Brochure deweer gallery

Page 1

Deweer Gallery het portret van een familie / 10 april tot en met 24 mei 2015

/

Stephan Balkenhol

Michaël Aerts, Stephan Balkenhol, Sergey Bratkov, Jan De Cock, Jan Fabre, Günther Förg, Tatjana Gerhard, Melissa Gordon, Ilya & Emilia Kabakov, George Little, Enrique Marty, Benjamin Moravec, Panamarenko, Shirana Shahbazi, Andy Wauman, Norbert Witzgall


Tatjana Gerhard, Ohne Titel, 2013, olieverf op doek, 58x50 cm


PPS

“PPS” lijkt op het eerste zicht een wat ongewone en zeker ook wel cryptische titel voor een voorwoord van een brochure voor een kunsttentoonstelling. Nochtans is onze stad al behoorlijk vertrouwd met “PPS”, een letterwoord dat verwijst naar de private-publieke samenwerking tussen private ondernemers en de stad of naar de publiek-publieke samenwerking tussen diverse overheden. Zo kwam De Munt tot stand dankzij de samenwerking tussen de stad en diverse private ondernemers. Het stationsproject verzamelt zowel private spelers als diverse overheden (NMBS, Electrabel, De Lijn, de stad, projectontwikkelaars). Zonder die doorgedreven synergie zou het niet lukken. Maar al die samenwerkingsverbanden situeren zich binnen het domein van de stadsontwikkeling. Hier gaat het om een publiek-privaat samenwerkingsverband binnen de wereld van de cultuur en met in het bijzonder die van de beeldende kunsten: stad Roeselare en De Spil vinden Deweer Gallery, Deweer Gallery vindt stad Roeselare en De Spil. Het zijn drie sterke partners die samen een hoge ambitie delen: de culturele gevoeligheid aanzwengelen, de beeldende kunsten promoten, de Directeurswoning binnen het kunstenlandschap nog meer op de kaart zetten. Deweer Gallery vervult bij dit kunstenproject een sleutelrol. De activiteiten van de galerie sluiten aan bij het West-Vlaamse ondernemerschap dat - actief in de vlassector en in de productie en distributie van tapijten - zich gedwongen zag tot reconversie en zich moest heruitvinden. Het gaat ook om een ondernemerschap dat zijn blik verbreedt en zich focust op het samenstellen van sterke collecties, Vlaams en internationaal. Men gaat er veelal discreet en toch tegelijk met een verdiende fierheid mee om. De voorbeelden hiervan zijn legio in onze streek. Deweer Gallery sluit hier met haar activiteiten perfect bij aan. Deweer Gallery is een boeiende en invloedrijke biotoop geworden voor de liefhebber van de beeldende kunsten. Ze heeft een merkwaardige collectie samengesteld en brengt heel wat topkunstenaars samen. De opdracht van de galerie is hierbij meer dan het samenbrengen van interessant werk. Zij houdt ook de vinger aan de pols waar het gaat over ontwikkelingen in het kunstenlandschap. Ze is alert voor nieuw en beloftevol talent. Ze steunt en promoveert ook de beeldende kunstenaars bij een breder geïnteresseerd publiek: mensen van ver komen naar hier, mensen van hier verkennen andere horizonten. De ene inspireert de andere. Roeselare ziet in de samenwerking tussen Deweer Gallery, De Spil en de Directeurswoning - een PPS van hoog niveau - een unieke kans om een breder publiek vertrouwd te maken met enkele protagonisten van onze hedendaagse beeldende kunsten. Die samenwerking is het begin van een breder netwerk, die aan onze stad ook op het vlak van de beeldende kunsten het gezag geeft dat we verdienen.

Luc Martens, burgemeester


G眉nther F么rg, Ohne Titel, 2003, acrylverf op doek, 150x180 cm


Het portret van een familie

Het komt al te zelden voor dat een tentoonstelling wordt besteed aan een galerie voor hedendaagse kunst. Galeries spelen nochtans een belangrijke rol in de bemiddeling van eigentijdse kunst tussen de makers ervan en het al dan niet verzamelend publiek. Deweer Gallery heeft dan ook niet geaarzeld om in te gaan op de vriendelijke uitnodiging van de Directeurswoning en de Stad Roeselare om samen een tentoonstelling uit te werken die internationale hedendaagse beeldende kunst naar Roeselare brengt. De titel van de tentoonstelling, ‘Deweer Gallery – het portret van een familie’, heeft een dubbele betekenis. Enerzijds toont de expositie een groepsportret van de kunstenaars die deel uitmaken van het programma van Deweer Gallery en die in die zin een hechte familie vormen. Anderzijds is het portret van Deweer Gallery ook een portret van de familie Deweer. Mark en Marleen Deweer hebben in 1979 de galerie opgericht, wij hebben de galerie een paar jaar geleden van hen overgenomen. De rode draad in beide verhalen, dat van het programma van de galerie en dat van de familie Deweer, is ook dubbel. Naast de voortdurend aangehouden zorg voor vernieuwing is er de bewuste keuze met de kunstenaars langdurige samenwerkingen uit te bouwen. Een en ander mondt uit in een altijd eigentijds en internationaal aanbod van jonge, opkomende en gevestigde kunstenaars. ‘Deweer Gallery – het portret van een familie’ is een momentopname van ons aanbod. Bart en Gerald Deweer


Michaël Aerts, Anarchy of the Anti-Christ, 2014, roet op papier, 135x102,5 cm

Michaël AERTS // °1979 in Dendermonde Michaël Aerts maakt sculpturen, tekeningen en performances. In alle disciplines spelen voor hem referenties aan het Europees of mondiaal cultuurhistorisch verleden een uitgesproken rol. Belangrijk daarbij is het onderzoek naar het potentieel van de symbolen, de codes, de vormen en functies van dat erfgoed voor de kunst, de kunstenaar en de mens van de 21ste eeuw. Michaël Aerts’ monumentale sculpturen b.v. zijn vormelijk gebaseerd op historische modellen (het borstbeeld, de obelisk,…) maar worden meestal uitgevoerd in flightcase-materiaal dat ook gebruikt wordt voor transportkisten voor b.v. muziekinstrumenten. Op die manier wordt de typisch hedendaagse dimensie van mobiliteit op een aloud stabiel model van beeldhouwkunst geprojecteerd. In zijn meest recente kunst verwerkt Michaël Aerts ook het thema ‘verpakken’, waarbij de verpakking symbool staat voor het tijdelijk verbergen van het object ten behoeve van de migratie ervan, van de ene plek naar de andere, van de ene periode naar de andere, van de ene cultuur naar de andere. In een tijdperk waarin alles uitermate mobiel is, waarin allerhande codes en betekenissystemen die eigen waren aan een bepaalde cultuur of subcultuur (van louter artistiek tot maatschappelijk), en die vaak op stabiliteit waren gericht, continu verschuivingen ondergaan, wil Michaël Aerts als kunstenaar nadenken over hoe we met ons rijk patrimonium kunnen blijven omgaan.

De belangrijkste one-man shows van Michaël Aerts tot dusver waren zijn tentoonstellingen ‘Please Please Me’ in De Brakke Grond, Amsterdam (2009), zijn one-man shows in Deweer Gallery (in 2008, 2009, 2011 en 2014) en zijn galerietentoonstellingen in Milaan, Düsseldorf en Amsterdam. Zijn belangrijkste groepstentoonstellingen waren ‘Pandora’s Sound Box’, Performa09 in White Box, New York (2009), ‘FAKE!’ (Stedelijk Park Aalst, 2010), ‘RAW Lustwarande’11’, Stichting Fundament, Tilburg (2011) en ‘Szenarien über Europa (III)’, Galerie für Zeitgenössische Kunst, Leipzig, Duitsland.


Stephan Balkenhol, Relief Frau vor beigem Hintergrund, 2010, wawa hout en verf, 80x60 cm

Stephan BALKENHOL // °1957 in Fritzlar / Hessen, Duitsland Stephan Balkenhol is een beeldhouwer in de strikte zin van het woord; hij hakt figuratieve motieven, voorstellingen van mensen en dieren, uit hout, zowel in vrijstaande, driedimensionale beelden, als in tweedimensionale reliëfpanelen. Recent combineert Balkenhol graag zijn typische, zgn. figurenzuilen met kleurrijke reliëfpanelen; zodoende probeert hij vanuit de beeldhouwkunst een brug te slaan naar de schilderkunst en naar haar mogelijkheden tot het voorstellen van een afbeelding. Historisch gezien ligt het belang van Stephan Balkenhol daarin dat hij, uitgerekend in de nadagen van Concept & Minimal Art, de minimale vormentaal verzoent met de figuratieve beeldhouwkunst in hout. Wars van de vooroordelen die rusten op de aloude traditionele Europese houtsnijkunst en op het vermeend onverzoenbaar karakter ervan met moderne en hedendaagse kunst, ontwikkelde Stephan Balkenhol gedurende de laatste drie decennia een geheel oorspronkelijk en onnavolgbaar oeuvre.

Tot de belangrijkste, recente solo-tentoonstellingen van Stephan Balkenhol behoren zijn exposities in het Kunstmuseum Ravensburg (2014) en in de Landesgalerie te Linz, Oostenrijk (2014-2015), in de Sankt Elisabethkerk te Kassel (2012), in het Musée de Grenoble (2010), in de Deichtorhallen te Hamburg (2009), in het National Museum of Art van Osaka (2005) en in het Sprengel Museum te Hannover (2003). In 2006-2007 reisde een omvangrijke tentoonstelling van zijn werk van de Staatliche Kunsthalle Baden-Baden naar het MKM Museum Küppersmühle für Moderne Kunst, Duisburg en verder naar het Museum der Moderne Salzburg Mönchsberg. Stephan Balkenhol stelt tentoon in Deweer Gallery sinds 1987. Alhoewel Stephan Balkenhol vooral bekend staat voor zijn figuratieve houten sculpturen, vinden we in vele steden en op publieke pleinen monumentale bronzen sculpturen van zijn hand. Sculpturen van de internationaal vermaarde kunstenaar zijn opgenomen in de belangrijkste museale en particuliere collecties wereldwijd.


Sergey Bratkov, Dream Rooms, 2006, c-print op Dibond, 94x119 cm, Ed. 6



Sergey BRATKOV // °1960 in Kharkov, Oekraïne Als geen ander heeft Sergey Bratkov het maatschappelijk vacuüm in beeld gebracht van een staat in de overgang. Geboren als Sovjetburger in de deelrepubliek Oekraïne, is hij getuige van het uiteenvallen van de communistische Sovjetunie en van de haast wilde, anarchistische overgang van zijn land en volk van een planeconomie naar het globale, neoliberale kapitalisme. Samen met Boris Mikhailov is Sergey Bratkov dé fotograaf en kunstenaar van dit historisch scharniermoment, zoals het zich uitdrukt op dagdagelijks menselijk niveau. Als kunstenaar uit Sergey Bratkov zich in foto’s, video’s en in installaties; de installaties, vaak met elementen uit de tentoonstellingsstructuur, zijn ensceneringen die de daarin opgenomen foto’s en video’s een plastische meerwaarde geven. Door het zien van foto’s en video’s in een gezamenlijke installatie, dus van statische en dynamische beelden tegelijk, verliest de bezoeker zijn gebruikelijk gevoel van tijd. Bratkov’s beelden worden vaak ontwikkeld op een groot formaat, op zeildoek of als light box.

Nadat Deweer Gallery Sergey Bratkov introduceerde op haar jubileumtentoonstelling “ECLiPS”(2004), stelde de kunstenaar solo tentoon in Otegem in 2006 (cat.) en in 2010. Zijn belangrijkste institutionele soloshows werden georganiseerd door het S.M.A.K. - Stedelijk Museum voor Actuele Kunst (Gent, 2005), door het Moscow Museum of Contemporary Art (2006), door het Baltic Centre for the Arts (Gateshead, VK, 2007), door het Fotomuseum Winterthur (Zwitserland, 2008), door het Pinchuk Art Centre in Kiev, Oekraïene en de Deichtorhallen Hamburg (2010) en door Red October, Moskou (2012). Verder nam Sergey Bratkov deel aan de 4de Moskou Biënnale voor Hedendaagse Kunst (2011), de 54ste Biënnale van Venetië (2011) en “Futurology” (Center for Contemporary Culture GARAGE, Moskou, 2010). Werken van Sergey Bratkov zijn opgenomen in heel wat institutionele en particuliere collecties wereldwijd, waaronder het S.M.A.K. – Stedelijk Museum voor Actuele Kunst, Gent en het M HKA – Museum voor Hedendaagse Kunst Antwerpen, het Museum of Contemporary Art, Zagreb, Kroatië, Museum of Photography, Boston, VSA, Museum of Contemporary Art, Milwaukee, MARTa Herford, Duitsland, Centro Galego de Arte Contemporanea, Santiago de Compostella, Spanje.


Jan De Cock, Nature morte with pink almonds, 2013, hout, spaanplaat, klei, gips, verf, laminaat, papier, doek, metaal, glas, bonen, 147x102x102 cm

Jan DE COCK // °1976 in Brussel Jan De Cock is een van de meest voorname hedendaagse Belgische beeldende kunstenaars. Al van bij het begin van zijn oeuvre thematiseert hij in zijn kunstwerken de notie productie en de manier waarop een kunstenaar zich verhoudt tot het brede, cultureel geïnjecteerd begrip modernisme. Jan De Cocks productie kan worden gedefinieerd als een met de tijd uitbreidende onderneming, waarin progressie gerealiseerd wordt door het maken van vormen die fundamentele betekenissen genereren ver achter de schittering van de schone schijn. De Cock construeert ingewikkelde systemen van associaties en referenties, als een montage van fragmenten. Elk fragment refereert aan een ander en op die manier krijgt het oeuvre vorm. Jan De Cock behoort zodoende tot een lange traditie waarin kunst niet wordt beschouwd als generator van ware betekenis, maar als een producent van verschil; het is een kunst die alternatieven visualiseert door de vrijheid van de esthetiek tot het uiterste te drijven. Jan De Cocks artistiek parcours - van totaalinstallatie naar totaalinstallatie - leest dan ook als een odyssee, een zoektocht naar vormen die zowel de ‘core’ als het ideale projectie(draag)vlak uitmaken van zijn wendbare mentale en intellectuele dynamiek.

In 2004 realiseert Jan De Cock in opdracht van Deweer Gallery het werk ‘Denkmal 6AB’ dat tegelijk een sculptuur is en het kantoor van de medewerkers van de galerie. In 2006 produceert Deweer Gallery in samenwerking met de kunstenaar zes kunstenaarstapijten op basis van isometrische perspectieftekeningen. En in 2013 presenteert de galerie de solo show ‘Everything for you , Otegem’. Jan De Cock’s werk werd o.a. voorgesteld in solotentoonstellingen in Tate Modern Londen (2005), MoMA – Museum of Modern Art, New York (2008) en BOZAR – Paleis voor Schone Kunsten, Brussel (2009) en meest recent in ‘Jacqueline Kennedy Onassis, A Romantic Exhibition’ in Staatliche Kunsthalle Baden-Baden (2012).


Jan Fabre, Vier orakelsteentjes dragen een onbekende planeet, 2008, verf op medische silicone, olieverf op polyester, ca. 23,5hx30x24 cm

Jan FABRE // °1958 in Antwerpen Weinig kunstenaars zijn tegelijk zo baanbrekend en vernieuwend geweest op het vlak van het hedendaags theater én op het vlak van de plastische kunst als beeldend kunstenaar, schrijver en theaterregisseur Jan Fabre. Op het vlak van de beeldende kunst verwierf Jan Fabre tijdens de jaren ’80 internationale bekendheid met zijn blauwe Bic-tekeningen, tegenwoordig verzameld onder de titel ‘Het Uur Blauw’. De tweede fase van Jan Fabre’s plastisch oeuvre valt op door het gebruik van insecten als basismateriaal voor sculpturen. En in het meest recente decennium concentreert de kunstenaar zich in tekeningen, sculpturen en installaties op het thema van de menselijke hersenen. Daarnaast ontwikkelde de kunstenaar nog tal van tekeningen, denkmodellen, sculpturen, installaties, films etc.

Jan Fabre nam o.a. deel aan belangrijke groepstentoonstellingen als de Biënnale van Venetië (1984, 1990, 2003, 2009 en 2011), Documenta Kassel (1982 en 1992), de Biënnale van São Paulo (1991) en de Biënnales van Lyon, Valencia en Istanbul. Verder had de kunstenaar grote individuele tentoonstellingen in toonaangevende musea en instellingen wereldwijd als daar zijn het Pinchuk Art Centre, Kiev, Oekraïene (‘Tribute to Hiëronymus Bosch (20112013) & Tribute to Belgian Congo (2010-2013)’, 2014), het Busan Museum of Art, Busan, Zuid-Korea (‘The Years of the Hour Blue / Drawings & Sculptures 1977-1992’, 2013-2014), het MAXXI, Rome (‘Stigmata. Actions & Performances 1976-2013’, 2013-2014), het Musée d’Art Moderne van Saint-Etienne (‘Les Années de l’Heure Bleu – Dessins et Sculptures 1977-1992’, 2012), het Kunsthistorisches Museum van Wenen (‘Die Stunde Blau’, 2011), het Kröller-Müller Museum Otterlo (‘Hortus/Corpus’, 2011), het Kunsthaus Bregenz (‘From the Cellar to the Attic / From the Feet to the Brain’, 2008) en het Musée du Louvre, Parijs (‘L’ Ange de la Métamorphose’, 2008). Middels one-man shows in 1988, 1989, 1992, 1998 (met Ilya Kabakov), 1999, 2001, 2006 en 2008 heeft Deweer Gallery de diverse ontwikkelingen in Jan Fabre’s beeldende kunst op de voet gevolgd, gepresenteerd en gedocumenteerd.


Günther Förg, Ohne Titel, 2006, aquarel, pastel op papier, 48x36 cm

Günther FÖRG // °1952 in Füssen, Duitsland 1952. † 5 december 2013 Günther Förg is een van de meest inspirerende, invloedrijkste kunstenaars van het naoorlogse Duitsland. Alhoewel hij ook een belangrijke bijdrage leverde aan architecturale fotografie en beeldhouwkunst, wordt Günther Förg in de eerste plaats wereldwijd gewaardeerd als een van de belangrijkste abstracte schilders van de afgelopen 30 jaar. Günther Förg schildert vaak monochrome kleurvelden, in composities die variëren van zeer strak, over georganiseerd (bv. in de zgn. Gitterbilder of roosterschilderijen) tot eerder lyrisch. Förg schildert zowel op de klassieke dragers als daar zijn papier, houten paneel en geprepareerd schilderdoek, als op eerder ongebruikelijke materialen als lood en koper; dit laatste om de mogelijkheden te verkennen om schilderkunst een meer sculpturaal, zelfs ruimtelijk aspect te verlenen. Uiteraard verhoudt de schilderkunst van Günther Förg zich tot het modernisme dat hem in architectuur, stedenbouw en beeldende kunst is voorgegaan. Günther Förg is er in geslaagd de aspiraties, tekortkomingen en verworvenheden van het modernisme kritisch te evalueren en erop verder te bouwen. Förg etaleert op meesterlijke wijze het essentiële van kleur, het belang van het gebaar dat de kleursensatie mogelijk maakt, invloed en mogelijkheden van het dragend materiaal, de diverse mogelijkheden van de vorm die zich ontwikkelt op een gegeven formaat en tenslotte zijn eigen creativiteit en virtuositeit om binnen deze minimale krijtlijnen zeer mooie, beklijvende schilderijen te realiseren.

De talloze galerietentoonstellingen wereldwijd niet in acht genomen, werden de belangrijkste, meest recente solotentoonstellingen van Günther Förg georganiseerd door de Fondation Beyeler (Riehen/Basel, Zwitserland, 20092010), het Essl Museum (Klosterneuburg/Wenen, Oostenrijk, 2008), de Langen Foundation (Neuss, Duitsland, 2007) en het Museum für Gegenwartskunst (Basel, Zwitserland, 2006). Deweer Gallery introduceerde Günther Förg in 1991 in de groepstentoonstelling “To Return to Base” (samen met Tony Cragg, Jiri Georg Dokoupil, Imi Knoebel en Gerhard Merz) en presenteerde Günther Förg drie maal solo: in 1995 en 2000 (met catalogus) en in 2013.


Tatjana Gerhard, Ohne Titel, 2014, olieverf op doek, 65x58 cm

Tatjana GERHARD // °1974 in Zürich, Zwitserland De afgelopen jaren heeft Tatjana Gerhard een zeer persoonlijk en sterk schilderkunstig oeuvre gerealiseerd. Eerst en vooral stellen we vast dat haar werk vormelijk uit de band springt. Haar schilderijen zijn klein tot middelgroot en zijn geborsteld in dunne, uitgestreken olieverf die bovendien vaak weer wordt uitgewist. Haar doeken dragen geen titel. De voorstellingen zijn figuratief, op het archaïsche en naïeve af. De figuratieve wereld die zij in haar schilderijen oproept, is bevreemdend al herinnert hij aan de vele unheimliche werelden waarin we opgroeien en leven: sprookjes, fantasie, dromen, verhalen, etc. Telkens opnieuw en zonder aanwijsbare voorbereiding confronteert Gerhard zichzelf met een blank schilderdoek en gaat ze met olieverf aan de slag. Zodoende vindt ze al schilderend de haar zo typische wereld uit. Terwijl Gerhard in haar recent werk verder af komt te staan van de unheimliche droom- en sprookjeswerelden waarmee haar vroeger werk vaak werd geassocieerd, neemt ze tegelijk afstand van onze wereld om van haar werken meer picturaal dramatische, meer autonome schilderijen te maken. Nogmaals, zonder dat ze daarvoor een bewust programma heeft ontwikkeld. Want nog altijd begint Tatjana Gerhard – alleen geleid door haar intuïtie -een schilderij met letterlijk niets meer dan bv. een heldere, schuine streep paars.

Deweer Gallery introduceerde Tatjana Gerhard met de solo-tentoonstelling “Als ob sie alles wussten”(2010). De tentoonstelling werd gevolgd door solo’s in Helmhaus, Zürich (2010) en in het Centre Culturel Suisse, Parijs (2011). In 2010 werd werk van Tatjana Gerhard opgenomen in twee belangrijke thematische tentoonstellingen in Belgische musea, t.w. ‘Public Private Paintings’ (Mu.Zee, Oostende) en ‘Hareng Saur – Ensor en de hedendaagse kunst’ (Museum voor Schone Kunsten & S.M.A.K. , Gent). In 2012 werd ze geselecteerd voor de expositie ‘Meret’s Funken‘ (Kunstmuseum Bern) en in 2013 door curator Jan Hoet voor de tentoonstelling ‘Middlegate Geel 2013’. De tweede solo-tentoonstelling bij Deweer Gallery kwam er in 2013 met ‘Die neuen Sterblichen’. Schilderijen van Tatjana Gerhard zijn opgenomen in tal van particuliere en openbare collecties, waaronder het S.M.A.K. , Gent en het Kunstmuseum Bern.


Melissa Gordon, Structure Painting (New York Times, Friday, June 25, 1971), 2012, acryl en zeefdruk op doek, 170x135 cm

Melissa GORDON // °1981 in Cambridge, MA, VSA Melissa Gordon maakt in haar conceptuele schilderkunst fascinerende connecties tussen de geschiedenis, de politieke dimensie en beeldcultuur van de gedrukte media en beslissende momenten uit de moderne schilderkunst. Opmerkelijk is dat Gordon per project de geladenheid van haar onderwerpen weet om te zetten in een autonome, abstracte beeldtaal. Melissa Gordon werd door Deweer Gallery geïntroduceerd in 2012 in de groepstentoonstelling “Re-Opening”. In 2014 volgde de eerste solo-tentoonstelling “Modern Surfaces”, waarin haar twee series werken “Material Evidences” en “Blow Up Modernists”, de laatste gebaseerd op iconische schilderijen uit de modernistische schilderkunst, bv. van Malevich of Pollock, werden geïntegreerd.Verder stelde Melissa Gordon in 2014 solo ten toon in Marianne Boesky Gallery, New York, VSA en in 2013 in Spike Island, Bristol, VK en met “Perspective In Time And Space” in Cosar HMT, Düsseldorf. In 2012 was ze solo te zien met de show ‘Structures for Viewing’ bij Marianne Boesky Gallery te New York; daar stond ze ook al solo in 2009 met ‘A Lonely Crowd’.

Tot haar belangrijkste groepstentoonstellingen behoren de Biënnale van de schilderkunst in Roger Raveelmuseum, Machelen-Zulte en deze in Wiels, Vorst (beide in 2014), “Art & Press”, Museum Karlsruhe en Kunstverein Malkasten, Düsseldorf (beide in 2012), “Future Forward”, The Temporary Stedelijk Museum, Amsterdam (2011) en “Monumentalism – History And National Identity in Modern Art”(curator Jelle Bouwhaus), Stedelijk Museum Amsterdam (2010). In 2014 publiceerde Sternberg Press haar monografie “Material Evidence”.


Ilya & Emilia Kabakov, Says M. Lesnina... (Commentary drawing), 1991, kleurpotlood, gouache en inkt op papier, 33x23 cm

Ilya & Emilia KABAKOV // lIya Kabakov °1933 in Dnepropetrovsk, Oekraïne. Emilia Kabakov °1945 in Dnepropetrovsk, Oekraïne. Ilya Kabakov geldt vandaag als de belangrijkste beeldende kunstenaar van de 2de helft van de 20ste eeuw uit de voormalige Sovjetunie. Onder het oude Sovjetregime was hij een van de leidende figuren van het Moscow Conceptualism. Vanuit New York en vanaf 1989 samen met Emilia Kabakov, presenteert hij in de grote Westerse kunsthuizen de ene na de andere tentoonstelling. Deze tentoonstellingen zijn dikwijls gebaseerd op het concept van de totaalinstallatie, die is te begrijpen als een volledig door de kunstenaar vormgegeven ruimte waarin de bezoeker zich geheel vervreemd weet van het museum waarin de installatie tijdelijk is opgebouwd. Inhoudelijk zijn de installaties – of bij uitbreiding de schilderijen en tekeningen van Ilya & Emilia Kabakov - vaak gebaseerd op fictionele of (auto)biografische situaties, personages en teksten.

Deweer Gallery introduceerde llya Kabakov in 1992 met de installatie ‘In Memory Of Pleasant Recollections’. Daarna volgden de tentoonstellingen ‘Een Ontmoeting / Vstrecha– Jan Fabre & Ilya Kabakov’ (1998) en ‘Ilya & Emilia Kabakov - The Thaw’(2006), die doorreisde naar Museum am Ostwall, Dortmund (2007-2008), het Sara Hildén Art Museum, Tampere, Finland (2008), CAC Malaga (2008-2009) en Palma de Mallorca (2009). Verder waren de Kabakovs solo te zien op de 52ste Biënnale van Venetië (2007), in CCC The Garage en het Pushkin Museum te Moskou (2008, ‘De Moskou Retrospectieve’), in het Sprengel Museum Hannover en het Henie Onstad Art Centre (2012, ‘Ilya Kabakov – Eine Rückkehr zur Malerei. 1961-2011’), in het Van Abbemuseum Eindhoven en in het Kunsthaus Graz (2012 en 2014, ‘Ilya & Emilia Kabakov – El Lissitzky’). In 2014 presenteerden ze in het Grand Palais, Parijs, in het kader van de Monumenta-serie, de grote installatie ‘L’étrange cité’.


George Little, Nicoise - Nahcoise, 2014, olieverf, acrylverf en gemengde techniek op doek, 150x120 cm

George LITTLE // °1988 in Hammersmith, Londen, VK George Little lijkt het vruchtbare metaforische potentieel te hebben ontdekt - en tal van andere noodzakelijke ingrediënten zoals kleurschema’s, motieven en energie - van het verval van het modernistische restaurantinterieur en de bijhorende iconografie. Maar hij doet veel meer. Hij wil niets minder dan nieuwe narratieve benaderingen creëren in de schilderkunst. Hij doet dat, tot nu toe, door het organiseren van een complexe maar spontane interactie - op het schilderij en tijdens het schilderen - tussen de cultuur van de studio (of misschien de modernistische idee van die studio) en die van het restaurant, de eetzaal of de keuken. Little heeft opgemerkt dat deze twee omgevingen vergelijkbaar zijn wat betreft strategieën van productie en presentatie. Het befaamde tijdschrift ArtReview heeft een rubriek ‘Future Greats’, waarin elke maand een vooraanstaande kunstenaar of curator een jonge internationale belofte bespreekt. In het maartnummer van 2013 stelt Rosalind Nashashibi George Little als volgt voor: “George Little’s schilderijen zijn figuratief, abstract en gedresseerd met overvolle gevels. Ze zijn zowel decoratief als modernistisch, misschien wel in het zog van Matisse (...). Ze zijn over het algemeen voorzien van de attributen en het afval van restaurants; bijvoorbeeld een witte, herhaalde, gewelfde lijn zoals de toppen van golven die een parade wordt van servetten. (...)”

George Tormod Little werd in 1988 geboren in Hammersmith, Londen, Verenigd Koninkrijk. Hij woont en werkt in Londen. Hij had recente solotentoonstellingen in CO2 Gallery in Rome, Italië; Mother Space, Shoreditch, Londen; Elephant and Castle - Winter Projects, Londen en Ana Cristea Gallery, New York, VSA. Zijn werk was recentelijk ook in groepstentoonstellingen te zien in de Lion and Lamb Gallery, Shoreditch, Londen; Fell Space, Londen en de Saatchi Gallery, Londen. Werk van de kunstenaar is o.a. opgenomen in de collectie van de Saatchi Gallery in Londen.


Enrique Marty, Kristine, 2013, acrylverf op polyester op polyurethaan, haar, textiel en metaal, 166x62x50 cm


Enrique MARTY // °1969 in Salamanca, Spanje Enrique Marty’s oeuvre, dat bestaat uit sculpturen, schilderijen, aquarellen, video’s en animatiefilms, leest als een exploratie van de menselijke ziel. Obsessief registreert Marty het menselijk gedrag in al zijn vormen. Stilistisch baseert hij zich op de kenmerken van amateurbeeldtaal, massacommunicatie en populaire verteltechnieken. Methodisch steunt hij op het onbegrensd vastleggen en reproduceren van privé-ervaringen en van het alledaagse leven. De kunstenaar interpreteert zelden maar registreert des te meer. Marty’s oeuvre is een soort encyclopedie van het zogezegd alledaagse leven, een comédie humaine met duistere passages. Enrique Marty’s sculpturen zijn enerzijds driedimensionale portretten, gebaseerd op mallen van echte personen. Ze zijn anderzijds ook een terugkoppeling van aspecten van poppen aan standbeelden uit westerse, figuratief sculpturale tradities zoals die van de barok.

Enrique Marty’s unieke benadering trok voor het eerst grote aandacht in Spanje door zijn solo show ‘La Familia’ in Espacio Uno, de toenmalige ruimte voor jonge kunst van het Reina Sofia Museum te Madrid (2001). In 2004 selecteerde Harald Szeemann hem voor ‘The Real Royal Trip’, waarin hij de hedendaagse kunst in de Spaanssprekende landen op de internationale scène zette. De tentoonstelling reisde van PS1 New York naar het Museo Patio Herreriano in Valladolid. Marty groeide uit tot één van de meest markante persoonlijkheden in de Spaanse hedendaagse kunst, en er volgde een spraakma-kende solo in het MUSAC in Léon, in 2006: ‘Flaschengeist / La Caseta del Alemàn’ (curator Rafael Doctor Roncero). Enrique Marty werd kort daarna, nog in 2006, voor het eerst getoond in België door Deweer Gallery, met de solo ‘Aim at the Brood!’. Uit die samenwerking volgden institutionele solo’s in het GEM / Gemeentemuseum Den Haag (2008), in de Kunsthalle Mannheim (2010) en in de Fundacion Antonio Perez in Cuenca, Spanje (2011). Daarna volgden bij Deweer nog de solo’s ‘Dank and Dismal’(2009), ‘Sainte Guillotine’(2010), ‘Art is Dangerous’(2011, Solo Projects Art Brussels) en ‘Soft Cockney’(2013, met catalogus). Marty nam deel aan de Biënnale van Venetië in 2001 en 2005. Hij werd verder o.a. geselecteerd voor de overzichtstentoonstelling over naoorlogse Spaanse kunst ‘Spain. 1957-2007’ (Palazzo Sant´Elia, Palermo), voor ‘L´Art en Europe’ (Domaine Pommery, Reims, 2008), voor ‘Spanish Video Art’ (ZKM, Karlsruhe, 2008) en voor ‘Hareng Saur - Ensor en de hedendaagse kunst’ (S.M.A.K. en Museum voor Schone Kunsten, Gent, 2010). In 2011 nam hij deel aan de groepstentoonstelling ‘GOLDMINE’, met werken uit de collectie van Sirje and Michael Gold, in CSULB, Long Beach, VS.


Benjamin Moravec, Grande Etude, 2013, olieverf op doek, 210x150 cm

Benjamin MORAVEC // °1977 in Thiais, Frankrijk Benjamin Moravec is een kunstenaar die rotsvast blijft geloven in de betekenis van de schilderkunst, ook in een wereld die wordt overstelpt door een constant wisselende massa beeldmateriaal. Met de middelen van de schilderkunst, die hij overigens zeer virtuoos beheerst, bevraagt Moravec onze hedendaagse beeldcultuur. Hij doet dit o.a. via de beeld-in-beeld-techniek. Wat gebeurt er als er in een schilderij dat op zich al een voorstelling is, een beeld wordt geschilderd, is een cruciale vraag in zijn werk. Verder onderzoekt Moravec de onderlinge relaties tussen beelden én het publiek versus privaat karakter van hun mediatisering, ongeacht of die beelden afkomstig zijn uit de wereld van de schilderkunst, de fotografie, de publiciteit, de cinema of het internet. Benjamin Moravec is een kunstenaar die op een zeer gevoelige, intelligente en professionele manier met eigentijdse dimensies van (schilder)kunst omgaat.

Deweer Gallery presenteerde de Franse kunstenaar tot dusver in drie solo-tentoonstellingen. In 2006 met ‘Happy Together & Mourir Ensemble’ en in 2010 met ‘Une Vie Sans Fin’(met catalogus). Moravec’s derde tentoonstelling bij Deweer Gallery, ‘Le Royaume – Part. V (Les Orphelins Volontaires)’ (april 2014) kan worden beschouwd als het vervolg op de grote tentoonstelling ‘Les jeux de l’effroi – Le Royaume – Part IV’ die het ikob – Museum für Zeitgenössische Kunst, Eupen, presenteerde in de zomer van 2013. In 2011 stelde Benjamin Moravec solo ten toon bij Galeri Artist, Istanbul en in 2012 nam hij deel aan de ‘Biënnale van de Schilderkunst 2012 – De mens in beeld’, georganiseerd door het Museum Dhondt-Dhaenens, Deurle en het Roger Raveelmuseum, Machelen aan de Leie. Eerdere groepstentoonstellingen betreffen o.a. ‘re.turn’ (2012, Akademie der Bildenden Künste, Neurenberg) en ‘Unter Helden / Vor-Bilder in der Gegenwartskunst’ (2011, Kunsthalle Nürnberg).


Panamarenko, Donnariet, 2003, plexiglas, polyester, metaal, rubber etc., 60x90x48 cm, Ed. 24 + IV A.P. + I H.C.

PANAMARENKO // °1940 in Antwerpen Vanaf de late jaren ’60 verwerft Panamarenko vanuit zijn geboortestad Antwerpen nationaal en internationaal bekendheid als bedenker en maker van fantastische happenings, vlieg-objecten en tekeningen. Drie elementen maken Panamarenko tot een van die zeer uitzonderlijke, weergaloze kunstenaars. Als geen ander is Panamarenko er in geslaagd het technisch-wetenschappelijke te koppelen aan het poëtische; zijn kunstwerken zijn geen loutere realisaties van een ingenieur, en zijn poëtische objecten zijn wel degelijk onderbouwd met een grondige wetenschappelijke kennis. Zijn ongebreidelde verbeeldingskracht staat hem verder toe geheel vrij en inventief om te gaan met de regels, wetten en gebruiken van zowel wetenschap, kunst en maatschappij, wat resulteert in een haast legendarische uniciteit. Tenslotte is Panamarenko een van die uitzonderlijke kunstenaars die – zoals bv. Joseph Beuys - geen opdeling maken tussen leven en werk. Zijn pseudoniem Panamarenko is in dit opzicht een klein maar veelzeggend detail.

Panamarenko en Deweer Gallery presenteerden een eerste solo-tentoonstelling in 1983. Sindsdien had de Antwerpse kunstenaar nog zes individuele tentoonstellingen in de galerie, met catalogus: in 1990, in 1994 (‘Knikkebeen en andere auto’s’), in 1997 (‘Panamarenko 1967-1997’), in 2000 (‘Monocedo – Snijboon’), in 2003 (‘Panamarenko @ Deweer Art Gallery / 1983 – 2003 / van Donderwolk tot Donnariet’) en in 2005 (‘KlapperschroefRugzak-Met-Vliegenier’). Tot Panamarenko’s belangrijkste solotentoonstellingen behoren o.a. Fondation Cartier, Parijs (1998), Dia Art Center, New York, Musée Jean Tinguely, Basel en Hayward Gallery, Londen (2000), S.M.A.K. (Stedelijk Museum voor Actuele Kunst), Gent (2001), Museo Nacional Centro de Arte Reina Sofia, Madrid (2002), Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België, Brussel (2005), F.R.A.C. Nord – Pas de Calais, Duinkerke, Frankrijk (2009), MODEM, Debrecen, Hongarije (2010), CC Scharpoord, Knokke-Heist, België (2011), Städtische Galerie Delmenhorst, Duitsland (2014) en M HKA, Museum van Hedendaagse Kunst, Antwerpen (2014-2015). Panamarenko nam verder o.a. deel aan drie edities van de Documenta in Kassel (1972, 1977 en 1992).


Shirana Shahbazi, [Komposition-47-2012], 2012, c-print op aluminium, ingelijst in zwart geglazuurde esdoorn kader, 150x120 cm, Ed. 5 + I A.P.


Shirana SHAHBAZI // °1974 in Teheran, Iran Shirana Shahbazi’s oeuvre legt de relatie bloot tussen beelden en beeldoppervlakken, en tussen verscheidene media en hun iconische kwaliteit. Haar waarneming is bepaald door de traditie van de Westerse schilderkunst; haar recente stillevens bijvoorbeeld, verwijzen naar motieven uit het kubisme, het constructivisme en het concretisme. Shahbazi heeft haar werk recent naar een nieuw niveau van abstractie getild, met vrije toepassing van kleuren en geometrische vormen. Shahbazi maakt deze werken door echte geometrische en gekleurde voorwerpen op te stellen in de vorm van een stilleven, en deze dan te fotograferen.

Shirana Shahbazi nam deel aan de 50ste Biënnale van Venetië in 2003 en had tentoonstellingen in onder andere het MoMA - Museum of Modern Art, New York (2013), Fotomuseum Winterthur (2011), New Museum, New York (2011), en The Hammer Museum, Los Angeles (2008). Haar werk bevindt zich in publieke collecties wereldwijd, waaronder die van het MoMA – Museum of Modern Art, New York, Museum Boijmans Van Beuningen, Rotterdam, Fotomuseum Winterthur, Huis Marseille, Amsterdam, MUSAC - Museo de Arte Contemporáneo de Castilla y León, Spanje, Tate Modern, Londen, en The National Museum of Photography, Kopenhagen. Shirana Shahbazi werd door Deweer Gallery geïntroduceerd in de groepstentoonstelling ‘Structures for viewing’(2014). In september 2014 presenteerde Deweer Gallery haar eerste solo-tentoonstelling in België en in oktober 2014 had Shirana Shahbazi een grote tentoonstelling in de Kunsthalle Bern.


Andy Wauman, Drawing Rat’s Breath For You, 2009, zwarte inkt op canvas, 2x (110x200 cm)

Andy WAUMAN // °1975 in Wilrijk Wauman’s werk ontstaat inhoudelijk niet vanuit een kunsthistorische of conceptuele theorie maar vanuit een stelsel van sociale principes en vanuit een persoonlijk protest. Hij maakt doelbewust gebruik van alledaagse materialen, vormen en symbolen waarvan de poëtische kracht misbruikt, vergeten of ongekend is. Wauman’s tekstuele werken zijn directe, letterlijke dragers van boodschappen en ontstaan uit zijn werk als dichter. Kenmerkend is dat Wauman de retoriek en stijl recupereert, en daarmee ontkracht, van de vormen van autoriteit die hij in zijn werk aanvalt. Iets dat altijd terugkeert in zijn werk is protest tegen cynisme en een voorkeur voor de sensualiteit en romantische waarde van de straat. Eerder dan als politiek activist, ziet hij zichzelf als poëtisch anarchist.

Andy Wauman stelde solo ten toon bij Deweer Gallery in 2006, 2009 en 2012. Verder maakte hij solotentoonstellingen voor Art Statements Gallery, Tokyo, Japan (‘Calligraphs and Body Traps’, 2011) en Hong Kong (‘The Same for A While’, 2010 & ‘What do you permit to remain?’, 2013) en voor Bourouina Gallery, Berlijn (‘The Quota Copies’, 2009). Nog in 2009 presenteerde hij zijn solo show ‘Empathy Leak’ in Open Art Space, Stuttgart, Duitsland. In 2014 tenslotte stelde hij solo ten toon met ‘A Single Match Below A Fire’ in Deus Ex Machina Temple of Enthousiasm, Canggu, Bali en met ‘Tasted In The Mouth Of Rain’ in het Glasmuseum te Leerdam, Nederland. Andy Wauman was verder o.a. te zien in de groepstentoonstellingen ‘Error #10: Error One’ in Extra City, Antwerpen (2008), ‘Mind the Bullocks’ in Expodium, Utrecht, Nederland (2010), ‘Down on Mainstream’ (curator Koen Leemans) in De Garage te Mechelen (september 2012), ‘Emoties’ in het Gemeentemuseum Helmond, Nederland (2014) en in 2015 in de tentoonstelling ‘Mixed Emotions’ in het Cultuurcentrum Mechelen. Tijdens de zomer van 2014 was Andy Wauman artist-in-residence bij het prestigieuze ISCP – International Studio & Curatorial Program te New York.


Norbert Witzgall, Mari, 2007, olieverf op paneel, vlinders, ingelijst, 25x20 cm

Norbert WITZGALL // °1976 in Münchberg, Duitsland Norbert Witzgall legt zich toe op één enkel genre: het portret. Maar door onderzoek te doen naar de mogelijkheden ervan en de conventies die errond bestaan te testen, voert Witzgall het geschilderde portret tot ver voorbij de grenzen van de traditionele intenties. Elk werk is een systeem van referenties. Witzgall eigent zich allerlei zorgvuldig geselecteerd fotografisch bronnenmateriaal toe, van afbeeldingen van stars uit magazines tot filmstills uit de klassieke cinema of zelf gemaakte shots van vrienden. Vaak gebruikt Witzgall collage om daaruit zijn composities samen te stellen. Witzgall’s manier van werken verraadt een complexe, contradictorische attitude: hij idealiseert zijn onderwerp maar stelt tegelijk ook het medium in vraag en lijkt sceptisch te blijven over de autonomie en de betekenis van de schilderkunst. Norbert Witzgall ontwikkelt een ongemeen fascinerende taal die afwisselend doet denken aan de Biedermeier periode, de pop-cultuur, dada, en het surrealisme.

Norbert Witzgall’s eerste tentoonstelling in België was zijn solo ‘Nose is a nose is a nose’(2011) bij Deweer Gallery; in 2012 nam hij met Deweer Gallery deel aan Art Brussels met het solo project ‘Quod Lizbeth’. Recent werkte Norbert Witzgall voor een duotentoonstelling in After The Butcher (2014, Berlijn) samen met de Nederlandse kunstenares Mathilde Ter Heijne. In hun gezamenlijk project werden fotografische beelden van Ter Heijne geprojecteerd op Witzgalls schilderijen. Ook in de tentoonstelling ‘Norbert Witzgall – Veronica’(2015), Witzgall’s tweede solo-tentoonstelling voor Deweer Gallery, levert Mathilde ter Heijne een bijdrage. Daarvoor stelde Norbert Witzgall solo tentoon bij SOUTERRAIN, Berlijn (met ‘Alles Erwin’, met Alex Müller, in 2010) en bij Venetia Kapernekas Gallery, New York (met ‘Wir’, in 2008). Witzgall werd tevens geselecteerd voor de tentoonstelling ‘Je t’aime … moi non plus’ in het Musée des Beaux-Arts Eugène Leroy, Tourcoing, Frankrijk (2013) en voor groepsshows in Kunstverein Nürnberg (curator Oriane Durand) en Studio Kara Walker, New York in 2011 en bij Gallery MC, New York in 2010.


teksten/fotografie: Deweer Gallery, Otegem www.deweergallery.com



vu Luc Martens, Botermarkt 2, Roeselare

Jan Fabre, The brain as food, 2008, aquarel, potlood en kleurpotlood op fotopapier, 12,5x17,7 cm (detail)

de Directeurswoning / een thuis voor kunst Hendrik Consciencestraat 10 / Roeselare info@dedirecteurswoning.be / tel. 051 26 24 02 www.dedirecteurswoning.be


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.