Parket-Parquet 2023_02

MASSIEF MOZAÏEKPARKET in het voormalig klooster van Loppem

GESLAAGDE EERSTE STUDIEDAG van Dé Parketplaatsers

UN PARQUET MASSIF EN MOSAÏQUE pour l'ancien monastère de Loppem

LA PREMIÈRE JOURNÉE D'ÉTUDE de Dé Parquetplaatsers est une réussite

 40 KLEUREN

 LAAG VERBRUIK

 GEBRUIKSVRIENDELIJK

 ECOLOGISCH: 0% VOC

 NATUURLIJKE LOOK & FEEL

Oil Plus 2C.

Kwalitatieve bescherming en kleuring voor binnenhout in één enkele laag

Op zoek naar een gezonde houtafwerking voor al je houtprojecten binnenshuis? Rubio Monocoat Oil Plus 2C kleurt en beschermt je hout in één enkele laag en doet dat zonder dat er schadelijke stoffen vrijkomen. Het GREENGUARD GOLD label bewijst nog maar eens dat de olie zorgt voor een gezonde binnenomgeving en veilig is voor milieu en mens

6 ● Studiedag Parket

De eerste studiedag georganiseerd door Dé parketplaatsers was een succes.

22 ● Journée d’étude Parquet

La première journée d'étude de Dé Parquetplaatsers était une réussite.

5 ● Voorwoord

Door Johan Vandenbergh

6 ● Verenigingsnieuws

Eerste studiedag van Dé Parketplaatsers is schot in de roos

8 ● Kleuren van hout

Olie of beits? Parket voorkleuren is kleur bekennen

10 ● Project

Nieuw massief mozaïekparket voor voormalig klooster van Loppem

10 ● Klooster van Loppem

Manu vannieuwenhuyse plaatste een nieuw massief mozaïekparket in het voormalige klooster van Loppem.

24 ● Le monastère de Loppem

Manu vannieuwenhuyse pose un nouveau parquet massif en mosaïque dans l’ancien monastère de Loppem.

14 ● Restauratie

Zes meter lange barsten in paneelvloeren van Kasteel van Laken vakkundig gerestaureerd

17 ● Houthandel

België blijkt draaischijf voor illegale houtimport in Europa

18 ● Restauration

Des fissures de six mètres de long dans les parquets du château de Laeken ont été restaurés avec expertise

22 ● Nouvelles de l’association

La première journée d'étude de Dé Parquetplaatsers est une réussite

Embuild Afwerking

Embuild Finition

Verantwoordelijke uitgever

Editeur responsable

Filip Coveliers

Kunstlaan 20, 1000 Brussel filip.coveliers@embuild.be

Adreswijzigingen/ changements d'adresses ann.cassauwers@embuild.be

Redactie/rédaction

Bram Schittecatte

Tel: 02/545 59 47

bram.schittecatte@embuild.be

Vertaling/traduction technique

Anouk van den Broek

Vormgeving/mise en page nikka.cuypers@embuild.be

14 ● Kasteel van Laken

Che Polfliet mocht de historische vloeren van het Kasteel van Laken onder handen nemen. Geen alledaags karwei!

18 ● Château de Laeken

Che Polfliet a eu l’honneur de restaurer les planchers historiques du Château de Laeken. Une tâche hors du commun!

24 ● Projet

Nouveau parquet massif en mosaïque pour l'ancien monastère de Loppem

27 ● Commerce de bois

La Belgique s'avère être une plaque tournante pour les importations illégales de bois en Europe

28 ● Coloration du bois

De l'huile ou une lasure? Teinter le parquet, c'est annoncer la couleur

30 ● GT Les Parqueteurs –Die Parkettverleger

Publiciteit/publicité

Steve Caufriez

Tel.: +32 (0)2 545 57 25

GSM: +32 (0)486 58 71 91

steve.caufriez@embuild.be

Drukwerk/imprimeur

Graphius

Parket verschijnt in maart, juni, september en november. - Parquet paraît en mars, juin, septembre et novembre

EEN PREMIUM IN GEBRUIKSGEMAK EN DUURZAAMHEID

• Ecologische verpakking voor hybride parketlijmen

• Hetzelfde product, dezelfde kwaliteit

• Makkelijker te recycleren

• Makkelijker stapelbaar, neemt minder plaats in

Telefictie

Beste collega’s, De bouwsector haalt geregeld de media, dikwijls positief, maar ook regelmatig negatief. Zo was er de Borealis werf waar sociale uitbuiting aan het licht kwam, terwijl iedereen dacht dat zoiets niet meer bestond. Enkele weken geleden zorgde het faillissement van een bouwpromotor ervoor dat verschillende bouwlustigen hun zuurverdiende centen kwijtspeelden. De gedupeerden moesten flinke voorschotten ophoesten, maar kregen helaas geen waar voor hun geld. Dit deed de discussie weer oplaaien over het betalen van voorschotten. De bonafide aannemer die te goeder trouw een voorschot vraagt, zal het weer mogen uitleggen aan de wantrouwige consument.

Tegenwoordig zijn de bouw- en verbouwprogramma’s niet meer van het scherm weg te denken. In die programma’s worden dromen werkelijkheid. Met een budget waarmee je nauwelijks een doorsnee badkamer kan verbouwen, worden in dergelijke programma’s volledige woningen gerenoveerd. De kijker krijgt bij het zien van dit alles al meteen het water in de mond. Bij een eerste bezoek aan een toonzaal van een aannemer moet deze euforie al snel plaats maken voor de grote ontgoocheling. De liefhebber van dit soort programma’s komt er gauw achter dat bouwen en verbouwen toch wel veel duurder uitvalt dan wat er op TV getoond wordt. De programmamakers vertellen er niet altijd bij dat de fabrikanten/sponsors bereid gevonden werden om producten gratis ter beschikking te stellen in ruil voor wat reclame. Wat menig vakman ook vaak tegen de borst stuit is het schijnbare gemak waarmee sommige klussen uitgevoerd worden. Plots lijken droogtijden en plaatsingsvoorwaarden niet meer te bestaan. Voor het oog van de camera kan veel, maar in het dagelijkse leven moet het werk wel wat langer meegaan dan de duur van het programma. Het wordt tijd dat de makers van deze programma’s de zaken voorstellen zoals ze werkelijk zijn, want anders dreigt voor velen een bouwdroom op een nachtmerrie uit te draaien en worden aannemers als zakkenvullers afgeschilderd. Dit alles in tijden waarin de “goede” aannemers het bijzonder moeilijk hebben.

Gelukkig stellen wij in dit vakblad de zaken wel voor zoals ze zijn. We zoeken regelmatig collega’s op die terecht fier zijn op wat ze gerealiseerd hebben. We ontdekken met welke uitdagingen ze te maken kregen en welke oplossingen ze hiervoor uit hun hoed toverden. Heb jij ook een project waar je trots op bent? Stuur ons een bericht en wie weet staan we binnenkort bij jou op de werf.

Nu het jaar al zo goed als halfweg is, lonkt de vakantie weer. Nog enkele weken keihard ertegenaan en daarna kan je weer genieten van een deugddoende vakantie.

Fijne vakantie! Collegiale groeten

Johan Vandenbergh

Voorzitter Embuild Dé Parketplaatsers

Eerste studiedag van Dé Parketplaatsers is een schot in de roos

Op dinsdag 25 april vond in Hamme de eerste studiedag van Dé Parketplaatsers plaats. Na afloop niets dan tevreden gezichten bij bezoekers en sponsoren. Er wordt nu al hardop nagedacht over een tweede editie in 2024.

Een twintigtal parketplaatsers uit alle uithoeken van Vlaanderen vond de weg naar het opleidingscentrum van de VDAB in Hamme, waar de studiedag plaatsvond. Onder hen ervaren rotten als ROBERT VERHAEGE en MIGUEL DOBBELAERE , maar ook verschillende jongere parketteurs, die graag wilden bijleren en kennis wilden maken met nieuwe producten en merken.

Op het programma stonden zeven inhoudelijke sessies, waarbij de parketteurs uitleg kregen over een waaier van producten en diensten. De dag begon met een kort theoretisch gedeelte, daarna trokken de parketplaatsers naar het atelier, waar praktijksessie en demonstraties volgden.

FLORIS CALUWAERTS van BUILDWISE beet de spits af. Hij informeerde de parketplaatsers over de werking en diensten van Buidwise en hij legde er uit hoe aannemers technisch advies kunnen vragen van de Buildwisedeskundigen. Een service die nog te weinig gebruikt wordt door aannemers uit alle takken van de bouw.

Tijdens de tweede sessie gaf HENDRIK GODERIS van lijmfabrikant RECTAVIT meer uitleg over de werking en samenstelling van moderne parketlijmen. Ook de invloed op de akoestische prestaties kwam kort aan bod.

In het aterlier was het tijd om de mouwen op te stropen en zelf het hout te voelen. De eerste praktijksessie werd gegeven door BERRYALLOC LUT DELOBELLE en OLIVIER DEDECKER lieten de deelnemers kennismaken met het BerryAlloc parket, maar ze maakten ook van de gelegenheid gebruik om de High Pressure Floors (HPF) voor te stellen, een product dat onbekend was bij veel collega’s en daardoor ook op veel belangstelling kon rekenen.

De laatste ochtendsessie werd gegeven door PATRIC WASTEELS van BONA Hij nam een demonstratievloer onder handen met verschillende producten van de Zweedse parketspecialist. Eerst borstelde hij de vloer met de Bona-schuurpads, vervolgens bracht hij een primer aan, om de vloer daarna af te werken met de welgekende Traffic Raw parketlak. Na deze sessie genoten de deelnemers samen van een broodjeslunch en kregen ze de gelegenheid

De demonstraties van Rigo werden aandachtig gevolgd.

BerryAlloc stelde de parketvloeren en HPF-vloeren voor.

om bij te prenten en elkaar beter te leren kennen.

De namiddag werd afgetrapt door de ploeg van Blanchon, die van de studiedag gebruik maakten om de producten van RIGO voor te stellen aan het Vlaamse publiek. Ze kregen daar-

voor versterking van HAN DORENBOS , die vanuit Nederland afgezakt was om de overlakbare kleuroliën van Rigo voor te stellen en uit te leggen hoe het ingenieuze systeem werkt. Veel aanwezigen hadden nog nooit met de producten van Rigo gewerkt en de vertegenwoordigers werden dan ook

overstelpt met vragen. Voor wie het niet zou weten: Blanchon, Ciranova en Rigo maken sinds enige tijd alle drie deel uit van dezelfde groep, vandaar dat vertrouwde gezichten van Blanchon nu ook Ciranova en Rigo zullen verdelen en vice versa.

Uiteraard mochten ook de fabrikanten van schuurmiddelen niet ontbreken. De mensen van PALLMAN demonstreerden de vele mogelijkheden van de roterende Pallman Spider en de bijhorende stofzuiger met separator. Uiteraard wilden heel wat bezoekers ook zelf eens ervaren hoe de Spider aanvoelt en dus werden de mouwen opgestroopt en ging iedereen eens met het toestel aan de slag.

Aan het eind van de dag gaven ANTHONY DENOYEL en JOCHEN GHEKIERE nog een demonstratie van de Diamond oil Active en de Invisible 2K Lacquer van WOCA

Na afloop bleven veel bezoekers nog nakaarten met collega’s en de vertegenwoordigers van de aanwezige merken. Bij de deelnemers hoorden we veel positieve commentaren, en ook de sponsoren waren heel blij met het aanwezige publiek, dat volledig bestond uit vakmensen. Gezien het succes van de ze eerste editie is de kans dus groot dat deze studiedag een vervolg krijgt in 2024. Aan het programma zal nog wat geschaafd worden, maar we behouden zeker en vast de formule waarbij een waaier aan fabrikanten hun producten en nieuwigheden voor de parketsector kunnen demonstreren. Tot volgend jaar!

Een vaste waarde als Bona mocht uiteraard niet ontbreken.

De Pallman Spider lokte veel bekijks.

De mensen van WOCA sloten deze eerste studiedag af.

Olie of beits? Parket voorkleuren is kleur bekennen

Elke houtsoort heeft zijn eigen tint, toch zijn er voldoende redenen te bedenken om het hout toch bij te kleuren. En dan kom je al snel bij olie en beits uit. Wat zijn de voor- en nadelen van beide opties?

Iedere houtsoort heeft zijn eigen kleur. Van het zwart van wengé, het rood van merbau of de bleke houttint van naaldhoutsoorten, houtsoorten bestaan in een waaier aan kleuren. In onze contreien wordt echter meestal eikenhout gebruikt, en daarin zijn de kleurverschillen eerder gering. Meestal beperkt de keuze zich tot ‘bleke’ eik of ‘donkere’ eik. Om het hout te laten aansluiten bij de andere kleuren van een interieur, bij restauraties, of simpelweg om de vloer wat kleurrijker te maken, kan het gebeuren dat de opdrachtgever verkiest om het hout te kleuren.

In dat geval kan je uiteraard gebruik maken van verf, maar daar zijn enkele nadelen aan verbonden. Verf sluit het hout volledig af, waardoor het hout niet meer kan ‘ademen’. Ook kunnen na verloop van tijd barstjes en blaasjes ontstaan. Daarom zijn oliën en beitsen betere opties.

Beitsen

Door parket te beitsen, kan je het hout iedere gewenste kleur geven. Beitsen dringen tot diep in het hout, geven een mooi contrast en accentueren de houttekening. In tegenstelling tot verf is beits bovendien dampopen en kan water dat in het hout dringt, gemakkelijk verdampen. Er bestaan zowel dekkende als doorzichtige (transparante) beitsen. Een dekkende beits verbergt de houtstructuur volledig. Wanneer het gaat om beschadigd of lelijk parket, kan dat een goede optie zijn. Een (half-) transparante beits benadrukt en verfraait net de houtstructuur.

Het grote nadeel van beitsen is de ge-

Er bestaan verschillende soorten beitsen met elk hun sterke en zwakke punten. Cellulosebeitsen en alcoholbeitsen dringen goed in het hout en accentueren de houttekening. Anderzijds bevatten ze vaak oplosmiddelen. Waterverdunbare beitsen dringen dan weer minder goed in het hout, waardoor de houttekening doffer wordt. Wel drogen de watergedragen beitsen sneller. Daardoor zijn ze over het algemeen iets moeilijker aan te brengen. Fouten kan je achteraf niet meer corrigeren.

Solventgedragen beitsen dringen dieper in het hout door. Ze drogen ook veel trager. Dat heeft als voordeel dat je veel langer correcties kan aanbrengen, maar als nadeel dat de droogtijd tussen de verschillende lagen ook veel langer is.

OPGELET: Het gebruik van een beits moet verenigbaar zijn met de latere afwerking; dit betekent dat er bv. geen waterverdunbare beitsen gebruikt mogen worden wanneer de afwerking met een watergedragen vernis gebeurt.

ringe verwerkingstijd. Wanneer je met beits werkt, is het cruciaal om goed door te werken en het volledige vloeroppervlak in één keer te behandelen. Net omwille van die reden geven veel parketplaatsers de voorkeur aan kleurolie. Olie heeft immers een veel

langere verwerkingstijd en is daardoor een stuk makkelijker in het gebruik. Kleurolie heeft als bijkomend voordeel dat ze het hout ook meteen afwerkt en beschermt. Bij het gebruik van beitsen moet er doorgaans ook nog een afwerkingslaag aangebracht worden.

BONA

Het Bona olie-assortiment biedt een oneindig palet aan kleuren en is gemaakt van plantaardige materialen. Het hoge gehalte aan olie gecombineerd met een minimaal VOS gehalte staat zorgt voor een superieure mate van verzadiging en daarmee voor gezonde en langdurig meegaande vloeren. Deze natuurlijke houtbeschermende middelen beschikken over uitstekende droogeigenschappen.

De 2-componenten parketolie Bona

CRAFT OIL 2K geeft de ‘zachte’ uitstraling van een geoliede vloer. Voor eventueel extra duurzame bescherming van het oppervlak kan men aflakken met één van de Bona TRAFFIC HD parketlakken. De 2K olie is perfect voor een breed scala aan houtsoorten waaronder kers, walnoot, gerookt eiken en gestoomd beuken. Vloeren behandeld met Bona

CRAFT OIL 2K zijn klaar voor licht gebruik na slechts 8 uur en kunnen - indien gewenst - overgelakt worden na 12 uur.

WAT BIEDEN DE FABRIKANTEN AAN? BONA

Bona Craft Oil kan tevens worden voorbehandeld met Bona NORDIC TONE - voor lichte en witte houtkleurende effecten - of met Bona RICH TONE - voor donkere en gerookte houtkleurende effecten.

Bovendien is er de pigmentpasta Bona MIX COLOUR, speciaal geschikt voor het bijkleuren van Bona Nordic Tone en Bona Rich Tone maar kan ook in kleine hoeveelheden worden toegevoegd aan parketlakken Bona Traffic HD om de vloer een lichte tint te geven.

ECO-COLORS

Voor een natuurlijke en onbehandelde uitstraling van massief of samengesteld parket, adviseert Eco-Colors ULTRAMAT INVISIBLE. Dit is een hoogwaardige watergedragen hybride 2K vernis. De diepe indringing en versterking van de ondergrond maakt dat deze een duurzame en onderhoudsvriendelijke afwerking biedt met verhoogde slijtvastheid en een sterke bescherming tegenover water en andere vloeistoffen. Het aanbrengen kan zorgeloos zonder risico op

ECO-COLORS

aanzetten of wolkvorming. Het authentieke en natuurlijke aspect blijft hierbij ten volle behouden. Verder onderhoud beperkt zich tot het regelmatig reinigen met een weinig water. Bij slijtage op de lange termijn door intensief commercieel gebruik, volstaat het om licht op te schuren en een vernieuwingslaag aan te brengen. Indien gewenst kan uw hout op voorhand worden ingekleurd met een houtkleurmiddel zoals de alkyd olie ALK. Deze olie is beschikbaar in een heel uitgebreid gamma aan kleuren en heeft een langere droogtijd waardoor deze makkelijk egaal kan aangebracht worden zonder risico op aanzetten of vlekvorming. Vervolgens kan onze kleurolie worden afgewerkt met deze vernis om een sterk verhoogde graad van bescherming te bekomen.

FLANDERSCOLOR

Als verdeler van Clou biedt Flanderscolor een waaier aan beitsen aan.

● FLANDERS CLOU Kf beits: krasvaste waterbeits met goede indringingseigenschappen en hoge lichtstabiliteit voor harde en zachte houtsoorten.

● FLANDERS CLOU Rustikaleffect beits: lichtechte, sneldrogende solventbeits, ideaal voor eik en essen waarbij de houtstructuur (nerftekening) donkerder accentueert.

● FLANDERS CLOU Veegpatine : een lichtechte solventgedragen patineerbeits voor het bekomen van antieke effecten en het corrigeren van kleurverschillen bij reeds verniste of behandelde oppervlaktes.

● FLANDERS COLOR PATINO METALO: een watergedragen transparante patineer-veegbeits met metaalachtige effecten.

Daarnaast verdeelt Flanderscolor ook de producten van andere toeleveranciers als Blanchon, Ciranova en Rubio Monocoat.

RUBIO MONOCOAT

Een kwalitatieve bescherming zal je parketvloer langdurig bewaren en mooi houden. Houtolie biedt een sterke bescherming en bewaart tegelijkertijd de natuurlijke look en feel van je hout. Aangezien je dit product binnen aanbrengt, is het natuurlijk ook belangrijk om rekening te houden met de veiligheid en ecologie van beschermingsproducten. De Belgische speler Rubio Monocoat zet hier sterk op in en hun innovatieve binnenolie Oil Plus 2C heeft

dan ook verschillende veiligheidscertificaten behaald. Zo bevat de houtolie 0% VOC: chemische stoffen die vrijkomen bij de applicatie en die slecht zijn voor het klimaat. Het product is ook veilig voor speelgoed en bij oppervlakken die in contact komen met voedsel. Ideaal dus voor je keuken, parketvloer, ...

Wil je creatief zijn met kleuren? Dan zit je ook goed bij Rubio Monocoat. Het gamma bevat meer dan 40 kleuren, waarmee je de meest unieke looks kunt creëren. Eén laag houtolie brengt dus niet alleen voldoende bescherming, het kleurt ook je parketvloer in elke gewenste tint. Reken daarbij ook de gemakkelijke toepassing en je weet dat je met een uniek product zit.

RUBIO MONOCOAT

massief mozaïekparket voor voormalig klooster van Loppem

Het neogotische novicenklooster werd in 1949 gebouwd op het Domein Ter Loo in de Zedelgemse deelgemeente Loppem. Maar de geschiedenis van het kasteeldomein gaat al veel langer terug. De eerste geschriften waarin het domein ter sprake komt, dateren van 1322, toen de Heer van Loppem er woonde. In de eeuwen die daarop volgden, werden de gebouwen op het domein verschillende keren vernield en terug heropgebouwd. Tijdens de Protestantse Opstand in 1584 werd het kasteel geplunderd en volledig verwoest. De kasteelhoeve die vervolgens op dezelfde plaats gebouwd werd, moest twee eeuwen later afgebroken worden voor de aanleg van de Torhoutsesteenweg (in de jaren 17511754). Maar enkele honderden meters verder verrees opnieuw een kasteel, dat er vandaag nog steeds staat.

Uiteindelijk werd het domein in 1946 verkocht aan de priesters van het Heilig Hart. Na de Tweede Wereldoorlog begonnen de priesters er met de bouw van een nieuw noviciaat net naast het kasteel. In 1957 werd het klooster ingericht als 'broederjuvenaat', de plaats waar de novicen verbleven tijdens hun opleiding. Maar aangezien de instroom van nieuwe priesters te beperkt was, werd het gebouw vanaf de jaren 70 gebruikt als bezinningscentrum. Enkele jaren geleden kwam het domein in private handen terecht.

De kapel is uitgerust met schitterende glasramen.

Langs de Torhoutsesteenweg in Zedelgem ligt een voormalig noviciaat, een klooster waar destijds de priesters van het Heilig Hart opgeleid werden. Het neogotische gebouw wordt nu helemaal verbouwd en krijgt een nieuwe bestemming als een leefgemeenschap voor jongvolwassenen met een fysieke of mentale beperking. De Gentse parketteur Manu Vannieuwenhuyse mocht er het nieuwe mozaïekparket plaatsen.

Nieuwe bestemming

De nieuwe eigenaars willen het oude klooster ombouwen tot een leefcentrum voor jongvolwassenen met fysieke en/of mentale beperkingen. Een doelgroep waarvoor in ons land maar heel weinig opvangplaatsen beschikbaar zijn.

Een oud klooster omvormen tot een moderne wooneenheid vraagt uiteraard om een grondige, ingrijpende renovatie. Dus besloten de nieuwe eigenaars om het gebouw helemaal te vernieuwen. Van het dak tot de vloeren, alles werd gestript, energetisch geïsoleerd en volledig vernieuwd met moderne materialen en technieken. Omdat het gebouw toegankelijk moet zijn voor rolstoelen, werd ook een lift geïnstalleerd. Alles wat los of vast zat, werd vervangen en het gebouw kreeg een complete makeover. Het tochtige oude klooster werd zo omgebouwd tot een moderne, energiezuinige en goed geïsoleerde voorziening.

Mozaïek op vloerverwarming

Binnen in het gebouw moesten nieuwe mozaïekparketten komen. Gentenaar MANU VANNIEUWENHUYSE mocht die klus voor zijn rekening nemen. De naam Vannieuwenhuyse zal bij veel mensen uit de parket wereld een belletje doen rinkelen. Manu is namelijk

de zoon van Xavier Vannieuwenhuyse, die zijn strepen verdiend heeft als parketteur gespecialiseerd in massief parket en restauraties van historische vloeren. Manu Vannieuwenhuyse leerde de kneepjes van het vak van zijn vader en grootvader en draait intussen al een zestal jaar mee in de zaak.

“Dit was voor mij een vrij groot project,” legt de 28-jarige Manu uit. “Ik schat dat we hier 950 vierkante meter massief parket geplaatst hebben op de drie verdiepingen van dit oude klooster. Overal in de gangen, in de drie polyvalente zalen, in de bewonerskamers, maar ook op de trappen, tot zelfs in de lift! We kozen voor een 8 millimeter dik massief mozaïekparket van Ardeco (ParquetSupplies) uit Spiere-Helkijn, met latjes van 16 cm lengte, uit eerste keus eik.

In de bewonerskamers en in de polyvalente zalen ligt er vloerverwarming in zand-cementchape. We hebben dus eerst de chape grondig schoongemaakt en opgeschuurd, om daarna een primer van Bona aan te brengen. Het mozaïekparket is vervolgens rechtstreeks op de chape verlijmd met Bona-lijmen. Op de verdiepingen koos de architect voor Fermacell-vloerele-

Het oude novicaat wordt nu een leefgemeenschap voor jongeren met een fysieke of mentale beperking;

menten, ook daarop hebben we het parket rechtstreeks verlijmd.

Het mozaïekparket is vervolgens in drie beurten opgeschuurd. Voor de afwerking kozen we voor de olie van Rubio Monocoat. Om ervoor te zorgen

dat de olie diep in het hout zou dringen, hebben we het hout eerst een ‘waterpopping’ behandeling gegeven. Op het gelijkvloers gebruikten we de donkere ‘charcoal’ olie, op de verdiepingen in de kamers met minder natuurlijk licht, kozen we voor de ‘natural’ kleur.

Om alle interieurelementen mooi op elkaar te laten aansluiten, is er ook in de lift parket aangebracht. De liftvloer bestond uit een metalig oppervlak dat te glad was om op te verlijmen, dus hebben we die vloer eerst opgeruwd. Vervolgens hebben we er een OSBplaat op verlijmd, dat was nodig om de juiste vloerhoogte te bereiken. Daarop is dan het parket verlijmd.”

“Een echte puzzel”

“Al bij al zijn we hier een goede maand mee bezig geweest,” vervolgt Manu Vannieuwenhuyse. “Het grootste deel van de tijd heb ik hier samen met mijn collega’s Vasco en Brancho gewerkt, toevallig ook een vader en zoon-duo. Ook collega Miguel Dobbelaere heeft regelmatig bijgesprongen.

We zitten nu in de afwerkingsfase, maar deze werf blijft een complexe puzzel. Er zijn hier nog steeds zoveel verschillende aannemers aan het werk dat het niet altijd evident is om een goede werkplanning op te stellen.

Dakwerkers, elektriciens, schilders, stukadoors, elektrotechnici en wij, we moeten steeds onze werken afstemmen op elkaar.

Voor ons zou het de zaken flink vergemakkelijken wanneer we bijvoorbeeld alle vloeren op een bepaalde verdieping zouden kunnen plaatsen, om meteen daarna alles te schuren en af te werken. Maar doordat de andere aannemers ook toegang moeten hebben tot alle etages, lukt dat niet. We werken dus nu eens één dag in een bepaalde ruimte, en de volgende dag weer in een andere kamer. En zoals dat gaat op dit soort werven, is het ook geen sinecure om ervoor te zorgen dat onze net geoliede vloeren niet belopen worden.

Maar dat soort organisatorische moeilijkheden horen nu eenmaal bij dergelijke grote renovatieprojecten. Wanneer alles achter de rug zal zijn, gaan de bewoners hun intrek kunnen nemen in een gloednieuw moderne instelling met alle moderne comfort. En wij zijn blij dat we daaraan ons steentje hebben kunnen bijdragen”

SPECIALE DANK AAN: Carl Declercq, Jan Detavernier & Nico Van Parijs.

Manu Vannieuwenhuyse leidde de werken in goede banen.

De vloeren werden afgewerkt met de charcoal olie van Rubio Monocoat.

De glasramen geven een prachtige lichtinval.

Ardeco (ParquetSupplies) zorgde voor het mozaïekparket.

Voorverkoop vakbeurzen Embuild loopt als een trein

Oktober lijkt nog veraf, maar achter de schermen is het eventsteam van Embuild al volop bezig met de voorbereiding van de nieuwe edities van Install Day, de Dag van de Afwerking en Belgian Roof Day. En daar valt goed nieuws te melden! De verkoop loopt goed en we zijn druk aan het werk om onze beurzen nog dynamischer en interactiever te maken.

Goed gevulde beurzen

In 2022 wisten niet minder dan 10.000 aannemers uit de verschillende bouwberoepen de weg te vinden naar onze drie vakbeurzen. Dat is ook bij

de standhouders niet onopgemerkt gebleven, want de standenverkoop voor de edities van 2023 loopt als een trein. Install Day is goed zes maanden op voorhand al volledig uitverkocht, ook voor Belgian Roof Day gaat de standenverkoop heel goed. 95 % van de beschikbare standen zijn op dit ogenblik reeds uitverkocht. Voor de Dag van de Afwerking zijn wel nog heel wat plaatsen beschikbaar.

Publiek van vakmensen

Gezien het succes van de edities in 2022 verwachten we opnieuw een goede opkomst naar onze vakbeurzen. Onze beurzen lokken traditioneel een publiek van installateurs en aannemers van overal ten lande. Ze zijn bovendien gratis toegankelijk voor alle professionals uit de bouw. Ook niet-leden van Embuild zijn dus welkom. We willen met onze vakbeurzen immers de volledige sector bereiken!

Meer praktische demonstraties

In 2022 verzorgden we tijdens de Dag van de Afwerking en Belgian Roof Day reeds enkele demonstraties in de nieuwe beurshal. Dit jaar willen we die demostratiezone een flink stuk uitbreiden. We merken immers dat de vakmensen erg geïnteresseerd

zijn door praktijkgerichte, concrete demonstraties. Dit jaar wordt de demonstratiezone dus heel wat groter. Niet alleen worden de fabrikanten van machines en bouwmaterialen aangemoedigd om zelf demonstraties te organiseren in dit gedeelte van de beurs. Omdat we vakmanschap en vakkennis willen promoten, hebben we ook een partnership afgesloten met kenniscentrum Buildwise. De Technische Comités van Buildwise hebben voor ieder bouwberoep enkele gerichte demonstraties geselecteerd, waarbij goede praktijken en nieuwe bouwmethoden getoond worden op maat van de aannemer.

Tijdens BELGIAN ROOF DAY betekent dit dus zowel demonstraties voor de platdak- als hellend dakspecialisten.

Tijdens de DAG VAN DE AFWERKING komen er uiteraard demonstraties van technieken en materialen voor de schrijnwerkers, maar ook voor schilders, stukadoors en de andere afwerkingsberoepen zal Buildwise die nieuwste technieken en regels van goed vakmanschap demonstreren.

Meer weten? www.dagvandeafwerking.be

Zes meter lange barsten in paneelvloeren van Kasteel van Laken vakkundig gerestaureerd

Als parketteur kom je op de meest bijzondere plaatsen terecht, plaatsen waar je als gewone sterveling nooit zou komen. Daar kan ook Che Polfliet van C-Parket van meespreken. Hij mocht namelijk de vloeren onder handen nemen in het Kasteel van Laken, de woonplaats van ons vorstenpaar. Foto’s van zijn werken mogen we helaas niet publiceren, maar Che mag wel gedetailleerd beschrijven hoe hij er te werk is gegaan.

“De koninklijke familie vraagt mij nog niet zo lang voor de restauraties aan de parketvloeren,” vertelt de Lauwse parketspecialist. “Voordien werden die herstellingen gedaan door onze betreurde collega Filip Redant. Toen hij twee jaar geleden onverwacht overleed, is men bij mij terechtgekomen. Ik vind het uiteraard een hele eer om aan zo’n prachtige historische vloeren te mogen werken, dus ik heb toegezegd.

Het is intussen al de tweede keer dat een restauratie voor de koninklijke familie uitvoer, de eerste keer was in het Koninklijk Paleis in Brussel. Nu werd ik gevraagd voor werken in het Kasteel van Laken, de woonplaats van de koning. Ik loop er niet mee te koop dat ik voor het koningshuis werk, maar ik heb er ook geen probleem me om erover te vertellen onder mensen uit het vak. Vooral ook omdat we in deze branche van elkaar moeten leren.”

Zes meter lange scheuren

CHE POLFLIET werd opgetrommeld omdat de paneelvloer in de Galerij der Portretten van het Kasteel van Laken grote scheuren vertoonde.

Che Polfliet : “Die Galerij der Portretten is een langwerpige zaal met

paneelvloeren op een onderstructuur van naaldhout, die op balken rust. In de zaal bevonden zich drie grote barsten, van elk wel zes meter lang en op het breedste punt zo’n 7 millimeter breed. De scheuren waren het gevolg van het werken van het gebouw. Door de bewegingen van het gebouw is de vloer op drie plaatsen als het ware uit elkaar getrokken. Dat is een zeer vervelende klus voor de restaurateur, want ik kan de oorzaak van het probleem moeilijk wegnemen. Ik kan dus enkel die barst opstoppen.

Om de oorzaak van het probleem aan te pakken, zou je eerst alle vloerpanelen moeten demonteren om dan aan de onderstructuur te gaan werken. Maar dat is geen evidente klus bij een massieve eikenhouten vloer die dateert van rond 1800. Je loopt dan ook het risico dat je meer schade aanricht, dus dat wilde ik zeker niet.

Dus zat er niets anders op dan de barsten op te vullen. Een klusjesman had dat eerder ook al gedaan met silicone, maar de barst was verder opengegaan. Zelf wilde ik absoluut geen silicone gebruiken uit respect voor de historische waarde van deze vloer. Er zijn veel betere, authentiekere methoden om zo’n probleem op te lossen.

Ik ben eerst ter plaatse gegaan om de situatie te gaan bekijken. Daarna ben ik op zoek gegaan in mijn collectie oude houtsoorten en heb ik ver-

schillende oude planken meegenomen die zo goed mogelijk aansloten bij het uitzicht van de vloeren van het Kasteel van Laken. Daaruit heb ik spietjes gezaagd, waarmee ik de barst zo goed mogelijk opgevuld heb. Het kiezen van het juiste hout is een zeer secure, arbeidsintensieve bezigheid. Want niet de kleur van het hout is de grootste moeilijkheid, dat kunnen we makkelijk bijkleuren. De grootste uitdaging is dat vooral ook de houttekening moet aansluiten bij het hout van de originele vloer. Op plaatsen waar er veel spiegels in het hout zaten, heb ik de barst ook opgevuld met hout met veel spiegels, enzovoort. Ik maak er

een erezaak van om ervoor te zorgen dat de houttekening overal zo dicht mogelijk die van de originele vloer benadert.

Bij dit soort herstellingen mag je wel zien dat het om een restauratie gaat, maar ik wil wel dat men ziet dat de restaurateur zijn uiterste best gedaan heeft om de nieuwe opvulstukken zo goed mogelijk te laten matchen met de originele vloer.”

“Spaarzaam met schuurbeurten”

Het vloeroppervlak was ook niet perfect vlak, maar dat heeft Che Polfliet bewust zo gelaten.

“In het verleden heeft een van de eerdere restaurateurs de vloer een dra-

matisch slechte schuurbeurt gegeven. Het hout zit daardoor vol putten en schrammen. We zouden dat kunnen verhelpen door de vloer volledig vlak te schuren, maar uit respect voor de historische waarde van deze vloer doen we dat bewust niet. Het hout is op de meeste plaatsen nog maar 8 millimeter dik, en dus wil ik het aantal schuurbeurten zo veel mogelijk beperken, zodat deze vloer ook geconserveerd blijft voor de generaties na ons.

Omwille van die reden heb ik de opvulstukken in de scheuren ook verlijmd met een mengeling van beenderlijn en huidlijm. Beenderlijm zorgt voor de sterkte en huidlijm voor de elasticiteit. Ik heb enerzijds gekozen voor die lijmen omdat die ook gebruikt werd in de originele vloer,

Bij de keuze van van het juiste stuk hout komt heel wat kijken. De houttekening moet precies aansluiten bij de vloer.

maar anderzijds ook omdat ze toelaat om mijn restauratie weer ongedaan te maken. Stel dat over twintig jaar de barst opnieuw opengaat en er weer herstellingswerken nodig zijn, dan kan mijn opvolger gewoon die lijm verwarmen en mijn reparatie weghalen, zonder dat de vloer aangetast wordt. We kunnen niet in de toekomst kijken. Misschien heeft het gebouw zich gezet en blijft het decennialang zoals het nu is, maar evengoed is het mogelijk dat er over een paar tientallen jaar weer restauraties nodig zijn.

Na afloop heb ik de vloer bijgekleurd om dezelfde tint te verkrijgen als de originele vloer. Dat bijkleuren doe ik met Chinese inkt, een techniek die ik geleerd heb van collega Robert Verhaegen. Ik verkies inkt boven het werken met pigmenten, omdat de inkt doorzichtig is en in het hout trekt. Werk je met pigmenten, dan liggen die eerder bovenop het hout. Nadien heb ik de vloer ook nog opgeblonken met boenwas van Merkelbach. Als het aan mij lag, dan had ik de volledige vloer eerst gewassen met terpentijn en daarna weer in de boenwas gezet, maar daar was helaas geen budget voor.”

Geen alledaagse klus

Ook voor een specialist als Che blijft het bijzonder om te werken voor de koninklijke familie.

“Ik heb vooraf mijn identiteitsgegevens moeten doorgeven, dus ik veronderstel dat ze mij wel eens gescreend hebben,” vervolgt Che. “Maar veel zal dat niet opgeleverd hebben, want grote geheimen heb ik niet.

Tijdens de werken is de koning ook niet komen kijken hoe ik opschoot. Ik vernam dat de koningin doorgaans wel heel geïnteresseerd is wanneer er werken plaatsvinden in het Kasteel, en dat zij vaak een praatje komt slaan met de aannemers. Maar toen ik er werkte, zat ze net in het buitenland. Ik heb de koninklijke familie dus niet ontmoet.

Verder moet je zo’n werken ook niet doen om rijk van te worden, want dergelijke opdrachten zijn heel arbeidsintensief en niet per se heel goed betaald. Ik vind het echter zeer ver rijkend om zo’n werken te mogen doen, dus ik doe het in de eerste plaats voor mezelf. Ik moet er wel aan toevoegen dat werken aan zo’n oude vloeren mentaal heel erg slopend is. Ik ben continu enorm

gefocust op mijn werk. Zelfs wanneer ik helemaal alleen aan de slag ben, heb ik toch altijd het gevoel dat men over mijn schouder aan het meekijken is en ik leg mezelf dan ook enorm veel druk op om een zo goed mogelijk resultaat af te leveren. Aan het eind van zo’n dag ben ik dan ook helemaal gesloopt. Fysiek is het helemaal niet zo’n zwaar werk, maar de mentale focus die nodig is bij dergelijke werken is erg belastend!

Daar tegenover staat dat de voldoening die ik ervan krijg ook onbetaalbaar is. Bij de eerste opdracht die ik in het Koninklijk Paleis uitgevoerd heb, is men na afloop het resultaat komen controleren. Ze stonden met vier man die vloer te inspecteren en ze hebben er mij uiteindelijk moeten bijhalen om hen aan te wijzen waar de herstellingen precies gedaan waren. Het resultaat was zo goed uitgevoerd en bijgekleurd dat ze met z’n vieren niet eens zagen waar er aan de vloer gewerkt was. Als ik zo’n reactie krijg, dan ben ik de gelukkigste mens ter wereld!”

Meer weten? www.c-parket.be

Che Pollefliet in actie tijdens de voorbije editie van het internationale Workcamp Parquet.

België blijkt draaischijf voor illegale houtimport in Europa

België is de grootste importeur van tropisch gezaagd hout in de Europese Unie, maar helaas komt via ons land ook heel veel illegaal gekapt hout Europa binnen. Dat blijkt uit een internationale studie naar illegale houtstromen. Het gebrek aan gerichte controles in ons land vormt daarbij een groot pijnpunt.

Deforestation Inc., een internationaal consortium van onderzoeksjournalisten, deed de voorbije maanden onderzoek naar ontbossing en stootte zo ook op illegale houtstromen.

Uit die studie bleek dat de Belgische import van gezaagd tropisch hout uit niet-EU landen de voorbije 10 jaar meer dan verdubbeld is. Vorig jaar importeerde ons land, voornamelijk via de haven van Antwerpen, ruim 234.000 ton tropisch hout. Dat is bijna de helft van de totale import in de EU. Ons land vormt daarmee een echte draaischijf voor de rest van de EU, want van het geïmporteerde hout werd bijna 80% doorgevoerd naar andere EU-lidstaten, vooral naar Nederland, Frankijk en Duitsland.

Het gros van het geïmporteerde hout

is afkomstig uit drie landen: Kameroen, Gabon en Brazilië, alle drie hoog risicolanden wanneer het gaat over illegaal gekapt hout en corruptie van in de houtsector.

Men spreekt van illegaal gekapt hout wanneer het bijvoorbeeld gaat om hout dat gekapt is in een concessie die is verkregen door omkoping, hout gekapt buiten de concessie om, of in een hoeveelheid boven de toegelaten quota. Maar ook inbreuken op milieuwetten, arbeidswetten, land- en eigendomsrechten kunnen maken dat hout illegaal is gekapt.

Controles ontbreken

Nochtans is de import van illegaal gekapt hout verboden in de EU sinds die inwerkingtreding van de Europese Houtverordening in maart 2013. Maar door een gebrek aan controles in ons land, is in België in nog geen enkele houtimporteur strafrechtelijk veroordeeld of vervolgd. De overheid heeft hier zelfs nog nooit kunnen bewijzen dat hout van illegale oorsprong is.

De federale Overheidsdienst Leefmilieu heeft wel twee inspecteurs die bevoegd zijn voor dergelijke controles, maar dat aantal volstaat niet om de goed 4.500 actieve Belgische houtimporteurs te controleren. De Europese Commissie heeft België in 2017 op de vingers getikt voor die lakse aanpak, maar veel effect heeft dat niet gehad. Na de berisping steeg het aantal controles van 5 in 2017 naar 30 controles in 2020, maar sinds 2017 waren er in totaal slechts 121 controles,

waarbij amper 20 processen-verbaal werden opgesteld wegens inbreuken. In 41 gevallen bleef het bij een waarschuwing. Als er al administratieve boetes werden opgelegd, lijken die niet afschrikwekkend. Ze schommelden doorgaans van 5.000 tot 15.000 euro, met enkele uitschieters tot hoog uit 50.000 euro.

De voorbije drie jaar voerde de Belgische douane wel 9.837 controles uit. Daarbij zijn 424 inbreuken vastgesteld. De inbreuken gaan van het aangeven van een verkeerde houtsoort, een verkeerde oorsprong tot geen of foute vergunningen gebruiken. Maar als het gaat over de Europese houtverordening is de douane niet bevoegd om het hout in beslag te nemen. Dat kunnen alleen het parket of de overheidsdienst Leefmilieu, maar die laatste deed nog geen enkele inbeslagname.

Gebrek aan controle

Tien jaar na de invoering van de Europese Houtverordening is nog dus geen enkele Belgische houthandelaar voor overtredingen vervolgd. Dat is opmerkelijk, gezien de belangrijke rol die de Antwerpse haven speelt binnen de Europese houtimport en het feit dat verschillende ngo’s de voorbije jaren al de import van illegaal hout hebben gedocumenteerd en aangekaart bij de overheid.

Nadat dit bericht in de pers opdook, hebben Vlaams minister van Omgeving Zuhal Demir en federaal minister van leefmilieu Zakia Khattabi aangegeven dat ze voorstander zijn van meer en gerichtere controles.

Des fissures de six mètres dans les parquets du château de Laeken ont été restaurées avec expertise

En tant que parqueteur, vous visitez les endroits les plus insolites, des endroits où vous n'iriez jamais en tant que simple mortel. Che Polfliet de C-Parket peut en témoigner. Il a en effet eu l'honneur de travailler sur les parquets du château de Laeken, résidence de notre couple royal. Malheureusement, nous ne pouvons pas publier de photos de son travail, mais Che peut décrire en détail comment il s'y est pris.

“C'est assez récent que la famille royale m'a demandé de restaurer leurs parquets", explique le spécialiste des parquets de Lauw. "Auparavant, ces restaurations étaient effectuées par notre défunt collègue Filip Redant. Lorsqu'il est décédé inopinément il y a deux ans, c'est moi qui ai repris la relève. Je considère évidemment que c'est un grand honneur de travailler sur d'aussi beaux parquets historiques, et j'ai donc accepté.

Cela fait maintenant deux fois que j'effectue une restauration pour la famille royale. La première fois, c'était au Palais Royal de Bruxelles. Aujourd'hui, on m'a demandé de travailler au Château de Laeken, la résidence du roi. Je ne me vante pas de travailler pour la famille royale, mais je n'hésite pas à en parler aux collègues. D'autant plus que dans ce secteur, nous devons apprendre les uns des autres.

Des fissures de six mètres

CHE POLFLIET a été sollicité parce que le parquet de la Galerie des Portraits du Château de Laeken présentait d'importantes fissures.

Che Polfliet: "Cette Galerie des Portraits est une salle oblongue dont le sol est constitué de panneaux reposant sur une sous-structure en bois

tendre et sur des poutres. La salle présentait trois grandes fissures, chacune d'une longueur de six mètres et d'une largeur d'environ 7 millimètres à l'endroit le plus large. Ces fissures sont dues au mouvement du bâtiment. Les mouvements du bâtiment ont provoqué en quelque sorte l'écartement du plancher en trois endroits. C'est un grand défi pour le restaurateur, car je peux difficilement supprimer la cause du problème. Je ne peux, comme l'ont fait mes prédécesseurs, que colmater cette fissure.

Pour s'attaquer à la cause du problème, il faudrait d'abord démonter tous les panneaux du parquet, puis commencer à travailler sur la sous-structure. Mais ce n'est pas une mince affaire avec un parquet en chêne massif datant d'environ 1800. De plus, vous risquez d'aggraver les dégâts, ce que je ne voulais surtout pas.

Il n'y avait donc rien d'autre à faire que de combler les fissures. Un bricoleur avait déjà fait la même chose avec du silicone, mais la fissure s'était ouverte davantage. Personnellement, je ne voulais absolument pas utiliser de silicone par respect pour la valeur historique de ce sol. Il existe des méthodes bien meilleures et plus authentiques pour résoudre un tel problème.

Je me suis d'abord rendu sur place pour évaluer la situation. Ensuite, j'ai cher-

ché dans ma collection de vieux bois et j'ai pris plusieurs vieilles planches qui correspondaient le plus possible à l'aspect des parquets du château de Laeken. J'y ai taillé des cales que j'ai utilisées pour combler au mieux la fissure. Le choix du bon bois est un travail très minutieux, qui demande beaucoup de travail. En effet, ce n'est pas la couleur du bois qui constitue la plus grande difficulté, nous pouvons facilement le colorer. La plus grande difficulté réside dans le fait que le motif du bois doit correspondre au bois du sol d'origine. Aux endroits où il y avait beaucoup de miroirs dans le bois, j'ai également rempli la fissure avec

du bois avec beaucoup de miroirs, et ainsi de suite. Je mets un point d'honneur à ce que le motif du bois soit partout le plus proche possible de celui du sol d'origine.

Avec ce type de restaurations, on peut voir qu'il s'agit d'une restauration, mais je veux que les gens voient que le restaurateur a tout mis en œuvre pour que les nouveaux morceaux s'intègrent au mieux dans le plancher d'origine".

“Ne pas trop ponçer”

La surface du sol n'était pas non plus parfaitement plane, mais Che Polfliet l'a délibérément laissée ainsi.

"Par le passé, un des restaurateurs précédents a très mal poncé le par-

quet. Par conséquent, le bois est plein de creux et de rayures. Nous pourrions y remédier en ponçant le sol complètement à plat, mais par respect pour la valeur historique de ce sol, nous nous en abstenons délibérément. Le bois ne fait que 8 millimètres d'épaisseur à la plupart des endroits, et je veux donc limiter le ponçage autant que possible, afin que ce plancher soit également préservé pour les générations à venir.

C'est pourquoi j'ai également collé les morceaux de remplissage dans les fissures avec un mélange de colle d'os et de colle de peau. La colle d'os assure la solidité et la colle de peau l'élasticité.

J'ai choisi ces colles d'une part parce qu'elles étaient également utilisées dans le plancher d'origine, mais aussi parce qu'elles permettent

Le choix du bon morceau de bois est un travail minutieux. Le motif du bois doit correspondre exactement au parquet.

de défaire à nouveau ma restauration. Supposons que, dans 20 ans, la fissure se rouvre et que des travaux de réparation soient à nouveau nécessaires, mon successeur pourra simplement chauffer cette colle et retirer ma réparation, sans affecter le parquet. Nous ne pouvons pas nous projeter l'avenir. Peut-être que le bâtiment ne subira plus de mouvements et qu'il se stabilisera dans pendant des décennies, mais il est tout aussi possible que des travaux de restauration soient à nouveau nécessaires dans quelques décennies.

Ensuite, j'ai retouché le sol pour obtenir la même teinte que le sol d'origine. Je le fais à l'encre de Chine, une technique que j'ai apprise de mon collègue Robert Verhaegen. Je préfère l'encre aux pigments, car l'encre est transparente et pénètre dans le bois. Si vous travaillez avec des pigments, ils ont tendance à se poser sur le bois. Ensuite, j'ai également poli le parquet avec de la cire de Merkelbach. Si cela ne tenait qu'à moi, j'aurais d'abord lavé tout le sol avec de l'essence de térébenthine, puis je l'aurais ciré à nouveau, mais malheureusement, il n'y avait pas de budget pour cela".

Même pour un spécialiste comme Che, travailler pour la famille royale reste particulier.

"J'ai dû fournir au préalable les détails de mon identité, donc je suppose qu'ils m'ont passé au crible", poursuit Che. "Mais ils n'auront pas découvert grand-chose, parce que je n'ai rien à cacher", poursuit Che.

Pendant les travaux, le roi n'est pas non plus venu voir comment je me débrouillais. J'ai appris que la reine est généralement très intéressée par les travaux au château et qu'elle vient souvent discuter avec les entrepreneurs. Mais lorsque je travaillais au château, elle était à l'étranger. Je n'ai donc pas rencontré la famille royale.

En outre, il ne faut pas non plus faire ces travaux pour s'enrichir, car ce genre de projets demande beaucoup de travail et n'est pas nécessairement très bien payé. Cependant, je trouve cela très enrichissant de pouvoir réaliser de tels ouvrages, et je le fais donc avant tout pour moi. Je dois cependant ajouter que travailler sur des parquets aussi anciens est très éprouvant sur le plan mental. Je suis constamment

très concentré sur mon travail. Même lorsque je travaille seul, j'ai toujours l'impression que des gens regardent par-dessus mon épaule et je me mets beaucoup de pression pour obtenir le meilleur résultat possible. A la fin d'une journée comme celle-ci, je suis complètement épuisé. Physiquement, ce n'est pas un travail très dur, mais la concentration mentale requise pour un tel travail est très éprouvante!

D'un autre côté, la satisfaction que j'en retire n'a pas de prix. Lors de mon premier travail au Palais Royal, des gens sont venus vérifier le résultat après coup. Ils étaient quatre à inspecter ce sol et ils ont dû m'appeler pour que je leur montre exactement où les réparations avaient été effectuées. Le résultat était tellement bien fait et retouché que les quatre personnes ne voyaient même pas où le parquet avait été restauré. Quand je reçois une telle réaction, je suis la personne la plus heureuse du monde ! Plus d'infos? www.c-parket.be

Che Pollefliet en action lors de la dernière édition du concours international Workcamp parquet.

FACILITÉ D’UTILISATION ET DURABILITÉ SUPÉRIEURES

• Emballage écologique pour des adhésifs parquet hybrides

• Le même produit, la même qualité

• Plus facile à recycler

• Plus facile à empiler, prend moins de place

La première journée d'étude de Dé Parquetplaatsers est une réussite

Le mardi 25 avril, la première journée d'étude de Dé Parketplaatsers a eu lieu à Hamme. A l'issue de cette journée, les visiteurs et les sponsors étaient tous ravis. On envisage d'ores et déjà une seconde édition en 2024.

Une vingtaine de parqueteurs venus de toute la Flandre se sont rendus au centre de formation du VDAB à Hamme, où s'est déroulée la journée d'étude. Parmi eux, des professionnels expérimentés tels que ROBERT VERHAEGE et MIGUEL DOBBELAERE , mais aussi de jeunes parqueteurs avides de connaissances et désireux de découvrir de nouveaux produits et de nouvelles marques.

Ce programme prévoyait sept sessions, au cours desquelles les parqueteurs ont reçu des explications sur toute une série de produits et de services. La journée a commencé par une brève instruction théorique, puis les parqueteurs se sont dirigés vers l'atelier, où des sessions pratiques et des démonstrations ont suivi.

FLORIS CALUWAERTS de BUILDWISE a donné le coup d'envoi de la journée. Il a informé les parqueteurs sur les activités et les services de Buildwise et a expliqué comment les entrepreneurs peuvent demander des conseils techniques aux experts de Buildwise. Un service encore trop peu utilisé.

Au cours de la deuxième session, HENDRIK GODERIS , du fabricant de colles RECTAVIT, a expliqué le fonctionnement et la composition des colles à parquet modernes. L'influence sur les performances acoustiques a également été brièvement abordée.

Dans l'atelier, il était temps de se retrousser les manches et de sentir le bois de ses propres mains. La première session pratique a été donnée par BERRYALLOC LUT DELOBELLE et OLIVIER DEDECKER ont présenté aux participants le parquet BerryAlloc, mais ils ont également profité de l'occasion pour présenter High Pressure Floors (HPF), un produit inconnu pour de nombreux collègues et qui a donc suscité beaucoup d'intérêt.

La dernière session de la matinée a été donnée par PATRIC WASEELS de BONA . Il a présenté un plancher de démonstration avec différents produits de ce spécialiste suédois du parquet. Il a d'abord brossé le parquet à l'aide de tampons abrasifs Bona, puis il a appliqué un primaire, avant de finir le parquet avec le fameux vernis pour parquet Traffic Raw. Après cette session, les participants ont partagé un déjeuner avec sandwichs et ont eu l'occasion de discuter et de faire plus ample connaissance.

Les démonstrations de Rigo ont été suivies avec un grand intérêt

L'après-midi a été lancée par l'équipe de BLANCHON , qui a profité du séminaire pour présenter les produits de Rigo au public flamand. Ils ont été rejoints par HAN DORENBOS , venu des Pays-Bas pour présenter les huiles colorantes pouvant être recouvertes d'un vernis de RIGO et expliquer le

fonctionnement de ce système ingénieux. De nombreux participants n'avaient jamais travaillé avec les produits de Rigo et les représentants ont donc été inondés de questions. Pour ceux qui ne le sauraient pas: Blanchon, Ciranova et Rigo font tous les trois partie du même groupe depuis

un certain temps déjà, de sorte que des visages familiers de Blanchon distribueront désormais aussi Ciranova et Rigo, et vice versa.

Bien entendu, les fabricants de matériaux de ponçage n'ont pas manqué à l'appel. Les collaborateurs de Pallman ont présenté les nombreuses possibilités de la machine rotative Pallman Spider et de l'aspirateur avec séparateur qui l'accompagne. Naturellement, un grand nombre de visiteurs ont voulu expérimenter avec la Spider, alors beaucoup de monde a testé la machine dans la pratique.

En fin de journée, ANTHONY DENOYEL et JOCHEN GHEKIERE ont fait une démonstration de la Diamond oil Active et de la Invisible 2K Lacquer de WOCA

Ensuite, de nombreux visiteurs sont restés pour discuter avec leurs collègues et les représentants des marques présentes. Parmi les participants, nous avons entendu beaucoup de commentaires positifs et les sponsors étaient également très satisfaits du public présent, composé uniquement de professionnels. Vu le succès de la première édition, il y a donc de fortes chances que cette journée d'étude soit renouvelée en 2024. Le programme sera encore peaufiné, mais nous conserverons certainement la formule selon laquelle une série de fabricants peuvent présenter leurs produits et nouveautés pour le secteur du parquet. Rendez-vous l'année prochaine!

Il est évident qu'un fabricant réputé comme Bona ne pouvait manquer à l'appel.

La Pallman Spider a attiré beaucoup de monde.

Les gens de WOCA ont clôturé cette première journée d'étude.

Nouveau parquet massif en mosaïque pour l'ancien monastère de Loppem

Le monastère néogothique a été construit en 1949 sur le domaine de Ter Loo, dans la commune de Zedelgem (Loppem). Mais l'histoire du domaine remonte à bien plus longtemps. Les premiers écrits mentionnant le domaine datent de 1322, lorsque le seigneur de Loppem y habitait. Au cours des siècles suivants, les bâtiments du domaine ont été détruits et reconstruits à plusieurs reprises. Lors de la Réforme protestante de 1584, le château a été pillé et entièrement détruit. La ferme du château qui fut ensuite construite sur le même site dut être démolie deux siècles plus tard pour la construction de la Torhoutsesteenweg (dans les années 1751-1754). Mais quelques centaines de mètres plus loin, un autre château a été construit, qui existe encore aujourd'hui.

Finalement, le domaine a été vendu aux moines du Sacré-Cœur en 1946. Après la Seconde Guerre mondiale, les moines ont commencé à construire un nouveau noviciat juste à côté du château. En 1957, le monastère a été transformé en "Juvénat des Frères", un lieu où les novices séjournaient pendant leur formation. Mais comme l'afflux de nouveaux prêtres était trop limité, le bâtiment a été utilisé comme centre de réflexion à partir des années 1970. Il y a quelques années, le domaine est passé en mains privées.

La chapelle est dotée de magnifiques vitraux.

Le long de la Torhoutsesteenweg à Zedelgem se trouve un ancien monastère où les prêtres du Sacré-Cœur étaient formés à l'époque. Le bâtiment néogothique est aujourd'hui entièrement rénové et sera réaffecté comme centre communautaire pour jeunes adultes souffrant d'un handicap physique ou mental. Le parqueteur gantois Manu Vannieuwenhuyse a été chargé de la pose du nouveau parquet en mosaïque.

Une nouvelle destination

Les nouveaux propriétaires souhaitent transformer l'ancien monastère en un centre communautaire pour jeunes adultes souffrant d'un handicap physique et/ou mental. Un groupe cible de la société pour lequel il n'existe que très peu de lieux d'accueil dans notre pays.

La transformation d'un ancien monastère en centre résidentiel moderne nécessite de toute évidence une rénovation approfondie à grande échelle. Les nouveaux propriétaires ont donc décidé de rénover entièrement le bâtiment. De la toiture aux planchers, tout a été refait à neuf, isolé énergétiquement et entièrement rénové avec des matériaux et des techniques modernes. Comme le bâtiment doit être accessible aux personnes en fauteuil roulant, un ascenseur a également été installé. Tout ce qui était détaché ou abîmé a été remplacé et le bâtiment a fait l'objet d'une restauration complète. L'ancien monastère plein de courants d'air a ainsi été réaménagé et métamorphosé en un lieu moderne, efficace sur le plan énergétique et parfaitement isolé.

Parquet mosaïque sur chauffage par le sol

Il fallait remplacer les parquets en mosaïque à l'intérieur du bâtiment.

MANU VANNIEUWENHUYSE de Gand,

était chargé de ces travaux. Le nom de Vannieuwenhuyse est connu dans le monde du parquet. Manu est le fils de Xavier Vannieuwenhuyse, qui a fait ses preuves en tant que parqueteur spécialisé dans le parquet massif et la restauration de parquets historiques. Manu Vannieuwenhuyse a appris les ficelles du métier auprès de son père et de son grand-père et travaille dans l'entreprise depuis environ six ans.

"C'était un projet assez important pour moi", explique Manu, 28 ans. "J'estime que nous avons posé 950 mètres carrés de parquet massif sur les trois étages de cet ancien monastère. Partout dans les couloirs, dans les trois salles polyvalentes, dans les chambres des habitants, mais aussi dans les escaliers, et même dans l'ascenseur! Nous avons choisi un parquet mosaïque massif de 8 millimètres d'épaisseur d'Ardeco (ParquetSupplies) de Spiere-Helkijn, avec des lames de 16 cm de long, en chêne de premier choix.

Dans les chambres des résidents et dans les salles polyvalentes, il y a un chauffage par le sol intégré dans une chape de sable-ciment. Nous avons donc d'abord soigneusement nettoyé et poncé la chape, avant d'appliquer un primaire de Bona. Le parquet mosaïque a ensuite été collé directement sur la chape avec des colles Bona. Aux étages, l'architecte a choisi des éléments de plancher Fermacell, sur

L'ancien noviciat deviendra une communauté pour les jeunes ayant un handicap physique ou mental.

lesquels nous avons également collé le parquet directement.

Le parquet mosaïque a ensuite été poncé à trois reprises. Pour la finition, nous avons choisi l'huile Rubio Monocoat. Pour que l'huile pénètre en profondeur dans le bois, nous avons d'abord procédé à un traite-

ment à l'eau, appelé 'waterpopping' Au rez-de-chaussée, nous avons utilisé l'huile foncée 'charcoal', tandis que pour les planchers des pièces moins éclairées, nous avons opté pour la couleur 'natural'.

Pour que tous les planchers soient bien assortis, du parquet a également été installé dans l'ascenseur. Le plancher de l'ascenseur était constitué d'une surface métallique trop lisse pour pouvoir coller dessus, donc nous l'avons d'abord dépolie. Nous avons ensuite collé un panneau OSB sur cette surface, ce qui était nécessaire pour obtenir la bonne hauteur de plancher. Le parquet a ensuite été collé par-dessus".

“Un vrai casse-tête”

"Cela nous a pris un bon mois ", poursuit Manu Vannieuwenhuyse. "La plupart du temps, j'ai travaillé ici avec mes collègues Vasco et Brancho, qui sont également un duo père-fils. Mon collègue Miguel Dobbelaere est également intervenu régulièrement.

Nous sommes maintenant dans la phase de finition, mais ce chantier reste un énorme défi. Il y a tellement d'entrepreneurs différents qui travaillent sur ce chantier qu'il n'est pas toujours évident d'établir un bon planning de travail. Couvreurs, élec-

triciens, peintres, plafonneurs, électrotechniciens et nous, nous devons toujours coordonner nos travaux.

Pour nous, cela faciliterait grandement les choses si, par exemple, nous pouvions installer tous les parquets à un étage et poncer et appliquer la couche de finition immédiatement après. Mais comme les autres entrepreneurs doivent également avoir accès à tous les étages, cela n'est pas possible. Nous travaillons donc dans une pièce un jour, et dans une autre pièce le lendemain. Et comme c'est souvent le cas sur ce genre de chantier, il n'est pas facile de s'assurer que l'on ne marche pas sur nos sols fraîchement huilés.

Mais ces difficultés organisationnelles font partie intégrante de ces grands projets de rénovation. Lorsque tout sera terminé, les résidents pourront emménager dans un tout nouveau centre moderne, doté de tout le confort nécessaire. Et nous sommes heureux d'avoir pu y contribuer".

AVEC

NOS REMERCIEMENTS À Carl Declercq, Jan Detavernier & Nico Van Parijs.

Manu Vannieuwenhuyse a mené le projet à bonne fin.

Les parquets ont été finis avec l'huile Charcoal de Rubio Monocoat.

Les vitraux donnent une magnifique lumière.

Ardeco (ParquetSupplies s'est chargé du parquet mosaIque.

La Belgique s'avère être une plaque tournante pour les importations illégales de bois en Europe

La Belgique est le plus grand importateur de bois tropical scié de l'Union européenne, mais malheureusement, une grande quantité de bois illégalement débité entre également en Europe via notre pays. Voilà la conclusion d'une étude internationale sur les flux de bois illégaux. L'absence de contrôles ciblés dans notre pays est un problème majeur dans ce domaine.

Ces derniers mois, Deforestation Inc, un consortium international de journalistes d'investigation, a enquêté sur la déforestation et est tombé en autres sur des flux de bois illégaux.

Cette étude a montré que les importations belges de bois exotiques sciés en provenance de pays non membres de l'UE ont plus que doublé au cours des dix dernières années. L'année dernière, notre pays a importé, principalement via le port d'Anvers, plus de 234 000 tonnes de bois tropicaux. Cela représente presque la moitié des importations totales de l'UE. Cela fait de notre pays une véritable plaque tournante pour le reste de l'UE, puisque près de 80% du bois importé a transité vers d'autres États membres de l'UE, principalement les Pays-Bas, la France et l'Allemagne.

La majeure partie du bois importé provient de trois pays: Le Cameroun, le Gabon et le Brésil, trois pays à haut risque en ce qui concerne le bois récolté illégalement et la corruption dans le secteur du bois.

On parle de bois illégalement abattu lorsque, par exemple, il s'agit de bois abattu dans une concession obtenue par la corruption, de bois abattu en dehors de la concession ou d'une quantité supérieure au quota autorisé. Mais les violations de la législation environnementale, du droit du travail, des droits fonciers et des droits de propriété peuvent également faire en sorte que le bois soit illégalement abattu.

Un manque de contrôles

Pourtant, l'importation de bois illégalement abattu est interdite dans l'UE depuis l'entrée en vigueur du règlement européen sur le bois en mars 2013. Mais en raison du manque de contrôles dans notre pays, aucun importateur de bois en Belgique n'a encore été condamné ou poursuivi en justice. Les autorités n'ont même jamais pu prouver que le bois était d'origine illégale.

Le Service public fédéral de l'environnement dispose de deux inspecteurs chargés de ces contrôles, mais ce nombre n'est pas suffisant pour contrôler les quelque 4 500 importateurs de bois actifs en Belgique. La Commission européenne a réprimandé la Belgique en 2017 pour cette approche laxiste, mais cela n'a pas eu beaucoup d'effet. Après la réprimande, le nombre d'inspections est passé de cinq en 2017 à 30 en 2020, mais depuis 2017, il n'y

a eu que 121 inspections au total, et à peine 20 rapports officiels ont été rédigés pour des infractions. Dans 41 cas, il ne s'agissait que d'un avertissement. Si des amendes administratives ont été imposées, elles ne semblent pas être suffisamment élevées pour être dissuasives. Elles se situent généralement entre 5 000 et 15 000 euros, avec quelques maxima allant jusqu'à 50 000 euros.

Au cours des trois dernières années, la douane belge a effectué pas moins de 9 837 contrôles. Ce faisant, 424 infractions ont été rapportées. Ces infractions vont de la déclaration de la mauvaise essence de bois ou d'une fausse origine à l'absence de permis ou à l'utilisation de permis erronés. Mais en ce qui concerne le règlement européen sur le bois, la douane n'est pas habilitée à confisquer le bois. Seuls le procureur ou le service public de I'Environnement peuvent le faire, mais ce dernier n'a pas encore procédé à aucune saisie. Ainsi, dix ans après l'introduction du règlement européen sur le bois, aucun négociant en bois belge n'a été poursuivi pour infraction. C'est plutôt étonnant, étant donné le rôle important que joue le port d'Anvers dans les importations de bois européennes et le fait que plusieurs ONG ont déjà documenté et signalé aux autorités l'importation de bois illégal au cours des dernières années.

Après la publication de ce rapport, la ministre flamande de l'environnement, Zuhal Demir, et la ministre fédérale de l'environnement, Zakia Khattabi, se sont déclarées favorables à des contrôles plus nombreux et plus ciblés.

De l'huile ou une lasure? Teinter le parquet, c'est annoncer la couleur

Chaque type de bois a sa propre teinte, mais il existe de nombreuses façons de teinter le bois. Cela nous amène à parler d'huile et de lasure. Quels sont les avantages et les inconvénients de ces deux options ?

Chaque type de bois a sa propre couleur. Du noir du wengé au rouge du merbau en passant par le ton clair des résineux, les essences de bois se déclinent en une riche palette de couleurs. Toutefois, dans nos régions, le chêne est le plus souvent utilisé, et les différences de couleur y sont plutôt minimes. En général, le choix se limite au chêne 'clair' ou au chêne 'foncé'. Pour que la couleur du bois soit en harmonie avec les autres tons d'un intérieur, pour des restaurations, ou simplement pour donner plus de couleur au plancher, le client peut choisir de colorer le bois.

Dans ce cas, on peut bien sûr utiliser de la peinture, mais cela présente certains inconvénients. La peinture scelle complètement le bois, l'empêchant de 'respirer'. Des fissures et des cloques peuvent également apparaître au fil du temps. C'est pourquoi il est préférable d'utiliser des huiles et des lasures.

Lasure

En appliquant une lasure sur le parquet, vous pouvez donner au bois la couleur que vous souhaitez. Les lasures pénètrent profondément dans le bois, créent un beau contraste et accentuent les nervures. Par ailleurs, contrairement à la peinture, la lasure est perméable à la vapeur et l'eau qui pénètre dans le bois peut facilement s'évaporer. Il existe des lasures opaques et des lasures transparentes. Une lasure opaque cache complètement la structure du bois. Lorsqu'il s'agit d'un parquet endommagé ou inesthétique, cela peut être une bonne option. Une teinture (semi-)transparente ne fait que souligner et embellir la structure du bois.

LES LASURES NE SONT PAS TOUTES PAREILLES

Il existe différents types de lasures, chacune ayant ses points forts et ses points faibles. Les lasures cellulosiques et les lasures à l'alcool pénètrent bien dans le bois et en accentuent les nervures du bois. En revanche, elles contiennent souvent des solvants. Les lasures en phase aqueuse ne pénètrent pas aussi profondément dans le bois, de sorte que les nervures seront moins apparentes. Cependant, les teintures en phase aqueuse sèchent plus rapidement. Par conséquent, elles sont généralement un peu plus difficiles à appliquer. Les défauts ne peuvent pas être corrigés par la suite.

Le principal inconvénient de la lasure est le temps de traitement très court. Lors de l'utilisation d'une lasure, il est essentiel de travailler rapidement et de traiter toute la surface du plancher en une seule fois. C'est précisément pour cette raison que de nombreux parqueteurs préfèrent l'huile colorée. En effet, l'huile a un

Les lasures à base de solvant pénètrent plus profondément dans le bois. Elles sèchent également beaucoup plus lentement. L'avantage est que vous pouvez effectuer des corrections beaucoup plus longtemps, mais l'inconvénient est que le temps de séchage entre les couches est également beaucoup plus long.

ATTENTION : l'utilisation d'une lasure doit être compatible avec la finition ultérieure, ce qui signifie, par exemple, qu'il ne faut pas utiliser de lasure en phase aqueuse lors d'une finition avec un vernis en phase aqueuse.

temps d'application beaucoup plus long et est donc beaucoup plus facile à utiliser. L'huile de couleur offre par ailleurs l'avantage non négligeable d'assurer à la fois la finition et la protection du bois. Lors de l'utilisation de lasures, il est généralement nécessaire d'appliquer une couche de finition.

BONA

La gamme d'huiles Bona offre une palette de couleurs infinie et est fabriquée à partir de matériaux d'origine végétale. La teneur élevée en huile combinée à une teneur quasi minimale en COV garantit une saturation supérieure et donc des sols sains et durables. Ces produits naturels de protection du bois ont d'excellentes propriétés de séchage.

L'huile de parquet bi-composante Bona CRAFT OIL 2K donne l'aspect "doux" d'un sol huilé. Pour une éventuelle protection durable supplémentaire de la surface, on peut survitrifier avec l'une des laques pour parquet Bona TRAFFIC HD. L’huile convient parfaitement à de nombreuses essences de bois, comme le cerisier, le noyer, le chêne fumé et le hêtre étuvé. Les sols traités avec Bona CRAFT OIL 2K sont prêts pour une utilisation légère après seulement 8 heures et - si désiré - peuvent être survitrifiés après 12 heures.

QUE PROPOSENT LES FABRICANTS? BONA

Bona Craft Oil peut également être prétraité avec Bona NORDIC TONE - pour des effets de bois clair et blanc - ou avec Bona RICH TONE - pour des effets de bois foncé et fumé.

En outre, il existe la pâte pigmentée Bona MIX COLOUR, particulièrement adaptée pour teinter Bona Nordic Tone et Bona Rich Tone, mais qui peut également être ajoutée en petites quantités aux vernis pour parquet Bona Traffic HD pour donner au sol une teinte claire.

ECO-COLORS

Pour un aspect naturel et non traité du parquet massif ou contrecollé, Eco-Colors recommande ULTRAMAT INVISIBLE. Il s'agit d'un vernis hybride bi-composant en phase aqueuse de haute qualité. Sa pénétration profonde et sa capacité à renforcer le support en font une finition durable et facile d'entretien, avec une résistance accrue à l'usure et une excellente protection contre l'eau et autres liquides. L'application est facile, sans risque de marques ou de formation de nuages. L'aspect authentique et naturel est entièrement

ECO-COLORS

préservé. L'entretien ultérieur se limite à un nettoyage régulier avec un peu d'eau. En cas d'usure sur le long terme due à un usage commercial intensif, il suffit de poncer légèrement le plancher et d'appliquer une nouvelle couche de vernis. Si vous le souhaitez, votre bois peut être coloré au préalable à l'aide d'un colorant pour bois tel que l'huile alkyde ALK. Cette huile est disponible dans une très large gamme de couleurs et a un temps de séchage plus long, ce qui permet de l'appliquer uniformément sans risque de marquages ou de taches. Ensuite, notre huile colorée peut être finie avec ce vernis pour obtenir un degré de protection nettement plus élevé.

FLANDERSCOLOR

En tant que distributeur de Clou, Flanderscolor propose une gamme de lasures.

● FLANDERS CLOU Lasure Kf : lasure en phase aqueuse, résistante aux rayures, avec un bon pouvoir de pénétration et une grande stabilité à la lumière, pour les bois durs et tendres.

● FLANDERS CLOU Lasure à effet rustique : lasure à solvant, résistante à la lumière et à séchage rapide, idéale pour le chêne et le frêne où la structure du bois (les nervures) est accentuée de manière plus foncée.

● FLANDERS CLOU

Wipe Patina : lasure de patinage à base de solvant, résistante à la lumière, pour obtenir des effets antiques et corriger les différences de couleur sur des surfaces déjà vernies ou traitées.

● FLANDERS COLOR PATINO METALO :

une lasure de patinage transparente en phase aqueuse avec des effets métalliques.

Flanderscolor distribue également les produits d'autres fournisseurs tels que Blanchon, Ciranova et Rubio Monocoat.

RUBIO MONOCOAT

Une protection de haute qualité préservera votre parquet pendant longtemps ainsi que son bel aspect. L'huile de bois offre une protection solide tout en préservant l'aspect et le toucher naturels de votre bois. Lorsque vous appliquez ce produit à l'intérieur, il est bien sûr important de tenir compte de la sécurité et de l'écologie des produits de protection. L'acteur belge Rubio Monocoat y consacre beaucoup d'efforts et son huile d'intérieur innovante Oil Plus 2C a donc reçu plusieurs certificats de sécurité. Par exemple, l'huile de bois contient 0 % de COV: des substances chimiques

qui sont libérées lors de l'application et qui sont mauvaises pour le climat. Le produit est également sans danger pour les jouets et les surfaces qui entrent en contact avec les aliments. Idéal pour votre cuisine, parquet, etc.

Vous voulez être créatif avec les couleurs ? Alors vous êtes au bon endroit chez Rubio Monocoat. Leur gamme contient plus de 40 couleurs, avec lesquelles vous pouvez créer les looks les plus uniques. Une couche d'huile pour bois offre non seulement une protection suffisante, mais elle colore également votre parquet dans la teinte souhaitée. Ajoutez à cela une application facile et vous savez que vous avez un produit unique.

RUBIO MONOCOAT

Journée d’étude

Le parquet à nouveau mis à l’honneur le 28 avril dernier, le groupe de travail « Les ParqueteursDie Parkettverleger » de Embuild Menuisiers

Wallons organisait sa 23ème journée d’étude dédiée au secteur du parquet.

Pour les professionnels, la journée a pour objectif de présenter les nouveaux produits et techniques, mais également de contribuer à l’avancée du métier de parqueteur.

Cette journée a débuté avec Bona qui a appliqué son égaline, tout en présentant ses produits.

Ensuite, il y a eu une démonstration pratique des produits SKYLT de Rigo Verffabriek, société qui a été racheté par le groupe Blanchon.

Pour suivre, Stéphane Charron de chez Buildwise a fait un exposé très intéressant sur les exigences relatives aux supports pour les parqueteurs.

Blanchon a enchainé avec une présentation de sa nouveauté « Opéra ». Après une courte pause déjeuner, les participants ont pu observer les résultats de la masse d’égalisation de Bona. Et Festool a clôturé la journée avec des démonstrations pratiques de ses produits avec entre autres sa scie circulaire sur table sans fil CSC SYS 50 EBISet, son aspirateur sans fil CTC SYS /

MIDI et sa scie à onglet sans fil KSC 60. Ce fût une journée riche en informations et en échanges entre professionnels du métier avec un aperçu des nouveautés du secteur.

Tous les membres du GT remercient vivement les différents sponsors et tous les parqueteurs qui ont fait de cette journée un véritable succès.

 40 COULEURS

 FAIBLE CONSOMMATION

 FACILE À UTILISER

 ÉCOLOGIQUE: 0% COV

 ASPECT NATUREL

Oil Plus 2C.

Protection & coloration de haute qualité pour le bois d’intérieur en une seule couche

Cherchez-vous une finition bois saine pour tous vos projets de bois à l’intérieur? Rubio Monocoat Oil Plus 2C colore et protège votre bois en une seule couche et le fait sans libérer aucune substance nocive. À nouveau, le label GREENGUARD GOLD prouve que l’huile garantit un climat intérieur sain et qu’elle est sans danger pour l’environnement et les personnes

IDEALE PARTNERS LES 2 FONT LA PAIRE

BONA CLASSIC UX

Voor een lichte tot onbehandelde kleuring

Grondlak voor parket, gekenmerkt door eenvoud in applicatie en gebruik ; de primer droogt snel en is gemakkelijk te schuren.

Donne au bois une coloration claire

Primaire pour parquet qui se caractérise par sa simplicité d’application et d’utilisation. Il sèche rapidement et est facile à égrener.

BONA TRAFFIC HD Raw

Een ultramatte parketlak

Ultramatte aflak die een zeer hoge mate van bescherming biedt voor houten vloeren, met behoud van de uitstraling en het gevoel van onbehandeld hout.

Un vernis de finition ultra mat

Couche de finition ultra mate qui assure un haut niveau de protection des parquets tout en préservant l’aspect et le toucher du bois brut.

Afl ak Finition 2 comp.

Grondlak Primaire