schattige konijntjes. “Onze internaathond Goldy is onlangs ‘met pensioen’ gegaan”, vertelt Ann Gebruers, de beheerder van het internaat. “De kinderen misten hem vreselijk, en dat is de Sint blijkbaar ter ore gekomen. We hebben 38 interne leerlingen en die zijn allemaal dolgelukkig met de nieuwe diertjes.” In de zomer krijgen kinderen en konijnen nog het gezelschap van een geitje. Foto Chris WOUTERS
27
Voorzitter Jos Verhaegen van Germinal Beerschot: “Vóór nieuwjaar weg van die voorlaatste plaats” GAZET VAN ANTWERPEN • TEL 03 210 02 10 DAGBLAD NR. 283 - ISS 0771 1581 • WWW.GVA.BE PRIJS: België € 0,95 – Luxemburg € 1,00 – Nederland € 1,50 – Italië € 2,00 – Oostenrijk € 2,00 Griekenland € 2,00 – Frankrijk € 2,00 – Spanje binnenl. € 2,00 Spanje eilanden € 2,50 – Turkije YTL 4,85 - TRL 4.850.000
Grijze dag Bladzijde 40, 54 en 55
4° 7°
Blz. 63
E AG EN JL M BI TNE UI
DOSSIER
Deel 2 Dinsdag 6 december 2005
RBEID
DOSSIER ISLAM • DEEL 2 ARBEID DINSDAG 6 DECEMBER 2005
S TA N D P U N T door Luc Rademakers
Moslims willen werk Moslimjongeren zijn niet vies van werk. Dat is een belangrijke conclusie uit het tweede deel van ons onderzoek bij moslimjongens en -meisjes tussen 15 en 25 jaar. Ze geven aan dat het bijzonder moeilijk is om een plaats te verwerven op de reguliere arbeidsmarkt. Die vaststelling maken Vlaamse jongeren voor zichzelf ook. Gepast werk vinden is moeilijk, voor iedereen. Veertig procent van de moslimjongeren heeft al ooit het gevoel gehad dat er tijdens een sollicitatie werd gediscrimineerd. Dat is natuurlijk ontoelaatbaar veel. De norm voor discriminatie moet nul zijn, ook al is dat utopisch. Als we in Vlaanderen het huidige welvaartspeil willen aanhouden, dan hebben we werkende islamjongeren hard nodig. Wie het tegendeel beweert, maakt de bevolking iets wijs. De beste manier om de tewerkstellingsgraad van moslims in Vlaanderen te verhogen, is een betere scholing. Welke werkgever zou zo dwaas zijn om een goed opgeleide moslim te weigeren? Nu blijven nog te veel moslims die gestudeerd hebben in de middenmoot hangen, het segment op de arbeidsmarkt waar de overbevolking het grootst is. Dat heeft weinig met de werkgevers te maken, maar wel met de wetmatigheden van vraag en aanbod op de arbeidsmarkt. De werkgevers quota opleggen zou een verkeerd signaal zijn. Vlaamse ondernemers hebben niet nog meer voorschriften allerhande nodig. Van ondernemers wordt verwacht dat ze zo competitief mogelijk hun business runnen. Aanwervingen om sociale redenen zijn al lang niet meer realistisch. Je kansen op de arbeidsmarkt worden inderdaad in grote mate bepaald door het behaalde diploma, maar in het huidige bedrijfsleven is dat allang niet meer voldoende. Een diploma betekent niet meer dan de juiste schoenen dragen voor een hordenloop. Met een diploma mag je aan de start verschijnen, niets meer. Sociale en culturele kennis en vaardigheden, arbeidsattitude, openheid, de ondergeschiktheid van de persoonlijke overtuiging aan de bedrijfsdoelstellingen enz. zijn de vaardigheden die in een sollicitatiegesprek het zwaarst wegen, ook bij Vlamingen. Is dat te moeilijk voor jonge migranten? Vaak wel, maar de arbeidsmarkt kan en mag daarop geen toegevingen doen - in concurrerende handelsmarkten gebeurt dat evenmin. Moslims moeten in hun kansen geloven op de Vlaamse arbeidsmarkt en gelukkig doen ze dat ook. Moslimjongeren zijn positief ingesteld en optimistisch. Bijna 70 procent van deze jongeren schat zijn professionele toekomst positief in. De werkelijkheid is even confronterend: de afgelopen vijf jaar steeg het aantal werklozen van nietEuropese afkomst in Vlaanderen met 75 procent. Bij de autochtone bevolking was dat 31 procent. Ondanks deze cijfers is het van cruciaal belang dat de jonge moslims een positief zelfbeeld blijven behouden. Indien ze hun zelfbeeld zouden overeind houden door hun weg te zoeken in illegale verdiensten, werkt dat ondermijnend, op de eerste plaats voor het imago en dus de tewerkstellingskansen van hun geloofsgenoten. Met werkloze, verzuurde moslims van middelbare leeftijd schiet de samenleving niets op. Met gelijkgestemde Vlamingen overigens ook niet. En met beide tegelijk nog veel minder.
Tussen droom en werkloosheid Arbeid en tewerkstelling is deel twee van ons zesdelig Dossier Islam. Het opzet van deze reeks is even ambitieus als eenvoudig. Er woont in onze steden een grote groep jongeren die alleen in het nieuws komt als er iets onaardigs over te vertellen valt, maar waarvan we verder bitter weinig weten. Daarom laat de krant ze uitgebreid zélf aan het woord.
Gazet van Antwerpen-journalisten Maaike Floor, Karin Vanheusden, Patrick Van de Perre en Sacha Van Wiele en stagiaire Emmie Declerck gingen maandenlang de straat op en hadden talloze diepgaande gesprekken met moslimjongeren. Nee, nu eens niet over ‘criminaliteit’ of ‘rondhanggedrag’, maar over hun onmiddellijke leefwereld: school, werk, seks, relaties, geloof en hun plaats in de samenleving. Daarnaast ondervroeg het Gentse
onderzoeksbureau Compagnie in opdracht van deze krant een representatief staal van 495 moslims tussen 15 en 25 jaar over dezelfde thema’s. De uitgebreide vragenlijsten werden anoniem ingevuld door jongeren in Antwerpen, Mechelen, Sint-Niklaas en Turnhout. Tegelijkertijd legden we vrijwel identieke vragenlijsten voor aan een ‘controlegroep’ van 203 nietmoslims. Zo kwamen we te weten of de meningen van de moslimjongeren het gevolg zijn van hun ‘jong zijn’, dan wel van hun ‘moslim zijn’. De neerslag van het journalistieke veldwerk en de enquête werd gebundeld in het Dossier Islam. Maandag 5 december publiceerden we de resultaten van ons onderzoek naar moslimjongeren en onderwijs. Vandaag concentreren we ons op de getuigenissen en de enquêteresultaten rond werk en positie op de arbeidsmarkt.
30% jongeren zit zonder baan Moslimjongeren hebben een zwakke positie op de arbeidsmarkt. Niet
minder dan 30% van de werkzoekende Maghrebijnen en Turken is jonger dan 25 jaar. De werkloosheidsgraad ligt bij hen vijf maal hoger dan bij autochtone Belgen. De oorzaak van die hoge werkloosheid zou vooral bij de laaggeschooldheid liggen. Toch speelt discriminatie - of de perceptie daarvan - een niet onbelangrijke rol. Ruim zestig procent is overtuigd dat het voor moslimjongeren moeilijker is om aan een job te geraken. Vier op de tien jongeren zeggen benadeeld te zijn geweest bij een sollicitatiegesprek. Daarom de roep van héél wat allochtone organisaties naar quota, maar werkgeversorganisaties blokken deze maatregel af. Zij kiezen voor sensibilisering via onder andere diversiteitsplannen. Sommige moslimjongeren geven hun zoektocht naar werk op en zoeken een uitweg in een zelfstandigenstatuut. Maar: ondanks die moeilijke positie op de arbeidsmarkt is er weinig of geen sprake van pessimisme bij de jonge allochtone moslims. Velen onder hen zijn optimistisch over het vinden van de perfecte job.
De job van je leven? Ik heb de job gevonden die ik altijd wilde hebben. 15
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
25
27 33
Op het vlak van werk zie ik mijn toekomst positief in. Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
4 23 6
67 In %
In %
67% van de moslimjongeren zegt de toekomst rond het vinden van een geschikte baan positief in te zien. Toch zegt slechts één op de vier jongeren die al werk hebben, de job gevonden te hebben die ze altijd al wilden. Bij niet-moslims ligt dat ietsje hoger (30%). De bevraging peilde ook naar de werksituatie van het gezinshoofd van de moslimjongeren. Slechts 55% daarvan werkt voltijds. Bij de niet-moslims is dat 84%. Bij 20% is het gezinshoofd van de moslimjongeren al met pensioen. Bij de niet-moslims is dat 2%. Het gezinshoofd is bij 8% van de moslimjongeren werkzoekend. Bij de niet-moslimjongeren is dat 5%.
Woensdag Religie
Donderdag Meisjes, seks en relaties
Vrijdag Jongens, seks en relaties
Zaterdag Integratie
“Geloof speelt een belangrijke rol in mijn dagelijks leven”, zegt 89%.
“Ik wil graag trouwen met een partner die altijd in het thuisland heeft gewoond”, zegt 22%.
“Homoseksualiteit is aanvaardbaar bij moslimjongeren”, zegt 7%.
“De waarden van de Vlaamse maatschappij botsen met de islam”, zegt 40%.
Teksten: Emmie DECLERCK • Maaike FLOOR • Patrick VAN DE PERRE • Karin VANHEUSDEN • Sacha VAN WIELE Coördinatie en eindredactie: Wim DAENINCK
DOSSIER ISLAM • DEEL 2 ARBEID DINSDAG 6 DECEMBER 2005
Hassan in zijn eethuis in de Van Breestraat. Hij hoopt zo een nieuwe toekomst te kunnen uitbouwen. GvA-foto Bert HULSELMANS
De moeizame zoektocht van Hassan
“Ik wil gewoon verder met mijn leven” Hassan Missaoui (24) is het beu om tijdelijke jobs af te wisselen met werkloosheid. Hij begint daarom met een eethuis. “Ik wil gewoon verder met mijn leven”, zegt Hassan. Zijn verhaal is exemplarisch voor dat van heel veel moslimjongeren. Hassan woont nog bij zijn ouders. Terwijl we praten, maakt zijn zusje een tekening op de salontafel. Hassans moeder biedt koekjes en muntthee aan. Vader zit verderop en neemt de krant door. Hassan verliet in 1999 de school. Hij zat in het vijfde middelbaar informatica/boekhouding en was al twee keer blijven zitten. “Ik had een moeilijke puberteit”, zegt Hassan verlegen. “Op mijn achttiende realiseerde ik me dat ik te veel tijd had verloren. Ik had net weer een C-attest gekregen en ik wou niet nog eens jaar overdoen.” In de zomer van 1999 schreef hij zich in voor de centrale examencommissie. Dankzij zelfstudie haalde hij twee jaar achterstand op en behaalde hij in november van dat jaar zijn diploma A2 informatica/boekhouding. Hassan ging aan de slag bij de Bank van Breda. Onderaan de ladder, als printoperator. “Ik ben beginnen werken omdat ik dacht dat het te laat was om mij nog in te schrijven voor hogeschool of universiteit. Negen maanden werkte ik bij de bank. Ik gebruikte die tijd om voor mijzelf uit te maken wat ik nu eigenlijk wilde. Het was een zeer moeilijke zoektocht. Het is niet evident om uit te zoeken welke studierichting nu de beste is. Ik ken geen mensen die hogere studies hebben gedaan, dus moest ik mijn plan trekken. Ook binnen mijn familie of bij mijn vrienden kon ik niet terecht. De omgeving waarin ik opgroeide was op dat vlak niet echt stimulerend.” Zijn studiepogingen werden een flop. Hij had zich ingeschreven voor architectuur,
“Door de moslims te marginaliseren, groeit het wantrouwen van de jongeren ten opzichte van de rest van de gemeenschap”
“Discriminatie is niet nieuw. Dat bestond vroeger ook al, maar toen had ik tenminste werk”
maar dat blies hij af voor een opleiding Marketing. Toen ook dat niet wilde lukken, schakelde Hassan over op Toegepaste Economische Wetenschappen aan de Universiteit Antwerpen. “Ondertussen had ik een grote achterstand opgelopen. Ik kon niet mee in de wiskundige vakken. Het werd een onsuccesvol jaar. Het voordeel was wel dat ik in contact kwam met de academische wereld. Ik begon mij te verdiepen in sociologische en filosofische thema’s. Uiteindelijk schreef ik mij in 2002 in voor de richting Politieke en Sociale Wetenschappen. Ik begon aan mijn eerste kandidatuur, maar het begon te knagen. Ik was ouder geworden en wou financieel onafhankelijk zijn. Het is opmerkelijk hoe weinig studenten van allochtone afkomst hun studies succesvol afronden.” Hassan kreeg heimwee naar de periode dat hij werkte bij de bank en geld verdiende. Hij ging zeven maanden aan de slag als administratief bediende bij Promedia. Volgde een periode van werkloosheid en een interimcontract bij BASE, maar ook daar kwam een einde aan. “Het is héél moeilijk om een vaste baan te vinden waarin je je goed voelt”, zegt Hassan. “Ik heb volop gesolliciteerd. In die zoektocht naar werk heb ik veel negatieve ervaringen opgedaan. Tijdens een paar sollicitatiegesprekken kreeg ik zelfs de vraag of ik sympathie had voor de terreuraanslagen in de Verenigde Staten. Dat is toch geen sollicitatievraag? Natuurlijk veroordeel ik de aanslagen! Net zoals ieder weldenkend mens. Voor de andere was ik dan weer overgekwalificeerd en zou ik een bedreiging vormen voor mijn rechtstreekse baas. Die had ik nog nooit gehoord.” “Er is dus zeker discriminatie. Soms is die héél subtiel en ligt ze verborgen achter een rookgordijn. Maar het gaat volgens mij toch telkens weer om individuele gevallen. Je mag dat zeker niet veralgemenen. Dat zou oneerlijk zijn tegenover al die sollicitaties die wel fatsoenlijk verliepen.”
“Vroeger wilde hij piloot worden” “Vroeger wilde hij piloot wilde worden.” Hassans vader, Elhouri (52), legt de krant neer en mengt zich in het verhaal. “Op school kregen we altijd te horen dat onze kinderen niet konden volgen in de les en dat ze beter naar een andere school zouden gaan. En dus verhuisden ze van de ene school naar de andere. Telkens weer naar een lager niveau. Sommige
kinderen haken daardoor af. ‘Waarom nog studeren?’ denken ze dan.” Hassan treedt zijn vader bij. “De mogelijkheden van een goede opleiding én een goede job zijn er, maar de kans blijft héél klein. Je hebt je beide handen nodig om ze te grijpen.” Hassan begint nu als zelfstandig uitbater van een eethuis. “Maar zo gauw ik financieel onafhankelijk ben, wil ik weer gaan studeren”, beweert hij resoluut. “De eethuizen schieten als paddestoelen uit de grond”, zegt zijn vader een beetje sceptisch. “Het bewijst aan de ene kant dat de jeugd niet bij de pakken wil zitten. Maar als het solliciteren niet lukt, kiezen sommigen voor wat ze denken dat de ‘gemakkelijkste weg’ is, door een eigen zaak te beginnen.” Elhouri kwam in 1966 naar België. De voorbije vijftien jaar werkte hij als automechanicien in een garage, maar het ging slecht met de zaak. Elhouri is nu zeven maanden werkloos. “Ik heb verschillende keren gesolliciteerd”, zegt Elhouri. “Aan de telefoon praat ik Antwerps. Ik mag dan langskomen voor een gesprek, maar als ze mijn gezicht zien, dan zeggen ze dat ze al iemand hebben gevonden. Maar als ik niet werk, word ik ziek! Discriminatie is niet nieuw. Dat bestond vroeger ook al, maar toen had ik tenminste werk. Nu zitten veel jongeren zonder job en dat is erg. Ik begrijp niet waarom mensen niet gewoon kunnen samenleven. In België beschouwen ze ons als Marokkanen en in Marokko zeggen ze dat we Belgen zijn. Wij zijn overal vreemdelingen, en dat is heel frustrerend.” Hassan knikt. “Jongeren groeien op in een dubbelzinnige wereld. De meesten zijn hier geboren en krijgen het, door xenofobie en vooroordelen met betrekking tot de islam, moeilijk met de belevenis van hun identiteit, namelijk die van de Vlaamse moslim. De mensen beseffen niet dat onze problemen ook die van hen zijn en vice versa. Door de moslims te marginaliseren, groeit het wantrouwen van de jongeren ten opzichte van de rest van de gemeenschap. Dat vormt dan weer een obstakel voor hun sociale integratie, met degelijk onderwijs en een goeie job. Meestal vervallen ze dan in langdurige werkloosheid of, veel erger nog, in de criminaliteit. En daar is héél de maatschappij het slachtoffer van.”
DOSSIER ISLAM • DEEL 2 ARBEID DINSDAG 6 DECEMBER 2005
Werkloosheid is gevolg van laag opleidingsniveau Bijna één op de vier werkzoekenden in stad Antwerpen is van Maghrebijnse of Turkse afkomst. Er is een duidelijke samenhang tussen werkloosheid, opleidingsniveau en etniciteit.
Opleiding Werkzoekenden van Maghrebijnse of Turkse afkomst hebben gemiddeld het laagste opleidingsniveau. Maar liefst 62% heeft niet meer dan een diploma lager secundair onderwijs op zak. 32% beschikt over een diploma hoger secundair, slechts 4% heeft een getuigschrift hoger onderwijs en 2% een diploma beroeps.
Werkloosheid bij jongeren Vooral allochtone jongeren worden het zwaarst getroffen door werkloosheid. Maar liefst 30% van werkzoekende Maghrebijnen en Turken is jonger dan 25 jaar.
Ik vind dat het voor moslimjongeren moeilijker is om een baan te vinden dan voor Vlaamse jongeren. Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
4 26 4
■ http://werkgelegenheid.antwerpen.be/MIDA/
Duur van de werkloosheid Meer dan de helft van de Maghrebijnse en Turkse werkzoekenden zit langer dan een jaar zonder job. 46% is minder dan een jaar werkzoekend.
66 In %
Blijkbaar leeft die idee ook buiten de molimgemeenschap, want bij de niet-moslims is 40% het eens met deze stelling.
Luc Hostens, directeur VDAB-Antwerpen
“Niet alleen racisme oorzaak hoge werkloosheid” “De verleiding is groot om de hoge werkloosheid bij allochtonen terug te brengen tot slechts één oorzaak, namelijk racisme. Maar daarvoor is de groep werkzoekenden veel te groot.” Volgens Luc Hostens, Antwerps directeur Vlaamse Dienst voor Arbeidsbemiddeling, spelen nog andere factoren een rol.
75% meer werkloze allochtonen De werkloosheidsgraad De afgelopen vijf jaar Sommige wijken worden hard getroffen door bij Turken en Marokka- steeg het aantal werklonen die actief zijn op de zen van niet-Europese de werkloosheid. Zo is arbeidsmarkt, bedroeg afkomst in Vlaanderen 46% van de werkzoemet 75%, van 21.388 in 2002-2003 38%. Dat kenden met een natiois vijf keer hoger dan bij naar 37.389. Bij de naliteit van buiten de autochtone bevolking de Belgen van autochEuropese Unie in Antwas dat tussen april tone afkomst (7%). De werpen-Noord werk2000 en april 2005 31% cijfers komen uit een loos. Bij de Belgen ligt (cijfers VDAB). dat op 19%. Op Linker- studie van de federale overheidsdienst Econooever is 44% van de mie, KMO, Middenwerkzoekenden van stand en Energie. Op de buiten de EU op zoek naar een job, 39% in de Belgische arbeidsmarkt wijk Luchtbal en 33% in zijn 350.000 arbeidskrachten met een Oud-Borgerhout. vreemde nationaliteit actief, wat neerkomt op 8% van de beroepsbevolking. Wijken
Eén op de vier werkzoekenden is van Marokkaanse of Turkse origine. De werkloosheid is geconcentreerd in een aantal wijken, zoals Oud-Borgerhout, Antwerpen-Noord en Kiel. “De cijfers bewijzen dat de werkloosheid onder allochtonen in Antwerpen hoog is”, zegt Hostens. “Ik besef dat jongeren zeggen dat dit een gevolg is van het racisme binnen bedrijven. Alleen ligt het grootste probleem bij de laaggeschooldheid van de jongeren. De problemen waarmee jonge allochtone werkzoekenden worden geconfronteerd op de arbeidsmarkt is vergelijkbaar met die van autochtone laaggeschoolde jongeren.” Hostens is héél voorzichtig met het woord ‘attitudeproblemen’. “Het heeft een negatieve bijklank. Sommige jonge allochtone werkzoekenden hebben er geen flauw idee van hoe de arbeidsmarkt in elkaar steekt. Hoe ze moeten solliciteren en hoe ze moeten omgaan met autoriteit. Op scholen wordt in het laatste jaar van het secundair onderwijs aandacht besteed aan solliciteren. Een deel van de jongeren heeft dan de schoolbanken al lang verlaten. Op hun 18 jaar verlaten ze de school, zonder diploma.”
Volgens Antwerps VDAB-directeur Luc Hostens is het grootste probleem de laaggeschooldheid bij allochtone jongeren. Foto Bob DE MOOR
Vijf keer hoger
Laag zelfbeeld Daarnaast hebben deze jongeren ook aan laag zelfbeeld. “Sommigen hebben héél het watervalsysteem doorlopen”, zegt Hostens. “Ze beginnen in het algemeen onderwijs en zakken dan af naar technisch, beroeps of zelfs bijzonder onderwijs. Deze jongeren hebben weinig succesverhalen. Ondanks de mogelijkheden die ze hebben, lukt het hen door hun laag zelfbeeld niet om een job te krijgen. Binnen de VDAB proberen we dat zelfbeeld weer op te krikken.” En dan is er uiteraard de grote concurrentie op de arbeidsmarkt. In Antwerpen staan voor één vacature elf werkzoekenden te popelen om te beginnen. “Tijdens de hoogconjunctuur in 2000 zagen we dat ook de allochtone werkzoekenden daarvan konden genieten”, zegt Hostens. “De werkgevers zochten nieuwe werknemers en ze verlaagden hun jobvereisten. Laaggeschoolden maakten toen meer kans om aan de slag te gaan.”
Discriminatie Toch ontkent Hostens niet dat er sprake is van discriminatie van allochtonen op de arbeidsmarkt. Dat bleek ook uit een onderzoek van de VDAB. Elektronische sollicitaties van allochtonen werden in de KISS-databank, waarin werkzoekenden hun cv kunnen plaatsen, minder aangeklikt door werkgevers. “We weten niet hoe groot de discriminatie is. Er zijn ook verschillende vormen. Sommige werkgevers discrimineren onbewust. Ze koesteren vooroordelen tegenover deze groep, of ze vrezen dat hun klanten er negatief op zullen reageren. Anderen verwachten dan weer problemen op de werkvloer.” “Toch stel ik vast dat steeds meer bedrijven werk maken van een divers personeelsbeleid. Met de diversiteitsplannen krijgen bedrijven geld van de Vlaamse overheid om bijvoorbeeld allochtonen of mensen met een handicap aan te werven. De werkgevers krijgen ook begeleiding om dit te realiseren. Sommigen willen namelijk wel allochtonen aantrekken, maar weten niet hoe ze dit moeten verkopen aan hun werknemers.” De VDAB verwacht wel een verbetering van de situatie voor de allochtonen op de arbeidsmarkt. “Door de vergrijzing is er een stijgende nood aan mensen die instaan voor de verzorging van ouderen en zieken. Daar liggen grote opportuniteiten voor de werkzoekenden.”
DOSSIER ISLAM • DEEL 2 ARBEID DINSDAG 6 DECEMBER 2005
Foto Thomas LEGRÈVE
Vijf meningen over werk
Hugo Morel met twee allochtone arbeiders van Umicore Hoboken. “Wij voeren een zero-tolerantiebeleid tegenover racisme.” Foto GVA
Umicore voert al jaren in alle stilte diversiteitsbeleid
Abdullah Turkoglu (25)
“Alles draait rond respect”
Ik ben bij het solliciteren al onterecht behandeld. Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
21 39 23 17
In %
Hier is een groot verschil te merken tussen moslimjongens en -meisjes. Bij de jongens zegt 47% onterecht te zijn behandeld bij een sollicitatie. Bij de meisjes is dat 32%.
Hugo Morel Umicore
verschoven tot na zonsondergang. Ook bidden is toegelaten. De autochtone collega’s nemen dan even de jobs over. Dat gebeurt zonder problemen. Het respect voor elkaar is groot. Zo zullen allochtonen eerder komen werken met Kerstmis en nieuwjaar, terwijl de anderen met hen rekening houden tijdens het Offerfeest. In onze refter staat duidelijk aangegeven wat in het eten zit. Als onze mensen op verplaatsing werken, dan geven we de voedingsvoorschriften ook door.” De meerderheid van de allochtone werknemers bij Umicore bestaat uit arbeiders. “Toch zien we steeds meer allochtonen doorstromen naar hogere functies”, zegt
Morel. “Ze nemen leidinggevende plaatsen in. Dat komt door de hogere scholing. We stimuleren dat niet speciaal. We hanteren consequent onze regels rond competenties. Iedereen accepteert dat, omdat ze weten dat we iedereen gelijkwaardig behandelen.”
Mohammed Chourak (17)
“Quota opleggen is discrimineren” Morel ziet geen oplossing in het opleggen van quota om de hoge werkloosheid bij allochtonen tegen te gaan. “Dat is pas echt discriminatie. Mensen moeten worden aangeworven op basis van hun vaardigheden en niet omdat ze tot een bepaalde groep behoren. Bovendien is dit niet fijn voor de betrokkene. Hij weet niet of hij om zijn competenties is aangeworven, of omdat het bedrijf een quotum moest halen.” Morel heeft begrip voor het feit dat werkgevers niet vaak allochtonen aanwerven. “Zij maakten onze evolutie niet door. Maar hun weigerachtige houding is wél onterecht. Je móét dit proces doorlopen. Op termijn win je vertrouwen. Umicore had het natuurlijk gemakkelijker. Wij hadden een groot aandeel allochtonen. Bij de arbeiders is dertig procent allochtoon. Als dit slechts één procent is, dan is het voor een werkgever een stuk moeilijker om speciale maatregelen te nemen voor allochtonen. Bovendien zijn onze werknemers gewend een allochtoon als collega te hebben.”
“Ik ben pessimistisch over het vinden van werk. Als ik mijn cv opstuur samen met leerlingen van mijn klas, dan weet ik zeker dat de Belgische leerlingen meer kans maken op werk dan ik.” Abdelhafid El Khaoui (20)
Foto Dirk KERSTENS
Umicore Hoboken stelt 1.300 mensen te werk. Daarvan zijn er 280 van allochtone origine. De meesten werken als arbeider in het bedrijf. Reeds veertig jaar zijn er allochtonen op de werkvloer. “Er is maar één regel: racisme en discriminatie worden niet getolereerd”, zegt Morel. “Hierover voeren we een zero-tolerantiebeleid. Bij een incident wordt er direct ingegrepen, maar ik kan mij niet herinneren dat ik ooit persoonlijk ben moeten tussenkomen.” Morel spreekt zelf niet graag van een bewust diversiteitsbeleid. “Diversiteit impliceert dat je een onderscheid maakt tussen mensen. Dat doen wij niet. Ons personeelsbeleid is gebaseerd op competenties.” Toch houdt het bedrijf rekening met de achtergronden van de werknemers. Voor de eerste allochtonen in het bedrijf werden in samenwerking met een school taallessen georganiseerd. “Dat is nu niet meer nodig, omdat we reeds met de tweede en de derde generatie allochtonen werken”, zegt Morel. “We houden rekening met hun geloofsovertuiging. Tijdens de ramadan, de islamitische vastenmaand, worden de schafttijden ‘s avonds
“Tijdens de ramadan worden de schafttijden verschoven tot na zonsondergang. Ook bidden is toegelaten. De autochtone collega’s nemen dan even de jobs over”
“Ik ken een Marokkaanse man die een héél hoog diploma heeft. Hij werkt nu in de Quick omdat hij gewoon geen werk vond. Ik vertrouw op Allah.”
Steun voor diversiteitsplannen Een 250-tal bedrijven begon in 2004 met een diversiteitsplan. Daarmee engageren de firma’s zich om onder meer allochtonen aan te werven. Die bedrijven krijgen van Vlaanderen dan maximum 10.000 euro overheidssteun. Een diversiteitsplan bevat een geheel van maatregelen en acties die gericht zijn op het wegwerken van discriminatie en van de drempels waarmee kansengroepen worden geconfronteerd.
Via dit instrument worden werkgevers (ondernemingen, organisaties en lokale besturen) gesubsidieerd die in hun onderneming werknemers in dienst nemen die kwetsbaar zijn op de arbeidsmarkt. Allochtonen, ouderen en gehandicapten staan bovenaan dit lijstje. Het gaat om vrijwillige projecten op maat van de individuele bedrijven. Tussen 1999 en 2004 werden zo 1.100 diversiteitsplannen opgestart.
“Soms denk ik: ‘Waarom ben ik nu zo hard aan het studeren?’. Ik weet zelfs niet of het gaat lukken om een goede job te krijgen. Gelukkig motiveert de islam mij. Daarin staat dat kennis macht is.” Himad Benkerroum (18)
“Ik ga mijn baard niet afdoen omdat dit mij meer kans zou geven op een job. Ik gooi mijn geloof niet weg. Dan ben ik nog liever werkloos.”
Foto Dirk KERSTENS
“Respect en gezond verstand. Meer is er niet nodig om binnen een bedrijf tot een diversiteitsbeleid te komen.” Dat zegt Hugo Morel, executive vice-president bij het non-ferrobedrijf Umicore in Hoboken.
“Werk vinden hangt af van diploma en ervaring. Het zijn de handen die werken en niet de huidskleur. Dat beseffen ook de firma’s. Ik ken niemand die op basis van zijn huidskleur is afgewezen. Wie wil werken, vindt binnen de 24 uur een job. Mijn handen zijn niet de schoonste van de schoonsten. Ze zijn verweerd door het werk, maar ik heb werk. Anderen zeuren dat ze geen werk hebben, omdat ze worden afgewezen voor hun huidskleur. Dat geloof ik niet. Het zijn steeds dezelfden. Zij leven van het OCMW of ze stempelen, maar je ziet ze wel show verkopen met een gsm of een dure wagen.”
Chahid Bouchtaoui (18)
•■
METROPOOL
WOENSDAG 7 DECEMBER 2005
DOSSIER
Vandaag deel 3: Moskee en religie
19 Eén op de vijf hoort imam haat preken
DEME haalt groot contract in Spanje binnen
Baggeraar werft 220 mensen aan ZWIJNDRECHT - De Vlaamse DEMEgroep werft de komende maanden 150 werfmedewerkers en 70 bemanningsleden aan voor de wereldwijde baggeractiviteiten van zijn dochters Dredging en Decloedt. De voorbije maanden werden al 180 mensen vast aangeworven. “Die 70 bemanningsleden zijn overigens een minimum”, aldus Patrick Vermeulen. “Als er zich hier morgen 100 aanbieden, nemen we ze
eveneens aan.” DEME stelt wereldwijd zo’n 2.600 mensen te werk, van wie 750 in België. Het bedrijf investeerde sinds 2000 jaarlijks gemiddeld 80 miljoen euro in de bouw van nieuwe baggerschepen. Parallel met de uitbouw van de vloot, groeide het orderboek. Vorige vrijdag nog sleepte DEME een contract van 40 miljoen in de wacht voor de uitbouw van de Spaanse haven Sagunto: meteen de 8ste opdracht van het concern dit jaar in Spanje en het 55ste grote contract wereldwijd. Dat alles vertaalde zich de voorbije maanden in 180,
■ 20% van de moslimjongeren zegt dat ze imams al eens haat hebben horen prediken.
vooral Belgische aanwervingen en nog eens minstens 220 volgend jaar. “Vaste contracten”, stelt personeelsdirecteur Patrick Demoor. Hét grote probleem blijft de aanwerving van scheepsbemanningen. Te weinig jongeren kiezen immers voor een maritieme loopbaan. PVb
■ 65% apprecieert de mening van de imam. ■ 90% vindt geloof zéér belangrijk. ■ Bijna de helft van de moslims vindt dat de koran letterlijk moet worden gevolgd. ■ Eén op de vijf vindt het een probleem dat de meerderheid van zijn of haar stadsgenoten géén moslim is.
Het nieuwe liefje van King Kong 73 jaar na Fay Wray en 30 jaar na Jessica Lange speelt Naomi Watts nu de rol van het liefje van reuzenaap King Kong. In New York werd dinsdag de nieuwe film van Peter Jackson voorgesteld in aanwezigheid van een serie oogverblindende Hollywoodsterren. Jackson zelf, de regisseur van de trilogie Lord of the Rings, is tijdens de opnames van King Kong maar liefst 32 kilo vermagerd.
“Scheiding Kerk en staat”
55 CD&V-N-VA gaat 15 Kartel voor vier schepenen 28 Germinal Beerschot
Vlaams minister van Inburgering Marino Keulen (VLD) heeft grote moeite met deze resultaten: “De noodzaak van een imamopleiding in Vlaanderen dringt zich op. En het moet voor iedereen duidelijk zijn dat er in ons land een strikte scheiding bestaat tussen Kerk en staat.” PVdP
Foto’s VTM en EPA
ANTWERPEN • VERKIEZINGEN 2006
B E K E R VA N B E L G I Ë
met ondermaats spel naar volgende ronde
GAZET VAN ANTWERPEN • TEL 03 210 02 10 DAGBLAD NR. 284 - ISS 0771 1581 • WWW.GVA.BE PRIJS: België € 0,95 – Luxemburg € 1,00 – Nederland € 1,50 – Italië € 2,00 Oostenrijk € 2,00 - Griekenland € 2,00 – Frankrijk € 2,00 – Spanje binnenl. € 2,00 Spanje eilanden € 2,50 – Turkije YTL 4,85 - TRL 4.850.000
Wisselvallige dag
4° 8°
Blz. 63
opleg van deze strip handel.
bon Strip 90 DE KAT op z'n best
Geldig van wo 7/12 t.e.m. di 13/12/05
E AG EN JL M BI TNE UI
DOSSIER
OSKEE
Deel 3 Woensdag 7 december 2005
DOSSIER ISLAM • DEEL 3 MOSKEE • RELIGIE WOENSDAG 7 DECEMBER 2005
S TA N D P U N T door Luc Rademakers
Het grote gelijk van de imam Maar liefst 40 procent van de moslimjongeren bezoekt minstens één keer per week een moskee. Dat zijn cijfers waarvan Vlaamse priesters enkel kunnen dromen. Vandaag, in het derde deel van de moslimreeks van Gazet van Antwerpen, komt een eerste duidelijke breuk aan het licht tussen moslimjongeren en Vlaamse jongeren. Natuurlijk beweren nagenoeg alle ondervraagden dat geloof een belangrijke rol speelt in hun leven. Om in het onderzoek opgenomen te kunnen worden, hadden ze immers al aangegeven dat ze zichzelf als islamjongere beschouwden. Daarmee geven ze, zo blijkt, meteen een volledige levenshouding aan. Wie de islam aanhangt, doet dat volledig. Integratiebevorderend is dat natuurlijk niet. De Vlaamse samenleving is de laatste decennia met veel moeite geseculariseerd. De scheiding tussen Kerk en staat is een moeizaam verworven goed. In een echte democratie is een overlapping van beide ondenkbaar. In tegenstelling tot de moslims denkt de Vlaming al lang niet meer dat het geloof een noodzakelijke voorwaarde is voor geluk, voor een beter leven of, voor wie dat zou wensen, een eeuwig leven. In Vlaanderen is de rol van het geloof geleidelijk veranderd volgens het ritme van de ontwikkeling van die samenleving. De gesloten en principiële geloofsbeleving van de jonge moslims is moeilijk te verzoenen met die Vlaamse vrijheid van denken. Amper één jonge moslim op de vijf in het onderzoek zegt dat zijn of haar kinderen zelf hun geloof mogen kiezen. De helft vindt dat de koran letterlijk moet worden gevolgd en één op de drie vindt moslims betere mensen dan niet-moslims. Wie met dergelijke opvattingen aan zijn persoonlijke integratie wil beginnen, neemt een valse start. Amper één op de twee zegt dat imams géén haat prediken. Dat is een verontrustend hoog cijfer. Op haat bouw je geen samenleving. Wel positief is dat één op de vijf de haat effectief erkent. Dat toegeven, kan een fundamentele discussie over de rol van de imam mogelijk maken. Zeker omdat amper 4 procent de meningen van de imam verwerpt. De ondervraagde jongens en meisjes waren tussen 15 en 25 jaar. Misschien nog te jong voor een eigen mening maar ook nog jong genoeg om beïnvloedbaar te zijn. De verantwoordelijkheid van de imams in het proces van aanvaarding en integratie van de jonge islamieten is dan ook verpletterend. Zij sluiten of openen deuren. Streng traditionalisme hoeft geen synoniem te zijn voor radicalisme, maar elkaar verzwakken zullen ze niet. De moslims vinden dat Vlamingen een verkeerd beeld hebben van wat er in een moskee gebeurt, maar in hetzelfde onderzoek voeden ze in elk geval de ongerustheid. De geloofsaanhankelijkheid van de moslims roept bij sommige oudere Vlamingen ook wel nostalgie op, naar de tijd toen de belijding van het katholiek geloof in Vlaanderen alom aanwezig was. Zij vinden dat de Vlaamse katholieken veel zichtbaarder en militanter hun geloof moeten uiten, dat ze moeten laten zien dat Vlaanderen altijd katholiek was, is en zal blijven. Gelukkig zijn de meeste christenen dat spierballengerol intussen overstegen. Enkel een verstandig christendom kan een introverte islam tot meer openheid bewegen. Een geloofsprediking die de individuele vrijheid verstikt, kan niet als een verrijking van de samenleving worden beschouwd.
Sterk religieus en vrij conservatief Hoe beleven moslimjongeren tussen 15 en 25 hun religie? Daarover gaat deel drie van ons zesdelig Dossier Islam. Het opzet van deze reeks is even ambitieus als eenvoudig. Er woont in onze steden een grote groep jongeren die alleen in het nieuws komt als er iets onaardigs over te vertellen valt, maar waarvan we verder bitter weinig weten. Daarom laat de krant ze uitgebreid zélf aan het woord. Gazet van Antwerpen-journalisten Maaike Floor, Karin Vanheusden, Patrick Van de Perre en Sacha Van Wiele en stagiaire Emmie Declerck gingen maandenlang de straat op en hadden talloze diepgaande gesprekken met moslimjongeren. Nee, nu eens niet over ‘criminaliteit’ of ‘rondhanggedrag’, maar over hun onmiddellijke leefwereld: school, werk, seks, relaties, geloof en hun plaats in de samenleving. Daarnaast ondervroeg het Gentse onderzoeksbureau Compagnie in opdracht van deze krant een representatief staal van 495 moslims tussen 15 en 25 jaar over dezelfde thema’s. De uitgebreide vragenlijsten
werden anoniem ingevuld door jongeren in Antwerpen, Mechelen, Sint-Niklaas en Turnhout. Tegelijkertijd legden we vrijwel identieke vragenlijsten voor aan een ‘controlegroep’ van 203 niet-moslims. Zo kwamen we te weten of de meningen van de moslimjongeren het gevolg zijn van hun ‘jong zijn’, dan wel van hun ‘moslim zijn’. De neerslag van het journalistieke veldwerk en de enquête werd gebundeld in het Dossier Islam. De voorbije dagen hadden we het over onderwijs en arbeidsmarkt. Vandaag concentreren we ons op de islam en in hoeverre geloof bepalend is voor het doen en laten van jonge moslims. De islam en de bepalingen en richtlijnen die ermee samengaan, maken alvast een essentieel deel uit van het leven van de jonge moslims in onze steden. Bijna negen op de tien jongeren, meisjes nog iets meer dan jongens, vinden dat geloof een belangrijke rol speelt in hun leven. Ze voelen zich moslim, proberen te leven als moslim, al botst dat vaak met de normen en waarden van de Vlaamse samenleving. Zo vindt een
Draag je een hoofddoek? 7 24 39
6 12
12 In %
Altijd Vaak Af en toe Zelden Nooit Geen antw.
Ik kies er zelf voor om in het openbaar een hoofddoek te dragen. 12 7
7
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
74 In %
Mijn dochter moet op de gepaste leeftijd een hoofddoek dragen. 4 27
Ja Nee Weet niet Geen antwoord/ Niet van toepassing
34 35 In %
Over de hoofddoek is de jongste jaren al heel wat te doen geweest. Soms lijkt het of vooral de autochtone bevolking zich druk maakt over het doekje. Zo’n 39% van de ondervraagde moslimmeisjes zegt alvast nooit een hoofddoek te dragen. 12% doet dat zelden, een even grote groep af en toe. En dan is er nog 24% van de ondervraagde meisjes die de hoofddoek altijd draagt. Driekwart van de ondervraagde meisjes zegt dat ze de hoofddoek uit eigen beweging draagt. Dat staat in schril contrast tot het vooroordeel dat vrouwen gedwongen worden om met een hoofdoek rond te lopen. Toch is er nog 7% dat de hoofddoek niet uit vrije wil draagt. 12% blijft op de vlakte. En wat met de toekomstige dochters? 34% van de ondervraagde moslims vindt dat zijn of haar dochter op de gepaste leeftijd een hoofddoek móét dragen. Ongeveer evenveel moslims (35%) vinden dat niet nodig. Zo’n 27%, of een grote minderheid, weet het nog niet.
op de drie jongeren dat moslims betere mensen zijn dan niet-moslims en vindt zowat 20% het een probleem om te leven in een stad waar de meeste inwoners hun geloof niet delen. Ook op religieus gebied brengt ons onderzoek, zowel in de gesprekken als binnen de enquêteresultaten, een vrij grote, conservatieve groep aan de oppervlakte. De helft vindt dat de koran letterlijk moet worden gevolgd. Voor bijna 70% van de moslimjongeren is de imam een figuur wiens mening ze appreciëren. En alhoewel ze in het algemeen niet echt fervente moskeegangers zijn (al zegt 12% dat wel elke dag te doen) vindt tweederde dat de Vlaming niks snapt van hun geloof of van wat er zich binnen de muren van de moskee afspeelt. Dat 21% van de jongeren een imam al haatpreken tegen de westerse waarden heeft horen uitspreken, en dat een even grote groep gewag maakt van fundamentalisme binnen de moskee, is een even opmerkelijk als weinig geruststellend resultaat.
Saïda El Fekri
“Een hoofddoek geeft me een lekker gevoel” Een hoofddoek draag je beter niet te vroeg. Dat is een wijze raad binnen de islam. Het moet vooral een bewuste keuze zijn. Veel moslimmeisjes beleven hun geloof sterker naarmate ze ouder worden. Saïda El Fekri (32) heeft dat zelf ook ervaren. Zij draagt pas sinds anderhalf jaar een hoofddoek. Saïda is in Marokko geboren. Ze droeg dertig jaar lang nooit een hoofddoek. “Ik was al die tijd theoretisch gezien wel moslim dochter van moslims dus - maar ik was totaal niet praktiserend. In Marokko kreeg ik koranlessen, maar de vrouwen in ons dorp waren vooral bezig met hun studies. Ze wilden een carrière, ze wilden het beter hebben”, zegt Saïda. Toen de jonge vrouw op haar vijftiende naar België kwam, was dat een grote schok voor haar. De Marokkaanse gemeenschap in Antwerpen leek eeuwen achterop. Meisjes trouwden hier vroeg, gingen nauwelijks naar de universiteit. Toch concentreerde Saïda zich ook hier op haar studie en carrière, ondanks alle moeilijkheden op school. De islam bleef op de achtergrond. “Op een gegeven moment had ik alles wat ik wou, al bereikt. Ik wist niet meer goed waarvoor ik nog moest leven. Zo raakte ik in een depressie. Het was heel vreemd. En toen besefte ik ineens dat ik meer spiritualiteit nodig
had. Al die jaren had ik nooit tijd gehad voor het gebed, want ik was te veel bezig met geld verdienen. Ik was veel te materialistisch en kwam nooit tot rust om eens te bezinnen.” Saïda besloot tijd te maken voor het geloof. En daar hoorde de hoofddoek bij. Toch heeft ze zich er eerst nog zes maanden op voorbereid. “Ik beeldde me allerlei situaties in. Hoe zou ik erop reageren? En op een dag heb ik mijn hoofddoek gewoon omgedaan. Het was een persoonlijke keuze, ik heb er niemand bij betrokken. Zelfs mijn man niet. Zijn reactie was: ‘Heb je het koud of zo?’ Hij is heel zakelijk en is altijd bezig met zijn werk.” De reacties van de mensen vielen goed mee. “Ik blijf wie ik ben voor hen. Sommigen zeggen: ‘Ha, doe jij ook mee met de trend?’ Ja, ik doe mee, maar als het me niet meer bevalt, dan doe ik hem gewoon weg. Maar nu vind ik dat ik het aan mezelf verplicht ben, want anders ben ik hypocriet.” Saïda doet tegenwoordig haar best om de islam na te leven. “Vroeger kwam ik moe thuis en had ik geen zin meer om me ritueel te wassen voor het gebed. Ik had die discipline niet. Nu voel ik me vrijer en gerustgesteld na het gebed. Op die manier leef ik bewuster voor het goede. Dat geeft me een lekker gevoel”, besluit de vrouw.
Teksten: Emmie DECLERCK • Maaike FLOOR • Patrick VAN DE PERRE • Karin VANHEUSDEN • Sacha VAN WIELE Coördinatie en eindredactie: Wim DAENINCK
DOSSIER ISLAM • DEEL 3 MOSKEE • RELIGIE WOENSDAG 7 DECEMBER 2005
Antwerpen telt zo’n 25 gebedshuizen achter grote poorten en in oude pakhuizen
Allah woont in een rijtjeshuis Niks zo omstreden als een moskee in Antwerpen. De doorsnee autochtoon kijkt niet begrijpend en steeds vaker ook argwanend naar wat zich afspeelt binnen de vier muren van verbouwde rijwoningen en opgelapte magazijnen. Ook de moslims zelf zijn het lang niet altijd eens over de rol die de moskee in hun leven speelt of zou moeten spelen. In Antwerpen zijn er een 25-tal moskeeën, gebedshuizen eigenlijk. Het woord ‘moskee’ roept beelden op van sierlijke gebouwen die je in Arabische landen vindt. Hier zijn het meestal onopvallende rijhuizen, zoals die aan de Lelieplaats in Hoboken. Het is even zoeken, maar aan nummer 25 hangt een bordje boven een bruine poort: moskee El Ouahda. Binnenin de moskee is de muezzin, die met zijn melancholische klanken oproept tot het middaggebed, duidelijk te horen. Vanuit de inkomhal is een soort kleine speelplaats te zien, met daarachter een tuintje. “Deze moskee dateert van 1984. Ze is het resultaat van het zweet, bloed en tranen van de moslimgemeenschap,” vertelt Achmed Azzouz, secretaris van het moskeebestuur. Hoewel alles eenvoud uitstraalt, doen de muren en ramen denken aan de Moorse stijl van het Alhambra. De ruimte is voor de rest sober en leeg, en wordt alleen hier en daar onderbroken door een zuil met religieuze boeken. Druppelsgewijs komen de mannen binnen.
Een bevreemdend schouwspel voor niet-moslims Sommige gelovigen halen eerst hun gebedskleed van de kapstok achteraan en doen die aan, als priesters voor het gebed. “Tijdens het gebed doe je bepaalde bewegingen, en het is dan beter om wat meer verhullende kledij te dragen”, legt Achmed uit. De gelovigen kunnen voor het gebed hun wudu of kleine rituele wassing doen in de sanitaire ruimte van de moskee: een langwerpige, lage wastafel met een tiental kranen. Er staan emmertjes om ook de voeten te kunnen wassen. “Het is niet gebruikelijk dat iemand hier komt douchen om de grote rituele wassing te doen”, vertelt de gids. Her en der verspreid knielen en buigen mannen voor de vrijwillige gebeden. Daarna volgt het gezamenlijke gebed. De imam gaat naar voor, en de aanwezige mannen stellen zich
Het zijn veelal oudere mannen die in de moskee hun religieuze verplichtingen nakomen.
Hoe vaak bezoek je de moskee?
Foto Bob VAN MOL
in twee rijen voor hem op. Hij spreekt gebedsformules uit in het Arabisch, waarop de mannen telkens gelijktijdig buigen en knielen. Ze herhalen dezelfde bewegingen een vijftal keer. Telkens ze de grond raken met hun hoofd, zuchten de mannen even diep. Voor een westerse nietmoslim een bevreemdend schouwspel. Na het gebed verzamelen enkele oudere mannen om te vertellen hoe vaak ze hier komen. Achmed vertaalt hun antwoorden. “Elke dag vijf keer,” antwoordt een bezoeker. Voor hem is dat een vanzelfsprekend antwoord, want het is een religieuze plicht. De man is nu gepensioneerd, maar toen hij in de fabriek werkte, spraken ze af met de baas dat ze daar mochten bidden.
Gescheiden diensten om onreine gedachten te vermijden “Ik kom hier ook om vier uur ‘s morgens”, vertelt een andere bezoeker. “Ik doe dit om God te gehoorzamen.” De moskee in Hoboken krijgt elke dag dus haar vaste mannelijke
bezoekers over de vloer, maar tijdens de week komen er weinig vrouwen. Op een doordeweekse woensdag als vandaag zijn er zelfs geen. De gebedsruimte voor de vrouwen bevindt zich in een kleine ruimte naast die voor de mannen. Tijdens het gebed blijft de deur tussen beide ruimtes gesloten. De regel komt waarschijnlijk voort uit de gedachte dat deze maatregel ‘onreine’ gedachten zou voorkomen. In de koran wordt echter niet dwingend voorgeschreven dat vrouwen en mannen gescheiden moeten bidden. In de twee oudste moskeeën, in Medina en Mekka, bidden mannen en vrouwen dan ook gezamenlijk. “Er komen sowieso minder vrouwen naar de moskee, want zij zijn godsdienstig niet verplicht. Maar tijdens de ramadan bijvoorbeeld raakt de gebedsruimte voor vrouwen wel overbevolkt. Dan openen we het leslokaal ernaast”, zegt Achmed. De vrouwen krijgen de imam dus niet te zien, maar ze horen zijn gebed wel via de luidsprekers. “Als ze vragen hebben voor de imam, kunnen ze dat op een briefje schrijven. In sommige moskeeën kunnen vrouwen dat al doen via een micro.”
Dagelijks Meerdere keren per week Eén keer per week Meerdere keren per maand Minder vaak Nooit In %
12 12 16 34
13 13
De imam is iemand wiens mening ik apprecieer. 6 22
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
68
4 In %
Ik heb zelf imams al haat horen prediken. 16
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
21
15 48 In %
“Moskeeën zijn vrouwonvriendelijk” Voor mannen is het een godsdienstige plicht in de moskee te bidden als ze geen andere verantwoordelijkheden hebben. Vooral op vrijdag zijn mannelijke moslims verplicht om naar de moskee te gaan voor het gezamenlijke middaggebed. Vrouwen mogen thuis bidden. Of kiezen ze toch voor de moskee? Sarah Pannier van Noera. Foto Thomas LEGRÈVE
“Ik ga niet naar de moskee”, zegt Saïda (32) van het Platform Allochtone Vrouwen. “Ik voel me er niet goed,
want de moskee in Antwerpen is vrouwonvriendelijk. Het is traditioneel een mannenplaats. De laatste jaren eisen vrouwen wel meer en meer een plek op, maar dat blijft meestal beperkt tot een klein, armzalig lokaal. Moskeeën zijn nu eenmaal niet gesubsidieerd.” Sommige moskeeën trekken wel vrouwen aan, maar dan eerder omdat die vrouwen zich willen verenigen. Daarvoor is de moskee op zich wel de ideale plek. Het is niet langer alleen maar
een gebedshuis. Vroeger dachten moslimvrouwen dat ze hier in België de mogelijkheid niet hadden om samen te komen. Nu is dat anders. De eerste generatie heeft nu ook meer tijd, hun kinderen zijn het huis al uit.” Ook Sarah Pannier (55) van Noera, een vereniging die bijeenkomsten en lessen organiseert voor moslimvrouwen, voelt zich niet thuis in de moskee. “In Antwerpen zijn de meeste moskeeën kleine, verbouwde huisjes. Eigenlijk zijn het gewoon krotten.”
DOSSIER ISLAM • DEEL 3 MOSKEE • RELIGIE WOENSDAG 7 DECEMBER 2005
Moskee wil zich nog meer op jongeren richten Het geloof speelt een belangrijke rol in mijn leven. 7 1
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
3 89 In %
Ik vind dat de koran letterlijk moet worden gevolgd, interpretatie is niet mogelijk. 7 26
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
48 19
In %
Het feit dat de meeste inwoners van mijn stad geen moslim zijn, is een probleem. 8
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
21
24 47 In %
Ik zou me beter voelen in een land waar iedereen moslim is. 6
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
28 40 26
In %
Ik vind dat moslims betere mensen zijn dan niet moslims. Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
11 33 31 25 In %
Van de ondervraagde moslims zegt 89% dat geloof een belangrijke rol speelt in zijn of haar leven. Bij de meisjes is dat 91%, bij de jongens 86%. Opmerkelijk is dat 79% van de ondervraagden vindt dat hun ouders betere moslims zijn dan zijzelf. Jongens (83%) vinden dat vaker dan meisjes (76%). Slechts 3% zegt dat hun ouders geen betere moslims zijn, 13% is eerder neutraal. 82% van de ondervraagden zegt ook bij de ouders terecht te kunnen met geloofsvragen. Daarmee staan pa en ma hoger dan andere familie, vrienden en de imam. 33% vindt dat moslims betere mensen zijn dan niet-moslims. Bij de meisjes zegt 27% ja op deze vraag, bij de jongens is dat 39%. 31% beantwoordt deze vraag neutraal en slechts 25% doet deze stelling af als nonsens. Bij de vraag of gelovigen, zonder onderscheid van religie, beter zijn dan niet-gelovigen, antwoordt 46% ja. Hier antwoordt 56% van de jongens bevestigend, tegen 37% van de meisjes. Een op de vijf (21%) van de ondervraagde moslims vindt het een probleem dat de meeste inwoners van zijn of haar stad geen moslim is. 24% reageert neutraal en 47% vindt deze stelling geen enkel probleem. Bij de ondervraagde jongens vindt 26% dit een probleem, tegen 16% bij de meisjes. Ruim de helft van de meisjes (52%) vindt dat deze stelling niet klopt, bij de jongens is dat 43%. 40% van de ondervraagden zou zich beter voelen in een land waar iedereen moslim is. Dat percentage ligt hoger bij de jongens (45%) dan bij de meisjes (35%). Nog eens 28% van de ondervraagden reageert neutraal op deze stelling, terwijl 26% zegt dat de stelling niet klopt. Er zijn meer meisjes dan jongens die vinden dat deze stelling geen enkel probleem is.
Imams komen en gaan De imam moet voor zijn inkomen op de gulheid en sympathie van zijn gelovigen rekenen. Dat betekent automatisch dat hij niet erg kritisch kan zijn voor de gelovigen. Het omgekeerde is eerder het geval. Wiens brood men eet, wiens woord men spreekt. “Soms gebeurt het dat de moskeegangers na twee, drie jaar een andere imam willen. Gewoon omdat ze die imam beu zijn. Wij houden daar wel rekening mee in de raad van bestuur”, zegt Achmed Azzouz, secretaris Ahmed Azzouz, van moskee El Ouahsecretaris van de El Ouadha-moskee. da in Hoboken. “De moskee in Foto Bob VAN MOL Hoboken heeft sinds vier maanden een nieuwe imam. Imams komen en gaan, ook al omdat sommigen verhuizen of opnieuw naar het buitenland vertrekken. Zo gebeurt het vaak dat gewone leden van de moskee vrijwillig als imam optreden. Vaste imams daarentegen worden meestal vergoed met het lidgeld van de moskeeleden”, zegt Achmed. De huidige imam komt uit Marokko. “Ik zie weinig verschil tussen de moslimgemeenschap in Marokko en die in België,” vertelt hij. Hij woont nu vier jaar in België, maar spreekt nog geen Nederlands. “Ik wil het wel leren, maar ik heb nog geen tijd gehad.” Benieuwd hoe de communicatie met de jongeren verloopt? De imam lacht en wuift het probleem weg. “Die jongeren kennen wel berbers of Arabisch.” De voertaal in de Hobokense moskee is dus Arabisch. Alleen tijdens de ramadan worden de preken vertaald, omdat er dan veel meer jongeren komen. “Het probleem is dat een imam hier geen volwaardige opleiding kan volgen. We moeten dus wel iemand uit het buitenland nemen,” legt Achmed uit. “Maar we zien er wel op toe dat de imam geen haatpreken geeft. Als hij dat doet, roepen we hem op het matje, en dan luistert hij wel.”
Een jeugdhuis in de tuin achteraan Hoe meer een moskee leeft, hoe meer vrouwen en jongeren ze over de vloer krijgt. Dat besef dringt ook geleidelijk door in de moskee in Hoboken. Zo worden er lezingen en lessen gegeven. Op woensdag en in het weekend
De imam tijdens de preek. Met Nederlands bereikt hij veel meer jongeren. Foto Bob VAN MOL
geven de imam en nog enkele andere islamleerkrachten koranlessen aan de kinderen. In het Arabisch? “Onze leerkrachten spreken geen Nederlands. Maar de kinderen moeten toch Arabisch leren, dus dat is niet echt een probleem,” antwoordt Achmed. “Er is ook een islamlerares voor de vrouwen; zij volgt nu wel taallessen Nederlands.” De moskee wil zich graag nog meer tot de jongeren richten. “We willen eigenlijk een jeugdhuis bouwen in de tuin achteraan. Nu organiseren we voetbal, om ze van straat te houden. We zijn ook al met hen naar de Ardennen geweest. Ouderen mochten ook mee. Zo willen we het contact tussen de verschillende generaties
verbeteren.” Achmed beklemtoont dat hun moskee zich meer wil openstellen voor de gemeenschap. “Het idee van de buurtvaders was bijvoorbeeld een initiatief van onze moskee. De vaders wandelen ‘s avonds door de buurt, en dat heeft de overlast opmerkelijk verminderd.” Volgens Achmed zou de moskee zich nog meer moeten engageren in sociale activiteiten. “We zitten nog in een beginfase. De jongeren zullen uiteindelijk voor verandering moeten zorgen. Het botst soms wel met de oudere conservatieven. Wie weet bouwen zij straks wel aparte moskeeën...”
DOSSIER ISLAM • DEEL 3 MOSKEE • RELIGIE WOENSDAG 7 DECEMBER 2005
Traditioneel of modern, hoofddoek of geen hoofddoek, mascara of niet, ook jonge moslima’s beleven hun geloof op een heel individuele manier. Foto GPD
Jonge moslims over hun geloof Zoals dat voor elk geloof geldt, beleven ook jonge moslims hun religie op een heel eigen, individuele manier. Getuige daarvan enkele treffende uitspraken van deze jongeren van Marokkaanse en Turkse origine. “Ik ben vrij islamitisch opgevoed. Mijn ouders vertelden over God en het paradijs. Door ouder te worden ben ik mij meer gaan informeren over mijn geloof.” Mohammed Chourak (17)
“Ik heb de islam niet echt van mijn ouders meegekregen. Ik ben daar zelf naar op zoek gegaan. Ik vond dat ik een benauwd leven leidde met veel stress. Voor het minste werd ik kwaad. Door de islam ben ik rustiger geworden.” Chahid Bouchtaoui (18)
“Mijn ouders zijn moslim, maar zij lieten de islam zo saai klinken. Maar af en toe hoorde ik ook andere zaken over de islam. Daarna ben ik mij meer beginnen informeren. Ik was niet altijd een brave jongen, maar door de islam heb ik het geluk gevonden.” Chakir (18)
“Als moslim zijn de verleidingen hier groot. Zeker voor jonge mensen. Overal zie je bijna naakte vrouwen op affiches of televisie. Het maakt je gewoon mentaal kapot. Het is voor ons, en zeker als je in de puberteit zit, héél moeilijk. De enige oplossing is het vasten. Je onthoudt je van deze blikken.” Himad Benkerroum (18)
Mijn kinderen mogen zelf kiezen of ze moslim/gelovig worden. 84
Ja Nee Weet niet Niet van toepassing
21
67 In %
Ik geef mijn kinderen een islamitische opvoeding. 5
46
Sunbal Zulfikar (27)
Ja Nee Weet niet Niet van toepassing
85
“In de fabriek waar ik werk, krijg ik geregeld vragen over de islam. Je kan het zo gek niet bedenken of ik heb de vraag gekregen. Zoals: ‘Waarom hebben jullie zoveel vrouwen en waarom mag jouw vrouw niet buitenkomen?’ Ik probeer daar steeds zo goed mogelijk op te antwoorden. Ik word dat nooit beu. Het is mijn taak als moslim om uitleg te geven.”
In %
“Ik bid zoveel ik kan, maar dat is niet altijd in de moskee. Het is belangrijk om een goed moslim te zijn, want als je dood bent, heb je twee keuzes: de hel of het paradijs.” Yakub Dalbas (18)
85% van de ondervraagde moslims wil hun kinderen een islamitische opvoeding geven. Bij de meisjes is dat 88%, bij de jongens 83%. Van de ondervraagden wil ook 43% hun kinderen naar een moslimschool sturen. 26% wil dat niet en 23% weet het nog niet. Van de ondervraagde moslimjongeren wil 83% hun zoon laten besnijden. Jongens én meisjes hebben daarover dezelfde mening. Het aantal ondervraagden dat zijn zoon niet laat besnijden bedraagt 5%. Nog eens 5% weet nog niet of hij of zij een besnijdenis laat uitvoeren. En dan is er de grote kindervriend. 41% van de ondervraagde moslims geeft zijn of haar kinderen geschenken in de sinterklaasperiode, 34% doet dat niet en 21% weet het (nog) niet.
“Er is volgens mij hoop. Als wij ons best doen rond de islam, dan gaan we onze cultuur kunnen behouden. Gaan mensen beseffen dat wij geen vijanden zijn.” Abdelhafid El Khaoui (20)
“Ik ben optimistisch over de toekomst. Als ik dat niet was, dan zou het leven geen zin meer hebben. Het gaat allemaal goed komen.” Ali Altin (25)
“Mijn geloof is héél belangrijk voor mij. De islam bepaalt mijn leven. Ik poog altijd eerlijk te zijn en goede zaken te doen. Ik probeer dagelijks vijf maal te bidden.” Volkan Topal (18)
“Ik besef dat onze cultuur verandert. De cultuur van onze ouders is niet de cultuur waarin ik in leef. En onze kinderen zullen weer anders omgaan met hun geloof en cultuur. Ik hoop natuurlijk dat onze cultuur sterk genoeg is om te blijven bestaan. Er zullen steeds mensen afvallen, maar er ook weer nieuwe bijkomen.” Abdullah Turkoglu (25)
•■
METROPOOL
DONDERDAG 8 DECEMBER 2005
DOSSIER
Vandaag deel 4: Meisjes en seksualiteit
Sportfiguur 2005 van de provincie Antwerpen
Foto DISNEY
Ruim zestig procent van de moslimjongeren wil trouwen met een maagd. Ze vinden het een vereiste binnen het geloof, binnen de traditie en binnen de gemeenschap en de familie. Vooral meisjes voelen de druk om op de huwelijksnacht hun maagdelijkheid te bewijzen. Daarom eisen ze dezelfde kuisheid van hun partner.
Het ziet ernaar uit dat het tekort aan leraren van de voorbije jaren stilaan wordt omgebogen in een overschot. Zowel in het basis- als in het secundair onderwijs zullen er tussen 2005 en 2008 meer leraren dan banen zijn. Dat voorspelt het arbeidsmarktrapport van het departement Onderwijs in samenwerking met de VDAB. Ongeveer vijf jaar geleden was er een tekort aan leraren. Om dat tekort weg te werken, werden verschillende maatregelen genomen. Er was onder meer de campagne ‘word leerkracht’ en de vervangingspools werden opgericht om scholen snel aan geschikte leerkrachten te helpen. Sinds september 2000 is het voor leraren ook aantrekkelijker om overuren te presteren en kunnen ze tijdelijk uit hun verlof of pensi-
3
■ 58% vindt het belangrijk maagd te blijven tot op de huwelijksdag.
oen terugkeren in actieve dienst. Die maatregelen hebben blijkbaar geholpen, want nu wordt verwacht dat er in het kleuteronderwijs de volgende vier jaar een overschot van 1.150 kleuteronderwijzers zal zijn. In het lager onderwijs zullen mogelijk 2.200 onderwijzers geen baan vinden. In het secundair onderwijs gaat het om een overschot van 4.350 leraars. Blz. 8
■ Bijna de helft vindt het niet aanvaardbaar dat moslimmeisjes uitgaan zoals hun Vlaamse vriendinnen.
Foto Thomas LEGREVE
66
GvA-Foto Ludo MARIEN
“Gekozen worden door ‘mijn’ mensen is leuk”
Verovert Disney de wereld met fantasy-film Narnia?
“Maagdelijkheid is een vereiste”
Opnieuw leerkrachten te veel
Tom Boonen
29
21
Cipier Walter Donckers opnieuw in cel “Ik begrijp de gevangenen nu beter”
■ 61% zegt dat het voor hem of haar belangrijk is dat de partner nog maagd is op de huwelijksdag. Bij de controlegroep nietmoslims is dat 4%. ■ 38% zegt al seksuele betrekkingen te hebben gehad voor het huwelijk. Bij de controlegroep nietmoslims is dat 75%. KVH
10 Dank je wel B-Fast
Vrolijk poseert de Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Condoleezza Rice tussen de mensen van het B-Fast-team op de luchthaven van Zaventem. Condi dankte de hulpverleners hartelijk voor hun inspanningen in het overstroomde New Orleans. Ook Lindsey, het meisje dat ons land vertegenwoordigde op het Junior Songfestival, maakte deel uit van het ontvangstcomité.
Foto PHOTONEWS
GAZET VAN ANTWERPEN • TEL 03 210 02 10 DAGBLAD NR. 285 - ISS 0771 1581 • WWW.GVA.BE PRIJS: België € 0,95 – Luxemburg € 1,00 – Nederland € 1,50 – Italië € 2,00 – Oostenrijk € 2,00 Griekenland € 2,00 – Frankrijk € 2,00 – Spanje binnenl. € 2,00 Spanje eilanden € 2,50 – Turkije YTL 4,85 - TRL 4.850.000
Grijs en nevelig Bladzijde 60 en 61
2° 6°
Blz. 71
E AG EN JL M BI TNE UI
DOSSIER
EKSUALITEIT MEISJES
Deel 4 Donderdag 8 december 2005
DOSSIER ISLAM • DEEL 4 SEKSUALITEIT MEISJES DONDERDAG 8 DECEMBER 2005
S TA N D P U N T door Luc Rademakers
Lang leve het lichaam Ik vrees geen negatieve reacties van mijn omgeving als ik met jongeren van het andere geslacht omga: 40 procent. Ik wil nog maagd zijn op mijn huwelijksdag: 60 procent. Mijn familie vindt het belangrijk dat ik maagd blijf tot op de huwelijksdag: 60 procent. Ik wil dat mijn toekomstige huwelijkspartner nog maagd is voor het huwelijk: 60 procent. Met mijn vader kan ik over seksualiteit praten: 6 procent. Heeft uw hoofdredacteur zijn kantoor opgeruimd en in kramikkige dozen nog wat statistieken teruggevonden van het katholieke Vlaanderen uit het begin van de twintigste eeuw? Nee, de statistieken zijn brandend actueel en komen uit de moslimreeks die Gazet van Antwerpen deze week publiceert. Als zo veel jonge moslimmeisjes en -jongens tussen de 15 en 25 jaar hetzelfde denken over seks en relaties als vele oudere Vlamingen in hun jeugd als opvoeding hebben meegekregen, kunnen we dan spreken van gelijkgestemdheid, van gedeelde overtuigingen waarover niemand spreekt? Terwijl hun grootouders wanneer ze het ‘s nachts gezellig maakten nog het licht uitdeden, hebben jonge Vlamingen helemaal geen schroom meer over seks. Gelukkig maar. Alles is bespreekbaar, alles is toonbaar. Niets is immers zo universeel als een menselijk lichaam. We hoeven ons over dat lichaam ook niet te schamen en over wat we ermee kunnen al evenmin. Het menselijk lichaam kan aanleiding zijn tot vermaak en esthetisch genot. Tegenwoordig worden de meest populaire televisieprogramma’s gemaakt met het lichaam als format. We hebben magazines die zonder foto’s van het menselijk lichaam op flinterdunne strooiblaadjes zouden lijken. Het internet had nooit zo een snelle groei gekend, in alle lagen van de bevolking, als je er enkel voor informatie terecht kon. We weten stilaan meer over ons lichaam en onze lichamelijke relaties met anderen dan we pakweg vreemde talen kennen of ons wat wiskunde herinneren. De westerse samenleving is de jongste vijftig jaar in gewoonten en opvattingen inderdaad grondig geliberaliseerd. Ook in steden als pakweg Casablanca of Tunis zie je op straat heel veel jonge vrouwen die met genoegen hun schoonheid showen en toch moslim zijn. Je vrouw en moslim voelen hoeft zeker geen onmogelijkheid te zijn. In Vlaanderen zijn dergelijke jonge moslimvrouwen duidelijk in de minderheid. Dat ligt niet aan die jongvolwassen vrouwen zelf, wel aan hun milieu, hun gezin, dat met oude waarden naar Vlaanderen is gekomen en die waarden nooit meer heeft herzien maar ze integendeel versterkt uit zelfbescherming. Tieners in de puberteit houden in besloten gemeenschappen vast aan waarden uit de dorpsgemeenschap van hun ouders, als zekere houvast middenin een nieuwe wereld die de hunne (nog) niet is. In dat opzicht lijken de vrouwelijke moslims in de Belgische parlementen eerder het beeld te vertegenwoordigen dat wij Vlamingen van jonge migranten idealiseren dan dat zij een afspiegeling zouden zijn van de leefwereld van de meerderheid van de jonge moslimmeisjes in Vlaanderen.
Op de rand van de seksuele revolutie Zoals alle jongeren worstelen ook jonge moslims met hun seksualiteit. In hoeverre dat geloof en traditie het hen moeilijker maken dan hun niet-moslim leeftijdsgenoten, daarover gaan afleveringen vier en vijf van ons zesdelig Dossier Islam. Vandaag de meisjes, morgen de jongens. Het opzet van het Dossier Islam is even ambitieus als eenvoudig. Er woont in onze steden een grote groep jongeren die alleen in het nieuws komt als er iets onaardigs over te vertellen valt, maar waarvan we verder bitter weinig weten. Daarom laat de krant ze uitgebreid zélf aan het woord. Gazet van Antwerpen-journalisten Maaike Floor, Karin Vanheusden, Patrick Van de Perre en Sacha Van Wiele en stagiaire Emmie Declerck gingen maandenlang de straat op en hadden talloze diepgaande gesprekken met moslimjongeren. Voor een keertje nu eens niet over ‘criminaliteit’ of ‘rondhanggedrag’, maar over hun onmiddellijke leefwereld: school, werk, seks, relaties, geloof en hun plaats in de samenleving. Daarnaast ondervroeg het Gentse onderzoeksbureau Compagnie in opdracht van deze krant een representatief staal van 495 moslims tus-
sen 15 en 25 jaar over dezelfde thema’s. De uitgebreide vragenlijsten werden anoniem ingevuld door jongeren in Antwerpen, Mechelen, Sint-Niklaas en Turnhout. Tegelijkertijd legden we vrijwel identieke vragenlijsten voor aan een ‘controlegroep’ van 203 niet-moslims. Zo kwamen we te weten of de meningen van de moslimjongeren het gevolg zijn van hun ‘jong zijn’, dan wel van hun ‘moslim zijn’. De neerslag van het journalistieke veldwerk en de enquête werd gebundeld in het dossier waarvan u nu aflevering vier in handen hebt. De voorbije dagen hadden we het al over onderwijs, arbeidsmarkt en geloof. Vandaag laten we de moslima’s, de Marokkaanse en Turkse meisjes, aan het woord over seks en relaties. Het was een moeizame tocht om moslimmeisjes te overtuigen te praten over wat hen, zo bleek achteraf, heel erg bezighoudt: relaties, partnerkeuze en seksualiteit. Binnen de Turkse en Marokkaanse gemeenschap hangt rond deze onderwerpen een taboe. Niet zozeer ingegeven door hun islamitisch geloof, veel meer door de veel dieper gewortelde tradities. De sociale druk van de gemeenschap en van ouders en familie verplettert de emancipatie van de meisjes, die dan maar kronkelend als een adder onder de zwakke fun-
Vrijdag Jongens, seks en relaties
Zaterdag Integratie
“Homoseksualiteit is aanvaardbaar bij moslimjongeren”, zegt 7%.
“De waarden van de Vlaamse maatschappij botsen met de islam”, zegt 40%.
Teksten: Emmie DECLERCK • Maaike FLOOR • Patrick VAN DE PERRE • Karin VANHEUSDEN • Sacha VAN WIELE Coördinatie en eindredactie: Wim DAENINCK
Ik vind het aanvaardbaar dat moslimmeisjes uitgaan zoals hun Vlaamse vriendinnen. 8
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord
21
24 47
In %
damenten van hun allochtonencultuur naar een ‘propere’ uitweg zoekt. Moslimmeisjes uit Antwerpen, van Turkse of Marokkaanse afkomst, studerend of niet meer, gelovig of een beetje, vrijgevochten of seutig, ze proberen allemaal krampachtig die weg te vinden. Voortdurend schipperend tussen de vrije westerse moraal en de kuise, traditionele voorschriften van hun eigen gemeenschap. Het is geen gemakkelijke weg, want ofwel kiezen ze voor een leven met een partner die de eigen cultuur net zoals zij deels ontgroeid is, ofwel kiezen ze voor een leven met een vreemde maar in de ogen van hun achterban ‘veilige importpartner’ uit Marokko of Turkije. De uitkomst blijft eigenlijk dezelfde: de seksuele revolutie die ons christelijk geïnspireerde gezinsideaal in de jaren ‘60 overhoop haalde, klopt respectvol, maar wel hoe langer hoe luider aan de moskeepoort.
Foto REUTERS
DOSSIER ISLAM • DEEL 4 SEKSUALITEIT MEISJES DONDERDAG 8 DECEMBER 2005
Zaïna leeft ‘ondergedoken’ met haar ongewenste vriend
”Ik kon niet anders dan vertrekken” Ik zou het erg vinden mijn toekomstige echtgenote/echtgenoot niet of nauwelijks te kennen voor de huwelijksdag 12 12
5
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ In % Niet van toepassing
71
Moslim zijn was voorwaarde bij keuze van mijn echtgenoot/echtgenote (getrouwd en moslim)
3
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord
17 17
63 In %
Basis: Mannen en vrouwen die getrouwd zijn (geweest)
Ik zou graag willen trouwen met een meisje/jongen van mijn origine. 5
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord
21 13
61
In %
Zaïna was negentien toen haar vader haar vertelde dat ze die zomer zou trouwen met een verre achterneef. Een jongen die ze amper kende. Er restte haar maar één uitweg: de vlucht. Zaïna is de jongste dochter van een gezin van zeven. Haar ouders zijn streng. Haar twee oudere zussen zijn getrouwd met familie uit Marokko, maar Zaïna zag dat absoluut niet zitten. ”Dat wist mijn vader, want ik ben altijd een heel ander type geweest dan mijn zussen”, zegt ze. ”Ik was niet rebels, maar wel gewoon, een beetje modern. Ik heb nooit een hoofddoek gedragen en mijn vader heeft me nooit verplicht. Maar dat jaar had mijn vader me al een paar keer gewaarschuwd dat ik het gedaan moest zijn met mijn zotte kuren, dat het tijd was om te trouwen. Ik ging die tijd wat meer met mijn vriendinnen op stap. We spraken af met jongens en amuseerden ons, maar op een deftige manier. Blijkbaar is er geroddeld en dat heeft mijn vader kwaad gemaakt. Hij stuurde eerst mijn broers achter me aan, maar die hebben me laten doen.” Zaïna nam haar vader niet onmiddellijk serieus, tot haar zussen haar op het hart drukten dat er wel degelijk
een huwelijk in de lucht hing. ”Ik kon het niet geloven, maar toen ze in detail vertelden wie mijn man zou worden, begon het stilaan tot me door te dringen. Ik had mijn vader al vaker over hem horen spreken, een verre neef uit het dorp waar mijn ouders vandaan kwamen. Met hem wilde ik zeker niet trouwen. Ik had hem hooguit twee keer gezien.” ”Het grootste probleem was eigenlijk dat ik ondertussen verliefd was geworden op Farid. Het klikte perfect, we konden goed lachen en samen praten. Ik durfde er eerst thuis niet over beginnen, vooral omdat ik wist dat ze hem niet zouden aanvaarden. Hij is geen Berber en zijn familie heeft geen al te beste naam.” ”Ik heb dan aan mijn moeder gevraagd of ze mij wilden uithuwelijken die zomer. En ze zei ja. Toen heb ik haar verteld dat ik verliefd was op een jongen, en dat ik later, na mijn studies marketing, met hem wilde trouwen. Ze maakte me direct duidelijk dat ik hem moest vergeten, dat mijn vader nooit akkoord zou gaan. Ze zei me dat ik blij moest zijn dat mijn achterneef mij tot vrouw wilde nemen, dat hij goed was en dat hij familie was. Enkele maanden later is mijn vader te weten gekomen dat ik een relatie had met Farid. Hij heeft me geslagen en verboden nog het huis uit te gaan.”
Toen de zomer dichterbij kwam, werd Zaïna steeds onrustiger. Praten met haar vader kon ze niet, en ook van haar moeder kreeg ze weinig steun. Ze zou en moest akkoord gaan met de huwelijkskandidaat van haar vader. ”Mijn zussen en vooral mijn tante hebben geprobeerd mijn vader te overtuigen nog een jaartje te wachten. Dat ik nog moest studeren en dat ik daarna wel zou instemmen. Maar mijn vader bleef bij zijn beslissing. Omdat ik al genoeg verhalen kende van meisjes die zijn moeten trouwen en dan de rest van hun leven ongelukkig zijn geweest, ben ik van huis weggelopen. Ik heb een tijd gelogeerd bij familie van een Belgische vriendin. Ik vond het verschrikkelijk en miste de drukte thuis, maar ik kon niet terug. Mijn vader zou me vermoorden. Ook Farid is na een tijd thuis vertrokken. Mijn ooms hadden hem al een paar keer bedreigd.” Zaïna is nu 23 en zwanger van haar eerste kindje. ”We wonen in een klein appartementje en we hebben het redelijk goed”, zegt Zaïna. ”Farid heeft al een jaar werk en we sparen om hier in de buurt een huisje te kopen. Ooit wil ik opnieuw gaan studeren, maar voorlopig kan dat niet. Naar Antwerpen ga ik niet meer. Als ons kindje wat ouder is, hoop ik op bezoek te kunnen gaan bij mijn ouders.”
Basis: Mannen en vrouwen die niet getrouwd zijn (geweest)
Platform Allochtone Vrouwen
”Kloof tussen jongens en meisjes dichten” ”Het is hoog tijd om de kloof tussen mannen en vrouwen in de moslimgemeenschap te dichten en een strategie te ontwikkelen om tot wederzijds begrip te komen”, zeggen Saïda El Fekri en Iman Lechkar van het Platform Allochtone Vrouwen (PAV).
Ik vrees negatieve reacties als ik met meisjes/jongens omga. Moslims 5 27
27 41
Niet-moslims 5 8 17 70
”De westerse vrouwenstrijd heeft tot een breuk geleid, wij vertrekken niet vanuit die doelstelling”, zegt Iman Lechkar. ”Wij willen samen verder. De mannen móeten ons leren begrijpen, er moet meer openheid komen.” Het PAV organiseerde in mei drie meetingpoints over partnerkeuze en relatievorming. ”Bijeenkomsten zoals deze zijn noodzakelijk en nuttig. Zowel de jongens als de meisjes zitten met heel wat vragen en problemen rond partnerkeuze en de meesten hebben nooit de gelegenheid gehad om erover te praten. Zeker niet samen.” ”Steeds meer jongeren hebben moeite om een partner te vinden”, zegt Saïda El Fekri. ”Ik ben pas op latere leeftijd getrouwd. Iedereen dacht dat er iets mis was met mij. Maar veel van mijn leeftijdsgenoten zijn nog op zoek. Enerzijds is de moslimgemeenschap redelijk klein en anderzijds heb je weinig mogelijkheden om elkaar op een deftige manier te ontmoeten. Op school of op het werk moet het al lukken dat je iemand tegenkomt met wie het klikt. En gearrangeerde huwelijken zijn stilaan op de achtergrond aan het geraken. Meisjes willen dat niet meer. Maar er zijn nog te weinig alternatieven waar je elkaar ‘deftig’ kunt ontmoeten zonder dat er geroddeld wordt.”
Groot wantrouwen Ja Nee Weet niet Geen antwoord/ Niet van In % toepassing
Basis: Mannen en vrouwen die niet getrouwd zijn (geweest)
”Er is te weinig communicatie tussen de jongens en de meisjes, zodat er een wederzijds wantrouwen is”, zegt Iman. ”De jongens vinden de meisjes te verwesterd en de meisjes vinden te jongens te laag opgeleid. Gevolg is dat veel jongeren niet anders kunnen dan een partner te zoeken in Marokko. Hoewel dit geen goede oplossing blijkt, want er zijn veel mislukte rela-
Saïda El Fekri en Iman Lechkar van het Platform Allochtone Vrouwen. GvA-foto Bert HULSELMANS
ties en echtscheidingen.” ”Jongens vergissen zich meestal in die meisjes uit Marokko”, zegt Saïda. ”Marokkaanse meisjes die naar hier komen als bruid, zijn gedetermineerd om hun positie en die van hun familie te verbeteren. Ze eisen daarom van hun nieuwbakken echtgenoten veel materiële steun voor hun ouders die in Marokko zijn achtergebleven. Dit maakt dat die jongens van hier geconfronteerd worden met eenzelfde
‘procedure’ als de eerste generatie.” ”Hetzelfde voor de meisjes hier”, vult Iman aan. ”Als je de keuze hebt tussen een laagopgeleide jongen van hier die volop in een identiteitscrisis zit en een hoger opgeleide man in Marokko, dan is je keuze toch snel gemaakt. Probleem in deze relaties is dat de vrouwen alle touwtjes in handen hebben en dat dat de mannen geen goed gevoel geeft, want ze voelen zich ondergeschikt.”
••/■•
DOSSIER ISLAM • DEEL 4 SEKSUALITEIT MEISJES DONDERDAG 8 DECEMBER 2005
Moslima’s wijzen beschuldigend naar hun mannelijke, experimenterende broeders
Ik vind het belangrijk dat ik maagd blijf tot op de huwelijksdag. Moslims 6 58 20 16
Niet-moslims 6 3 11
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
80 In %
Basis: Mannen en vrouwen die niet getrouwd zijn (geweest)
”Maagdelijkheid is het all Khadisha (19), Naima (19), Hafsa (17) en Soumia (17) lopen samen school in Antwerpen. Het zijn vier mondige dames die precies weten wat ze willen, maar niet altijd onder de druk van hun familie of gemeenschap uit kunnen. ”Wij zijn geen seuten, wij gaan ook wel eens op stap, maar seks voor het huwelijk kan niet.” Praten over relaties en seksualiteit is voor de meisjes duidelijk geen aanleiding om te giechelen of te lachen. Integendeel, het leek wel alsof ze hierop zaten te wachten. Twee meisjes dragen een hoofddoek, de andere twee niet. Wel noemen ze zich alle vier gelovig. Naima: Ik draag mijn hoofddoek al drie jaar. Ik heb er zelf voor gekozen. Als ik mijn hoofddoek uitdoe, voel ik me leeg, maar als ik hem draag, voel ik me gelukkig. Khadisha: Ik ben er nog niet klaar voor. Sommigen voelen zich pas klaar als ze 35 zijn. Soumia: Er zijn ook meisjes die een hoofddoek móeten dragen van hun ouders, maar als ze achter het hoekje zijn, doen ze die weer uit. Dat gebeurt echt veel, hoor. Dat zijn meisjes, die altijd met een zakje rondlopen met daarin een kort rokje, een topje, schmink en parfum. Ze lopen een restaurant binnen en op het toilet doen ze hun push up aan, hun kort rokje, ze schminken zich en maken hun haar op. Die zak laten ze achter bij een vriendinnetje. En dan trekken ze de stad in om jongens te versieren. Ze kruipen mee in de auto, en hup, weg zijn ze. En als ze klaar zijn, stappen ze een ander restaurant binnen. Ze kleden zich om, ze ontschminken zich en doen hun hoofddoekje weer op. En hun ouders denken ze dat ze de hele dag bij een vriendin zijn geweest. Als iemand het doorvertelt aan hun ouders, zweren ze op de koran dat zij het niet zijn geweest. Ze misbruiken hun hoofddoek. Khadisha: Ja, maar dat is de fout van de ouders. Ze moeten hun dochters niet verplichten een hoofddoek te dragen. Als je er nog niet klaar voor bent, lukt dat toch niet. Ik draag geen hoofddoek en ik krijg geregeld opmerkingen van jongens. Ik heb vier broers en mijn jongste broer is de strengste. Hij had altijd commentaar op mijn kleren en omdat ik mijn haar verfde. Er zijn veel ruzies geweest, ik heb zelfs met hem gevochten. Nu zegt hij niets meer. Sommige jongens, zelf meestal met gel in hun haar en zo’n strakke broek dat ze nog amper kunnen ademen, gaan ver en noemen je een hoer als je geen hoofddoek draagt.
Gaan jullie soms uit?
Foto GPD
Soumia: In discotheken, bedoel je? Neen, dat mag ik niet. Mijn ouders zijn bang dat ik dan zal roken en alcohol drinken. Of dat ik me zal laten gaan bij de jongens. Maar ik ken veel meisjes, die wél uitgaan. Ze liegen dat ze bij een vriendin gaan slapen of dat ze moeten werken. De meesten gaan niet in Antwerpen uit, maar in Brussel of Sint-Niklaas, omdat niemand hen daar kent. Khadisha: Het gebeurt ook dat meisjes uit het raam klimmen om ‘s avonds uit te gaan. Ik ken er die al hun been hebben gebroken door zo’n dingen uit te halen. Soumia: Ik woon in een appartement op de eerste verdieping. Ik heb een vriendin, die af en toe tijdens het weekend bij mij komt logeren. Haar vriend komt haar altijd oppikken. Via de brandladder klimt ze uit het raam. Ik moet dan haar zakje met kleren naar buiten gooien. En dan gaat ze lekker shaken. Het maakt haar niet uit dat ze betrapt wordt, ze trekt het zich niet aan. Ook niet als ze daarvoor wordt geslagen. Khadisha: Ik heb het geluk dat mijn ouders niet te streng zijn. Ik kan met jongens omgaan, maar alleen als
het serieus is. Ik kan niet de ene week met die jongen omgaan en de volgende week met een andere. Er wordt van mij verwacht dat als ik met een jongen ben, ik er later ook mee zal trouwen. En zolang ik niet echt verloofd ben, mag die jongen niet binnen. Ik ken nu al twee jaar een jongen, en mijn ouders gaan ermee akkoord dat ik af en toe met hem op stap ga. Hafsa: Als je strenge ouders hebt, zoals ik, kan je nooit met jongens weggaan. Dat is echt onmogelijk. Je kan wel met een beetje hulp jongens ontmoeten. Via een vriendin of een nicht, die iemand kent. Of op een trouwfeest.
Zouden jullie willen trouwen met een jongen uit Marokko? Khadisha: Ik wil zeker níet trouwen met een jongen uit Marokko. Ik ben hier geboren en opgegroeid en ik heb een andere mentaliteit. De jongens daar zijn strikter, dat botst toch. En hoe kan je nu trouwen met iemand die je niet kent? Vroeg of laat komt er toch een scheiding van. De kans is immers groot dat een jongen met jou wil trouwen voor de papieren. Dat gebeurt echt heel veel. Ze zeggen dat ze verliefd op u zijn, maar eigenlijk zijn ze verliefd op uw papieren. Het is totaal ongepast dat je een man in huis hebt die geen woord Nederlands kent, die van niks weet, en dat jij geld en brood op tafel moet brengen. Vroeger hadden de jongens liever een meisje dat heel strikt was in haar geloof, maar tegenwoordig is dat juist omgekeerd. Daarom kiezen serieuze meisjes iemand uit Marokko, omdat ze denken dat ze dan beter bij elkaar passen. Hafsa: Mijn ouders zouden graag hebben dat ik met een jongen uit Marokko trouw. Maar ik zie dat niet zitten. Toen mijn zus vijftien was, wilde mijn vader dat ze trouwde. Maar zij wilde niet, omdat ze nog van haar leven wilde profiteren. In de zomer zijn we toen naar Marokko gegaan en heeft mijn vader iemand voorgesteld. De zussen en nichten van die jongen hebben mijn zus toen overtuigd om zich te verloven. Maar een week na het verlovingsfeest kreeg ze spijt. Mijn vader was woedend en heeft haar verplicht met die jongen te trouwen. Hij zei: Als je niet trouwt, dan zal ik je papieren verscheuren en blijf je je hele leven in Marokko. Ze is dan toch getrouwd. Gelukkig is het alsnog goed gekomen. Het is een hele lieve man die haar veel vrijheid gunt, ze moet geen hoofddoek dragen. Maar toch geeft ze mij de raad om nooit met een man uit Marokko te trouwen. Dit jaar gaan we allemaal naar Marokko, en mijn zus heeft gezworen dat ze me dit jaar gaan uithuwelijken. Mijn vader heeft me verteld dat hij een jongen kent, de zoon van een politie-agent, die heel goed voor mij zou zijn. Er zijn ook al andere jongens geweest die naar mijn vader komen om mijn hand te vragen, maar hij jaagt ze allemaal weg, omdat hij die ene voor mij heeft uitgekozen. Ik zoek nu een smoesje om vakantiewerk te vinden om toch maar niet naar Marokko te moeten gaan. Mijn moeder steunt mij, maar mijn vader wil dat ik ga. En ik durf mijn vader niet tegen te spreken. Khadisha: Dat heeft niets met geloof te maken. Nergens in de koran staat dat ouders de partner van hun dochter moeten kiezen. Ouders hebben gewoon schrik om hun dochters te laten trouwen met iemand die totaal onbekend is. Soumia: De moeder van een vriendin wil haar dit jaar uithuwelijken in Marokko. Haar vader ziet dat niet zitten omdat hij wil dat zijn dochter verder studeert. Hij wil een betere toekomst voor zijn dochter. Mijn vader zegt me soms dat ik met mijn neef in Marokko moet trouwen, maar mijn moeder komt er dan tussen. Mijn dochter kiest zelf met wie ze trouwt! Ze moet gelukkig zijn in haar leven,
••/■•
DOSSIER ISLAM • DEEL 4 SEKSUALITEIT MEISJES DONDERDAG 8 DECEMBER 2005
Voor mijn familie is het belangrijk dat ik maagd blijf tot op de huwelijksdag. Moslims 5 15 68 12
Niet-moslims 8 65
Voor mij is het belangrijk dat mijn vrouw/man nog maagd is op de huwelijksdag. Moslims 5 21
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
81
Niet-moslims 8 54 83
61
13
In % Basis: Mannen en vrouwen die niet getrouwd zijn (geweest)
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing In %
Basis: Mannen en vrouwen die niet getrouwd zijn (geweest)
lerbelangrijkste” zegt ze dan. Maar mijn vader houdt vol. En dan begin ik te huilen, want ik heb schrik. Ik vraag me dan af waarom ik nu aan het studeren ben. Dat is dan toch allemaal voor niets. Want ik weet dat ik, als ik met iemand van daar trouw, niet meer mag gaan werken. Dan moet ik eten maken, opruimen, voor de kinderen zorgen. De man gaat dan zogezegd werken, maar waarschijnlijk gaat hij alleen maar op café zitten. En dan sta ik daar. Met mijn moeder kan ik erover praten, zij heeft ook zelf kunnen kiezen.
Zijn jullie nog maagd? Soumia: Maagd zijn is het allerbelangrijkste. Khadisha: Kussen en strelen mag, maar meer niet. Als een jongen mij onder druk zou zetten om meer te doen, dan laat ik hem onmiddellijk staan. Bij jongens is dat anders. De meesten zijn geen maagd meer, maar bij hen kan je dat niet zien. Zij kunnen niet naar de dokter gaan, die dan vaststelt dat ze ontmaagd zijn. Bij meisjes kan dat wel. Wij zijn geen seuten, wij doen ook vanalles, maar op vlak van maagdelijkheid zijn we wel streng. Naima: Er zijn jongens die je echt onder druk zetten om met hen naar bed te gaan. Ze verleiden je en beloven je van alles, maar als ze hun plezier hebben gehad, laten ze je vallen. Ik ben gelovig en dus rein, en dat kost me geen moeite. Flirten interesseert me niet. Khadisha: Stel dat je bij een jongen bent en je gaat met hem naar bed en hij laat je vallen, dan zit je met een heel groot probleem. Niemand kan je helpen, echt niemand! Ik ken meisjes die hun maagdelijkheid hebben verloren en die voelen zich slecht. Sommigen zeggen zelfs dat hun hele leven naar de vaantjes is. Ze kunnen het zeker niet aan hun ouders vertellen en sommigen durven het zelfs niet tegen hun vriendinnen zeggen. En als ze later willen trouwen, zullen ze moeilijk een partner vinden. Hebben jullie al gehoord van maagdenvliescorrecties? Khadisha: Een vriendin heeft dat laten doen en ze heeft me verteld dat het precies is alsof ze nog nooit van haar leven iets heeft gedaan. Maar ik vind het verkeerd. Je laat dat doen in de hoop toch met iemand te kunnen trouwen, maar dan is je huwelijk een leugen.Toen mijn oom trouwde, bloedde zijn vrouw niet. Hij heeft er toen een drama van gemaakt. Er was onmiddellijk ruzie tussen de twee families. Maar die vrouw is dan naar de dokter geweest en die heeft gezegd dat zij wel maagd was. Soumia: Ik heb een vriendin gehad die ontmaagd is tijdens een relatie die dan is stukgelopen. Haar ouders zijn dat te weten gekomen en ze hebben haar verplicht om naar de gyneacoloog te gaan om een maagdelijkheidsattest te gaan halen. Ze is dan samen met haar vriendin geweest, die nog maagd was en ze heeft daarna de naam op het briefje veranderd. Khadisha: Maar er zijn ook gyneacologen die je zo’n attest geven zonder dat ze je onderzocht hebben. Tegenwoordig is dat wel gemakkelijk, en dat weten de jongens ook. Wat denken jullie over homoseksualiteit? Khadisha: Dat mag niet, dat is helemaal verkeerd. Homoseksualiteit is een afwijking, een zware zonde waarvoor je geen vergeving krijgt. Ik heb een vriend die homo is. Ik laat hem niet vallen, maar ik probeer hem te helpen. Je wordt niet geboren als homo, dat zit tussen je oren. Jongens worden homo omdat ze geweigerd zijn door meisjes. Of als je door je vrienden gepest wordt, ook dan word je homo. Als een homo al gemeenschap heeft gehad met een andere homo is hij compleet verloren. Als je nagaat dat de eerste mensen op aarde Adam en Eva waren en dat die man en vrouw waren, weet je al genoeg dat homoseksualiteit niet kan.
Voor mij was het belangrijk dat mijn vrouw/man nog maagd was op de huwelijksdag Moslims 9 24
Niet-moslims 1 18 36
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
54 13
45
In %
Ik vond het belangrijk dat ik maagd bleef tot op de huwelijksdag. Moslims 1 14 17
Niet-moslims 1 36 27
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
68 36
In %
Voor mijn familie was het belangrijk dat ik maagd bleef tot op de huwelijksdag. Moslims 11 24 62 13
Niet-moslims 1 18 36 45
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing In %
Basis: Gehuwde mannen en vrouwen
Ik heb al seksuele betrekkingen gehad, maar ik ben nog niet getrouwd. Moslims 6 38 56
Niet-moslims 1 24 75
Ja Nee Geen In % antwoord
De mythe van de maagdelijkheid Over het maagdenvlies bestaan onder moslimjongeren nog veel misverstanden. Zowel jongens als meisjes denken dat het maagdenvlies een vlies is dat strak gespannen staat aan de ingang van de vagina en dat een meisje ontmaagd wordt wanneer de penis door dit vlies prikt. Dat alle meisjes bloeden bij hun eerste keer is een mythe die moeilijk te ontkrachten is. Het maagdenvlies had beter het maagdenrandje kunnen worden genoemd. Het is een randje weefsel aan het begin van de vagina. Als je voor de eerste (of tweede of derde keer) met iemand naar bed gaat, kan dat randje weefsel een beetje scheuren en bloeden. Dit gebeurt meestal als het meisje erg gespannen is en de vagina dus erg droog is. Er zijn Nadia Babazia. nochtans veel GvA-foto Bert HULSELMANS meisjes die niet bloeden bij hun eerste keer. Zij nemen genoeg tijd voor het vrijen en zijn voldoende opgewonden en vochtig. Daardoor kan de penis gemakkelijk naar binnen en rekt het randje mee.
Kupido Het Steunpunt voor Allochtone Meisjes en Vrouwen doet onder meer inspanningen om de mythe rond maagdelijkheid te doorprikken. ”Om de mythe te doorbreken, kan je enkel met medische argumenten afkomen”, zegt Nadia Babazia van het Steunpunt. ”Zelfs die worden moeilijk aanvaard. Vanuit het Steunpunt hebben wij het spel Kupido ontwikkeld, dat in de klas of in een meisjeswerking of andere jeugdverenigingen kan gespeeld worden. Kupido stelt weetvragen, zoals ‘wanneer is een meisje haar maagdelijkheid kwijt en wanneer niet’ of ‘wat is een maagdenvliescorrectie?’, maar schuift ook stellingen naar voor en geeft kleine opdrachtjes. Aan de hand hiervan kan er openlijk en in een ongedwongen sfeer gepraat worden. Toch menen wij dat ook voor het onderwijs op dit vlak een grote taak is weggelegd. De moslimjongeren zitten momenteel duidelijk in een overgangsperiode en er wordt op seksueel gebied steeds meer geëxperimenteerd. Steeds meer Marokkaanse meisjes hebben vragen en weten niet altijd waar ze de antwoorden kunnen zoeken.”
Reconstructies Artsen en gyneacologen in het Antwerpse krijgen geregeld vragen over het maagdenvlies en de mogelijke correcties na een ontmaagding. ”Nochtans kan je de correcties veeleer marginaal noemen”, zegt Jean Renard, gyneacoloog verbonden aan het Sint-Vincentiusziekenhuis. ”In Sint-Vincentius, wat toch een stadsziekenhuis is waar nogal wat mensen uit de allochtone gemeenschap zich laten behandelen, doen we de ingreep vijf tot tien keer per jaar, terwijl dat cijfer twee jaar geleden hoger lag. Het gaat hier over meisjes die weten dat ze na de huwelijksnacht zullen worden gecontroleerd. Dat ze dus móéten bloeden. We gaan trouwens pas op de vraag in als we overtuigd zijn dat het meisje in kwestie zware problemen riskeert, zoals afstoting door de familie. We krijgen ook geregeld de vraag om een maagdelijkheidsattest te schrijven, maar daar gaan we principieel niet op in.” ■ www.samv.be
Basis: Mannen en vrouwen die niet getrouwd zijn (geweest)
•■
METROPOOL
VRIJDAG 9 DECEMBER 2005
MET GRATIS RESTOGIDS Een hele lijst smakelijke adresjes in uw regio
Juridische hulp voor allochtone vrouwen Vandaag deel 5 Jongens en seksualiteit ■ 20% vindt dat jongens seks mogen hebben voor het huwelijk. Bij niet-moslims is dat 90%. ■ 11% vindt dat meisjes seks mogen hebben voor het huwelijk. Bij niet-moslims is dat 89%. ■ 1 op de 3 vindt dat jongens zich meer kunnen permitteren op vlak van seksualiteit dan meisjes. ■ 6% kan met vader over seksualiteit praten. Bij de niet-moslims is dat 33%. ■ 17% vindt homoseksualiteit aanvaardbaar. Bij niet-moslims is dat 82%.
Marino Keulen: “Bedroevend” Vlaams minister van Inburgering Marino Keulen (VLD) noemt de onderzoeksresultaten omtrent moslims en seksualiteit bedroevend. “De obsessieve manier waarop de vrouwelijke maagdelijkheid moet worden bewaakt, kan niet anders dan in bepaalde gevallen tot persoonlijke en familiale drama’s leiden, zeker wanneer die houding wordt afgedwongen in een samenleving waar een veel grotere permissiviteit de algemeen aanvaardbare norm is.”
Lennon is overal Vanop een gebouw aan de haven kijkt John Lennon uit over Liverpool. Het was donderdag Lennon-day in Groot-Brittannië, en zeker in de geboortestad van de gewezen Beatle. Overal werden herdenkingen gehouden, ballonnen opgelaten, bloemen neergelegd. John Lennon werd precies 25 jaar geleden vermoord.
Vlaams minister van Gelijke Kansen Kathleen Van Brempt (sp.a) en haar federale collega Christian Dupont (PS) hebben beslist om in elk gewest een proefproject op te richten inzake rechtsbijstand voor allochtone vrouwen. Tegelijk wordt ook een groene lijn geopend waar allochtone vrouwen altijd terechtkunnen voor dringende zaken en informatie. Volgens het internationaal privaatrecht zijn mensen van vreemde origine voor persoonlijke zaken, zoals een huwelijk, onderworpen aan het recht van hun land van oorsprong. Vrouwen met een dubbele nationaliteit zijn onderworpen aan beide. Dit geeft geregeld problemen omdat de wetgeving in sommige landen vrouwonvriendelijk is. Gevolg is dat vrouwen die hier zijn geboren nog altijd slachtoffer kunnen zijn van ongelijkheid. Elk contactpunt zal bestaan uit twee voltijdse juristen. De juristen zullen zowel individuele raadplegingen geven, als op lokaal niveau een netwerk voor rechtsbijstand oprichten met de lokale diensten voor gezinsplanning, de juridische diensten, gespecialiseerde advocaten en vrouwenverenigingen. Bedoeling is ook lokaal raadplegingen te verzorgen. In Vlaanderen zullen de juristen voornamelijk in de steden Antwerpen en Gent worden KVH/ Blz. 2 ingezet.
Benefiet voor Pakistan op 21 december
Goedele en Ben brengen
Hoop
63 Foto PHOTONEWS
Foto REUTERS
GAZET VAN ANTWERPEN • TEL 03 210 02 10 DAGBLAD NR. 286 - ISS 0771 1581 • WWW.GVA.BE PRIJS: België € 0,95 – Luxemburg € 1,00 – Nederland € 1,50 – Italië € 2,00 – Oostenrijk € 2,00 Griekenland € 2,00 – Frankrijk € 2,00 – Spanje binnenl. € 2,00 Spanje eilanden € 2,50 – Turkije YTL 4,85 - TRL 4.850.000
Mistig en kouder Bladzijde 47, 48 en 59
-1° 5°
Blz. 79
E AG EN JL M BI TNE UI
DOSSIER
EKSUALITEIT JONGENS
Deel 5 Vrijdag 9 december 2005
DOSSIER ISLAM • DEEL 5 SEKSUALITEIT JONGENS VRIJDAG 9 DECEMBER 2005
S TA N D P U N T door Luc Rademakers
Gerolf Anemometer Opvallend toch dat jonge moslims en het Vlaams Belang op een aantal ethische domeinen heel erg gelijklopende standpunten hebben. Neem nu de gelijkberechtiging voor hetero- en homoseksuelen, waarin door het parlement al baanbrekend werk is verricht. Als er wat meer traditionele moslims in het parlement hadden gezeteld, hadden zij in coalitie met het Vlaams Belang een aantal homorechten kunnen afblokken. Met het oog op de volgende verkiezingen misschien toch iets om over na te denken. Uit de onderzoeksresultaten die vandaag in Gazet van Antwerpen worden gepubliceerd over moslimjongens en -meisjes uit Antwerpen, Mechelen, Sint-Niklaas en Turnhout, blijkt inderdaad dat amper 17 procent van de jongeren die zichzelf als moslimgelovige definieert, homoseksualiteit aanvaardbaar vindt. Geen verrassend cijfer, want deze jongeren hangen op traditionele wijze de islam aan, dat verklaarden ze eerder deze week al. Zijn er dan minder holebi’s onder moslims? Nee, natuurlijk niet. Gelukkig niet. Alle mensen zijn gelijk en ook moslims willen als gelijk aan de Vlamingen worden behandeld. De Vlaming heeft heus geen probleem met holebi-moslims. Wanneer jonge moslims zelf homoseksualiteit verwerpen, dan hebben ze wel een integratieprobleem in een maatschappij die holebi’s niet langer wenst te discrimineren en dat ook vastlegt in wetten. Mogen holebi’s islamofoob zijn? Begrijpelijk zou het wel zijn. Mogen holebi’s VB-foob zijn? Ook niet onmogelijk. Wanneer discussies over individuele vrijheden - en geloofs- en seksualiteitsbeleving behoren daar zeker toe - worden beoordeeld en versmald door verzuurde imams of bange politici, dan mag je dat niet zomaar laten gebeuren. Dergelijke figuren ondermijnen de vrijheden en verworvenheden waarop het westen terecht trots is. Emotionaliteit en gezag kunnen nooit met elkaar worden vermengd. Die combinatie is nefaster dan welke fobie ook. Zo heeft, weliswaar buiten de islam, iemand als Gerolf Annemans zich ontwikkeld tot de vertegenwoordiger van de leugen. Recent nog stelde Annemans zichzelf voor als de auteur van een economische pudding, gevuld met ingrediënten waarmee hij de klanten van zijn partij wil lekker maken maar waarmee hij uiteindelijk niet meer is dan een Sinterklaas met zwarte baard. Sinterklaas dropt ook in elke schoorsteen wat. Dat is toch wat een aantal jonge Vlamingen denkt. Terwijl de partijtenoren in Rabat fratsen uithalen voor de camera, zit de achtergelaten Annemans in de Kamer te zuchten naar aandacht. Hij isoleert er de feiten van de dag, interpreteert en verdraait ze tot ze passen in het verleidingsverhaal waarmee hij zo veel mogelijk kiezers probeert in bed te krijgen. Politiek als anemometer: bah! Als je die de Kamer uit laat, tocht het tot in de Marokkaanse Sahara. Toch verstandig van de partijbonzen van het Vlaams Belang om Annemans goed binnensKamers te houden.
Huwelijk maakt einde aan losbandigheid In deel vijf van ons Dossier Islam is het de beurt aan de Marokkaanse en Turkse jongens om te praten over seks en relaties. In onze donderdagkrant kregen ze van de moslima’s nog het verwijt dat zij het toch een stuk makkelijker hebben dan de meisjes. Dat geldt zeker voor de periode voor het huwelijk. Eens getrouwd, nemen de strenge normen van geloof en cultuur het over. Er woont in onze steden een grote groep jongeren waarvan we verder bitter weinig weten. Daarom laat de krant ze uitgebreid zélf aan het woord. Gazet van Antwerpen-journalisten Maaike Floor, Karin Vanheusden, Patrick Van de Perre en Sacha Van Wiele en stagiaire Emmie Declerck gingen maandenlang de straat op en hadden talloze diepgaande gesprekken met moslimjongeren. Voor een keertje nu eens niet over ‘criminaliteit’ of ‘rondhanggedrag’, maar over hun onmiddellijke leefwereld: school, werk, seks, rela-
ties, geloof en hun plaats in de samenleving. Daarnaast ondervroeg het Gentse onderzoeksbureau Compagnie in opdracht van deze krant een representatief staal van 495 moslims tussen 15 en 25 jaar over dezelfde thema’s. De uitgebreide vragenlijsten werden anoniem ingevuld door jongeren in Antwerpen, Mechelen, SintNiklaas en Turnhout. Tegelijkertijd legden we vrijwel identieke vragenlijsten voor aan een ‘controlegroep’ van 200 niet-moslims. Zo kwamen we te weten of de meningen van de moslimjongeren het gevolg zijn van hun ‘jong zijn’, dan wel van hun ‘moslim zijn’. De neerslag van het journalistieke veldwerk en de enquête werd gebundeld in het Dossier Islam. Sinds maandag hadden we het al over onderwijs, arbeidsmarkt, geloof en seks en relaties bij meisjes. Met Marokkaanse en Turkse jongens tussen 15 en 25 jaar over relaties, partnerkeuze en seksualiteit praten, leek geen gemakkelijke opgave. Nochtans hadden zij, veel minder dan de meisjes, schroom om hierover hun zegje te doen. Sommigen ingetogen en eerlijk, anderen stoer en
Ik vind dat een moslimjongen met een Vlaams meisje naar bed mag gaan. Moslims 10 21 20
Niet-moslims 4 14 6
Basis: Mannen en vrouwen
Ik vind dat een moslimmeisje met een Vlaamse jongen naar bed mag gaan. Moslims
Klopt 10 15 Klopt niet 15 Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
76 49
In %
opschepperig, weer anderen ontwijkend en clichébevestigend. Van sociale druk van de gemeenschap en van ouders en familie hebben zij op het eerste gezicht veel minder last. Wars van alle tradities en geloofsovertuiging gaan zij hun gezonde gangen, enthousiast genietend en volop bloempjes plukkend in het uitgestrekte en vrije westerse landschap. Tot de dag aanbreekt dat ook zij die levensbelangrijke keuze moeten maken, altijd ingegeven door de voor hen zo kostbare en beschermende traditie. Heel gedwee en soms ook vol overtuiging bewandelen ze die uitgestippelde, traditionele weg die hen onmiskenbaar naar ‘de tweede helft van hun leven’, het huwelijk, leidt. De verwachtingen en eisen aan hun toekomstige partners staan weliswaar in schril contrast met hun soms losbandige, verleden. Volledige toewijding aan het geloof of de onverschillige overgave aan de druk van hun ouders om voor de opgelegde en veilige keuze te gaan, zijn geen uitzondering. Soms lijken die toekomstige vaders zich veel minder bewust dan hun vrouwelijke evenknieën van de nieuwe islamitisch geïnspireerde omgangsvormen binnen hun toekomstige gezinsleven.
60
Niet-moslims 5 13 7 75
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing In %
Basis: Mannen en vrouwen
Teksten: Emmie DECLERCK • Maaike FLOOR • Patrick VAN DE PERRE • Karin VANHEUSDEN • Sacha VAN WIELE Coördinatie en eindredactie: Wim DAENINCK
DOSSIER ISLAM • DEEL 5 SEKSUALITEIT JONGENS VRIJDAG 9 DECEMBER 2005
“Trouwen? Ja, maar pas als ik genoeg geprofiteerd heb van mijn jeugd”, zucht Haluk (19). Zijn vrienden Hakan (21) en Mustafa (18) genieten iets gematigder van de geneugten van het leven. “We gehoorzamen onze ouders, maar we worden niet verplicht om te trouwen. Bij sommige jongens gebeurt dat wel. Omdat ouders hopen dat ze dan minder op café zullen gaan.” Mustafa, Hakan en Haluk wonen in dezelfde buurt in Antwerpen en trekken geregeld samen op. Overdag dan toch, want Hakan en Mustafa zijn geen nachtbrakers zoals vriend Haluk. “Mijn ouders willen niet dat ik uitga, dus ga ik niet uit”, zegt Mustafa. “Zo is dat in ons geloof.” “Bij mij was dat vroeger ook, maar ik heb gezegd dat ik moet uitgaan, dat hoort bij het leven”, kaatst Haluk de bal terug.
Hebben jullie een vriendin? Mustafa: Ik heb al twee jaar een vriendin, een Turks meisje. Mijn ouders weten het niet, haar ouders weten het niet. Ik heb haar leren kennen via een vriend, die voor mij een afspraakje met haar heeft gemaakt. Ja, we hebben seks, maar ik denk niet dat ik met haar ga trouwen. Dat hebben we in het begin duidelijk afgesproken.
Jullie kiezen zelf je partner?
Ik vind dat een moslimjongen voor het huwelijk seks mag hebben met een moslimmeisje. 9 14
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord
15 62 Basis: Mannen en vrouwen
In %
“Mijn vrouw moet gelovig zijn, maar niet extreem” Haluk: Ik wel ja, maar ik trouw pas als ik genoeg heb geprofiteerd van het leven. Over vier jaar of zo. Maar ik ken veel jongens van wie de ouders hun zoon willen zien trouwen met een goed meisje. Zij zorgen ervoor dat ze een goed meisje kiezen. De jongens kunnen dan moeilijk weigeren. Mustafa: Dat is niet echt dwingen, dat is voorstellen. Ik zal eerlijk zijn, mijn ouders zeggen nu al dat ze mij dit jaar gaan verloven. Ik heb gezegd dat ze zot zijn, want ik wil eerst werken. Mijn vader heeft dan toegegeven en gezegd dat ik maar zelf moet beslissen. Maar als ik ‘ja’ zou zeggen, dan gaan we naar Turkije en is dat direct opgelost.
Zou je het normaal vinden als je ouders met een kandidate zouden afkomen? Hakan: Als je zelf wil zoeken, zoek je zelf. Mustafa: Maar als je ouders een meisje voorstellen, dan probeer je het wel even. Het is belangrijk dat je ouders achter je keuze staan. Als mijn ouders niet akkoord zouden gaan, zou ik waarschijnlijk dat huwelijk niet aangaan. Want anders verbreek je alle contact met je familie en dat is niet goed.
Zouden jullie trouwen met iemand uit Turkije? Mustafa: Ja, want je weet nooit zeker of
Ik vind dat jongens zich op het vlak van seksualiteit meer kunnen permitteren dan meisjes. Moslims 7 32 23 38 Basis: Mannen en vrouwen
Niet-moslims 4 28 22 46
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing In %
een meisje van hier proper is. Veel ouders zijn ervan overtuigd dat een huwelijk met een meisje uit Turkije de oplossing is voor de problemen die ze hebben met het gedrag van hun zoon. Tegenwoordig hangen veel jonge gasten rond in discotheken waar drugs circuleren. En hun ouders blijven zo lang doorpraten over trouwen dat die jongens niet anders kunnen dan toestemmen. Hun ouders denken dat hun zoon door een huwelijk meer thuis zal blijven bij zijn vrouw en niet meer weg zal gaan met zijn vrienden.
Moet julllie toekomstige vrouw een moslima zijn? Mustafa: Zeker, ze moet gelovig zijn en bidden, maar ze moet niet extreem zijn. Als ze geen hoofddoek wil dragen, moet ze dat niet. Ik vind het vooral belangrijk dat mijn toekomstige vrouw sociaal is.
Zou je trouwen met een Belgisch meisje? Haluk: Ik zou dat nooit willen. Mijn ouders ook niet. En weglopen om te kunnen samenzijn met een Belgisch meisje, zou ik niet doen. Want mijn ouders zijn alles voor mij, zonder hen kan ik niet leven. Moet jullie vrouw maagd zijn? Mustafa: Ja, ze moet maagd zijn. Ik kan de gedachte niet aan dat mijn meisje met iemand anders in bed heeft gezeten. Haluk: Ben jij wel maagd? Mustafa: Neen. Volgens jullie geloof moet de jongen toch ook maagd zijn? Mustafa: Ja, dat is zo, maar de meeste jongens zijn geen maagd meer. Mijn ouders weten dat niet, maar dat is ook niet zo belangrijk, want bij ons zie je dat niet. En bij meisjes eigenlijk ook niet. Sommige meisjes laten zich ‘naaien’ (een maagdenvliescorrectie, red.) nadat ze ontmaagd zijn. Maar er zijn er veel die dat niet kunnen betalen. Daarom durven sommigen niet te vrijen. Het gebeurt dat jongens geld geven om het te laten doen. Het is daarom dat veel ouders in Turkije een meisje zoeken uit hun eigen dorp, dan weten ze tenminste zeker dat het een maagd is.
DOSSIER ISLAM • DEEL 5 SEKSUALITEIT JONGENS VRIJDAG 9 DECEMBER 2005
Marokkaanse jongens
Met mijn moeder kan ik over seksualiteit praten. Moslims 8 24 25
Niet-moslims 1 30
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
55 14
43
In %
Basis: Mannen en vrouwen
Met mijn vader kan ik over seksualiteit praten. Moslims 10 6
Niet-moslims 7
17
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
33
33 67 27
In %
Basis: Mannen en vrouwen
Seks is taboe binnen het gezin “Ruim 80% van de allochtone jongens haalt zijn informatie over seksualiteit uit de eigen ervaringen, terwijl dat bij meisjes amper 45% is”, zegt Telidja Klaï van Sensoa, her Vlaamse informatiecentrum voor seksuele gezondheid. Zij onderzocht hoe de communicatie over seksualiteit tussen jongeren en ouders verloopt. Voor haar doctoraat ondervroeg psychologe Telidja Klaï 4.300 jongeren in Vlaanderen over hun informatiebronnen in verband met seksualiteit. “Ik heb de resultaten van de allochtone jongeren hieruit gefilterd en ben tot de conclusie gekomen dat seksualiteit bij allochtonen een totaal andere invulling heeft dan bij autochtonen en dat het onderwerp zeer sterk taboegeladen is. Bij allochtonen tellen heel andere regels en hebTelidja Klaï. ben onderwerpen als huwelijk en GvA-foto Bert HULSELMANS maagdelijkheid een totaal andere betekenis.” Bij autochtone jongeren zijn de vrienden, de media en de eigen ervaringen - in die volgorde - de meest geraadpleegde informatiebronnen. “Bij allochtone jongeren ligt dat anders, zeker voor wat betreft de eigen ervaringen. Van de allochtone meisjes vermeldt amper 45% de eigen ervaring als informatiebron, terwijl dat bij jongens schommelt rond de 80%. Een ander opmerkelijk verschil is de communicatie met moeder of vader. Terwijl 80% van de autochtone jongeren met de moeder en 50% met de vader over seksualiteit praat, is dat cijfer bij allochtone jongeren respectievelijk 55% en 15%. De vader is binnen het allochtone gezin een schaduwfiguur, die je perfect binnen de beheersingsmoraal uit de jaren ‘50 kan situeren. Vooral bij de jongens is dat een probleem. Door de genderscheiding kunnen niet bij hun moeder terecht, maar evenmin bij hun vader.”
Met wie kan je praten over voorbehoedsmiddelen? 28%
Moeder Vader
6%
66% 43%
24% 25%
Broers
Moslims Niet-Moslims
72%
Vrienden 41%
Partner
45%
Dokter B i M
“Een echte man is een man die zijn gevoelens in bedwang kan houden”, zegt Razik (19). “Maar liefde kan gevaarlijk zijn en hier in België opgroeien als moslim is niet gemakkelijk. Je staat tussen twee vuren: je geloof en het meisje waar je iets voor voelt. Of ik maagd ben? Laat me zeggen dat ik heel hard mijn best doe.”
Surfen naar de cyber-imam
Ik zou graag trouwen met een partner die steeds in het thuisland heeft gewoond 8
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord
44
In %
62% Basis: Mannen en vrouwen die niet getrouwd zijn
61%
“In Marokko krijg je veel voorstellen”
In de Borsbeekstraat in Borgerhout komen Marokkaanse jongens wekelijks samen. “Met de vzw Jong organiseren we filmavonden, gaan we op uitstap, koken we samen en babbelen we veel”, zegt Ahmed Oulad (23). Voor hem en zijn vrienden is geloof wel erg belangrijk. “De islam is mijn leidraad, alles wat ik doe, doe ik in naam van de godsdienst”, zegt hij. “Ik probeer 100% moslim te zijn, maar we zijn mensen en maken fouten. Voor Marokkaanse jongeren is opgroeien niet gemakkelijk. Ze zitten tussen twee culturen, die van hun ouders en die van henzelf. De communicatie verloopt moeizaam en vaak hebben hun ouders weinig meegekregen van de echte islam. Daarom gaan jongeren zelf op zoek naar antwoorden. Vooral sinds 11 september. Veel Marokkanen surfen op internet naar sites als Al-Islam waar ze aan de cyber-imam vragen kunnen stellen. Over het geloof, over trouwen en relaties.” Volgens Achmed en zijn vrienden Razik (19) en Imran (21) hangt het van de familie af of jongens contacten kunnen leggen met meisjes. “Ik mag vriendinnen hebben, maar ik moet ze respecteren”, zegt Ahmed. “En daarmee bedoel ik: zonder seksuele bijge-
26 82%
dachten. Mijn broer mag van mijn vader samen studeren met een klasgenoot, omdat mijn vader mijn broer vertrouwt.” Razik zegt dat hij samen met andere vrienden zelfs af en toe naar de bioscoop gaat met meisjes. “Ze zijn wel ver familie, maar dat maakt niet uit. Als er vertrouwen is, kan dat. Maar er zijn ook Marokkaanse meisjes die mij volledig negeren. Uit angst voor een oom, een neef of een broer die hen kan zien. Ook ik negeer hen, uit respect. Gewone vriendschappen tussen jongens en meisjes bestaan in de moslimgemeenschap niet.” Imran, die in Turnhout woont waar de Marokkaanse gemeenschap veel kleiner is, herkent het helemaal. “Voor mij is contact met Marokkaanse meisjes onbestaande”, zegt hij. “In Turnhout houdt iedereen alles in het oog. Tot mijn studies aan de Plantijn Hogeschool had ik nog nooit met Marokkaanse meisjes gepraat. Dat doe je niet, uit respect voor haar en haar familie.” Als Fikry (19), ook één van de ‘Jong-broeders’ uit Borgerhout, een meisje ziet zitten, probeert hij haar gsm-nummer te pakken te krijgen. “Je probeert elkaar via msm, gsm of e-mail beter te leren kennen, maar je gaat niet in het openbaar afspreken. Dan wordt er te veel geroddeld. Je checkt ook altijd eerst bij vrienden of je niet met een playerette te maken hebt. Als veel jongens haar kennen, dan is ze al niet meer interessant. Wij willen liefst meisjes die moeilijk te krijgen zijn. Als het je dan lukt om haar te versieren, dan kan je trots zijn. En als het echt serieus zou worden, dan stuur ik mijn zuster er op af. Als het meisje dan iets wil weten over mij, dan kan ze dat aan haar vragen.”
“Ik heb elke week een andere vriendin”, zegt Ismaël (18) terwijl hij onverstoorbaar verder chat met een van die gelukkigen. We zitten in een van de Antwerps cybercafés, populaire plekken om contacten te leggen met meisjes. “Belgische, Marokkaanse, Turkse, soms zelfs zwarte meisjes. Natuurlijk doe ik ‘alles’ met hen, waarom niet? Da’s toch normaal. Neen, geen condooms. Ja, als ze de pil niet pakken, kan ik er ook niks aan doen. Zeg, ik ben geen verkrachter, hè, die meisjes willen dat zelf. Trouwen? Pff, ik ben nog te jong. Nu wil ik nog profiteren van het leven, en als ik dat beu ben, zal ik wel trouwen.” Ismaël is een van die ‘haantjes’, die graag opschept over zijn seksavonturen met meisjes. Zoals Ismaël zijn er veel. Stoer en cool. Ze noemen zich wel moslim, maar “niet voor 100%”. “Als ik ga trouwen en er zijn kinderen, dan word ik serieus”, zegt Brahim (19). “Als je jong bent, is het moeilijk om een goede moslim te zijn, zeker voor jongens. Het is toch normaal dat wij van onze jeugd profiteren?”
22
38% 36%
Zussen
“Het is moeilijk je gevoelens te bedwingen”
“Vroeger was het traditie om te trouwen met iemand die je niet kende, maar tegenwoordig geven ouders hun kinderen de kans om zelf te kiezen”, zegt Ahmed. “Dat is in Marokko nu ook zo. Ik ga over twee jaar trouwen met een meisje dat ik zelf heb gekozen. Ze is woont in Frankrijk, is gelovig en serieus, en dat is voor mij het belangrijkste. Mijn ouders zijn op de hoogte, maar ze hebben de ouders van dat meisje nog niet ontmoet. Ik heb nog tijd. Eerst een beetje sparen, dan zien we wel.” Razik zou liefst trouwen met een meisje uit zijn familie. “In onze familie, en die is groot, is dat de gewoonte. En het is ook beter, vind ik. Als er problemen zijn, raken die gemakkelijker opgelost en dan krijg je ook veel steun.” “En waarom niet trouwen met een meisje uit Marokko?”, vragen Ahmed en Razik in koor. “Als God het zo wil, ... Het mag, maar het moet niet. Het moet klikken. Sommigen denken dat er in Marokko betere bruiden te vinden zijn, maar daar ben ik niet zo
Ik vind dat jongens seks mogen hebben voor het huwelijk. Moslims 8 20 19 53 Basis: Mannen en vrouwen
Niet-moslims 6 2 2
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
90 In %
DOSSIER ISLAM • DEEL 5 SEKSUALITEIT JONGENS VRIJDAG 9 DECEMBER 2005 Foto Frederik WEEKX
“Ik voel me hier perfect aangepast, maar als het over de opvoeding van mijn kinderen gaat, is de islam wél belangrijk”
ko kan je problemen krijgen. Ze spreken geen Nederlands, en sommigen denken dat ze hier eindelijk van hun vrijheid kunnen genieten. Ze dragen misschien een hoofddoek, maar eens ze hier zijn, gooien ze die af. Voor ons is een goed meisje, een meisje dat serieus is met haar ouders en die goed kan helpen in het huishouden.”
“Voor mij graag een maagd”
Als het over maagdelijkheid gaat, moeten de jongens eerst even uitfreaken. Er wordt gelachen, heen en weer geplaagd in het Berbers, een paar duwtjes gegeven. “Ja, natuurlijk moet ze maagd Ali zijn”, zegt Nasim. “Niet voor mijn familie, maar voor mezelf. Een meisje van wie ik weet dat ze ontmaagd is, moet ik niet. En je kan veel in het zeker van. Volgens mij houden de meisjes uit geniep doen, maar Allah ziet alles.” Fikry is iets Borgerhout zich veel meer aan hun geloof. Ik ken gematigder. “Wij zijn moslims, maar soms is het zovele jongens die getrouwd zijn in Marokko en moeilijk om dat hier vol te houden. En stel dat ik dat zijn goede huwelijken. Maar er zijn er ook echt hou van een meisje, en ze vertelt me dat ze veel die mislukken, maar dat vind je overal.” een fout heeft gemaakt en dat ze er spijt van “Als je op vakantie naar Marokko gaat, krijg je, heeft, dan krijgt ze van mij toch een kans. Ik hoop zelfs als jongen, vaak voorstellen”, zegt Razik. trouwens hetzelfde voor mezelf, want volgens de “Veel families hopen op een beter leven voor hun islam moet ook de jongen maagd zijn.” dochters. Het probleem is wel dat als je trouwt “Dat is inderdaad de theorie, maar in de praktijk met een meisje uit Marokko, je weinig tijd hebt zijn nog maar weinig jongens maagd”, zegt Ahom elkaar te leren kennen. Daarom is het handig med. “Veel jongens ‘experimenteren’ met Belgibinnen de familie te trouwen, dan weet je tenminsche meisjes, maar ook met Marokkaanse. Voor ste of het een goed meisje is.” mij persoonlijk is die maagdelijkheid heel belangNasim (15) en Wasim (16) zouden liefst trouwen rijk. Ik respecteer hierin mijn geloof en als ik iemet een meisje van hier. “Met meisjes uit Marokmand leer kennen, maak ik hierover duidelijke afspraken. Geen strelingen, geen kussen, uit resIk vind dat meisjes sex mogen pect voor allebei.” “Het is niet gemakkelijk om je gevoelens in behebben voor het huwelijk. dwang te houden en er niet aan toe te geven”, zegt Razik. “Maar we doen heel hard ons best. Moslims Niet-moslims Jongens hebben natuurlijk het voordeel dat je Klopt 6 1 8 11 niet kan zien of ze ontmaagd zijn. Het zou voor Kloptmij nieteen schok zijn te moeten horen dat mijn 4 16 vrouw geen maagd meer is, maar dat zien we Neutraal dan wel. Als er roddels zijn over een bepaald Geen antwoord/ dan gebeurt het dat de schoonfamilie een 89 Niet meisje, van toepassing maagdelijksheidsattest vraagt. Maar dat heeft 65 In % niks met geloof te maken, dat is traditie.” Basis: Mannen en vrouwen
“We leven in 2005, we zijn niet achterlijk” Sufian (21) en Ali (24), twee Marokkaans-Arabische jongens uit Antwerpen, kijken raar op als ze horen hoe hun Berber-broeders met meisjes omgaan. “Zeg, we leven in 2005, hè, de tijden zijn veranderd. Wij zijn toch niet achterlijk, zeker?” “Natuurlijk hebben wij vriendinnen”, zegt Sufian. “Via school, werk, trouwfeesten, vrienden, buren, noem maar op. En ja, wij gaan met hen iets drinken of winkelen of naar de film. Dat kan openlijk, maar er zijn natuurlijk grenzen. Je loopt niet zomaar de deur plat bij een meisje, maar je doet dat met respect. En ja, er zijn altijd meisjes die het veilig spelen om roddels te vermijden.” Uithuwelijken is volgens hen helemaal uit de mode. “Je kan altijd weigeren, maar er zijn wel jongeren die hun ouders laten doen, omdat ze dan gerust zijn dat ze de juiste kiezen. Net als de meeste jongeren zou ik zelf willen kiezen. Maar ik wil wel de traditie volgen en mijn keuze eerst met mijn ouders bespreken, want ouders blijven ouders. Als zij akkoord zijn, zal ik de hand van het meisje vragen.” Zelfs over maagdelijkheid zijn deze jongens ‘losser’. “Vroeger was het ondenkbaar dat een ont-
maagd meisje nog van straat zou geraken, maar ook dat is veranderd”, zegt Sufian. “Er zijn nog jongens die dat heel belangrijk vinden, maar de meeste jongens zijn milder en begrijpender geworden. Mensen maken fouten, wij ook, waarom zouden wij dan de meisjes gaan beoordelen. God zegt dat je over niemand mag oordelen. Ik weet wel dat maagdelijkheid voor mijn ouders heel belangrijk is, en ik respecteer hen, want ze hebben veel wijsheid.” Over de partnerkeuze zijn Sufian en Ali het niet helemaal eens. “Meisjes uit Marokko zijn als kleine kinderen”, zegt Sufian. “Je moet ze de taal leren, de omgangsvormen op straat en in de winkels. Zo’n huwelijk is per definitie moeilijk.” Ali: “Voor mij ligt dat helemaal anders, ik sta wel open voor een meisje uit Marokko, maar het moet niet. Als ik er hier eentje vind dat mij aanstaat, is dat ook goed.” Trouwen met een Belgisch meisje ligt zeer gevoelig. “Ik ben niet voor honderd procent islamiet, maar er zijn enkele zaken die ik toch volgens de islam wil. Kijk, ik voel me hier perfect aangepast, maar als het over de opvoeding van mijn kinderen gaat, is de islam wél belangrijk.”
•■
METROPOOL
ZATERDAG 10 EN ZONDAG 11 DECEMBER 2005
MAGAZINE Frans Bauer “Wat heb ik nu aan een villa in Frankrijk?”
WIN! WIN! WIN! Luxe-cruise op de Nijl Voor 7.000 euro leuke geschenken
IJspiste feestelijk ingereden ANTWERPEN - Nadat het licht van honderden zwavelstokjes en een sprankelend vuurwerk de Grote Markt in een prachtige gloed hadden gezet, mochten de eerste schaatsers vrijdagavond stipt om 20u de reuzenijsbaan betreden. Al gauw was het er een drukte van belang. Ook de kerstmarkt op de Groenplaats trok al heel wat publiek. En dan moet de vakantie nog beginnen...
GvA-foto Ludo MARIËN
DOSSIER ISLAM • DEEL 6
39 Zes op de tien neemt het 48 Nederland gelooft niet op tegen Argentinië, Germinal Beerschot 2 Lokeren 1 L OT I N G W K 2 0 0 6
Ivoorkust en Servië
Op zoek naar een origineel kerstgeschenk? Uniek fotoboek van uw krant
in integratie 60
Zes op de tien moslimjongeren is ervan overtuigd dat de Vlaamse maatschappij hen nooit als volledig geïntegreerd zal beschouwen. 40% vindt dat de waarden van de Vlaamse maatschappij botsen met de islam.
85 Bart Moeyaert Antwerpse stadsdichter “Ik doe het wel op mijn manier”
Vandaag sluit Gazet van Antwerpen het Dossier Islam af met het thema integratie. Uit de resultaten blijkt dat er nog een hele weg is te gaan. Iets meer dan de helft van de moslimjongeren vindt dat kennis van het Nederlands voldoende is om geïntegreerd te zijn. Uit onze enquête blijkt voorts dat twee derde van de moslimjongeren traditioneel en gesloten is. Zij geloven in de letterlijke interpretatie van de koran en voelen zich het slachtoffer van racisme en discriminatie. Deze jongeren zijn ook pessimistisch over de toekomst. Eén derde van de jongeren valt onder de noemer ‘eerder modern’ en ‘open’, maar ook zij zijn nog tamelijk conservatief.
“Dit is niet opbeurend voor de integratiegedachte”, zegt Marino Keulen (VLD), Vlaams minister van Inburgering. “De houding over onder andere partnerkeuze is volgens mij een echte rem op het integratieproces. De noodzakelijke integratie van een belangrijke moslimminderheid in onze gemeenschap blijft een processie van Echternach. Als we daar niets aan doen, dreigt de segregatie nog toe te nemen.” SVW
GAZET VAN ANTWERPEN • TEL 03 210 02 10 DAGBLAD NR. 287 - ISS 0771 1581 • WWW.GVA.BE PRIJS: België € 1,20 – Luxemburg € 1,00 – Nederland € 1,50 – Italië € 2,00 – Oostenrijk € 2,00 Griekenland € 2,00 – Frankrijk € 2,00 – Spanje binnenl. € 2,00 Spanje eilanden € 2,50 – Turkije YTL 4,85 - TRL 4.850.000
Eerst mist, dan zonnig Zie bijlage
-2° 5°
Blz. 95
Zaterdag 10 en zondag 11 december 2005
DOSSIER ISLAM • DEEL 6 INTEGRATIE ZATERDAG 10 EN ZONDAG 11 DECEMBER 2005
S TA N D P U N T door Luc Rademakers
Steun de vrouwen Vandaag verschijnt het zesde en laatste deel van het moslim-dossier van Gazet van Antwerpen. De openheid van de deelnemers aan het onderzoek en van de jonge islamieten die in de reportages aan het woord komen, is opvallend. Tegelijk heeft het dossier de moslimgemeenschap in Vlaanderen een spiegel voorgehouden, met een beeld waarvan ze bij momenten zelf schrok. Welke ambities kan journalistiek nog meer hebben? De laatste aflevering heeft integratie tot thema. Blijkbaar een moeilijk woord, want het wordt verschillend geïnterpreteerd door de Vlamingen en de jonge moslims tussen 15 en 25 jaar. Amper één jonge moslim op de twee vindt dat zij of hij zich moet integreren in de Vlaamse maatschappij. Eén op de vier vindt het niet nodig om Nederlands te kennen om in Vlaanderen te wonen. Amper 7 procent vindt dat enkel de kennis van het Nederlands niet volstaat om geïntegreerd te worden in de Vlaamse samenleving. Dat Nederlands beheersen zou volstaan om geïntegreerd te zijn, is natuurlijk niet waar. Het Nederlands begrijpen en het spreken is een noodzakelijke voorwaarde om de regels van de samenleving te begrijpen. Of het nu gaat om huisvuilophaling of verkeersregels: zonder kennis van het Nederlands kun je in Vlaanderen niet behoorlijk functioneren. De hele heisa die francofone randbewoners van Brussel meenden te moeten creëren rond de maatregelen van minister Keulen voor het toegankelijk maken van sociale huisvesting, is dan ook hemeltergend. Afrikaanse migranten bijvoorbeeld zijn niet zelden ook Franstalig, waardoor Franstalig België en Brussel lang niet dezelfde taalproblemen hebben met nieuwe migranten als bijvoorbeeld steden zoals Antwerpen, Mechelen of Sint-Niklaas. In Vlaanderen wordt er Nederlands gesproken. Andere talen kunnen ook, maar dan supplementair. Wie geen Nederlands wil leren, geeft aan zelfs niet te willen beginnen aan een proces van integratie. De onderzoeksresultaten die we afgelopen week publiceerden geven duidelijk aan dat de progressieve jonge moslim niet bestaat. Is dat een probleem? Kun je iemand kwalijk nemen niet progressief te zijn? Nee. Maar koppig vasthouden aan de overtuigingen die niet met je sociale omgeving overeen stemmen, is wel problematisch. Moslimmeisjes - en jongens tussen 15 en 25 in Vlaanderen zijn ofwel traditioneel moslim of zeer traditioneel moslim. Een derde is het eerste, twee derde het tweede. De eerste inpassen in de Vlaamse samenleving is lastig, de tweede plaatsen zich buiten de Vlaamse samenleving. Zij kiezen voor het conflictmodel. Onderzoeken en statistieken hebben natuurlijk ook iets misleidends: ze veralgemenen. Het zou fout zijn om alle jonge moslims die wel de waarden en normen van de Vlaamse samenleving aanvaarden en opnemen, te verdrinken in algemeenheden. Grote gemene delers bestaan niet, individuen wel. De meest penibele situatie is er voor de moslimvrouwen, wiens intelligentie, ontvankelijkheid en sociale reflex worden beknot door een patriarchistisch machtssysteem van tradionele moslimmannen. Gelukkig zijn er steeds meer vrouwen die ondanks hun moslimomgeving erin slagen om zichzelf te ontwikkelen, in de politiek of elders. Als wij bezorgd zijn over de toekomst van de ondervraagde jonge moslims in Vlaanderen, moeten we deze moedige vrouwen en moeders alle kansen geven. Onze bijna vergeten en begraven overgrootmoeders zouden het niet anders willen.
Traditioneel en gesloten De Antwerpse moslimjongeren zijn heel traditioneel. Onze enquêteresultaten tonen duidelijk aan dat er binnen de moslimgemeenschap van 15 tot 25-jarigen twee groepen zijn. De eerste, zowat een derde van de jongeren, is naar onze normen redelijk conservatief, maar stelt zich toch moderner en opener op dan hun geloofs- en leeftijdsgenoten die nog een stuk traditioneler en geslotener zijn. Die laatste groep is dubbel zo groot als de eerste. U heb het zesde en laatste deel van het Dossier Islam in handen. De voorbije dagen focusten we op onderwijs, arbeid, religie, seksualiteit en relaties, vandaag sluiten we de reeks af met het thema integratie. Gazet van Antwerpen-journalisten Maaike Floor, Karin Vanheusden, Patrick Van de Perre en Sacha Van Wiele en stagiaire Emmie Declerck gingen maandenlang de straat op en hadden talloze diepgaande gesprekken met moslimjongeren. Niet over ‘criminaliteit’ of ‘rondhanggedrag’, maar over hun onmiddellijke leefwereld: school, werk, seks, relaties, geloof en hun plaats in de samenleving. Daarnaast ondervroeg het Gentse onderzoeksbureau Compagnie in opdracht van deze krant een representatief staal van 495 moslims tussen 15 en 25 jaar over dezelfde thema’s. De uitgebreide vragenlijsten
der het slachtoffer te zijn van racisme en discriminatie. Zij vinden het belangrijk om geïntegreerd te zijn. Ze voelen zich thuis in de gemeente waar ze wonen. Hun vriendenkring telt ook niet-moslims. Zij vinden niet dat gelovigen betere mensen zijn dan niet-gelovigen. En deze moslimjongeren vinden het minder erg dat hun dochter geen hoofddoek zou dragen.
werden anoniem ingevuld door jongeren in Antwerpen, Mechelen, Sint-Niklaas en Turnhout. Tegelijkertijd legden we vrijwel identieke vragenlijsten voor aan een ‘controlegroep’ van 203 niet-moslims. Zo kwamen we te weten of de meningen van de moslimjongeren het gevolg zijn van hun ‘jong zijn’, dan wel van hun ‘moslim zijn’.
Open versus gesloten
Evolutie?
Twee derde van de moslimjongeren is traditioneel en gesloten. Dat blijkt uit de vergelijking van hun antwoorden op een hele reeks vragen (zie tabel). De traditionele moslimjongeren geloven in de letterlijke interpretatie van de koran. Zij voelen zich meer het slachtoffer van racisme en discriminatie. Daaruit vloeit voort dat ze zich meer gefrustreerd voelen. Zij hebben vooral moslimvrienden. De imam heeft bij hen een hoog aanzien. Zij geloven dat de Vlaamse maatschappij hen nooit gaat accepteren. Hun kinderen willen ze islamitisch opvoeden en in de taal van origine. Ze zijn overtuigd dat Vlamingen een fout beeld hebben van de islam. Deze traditionele jongeren zijn pessimistisch over de toekomst. Een derde van de ondervraagde moslimjongeren valt onder de noemer ‘eerder modern’ en ‘open’. Zij laten ruimte tot interpretatie van de koran. Deze jongeren zeggen min-
Uit de enquête valt niet op te maken of er een evolutie is. Of met andere woorden de groep eerder moderne jongeren traditioneler en geslotener wordt, of vice versa. Er bestaat namelijk geen refentiemateriaal om die eventuele trend aan te toetsen. Sommige deskundigen hebben wel de indruk dat steeds meer jongeren neigen naar de traditionele groep, maar harde cijfers ontbreken dus. Blijft de vraag waarom jongeren zo sterk vasthouden aan tradities en geloof. Uit de enquête blijkt dat de traditionele jongeren heel erg de indruk hebben dat ze niet worden aanvaard door de Vlaamse maatschappij. Allicht plooien ze zich daarom terug op hun eigen cultuur. Maar ook de omgekeerde redenering is niet uitgesloten. Doordat ze zich zo traditioneel en gesloten opstellen, vinden ze minder aansluiting bij de Vlaamse maatschappij.
Twee groepen jonge moslims Akkoord met volgende stellingen (in%)
Conservatief Oer-conservatief 33
Gelovigen zijn betere mensen dan niet-gelovigen Ik voel mij Belg
53 49
26 33
Ik heb enkel of vooral moslimjongeren als vrienden
54
Ik vind het belangrijk om geïntegreerd te zijn Moslims zijn betere mensen dan niet-moslims
71
48 18
41 53
De imam is iemand wiens mening ik apprecieer 24
Ik zou me beter voelen in een land waar iedereen moslim is
76
48 40 37
Ik had voor mijn huwelijk als seksuele betrekkingen Ik voel mij Vlaming
45
24
48
Vlaamse maatsch. gaat moslims nooit geïntegreerd beschouwen
70 54
Ik voed mijn kinderen op in de taal van origine
76 76
Ik geef mijn kinderen een islamitsiche opvoeding 54 32
Ik stuur mijn kinderen naar een moslimschool Ik overweeg om ooit naar mijn land van origine terug te keren
49
18 36 20
Mijn dochter moet op gepaste leeftijd hoofddoek dragen
41 53
Vlamingen hebben een verkeerd beeld van de moskee Moslimmeisjes mogen uitgaan net als Vlaamse meisjes In Vlaanderen wonen is makkelijk
16
73
33 54
69 66
Vlamingen hebben verkeerd beeld van de islam Mijn vrienden vinden mij geïntegreerd
67
50%
84 72
55
Ik voel mij thuis in mijn gemeente 0%
90
34
Koran moet letterlijk geïnterpreteerd worden
79
100%
Teksten: Emmie DECLERCK • Maaike FLOOR • Patrick VAN DE PERRE • Karin VANHEUSDEN • Sacha VAN WIELE Coördinatie en eindredactie: Wim DAENINCK
DOSSIER ISLAM • DEEL 6 INTEGRATIE ZATERDAG 10 EN ZONDAG 11 DECEMBER 2005
Jongeren begrijpen vraag naar integratie niet
“Maar wij zijn geïntegreerd!” “Wat is integratie?” Dat is de wedervraag die je meteen krijgt, als je aan een jonge moslim vraagt of hij geïntegreerd is. Voor de meesten is het een vreemd begrip, dat niet op hen van toepassing is. Voor Himad Benkerroum (18) is het simpel. “Als moslim zijn we verplicht om ons aan te passen aan de maatschappij waarin we leven, maar daarbij mogen we onze eigen identiteit niet veranderen”, zegt Himad. “Onze identiteit is ons geloof. We willen het recht behouden om ons geloof te belijden, een hoofddoek of een baard te dragen. Door er steeds weer op te hameren dat we ons moeten integreren, geraken veel jongeren gedemotiveerd. De autochtonen moeten hun ogen eens opentrekken. Wij maken Footlocker en H&M rijk. Wij gaan naar jullie scholen. Wij eten jullie eten. Wij kopen bij jullie.” “Het is spijtig dat één of twee domme uitspraken van moslims steeds weer worden veralgemeend naar alle moslims. Dan krijgen we het verwijt dat we niet geïntegreerd zijn. Iemand is niet geïntegreerd als die persoon zich isoleert uit de maatschappij en geen Nederlands spreekt, of toch niet de moeite doet om de taal te leren. Mijn moeder is een paar jaar geleden Nederlands gaan leren. Zij is dus geïntegreerd. Ik geef toe dat er wel ouderen zijn die niet willen integreren. Maar als ze niemand lastig vallen, dan is dat toch geen probleem? Ze moeten wel de wetten respecteren. De sata-
Wat is integratie? “De moslimgemeenschap moet zich integreren”. Je hoort het bijna vaker dan “wat voor weer wordt het morgen?” Maar wat is integratie? Eén begrip, acht meningen.
Groot Van Dale oek der b n e rd o wo se taal: Nederland
rdig gelijkwaa “Het als van een been em een opn roep (van volkingsg in een bes) ander ra aatschappij.” paalde m
nisten, meestal Belgen, díé zijn volgens mij niet geïntegreerd.” Volgens Abdelhafid El Khaoui (20) wordt er te veel poeha verkocht rond integratie. “Integreren is zo’n groot woord”, zegt hij. “Ik ben geïntegreerd. Ik ga naar school en spreek de taal. Misschien zijn er Belgen die niet geïntegreerd zijn door hun a-sociaal gedrag. Zoals door het rood licht lopen. Zeggen dat je de taal moet kennen om geïntegreerd te zijn, is veel te strikt. Het feit dat je probeert om de taal te spreken, is volgens mij al een teken van integratie.”
Frieten met mayonaise Himad Benkerroum. Foto Dirk KERSTENS
Abdullah Turkoglu. Foto Thomas LEGRÈVE
Ergün Top (CD&V), Antwerps gemeenteraadslid: “Je respecteert de grondrechten en -plichten van het land waar je woont. Het gaat om de scheiding der machten, de rechtsstaat en de gelijkwaardigheid tussen man en vrouw. Deze principes zijn onaantastbaar. Daarnaast moet je ook participeren in alle facetten van de maatschappij. Binnen deze context is iedereen vrij om zichzelf te zijn.”
Ook Abdullah Turkoglu (25) begrijpt niet waarom er steeds wordt gezegd dat allochtonen zich moeten integreren. “Ik ben hier geboren en ik heb de Belgische nationaliteit. Ik spreek Nederlands en ben opgegroeid in de Belgische cultuur. Ik ben getrouwd en ik heb een kindje. Ik eet graag frieten met mayonnaise. Mijn toekomst ligt hier. Turkije is voor mij een plek om op vakantie te gaan. Ik begrijp dus de vraag naar integratie niet. Wij zijn al lang geen buitenlanders meer.” “Mij is nog nooit gevraagd om te integreren. Mensen hebben wel vooroordelen tegenover ons, omdat we een andere huidskleur hebben. Bij elke bevolkingsgroep heb je er wel ‘ne scheve’ bijzitten, maar dat wil toch niet zeggen dat iedereen scheef is? Als je steeds beleefd bent en Nederlands spreekt, dan zijn de meeste problemen al opgelost.”
Mimount Bousakla (sp.a), senator: “Het op verantwoorde wijze samenvlechten van eigen identiteit en wortels met de nieuwe situatie en leefwereld.”
Ik vind dat de moslims als gemeenschap geïntegreerd moeten zijn in de Vlaamse maatschappîj. 5 36 52 7
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ In % Niet van toepassing Basis: Moslimjongens en -meisjes
Ik vind het belangrijk voor mezelf om geïntegreerd te zijn in de Vlaamse maatschappij. 4 34
55 7
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ In % Niet van toepassing Basis: Moslimjongens en -meisjes
Integratie in de Vlaamse maatschappij betekent dat ik mijn eigen cultuur en waarden deels moet opgeven. 6 24 30 40
In %
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ Niet van toepassing
Basis: Moslimjongens en -meisjes
Fauzaya Talhaoui (Spirit), senator:
Nahima Lanjri (CD&V), kamerlid:
“Actief deelnemen aan de maatschappij in al haar facetten. Er is ruimte om je eigen identiteit te ontwikkelen, maar met respect voor de anderen. Integratie komt ook van twee zijden.”
“De wettelijke regels en de waarden en normen van een maatschappij moeten worden geassimileerd. Binnen deze grenzen is iedereen vrij om zijn persoonlijk leven vorm te geven.”
Jozef De Witte, Centrum voor Gelijke Kansen en Racismebestrijding:
Filip Dewinter (Vlaams Belang), Vlaams parlementslid:
Marino Keulen (VLD), Vlaams minister van Integratie:
Dyab Abou Jahjah, voorzitter Arabisch Europese Liga:
“Ik hanteer de definitie die door Koninklijk Commissaris voor het Migrantenbeleid Paula D’Hondt is opgesteld. Daarin wordt vertrokken van de notie inpassing aan de hand van volgende criteria: de assimilatie van de openbare orde, respect voor de fundamentele principes van de Belgische maatschappij en ondubbelzinning respect voor de culturele diversiteit. Dat gaat gepaard met de bevordering van de structurele betrokkenheid van de minderheden bij de activiteiten en de doelstellingen van de overheid.”
“Ik spreek niet over integratie, maar wel over assimilatie of aanpassen. Dat wil zeggen dat een vreemdeling volledig onze waarden en normen moet overnemen, en zo Vlaming onder de Vlamingen wordt.”
“De dwingende uitnodiging aan iedereen die in onze samenleving wettelijk verblijft en er zijn toekomst wil uitbouwen om actief deel te nemen aan die samenleving, de taal te leren, de basiswaarden ervan te kennen en na te leven en er zo snel mogelijk op eigen benen te kunnen staan.”
“Integratie is een proces waarbij alle componenten in een maatschappij een stempel drukken op de sociale, de economische en de politieke niveaus. Een maatschappij moet zich aanpassen aan diversiteit. De verantwoordelijkheid ligt voor 20% bij het individu en voor 80% bij de maatschappij.”
DOSSIER ISLAM • DEEL 6 INTEGRATIE ZATERDAG 10 EN ZONDAG 11 DECEMBER 2005
a. 5 b. 2 c. 3
2. Wie beslist over de immigratie en de toekenning van verblijfsvergunningen? a. De gemeente waar je verblijft. b. De Vlaamse overheid. c. De Belgische, federale overheid.
DE STAD 3. Wat is geen district van Antwerpen? a. Kiel. b. Merksem. c. Borgerhout.
4. Hoeveel Antwerpenaars hebben een vreemde origine, asielzoekers niet inbegrepen? a. 11,4% b. 21,8% c. 32,9%
EUROPA 5. Waarover gaat het verdrag van Schengen dat België samen met de 14 andere Europese landen heeft getekend? a. Afschaffing van de interne grenscontroles en een gezamenlijk visabeleid. b. Invoering van een Europese munt, de euro. c. Een gezamenlijk asielbeleid.
LEEFWIJZE 6. Je gaat op zaterdag 1 november naar de supermarkt en hij is gesloten. Weet je waarom? a. 1 november is Allerheiligen, een officiële feestdag waarop niet wordt gewerkt. b. 1 november is Allerheiligen, een katholieke feestdag ter herdenking van de doden en alleen een vrije dag voor de katholieken. c. 1 november is de verjaardag van de koning en een vrije dag voor alle Belgen.
7. Wat doet men indien men in België een cadeau krijgt? a. Men bedankt, zet het cadeau weg en doet het pas open als iedereen weg is. b. Men bedankt, doet het cadeau direct open en zegt zeker dat het mooi is. c. Men neemt het cadeau pas aan als de schenker het drie keer heeft aangeboden.
8. Wanneer kan er officieel sprake zijn van nachtlawaai? a. Na 22u. b. Na middernacht. c. Alleen in het weekend, na middernacht.
MOBILITEIT 9. Een kind van tien jaar rijdt op de tram ... a. altijd gratis. b. gratis indien onder begeleiding van een betalende volwassene. c. gratis indien onder begeleiding van een volwassene in bezit van een abonnement.
10. Een buzzy pazz is? a. Een jongerenabonnement voor de trein. b. Een jongerenabonnement voor de bus en de tram. c. Een abonnement voor scholieren voor de bus en de tram.
11. Als je met de trein reist ... a. kan je je ticket altijd op de trein kopen. b. kan je je ticket alleen kopen in het station van vertrek. c. kan je je ticket alleen in uitzonderlijke gevallen kopen op de trein en je betaalt iets meer.
De voorbije zeven maanden volgden in Antwerpen 925 nieuwkomers een traject Maatschappelijke Oriëntatie. Om aan buitenstaanders duidelijk te maken wat die lessen juist inhouden, stelde het Project Integratie Nieuwkomers Antwerpen (PINA) een inburgeringstest op. Die test geeft een overzicht van wat nieuwkomers allemaal leren. Bent u ingeburgerd? Doe de test! Ik vind dat je, om in Vlaanderen te leven, een goede kennis van het Nederlands moet hebben. 1 20 3
76
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ In % Niet van toepassing Basis: Moslimjongens en -meisjes
Ik vind dat Nederlands kennen voldoende is om geïntegreerd te zijn in de Vlaamse maatschappij. 2 36 55 7
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ In % Niet van toepassing Basis: Moslimjongens en -meisjes
12. Wie met de auto rijdt moet... a. alleen een internationaal rijbewijs hebben. b. een in België geldig rijbewijs en een verzekering tegen burgerlijke aansprakelijkheid hebben. c. moet alleen meerderjarig zijn en een verzekering tegen burgerlijke aansprakelijkheid hebben.
DE VERZORGINGSSTAAT 13. De sociale zekerheid wordt gefinancierd... a. door de werkgevers, de werknemers en de staat via de belastingen. b. door de staat via belastingen. c. door de werknemers.
14. Indien je werkt, wordt een deel van je brutoloon afgehouden voor... a. de belastingen. b. de mutualiteiten. c. het OCMW.
15. Je verhuist van Merksem naar Deurne en je wilt je opnieuw inschrijven in de gemeente. Waar ga je naartoe? a. Ik ga naar het districtshuis van Antwerpen. b. Ik ga naar de burgerlijke stand van Merksem. c. Ik ga naar de dienst Bevolking van Deurne.
16. Wat doe je indien je je identiteitskaart of verblijfsvergunning verloren hebt? a. Bellen naar het nummer 101. b. Naar het wijkkantoor van de politie gaan. c. Naar het districtshuis gaan.
17. Wat doe je indien je een brief krijgt die je niet begrijpt? a. Ik ga naar het stedelijk wijk- of stadskantoor voor uitleg of doorverwijzing. b. Ik ga direct naar de sociale tolkendienst voor vertaling. c. Ik gooi de brief weg en doe alsof ik niets heb ontvangen.
WERKEN 18. Je bent Marokkaan en je echtgenote heeft de Belgische nationaliteit. Dan ... a. kan je werken zonder arbeidskaart. b. mag je alleen werken met een arbeidskaart. c. mag je de eerste twee jaar niet werken.
19. In mijn proefperiode als bediende kan ik... a. niet ontslagen worden. b. kan ik ontslagen worden zonder opzeggingstermijn. c. kan ik ontslagen worden met een opzeggingstermijn.
OPVOEDING EN ONDERWIJS 20. Je kind is drie jaar en zes maanden. a. Het moet naar school. b. Het mag naar school, maar je moet per dag betalen. c. Het mag naar school en je betaalt enkel voor extra kosten, zoals nabewaking, drank, enz.
GEZONDHEID 21. Wie betaalt het remgeld? a. De patiënt zelf. b. De dokter. c. De mutualiteiten.
22. Je staat zaterdagmorgen op en hebt keelpijn. Wat doe je? a. Je gaat naar de spoedgevallen van een ziekenhuis. b. Je belt naar de huisarts van wacht. c. Je belt naar de neus-, keel- en oorspecialist.
HUISVESTING 23. Je huurt een woning en bij de ondertekening van het contract vraagt de verhuurder om cash een waarborg te betalen van 3 maanden huur. a. Je gaat akkoord en betaalt. b. Je gaat akkoord, maar stelt voor de waarborg op een geblokkeerde rekening te storten, op naam van jezelf. c. Je gaat akkoord, maar stelt voor de waarborg op een geblokkeerde rekening te storten op naam van de verhuurder.
VRIJE TIJD 24. De zwembaden in Antwerpen... a. zijn gratis voor inwoners van Antwerpen. b. zijn gratis voor alle kinderen tot 12 jaar. c. zijn betalend.
MILIEU 25. Je hebt geen zin om te koken en haalt eten in een meeneemrestaurant. Wat doe je na het eten met de aluminium schaaltjes? a. Ik gooi ze in de witte zak voor restafval. b. Ik gooi ze in de blauwe zak voor PMD. c. Ik gooi ze in de groene zak samen met de etensresten.
Antwoorden
1. Hoeveel gewesten heeft België?
Bent u ingeburgerd? Doe de test!
1. c; 2. c; 3. a; 4. b; 5. a; 6. a; 7. b; 8. a; 9. c; 10. b; 11. c; 12. b; 13. a; 14. a; 15. c; 16. b; 17. a; 18. a; 19. c; 20. c; 21. a; 22. b; 23. b; 24. c; 25. b.
HET LAND
DOSSIER ISLAM • DEEL 6 INTEGRATIE ZATERDAG 10 EN ZONDAG 11 DECEMBER 2005
Jongeren hebben begrip voor reacties autochtonen
“Oorzaak racisme ligt ook bij ons” Zes op de tien jongeren zegt als eens het slachtoffer te zijn geweest van racisme. De jongeren blijven er meestal rustig bij en begrijpen zelfs de reactie van de autochtonen. Himad Benkerroum (18) zegt slechts uitzonderlijk te worden geconfronteerd met racisme. “Ik woon dan ook in een wijk met veel allochtonen. Als het al gebeurt, dan komt het vooral van de bestuurders van bussen en trams. Als je wil opstappen, gaat de deur ineens dicht en wordt ze niet meer opengedaan. Of je loopt tot aan de deur, en dan vertrekt de bus.” “Als ik op een bus stap, dan zie ik hoe de mensen hun handtas dichter bij zich zetten. Ze denken waarschijnlijk dat ik ze ga stelen. Maar het doet mij niets. Het beïnvloedt mijn leven niet. Zolang het maar bij lelijk kijken blijft.” (lacht) Himad beseft dat niet iedereen zich kan inhouden. “Ze zeggen: ‘Als ik krapuul ben, dan zal ik ze eens laten zien wat voor groot krapuul ik ben’. Zo krijg je natuurlijk problemen. Het is moeilijk, hoor.” “Als er bij ons op school een diefstal was, dan keken ze altijd direct in de richting van de Marokkanen. Je weet dat en je krijgt een ongemakkelijk gevoel. Onbewust begin je je verdacht te gedragen. Ja, en dan pikken ze jou eruit en mag je het komen uitleggen, terwijl je niets hebt gedaan”, zegt Himad.
“Mij verdenken ze nooit” Chahid Bouchtaoui (18) was nog nooit het slachtoffer van racisme. “Ik draag een baard en traditionele kleren. De leerkrachten weten dat ik een vroom moslim ben. Ze verdenken mij nooit.” Chahid lacht trots: “Als er problemen zijn, dan stappen ze naar mij voor advies.”
“Een deel van de verantwoordelijkheid ligt ook bij ons”, meent Abdelhafid El Khaoui (20). “Ik denk daarbij aan het wangedrag van rondhangende jongeren.” “Ik ben slechts éénmaal geconfronteerd geweest met racisme”, vertelt de Turkse moslim Abdullah Turkoglu (25). “Ik was 16 of 17 jaar. Ik zat op de tram, maar stond recht voor een oudere man. Hij begon mij toen uit te schelden. ‘Wat denk je wel’, zei de man. ‘Denk je dat ik een oude vent ben, of wat?’ Daarna riep hij dat ik geen respect had voor oudere mensen. Ik ben toen van de tram gestapt en heb gewacht op de volgende.” “Ach, je weet natuurlijk nooit wat die mensen vroeger met vreemdelingen hebben meegemaakt. Een goede dag zeggen doet al veel. Sommigen reageren dan niet. Of ze zeggen een goede dag terug. Ik kom voor mijn job geregeld bij mensen thuis voor hun verwarming. Als ze mij zien staan, dan trekken sommigen een smoel van ‘wat hebben ze nu weer gestuurd’. Ze houden mij dan ook heel goed in het oog. Ze vertrouwen mij niet. Ik heb daar geen probleem mee. Ze mogen mij controleren. Als ik mijn werk heb gedaan, dan zijn ze tevreden. En sommigen geven mij zelfs een fooi.”
Chahid Bouchtaoui en Himad Benkerroum. Foto Dirk KERSTENS
Ik ben al het slachtoffer geweest van racisme. 4 20 17
Allochtone verenigingen krijgen het verwijt zich te veel op de eigen gemeenschap terug te plooien. Ze zouden de integratie belemmeren. Mohamed Chakkar, coördinator van de Federatie van Marokkaanse Verenigingen (FMV), weerlegt de kritiek. “De overheid onderschat de waarde van onze verenigingen.” FMV overkoepelt een tachtigtal verenigingen, waarvan twintig in Antwerpen. Moskeeën zijn niet aangesloten bij de federatie. “De verenigingen bieden niet de oplossing voor de hoge werkloosheid bij allochtonen, de leerachterstand en het racisme op de woningmarkt”, zegt Chakkar. “Wel vormen ze de emancipatorische motor van de gemeenschap. Je ontdekt de noden van de gemeenschap en je probeert die op de politieke agenda te plaatsen. Het is ook een ontvoogdingsstrijd. We informeren, sensibiliseren en responsabiliseren de mensen. We wijzen ze erop dat ze hun verantwoordelijkheid moeten opnemen? Niet alleen thuis, maar ook voor hun deur, in de straat en de wijk.” De roep naar integratie is een achterhaald debat, vindt hij. “Wij zijn geen migranten meer. Of de autochtonen het nu willen of niet, maar wij zijn een deel van deze samenleving. Het integratiebeleid is het meest schadelijke beleid dat er ooit werd gevoerd. Het is vooral een politiek begrip. Het zorgde voor verwarring in 10.000 hoofden. Bij de meeste Vlaamse mensen staat integratie gelijk aan assimilatie. Ze zeggen: ‘Wordt zoals wij’. Daarmee zeggen ze niet dat je mag blijven of moet weggaan. Neen, je blijft aan de voordeur staan. We zijn ondertussen al aan de vierde generatie van jongeren van Marokkaanse origine. Dan kan je toch nog moeilijk over integratie praten? Ik spreek liever over maatschappelijke integratie. Iedereen hoort een volwaardige kans te krijgen in de maatschappij. Mensen van een andere origine of een andere geaardheid moeten worden geaccepteerd zoals ze zijn. De huidige samenleving is nu
59
Klopt Klopt niet Neutraal Geen antwoord/ In % Niet van toepassing Basis: Moslimjongens en -meisjes
Abdullah Turkoglu. Foto Thomas LEGRÈVE
Mohamed Chakkar
“Integratie is achterhaald” Volgens Mohamed Chakkar vormen de verenigingen de emancipatorische motor van de gemeenschap.
924 klachten over racisme In 2004 maakte het Centrum voor Gelijke Kansen en Racisme (CGKR) 924 nieuwe dossiers op in verband met racisme. In 17% van de gevallen ging het om discriminatie op de arbeidsmarkt. Op de tweede plek, met 14%, komen de dossiers rond samenlevingsproblemen: burenruzies en straatagressie met slagen en verwondingen tot gevolg. Binnen deze categorie is er een stijging van 4% in vergelijking met 2003. Op de derde plaats staan meldingen over de openbare dienstverlening (13%) en op de vierde plaats (9%) discriminatie op de woningmarkt. De meerderheid van de klagers (36%) zegt het slachtoffer te zijn van discriminatie door zijn of haar afkomst. Verder scoren godsdienst en nationaliteit (beiden 10%) als oorzaken hoog. Volgens het jaarverslag 2004 van het CGKR gaat het in een klacht op de vijf daadwerkelijk om racisme. Het betreft dan het aanzetten tot racisme, discriminerende behandeling en beledigingen en/of geweld. Slechts in één geval op de twintig stapt het centrum naar de rechter. Voor de meeste dossiers is bemiddeling voldoende om het probleem op te lossen.
gen huwelijken. In 1997 deden we daar een grote actie rond. We lopen daar niet mee te koop. Een debat rond taboes lukt alleen als je het in een serene sfeer kan laten verlopen. Ondertussen nam het aantal gedwongen huwelijken sterk af. Dat is ook logisch. De vrijwilligers binnen onze verenigingen zijn ook ouders. Zij willen hun zoon of dochter geen leed berokkenen.” “Ook rond leerachterstand nemen we onze verantwoordelijkheid op. We blijven niet aan de zijlijn staan. Een groot deel van de verenigingen bieden huiswerkbegeleiding aan. De leerachterstand is een grote bekommernis. Na het weer zijn probleemjongeren waarschijnlijk het meest besproken thema binnen de gemeenschap.” “We willen ook graag samenwerken met andere autochtone verenigingen, scholen en buurtverenigingen. Het is écht fout dat wij een gesloten gemeenschap zouden zijn en ons terugplooien op onze eigen cultuur. Ik daag iedereen uit om te komen kijken. Als een lidvereniging weigert om met anderen samen te werken, om welke reden dan ook, dan vliegt die vereniging uit de federatie.”
In de kinderschoenen
GvA-foto Bert HULSELMANS
eenmaal divers. Dit in tegenstelling tot assimilatie, want dat is pure discriminatie.”
“Wij zijn géén gesloten gemeenschap” Een veel gehoorde kritiek is dat de verenigingen taboes binnen de gemeenschap niet durven doorbreken. Ook deze opmerking wuift Chakkar weg. “Deze kritiek is plat populisme. Bijna elke vereniging is bezig rond gedwon-
Het allochtone verenigingsleven staat volgens Chakkar nog in zijn kinderschoenen. FMV is acht jaar bezig. “Pas nu zijn we klaar om meer naar buiten te treden en met anderen samen te werken. Ik stel alleen vast dat de Vlaamse verenigingen niet altijd geïnteresseerd zijn in ons. De samenwerking gaat meestal niet verder dan hennatekeningen en theeceremonies.” Maar waarom doen zo weinig allochtone buren mee aan activiteiten van bewonersgroepen? “Buurtverenigingen betrekken hun allochtone buren nog te weinig. De allochtone buur wordt steeds aangesproken als ‘lid van de Marokkaanse gemeenschap’. Dat schrikt mensen af. Als individu willen sommigen best meedoen, maar niet als vertegenwoordiger van een gemeenschap.”