Ghendtsche tydinghen 1979 ehc 787672 1979

Page 1

GHENDTSCHE TYDINGHEN Tweemaandelijks Kultureel Tijdschrift van de Heemkundige en Historische Kring Gent V.Z.W. Redactie-adres : Sint-Lievensdoorgang 1, 9000 Gent 8ste Jaargang, nr. 1

15 januari 1979

Ere-voorzitter : J. Tytgat, ere-notaris Voorzitter : G. Hebbelynck Onder-Voorzitter: H. Collumbien Secretaris : R. Van Geluwe Penningmeester : A. Verbeke_ Ruildienst .~Van Geluwe-Eggermont A., Maïsstraat 235, Gent Secretariaat : Maïsstraat 235, Gent.- Tel. 26 23 28 Postrekening: 000-105.04.73-60- Heemkundige en Historische Kring Gent, Koggestraat 14, Gent Lidgeld : 200 fr. per jaar. INHOUD Geen Werk Gent in 1862 Het Gentsche Bier De Gentsche Vleeschhouwers aan het woord De Kunstenaarsfamilie( s) De Vigne te Gent Vraag en Antwoord Aanvullende Ledenlijst · Bibliografie

3

4 24 25 46 50 52 52

Bibliotheek en wekelijkse bijeenkomsten : in het Documentatiecentrum voor Streekgeschiedenis, éonvent Engelbertus, Groot Begijnhof, huis nr. 46, Sint-Amandsberg: elke zondag van 10 tot 12 uur. (uitgenomen op feestdagen). Gesloten in juli en augustus. Verantwoordelijke uitgever: G. Hebbelynèk, Voorhoutkaai 40, Gent Elke auteur is alleen verantwoordelijk voor zijn bijdrage. Uitgegeven met de steun van het stadsbestuur van Gent en van het Provinciebestuur van Oost-Vlaanderen.

1


WAARDE LEDEN,

Een goede duizendtalleden hebben reeds hun bijdrage voor 1979 gestort. Aan alle leden : onze oprechte dank . Aan het honderdtal achterblijvers durven we vragen hun bijdrage - TWEEHONDERD FRANK nog te storten in januari. Het maart-nummer zal enkel gezonden worden aan de leden, die hun bijdrage vóór 19 79 betaald hebben. Het maartnummer zal onder meer bevatten : "Gent in 18 63 ", "De In huldiging van het standbeeld van ]acob van Artevelde", artikel dat rijkelijk zal geïllustreerd zijn, alsook een artikel van onze medewerker M. Van Wesemael over "De doolhof van het Gentse Stadhuis". ·

OP WOENSDAG 24 JANUARI OM 20 U. in de conferentiezaal van het Cultureel Centrum Bank Brussel Lambert, Graaf van Vlaanderenplein, 5, Gent voordracht door Prof. Dr. Herman Balthazar over "Gentenaars beheren hun stad : onderzoek over politieke families 1780-1850" . OP ZONDAG 18 FEBRUARI OM 10 U. bezoek aan de Centrale Bibliotheek en aan het Manuscriptenkabinet onder de leiding van Prof. Dr. A. Derolez. Samenkomst ~oor de ingang van de Bibliotheek Rozier. Aantal bezoekers beperkt tot 40 personen. Ins'chrijving: secretariaat Maïsstraat 235 (tel. 26 23 28 voor 1 februari of op de voordracht op 24.1.79J

2


Karnaval van 1862 KAV ALCADE INGERIGT DOOR DEN KRING DER ZONDER NAEM NIET ZONDER HERT GEENWERK I.

Geen werk, geen werk ! hoe bitter lyden Door deze ramp, de werkers niet! Wat kan hun lot, nu nog verblyden 't Is alom smarte, dat men ziet. Hier is 't een vrouw, daer zyn het kind'ren, Wien 't ongeluk stort in den nood Wat kan hun leed nu nog vermind'ren Er is geen werk, er is geen brood. II.

Geen werk, geen werk ! wie kan dat hooren Van 't vlaemsch volk, dat 't werk zoo mint Die kreet moet ieder hart doorboaren Geen werk, ... geen brood voor vrouw en kind ! Ziet rond er is zooveel te helpen 't Gevaer eischt spoed, hoog klimt de nood Wรปt alle pyn en honger stelpen Er is geen werk, er is geen brood. lil. De werkman treurt; zyn kloeke leden, Verzwakken ieder oogenblik, En dan zyn vrouw, verhoort haar beden En 't arme kind, dat krimpt van schrik. 0 ryken, laet niet vruchdoos schreyen Bedeel uw geld, in al dien.nood Wie d'arme geeft, zal God verblyen Er is geen werk, o geef gy brood.

Karel Callebaut

Gent, february 1862

3


GENTIN 1862 MEER DAN 5000 WERKLOZE KATOENARBEIDERS

De Gentse bevolking heeft in de negentiende eeuw enkele buitengewone slechte jaren gekend: het hongerjaar 1847, het cholerajaar 1849, het cholerajaar 1866. Ook 1862 moet bij de uiterst slechte jaren worden gerekend. Door het gebrek aan katoen als gevolg van de Secessieoorlog waren einde 1861 re;eds een aantal katoenarbeiders werkloos. De eerste statistieken waarover we beschikken werden opgesteld op 17 februari 1862. Volledig werklozen 2050 18,3% 3661 Werken van 5 tot 9 u per dag .32,8% 1986 Werken van 9 1/2 tot 1V2 u 17,8% 3460 Werken 12 u of meer 31,0% Totaal

11157

99,9%

De voornaamste fabrieken, die nog normaal werken zijn : Lousbergs (1600 werklieden), de Hemptinne (500 werkl.) en Hooreman-Cambier (600 werkl.). Bij Parmender-Van Hoegaerden (Grasfabriek) wordt 10 1/2 uur daags gewerkt. (810 werkl.) De helft van de katoenarbeiders wordt dus reeds ernstig door de crisis getroffen. We beschikken echter over geen gegevens betreffende het aantal werkloze mannen, vrouwen, kinderen, het aantal werkloze gezinshoofden, het aantal gezinnen door werkloosheid getroffen. 5 Januari: Le Journal de Gand verzet zich tegen de claqueurs, die in de schouwburg tot zending hebben toe te juichen. De Beurzencourant is ook de mening toegedaan, dat de plakkers, de claqueurs, de romains, de chevaliers du lustre zo genoemd omdat ze plaats namen op het pa~ radijs (te Gent : kiekenkot) dicht bij de luster gasten zijn, die men krachtdadig het zwijgen moet opleggen. De Beurzencourant denkt echter dat in de Gentse schouwburg de claque niet georganiseerd is. De gasfabriek heeft aan de armen duizend hectoliter kolen uitgedeeld. 9 Januari : Bij Pieters-Van den Bossche, Savaanstraat, werd een kleed in Brusselse kant gemaakt voor een buitenlandseprinses. (G.v.G.) .Qe Beurzencourant weet mede te delen, dat honderden behoeftige meisjes maanden lang gewerkt hebben en een loon hebben verdiend met het maken van dit vorstelijk kleed. 15 Januari: Ter gelegenheid van de doopdag van de nieuwe leden van de gilde der vrije schippersmaats was er een feest op het Ketelplein. 4


Langs de oever stonden een reeks kuipen en emmers gevuld met water opgesteld. De dopelingen zaten op een stoel en werden met water begoten onder het uitspreken van de doopformule "Gij zijt goed en bekwaam. En( ... bijnaam) is uw naam". Na de plechtigheid trok de gilde met muziek en vlag voorop naar een herberg. 19 Januari : Enkele huishuurprijzen aan de hand van verkopingen. Langemunt 49 : winkel en achterhuis : 870 fr. per jaar Sint-Pietersnieuwstraat 24 : verhuurd aan prof. dr. Burggraeve aan 850 fr. per jaar Sint-Pietersnieuwstraat 26 : huis met remise en stallingen, opp. 733 m2, bewoond door Ed. Kervys d'Oudt-Mooregem: 750 fr.per jaar Kouterdreef : herberg Nieuwe DÜigentie, 800 fr. per jaar Veldstraat 28, laarzenmaker, 1300 fr.per jaar Société Linière Gantoise : koupon 21 zal voor het dienstjaar 1861 uitbet~d worden aan 50 fr. 22 Januari : De prijs van het katoen is sterk gestegen. Vorigjaar werd het ruw katoen verkocht tegen 0,75 fr.per kg. Nu bedraagt de prijs 1,56 fr.per kg. Le Nouvelliste wijst er op, dat te Gent nog veel voorwerpen per el en per pond worden verkocht in plaats van per m. en per kg. Nog zonderlinger is het in de vismijn :voor de verkoop van zeevis bedraagt een pond 25 centimes, voor de verkoop van riviervis tien centimes. Er werd een petitie gezonden aan de hertog en de hertogin van Brabant ten gunste van de begijnhoven van Gent en voorzien van 2000 handtekeningen. De duurte. van de levensmiddelen, de vermindering van het aantal werkuren in talrijke fabrieken en de omzichtigheid van de welstellende stand hebben een grote vermindering van de verkoop voor gevolg. 23 Januari : Graaf H. Goethals en graaf L. Goethals, beiden erfgenamen van de beroemde Hendrik Goethals, geboren te Gent in 1217 en bekend onder de naam van doctor Solemnis, hebben aan het schepencollege een protest gezonden, waarin ze uitdrukkelijk de schending van het door Hendrik Goethals opgericht godshuis Sint-Jacobs afkeuren en hun rechten van eigendom doen gelden. 31 JanuMi: De celgevangenis op de Nieu~e Wandeling wordt in ge_ bruik genomen. De graaf Oct. d' Alcantara en de senators De Block en Maertens-Peckmans zijn benoemd tot commandeur der orde van Sint-Gregorius de Grote. Men weet, dat de heer De Block het initiatief heeft genomen voor het werk van de Sint-Pieterspenning in Vlaanderen en dat de heer

5


graaf d'Alcantara dit genootschap sedert twee jaar voorzit. Wat de heer Maerten-Peckmans betreft, een ieder weet met welke belangeloosheid hij zijn steun heeft verleend aan de verwezenlijking van de pauselijke lening van 1860, waarvoor het bisdom Gent alleen voor meer dan 1 200 000 fr.heeft ingeschreven. (Beurzencourant) Volgens een mededeling in de J ournal de Gand van 28 november heeft de Sint-Pieterspenning vorigjaar in het bisdom Gent 208 820 fr. opgebracht. 1 Februari: Op 13 januari hadden de katoenarbeiders een vergadering gehouden in het lokaal De Eendracht in de Sint-Pietersvrouwstraat. Enkele dagen later vroeg een delegatie geleid door de voorzitters van de spinners en de wevers de aandacht van de burgemeester voor de benarde:toestand van de textielarbeiders. Op 29 januari werd opnieuw een delegatie van de arbeiders ontvangen door het college. De Beurzencourant schenkt veel aandacht aan het probleem en publiceert de rede, die Bilen uitsprak op de vergadering. (18.1.1862) We vermoeden, dat de rede werd opgesteld door Emiel Moyson. Trouwens op 9 februari wordt opnieuw een vergadering, nu voorgezeten door E. Moyson, gehouden. 3 Februari: Met de opbrengst van een bolderprijskamp door een maatschappij op de Blandinusberg werden 825 kg. brood aan noodlijdende arbeiders uitgedeeld. 7 Februari :De lonen van de Gentse fabriekarbeiders zijn heel wat lager dan in Engeland. Ook missen we hier de nodige verenigingen bestemd om de werklieden in geval van werkloosheid of ziekte te helpen. Onze werkende klasse leeft om zo te zeggen bij de dag, houdt niets over voor de slechte dagen en moet bij de minste tegenslag zijn toevlucht zoek~n tot de Berg van Barmhartigheid of het Liefdadigheidsbureau. Dit artikel werd door de G. v. Gent overgenomen uit L'Economiste. Persoonlijk betwijfelen we sterk of het voor de meeste gezinnen wel mogelijk was iets over te houden. 10 Februari :Thans doet zich het zonderling verschijnsel voor, dat ruw katoen van Liverpool naar de Verenigde Sta,ten worqt uitgevoerd. De prijzen zijn ontzaglijk gestegen. Speculanten zouden niet minder dan 72 miljoen gulden op 500 000 balen katoen, die in het begin van de oorlog in Engeland voorhanden waren, hebben. gewonnen. Op 9 Februari werd een werkmansmeeting in. de Parnassus gehouden, waar besloten werd een petitie aan de koning te zenden om de Gentse werklieden, die deel namen aan de onlusten in 1861, vrij te laten. Thans verblijven nog dertien veroordeelden in de gevangenis. Het overbrengen van de proveniersters van de kleine godshuizen naar 6


STA.D GENT. Medeburgers, Uuir.Mldt ncrLJieden un ll•"u"'· in onl.f' stad, ncn tl(' uih•rtrote elhmtlc uu•r~ gd~ •eril. · 'ftu einde ter 1.ulfi te J..onum acn dext'll grtH)tt•n te~rn'rt*d n tu·ruu l.' tlllttéh~"' tloor Junwen l'ttttnd oogrcrui;e ._.. .. , Ju~ bl~n dt• h·~•lt•n uan dt·u 1\tX>J;htut(/,~18- t'" .\·!J•"f>J'hvidwlu·jny hN wnr(Jt•t•l«l gt•geu• u UJU (•t•tl(' iu,c·ltr.' .. liug et} OJ)CIH'tl, At'll l'tl' l~(· hrc l'fl.'ld•tlia;hcid,ohurt:t•l z.Hlf" nu~tlrn· t•rking u•ri!•('IH, c:u Hl\ ~ rua:;!Î!\Ir:tU"H llt'ntit·n lwt a l~ luuln(•n llligt dc•z(~lve ui1 ~tl l111n1H' mngt ((• ontler .. truucn. IJe o pl,rcn g~t df'r in,-e·ltrJ 'in,: ui gt•hr..•J ('11 all)(Oosftt•d uHrth•n ar u dt· u f'rk lit•tlc·u dl•• 'tiUI hwmt• hrumlniuning beroufd f.~n. l<>n ::;:('lttltr(' c.lt~r Sl rc• w•II Îug iu tlt• 1-.awc un.~-u·rhcicl mtt..,.fl'('n: 4lt•w•l(h•u ~u ilen n·unlt•u \c·rtltc·hl, iu ,~::•·mN~ n ­ ~d•app(• l.'k ou·rlt•:r mt• l 111'1 lH· Idnclitt iH• idothur{~·l. tftHJr HU:t,(' u mrui\t•tu .. u • mH•r•wr~ rn l..oc)pluunldM·c ... cJi" tr.ht· \VHr ncen.it; ul,' ~'; :-.t tJlHU(' U tu ·u llf't luwrtl ,ffr ~ ~~ · hch),t•n ~t•tf• c•k(• w.l.

Medeburgers, l . ,u~ nHt Ui .. tráH' tl "nl..~t·rt•n u drint:t•nd ncn om tl(•d tr JI(•UJ••n tw u tlit t•tlrl Hl•rk NI flf•IJIJf'H )u·t HJ')t \(~rl rvun t•n tlot J.~ u tlt•U•H UJH'tX'fl 11Ît•1 Htu•hH·)uo..,

'l.ullt·n lu•hl wu uu·c;•· ... u.,.rd: dt•ln.tr~tn um (;t•tll ~ dit• nlt'd nitmttlllh' dvnr c·t~ JH' lOO \H•rkuamt• Ht•l'ciutli~lu•itl. 1af. it1 ;, •.• tHxu.llnUÎftC vm .. fftudiglu•dc•n tH·U~t· U') htlr•H:n, Cit'll tuu·t· nJ,mtl!• tiU•rlt• wriu~cn uitH " ·illcn 'tç knrt hl." t'H. -....]

f.t lil , d,.,, '.!"' hf•tuttt' IHil:C .

.l)t~

JJ11 rg(•llweH/(•J·,

Cll. OE

1{1~~1\CIIOVI~.

c;,.",,

lfw1< - ,.,.

~'"''' utlo· u~~'''.'

11

Concitoyens,

[fj

al

I";; ~

"a;al a.11

I

••

llt·~ milli'~'"' ~r~nnrit·r~ sont

poit:•utnt(·

nttiourtl'hui, cl1uas not.-r 1ille~ en proie a unc

mit.(·r~.

l'11ur •euir "..,. ..WO .;. . - "_".., ior.,..tuiJe, «lont lew- ,.....;.,,.. , Iu • rt•ml ••~•noio" f'luuru<: j(•ur~ I~ mernbn~~ du ( t• t'f•ltJ Commef'll'i(tl t1/. lmlus/,·iel mu pri" rinillniÎH~ tfunc souscria,•«m à_ iiUftu>ll<· Ie hurcau J... hft•nró\i'h'UH'(' n tltuHH~ sou tmH~oor~ t•t t)ttt• lOS uua;i!:i1rAI"' rr::artlttnt. ttonunc uu dt~~oir tl ~ .!llt''('HlHi f•r tlt• tuu~ lt• ur.. t ffort s. tj• prucluic eh~ Jn !'>tHhf•ription s<:rA e,•,rluo;i,·emf'nt nfTt•f•tr au\ OJtu·i<·r., '-JUÎ "11fll JH' 'H'" <11~ ff'lUIIÎI par "UÎh~ dt• )3 t•ri ... t·' .-.llf'\('UUC tf:tlh lïmlu ... trÎ t• f'U hllliiÎt•rt.• : a !'it~ra rf'Pl\ rli ' de i'OIH'(•rl ótH'\' I·· hun•ttu tft.• hiruraj .. ,,llt'(' , pilt" flth prfllt'ÎJ•atl'\ iucJu..,lrit~J ... 1:1 (OUHUt.'f'f'UH'"' cp1i t'ml C~O IIUUf"Uf'C JUU' ~'jJl~o,t•rir4" t' U\AII('IIU'~ )lUIIr tlt•!l

!'t(ltlltlU,'S imJ"MJI"tAIHt•~.

Concitoyens, \ ' Ü" IUI.li j:;Î')Irlth HHI"o t•\hurlt.'Ut h\(~t· ÎU .. IrUH"t• p lHUi """tWi(' r ~ C't'U(' U' IIH(' ~~~Ui~ f'I'U"I' 1 t•l i(.., Hili l11 frrHH' t•Mdi illln· flUt' ("t' n 't•'\l Jli''i f'll HIÏH 1fH 'if .. \ iHh iHi rt• .. ,t~ t.N nppl'l : l l\ bocn·~p nÎ"Ε• tl 1• (~J\1111. tJIIÎ ~\· .. ( t' tlll"l:ltuiH l' IU tfi-,tin~tH'(' pnr uut• t·hnritt· ~i uc·1;u· , m• \ü111h·a pa .. l'rtillir •- ('t~Ut• nuhlc tc•tttliiiun •lJtnl'O h~~ t•ireon~tanct•s tt~. lnutit(!UM'S •Jut· nuu .. tt· n ~ t' t' "U''!'- t·u ('t' nwt 'lt' ttt .

JtUrHIU

(;uutl, I·· :!tot l 't<~rit• r l fl:tr! .

'"" ( '. ,t '\ \110'1'- llll \Lt I• lL\ .\ ,

Lt• Bou~',fJIIINJln•, CU. OB liEI\CII0\ · 1~.

l•nornm t· r~t .


het begijnhof geeft aanleiding tot een scherpe polemiek tussen Le Bien Public en de Beurzencourant enerzijds en Le Joumal de Gand en De Stad Gent anderzijds. De Grootjuffrouwen van de beide begijnhoven hebben aan het college een brief gericht, waarin gevraagd wordt de bestaande voorwaarden in de begijnhoven te behouden. Het probleem wordt nog eens uitvoerig behandeld in de gemeenteraad op 10 februari. Na een lange discussie besluit de raad zich te houden aan zijn besluit van 9 juli 1861. 16 Februari :.De geldinzameling tijdens de cavalcade ingericht door de Zonder Naam niet zonder Hart op camaval heeft 4 250,40 fr. opgebracht. 28 Februari: Door de Koophandels-en Nijverheidskring wordt een steunfonds opgericht om de werkloze textielarbeiders te helpen. Burgemeester Ch. de Kerchove doet een oproep dit liefdadig werk te steunen. Eerst onderzoeken we nu de evolutie van de werkloosheid. Datum 17.2.1862 17.3 22.4 19.5 23.6 21.7 18.8 22.9 20.10 17.11 15.12

Aantal volledig werklozen 2050 2282 2261 3009 2976 3661 3841 4177 5156 5482 5288

%werkloze katoenarbeiders

18,3 20,4 22,0 (1) 29,3 29,0 35,7 37,9 40,7 50,3 53,4 51,6

(1) : Volgens de gegevens van de tabellen is het aantal werknemers gedaald van 11 157 tot 10 251. Van af october zijn dus de helft van de kat<;>enarbeiders werkloos. Voor de overige katoenarbeiders is het aantal werkuren per week sterk gedaald. Sommige kranten delen de werknemers, die nog aan het werk zijn in . groepen naar het aantal werkuren per dag. Dit is echter een foutieve voorstelling, omdat sommige fabrieken slechts enkele dagen werken met een normaal aantal werkuren, terwijl andere fabrieken dagelijks werken met een verminderd aantal werkuren. Zo wordt opJ8.8.1862 bij Rosseèl slechts twee dagen per week gewerkt (tien werkuren) en 8


bij Speelman ook gedurende twee dagen per week aan dertien werkuren, terwijl bij Lousbergs zes dagen aan 7 3/4 uur gewerkt wordt.Een indeling van de nog aan het werk zijnde arbeiders volgens het aantal werkuren per week is dan ook nauwkeuriger om zich een oordeel te kunnen vormen over de invloed van de crisis op het loon van de arbeiders. % katoenarbeiders per aantal werkuren per week

---------------------------------------17.2

29.4

18.8

1.12

26.1.63

18,3

37,9 29,3 5,7 8,8 18,3

54,2 21,7 2,6 4,3 17,0

58,1 19,0 2,2 2,4_ 18,3

99,8

100,0

---------------------------Volledig werkloos Tot 49 u. per week Van 50 tot 59 uur Van 60 tot 69 uur Meer dan 69 uur

32,8 17,8 31,0

22,9 20,9 9,2 39,1 7,5

Totaal

99,9

99,9

100,0

0

5

10

Aantal gesloten fabrieken

17

18

Een normale werkweek telde 72 werkuren (12 x 6), alhoewel, in enkele fabrieken nog langer werd gewerkt (FrÊalle-Manilius : 14 u x 6). Het gemiddeld weekloon bedroeg voor de spinners 23 fr., wevers: 15 fr., vrouwen : 9,50 fr.tot 10 fr., kinderen : 4,00 fr.Westellen vast, dat in de loop van 1862 het aantal werklozen stijgt en het aantal katoenarbeiders, die nog een volledig loon ontvangen, vermindert. We mogen het normaal gezamenlijk inkomen van de Gentse katoenarbeiders schatten op ongeveer 120.000 fr.per week. Half februari was dit inkomen verminderd met ongeveer 41 000 fr.per week, einde april wordt dit tekort ongeveer 50 000 fr., half augustus reeds 65 000 fr. en begin december meer dan 70.000 fr. Natuurlijk is de vermindering van inkomen niet evenredig verspreid over de gezinnen van de katoenbewerkers : het hangt af van de gehele ¡ of gedeeltelijke werkloosheid en van de samenstelling van het gezin. In het midden van de negentiende eeuw was de kennis van de statistiek nog weinig ontwikkeld: zo komt het, dat slechts tot 26.1.1863 gegevens werden opgetekend in verband met het aantal werkuren en werkdagen van de fabrieken. Het steunfonds opgericht door de Koophandels-en Nijverheidskring van Gent genoot de grootste sympathie in de stad Gent, in gans het land en zelfs in het buitenland. Bij de oprichting van het fonds schonken zeventien textielfabrikanten duizend frank en vier vijfhonderd

9


10


frank. Begin maart werd op het stadhuis een liefdadige tentoonstelling van kunstvoorwerpen geopend door de graaf van Vlaanderen. Half april besliste de minister van oorlog, dat de militaire muziekkorpsen in hun garnizoenen concerten zullen geven ten voordele van de Gentse werklozen. Een concert gegeven te Florence ten voordele van Gent bracht 548,40 ft. op; generaal Garibaldi schonk honderd frank. Er verscheen een oproep tot steun in de kranten te Amsterdam. Begin mei stelde de paus 10 000 fr. ter beschikking va~ de bisschop van Gent, die de helft schonk aan de Koophandels- en Nijverheidskring en de andere helft aan het genootschap van Sint-Vincentius, dat ooksteun aan werklozen verleende. Nog in mei schonken de arbeiders van Vieille Montagne duizend frank, de werklieden van de smeltovens van Sclessin vijfhondérd frank. De Belgische consul te Amsterdam stortte 3500 fr. Uit Stokholm kwam duizend frank, een volgende storting van de consul te Amsterdam van duizend frank, een vertoning in de Muntschouwburg bracht 1583 fr. op. Begin juni was er reeds in totaal197 903,03 &. ingezameld. Een concert te Brussel door de Grote Harmonie met de medewerking van de Gentse Koormaatschappij bracht 9000 &. op. Uit Den Haag kwamen enkele naamloze giften (telkens 200 gulden). We mogen vermoeden, dat de giften kwamen van prinses Amelie van Saksen-Weimar, die te Gent werd geboren op 14 mei 1830 en in 1853 huwde met prins Hendrik, prins der Nederlanden (1820-1879), derde zoon van koning Willem 11. Ook de hertog Bemard van Saksen-Weimar, vader van prinses Amelie, deed verschillende giften. Een concert gegeven door het muziekkorps van de gidsen in de Gentse dierentuin bracht 2935,05 &. op. Te Spa zong de Koormaatschappij, alsook een groep leerlingen van de stadsschool op de Voormuideen geleid door het schoolhoofd Wiemer. Het feest bracht 3 616 &. op. Einde september was reeds 34 7 745,35 fr. ingezameld. Maar begrijpêlijker wijze verminderen de inkomsten. In totaal zal407 094.48 & worden ontvangen. · Door het hulpcomité werden een vijftigtal personen belast met het uitdelen van steun aan de getroffen gezinnen. De gezinnen werden in vier groepen ingedeeld : 1° groep: 3 broden van 1,5 kg.,_2 kg. rijst en 40 kg. kolen per week 2° groep: 4 broden van 1,5 kg., 2 kg. rijst, 40 kg. kolen en 0,75 fr. per week 3° groep: 5 broden van 1,5 kg., 2 kg. rijst, 40 kg. kolen en 1,75 &. per week 4° groep: 6 broden van 1,5 kg., 3 kg. rijst, 40 kg. kolen en 3 fr.per week. (Joumal de Gand 25.11.1862) De eerste uitdeling had plaats op 7 maart : 1 71 families werden gehol11


pen. Op 11 maart zijn er reeds 81 7 ondersteunde gezinnen, op 15 maart 1600 gezinnen en op 19 maart 2000 gezinnen. Naarmate de werkloosheid uitbreiding neemt, zal het aantal ondersteunde gezinnen nog stijgen. Van nu af gebeurde de hulpverlening wekelijks. Aantal ondersteunde gezinnen : 13 augustus ·: 3951 26 maart : 2287 4 september : 3921 9 april : 2638 25 september : 3938 23 april : 2856 16 october : 3994 7 mei : 3046 28 mei : 3.394 23 october : 4016 18 juni : 3798 30 october : 4045 . 3jllli :3915 24 juli : 3958 Op 9 mei lezen we in de Gazette van Gent : "Een blad dezer stad heeft berekend, dat er hier tegenwoordig 3000 fabriekarbeiders geheel zonder werk zijn. Het zelfde blad beweert ook, dat de uitgedeelde hulp niet boven· de 4,50 fr.per week beloopt en dat velen, die dit krijgen een vrouw en 2, 3 of 4 kinderen hebben. Is deze berekening nauwkeurig, dan blijkt dat de Handelskring 13 500 fr.per week nodig heeft of 175 500 fr.per trimester en 702 000 fr.per jaar. Over dergelijke fondsen zal de Handelskring niet beschikken : op 13 augustus wordt de rijst vervangen door aardappelen en dit omdat rijst zes maal duurder is dan aardappelen, op 1 7 september is er geen wekelijkse uitdeling door gebrek aan fondsen, vanaf 9 october worden nog enkel bons voor brood, aardappelen en kolen gegeven. De laatste uitdeling komt op . 30 october. · Op 15 mei nam de Gazette van Gent de volgende mededeling over uit L'Economi.Ste Belge : "3000 families of 15000 personen moeten gesteund worden door de liefdadigheid. Ongehuwde werklieden worden behoudens zeldzame uitzonderingen niet ondersteund. Een groot aantal van hen werken aan de forten te Antwerpen". Nu volgen we de gebeurtenissen verder. 9 Maart : Onze el~ctrische horloges gaan uitnemend slechtj• 15 Maart : Het binnenlands verbruik van de textielnijverheid is toereikend, maar de uitvoer is zeer gering. In de fabrieken is de voorraàd · sterk toegenomen. De katoenindustrie kent een zware crisis, maar de vlasfabrieken zijn de ganse tijd blijven werken. 19 Maart : Met de opbrengst van een tombola zal Willem Tell duizend broden uitdelen. · 12


23 Maart: Verpachting van barrelen. Op Donderdag 27 maart om-3 uur in de herberg De Zwaan te Lemheke zal overgegaan worden tot de openbare verpachting voor een jaar der zeven barrelen staande op de geconeedeerde steenweg van Evergem naar Watervliet tot aan de Hollandse grens. 26 Maart : De gemeenteraad stelt een bedrag van 60 000 fr.ter beschikking van het college voor ophogingswerken op de Frère-Orbanlaan en voor het overwelven van een deel van de oude Schelde. De gemeenteraad besluit de trekweg, die nog op het einde van de oude Schelde bestond, af te schaffen. De Zottepoort zal worden afgebroken. Voor de aardewerken op de Frère-Orbanlaan werden twee honderd werklieden, meestal werkloze katoenarbeiders aangeworven. De fabriekarbeiders ontvingenl,50 fr.per dag, 's morgens een druppel en de dag door een "tisane" om hen te beletten water te drinken. 30 Maart : De heer Antoon Van Eenaeme heeft de laatste hand gelegd aan het beeld, dat het grafmonument van Prudens Van Duyse moet versieren. Dit beeld verbeeldt de genius van de Vlaamse poëzie onder de trekken van een wenende vrouw. Einde maart werd Julius Vuylsteke secretaris van het Willemsfonds. Dif feit was van grote betekenis voor de evolutie van het Willemsfonds. 11 Mei : De statuten van de Naamloze Spoorwegmaatschappij BruggeBlankenberge zijn goedgekeurd bij K.B. van 29 april. De werken zullen over kort aanvangen. Al heel vlug zal Blankenberge een grote aantrekkingskracht bezitten voor de Gentenaars. Blankenberge is trouwens de badplaats die het dichtst bij Gent gelegen is. 1 5 Mei : In de Annonciadenstraat werd een riolering aangelegd. De G. v. G. vraagt de aandacht van het gemeentebestuur voor de voetpaden en wel van af de herberg de Havermaat (bestaat nu nog) tot aan de · Twaalfkamerenstraat. 17 Mei : De gemeenteraad keurt het voorstel van de kerkfabriek van Sint-Anna goed, waarbij kunstschilder Canneel, directeur van de acade-. mie, belast wordt met de muursc.hilderingen in de kerk. Het werk zal negenjaar duren en 110 000 fr. kosten. De kerkfabriek komt tussen voor 30 000 fr.voortkomende van een legaat van H. Lammens en een legaat van Lousbergs elk van 15 000 fr. De stad zal jaarlijks een toelage verlenen van 1200 fr.; de overige uitgaven zijn ten laste van de staat. 18 Mei : Het Vla.anlsch Verbond met als voorzitter L. de Potter houdt een vergadering in de Café du Nordop de Vrijdagmarkt. De motie enkel te kiezen voor Vlaamsgezinde kandidaten wordt goedgekeurd. 13


Ruim 400 kiezers zijn lid van deze afdeling van het Vlaamsch Verbond. Enkele dagen later kwam er een mededeling van de liberale afdeling van het Vlaamsch Verbond en ondertekend door H. Van Peene en J. Vuylsteke, waarbij gevraagd wordt trouw te blijven aan de dubbele leuze "Vlaams en liberaal". Kort daarop wordt de algemene afdeling van het Vlaamsch Verbond te Gent ontbonden; wel blijven de onderafdelingen volgens de partijen bestaan. 20 Mei: Réouverture du Patijntje. Guinguette admirablement située. Par M. D'Hav.é, traiteur en poissons et restaurateur. 22 Mei: Volgens schattingen verblijven ongeveer 15 tot 20 duizend Vlam~gen te Parijs. Verspreid in de volkrijke wijken van de voorste-

den zijn ze blootgesteld aan de talrijke gevaren van de hoofdstad. De afwezigheid van priesters, die hun moedertaal spreken, is een emstig probleem. De Gentse bisschop heeft met de steun van de kardinaal en van de bisschop van Brugge enkele maanden geleden Het Werk der Vlamingen te Parijs opgericht onder het bestuur van een geestelijke van het bisdom Gent. Op zijn reis naar Rome heeft de Gentse bisschop een bezoek gebracht aan de Vlaamse gemeente te Parijs. (Beurzencourant). Hoe die aanwezigheid van die talrijke Vlamingen te Parijs te verklaren ? Vooreerst : het gebrek aan werk in Vlaanderen deed een groot aantal Vlamingen uitwijken : naar Wallonië en naar Frankrijk (landbouwarbeiders voor de oogst, werklieden voor de nijverheid). Daarnaast trokken een groot aantal naar de Franse hoofdstad om zich in hun beroep te volmaken (o.a. schoenmakers, kleermakers, boekbinders). 2 Juni: Op de Hoogstraat worden voetpaden aangelegd. De aardewerken op het _terrein, waar het Leusbergsgesticht zal gebouwd worden, zijn begonnen. 13 Juni :Men breekt in de Priesterstraat een huis af, dat paalt aan de H. Kerstkerk. Bij aardewerken werden beenderen opgegraven. Vroeger was naast de kerk een kerkhof. 21 Juni: Te Gent overleed de fabrikant Jan Voortman, voorzitter van de Handels- en Nijverheidskring te Gent. Uit de rede uitgesproken op de begrafenis leren we het volgende : In 1764 zond de Oostindische Compagnie van Engeland een petitie naar het parlement met het ver-· zoek om vreemdelingen katoenen weefsels te laten drukken bestemd voor de uitvoer. Een Nederlander Voortman ontving de toelating om calicots te drukken voor het buitènland. Toen aan Voortman de toelating geweigerd werd om ook voor de binnetJ.andse markt te drukken, week hij uit en vestigde zich te Gent. Hij was de vader van de familie Voortman. 14


15


27 Juni: Eergisteren had het huwelijk plaats van de heer Kekulé, hoogleraar en juffr. Drory. Bij deze gelegenheid heeft de heer Drory 500 broodkaarten àan de Zonder Naam en 500 broodkaarten aan de pastoor van Sint-Pieters gezonden. Waarom we dit vermelden? August Kekulé werd geboren te Darmstadtop 7 september 1829. In 1858 werd hij hoogleraar te Gent. In 1865 publiceerde hij een studie over de bouw van de henzeenring (C 6 H 6) :de zeshoek van de koolstofring. Kekulé wordt beschouwd als de schepper van de organische scheikunde. Einde 186 7 werd KekUlé naar Bonn geroepen als directeur van het pas opgericht "Chemisches lnstitut". Hij werkte er tot zijn dood in 1896. In 1965 werd de ontdekking van de benzeenformule universeel herdacht. In België verscheen zegel1382 met het portret van de GentSe hoogleraar. Het standbeeld van de grote scheikundige staat te Bonn. De Prof. August Kekuléstraat is een zijstraat op het einde van de Zwijnaardesteenweg. 2 Juli : De Ridder en Bilen, de heide voorzitters van de wevers- en spinnersverenigingen, danken de Koophandels- en Nijverheidskring; ccDe patroons hebben allen menschlievend de daguur van vroeger hehouden; zulke schoone handelswijze is best in staat de standen met el~ kaar te verzoenen". 9 Juli: De prijzen van het katoen uit Louisiana stijgen nog altijd te Liverpool. Prijs per kg. 1861 1862 Middling 8 shilling 15 shilling Fair 8 3/4 sh. 16 sh. Good 9 1/4 sh. 16 1/2 sh. 10 Juli: De_ Heer Emiel De Clercq, advocaat te Eeklo, oud student van de Gentse universiteit, is laureaat van de universitaire wedstrijd. Hij heeft zijn werk in het Nederlands verdedigd. Het is de eerste maal dat dit gebeurt sinds de instelling van de hogeschoolprijskam pen. Emiel De Clercq werd gevierd te Eeklo op 28 september 1862. 33 Muziekmaatschappijen hebhen aan het festival, ingericht te Gent, deelgenomen.

11 Juli: "De Taal is gansch het Volk" heeft aan de provincieraad gevraagd de provinciale reglementen in het Nederlands en het Frans op · te stellen. Tevens vroeg de Kerchove-Delimon de vorige reglementen te vertalen in het Nederlands. Op beide vragen komt een ongunstig antwoord van de provincieraad. 13 Juli: Openbare Verkoping. Huis met koetspoort en groot gebouw

16


dienend als katoenweverij Drapstraat 20 in huur aan Storme-Brasseur tegen 2500 fr.per jaar tot 1869.. In 1862 werkten bij Storme-Brasseur 60 wevers. Hier uit blijkt, dat deze ftrma geen eigenaar was van de fabrieksgebouwen. 20 Juli: De stadsgracht evenwijdig met het Dok tussen de Dampoort en de Muidepoort zal gedempt worden. Men is deze week begonnen met de afbraak van het oud kerkje van het Rijke Gasthuis in de Hoogstraat. Het Rijke Gasthuis werd opgericht in 1146 "buten Turre", dit is voorbij de Torrepoort aan de Houtlei en het begin van de Hoogstraat. Dr. Gysseling deelt mede, dat met "buten Turre" de Hoogstraat werd bedoeld. Dit gasthuis, waar melaatsen werden verpleegd, was toegewij9- aan de H. Maria, met als gevolg dat de wijk tussen Hoogstraat, Holstraat, Theresianenstraat en Akkerstraat Marialand werd genoemd.. Thans nog Marialand: straat tussen Rasphuisstraat en Wispelbergstraat. De zieken werden verzorgd door de broeders en de zusters van het Gemene Leven Als inkomsten beschikte het Rijke Gasthuis onder meer over het "lepelrecht", waarbij de instelling een lepel graan ontving van elke zak graan ingevoerd in Gent. Door een besluit van aartshertogin Isabella werd het Rijke Gasthuis in 1623 afgeschaft en wel omdat de melaatsheid uit onze streken was verdwenen. De helft van de bezittingen van h~t Rijke Gasthuis werd geschonken aan de weeshuizen van de Kulders en de Blauwe Meisjes; de andere helft bleef aan het klooster, waarvan de kloosterlingen de regel van SintBenedictus aannamen. Het klooster herbouwd in 1665 werd afgeschaft in 1794. Nu werd het gebouw gebruikt als liefdadigheidswerkplaats en als school. Later werd het aangekocht door de Predikheren, die er een nieuw klooster oprichtten. 25 Juli : Op 23 juli 1859 had de gemeenteraad besloten een standbeeld van Jacob van Artevelde te plaatsen op de Vrijdagmarkt. De uitgav.en zullen bedragen: 38 000 fr.voor het standbeeld en 36 000 fr.voor het voetstuk. De staat komt tussen voor 2/3 van de uitgaven, de stad zal het overige derde betalen. 4 Augustus : Te Leiderstem ove~leed de hertog Bemard van SaksenWeimar. Hijwerd geboren op 30 mei 1792 te Weimar. In 1815 was hij in Nederlandse dienst kolonel van het regiment Oranje-Nassau en nam hij deel aan de slag van Quatre-Bras en Waterlo. In 1819 was hij provincie-commandant van Oost-Vlaanderen. Hij verbleef te Gent tot 1830 en woonde op de Nederkouter. Zijnjong8te dochter huwdemet prins Hendrik der Nederlanden. . Enkele honderden werklieden woonden een meeting bij in de herberg 17


Woning van hertog Bernard vanSaksen-Weimar op de Nederkouter.

18


Sint-Jacobs; Er werd een petitie aan het gemeentebestuur opgesteld, waarin wordt gevraagd werk te verschaffen aan de slachtoffers van de katoencrisis. 9 Augustus : Bij Lippens-Coryn, Mageleinstraat 20 Gent. Hespen van Westfalen: 2 frank per kg. Op 22 augustus vinden we van dezelfde slager een nieuwe aankondiging : "Schoon nieuw spek : 1° soort.: 1 ,30 fr.per kg., zo soort : 1,20 fr.per kg. Varkensvet : 1,50 fr.per kg. Nieuwe hespen van Westfalen: 1,70 ft. per kg." De prijs van de hesp is dus flink gedaald. · 6 September: Tot nu toe werden de lessen aan de academie enkel 's avonds gegeven. De gemeenteraad beslist een dagleergang in tekenen te openen. De overeenkomst met de staat wordt goedgekeurd, waarbij een stuk grond naast het oud kasteel (de huidige Kasteellaan) kosteloos tet beschikking van de staat zal worden gesteld voor de aanleg van een goederenstation voor het lossen van steenkool. Het is het begin van de aanleg van het goederenstation Gent-Oost. De raad keurt ook een lening van een miljoen aan 4 %goed, waarvan de opbrengst moet dienen voor het fmancieren van openbare werken. De afschrijving wordt gespreid over zeventig jaar, dus tot in 1932. Een reeks woningen in het Groot Begijnhof langs de Elisabethgracht zal ter beschikking van de proveniersters worden gesteld. Vandaar de straatnaam Provenierstersstraat. 15 September : De Franse postzegels zijn voortaan gescheiden door lijnen met gaatjes, zodat men geen schaar meer moet hebben om ze te scheiden. Het betreft hier de mooie zegels met de beeltenis van Napoléon III. In ons land zullen de eerste getande zegels verschijnen begin 1863 met de beeltenis van Leopold I. 25 September: Een aantal wèvers en spinners zijn vertrokken naar Rijsel en omgeving. Sedert .1 juli bedraagt het aantal uitwijkelingen ongeveer 600. Volgens de officiële gegevens waren er in 1862 3573 personen, die de stad verlieten. Vermoedelijk waren er wel meer, maar een aantal verwaarloosden de politie te verwittigen. Toch waren er in 1862 ook nog 3699 inwijkelingen. 2 October : Vandaag is het nieuw werkhuis van de heer Carels op het dok ingehuldigd. Vroeger waren de werkhuizen Carels op het Groot Meerhem. 12 October : De fabriekwerkersgenootschappen hebben aan het gemeentebestuur een smeekschrift, ondertekend door Bilen en De Ridder gezonden, waarin gewezen wordt op de ongelukkige toestand van 19


de werklozen nu de middelen van de Koophandels-en NijverheidsIcring zijn uitgeput. Er wordt gevraagd bij de regering aan te dringen om openbare werken uit te voeren. 16 October : Bijna al de meubels van de oude Sint-Annakerk zijn naar de nieuwe kerk overgebracht. Op zondag 26 october zal de kerk worden gewijd. Volgens gegevens uit Nederland zou het orgel van de oude Sint-Annakerk zich thans bevinden in het kerkje van de gemeente te Noordgouwe op Schouwen (Zeeland). 27 October: L'événement de la semaine a été la hausse considérable des actions de la Lys, que nous avons laissées à 1575 fr. et que nous retrouvons à 1800 fr. demandées. Cette progressions rapide se justifie parfaî.tement par la situation financière et industrielle de ce magnifique établissement linier. (Joumal de Gand) Door de crisis in de katoenindustrie was het een gunstige periode voor de vlasnijverheid. Sommige katoenweverijen fabriceerden gemengde weefsels : half katoen, half vlas of half katoen, half wol. 3 November: De gemeenteraad keurt de verkoop door het bestuur der Burgerlijke godshuizen van het Klein Begijnhof aan de hertog van Arenberg voor de som van 700 000 fr., goed. Alzo werd het Klein Begijnhof gered. Het O.L.V. Begijnhof ter Hoye werd opgericht door gravin Johanna van Constanttnopel in 1234. 7 Nóvember : Te Gent overleed Hector Van Wittenberghe, ontvanger van de Burgerlijke Godshuizen. Bij testament schonk hij gans zijn fortuin aan het Bestuur van de Burgerlijke Godshuizen. In 1864 werden twee straten aan het Groot Begijnhof aangelegd: een straat werd Van Wittenberghestraat genoemd, de andere straat werd de Verspeyenstraat. Verspeyen overleed in 183 7 en had zijn gans bezit geschonken aan het bestuur van de 1\ll!~erliike Godsh$en te Gent. 11 November: De nieuwe maatschappij "De Katholieke Kring" (le Cercle catholique) werd in het voormalig hotel De Roode Hoed plechtig geïnstalleerd. Volgens Le Bien Public van 11.11.186 2 waren al de maatschappelijke standen aanwezig. Le Bien Public vernoemt de stocratie, de magistratuur, de balie, de financiële en de industriële wereld. Voorzitter is Van der Bruggen- de Nayer, ond~rvoorzitter Victor Cooreman. "Le Cercle catholique" is de aanloop voor de vorming van een werkelijke katholieke politieke partij te Gent.

an-

16 November: De wedden van de postboden, die nu van 600 fr.tot 750 fr. bedrageq, worden verhoogd tot 750 fr.- 900 fr. 23 November: Beeldhouwer Antoon Van Eenaeme heeft een reusach20


tig standbeeld van de H. Carolus Borremeus gemaakt om het altaar in de kapel van het bisschoppelijk seminarie te versieren. 25 November: De gemeenteraad heeft de verkoop van het gewezen Alexianenklooster door de Burgerlijke Godshuizen voór de so~ van 107 625 fr. (67 100 fr.voor de grond en 40 525 fr.voor de gebouwen) aan Piers de Raveschoot goedgekeurd. Wat later zullen de Broeders van de Christelijke Scholen er het Sint-Amandusinstituut opnchten. Vanaf 1 januari 1863 zal een gemeentelijke belasting van 1 % op het kadastraal inkomen worden geheven dienstig omde interest en de aflossing van de lening vaneénmiljoen te betalen. 29 November: Het genootschap Sint-Vincentius à Paulo heeft sedert het begin van de katoencrisis zeshonderd behoeftige families met een wekelijkse onderstand geholpen en daarvoor een som van 40 000 fr. besteed. De dagorde van de gemeenteraad is zeer belangrijk. De eerste tekenen van.de crisis waren merkbaar einde 1861. Bij gebrek aan middelen heeft de Handels- en Nijverheidskring zijn steunactie moeten staken. Thans moet het gemeentebestuur helpen. Er zijn twee mogelijkheden : steun verlenen door aalmoezen uit te delen -volgens de gemeenteraad is deze methode onterend - of nog werk verschaffen. Reeds op 26 maart besloot de gemeenteraad aardewerken aan de Frère-Orbanlaan te laten uitvoeren. Thans keurt de gemeenteraad het plan van een , reeks nieuwe openbare werken goed. De gracht van de Dampoort tot de Sassepoort gegraven in 1828 voor de dienst van de octrooirechten zal gedempt worden. Hiervoor zijn 64 000 m 3 aarde nodig. Tussen de Kortrijkse Poort en Einde Were aan de Nieuwe Wandeling loopt een gracht, die gegraven werd rond 1578. Deze gracht zal worden gedempt en vervangen door een weg 1847 m.lang en 45 m. breed. Hiervoor heeft men 225 308 M 3 aarde nodig. Het terrein heeft een oppervlakte van 83 048 m2, waarvan 36 289 m2 behoren aan het bestuur van de Burgerlijke Godshuizen, 21 224m2 aan de stad en het overige deel aan zeven eigenaars. De Burgerlijke Godshuizen zullen de . grond kosteloos afstaan aan de stad als vergoeding voor de meerwaarde van de overige gronden als gevolg van de nieuwe laan. De nieuwe laan werd Godshuizenlaan genoemd; thans werd de laan in drie stukken verdeeld: Einde Were, Martelaarslaan en Godshuizenlaan. De aarde nodig voor het dempen van de grachten zal geleverd worden door een aannemer, die voor de staat verbredingswerken uitvoert aan de Brugse vaart. 6 December: Te Gent overleed de kunstenaar Felix Devigne. 21


10 December : De katoenoogst zal ongeveer een derde van de oogst van 1860 bedragen, dit als gevolg van de Secessieoorlog. Als gevolg hiervan blijven de prijzen van het vlas en van de garens hoog. 20 December: Aan de dempingswerken tussen de Antwerpse poort en de Sassepoort werken ongeveer 200 werklieden. Het werk begint om zeven uur met een naamafroeping. 's Morgens krijgt elke werkman een glaasje genever. 's Middags is er een uur rust. Het werk eindigt om zes uur met een nieuwe naamafroeping en nu ook krijgen de werklieden een borrel. Op 20 dece~ber werd de aanbesteding van het Verbindingskanaal goedgekeurd voor 34 7 500 fr. Het kanaal zal aan de oppervlakte 38 me te~ breed zijn en op de bodem 12 meter; de trekweg langs beide zijde heeft een breedte van twaalf meter. Dit werk werd uitge~oerd door de staat. 28 December : "De bedekte en ong~kende armoede te Gent is verschrikkelijk. Wat kan een gezin met vader, moeder en vijfkinderen doen met elke vijftien dagen een frank, een broodkaartje en een kaartje voor steenkolen ? Dergelijke gevallen zijn zeer talrijk." (Gazette van Gent) 28 December : Te G(mt overleed prof. Hendrik Make. Henri Make werd geboren te Le Havre in 1803. Hij studeerde aan het college Louis Ie Grand te Parijs en was nauwelijks twintig jaar toen hij aangesteld werd als leraar van de rhetorica aan het atheneum te Brugge. Zijn vader had zich intussen als particulier schoolmeester te Gent gevestigd; daarna was zijn vader studieprefect van het stedelijk college te Aalst. In 1836 wordt Make leraar aan het stedelijk atheneum te Gent en in 1837 is hij studierector van deze instelling. Nog hetzelfde jaz wordt hij ook buitengewoon hoogleraar aan de Gentse universiteit en wordt belast met de cursussen Franse literatuur, Latijnse literatuur, oude en moderne geschiedenis. Make was tevens een romanschrijver en geschiedkundige. Wij zijn in de tijd van het ontwakend nationaliteitsgevoel. Onder de werken van Make vermelden we "Les gueux de mer ou la Belgique sous Ie duc d'Albe" (1827) en ''Philippine de Flandre ou Les prisonniers du Louvre" (1830) Met deze werken poogt !Y1oke de nationale fierheid, het voornaamste element van de yaderlandsliefde, te ontwikkelen. Andere werken van prof. Make waren: Histoire de · Belgique (1839), Biographie de Jacques Artevelde (1841), Histoire de la littérature française ( 1844 ). Make was ook een graag gehoord voordrachthouder, die talrijke lezingen hield in Le Cercle Littéraire te Gent. Reeds Vroeger werd de naam Make in G.T. vermeld: Make was beslist een zeer voorname figuur in 22


de studiegroep Huet; de vergaderingen van deze groep werden een tijd ten huize van Moke gehouden. (zie : La Société Huet door E.C. Cappens in Handelingen Maatschappij Geschiedenis en Oudheidkunde 1972). In 1862 was het leven vrij duur. Broodprijzen

per kg 5.1 42 34 23

: (in centimes) 16.2 30.3 18.5 38 40 40 32 33 33 22 22 24

27.7 14.9 16.11 42 38 35 Gebuild 31 29 34 Ongebuild 23 20 19 Rogge 1862 was een jaar van bittere armoede en ellende. Door het Liefdadigheidsbureau werden 4132 gezinnen tellende 10 349 personen gans het jaar en dan nog 811 gezinnen tijdelijk gesteund. Bovendien werden nog 1614 gezinnen van werkloze arbeiders met 7775 personen geholpen. In totaal werden 225 985,13 fr. in geld en natura uitgedeeld. En ~erwijl in de Verenigde Staten de burgeroorlog verder woedt, wordt Otto von Bismarck ministerpresident en minister van Buitenlandse Zaken in Pruisen. Flaubert schrijft zijn "Salambo" eri Victor Hugo "Les Misérables". In Frankrijk worden Aristide Briand en Claude Debussy geboren. In Gent ziet Maurice Maeterlinck- de toekomstige Nobelprijswinnaar- het licht. In Engeland wordt de Engelse Voetbalbond opgericht. M. STEELS NOOT Voor de geschiedenis van de Secessie-oorlog kunnen we het onlangs verschenen boek "La guerre de Sécession des Etats-Unis 1861-1865" door Henri Bemard aanbevelen (Uitgave: P. de Meyere, Brussel).

23


Karnaval van 1862 KAVALKADE INGERIGT DOOR DEN KRING DER ZONDER NAEM NIET ZONDER HERT HET G ENT S C H B I ER. LA BIÈRE, door CLESSE Gentsehen uitzet, Ge doet ons goed (bis) · Al is dag' ook al somwylen wat uitzet. Gentsehen uitzet, Ge doet ons goed, Gy giet de kracht en de vreugd in 't gemoed. I.

Een waelsche zoon, Toon Clesse, heeft u bezongen; Meester in 't vak, maer zyn gedicht is fransch. Hy houdt van 't bier, hy is een goede jongen; R ymen lyck hy, daertoe zie ik geen kans. Gentsehen uitzet enz.

11. Maer toch my dunkt dat 't vlaemsche bier, zoo helder, Ook in het vlaemsch een lofzang hebben moet .. Frisch en gezond komt d'uitzet uit den kelder; Zyn witte kraeg staet hem uitnemend goed. · Gentsehen uitzet enz. lil. Eens, tot zyn schand, heeft men hem willen yken, Maer geen vlaemsch bier en past de slavenband. Hy wilde niet met looden letters pryken; Hy schuimt nu vry in 't vrye Vlaenderenland. Gentsehen uitzet enz.

IV. 't Kost voor een pint niet meerder dan zes centen En 't bier is kloek, als men-het wys geniet, Dat men het volk dit goed wist inteprenten, Dan had 't kort nat zooveel verdwaelden niet. Gentsehen uitzet enz.

24


V. Lyck Clesse het zei, het bier gaf aen ons vaedren Moed in en kracht in vrêe en in gevecht, 't Bloed vloeide hun onstuimig wild in d'aedren,. Ze waren vry of stierven voor hun regt. Gentsehen uitzet enz.

VI. Och arme mensch ! och ! mogt het eens gebeuren Dat g'elken dag een lekker pintjen hadt; Dan zoudt ge nooit verkwynen en vertreuten, En 't waer' een' eer voor onze gentsche stad! Gentsehen uitzet enz. N. Destauberg

Gent,Jebruary 1862.

DE GENTSCUE VLEESCHHOUWERS AAN HET WOORD FIGUURLIJK MAAR OOK LETTERLIJK GESPROKEN Als u er niets tegen hebt begin ik mijn verhaal met de oprakeling van een bijna 3 5 jaar oude anecd.ote. Op een op 3 oktober 1943 door de Bond der Oostvlaamsche Folkloristen georganiseerde vergadering zou Prof. Hans van Werveke spreken over De Gentsche Vleeschhouwersfamilies gedurende zes eeuwen. De voordracht voorgezeten door Prof. P. de Keyser, had plaats in het Stadsarchief en mocht zich in. een bomvol zaaltje toehoorders verheugen. Goed gedocumenteerd - zoals naar gewoonte -, prozaïsch, zakelijk~ droog - zoals naar gewoonte -, wist de spreker niettemin het talrijk publiek ten zeerste te boeien. Om geen afbreuk te doen aan de titel van zijn lezing, wijdde hij uitvoerig uit over de bijna 100 vleeshouwersgeslachten (waaronder vanzelfsprekend die van de Minnes, van de Deynoodts, van de Van Loos en van de Van Melles) die ik weet niet van wanneer tot in de jaren '30 van deze eeuw hun messen gewet Jlebben, aanvankelijk in twee, later in één Vleeschhuis. Een voor zijn leeftijd nog uitermate flink uitziende tachtiger die zich vooraan in de zaal genesteld had, had gans de duur van de voordracht

25



letterlijk aa:n de lippen van de spreker gehangen. Doch toen er op zeker ogenblik betoogd werd dat er in 1932 nog slechts één enkele van de nakomelingen der oude vleeshouwersfamilies in leven was, met na. me een Van Melle, dus geen Van Loo, begon onze belangstellende grijsaard zich danig onrustig op zijn stoel heen en weer te schuifelen. Meteen naar links en naar rechts een blik werpend waarin èn ontsteltenis, èn teleurstelling, èn machteloosheid te lezen stonden. Prof. De Keyser, aan wie die ongewone pantomime niet ontgaan was, snapte bij intuïtie wat er met de man aan de hand was. Een vriendelijke, geruststellende hoofdknik in de richting van de oude volstond om deze op zijtf gemak te brengen. Nadat Prof. Van Werveke een punt achter zijn verhaal gezet had, was het de beurt aan de voorzitter om het woord te voeren: "We hebben met voldoening mogen vaststellen dat de voordracht met zo'n bijzondere bélangstelling gevolgd werd. Dat verdiende ze trouwens dubbel en dik. enz. enz. Mocht er onder de toehoorders iemand zijn die een vraag of zo te stellen heeft, mijn geleerde collega zal die ongetwijfeld met genoegen beantwoorden." Is het wel nodig erop te wijzen dat hij tersluiks een veelbetekende blik in de richting van de wemelaar wierp? Deze stelde zich dan ook kordaat recht, en zonder enige blijk van verlegenheid te laten vermoeden : "Meniere, 't was allemaal giel sguune wa dade gij doar verted'èd. M~ar wa da'k zegge zoe, t'en es nie woar dad'er gien Van Luus ne mier en zijn. Ik zelve iete Van Luu, 'k bennekik nû in de tachentig en k'è over ienige joare 't vliesgèwe gedoan. In 't es giel spijtig da'k danû nie mier en kan. 't Es dada'k zegge wildege." Wat bleef er de beleefd glimlachende prof. anders over dan de man hartelijk te feliciteren met zijn: hoge leeftijd, doch niet zonder er vooral het auditorium - even vriendelijk aan te herinneren dat onze gewezen "vlisgèwer" vroeger (vóór 1932) WEL, doch later nà 1932f NIET aan de kapblok gestaan had. Dat Prof. Van Werveke als onderwerp van zijn causerie het wedervaren van de Gentse Vleeshouwers gekozen heeft, hoeft niemand te verwon-. deren. Hij had een boontje voor. dat soort mensen : eentje van genealogische aard. In zijn aderen stroomde nl. zuiver vleeshouwersbloed. Luister hoe dat kwam. Een van zijn 18de-eeuwse voorvaderen Livinus Petrus van Werveke, trouwde omstreeks 1740 met Marie Catharina van Melle. Het kan bijna niet anders of de vader of grootvader van het meisje moet het vleeshouwen gedaan hebben. En aangezien de 4 grote families (zie verder) in de regel onder elkaar trouwden is het verre van uitgesloten dat Van Loos, Minnes en Deynoodts met vaart meege-

21


holpen hebben om Hans' vooroudertafel op te bouwen.

*

* * Dat schijnbaar onbelangrijk voorvalletje betekende voor mij een bijna dwingende aansporing om over die (vier ?) vleeschouwersfamilies wat meer te weten te komen. Ik kan mij niet herinneren of Prof. Van Werveke veel verteld heeft over de puur folkloristische kant van dat vleeshouwersgedoe. En of hij dat verh~ te berde gebracht heeft waarin de (vier?) geslachten zo'n eersteplanrol gespeeld hebben. U weet dat Keizer Karel de reputatie had een guitige, olijke, bijdehandse kwant geweest te zijn. Denk maar aan "De heerelycke ende vrolycke. daeden van Keyser Carel den V" die eeuwen lang de ene generatie na de andere zo'n gesmaakte winteravondverpozingen bezorgd hebben. Bijdehand was hij ontegensprekelijk als het erop aankwam het vrouwvolk het hof- hof zonder hoofdletter- te maken. Waar hij ook voet aan wal zette, hier of elders, in de stad of in het dorp, overal had hij een knipoogje over voor liefst jonge evaatjes. Om ermee, dat spreekt vanzelf, te gaan "converseren" zoals men nog in zijn tijd zei. Aldus gebeurde het dat hij te Gent kwam "converseren" met maar liefst vier vleeshouwersdochters. Tegelijkertijd wel te verstaan. Die maagdekens heetten onderscheidenlijk (Margrietje ?) Deynoods, (Margrietje ?) Minne, (Margrietje ?) van Loo en (Margrietje?) Van Melle. Het onvermijdelijk gevolg van dat ''converseren" was dat elk der keizerlijke liefjes hem op¡ een flinke zoon tracteerden, die natuurlijk niet naar hun vader maar naar hun moeder genoemd werden. Dus (Jan?) Deynoodt, (Jan?) Minne, idem Van Loo, idem Van Melle. De vier Jannen(?) gingen ook aan het vrijen, maar op een heel wat wettelijker manier dan hun gemeenschappelijke prinselijke papa en burgerlijke mama dat voorgedaan hadden. En maakten dat hun respectievelijke vrouwtjes ik weet niet hoeveel vleeshouwertjes in de dop de weg naar meneer pastoors doopvont deden inslaan. Omdat al die vleeshouwers kerels en kereltjes onvervalste zonen en kleinzonen van de keiZer waren~ dat was overal en door iedereen bekend - kregen zij de naam van Prinsenkinderen. Fantasten werden overal en altijd aangetroffen, dus eveneens in het . 16de-eeuwse Gent. Niet voldaan zijnde met de gangbare versie van het Kinderengeval, deden snuggere knapen er nog een schepje op : de Minnes werden genoemd naar eeri meisje dat ¡te veel GFMIND had; de Van Loos kregen hun naai:n naar het bos (LO) waar ze veiwekt werden; de Van Melles omdat mama te Melle haar kunsten vertoond had; de

28


Deynoodts omdat een onschuldige juffrouw NOODGEDWONGEN aan een baby geraakt was. Honderd jaar geleden deden deze vertellinkjes nog flink de ronde in de milieus van de Vleeshouwers. Geen reden om er nu nog ruchtbaarheid aan te geven. Hoe dichterlijk en schilderachtig deze Prinsenkinderen-legenden ook luiden mochten, uiteindelijk dienden zij willen of niet de vlag te strijken voor de per definitie zo nuchtere als prozaïstisch klinkende waarheid. Beluisteren we die mooie legende met een sporend oor, dan ervaren we alras dat ze, die legende, een samensmelting is van twee verséhillende bestanddelen : 1° de verhouding tussen de Vleeshouwers (en de Visverkopers en Schippers) van de ene kant en het vorstelijk gezag van de andere kant. zo Het erfelijkheidsprivilege waarvan de Vleeshouwers (en de yisverkopers) de bevoordeelden .waren. 1o : De verhouding Gilden en vorstelijk Gezag Een eerste misleiding zat hem in het gebruik van het woord Prinsenkind. In de middeleeuwen had het woord kind niét alleen de betekenis van jong mensje, maar tevens die van dienaar, zelfs van knecht. Een prinsenkind was derhalve niets meer dan een dienaar van de prins, zoals een kraankind iemand was die een kraan bediende. En een kind van de litiere een man die de draagstoel van een meestal vrouwelijke passagier te torsen had. En een kind vander stede niemand anders dan een schepenbode. En een kind in de gasterie (o.a. van Sente Baefs) degene · die ervoor te zorgen had dat de gasten van de abt goed geherbergd werden. Kortom waren de Prinsenkinderen de dienaars die bij plechtige gelegenheden (blijde intreden, officiële bezoeken) in groot ornaat en bereden de prinselijke stoet openden. Of ze uitermate trots waren op hun eretitel ? De vraag stellen is ze beantwoorden. In ieder geval een eretitel die men die twee gilden zo maar niet naar het hoofd had geslingerd. Inderdaad, waren ze soms niet op verschillende tijdstippen de ''daadwerkelijke" bondgenoten van hun prins, met name de graaf,. geweest ? Denk dienaangaande eens even aan Jan Breydel die met zijn vleeshouwers de Guldensporenslag had helpen winnen. En aan het bloedig gevecht dat op 13 januari 1349 op de Vrijdagsmarkt geleverd werd tussen de wevers en de grafelijk gezinde kleine neringen, waarvan de Vleeshouwers, de Visverkoper!) en de Schippers zich het trieest onderscheiden hadden. Omdat de graaf als ·overwinnaar uit de strijd kwam werd de slachting naderhand. "den g()eden Disendacht" genoemd.

20 :Het erfelijkheidsprivilege Dit privilege was van een zeer oude datum, alleszins ouder dan de ge-· boorte van de Prinsenkinderen. Uiteraard veel ouder dan de tijd waàr-

29


"

Afb . 2. Het Gedierte en de Pronkwagen in de Cavalcade


in de "heerlycke ende vrolycke daeden van keyser Carel V" zouden plaats gehad hebben. In Antwerpen hadden de vleeshouwers reeds op het einde van de 13de eeuw gestreden voor de verkrijging van dat voorrecht. De Brugse Breydelszonen verkregen het op 31 dec. 1302, nog geen half jaar nadat ze aan de Guldensporenslag deelgenomen hadden. Wat de Gentse Vleeshouwers betreft mag veilig aangeno)Den worden dat zij omtrent dezelfde tijd een gelijkaardig privilege in de wacht wisten te slepen. Zoals we zegden, tegelijkertijd met de Visver kopers, die op de koop toe nauwe verwanten van ze waren. Hoeveel Vleeshouwers- Visverkopersfamilies van dat uitzonderlijk voorrecht gebruik gemaakt hebben ? Moeilijk te zeggen. Hun aantal zal vanzelfsprekend groter geweest zijn dan in Keizer Karels dagen - dus ruim twee eeuwen later- toen dat aantal precies geteld veertien bedroeg. Aan de kop van die talrijke processie vleeshouwers marcheerden de Van Loos (44leden) en de Van Meiles (29leden). De Deynoodts (10) en de Minnes (5) hadden blijkbaar hun volwassenheid niet bereikt. Daartegenover kwainen 2 andere families de laatstgenoemden de loef afsteken met scores van 12 en 19 leden : de Meyeraerts en de Seyssones. (1) Wat de overige 8 families betreft, die zijn waarachtig het aanhalep. niet waard. In het laatste kwart van de 17de eeuw verdeelden nog zeven families de Vleeshouwerskoek. Behalve de grote "vier" zijn er 4 De Moors, 2 Nevelincks en 6 Seyssones die hun stal in het Groot Vleeshuis hebben. In 1678 portretteerde Fran~ van Cuyck enkele leden van die zeven families op een uitzonderlijk groot doek (3,79 m x 2,19 m; bewaard in het Bijlokemuseum). Het zal niemand verwonderen van uit de hoogte aangekeken te worden door een Van Loo, een Deynoodt, een Nevelinck, een Seyssens (Seyssone).• een Van Melle. We vergaten bijna aan te stippen dat onze 2 profiterende gilden gehouden waren hun aan bederf zo onderheven eetwaren niet in winkels maar uitsluitend op openbare plaatsen aan de man (of liever aan de vrouw) te brengen : vis op de NIET overdekte (natuurlijk ! !) Vismarkt (thans Groentemarkt) en hetvlees WEL in overdekte ruimten: het Groot en het Klein Vleeshuis. Dè toonbanken waarop de waren ten~ toongesteld werden en waaraan gewerkt werd, heetten van meet af aan stallen. In het Frans étals. Vergelijk met de woorden uitstaDen en étaler. Tussen haakjes : wie nog van die stallen wil horen spreken doet goed eens een praatje te gaan slaan met de visverkopers die hun tenten opgeslagen hebben in een deel van het gewezen Vleeshuis.

*

* * 31


1

32


Hoe verder de tijd vorderde, hoe minder talrijk de Vleeshouwers-Visverkopersfamilies werden. Vanaf de tweede helft van de 16de eeuw zijn het de grote "vier" die het voor het zeggen hebben. Aan die stand van zaken zal pas een verandering komen als de twee gilden (in 1791) opgeheven worden. Gedaan met het prinsengedoe. Op dat historisch ogenblik waren de 116 stallen van het Groot Vleeshuis bezet door : de Deynoodtsmet 6 st.; de Van Metles met 23 st.; de Minnes met 24 st. en de Van Loos met 60 st. De De Moors en de Seyssones mochten achterna komen hinkelen met respectievelijk 2 en 1 st. (De toestand in het Klein Vleeshuis met zijn 20 st. was navenant.) Met anderĂŠ woorden : ruim gedurende 250 jaar haalden de ''vier" de lakens naar zich toe. En waar het pas gaf deelden ze die naar hartelust uit. Willen we die stand van zaken door middel van een illustratie verduidelijken, dan kunnen we niet beter doeJl dan een blik te gaan werpen op de tieroemde Macharius-calvacade die in 1767 drie keren (2) als een echte triomftocht door de stad trok: op maandag 1, woensdag 24 en dinsdag 30 juni. Geen vereniging, geen gilde, geen ambacht of nering die er geen eer in stelde haar of zijn aandeel in de kosten te dragen. Vanzelfsprekend hadden de Vleeshouwers zich niet onbetuigd gelaten en een flinke duit in het zakje gedaan. Ze openden namelijk het tweede van de vier delen waarin de stoet bestond "door eene Bende Jagers en Amazonnen met waldhoorens ende verscheyde andere musicale Jagt-Instrumenten".Wilt u weten wie we zoal als jagers en amazonen zien voorbijrijden ? VIJF Van Loos: Petrus, Jacobus, Joannes, Joannes, Mathias VIERVan Meiles: Philippus, Joannes, Franciscus, Petrus ZES Minnes : Christianus, Petrus, Guillielmus, Marcus-Antonius, Gerardus, Jacobus TWEE Vollaerts : J oannes, Franciscus DRIE DE Raeves: Arnoldus, Petrus, Joannes-Baptista . TWEE Deynoodts : Adrianus, Ludovicus. In de 4 amazonen ofte jachtgodinnen herkennen we reeds bij de eerste oogopslag EEN Van Loo (Isabella); EEN Van Melle (Maria); EEN Minne (Regina); EEN Deynoodt (Antonia). Er kan warempel niet beweerd worden dat de koek niet eerlijk verdeeld werd ! In de stoet werden 21 zg. gedierten rondgereden. Dat de Vleeshouwers als gedierte een HERT uitgekozen hadden kan niemand verwonderen aangezien dat dier hun zinnebeeld was (Waren zij inderdaad niet gemachtigd het hert te jagen ?) (3). De 2 paarden die voor het gedierte gespannen zijn,zijn bereden door TWEE Van Metles (Joannes en Christianus). De 5 godinnen die het hert gezelschap houden heten Theresia 33


en Petronelia van Melle; Anna van Loo; Francisca Vollaert en Agnes Minne. Op de 4 paarden die de praalwagen voorttrekken (een van de 24) hebben als·ruiters DRIE Van Loos (Cornelius; Henricus; Franciscus) en EEN Minne (Franciscus). Van de 7 goden en godinnen die de wagen "bemannen" zijn er VIER Minnes (Joanna; Maria; Catharina; Christoffel) en DRIE Van Meiles (Catharina; Jacoba; Dominicus). Wie hoor ik daar fluisteren dat ook in de voorbije eeuwen het vrouwelijk geslacht gediscrimineerd werd? Onze voorvaders-vleeshouwers zijn niet alleen eersteklasHguranten, uitstekende vaklieden, gewiekste handelslui, flinke prinselijke lijfwachten en prima jagers geweest, op de koop toe waren ze bij tijd en wijle we mogen gerust aannemen uit de kluiten gewassen- theaterartiesten. Het schouwburgleven heeft zich van de 17de tot de 19de eeuw-hoofdzakelijk afgespeeld in de gebouwen die staan pralen hebben waar thans . onze Koninkl. Opera staat. Om de toneelspeelkunst in de mogelijkheid te stellen zich naar wens te ontplooien en ze meteen voor niet weinig toneelliefhebbers aantrekkelijk te maken, besloot de Sint-Sebastiaensgilde op 28 april 1664 in haar lokaal gelegen aan de Kouter een volwaardige toneelzaal in het leven te roepen. Een eerste vertoning had plaats op 20 aug. van hetzelfde jaar. De zaal werd op het einde van de eeuw tot Stadsschouwburg · gepromoveerd (Eerste opvoering op 31 mei 1698). Een brand vernielde het gebouw op 16 dec. 1715. Jaren gingen voorbij zonder dat men eraan dacht de feniks uit zijn as te laten opstaan. Met uw verlof twintig lange jaren. Uiteindelijk droeg de Eed (bestuur) van de gilde de welbekende architect Bernard de Wilde (4) op het gildelokaal en de schouwburgzaal herop te bóuwen. Het nieuwe theater of liever théatre, werd ingehuldigd op 12 maart 1737 met het feestelijk optreden van "Coordedansers ende Comedianten". Om verschillende redenen hadden de Stedelijke Magistraat en de Eed zich tot regel gesteld de zaal uitsluitend aan professionele troepen (niet zelden Franse of Italiaanse) te verhuren. Alras echtet zou blijken dat er geen regels zonder uitzonderingen zijn, want wat zien we ? Op 25 en 27 febr. 1740 betreden een groep jonge dames, leerlingen . van het Jezuïetencollege (Voldersstraat) de planken om voor een goed werk een allegorisch stuk op te voeren. Van die heuglijke gebeurtenis (dat wàs ze) wordt ons alles in het door de Jezuïeten verspreid argument (programma) uit de doeken gedaan: "Sophia met hare dochters Fides (Geloof), Spes (Hoop) ende Charitas (Barmhartigheid) sal ver34


thoont worden door de jonge Dochters van den Catechismus onder de Bestieringe van de Eerw. P.P. der Sociteyt Jesu. Op de verthoonplaetse van de Confrerie van den H. Sebastianus binnen Ghendt den 25 ende 27 februari 1740. Op versoeek van de Heeren Gouverneurs ende alles tot profyt van de aerme camer deser stadt''. Het was niet de eerste keer dat de Jezuïeten met hun leerlingen aan toneel deden, doch dan hadden de feesten telkens plaats in hun eigen zaal "Sodaliteit" genaamd en gelegen aan de Korte Meer, daar waar zich thans het Museum voor de Geschiedenis van de Wetenschappen bevindt. "Wat de Jezuïeten toegestaan wordt moet ook ons toegestaan worden" betoogden de Vleeshouwers, en ze togen naar het Sint-Sebastiaenstheater om daar eens te gaan tonen waartoe zij op het .gebied van komedie-spelen in staat waren. Het jaar 1776 schijnt voor onze toneelamateurs een vruchtbaar speeljaar geweest te zijn want ... Doch laten we liever de Gazette van Gend van donderdag 11 april1776 aan het (sappige en schilderachtige) woord : "Men laet weten, dat eenige Liefhebbers van de vrye Neiri..1.ge der Vleeschhouwers binnen deze Stad de eere zullen hebben van te geven op den Theater van het Gilden van den H. Sebastiaen voor de eerste Vertooninge, Zondag den 14. April1776, Den Zegenprael der Toover-Konste, nieuwe Pantomine in dry deelen, noyt binen deze stad Gend vertoond, welk stuk zal verçierd zyn met verscheyde nieuwe De~ coratien, alle nieuwelings uytgevonden. Het Musicq is opgesteld door den vermaerden Schmid, die voor dezen de eere heeft gehad van Musique-Lessen te geven aen H.K.H. de Ards-Hertoginne Marie-Anne, Abdisse ( 5) van het Kapittel van Praeg; als ook voor dezen Directeur van het Orchester van wijlent den Graeve van Salm, Bisschop van Doomyk. De Decaratien zijn geschilderd door Sr. van Reysschoot (6) en de Dansen gemaekt door Sr. Daubat St. Flour (7). De pryzen zyn naer gewoonte. Men zal beginnen's naer middags ten vyf uren." Dezelfde Pantomine werd op donderdag 18 april hernomen. Op 16 mei zouden onze comediespelende Vleeshouwers met een nieu- . we pantomine voor de dag kom~n, doch het feit dat Van Reysschoot met het schilderen van sommige dekars niet klaar gekomen was, moest men noodgedwongen de vertoning met een week verdagen. Luister in welke bewoordingen de Gazette van Gend van die tegenslag melding maakt : "Eenige liefhebbers van de vrye neiring der Vleesehhouwers van deze Stad, Ziende d'onmogelykheyd dat de nieuwe Decaratien tot het uytwerken der Pantomine genaemt De Synagogue ofte Smousebruyloft, In geene gereedheyd en konden gebragt worden voor 35


.'

'

.DOCHT -ER VA~

0 L ·A "U <S

KON~NG · VANb~NEMERKE~ ;

~

'

, '

·.:_.

VOLBRACHT DOOR ·DE ' DOODT VAN

·+

s

... ..... :

'

ENDE GESTRAFT DOOR . .. -

!

~

,0 R M ·JG.E RINU·S; · ·T :R ·E· p-, R--:· S .p É L.

,;

·~al Sp~tl·..V'I! ve~tóont worden door de Rym-liev;:ndc•Lief·hebbers nn de Vrye Neiringns$·. , .de .Vlcefchau weu .v.an het groot .V.leefclhhu ys defer Stade Geu4t, een profyte vàn de Cape U~ . \· · , . .van~~ felye ~eiringe. ! ,• •• · ,. •0 p .• G ·E D RA E G E N · ' •

.

' •

• •

'

<

\

.

Jft11 äût'Ster Eilelm ln:le. /Yóflrfietiïgt" Hm·lM'bef Leomrdus Mattliias \'®der .,Noot, Bariit• -u411 K#fegem J, H~Jog-Bailliu áefor St'!át Gentlt, &c. &c. Er! 1WI ~Wy11 Edele Hetren Schept• 1utt v11nder l).t.:lrt- dtfer S~~át. ~ mtt_sg~rd~f. aen_ ~u• E1ûeH_ Heer HunJerftm, Gefw~or11e ,_

Otdlrlmgts-t•an Jt PTye Nnrmge '<1411 de V{eefchauwtrs áefer Staát Ge11Jt. ' Wnrantieerdtrs"·~nde . . . .. ·• . ..

.

'

.

'.

i9.J,uny , 1. • •IJ. Y6. en 17. Ju\y I7flr.;, i>p ~e·n grooten Theater van de Confrerie vat~ ~ ·.;.' • -de~ H~ SEBAS;nAEN , na-er rmddag te_!l 4· . urt:n en ha-lf.. - • • , ~ .:_ ·:..: ' 'sWi~P..'!lll's TONNEEL Wo -R DT tflait va·R-rooNT-9 •..• ~ .' " 7/l, ~l.P.. b · lt'E t 'QU A.ED ,t ,ooCK. W ölR D -r GE Loo.!u·.. .

· çQ'p den • ~

~V'\

'1> fl)

...

f'

.t.."

• ..... '

*-1>1

-~

·,,. ' ' ie ·,.

~

0 4

';-

._,..., ...

O

"

'\-

o.. ..

~ ~

1>

,.

'

~ -6

~; .. ~~·

.t?.!''t'.,

:1::!~l~~ ".; . ~l;":...Li ....~' #'f'',....~..;:;.

i I

..(':l~ -

.~ ~f~l~

.

'

o

\

~~

. 0

..

<

.,

.'

~

''

~

'ltl" '.

'*

~

,; ~

·;~ T..otGenàt, "by :Jàn Mtj;r, op d'Hoog-podrt~ in"'t 'gê"króohr·s\yciid_~j' · .-&:

'..

.

'

..

Afb. 4. Voorpagina van het Argument

36


den Donderdag 16 Mey 1 77 6, gely k men hadde uygesproken (sic); Zy hebben d'eere van het Public kenbaer te rnaeken dat zy hun vinden verpligt aen te kondigen dat zy de eerste Vertooninge voor vastgestelt hebben op Donderdag den 23 van deze maend." Een paar opmerkingen: De Vleeshouwers schijnen de Joden geen goed hart toegedragen te hebben. Er wordt gesproken van een eerste opvoering. Zouden er · nog gevolgd hebben ? De moed niet verliezend werd inmiddels nog maar eens een "TooverKonst" voor het voetlicht gebracht. Namelijk op zondag 19 me~.

*

* * Met dat al vernamen we nog minder dan niets over de artiesten die blijkbaár zo thuis waren in het mimeren en het dansen. Om over die aangelegenheid enigszins ingelicht te worden zijn we verplicht een paar. decenniën achteruit te gaan. Inderdaad reeds in 1752 is er sprake van toneelspelende Vleeshouwers. Willen we weten wat er in dat jaar met die mannen aan de hand was, dan volstaat het het 4 bladzijden tellende argument te doorbladeren dat de nering ter gelegenheid van hun theaterfeest in omloop brachten. De voorpagina (zie afb.) vermeldt niet alleen de titel van het op te voeren treurspel, we vernemen meteen dat het opgedragen is aan een keur van hoogwaardigheidsbekleders. Ook dat het ding bestaat uit 5 bedrijven. Tevens dat er gespeeld wordt "ten profyte van de Capelle van de selve neiringe". Het spreekt vanzelf dat men hier het thans ontoegankelijk stukje Vleeshuis bedoelt waar zich de vermaarde muurschildering bevindt. Of wat ervan overgebleven is. (8) Die voorpagina heeft nog nog iets anders te vertellen. Of liever de factor (programmaopsteller), of iemand anders, die voor de tekst gezorgd heeft. Ogenschijnlijk is die meneer aan de sleur niet ontsnapt waarmee maar al te veelrederijkers al te zeer behept waren. Ik bedoel hun slenter al hun drukwerkjes met chronogrammen ofte "jaerwyzers" ofte "jaerschriften" ofte "t)rdschiiften" ofte "cronicons" te willen doorspekken. Op de voorpagina in kwestie prijkt er alvast een, maar die laten we met opzet links liggen. Elk der 5 samenvattingen van de evenveel bedrijven wordt door zo'n tydwyzer ingeleid. Ik vergat bijna te verklappen dat het maar weinig scheelt of al die jaerschriften verdrinken in hun eigen getraan, verstikken in hun eigen gejammer of verdolen in hun eigen zedengepreek. Doch laat ons liever het chronogram bekijken dat het eerste bedrijf 37


aankondigt. Het luidt : Wat Doet onsUYVer Llefbe qUaet, aLs sY hae¡r VreeCkt Door VUYL Verraet. Na het omzetten en optellen van de Romeinse cijfers zien we de volgende rekensom verschijnen : DDD (= 500 x 3) = 1500 c = 100 LLL (= 50 x 3) 150 VVVVVVVVV (= 5 x 9) 45 IIIIIII (= 1 x 7) 7 1802 U ziet het : de heer factor heeft ons een jaerschrift voorgeschoteld dat fout is (evenals dat van de voorpagina trouwens). Voor onze "dichter" was er geen 0 maar een L (= 50) te veel. Louter als curiosa copieer ik de overige (4) chronogrammen : Wat DrUCk, Wat spYt en sWaer VerDriet hier aen sigriDa nU gesChiet. sigriDa VLUgt VoL sWaeren DrUk, nU VoLgt haer DroeVer ongeLUk. orMigerln In VoLLen raUW betreUrt ooCk sigriDa sYn VraUW. LIMeLLas Woest en graUWbaer LeVen Doet haer nU hier Van Vreese beVen. Wie de proef op de som wil maken zal kunnen vaststellen dat alle 4 puzzeltjes O.K. zijn. Dus het jaartal1752 geven. Is het wel nodig te zeggen dat men ter wille van de letters = cijfers die arme spelling danig geweld aandoet ? Vergeet niet dat Y = 11; V = U; W ¡= VV. Op de 2de bladzijde van het argument maken we keanis met de dra- . matis personae van het treurspel. Ze zijn talrijk die personen. Hoe talrijk weten we niet want er wordt slechts melding gemaakt van de hoofdrolspelers. De zg. figuranten schijnen anoniem te moeten blijven. Het feit dat de voltallige bezetting van een toneelspel een plaats toebedeeld wordt in een programmablad betekent bijna een unicum: ui-

38


terst zeldzaam zijn inderdaad de door de rederijkerskamers uitgegeven argumenten die hun acteurs met naam en toenaam vermelden. Wat ons vooral opvalt bij het beschouwen van die "Persoonen"lijst ?. Wel dat van de 19 hoofdrollen er 6 verdedigd worden door Minnes; 5 door Van Loos; 4 door Van Melles en 4 door Deynoodts. Dus uitsluitend door leden behorend tot de "vier" grote families. Zelfs een De Moor, een Nevelinc, een Serringiers, een Seyssone Ua ! ja· ! ) allemaal mensen die hun stal in het Groot Vleeshuis hadden en bekend stonden als gewaardeerde neringdoenden, schijnen door hun grotere broers feestelijk bedankt te zijn geweest voor de mogelijke tentoonspreiding van hun artistieke begaafdheden. Na dat alles vermeld te hebben, doen we er verkeerd aan op deze plaats de lijst van onze spelende Vleeshouwers af te schrijven ? Dat de vrouwenro~en door gespierde kerels vertolkt worden mag u niet verwonderen. Dat hoorde zo in die tijd. Noteer dat Fs = zoon van, ORMIGERINUS Neve van Olaus, Joannes Minne Fs Pieters LIMELLA Dochter van Olaus, Christiaen Minne Fs Maximiliaen SIGRIDA Vrouwe van Ormigerinus, Laurentius van Loo Fs Jacques OLAUS Koning van Denemerken, Guilielmus van Melle Fs Jaspar I. EDELMAN, Joannes van Melle Fs Lieven 11. EDELMAN, Philippe van Melle Fs Jans 111. EDELMAN, Lucas van Loo Fs Cornelis IV. EDELMAN, Adrian.us Deynoot Fs Jans LICURGUS Mede-werker van den aenslag, Joannes van Melle Fs SONE Van Sigrida, Joannes Deynoot Fs Jans AMBASSADEUR, Maximiliaen Minne Fs Pieters BODE, Adrianus Minne Fs Jacques KNECHT Van Limella, Laurentius van Loo Fs Jacques TOOVERAER, Adrianus Deynoot Fs Jans . LIEFDE, Joannes Deynoot Fs Jans I. CUPIDO, Joannes van,Loo Fs François 11. CUPIDO, Franciscus van Loo Fs Lievens 111. CUPIDO, Guilielmus Minne Fs Pieters IV. CUPIDO, Joannes Minne Fs François LEGER van Denemerken stom LEGER vanSweden stom (= zwijgende rol)

(Jans

Ze hoefden geen Prinsenkinderen te zijn, die vleeshouwende theateramateurs, om niet te beseffen dat het niet behoorlijk, niet vriendelijk, niet netjes was hun· welwillend publiek al bibberend, al snotterend huiswaarts te laten gaan. Daarom zorgden ze ervoor dat de zilte traan

39


·"' •

' '

. ,• '

, , M·~. E

., I

·= AL

'

~. .~. -~)

r \

:>t .~~{\ ,.::;.~ ' '·,f!;;;Y(~:~~--t~ . ,:.;·; ·.~ !~, /;2~ ...r::~s,~ S.4·1~···~ t::',,~'"'"'··'Ls.~l;r.:h;~ Jt:~ /l'-' , ··:.•.. . ', •• '

--

-~

-

'

'

'

<!.

. :ii .'';_''}~~i!~':, .:.·

.

.p-f~_· ~~---·M .n '

'?

. c.

J:

. ..

t

~-~ .~~.""'~--·~~):~{·:};

<

~P hed~n Zo~dag :~t. tS· Jatl~af1 ·~7~9. d~r .e~f~~~17

. Liefhebbers van de vry~:~~irlnge, van'~e Vxsca-VB~J,<OOPt!l\.~·~t~t Gefer Stadt Gendt -~ vertoont worden eene ·nteuwe PANTOM xM 1 " )' ' .tndtUIeen • · ·· · · ·· · , . ., · ~-;ïit:, ~

.

' .

-

.

-

..::

>

'i'· .•. ~- 'r-: < t

,

'

._..

,t'

'

-,

'

·.A

'·D'O NVER yv ACH,rE : TOOV~R· BSSE,

o'Pta DE FORTUNE -:·VAN ARLEQUlN .. . . ·: '"~T. Dere P ANToM t ME fn dry .A'élen , zal verciert:..tyJt ·~ alle (yne r1 '

....

,

-~":

~

'- .

.

'

tr'

<:

meuwe Decoratien) ende differente nieuw.e DanCèn·,, ®der de . :0f}: ·

ST. FLOUll; ~ ~. r~f ~~ C~nft~rie '~~"~ de11 H~ S.t~A6xAil(. :. .:~~ ~J~.

direélie van Sr. ·. DfttUBAT

Op Jm groote11 The11ttr

'114»

1·..-;:·;

.~ •tl beraclen -voot den eertl:en Rang •1er tc~c:lha&en, Hf den rweeden Rang en Parquet twee fcbelhngen. ·moe eeocn fcbelliog, en op de Galleirt? een en halven (cbelling l ~tlès wi.trel•gelr..

.

-1>0

~ t........u

Afb. 5 .*Àa~k~~diging,~an. een Vo~~~~~~ll~g·

'"'*' ..~~ "·····- -

....

. •· .• • '',r;f~' '':"' \ l ,, · ~~1,,\

*


weggeveegd werd door een stralende, zalige glimlach. Sr. Matthys van Loo en Adrianus Deynoodt zullen, om dat volprezen doel te路 bereiken, "verscheyde Dansen executeren van GROOTE CARACTERES"; alsmede zal door "dry kleine kinderen gedanst worden eenen JALOUSEN DANS". Zo'n dans beeldt het gedoe uit van twee smoorlijk verliefden voor eenzelfde schoonheid, die, o shocking, door een knaap voorgesteld wordt. 路 Sa, terwijl ze het toch over vrijen hadden, waarom zouden ze de gelegenheid laten voorbijgaan de Nieuwe Pantomime over "De Liefde van Arlequin" voor het voetlicht te brengen ? Zoveel te meer aangezien een "Kint van negen jaren de principaelste Rolle zal executeren" ? De clou van de feestavond zal - u hebt het stellig reeds geraden - een "GROOT TURCKX-BALLET" zijn "alles gecomponeert door Sr. Daubat S. Flour". De laatste keer dat - als we goed ingelicht zijn - de Vleeshouwers zich aan comedie-spelen gewaagd hebben, dagtekent van een eerste april. Waarom we nog met geen aprilvis geconfronteerd worden. Meer doen dan u de aankondiging van het feestgebeuren meedelen, kan in niet. De erin voorkomende details licht u ongetwijfeld zonder mijn hulp uit de tekst. "Antisocialistisch Gilde der Beenhouwersgasten. Op Zondag 1 April1894, om 6 1/2 ure 's avonds in het lokaal van den Anti Werkliedenbond, Oudburg, 32. Luisterrijke voorstelling ten voordeele van het stichten eener onderstandskas. Het Lijden van Kristu,s, drama in 8 tafereelen met inleiding en 2 afdeelingen naar de Passie-Spelen van Oberrammergau, naar het werk van H. Rommel, Kannunik. Muziek van Frans. Uittenhove. Het stuk zal met 50 persoonen opgevoerd worden. Zonder naam". Om te voorkomen dat lastigaards mij ervan beschuldigen "suikerlootjes" te hebben, haast ik mij wereldkundig te maken dat ook de Visverkopers zich aan comedie-spelen durfden bezondigen. Weliswaar in veel mindere mate en zonder het uitdelen van koStbare argumenten. Vandaar dat we u niet kunnen meedelen welke Van Loos en welke Minnes het zich路 veroorloofden in de huid van koningen en jonkvrouwen te kruipen. 路 Wat er ook van zij, op 12 en_15 febr. 1769 verleende het St-Sebas~ tiaensgilde de gastvrijheid aan de Visverkopersgilde. Dank zij de aankondiging van de vertoningen (zie afb. 5) vernemen we nog enkele wetenswaardigheden betreffende entreeprijzen, aanvangsuur en voorwaarden tot de bijwoning van de feesten. Postscriptum : Als uw slager of beenhouwer u een leren lap voor een mals biefstukje verkoopt of een droge bouilli voor een bloedige rosbief, 41


een gemene "tchuusijnk" voor een edele "soepiere"; als uw spekslager u pens meegeeft in plaats van hoofdvlakke, bezie ze in godsnaam met geen schele ogen. Vergeet niet dat men Prinsenkinderen niets kan of mag kwalijk nemen. M. VAN WESEMAEL

NOTEN (1) Is het ongepast eraan te herinneren dat het een (Cornelis) SEYSSONE was die zich op 24 april1452 met 700 Ă 800 wevers bij Merelbeke opofferde om de aftocht van het Gentse leger te dekken dat op de vlucht geslagen was voor Filips de Goede's krijgsmacht ? De heldendaad van die vleeshouwer en vaandrig van de Gentse milite werd meesterlijk bezongen door Albrecht Rodenbach-in zijn gedicht SNEYSSENS. Een plaat aangebracht tegen een van de muren van het Gemeentehuis van Merelbeke herinnert aan die slachting. (2) In feite moest de Cavalcade uitgaan op 1, 9 en 15 juni, doch wegens de ziekte van Keizerin Maria Theresia en het overlijden van haar schoondochter Maria J osepha Walburgis, de 28-jarige echtgenote vanJozef 11, waren de overheden verplicht de uitgangen van 9 eil 15 juni uit te stellen tot de hogergenoemde data. (3) De Vleeshouwers waren de enigen die het recht hadden "met loopende honden en met jachthoorn" het rode beest, het hert, te jagen. Overal in Vlaanderen behalve te Olsene en ie Vinderhoute. Op 1 okt. 1667 werden ze-zelfs door de hoogbaljuw uitgenodigd te gaan jagen tussen Brussel en Leuven, met name in de streek rond Mechelen. Aan dat jachtrecht doen ons een groot houten beeld van een hert en een jachthoorn denken die we in het Bijlokemuseum kunnen gaan bekijken.

Afb. 6. Reproduktie van de aquarel van P.J. Goetghebuer (24,5 cm x 33 cm; Stadsarchief), uitgevoerd naar het schilderij van F.K. Marissal (Bijlokemuseum), en voorstellende de historische gaaischieting, die in 17 5 2 op de Kouter plaats greep. Men herkent gemakkelijk (van links naar rechts) de Hoofdwacht (thans Handelsbeurs), de Paardenpost (thans toegevoegd aan de Beurs), het lokaal van de Sint-Sebastiaensgilde (later Posthotel, thans Bank van Parijs en de Nederlanden). Bekijk de bel-etage van het. gebouw met zijn tweemaal vier vensterramen, in het midden waarvan zich de ingangsdeur bevindt. Boven deze deur ontdekt u met veel goede wil het in een nis geplaatst beeld van een handboogschutter. Dit lijkt wel de gaaipers te raken. Volgt dan het Theater van de Gilde met de enige, ontoereikende, ingangsdeur. Geplakt tegen de gevel van het theater en ermee een rechthoek vormend is een huis dat door Daubat S. Flour zou bewoond geweest zijn.

42



(4) Bernard de Wilde (Gent 1691-1772) heeft een lange rij ontwerpen van gebouwen op zijn naam staan. Tot de meest bekende behoren : het Pakhuis, de Hoofdwacht, het Hotel Falligan, het Gildelinis van de Onvrije Schippers (Koornlei), het Gildehuis van de Wijnschroders (Kraankinderen; Kraanlei), het Hotel de Coninck (thans Museum voor Sierkunst). (5) Aartshertogin Marie-Anne was een der 11 dochters van keizerin Maria Theresia, dus een zuster van de Franse koningin Marie-Antoinette en van keizer Jozefll. Ze werd geboren in 1738. (6) Pieter Norhert van Reysschoot was een gewaardeerde medewerker van architect De Wilde. In menig herenhuis bracht hij wandschilderingen aan, meestal grisailles, o.à. in het Hotel Oomberghen (= Dammansteen; thans lokaal van de Koninklijke Vlaamse Academie; in het Hotel de Coninck; in het Hotel d'Hane Steenhuyse (zoldering van de grote zaal en verder grisailles). Ook voor kerken eti .kloosters borstelde hij versieringen en doeken : o.a. in de Bijloke; in Baudelo; in de St.-Pieterskerk (Christus een blinde genezend; de wonderbare Visvangst); in de St-Baafskerk (grisailles in het koor). Ook het Stadhuis is in het bezit van een Van Reysschoot, nl. de versiering van een schoorsteen bestaande uit een schilderij met als onderwerp De Gentse Handel, benevens twee grisailles. Nog te vermelden zijn de talrijke gravuren die de reeds genoemde "Jubilé van de H. Macarius" illustreren. (7) Danbat (of d'Aubat) de St. Flour zou geboren zijn te Saint-Flour in Frankrijk (Auvergne). Hij was "maître de danse attaché au Théitre de Gand" van 1752 (zijn optreden voor de Vleeschouwers moet dus een van zijn eerste prestaties geweest zijn) tot aan zijn dood (1782). Hij bewoonde een huis palend aan de Schouwburg.

(8) Zie "De Muurschildering in het Groot Vleeshuis te Gent" door A. Van den Kerkhove, in G.T., febr. 1972, blz. 14-20. Met afbeelding (9) We mogen aannemen dat al de Vleeshouwers- en ook menig Visverkoper er prijs op stelden uit te pakken met tot de verbeelding sprekende reklamekaarten. Wie zich op het gebied warempel niet onbetuigd liet was voorzeker Félix van Loo. Hij liet namelijk verschillende kaarten-drukken, de ene al luxueuzer dan de andere. De kaart waarvan hierbij een reproductie, mag een schoolvoorbeeld genoemd worden wat de verscheidenheid betreft van de aangewende versieringsmotieven. Laat ons eerst en vooral de begeleidende tekst bekijken : A la Ville de Paris I Félix vanLooI Boucher et Aubergiste, I Rue Haute Porte, NO 43. I à la grande Boucherie, Etal NO 18.1 Gand. Van Loo had dus blijkbaar twee totaal verschillende beroèpen : dat van vleeshouwer en dat van herbergier. Het eerste wordt veraanschouwelijktpoortwee vignetten : a) de aanvoer van slachtvee, b) een gezicht in ~et Vleeshuis, en door de afbeelding van osse- en ramskoppen. Het tweede door eveneens twee · vignetten: a) een gezicht van de gelagkamer, b) de bedrijvigheid rmid het biljart, en door de afbeelding van d.ruivetrossen, wijnvaten, wijnflessen en wijnglazen. De kaart (14,7 cm x 11 cm) is een uitstekend werk van "Vande Steene Frères, rue du Verger, 5, Gand" en dagtekent van omstreeks 1843. Van de• zelfde Félix is een even belangwekkende kaart bekend waarvan het hoofdmotief der compositie bestaat uit een ronde medaille in wier middenveld het

44


"portret'' van een schaap gegraveerd is. De tekst luidt : "Félix van Loo, boucher 1erprix/ pour l'Agneau I dit Huyslam /1845/ engraissé par Bruno Vercauteren." Bovendien meldt ons het kaartje dat de vleeshouwerij is "établi à la grande Boucherie, étal NO 18, demeurant rue dite oude Kerkweg NO 20 . près la fleur de Blé à Ackergem". (De Oude Kerkweg is thans de H. Bloedstraat; de fleur de Blé was het uithangbord van een herberg; naderhand werd een straat naar dat uithangbord genoemd.) We hebben de indruk dat de verhuizing voor Féllic geen uitbreiding maar ook geen vervlaamsing vail zijn zaak teweeggebracht heeft. (10) De leden van de Vleeshouwersgilde op oorlogsvoet zoals die afgebeeld waren op de muurschildering van het in 1911 afgebroken Godshuis van Sint Jan en Sint Pauwel, beter bekend als "De Leugemeete", gecitueerd aan de Brugsepoortstraat. Op de schildering marcheert de Gilde als eerste, voornaamste en machtigste van de 53 (misschien 59) ambachtsgilden. In de stoet was ze voorafgegaan door de Witte Kaproenen en de kruisboogschutters en gevolgd door de Visverkopers. Haar banier die op de afbeelding maar een vormeloze vlek is dienen we versierd te zien met een witte os, staande op een strook groene weide, het geheel geplaatst voor een rode achtergrond. (Zie de wit-zWarte afbeelding ervan in G.T., Jg. 1, blz. 91). Onze afbeelding is slechts een kopie van de door H. Koechlin vervaardigde calque die in het Bijlokmuseum bewaard wordt. LITERATUUR 1. Beschryvinge van het zeven honderdjaerig Jublié v.d. H. Macarius, Gent, 1767 2. Pr. Claeys, Histoire du Théatre à Gand, Gand, 1892 3. P. Kluyskens, De Gentse Kunstenaarsfamilie Van Reysschoot, in De Gentenaar, 271271 en 030172 . 4. Dr. H. Pauwels, De Schoorstenen v.h. Stadhuis te Gent, Gent, 1952 5. A. van Werveke, Prinsenkinderen, in Bijdragen tot de Geschiedenis en de Oudheidkunde van Vlaatideren, Gent, 1927 6. A. van Werveke, Een Voorrecht v.d; Gentsche Vleesschouwers, inGazette van Gent, 021227 7. Prof. Dr. H. van Werveke, De Gentse Vleeshouwers onder het Oud Regime, in Handelingen der Maatschappij v. Gesch. en Oudhk. te Gent, Gent, 1948 8, M. Van Wesemael, Wetenswaardigheden, in Tijdschrift v. Slagers en Spekala. gers te Gent, mei 1959 9. M. van Wesemael, Voetklemmen en Schietgeweren verborgen in onschuldige argumenten, in Jaarboek 1967 van "De Fonteine. 10. Wegwijzers van Gent ·

45


DE KUNSTENAARSFAMILIE(S) DE VIGNE TE GENT In het nummer ·van 15 juli 1976 der "Ghendtsche Tydinghen" (Se jrg., nr. 4, blz. 182-184) werden naar aanleiding va.Q. Vraag 71 enkele antwoorden gepubliceerd in verband met de Gentse schilders- en beeldhouwersfamilie De Vigne. Door de redaktie werd toen terecht de opmerking gemaakt dat daarmee toch nog de vraag onopgelost bleef nopens de eventuele verwantschap met de gelijknamige familie van mustct. Hierbij nu eeri aantal genealogische gegevens, waaruit de verwantschap tussen de (inderdaad dicht verwante) familietakken duidelijk blijkt. De schilders en beeldhouwers bleken af te stammen van de dekoratieschilder Ignatius De Vigne (0 Gent, 30 juli 1767; t Gent, 24 nov. 1840) :deze was de zoon van Antonius Devigne (0 Gent, ca. 1'722; t Gent, 1 nov. 1795 (1), die op 3 juni 1752 te Gent Sint-Baafs gehuwd was met Maria Joanna Verhegghen (0 Gent Sint-Baafs, 3 april1725, t na 1795). In het gezin van deze Antonius Devigne x Maria Joanna Verhegghen weiden twaalf kinderen geboren, nl. zes jongens en zes meisjes, allen gedoopt in de Gentse Sint-Baafsparochie. Drie van de zes zonen zijn jong gestorven : Joannes Baptista (0 28 febr. 1753; t 23 maart 1753), Ludovicus Antonius (0 28 maart 1756; t 7 okt. 1759) en Judocus Joannes (0 5 juni 1762; t 6 juni 1765 ). De drie andere zonen waren : - Joannes Adrianus (0 24 febr. 1760); - Franciscus Albertus (0 11 febr. 1766); bij zijn huwelijk met Isabella Antonia Eugenia Duthielt te Gent op 12 pluv. XI of 1 febr .. 1803 blijkt hij opperboswachter ("garde général forestier") van beroep; zijn eerste :zoon, geboren op 21 germ. of 11 april1803 noemde hij Apoleon; - Ignatius (0 30 juli 1767) :hierboven reeds vermeld; gehuwd met Marie Albertine Van Troostenberghe; eerst woonachtig in de Nederscheldestraat, later in de Veldstraat; hij was dus de vader van de schilders Felix: (1806-1862) en Eduard (1808-1866) en van de beeldhouwer Pieter Devigne (1812-1877). Welnu, het is via de twee broers Ignatius en Joannes Adrianus dat de verbinding kan gelegd worden tussen de schilders-beeldhouwers ener- . zijdsen de musici anderzijds.

*

* * Joannes Adrianus Devigne, gehuwd te Gent Sint-Baafs op 5 nov. 1786 met Theresia Ludovica De Clercq (0 Gent, 22 maart 1762, t Gent, 26 46


febr. 184 7); was zelf musicus. Zijn overlijdensaktie (Gent, 11 dec. 1820) vermeldt hem als "professor in musiken"; hij woonde toen aan de Reep. Uit zijn huwelijk met Theresia Ludovica De Clercq werden tien kinderen geboren, nl. zes jongens en vier meisjes. Bij de geboorte van de oudste twee kinderen woonde Ignatius Devigne met zijn gezin aan de Vrijdagsmarkt; de volgende zeven kinderen werden (tussen 1791 en 1803) geboren in de Bennestege; het jongste kind werd (in 1808) geboren in de Carte Ridderstraete. Nog later moet het gezin dan naar de Reep verhuisd zijn. De tien kinderen van Ignatius waren : 1. Antonius Franciscus (0 Gent Sint-Jakobs, 5 aug. 1787; t Gent, 7 febr. 1836); in 1820- bij de aangifte van het overlijden van zijn vader - was ook hij "professor in musiken", wonend aan de Reep. Hij was eerst gehuwd met Agatha Amelia De Brauweie en hertrouwde na háar dood met Rosa Angelina De Wever. Bij zijn dood, 48 jaar oud, "bezonderen", woonde hij aan het Sint-Pietersplein. 2. Maria Joanna (0 Gent Sint-Jakobs, 11 dec. 1788). 3. Theresia Livina Josepha (0 Gent Sint-Niklaas, 7 juni 1791 ). 4. Franciscus Joannes (0 Gent Sint-Niklaas, 24 maart 1793; t Gent, 12 nov. 1865). Gehuwd met Sophia Vansanten (0 Gent, 17 juli 1795; t Gent, 14 okt. 1864 ). Hij was violoncellist. In 1847- in de overlijdensakte van zijn moeder - vinden we hem vermeld als "leeraer in musick", 53 jaar oud, wonend in de Veldstraete. Hij woonde later aan de Graslei 31- tot in aug. 1858 en verhuisde toen naar de Keizer Karelstraat 6, waar hij in 1865 overleed. 5. Theresia Joanna (0 Gent Sint-Niklaas, 10 mei 1795). 6. Ignatius Joannes (0 Gent, 27 mei 1797; t ca. 1829-1831); deze zoon koos niet het beroep van zijn vader, maar werd negotiantscommis (aldus vermeld in 1822), later kantoorschrijver (1827). Hij huwde met Isabella Theresia Van Loo (1800-1871), een afstammelliige van het bekende Gentse beenhouwersgeslacht. Zij waren -via hun dochter Sophia Desideria Devigne (t Ledeberg, 18 jan. 1892)- de overgrootouders langs moederszijde van de kunstschilder Albert Servaes ( 2). · 7. Catharina Josepha (0 Gent, 14 flor. VII of 3 mei 1799). 8. Joannes Franciscus (0 Gent, 5 mess. IX of 24 juni 1801; overleden na 1857). Gehuwd met de modiste Adelaïde Godefroy. Ook hij was musicus (fluitist). In 1829 woonde hij in de Sint-Jansstraat (zeker tot 1836), later in de Brabantstraat 15 (tot nov. 1851) en verhuisde vandaar naar Onderbergen 34 (later nr. 70). Zijn oudste zoon, Achlies Desiderius Joannes De Vigne (O Gent, 47


19 dec. 1829) werd eveneens musicus, week later uit naar Brussel en maakte daar naam als pianist en komponist (3); hij overleed te Elsene op 8 aug. 1883. 9. Joannes Desiderius (0 Gent, 23 brum. XII o.f 15 nov. 1803; t Gent, 14 juni 1858). Was ongehuwd; :zoals bijna al zijn broers ook musicus (Violist), woonachtig op de Paddenhoek (1829 tot 1851), later in de Dankersteeg (1855-1856) en overleden in zijn woonst in de Wijngaardstraat, "oud 54 jaar en 6 maanden, muziekmeester". 10. Petrus (0 Gent, 28 jan. 1808; t Gent, 13 dec. 1873). Violist en cellist. Geliuwd met de onderwijzeres Sophia Constance Delandsheere (0 Gent, 15 maart 1824 ). Het gezin, waarin vijf dochters en twee zonen geboren werden, woonde eerst in de Saliestraat 11, later in de Wijngaardstraat 15, vervolgens op de Visserij 195 en op de Lousberglaan 1 7 en tenslotte in Onderbergen 1 7, waar Pieter De Vigne aan een borstkwaal is bezweken op 13 dec. 1873. Uit dit overzicht blijkt dus dat vijf van de zes zonen van Joannes Adrianus Devigne het beroep van hun vader trouw bleven en in de muziek bedrijvig waren. En anderzijds moeten we er op wijzen, dat ook Ignatius Devigne, benevens de drie voornoemde zonen die als beeldend kunstenaar bekendheid verwierven (Felix, Eduard en Peter), nog een jongere zoon had die de muziek verkoos boven het schilderen ofbeeldho~wen, nl. Alexander (O Gent, 10 mei 1814; t Gent, 17 mei 1869). Alexander Devigne was gehuwd met Josephine Quyo (O Gent; 27 mei 1816 ), die hem twee dochters schonk. Hij was lesgever in de notenleer, pianist, violist en guitarist (4). Hij woonde met zijn gezin de Keizer Karelstraat, verhuisde in januari 1855 naar de Coupure 61 en omstreeks 1865 terug naar de Keizer Karelstraat 18, waar hij in f869 overleed. Aan de hand van de hierboven verstrekte gegevens kan het schema, afgedrukt in "Ghendtsche Tydinghen", jrg. 1976, blz. 182, als volgt aangevuld worden wat de musici betreft (hun namen in kursief) :

48


Antonius Devigne x M. J. Verhegghen (± 1722-1795)

I

I Antonius Franc. Franciscus ]oannes (1787(1793~ 1836) 1865)

I ]oannes Franc. (1801na 1857)

] armnes Desider. (18031858)

-

Ignatius x M. A. v. Troostenberghe (1767-1840)

]oanneJ Adrianus x Th. L. De Clercq ( 1760-1820)

Petrus (18081873)

I I

Alexander Felix Eduard Pieter (1814(1806..' (1808- (18121869) 1862) (1866 1877)

I

I

·Jules (18441908)

Achilles Desiderius ]oannes (18291883)

x

Emma (18501898)

*

* * We maken van deze gelegenheid tevens graag gebruik om enkele aanvullingen en korrekties aan te brengen bij de gegevens, vermeld in het hogervermelde artikel in "Ghendtsche Tydinghen" van 15 juli 1976. {pg. 182) : Jules De Vigne (o Gent, 19 nov; 1844; t Gent, 27 dec. 1908), zoon van Felix;was gehuwd met zijn nicht Emma De Vigne (0 Gent, 30 jan. 1850; Gent, 3 juni 1898), dochter van beeldhouwer Pieter. {pg. 183) : Ignatius Devigne, niet t na 1849, maar wel op 24 nov. 1840. LouiseDe Vigne (0 1844) was gehuwd met de beeldhouwer Gerard. van der Linden, die direkteur is geworden van de Akademie te Leuven. Zij is niet in 1867 overleden, maar wel in dat jaar verhuisd naar Leuven, waar zij dan in 1911 overleden is. Eduard De Vigne ( 0 Gent, 4. aug. 1808; t Gent, 8 mei 1866) heeft aan zijn eigen naam later de_ naam toegevoegd van zijn vrouw Sophie Quanone (zij overleed in Italië). Pieter De Vigne ( 0 Gent, 29 juli 1812; t Gent, 31 jan. 1877), gehuwd te Gent op 25 mei 1842 met Malvina Quyo, wier naam hij aan de zijne heeft toegevoegd. Dr. PAUL HUYS

49


NOTEN (1) De overlijdensakte vermeldt dat Antonius Devigne 73 j. oud was; zijn geboorteakte (ca. 1722) hebben we totnogtoe niet gevonden. (2) Zie Onze Kwartierstaat: Albert Servaes, in "Vlaamse Stam", 14e jrg. m. 3-4, blz. 161-167. (3) Zie Ed. G. J. GREGOIR, Les Artistes-musiciens belgcs au XVIIIeet au XIXe siècles (Bruxelles/Paris, Schott Frères, 1885-1890; 3 tornes en 2 vol.), s.v. Achille Devigne. (4) Zie Wegwyzer der Stad Gent en der Provincie Oost-Vlmmderen ... , 1855. Het 86ste ]aer. (Gent, Drukk. Eug. Vanderhaeghen), blz. 367-368. Al.pevigne, Coupure 61, komt in deze diverse rubrieken voor.

VRAAG EN ANTWOORD VRAAG 84 Juffr. Kathy De Grauwe zoekt voor een thesis personen, die een specifiek Gents dialect beheersen (vb. Muide, Brugse Poort) of een oor-' sprankelijk dialect van een Gentse randgemeente. Zich wenden tot Kathy De Grauwe, Aannemersstraat 114 9110 Sint-Amandsberg. Tel. : 28 22 35. In het juli-nummer 1978 verscheen een vraag bij een plan van Gent. We ontvingen slechts een antwoord, en wel van de Heer L. Lefebure. De vraag luidde : Hoeveel kerken en kapellen zijn op het plan opgetekend? We zien tussen de Coupure en de Houtlei, van links naar rechts, De Annonciade~ - de Clarissen - Urbanisten - Poortakker - Priorij van O.L. Vrouw van Galilée - Rijke Gasthuis - De Discálsen - Groot Begijnhof St Elisabeth. Tussen de Houtlei en de Leie : De Zwarte Zusters - de Predikheren St Michielskerk en de Alexianen. Verder bezuiden de Lieve : St Laurentius- De Augustijnen- St Antonius gasthuis en de Doofstommen.

Als bijvraag : Welke grote gebouwen opgericht na 1796 zijn tiiet op het plan aangeduid ? · a) In de Holstraat: Dominikanenkerk (Predikheren 1854) b) In de Bestormstraat : Residentie Paters Jesuieten (Wijdfug kerk 1844) c) het Casino. Wel is de windmolen Wispelberg aangeduid. De Heer L. Lefebure voegde er de hierbijgevoegde schets bij. Hartelijk gefeliciteerd voor Uw kennis van onze stad Gent. 50


.I

iJO

51


AANVULLENDE LEDENLIJST

1380. De Wulf E. Belvedèreweg 95 9000 Gent 1381. Wollaert A. Succalaan 24 9120 Destelpergen 1382. Van Laecken M. Meersweg 71 9910 Drongen 1383. Versporten E. Tollekensregel 6 9131 Beervelde 1384. Van den Borre R. Lange Kruisstraat 10 9000 Gent 1385. De Clercq E. Borreputsteeg 6 9000 Gent 1386. De Wit J. Lindestraat 18 9910 Mariakerke 1387. Rooman d'Ertbuer J. Brugdreef 21 9210 Heusden 1388. De Meyer N. Bisschopslag 5 9971 Lembeke

BIBLIOGRAFIE

1. Twintig jaar St.-Cerardus. 1959-1979. Brochure van 16 bladzijden over het ontstaan van de Sint-Gerarduswijk, de St.-Gerardnskapel en over het Pestkapelleke. {prijs 60 fr., verkrijgbaar in het parochiehuis). 2. Margriet Baert : "lkonograftsche studie van de 19e eeuwse litografische adres- en reklamekaarten in verband met metaalwaren "in Oostvlaamse Zanten, 1978, 3-4. Grondige studie over dit o~derwerp. Daar de bestudeerde kaarten enkel van Gentse fuma's afkomstig zijn is voornoemd artikel, dat dertig blz. telt, zeer leerrijk voor belangstellenden in het economisch leven te Gent in het midden van de 19e eeuw. 3. Tentoonstelling. De inname van Gent in 1678 en de gevolgen ervan. (Universiteitsbibliotheek Gent) Catalogus van de tentoonstelling met een inleiding van Prof. Dr. K. G. Van Acker.

Offsetdruk VITA, 9750 Zingem

52


GHENDTSCHE TYDINGHEN Tweemaandelijks Kultureel Tijdschrift van de Heemkundige en Historische Kring Gent V.Z.W. Redactie-adres : Sint-Lievensdoorgang 1, 9000 Gent 8ste Jaargang, nr. 2

15 maart 1979

Ere-voorzitter : J. Tytgat, ere-notaris Voorzitter: G. Hebbelynck Onder-Voorzitter : H. Collumbien Secretaris : R. Van Geluwe Penningmeester : A. Verbeke Ruildierist: VanGeluwe-Eggermont A., Maïsstraat 235, Gent Secretariaat : Maïsstraat 235, Gent.- Tel. 26 23 28 Postrekening: 000-105.04.73-60- Heemkundige en Historische Kring Gent, Koggestraat 14, Gent Lidgeld : 200 fr. per jaar. INHOUD

Gent ïn·1863 De Jongens van Gent De Inhuldiging van het standbeeld van Jacob van Artevelde Een en ander over doolhoven Het Documentatiecentrum voor streekgeschiedenis , Bibliografie Puzzel1978 Te Gent

55 76 80 93 105 109 109 110

Bibliotheek en wekelijkse bijeenkomsten : in het Documentatiecentrum voor Streekgeschiedenis, Convent Engelbertus, Groqt Begijnhof, huis nr. 46, Sint-Amandsberg: elke zondagvan 10 tot 12 uur. (uitgenomen op feestdagen). Gesloten in juli en augustus. Verantwoordelijke uitgever: G. Hebbelynék, Voorhoutkaai 40, Gent Elke auteur is alleen verantwoordelijk voor zijn bijdrage. Uitgegeven met de steun van het stadsbestuur van Gent en van het Provinciebestuur van Oost-Vlaanderen. 53


Op ZATERDAG 24 MAART om 10 UUR bezoek aan het Stadsarchief onder de leiding van de Heer Dr. J. Decavele, stadsarchivaris. Samenkomst : Abrahamstraat 13 Gent. Aantal deelnemers beperkt tot 40 personen. Inschrijving v贸贸r 22 maart bij het secretariaat. Tel. (091)26.23.28. Op WOENSDAG 25 APRIL om 20 UUR in de conferentiezaal van het Kultureel Centrum Bankvan Brussel-Lambert, Graaf van Vlaanderenplein, 5, Gent voordracht met kleurendia-projectie door de Heer Ing. J. Bombay over "Gent in ae Filatelie".

VORIGE JAARGANGEN VAN GHENDTSCHE TYDINGHEN De volledige jaargangen voor 1977 en 1978 zijn nog verkrijgbaar. Prijs : 200 fr. . Van de vorige jaargangen zijn beschikbaar : 1973 :nummers 2, 5, 6, 7, 9, 10, 11, 12 1974 :nummers 1, 3, 4, 6 1975 :nummers 1 en 3 1976 :nummers 2, 3, 4, 5, 6 路 Prijs per afzonderlijk nummer :veertig frank. De tijdschriften kunnen afgehaald worden elke zondag in het Documentatiecentrum. Bij storting op postrekening gelieve de portkosten bij te voegen : 1 of 2 nummers: 10 fr. 3 of 4 nummers : 20 fr. meer dan 4 nummers: 25 fr. Bij overschrijving op postrekening : duidelijk jaargang en nummers vermeld~n. 路

54


GENT IN 1863 Als gevolg van de Secessieoorlog kende de katoennijverhèid te Gent een zeer ernstige crisis met als gevolg meer dan SOOO werklozen.1862 was een jaar van honger en ellende. In 1863 woedt de burgeroorlog in de Vereirigde Staten verder. Vooreerst zullen we dus het verder verloop van de crisis in de katoennijverheid behandelen. Aantal katoenarbeiders :

aan het werk

zonder werk

12. 1.1863 16. 2.1863 23. 2.1863 23. 3.1863 20. 4.1863 18. S.1863 1S. 6.1863 13. 7.1863 17. 8.1863 14. 9.1863 12.10.1863 9.11.1863 7.12.1863

4 767 4 32S 4112 4 882 s 012 4 972 s 064 s 166 S183. S49S s 601 s S71 s S80

s 390 s 832 6 04S s 27S s 147 S14S s 093 4 991 4 974 4 662 4 S56 4 S86 4 S77

Deze getallen vragen toch enig commentaar. Met minimum aantal katoenarbèidersaan.hetwerkkwamvoor op 23.2.1863. Daarna komt er een lichte verbetering. We beschikken echter over geen gegevens in verband met het aantal wekelijkse werkuren, waardoor het onmogelijk is de evolutie van de werkloosheid te beoordelen. Een tweede bemerking betreft het aantal werklozen. We stellen vast. dat het totaal aantal katoenarbeiders altijd gelijk blijft, nl. 10 1S7. Zeker werd dit getal bekomen als uitkomst van de aftrekking : aantal katoenarbeiders begin 1862 min aantal werklieden aan 't werk. Maar in 1862 en in 1863 zijn een aantal werklieden uitgeweken; vermoedelijk hebben wel enkelen een ander werk gevonden. Tenslotte : door de crisis in de katoenindustrie bloeit de vlasindustrie die zich uitbreidt en waardoor het aantal arbeidsplaatsen vermeerdert. We mogen aannemen, dat wel enkele katoenarbeiders in de vlasindustrie terecht komen. Is het opgegeven aantal werklozen dus niet nauwkeurig, toch is het een feit, dat in veel gezinnen armoede heerst. 12 Januari: De verkoop van katoenproducten is onbeduidend. 8 Februari : Prins Frederik der Nederlanden heeft aan de loge Le Sep-

ss


tentnon driehonderd gulden geschonken bestemd voor de armen. Hierbij een woordje verklaring: in 1863 was le Septentnon nog aangesloten bij het Groot Oosten der Nederlanden. 20 Februari: De Beurzencourant geeft een beeld van de toestand. Vierhonderd fabriekarbeiders zijn tewerkgesteld aan openbare werken en verdienen van 7 tot 8 fr.per week. Achttien fabrieken liggen volledig stil. Tien katoenfabrieken werken op een vierde van hun capaciteit, drie fabrieken op een derde, vier fabrieken op twee derde en in acht fabrieken zijn al de arbeiders aan 't werk. De volgende getallen geven ons een beeld van de gevolgen van de Secessieoorlog op de in- en uitvoer van ruw katoen in Engeland.

1853 1860 1861 1862

Invoer : aantal balen

gewicht per baal

Uitvoer : aantal balen

2 263 3 366 3 036 1 445

425 kg 421 kg 415 kg 370 kg.

349 608 677 546

500 686 930 950

610 260 320 920

De produktie van ruw katoen bedroeg (aantal balen) Verenigde Staten Brazilië West-Indië Egypte Oost-Indië

1860 2 580 103 9 109 562

843 050 956 985 852

1861 1 842 99 10 87 987

610 120 390 280 530

1862 72 369 133 807 21486 146 420 1 071 808

De Verenigde Staten waren dus de grootste katoenproducent; van ai 1862 wer~:betracht in de andere landen de katoenproductie op te voeren, zonder er nochtans in te slagen aan de vraag te voldoen. Betreffende de liefdadigheid is weer heel wat. te vermelden. De cavalcade van de Zonder Naam op 15 februari heeft 2042,81 fr. opgebracht. Een concert ingericht door de leerlingen van het Sint-Barbaracollege bracht 567 fr. op, som die geschonken werd aan het Sint-Vincentiusgenootschap en aan de Grijze Zusters. Voor een concert ingericht door de Melomanen heeft de koning ingetekend voor 2000 fr. Elke inschrij.ver krijgt drie broodkaarten om aan behoeftigen uit te delen; het ove~ rige van de opbrengst werd geschonken aan het Liefdadigheidsbureau. Het concert bracht netto 4960,50 fr. op. Een tweede uitgang van de cavalcade bracht 2634,32 fr.inde kas. De Maatschappij Les vrais Amis de la Charité heeft in zijn lokaal op Klein Turkije een teerlingwedstrijd ingericht; er waren 34 480 worpen aan tien centimes per 56


Ville de Bruxelles AYf.C

r~RIIISSIO!I

DF.S .\UOI\ITtS.

D'fW ..t:if~lfi É 1f 5t1 Ir A tV'S> ,. 1

tSia.

1

Cavalcade Philantropique ORGANISt<. PAR Ll: CEHCLf:

•• AU PROFIT DES

®uuritrs 6antoig sans travail. iTIIÉRAIRE OE LA CAVALCADE. P1oee d'Anven, .rue de Larken, rue de In Vierge-Noirc, marcilé atu Poulcls, place St-l':licolas, •oe du Midi (ancirnne rue au L:til), rue dos Pi~·rr~s. rue d<· In Tf'lr ~:~r, Grand Plnce,_ rue de la Go!line , marche' au x IJerbrs , ruc de la aladdeonc , ru<• SI-Iran , Vleltic I! alle •u Bie , ru e de I'F..sealicr, ruc d'Or; rue de Ruysb roeck, rue de la _Paille, plucc du Gtand 8ablon! JUC de llodrobro.cl:, roe de la llégcncr, place 1\o)à!e, place du l'alaos, rue Dorale, t'Ue de la Loo, r~ :Royale, bouleTitd Bolanique, rue du Manis, rue l'o~sé anx Loups, rue L~opo!d, ruc de la Re~ne, place rle • la Jloanaie, rue Neuve, boule"atd d'Anvers, stalion de I'AIIée-Verte. Hi• Chnr- 1 n: pri:srn:ant le

p,.....

.. llusique lutqite Acheval.

I

1

,. L'IENfi!R. Lucifer f• isant un tour de promenatle lt'ee la belle Prf)~erpin~. Jls $Ont at.eotnpagnè.~ de dAmes intime.s. minislres, COUrtisan!• -ralel!t el sardes delltjlqQit!fel~i'lfent•J..

AinDftssade· perse. Crs ambtt5$adeun $Ont envoyé~ en Europe pou1· y êludicr I~ rostum~ eL osr~ges, afin qu'l lrur reto?r ils puiuen~ tntorliHe~ lts Pel">e• tle

to-

maat~r~ ' lls ndmrrent prmctpnlcmrnt CC"iOOJiO~ 1.\~ ,n05 dtmes r-omm e ltiO)'en OO\I 'H'3U

la lllén•e

les de

mattlots, par Ir• membru de la >ocièlé I' u,.;.,,. lyriq"!, <Ie

tG• ._., .Jn-Ut'l'--=lnb de l.oadreo. Groupo de co\·alit!rs rnonté~ sur ties c1Je\'aux de Jy;.,.tt, n'ayenlld ~oif nj f~1im, ct. ne mangeanl qtle quand l):ppcHt Ie leul' ord.onne, c'rst-à-dirc jamais. ( VciP.ci.ap~3 ~r

lwr

, . PARl ll.

I

l i

~- ~~~

I

3"

P.<li'I'IK.'

I!:" Herehand de Koltodi; pm~onnage renommé parmi la rsce enfanl ine potlr l'e-'x cellenee tie , sts pAl es de Sujubes.. êl ·aûtrrs. ' I!' Caisse Jèla C.nleade. 14" Groupe cte cavalien l•ponai6.

-

Carr·ou~tl.)

H• Entrée de lllnxlmlllen d'Antrk:lle -.,, • ., I lllnrle de Bo....~r;ne. ( <:c!le cn!o·ée cot lieu <I Ganrl après la mémorable · vicloirc rcmportée sur les Rronçais Ie 17.nmH Un, á Guinrgate.) . a. l! trompctles à thetal. b. l\lusiquc lies. c:oqlor.afion.~, représehtêe .psr le I snciétC IJrilry i de Gand. r. l'orle d!'1lpcau. · 1 <L Solclot• bouraeois ••ee leurs gOtdimlagt.

locomotitll,ftilurt-. ! lt' l.u Dragons-de Villars .. Groupe flll'mé I"'• lOl . les ' ~~s--oft!eiers , (\u 4• té;im.enl d·~rrillerie, en 1arnison • Co .d. ", .

..

!'Uni!m drs ptwpln,

Hru;u~lle~.

7• J.et Oiseaux l\IÓueht!, e'r~l-l·dire qui se mouchenL

nt~ llire:

a\'Ct mflturr 1 cn~·dnftcs etc. h1uipè de 40

t• Pel oton de e~~vnliers du rêgi;nent des Guides. .te lfusique du régiment des Grenadiers. :t• Nou Damaodc, r~pr~ntée par la Soti~tê Jyrique Utl David.Joq{. d'o...taelcr, to J trompelle. à eloeval. · \I• Groupe tJe eanlitrs Cirenaieos. t• La ooeiél~ Garillaldienne.

Corpornt-ions avec leu~s husso m:. .,

f. Dais, sou

~

lcqud chevAucbcnt l'arehldu2 ltla:umilièn d'Aul'rithe el Marie de Bourgoglte. g. Gronpe de el~t~v~liers tt de ("'nt1is:tUt'S A e.heral. h. Un piquel de r.ataliel'$ enitas.•és . ~· PA. RTI~.

tS• Musiquo du rêgiment d"' Carohinier,;. ; .f ge G-ronpe de sciAanteu,-aliers ea toáttJmf"S di•ert. 20• Peloton de ,-avali'ers du r.1gimeul des Gu.ide& La haie i>Crá form ée par des ooldats de Ja prnisun de Bruxelles. ,.~, - · ~-

La Cavalcade se.. meltra en marche à i heure. p~/Q;'-~

- - - -- - -PROPRJETÊ. -

DëpiJsé c<m{orménumt à la

loi!J ~.,~ ._,'i--1" ',,, .<,; s."~

~

: .),_\' ~ <lo>~

·~ ~

').'

;:';..· \ ! ";:. ,..."

" ,·

~-;

~~

57


worp, wat dus 3448 fr. opbracht. Met dit bedrag werden 9 896 broden uitgedeeld. De Zonder Naam trekt met haar cavalcade naar Brussel en doet er een rondgang met 300 ruiters en vier muziekmaatschappijen. De opbrengst bedroeg 13 941,92 fr. Er werden 173 109 geldstukken ingezameld, waarvan zestien goudstukken van 20~fr. en zeven goudstukken van tien fr. Zonderling is wel, dat einde maart de kranten practisch geen aandacht meer schenken aan de crisis in de katoenindustrie. Enkel de Beurzencourant, het blad van de oppositie, laat soms nog zijn stem horen. Zo op 9 juli : "Katoenfabrikanten beginnen enkele bedienden af te danken; dit is het bewijs, dat de toestand niet verbetert. Nochtans blijven de twee grootste fabrieken van onze stad de volle dag werken". 9 Augustus : Men vraagt twee kaarderijmeisjes voor een fabriek te Maroeuil bij Arras. Inlichtingen bij de voorzitter van de weversmaatschappij, Sint-Lievensstraat, 32, die het reisgeld zal betalen. Om oit deel te eindigen, nog een bericht uit de Beurzencourant. "Liberale Menschlievendheid~'. Het staat dus vast: de aardewerkers mogen maar drie dagen per week meer werken en trekken daarvoor de som van 4,80 fr.Daarmede moeten ze huishuur, vuur, licht, onderhoud, klederen, enz. betalen. En met de overschot moeten ze levensmiddelen kopen. Reken uit :huishuur : 1,00 fr., wasschen : 0,20 fr., kolen : 0,30 fr., herstellen klederen 0,20 fr., licht : 0,30 fr.Totaal : 2,00 fr. Blijft dus 2,80 fr.per week voor een gezin met vader, moeder, twee kinderen; dit is 40 centimes per dag of tien centimes per dag en per hoofd". De Beurzencourant richt zich voornamelijk tot de kleine middenstand, die moet leven van de arbeiders en poogt deze stand voor de oppositie te winnen. Een feit is echter zeker : de toestanden waren tragisch . . ¡ Volgen we thans de gewone gebeurtenissen. 14 Januari : Gisteren is men de werken begonnen a.W. het kanaal, dat het kanaal van Brugge met de haven moet verbinden. (Verbindingskanaal) Naast het graven van het kanaal moeten nog een aantal bijkomende werken worden uitgevoerd : afwendig Kerkstraat, leggen van een draaibrug aan het begin van het kanaal, maken van twee brugjes ()ver grachten door het kan~ doorsneden, bouwen van een brughuisje, bouwen van een brughuis aan het Tolhuis, het bouwen van een wachthuis voor de sluismeester aan het Tolhuis, bouwen van een draaibrug aan het Tolhuis. Het Verbindingskanaal is 2 158 meter lang, had een breedte van 38 men op de bodem 12 meter. Het was vijf meter diep; 260 000 M3 aarde moesten weggegraven worden. De werken (57) 58


moesten. in achttien maand voltooid zijn. Naast beide zijden van het kanaal komt een weg van 12 m. breedte. Op 18 februari vernemen we, dat meer dan 600 werklieden delven aan het Verbindingskanaal. 21 Februari: Bij Bourdon in de Veldstraat is een koperen grafplaat gemaakt voor pastoor Van Steenkiste, die begraven is te Rooborst (gemeente op 3 km. vanStrijpen en Munkzwalm). De plaat werd gegraveerd door A. Bressens, een leerling van Jan Béthune. 1 April : Men heeft een onderaardse gang ontdekt van het Gravensteen tot buiten de Brugse Poort. Toegang: 25 centimes.(?) De gemeenteraad heeft het plan van schepen de Maere, dat de verplaatsing voorziet van de sluis aan de Braemgaten (= Watermolenbrug) aan de Brabantdam naar de Nederschelde goedgekeurd. Bij de minister van Openbare werken zal het belang van dit werk worden aangetoond.

5 April : Sedert het Klein Begijnhof eigendom is geworden van de bewoners worden daar heel wat werken uitgevoerd. Al de voorgevels worden geverfd in steentjes, omboord met wit aan deuren en ramen. Van 1 april dragen het l o en 2° regiment kurassiers de benatning van 30 en 4° lansiers. 6 April : Lodewijk Eggermont, oud( burgemeester van Ledeberg is op 4 april in de omgeving van Brussel overleden. 8 April: De Taal is gansch het Volk vraagt aan de minister om niet enkel een wedstrijd voor Franse dichtkunst bestemd voor kantaten uit te schrijve~, maar ook een wedstrijd voor Vlaamse dichtwerken in te richten. 16 April : Bij de Keizerpoort werd een steur van 80 kg. gevangen. 18 April: De gemeenteraad keurt een krediet van 100 000 fr.goed. voor het uitvoeren van aardewerken. De gemeenteraad keurde ook een reglement in verband met de politie op de kerkhoven goed. Dit vraagt een woord verklaring. Het kerkhofvraagstuk was een moeilijk probleem, dat heel wat inkt heeft doen vloeien in gans het land, bovendien had dit vraagstuk verschillende aspecten. Tot op het einde van het Ancien Regime was een begrafenis een louter godsdienstige aangelegenheid. Wel had Jozef 11 in de steden de kerkhoven doen verplaatsen naar de rand van de stad - zo ontstonden de drie Gentse kerkhoven Heuvelpoort, Dampoort en Brugsepoort (De Smetstraat) -,maar aan het karakter van de begrafenis was niets veranderd. De kerkhoven waren bezit van de parochiekerken. Na de Franse revolutie werd de burgerlijke stand opgericht en werd een over59


lijden ook een burgerlijke akt. Art. 15 van het decreet van 23 prairial jaar XII (1804) bepaalde : "Dans les communesou l'on professe plusieurs cultes, chaque culte doit avoir un lieu d'inhumation particulier, et dans le cas ou il n'y aurait qu'un seul_ cimetière, on le partagera par des murs, haies ou fossés en autant de parties qu'il y a de cultes différents". Art. 16 van hetzelfde decreet bepaalde : "Les lieux de sépulture, soit qu'ils appartiennent aux communes, soit qu'ils appartiennent aux particuliers, seront soumis à l'autorité, pollee et surveilance des administrations municipales". Art. 17 bepaalde : "Les autorités locales sant spécialement chargées de maintenir l'exécution des lois et réglements, qui prohibent les exhumations non autorisées et d'empêcher qu'il ne se commette dans les lieux de sépulture aucun désordre ou qu'on permette aucun acte contraire au respect du à la mémoire des morts". Het gemeentereglement van 1863 bepaalde : "Zal gestraft worden met een boete van 15 fr. in alle geval waer qe daed geen misdrijf of overtreding aan grooter straffen onderworpen daerstelt, al wie zal schuldig zijn weggenomen of vrijwillig verbroken te hebben een kruis, hekken, zerk of al ander grafteeken in een der kerkhoven gelegen op het grond-: gebied van Gent". Het kerkhof van de Dampoort (Wasstraat) was eigendom van de kerkfabrieken van St.-Baafs, St.-Jacobs en het H. Kerst. Tot einde 1852 waren de concessies op het kerkhof- het aantal was zeer gering - door de kerkfabriek verleend. Begin 1863 verleende de gemeenteraad een concessie. De Bestendige Deputatie zal voorbehoud maken op het gemeenteraadsbesluit. Het probleem zal zelfs aanhangig gemaakt worden bij de minister, die op 11.2.1864 zal antwoorden : "La question de savoir dans quelles formes et au profit de qui les concessions de l'espèce doivent être accordées, constitue une des plus graves difficultés de la légiSlation des cimetières." :Óe minister besluit, dat de stad voorlopig verder concessies kan verlenen op voorwaarde van het antwoord op de vraag aan wie de prijs van de concessie toekomt. Het kerkhofprobleem stelde zich niet enkel te Gent, maar ook in een aantal andere gemeenten. Verschillende malen zal dit vraagstuk in het parlement worden besproken. (voor meer gegevens: zie Prof. Luyckx). (1). Op 11 juli zal de gemeenteraad de prijs van een concessie op het kerkhof bepalen. De prijzen waren concessie 2 m2 : 20 fr. per m2 3 ril2 : 30 fr.per m2 -plus een gift van een vierde voor het 4 m2 : 40 fr. per m2 Liefdádigheidsbureau 5 m2 : 50 fr. per m2 6 m2 : 60 fr. per m2 60


E>e prijzen waren dus: voor 2 m2: 50 fr., voor 3 m2 : 118,50 fr., voor 4 m2 : 200 fr., voor 5 m2 : 312,50 fr. Het gemeenteraadslid Hebbelynck stemde tegen met als gevolg, dat hij bij de komende gemeenteraadsverkiezing niet meer zal voorgedragen worden door de liberale associatie. 22 April : Het Hotel Royal op de Kouter werd verkocht voor 108 500fr. 7 Mei : In de Nijverheidsschool wordt een kosteloze leergang in de fotografie ingericht. Op 4 mei overleed te Gent Edmond van Grootven, 56 jaar oud, grondeigenaar en oud volksvertegenwoordiger. Hij woonde op de Nederkouter. 9 Mei: De gemeenteraad besluit de stadsgracht aan de Blaisantvest tussen het Rabot en het Tolhuis op te vullen. De raad besluit tevens het voorstel van het bestuur der Burgerlijke Godshuizen Poortakker en het St.-Jacabsgodshuis te verkopen goed te keuren. "Les enelos de Poortakker et de St.-Jacques forment à proprement parler des enelos de maisons construites il y a un sièele; leur état vétuste et de ruïne leur rend impropres à l'habitation et les restaurations s'y font en·pure·perte". Tegen dit voorstel was protest gekomen vanwege graafVaemewyck en familie en VaiJ._ wege p~a'!:e d'Alcantata en zijn echtgenote, dochter y~~ewyck. Ze '\Terkl~den afstammeling in rechtelijn en vertegenwoordigers te zijn van de schenkers van het godshuis, Het college van burgemeester en schepenen _oordeelt dat de motieven onjuist zijn en verwerpt het protest. 12 Mei: Door het Belgisch-Nederlands verdragvan 19 april1839 werd 'doorNederland een tol geheven van 1;12 gulden per ton op schepen, die naar België vaarden en van 0,38 gulden per ton voor schepen, die de Schelde afvaarden. Door de wet van 5 juni 1839 werden deze tolrechten niet door de schepen, maar door de Belgische staat betaald. Voor 1861 bedroegen deze tolrechten 2 184 105 fr.Tussen 1839 en 1863 had België voor meer dan 28 miljoen aan tolgelden betaald. Op 12 mei werd tussen Nederland en België een verdrag getekend, waarbij de tolrechten werden afgeschaft : de totale afkoopsom bedroeg 36 278 566 fr. België betaalde~hiervan een derde, het overige werd betaald door twintig maritieme mogendheden. Engeland kwam op de eerste plaats met 8 782 320 fr. (zie Luyckx) 20 Mei: H. Van de Woestijne, volksvertegenwoordiger, behoorde tot 1850 tot de liberale partij. In 1861 werd hij verkozen op de katholieke lijst. Thans dient hij zijn ontslag in en stelt hij zich voor als kandidaat voor de senaat. 61


p 1..\ \ . .I ·

,. ~,

-

' (Is', ' ·~

\,. "

l

o-

N

van vent van A. Willemyns (in Guide de la villede Gand oudescription de ses monumentset de ses institutions précédé d'une notice historique door C.L. Gyselinck 1862) . Het plan geeft de toestand weer einde 1863.


~ I..)


30 Mei: De gemeenteraad keurt een krediet van 35 000 fr.goed voor he leggen van voetpaden in de Kortrijksepoortstraat en in de Sint-Jacobsnieuwstraat. Op voorstel van schepen G. Callier besluit de gemeenteraad de rol voor vondelingen af te schaffen. (zie artikel De Vondelingen te Gent in de 190 eeuw Ghendtsche Tydinghen 1974 blz. 139) Aan de Société Linière Gantoise wordt de toelating gegeven een deel van het Augustij;; nenvaartje, die door haar eigendom vloeit, gedeeltelijk te overwelven. Aan Verhoest-Tertzwijl wordt de toelating verstrekt een deel van de Oude Schelde te overbouwen. 9 Juni : Heden had er verkiezing plaats voor de Kamers van Volksvertegenwoordigers in de provincies West-Vlaanderen, Brabant, Antwerpen, Namen en Luxemburg en voor de Senaat in de provincies OostVlaanderen, Henegouw.en, Limburg en Luik. De wet op de studiebeurzen was de voornaamste inzet van de kiesstrijd. Deze was zeer heftig. Op 18 mei publiceerde Le Bien Puhlic een schrijven-van bisschop Malou van Brugge : "Les électeurs qui voteront pour les candidats catholiques ou conservateurs voteront pour l'Eglise catholique, ses droits et sa liberté. Ceux qui voteront contre ces candidats voteront contre l'Eglise.catholique et repousseront virtuellement sa liberté et ses droits". Op 8 juni verscheen in L 'Echo des Flandres het manifest van de Association libérale constitutionnelle de !'arrondissement de Gand. "Il veut que Ie pouvoir émane de la nation et non du clergé. Il regarde le soin de répandre 1'instruction comme un des premiers devoirs de l'état". In het kiesarrondissement Gent waren er 6030 stemmen uitgebracht. (meerderheid : 3016) Liberalen-· Katholieken DeCockAug. 3026 st. H. Van de Woestyne 3000 st. 2934 st. Gheldolf Alb. 3043 st. F. D'Hoop-Lefevre 2924 st. Grenier-Lefebvre 3062 st. J. Casier Er was ook een tussentijdse verkiezing voor de Kamer voor de vrijgekomen zetel van Van de Woestyne. Hier won burgemeester Ch. de Kerchove met 3023 stemmen tegen E. Cannaert met 2962 stemmen. We kunnen vaststellen, dat het verschil in aantal stemmen zeer gering was. De katholieke partij verloor zijn drie senatorzetels en een kamerzetel. Toch is het wenselijk even nader stil te staan bij de uitslag vau deze verkiezing. Er waren 6554 stemgerechtigden, waarvan 3603 woonachtig te Gent en 2951 woonachtig in de overige gemeenten. Er waren

64


65


twaalf stembureaus, waarvan drie voor enkel Gentenaars (a), vier voor enkelniet-Gentenaarsen vijf voor stemgerechtigden van de beide groepen (c). Daar de uitslagen aantonen, dat het aantal stemmen per kan~ didaat slechts geringe verschillen vertonen, onderzoeken we enkel de stemmen van de liberale kandidaat De Cock en van de katholieke kandidaat Van de Woestyne. Gent (a) Niet-Gent(b) : Gemengd (c) Totaal Gent Niet-Gent Stemgerechtigden Opgekomen kiezers Afwezig

1 320 1 222 7,4%

Uitgebrachte stemmen De Cock ¡ 816 66,76%. %stemmen Van de Woestyne 401 %stemmen 32,81 %

2 328 2102 9,7%

2 283 2 133

623 573 6,8 %

656 31,20% 1445 68,7%

1422 + 132 66,7% 23% 711 + 441 33,3% 76.9%

6 554 6 030 8% 3 026 3 000

Voor de getallen in het raam beschikten we enkel over het totaal; we hebben ze berekend in verhouding met het aantal afwezige kiezers en ¡ he aantal uitgebrachte stemmen in de bureaus van de groepen a en b. We stellen vast, dat ongeveer twee derde van de uitgebrachte stemmen van Gentenaars gaan naar een liberale kandidaat, terwijl wat meer dan twee derde van de uitgebrachte stemmen vanniet-Gentenaarsgaan naar de katholieke kandidaat. De politieke tegenstelling stad-platteland is erg duidelijk. ¡ Hetzelfde verschijnsel stellen we vast bij de verkiezing voor de Kam.er. Ch. de Kerchove

E. Cannaert

820 st. 67,1% 392 st. 32,0%

640 st. 30,4% 1442 st. 68,6%

1 563 st. 57,7% 1119 st. 41,3%

3 023 st. 2 953 st.

Hier ligt wel de reden, waarom bij de komende gemeenteraadsverkiezingen enkel de liberale partij een lijst zal indienen. 20 Juni: De gemeenteraad keurt de aanbesteding voor het dempen . van de stadsgracht tussen 4et Rabot en het Tolhuis goed. De aannemer moet de voorkeur geven aan werkloze katoenarbeiders. Ook het ontwerp van de architecten Paul en Van Huffel voor het vergroten van het burgerlijk hospitaal wordt goedgekeurd. De uitgaven zullen bedragen : bouwwerken hospitaal 1 049 717,70 fr.) 1 098 111,50 fr. bouwen materniteit 48 393,80 fr.) 66


STAD GENT. Onthulling des Stanclbeelds ,- ,,~

JAKOB VAN ;ARTEVELDE. 4

Jff!'l 1\o/ft't-;Îf> ro u

IJill :!.fNNI't'.VIN' l' lt •'t'<•/l('fll'll(' ll

Ut.•ri.; t :t._n w ht .. lut'l' tlt•u t1.at ,J.,. stot•l iug (~ l·igt op :tlncmltt~, J!1 tlt•zt·to, 1HH 2 u~·e •wmidd,tg. Hll tie St:ullutisttlnetsJ lt·n l'ind(· dt• ple;.;'ti;:hei<l ,~,. ,. untlonlling· van ,J ,UHUl '\',\ !\ .UtTE\'1•:1, 111-:'S ST ,\:\UUI \ I~ U) In 1<: wom'""• t.id1 tla1,,. de \~ r~da~mn.t·k.• ])('gC~nH· t ~.al , laug~ d~ 'olg(~cule ~h·att'u : Sl:ullt~~ispl:u:ts. Ca talng n tSh'IU.~ l , lioornnutd;.t , h<ll'h'

Jlunt('. hul 0 t•

__ . .

4~.

I ~· ·

Jluul!·.

c;t·liaen lf•n Sta<lltuizt•, di•n J ~ Scpccmlll'e I 1-\(i:l. 0\ --..]

k,

~4it•~t'<'lctt·itJ,

\\ ' .oo:tlUI()~t~ . t ;(~ nt ,

fhH~"""

Collt~r;t•

dt•.;

HUl

( ',

l ;:r·!tnv'ns

se rendra au •nnt·t'lH~ 1lu '' t~ IH11'('tli . p:u· lmt •·w~s ...;ui,tmh~': Jlla<·t~ d4} rlltltd -dê ~ \ ' ilf.t't nm dt· la C:\t:t lo~H ( , lltal't· l w oui\

Vrnius, nw

I~I)Urfc

de la NiouuaÏ(•,

nu~

longue

tlt~

In

)lvn•HtÎt~ .

Jlnit ;I l'llollcl- clc- \'illc:, Ie 12 Sc·ptcmlm· Ji{{i;),

Ch. BI·: ld · 1\UI0'\' 1':. IJt~

!-hwt•élah·(•

C. \)'

Ctl Stt.'('rHlrnkt.u~·

IIOtn :r;m~xfrt• l'l

.scs adtninish't~s tpm Ie ('OI'h~~e fm·m(·~ I(• l ~ uudi. ll1 de ('(~ muist à 2 hcua·c~ tl<~ rd(~H~t'. Mil' la plat;~~ •I•· J'lliucl- dc-\'ill<•, i1 l'c ll'ct d'ns-isl<'r ;, b N'ri·muuic cle lïu:~u · g uration clc la Stnluc: tic ,, ,\CQIJES V ,\:\ ,\I~TE\' I'I . HE ,

..,

1\. lW kt:IU 'IIUVK IJ(' (W(Jmt•t•nlt•

l .t'

luJ(u·mt~

"'''O(rJ'.. Ul\ u :tKH \ ' · 1\ ;)l"lrjtfltC rt~• ·

Cm•uu,uwl.

\ 1-:LhH t.H.:t"to..


Het bestuur van de Burgerlijke Godshuizen zal als volgt de uitgaven fmancieren : 125 000 fr. 1 verkoop gronden Rabatstraat en Begijnhoflaan 400 000 fr. 2 verkoop landbouwgronden 105 000 fr. 3 verkoop Poortakker 70 000 fr. 4 verkoop Sint-Jacabsgodshuis 100 000 fr. 5 verkoop gronden oud Stapelhuis (Coupure) 800 000 fr. De stad Gent zal voor het overige bedrag tussenkomen. De materniteit zal gebouwd worden op de plaats, vroeger ingenomen door het doofstommengesticht voor jongens van de Broeders van Liefde en overgebracht naar Rooigem .. Ten slotte keurt de gemeenteraad nog een besluit goed, waarbij het Bestuur van de Burgerlljke Godshuizen de toelating krijgt twee straten aan te leggen op de gronden van de bleekweide van het Begijnhof : het zijn de Van Wittenberghestraat, die bijna volledig ligt op een gedempte gracht en de Verspeyenstraat. Beide namen herinneren aan weldoeners van het Bestuur van de Burgerlijke Godshuizen. 11 Juli: De gemeenteraad keurt het voorstel van het Bestuur van de Burgerlijke godshuizen om het Sint-Jacabsgodshuis te verkopen en er een straat aan te leggen goed. (Van Caeneghemstraat) 15 Juli: De Koormaatschappij heeft zijn nieuw lokaal in de Bagattenstraat ingehuldigd. De plannen werden getekend door architect LeclercRestiaux; het gebouw omvat een concertzaal, een drinkzaal en een grote tuin. Het nieuw. reglement voor de huurrijtuigen aan het station bepaalt, dat de koetsiers behoorlijk moeten gekleed zijn en een hoed in toilecirÊ met er op het nummer van hun rijtuig dragen. De prijs van een rit binnen de stad bedraagt een frank voor de vigilanten en vijftig centimes per persoon voor omnibussen, welk ook het uur van de dag. 29 Juli : Heden werd inet luister de 50° verjaring van de verdrijving van de seminaristen uit Gent herdacht. Vooraf zeer bondig wat ver~aring. Bisschop prins Maurice de Broglie, die in 1806 bisschop Fallot de Beaumant had opgevolgd, kwam om talrijke redenen - waaronder het Romeins vraagstUk - in conflict met Napoleon. Op het Nationaal Concilie, samengeroepen door Napoleon te Parijs met de bedoeling de houding van paus Pius VII te doen afkeuren, verdedigde bisschop de Broglie de vrijlating van de paus. Hierop liet Napoleon de bisschop gevangen nemen; hij werd eerst opgeslo68


69


ten te Vincennes, daarna verbannen haar Beaune in Bourgondië en tenslotte gevangen gezet op het eiland Ste.-Marguerite bij Antibes "aux murs épais, aux barreaux inébranlables qu'avait jadis habitée l'homme au masque de fer". Na een reeks moeilijkheden werd door Napoleon de la Brue de Saint Bauzille aangeduid als bisschop. De nieuwe bisschop werd te Gent slecht ontvangen. In de grote mis op 25 juli 1813 waren slechts drie seminaristen van de 36, die er moesten zijn, aanwezig. Op de 1200 priesters van het bisdom kozen nauwelijks een dertigtal de zijde van.de nieuwe bisschop. De prefect B. Desmàussaux bracht de namen van de opstandige seminaristen op de lijst van de conscriptie. De seminaristen E. van den Hec!ce en Emm. Helias d'Huddeghem, die als de leiders van de rebellen werden beschouwd, werden opgesloten in de gevangenis Ste.-Pélagie te Parijs. Honderd achtenVijftig seminaristen werden verbannèn naar het Duitse eiland Wesel, waar ze ingelijfd werden in een artilleriéregiment. Vijfenvijftig seminaristen zouden hun land niet terug zien en kwamen om van ontberingen. In 1840 werd in de Q.L.Vrouw ter Engelen en Sint-Jozefkapel in de SintBaafskathedraal een epitaaf van de weggevoerden van 1813 geplaatst : het bestaat uit ·drie witmarmeren gedenkPlaten met wapenschilden en naamlijst. (2) "In de hoofdkerk van Sint-Baefs te Gent, namentlyk in de capetie van Onze-Lieve-Vrouw ter engelen (gewoonlyk genoemd Capelle van den H. ]oseph) is in het jaer 1840, onder het bestier van Mgr Boussen, bisschop van Brugge, door het toendoen van de geestelykheid dier beide steden, een gedenkstuk opgeregt, bestaende uit eene groote plaet van wit marmer, waer, op dry reien, de namen ingesneden zyn van de overledenen, welke die vervolging onderstaen hebben. In de middenrei .· staende tramen der seminaristen, en in de rei naer den regten kant, · staen de namen der studenten, welke gedurende de vervolging omgekomen zyn. In de rei naer den linken kant komen, naer mate dat zy sterven, de namen van die, welke de vervolging overleefd hebben. Aen het hoofd van het gedenkstuk, in meer vooruitkomende letters, zyn de namen gegraveerd van bisschop, generael-vicarissen, oversten en professors van het seminarie". P.J. Van der Moerevertelde deze geschiedenis in zijn boek ''De jonge levieten van het Seminarie van Gent .te Wezel, te Parijs, enz. met eene voorafgaende levensschets van den Cardinael Franckenberg en een overzicht der kerkelyke gebeurtenissen van het jaer 1801 tot 1814" (Brussel, 1856). Het werk verscheen ook in het Frans te Gent in 1863 "Récit de la persécution endurée par les seminaristes du diocèse de Gand en 1813 et 1814 à Wezel, à Paris, etc. Coup d'oeil sur l'histoire de l'Eglise dans ses rapports avec ce dio70


,(,'!'- ...__

~;

~::=~=<__~

--~~----

71


cèse de 1800 à 1814". Op de plechtige herdenking waren prins Albert de Broglie en markies de Murat, beiden familieleden van bisschop de Broglie aanwezig. Van de 56 nog overlevende weggevoerden waren 49 aanwezig op de herdenking; zeven waren afwezig wegens ziekte of ouderdom. De SintBaafskathedraal was prachtig versierd .. In het koor hadden dÊ jubilarissen, het kapitel, talrijke geestelijken, vertegenwoordigers van kloosterorden, van het Sint-Vincentius genootschap en van de Sint-Pieterspenning plaats genomen. De pontificale mis werd gecelebreerd door de bisschop. Daarna had een ontvangst en een banket plaats in het seminarie. Gisteren waren de Molenaarsstraat en het Steendam bevlagd en verlicht bij gelegenheid van de benoeming van Karel de Hemptinne tot kolonel en J. van den ~erghe tot luitenant-kolonel van de burgerwacht. 5 Augustus : Het Dok en de schepen waren eergisteren bevlagd en verlicht en 's avonds werd een Bengaals vuurwerk afgeschoten ter viering van de afkoop van de ScheldetoL Vroeger moesten de schepen, die naar Gent vaarden, te Terneuzen een scheepsagent opnemen om de tol te bepalen. Het eerste schip met levensmiddelen, dat te Gent aankwam na de toepassing van het verdrag met Nederland, was de Hollandse tjolk De Vriendschap, komende van Alkmaar en geladen met een paar duizend kazen. Door het verdrag zullen de invoerrechten op kaas met 2,50 fr. op 100 kg. verminderen; ook de prijs van de ingevoerde verse vis, aberdaan, schol, haring, stokvis en wijting zal dalen. 24 Augustus : Men weet, dat Gent een Europese markt is van bloemen; minder gekend is, dat Gent ook een Europese markt is van oude medailles, hoeken, oudheden. Bij elke verkoping zijn liefhebbers uit vreemde landen aanwezig, tot uit Rusland en Hongarije toe. 2 September : De Gazette van Gent vestigt de aandacht van de politie op de Rietgracht. Zondag waren er ten minste: honderd straatbengels weer aan het zwemmen en een groot deel er van liep half naakt over de meersen. Onze krant vraagt, dat de politie toezicht zou uitoefenen om de bewoners van de Visserij van die ergerlijke tonelen te sparen. 8 September : Te Zomergem werd het borstbeeld van de godgeleerde Maarten Steyaert, primus van de universiteit van Leuven in 164 7, ingehuldigd. 9 September : Gustaaf Callier, hoogleraar en. schepen van onderwijs, overleed op 9 september 1863. Hij werd burgerlijk begraven op het kerkhof aan de Dampoort.

72



Maandag 14 september : Heden wordt het standbeeld van J acob van Artevelde met grote feestelijkheden onthuld. (zie afzonderlijk artikel) 4 October : Het beluik Poortakker op de Houtlei met gebouwen en gronden werd verkocht voor 105 000 fr.aan Jozef de Hemptinne. De naam van de koper wijst er op dat de kapel, een der oudste bidplaatsen van Gent, haar godsdienstige bestemming zal behouden. (G. v. Gent). Op 1 october werd het "Instituut St.-Amand, école moyenne catholique" geopend. Half pension : 300 fr.per jaar (middag- en vieruurtje), kwart pension : 100 fr. per jaar (enkel vieruurtje). 21 October: Te Gent overleed Richard Raepsaet, vicaris-generaal. Hij werd geboren te Oudenaarde op 8 november 1789. Als seminarist wed hij in 1813 naar Wesel verbannen. Hij werd tot priester gewijd in 1815, werd in 1834 kanunnik, in 1849 aartsdiaken en deken van het kapitelen in 1856 vicaris-generaal. 22 October: Gisterenavond is de in aanbouw zijnde kerk Sint-Jan. Baptiste ingestort. Het gehele gebouw is niets anders dan een puinhoop. 26 October : Snellaert, ondervoorzitter van een afdeling van het Vlaamsch Verbond, raadt de leden aan niet deel te nemen aan de verkiezing, gezien geen enkel kandidaat heeft verklaard het programma van het Vlaamsch Verbond goed te keuren. 27 October : Heden was er verkiezing voor de gemeenteraad. Enkel de liberale partij stelde kandidaten voor. Er was dan ook weinig kiesstrijd. Er waren 3870 stemgerechtigde; 1850 kiezers brachten een stem uit. De volgende kandidaten werden verkozen : de Kerchóve Ch. 1 715 st. Guequier-De Coster J. 1 702 st. 1 693 st. De Maere-Lemnander 1 704 st. Colson Ch. 1 700 st. De Leu A. 1 713 st. Vuylsteke Jourd. De Cock A. 1 723 st. De Coster-Wittockx J. 1 689 st. Lebègue K. 1 702 st. Morel Eugène E, direcNeyt A. 1 706 st. teur La Lys 1 688 st. de Hemptinne J. 1 712 st. Voituron P., advocaat 1 618 st. Van Aelbroeck M. 1 707 st. Laurent Fr., hoogleraar 1 611 st. Van de vijftien uittredende gemeenteraadsleden hadden Van Ackere, Antheunis en Hebbelynck zich niet meer voorgesteld en werden vervangen door Morel, Voituron en Laurent. 's Anderendaags had er een verkiezing plaats ter vervanging van de twee overleden gemeenteraadsleden G. Callier en Manilius. Hier wer74


den prof. Aug. Wageneren Vanderhaeghen:De Dabhelaere verkozen. Op 29 october zal Le Bien Public schrijven : "Les candidats de la loge ont été élus sans lutte. On remarquera qu'une centaine de libéraux ont fait une distinction entre M. de Kerchove et M. Laurent. Ces bonnes dupes croient sans doute qu'entre les principes de ces deux persannages U y a quelque différence. C'est une erreur; ce qui distingue M. Laurent de M. d~ Kerchove, c'est la franchise". Reeds op 12 october had men in Le Bien Public kunnen lezen : "Une assemblée maçonnique a eu lieu, ces jours derniers dans notre ville, réunion dans laquelle les candidats suivants ont été adoptés pour les prochaines élections communales: Paul Voituron, Wagener, Laurent, Dervaux. On parle aussi de M. Charles Verbessem. Le notaire Van Ackere, fatigué des meneurs de l'hotel de ville, n'accepte plus le renouvellement de son mandat". 4 November: Men vraagt 35 goede mekaniekwevers voor het gesticht Houlard te Rijsel. Reisgeld zal verschaft worden door de Heer Jan De Ridder in De Vriendschap, Sint-Lievensstraat 32 bij wie men nadere inlichtingen kan bekomen. (Beurzen-Courant) 8 November : Te Koop. Sint-Pharaûdeplaats en Kraanlei. Eigendom bestaande uit een kelderhuis, van ouds genoemd het Kelderken Gods op de St.-Pharaûdeplaats, 4 en drie aan elkaar palende huizen met erven, kelders, waterpompen; beneden en bovenkamers, uitmakend de hoek van de St.-Pharaûde plaats en de KraanleL Samen 203M2. Verdeel~ in vier kopen. Thans jaarlijkse opbrengst 2455 fr. 11 November : Gisteren heeft advocaat Goudry voor het beroepshof in het Vlaams gepleit. De gemeenteraàd van Ledeberg heeft besloten de straten met gas te verlichten.

13 November : Heden overleed Philippe-Auguste De Rote. Geboren te Gent in 1808 behaalde hij de diploma's van doctor in de wijsbegeerte en van doctor in de rechten. Hij-werd hoogleraar in december 1830, was rector in 1838 en administrateur-dir~cteur van de universiteit in 1848. Hij werd burgerlijk begraven. Hij was de schoonvader van prof. Wagener. Op 15 november overleedPierreDe Ryckere. Hij was geboren te Gent in 1793 en werd in 1817 hoogleraar aan de pas opgerichte Gentse universiteit. Van 16 october tot 31 december 1830 was hij gouverneur van Oost-Vlaanderen; hij was ook lid van het Nationaal Congres van 10 november 1830 tot 17 januari 1831. Hij verliet de universiteit in 1831. 15 November: 54 afgevaardigden van Gentse werkersmaatschappijen 75


3ae DRUK.

·VOLKSLIED.

Woorden van N. OESTANBERG .

Jfvziek van KARÉL MIRY.

All? con brio.

·~·*~§~~·~~~~~·~~ê~~-~~*§~~·E~~··~~~~~~~~~~~~~-É~Fi~~~~=E~§~~· 1

PliL~o{ê~~-~@~~E~~~~·~~~~§~~-~~-if~·~;§.·~~~~~·-~t~.-ij·~~~·~~~.~ :~-~ê·~ ;'·~-~~~~-~ê:=:d~' ._.",.".

,.,,

t':\

.. .; .

'

,"":'\

ê:

- ~

;

I

~u t .• .

i .=

•::

. :--;-;-=!

.

Voor e. ·ten, drin ·ken , zin · grn, spr·ingl'n , Wie zijn der

:

I

JJ~ · ·· . -~~ :

> 4#

~

. jL

. !

..

:::

!-

1t-

~ ~~ *p-#

f

t

Einde .

~

'

f

; I

I

.~

ll-'

..

-,-

'""

I

!

tJ

nooit

le · -ven beu?

2ie

I

'

.

van al

Wie kent a 't fijn

din -gen 2\:Yie vlecht al

die

r. ~

"'" . -

! .~~ -

· .,;· ·---

~

IV

rr

-,"-

...

::

..L ...".

-t

-f

~

-

.

•-t

~~-;i::l

'

...". if

-#

~-'-" ::

i

'

'

r ~'~~

-&

..

i7'-· ..

mJ

V

d'an

: de . ren

den

queu?

'tZün

jon gens van Gent ,

de

't ls

,.,~

--

~h~

" I

'

-~

... ,,.

I

* ~ T-

7

+

...

~

"'f

.:.

..;.

,;.

+ ,;,

-

.

I

.:.

.:.

I

I

V

~

.......

.. ,;.

-

,;.

.........


;:".

"" f.!

'

.

'tvolk der Ar ·ie ·vel

"'". . * ~

-~-

·-- -

..., ,

,,

'

-

't ls 'I volk van Ar·

#-

.."_

*

::l..

...

-- --2:Koeplet. fH $

-

'

""""""' j) )1

IJ

Wie kan zich

uil

i

1:

jon -gens -

..

.

Wie houdt er

pluist ? En wit ver · acht

J:

11

:ft

.

~

'

..

::>

• ,.r

>-

<i -

#

..

.

ver· · IJ! ij · den? Wie houdt er van

~

I

geen làng dis ·

r i I f2)

zijn ar ·me

.

Genl!

ifi, >; ··· .... ·:.J:"''. . ra. I. .... if.-•·;··

·cours? :j.'!> JKoep/el. 6 : li 4 J• ) I ;I ,;

:iJ

'

van

"

Jr,fv i? IF

11'

+

.t--.

'

r

den zak

.tr

.

·>

...-

rail .,.. .. ........... ..............

de, HUn de '

l/

;. .;

"'·-#-

-

~

_r

46.-

..:. ..:.

-!if-

-

-

vel

te

-

.""_.

"'·

r ~-r

t)

-

loo""""

.;. ;.

#-

vr

ge

7:-r

-1-~

V

-~

.

+

V

":

ver · al

0

~

.

I

rf

.-~

· den, Toch

i

_;

-

~

-kend _ _

r . .f

'

-

;:>-

~

"""__

v

~.

'

' •

...... .." ·

als moe -dig ' heJ

~ · t-

#_

"

Zûrfzîi:

·den,

,.

J

'

-

\

&

..:jl

broêrs? 't Z!in

0 ,.

van

de krom · me spron · ge? U'J'c heeft voor sptenk: regt voor de

vuist 7

'l Zijn

4.eKoeplet.J~·~'~iH~]l~J~. :~J~~~I~J~~J§1 ~'~~o~lt~~-,~~;~t§:i~1~J· iltr~~J·~·E·~~~.§d JJal men ee11s · aan

~:~ J

\

J)

]i

straf? Wie

zou

er

'

IJ veg

}J ·len

ons land . moest ko · men, Wit zou

r

p Ir

&i o v Ir

er

~ r

zon · der schromen?Wie zou er op klop ·pen lijk

zeg · gen : 'lis

le

a I •;.. _ ) op

kaf?

77

't Zijn


gingen naar Brussel om aan de Algeroeene Werkersmaatschappij te Brussel een prachtschrift aan te bieden als dank voor de hulp aan de Gentse slachtoffers van de katoencrisis. De rede uitgesproken door Jan De Ridder verscheen volledig in de Beurzencourant. (21.11.1863) 20 November: Vrijdag laatstleden zijn er weer veertien jongelingen uit onze stad vertrokken om dienst te nemen in het korps van de Pauselijke Zouaven te Rome. In 1863 vertrokken zeven Gentenaars naar Rome.

Zondag 22 November : In de zaal Parnassus werd een meeting gehouden, ingericht door de hoofdafdeling van het Vlaamsch Verbond en voorgezeten door Obrie. De Ridder, voorzitter wevers, Em. Moyson~ Poppe, lid huisschilàersmaatschappij, Bilen, voorzitter spinners voerdeJ:_l er het woord. Op de meeting waren 400 à 500 aanwezigen. Aanleiding tot de meeting was het geval Karsman. In april 1863 had Karsman te Antwerpen een· dichtstuk uitgegeven met zijn naam, maar zonder de naam van de drukker. Karsman werd veroordeeld te Antwerpen tot een boete van vijf frank. Karsman ging·in beroep·.voor de rechtbank te Brussel. Julius Vuylsteke, advocaat van Karsman, verklaarde in het Nederlands te zullen pleiten, maar het beroepshof vaardigde een arrest uit, waarbij bevolen werd in het Frans te pleiten. Daarop verlieten Karsman en zijn advocaat de rechtzaal. Karsman werd nu veroordeeld tot drie maand gevangenis .. De Beurzencourant bracht een lang verslag over de meeting. E. Moyson stelde de vraag: "Wat wil de vinger van Artevelde, die naar de toekomst wijst, zeggen? Welke toekomst is het voor ons, Gentenaars en Vlamingen. Een toekomst van Vlaming of Belg ? Een toekomst van eerbied voor ons zelf of van verloochening van ons zelf ?" Alle sprekers verdédigden het gebruik van het Nederlands bij het gerècnt. Pas tien jaar later zal op 17.8.1873 de eerste wet op het gebruik van het Nederlands voor de Vlaamse rechtbanken verschijnen in het Staatsblad, wet die op 17.8.1874 van toepassing zal worden. 28 November : Het afschaffen van het luiden van de klok bij het vertrek van de treinen heeft overalldachten uitgelokt. Een delegatie van de hotelhouders en de herbergiers gevestigd bij het station heeft aan de minister gevraagd om het luiden van de klok weer in te voeren. De minister heeft besloten, dat de klok weer zal geluid worden tien minuten voor het vertrek van de treinen; het luiden onmiddellijk bij het vertrek van de trein blijft afgeschaft.

78


79


Onderzoeken we even de evolutie van de broodprijzen. Gebuild Ongebuild 29 c. 34 c. 4 jan. 35 c. 29 c. 5 april 37 c. 30 c. 29juni 31 juli 38 c. 31 c. 34 c. 28 c. 4 oct. 27 dec. 31 c. 25 c.

Rogge 19 c. 20 c. 19 c. 20 c. 18 c. 17 c,

Door het Liefdadigheidsbureau werden in 1863 4061 families tellende 10 213 ·personen gesteund. De helft van de katoenarbeiders waren zonder werk. Het Liefdadigheids\>ureau steunde 2107 families met 10 202 personen, die getroffen waren door de werkloosheid. Een aantal families weken uit, voornamelijk naar Noord-Frankrijk; aan 539 families betaalde het Liefdadigheidsbureau 3· 775,87 fr. als steun voor de reiskosten. In 1863 werd het Rode Kruis opgericht; terwijl schreef Bizet zijn· opera Les pêcheurs de perles, publiceerde Em.- Renan zijn Vie de Jésus en Alfr. Nobel vervaardigde dynamiet. In Londen wordt de Underground geopend. Terwijl stierven de taalkundige Jacob Grimm; de dichter Alfred de Vigny en de schilder Eug. Delacroix. De Engelse staatslieden Arth. Henderson en David Lloyd George, de dichter G. d'Annunzio en de Amerikaan Henry Ford werden in 1863 geboren. M. STEELS BIBLIOGRAFIE (1) Al de documenten werden gepubliceerd in het Mémorial administratif de la villede Gand. (1863 en 1864). (2) J. E. Nève : Gand sous la domination française. Elis. Dhanens : Sint-Baafskathedraal Gent. Blz. 144. Beide werken geven een uitvoerige bibliografie.

DE INHULDIGINGVAN HET STANDBEELDVAN JACOB Y AN ARTEVELDE Pas in het begin van de negentiende eeuw betuigden de historici en de letterkundigen belangstelling voor de ftguur van Jacob van Artevelde. In 1845 hadJ. Van Caeneghem een borstbeeld van Jacob van Artevelde, werk van F. De Vigne geschonken aan de stad Gent. In de historische stoet die Gent doortrok in 1849 reed een praalwagen met

80


(Copyright : Dienst voor Toerisme Gent)

81


een standbeeld van J. van Artevelde. Gent nam deel aan de stoet, die uitging op 21 juli 1856 te Brussel met een feestwagen met het standbeeld van de Gentse held. (zie Ghendtsche Tydinghen: 1976 blz. 17, 1976 blz. 107, 1977 blz. 199). Op 23 juli 1859 besloot de gemeenteraad op verslag van Jourdain Vuylsteke, vader van Julius Vuylsteke, op de Vrijdagmarkt een standbeeld van J acob van Artevelde op te richten. In 1859 waren er geen standbeelden te Gent. In 1600 onder het bestuur van de aartshertogen Albrecht en Isabella was op de Vrijdagmarkt een voetstuk en een kolom met een houten beeld van Keizer Karel opgericht, maar na heel wat wederwaardigheden te lang om hier te vertellen, werd dit beeldJn november 1792 door de Fransen omvergetrokken. Twee jaar later werd op het voetstuk een houten beeld van de Vrijheid geplaatst. Dit beeld had een heel kort bestaan. Nu werd een departementale kolom met een houten beeld van Bellone opgericht, maar een storm rukte het beeld van de -kolom op 8 december 1801. In 1808 was de kolom in slechte toestand en werd ze afgebroken. Het standbeeld van Jacob van Artevelde is het werk van de Gentse beeldhouwer P. de Vigne-Quyo. Het werd gegoten te Brussel. Het beeld is ongeveer vijf meter hoog op een voetstuk van zes meter. Oorspronkelijk stonden op de hoeken van het voetstuk vier leeuwen. In de Gazette van Gent van 1 februari 1869 lezen we : "Vijf jaar geleden werd het standbeeld van Jacob van Artevelde opgericht en reeds zou men denken, dat het er eeuwen staat, gezien de slechte toestand van het voetstuk. De vier leeuwen aan de hoeken moesten vervangen worden door bronzen statuetten, maar ze zitten nog altijd zo als ze vijf jaar geleden geplaatst werden. De arme beesten zien er zo ellendig uit. De Heer de Vigne heeft zich in 1866 tot de minister gewend om de leeuwen te mogen vervangen door zittende beelden, die 4000 fr. zouden kosten. De gemeenteraad stemde een krediet van 1400 fr. Wanneer gaan de beelden de plaats van de leeuwen innemen?" En op 11 juni 1869lezen we in de G. van Gent : "De Vigne-Quyo heeft de laatste hand gelegd aan de vier beelden, die rond het bronzen standbeeld van J. van Artevelde moeten staan. Deze beelden stellen Vlaanderen en zijn drie historische steden Gent, Brugge en Ieperen voor". De beelden werden geplaatst in juli 1869. Op de voorzijde van het voetstuk prijkt het wapen van Artevelde met zijn naam; de drie zijvlakken vertonen bas-reliĂŤfs, die drie verdragen gesloten door Artevelde voorstellen. Het voetstulds omzoomd door de schĂťden van de 52 Gentse neringen. Jacob van Artevelde is voorgesteld in redenaarshouding, de rechter 82


83


arm gestrekt, zijn linker hand steunt op een wapenschild met de Leeuw van Vlaanderen; hij draagt boven een pantserhemd een mantel, die in plooien neervalt. Aan een wapenbandelier hangen degen en mes. Het beeld is gericht naar het stadhuis en het Belfort. De inhuldiging van het standbeeld van J acob van Artevelde ging gepaard met talrijke feestelijkheden. Maar er waren ook betwistingen. De twee voornaamste zangverenigingen te Gent waren de Koormaatschappij met als voorzitter de Maere-Limnander, schepen en de Melomanen, die in 1863 haar 25-jarig bestaan zal vieren en thans 724 leden telt. Het stadsbestuur had aan de Koormaatschappij de toelating gegeven bij de inhuldiging van het standbeeld van J. van Artevelde de Arteveldecantate op tekst van N. Destanberg en muziek van Gevaert uit te voeren. De Melomanen vroegen nu ook de toelating te mogen zingen op de inhuldiging. Gevaert deelde mede, dat hij weigerde zijn toestemming te geven om zijn cantate op te voeren als een andere zangvereniging op de plechtigheid zou zingen. De verschillende brieven werden gepubliceerd in de Gentse pers: Het probleem kwam ook ter sprake in de gemeenteraad van 19 augustus. De oplossing : enkel de Koormaatschappij zal zingen. Maar er was nog een tweede betwisting. Reeds op 3 september 1863

schreef Le Bien Public : "Aujourd'hui que le nom de van Artevelde est tiré des limbes ou il dormait, deux opinions se sont formées sur le compte de ce personnage : d'après les uns, il est la personnification de notre grande époque communale, il représente ces vieilles franchises dont nos aïeux étaient si jaloux et si fiers. D'après les au tres van Artevelde fut un tribun qui exploitales passions populaires au profit de son ambition et fit peser un joug tyrannique et détesté sur notre Flandre". Le Bien Public kleeft de tweede zienswijze aan. Maar er was nog een tweede reden voor Le Bien Public om niet deel te nemen aan de feestviering. "La coterie qui siège à l'hotel de ville et qui a pour organes le Joumal de Gand et ses deux collègues en voltairanisme, fait tous ses effotts potll' donner à la fête communale en l'honneur de van Artevelde, un caractère blessant pour nos croyances religieuses". De gemeenteraadsverkiezingen waren op komst en het is wel zo dat het liberaal college poogde munt te slaan uit de Arteveldeviering. De tegenpartij vreesde dit alleszins. Le Bien Public had bezwaar tegen de volgende regels uit de tekst van N. Destanberg. "Spreek ons van de grootsche daden Van den vlaemschen burgerheld ! Tuig dat hy, voor 't heil van Vlaendren, Hier vertrapt heeft 't vreemd gewela, 84


STAD GENT. $9$~:::-----

Inwooners van Gent,

Habitants de Gand,

Oe li:!eslcu door· het g••ntct'nl.c bcstuet• ing<>t·igl h•t•

gdegenhdd \ ' tlll de ontlmlling ch~s slaudheclds vuu .Jakob Vnn At•Lcveldc üll d•~•· brccukomsl \ '1\tl lwl inl<~t·uationt•el kongt·es 1s bm•m:dtwing dm· sucialt1 wc~tcnsdl(appcn, komen Ie eindigen. Dn uilslag is tcu uitl.'r·s(é vnlkonwn gc•wet•st, dunk ncn dt~ medewerking dio de mtu~ls•~·hllJIJIYCII c·u de \'ct•schilligc kringen acn bet gL"'tueente lu~stucw lwhhett nwlecnd, nismede ucn dtl dcelnmniug dct· \' t•t·sc•hilligt~ gdmea•lc~n tol hel \'t)t•sit•t·èn en lwt nlgemct•n nrlichlcu tic•· slrnlcn 1~11 O()CnluU'o placlst•n ; "'Y is l••tt slulh' loc te wylcn acn lwl, wdwillcnd en gasln·y onthacl dal de talrylw va•cemdcling<m by de im,·oone•·s det• slnd ouhltoct Ju:bbt~n. liet nall my dus zeet• ncugcmnem, nis Bm•gemt•eslca• der stud, ter· dc~lct• gclcgc!nheid, ll<m de bevolking myue diepe gt~Vut•l<~us vnn dunkhaedwid t•u t~rkcntcnis le lmnueu uildt·ul•kcu. 00 U1

•; c tl~t r u INt StlHl lmi ~~-.

·

~

m

l ...es f•'les o•·gnnis~cs JHU' Ie Conseil conununttl à l'oecnsion de l'inaugtll'alion «k ltt stntne de Jne«JUCS Van At·lcwddc ct de In ••énnion du ()ougrès inlerualiounl JHIUI' Ie JWog•·t'•.s des St1ienees soeinles vimment de se dcltur<w. l.a. t·énssitt• ('11 n été eomttlèlc, g1·Ace au ·coucom·s 'tue les soeiétt\s cl les divers eet•eles out 11rèt•\ 1\ l'admi· nistrution cornmunnlc, ninsi qu'à Ju ptwlicipution de.s clhm·s \'oisiuoges à l'omemcntnlion d à lïlhmlinution ~t:né•·ale des a· ues ct t•luccs tmhli(JUCS ; elle est due cnlio 1\ l'ueeueil hicnveillnut ct hospitnlit~r flllC les uombrcux c\tl'tmgct•s ont rcuconta•è cht~t les futbitmals de la cité. Duns (•cUe occm•t•tmce, Ie Bom·gmesh·e de la ville s'nC(JUillc d'un dcvoia· bien ngrénble, en udt·essnnl •!lat JUIJnalaliou se.-; sinci>rt~S remet•ciments ct sa vi ve gratiludt".

l:'ftl

J-',1i1

1\ l'lltht'i - ct ev \'ill~·,

d,•u ~t) Stt•ttmbc•• l/'i(i,1.

Dt• Bu,:qemeelllt•l', ){. llJ~ 1\EI\(;HOVE. t;rHII, Onrk~ en ~!hr.rmlru~lr..Cf"J um f. A .\~OO' I'.. UJ\AI~<.:Kitl .\~, li:(M)f'unJatkl~

Ie

tO

sr.111tmhre HUI3.

Le Bourgmeslre, .(JII' DE KEI\CHOVE.


En dat hy den trots van Rome Magtloos hier heeft neergeveld.'' De tekst van Destanberg stemt zeker niet overeen met de historische realiteit. De Vlaamsgezinden poogden van de Artevelde feesten gebruik te maken om hun ideeën te verspreiden. Op zondag 13 september werd in Spiegelhave een meeting ingericht. Thans zouden we deze meeting een "á.ltematieve inhuldiging" noemen. De Beurzen-Courant bracht dan ook een volledig verslag over deze meeting. In stoet stapten een twintigtal maatschappijen met ongeveer 2000 deelnemers op van het station naar Spiegelhove. Volgens de Beurzen-Courant waren op de vergadering ongeveer 4000 toehoorders : duizenden werklieden, alsook kunstenaars, letterkundigen, leraars, onderwijzers, dokters, advocaten. De meeting werd voorgezeten door L. Jottrand, oud lid van het Nationaal Congres met naast hem Snellaert en Kervijn de Lettenhove. Vooraf behandelde Jottrand in het Nederlands de geschiedschrijvers, die J. van Artevelde behandeld hebben. Daarna kwam de volksredenaar JanVan Rijswijck a.ati het woord. ''Dit beeld daar is geen beeld, geen onnoozel stuk steen, neen, het is een volk dat opstaat." De rede was hoofdzakelijk een kritiek op de regering. De Beurzen-Courant schreef: "Jan Van Rijswijck roert de snaer van 't hert des volks aen en weet het door korte, maar kraéhtige zinnen mee te sl~epen". Zijn rede werd vaak en uitbundig toegejuicht. Emiel Moyson gaflezing van de rede van Van den Berghe, voorzitter van de Vlaemsche Broederbond van Brugge. Daarna sprak hij in eigen naam. Hij veroordeelde de bekrompen officiële betoging ter ere van Artevelde. Daarentegen : "Deze meeting, deze machtige volksbetoging was ingericht uit plichtsgevoel. Het is· niet genoeg hulde te brengen aan de Volksheld; wij mogen niet uit deze zaal treden zonder den heiligen eed te hebben gezworen de groote Vlaamsche plichten te behartigen met moed, met volharding, met opoffering van onze rust". Emiel Moyson .vraagt dat alle aanwezigen zouden lid worden van het Vlaemsch Verbond. Ook Bilen en De Ridder voerden nog het woord : iri. krachtige bewoordingen deden ze de ergste grieven van de Vlamingen uitschijnen, inzonderheid de grieven tegen het leger en het gerecht. Ze herinnerden aan het feit, dat onmiddel·lijk genade werd verleend aan de Walen, die in 1861 veroordeeld waren na de troebelen in Henegouwen, terwijl de Vlamingen - de Gentenaars, veroordeeld na de staking in de Grasfabriek in 1861- in de kerkers kwijnden en uitteerden. De Beurzen-Courant betuigde een warme sympathie voor de meeting; dit was echter niet het geval voor de andere

86


../{ ... ;,.'\4-Q

ff~~«.J< ,.,,..;.q.l.",u-ê.,-c".

1<.": ..

· ,"- !ion ll'ornuH . ·. !1':~",~.." 1;;tk'J~/..~ ~ ~ flj~,r~, .. .._..,;.,.r...... -:.: :. .·

-~·'" ~· '-··~..-~

-. •Jlele.vés " -

,. . . '=' ... ~C... t .),u...c..e- rt-t ...~i<..u j(."""tk.,.... "-" Y~1:Jl b~"'u.\·i«~:~c.«., et:.Q.f~H" J~m....~ 4.-fwc;ft~

(f,ntr«.''-'""

''>

'

~feh ut4g~M&C ~ ~{ &..t1.1Jt~l!.u-.ide/ r C:f-:.~~tf'-\\.U~l:Yd cee.'tM.U"~ S~t..U1.-C«.I e.tt. ..d•t.~~·c/ s~r6« ...\ ~~ -r... -W·'~·I·IU~ tm. c'"~ ~ t3P..t<e' è t ~ .. ~ ~ _..,., •'l:-a..d t).e, Jt>uw~~ fK.:u...).f~~.l ""c. ~l~..-lfot «..-- f""~u...,. . -13-.tu~~ J.,, lt.,.~~~

c. .

..

.

I'

•,"-".1J,iilsscrres

'

~

'6.eu,.rl~t ~ h n~.c:~...,ue/ -~

Jfl..--,.;t;)~l."'-"..-

tii.-N:(..f'-e/

..u-u...-c- p-t.ub

ftcf<'c..- ~ f'"'"'·a.«.,

c,.;,"""' J......,f_; -r,..,t.-ciu-,_t} ·~>:Drs-sr:rt o~

~ fa.c.c.tJ~ f <a.r ,...,.,_._;ft<

1 t- -f\«Lt.n Co~~~..., r'Dn.c.roL;~~.., jJA--i...~t ..><'> Jru:it s. ;<;<--

é\.-ua.u.4 .;\.,. m.,eP«.<,fito.:.,.;,.'-w.~é.·'-~. 9o~t<-.". fY'9'*''-U.\.<A. d:C:t.

>

i

..

It


kranten. Le Bien Public schreef: "Un cortège de sociétés flamingantes est parti de la station pour se rendre au vaste local Spiegelhave ou un meeting avait lieu. Plus de 3000 personnes assistaient à cette réunion". Verder niets. De Stad Gent (liberaal) heeft de meeting niet kunnen bijwonen en brengt een verslag volgens de Gazette van Gent: "De zaal was voor een vierde gevuld; er was weinig geestdrift. Van Rijsw)rck heeft zeer vele goede dingen gezegd, waardoor daverende toejuichingen der gansche menigte werd verwekt, maar toen hij het punt behandelde betrekkelijk den toestand onzer. fabriekarbeiders kraamde hij een hoop onzin uit". Alzo kentien'we ook het oordeel van de G. van Gent. De feestelijkheden in verband met de onthUlling van het standbeeld van J. van Artevelde begonnen op zaterdag 12 september met een grote brooduitdeling aan de armen. Op zondag 13 september had in de Academie voor Hofbouw op de Nieuwe Wandeling een Fruitkundig congres en een &uittentootistelling plaats. Er was ook een groot muziekfestival met 33 deelnemende maatschappijen. 's Avonds was er een kosteloze vertoning ingericht door de Fonteinisten, die het toneelstuk Jacob van Artevelde van Fr. Van Geert opvoerden. Op maandag 14 september werden de deelnemers aan het Congres ingericht door de Internationale Vereniging ter bevordering van de Maatschappelijke Wetenschappen op het stadhuis ontvangen. Hierover verder meer. Op verzoek van het stadsbestuur waren talrijke huizen versierd. Aan vele huizen prijkten opschriften, die de roem van Artevelde bezagen. De feestelijkheden hadden ook een massa vreemdelingen naar Gent gelokt. In Le Bien Public vonden we de volgende aankondiging. Café du Nord, Marché du Vendredi. On est informé que l'entrée de la grande salie est fixée à midi par la rue du Laitage (Zuivelstege). Le prix des places est fixé comme suit : 1° rang: 5 fr., 2° rang: 4 fr., 3° rang : 3 fr." Rond twee uur kondigden 21 kanonschoten de aankomst van de koninklijke trein aan. Aan het station waren twee Legioenen van de burgerwacht en een deel van het garnizoen opgesteld. De hoge bezoekerskoning Leopold I, de graaf en de gravin van Brabant en de graáf van Vlaanderen - reden naar het gouvemementshotel. Terwijl stapte een stoet met practisch alle Gentse maatschappijen naar de Vrijdagmarkt. De koninklijke tribune was opgesteld rechtover het standbeeld. Verder stond een estrade voor de 1200 uitvoerders van het koor. De Vrijdagmarkt was zwart van het volk; aan al de ramen van de huizen en tot

88


89


op de daken zag men kijklustigen. Om drie uur kwamen Rogier, minister van Buitenlandse Zaken en Van den Peereboom, minister van Binnenlandse Zaken, vergezeld door het stadsbestuur aan. Kort daarop kwam Leopold I met zijn gevolg aan. Ze werden uitbundig toegejuicht. Burgemeester Charles de Kerchove sprak de feestrede uit in het Frans. Volgens de burgemeester was J. van Artevelde de eerste stichter van de Belgische nationaliteit. "Jacques van Artevelde, on peut donc le dire, fut le précurseur de la nationalité belgeet de ses libres institutions". Voorwaar een zonderlinge voorstelling. Daarna werd de kantate Jacob van Artevelde op tekst van N. Destauberg en muziek van Gevaert uitgevoerd door de Koorm~tschappij versterkt door leerlingen van de stedelijke scholen en door zangkoren van de gemeenten Aalst, Brugge, Dendermonde, Baarle, Gavere, Lokeren, Deinze, Merelbeke, Oostakker, Sint-Niklaas, leperen en Oudenaarde. Beeldhouwer De Vigne-Quyo ontving uit de handen van koning Leopold <ie Leopoldsorde. 's Avonds werd de vorst een banket aangeboden in de opera. Er was nog een bal in de maatschappij Union. Vele gebouwen waren verlicht. In de voormiddag van dinsdag 15 september moest koning Leopold terugkeren naar Brussel; zijn dochter Charlotte was te Brussel aangekomen voor zeer belangrijke besprekingen in verband met het vraagstuk Mexico (zie A. Castdot: Maximilien et Charlotte du Mexique bl. 19 2) Maar de feestelijkheden gingen verder. De Frère-Orbanlaan werd ingehuldigd; in de namiddag werd op de Vrijdagmarkt de kantate een tweede maal uitgevoerd. 's Avonds was er in de schouwburg Minard een kosteloze toneelvertoning, waar Broedermin en Taalijver het stuk J acob van Artevelde van Van Peene opvoerden. Er was nog een feest in het Casino en een volksbal op de Kouter. De Arteveldefeesten werden besloten op woensdag met een groot concert in de Dierentuin door de muziekkapel van het 7° linieregiment en met een VenetiaansJeest om negen uur 's avonds door de maatschappij der Gentse Regatten. Om te eindigen moeten we nog het een en ander vertellen over het congres ingericht door de Association international pour Ie progrès des sciences sociales, congres dat een massa inkt deed vloeien. In zijn toespraak tot de deelnemers aan het congres verklaarde de burgemeester: "Ce sera un des meilleurs titres de notre siècle devant l'histoire que ces réunions spontanées de libres penseurs, discutant publiquement toutes les grandes questions d'ou dépendent l'avenir, le bonheur de l'humanité". Reeds in augustus verschenen krantenartikels in verband met het congres: Na artikels op 27.7 en 1.8 in Le Journal de

90


91


Gand schreef Le Bien Public op 12.8 : "Le fameux congrès pour le progrès des sciences sodales serait le contre-pied du Congrès de Malines, dont l'influence sera contrebalancée en quelque mesure par celle du congrès social qui va sièger à Gand". Het congres was voorgezeten door D. Vervoort, liberaal, oud-voorzitter van de Kamer. Naast een duizendtal Belgische deelnemers, waaronder een vijftal katholieken, iets wat Le Bien Public zal betreuren- ook de jonge Woeste (geboren in 1837) sprak op het congres en verdedigde er de-stellingen van het congres van Mechelen in verband met het onderwijs -, waren er ook een groot aantal buitenlandse deelnemers (380), voornamelijk uit Frankrijk (183), maar ook uit Duitsland, Engeland, Spanje, Italië, Nederland (57), Portugal, Rusland (17), Zweden, Zwitserland en de Verenigde Staten. Het congres was verde~ld in vijf afdelingen. In de afdeling wetgeving werd onder meer de doodstraf behandeld. In de afdeling opvoeding en onderwijs voorgezeten door de Gentse hoogleraar De Rote : hier was Veth vertegenwoordiger van het Nut van Nederland, sprak Heremans in het Nederlands - het ganse congres verliep natuurlijk in het Frans- en kwam Woeste aan het woord. De afdeling Kunsten en Letterkunde was voorgezeten door H. Conscience met als secretarissen Paul Voituron en prof. Wagener. De afdeling Gezondheid en Liefdadigheid had als voorzitter prof. Burggraeve en als voorname spreker Ducpétiaux, de afdeling Staatshuishoudkunde had als voorzitter Rolin. De verslagen van het congres- Annales de l'association interionational pour le progrès des sciences sociales. Deuxième session. Congrès de Gartd 1864 (B.R.U.G. : B 8150) kunnen ons thans nog weinig boeien, we moeten :ie echter plaatsen in hun tijd en toen verwekte het congres in katholieke kringen heel wat opschudding. Le Bien Public zal de brochure "Leslibres-penseurs peints par eux-mêmes. Le congrès international pour le progrès des sciences sociales. Session de 1863. Esquisse tracée d'après le compte-rendu du Bien Public" publiceren. Deze krant zal spreken van "les idées creuses, les théories absurdes, les abominables blasphèmes débités par les fanatiques sectaires du congrès de Gand". Op 29 september lezen we in Le Bien Public : "La grand'messe solennelle de 9 heures et les deux jours suivants, la messe de 7 heures .seront célébrées à l'honneur de St.-Michel en réparation de l'outrage fait à Jésus et à la St.-Eglise par les blasphèmes proférés et les impiétés cammises récemment en notre ville". Uit historisch standpunt is voor ons de rede van prof. Burggraeve over de werkmanswoningen de belangrijkste. "Gij zoudt er zien, dat alles ontbreekt : licht en ruimte. Waar zijn de baden ? de openbare wasch92


plaatsen ?" Op 17 september had de uitreiking van de prijzen plaats aan de koffiehuishouders en aan de maatschappijen, die het meest hadden opgebracht voor de armbus van de "Zonder Naam niet zonder Hart". Voorzitter Dierman-Seth sprak in het Vlaams en maakte een bilan van de werking: sedert de stichting in 1857 had de maatschappij 113 342,01 fr.uitgegeven voor liefdadige doeleinden. Daarna sprak Jules Sirnonde keuze van de spreker is betekenisvol voor de politieke richting van de Zonder Naam - over de liefdadigheid. De Artevelde-feesten liggen reeds in een ver verleden. Vermoedelijk was het in 1863 nog onmogelijk de figuur van Jacob van Artevelde objectief te benaderen. Reeds 116 jaar staat het machtige standbeeld van Jacob van Artevelde op de Gentse Vrijdagmarkt; vele Gentenaars kennen nog enkele regels-Wie herbracht hier de rust op een teeken van zijn hand ? - uit de feestkantate. M. STEELS

EEN EN ANDER OVER DOOLHOVEN EN VERMEENDE DOOL-. HOVEN HIER EN ELDERS Omstreeks 1500 jaar voor Chr. regeerde op het eiland Kreta (dat langwerpig nogal berucht eiland bezuiden Griekenland) een konmg die . Minos heette. Het is deze vorst die aanzien wordt als de grondlegger.· van de naar hem genoemde Minoïsche beschaving. Op zekere dag belastte hij de Atheense architect Daidalos met de böuw van een pá.leis dat zijns gelijke niet mocht hebben. En dat volgens de legende moe~t dienen om de wilde, ontembare en alom gevreesde Mino'taurus in op te sluiten. Die Minotaurus was, moet u weten, de vruéht van een tegennàtuurlijke liefdesverhou~ tussen de koningin ~li de. fabelachtige witte stier. Meneer Minotaurus (taurauvan Minos) had een slank mensenlijf waarop een lelijke stierekop geplant ·stond, iets dat men van zo'n schoon lichaam niet zou verwachten. Het paleis dat in de koninklijke stad Knossos verrees telde honderdtallen van kamers en gangen die derwijze met elkaar verbonden waren dat slechts de ingewijden er hun weg konden in terugvinden. Naar Minos' embleem, een tweesnijdende bijl in het Kretensisch LABYS ge;; noemd, gaf men dit reusachtig gebouw alras de naam van LABYRENTOS, naam die na verloop van tijd door al de kultuurvolken met

93


\0

Afb. 1.

"""

Stadhuis van Gent . PacificatiezaaL Gezicht op de fameuze kronkelweg. De in- en uitgang bevindt zich onderaan in het midden van het labyrint. Bemerk de vier onderste rijen steenen. Deze maken deel uit van de vierledige versiering. Slechts is de kronkelweg in zijn gansheid te bewonderen als de brede en lange loper die de twee einde van de zaal verbindt weggenomen is, wat hier het geval is. (Foto Dienst v. Toerisme)


schwung overgenomen werd: labyrint: (Ned.); labyrinthe {Fr.); labyrinth (Dui. en Eng.; laberintho (Sp.); laherento (It.). Van die Minotaurus werd verteld dat Athene hem jaarlijks zeven jongelingen en evenveel maagden moest aanbieden opdat hij zijn reuzehonger zou kunnen stillen. Is zeven niet steeds een overal een heilig getal geweest ? Denk in dit verhand maar aan de zeven oude wonderen van Gent. En aan de zeven pilaren. En aan de zeven markten op de Veerleplaats. En aan de zeven poorten. En aan de zeven hospitalen~ En aan . de zeven hoge torens. En aan de "wercklocke die zeven mael gheghoten werd". Verder vertelt de legende dat een Atheense held (Theseus) erin slaagde het ondier te doden. Die heldendaad kon hij maar verrichten omdat Ariadne hem bij het betreden van het labyrint een kluwen zijde had meegegeven dat hij voortgaande afwond derwijze dat hij na zijn overwinning op de Minotaurus de uitgang van het gebouw kon terugvinden. De zegswijze kluwen van Ariadne (f:U d'Ariane/zonder d) om uit te drukken hoe in een verwarde situatie klaarheid kan gebracht worden heeft nogniet opgehouden gebruikt te worden. Van die labyrinten die we echte zullen noemen omdat men er inderdaad kon in verdwalen of verdolen - doolhoven of dooltuinen zoals men ze in het Nederlands pleegt aan te duiden .: zijn er weinig of geen tot ons gekomen. Zoveel te talrijker zijn de onechte waarvan er integendeel wel bewaard zijn geworden. We spreken van onechte labyrinten omdat men geen vrees hoeft te hebben er zijn weg in te zullen verliezen. Per slot van rekening zijn het geen doolhoven. Laten we zeggen· "doolhoven" tussen haakjes. Een dergelijk weliswaar klein maar niettemin "doolhofje" bezat eertijds onze Bijlokeabdij. Wel jammer dat zulke romantische eigenaardigheden moesten verdwijnen ! Waar de (steeds onechte) "doolhoven" het meest in trek waren ? Vanaf de vroege middelëeuwen bootste men ze na bij het bevloeren van sommige kerken., Het spreekt vanzelf dat slechts weinïge\ran ·die mozaïeken tegen de tand des tijdS hestand zijngeweest. Tot die uitzonderingen behoort alvast het labyrint bewaard in een 4de-eeuwse kerk van de Algerijnse stad Orléansville; gelegen ten ZW van Algiers. Van heel wat jongere datum zijn die welke we aantreffen in enkele Franse (Chartres, Amiens, Serts, St.-Quentin, Bayeux, Atrecht) en Italiaanse steden (Pavia, Piacenza, Cremona, Brindisi, Lucca). Een detail betreffende laatstgenoemde stad :het labyrint aangebracht in de voorhal van de kerk is vergezeld van een drieregelig Iatijns vers dat eraan herinnert dat het ding het werk is van de Kretenzer Dedalus - die man kwamen we reeds tegen - en dat niemand die erin gekomen was de uitgang zou vinden indien hij niet evenals Theseus- ook een bekende- geholpen werd door de draad van Ariadne - eveneens een bekende - . 95


Afb. 2. De geïdealiseerde afbeelding van een zilveren muntstuk daterend van omtrent 350 jaar vóór Chr. bewaard in het British Museum . In tegenstelling tot veel andere labyrinten is het een donkergekleurd lint dat dient gevolgd te worden. De in- en uitgang ervan bevindt zich bovenaan het labyrint. Het te bereiken einddoel is door niets aangeduid; geen steen, geen boom. Onderaan de afbeelding is de naam van de stad Knossos meegedeeld. Links en rechts herkent men de voorstelling van een pijl. Waarschijnlijk het zinnebeeld van Griekenlands hoofdgod Zeus.

96


Zowel in de heidense tempels als in de katholieke kerken hadden de "doolhoven" klaarblijkelijk een godsdienstige functie te vervullen. Ver"' dwalen moest uitgesloten zijn : het mocht niet anders of de enige weg moest naar het hartje van het labyrint leiden. Omdat dat labyrint geen echte doolhof is past het beter het ding een kronkelweg of kronkelpad te noemen. Wat de vorm van die kronkelwegen betreft waren er voor elk wat wils :vierkante (St.-Omaats; rechthoekige; cirkelvormige (Lucca); achthoekige (Amiens); onregelmatig gevormde. De kronkelweg was doorgaans samengesteld uit witte en zwarte tegels. Het doelwit, hartje of middelpoot van de wandeling werd in de meeste gevallen voorgesteld door een zwarte tegel aangezien de weg zelf met witte stenen geplaveid was. Te Orléansville droeg die steen een op:schrift : Sancta ecclesia (= heilige kerk). In de openluchtkronkelwegen, dus in de tuinen, waren het hagetjes of bloemenperken die de rol van zwarte tegels speelden. Zowel stenen zuiltjes, kruisbeelden of boompjes dienden om het einddoel van de wandeling aan te duiden. Die wandeling was niet zelden het substituut van een pelgrimstocht naar Jeruzalem of elders. In welke mate ook burgerlijke gebouwen zich met labyrinte~ inlieten is zo maar op een ik en een gij te zeggen. Zo talrijk zullen ze uiteraard niet geweest zijn. Hoe dan o_ok mocht het. Gentse Stadhuis zich tot die zeldzame gebouwen rekenen. In ~elgië wellicht een uniek geval. Zoals iedere Gentenaar, die naam waardig, weet, bevindt zich die "doolhof" in de Pacificatiezaal waar hijhet voornaamste deel uitmaakt van de bevloering. We begrijpen niet al te best waaraan het te wijten is dat de gesproken én geschreven gidsen er zo weinig helatig aan hechtten en nog hechten. Onze "doolhof" was zoals gezegd slechts een onderdeel van de geplaveide vloer. In het midden ziet men de fameuze kronkelweg; links bij het betreden van de zaal - dus ·ka:nt Botermarkt vier gelijke vierkante versieringen van 15 stenen zijde. Op het einde van de zaal - dus kant van de kapel- een vloer in dambordvorm van 27 stenen bij 43. Inmiddels dringen zich een paar vragen naar voren. Van wanneer dagtekent die "doolhof"? Waarom heeft men hem precies aan die grote zaal, waarvan men in 1876 een historische zaal gemaakt heeft, toevertrouwd ? Welke plaats heeft hij in Gents verleden ingenomen? De eerste steen van " 't nieuw schepenhuns an de straete daer de greffie stond"werd reeds gelegd op 10 maart 1517 do~r Mer Ryckaert Uutenhove, burgemeester, "ende meester (architect) was van den nieuwen wercke metser Jan Stassins (1) die eenen patroon gesneden had van den wercke". Het bleefbij een steenleggingwant zoals voldoende bekend is waren het Rombant Keldermans en Domien de Wa-

97


I lil

-

-

I

-

I

I

--•

--1.1- I --

I

-

1.1

-I I I

Afb. 3. De "doolhof" waarmee eertijds het dwarsschip van de kloosterkerk te Sint-Omaars geplaveid was.

ghenmakere die met het optrekken van het "schepenhuus" =stadhuis belast werden. (2) Vanzelfsprekend eisten de schepenen dat eerst en vooral aan de ~'vierschaer" ofte gerechtszaal diende gewerkt te worden (3). Na omtrent 10 jaar aan het "huus" gemetseld te hebben geraakte de zaal zo goed als voltooid zodat de magistraat (schepenen+ hoogbaljuw) er vanaf 1528 recht kon in spreken. Zowel aan de zoldering als aan de vloer schijnt nog heel wat te doen te zijn geweest want het z~ 1533 moeten worden aleer de zg. pui die uitzicht geeft op de Hoogpoort kon gebruikt worden en de gekleurde glasramen aangebracht. Tegelijkertijd kwam de bevloering, inkluis het labyrint klaar. Volgens Sande-

98


rus, ijverig nagepraat door vrijwel al de 19de-eeuwse auteurs, inkluis Pr. daeys en De Potter, zou de zaal pas in 1563 geplaveid geweest zijn. Op zich zelf een onaanvaardbare datum. Beeldt u zich in dat een op macht en praal beluste Magistraat, dat wil zeggen een hooghartige hoogbaljuw (de heer van Schardau); een eerste schepen of burgemeester (Toos de Grave) en nog een schare niet minder pretentieuze en veeleisende heren schepenen, gedurende maar liefst 35 jaar recht zou willen spreken hebben in een ''vierschaar" zonder een ordentelijke zoldering boven hun edele hoofden en met een gemene plankenvloer onder hun al niet minder edele voetzolen ? Vraag mij niet wie op de gedachte gekomen is de allerernstigste ''vierschaar" met een "doolhof" te begiftigen. Ik weet het niet. Wel dat de ontwerper van die rare vloer gaan kijken is naar Sint-Omaars (SaintOmer) waar in de aan Sint-Bertijn gewijde abdijkerk een prachtig exemplaar van zo'n mozaïek iedere bezoeker, dus ook hun, de ogen uitstak. Helaas werd de kerk in de 16de eeuw met de grond gelijk gemaakt. Een groot geluk dat voor het te laat was voortuitziende en kunstlievende handen van het labyrint een getrouwe kopie gemaakt hebben. Waarom de Gentenaars precies Sint-Omaars' vloer als voorbeeld uitzochten? Vergeet niet dat die stad tot 1678-79 deel uitmaakte van de Zuidelijke Nederlanden, waarmee gezegd is dat beide Vlaamse steden, Gent en Sint-Omaars een eeuw voordien de uitstekendste betrekkingen onderling onderhielden. Inderdaad was laatstgenoemde stad voor menig handeldrijvend Gentenaar een vertrouwd gebied. Laat ons liever de afbeelding van Sint-Bertijns "méandre" of ''dédale" - zegt u die. naam niets ? - met een paar argusogen bekijken. Ingeschreven in een vierkant van 49 stenen zijde is de "aoolhof" zo symetrisch mogelijk geconstrueerd. Zo symetrisch mogelijk omdat een echte symetrie nu eenmaal niet mogelijk is. De witte kronkelweg beslaat 1151 tegels van de 2401 (49 x 49) waaruit de vloer samengesteld is. De ingang (meteen de uitgang) bevindt zich in het midden van de onderste rij stenen. Het doelwit, een zwarte steen, ligt precies in het midden van de vloer. · Dat de Gentse "doolhof" inderdaad een bijna getrouwe nabootsing is van de Sint-Omaarse, blijkt reeds bij een oppervlakkige vergelijking van de twee mozaïeken: centrale ligging van het zwarte doelwit; assymetrie van de compositie; start en aankomst van decwandeling in het midden van de eerste riJ:tegels. Alleen de vorm verschilt: de onze is rechthoekig (49 x 41 tegels) in plaats van vierkantig. Integendeel wijst alles erop dat de grootte van de stenen behouden werd : 27 cm zijde. Hadden de Gentenaars genoe99


I

I

!

I

I

I

I

I I

'

I

I

I

I I

I

I

I

I I

:

I

I

I I 1-

I

\

I

•• • -

I I

I

I I I

I

'

I

I

I I

I

I, --

-• •

-

I

I

I I

I

I

I I

I

I

I

--• •

I

I

! I I

I

I

• •

• • I

I

I I

-1-.--. -·---

•• •

' I

I

'

I

I

I

I

I:.

I

I I

I

I I I I

I

I

I I

I I

' '

I I

I

I

I I

..

I

I

I

--

I ;

I I

:

I

I

l

I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

.·••

I

I

• -

I I I

I

I

I

I

I

I

I

I

I

•••

I

Afb. 4. Stadhuis van Gent. PacificatiezaaL De kronkelweg. Het wit lint begint en eindigt in het midden van de onderste rij tegels.

gen genomen met stenen van amper 4 cm kleiner, dan ware onze "doolhof" er eveneens een vierkante geweest. Wat stond er de "Vierschaar" anders over dan vrede te nemen met een rechthoekig labyrint? Van de 2009 tegels (41 x 49 ) zijn er 959 witte en 1050 zwarte (lees blauwe). Wat men zich in de verste verte niet realiseert is de lengte van onze (witte) kronkelweg: 258,93 m (0 ,27 m x 959). Aangezien men eenmaal het einddoel bereikt niet anders kan doen dan op zijn stappen terugkeren, wat een wandeling veronderstelt van 256,50 (0,27 m x 950 (959- 9)) bedraagt de volledige tocht maar liefst 515,43 m. Zegge iets meer dan een halve km ! ! ! Voorwaar geen peulschil, vooral voor onze 16de-eeuwse voorvader of 100


-moeder die door de schepenen veroordeeld was de kronkelweg eenmaal of meerdere malen kruipend op de knieën af te leggen, wellicht een bedelstafen/of een bedelzak meesleurend. Uiteraard hadden onze kruipende (en zwetende) zondaars zich nog niet zo overdadig te beklagen want ten slotte was hun kruipende tocht niets meer dan een flauw afkooksel van de bedevaart die ze eigenlijk verre van huis hadden moeten volbrengen: naar Jeruzalem, naar Rome, naar Aken, naar Santiago de Compostela, of wat dichter bij huis, naar Halle in Brabant. Nog in de loop van de 16de eeuw geraakte de Gentse "doolhof" in onbruik. Zoals dat in zo menig geval voorkomt kwam meteen zijn historische functie in de vergetelheid terecht. In zoverre dat men een verband meende te moeten leggen tussen hem en de paartjes die in het Stadhuis in het huwelijksbootje kwamen stappen. Stel u voor : in Keizer Karels tijd ! ! ! Ik vergat bijna te verklappen dà.t de in de kerken aangebrachte labyrinten minder uitstaans hadden met gerechtszaken dan met devote bedrijvigheden waarbij het verwerven van aflaten of het bekomen van voordelen en niet te onderschatten rol speelden. Natuurlijk mits betaling van de onkosten, een transactie waarvoor.de heren schepenen al · niet minder gewoon waren de edele neus op te trekken. · Mag ik u als afscheid een tip geven ? Wie de lust mocht bekruipen kennis te maken met echte, onverdachte en onschuldige doolhoven, hij (of zij) kan die aantreffen en bezoeken te Parijs (in de beruchte Catacomben), in Hampton Court (niet ver van Londen), in de Gemeentegrot te Valkenburg(in Nederlands Limburg), in de Belgische en buitenlandse grotten en als hij (of zij) het wat dichter bij huis wenst te doen, dan kunnen ze hun hartje ophalen ofwel te Adinkerke (bij De Panne) ofwel te Loppem (Zedelgem). Deze doolhof die in de tuitl van het Kasteel van die naam (4) naar het plan van E. H. Van der Meersch iri. 167.3 uitgevoerd werd en een oppervlakte van 25 are heeft, was aanvankelijk slechts toegankelijk voor de kinderen van de kast~elheer. Vanaf 1892 mochten de familieleden, vrienden en kennissen hem betreden. Tegenwoordig staan zijn hekken wagewijd voor iedereen open.· Van 1 april tot 31 oktober. Alhoewel het niet mijn doolhof-verhaal uit en amen is kán ik aan de verleiding niet weerstaan er een staartje aan vast te binden. Ik wil nl. een soort labyrint te berde brengen die in de middeleeuwen, met name in Spanje, lang in trek: geweest is. Een soort dat men gedenk-labyrint gedoopt heeft en dat bestaat uit een groot schaakbord waarvan omtrent de helft van de vierkante op een van hun hoekpunten staande 101


Afb. 5. De kronkelweg zoals die tot omtrent 19 50 een tuintje van het Bijlokemuseum versierde (bemerk de 14de-eeuwse gevel van de refter). Tegenwoordig bestaat de versiering uit een zesstralige ster in het¡ midden waarvan een hagedoorn geplant is. Wellicht hetzelfde boompje dåt we op de foto herkennen. Plaat 100 van het Album Gent Gand Ghent Gent Gante, uitgave Meddens, Bruxelles, 1978. Foto bereidwillig meegedeeld door de heer A. vande Kerkhove, conservator van het museum .

102


velden rood, geel of zwart gekleurd zijn. In elk van de wit gelaten velden staat een rechte of scheve letter geschreven. Startend met een bepaalde letter kan een zelfde woord of reeks woorden een groot aantal keren gelezen worden. In de veronderstelling dat u goed kunt lezen. Soms is het een spreuk of iets dergelijks die men u uitnodigt op het spoor te komen. Omdat dat herhaaldelijk lezen van een zelfde spreuk of boodschap u willen of niet aan die boodschap doet denken gaf men aan dat labyrint de naam van gedenk-labyrint. Het gedenk-labyrint waarover we het zullen hebben komt voor in een uitermate belangrijk handschrift dat bewaard wordt in de Biblioteca Nacional te Madrid. (5) Dat pak perkament is getiteldMoralia in job (commentaren op het bijbelboek Job) en is een kopie van een nog precieuzer werk waarvan de auteur niemand anders is dan paus Gregorius de Grote, heilige en kerkleraar. Geboren omstreeks 540, gestorven in 604. Paus van 590 tot 604. Is het nodig erop te wijzen dat in Gregorius' manuscript alles behalve gedenk-labyrinten geschilderd werden? Doch laat ons naar onze kopiist terugkeren. Florentius - aldus heette de man - schijnt een man van de daad geweest te zijn : een die weet wat hij wil. Hoe devoot en nederig hij ook is ver~ kondigt hij in zoveel herhalingen dat hij is "onwaardig herdacht te worden". In het Iatijn klinkt die velzin FLORENTIUM INDIGNUM MEMO RARE. Omdat die Iatijnse verzuchting voor mij naar duister Iatijn is probeerde ik het niet 's mans ongetwijfeld moeilijke letterpuzzel op te lossen. Zouden mijn lezers het geheimzinnig geval beter dan ik tot een goed einde brengen? Veroorloof mij eraan te twijfelen. · Om ze niettemin het genoegen te verschaffen met een allerècht gedenklabyrint kennis te maken construeèrden we naar Florèntius' model een in het Nederlands gesteld afgietsel ervan. Om de pil enigszins te vergulden vervingen we het rechthoekig voorbeeld (20 bij 13 vierkantjes) door een vierkante rooster van 13 vierkantjes zijde. Zie de afbeelding. De (uw) opgave bestaat erin met de overvloed van C's, D's, E's, G's, H's, I's, N's, S's, T's en Y's zo dikwijls als het mogelijk is de titel van ons tijdschrift GHENDTSCHE TYDINGHEN in de doolhof op te sporen. Telkens wordt aangevangen met de letter G (aangeduid door middel van een pijltje) om te eindigen met een van de N's (ook aangeduid door middel van pijltjes). De symetrie van het schaakbord brengt met zich mee dat het te zoeken aantal titels EVEN is. Bewonder de GHENDTSCHE TYDINGHEN tot uw ogen ervan schemeren. En- een goede raad - om uw tel er niet bij te verliezen, breng er uw vingers bij te pas. Volstaan die vingers niet, neem dan maar gerust uw toevlucht 103


Afb. 6. Een gedenk-labyrint zoals er maar weinig te vinden zijn en dat we liever een letterpuzzel :1:ouden willen noemen. Zwaar te verteren voer voor de liefhebbers van dergelijke spelletjes.

tot een telraam. Als u er een hebt. Zo niet doe dan wat de teerlingspelers doen en werk met kooldragerkens. Ik vrees dat het een hele rij wordt. Meent u dat het gedenk-labyrint voor u geen geheimen meer heeft ga voor mijn part maar in vrede naar bed. ¡

M. VAN WESEMAEL

104


NOTEN ( 1) Het was dezelfde Stassins die het ontwerp tekende van de toren van de St.Janskerk (nu St.-Baafskathedraal) dat vanaf 1531 uitgevoerd werd. Ook voor het Oudenaardse Stadhuis maakte hij een plan dat niet uitgevoerd werd. In 1943 gaf de stad zijn naam aan een straat. (2) Het ontwerp van de twee architecten wordt bewaard in het Bijlokemuseum. Zonder overdrijving een van de waardevolste documenten die ons land bezit. (3) Zie H. Howé, Het Stadhuis van Gent. (4) Het was in het Kasteel van Loppem dat direct na de ondertekening van de Wapenstilstand (11-11-18) een samenkomst plaats had tussen enerzijds koning Albert en anderzijds Eduard Anseele en Paul-Emile J anson. En zulks ondanks de afwijzende houding van 's konings ministers (van het Ministerie van Le Havre). Een samenkomst trouwens die op dat ogenblik heel wat stof deed opwaaien. Anseele deed zijn intrede te Gent als minister. ( 5) Zie de Bibliografie, laatste titel. BffiLIOGRAFIE

De Potter, Gent Pr. Claeys, L'Hotel de Ville de Gand A. van Werveke, Kronkelwegen en Kronkeltuinen, Vooruit, 1923 (?) E. Verstraete, Een zestiende eeuwsch Doolhof te Gent, Hamer, okt. '43 H. Nowé, Het Stadhuis van Gent. 1949 G. van Severen, Le mystère du dallage de lasalle de la Pacificarlon à l'Hotel de Ville, La Flandre libérale, 220662 Spaanse en Vlaamse Miniaturen uit Spanje, Kataloog v.d. Tentooistelling in de Kon. Bibl. te Brussel, 1964 Dictionnaire des Symboles, 1969 Gids van het Stadhuis, 1967 John Williams, Spaanse Miniaturen uit de middeleeuwen, 1978

EEN NIEUWE GENTSE PLAAT IN 'T STAMCAPE door Romain Deconinck, Walter De Buck, Bert Joris en Yvonne Delcour. De plaat brengt de volgende liederen en teksten : het vermaarde Santé, Santé, Tante Nitte en Nonkel Miele naar 't Chinees restaurant, 't Vliegerke, 't Aototje, Gentse Feestmars met Niet te vroeg, Mie Katoen, Moederke doe open, Vive van Boma, Pigou die ging om huge, Mijn nonkel Pier, Mijn Pa is facteur, Een patoaterhistorie, Handen van 't Poatershol, Moppen in 't Stamcafé, Papa heeft een tandem en het En 'k zou ni girre trewen. Een plaat voor een gezellige vriendenavond thuis. HET DOCUMENTATIECENTRUM VOOR STREEKGESCHIEDENIS TESINT-AMANDSBERG Het Documentatiecentrum omvat twee grote afdelingen, die op een

105


parallelle manier opgebouwd zijn en waartussen een strenge scheiding onmogelijk is : een bibliotheek en documentatiezalen. In de bibliotheek staan aan de ene kant de lokalia, aan de andere kant de heemkundige wetenschappen. Bij de heemkundige wetenschappen zijn, naast algemeenheden (zoals bibliotheekwezen en encyclopedieĂŤn), in hoofdzaak volgende wetenschappen ondergebracht: geschiedenis (met inbegrip van de hulpwetenschappen : archiefwezen, genealogie, heraldiek, paleografie, archeologie, enz.), volkskunde, taalkunde (inz. naamkunde en dialectologie), letterkunde, economie (d.i. landbouw, tuinbouw, veeteelt, industrie, handel, financies, enz.), natuur (d.i. geografie, geologie, bodemkunde, flora, fauna, enz.), kunst, onderwijs en cultuur. De sectie volks"kunde werd, met lichte aanpassingen, geordend overeenkomstig het classificatieplan Hoffmann-Krayer. De overige secties werden naar het model van de volkskunde opgebouwd. Aan de sectie onderwijs is een verzameling schoolboeken toegevoegd, eveneens systematisch geordend. De afdeling lokalia bevat een sectie BelgiĂŤ zonder Oost-Vlaanderen, een sectie Oost-Vlaanderen (waarin bv. provinciale administratie, bisdom, publicaties van de heem- en geschiedkundige kringen), een sectie Gent, een sectie Sint-Amandsberg en reeks overige gemeenten geordend volgens postnummers. Binnen elke gemeente is er opnieuw een systematische ordening met in hoofdzaak volgende rubrieken : algemeenheden, geschiedenis, beschrijving, admfu.istratie, personaliteiten, sociale voorzieningen en gezondheidszorg, seculiere geestelijkheid, reguliere geestelijkheid, onderwijs, kunst, justitie, land- en tuinbouw en veeteelt, industrie, handel, verkeerswezen, financies, letterkunde, volkskunde en taalkunde, toerisme, politieke partijen, verenigingen. Elke groep is nogmaals onderverdeeld : per parochie, per instelling, per vereniging, enz. Binnen de kleinste onderverdeling dragen de boeken een volgnummer, zodanig dat het boeknummer meestal uit vier elementen bestaat, bv. G 2 A 7. Betreft het een personaliteit, dan bestaat het derde element uit de eerste drie letters vap de familienaam, bv. G 19 MUS 2 (= Achilles Mussche). Begint de familienaam met De of Van, dan werden de initiaal D of V en de eerste twee letters van het hoofdbestanddeel van de naam gekozen, bv. G 19 D.KE 5 (= Paul De Keyser). De secties Gent en Sint-Amandsberg zijn meer gedetailleerd dan de overige gemeenten. Boeken en tijdschriften worden niet van elkaar gescheiden. Bijgevolg staan boeken in verband met een instelling (bv. school, een fabriek) of een vereniging en de tijdschriften uitgaande van dezelfde instelling of

106


vereniging bij mekaar. De documentatie is in de mate van het mogelijke volgens een parallel systeem geordend, waarbij de secties en hun onderverdelingen principieel op dezelfde wijze aangeduid worden. Zo bv. worden zowel boeken als losse documenten in verband met het Groot Begijnhof te SintAmandsberg aangeduid met SA 10. Materieel kan de documentatie in verband met een bepaalde instelling of vereniging echter niet in haar geheel samen bewaard worden. Losse documenten en foto's, kaarten, affiches, diploma's, medailles, enz. vormen telkens afzonderlijk bewaarde reeksen, hoewel ook hier de nummering zo mogelijk correspondeert. De affiches van een bepaalde instelling of vereniging dragen dus dezelfde aanduiding als de boeken en losse documenten in verband met deze instelling of vereniging. Uit wat voorafgaat blijkt reeds dat werkelijk alles verzameld wordt wat verband houdt met om 't even welk facet van de menselijke bedrijvigheid of de natuur in het in aanmerking genomen gebied, dus zowel actuele als historische documentatie, niet alleen boeken, maar ook gelegenheidsdrukwerk (bv. uitnodigingen), verslagen, parochiebladen, tijdschriften van verenigingen of instellingen, prijslijsten van firma's, verkiezingspropaganda, affiches, diploma's, foto's, voorwerpen, enz. Ook eigenlijk archief van instellingen, verenigingen, personen, enz. wordt met dank aavaard en telkens als een eenheid bewaard en geordend volgens de voorschriften van de archiefkunde. Systematisch wordt alles verzameld wat verband houdt het werkgebied van de heemkundige kring de Oost-Oudburg en de Heemkundige en Historische Kring Gent, dus de huidige gemeenten Gent, Destelbergen en Lochristi. In een ruimer perspectief wordt geheel Oost-Vlaanderen erbij betrokken, maar dan niet meer exhaustief. Bepaalde afzonderlijke bewaarde reeksen verdienen nog nadere toelichting. De prentkaarten vormen twee reeksen : 1 o aanzichtkaarten, in hoofdzaak uit Oost-Vlaanderen, geordend volgens gemeenten én daar binnen weer topografisch; 2° fantasiekaarten, onderverdeeld in kerstkaarten, nieuwjaarskaarten, paaskaarten, verjaardagkaarten, naamdagkaarten, liefdekaarten, spotkaarten, enz. De fantasiekaarten worden bewaard. in oude albums, de aanzichtkaarten, elk in een plasticzakje, in dozen. Films en dia's staan vanzelfsprekend apart. Met de doodprentjes werd een alfabetische en een chronologische reeks gevormd. De doodprentjes van vóór 1900 worden chronologisch en hun dubbels alfabetisch geklasseerd. Die van nadien alfabetisch, hun dubbels chronologisch. In de alfabetische reeks moeten nog verwijzin107


gen komen naar de chronologische reeks van vóór 1900. De chronologische reeks is vooral belangrijk voor de iconografische evolutie. Er is geen geografische beperking voor de doodprentjes. De doodbrieven worden alfabetisch geordend. D~ verzameling geboorteaankondigingen en huwelijksaankondigingen werd nog niet geordend. Dè devotieprentjes, elk bewaard in een plasticzakje, werden thematisch geordend :Christus, Maria, heiligen (alfabetisch), religieus leven, eerste en plechtige communie, priesterwijdingen, professies, jubilea, zendingen, bedevaartplaatsen, enz. De kaarten : stafkaarten, bodemkaarten, afdrukken van Poppkaarten, plans, oude figuratieve kaarten, enz. zijn meestal opgerold.· De bedevaartvaantjes werden geordend volgens gemeenten. De affiches werden samen opgerold per instelling of vereniging. Voorwerpen zoals vlaggen en schilden van verenigingen, borstbeelden, ingelijste foto's, enz., dienen tegelijk als versiering in het gebouw. Archeologica uit de streek (inz. Herlegem) worden tentoongesteld in kijkkasten. Recente boeken worden door het Documentatiecentrum doorgaans aangekocht. Oude boeken en documentatie worden meestal geschonken. Er zijn drie catalogi : 1. de alfabetische catalogus van boeken en tijdschriften, geklasseerd volgens auteursnamen of, bij ontstentenis daarvan, volgens het eerste belangrijke woord in de titel. De en Van blijven vooraan in de familienaam. 2. de systematische catalogus van boeken en documentatie, waaraan nog een inventaris van medailles, van afftches, van diploma's, van kaarten, van voorwerpen, enz. is toegevoegd, zodanig dat elke medaille bv. tweemaal verschijnt : eenmaal bij de verenigingen, instellingen enz. en eenmaal in de inventaris van de medailles. 3. de trefwoordencatalogus, waarin van de naam van een vereniging, instelling, persoon, enz. of van een vakonderdeel verwezen wordt naar het systematisch nummer in de systematische catalogus. Het Documentatiecentrum is gevestigd in convent Engelbertus, Groot Begijnhof 46 te Sint-Amandsberg. Het is voor iedereen vrij toegankelijk elke zondagvoormiddag (behalve in juli en augustus en op feestdagen) van 10 tot 12 uur. Alleen leden van de kring Gent of van de OostOudburg mogen evenwel ontlenen; ook dit gebeurt gratis. Kostbare boeken en documenten worden niet uitgeleend. Het Documentatiecentrum is een VZW, die alleen van de stad Gent (vroeger de gemeente Sint-Amandsberg) subsidies ontvangt. De Oost108


Oudburg en de Heemkundige en Historische Kring Gent hebben hun bezit aan boeken en documentatie geschonken aan het Documentatiecentrum en verlenen ook financiĂŤle steun. MAURITS GYSSELING

BIBLIOGRAFIE

ZODE VADERZODEZOON Ons medelid, de ijverige genealoog Jacques Devriendt, komt in het tijdschrift Vlaamse Stam (1978, blzn. 129-144) een artikel te publiceren dat we als Gentenaar niet onopgemerkt en vooral niet ongelezen mogen laten. Het betreft een niet alleen verantwoorde maar tevens boeiende studie handelend over het Gents vleeshouwersgeslacht VAN LOO dat zoveel onuitwisbare sporen nagelaten heeft. De auteur die over een ontzaglijk bronnenmateriaal beschikt is er luisterlijk in geslaagd de menige eeuw omvattende geschiedenis te schrijven van slechts een van de takken van die talrijke vleeshouwersfamilie. Wat bijna ongelooflijk klinkt maar toch waar is: hij maakt ons met het geval bekend waarbij een bepaalde "zaak" maar liefst ZESTIEN keren van vader op zoon overging. De eerste in de lange reeks, stamvader Jan leefde in de 2de helft van de 14de eeuw. Zijn laatste (voorlopige ?) verre afstammeling werd in 1924 geboren. Het spreekt vanzelf dat Devriendts opstel tevens andere facetten van het probleem belicht, met name de tĂĄlloze huwelijken die tussen de leden van de verschillende geslachten gesloten werden, in hoofdzaak de Van Melles, de Minnes, de Deynoodts, de Nevelincs, de Seyssones, om slechts de voornaamste te vermelden. Kortom ons werd een lectuur gepresenteerd waarin niet alleen de liefhebbers en de amateurs van de familiekunde hun gading zullen vinden.

v.w.

OPLOSSING PUZZEL NOVEMBER 1978 De puzzel1978 kende weer een flink succes. Een lid schreef "Lekker moeilijk, maar toch gevonden ! " De volgende leden vonden de juiste oplossing: mevr. D. Sarteel, mevr. A. Gadeyne-Desmuel, de heer109


p i4L FY N • GO E y c K•c L DE E • A u 5 • y 0 EN s • A N5 E ~ LE • B R A UN ,. 0 UY 5E • 8 LBE RT • WEN E MA E R • F ER R E R • T R I E ST • A RN u L F • BE V E RE N • WJ NN E H. Kolier wonende te Grez-Doiceau, de heer D. Vervenne, mevr. J. Somers, de heer A. Mast, mevr. E. Wauters-D'haen, mevr. Y. Eykens, de heer P. De Caluwe, de heer L. Lefebvre. Allen : oprecht gefeliciteerd.

TE GENT NOOT. Wegens technische moeilijkheden is het de redactie niet altijd mogelijk tijdig de voornaamste gebeurtenissen te Gent te vermelden. Toch meent de redactie dat het wenselijk is deze gebeurtenissen - alhoewellaattijdig bondig mede te delen.

1. In september 1978 vierden de Spinnessen hun driehonderjarig bestaan. Opgericht als een gemeenschap van godsdienstige vrouwen in 1678 was hun voornaamste activiteit naast het gebed het spinnen van vlas. Vandaar ook hun naam. Ze waren lang gevestigd in het Hof van Nevele, gelegen op de plaats van het huidig Sint-Lievenscollege. Na de

110


moeilijkheden in de beginjaren van de Franse tijd werd de gemeenschap opnieuw opgericht in 1802 en in 1835 noemden ze zich Zusters van de H. Jozef. In 1890 kochten ze het klooster van de Victorinnen. Eerst als tehuis voor bejaarden ingericht, werd het gebouw weldra gebruikt als een ziekenhuis, het Hospitaal van de H. Familie op de Groene Briel. Het is een van de voornaamste ziekenhuizen te Gent met 444 bedden en met meer dan 600 personeelsleden. Het moederhuis van de Zusters van de H. Jozef is op de Kortrijksesteenweg. Ze bezaten ook lang een huis in de Mageleinstraat. 2. De parochiekerk van St.-Theresia van het Kind Jezus werd plechtig ingehuldigd op 16 september, 1928. Het vijftigjarig bestaan van de parochie werd gevierd einde september 1978. De wijk Rooigem op het einde van de Brugse Poort ontwikkelde zich op het einde van de 19° en het begin van de 200 eeuw : de textielfabrieken Filature du Nord (1885) later genoemd Nouvelles Linières du Canal, Filature de Rooigem (1897), de Manilla (1909), L'Union Linière en L'Avenir in 1911. Nieuwe straten werden aangelegd : in 1921 werd ook het groot wooncomplex "De Blokken" gebouwd. 3. Op zaterdag 2 september 1978 werd in het Oud Begijnhof een gedenkplaat aan de woning van Hélène Maréchal, de gekende volkszangeres,ingehuldigd. 4. Tijdens werken aan het Toreken op de Vrijdagmarkt werden heel wat belangrijke ontdekkingen gedaan. · 5. Het half-commercieel half-cultureel tijdschrift "De Mandel" is opnieuw opgedoken onder een andere vorm en een nieuwe inkleding;- Nu verschijnt het als een soort bijlage van het maandblad E3 Family Magazine in de editie Oost-Vlaanderen-De MandeL De verspreidingswijze van deEe editie is niet te volgen en gebeurt op een ons onbekende manier. Tot op heden verschenen er twee afleveringen nml. een in de uitgave van september jl. en een tweede in deze van november. Er mag nog één verwacht worden in december 1978. 6. In de Baaisteeg aan de Vlasmarkt werd door de V. T.B. ter herinnering van het 500 jarig bestaan van de rederijkerskamer Mariën Theeren aan een woning waar eertijds het steen stond, waar Marcus Van Vaernewijck woonde, een gedenksteen aangebracht. Marcus Van Vaemewijck (1518-1569) is gekend om zijn dagboek "Van de beroerlicke Tijden" en was schepen van de stad Gent. Hij was tevens factor van de rederijkerskamer Mariën Theeren.

111


AANVULLENDE LEDENLIJST 1389. Monsaert J. Bromeliastraat 38 9110 Sint-Amandsberg 1390. Werkerswelzijn v.z.w. Koning Albertlaan 87 9000 Gent 1391. Verdonck H. E. Verhaerenlaan 42 9219 Gentbrugge 1392. Oosterlinck M. Laurent Delvauxstraat 12 9000 Gent 1393. Beemaerts Ph. Gravin Johannastraat 14 9000 Gent 1394. voorbehouden 139 5. Blond~el M. Burg. eh. de Kerchovelaan 233 9000 Gent 1396. U.e.O. N.V. Belle Vue 9218 Ledeberg 1397. Broecä.ert H. Kogelstraat 36 9000 Gent 1398. Zerck P. Parelhoenstraat 46 9000 Gent 1399. De Vilder R. Kikvorsstraat 29 9000 Gent 1400. Mw.DeGrauwe K. Aannemersstraat 114 bus 1 9110 Sint-. Amandsberg 1401. Genbrugge E. Kasteellaan 12-14 9000 Gent 1402. Van Veirdeghem M. Moortelputstraat 23 9810 Drongen 1403. De Somville A. Edw. Anseelelaan 56 9219 Gentbrugge 1404. Landuyt R. Gentsesteenweg 10 9030 Wondelgem 1405. Tuytschaever U. Bredestraat 82 9040 Oosta...lcker 1406. Mw Leducq 0. Coupure Links 385 9000 Gent 1407. De Baere E. 27 Pie Post 10 4090 B.S.D. 1408. Mw. Rens E. Berenlaan 17 2340 Beerse 1409. Burggraeve M. Schepen Andrieslaan 36 9000 Gent 1410. Vande Meulebroeck E. Steenakker 24 9000 Gent 1411. Mw. D'Asseler J. Oude Houtlei 11-29 9000 Gent 1412. Histed G. Groot-Begijnhof 77 9110 Sint-Amandsberg 1413. Boebaert N. Ooievaartstraat 91 9000 Gent 1414. De elercq eh. Kerkstraat 184 9219 Gentbrugge 1415. Dr. Moerman J. Medische Cel Post 10 4090 B.S.D. 1416. Damours R. Hamerstraat 173 9000 Gent 1417. Mw. Goethals-Vaemewyck E. Frère-Orbanlaan 251 9000 Gent 1418. Mw. Van Acker J. Leon De Loofstraat 16 9219 Gentbrugge 1419. Ghysels G. Antwerpsesteenweg 7 9130 Lochristi 1420. Van de Walle G. Schuyterstraat 32 9810 Drongen 1421. De Muynck M. Beekstraat 21 9050 Evergem

Offsetdruk VITA, 97 50 Zingem

112


GHENDTSCHE TYDINGHEN Tweemaandelijks Kultureel Tijdschrift VaJl de Heemkundige en Historische Kring Gent V.Z.W. Redactie-adres : Sint-Lievensdoorgang 1, 9000 Gent 8ste Jaargang, nr. 3

15 mei 1979

Ere-voorzitter : J. Tytgat, ere-notaris Voorzitter: G. Hebbelynck Onder-Voorzitter : H. Collumbien Secretaris : R. Van Geluwe Penningmeester : A. Verbeke Ruildienst .~Van Geluwe-Eggermont A., Maïsstraat 235, Gent Secretariaat : Maïsstraat 235, Gent.- Tel. 26 23 28 Postrekening: 000-105.04.73-60- Heemkundige en Historische Kring Gent, Koggestraat 14, Gent Lidgeld : 200 fr. per jaar. INHOUD Gent in 1864

115

De Gentse Napoleonisten en hun buitennissige uitvaartgebruiken

138

Bibliografie

170

Vraag en Antwoord

174

Aanvullende Ledenlijst

17 5

.Bibliotheeken wekelijksebijeenkomsten: in het Documentatiecentrum voor Streekgeschiedenis, Convent Engelbertus, Groot Begijnhof, huis nr. 46, Sint-Aniandsberg : elke zondag van 10 tot 12 uur. (uitgenomen op feestdagen). Gesloten in juli en augustus~· Verantwoordelijke uitgever: G. Hebbelynck, Voorhoutkaai 40, Gent Elke auteur is alleen verantwoordelijk voor zijn bijdrage. Uitgegeven met de steun van het stadsbestuur van Gent en van het Provinciebestuur van Oost-Vlaanderen. 113


Op WOENSDAG 23 MEI om 20 UUR in de Conferentiezaal van het Cultureel Centrum Bank Brussel-Lambert, Graaf van Vlaanderenplein 5 Gent. Diaprojectie uit de verzameling van voorzitter G. Hebbelynck : KRIS-KRAS door het Gent van vroeger (2de reeks ) .

.L ), ~

JJj ._;

U_E

.. .:..

L !.. L

Vrouwenmode voor de rijke burgerij in 1864.

114


GENTIN 1864 1 januari : De nieuwe gemeenteraad komt samen. Burgemeester blijft Charles de Kerchove; de schepenen zijnAugustede Maere-Limnander, Armand De Leu, AugusteDe CockenAuguste Wagener. Vandaag wordt het café des Arcades geopend; het gewelf van de grote zaal is door de kunstenaar Hendrik Dillens beschilderd met gevleugelde figuren, die de vier jaargetijden voorstellen. Heden werd ook het bellen, dat het vertrek van de treinen aankondigt, weer ingevoerd. Ter dezer gelegenheid werd een serenade aan de gebuurtedeken gebracht als dank voor zijn tussenkomst bij de minister voor· het opnieuw invoeren van het vertreksignaaL 12 januari: De burgemeester schonk 300 fr.aan het Liefdadigheidsbureau en duizend soepkaarten aan de Zonder Naam. ·Er zijn weer brooduitdelingen : de maatschappij De Goede Tien gevestigd in de herberg Het Lindeken op de St.-Salvatorstraat deelt 500 broden uit. Op 17 februari zal deze vereniging nog eens duizend broden uitdelen. Ter gelegenheid van een groot maçonniek feest doet de Septentdon . een buitengewone uitdeling van brood aan behoeftigen. Ook de Fonteinisten houden een brooduitdeling. 24 januari : In de zaal Parnassus wordt een meeting gehouden door het Vlaamsch V erbond o1,1der het voorzitterschap van Obrie met aan het bureau Karel Van Acker, Speelman en Aelbroeck, advocaten en De Ridder. Er werd gehandeld over een aantal Vlaamse grieven, waaronder de verfransing van het onderwijs en het uitreiken van Franse prijsboeken. Ook in de katholieke onderwijsgestichten wordt het Vlaams verwaarloosd. 7 februari : Publieke verkoping van de kerkomamen ten, meubels, het orgel en de schilderijen voortkomende van de godshuizen Poortakker en St.-Jacobs in het beluik van het St.-Katharinagodshuis op de Kraanlei. In de opera wordt Bouchard d'Avesnes door Miry en Van Peene opgevoerd. In zijn Vastenbriefbehandelt bisschop Delebecque de nieuwe secte, vrijdenkers genaamd, alsook het congres gehouden te Gent in september laatstleden. Zondag 21 februari: In de zaal Parnassus wordt een meeting gehouden door de liberale afdeling van het Vlaamsch Verbond. Aan het bureau :Karel Vervier, voorzitter, Ecrevisse, vrederechter te Eeklo, De Geyter, letterkundige te Antwerpen, Boone, dagbladschrijver, Gondry, Driegheen J. Vuylsteke, advocaten. Vuylsteke behandelde

115


de verfransing van het onderwijs. "Uitsluitend Frans onderwijs maakt de gemeenschap tussen de geleerden en het volk onmogelijk" is de stelling van J. Vuylsteke. Bilen, voorzitter van de spinners, sprak in eigen naam en verklaarde door niemand gezonden te zijn. Een stem in de zaal riep "Door de krochtmannen" (bedoeld wordt het Vincentiusgenootschap ). Bilen verklaarde, dat noch de liberalen noch de katholieken iets voor de volkstaal en de werkman hebben gedaan. Volgens Bilen is het de plicht van elke Vlaming zich aan gèen partij te hechten; de werkman mag geen partij hebben. In de zaal werd nu geroepen: "Neen, hij moet zijn geweten verkopen voor een plaats van pijkenheer". Hierop antwoordde Boone, dat hij een gevoel van spijt had een werkman te horen verklaren, dat hij er geen belang bij heeft liberaal of katholiek te zijn. Ook Emiel Moyson verklaarde het niet eens te zijn met Bilen. De werkman moet even gelijk elke andere burger van alle mogelijke politieke rechten genieten. Verder verklaarde E. Moyson : "Ik ben een rechtzinnig liberaal en zal de kierikalen met al de kracht van mijn ziel op het gebied van de godsdienst en de hervormingen bevechten, maar laat ons de katholiek niet verstoten, die de eisen der Vlamingen rechtzinnig wil-ondersteunen" (De Stad Gend). 22 februari : In het Van. Crombrugghe-genootschap houdt Ecrevisse een lezing over het onderwerp "De maatschappelijke verbetering in de toestand der lagere volksklassen". 19 februari : Heden overleed te Gent Hippoliet van Peene. De schrijver van "De Vlaamsche Leeuw" werd begraven op zondag 23 februari. Aan het graf werden veertien redevoeringen uitgesproken. H. van Peene ligt begraven op het kerkhof van de Heuvel poort. (Biografie : zie Ghendtsche Tydinghen, 1976 blz. 263). 22 februari: Neyt vraagt de aandacht van de gemeenteraad voor de slechte toestand van de bewoonde kelders. Burggraeve vraagt de herziening van het reglement op de beluiken. Dit reglement laat nog het bouwen van woningen toe, die slechts12m2 groot zijn. "Het is aan de slechte staat van de·woningen, dat men zo veel ziekten van kinderen moet toeschrijven, die men voor ongeneesbaar aanziet, maar enkel het gevolg zijn van gebrek aan lucht en licht". 7 maart : Ter gelegenheid van de foor zal er elke zondag een trein uit Eeklo naar Gent rijden. Vertrek uit Eeklo om 16 uur; terugkeer óm 23u30 na het einde van de voorstelling in het circus. 10 maart: Prof. Dr. Burggraeve, lid van de gemeenteraad, publiceert het boek "Amélioration de la vie domestique de la classe ouvrière" met een plaat van een ontwerp van een werkmansbeluik. Einde augus-

116


~ ~

Ie 1>

-...J

I

Portret - Keizer Maximiliaan

<

H


tus zal Burggraeve nog een werk publiceren "A la mer ou Conseils pour la santé". Voor de rijke burgerij kwam een verblijf aan zee en het nemen van een bad in zee stilaan in gebrulle 16 maart: Senator 't Kint-de Naeyer heeft het kasteel van Ooidonk aangekocht. 21 maart : Le Bien Public bepaalt zijn standpunt tegenover de grondwet. "Nous disons : En Belgique toutes les cultes sont libres et nous admettons en Belgique la liberté des dissidents comme condition de la notre; mais nous disons aussi : n n'est pas vrai que l'autorité civile soit par essence incompétente pour empêcher la propagation d'un culte faux. Nous disons : En Bèlgique existe le fait constitutionnel de la séparation de l'Eglise et de l'Etat; nous I' acceptons avec toutes ses conséquences, mais nous disons aussi: l'Etat est en principe, l'auxiliaire prédestiné de l'Eglise, il est selon la parole de St.-Paul, Ie ministère de Die u pour Ie bien". Op 27 maart zal in een artikel "A nos lecteurs" Le Bien Public de betekenis van het nieuw motto "Christus vindt, Christus regnat, Christus imperat", dat geplaatst wordt onder de titel, meedelen. 26 maart: De hovekens ~erden op Goede Vrijdag druk bezocht; een grote menigte woonde in de St.-Baafskathedraal de voetwassing bij. Langs de Reep werden dertig kaarspopulieren geplant. De aanvaarding door het Weldadigheidsbureau van een gift van· 200 000 fr.bij testament geschonken door prof. M. P. De Ryckere wordt door de gemeenteraad .goedgekeurd. De gemeenteraad keurt ook het voorstel van het bestuur van de Burgerlijke Godshuizen goed, waarbij de beide weeshuizen Blauwe Meisjes in de Onderstraat en· Rode Lijvekens zullen verenigd worden en onder een wereldlijk bestuur zullen geplaatst worden. Op 12 maart was in De Beurzencourant een protest verschenen, geschreven door kanunnik F. Bracq, geestelijk directeur van de Zusters van de Visitatie. De laïcisering van de weeshuizen zal een felle p~lemiek uitlokken tussen de katholieke en liberale kranten. De Zusters van de Visitatie verlieten de Blauwe Meisjes in de Onderstraat op 24 december 1864; de Zusters Maricolen hadden de Rode Lijvekens verlaten op 1 december 1864. De broeders van Liefde verlieten het Kuldershuis op 1 october 1864. De kloosterlingen ontvingen een pensioen in verhouding met het aantal dienstjaren. Aan de beide weeshuizen werd een school opgericht, waar ook gewone kinderen werden toegelaten en waardoor de wezen meer in contact kwamen met het gewone leven, wat bevorderlijk was voor hwi ontwikkeling. 118


~

Het opblazen van de Tolhuisbrug te Gent op 20 mei 1864.


Er zullen soldaten voor Mexico worden aangeworven. De krant De Stad Gent keurt dit af. "Waarom moeten de Belgen medewerken om de Mexikanen, die hun nooit het minste kwaad gedaan hebben, in toom te houden ? Indien er in Mexico in zijn nieuw keizerrijk geen duizend personen zijn, waarop aartshertog Maxiiniliaan kan rekenen, waarom gaat hij dan over dit land regeren ?" Hierbij toch wat commentaar. Sedert de verovering van Mexico door Cortez was dit land een Spaanse kolonie. Een eerste opstand brak los in 1810 onder de leiding van de priester Miguel Hidalgo. De volgende periode (1821-1857) was een periode van voortdurende burgeroorlogen en staatsgrepen (niet minder dan 250). Terwijl moest ook een groot grondgebied (Texas, Nieuw-Mexico, Californië) worden afgestaan aan de U.S.A. Santa Ana had zich in 1853 tot dictator uitgeroepen, maar werd in 1855 door een opstand verdreven. De liberalen met Juarez voerden nu een anti-clericale politiek. De conservatieven kwamen nu in opstand in 1858 en vestigden een tegenregering in Mexicostad, terwijl Juarez zich terugtrok. Hij behaalde de overwinning in 1861, maar de staat was bankroet en kon de talrijke leningen in het buitenland niet terugbetalen. Toen besloten Engeland, Frankrijk en Spanje tot een interventie, maar alras trokken zich Engeland en Spanje terug. Keizer Napoleon 111 wilde in Mexico e(m protectoraat vestigen. De Fransen poogden Mexico te bezetten en trokken op 7 juni 1863 de hoofdstad binnen. Een voorlopige regering van conservatieven werd aangesteld, die op raad van Napoleon 111 de monarchie uitriepen en de keizerskroon aanboden aan Maximilaan op 3 october 1863 op het kasteel Mlramar. Na een massa moeilijkheden aànvaardt Maximilaan de keizerskroon op 9 april1864. Op 14 april1864 reizen Maximiliaan en Charlotte af naar het verre Mexico na nog een bezoek aan de Paus te Rome. Op 29 mei landt het nu keizerlijk echtpaar te Vera-Cruz. Dan begint de moeilijke reisslechts enkele km. spoorweg, daarna de lange weg per koets - naar Mexico-stad, waar ze zullen aankomen op 12 juni. Ma:xitiriliaan was geboren te Wenen in 1832 en huwde met de Belgische prinses Charlotte in 1857. Hij was de broeder van keizer FransJozef van Oostenrijk. Het expeditiekorps bestond uit vrijwilligers en was geen Belgische expeditie. De officieren en onderofficieren van. het Belgischlèger, die het expeditiekorps wilden vervoegen, konden van het departement vàn oorlog een jaar verlof zonder wedde bekomen. Indien ze ·na een jaar terugkeerden, behielden ze hun graad; indien ze later terugkeerden, verloren ze in België al hun militaire rechten. Er zullen zich 2096 vrij120


. ••"'"'~• den Li July. Kn!oen. - De lotale ~·erkonping van gister b<diej} lot 3~1}() ln\!en , Heden is de mnrkt·zeer hlm , en mei moeite noteerde men SilO balen, geda~m lol3 ure, aen min gehoudene pry~en : 5il baren Madr3slevcrbaer op s~plember a,en fr. '!i'\5, èoiOO dito op octobt!r aen fr. :!67.50. • u.,rlyn, den u july . Rógge ; Voorjaer 36 t ;'! , S~pL-Oct. 37 3A - llaepohe : op Suly 13 t ,3; S~pt.-OcLl3l :3. - Spi rHus • •er plaets u; I j'! , Voorjaer 15 Ii8, S~~,L-OeL lä äiS he\aehl. ........ ~.. , den 14 jUiy, Ro0t: Onde 40 s 3 d., ni ~uwe ..W s. 3 d., loopen.Je mafnd .#.{)s. 3d.; s~ptemh~r 40 s. 9d.; December 43s. 3 d. Uvu•p••'• den l5 jufy. Katoen: to,óOO oafoo rsn ll~rlen ,·erloeht. ''~ste markt.

NAEI-~IACHIENEN.

AEII·KONDI&IIGEI. Yz-el'en 'vegen van Qeut-Brugge, lRU!Jff Ee~loo, rn 't'alt Blankt'lJ:aberge.

REIS IVAER DE ZEE AEit VERMINDER DE PltYZEii (50 •lo) voor al de statiön; TOT

~5

VY.IITIIE~. •

ASNKO)f$1'.

,

'Van Gent 6 o. M s m. (I'e Blankenberge 8 u. 50 Id. 9 u. 05 • ! Id . H u. 22 TEIIUGKEEII

ABN KOMST

Van Blankenberge 5 u. 55 's av. J te Gent 8 u. 20 Id. 7 u. 30 t J hl. 9 u. 30 KorrespondeMie te Brugge met de treinllll t•an Oostende. PRYZEIS' !lEl\ l'LAET EN \'QOF. GUN t::'\ KEIWEN ;

i• kt. 2• kl. 3• kt. :Naer Brugge fr. 3·50 fr. 2-70 fr. f . 80 :Naer Blankenberge • 4-70 > 3-60 , 2-40 Evenredige verminderi~g uoor de tusschen-statiiin.

Hotel den Hert, MET

lt&tau'l.iuet. ~ 'l'noJ.>Zien

'\'~t

~

KOMI'AN!f,

VAN BOSTON,

B!!VOOl'regte leveraers der Vor:>telyke flot•en

t!ll

der

voomaemste Gestichten en Klooster,>. DEPOT TE CENT,

F~ANS

SEPTE.UB.E R.

I ,

AMEfllli.AE~SCHE

llt

AL DE ZON- EN FEESTDAGEN •

\'A :i DE

GROVER en BAKER,

Dillal'dl!l,

K.l\UIRR- RN KONINGSTRAET. t 5, TS Glm, JAN HEYE !aet bel geëerd publiek· l!fl de reizigers weleu, dat er in zyn groot Etablissement te bekomen is, goed logement. Hy beeft ook stalling voor Paerden. Dagelyks, om i uet', is er eene goede Tablc d'Hóte. Hy beveelt zich ook voor hyzondere eetmaten aen, en maekt akkoord voor Bruilofts-Tafels. Iosgelyks beveelt hyzich :~en voor het uitleveren van byzondere Bieren, per vat en per tleseb, als Dubbe.le Uitzet, Kavi~M. Lenvanseh , Peetll!·man, BeiJerseb, Faro, Lambiek, Audenael'seh, Oiesterseh en engelsehe Palll-Ale. Men verzekert geh·ouwe bediening en zeer gematigde pryzen. [3063

DIEES ,

fio\}pbande.lplaels, i 0, RekoleHenhrng,

Byzonderlyk di enslig voor : linnmmaei.~lers, kleJrma.kers, schoenmakers, klakkemnakers, curseetmaeksttws, lilel!nnack~t~:~·s, behangerê, enz. \Vm·kcude zondtw gedroisch, i 'ZOO tot HlOI} punten per minuetmakende; en 47 pt·yzen henbende behaeld in de 23 tenloonstellingen weike in 1863 in de Yereeoigde Stuten hebhen plaet gehad. Stelsel met schietspoel of met geknoopte punten, om op te p!ooijen, te fronsen, te borduren, op lwee manieren op te leggen en vast te maken, te zoomen en te boorden zondet' h' driegen. Salon- en pradl.t-mackienen met (a;miliewapeus. Het sle!sel voor GRoVER en llAKEH is het besta van al degenen, die in den handel en nyverheid zyn tol heden. - Het is ook hel eenvoutllgste en gemakke!ykst om te !ec1·cn. · Fabriekprys. --o Koslefooze herslellîflgen. Onderhoud by .aenneming. - Gemak v~n beta(2982 ling.

\Vinst op de

ä-FRANKS· T UKKEN. Ten kantoore van August

Daele, Goevernementstraat, 23; te Gent, wordt er eene PREMIE gegeven van : 4 °\oo op die van NapoMEN VRAE&T: leon I en Lodewyk.XVIII; DrukkeJ.>s-gezellell voor de Per- en de hs. En 1 o' 00 op die der 1~te Ztcb to bevrageu ter dru'-'kery J. Edvm, Lieve- • R . hl·· k. vruuwstraet, N• 555, te St-Nikofaes. (3Hï8 l epu Ie en Karel x.

Bladzijde uit De Beurzencourant


willigers, 63 officieren en 15 cantinières laten aanwerven, waarvan een 200 vreemdelingen (Duitsers en Fransen) Bij de vrijwilligers waren 91 Gentenaars en een cantinière (de vrouw van een vrijwilliger) :het waren zeven officieren, twintig militairen, dertig werklieden, vier bedienden, een student en negen en twintig met een onbekend beroep. In de loop van de expeditie zuUen drie Gentenaars - de officier Tydgadt Constant en twee soldaten sneuvelen, terwijl nog acht Gentse vrijwilligers in Mexico zullen sterven aan ziekten. Op 27 juni lezen we : "De kazerne op het Jezuïetenplein zal tegen 20 juli in gereedheid zijn voor de vrijwilligers van de lijfwacht van prinses Charlotte." De opleiding van de vrijwilligers gebeurde te Oudenaarde. Op 27 juli schrijft de Gazette van Gent: "Men heeft op bevel van de minister van oorlog Chazal uit het arsenaal van de citadel te Gent 2000 geweren gehaald, bestemd voor de soldaten van Mexico. Men heeft duizend geweren gezonden naar Oudenaarde voor het krijgsonderricht. D~ overige duizend geweren zullen per schip naar Mexico worden gezonden.". Na een troepenschouw op de Grote Markt te Oudenaarde vertrok een eerste detachement 604 man sterk op 14 october per trein naar SaintNazaire, waar werd ingescheept voor Mexico. Een tweede groep van 400 man zal vertrekken op 14 november, een derde groep van 362 man onder het bevel van de Gentenaar.majoor Tydgadt vertrok op 14 december. Een laatste groep van 190 man zal vertrekken op 24 januari 1965. 3 april : Op zondag 3 april zal er een concert gegeven worden in de patronage van de H. Joannes-Baptiste ten voordele· van twee leerlingen van de patronage om ze van de legerdienst vrij te kopen. 5 april: Te Gent overleed architect Louis Roelandt. (biografie : zie Ghendtsche Tydinghen 1977 blz. 170 ). 9 april : Te Londen wprdt een zeer winstgevende handel gedreven in kanarievogels. Te Gent, waar een bijzondere markt voor die vogels bestaat, hebben zondag Engelsen ongeveer een 1300 kanarievogels gekocht. Volgens hun zeggen zullen ze er veel geld aan verdienen. 10 april: Openbare verkoping van een koor~-windmolen, Brugse steenweg, rechtover de Hulstenboom. Koop 1 : een windmolen genaamd Macharius met alle liggende, staande, roerende en drruliende werken Koop 2 : de gebouwen, woning en stallen Koop 3 : een partij zaailand. 122


13 april: Le nouvel Empire du Mexique. "Nous déclarons que sa résolution nous semble pleinede grandeur et d'audace". (Le Bien Public) 17 april : Door de heer De Krijger werd een turnmaatschappij opgericht. 22 april : De Engelse vogelkopers zijn naar Gent teruggekeerd. Daar het aanbod onvoldoende was, trokken sommige Engelsen naar Antwerpen en Luik om kanarievogels te kopen. 24 april : Uit een artikel van De Stad Gent vernemen we, dat het SintVincentiusgenootschap enkele vergaderlokalen heeft : op Klein Turkije, aan het Spanjaardkasteel, in het Engelandgat, in Sint-Baafs en in de "soldatenkrocht" op Sint-Pieters. Een tweetal voorbeelden van de Gentse taal uit de jaren 1860. "Borstelmakers, die maar in hunne kop moeten krabbelen om zwijntjeshaar te vinden." "Hij is een pezewever, een hessepikker, hij zou durven de graantjes zout tellen, die zijn vrouw in de petaters doet". 25 april: In het Sint:-]órishof werd de verzameling van wijlen graaf de Renesse, oud-ondervoorzitter van de senaat, geveild. De eerste dag heeft de veiling 17000 fr. opgebracht. 26 april : Heden verscheen het K.B., waarbij een concessie wordt verleend voor de aanleg van de spoorweg Gent-Zelzate-Terneuzen. 30 april : Op het Artevelde plein werden 33 paarden van het regiment lansiers, die ongeschikt waren voor de dienst, verkocht. 7 mei: De gemeenteraad keurt het bestek voor het bouwen van de · kerk St.-J~ Baptiste goed. Er zal een magazijn voor petroleum worden opgericht. Drake had zijn put te Titusvillein de U.S.A. gegraven in 1859. Aanvankelijk zal petroleum enkel gebruikt worden voor de verlichting, wat lat~r ook als verwarming om op te. koken (petroleumvuur). Gasfornuizen kwamen pas rond 1910 in gebruik. Tot ongeveer 1930 zal in de volkswijken de rode petroleumkar rond rijden. 14 mei: De oude Tolhuisbrug bestaat niet meer. Men heeft het bouwwerk opgeblazen om de verbinding tussen het nieuw gegraven Verbindingskanaal met het dok te verwezenlijken. Van deze gebeurtenis maakte De Laetre een reeks foto's. Bij de afbraak van de Tolhuisbrug vond men een aantal grafzerken, die afkomstig waren van de St.-Veerlekerk. De zerken werden onderzocht door baron Jules de SaintGenois en door Ferd. Vanderhaeghen. 20 mei: Op vrijdag 20 mei hebben 90 wevers van een fabriek hun werk laten staan. Deze werklieden brachten in, dat zij te voren maar op een getouw moesten werken aan 50 m. per stuk, terwijl men hen 123


WEYt:;HS

YA~

Op ilnrntlng acu:;taerrtlc, rJen

GENT.

a Scptcmlu:r>

2:nl er, in het Loknel

.!ct Weve•s lUaetsehappy., in de Estaminet 8 1 •

JaktJ7JS, Kleine

Bolct·nwrkf. nlhkr, ecne bnitcngcwoone vcrgadering gchoudf'n wo:rden, om H t/~ m·cn ·s a\·ontls, alwaer men óvcr de ducrht~crste hdangen YMl

'i.

den wl'i·kman z:1 l lram!elcn.

n.

l~<'M

1~

Vcrh:mdeling over den arbchMoorL

2D

Ycrminderîng der wcrknrt>n.

:)<>

Het regt van den werkman.

!\."

Algemeen stemreg!.

nrukr!'

i•Y Ir

p~rsMtwn <f~n !Ft•Nrg

inlh'n foegrlnl••n W<>nlNl tiP

wrg!Hh>rln~

Wt>MPJl.

124


125


nu met een vermeerdering van slechts 50 centimes op twee getouwen

wil doen werken en aan 100 m. per stuk. Verscheidene wevers, waarvan enige hun werkboek hebben gevraagd, hebben een klacht ingediend en zich tot de goedemannenraad (=werkrechtersraad) gewend. De goedemannenraad heeft beslist, dat de 90 wevers hun verbintenis moeten vervullen op één getouw en aan dezelfde prijs als vroeger. De wevers hebben hun werk hernqmen. (Gazette van Gent 22.5.1864 ). Sinds de staking in de Grasfabriek in 1861 waren er geen stakingen, dit als gevolg van de crisis in de katoennijverheid. In juli zullen bij de fmna DeLeener (Ketelplein 9) 74 wevers een dag staken. 21 mei: Te Laken wordt prinses Stephanie geboren. In 1881 huwde ze met Rudolf, kroonprins van Oostenrijk. Na de dood van Rudolf huwde ze in 1900 met Elemir, graaf van Lenyay. Prinses Stephanie overleed in Hongarije op 23 augustus 1945. 6 juni : In L'Union wordt aan de leden, die "den roem van nijverheid en kunst hebben gehandhaafd op tentoonstellingen" een banket aangeboden. Van Duyn, voorzitter van L'Union, huldigde de leden,Verbessem bracht hulde aan de liberale regering en aan minister Van der · Stichelen. Ook burgemeester Ch. de Kerchove, volksvertegenwoordiger Jacquemyns en A. Verhaege, voorzitter van de Nijverhéidskring waren aanwezig. De politieke richting van L'Union is dus duidelijk. Er werden ook liederen gezongen. Wie kent er niet dien bloemenhof ? Die stad van Flora geheeten ? De heele wereld spreekt haar lof, Dat is alom geweten. De bloemen uit elk deel der aard Versieren er elks woning. Zijn er de havemiers ·vermaard, VERSCHAFPELT is hun koning. 10 juni: Bij K.B. wordt aan Karel Verbouwen de toelating verleend een boot te houden op deLeierecht over Akkergemkerk om: als overzetboot te dienen om de werklieden en voorwerpen, nodig voor de blekerij van wed. Story over te zetten. 3 juli: In de zaal Parnassus werd een meeting gehouden. Voor een twee honderd aanwezigen verdedigde advocaat Paul Janson van Brussel(l840-1913) er het algemeen stemrecht. 4 juli : Aan het verslag van de gemeenteraad ontlenen we : "Tant qu'existait la branche de la Lys qui passe derrière les tours du Rabot et servait de communication entrele canal de Bruges et celui du Sas, 126


la navigation surla Lieve était peu importante, Ie passage par Ie pont du péage (Tolhuisbrug) presque nul. Aujourd'hui que Ie bras de rivière dont nous parlons est à la veille d'être comblé la Lieve qui sort de la Lys au pont aux Herbes va devenir une grande artère, la ligne la plus courtede l'intérieur du bassin de Gand, de l'Escaut comme de la Lys, au canal de Terneuzen. Tous les ponts de la Lieve sont mobiles, la profandeur du lit peut être réglée sur les besoins de la navigation." De gemeenteraad besluit de Tolhuisbrug te herbouwen. 8 juli : De Gazette van Gent vindt het niet behoorlijk, dat op het grasperk voor het Justitiepaleis linnen wordt te bleken gelegd. 18 juli: Te Gent wordt een nieuwe maatschappij, de vlasspinnerij De Lieve, opgericht met een kapitaal van vier miljoen. De fabriek zal gebouwd worden aan de Terneuse vaart bij de Muidepoort. 9 juli : Men vraagt 25 goede Vlaamse mekaniekers voor de firma Rousse! te Roubaix. Het loon bedraagt gemiddeld 18 fr.per week. 21 juli :De gemeenteraad besluit de Liefdadigheidswerkplaats te sluiten. Een :woordje commentaar. In 1816 was door de vele regens de oogst volledig mislukt. Gevolg : schaarste en hoge prijzenvoor brood en aardappelen. Op een bevolking van 61 000 inwoners moest een derde worden geholpen. Uit het "Rapport général fait à M. le Maire de Gand par les commissaires chargés des secours extraàrdinaires aux indigents de cette ville depuis Ie cammencement du mois de décembre jusqu'au 2 août 1817" vernemen we, dat wekelijks 5600 tot 6000 broden werden uitgedeeld, alsook 6000 .stenen aardappelen "(op 17 mei 1817 was de voorraad uitgeput), steenkool voor de families, die over een fornuis beschikten en bussels hout voor de gezinnen, die enkel een open haard hadden, plus maandelijk~ 9600 fr. in geld. In totaal werd in acht maand voor 144 217,5 7 fr. verdeeld. In i 817 stelde P.J. De Smedt "membre du conseil et secrétaire du bureau de bienfaissance" een "Mémoire sur la suppression de la mendicité en la villede Gand" op. (B.R.U.G. : A 43 537) Volgens de auteur zijn drie instellingen nodig om de bedelarij te bestrijden : strafinrichtingen voor de bedelaars, die bekwaam zijn tot werken, werkplaatsen voor de bedelaars, die gebrekkig zijn maar toch nog wat kunnen werken en gesticltten voor de bejaarden én bedelaars, die niet in staat zijn te werken. De motivering van P. De Smedt is wel interessant. Vergeten we hierbij niet, dat de tekst geschreven werd in 1817. "L'érection du second établissement souffrirait plus de diffi.cultés. Il s'agit d'un atelier de travail, ou tout individu indis::. · 127


tinctement male ou femelle, enfant ägé de huit ans ou adulte, né dans la villede Gand ou y ayant acquis un domicile légal, sans occupation, trouverait de l'emploi et des ressources d'après ses mérites et capacité. Ainsi que nous l'avons dit, tout homme quine possède rien au monde et à qui l'on défend de mendier, a droit de demander à vivre en travaillant : la société qui dans ce cas lui refuse du travail, devient complice des excès auxquels eet homme peut se livrer par le besoin. I1 faut donc, pour extirper.radicalement la fainéantisie, établir un attelier de travail, afin de donner de l'occupation à ceux qui en manquent ailleurs. I1 faut qu'en arrachant l'homme à-l'oisiveté, on Ie dérobe à la misère. C'est alors qu'on pourra considérer la mendicité comme un crime, et qu'il sera permis d'y attacher des peines afflictives : mais il faut que la défense soit générale et sans exception, _car en la punissant par la prison etc. dans les mendians valides, on öte l'idée du crime en permettant de mendier aux vieillards, aux inftrrnes et aux personnes surchargées d'enfans. Un attelier de bienfaissance est donc un premier besoin, qui mène directement au but salutaire qu'on a en vue. A cette fm, il faut d'abord s'assurer d'un local assez vaste pour contenir 1500 à 2000 personnes, et propre d'ailleurs à y exercer la ftlature, la tissanderie, la teinture et autres métiers quelconques." In 1817 werd een Liefdadigheidswerkplaats opgericht in de oude lokalen van het Rijke Gasthuis. Het beg4lkapitaal kwam van vrijwillige giften en van een jaarlijkse toelage van het stadsbestuur. De voornaamste activiteit was spinnen en weven van vlas. Er werd ook een wollen weefsel gemaakt bestemd voor het maken van klederen voor behoeftigen en vondelingen. Zeventig tot" honderd kantwerksters werden tewerkgesteld. Verder waren er nog kleermakers, schoenmakers en naaisters, die kledingstukken maakten voor het Liefdadigheidsbureau en het Bestuur der Burgerlijke Godshuizen. Timmerlieden werkten voor het kazernement van het leger en de Burgerlijke Godshuizen. Personen, die voor elke arbeid ongeschikt waren, werden belast met het reinigen van de straten. 's Winters werd soep bereid, die aan de behoeftigen werd uitgedeeld. De bevolking van de werkplaats daalde langzaam van 1074 in 1818 tot 644 in 1829. Door de crisis van 1830 gevolg van de Belgische omwenteling steeg het aantal tewerkgestelden tot ongeveer 800 in de jaren 1830 en 1831; daarna daalde de bevolking opnieuw .

128


BROEDERS,

Ilet lang gcw:whte vonnis is eindelyk, Vrydag lactst, uitgesproken geworJen. Wy, werklieden, hehben verloren hy tf<} Prurflunnmes, doch met toe!aling, naer het sehynt, nns in

«pprl

lO VOOJ'ZÎC!l.

Nu, broeders! wy ;~Hen bedanken u hartelyk voor de reeds ontvangen vmlerst:md, en wy ve,.hopcn, dat gy, het reeds zoo schoon liefdadig wet•k, niet ·zult !aten onderblyven en ons nog ccnigc geltien zult !alen geworden. Ht' l ;.tetal onzer wt•rklietièn, zonder bezigheid, is op dit oogenb!ik zeer l..!ein 1 doch tot voortzetting van ons regt, hehooven 1vy g.eld, en gy allen, die ons aendringt om vooruit te gaen, vcrzookon wy vrieodelyk ons niet in den strik te laten. Gclicf dus uwe penningen te komen brengen, in den Bstamiuet, ilc Witte ;Jlauu·. op de Beestenmarkt 1 zondag toekomende 27 novmnber 1864. Ontvang den dank der gcwezene werklieden van M. LRSL!E

t:N

C•.

Óp maendag aenstaende, 28 november .1864, Wedmwns· iJfee(iug, in de Zacl den Polka, om 7 uer 's avonds, uitsluitelyk

v(l()r de belangen,· van het Gentschc werkvolk. ]fen zal overgaen,_tot voortzetting ecncr vereeniging, van ·\Yerktnigmakcrs, die ûch gc>ormd heeft, om het lot dezer werklieden Ie Yerhctcreo. Ieder zal vry zyn het woortl te v?eren, op vuorwaenle zich aen het hurecl aengc~cven te hebben.

Geut, rlruU..

\'Jtl

F. fU.f.E, \ïoluttens!facL tOl .

129


met een sterke daling in 1845. Tijdens de crisisjaren 1846-1850 stellen we geen stijging van de tewerkgestelden vast. In 1853 werd de Liefdadigheidswerkplaats overgebracht naar het gewezen Sint-Agneteklooster. 25 Juli :Uit een bericht van de Beurzencourant blijkt, dat er een houten brug ligt over de Oude Schelde in de Rijke Klarenstraat voor de verbinding met de Frère-Orbanlaan. 1 augustus: Door de Grondwettelijke behoudende Vereniging wordt een kiesvergadering gehouden in de St.-Jozefkring onder het voorzitterschap van Della Faille. Tijdens de kiesstrijd verschenen enkele kiesblaadjes; slechts een tweetal werden bewaard. "De Vrede, weekblad voor stille menschen" verscheen op 24.7 en op 5.8, werd gedrukt bijB. Gilliet en richtte zich voornamelijk tot de plattelandkiezers, die aangezet werden liberaal te stemmen. (B.R.U.G.: J 1452). Het ander kiesblaadje noemde zich. "De Waerheid voor Vqlk, Tael en Vaderland" en had een katholieke strekking. (bewaard in het MUl1daneum te Brussel). Het werd gedrukt bij S. Leliaert in de Koningstraat te Gent. Deze drukker zullen we op het einde van dit artikel nog eens ontmoeten, waardoor we de vermoedelijke uitgever waarschijnlijk kennen.

11 Augustus. Na een reeks politieke moeilijkheden werd in juli 1864 de Kamer van Volksvertegenwoordigers ontbonden en hadden in gans het land verkiezingen plaats. Gent Overige Totaal

_______________________ g~~~m~--~Q~~~~~~

Aantal kiesgerechtigden 3 501 Aantal kiezers 3 297 0 /okiezers 94,1%

3 497 3 191 91,2%

6 998 6 488 92,5 %

Ontwerp van de aanleg van de ringspoorweg. Op de kaart bemerkt men het ontwerp voor de aanleg van vier stations : Merelbeke, Brusselsesteenweg (later Gentbrugge-Arsenaal), goederenstations Dampoort en Rabot, alsook de aan te leggen spoorbanen. Verder kan men vaststellen : de omgeving van de citadel, van de Heuvelpoort, de Heernis en gronden ten noorden van het Rabot zijn nog onbebouwd. De Smetstraat is nog niet aangelegd, wel ziet men er het kerkhof. Men ziet nog op het plan: het Guislaingesticht, de gevangenis op de Coupure en het Casino, de Dierentuin, de spoorwegverbinding station-stapelhuis, enkele windmolens (Meulestede en drie ten zuiden van de spoorlijn Land van Waas), de kerkhoven van de Dampoort aan de Dendermondsesteenweg en van de Heuvelpoort (ten zuiden van de spoorlijn naar Kortrijk, spoorlijn, die na de aanleg van het Sint-Pietersstation naar het westen van het station zal verlegd worden; op de oude spoorlijn zal de De Pintelaan worden aangelegd).

130



Twee lijsten stonden tegenover elkaar.

Liberalen Vandenpeereboom A. Vanderstichelen J. Jacquemyns de Kerchove De Maere Lippens A. De Bast C.

Katholieken 3 249 3 247 3 254 3 243

3 200 3 218 3 221

Coppens-Bové De Baets P. Kervyn de Volkaersbeke De la Paille Drubbel Van Biervliet Velleman-Kesteloot

3 214 3 252 3 222 3 200

3 223 3 204 3 191

Vijfkandidaten behaalden de meerderheid: vier liberalen Vandenpeereboom, Vanderstichelen, Jacquemyns en de Kerchove en een katholiek: De Baets. Voor de overige twee zetels kwam er een ballotage stemming. 3 211 stemmen Liberalen : De Bast C. Lippens A. 3 209 " Katholieken : Drubbel 303 " Kervyn 219 " Aan de ballotage-stemming namen practisch geen katholieke kiezers deel. Het Comité de l'association conservatrice had de volgende mededeling verspreid : "Le comité central êroit que l'abstention est le seul parti à suivre dans la situation qui nous est faite". In vergelijking met de verkiezing en van 11.6.1861 en de individuele verkiezing van 9.6.1863 verloren de katholieken in het arrondissement Gent twee zetels (Coppens-Bové en Kervyn). We stellen vast, dat er slechts een gering verschil is tussen het aantal stemmen behaald door de liberalen en de katholieken. Toch moeten we de getallen nader ontleden. Gent Vandenpeereboom (lib.) 2 098 63,3% 1 211 De Baets (kath.) 36,6%

Overige gem. Totaal arrond. 1151 3 249 36% 2 041 3 252 63,9%

De liberalen behalen ongeveer twee derde van de stemmen te Gent en een derde op het platteland; voor de katholieken is het juist het tegenovergestelde. Voor de ballotage waren 3 559 kiezers opgekomen: 2 347 wonende te Gent (67 %) en 1212 kiezers van de overige gemeenten (34,7 %)

---------------~~~-----~~~~~~~~~~~~~ De Bast Drubbel

2 097 199

1114 104

3 211 303 132


L

\

.1\He:~Verklietleu,

w·ooàeiL Eenleder zal B"'*"'~,ctoeh alleeu r·

E•~n~

Jyst tfr

ondertr•t•k•·nt

• WtlOfdigeMS, tot d1· o"c~r d~ :trliL.t-l.s i I t den w•·rkman b•·ll'!k:a t.-rlng Vtm IOOJI (o · IJ 2 ' N\lt df"r •;erc~nlglu~···u.


Er waren ook een aantal blanco stemmen. Iii het 120, 130 en 140 kies-

bureau was geen enkel kiezer voor Drubbel opgekomen. (Noot: als we het aantal stemmen uitgebracht te Gent en op het platteland optellen, bekomen we een groter getal dan het aantal stemmen en wel omdat we voor de ontleding de kandidaten genomen hebben, die het grootst• aantal stemmen behaalden). De liberalen vierden natuurlijk feest. Burgemeester de Kerchove hield een toespraak in het lokaal van de Melomanen, de Maere sprak in de Concorde. In totaal hadden de liberalen 22 602 stemmen behaald (gemiddeld: 3233), de katholieken 22 506 (gemiddeld 3215). Dit geringverschil gaf echter als zetelverdeling zes tegen één. Volgens De Beurzencourant hadden echter 74 kiezers, die hun belasting niet haden betaald, deelgenomen aan de verkiezing. De Beurzencourant noemt deze kiezers "Gladzakken, in 't Gentsch mannen, die hun contributie niet betalen". Het besluit van de Beurzencourant, overgenomen uit de krant Het Vlaemsche Land: "Zonder de 74 Gentsche gladzakken waren er zeven anti-ministeriële gedeputeerden naar de Kamer gezonden". Het is na~ tuurlijk onmogelijk de juistheid van de bewering thans te onderzoeken. Dat dergelijke feiten mogelijk waren, is echter wel zeker en kan ook voorgekomen zijn in andere kiesarrondissementen met een gevolg - gunstig of ongunstig - voor de beide partijen. Dit alles ter illustratie voor de politieke zeden van die tijd~ 14 Augustus: Mostaard Minnaert, Brusselsesteenweg, 6, Ledeberg. 1° kwaliteit : 50 centimes per 1/2 liter 20 kwaliteit : 32 " 30 kwaliteit : 28 " 5 september : Als. gevolg van de crisis in de katoennijverheid in de jaren 1862 en 1863 was de activiteit yan de Weversmaatschappij uiterst gering. Op 5 september werd in de herberg Sint-Jacobs op de Kleine Botermarkt een vergadering voor de wevers gehouden. Uit het verslag van de politie blijkt, dat De Ridder de vergadering voorzat en dat een vijftigtal wevers de vergadering bijwoonden. De oproep en de tekst van de petitie, die ter ondertekening werd aangeboden, geven ons een beeld van de bezwaren van de wevers en van hun verlangens. (S.A.G. reeks R 7U). 25 september: Programma van een volksfeest op Sint-Pieters: mars· voor orgelmannen, balling voor vrouwen, loopwedstrijd met een kar voor mosselwijven (zo in de tekst), papeten, kuipkensteken, lekkerkoek eten, loopwedstrijd in tonnen voor mannen. Inschrijven : Café De Schietspoel, Laurierstraat. 134


2 october : Heden overleed bisschop Louis-J oseph Delebecque. Hij was geboren te Warneton en werd bisschop gewijd op 13 september 1838. Op verzoek van testamentuitvoerde kanunnik Van de Putte gaf de burgemeester de toelating bisschop Delebecque voorlopig in de kathedraal te begraven met als voorwaarde "qu' au cas ou la familie ne réclamerait point le corps dans un d(Hai rapproché, l'inhumination devrait se faire comformément à la loi dans un des cimetières de la ville ". Toen de burgeBisschop Delebecque meester wat later aan kanunnik Van de Putte vroeg, wanneer de defmitieve begrafenis zou plaats hebben, antwoordde de kanunnik, dat de familie de wens had uitgedrukt, dat het lichaam van hun familielid zou begraven blijven in de kathedraal. Verder wees de kanunnik op de gevestigde gewoonte - wel in tegenstrijd met het decreet van prairial -, de biSschoppen in de kathedraal te begraven, en dit zo wel in België als in Frankrijk. Het probleem werd besproken in de gemeenteraad van 27 december. Een motie om de bisschop te ontgraven 'werd verworpen met 16 stemmen tegen, Vier stemmen voor en vier onthoudingen. De raad was het wel eens met het principe geen begrafenissen toe te laten in kerken, maar was van oordeel dat de stedelijke overheid onbevoegd was om het reglement te doen toepassen. (voor het volledig relaas : zie Mémorial administratiE de la ville de Gand, 2° série tome I, 1865 ). Een gedenksteen van Mgr. de Broglie en Mgr. L. J . Delebecque in zwart marmer werd geplaatst in 1954 in de vloer van kapel15 zuidkant. (zie : E. Dhanens : Sint-Baafskathedraal Gent blz. 160) De opvolger van bisschop Delebecque was bisschop Henri-François Bracq, die geboren was te Gent op 26 februari 1804. 31 october : Bij de firma Leslie ontstond een geschil in verband met de toepassing van het werkhuisreglement. Ongeveer 75 werktuigkundigen vroegen hun werkboekje, maar kregen dit niet onmiddellijk. Daarop vroegen de werknemers schadevergoeding voor de dagen, waarop

135


ze niet hadden kunnen werken, gezien geen patroon hen kon aanvaarden zonder werkboekje. Door de werkrechtersraad werd dit verzoek afgewezen. Uit het afgedrukt vlugschrift blijkt, dat einde november de meeste werktuigkundigen elders werk hebben gevonden en dat de werklozen wat steun ontvingen van giften van andere werknemers. Deze staking was ook de aanleiding tot de oprichting van een vereniging van werktuigkundigen. (VC?Or meer gegevens : zie Scholl. Bijdragen tot de geschiedenis der Gentse arbeidersbeweging blz. 143). 21 november: Heden verschijnt het K.B., waarbij de spelling De Vries en Te Winkel wordt ingevoerd. Door deze maatregel werd de eenheid van spelling voor het Nederlands taalgebied hersteld.

28 november : Op 28 november werd in de zaal Polka een werkmansmeeting gehouden. 2 december : Het Willemsfonds heeft besloten een volksbilbiotheek op te richten. 5 december : De vijftigste verjaring van de stichting van het Sint-Barbara-college wordt gevierd met een dankmis en een banket, waar 400 oud-leerlingen aan deelnamen. 23 december : Reeds op 16 augustus was door het schepencollege een eerste verslag opgesteld betreffende de aanleg van een ringspoorweg. Sedert de aanleg van de spoorweglijn Gent-Dendermonde, Mechelen waren het aantal spoorlijnen en het aantal treinen sterk toegenomen. In 1864 vertrokken dagelijks uit Gent 41 treinen en kwamen er 33 aan. Daarnaast vertrokken er nog dagelijks zes treinen van het station GentEeklo en zeven treinen uit het station Land van Waas. Het Zuidstation was e~hter tevens een goederenstation. Een scheiding tussen het personenverkeer en het goederenverkeer drong zich op. De verbinding tussen het station en het stapelhuis op het Dok was erg hinderlijk voor het verkeer in de Lange Violettenstraat. Er werd een ontwerp van ringspoorweg opgesteld, waardoor de hinder van de verbinding binnen de stad van het station met de haven zou worden opgeheven. Tevens zou een goederenstation aan de Dampoort worden aangelegd. Het ontwerp voorzag nog de aanleg van een tweede goederenstation aan het Rabot en dit omdat zich in de omgeving heel wat fabrieken hadden gevestigd. Een voorontwerp opgesteld door het Ministerie van Openbare Werken werd goedgekeurd door het college op 23 december en op 28 januari 1865 door de gemeenteraad. (De documenten met het hierbijgevoegd plan werden gepubliceerd in het MĂŠmorial administratiE de la ville de Gand 1864 ). 25 december: Heden verschijnt een nieuw weekblad: "De Vlaemsche 136


Leeuw" met het motto "Godsdienst, Tael, Vaderland". Onder de titel staat een leeuw met een standaard, waarop "Pro Aris Focis". De uitgever is J. Lankhaert, Koningstraat 19 en de drukker S. Leliaert, Koningstraat 19. Een jaarabonnement kostte vier frank, de prijs per nummer bedroeg tien centimes. Volgens prof. E. Voordeckers werd dit weekblad gesticht door kanunnik J. Verschueren. "De Vlaemsche Leeuw" was een satirisch blad, dat tdkens een parodie-verslag bracht van.de Zittingen van de gemeenteraad met gemakkelijk te herkennen vervormingen van de namen van de gemeenteraadsleden. Het blad was vooral gericht tegen Fr. Laurent en de burgemeester. Enkele berichten zijn zeker onbetrouwbaar. Wekelijks verscheen ook een leesbaar artikel over het verleden van de stad Gent. De eigenaar van "De Vlaemsche Leeuw" was het "Werk der Vlaamsche Katholieke Drukpers". Kan. Jules Verschueren was een van de stichters en weldra eigenaar en directeur van dit werk. Kan. Vers.chueren spedde een zeer belangrijke rol in de Gentse perswereld :hij stichtte onder meer De Nieuwe Beurzencourant (1870), omgedoopt in 1871 tot het Fondsenblad en De Gentenaar (1879). ¡ In 1864 waren de broodprijzen laag.

-------------~~~~-----~~~~~j-----~~~~~~ 26 februari 1 april 10juni 11 augustus 23 septemper 18 november

31 31 33 34 31 30

25 25 27 28 26 25

16 17 17 17 18 18

Door het Liefdadigheidsbureau werden 4 ~ 124 gezinnen met 10 4 29 personen gesteund~ hiervan waren 2 923 ouder dan 60 jaar. 785 Families kregen tijdelijke steun~ Hiernaast werden nog aan 741 gezinnen¡ met 3 472 personen, die getroffen waren door de crisis in de katoennijverheid geholpen. Aan 407 personen werden de reiskosten uitbetaald om elders te gaan werken. (meestal Noord-Frankrijk). In 1864 vertrokken vijf Genteaars om dienst te nemen bij de Pauselijke Zoeaven : twee keerden na twee jaar terug, de drie overigen lieten zich opnieuw aanwerven en keerden pas terug in 1869. In 1863 was de stad Gent verlicht door 1 249 gaslantarens en 147 olielampen. In 1864 werden de olielampen vervangen door petroleumlampen. De gasleidingen werden uitgebreid en einde 1864 werd de stad verlicht door 1301 gaslantarens en 88 petroleumlampen, deze laatste vermoedelijk in de buitenwijken zoals de Heuvelpoort en Brugse poort. 137


Wat gebeurde terwijl in 1864 op wereldvlak? Er was oorlog tussen Pruisen en Denemarken om het bezit van Schleswig-Holstein. Jules Veme publiceerde zijn boek "De Reis naar het middenpunt der Aarde", Fr. Raiffeisen richtte zijn eerste spaarkas op en de eerste Pulmanslaapwagens reden door Europa. Op 28 september 1864 werd te Londen de eerste Internationale opgericht. Op 8 december zal Paus Pius IX de encycliek Quanta Cura en de Syllabus, waarin het naturalisme, het liberalisme, socialisme en communisme worden veroordeeld, uitvaardigen. M. STEELS BffiLIOGRAFIE D. E. Devreese : Nog voor de Eerste Internationale : socialist en flamingant Franciscus "Kapneus" Bilen (Gent 1810-1881) in Handelingen der Maatschappij voor Gesch. en Oudh. te Gent, deel XXII, 1968. André Castelot : Ma.ximilien et Charlotte du Mexique, la tragédie de l'ambition. (1977) Albert Duchesne: L'expédition des volontaires belges au Mexique. 1864-1867. Voor het werk en de betekenis van bisschop Delebecque willen we verwijzen naar de beide grondige studies : Jan Art : Kerkelijke Structuur en Pastorale Werking in het Bisdom Gent tussen 1830 en 1914 en Emiel Lamberts: Kerk en Liberalisme in het Bisdom Gent (1821-18S7).

DE GENTSE NAPOLEONISTEN EN HUN BUITENISSIGE UITVAARTGEBRUIKEN Het komt er niet op aan of u in Napoleon een geniale strateeg, een doorgewinterde staatsman, een gewiekste diplomaat of een wijze wetgever ziet. Of hem voor een gewetenloze oorlogsmisdadiger verslijt; een kerel die onmetelijke landstreken te vuur en te zwaard verwoestte; mûjoenen mensen de doodinjagenden evenveel gezinnen in de a&chuwelijkste ellende stortend. Kortom een wangedrocht dat door een onbekend gebleven eigentijdse poëet op een zo brutale als gevatte wijze geportretteerd werd : Prenez le sang de Robespierre, Les os, le crane de Tibère, Et les entrailles de Néron Vous aurez un napoléon. (1) 138


Een portret dat evenwel niet verhinderd heeft dat steeds, nu zowel als vroeger,_ ontelbare massa's mensen het "monster in uniform" blijven verafgoden zijn. Mensen die de herinnering aan de man in woord en in beeld levendig hielden : in boeken vollofzangen; in bibliotheken vol documenten en andere geschriften; in kabinetten vol prenten en gravuren; in musea waarin taferelen herinnerd aan en portretten van de keizer de wanden stofferen; in rijke verzamelingen volksprenten en santjes-wolle die dikke albums vullen; in besloten interieurs waar beelden en beeldjes van alle slag elkaar staan te verdringen. Weet u dat om maar een enkel voorbeeld aan te halen- de toneelspeler/film-artiest/ leraar/regisseur Robert Manuel geen voet op de planken zou willen zetten of voor de camerálens verschijnen zonder een beeldje van de keizer op zak te liebben ? Zijn amulet. Zijn talisman. Zijn fetisj. Zijn schapulier. En, maak u geen zorgen, geen twee keren Jtoefde hij hetzelfde stukje beeldhouwwerk mee te nemen want zó talrijk is zijn collectie napeleontjes. Geloof mij vrij : in Frankrijk lopen ontelbare Manuels door de steden en dorpen. En, als ik u raden mag : spreek maar liefst geen kwaad van l'empereur. Dat stellen ze geenszins op prijs. En als het gebeurt dat ze zijn daden afkeuren, dan doen ze dat met hun lippen, maar nooit met hun hart. Bij wie Napoleon steeds en onvoorwaardelijk in de bovenste lade gelegen hebben, waren degenen die inet hun volle goesting jaren achtereen; gepakt en gezakt van' het ene slagveld naar het andere gemarcheerd hadden; voor hun afgod alle mogelijke ellende en gevaar hadden doorstaan; niet zelden krijgsgevangen waren gemaakt of verminkt voor de r~t van hun leven naar de weldadigheid verwezen. Ik geef grif toe: meestendeels overladen met eretitels en eretekenen; dingen waarmee ze, in onze ogen álthans, "vet" waren. Nochtans, nauwelij~ teruggekeerd in hun haardsteden zochten ze elkaar op, belegden in hun stamkroegen samenkomsten met als uiteindelijk doel een volwaardige maatschappij-te stichten waar ze vrij, vrank en ongestoord hun beleefde oorlogsavonturen konden herdenken en herkauwen en - dat zal hoofdzaak worden - de op Sint-Helena treurende "meester" in hun meditaties betrekken. Praktisch iedere tussen Schelde en Maas gelegen stad stampte, de ene al wat eerder dan de andere, een dergelijke vereniging uit de grond. Brugge was de eerste plaats om reeds in 1815, dus een paar dagen na de slag bij Waterloo, met zijn Sociêté de vieux soldats voor de pinnen te komen. Met een tijdruimte van enkele jaren volgden sprongsgewijze Leuven (1819), Antwerpen (1833), Brussel (1838). Gent zou nog drie jaar wachten om zijn eigen Société philantropique 139


"" DOODKAART Model-A (1841-42). ]. F. Van Laerebeke was de eerste die de eer genoot met een doodkaart begraven te worden. Het passe-partout van de kaart staat op naam van L. Defferrez. Vanderhaeghe-Maya drukte de tekst. Wat er naderhand met het drukwerk gebeurd is, is een duistere zaak. De naam van de drukker werd geschrapt en vervangen door die van C. Dubois, lithograp he Ă Gand. Dubois' tussenkomst moet niet erg naar waarde geschat geweest zijn want ook zijn naam moest eraan geloven. Wat bleef er anders over dan te gaan aanbellen bij Defferrez? (G.U.B.- G. 19642)


des frères d'Armes de l'Empire français boven de doopvont te houden. In de Gazette van Gent van 30 juli 1841lezen we: "Een nieuw genootschap de benaming aengenomen hebbende van Maetschappy der Oude Dienaren van Napoleon heeft zich hier den 25 dezer in de herberg 'het Blauw Lam' op den brabanddam ingericht." Nu pas zou de bal aan het rollen gaan. In 1843 volgden Ieper, Hasselt en Aalst Gents voorbeeld. Menen deed het in 1845, Oostende in 1846, Torhout in '4 7, Zottegem in '49. Een jaar of zo daarop blijkt het dat nog een resem andere steden, gemeenten en dorpen een soldatenbond rijker waren : Mechelen, Izegem, Oudenaarde, Deinze, St.-Niklaas, Dendermonde, Lokeren, St.-Jans-Molenbeek, Evergem, Tienen. Zulks wat het Vlaamse land betreft. Minder voortvarend blijkt Wallonië geweest te zijn, want slechts Luik, Verviers, Doornik, Visé, Ath, Bergen en Dinant hadden er iets voor gevoeld Napoleontische.clubs en clubjes op te richten. De Gentse "Société" leefde van 1841 tot omstreeks 1873. Na de ontbinding ervan belandde het volledig (?) archief in de Universiteitsbibliotheek vanwaar het overgebracht werd naar het Stadsarchief. Daar berust het nog : 7 min of meer zorgvuldig bijgehouden registers en enkele losse papieren. Dank zij het bestaan van die waardevolle documenten is het mogelijk de handel en wandel van onze oud-gedienden, die zich zelf zo fier als een gieter en zo hovaardig als een pauw Napoleonisten (naar het Frans Napoléonistes) noemden, uit de doeken te doen. Jammer genoeg is het met hun bibliotheek en hun museum(pje) heel anders vergaan; doch hierover vernemen we verderop wat meer. Of we alles zo maar goedgunstig moeten slikken wat over dat museum verteld en geschreven werd ? Bijlange niet, alhoewel we moeten toegeven dat er zelden rook zonder vuur is. Voor onze ijverige verzamelaars zullen al die bijeengegaarde curiosa voor meer dan 100% echt origineel geweest zijn. Die overtuiging, ja, dat geloof- in ieder geloof kan men inderdaad zalig worden - maakte ze aartsgelukkig. Een kinderlijk genoegen dat we de "grognards" (2) Qeslist niet mogen ontzeggen. De Vereniging Op 5 mei 1821 overleed Napoleon op het eiland Sint-Helena. Op 16 oktober 1840 overhandigde de Engelse Overheid's keizers stoffelijk overschot aan de prins de J oinville die het met het fregat Belle Poule naar Frankrijk overbracht. Aankomst te Cherbourg op 8 december. Te Parijs op 14 december. Hadden de Gentse Oud-Strijders op die inderdaad historische decemberdag gewacht om uit hun 25 jaar durende lethargische slaap gewekt 141


te worden ? Misschien. Misschien niet. Wat er ook van zij staken in het voorjaar van 1841 een dertigtal Oudsoldaten de koppen bijeen om zonder dralen een Société dite des Frères d'armes de l'Empire de la Villede Gand et de la banlieu te stichten. Het loont voorzeker de moeite eens na te gaan uit welke lagen van de bevolking die mensen afkomstig waren: handwerklieden, beambten, burgers, militairen. Dus vogels van diverse pluimage. Aan de gemeenschappelijke tapkast - het was daar dat het kind geboren werd treffen we echt broederlijk verenigd aan : een handlanger, een koetsier en een borstelmaker; een bleker, een ketellapper en een vrachtvoerder; een tuinier; twee bruggedraaiers en een houtdraaier; twee herbergiers -wat ongehoord weinig is -;een brouwer en een ouwelmaker; een oktrooiontvanger en een treinoverste; een goudsmid en een graanmeter; een wapen- en een schermmeester (wat is het verschil ?); een drukker en een horlogemaker; een fabrikant van cilinders en een andere van ik weet niet wat; een verver; een veearts en een rentenier; twee beambten; drie gepensioneerden en drie militairen. Het "genootschap" was blijkbaar onder een goed gesternte geboren want in het nummer van 18 aug. van dezelfde krant weet men te melden dat "De plechtige aenstelling van het Genootschap der WaepenBroeders van het Keyzerryk over enkele weken alhier opgericht en reeds 150 leden tellende, heeft eergisteren (15 aug. geboortedatum van de keizer) naer middag in Picardien (Hooiaard) alhier plaets gehad''. Op 17 okt. werden de statuten van de nieuwbakken vereniging met algemeenheid van stemmen goedgekeurd. En meteen in boekvorm uitgegeven. De brochure telt 24 bladzijden en draagt een titel de zelfbehaaglijke Napoleonisten overwaardig : "Status de la Société fraternelIe et philantropique des Anciens Frères d' Artnes de l'Empire français établie à Gand le 25 juillet 1841 sous la devise 'soldats vous avez rempli mon attente, Napoléon'. Gand, Imprimerie de Vanderhaeghe-Maya, Rue de Brabant, no 12." (3) Ons verhaal enigszins vooruitlopend houden we eraan té vermelden dat dit stichtingslid niet alleen de onbaatzuchtigste broeder van het gezelschap was maar bovendien degene die zijn laatste adem uitblies lang (1879) nadat zijn geliefde Société ter ziele gegaan was. Een ding moet van onze broeders toch gezegd worden: ze hadden een "broertje" dood aan het leveren van half werk. Het is nogmaals de Gazette van Gent die het geval ten onzen bate en plezier aan het krantepapier toevertrouwde. In een nogal omstandig bericht (19 nov.) vergast het blad ons onder de titel van "Broederlyk en menschlievend Genootschap der Oud-gediende Wapenbroeders van 142


~r:.f:~:;,)';< ;

-

:;..,.,j-1

~

~.'·~:_;~~~~~ .::!

2

~

Q

~

>

DOODKAART Model-B (1842- ?1846 ). Voor mijn part een van de mooiste der 6 kaarten. Voor het passe-partout zorgde de vakkundige steendrukker P. Vande Steene. Wie de tekst drukte wordt in alle talen verzwegen. Misschien Vanderhaeghe-Maya. Het is het enige model dat gedeponeerd werd.] oseph Van Laer mocht zich een geluksvogel noemen want hij werd met 2 soorten kaarten begiftigd. Die van módel-A nodigt uit tot de bijwoning van de zielmis : "Vous êtes priés d 'assister au service funèbre qui sera célébré Samedi 27 Août 1842 à huit heures du rnatin à l'église de St. Bavon .. ( ... ) muni de tous les secours de N otre Mère la Sainte Eglise". De kaart van model-B nodigt uit tot de bijwoning van de begrafenis. (G.U.B.Arm 4104).

143


het fransch keyzerryk" op een gebeurtenis typisch genoeg om te worden voortverteld. Het betreft een manifestatie die op zondag 16 nov. plaats greep : een afvaardiging van het Brussels Genootschap zou de Gentenaars met een vriendenbezoek komen -vereren. "Eene deputatie van omtrent zeventig gendsche broeders ging hen (de Brusselaars) met het vaendel van het keyzerryk en dat der dry kleuren van Belgien aen het hoofd tot aen den yzeren wegtegemoet hen brengende na (naar) hunne vergaderzaal" Daar, in de zaal Flora (4); werden ze begroet met een natuurlijk Frans 'Waar kunnen we beter zijn'. Na een aandoenlijke dithyrambe ten beste gegeven te hebben deelden gasten en gastheren wederzijds een hele boel eremetalen uit. Veel keizerlijke arenden. Het spreekt vanzelf dat er een brokje gegeten en een potje gedronken werd op de "gezondheyd van de gendsche broeders en van onzen Koning Leopold, voorstaender en beschermer van alles wat edel en goed is". Van zeem aan de baard strijken gesproken ! Binnen de muren van de Société waren de broeders onvoorwaardelijk elkaars gelijken. Officieren en simpele soldaten (deze laatsten in de meerderheid); gegoeden en behoeftigen (dezen laatsten eveneens in de meerderheid); geletterden en analfabeten (enkelen waren nauwelijks in staat hun naam neer te krabbelen); allen kenden slechts één verlangen : de herinnering aan hun keizer in ere te mogen houden. Eén wens : na hun overlijden door de voltallige broederschap met al de eerbetuigingen door het reglement voorgeschreven, ten grave te worden gedragen. Art. 61 (een van de 7 8) van de statuten formuleert dat alles aldus : "Tout membre de la Sodété succombant à des infirmités ou à un grand age, sera enterré avec tous les honneurs que la drconstance pourrait comporter. La Soc. doit pourvoir, s'il y a lieu, aux frais et dépenses que nécessiterait cette cérémonie". En Art. 62: "Chaque membre prend l'engagement formel dlaccompagner jusqu'au lieu derepos les restes d'un frère et d'assister au service funèbre d'après sa croyance. Des discours seront prononcés et des fleurs répendues sur la tombe du Frère décédé". Die ceremonie bestond meestal uit twee schuifjes : 1° de eigenlijke teraardebestelling die plaats had op een van de kerkhoven - of juister gezegd begraafplaatsen- gelegen Buiten de Heuvelpoort (nog bestaand); Buiten de Dampoort (Wasstraat); Buiten de Brugsche Poort (De Smetstr.); 2° de zielmis die gecelebreerd werd op de zondag volgend op de begrafenis. Aanvankelijk had die mis plaats in de St.-Pieterskerk, later in andere kerken. Wat we onder die "cioyance" dienen te verstaan gaat ons begrip te boven. Had men het over de Protestantse ? De buiten kerkelijke ? 144


Hoe dan ook past het enkele zeer typische wetenswaardigheden op te vissen uit de in het Stadsarchief berustende registers van de Société. GrognardJ. F. Van Laerebeke, overleden op 19 nov. 1841, was de eerste Napoleonist die op de kosten van de vereniging begraven werd. Voor zijn lijkkist betaalde de kas 10 F wat een gunstprijs was gezien geleverd door een broeder. Voor·de uitvaart 22,60 F. Makker J. GeldhoEve gestorven in het begin van febr. '42 schijnt heel wat meer geluk gehad te hebben dan Van Laerebeke, want de fanfare van de pompiers achtten het niet beneden hun waardigheid de stoet naar het kerkhof te begeleiden. Voor de prijs van 12 F. En toen F. Clément begraven werd (half juni '42) waren bovendien een trommelslager (3 F) en een paar politieagenten {7 F) zo menslievend geweest de wandeling met hun tegenwoordigheid te komen opluisteren. Aanvankelijk - en dit tot omstreeks '5 7 - waren het dragers, voorafgegaan door een of twee tamboers, die de kist kerkhofwaarts sjouwden. Een katafalk, eveneens door broeders getorst hield om zo te zeggen een beschermende hand boven dragers en kist. Vijf vigilantes geleverd door de huurhouder Mariën maakten het mogelijk invaliden en door de ouderdom getekende mannen aan de uitvaart deel te nemen. Sedert 1849 had men de heren pompiers voor hun gewaardeerde medewerking beleefd bedankt. Na 1857 werd de nochtans zo belangrijke karwei voor het voortdurend geringer wordende aantal overlevenden al te zwaar. Wat·bleef er de goede merl.sen anders over te doen dat wat zovelen deden, namelijk de toevlucht te nemen tot een begrafenisondernemer. Of liever DE ondernemer, of nog liever de onderneemSTER. Haar naam. ? Mevrouw de weduwe Kieckepoost. ( 5) Voor 9,60 F bood de dame een zg. middelbare lijkkoets en haar prima diensten aan. Voor zover we konden nagaan heeft geen enkele van onze 19de-eeuwse schilders, etsers, grayeerdersof tekenaars eraan gedacht met penseel, naald, krijt, pen of potlood zo'n pittoreske, Îil zeker opzicht potsierlijke stoet in beeld te brengen. Ook auteurs èn persmensen schijnen al evenmin door een dergelijke optocht bezield geweest te zijn om zich aan de schrijftafel te gaan neerzetten. Voor één toe te juichen uitzondering zorgde alvast Louis Maeterlinck waar hij ons van een jeugdherinnering deelachtig maakt. "Quand bien jeune, j'en connus quelques-uns (Napoléonistes ). C'était vers 1860 (veeleer 1859 of 1858), ils portaient déjà la médaille de Sainte-Hélène instituée en 1857 par Napoléori 111. Vieux et cassés, je les regardais avec une curiosité admirative, lorsqu'ils portaient leur large ruban rouge, rayé de vert, avec leur insigne en bronze ou se voyait de profil et couronné de lauriers :leur Empereur !" 145



Een andere auteur, onze in haar tijd zo populaire Rosalle Loveling, heeft eveneens in haar jonge tijd kennis gemaakt met enkele van die stokoude stijfkoppen. We menen niet te mogen nalaten haar novelle Meester Huyghe uit het vergeetboek te halen om eruit te lichten wat in ons kraam past. Evenwel werden we voor een moeilijke keuze geplaatst : zouden we de door haar gebezigde spelling en st~jl respecteren - inkluis de verouderde, kreupele zinswendingen -. Of zouden we de tekst aan het hertalen gaan ? We gaven de voorkeur aan het afschrijven van de oorspronkelijke tekst al ware het maar om ook de folklore aan haar trekken te laten komen. "Meester Huyghe was een .oude man, groot en mager._Yóór een. tiental jaren (dàr was ongeveer in 1864) woonde hij hier nóg met zijne vrouw op het dorp (Nevele). / ... / Beatrice, zijne vrouw was verheugd over de stilte in haar huisje. Haar kasken en hare tafel waren wit geschuurd en de glazen van de prenten die aan den muur hingen blonken in het zonnelicht. Daar hechtte Meester Huyghe grooten prijs aan; hij had ze gekocht toen hij getrouwd was : het waren de veldslagen van Napoleon. Op ·het ka5ken stond een klein gebronzeerd standbeeld van den grooten veldheer, met gekruiste armen en hooge:Iaarzen. Meester Huyghe had Napoleon gediend, zooals men het noemt; hij was er 6.er op, vooral wanneer hij des zondags uitging en zijn bronzen roedalieken van St. Helena op zijn bruinen &ank hechtte : dat was zijn eereteeken. In het dorp waren er nog een tiental andere Napoleonisten; zij hadden zelfs eene maatschappij gesticht en hadden hun vaandel en hunnen bijeenkomsten in eene herberg. Hij had den ·veldheer nooit gezien maar in het leger die bewondering gekregen, welke aanstekend was, en vertelde nu zoo gaarne van al de gevechten die hij had bijgewoond". (Soms gingen andere Napoleonisten óok aan het vertellen) "Maar deze spraken van zulke wonderbare zaken dat Meester Huyghe zich niet houden kon van glimlachen als de jonge menschen hem vroegen of dat alles waar was"./ ... / "Meester Huyghe stierf. Hij werd gedragen door de Napoleonisten. Er waren er namelijk nog genoeg om hunne trommel, hun vaandel en hunnen voormaligen wapenbroeder te dragen"./ ... / "Zij hadden een rouwfloers aan hun vaandel en DOODKAART Model-C {?1846-?48). Voor de eerste keer is V anderhaeghe-Maye verantwoordelijk voor het drukken èn van het passe-partont èn van de tekst. Zoals elders aangestipt werd deze kaart speciaal ontworpen ter gelegenheid van het afsterven van Papeians áe Morchoven. (G.U.B.- G 19642).

147


over hunne trommel, en elk een rouwfloers aan den arm, of liever een stuk ros geworden ~arte tulle dat er voor diende". / ... /"Allen gaan heen zondereene klacht of zonder een verwijt aan hem te doen, die hen voor zijn ijdelen roem uit huis en erve gedreven heeft". De Société was met een onvermijdelijke teleurgang bedreigd. Dat wisten de broeders maar al te best. Zozeer ze destijds het noodlot tartten zozeer aanvaardden ze het nu. In 1848 waren ze nog met hun 200. In 1850 daalde hun aantal tot 175. In 1860 tot 116, waaronder 61 werkende leden, 5 ereleden die de stad bewoonden en 50 die op het platte land verbleven. In 1865 tot 37 waaronder slechts één erelid: Wat van die 50 buiten de stad wonende heren geworden is, weten we niet. In 1870 waren ze nog met hun 27. Voorwaar geen toestand om de oude gebruiken en tradities in ere te houden. Een goed jaar nadat hun laatste secretaris, de begaafde en ijverige schoolmeester Pieter Jonglas (29-12-1871) (6) gestorven was, hielden onze Napoleonisten, 13 in aantal, hun ultieme vergadering in de oude herberg "In den Papegaai" gelegen aan de Kammerstraat. Niet alleen om voor de allerlaatste keer hun oude koeien uit de gracht te komen halen. Of, wat waarschijnlijker is, met bloedend hart hun zo geliefde maatschappij te ontbiriden. Hoe dan ook, heel hun inboedel zoals die waaide en draaide, kwam onder de hamer terecht. Waar de opbrengt van de veiling heen vloeide wordt ons niet verklapt. In -theorie diende ze aan een katholiek menslievend werk overhandigd te worden. Doch tussen theorie en praktijk ... Welke weg het bezit van de société gevonden heeft? Het gros van de museumstukken verhuisde naar de zg. kabinetten van een legertje "bourgeois" of in de winkels van een ander legertje antiquairs : borstbeelden van koning en keizer; vaandels; schilderijtjes en gravuren bij de macht; kanonnetjes in gegoten ijzer; de reeds vermelde herinneringen aan Napoleon; tientallen boekenhandeldover de keizer, zijn leven, zijn daden;jaargangen kranten: van de Joumal des Flandres, van de Messager de Gand, van de Vaderlander, van de Gazette van Gent, van de Gazette van Vlaenderen. We stipten reeds aan dat het archief (of een gedeelte ervan) naar de Universiteitsbibliotheek ging. Veeleer weinig belandde in het Museum voor Oudheidkunde (Lange Steenstraat, DOODKAART Model-D (?1848-51). Ook van deze kaart is Vanderhaeghe-Maya de lithograaf en de typograaf. Opvallend is dat de uitnodiging tweeleilig is, èn voor de begrafenis (maandag 24 febr. 1851 te 4 uur) èn voor de rouwdienst (zondag 9 maart te 11 uur; zoals in de meeste gevallen in de St.-Jacobskerk. (G.U.B.- G19642).

148


t-<-.......

"'WW'

~'A

.....

~11J~~i~'flin?ö§; -- -

. s.

-

~to•SiKr!\ J.T FntJ:tt v. ~ r.e Conseil ol' .\ <lmini<lr.11 ion ~ IÏlüflfi ('U r •le yous fair' p2rt deb mort de LO UIS VA "i POCCIIr;. n~ à \V~ t ­ ter~n. Ie! janvier !i SS, .técéo!é à (;an•L lP ::!-! rt' vrier ! 8.'l l . Enl ré au servlf<!.le:!'2jui ll et I~Uï, d.oos Ir I t• régimen t dn li~nP. il a rail fe• ··amp~~nes •l"E ~i>J , n e de ! 80~, 1809, t810. !811 cl 181'!. l\l~ssé au Si ége dr Sara~""'· Ie 50 j~nvier 1809, priso nnier de jluerre il \l otH'on rn F.spaznc. lt 16 rnni 1809, renlré de..< !•ris<HI'i de l'ennPm i, Ie 'l ·i ju.illd 181'!. Hl~ssé d'un coup de reu à la •· ui"t ga\frhe à Alcoy ' en Espa~ne. Ie 5 mars ·1813. con~cJié 'par rt'for lll~ au dépOl l(énPral de l'armée de Calalogne, à P~rpignan. _te. 20 aotH tS15. SJn cnlcrrr.rnenl aura liea avee l o •J~ l ~s bonneurpresrrils par Ie R églemcnlle lund i 'H fénier 18:il , à 4 bcures de rele,·é. . ta Tfunion à troi' heures cl dernie fit e. l.a ~I esse puur Ie rrpos de so n à me •era di t e à l'e gli~ e S . .wr'lurs, Ie llirnancbe 9 mars 18.51 à il heures. · '


nu Bijlokemuseum) : de brevetten van de beruchte Marie Schellinck, van Jean Constantin Van Cauter en van Louis Lemaire. Van deze laatste eveneens zijn doodkaart (1855). Een baton de cammandemant ofte wapenstok. Het zegel. Eretekens, Gehistorieerde borden. In feite maar een klein beestje. Het kan niet anders of een groot gedeelte van dat bezit moet liggen sluimeren in laden en kasten van weinig mededeelzame verzamelaars. Het levensgroot portret van Napoleon in 1845 geschilderd door D. J. vanden Bossche, een doek dat gedurende veel jaren in het Stadhuis bewaard werd, kwam uiteindelijk terecht in een salon vanVictor Napoleon. (7) De doodkaarten Gedurende de eerste helft van de 19de eeuw - en nog een flink poosje daarna- was het de gewoonte dat de burgerij, of liever de bourgeoisie, het overlijden van haar mensen meedeelde door middel van doodkaarten, of liever cartes de décès, want niemand dacht eraan voor die mededeling het Vlaams te gebruiken. Het is ongelooflijk hoe talrijk en hoe verscheiden die gelegenheidsdrukwerkjes wel waren. In het algemeen drukte men ze op een stevige, bijna witte papiersoort. Slechts uitzonderlijk werden ze uitgevoerd op zg. porseleinpapier of op een extra glanzend materiaal. Men kwam er tegen van alle mogelijke formaten :van zeer grote tot zeer kleine; het gros uitgevoerd in wit.:zwarte druk, enkele met zilveren of gouden opdruk~ Het ene stel al wat naargeestiger, somberder dan het andere. Bepaald mooie naast aartslelijke. Kortom er was voor elk wat wils. (8) Hoe verscheiden die hoop kaarten ook moge geweest zijn, de Société vond er haar gading niet in, wat zeggen wil dat ze zich vast voomam haar eigen kaarten te laten maken, kaarten die onvoorwaardelijk moesten uitblinken door hun originaliteit, door hun eigen-aard. Aldus was reeds besloten op de dag dat de broeders hun maatschappij boven de doopvont hielden (25 juli 1841). Ze lieten er dan ook geen gras over groeien en trokken gezwind naar de Zandberg waar in nr. 12 de knappe steendrukker L. Defferrez (werkte van 1838 tot 1875) woonde om bij hem een kaart te bestellen zo uitzonderlijk treffend,:zo uitzonderlijk veelzeggend, zo zinvol, zo Napoleon-vleiend, dat, ware het mogelijk geweest, de keizer daardoor van zijn stuk zou geraakt zijn. Defferrez was nog volop aan het teken~n en graveren van het bestelde drukwerk, toen een van de broeders, I oseph I oubert, zo tegendraad was op dat misplaatst moment ter ziel te gaan. Derhalve was het absoluut uitgesloten zijn overlijden (23 sept.) aan de hand van de in de 150


maak zijnde Napoleonisti.Sche kaart wereldkundig te maken. Wat restte de brave mensen anders dan, van de nood een deug makend, beroep te doen op die burgerlijke, ordinaire, banale drukwerken, waarover we het zopas hadden ? En waarvoor de gewezen vechtersbazen parmantig de militaire neus optrokken. Pas een maand daarop kwamen de eerste doodkaarten (cartes mortuaires noemde men ze op zijn Frans-met-haar-op), nl. op 21 nov. Precies op tijd om de begrafenis aan te kondigen van de op 19 nov. in de Bijloke overleden]. F. Van Laerebeke. De kaart in kwestie die we gemakshalve

Model-A zullen noemen, 16 cm x 19 cm, werd niet alleen door de twee boden aan de 300 en zoveel belanghebbenden op het schootje gebracht. Zo vrijgevig was de SociĂŠtĂŠ dat ze ook de lokale pers van de uitdeling liet profiteren. Dat waren: de Gazette van Gent, de Vaderlander, de ]ournal des Flandres, de Organe des Flandres, de Mercure de Gand, de Messager de Gand, de Nouvelliste de Cand. Vraag mij niet of die Napoleonistische litho's dikwijls een plaats gekregen hebben in die overwegend Franse bladen. Ik weet het niet. Veeleer vrees ik dat onze ijverige broeders zich niet erg te beloven zullen gehad hebben van het journalistisch volkje. In ieder geval heeft de zo gewenste samenwerking slechts luttele sporen achtergelaten. Voor het drukken van de tekst (deze zal stereotiep zijn voor al de kaarten die de drukkerij zullen verlaten) werd beroep gedaan op Fr. J. H. Vanderhaeghe-Maya, een Napoleonist van het allereerste uur. En ook van het allerlaatste zoals we dat verder zullen zien. De kaart in kwestie vermeldt de overlijdensdatum van de afgestorvene, zijn dienststaat; de dag en uur van de teraardebestelling "avec tous les honneurs preserlts par Ie RĂŠglement". Een door twee torens geflankeerde triomfboog, bekroond met een dubbel stel vlaggen, een affuit en een Napoleonssteek. Gans boven een vliegende arend een lauwerskrans meevoerend. Een duizend stralen uitzendende zon opgeluisterd met een grote N en een keizerstroon. Onderaan een gezicht op Napoleons graf op St.-Helena. Treurwilgen. Links een kurassier. Rechts een grenadier. Tegen de torentjes geplakt twee omgekeerde toortsen, samen met een afgeknakte boomstam en een schedel; even zoveel zinnebeelden van de dood.

Model-B Reeds het volgende jaar zegde men de Defferrez-kaart vaarwel. Dit af-

151


-

,.,--· . .../ _,....-.·· ....--... . ··· __..-"/r .~~~~~-\;Î~ PUii~;tN1~nt)J8lt~ ~~~~~t. 1' ,,.,~,. i

f

~..."~,

\

l.l

( ·' .

,1\ ~ \~t \ l .> l

' \• ,

(d

\·~C . l.

'

.

1. t lil\., , '

. -~ . ,. . _.. . .. t.ht.. __.,.,..___.,.,... ~_....·- - -. .--:...,_.. " · ·I'

~, .

-\ ~

.. '

I'' (.

1

) 'l'

.

\

..Jl!..,

.

' ( ~ lt.j'

. } , , ,.)

/• .,.__,K""''-----":f-'"'''

.5 V)

.ldo~St EDR UT F n ~ne,

LeConseil tl'Adrnfni stralion a l'JJ Oillle\ir ·de ·vous fAire part du la mort do Jf,u VLJEGliE, nc à Et·tveldc, Je 0 mars '1786, déçéuó à Gantl, Je 211- avril18!J3. Eotré au scrvico Je i novcmbre 1806, dan$ Ie ~ö'"• régirneot do Ligne, il a fail Ja campagne de 1807 eu Allcmal)nc, camp~gnes de 1!:108, t SOO, 1SIÖ cl 1811 en

'Espagne : Illessû d'un coup de fou illn mn in droite (per te do dcux doigts) , Ad tui~ à la pension de l'Clra.îte Jo I) ao ut 18:11. Sou en torreDJent au·ra Hou avec LOU $.1'1:5 J1onn eurs presr.rits par Jo lléglcmeut Jo .1\Ia•·di 2G ayril i8Uä, à -l beurcs,

La réunion au Local de la Sociélé à 31):1 heures préciscs •

. ,..-;.;..· A:-~

-DOODKAART Modei-E (1851-185?) . Werk van Vanderhaeghe-Mava (G.U.B. G19642).

2 '2/5<:Kn,

•[

11)"

"


scheid gebeurde niet zozeer omdat de tot dusver gebruikte steen van zijn (harde) pluimen zou gelaten hebben, maar uitsluitend omdat de broeders nu eenmaal van een veranderingetje hielden. In een minimum van tijd kwam de nieuwe steen gereed zodat een eerste portie passe-partout kon afgeleverd worden. De Gentenaar Joseph Van Laere, 65 j., overleed op 23 augustus 1842. Daar zijn familie eraan hield dat hij kerkelijk begraven werd, was het vanzelfsprekend dat daarvan kennis gegeven werd. Van Laere was een stichtingslid van de vereniging. Dus zou men hem eens extra verwennen. ''We beschikken nu toch toevallig over twee verschillende kaarten. Laten we eens echt genereus zijn en met de ene kaart de lijkdienst en met de andere de teraardebestelling aankondigen" spraken de bestuursleden en ze sloegen meteen de handen aan het werk. Voor de dienst viel hun keuze op de kaart-A : "Vous êtes priés d'assister au service funéraire qui sera célébré Samedi 27 août 1842 à huit heures de rnatin à l'Eglise de St. Bavon". Voor de begrafenis werd de nieuwbakken kaart-B bovengehaald. Deze is het werk van de zeer bekende vakkundige lithograaf P. Vande Steene van wie zoveel gelegenheidsdruksels zoveel portefeuilles van verzamelaars opvrolijken. Het ongewoon feit dat het drukwerk gedeponeerd werd laat veronderstellen dat Vande Steene niet alleen zorgde voor het gesteendrukte pa8se-partout maar eveneens voor de gedrukte tekst. Het lijkt mij overbodig lang bij de litho te blijven stilstaan. Een in ieder geval nieuw element in de compositie is de manier waarop de graficus de in het oog va11ende lijst getekend heeft. Massale bu!ldels speren door even massale bladerenguirlandes aan elkaar verbonden, de ene zowel als de andere zwierig omwonden door linten waarop we de namen van de veldslagen lezen die de keizer min of meer gewonnen h_eeft. Vanzelfsprekend zult u de naam Waterloo op geen der linten aantreffen. Wel ontdekken we· twee zittende arenden en op de achtergrond van het landschap een vliegende. Een detail : de Société is als bij toverslag een Association geworden. Uit de meegedeelde dienststaat kunnen we opmaken wat voor een formidabele vechtjas Joseph wel geweest is : "Entré au service Ie 20 pluviose V(9 jan. 1797) au 22e régiment de ligne. tl a fait les campagnes de l'an 5, 6, 7, 8, 9, 12, 13. Blessé d'un coup de feu l'an VII. Rentré dans ses foyers Ie 10 mars 1806. Son enterrement ... ". Model-C

De voorraad-kaarten-Bis nog niet uitgeput als op 11 febr. 1846 Théodore- François-Marie-Philippe Papeians de Morehoven (wat een naam ! ) 153


in de ouderdom van 53 jaar overleed. De ellenlange naam van de man verraadt reeds gulgauw dat we niet met de eerste de beste piot te maken hebben. Inderdaad, onze Théodore was nauwelijks 10 jaar oud toen hij deel mocht nemen aan de feestelijkheden ingericht ter gelegenheid van het bezoek dat Bonaparte en zijn vrouw Joséphine in juli 1803 aan de stad brachten. En toen er in 1837 stemmen opgingen om voor Lieven Bauwens een standbeeld op te richten, was hij een van de voornaamste petitionarissen. Helaas voor hem heeft hij die oprichting niet mogen beleven. Iemand met zo'n welklinkende naam en zo'n merkwaardig verleden diende - dit oordeelden althans de oud-soldaten met de hand op het hart - met een splinternieuwe kaart bejegend te worden. Die kaart zou men evenwel niet gebruiken voor de uitnodiging tot de begrafenis, want de edelman werd bijgezet in de familiekelder (13) buiten de stad gelegen, een plechtigheid die uiteraard zonder de deelneming van de broeders plaats greep. Wel zouze-de kaart- gebruikt worden voor de uitnodiging tot het bijwonen van de rouwmis. Om niet uit de gewoonte te gaan werd deze gelezen in de St.-Jacobskerk. Op zondag 1 maart te 11 uur. De talrijke deelnemers vergaderden in het lokaal van de maatschappij, te 10 uur, waa.ffia ze stoetsgewijze naar de kerk trokken. Een curriculum vitae van Thédore en een boordevol gevulde dienststaat heeft men met de kaart niet kunnen meegeven. Zijn carrière begon hij aan de Parijse Militaire School. In 1812 (19 j.) was hij reeds onderluitenant. Vechten deed hij alleen maar een beetje in Duitsland waar Napoleon nogal wat klop kreeg. In 1814 was hij alweer bij moeder. Daar hij zijn volle bekomst had van het soldaatjesspel kostte het hem generlei moeite in het burgerleven te stappen. Zoals zoveel mensen uit zijn stand betoonde hij van meet af aan heel wat belangstelling voor alles wat met cultuur en kunst te maken had. Zoals zovelen bezat hij een rijk voorziene bibliotheek en een zg. kabinet van Natuurlijke Historie. DOODKAART Model-P (185 ?-1867). Een meer dan 200 % Napoleonist was beslist Norhert] oseph Lateur-de-Blye, die maar wilde sterven op de verjaardag van 's keizers overlijden : 5 mei (1867). Met een tijdsverschil van 46 jaar. Het kan niet anders of alle kaarten met het doodsbericht moeten verloren gegaan zijn want we vonden ze nergens vermeld. De kaart hiernaast lijkt ons zoveel te belangrijker omdat ze oproept tot het bijwonen van een z~elrp.is die liefst acht weken daarop gelezen werd. Zoals naar gewoonte op een zondag in de St.-J acobskerk. Heel waarschijnlijk heeft de Société met de Lateur-kaart een punt gezet achter de lange rij doodkaarten. Weliswaar zijn er nog 2 Napoleonisten, Giseleire alias Geisleire en Doublet alias Doublé, die in dat jaar gestorven zijn maar die overlijdens zullen wel vóór de Sde mei plaats gegrepen hebben. (G.U.B. G19642).

154


MOKSlEUR & fRÈI!E, Yous f!les prié 1i'assi$ter tl la .ne- i!' qui se-ra célébrée, le l>imanche 30 Ju in l8G7, à on.::e heureo d~ ma tin, daru l' Êglisc paroissiale de S. Jacques, pvur le rcpos de r(tme de notre prèsident

NORBÉRT-JOSEPII I.. ATEUR, ~é

à t>and, Ie 11 JanYiPr 1':90 et y décédé Ie 5 )fai 1867, Entré au servicè dnns la i~ Cohorte du 1 Ban. Ie '.!8 Anil Ull:!, devenu au 148 régim.ent de ligoe, Caporal Ie 26 'I ai !SI t, Fourrier le :!t .la in tSt'.!, présume prisonoier à Lowenherg, Te '.!S Avril1813, pa5sé eo qualité de Ser- ~ ~nl au 1M de lig oe, Ie S Septembre i813, prisoooier de guerre,le '.! décembre 181:5, Cbe~alier de !a légiou d'bon· neur, Je iS Juiu 1813, blessé à naoJu, le ~ ~ai 181'! de 9 coup.> de huce. Reolré d:.os ses foyers en 181~. L.ö Réuni<Jn :tura Heu au local ordinaire de nos séaoces, -à· 10 !/~ heuresdu matiu.,


Hij verzamelde kruidboeken (herbariums) en hield zich bezig met er zelf samen te stellen. In een woord : een liefhebber van bloemen en planten. Niet te verwonderen trouwens dat hij op het einde van zijn leven voorzitter was van de in 1808 (Napoleontische tijd) opgerichte Koninklyke Maetschappy van Landbouw en Kruydkunde te Gend. Stond kaart-A op naam van Defferrez en kaart-B op die van Vande Steen vanaf kaart-C zal Vanderhaeghe-Maya zich met het graveren en drukken van de kaarten gelasten. Evenals Defferrez gebruikte hij een triomfboog als kader van zijn compositie waarbij ook hij dankbaar gebruik maakte van een waaier van zinnebeelden en andere voorstellingen: arenden, ketting en ordeteken van het Légion d'honneur, hermelijnen mantel, keizerskroon, Napoléonssteek, kurassiers, wapens, een mooi gezicht op het graf dat begroet wordt door officieren en soldaten. Model-D

Kaart-Cviel omtrent 1849 in ongenade. Zoals zoëven aangestipt was het broeder Vanderhaeghe-Maya die aangesproken werd om ervoor te zorgen dat een kaart-D feestelijk geboren werd. Ook hier waren het vooral oorlogssymbolen die de eerste Viool speelden. In plaats van het graf ten tonele te voeren is het open lijkkist met de dode keizer erin die de lithograaf als illustratie gekozen heeft. Voor mijn part een wansmakelijke voorstelling. ModeZ-E

De kaart dagtekent van 1851. De berg oorlogszinnebeelden die tot nogtoe een eersteplanrol speelden hebben plaats gemaakt voor een veel rustiger toneeltje : Napoleon stelt nl. een keizerlijke garde (dus een echte grognard) voor aan een van zijn generaals. De invalide tegenover het drietal geplaatst lijkt als twee druppels water op de keizer : redingote, steek, houding van de linkerhand. De zin van het portret moet u aldus verwoorden : niettegenstaande de oorlog van de man een "pikkel" gemaakt heeft, blijft hij de keizer in zijn hart dragen. Zeer belangrijk is de afbeeldingvan een hoekje van het Campo Santo waar we bijna naast het praalgraf van Jan Frans Willems het monument van de Napoleonisten zien pronken. (zie verderop) ModelF

Wanneer kaart-E de plaats heeft moeten ruimen voor de laatste kaart in de reeks, weten we niet. Alleszins vóór 1862. De naam van de drukker mogen we blijkbaar niet kennen, doch elke twijfel is uitgesloten : we erkennen er de hand in van V anderhaeghe-Maya. Alleen vemoe156


menswaard is het feit dat de tekenaar als voornaamste element van zijn compositie Napoleons graf in het Parijse Hotel des Invalides uitgekozen heeft. Op welk ogenblik de allerlaatste kaart-F uitgereikt werd weten we al evenmin. Dat gebeurde alleszins nà 1867. Een slot dat pakt? Men ving aan (1841-1842) met omtrent 350 kaarten in omloop te brengen. Het spreekt vanzelf dat met de regelmaat van de klok dat aantal van jaar tot jaar slonk. In 1843 werd dat aantal 275. In 1846 : 250. In 1848 : 200. In 1850 : 175. In 1855 : 125. In 1859 : 90. In 1865 : 44. In 1867 : 35. Maken we een sommetje van al die door de Napoleonisten aan de man gebrachte kaarten, dan komen er 23168 om het hoekje kijken. Het leeuwedeel van die onoverzichtelijke berg kaarten sneuvelde onmeedogend zoals zoveel soldaten dat voordien gedaan hadden. Het monument "Waarom zouden wij niet doen wat de vrienden en bewonderaars van Jan Frans Willeros ons zo pieus hebben voorgedaan"? sprak de voorzitter van de Société, de heer Lateur-De Blye, tot zijn metgezellen, "en ter ere en nagedachtenis van onze doden een gedenkteken oprichten dat niet hoeft onder te doen voor dat van de Vlaamse historicus en dichter?" (9) Het idee viel in goede aarde. De broeders lieten er dan ook geen gras over groeien en staken (figuurlijk gesproken) de handen uit de mouwen. De heer De Rudder~ een conducteur van Bruggen en Wegen, werd belast met het maken van een ontwerp van een monument dat niettegenstaande zijn soberheid zo indrukwekkend als betekenisvol zou uitvallen. De keuze viel niet op een reusachtige graftombe maar op een rijzige massieve obelisk. Het leggen van de eerste steen door generaal dump (zie verder) op 2 juli 1849 ginggepaaid-hoeft het gezegd te worden?- met een spectaculaire ceremonie, de Napoleonisten waardig. Niets was aan het toeval overgelaten om de plechtigheid met een uitzonderlijke luister te omringen : een optocht voorafgegaan van de kapel van de Burgerwacht alias Garde Civique en ik weet niet hoeveel wapperende vlaggen. Salvo's kanonschoten. Vervolgens het inmetselen van de officiële akte, een zilveren arend en een dito penning. Ten slotte het afsteken van verschillende feestredes. Wanneer het monument voltooid werd weten we ni~t. Wel weten we dat, van zodra het af was, men op de zijvlakken van de obelisk de namen van de sedert 1841 overleden leden door middel van gebronsde ijzeren letters liet aanbrengen. De vraag of al de.broeders gerechtigd 157


;

!:

.

''

j

.1 "-JO•.î&UtT• .._,,II~V:(JU; U ltt.

t.

•A ~[UI"'IIl.. ~ho-.ot"'L

.# CII.U:t. •

. rCO\.t""tiiT

J!; '(lo"'i)[WAtl( ( IH!O'tA lU ~H•

l"'·"'""".""' :""-I.MO"aet • .;. c.h."'~ ­

~ vA""' fUJ: UtC~o>f

S F:t'FHT.. •

!l'.•dHOAUt . l ~YC'I\("!'Si[IO,

"-""• ol

'. '

~ ,~..ot,

"-VL.tU,Ul1'. !..OI.IIHH.S.. .. l" ....

l' ....",,,

,. 5)t0U)lU.

H'UI ~ "'"'-Cit.'(l«;(>o ,

,;.\I UI' r(OU'!:JitC tJ. .,I..l""'T <~,.!I(

:"'"V'(',

"-'"1>;0 <;,! :1.

...

' '?UIC~fr.UaQ<.c. ~ . ,

,..~

4. ..... ~ C.:JC >o.lo(.10;1'C '-"'~ •c.

.

15 c.f"Y)

/;.m.d.,/;,ih.ilr lirmhr/mryh". l/a,pr.,l'(l{.' (,_' 4<1~t.fkl'4

.

.....

J

Een mooier en sympathieker geschenk dan de afbeelding van hun Monument had de Société bezwaarlijk aan de broeders niet kunnen aanbieden. Het is natuurlijk een litho van V anderhaeghe-Maya. Op welk ogenblik men de op de hoeken van de afsluiting geposteerde beeldjes va~ de keizer vervangen heeft door evenveellauwerkransen is moeilijk te zeggen. Mogelijk bij de (problematische restauratie van 189 5. (Verz . V. W. ).


waren op het monument. vermeld te worden werd op de vergadering van 23 aug. bevestigend beantwoord. Meteen haastte men zich broeder Vanderhaeghe-Maya op te dragen van de stenen naald een litho te maken. Vanzelfsprekend om ze aan de leden aan te bieden. Van de 450 exemplaren waren er 350 die- natuurlijk- Frans spraken. Of de overblijvende 100 Vlaamse prenten ooit het daglicht gezien hebben? Wat een vraag! Naar gelang er nieuwe overlijdens te betteuren vielen belandden nieuwe reeksen ijzeren namen op een van dekanten van de steen: 122 vol·gens P. de Fourmesttaux, maar er waren er stellig meer. Helaas ! .aan een kleinigheid hadden de goede lui niet gedacht, namelijk dat ijzer de laakbare gewoonte heeft nogal rap te gaan roesten. Met voor het Napoleonistisch gewrocht de gevolgen vandien: de ontaarding van het metaal en de beschadiging van de hardsteen. In 189 5 had het gedenkteken zodanig van zijn pluinien gelaten dat Hermann van Duyse - kon de man vermoeden dat hij zo dicht bij genoemd gedenkteken zou begraven worden ? -, de toenmalige conservator van het Oudheidkundig Museum (op dat ogenblik in de Lange . Steenstraat) het niet meer kon aanzien en kordaat in de pen kroop. In de Flandre Libérale van 19 juni brak hij in een ellenlang artikel een lange lans voor het restaureren van het: stuk ellende : "Pour ma part je crois qu'il y a un intérêt historique et moral de conserver le monument. (... )Je vous adresse· ces quelques lignes pour signaler à qui de droit l'état piteux du tombeau des Frères d' Armes de l'Empire. Il ne serait pas juste de dire que personne ne s'intéresse plus à ceux qui dorment (~ie) sous la pyramide (resic) dont la pierre s'effrite et dont bientot les noms se seront effacés". Van Duyse preekte zoals te verwachten was in de Sint-Amandsbergse woestijn terwijl steen en ijzer volhardden in de boosheid en de onttakeling voortzetten. Pas in.1933 zou men de handen uit te mouwen steken om het monument van top tot teen te vernieuwen. Die vernieuwing werd tot stand gebracht dank zij de nauwe samenwerking van de toenmalige Consul van Frankrijk, de heer P. de Fourmestraux met de "Section gantoise de la Société d'entr'aide de la Légion d'Honneur". Wat de inscripties betreft- dit keer beitelde men ze in de steen- werd de volgorde van de namen nogal in acht genomen. Met de spelling ervan werd nu en dan een aardig loopje genomen. Aan het hoofd van de lijst pronkte natuurlijk de naam van de ons bekendeJoseph Joubert. Aan het monument werden maar liefst 188 namen toevertrouwd, waaronder 25 van Membres d'Honneur. Dat waren niet zozeer de na..: 159


men van authentieke oud-gedienden, maar veeleer van burgers die zich ten opzichte van de maatschappij als ware mecenaten verdienstelijk hadden gemaakt. Enkele onder hen mogen we beslist niet onvermeld laten. Sommige mensen vertellen of- wat bedenkelijker is - schrijven dingen als dit : "Op twee stappen van Jan Frans Willems, die een overtuigd Organist (Orangist ?) en groot-Nederlander was, staat een hoge grafnaald met de adelaar van Napoleon! Daar liggen, op een paar meter van de Vlaamse voorvechter, een groot aantal officieren van de Franse keizer : Vlamingen die in Napoleons leger dienst hadden genomen, er carrière hadden gemaakt, maar er ook waren gesneuveld". Met zulk een informatie kunt u warempel alle kanten uit. Een paar vragen. Welke lading kan dat onschuldig woordje daar wel dekken ? Op twee stappen ? Is daar wel plaats voor de graven van een groot aantal officieren ? Of liggen ze wellicht onder de naald ? In een grote kelder nog groter dan de gewezen bisschoppelijke op het kerkhof van Mariakerke ? Aangezien geen enkel document gewag maakt van een kelder waarin al die dode officieren (en de soldaten dan ?) zouden geborgen zijn is er geen enkele reden die toelaat het tegenovergestelde aan te nemen. Neen, ondér de obelisk rusten geen Napoleonisten! Dat er officieren (en soldaten dan ?) gesneuveld zijn weet het kleinste kind u te vertellen. Doch te beweren dat dat sneuvelen er (daar = ter plaatse) gebeurde staat gelijk aan het spelen met een fantasietje. Zeggen dat de brave mensen dienden te wachten van 1814 of vroeger tot 1849 oflater aleer ze op het Campo Santo arriveerden! Kom, kom. De waarheid is dat ze de dood ingegaan zijn ver, zeer ver van huis: ergens in Spanje (Saragossa ?), in Oostenrijk (Wagram ?), in Duitsland (Leipzig ?), in Rusland (Smolensk ?). Het grapje dagtekent niet van vandaag. Reeds in 1867 deed het ongestoord de ronde, doch daarover vertellen we verder nog een en ander. Vanderhaeghe-Maya François-Joseph-Henri Vanderhaeghe, gehuwd met Joséphine Maya, drukte niet alleen een massa doodkaarten voor de Maatschappij; van zijn persen kwamen ook verschillende door de Napoleonisten bestelde nieuwjaarskaarten (o.a. van 1850, '52, '54, '59) en visitekaartjes (o.a. voor Norbert-Joseph Lateur-de-Blye: chevalier de la Légion d'Honneur. Gedecoreerd met de médaille de St. Hélène, overleed Vanderhaeghe te Gent op 23 april1879. Hij kwam, gelukkig voor hem, veel jaren te laat om op zijn beurt met een doodkaart vereerd te worden; ergo om door 160


Op de voorgrond : het Monument der N apoleonisten. Let op de gekroonde arend en de ijzeren afsluiting versierd met 4 lauwerkransen met ingeschreven letter N. Achter het monument : het grafteken van De Weweirne. Let tevens op de beschadigde naald van De Weweirne 's graf. (Foto uit de verzameling M. van Damme).

161


de Société met de voorgeschreven luister kerkhofwaarts gevoerd te worden. Ziehier in welker voege de Flandre Libérale van 24 april het overlijden wereldkundig maakte : "Hier est mort en notre ville à l'age de 82 ans M. Vanderhaeghe (sic)-Maya, ancien imprimeur, ledernier survivant et un des fondateurs de la Société des Frères d' Armes de l'Empire. L'enterrement aura lieu au cimetière de Mont-St. Amand, dans le caveau , des anclens soldats de l'Empire, cette fois scellé pour ne plus s'ouvrir." Het spreekt vanzelf dat een al te grenzeloze fantasie onze rapporterende gazetschrijver lelijke parten gespeeld heeft. Heeft hij misschien in een kwade droom gezien hoe men de deuren van de "caveau" openzette om Jan en Alleman te laten ervaren hoe ordelijk de tientallen kisten (in 1850 werden nog 150 kaarten verstuurd, natuurlijk niet alleen maar nog levende broeders) van de er bijgezette Napoleonisten opeengestapeld stonden ? De man heeft beslist niet ingezien dat er een hemelsgroot verschil bestaat tussen een grajinonument en een herde* kingsmonument. Vanderhaeghe is weliswaar in een "caveau" terechtgekomen, maai dat gebeurde prompt in die van de familie. Het aangehaald krantebericht kreeg een onverwacht staartje, want in het nummer van 27 april werd de goedgunstige lezer op dit brokje proza vergast: C'est par erreur que l'on signalait, il y a quelques jours, le décès du dernier soldat du Premier Empire domicilié à Gand. Le nom~ mé Pierre Bogaerts demeurant hors la ci-devant portede Courtrai, jardinier chez M. Vanderheyden fabricant, a pris part à plusieurs campagnes. Il est agé de 87 ans et n'en continue pas moins sa profession. Werd de grafkelder ( ?) voor het plezier van Bogaerts nog een geopend en nog eens verzegeld ? Ik steek mijn hand in het vuur dat het niet gebeurde. Vanderhaeghe moet een verwoede Fransgezinde geweest zijn wantin tegenstelling met de Flandre rept de Gazette van Gent met geen gebenedijd woord over 's mans dood. Alleen vinden we in de rubriek Overlijdens vermeld dat hij aan de op dat ogenblik nog piepjonge Leopoldlaan woonde. J. J. De Weweirne In de schaduw van de Napoleonistische naald prijkt een andere van

heel wat bescheidener allure. We staan voor het grafteken van Joseph Josse De Weweirne in leven "verwer van zyde en andere stoffen" en

162


woonachtig aan het Huidenvetterken nr. 1. Hij werd geboren te Gent op 10 dec. 1787 en overleed er op 24 juni 1866. Ofschoon hij een van de voornaamste stichtingsleden van de Société was- hij bekleedde nl. de functie van bewaarder van de zegels en het archief- had zijn begrafenis plaats zonder dat deze aangekondigd werd door middel van een kaart. Bovendien kreeg zijn naam geen plaatsje op het herdenkingsmonument. De toekenning van die tweevoudige eer had hij nochtans dubbel en dik verdiend. Op 20-jarigeleeftijd nam hij in het Frans leger dienst als jager van dè Keizerlijke Garde. Reeds het volgende jaar (1808) ontmoeten we hem in Spanje waar hij deel neemt aan een belangrijke hoewel kortstondige campagne. Hij maakt het oproer mee die op 2 mei Madrid in rep en roer zet. Overal waar gevochten werd was Joseph present: bij de inneming van Somosierra (30 nov. 1808); bij de overtocht van de Montserrat geleid door de keizer zelf (8 dec.). Ook in Oostenrijk en Duitsland was onze Gentenaar bedrijvig. Of hij nog andere oorlogsfeiten op zijn kerfstok had, weten we niet : alleszins was hij van de partij toen Napoleon zich van Regensburg (begin mei 09) meester maakte. Dat De Weweirne onder zijn stenen nrudd begraven ligt staat als een paal boven water. Wat we grif moeten toegeven is dat ze wonderwel weer en ontij flinkgetrotseerd heeft. Men zou het haar niet aanzien dat ze hier wel geteld al H3 jaar staat te pronken. Een emstig ongeluk overkwam haar echter vele jaren geleden : zoals de foto duidelijk laat zien verloor ze toen met haar puntige kop de arend die haar zolang bekroonde. ~u ligt de edele vogel eenzaam en onteerd aan haar voet wetend dat hij nooit ofte nünmer zijn rechtmatige en voorbestemde plaats hoog in de lucht zal mogen innemen. Generaal Van Remoortere Op enkele passen afstand van de twee obelisken rijst een derde monumen~ uit de grond : een arduinen ronde zuil rustend op een vierkantig basement en bekroond met een dito eveneens vierkantige impostplaat en een dito kruis. Waarom de steenkapper, natuurlijk op verzoek van de opdrachtgevers, de keizerlijke arend door het goddelijk kruis vervangen heeft is gemakkelijk te raden : hij heeft namelijk het zekere voor het onzekere verkozen. De vier zijvlakken van het basement zijn versierd met frontons, de hoeken ervan met zittende arenden. Het fronton van de voorkant is volledig ingenomen door een halfverheven beeldhouwwerk : een ons onbekend wapenschild met een helm als dekking, gehouden door twee klim163


Grafteken en kelder van de familie van Remoortere. Op de achtergrond is een hoek van de afsluiting van het Monument der Napoleonisten zichtbaar. (Foto V. W.)

164


mende leeuwen. De achterzijde van het basement draagt een tekst die met de beste wil van de wereld niet kan ontcijferd worden (campagnes ... ).In de goede oude tijd waren in de zuil de namen gegrift van een zeker aantal veldslagen waaraan de ter plaatse begravene deelgenomen heeft. Slechts de laatste naam is nog leesbaar : Leipzig. Het aanstippen waard : die namen zijn, of liever waren, van boven naar onder kurketrekkersgewijze aangebracht. Dat de steenhouwer zich laten inspireren heeft door de versiering van de beruchte Colonne Vendome (Parijs) waar een lange resem Napoleontische overwiimingen eveneens kurketrekkersgewijze, doch ditmaal van onder naar boven, voorgesteld zijn. De man die onder dit alleszins slank monument neergelegd werd, is bij manier van spreken geen simpele piot geweest. Dat hoef ik u niet te zweren. Alhoewel het hoe dan ook indrukwekkend grafmonument zoals reeds gezegd grondig verweerd is, rest er van de in de steen gegrifte letters toch nog genoeg over om te vernemen dat we voor het praalgraf staan van Charles-Antoine Van Remoortere. Het loont beslist de moeite met de man kennis te maken. Geboortig van Sint-Niklaas stapte hij op 18 nov.-1805 in het keizerlijk leger in de hoedanigheid van simpele bereden jager. Reeds op 10 maart 1806 verwierf hij de graad van brigadier. Stond het in de sterren geschreven dat de jonge kerel het als krijgsman ver zou schoppen ? Wellicht wel want op 15 juli 1807 werd hij tot onderluitenant gestemd. Een keizerlijk decreet van 21 juli 1807 maakt er een luitènant van; een ander decreet (6 april1812) een kapitein. Al die bevorderingen had hij klaarblijkelijk van 1806 tot 1814 op het slagveld weggekaapt. In laatstgenoemd jaar gebeurde er evenwel iets met de ongetwijfeld schr~dere officier dat ik niet begrijpen kan. U evenmin denk ik. Want nauwelijks eervol ontslagen "d1:1 service de France" (3 sept. 1814)- op dat ogenblik was Napoleon vlijtig bezig zijn· ontvluchting van het eiland Elba voor te bereiden - of onze luitenant begon gezwind te stappen ach ter het krijgsvaandel yan koning Willem I. Dat gebeurde op 11 nov. 1814. Zijn Majesteit moet Van Remoortele's daden gewaardeerd hebben want op 25 okt. 1824 verleende hij hem de graad van majoor. In 1830 na van de Belgische patriotten klop gekregen te hebben herhaalde hij wat hij in 1814 gedaan had: hij nam eervol ontslag uit Willems leger om ... kunt u het niet raden ? - zijn geluk te gaan beproeven bij de mannen van het Voorlopig Bewind (5 nov. 1830). Nog vóór het Bewind in de gelegenheid gesteld werd Leopold op de troon te installeren, werd hij met de graad van kolonel-commandant aan het hoofd geplaatst van het eerste regiment beredenjagers (23 juni 1831). Precies 10 jaar daarop werd hij door Leopold beloond: bij koninklijk besluit van 9 165


april1841 werd hij tot generaal-majoor gebombardeerd. Op 15 aug. 1847 na een zeer wisselvallige 42-jarige loopbaan bewandeld te hebben machtigde de koning hem met pensioen te gaan. · Als het allemaal van A tot Z waar is wat van de man verteld wordt mocht onze Franse-Hollandse-Belgische officier er prat op gaan veel uurtjes op het slagveld doorgebracht te hebben; dikwijls gewond te zijn geweest (een sabelhouw, een lanssteek, een kogelwond); met een lange resem eretekens overladen te zijn geweest : Officier van het Légion d'Honneur (Nap.); ridderorde van koning Willem I; commandeur van de Leopoldorde. Op dinsdag 22 maart 1853 bewezen autoriteiten, collega's en vrienden hem op het Campo Santode laatste eer. Generaal Clump Van Remoortere is niet de enige Belg geweest die in 3 verschillende schuifjes zo'n schitterende en "eervolle" carrière gemaakt heeft in de wereld van schieten en slaan. Ignace-Joseph Clump heeft eerstgenoemde in die wereld van schieten en slaan ruimschoots geëvenaard om niet te zeggen dat hij hem met op zijn minst drie lengten gevloerd heeft. De man is voor ons geen onbekende aangezien we hem de eerste steen zien leggen hebben van het Monument (2 juli 1849). Hij werd geboren te Bergen (Mons) op 12 nov. 1781 en overleed te · Gent op 20 sept. 1855. We weten niet of hij op het Campo Santo begraven werd, maar dat zal wel het geval zijn. Amper 17 jaar oud stapte hij in het Frans leger, met name in het 24ste regiment linietroepen. Korporaal gebombardeerd in 1801. Sergeant in 1802. Sergeant-majoor in 1803. Van ladder klimmen gesproken ! Op 30 nov. 1808 werd hij bevorderd tot onderluitenant. Het jaar daarop tot luitenant. Adjudant-majoor op 3 juli van hetzelfde jaar. Kapitein-adjudant-majoor op 4 jan. 1811. Tot slot kapitein op 15 aug. 1812. Onze kapitein zou zijn keizer trouw blijven dienen tot op het ogenblik dat Waterloo aan Napoleons militaire wandelingen een definitief einde steldê. Edoch de ondergang van de ene betekende nog niet de ondergang van de andere. Gelukkig zou Clump voorlopig niet zonder werk vallen want per expres ging hij zijn precieuze diensten aan de koning der Nederlanden Willem I aanbieden. Dat gebeurde in 1815 direct na 's konings troonbestijging (16 maart). In het Nederlands leger schijnt hij wat minder haast gehad te hebben in het oprapen van sterren en strepen, want hij moest het jaar 1826 afwachten om de graad van ma166


/

181.1·.,

17!)2.,

~

.

t,

S4l~J; .~;,~.· ~ ."·~~:;·~'Vv~~e 4! t'Y~

;4 ~li·~,~~~h .·~~·

Briefhoofd gebruikt door de Société Philantropique des ànciens Frères d'armes de l'Empire Française in 1863. (ook gedrukt Vanderhaeghe-Maya) f-'

0\ -...J


joor te verwerven. Nog hing de kruitdamp teweeggebracht door de patriotten gedurende de Septemberdagen als Clump het commando krijgt over het 4de regiment linietroepen. Op 15 okt.1830 met de graad van luitenant-kolonel. Meteen is de start gegeven voor een hernieuwe klimpartij. Kolonel. Generaal-majoor. Divisie<-generaal. Van simpele soldaat tot divisie-generaal : ge kunt uw stiel of ge kunt hem niet ! Dat hij op 11 aug. 184 7 gepensioneerd werd wil nog niet zeggen dat hij zijn leven in ledigheid zou beëindigen want zonder tijd te verliezen stapte hij over naar de "Garde Civique de Gand". Niet als "chasseke" welteverstaan, maar als "Général Commandant Supérieur. Zonder onderbreking van 1799 tot 1815) nam hij aan al Napoleons campagnes deel : Frankrijk, Italië, de Atlantische kust, Duitsland, Portugal, Rusland. Ook de bloedige Slag bij Leipzig (16-19 okt. 1813) maakte hij mee. (Valkenslag genoemd omdat Oostenrijkers, Pruisen, Russen en Zweden eraan deelnamen.) Al de decoraties opsommen die zijn borst bij zo menige gelegenheid versierden zullen we best niet doen. Neem gerust aan dat ze talrijk waren : van de Franse Ridderorde van het Légion d'Honneur ( 1 okt. 1807) tot de Belgische van Commandeur de l'Ordre Léopold (12 aug. 184 7 ). Veertig jaar verzamelen aan één stuk. Wilt u een bijna tastbaar bewijs in welke mate Clump door de broeders gewaardeerd en geëerd werd ? Op 3 van de 4 zijvlakken van het Monument staan de namen vermeld van een paar ereleden van de Maatschappij. Op zijde Nr. 1 prijken die van E. Bauwens (majoor); A.E.G. Spanoghe (notaris Pouillemerct 9); J.A. Baron Heyndrycx; G. de la Ketulle, F.J. Saubert; F. Waedemont; Van de Capelle; L. Denys; Heybrouck; J. Conte; Ch. Dubois. Op zijde Nr. 2 zijn klaarblijkelijk de namen van de elite bijeengebracht: J. Papeians (voornoemd); G.A. Van Remoortere (voornoemd); L. Van de Poele (generaal-majoor); J .B. Dollyn Dufresnil (generaal-majoor); F. Geerinch (kolonel); J. Parasie (kap.); E. Van de Poele (notaris Burgstraat 46);-Ch. Martens; G. Mechelynck; R:iepsaet; L.J. Savat; H. Carl; J. Magnée; Guelduve. Op zijde Nr. 3 is slechts één enkele naam in de steen gekapt, die van J.F. Clump I Lieutenant-Générall Commandeur de la Légion d'Honneur I et de l'Ordre Léopold I né à Mans la 12 sept. (in plaats van nov.) 1791 (in plaats van 1781) I et décédé 1~ 20 sept. 1855. We weten niet (op het Gemeentehuis wellicht wel) op wel kerkhof Clump begraven werd. Dat zal voorzeker op het Campo Santo geweest zijn. 168


Mogen we ons verhaal besluiten met het neerpennen van een aforisme ? Wie over Baekelandt of Jan de Lichte schrijft, is daarom:nog geen bandiet. Wie het leven beschrijft van Australische of Afrikaanse kannibalen, nog geen menseneter. Wie iets weet te vertellen over ontuchtige bedrijven, nog geen hoerenwaard. Wie Napoleon: en wat met de man verband houdt behandelt, nog geen Fransdolle mensenslachter. M. VAN WESEMAEL NOTEN 1. Robespierre, genaamd De Bloedige: dictator en tiran, onthoofd op 10 dec. 1794 I Tiberius : Romeins keizer die ontelbare moorden op zijn geweten had I Nero : Romeins keizer die niet alleen massa's kristenen maar ook zijn moeder deed ombrengen. 2. Grognard :eretitel gegeven aan de keizerlijke Garde; wederrechtelijk toegeëigend door andere soldaten.

3. Vanderhaeghe: niet te verwarren met de Vanderhaeghens, zeer hekende Gentse drukkersfarnilie. 4. Flora: ruime zaal gelegen aan de Holstraat, thans een schoolgebouw. Werd lang gebruikt om er de Floraliën in te houden. Destijds zeer bezochte danszaal. Een van de eerste wijkbioscopen van de stad. 5. Kieckepoost : J.J. Kieckepoost, 1773-1837, volkstype Kiekenpoot genoemd. Een onverbeterlijke fantast die overliep van domme maar ook wel van verstandige projecten. Zie G.T. IV blz. 91 e.v. 6. Zie M. Steels, Geschiedenis van het Stedelijk Onderwijs te Gent 1828-1914, blz. 136.

7. Zie M. v. M. : Mijmering rond een vergeelde nieuwjaarskaart, Palmarès, april 1971, blz. 10 met een afbeelding van het portret. 8. Zie M. v. W. :Romantische Doodkaarten, Ons Heem, 1972, blz. 189-201. 9. Jan Frans Willems (11 maart 1793- 24 juni 1846)-is de eerste geweest te wiens ere en. nagedachtenis op het Campo Santo een herinneringsmonument opgericht werd. De inhuldiging greep plaats op 26 juni 1848, dus precies 2 jaar en 2 dagen na zijn overlijden, onder een ontelbare toeloop van een geestdriftige menigte. BffiLIOGRAFIE 1. Archief van de "Société philantropique•.. ", Stadsarchief, Gent, M 301 (a-g) 2. P. de F ourmestraux, Les Napoléonistes, Bruxelles, z.d. 3. F. Bemaert, Fastes militaires des Belges au Service de la France. 4. J. Berte, Histoire de la Société philantropique... 5. Pr. Claeys, Gantois ayant servi comme officiers dans l'Armée française sous la République, le Consulat et l'Empire, 1792-1815, La Flandre Libérale, 25-04-1898.

169


6. Pr. Claeys, Les anclens Frères d'Armes de l'Empire français, La Flandre Libérale, 14-02-1899. 7. H. van Duyse, Le Monument napoléonien à Mont-Saint-Amand, La Flandre Libérale, 19-06-1895. 8. P. Kluyskens, Gent en Napoleon, De Gentenaar, 18-08-1969 /25-08-1969 I 01-09-1969 9. P. Kluyskens, De Napoleonisten te Gent; ? 10. L(ouis) M(aeterlinck) Les Napoléonistes gantois, La Ftandre Libérale, 18-02-1905 11. G. van Severen, Le Mémorial de Charles Blomme, chirurgien-major des Armées françaises, La Flandre Libérale, van 21-10-1960 tot 11-11-1960. 12. A. van Werveke, De Militieloting, Vooruit, 16-11-1925. 13. A. van Werveke, De Napoleonisten, Vooruit, 31-05-1925. 14. M. van Wesemael, A propos van Marie Schellinck, G.T., 1977, blz. 220. 15. E. T., De Oud-wapenbroeders van het Keizerrijk, G.T., 1977, blz. 123-124. 16. Broederlyk en menschlievend Genootschap der Oud-gediende Wapenbroeders van het Fransch Keyzerryk, Gazette van Gent, 19-11-1841.

BIBLIOGRAFIE

HETBijLOKEHOSPITAAL Een paar maanden geleden werd de Gentse geschiedkundige bibliotheekeen merkwaardig boek rijker: Een middeleeuws Abdijhospitaal: de oude Bijloke. De ondertitelluidt : Gentse Hospitalen en Ziekenverzorging, 1146-179 7, door Alfred van heddeghem. Het werd uitgegeven door C. de Vries-Brouwers, Antwerpen-Amsterdam. Het telt 324 blz. en is overvloedig geïllustreerd. Het heeft een groene vollinnen band beschermd door een met een mooie afbeelding versierde stofomslag. Prof. Dr. A. Evrard schreef er een gepaste inleiding voor. Om het met een gemeenplaats uit te drukken komt Vanheddeghems studie een bestaande leemte aanvullen. Of hij daartoe de aangewezen man is ? Het antwoord·· staat gedrukt op de binnenzijde van de omslag: "Uit zichzelf al een vorsersnatuur was hij ook door de aard van zijn beroep uitstekend geplaatst om de geschiedschrijving van de oude Bijloke te Gent op zich te nemen : tijdens zijn lange loopbaan bekleedde hij namelijk de vertrouwensfunktie van ontvanger bij de Commissie van Openbare Onderstand van Gent". Van de 5 hoofdstukken waarin het werk verdeeld is behandelt het eer-

170


ste de avontuurlijke geschiedenis van de Gentse godshuizen met uitzondering van het Bijlokehospitaal. Aldus maken we kennis met de O.L.V.lazarie (de verzamelplaats voor melaatsen ofleprozen); het St.lanshospitaal (asiel voor zwakzinnigen); de hospitalen afhankelijk van de St.-Pieters-en de St.-Baafsabdijen; de privé-godshuizen. Ons wordt niet alleen een massa informatie verstrekt betreffende de stichting en de ·functie van de inrichtingen, maar tevens over de omgang met de patiënten, wat heel belangrijk is. Het 2de hoofdstuk is volledig gewijd aan het Bijlokehospitaal. Het spreekt vanzelf dat de auteur de uiteraard omvangrijke materie vanuit alle hoeken bekijkt. Voetje voor voetje volgen we dan ook de bouwgeschiedenis van de abdij. De (nog bestaande, unieke) ziekenzaal en kapel worden natuurlijk tot in het minste detail beschreven. Dat in geen mindere mate het accent gelegd wordt op het dagelijks gebeuren in zo'n belangrijke stichting, vraagt geen betoog. Vandaar dat de auteur al wie komen en gaan aan het woord laat komen : de barbiers - chirurgijns en dokters, de apothekers en de kwakzalvers. Ook de zieken belast met een waaier van problemen, vooral wat hun verzorging (of wat we daaronder mogen verstaan) betreft doen ook hun duitje in het zak.: je. Bovendien komen nog heel wat andere aspecten van de speciflek hospitaalse bedrijvigheden aan bod. Ik denk in· dit verband aan de chirurgijnsgilden, aan liet Collegium Medicum, een door de wet erkende artsenkamer, die we in zekere zin mogen aanzien als de bleke voorloper van de tegenwoordig bestaande Orde, en aan de ermee in verband staande wetgeving. Menige bladzijde wijdt de auteur aan de geneeskundige diensten aan de patiëntén verstrekt. Wat we betreffende de taken van het medisch personeel vernemen is niet zo maar op een rijtje te zetten. Dat we met de talrijke vreemde gastspecialisten die in het hospitaal kwamen demonstreren, geconfronteerd worden, verhoogt in geen geringe mate onze nieuwsgierigheid. In het derde hoofdstuk leidt onze onvermoeibare cicerone ons rond in de bekende en minder bekende hoeken en kanten van de abdij; daar waar talloze generaties zusters hun leven doorgebracht hebben. Meteen komen we ongemerkt terecht waar men ruim een eeuw geleden een onnoemelijke schat van geschiedkundige voorwerpen en documenten letterlijk opeengestapeld heeft. Van de gelegenheid maakt de man gebruik om de lezer te vergasten op een talrijk stel afbeeldingen. Afbeeldingen van plaatsen die elke rasechte Gentenaar goed vertrouwd zijn. Een veeleer terra incognita betreden we weliswaar zonder door de zusters uitgenodigd te zijn, om met hun huidige woonst kennis te maken. Ook hun meer wereldlijke bezigheden- economische en fmanciële-

171


worden in geuren en kleuren in een volgend hoofdstuk behandeld. Dingen bepaald het lezen waard. Om te eindigen schetst de auteur in een paar bladzijden het laatste schuifje van de lange Bijlokegeschiedenis : de 19de-eeuwse. Het is altijd een aangename en vooral gemakkelijke taak een hoek te kunnen recenseren waarover niets anders dan goeds kan gezegd worden. Van Van heddeghems werk - als ik mij niet vergis is het een eersteling- verdient onvoorwaardelijk gelauwerd te worden. Inderdaad· brengt de auteur ons een volwaardige? vlot en zeer onderhoudend geschreven studie. Hij verstaat de kunst de belangstelling van de lezer voor elk onderdeel van het verhaal gaande te houden. Menige bladzijde leest u trouwens als een boeiende roman. Wat als een pluspunt mag genoteerd worden : de letterzetter heeft zijn duiveltjes geen kans gegeven wat roet in het gedrukt eten te komen gooien. Prima is de materiële afwerking van het boek : mooi glanzend papier, de leesbaarheid bevorderende letter en bladspiegel. Uit alles blijkt hoe grondig de auteur zich gedocumenteerd heeft en hoe ontelbaar de bronnen zijn waaruit hij zonder mate putte. En wat de verluchting van het boek betreft mag getuigd worden dat zowel de kwáliteit als de kwantiteit betreft ze tien op tien verdienen. De regels die nu volgen dienen geenszins als afbrekende kritiek bestempeld te worden. Ze moeten alleen maar beschouwd worden als een goedbedoelde tip waarvan de auteur bij het voorbereiden van een tweede druk van zijn hoek gebruik kan maken. Noch in de Algemene literatuuropgave, noch in de lijst van bibliografische verwijzingen hengelden we vruchteloos naar de titels van twee nochtans kapitale werken die dezelfde hospitaal-materie behandelen en die we graag hadden vermeld gezien : Dr. L. Elaut, Het Leven van de Gentse Ziekenhuizen vanaf hun ontstaan tot op heden, Gent-Antwerpen-Brussel-Leuven, 1976 en de tweedelige Kataloog van de Tentoonstelling die te Brugge gehouden werd van 5 juni-31 augustus 1976: Sint-]anshospitaal1188-1976; op alle gebied, niet in het minst wegens zijn schitterende illustraties een prachtboek, de ontelbare zet- en andere fouten niet te na gesproken. Wat we in Van heddeghems werk eveneens node missen is een gedetailleerde plattegrond van de behandelde site waarop zowel het nieuw klooster als de oude abdij zouden getekend zijn. Ten slotte willen we erop wijzen dat een boek als dat van Van heddeghem ten zeerste zou gediend zijn ware er een index van persoonsnamen aan toegevoegd; voor de auteur weliswaar een enorme karwei, voor de lezer een noodzakelijk instrument. 172


Geen tekortkoming maar veeleer een niet weg te wuiven bezwaar is gelegen in de prijs die in de boekhandel dient neergeteld te worden. 1500 F. Op het eerste gezicht een ferme poot geld die wellicht niet door iedereen kan besteed worden alhoewel de waar meer, veel meer dan zijn prijs waard is. Het is alleen maar te hopen dat dit spelbrekend euvel weggewuifd wordt door de door het Ministerie gesubsidieerde openbare Stads- en gemeentebibliotheken zodat DE OUDE BIJLOKE in eenieders handen kan terechtkomen. M.v.W.

2. Frans Verstraeten: De Gentse Sint-]akobsparochie. Deel II. Zestiende en zeventiende eeuw. Het is onmogelijk deze 694 bladzijden tellende studie samen te vatten. Enkel de titels van de drie hoofdstukken: de zestiende eeuw (tot de Beeldenstorm), de godsdiensttroebelen (1566-1584 ), de grote herstelperiode. Zeer grondige studie, die een volledig beeld geeft van het leven in de Sint-Jakobsparochie. Een voorbeeld van de rijke inhoud: "Alhoewel de Broederschap van de Allerheiligste Drievuldigheid slechts in 1641, dus eerder laat, werd opgericht en een relatief kort bestaan kende, mag zij toch als de meest vitale en invloedrijkste konfrerie worden beschouwd, die op de St.-Jakobsparochie heeft bestaan". In de rekeningen en het resolutieboek van de broederschap, worden tussen 1641 en 1699, met name 20 verloste slaven vermeld, 83 andere worden naamloos geboekt en verder wordt nog zesmaal gesproken van een groep of van "enkele" slaven. Het aantal slaven dat in die periode naar Gent werd gebracht mag dus worden geschat op ongeveer 120 en zeker een tiental hiervan werden volledig vrijgekocht op kosten van de Gentse broederschap. In de :XVII0 eeuw zullen minstens nog een 200-tal slaven met grote plechtigheid te Gent worden ingehaald'" (Bedoeld worden personen, meestal zeelui of onfortuinlijke reizigers, wier schip in de Middellandse zee door moslimpiraten was gekaapt). Deze degelijke, zeer grondige studie is de vrucht van duizenden uren geduldig zoeken. We houden er dan ook aan Z.E.H. Verstraeten te danken en te feliciteren om dit prachtig ĂŠn waardevol werk. 3. Tentoonstelling Corneel Heymans. (Sint..:Amanduskapel, november 1978) Biografie van de Nobelprijswinnaar Crimeel Heymans en kataloog van de tentoonstelling. 4. De Oost-Oudburg. jaarboek 1978. Het Jaarboek van de heemkundige kring Oost-Oudburg bevat vier bijdragen : Herm. Balthazar en medewerkers : Sint-Amandsberg, grond173


lijnen voor een demografische, sociaal-economische en politieke geschiedenis-studie, die een model is voor de studie van de geschiedenis van een gemeente-, en verder Fr. Bruyneel: Administratieve kroniek van de gemeente Sint-Amandsberg, Jos Clauwaert belicht de flgu.ur van de Karel Lybaert, die gedurende 35 jaar redacteur was vatt .de ten Het Fondsenblad en De Gentenaar F. Robbrecht bespreekt de zoogdieren te Destelbergen. Zeer interessant jaarboek.

kran-

5. HANDELINGEN DER MAATSCHAPPIJ voor Geschiedenis en Oudheidkunde'te Gent Deel XXXII 1978. Het Jaarboek brengt ons zes bijdragen, alle in betrekking met Gent. Dr. R. Van Driessche behandelt grondig de bouw van de Sint-Pieterskerk te Gent en brengt ons wel de definitieve oplossing van de ontwerper van deze kerk. De bijdrage van J. Van Bocxstaele draagt als titel "Wachtebeke in de tijd der grote ontginningen", ontginningen, waarbij de Gentse Sint-Pietersabdij en Sint-Baafsabdij een belangrijke rol hebben gespeeld. H. De Ridder-Symoens brengt Óns het eerste deel van haar studie van de Gentenaar "Lieven van Pottelsberghe en het onderwijs te Gent in de 16° eeuw". Op 5 juli 1708 werd Gent bij verrassing door de Franse legers ingenomen. Qp 13 december 1708 belegerde hertog Marlborough John Churchill onze stad en het Frans garnizoen tellende 14 000 man gaf zich over op 2 januari 1709. De gemakkelijke inname van Gent door de Franse troepen was mogelijks toe te schrijven aan verraad~ Er werd begin 1709 een onderzoek ingesteld. In zijn bijdrage "Gedelegeerde rechters over de verrassing van Gent van 5 juli 1708" bestudeert A. Veenendaal het verloop van het onderzoek. M. Desittere vervolgt zijn Archeologische Kroniek, terwijl R. De Herdt in zijn artikel "Bibliografie van de geschiedenis van Gent 1977-1978" ons een overzicht geeft van de verschenen werken en bijdragen over Gent tijdens het verlopen jaar. Dit artikel vermeldt niet minder dan 122 werken en artikels over Gent. Jaarboek 1978 is opnieuw een prachtboek vol welenschappelijk verantwoorde en boeiende lectuur. (Lidmaatschap 300 fr.Maatschappij Gesch. en Oudh. Gent 000-0370680-43, Blandijnberg 2 Gent).

VRAAG EN ANTWOORD Vraag 85: Wie kan voor de illustratie van een artikèl aan de redactie een prentkaart of foto bezorgen van het Brughuizeken en de Drongen-

174


sesteenweg ? De documenten worden binnen de veertien dagen terugbezorgd. (documenten van voor 1940) Vraag 86 : De Heer Lode Hoste, Schaverdijnstraat 28, 9000 Gent werkt aan een geschiedenis van de Gentse stadstrams. Hem interesseren o.m. de anekdoten, die hierover bekend zijn. Stuur ze aan voornoemd adres. Bij voorbaat dank.

AANVULLENDE LEDENLIJST 1422. Van Huffel J. Groot-Brittanniëlaan 57 9000 Gent 1423. Hostyn N. Kortrijksesteenweg 209/I 9000 Gent 1424. Pipyn A. Hoge Weg 153 9000 Gent 1425. Goethals F. Frère-Orbanlaan 209 9000 Gent 1426. Xaveriuscollege v.z.w. Collegebaan 36 2200 Borgerhout 1427. Debunderie W. Herfststraat 24 9000 Gent 1428. De Sweemer I. Hendrik Consciencestraat 14 9110 Sint-Amandsberg. 1429. Vandeweghe M. VinkendallO 9810 Drongen 1430. Mw Van MolM. De Pintelaan 105 9000 Gent 1431. -Mw Piton E. Tentoonstellingslaan 122 9000 Gent 1432. Rogiest W. Kweepeerstraat 28 9030 Wondelgem 1433. Peereboom R. Coupure Rechts 128 bus 4 9000 Gent 1434. Tfelt Ramskapellelaan 33 9000 Gent 1435. Dederck A. Kineastlaan 61 9030 Wond~lgem 1436. Mw Anthonis Ch. Perzikstraat 40 9000 Gent 1437. De Maertelaere M. Hooistraat 60 9210 Heusden 1438. Deproost F ..Gentstraat 44 9110 Sint-Amandsberg 1439. De Groote R. Rijsenbergstraat 66 9000 Gent 1440. Baetslé A. -Palingnuizen 113 9000 Gent 1441. Rijksnormaalschool K.L.Ledeganckstraat 8 9000 Gent 1442. Meyers Ch. Blauwstraat 18 9030 Wondelgem 1443. Vandekerkhove St. Rode Lijvekensstraat 16 9000 Gent 1444. Mw Godefroi R. Molenkouter 7 9841 Merendree 1445. Van de Voorde M. Meistraat 13D 9940 Sleidinge 1446. Bracke P.-A. Visserij 67 9000 Gent 1447. Rigaux G. Krijgslaan 184 9000 Gent 1448. VandenAbeeleCh. Drabstraat 27 9000 Gent 1449. -DeMunterG. Dr. De Reusestraat 65 9110 Sint-Amandsberg 1450. Van Quickelberghe J. Jan Verspeyenstraat 5 9000 Gent 175


1451. Ramon R. Prins Albertstraat 50 9110 Sint-Amandsberg 1452. Bibliothèque des Facultés Universitaires Saint-Louis Boul. du Jardin Botanique 43 1000 Bruxelles 1453. Crommelinck L. Meyerij 54 9241 Schelderode 1454. De Dapper Biezenstuk 99 9000 Gent 1455. Feys D. Muinkkaái 106 9000 Gent 1456. Mw Maes-Ver Eecke R. Azaleastraat 9 9910 Mariakerke 1457. Dr. Veys E. Klassestraat 20A 9710 Zwijnaarde 1458. Mej. Bytebier Y. Meersstraat 35 9000 Gent 1459. MwMadouClî.-Houtsaeger Gaardeniersweg 77 9000 Gent 1460. Casteels B. Galgestraat 138 9030 Wondelgem 1461. Herhert A. Pres. F.D.Rooseveltlaan 310 9000 Gent

TE GENT In de maand februari 1979 werd aan het geboortehuis van dr. Jan Oscar de Gruyter, gelegen in de Walpoortstraat naast de schouwburg Minard een gedenkplaat onthuld. Jan Oscar DeGruyter werd geboren te Gent op 10 maart 1885. Hij stichtte einde 1914 het Fronttoneel, dat in 1920 het Vlaamsch Volkstoneel werd. De Gruyter was de baanbreker voor de vernieuwing van het Nederlands toneel in Vlaanderen. Hij overleed te Nice op 27 februari 1929, nog geen 44 jaar oud. Zijn beeld prijkt in de hall van de Nederlandse schouwburg. Thans is er een De Gruyterstraat te Gentbrugge en te Gent.

Offsetdruk VITA, 9750 Zingem

176


GHENDTSCHE TYDINGHEN Tweemaandelijks Kultureel Tijdschrift van de Heemkundige en Historische Kring Gent V.Z.W. Redactie-adres : Sint-Lievensdoorgang 1, 9000 Gent 8ste Jaargang, nr. 4

15 juli 1979

Ere-voorzitter : J. Tytgat, ere-notaris. Voorzitter: G. Hebbelynck Onder-Voorzitter : H. Collumbien Secretaris : R. Van Geluwe Penningmeester : A. Verbeke Ruildienst :Van Geluwe-Eggermont A., MaĂŻsstraat 235, Gent Secretariaat : MaĂŻsstraat 235, Gent. -Tel. 26 23 28 Postrekening : 000-105.04.73-60- Heemkundige en Historische Kring Gent, Koggestraat 14, Gent Lidgeld : 200 fr.per jaar. INHOUD Gent in 1865 Een en ander over de klokken van het Belfort Waarom een Liefdadigheidswerkplaats niet werd opgericht in 1806 Het Hotel de Nockere Bibliografie Straatnamen Te Gent

178 199 219 223 225 226 227

Bibliotheek en wekelijkse bijeenkomsten : in het Documentatiecentrum voor Streekgeschiedenis, Convent Engelbertus, Groot Begijnhof, huis nr. 46, Sint-Amandsberg: elke zondag van 10 tot 12 uur. (uitgenomen op feestdagen). Gesloten in juli en augustus. Verantwoordelijke uitgever : G. Hebbelynck, Voorhoutkaai 40, Gent Elke auteur is alleen verantwoordelijk voor zijn bijdrage Uitgegeven met de steun van het stadsbestuur van Gent en van het Provinciebestuur van Oost-Vlaanderen 177


GENT IN 1865 2 januari: De maatschappij Zonder Naam, die tot heden gevestigd was in het koffiehuis Fauconnier naast de Minardschouwburg, is verhuisd naar de zaal Sodaliteit. 10 januari : Le Bien Public publiceert de volledige tekst van de encycliek Quanta Cura en van de Syllabus. Le Bien Public zal in een aantal artikels de encycliek verdedigen, terwijl de liberale Joumal de Gand het document zal kritiseren. 20 januari : Coupon 24 van de aandelen van de Société Linière Gantoise (waarde duizend frank) zal uitbetaald worden aan vijftig frank. 22 januari : In de zaal Parnassus werd een meeting gehouden. Volgens het verslag van de politie waren er een 250 toehoorders. Deneef Edm., voorzitter van de mecaniekers en De Ridder Jan, voorzitter van de wevers, voerden er het woord. 1 februari : De eerste opvoering van de opera Mireille van Gounod (geschreven in 1864) mag een waar kunstfeest genoemd worden. De toondichter, die de opvoering bijwoonde, werd geestdriftig toegejuicht door het publiek. Na de voorstelling bracht de Koormaatschappij een serenade aan de kunstenaar, die verbleef in het PosthoteL In al de Gentse kranten verschijnen brieven van Belgische zouaven, die vertrokken naar Mexico. 5 maart :Te Gent overleed de heer Lacoste, opperbevelhebber van de burgerwacht. Lacoste werd geboren te Gent op 22 october 1794. Na zijn opleiding in de school van St.-Cyr werd hij onderluitenant bij het Frans leger in 1813. In 1814 is hij eerste luitenant in een regiment van het Hollands leger om einde 1830 majoor te worden bij het Belgisch leger. Kolonel in 1841 wordt hij bevorderd tot luitenant-generaal in 1856. Hij ging op rust in 1857 en werd dan opperbevelhebber van de Gentse burgerwacht. De cavalcade van de Zonder Naam heeft tijdens carnaval 5 607,49 fr. opgebracht. Les joumées de camaval sont des orgies patronnées par le libéralisme. (Le Bien Public). Er werd tijdens camaval een Vlaams liedje verkocht, waarvan we de tekst niet terugvonden, maar waarin volgens Le Bien Public "le bureau du Bien Public y est qualifié de smeèrige ransel, stylede Baes Kimpeet de son rédacteur en chef''. (bedoeld wordt de krant De Stad Gent). Le Nouvelliste zal schrijven : "Le bal du grand théatre a attiré la foule et l'on s'y est trémoussé depuis onze heures dusoir jusqu'à cinq 178


Mil -EDM. ·

D

EEF,

- Op a»lm.&G •• 10 1,2

ln de ZatJ --".

\

fll

SS Jaauary 18 6,

P "' ..

Alle Werldieden, het zy tre11 van welk ambacht, worden le woonen.. Eenieder zal b~t .,_, MEETING ·y rygelaten zyn er hel " 'oord te .ren, m_its zich aengege,~n te hebben ep llel Bureel. n~itfd

ORDEU.,VAN

·-··------ . .. - --·

...... lof

1111 . . . .....,._

179


heures du rnatin sans interruption." 12 maart :Te Gent o~erleed Adolphe Neyt. Hij werd te Gent geboren op 11 mei 1804 als zoon van een koopman. Onder het Verenigd Koninkrijk was hij luitenant bij de schutterij. Na 1830 bestuurde hij met zijn vader een suikerraffinaderij, die gevestigd was op de Coupure. In 1848 wordt hij lid van de gemeenteraad en lid van de kamer van Koophandel. Lid van de provincieraad in 1854 wordt hij verkozen tot volksvertegenwoordiger in 1857. Hij was geen kandidaat meer voor de verkiezingen in 1861. A. Neyt werd burgerlijk begraven. 15 maart :De gemeenteraad wijzigt het reglement op de beluiken. In de nieuwe beluiken mag de bebouwde oppervlakte niet meer bedragen dan de helft van de oppervlakte van het beluik; de toegang tot het beluik mag niet overbouwd zijn. 20 maart : De katholieke Kring, die thans reeds 600 leden telt, heeft het hotel de Nockere aangekocht, waar de Handels- en Nijverheidsicring . zijn lokaal had. 25 maart : Op het kerkhof van de Dampoort werden door werklieden vergezeld van een politieagent een vijftal grafkelders, die gebouwd werden op last van de commissie van de kerkfabrieken afgebroken. Er volgt natuurlijk een klacht door de pastoors van Sint-Baafs, van SintJacobs en van het H. Kerst, terwijl De Baets de minister in het parlement interpelleert. 31 maart: In een artikel in verhand met het ontwerp van het reglement op de begrafenissen schrijft Le Bien Public over Fr. Laurent : "tl trone en maître à l'hotel de ville; il mène à la baguette le docile troupeau de nos conseillers communaux". 5 april : Peter Benoit heeft een concert in het Casino gedirigeerd. 11 april : De gemeenteraad bespreekt de begroting. Guequier verdedigt de afschaffing van een toelage van 5000 fr.aan de maatschappij, die de paardenrennen inricht. Fr. Laurent verklaarde: "De paardenloopen zijn door de rijken ingevoerd en zijn het vermaak van de rijken. Het is dus billijk, dat dezen de uitgaven dragen. Aan de koersen is er niets schoons eh goeds". De toelage wordt gestemd met veertien stemmen voor en zes tegen. De tegenstemmers waren Fredericq, Voituron, Laurent, Wagener, Dubois en Guequier. De verkoop van de oude Sint-Annakerk in de Lange Violettenstraat, groot 457 m2., voor de som van 19 050 fr. wordt door de gemeenteraad goedgekeurd. 21 april :De gemeenteraad keurt een reglement op de begrafenissen 180


goed. Het verslag, dat niet minder dan 91 bladzijden telt plus nog 64 bladzijden bijlagen, werd opgesteld door Fr. Laurent. Daarmede kennen we ook de strekking van het rapport en het reglement. In het verslag worden de volgende problemen behandeld : de grootte van de kerkhoven (volgens het verslag thans onvoldoende), de scheiding van de graven per eredienst, wie moet en wie mag begraven worden op een gemeentelijk kerkhof, het kerkhofpersoneel thans werd dit personeel nog aangesteld door de geestelijke overheid -, de toelating tot begrafenis. Het reglement telt niet minder dan 86 artikels. Art. 7 bepaalde : " Het personeel der kerkhoven bestaat uit een bestuurder der begrafenissen , een bewaarder voor ieder kerkhof, een grafmaker, twaalf dragers, een ceremoniemeester." De bestuurder zetelt op het stadhuis, is een adjunct-politiecommissaris en geniet een jaarwedde van 2000 fr. De bewaarders hebben de graad van politie-agent en ontvangen duizend frank per jaar; ze houden het register van de begrafenissen bij. De grafmakers verdienen 600 tot 800 fr. per jaar. De dragers stonden onder het bevel van de ondernemer van de begrafenisplechtigheid en werden door de ondernemer betaald. We moeten nog art. 85 vermelden, dat bepaalde : "De muren, die het zoo gezegd protestantsch van het zoo gezegd katholiek kerkhof in het voorgeborchte van de Brugsche poort en het zoo gezegd joods van het zoo gezegd katholiek kerkhof in het Heuvelpoortvoorgeborchte afscheiden, zullen afgebroken worden". (zie MĂŠmorial administratiE de la villede Gand 1865 ). Een reglement stemmen en het uitvoeren zijn twee verschillende zaken. Einde 1866 wordt het nieuw reglement nog niet toegepast. Dat weten 181


,~~~'fl''"'········· ················-··-------"(.~,q~

(5

C:aUtéëlrale de St. Davou.

••

IIONSEIGNEUR HENRI~FatNCOIS BltttQ, ~

XXITe

<>

~

f!:·VJ~QtJID 'PE, GANDt

PIIIX 5 fBAICS.

we onder meer door een incident op het kerkhof van de Dam poort. Begin december 1866 zou een zekere Schilpp, muziekleraar aan het conservatorium en protestant, begraven worden op het kerkhof van de Dam poort. Toen de lijkstoet op het kerkhof kwam, verhinderden vrienden van de overledene, dat hij zou begraven worden op het kerkhof en drukten de wens uit, dat de overledene zou begraven worden op het protestants kerkhof van de Brugse poort. Hierop werd de lijkkist in een bergplaats geplaatst. Uit het onderzoek ingesteld door een politiecommissaris bleek, dat de toelating tot begraving werd afgeleverd door de koster van de Sint-Baafskathedraal en dat broeder Bernard, reeoliet en die belast was met de begrafenissen op het kerkhof van de Dampoort, al de nodige schikkingen had getroffen. (VersJagen van de gemeenteraad deel 61) Pas in de begroting voor 186 7 vinden we bij art. 12 punt 13 een voorziene uitgave "drie grafdelvers aan 1000 fr.", wat niet in overeenstemming is met het reglement. De bestuurder en de bewakers worden niet aangesteld. Wel is er een stadsbediende, die ook met andere opdrachten is belast, die nu het toezicht krijgt op de kerkhoven en hiervoor een vergoeding ontvangt van 400 fr. per jaar. Een begroting stemmen en ze uitvoeren zijn nog eens twee verschillende zaken. In het register van de uitgaven (S.A.G. reeks a 3/3) vin182


den we voor 1867 slechts één grafdelver, die maandelijks 90 fr. ontvangt. Soms wordt hij aangeduid als "fossoyeur temporaire". Zelfs in 1871 vinden we slechts een grafdelver, die thans maandelijks 83,33 fr. ontvangt (dit is dus een jaarwedde van duizend frank). Trouwens op 7 juni 1865lezen we in de Nouvelliste : "Le collège échevinal ne portera pis devant le conseille deuxième projet de règlement en ce qui conceme les inhumations de manière que le premier règlement déjà voté resterait lettre morte". De gemeenteraad heeft tijdens een geheime zitting besloten de feesten der wijding van de bisschop niet bij te wonen. De Gazette van Gent schrijft vernomen te hebben, dat de korpsoverste van de burgerwacht van Gent besloten heeft, dat de burgerwacht de plechtigheden van de wijding van de bisschop niet zal bijwonen. 23 april: ~auwelijks zijn de eerste warme dagen daar, of de gevaarlijke en tevens zedeloze tonelen der naakte zwemmers hebben weer elke dag in de Rietgracht plaats. (Beurzencourant) 1 mei : Heden had in de Sint-Baafskathedraal de plechtige wijding plaats van bisschop Bracq door kardinaal Sterckx. 's Anderendaags deed de bisschop zijn plechtige intrede in de stad Gent. De straten waren versierd met mastbomen en vlaggen. Er was een.massa volk op de been, een ontelbaar aantal buitenlieden waren naar de stad gekomen. De bisschop vertrok uit het klooster van de Visitatie te Sint-Amandsberg, klooster en school, die door Mgr. Bracq waren opgericht. De feeststoet ging langs de Vrijdagmarkt naar het bisdom. 's Avonds wa-. ren talrijke gebouwen verlicht. Op donderdag 4 mei werd een ontvangst in het bisschoppelijk paleis ingericht. Op de ontvangst bemerkte men onder meer de liberale schepenen Aug. De Cock en Am. De Leu alsook de liberale senator Grenier-Lefebre en oud minister Rolin. 10 mei: De NieuweWandeling levert thans een prachtig uitzicht. Reeds verleden jaar was het deel voorbij de windmolen in een heerlijke tuin herschapen. Thans is er ook een tuin aangelegd langs de kant van de Coupure. De boulevard achter Akkergem is ook zo goed als voltrokken en de brede wandeling strekt zich uit van af de Coupure tot aan de Leie achter de Bijloke waar later een brug zal gelegd worden. Het bestuur van het Willemsfonds heeft besloten op 1 juni zijn volksbibliotheek te openen in een zaal van de Minardschouwburg palend aan de Estaminet Fauconnier, ingang langs de Corianderstraat. 9 juni : Sedert enkele dagen is men met de afbraak begonnen van de oude Sint-Annakerk. Eergisteren zijn de klokken neergelaten. Volgens de Beurzencourant van 11 juni heeft men er grafkelders ontdekt, o.a. 183


Feestelijke optocht op 2 mei 1865

van Marten Volcaert, schepen te Gent in 1539. 14 juni : Pas einde mei verschenen in de kranten berichten over de gebeurtenissen in Mexico. Op 11 april werden te Tacambaro 250 Belgische vrijwilligers van het legioen verslagen door 3 500 Mexicaanse soldaten. Hierbij sneuvelden zeven officieren en veertig manschappen. De overlevenden werden gevangen genomen. Majoor¡ Tydgadt Constant, geboren te Gent in 1827, officier, werd gekwetst en overleed aan zijn verwondingen. Op 14 juni had in de Sint-Baafskathedraal een lijkdienst plaats voor

184


de gesneuvelde Belgen. De katafalk was versierd met allerlei wapens. De Gentse tekenaar T'Felt maakte een tekening van de kerkversiering. De mis werd bijgewoond door talrijke militairen en door leden van de burgerwacht en van_het gerecht. 25 jll!)i: De dividend van de aandelen :van de Société de la Lys bedraagt voor 1864 vierhonderd frank per aandeel, waarvan de waarde 2350 fr.bedroeg op de beurs te Gent op 26 juni. Reeds in maart zal Le Bien Public schrijven : "Telle est la prospérité de la filature du lin pendant l'année qui vient de s'écouler, que l'une des grandes sociétés linières de notre ville va_ disposer pour 1864 d'un dividende de 40 io. (De uitgifteprijs van de aandelen bedroeg 1000 &.) Te koop: Salvatorstraat 74 :huurprijs 56 &. per trimester Salvatorstraat 76 : huurprijs 16 fr. per maand Salvatorstraat 78 :beluik van achttien woningen : gemiddeld 1,36 fr. per week en per woning. Klein Meerhem 2: 1,85 &. per week Engelandgat 16 (hoek Watergraafstraatje) 37,50 &. per maand 26 juni : Door de studenten wordt aan prof. dokter Bruggraeve zijn borstbeeld, werk van Van Eenaeme, overhandigd. In een toespraak wordt er aan herinnerd, dat dokter Burggraeve voortdurend geijverd heeft om rte fysische en morele toestand van de arbeider te verbeteren. In zijn dankwoord zegt de hoogleraar: "L'amélioration de la vie domestique de la classe ouvrière, tel est donc le noeud de la question!'. 's Avonds brachten de studénten aan hun hoogleraar een serenade; voorafgegaan door de muziek van de Verenigde Artiesten stapten ze op per twee en omringd door een rij commissionaires, die een honderd fakkels droegen. 1 juli : Vanaf 16 juni verschijnt dagelijks een bericht aan de lezers in de J ournal de Gand, waarin wordt medegedeeld, dat vanaf 1 juli de prijs van een abonnement verlaagd wordt van- tien &ank tot vijf &ank per trimester. Tevens wordt medegedeeld, dat vanaf 1 juli de krant L'Echo des Flandres zal samensmelten met de J ournal de Gand en dat de abonnees van L'Echo des Flandres de Joumal de Gand zullen ontvangen. De krant verschijnt's namiddagsom een uur. Vanaf 19 juni wordt de titel Joumal de Gand met als ondertitel L'Echo des Flandres. Waarom deze samensmelting? Vermoedelijk was de Joumal de Gand in 1861-verkocht aan de Gentse liberale associatie met als geldschieter burgemeester Ch. de Kerchove. De uitgave van de beide kranten was 185


~lttnsügrrrur ~rnri franrois

.

1 -1;4 0 0! .

nn; E.\"ÊQI'E DE GA'"D à roecasion de son .Sat·r<> \~_ \'" ~\a\ \'6\};) .

ÇF ... t ..~~( (fl.lt,fa..~ Hoh d'reuvre .

<:ÖotH'~;#,., ~

rn.

\.. '

~~~~~~

Relevês .

L"'!u<tgol

,"F<f.w

..,<C\.uo{"~ ~c>ffi1M~d~...J«.­ ,)~ 11.,. .. (' .~ Cu g.,J..,t

EntrèP~ . j"'-'-··~H dU 'ai)tll J<t nt.• J~ t.~ '1-1'\.&1'\.l l<t'l :.'.:..!J U o!'C:U( <1 fo.. nC'Ih•a.ud,f.. ('-'"t.tf.e.tU.._t ~ {'.... 'D'"'.:.f«.;.,~ .

t?..:.... t'.. w

~<i.. ~.. h,._t.~ ~

fo.

r3«2.., ,,....e.fl'~ -'

LÉ'~mnes . t'{•p•..!._'l"" ... '-'J';I,t~

_e, ......1--·

4,1,,. . ~

Rot is .

G(}._a.w)"'" l ~wff.i« .~ ~<L-C..\4A· l ~

fo. <9-e:z:-s.Y,rJ

t3 ..·~ «...~.w..<t f'"1'~,t..,

flats fi·oids .

. .r~ ....

-0 ..... .e-M. ~ ~H\:d..., Cio( ~<t b~Ju.Q..L~û . i ....

Patisseries.

~'1l.,..-ft<Ll

... "'!'~.A ".,f

il~\~~J«CJ ' ~- t"-C~ ..' FuA"'KuJ _lnanas, .f'ra<Sl!S, Fruib

et Dessert .


allicht deficitair en had de samensmelting een gezondmaking van de fmanciĂŤle toestand tot doel. (1) 10 juli: Heden overleed Constant de Kerkchove, oud burgemeester van Gent. Constant -de Kerchove werd te Gent geboren op 31 december 1790. In 1810 trad hij in dienst van het Franse leger als luitenant bij de ruiterij. In 1842 werd hij burgemeester van Gent als opvolger van Van Crombrugghe J., die overleed op 10 maart 1842. Hij was senator van december 1851 tot juni 1855. Na de nederlaag van de liberalen bij de gemeenteraadsverkiezingen in 1854 werd hij als burgemeester opgevolgd door Delehaye. In 1855 verliet Constant de Kerchove het politiek leven. Hij werd begraven te Wondelgem. De lijkdienst in de kerk te Wondelgem werd bijgewoond door bisschop Bracq. 16 juli: Op het kerkhof van de Heuvelpoort werd het grafmonument vanVan Peene ingehuldigd. Een optocht, waarin naast talrijke Gentse verenigingen ook toneelmaatschappijen uit Brussel, Brugge, Deinze, Ieperen, Dendermonde en l{ortrijk opstapten, trok van de Kouter naar het kerkhof. Aan het graf sprak Felix Boone. 22 juli : In de Nijverheidsschool wordt eĂŤn leergang over het gebruik van de naaimachine ingericht. 3 augustus : Gevraagd voor Frankrijk : draadjesmakers, kardenmeisjes en andere werklieden. Goed dagloon. Reiskosten betaald. Zich te wenden bij Frans Bilen, In den Ouden Steur, Rode Koningstraat bij het Oudburg. 7 augustus: Ter gelegenheid van de terugkeer van Emiel Soenen, zoon van ridder Florent Soenen, van zijn reis naar het Heilig Land en een deel van het nabije Oosten, stapte een feeststoet op van Maaltebrogge naar het kasteel Puttenhave te Sint-Denijs. Het Ridder Soenenspark is gelegen aan de Kortrijkse steenweg. (Links juist voorbij de overweg van de spoorlijn) 14 augustus: De Kamer bespreekt een wet op het kiesbedrog. De Beurzencourant schrijft : "We vragen ons af of de Kamer niet een beetje te ver gaat door haar begeerte om de kiezingen van de damp van wijn en bier te zuiveren ?" 21 augustus: Te Kamerijk heeft de Gentse Koormaatschappij de grote ereprijs gewonnen. De voorzitter van de jury was Ambroise Thomas. Op maandag 21 augustus hielde Koormaatschappij een feestelijke optocht. 28 augustus: De heer De Sutter, bakker, heeft drie maal tijdens de 187


,,.

?

'!

.:1~n~t.,

jAtlhw t;~ L)t,;. ._ 11 t

J

'4 Jil.:nütJt:f !'. Jf!cdh,-<'ltw~!.~~~ ~.- ~-:.~~~n~~!.

.A

<::>,,.( (> U:4>;.L•

~

1

~ :.~cn. vkvt.. bf~;~et-HL)?Lxl:}~. ~atf L<-vt..-

JJ'!-0 ~1.- ~'J <i-

lv"<..U\.;~I..~ k_

~,:.{O ,~..c.l.t.".,

~o vL) - .:>f{~u·<.A>)

d 0 t{ Jn'i,...Q :n~ t~,-~1/ c f1- t.l.'t.[ c itt.

~~teA­

t

Groep onderofficieren van het Belgisch-Mexikaans legioen

188


jaarlijkse koningsballing ingericht door de maatschappij De Drie Sleutels op het Sint-Pietersplein de koningstitel behaald en is nu keizer. Een stoet met een zestal rijtuigen trekt door de wijk. 10 september: Door de wevers wordt aan het stadsbestuur een verzoekschrift overhandigd. Bij opzeg door de patroon moet de werknemer onmiddellijk het werk verlaten, bij opzeg door de wever moet hij eerst nog veertien dagen uitdoen. Er wordt gevraagd voor de beide gevallen de voorwaarde eenvormig te maken. Tevens wordt nog gevraagd, dat er geen kinderen beneden de elf jaar zouden worden tewerkgesteld, dat vrouwen maximum elf uur per dag zouden werken en dat het zondagwerk, dat nog in enkele fabrieken bestaat, overal zou worden afgeschaft. Er wordt nog gevraagd toiletten in de werkplaatsen in te richten en er voor te zorgen, dat de draaiende delen van de machines zouden worden afgedekt. Op vrijdag 1 september werd het nieuw orgel in Akkergemkerk ingewijd. De spoorlijn Gent-Zeizate is bijna voltooid. 15 september: De brug bij de Jeztüetenkerk over de Houdei wordt verbreed tot de ganse breedte van de Bestormstraat. hl de Sint-Pietersvrouwstraat worden voetpaden aangelegd vanaf de pomp Ten Spriete (hoek Nederkouter) tot aan het Sint-Pietersplein. De ganse zomer zijn de bewoners van de Begijnengracht en Begijnendries verplicht deuren en ramen gesloten te houden door de onverdragelijke stank, daar het Leitje sedert jaren niet· gereinigd werd. Reeds in de Peperstraat en Burgstraat kan men de stank waarnemen. Evenzo is het gesteld op de Reep, die een grote reiniging behoeft. (De Beurzencouran-t). 16 september: De kerk van Sint-Stephanus (Augustijnen) zal binnen kort verrijkt worden met twaalf nieuwe schilderijen, die de twaalf Apostelen voorstellen en geschilderd zijn door Aniold ÖVerdeput. 24 september : 1ti de Minardschouwburg wordt het toneeljaar geopend ·met het werk van Sleeckx "Zoo de ouden zongen, zoo tjiepen cle jongen". De opera opent met Guillaume Tell, L'Africaine is ter studie. Men zal de spoorlijn Gent-Eeklo voorlopig verbinden met het spoor naar het Stapelhuis. Alzo worden de spoorlijnen Gent-Eeklo-Brugge en Gent-Zelzate-Terneuzen verbonden met de rijksspoorweg. De spoorhaan Gent-Antwerpen is smaller en kan niet met de andere lijnen worden verbonden. Het werk zal tegen 15 october klaar zijn. De vervoerprijs van steenkolen van St.-Gislain naar Eeklo zal met 1,50 fr. tot 2 fr.per duizend kg. verminderen, dit is ongeveer 10% van de prijs van de steenkolen.

189


Sint-Baafskathedraal op 14 juni 1865

190


De Beurzencourant vermeldt een brief, verschenen in een Engelse krant, van F.L. Bauwens, zoon van LievenBauwensen wonende te Walworth in Engeland. 28 september : Te Gent werd voor de eerste maal een regelmatige leergang in de fotografie ingericht. De K. Maatschappij voor Schoone Kunsten heeft beslist in 1866 een internationale tentoonstelling van fotografieĂŤn te organiseren. 2 october : In het hotel Zaman in de Koningstraat wordt een nieuwe katholieke middelbare school, Sint-Lievensgesticht genoemd, geopend. 23 october : De trafiek in de Gentse zeehaven, die geopend was in 1827, nam langzamerhand uitbreiding. In 1842 waren er 314 schepen met een gemiddelde tonnemaat van 98 ton. In 1860 waren er 357 schepen met een gemiddelde tonnemaat van 138 ton. En in 1864 was de gemiddelde tonnemaat gestegen tot 165 ton. Bovendien vervangen schepen met schroef of met raderen meer en meer de zeilschepen. Julius de Hemptinne verdedigde in de gemeenteraad de verbreding van het kanaal Gent-Terneuzen. Het kanaal had een breedte van 30 m. aan de oppervlakte en van 15 m. op de bodem en was 4,60 m. diep. de Hemptinne stelt voor de breedte te brengen op 50 m. (20 m. op de bodem) en de diepgang te brengen op zes meter. Er stellen zich natuurlijk een aantal problemen, waarvan het voornaamste wel was en nog is, dat het kanaal voor een deel op Nederlands grondgebied is gelegen. Bovendien liggen over het kanaal negen bruggen (Muidebrug, Meuh!stedebr., spoorbrug lijn Gent-Eeklo, Langerbrugge, Terdonk, twee bruggen te Zelzate, Sas van Gent en Sluiskil). De totale uitgave wordt geraamd op zeven miljoen. Gemeenteraadslid Pickaert stelt voor het waterpeil met vijftig cm. te verhogen. Schepen de Maere doet een derde voorstel: het waterpeil verhogen met 74 cm. en de studie aanvangen van een nieuw zeekanaal Heyst, Balgerhoeke tot aan het Rabat te Gent. Het voordeel van dit voorstel is, dat het zeekanaal volledig op Belgisch grondgebied zou liggen. Op 22 januari 1866 zal de gemeenteraad een dagorde goedkeuren, waarbij opdracht wordt gegeven de middelen te bestuderen om de diepgang en de breedte van het zeekanaal te verbeteren. Pas in 1870 zal met de aanpassing van het kanaal op Belgisch grondgebied worden begonnen, terwijl een overeenkomst met Nederland pas op 31 october 1879 zal worden ondertekend. Op 23 october keurde de gemeenteraad tevens het reglement van het Lousbergsgesticht, dat zal geopend worden op 8 december 1865, goed. Het personeel bestond uit een econoom, twee knechten en twee toe191


zichters, gekozen onder de proveniers. De econoom ontving een jaarwedde van 600 fr. en genoot kosteloos woning en voeding. De jaarwedde van de knechten bedroeg 300 fr. De proveniers-toezichters ontvingen drie frank per maand. Art. 15 bepaalde : "Tous le prébendiers sont obligés de faire à tour de role les corvées ordinaires de l'établissement saufles cas d'empêchement physique". Vermoedelijk bestonden deze karweien uit kuisen, aardappelen schillen, enz. De proveniers konden ook belast worden met bijzonder werk; ze ontvingen dan twintig centimes per dag. Twee knechten was zeker niet veel en daarom moesten de proveniers wel een handje helpen. Het wassen en de onderhoud van het linnen werd gedaan door de kinderen van het meisjesweeshuis. Het reglement voorzag ook de samenstelling van de voeding : per dag was voorzien : vlees : 200 gram (zeker beenderen inbegrepen), brood 650 gram, boter of vet : 60 gram, aardappelen 1 kg., groenten 50 gram, koffie of melk 50 gram. We kennen ook de kledij (tussen haakjes de tijd, dat de kledingstukken moeten gedragen worden in jaar): eenjas (4 j.), twee blauwe kielen {1 j.), een laken broek (3 j.) een broek in pilou (?) (1 j.), een lijnwaden broek (2 j.), drie hemden (1/2 j.), twee onderbroeken (1 j.), twee handdoeken (1 j.), twee zakdoeken (1/2 j.), een paar schoenen {1 j.) en een paar klompen (1/2 j.). In het Leusbergsgesticht werden oude en gebrekkige werklieden van fabrieken opgenomen. Hun aantal bedroeg ongeveer 32. 27 october : Victor Hye-De Crom heeft de voormalige abdij van Waarschoot, groot 12 571m2. en liggende tussen de Coupure en de Stoppelstraat gekocht voor 301 000 fr. De Melomanen hebben het hotel Maes op de Nederpolder eigendom van ridder De Coninck gehuurd om er hun lokaal te vestigen. 8 november : De Gentse kant begint in het buitenland in hoge gunst te komen. De juffrouwen Beers hebben met hun nieuwe kant genaamd Duchesse op de tentoonstelling te Dublin een medaille behaald; ook op de tentoonstelling te Porto wonnen ze een medaille om de oorspronkelijkheid en de uitmuntendheid van hun werk. 18 november: J. Babut du Marès vraagt aan de stad Gent een concessie voor de oprichting van een waterdistributiebedrijf. De aanvrager wijst er op, dat de bevolking thans slechts beschikt over putwater, regenwater en rivierwater, alle van zeer slechte kwaliteit. Verder wordt gewezen op de grote voordelen van leidingwater : arbeidsbesparing, onderhoud tuinen, brandbestrijding, gebruik baden, hygiëne. De aanvrager raamt de investering op ongeveer drie miljoen, waaruit voort-

192


Grafmonument H . Van Peene

vloeit , dat de eerste jaren de maatschappij geen financiëel succes zal zijn . Daarom wordt aan de stad een toelage gevraagd. Bovendien bekomt de stad talrijke voordelen (fonteinen, brandbestrijding, openbare gebouwen). De commissie, die de aanvraag moet onderzoeken , stelt zich de volgende vraag : " Faut-illaisser à !'industrie privée le soin d'établir, dans une ville aussi importante que Gand, un service de distribution d 'eau ?" De commissie, voorgezeten door schepen de Maere-Limnander komt tot het volgende besluit : " Une distribution d 'eau faite par une société conservera taujours un caractère de spéculation fmancière ; sans nul souci des intérêts de la classe ouvrière , les compagnies cherchent naturellement à tirer de leur entreprise la plus grande somme possible de bénéfices. Il suffit d 'avoir parcouru les rues de Londres et des autres

193


villes de 1' Angleterre pour reconnaitre combien l'eau, qui coule si abondamment dans les canalisations souterraines, y est rare à la surface pour celui quine peut point la payer." (Mémorial administratif 1866 ). Gent zal nog een aantal jaren moeten wachten op een waterdistributiebedrijf. 20 november: Tot in 1865 was Gent ingedeeld in vijf wijken, de politiecommissariaten waren ondergebracht in de wotiing van de commissaris, die daarvoor een vergoeding ontving. Indien de commissaris verhuisde of op rust ging, verhuisde dan ook het commissariaat. De wijken waren :eerste wijk (Onderstraat 46), tweede wijk (Holstraat 9), derde wijk (Sint-Margrietstraat 38), vierde wijk (Vijfwindgatenstraat 5) en vijfde wijk (Savaanstraat 54 ). De wijk van de Brugse poort neemt · meer en meer uitbreiding en de gemeenteraad keurt een besluit goed, waarbij aan de koning de toelating wordt gevraagd een zesde wijk op te richten. 28 november : Er had een tussentijdse verkiezing voor de gemeenteraad plaats ter vervanging van de leden Ad. Neyt (overleden) en Van Aelbroeck, Colson en VuylstekeJourdan, ontslag nemend. De heren Neyt A., Scribe G., Van denBergheen Van Hecke werden verkozen. 's Anderendaags was er nog een verkiezing ter vervanging vanTimmermans A. (overleden) en van Van Mosselvelde en Heyndrickx, ontslagnemend. De heren Dumont, Vander Malen en Motte werden verkozen. Van de 4 251 kiezers waren slechts een gering aantal opgekomen (eerste dag : 850 kiezers, tweede dag 599 kiezer-S .)

4 december : Na een toertje door·de Sinterklaaskramen gaat men zich in het Kelderken Gods te goed doen met een portie gebraden blièken of wat geroosterde paling met een broodje en door een glas goede uitzet besproeid. 10 december: Te Brussel overleed koning Leopold I. Hij wa8 69 jaar oud. · 15 december: De heer Felix de Hemptinne, oudste zoon van Jozef de Hemptinne enEmest Kervyn, zoon van Kervyn de Volkaersbeke, hebben dienst genomen in het pauselijk leger. Ze zullen pas op 13 januari 1866 vertrekken. Beiden behaalden de graad van onderluitenant. In 1865 zelf vertrokken vijf Gentenaars voor het pauselijk leger, nl. Callant Ad., Hogger L., Vaneenoghe Is., Fierlefyn Edm. en Peereboom Em. Even moeten we stilstaan bij Felix de Hemptinne. Geboren als zoon van Joseph de Hemptinne op 10 juni 1848 te Gent trad hij na zijn te194


• WEVERS VAN GE·NT.

•••tHle••,

"""

bHr DrUIIAN.Strs, ten gQtallea· van fJ ~a, komen ons tot Ul. te we»den en o»s nr8chil -.de te deelea, dl6 onder de opzich~n regtvaerdig en billy.k moet besehollwd worden. Sedert. eealBe weteu iJ er met bet herbloeijen onzer nyverhetd. eene algeroeene vel·booging v•n loon gedaen gewecbt, in de voomaemste nyverheidsgesticht.en van Gent. Die verhQOStng heliep 1Pl tO per honder,, en &eD. hoopten tot t ti ~r llolldert~ De Wevers. in bat attemeen, versenoesden lleh met dezen opsla~. Ten dien gevol&en, wendde wy ons ook op oKt i»eurt tot o:nzen patroon, om 1 betzelfde te bekomen; maer neen! wy tonden alechts tS per hondert bekonren, in pllttl ftn lQ per ilondert. Nietteaensthnde die prlnge verm.eerderiuc, bleven W'f nos weten lang 0111 werk voorbeUen; ebtdelyt, ons geweten dwong OGI· i11Sjelyu tO .per bQDdert te :vrageo. l® alt al de ándere Weven vaa Gtslt püen · Wy

'W~Yer•• wa ~-

beJ)hta.

. taterdag bu~tst. zyo wy on,boden &•w•t mma kantoor, en b~ft ou ~ ,..., wy verlangdeall wy ...._ Mln eavoadfg geantwoord 1 dat. wy ou verp~deD met à Weudlflt'8Cbe wrmèel'derlnif reed• pdlen door de JiMeJÎê labrilanten de.Zer .atad. Daerin bndQ h; ,atet toealeiDIRen vertlaerde by, soo\feel te btWen, dat by eerdtr JOU aUll4lfelt 1l~. en db ér ntel mede te Treden was, àt 'lf cramlddelJt tonde llun wertboelje trysen, ter en. omst4ndJcbèid1 JYfJ wy met ~ WIJVeN ODedoosend zonder werk lt&et, JODW aos le moten apreten. Ntt broeders, het. han&t au af .- Ul.

om ons em !Jrolderband tè retten. in het belang van ou atleD. Berinaert cle spreut ouer voorvaderen ,: hou M tNU. Gelieft uwe penalnsen te IHleteUent in st-Jalrobl, kleine Boton,nertt, by P. Jtoaft, 'ftD to ure •s morpus 1ot ,$ ~r• -. namidd$ .

·

UWt ~~ W'ewrl

wan dM heet

··~~··••:-••'~'•· .....

~

(J1

Akmt 4t'uü. VIII F•

.., , lruutltehtftra~t, 8.

'


rugkeer uit Rome einde 1868 op 3 februari 1869 in het klooster van de Benedictijnen te Beuron (Duitsland) onder de naam van dom. Hildebrand. Hij behoorde tot de stichters-monniken van de beroemde abdij van Maredsous. Het verwondert ons dan ook niet, dat de abdij van Maredsous ontwerpen werd door baron Jean-Baptiste de Béthune, die te Gent in 1858 een atelier voor kerkelijke kunst had opgericht. Maredsous is de grootste abdij van de Benedictijnen. Dom Rildebrand werd abt van Maredsous in 1890 en zal dit blijven tot in 1909. In 1894 werd hij door paus Leo XIII benoem-d tot primaat van de Benedictijnen. In deze functie zal hij de Benedictijner kloosters in de Verenigde Staten bezoeken. Dom Rildebrand overleed te Beuron op 13 augustus 1913. 16 december : Men is bezig de oude postbussen te vervangen door nieuwe, die groter zijn en uit twee vakken bestaan, nl. één voor brieven en één voor dagbladen en drukwerk. De Gazette van Gent betreurt, dat de opschriften enkel in het Frans zijn. 19 december : Heden wordt de spoorlijn Gent-Zeizate in gebruik genomen. 22 december: De hoofdafdeling van het Vlaamsch Verbond te Gent zendt een adres in verband met de Vlaamse belangen aan koning Leopold 11. Wat gebeurde in 1865 op sociaal vlak ? In 1860 werd door de Weversmaatschappij een Leesbibliotheek opgericht. In 1862 richtte de Leesbibliotheek een aanvraag tot de minister van Binnenlandse Zaken voor het bekomen van een toelage. De aanvraag werd ondertekend door De Ridder, voorzitter van de wevers. Minister Van den Peereboom schrijft op 11.7.1862: "La société des tisserands gantois est composée de gens ignorants et aveuglés par de faux principes. On doit chercher autant que possible à leur procurer les moyens des 'instruire et des 'éclairer''. Op een ongunstig verslag van het Gents stadsbestuur wordt echter geen steun verleend. In een verslag voor 1862 zegt de voorzitter van het Leesgezelschap Smeesters : doel : onderwijs en beschaving, leden : 80, aantal boeken : 160, lokaal : herberg Sint-Jacobus, Kleine Botermarkt, dit is het lokaal van de wevers. Wat later moet er een splitsing gekomen zijn in de Leesbibliotheek. De oorzaak : door het Leesgezelschap werden alle boeken met een vrijzinnige strekking geweerd. Een groep jongere en meer vooruitstrevende leden was het hiermede niet eens. Ze vormden een eigen leesclub. Deze scheuring had ernstige gevolgen. De twist werd verder gezet in de Broederlijke Wevers en uiteindelijk kwam ook hier een scheuring: 196


in december 1865 werd de Weversmaatschappij Vooruit opgericht met Karel De Boos als voorzitter. Wie was die Karel Oe Boos? Hij was geboren te Gent in 1842. De eerste maal ontmoeten we een De Boos in een verslag van een politiecommissaris van 22.3.1862. Volgens dit verslag is hij een van de leiders van de optochten gehouden door de katoenarbeiders tijdens de crisisperiode. "De Boos, cabaretier et ouvrier de fabrique, rue S. Hubert 34". Het verslag spreekt echter van Jean De Boos, terwijl de voorzitter van de wevers Karel De Boos is. Mogelijks vergiste zich de commissaris van voornaam- fouten komen meer voor- of wel gold het de vader of een broer; het adres is echter juist. Vast staat dat Karel De Boos of een familielid reeds in 1862 belangstelling voelt voor de problemen van de wevers. Als we de voornaamste personen, die een rol gespeeld hebben in de arbeidersbeweging ordenen naar hun geboortejaar, krijgen we het volgende beeld: a) Bilen (voorzitter spinners) 1819 Jan de Ridder (voorzitter wevers) 1822 b) Karel De Boos (voorzitter wevers Vooruit) 184 2 Jan Seranne (zal wat later De Ridder opvolgen) 1842 Pol Verbauwen: 1844 Paul De Witte : 1848 c) Van Beveren: 1852 Edw. Anseele : 1856 In 1865 waren er een drietal stakingen: in juni staakten 62 wevers van de kat~enweverij Delcroix Buiten de Brugse Poort voor loonsverhoging. Op 28 augustus gingen 27 wevers bij Dierman-Seth in staking voor loonsverhoging. Volgens een vlugschrift van de wevers van Dierman kent de katoennijverheid een opbloei en zijn in een aantal weverijen de lonen met 10% verhoogd. De wevers van Dierman vragen dezelfde loonsverhoging, maar de patroon wilde maar 5 % opslag geven. De 27 wevers kregen hun werkboekje. In de oproep aan de wevers van Gent vragen ze steun. "Gelief uw penningen te bestellen in St.-Jacobs, Kleine Botermarkt bij KĂśhn". Volgens een politierapport had deze oproep geen gunstig gevolg en ontvingen de 27 wevers geen enkele steun. Uit deze gebeurtenis kunnen we afleiden, dat zo wel organisatorisch als financiĂŤel de maatschappij van de wevers zeer zwak is. Na een week eindigde de staking. In september was er nog een staking van een dag bij De Moor-Muys in de Sint-Pietersnieuwstraat en dit om betere grondstoffen te bekomen. Op sociaal gebied was 1865 een kalm jaar. Dit is ook het geval 197


maar

in 1866, in 1867 zal het sociaal klimaat grondig veranderen. In 1865 waren de prijzen van het brood matig. Gebuild Ongebuild Rogge 30 c. 25 c. 16 c. 6januari 24 februari 17 c. 29 c. 24 c. 24 c. 16 c. 26 mei 29 c. 31 c. 26 c. 18 c. 21 juli 25 c. 30 c. 17 c. 15 september 30 c. 26 c. 18 c. 1 december De crisis in de katoennijverheid is sterk afgenomen; in alle nijverheidstakken is er veel werk. Door het Liefdadigheidsbureau werden 3 960 gezinnen met 10 611 personen gesteund: hiervan waren 2 805 ouder dan 60 jaar. De groep telde ook 1 644 weduwen, waarvan 325 met kinderen ten laste. Door de wet van 16 maart 1865 werd de Lijfrentekas opgericht door Frère-Orban in 1850 omgevormd tot een Spaar- en Lijfrentekas. In 1866 zal op initiatief van Fr. Laurent te Gent het schoolsparen worden ingevoerd, voorbeeld dat alras in binnen-en buitenland zal worden nagevolgd. . Op 9 april1865legden de Zudelijken de wapens neer en alzo kwam aan de burgeroorlog in de Verenigde Staten een einde. Vijf dagen later werd Abraham Lincoln, zesde president van de U.S.A. in de schouwburg te Washington neergeschoten door een aanhanger van het Zuiden. Met het einde van de burgeroorlog werd ook de slavernij afgeschaft. Maar tevens werd het geheim genootschap Ku Klux Klan Üpgericht. In 1865 werden Rudyard Kipling (1865-1936) schrijver van het Jungle Book (1894) en Nobelprijswinnaar in 1907 en Jan Sibelius, de Finse componist (overleden in 1957) geboren en overleed Pierre Joseph Proudhon, de Franse socialist, die van 1858 tot 1862 in ons land verbleef. M; STEELS

NOOT (1) B.R.U.G. bezit het dagblad L'Echo des Flandres niet voor de periode 1.7.1864 tot 30.6.1865. Hierdoor kunnen we niet weten, hoe zijn samensmelting met de J ournal de Gand wordt voorgesteld. In het werk "Bijdrage tot de geschiedenis van de Gentse Pers. Repertorium 1667-1914 van E. Voordeckers wordt foutief 30.6. 1864 als datum van het laatste nummer opgegeven. (blz. 161); ook de samensmelting van de Joumal de Gand met L'Echo wordt niet vermeld (blz. 287).

198


BRONNEN EN BIBLIOGRAFm S.A.G. : Reeks W 3/49 en reeks R 7 U. D. De Weerdt : De Gentse textielbewerkers en arbeidersbeweging tussen 1866 en 1881 (1959). Avanti-e : Een terugblik Daisy Devreese : Een vergeten Gents arbeidersleider uit de vorige eeuw, Jan Seranne (Handelingen Maatsch. Gesch. en Oudh. Gent. 1967) Jan Dhondt : Un militant gantois de la première internationale. (Karel De Boos) Paul Verbauwen: Schetsen uit mijn Leven of de Geschiedenis der Gentsche Wevers. D. E. Devreese :Nog voor de eerste Internationale: socialist en flamingant. Franciscus "Kapneus" Bilen (1819-1881) (Handelingen 1968)

EEN EN ANDER OVER DE KLOKKENVAN HET BELFORT Les cloches mêlent les pompes de leur grande voix à toutes les fêtes de familie, de la religion et de la patrie. Nombreux sont leurs rapports avec Ie ciel et la terre, Ie: monde et Ie temps, la vie et la mort. (Causard, klokkengieter uit Tellin, Luxemburg) De -e beiaard zingt zo -o schoon hij kan, de vreugde hee -eerst a -alom. Me -et bloemen kroont. de -e vrouw haar man, de bruid haar brui -ui de -egom. (Blijlied; Th. Sevens & K. Mestdagh)

Dan mocht de beiaard spelen van al u -uw torentransen: dan mocht de grijsheid kwee -elen; dan mocht de jonkheid da -a -a -a -a -a -a -a -ansen. Dan moch~ de jonkheid dansen. (J. de Geyter en P. Benoit) Die liedjes zongen en dansten voorheen de ouden maar piepen de jongen nu niet. Hoe zouden ze trouwens een beiaard kunnen laten zingen die, ik weet niet sedert waneer, hoog in zijn toren te dutten hangt. Zonder enige twijfel dromend van in zijn jeugd beleefde avonturen. Van zijn al dan niet roemrijk voorgeslacht weet hij zoveel als niets te vertellen en van zijn geboorte heeft hij alles behalve plezierige herinneringen bewaard. Met name betreffende trieste naweeën welke die blijde gebeurtenis op de voet gevolgd hebben. Over die geboorte maar ook over die naweeën is een lang en boeiend verhaal te schrijven. We zullen het u minder lang maar, hopen we, wel boeiend vertellen. Zolang Gent het zonder belfort, dus zonder torenwachters en klokluiders moest stellen, berustten de door de graaf (van Vlaanderen) aan de stad verleende vrijbrieven (charters, diploma's) in de (houten) toren (1) van de St.-Niklaaskerk en speelde die toren kordaat de rol van

199


stadswachttoren. Wat zeggen wil da.t bepaalde klokken gebruikt werden om bij het naderen van ongevraagde gewapende gasten of bij het ontstaan van brand alarm te slaan. Om het begin en het beëindigen van de dagtaak aan te kondigen. Om het doven van kaars en haard te hevelen. Enz. Dat men de St.-Niklaaskerk voor die belangrijke en eervolle taak in a.a.merking genomen had en niet de St.-Janskerk (de latere St.-Baafskathedraal, die nochtans niet minder centraal gelegen was, ligt eigenlijk voor de hand. Inderdaad, tussen de Magistraat en de Kerkfabriek hestonden sedert jaar en dag zeer nauwe "familiale" banden. Familiale? Waren de rijk en machtig geworden handelaars (coomans) en industriëlen (drapiers), die hooghartige patriciërs, die vrijwel al de schepenzetels bezetten, niet dezelfden die dicht bij huis (nl. aan de Koornmerkt) hun kerk gesticht hadden gewijd aan hun patroon, de heilige Nicelaas? De kerk die ze uitgekozen hadden om er hun kapel in te installeren, te meubileren, te versieren. Het spreekt vanzelf dat ze èn kapel èn kerk met milde schenkingen bedachten en er meteen voor zorgden dat ze er hun laatste rustplaats vonden. · Wanneer de kerktoren tot stads-wachttoren gepromoveerd werd weten we niet. Vermoedelijk van in de 12de eeuw. Bij de geweldige, rampspoedige brand van 1176 gingen al de charters in de vlammen op. Het zal wel met het mes op de keel geweest zijn dat die waardevolle perkamenten door de graaf (Filips van de Elzas) hernieuwd werden. (Denk in dit verband aan het feit dat het Gravensteen inderdaad tussen de jaren 1176 en 1180 opgetrokken werd.) Wat stond er het stadsbestuur anders te doen dan op zoek te gaan naar een andere plaats waar hun schatten een veilig onderdak zouden kunnen krijgen ? Hun keuze viel op het klooster van de Minderbroeders alias Premineuren (nu Gerechtshof}. Waarom de heren schepenen dit klooster en geen ander in huis namen ? zult u vragen. Omdat ze met die paters zeer nauwe betrekkingen onderhielden. (2) Doch laat ons liever naar de Niklase klokken terugkeren. Op welke van die klokken werd er beroep gedaan om voor de stad op zo'n uitgesproken profane manier voor ban-, storm-, dach-, slaep-, brand-, smee-, werc- en hauweetclocke (3) te spelen? Zeker op de zwaarste onder hen. Hoelang ze die lastige karwei verrichtten ? Algemeen wordt aangenomen dat de idee een echte, eigen stadswachttoren te bouwen ontstond direct na de overwinning die het "gemeen" op de patristische overheersers behaalde (Guldensporenslag 1302). Hoelang men met horten en stoten aan de bouw gewrocht heeft aleer 200


Jlil N

0 I-'

In de Gemeenteraadszitting van 8 februari 1851 werd besloten voor het Belfort een splinternieuw uurwerk te maken. Nolet werd met de opdracht belast. Het uurwerk dat in 1853 klaar kwam, werd in 1913 vervangen door een gemaakt door Louis Meire. Ziehier hoe het raderwerk van dat horloge er uitziet.


overgega~ werd tot het gieten van de grote klok die naar de karolingische held ROELAND (4) zou gedoopt worden, weten we niet. Wel· is bekend dat die doopplechtigheid in 1315 gebeurde. Hoelang het zwaar bronzen ding moeten wachten heeft alvorens het een plaats, maar nog niet een definitieve, in de toren kreeg, weten we al evenmin. Betekent dit alles dat vanaf een bepaald ogenblik de klok vrolijk aan het luiden ging ? Bijlange niet. Niet zonder reden meende de autoriteit dat de te onlangs gemetselde toren zo maar niet mocht blootgesteld worden aan de brutale trillingen die het zwieren en zwaaien van zo'n lomp stuk brons noodzakelijkerwijze met zich moest teweeg brengen. . In welke mate.en in welk tempo van 1315 tot 1322 aan het Belfort gewerkt werd mag niet voortverteld worden want de betrouwbaarste, dus waardevolste bron, de stadsrekeningen, laat ons jammer genoeg feestelijk in de steek. Hoe dan ook werd de metselarij pas in het laatstgenoemd jaar hernomen. Op dat moment moet men reeds een eerbiedwaitrdige hoogte bereikt hebben, zo niet zou men niet genoodzaakt geweest zijn bij het werk een kraan (5) te betrekken. In april1324: werden de truwelen voor de zoveelste maal neergelegd niettegenstaande de bemoeiing van de wonderen verrichtende reus. Een jammerlijke omstandigheid die gelukkig niet verhinderde dat Roeland op 15 juli 1325 zijn "bronzen stem" eens mocht laten horen. Op die historische dag werd namelijk de Gentse militie, de zogeheten Witte Kaproenen, te wapen geroepen om een machtige groep Brugse, de ~f vijandige opstandelingen te gaan bevechten. (6) De stadsrekeningén boekstáafden het feit aldus: "It. Adam van Synay, hem van 12 ghesellen, vander banclocke te Iudene smaend. doe men trac te Deunze." Het was dus op een maandag dat 12 mannen nodig waren om Roeland aan het luiden te brengen. We zijn verplicht het jaar 1337 af te wachten om te vernemen dat de metselaars en de timmerlieden opnieuw de handen uit de mouwen gestoken en aan de ploeg geslagen hebben. De vier beruchte "stenen mannen" werden op de plaats neergezet waar sedert 1912 hun ersatz erfgenamen naar de verre verten staan te staren. Heeft Roeland zich gedurende al die jaren werkelijk niets van het luiden aangetrokken ? In ieder geval bleef hij nog altijd moederziel alleen om, als hij daartoe de gelegenheid had zijn klepel tegen zijn mantel te laten beuken, want, vergeet het niet·, nog steeds is het uit de Niklase galmgaten dat de naarstige Werkklok van 's morgens tot 's avonds zijn verscheiden bevelen de wereld in stuurt. Die toestand zal nog lang, nog zeer lang aanhouden. Inderdaad was

202


het pas in het begin van de jaren 1440 dat de wachters van de ene wachttoren naar de andere overwipten. Luister in welker voege de stadsrekeninge11 die verhuizing aan het perkament toevertrouwden "1441-1442, Betaelt persemiers ende sinen ghesellen wachters Sente Niclaus upten tur van sinen pensicene van den jare ... " (persemiere = naam van de hoofdwachter; pensicene =jaarwedde). Het volgende bestuursjaar, dus 1442-1443; is er voor het eerst sprake van "wachters up tbeelfroot van harlieden wedden ... " Schijnt het Belfort maar luttel geluk gehad te hebben met zijn grote klok - Roeland was wegens zijn onmogelijke. fysiek vroeger dan het hem lief zal geweest zijn, op een Zijspoor gerangeerd; zelfs in 1327 zouden sommigen hem reeds hebben willen hergieten - met zijn andere, mindere klokken was het al niet fortuinlijker geweest. Om te beginnen waren daar de tegenslagen met de elkaar opvolgende werkklokken. Toen de in de St.-Niklaaskerk hangende tot op dat ogenblik zeer bezige werkklok de bons kreeg en de schepenen besloten door het Belfort al dat klepelen te laten verrichten, kwam het erop aan zich een voor dat werk geschikte klok aan te schaffen. Eenvoudig en praktisch ware het geweest de. Niklase klok gewoonweg te laten verhuizen maar de kerkfabriek voelde niet veel voor die transactie. Ze wilden zich van haar eigendom niet ontdoen. Waarom ? Wel, omdat ze zich te goed herinnerde hoe steeg de magistraat destijds geweest was als het erop aankwam huurvergoedingen te betalen. Natuurlijk hadden de schepenen een klok kunnen bestellen. Ze kozen evenwel e~n voor.hen veel gemakkelijker weg: ze kochten namelijk van de abt van de St.-Pietersabdij een klok die hun geschikt voorkwam om voor werkklok te spelen : "Item ghecocht by (door) scepenen jeghen eerweirdighen here ende vader in gode, myn here de prelaet van Sinte Pieters, een clocke die nu ghehanghen is up 't beelfroyt om te ¡ wesene de dachclocke, wercclocke ende avontclocke wouch XXI.f pont XVI] sc0 HIJ d. ( 520,800 kg+ 0,368 kg+ 0,144 kg= 521,312 kg) te betaelne ten IIJpaeyementen ... " Het is wel jammer dat de rekeningen ons mordicus verzwijgen hoe de nieuwe aanwerving geheten was. Mogelijk, zelfs waarschijnlijk, was ze genoemd naar de H. Bertolf of Bertulf die abt geweest is van de abdij van Bobbio (ItaliÍ; gesticht in 612 door de H. Columbanus). Die H. Bertolf (+ 640) was dus een tijdgenoot geweest van de H. Amandus, de stichter van de Gentse abdijen. Wat er met Bertolf na zijn intrede in het Belfort aan de hand geweest is kan slechts met een resem vraagtekens beantwoord worden. 203


N

0

-!>-

Het klavier ten dienste van de beiaardier. Let op de koperen¡ trommel met zijn 17600 gaatjes en ingeplante pinnen. (Foto. Toerist. Dienst)


Ofwel werd hij te licht bevonden- wat betekenen 520 kg voor een hard werkende bronzen klepper - en daarom steels weggescamoteerd : in "dat geval diende hij op een loopje vervangen te worden; ofwel hebben de rekeningen zich deerlijk vergist en een veel te laag gewicht genoteerd. Wat minder waarschijnlijk mag geacht worden. Wat er óok van zij, in 1444, dus nauwelijks een jaartje na het eerste bericht over de aankoop van de Pieterse klok - duikt een heel wat zwaarder Bertolf op, 6972 pond= 3025,84 kg. Op 6 augustus van hetzelfde jaar mocht hij voor het eerst zijn stem laten horen. De spierkracht van 6 stoere knapen, zegt men, waren nodig om hem aan het luiden te brengen. Wellicht om voor brand te waarschuwen. Die Bertolf zou naar algemeen geloofd werd, tegelijkertijd met Roeland gegoten geweest zijn. Dus in 1315. Een moeilijk aan te nemen geschiedenis. Waar kon hij al die jaren, van 1315 tot 1444, figuurlijk gesproken, uitgehangen hebben ? Helaas, maar al te vroeg kreeg deze klok een "groote borste" zodat ook zij maar een beklagenswaardig 6.guur sloeg. Haar zou dan ook geen hoge leeftijd beschoren worden. Inderdaad. In 1482 besloot de Magistraat de waardeloos geworden massa brons te laten hergieten. Een hete karwei die evenwel van geen leien dakje zou gaan. We mogen ons terecht afvragen of de enige reden van Bertolfs ongenade uitsluitend te zoeken is in zijn slechte gezondheidstoestand. Het jaar 1482 zal wel uitgekozen geweest zijn wegens een heel verschillende omstandigheid. Op 27 maart van dat jaar overleed onze 25-jarige vorstin aartshertogin Maria van Bourgondië (zoals U weet ten gevolge van een val van haar paard). Ze werd opgevolgd door haar zoontje dat op dat ogenblik amper 4 jaar oud was : Filips bijgenaamd de Schone (7). Onî de nieuwe aartshertog een eerste blijk van eerbied te betonen bood de Magistraat hem het peterschap aan van de nieuw te gieten klok. Zoals gezegd ging deze gieterij van geen leien dakje. Een eerste maal gebeurde de gieterij in de binnenplaats van de Posteerne (8). Een fameuze mislukking. Dan maar met de lading klokspijs naar Brugge getrokken om aldaar de kunstgreep te herhalen (woonden in die mededingster van Gent misschien knappere gieters dan in de schaduw van het Belfort ?) Blijkbaar niet want alleen een beschamend misbaksel was al wat uit de Brugse keuken te voorschijn kwam. Ten slotte zou de gloeiendhete karwei dan toch maar te Gent verricht worden. Was het in de hoop te zullen slagen dat de onbekend gebleven gieter een bijna heilige plaats uitkoos om zijn kunst te tonen ? De gieterij gebeurde op het St.-Janskerkhof. De man mocht zijn handen 205


kussen en in de kerk een ferme kaars aansteken, want, de derde keer is altijd de goede keer, het wonder geschiedde: de klok kwam zonder barensnood ter wereld. Zoals gezegd kreeg ze voor peter aartshertog Filips. Philippus. Philippus scheen de goede toon gevonden te hebben; kwam dientengevolge in de gratie van arm en rijk, dus van iedereen; kon bovendien zonder uitstel de taak van wijlen Bertolf overnemen, dat wil zeggen van werk(= smede-; noen-; poort-; avond-) -klok. Philippus hield het geen volle 100 jaar uit. In 1573 onderging hij een volledige verjongingskuur. Het waren Willem de Hem en Marcus le Ferre die met de delicate gedaanteverwisseling belast werden. Deze had plaats in het begin van september van hetzelfde jaar : "Up onzen vrouwenavont den 7. september was de nieuwe gegoten clocke ghedaen uut der Scipliedencapelle (9) ende wiert up eene slede ghestelt ende wiert by de kinderen (sjouwers) voortgetrocken ende ghebrocht aen 't Belfroot dezer stede". In 1713 zal hij nogmaals hetzelfde lot ondergaan. Hij werd onder handen genomen door klokgieter Jan Pauwels. Voor de gelegenheid werd hem een nieuwe peter opgesolferd: Carolus VI, Rooms Keizer. (10) Carolus is de enige klok die aan de algemene schoonmaak van 16591660 ontsnapte zoals uit wat volgt duidelijk zal blijken. In 1376 kwam men met het metselwerk klaar. Dat was het gepast ogenblik om de toren van een (houten) kappe te voorzien; Roeland een verdieping hoger te bergen en meteen tot uurklok te promoveren (ofte degraderen, ik weet het niet). Een uurklok ten dienste te stellen betekent de tussenkomst van een bepaalde machine die het uurslaan mogelijk moet maken. Op 7 augustus van hetzelfde jaar wordt tussen de Magistraat en de timmerlieden Jan en Klaas van Ackere een vorwaerde (contract) ondertekend waarbij de gebroeders zich niet alleen verbinden een kappe te maken maar bovendien een (uur)werk te plaatsen dat 1° als stuwkracht zal dienen voor het "slaan" van het uur en 2° een klokkenspel, "beyaert" of "speilwerck" zal spelen. Dit laatste om een wijsje voort te brengen dat men "vorsclager" (voorslag) of wekkering noemde en dat zoals de namen het duidelijk te verstaan geven geroepen zijn om de uurklok uit haar slaap te wekken. Omtrent 2 jaar werd aan de machine (engiene, huurwerck = horloge = orloy) gewrocht. Als eerste werd Klaas aangesteld als "man die huerclocke bewaert" die weldra "orloymakere" zal genoemd worden. Inderdaad zal de man de uurklok of uurwerk meer moeten vermaken dan bewaren. 206


De kleinere klokken. Let op het warnet van ijzeren draden die de klepels in beweging brengen. (Foto. Toerist. Dienst)

207


Hoeft het gezegd dat zulk een wonderbare engiene die zo maar op eigen kracht het uur kan aangeven de verbazing en verwondering van heel de bevolking moest afdwingen? Het uurwerk werd om zo te zeggen volledig in hout geconstrueerd. Zijn motor was een loden gewicht dat aan een lang touw hing gĂŠreed om op een cilinder gewonden te worden. Zoals reeds gezegd was het Roeland die voor het uurslag gebruikt werd. Het uur werd nog niet aangeduid door middel van een of meer wijzers. De doven hadden dus niet veel aan de nieuwe uitvinding. Wat de wekkering aangaat zijn we minder dan spaarzaam ingelicht. Waarvandaan waren die klokjes gekomen? Zouden ze uit de lucht gevallen zijn ? Er wordt verteld dat ze omtrent een octaaf talrijk waren : wellicht een stuk of 15. Dat gering aantal klokjes zal stellig volstaan hebben om een paar maten van een of ander volksliedje voort te brengen maar om uit die muziekmakende bronzen dingen een enigszins behoorlijk brokje beiaardmuziek te produceren, zal de orloymakere voorzeker moeten passen hebben. Een van de belangrijkste onderdelen van het uurwerk was een horizontaal geplaatst tandrad dat zonder onderbreking heen- en weergaande draaiingen te verrichten had, een samenstd van bewegingen dat de regelmatige gang van het tuig in de hand moest werken. Dat wiel droeg- en draagt nog steeds- de naam van onrust. Een even voornaam onderdeel was een veel breder wiel in welks buitenste wand een aantal houten (of metalen?) pinnen geslagen waren, voldoende talrijk om door middel van draden de hamertjes te laten op- en neergaan. Het spreekt vanzelf dat een voortdurende aanwezigheid van de bewaarder van het uurwerk (of van een van zijn gezellen) geen luxe was die de stad zich zo-zo veroorloofde. Om de 24 uren diende het horloge opgewonden te worden en de werking gecontroleerd. Overigens waren haperingen en pannen voor de heren bijna dagelijkse kost. Na nog geen eeuw was het uurwerk volkomen versleten. Het werd dus hoog tijd om het door een geheel nieuw te vervangen. Dat gebeurde in 1455 toen Jan van Weehelen of van Wichelen het hout plaats deed maken voor het ijzer. Terzdfder tijd kreeg de kant van het Belfort kijkend op de Botermarkt, een cirkelvormige plaat opgesmukt met de voorstellingen van de 4 evangelisten : een voor het uur, een voor het half uur en twee voor de kwartieren. Een enige wijzer passeerde ononderbroken voorbij de bijbelse personages. Pas in 1551 zal men eraan denken ook het half uur te laten slaan en nog drie wijzerplaten aan te brengen, iets dat Marcus van Vaemewyck (20 jaar voordien ! ) laat plaats grijpen terwijl hij spottend opmerkt" ... 208


was 't Belfort viermael (eigenlijk 3 maal ! ) wyzer gemaekt heeft dan het te voren was." Doch eer het zover kwam was er onze toren heel wat anders overkomen. Niet zozeer om de Gentse woelmakers te bestraffen maar veeleer om ze te vernederen en te ergeren - het was voldoende bekend hoe gehecht ze stèeds aan hun Roelanä geweest waren- had Keizer Karel in 1540 de geliefde klok doen confisqueren. (11) Ze werd dus naar beneden gehaald om daar in klokspijs veranderd te worden. In 1544 ontfermt men zich over de oude banklok en hangt men ze weer in haar stoel. In 1600 worden ook de kwartieren geslagen doch niet op Roelands body. De klok wil zich alleen nog de uurslag aantrekken. Gedurende de halve eeuw die volgt valt niet veel te noteren over de muzikale prestaties door het Belfort geleverd. In 1657 scheen de beiaard plotseling van geen kanten meer te deugen. Hij was te oud geworden, te kaduuk, te versleten. Men zou, opperden sommigen, er best een kruisje over geven. Zo gezegd, zo gedaan : hij moest van A tot Z vemiewd worden wat betekent dat men hem zonder mededogen aan het vuur zou overleveren zodat hij uit zijn eigen as kon opstaan. De schepenen begonnen met een befaamde Geraardsbergse gieter, broeder Joseph, benedictijnermonnik van de abdij van St.-Adriaen, aan te spreken. De înan had reeds staaltjes genoeg gegeven wat zijn kennis en vakmanschap betreft. Oostende zowel als Geraardsbergen, Brussel zowel als menig andere plaats spraken met de meeste lof over wat Joseph in hun onderscheidelijke torens tot stand gebracht had. Waarom z~u Gent met hem minder goed varen ? Een vol jaar wrochtte hij aan onze beiaard maar moest helaas - een beetje laat - tot de slotsom komen dat, alhoewel hij hier wat tonen verlaagde en daar wat tonen verhoogde, het aantal klokken veel te gering was om er een ordentelijk liedje uit te hameren. Zijn werk werd als vruchteloos en waardeloos bestempeld wat betekende dat de broeder wandelen gezonden werd. Met lege zakken ? Hoogstend met half gevulde. De teleurgestelde, misnoegde Magistraat stond -vermits deze kost wat kost de andere beiaardsteden, Amsterdam, Mechelen, enz. in het klokkenspelen maar liefst de loef wilde afsteken - niets anders te doen dan te gà.an jagen op andere meer fortuinlijke klokkengieters. Een gelukkig toeval zou de schepenen uit de "sloosters" helpen. In juli van hetzelfde jaar (1658)'was de befaamde klokkengieter Pieter Hemony, gezegd van Zutphen, naar Gent gekomen om aldaar voor de abt van de abdij van Eename (Oudenaarde) drie grote klokken te-gieten. Eens zover werden ze "up de waeghe onder het Beeldfroodt" (12) 209


N

0 """"'

Nog klokken . Let op de ladder die toelaat de bovenste rij klokken te bereiken .


gewogen. Wat ze moesten wegen, wogen ze :de grootste 1200 pond (520 Kg). De kerkfabriek van de St.-Niklaaskerk maakte v:an de geboden gelegenheid gebruik om ook een (zwaar) driegelui te bestellen, dat evenals de Eenaamse klokken eenieders goedkeuring wegdroeg. Reeds stond hij gereed om terug naar het Noorden te trekken toen de vroede heren schepenen van der Keure hem in huis namen en hem voorstelden niet meer of niet minder dan een volledig nieuw klokkenspel uit de klei te stampen. Na heel wat over en weer gepraat ondertekenden de twee partijen op 8 maart 1659 een contract dat, laten we zeggen er een was van achter de boterkuip. "Myne heeren schepenen van der Keure der stede van Ghendt zyn veraccordeert met meester Pieter Hemony van Zutphen om te ergieten den Beijaert ofte speel-werek hanghende jeghenwordigh op de voorseijde Belfroodt der selver stede daer toe den vomomden Pieter sal moeten gieten sevenendertich goede ende melodieuse suijvere doeken ( ... ) elck in haeren behoorlijeken toanop den musiek sleutel die sullen komen te weghen ontrent vijfentwintich duijsent tweenveertich ponden naer ghijsijnghe ( ... ) te leveren in alle sulcke perfectie dat er hiet te lande geen beter en sullen ghevonden worden. (Wij onderstrepen) ( ... ) Belave daer-en-hoven de voorseijde sevenendertich kloeken goet te houden jaer en dagh voor scheuren en breuken in 't werck te gaen voor Passchen naestkomende omme voldaen te hebben binnen seven rnaenden : daertoe van stadsweghe ghelevert sal de plaetse (ter plaatse) ende alle de clockspijse consisterende inden auden heijaert metten Roulandt jeghenwoordigh hanghende up de voorseijde Belfroodt evenals alles tot de voorseijde sevenendertich doeken van noode sal weten te herghieten midts dooghende voor lacaige ofte freijnte (metaalverlies )." . De klok die figuurlijk gesproken zoveel stof had doen opwaaien maar in werkelijkheid daartoe maar weinig gelegenheid gehad had, werd op 16 juni in 71 stukken geslagen. Op de stadswaag (gelegen waar zich nu de Maromelokker bevindt en afgebroken in 174 2) gelegd bleek dat ze 12485 ponden gewogen had. (5418,490 kg) Het feit dat ze reeds hij de derde slag gesneuveld was b~vestigde de overlevering dat Jan van Ludeke en Jan Roosbeke ze uit prima mate" riaal vervaardigd hadden. Alvorens Pieter aan het werk te gaan zien moeten we hem u eerst voorstellen. Pierre Hemony werd beginjanuari 1619 te LevÊcourt (Lotharingen) geboren. Hij en zijn oudere broer François behoorden tot een 211


gevestigde klokkengietersdynastie. Reeds op 14-jarige leeftijd stond hij aan de gietkuiL De oorlogsgruwelen (Dertigjarige Oorlog 1618-1648) waren er de oorzaak van dat vaklieden van diverse pluimage Lotharingen verlieten om ver van huis hun tenten te gaan opslaan. Onder die emigranten bevonden zich de gebroeders Hemony. Zij gingen hun geluk in Duitsland zoeken. Wanneer ze naar Nederland verhuisden is niet bekend. Dat zal niet vóór 1642 geweest zijn. Het volgende jaar ontmoeten we François en Petrus te Zutphen waar ze hun eerste beiaard uit de grond stampten ... "speelwerck op het Wijnhuijs toomtien (torentje) ende sulcx voor 16 stuvers 't pont( ... ) geardeelt sal worden die doeken seer wel nae den toon, accoort ende goede resonantie gegoten te sijn." Het spreekt vanzelf dat de broeders, in samenwerking of elk op zijn eentje, tussen 1642 en 1658 heel wat brons zullen verwerkt hebben. Direct na de ondertekening van het contract met de Gentse Magistraat toog Pieter aan het werk, zonder François alhoewel sommigen beweren dat onze beiaard in samenwerking van de twee zou gegoten zijn. Het gieten van de klokken gebeurde op twee plaatsen : ofwel in "t' Stadts Magasyn" ( ) ofwel achter de Weverskapel (13). Onder andere werd de Werkklok (altijd die Werkklok !) op laatstgenoemde plaats tot stand gebracht. Die gebeurtenis wilde men niet zonder een bepaald ceremonieellaten verlopen want het waren leerlingen van het Jezuïetencollege die ze tot aan de voet van het Belfort vergezelden. "Op de clocke zat eenen trompetter ende was ghekleedt met eenen rozen hoed van gheluwe bloemen." Hoe groot de opbrengst aan klokspijs was kan met geen zekerheid gezegd worden :de berichten spreken elkaar te zeer tegen. Volgens een van die berichten, meer of min officieus, zou die niet al te spectaculair geweest zijn. ''Weghinghe ghedaen van de naervolghende Clockspyse tot het gieten van den nieuwen beyaert 23 juny 1659" vermeldt dat die 21527 ponden zou opgebracht hebben. Bovendien leverde de Ekkergemse kerk nog een portie metaal van 2068 ponden wat in het geheel een massa brons van 23595 ponden vertegenwoordigde (10240 kg). Er wordt niet gezegd hoeveel nieuw brons aan het oud toegevoegd werd; die hoeveelheid moet aanzienlijk geweest zijn aangezien de grootste drie klokken, die als eerste aan de beurt kwamen, 31518 ponden in beslag namen: 6050 kg +4459 kg+ 3170 kg (volgens Nowc!). De gefantaseerde cijfers inzake de overige 34 klokken en klokjes laten we maar liever buiten beschouwing: het kleinste zou namelijk amper 496 gram halen. · 212


Alras bleek dat er op enkele klokjes een vliegje zat maar aan dat gebrek pastePieter al spoedig een mouw. Geen beletsel voor de tegenstanders om hun campagne voort te zetten. Daardoor zagen de schepenen zich wel verplicht er experten bij te betrekken. Derhalve ontboden ze "van ander steden voortreffelyke meesters om de fauten die in den Beyaert waren te achterhaelen." In het begin 1661 beklommen enkele schepenen vergezeld van enkele meesters het Belfort om ginder boven het probleem te gaan bestuderen. Klokkenspeler Louys Toussaint werdverzocht een liedeken te "stellen" (steken = de vereiste pinnen in de trommel te slaan). Expert pater Philips Wykaert stelde vast dat16klokjes volstonden om het liedje te doen spelen. Waarop een heerschepen opmerkte waarom dan zoveel klokken moesten gegoten worden. Waarop Wykaert opgedragen werd iets te componeren waarvoor al de klokken nodig waren. Reeds op 17 januari kwam de man voor de dag met 2 composities : een wekkering voor de uurslag "Cecilia" en een voor de half-uurslag "o salig heylig Bethleem". Na Wykaert kwam Judocus vanden Broecke uit Ninove aan de beurt om zijn zegje te doen. Deze stak op 7 febr. voor het uur "Maria Schoon" en voor het half uur "La Courtisane". Ja-ja! De brave mankreeg een "eerlyk penninxken" waarna hij mocht ophoepelen. Helaas ! Dè beiaard was nog het eihde van zijn lijden niet gekomen want ~russelaar Nys spoedde zich naar Gent om aldaar de liedekens "Valencijn" en "Galathea" op de trommel te planten. De volgenc:{e welweter. Meester Merman kwam uit Antwerpen. Volgens_ hem dienden de hamertjes van, binnen naar buiten geplaatst te worden. Brugge was vertegenwoordigd door Meester Mol en Amsterdam door Meester de Sproke! "den voortreffelyksten Horologie-maker die toen ter rijdt gevonden wierd••. Een colloquium gehouden tèft huize va,n de heer Olivier Weesaert bracht al even weinig aarde aan de dijk. Al die herrie en drukte waren stellig niet bevorderlijk voor de goede verstandhouding tussen de Magistraat en Hemony. want niet alleen de kwaliteit van de lièdjes. maar ook die van de klokken zou weldra in het geding komen. Balthazar Richart uit Brussel "eenen zeer hervaren meester in de muzykale compositie en den kromhoorn van het Koninkl. Hof "kwam op 28 april vertellen dat 2 van de 3 grote klokken niet deugden. Zulk een kaakslag. zulk een slag onder de gordel waren te veel voor de zenuwen der vrienden Petrus en Louys. vooral als deze laatste vernam dat men Joannes Willems. een concurrent van Louys. ontboden had om in diens plaats de beiaard te bespelen. "Bedektelyk hebben ze het yzer- · draet verandert van den vollen toon van F in sijnen halven toon. Mr.

aan

I

I I

213



Op de stoel van de trommel bemerkt u de in het ijzer gegoten naam van de stadsuurwerkmaker Chs NOLET, te Gent in 1887 overleden op 69-jarige leeftijd. Zijn nationale oflieter internationale faam heeftNolet te danken aan de menigvuldige uitvindingen die hij op zijn naam heeft weten te zetten. Met name van het elec" trisch uurwerk. Het eerste exemplaar bevestigde hij in het begin van 1852 aan de gaslantaarn die geplaatst was op de hoek van de Mageleinstraat en de Bennesteeg, precies tegenover zijn woning, het Klein Paradijs genoemd, en gelegen aan de Mageleinstraat 21 (tegenwoordig ingenomen door een _handel in schrijfmachines. Öok te Brussel en te Marseille werd op de ingenieuze Gentenaar beroep gedaan ook in die steden electrische uurwerken te plaatsen (bedoeld is wijzerplaten). De dankbare stad vereerde de man op 16 maart 1855 met een erepenniD.g waarvan de inschriften aldus luiden : Beeldzijde : Gentse Leeuw in reliëf. Bij besluit des raeds der stad Gent van VI december MDCCCLIV. Fides et Amor. Rugzijde : Aen stadshorlogiemaker Karel Nolet die de electriciteyt de eerste in 't groot heeft toegepast op de uerwyzers in stadslanteemen geplaetst. (Foto Toeristische Dienst)

Richart niet wetende dit bedrog oordeelde dat de klokke moest ergoten worden. 's Anderdags heeft Mr. Louys na dat hy wederom bedektelyk het yzerdraet verandert had getoont dat de klokke goed was en het oordeel van M. Richart tegengesproken". De Brusselse organist Nicolaes Royer besloot de rij experten. Hij overtuigde de schepenen dat er aan de klok moest gekapt worden. Nadat Pieterflink gekapt had kon men niet anders dan vaststellen dat men van kwaad naar erger gegaan was. Royeren Pieter werden wandelen gezonden. Deze laatste niet zonder, na jaren achtereen zijn wedde gevorderd te hebben, de stad een proces aandeed. Dit werd op 22 aug. 1676 uitgevochten voor het Hof van Vlaanderen. De uitspraak wai dat de klok moest hergoten worden. Liever dan deze vernedering te moeten ondergaan zegde hij Gent vaarwel zonder ooit nog een penning ontvangen te hebben. Had hij die vermaledijde klok hergoten dan zou ze vandaag niet prijken op het Burgemeester Braunplein. Dat Hemony onheus bejegend is geweest door Gent mag blijken uit het feit dat naderhand gebleken is dat veel van Hernony's klokken kleine kunststukjes waren. Nog een enkel woord over de trommel waarover we het zoëven hadden. Hemony goot hem maar de reeds genoemde Royer voorzag hem van de nodige gaatjes en voor de herstelling van het ijzerwerk. Sedert 1660 is herhaaldelijk aan de beiaard gedokterd :klokjes werden vervangen, andere aangeschaft derwijze dat, mocht een beiaardier daartoe de gelegenheid hebben met 52 klokken en klokjes zou kunnen spelen. 215


Een typische 19de-eeuwse nog al erg politiek getinte anecdote mogen we hier niet onvermeld laten. Een anecdote waarbij ten overvloede

aangetoond wordt dat zelfs een onnozele wekkering niet kan ontsnappen aan de kwalijke geestigheden van sommige politieke heren. Het was de gewoonte, althans in de 19de eeuw, de trommel van nieuwe wekkeringen te voorzien op de dagen dat er toch niet gewekkerd werd, nl. gedurende de heilige dagen: Witte Donderdag, Goede Vrijdag, Paaszaterdag. Was het toeval of was het er geen dat precies in de jaren '76 en '77liberale (=Vlaamse) stemmen opgingen om de wekkering nieuwe liedjes mee te geven. Het was Hermann van Duyse, eerste conservator van het Museum voor Oudheidkunde, die erop wees dat er een komaf mocht gemaakt worden met het soort voorslagen die tot dan toe van de mode waren. In een artikel verschenen in Le Joumal de Gand van 11 maart 1876 protesteert de toenmalige horlogemaker Ch. van Lancker die sedert 1865 met het kiezen van de liedjes belast was. Natuurlijk met de toestemming van het Schepencollege. Op dat ogenblik waren dat aria's geknipt uit bekende opera's: Ombre van von Flotow; Hamlet van Thomas; Sij'étais ROi van Adam; Roméo van Gounod. "Vous pensez qu'il serait plus facile et en même tempsplus intelligent dechoisir pour le carillon des airs populaires anciens ?" Hermann van Duyse die als liberaal wèl voorstander was van het volkslied nam de schrijver van het artikel tamelijk hardhandig in huis. "Nous derneurons d'ailleurs à l'heure qu'il est convaincu qu'il ne dépend pas uniquement de M. Van Lancker de piquer les airs qu'illui plait. (... ) Nous n'avons jamais eu l'intention de réclamer autre chose et n'avons fait que soumettre à l'administration une apinion que beaucoup de nos concitoyens partagent ( ... ) les motifs contemporains ont la plupart du temps un caractère qui cadre mal avec la vénérable sonnerie du Beffroi. (... ) Trap souvent certains traits sant ratés et l'on peut se faire une idée de l'agacement que produit la 8760ième (365 x 24) exécution d'une retournelle de Hamlet, etc. La musique de Gounod, etc. ne gagne pas à être arrangée pour carillon même pas par M. l'horloger de la ville et tant s'en faut que !'ouverture de Guillaume Teil moulue par un orgue de barbarie soit de nature à charmer les dilletanti." We hebben niet kunnen nagaan op welke manier de pennetwist beslecht werd. Een ding is zeker : toen het er in '77 op aankwam tijdens de heilige dagen de wekkeringen te veranderen deed het college alsof zijn neus bloedde en liet gedurende die heilige dagen wel de beiaard spelen. De karwei met de trommel moest dan maar doorgaan tijdens

216


de Pinksterdagen waarop de klokken wel mochten luiden. Sedert lange jaren (hoeveel?) zingt onze onvolprezen beiaard dag in dag uit, 's nachts zowel als 's daags zijn vier opwekkende wekkeringen. In de juiste toon, begeesterend, aandoenlijk, medeslepend, overweldigend ... wel te verstaan gelijk Piet Patyn zijn kanarievogel. Hoelang zal het vogeltje dat nog doen ? M. VAN WESEMAEL NOTEN 1. In een tijdspanne van amper 50 jaar werden (natuurlijk houten) torens in de as gelegd : een in 1120 en een andere in 1176 toen een katastrofale brand een groot gedeelte van de stad vernielde; daaronder de (eveneens houten) grafelijke woning die gelegen was tegenover het stenen grafelijk kasteel (nu de kelder van de meeste toren van 's Gravensteen). Die grafelijke woning (aula comitis) stond op de plaats tegenwoordig ingenomen door de gewezen overdekte Vismarkt. 2. Het was o.a. binnen de omheining van het klooster (nu Koophandelplein) dat de Magistraat het eikehouten dakgebint van het (Oud) Groot Vleeshuis liet monteren en demonteren; ontegensprekelijk een meesterwerk van houtbewerkingsvakmanschap. De ligging zowel van het klooster als van het Vleeshuis, beide aan de Leie gelegen, verklaart gedeeltelijk waarom het Stadsbestuur het klooster uitkoos om een dergelijk grootscheeps werk te laten uitvoeren. 3. Het Auweet was een militaire parade die gehouden werd te Halfvasten en waaraan praktisch al de ambachtslieden deelnamen. Vanzelfsprekend tot de tanden gewapend. Stoetsgewijze trok dat machtig leger door de stad om vóór het Stadhuis ontbonden te worden : een indrukwekkend door middel van toortsen verlichte taptoe. Vervolgens had in de grote zaal een luisterijk feest plaats waaraan de Magistraat en de gildekens deelnamen en waarbij veel, heel veel, te veel gedronken werd. Het Auweet werd wegens zijn losbandigheid door Keizer Karel in 1540 afgeschaft. Zodra de Hauweetclocke (Alvastine clocke; lees werkklok) haar gebeier liet horen klonk overaal de kreet : " 't Is tydt, de clocke slaet tiene P'. · 4. Een oud gebruik wilde dat klokken met een opschrift bedacht werden, een gepatenteerde doopakte die ze verplicht waren tot het einde van hun dagen overal mee te dragen. Ziehier hoe het opschrift van onze grote klok ''luidde" : Deum: time (vrees eerbiediglijk God) : jnt (in het) : jaer: Ins : Heeren: doem (toen men) : screef: m: ccc: en :XIV : Scependoem: van: willem :Beer: en: heure;(hunne) : ghesellen : jn : wedernaend (juni) : maecte : dese : Clocke : Meester: Jan: van: Ludeke : en :Meester: Jan; van: Roosbeke :Die: gheheeten: es: Roeland :als: mense (men ze) : luijd: es : storme :]nt :landt. Op te merken valt dat volgens deze (authentieke door Justus Billet opgetekende) tekst de klok NIET bestemd was om te "kleppen als het brandt" zoals moderne en minder moderne liederteksten ons willen doen geloven. 5. De kraan, in de middeleeuwen engien of ghewindt genoemd, was naast de katrol, pley of palye genoemd, het meest gebruikte toestel. Gewoonlijk werd ze door mankracht bewogen. Daartoe liepen 2, 3 of 4 "knapen" of "kinderen"

217


( = kraankind.eren} in een loopwiel, "rat" genaamd. Dit wiel maakte de werking van het hijstoestel mogelijk. In het algemeen ging het engien met de bouw mee de hoogte in, doch bij het bereiken van een grote hoogte nam men zijn toevlucht tot de paardekracht. Vanzelfsprekend was het op de begane grond dat twee paarden een verticale as in beweging brachten waardoor het-touw (reep) opgewonden werd (ghewindt). Vandaar de naam windas. De aanwending van de paardekracht bij de bediening van kranen was minder uitzonderlijk dan men geneigd zou zijn te veronderstellen. De meest spectaculaire door paarden in beweging gebrachte kraan draaide lange jaren zonder eenmaal van plaats te veranderen : van 17 33 tot ver in de 19-de eeuw. Met de door 4 paarden aan het draaien gebrachte kraan haalde men reusachtige emmers, 270 liter water inhoudende, vanuit een 58 m diepe put die men ter waterverzorging van het Hopital Bicêtre (Parijs) gegraven had. Een huiveringwekkende bijzonderheid :in 1781 verving men de 4 paarden door 24 galeiboeven of mensen die daarvoor doorgingen. Na de Omwenteling van 1789 werden de gevangenen bevrijd en moesten krankzinnigen hun plaats innemen.

6. Het was aan de Rekelinsbrugghe bij Deinze dat het treffen op 21 juli plaats had. Onder de talrijke gesneuvelden telde men de kapitein van de Kaproenen : de patriciër Willem Wenemaer. Zoals voldoende bekend is bevindt de koperen grafplaat van hem en zijn vrouw zich in het Bijlokemilseum en herinnert een straatnaam aan dat bloedig oorlogsfeit : de Rekelingestraat. 7. Filips de Schone huwde in 1496 Johanna van Aragon en Castilië (de Waanzinnige) bij wie hij 6 kinderen verwekte. De tweede oudste was de ons allen te goed bekende Gentenaar Keizer Karel. Filips' enige zuster Margareta (van Oostenrijk) (1480-1530) speelde in onze geschiedenis een uitzonderlijk voorname rol. Wegens die rol heeft men haar portret op de nog gangbare baitkbiljetten van 500 F gedrukt. 8. Posteerne = Posterne = Pasterne =Poterne) was de naam gegeven aan een van de 3 stadspoorten aan de Houtlei gelegen. Ze werd gesloopt in het begin van de 19de eeuw. Omstreeks 1346 bouwde de graaf in de nabijheid van de poort een paleis dat Hof vander Pasterne genoemd werd. Dit Hof Alias Myns Heeren Hof van Vlaenderen moest weldra zijn gastvrijheid delen met een ander paleis : het Hof ten Walle alias Sersanders Hof alias Prinsenhof dat in 1353 is 's graven bezit gekomen was. Niettemin bleef het Hof vander Posterne een geliefkoosde pleisterplaats voor de Bourgondische hertogen. Michelle de France, de eerste vrouw van Filips de Goede overleed er, naar verteld werd ten gevolge van een vergiftiging. Vóór 1942 heette de straat die aan het hofherinnert Bestormstraat (rue d'Assaut). Tegenwoordig heet ze Posteernestraat. 9. De Vrije Schippersnering had niet alleen hun gildehuis aan de Graslei, bij de Ketelpoort (-brug) bezat ze een tweede huis en kapel. Deze waren gelegen waar zich tegenwoordig het Klein Gerechtshof en een postkantoor bevinden. Beide gebouwen werden door de Fransen onteigend. 10. Karel VI regeerde van 1711 tot 1740. Hij was de broeder van KeizerJozef I en de vader van Keizerin Maria Theresia. Onder zijn regering werd de fameuze Oostendse Compagnie op gericht; in feit een mislukking. Zeer bekend is de kopergravure voorstellende zijn plechtige huldiging die op 18 okt. 1717 op de Vrijdagsmarkt plaats had. 11. Die straf was maar een kleinigheid vergelegen met de vele andere strafbepalin-

218


gen die door de Keizer op 29 april1540 uitgesproken werden : afschaffing van de privileges, eigendommen van stad en gilden geconfisqueerd; inlevering van wapens; slopen van poorten en wallen. 12. In 1741 werd ze opgedoekt om plaats te maken voor de bouw van de stadsgevangenis (Mammelokker). 13. De kapel en het hospitaal van de wolwevers werden in het begin van de 14de eeuw aan de Kortedagsteeg gesticht. De (gotische) kapel gewijd aan Sint-Leonardus, kwam in 1477 in het bezit van kanunnik van Harelbeke. Het hospitaal werd door de Fransen verbeurd verklaard. Nadat in 1821 de Kleine Vleeshalle (hoek Vogelmarkt en Kortedagsteeg) gesloopt werd ging de markt over naar de kapel. Vanaf 1871 werd ze gebruikt als verkoopzaal. Later kwam er een bioscoop in "Le Carillon" nu "Savoy". In het belendend steegje is een zijgevel nog zichtbaar. Wat niet zichtbaar is zijn de muurschilderingen die de kapel versieren. BIBLIOGRAFIE Claeys Pr., Les Monuments de Gand, in La Flandre Libérale, 18.04.03, 27.04.03, 04.05.03. Lehr A., De Klokkengieters François en Pieter Hemony, Asten, Nederl. 1959. Nowé H., Het Belfort van Gent, 1949 Werveke (A. van-), Van wanneer dagtekent "tbeweerp van den beelfroete ?" "Was het Belfort oorspronkelijk bestemd om een uurwerk en een klokkenspel te bevatten?" in Bulletijn Gesch. en Oudheidk., 1905, blz. 130-150 Werveke (A. van-), Het Auweet, overdruk Werveke (A. van-), De oorsprongvan den Beiaard. De Klok Roeland, in Bijdragen tot de Geschiedenis en Oudheidkunde van Vlaanderen 1927 Werveke (A. van-), Nota's in het Stadsarchief Willems L. De Sint-Nikolaastoren als oud Belfort van Gent, in Bulletijn Gesch. en Oudheidk. 1912, blz. 104-119 x x x Beschryvinge van eenige Oudheden der Groote en V ermaerde Stadt van Gent, in Almanach ofte oprechten Nederlantschen Hemel-Meter voor het J aer ons Heeren J esu-Christi MDCCXXI, Ghendt by J oannes Eton recht over den Raedt (Stadhuis) in de Druckerye van 't groen Cruys, 1721. x x x Krante-artikelen in Gentse bladen x x x Over het Belfort en den beyaerd teGent,in Wegwijzer van Gent blz. 119132

WAAROM EEN LIEFDADIGHEIDSWERKPLAATS NIET WERD OPGERICHT IN 1806 NOOT Op 14 juli 1803 had eerste consul Bonaparte de stad Gent bezocht. Een jaar later en wel op 2 december 1804 zal hij zich tot keizer laten kronen. Op 16 juli 1801 was een concordaat met de Paus gesloten. Op

219


8 maart 1800 was Guillaume Faipoult tot prefect benoemd van het Schelde-departement, hij zal te Gent blijven tot in 1808. Op 17 maart 1804 was graaf Joseph della Paille burgemeester geworden te Gent. Gent 31 october 1806. De Burgemeester van de stad Gent Lid van het Legioen d'honneur f...an Mijnheer de Prefect, Lid van het Legioen d'honneur. Mijnheer, Artikel3 van het keizerlijk decreet van 31 mei laatsdeden, dat de uitgaven bepaalt van de stad Gent voor het jaar 1806, voorziet de oprichting van een werkatelier voor bedelaars en voorziet hiervoor een uitgave van 12 090 fr.Laat me toe enkele bedenkingen te maken om aan te tonen, dat het onmogelijk is een werkatelier te Gent op te richten en om U voor te stellen een andere bestemming aan het voorziene bedrag te geven. Een drietal jaar geleden waren de burgers van onze stad van oordeel, dat de bedelarij moest worden uitgeroeid. Ze wensten dat een liefdadigheidswerkplaats zou worden opgericht om dit doel te bereiken. Om in die tijd het doel te bereiken scheen het natuurlijk, dat de werkwijze gevolgd in andere steden kon toegepast worden en dit gepaard met maatregelen, die in de tijd voor de intrede van de Franse legers in ons land genomen waren door het landsbestuur en dit met goed gevolg. -Met dit doel werd de gewezen abdij Terhaeghen (in de Molenaarstraat) ter beschikking van de stad Gent gesteld. Weldra werd echter vastgesteld, dat vooraleer maatregelen te nemen ten behoeve van valide bedelaars, luiaards en vagebonden het nodig was te voorzien in de hulp aan gebrekkige behoeftigen en bejaarden. De abdij Terhaeghen werd bestemd als tehuis voor ongeneesbaren en gebrekkigen. Het gebouw was bovendien ongeschikt om er een Liefdadigheidswerkplaats op te richten. Ik heb dus aangetoond, dat men moet verzaken aan het plan een werkplaats in de gewezen abdij Terhaeghen op te richten; bovendien beschikt Gent over geen passend lokaal. Onafhankelijk van deze reden zijn er nog andere, die aantonen dat we moeten verzaken aan de gedachte een werkplaats op te richten 220


1° De stad Gent is hoofdzakelijk een stad van fabrieken en manufac~ turen, die gebruik maken van duizenden armen. Zijn talrijke werkplaatsen met machinesJaten het gebruik toe van kinderen van zeven tot veertien jaar. Politiemaatregelen hebben de fabrikanten geholpen en al deze kinderen, tewerkgesteld in de fabrieken, zijn van de straat verdwenen en zijn niet meer ten laste van het Weldadigheidsbureau. 2° De gebrekkige bejaarden en ongeneesbaren werden geplaatst in de talrijke gestichten en voornamelijk in het burgerlijk hospitaal ( 1) en in het Sint-Antoniusgesticht. 3° De armen, die vroeger leefden van aalmoezen ontvangen van het Liefdadigheidsbureau steun aan huis. 4 Valide bedelaars zijn niet meer toegelaten en men ziet er geen meer in de stad dit dank zij Uw besluiten, die ik volledig doe toepassen. Elke valide bedelaar, man of vrouw, wordt aangehouden, en voor de boetstraffelijke rechtbank gebracht en veroordeeld tot een opsluiting in de gevangenis, waar ze tewerkgesteld worden in de spinnerij, waarvan Mijnheer L. Bauwens thans de ondernemer en directeur is. 5° Valide bedelaars van andere steden worden aangehouden, overgeleverd aan de gendarmerie en geleid voor de burgemeester, waar ze woonachtig zijn. Bedelaars zonder paspoort worden behandeld en gestraft als vagebond. Volgens deze beschouwingen en gezien Uw zekerheid, dat door al de genomen maatregelen de bedelarij is uitgeroeid zonder een Liefdadigheidswerkplaats te moeten oprichten - oprichting, die trouwens zou gepaard gegaan zijn met onoverkomelijke moeilijkheden -vragen we U bij het Gouvernement onze vraag te willen steunen, waarbij_ ons toegelaten wordt van het bedrag van 12 090 fr.voor de oprichting van een werkplaats een bedrag van 6 590 fr.aan te wenden voor de uitgaven te dekken van het feest van St. Napoleon (zo in de tekst), dat plaats had op 19 augustus en dat het overschot van 5 500 fr.ter beschikking zou gesteld worden van het Liefdadigheidsbureau en van de Zusters van Liefde in het geval, dat een strenge winter dit voorstel zou noodzakelijk maken. Ik heb de eer U eerbiedig te groeten, J. Dellafaille

°

Op deze brief kwam het volgend antwoord.

221


Gent 10 november 1806. De Prefect van het Schelde-departement, lid van het Legioen d'honneur. Aan de Burgemeester van de stad Gent Ik zend U uw brief van 31 october in verband met de moeilijkheden betreffende de oprichting van een Liefdadigheidswerkplaats terug. Ik verlang, dat dit stuk, dat moet gebracht worden onder de ogen van de Keizer met meer zorg zou worden opgesteld en dat uitvoeriger de maatregelen genomen om de bedelarij tiit te roeien zouden worden ontwikkeld. Het is noodzakelijk dat men de genomen maatregelen behandelt, waardoor het aantal bedden in het tehuis voor gebrekkige bejaarden werd vermeerderd. Na gewezen te hebben op deze maatregelen, alsook op de talrijke fabrieken en op de hulp van het Liefdadigheidsbureau zal het niet moeilijk zijn aan te tonen, dat een Liefdadigheidswerkplaats niet volstrekt noodzakelijk is. Men moet ook de nadruk leggen op de afwezigheid van een behoorlijk lokaal. De brief van 31 oktober spreekt er wel van, maar legt onvoldoende de nadruk op dit punt, dat ook essentieel is. Het is ook wenselijk van in plaats van te zeggen, dat het lokaal Terhaeghen ter beschikking van de stad werd gesteld voor de oprichting van een Liefdadigheidswerkplaats, duidelijk te verklaren dåt dit klooster het enig mogelijk lokaal was, maar dat dit plan volledig vervallen is als gevolg van het keizerlijk decreet van 18 september, waarbij dit gebouw wordt bestei:rid¡voor de Zusters van Liefde. Ook het deel, waarin gezegd wordt dat de valide bedelaars worden aangehouden en voor de rechtbank gebracht, moet veranderd worden omdat dit niet nauwkeurig is. De valide bedelaars worden slechts voor de rechtbank geleid in geval van herhaling. Het is noodzakelijk dit deel in overeenstemming te brengen met de besluiten ter bestrijding van de bedelarij. Tenslotte, Mijnheer de Burgemeester, moet ik U vragen in een afzonderlijke brief de verandering van de bestemming van het voorziene krediet te vragen; deze brief moet enkel de onmogelijkheid van de oprichting van een Liefdadigheidswerkplaats aantonen. Ik heb de eer U te Faipoult M. VAN BERGEN

222


BRON : S.A.G. : reeks 0 32 a I (1) bedoeld wordt het oudmannenhuis bestuurd door de Broeders van Liefde in de Bijloke. ·

NOOT In zijn werk "Gand sous la domination française 1792-1814" blz. 260 behandelt de auteur J. E. Nève het probleem van de Liefdadigheidswerkplaats. Hij vermeldt, dat de werkplaats werd opgericht in 1817 en schrijft verder: "Cet atelier ... coûtait annuellement 140 OOO,fr. C'est le motif pour lequel Ü fut sans doute supprimé quelques années plus tard". De Liefdadigheidswerkplaats werd gesloten in 1864 en bestond dus 47 jaar, wat zeker niet "quelques années" kan genoemd worden. Ook het bedrag opgegeven door J. E. Nève is foutief. De uitgaven waren natuurlijk in verhouding met het aantal tewerkgestelden en ook afhankelijk van hun rendement. De grootste uitgave kwam voor in 1843 met 68 196,42 fr.als uitgave voor een gemiddelde bevolking van 552 personen of 2,03 fr. per persoon en per week. In 1850 beliep de uitgave 40 409,75 fr.voor 328 personen of 1,36 fr.per persoon en per week. Beide getallen liggen dus ver af van de getallen opgegeven door J. Nève.

HETHOTELOENOCKERE Op de Poel staat een groot hotel in stijl Ladewijk XVI. Vroeger stond hier een steen - het Hof van Wacken -een prinselijke woning, waar onder meer Filips de Goede, Keizer Karel, Filips II en Willem de Zwijger verbleven. Na een aantal veranderingen in de 16°, 17° en begin van de 18° eeJ.lW ~erd de woning volledig verbouwd in 1778 door zijn eige;. naar de Ghellinck de Nockere en dit naar de plannen van de architect Joachim Colin. Den werd de huidige gevel gebouwd. Het gebouw. bestaat uit twee vleugels gescheiden door een grote binnenplaats en toegankelijk langs een monumentale poort. In het begin van de 19e eeuw was het hotel de Nockere bewoond door PhilippePiers de Raveschoot, die met Marie de Nockere was gehuwd en burgemeester werd op 20 juli 1819. In september 1858 werd het hotel gekocht door de pas opgerichte verenigitig Cercle commercial et industrie!. Op 6 april 1865 werd het gebouw aangekocht door de maatschappij Société civile de l'Hotel de Nockere en nam de Cercle catholique er haar intrek. PR.CLAEYS Vertaling van de Inventaire Archéologique. ( 1904)

223


::

-::

-,..

224


BIBLIOGRAFIE

1. Gentse steendrukkers uit de jaren 1840 door .G. Van Severen in Toerisme in Oost-Vlaanderen nr. 1, 1979. Boeiend artikel, dat rijkelijk geillustreerd is, over Gentse steendrukkers. 2. De Tussenkomst van de Overheid in de Arbeidershuisvesting : Gent 1850-1904 door Willy Steensels in Belgisch Tijdschrift voor Nieuwste Geschiedenis, VIII, 1977, 3-4. Grondige studie over de Gentse beluiken. Wel mocht in deze studie de naam van prof. dokter Burggraeve worden vermeld, die met het woord in de gemeenteraad en op congrèssen en door publicaties de aandacht heeft gevestigd op de bedroevende toestanden van de Gentse beluiken en de nadelige gevolgen op de bewoners.

3. Onderzoek naar de Gentse Beluiken : bouwfysische, sociologische, historische en kunsthistorische evaluatie opgesteld door een groep medewerkers van W.I.A.R.U.G. Seminarie voor Nieuwste Geschiedenis 1978. Prof. Dr. H. Balthazar. Grondige studie over de huidige toestand van de Gentse beluiken, gezien van uit een bouwfysisch, historisch, sociologisch en kunsthistorisch standpunt. 4. In LeSoir van 22 februari 1979 verscheen een artikel over Brusselse volksliederen "Veef van Bomma ! " In een volgend artikel "Ces chansons que nos lecteurs ne veulent pas oublier" op 20 maart 1979 verscheen een brief van mevr. J. Moeremans in verband met het lied Mie Katoen.Mevr. Moeremans schrijft : "Mie Katoen (mars) werd gecomponeerd in 1887 door Meester Léon Moeremans. In die tijd was hij dirigent van de harmonie van Sint-Amandsberg. Het lied werd geschreven voor een feest van Sint-Cecilia. De auteur dacht er geen ~gen­ blik aan het stUk te tekenen. Nochtans kende deze mars-farandale een groot succes. Thans wordt het zelfs buiten onze grenzen gezongen: de koren van het Rode Leger hebben het geïnterpreteerd bij hun optreden te Brussel. Voor de naam werd de componist vermoedelijk geïnspireerd door de talrijke arbeidsters uit de katoenindustrie van die tijd!' Léon Moeremans werd geboren te Ninove in 1861. Hij studeerde aan het muziekconservatorium te Gent. Hij was gedurende 4 2 jaar leraar in de harmonie. compositie en orkestratie en had ·als leerling Désiré Defauw. "Mie Katoen" kwam ook voor in de mars "M31che du Vieux Bruxelles" van de tentoonstelling van 1935 en gecomponeerd door Pierre Leemans. Léon Moeremans heeft een massa stukken gecomponeerd, waaronder opera's (Rink Folkerna in 1950 nog opgevoerd te Antwerpen), orkest225


stukken, ontelbare marsen, zangen, volksliederen uit de Vlaamse folklore, koren, enz. In 19 52 voerde het Nationaal Orkest van België te Kortrijk de Vlaamse Symphonietta van L. Moeremans uit. (De Reus die komt, Kerstwacht, Volksleute, 'tRos Beyaert). In 1888 richtte Moeremans een werkplaats op voor het vervaardigen van blaasinstrumenten. Voor de historische stoet van 1895 bouwde Moeremans een aantal oude instrumenten, die later aangekocht werden door de bekende verzamelaar en musicoloog César Snoeck. Het is te betreuren, dat na de dood van de Heer Snoeck deze buitengewoon belangrijke verzameling muziekinstrumenten verloren ging voor onze stad (vermoedelijk in het museum van muziekinstrumenten te Brussel). Moeremans nam ook een tweetal brevetten voor verbeteringen aan instrumenten. Op de provinciale tentoonstelling te Gent in 1899 verwierf hij een ere-diploma. Hij verkocht instrumenten in België, Nederland, Noord-Frankrijk en zelfs tot in de Verenigde Staten. Terwijl bleef hij verder verbonden aan het Gents -conservatorium en schreef enkele theoretische werken. (Cours d'Harmonie, Analyses des 32 Sonates de Beethoven, Grondregels van de Muziek). De componist Léon Moeremans overleed te Gent in augustus 1937. Noot : zie ook C. Bergmans : Le Conservatoire Royal de Musique de Gand 1901. De volledige lijst van de werken van L. Moeremans en enkele andere documenten in verband met deze componist werden gedeponeerd in het Documentatiecentrum. 5. RafVan Lerberge : De geschiedenis van Bond Moyson. In dit werk van 173 bladzijden vertelt de auteur ons over het ontstaan, de groei en de evolutie van de ziekenbond Bond Moyson. De auteur toont ook duidelijk de gevolgen van de invoering van de verplichte verzekering tegen ziekte en invaliditeit aan voor de mutualiteit. Het werk bevat ook een aantal zeldzame illustraties. Zeer ernstige studie (prijs 250 fr.)

STRAATNAMEN

9. Lieven Bauwensplein: Lieven Bauwens werd te Gent geboren op 14 juni 1769 als zoon van een rijke leerlooier. In 1798 slaagde hij er in enkele delen van de spinmachine Mull-Jenny uit Engeland te smokkelen. Toen de Engelsen dit ontdekten, moest hij ijlings de vlucht nemen. Bauwens bouwde een fabriek te Passy bij Parijs; in 1799 bouwde hij een fabriek te Gent in het oud Kartuizerklooster. In 1800 werd hij burgemeester van Gent, maar in april1801legde hij dit ambt neer. 226


Hij richtte nog een fabriek op in het Rasphuis op de Coupure, waar de gevangenen nu sponnen. Een derde fabriek werd gebouwd in de Norbertijnerabdij te Drongen in 1805. Bauwens.werd met eerbewijzen overladen :Napoleon bezocht zijn fabriek in 1803 en in 1810; hij ontving de medaille van de stad Gent en het kruis van het Erelegioen. Gent werd het Belgisch Manchester. Maar het tij keerde: door de blokkade daalde de activiteit. De val van Napoleon had de val van L. Bauwens voor gevolg. Hij moest zijn fabrieken aan zijn schuldeisers overlaten. L. Bauwens vestigde zich te Parijs én zal er overlijden op 17 maart 1822. Hij ligt begraven op het kerkhof Père-Lachaise. Het standbeeld van Lieven Bauwens werd ingehuldigd in 1885. (zie: Fris). 10. Bénardstraat: Straat aangelegd in 1841 op de gronden van de heer Bénard, een Brussels grondeigenaar. (Fris) 11. Peter Benoitlaan : (Gentbrugge. Er is ook een Peter Benoitstraat te Sint-Amandsberg) Geboren te Harelbeke op 17 augustus 1834 studeerde P. Benoit aan het conservatorium te Brussel. In 1857 behaalde hij de Prijs van Rome, deed een studiereis in Duitsland waar hij Liszt leerde kennen en werd in 1862 dirigent in de Bouffes Parisiens als opvolger van Offenbach. Het jaar daarop was hij te Brussel. In 1867 krijgt hij de leiding van de muziekschool te Antwerpen. Hier kon P. Benoit zich volledig ontplooien. P. Benoit voerde het Nederlands als onderwijstaal in. "Door zijn composities propageerde hij de wederopstanding van de Vlaamse muziek en de culturele verheffing van het Vlaamse volk". (H. Willaert) Zijn composities kenden een internationaal succes. Na jaren strijd zal zijn muziekschool in 1897 als Koninklijk Vlaams Muziekconservatorium worden erkend. P: Benoit schreef oratoria (Lucifer, De Schelde, De Oorlog), cantates (De Rubenscantate, De Wereld in), religieuse muziek, lyrische liederen en drama's. De" grote componist overleed te Antwerpen op 8 maart 1901.

TE GENT 1. Prof. Jozef Schell van de Gentse Rijksuniversiteit ontving de

Francquiprijs 1979 voor zijn werk op het gebied van de microbiologie. Vorig kwam prof. Schell samen met zijn vorsersteam van de R.U.G. en de V.U.B. in de internationale belangstelling door zijn ontdekkingen in verband met de genetische manipulatie. Prof. Schell is thans buitengewoon hoogleraar te Gent en sedert 1978 directeur van het Max Planck Instituut te Keulen. 227


2. Een zijweg van de Gentstraat te Oostakker (Gent) kreeg de naam

de Courtebournelaan. Markiezin de Courtebaurne liet in 1870 op haar kasteel te Slotendries een grot bouwen. Op verzoek van de pastoor plaatste ze er een beeld van de H. Maagd van Lourdes. In 1873 werd het beeld gewijd. Op verzoek van de dorpelingen werd het publiek nu alle zondagen toegelaten om aan de grot te komen bidden. In enkele jaren tijd werd Oostakker het voornaamste bedevaardersoord van ons land. 3. In het eerste trimester van 1979 steeg de goederentrafiek in de Gentse haven met 40% in vergelijking met 1978. De graansektor verdubbelde bijna door het in bedrijf nemen van Ghent Grain Terminal aan het Rodenhuizendok. Ook kwamen in 1979 reeds zeventien schepen binnen, die 17 000 wagens Honda aanvoerden. 4. Het stadsbestuur doet. heel wat inspanningen om het toerisme te bevorderen. De verlichting van gevels en monumenten wordt uitgebreid-van het Pand tot aan het Rabot (de vaarroute). De bewoners van de huizen langs de toeristische vaarroute kunnen kosteloos van het stadsbestuur bloembakken en geraniums bekomen. (Dienst Toerisme, Borluutstraat) VRAAG EN ANTWOORD

Vraag 87 :Wie kan de redactie meedelen wanneer de tol te betalen aan de Rooigembrug (begin van de Drongensesteenweg) werd afgeschaft?

228


GHENDTSCHE TYDINGHEN Tweemaandelijks Kultureel Tijdschrift van de Heemkundige en Historische Kring Gent V .z.W. Redactie-adres : Sint-Lievensdoorgang 1, 9000 Gent 8ste Jaargang nr. 5

15 september 1979

Ere-voorzitter : J. Tytgat, ere-notaris. Voorzitter : G. Hebbelynck Onder-Voorzitter : H. Collumbien Secretaris : R. Van Geluwe Penningmeester : A. Verbeke Ruildienst: Van Geluwe-Eggermont A., Maïsstraat 235, Gent Secretariaat : Maïsstraat 235, Gent. -Tel 26 23 28 Postrekening: 000-105.04.73~60- Heemkundige en Historische Kring Gent, Koggestraat 14, Gent Lidgeld: 200 fr.per jaar. INHOUD Gent in 1866 De Cholera-epidemie van 1866 De Vólkstelling van 1866 Rivieren en Kanalen te Gent Felix de Vigne Nieuw Liedeken Straatnamen Bibliografie Te Gent

231 250 259 265 274 277 279 280 284

Bibliotheek en wekelijkse bijeenkomsten : in het Documentatiecentrum .voor Streekgeschiedenis, Convent Engelbertus, Groot Begijnhof, huis nr. 46, Sint-Amandsberg : elke zondag van 10 tot 12 uur. (uitgenomen op feestdagen). Gesloten in juli en augustus. Verantwoordelijke uitgever: G. Hebbelynck, Voorhoutkaai 40, Gent Elke auteur is alleen verantwoordelijk voor zijn bijdrage Uitgegeven met de steun van het stadsbestuur van Gent en van het Provinciebestuur van Oost-Vlaanderen.

229


OP ZONDAG 30 SEPTEMBER om 10 UUR ; BEZOEK AAN HET R YHOVESTEEN onder de leiding van de Heer Conservator J oan Vandenhaute, diensthoofd Dienst Monumentenzorg en Stadsarcheologie (historiek, opgravingen, restauratie, bestemming). SA- · MENKOMST : ONDERSTRAAT nr. 22 OP WOENSDAG 17 OCTOBER om 20 UUR in de Conferentiezaal van het Cultureel Centrum Bank Brussel-Lambert, Graaf van Vlaanderenplein 5 Gent Voordracht door de Heer L. Hoste over "BONDIGE GESCHIEDENISVAN HET POPPENSPEL TE GENT" met dia-projectie. Mededeling : De nummer 2 en 10 van de jaargang 197 3 van Ghendtsche Tydinghen zijn uitgeput. AANVULLENDE LEDENLIJST 146~. Mw De Bleecker-Ingelaere H. Tolhuislaan 15.9000 Gent

1463. 1464. 1465. 1466. 1467. 1468. 1469. 1470. 1471. 1472. 1473. 1474. 1475. 1476. 14 77. 14 78. 1479. 1480. 1481. 1482. 1483. 1484.

Van den Boogaerde Et. Vogelenzang 39 9000 Gent Dr.Lambern W. Wolterslaan 103 9110 Sint-Amandsberg Rombaut Fr. Forelstraat 98 9000 Gent Van den Neste A. Steenweg op Gent 214 1080 Brussel Verbrugghen J. Dorpplein 80 9520 Sint-Lievens-Houtem Vanhooren M. Pres. F.D. Rooseveltlaan 275 9000 Gent De Meulemeester A. Fortlaan 67 9000 Gent Maenhaut R. Schooldreef93 9219 Gentbrugg~ Michiels A. Antwerpsesteenweg 76 9130 Lochristi De Potter M. Vrijheidslaan 7 9000 Gent Mw Andries D. De Guchtenaerestraat I 9219 Gentbrugge MwVan LooF. Strandlaan 289 8460 Koksijde GraafGoethals de Nieuland GraafH. Goethalslaan 21 9720 De Pinte. E.P. Bibliothecaris Sint-Barbaràcollege Savaanstraat 33 9000 Gent V ervaet R. Belgradostraat 81 9000 Gent ~Pauwels J. Molenstraat 17 9110 Sint-Amandsberg Mw Van Rooy H. Wolterslaan 13 9110 Sint-Amandsberg Mej. Vereauteren I. Guido Gezellestraat 20 9000 Gent Mw Peeters H. Holstraa.t 3 9000 Gent Mej. De Clercq M.-J. Kouter 169 9000 Gent De Smet E. De Gruyterstraat 19 9220 Merelbeke Mw Derndder-De Brabander CL Slinke Molenstraat 55 9000 Gent 230


GENT IN 1866. Het chole~a-jaar 2 januari : Stad Gent. Openbare aanbesteding voor de afbraak van het oud entrepot en van twee huisjes op de Coupure. De aanbesteding zal toegewezen worden voor een bedrag van 1S OSS fr. te betalen aan de stad. Op de markt worden de aardappelen verkocht tegen vijf frank per 100 kg; de boter tegen 2,SS fr. tot 2,6S fr. per kg., de eieren tegen 2,14 fr. tot 2,23 fr.per 26. 17 januari : Gisteren zijrt 2S vrijwilligers uit Gent vertrokken om te Rome dienst te nemen bij de pauselijke zouaven. Tien van vrijwilligers behoren tot het bisdom Gent. In het jaar 1866 zullen 26 Gentenaars vertrekken om dienst te nemen bij de pauselijke zouaven, waaronder Carlos d'Alcantara, Felix de Hemptinne enEmest Kervijn de Volkaersbek~.

28 januari : Heden is de Katholieke Kring gevestigd in het Hotel de Nockere op de Poel met een luisterrijk banket geopend. De zaal was schitterend versierd en meer dan 200 gasten namen deel aan het banket. Er waren talrijke toasten aan de Paus, aan de Koning en aan de Bisschop. 30 januari : De vĂŠrbredfug van de Bagattenstraat gaat stilaan voort. Een aantal huizen werden afgebroken. Dicht bij de Zuivelbrug ligt een-vlootje van zeven_ Hollandse tjalken alle met haring geladen en die 5000 manden van deze volksspijs hebben ~gebracht. Een dezer schepen, die reeds zijn achtste reis van het seizoen doet, heeft daarbij 11 664 kg. Hollandse kaas aan boord. _ Dank zijbisschop Bracq en het kapittel van de kanunniken van Sint-Baafs zUllen onze-talrijke landgenoten te Rijsel en omge~g. die er in de fabrieken werken, geestelijke verzorging ontvangen. Eerwaarde Heer A. Coemans is benoemd tot geestelijk bestuurder van het klooster Arme Klaren te Rijsel en tot zieleherder van de Vlamingen. Volgens verslagen van de politie weken tussen 18.S.1861 en 19.12.1963 4473 Gentenaars, meestal textielarbeiders uit naar Rijsel en omgeving. (Bron: S.A.G. :reeks R 7_U). Een aantal zal wel teruggekeerd zijn" naar velen zullen er zich deftnirief hebben gevestigd. 3 februari : De inschrijvingen voor een nieuwjaarsgift aan de Paus bedragen op heden in het bisdom Gent ongeveer 66 000 fr. In de verschillende provincies van ons land is nagenoeg 250 000 fr. ingezameld. De nieuwe Marcellisbrug werd in gebruik genomen. 12 februari : In zijn Vastenbrief vestigt biSschop Bracq de aandacht 231


• Le Collése des lloln;ljmc•slt•e t•t .

. ll1•1 ( ollc~(fit• ,.a" llm'!lt'meeslel' t.m

Echef1Îils, ·

-~'ch.,perwu.

Vu I"artiele 24 du reglement dn 3 aoûl 1860, sur les encl08, passages et impasse•, runsi eonço : • Les propriétaires des cuelos et inl• paMC& sout tenno d'en faire blan~.hir, à la « cbaux, les maisons tant à l'-i1llfflt!llr qv 'à • l'ulérieur, runsi que Jes eorridon ct allées, c une fois l'an, à l"époque qui sera dèterminée c par Ie Collége. A,·aot Ie blanebiment, tons les " Dia"' eeroot grattés. •

{;<'7.i<·n hel artikel 24 -ran he& reglement \t\n· d;•n 3 nnt.''"li 1850, nopens de belui1-t•n. donrg;.•o:;cn en hüoden, behcluude het gent• •olgl : c Ttc cigeoaCJ"$ -.·~ beluikc? en • blinden "Y" :;ch»ndeo, telken JAre;' de bout.en, • :wo bimum alM builm., te doon wttlcn, gelyk • ooi. de ,,.,.,.,<en co doorgaogen en ~niks wel• op het t;d•tl1• tloor bet K.oll<l{;ie te bepalen. • , .ooraleer tot wilten over te pen, wlleo alle • de muren af,.<>e!!Chrabt worden. • 8ESL1JIT:

_\rt. 1. Ret >rittenena&chrabben der hnir.eo, :wo bi1me" si• bt~ile~<, gangen en doorionpen :r.ull<•n t<•n koste •·an wie het. behoort moeten :~edaan »orden. te begionen •an ~en 1 april

Art. I. Le blanehlment et Ie grattage auront l.ieu a~. rtais de qui de droit, dans les maisons.tan/ à l'intmeur qv'à l 'exléneur, les corridors et allées, à parlir du l a•·ril proehaio et denoot être aehevès avant Ie 30 join suivant• Art. 2. Les propriétaircs, qui ne s'y seroot pas eonformès dam Ie délai prcSC"rit ..i-des.oms, seroot poursuivis en ,·ertu de r art. 34 et

aan!-!L.u.ude ~ en r,ecindigd moeten z:tJn Tóór den

:10 juni op• olgende. .\rt. 2- De eigenaars die ûeh diUIJ1\0JI, binnen den bi.-r •·oren bepaalden tijd, niet 1.tmdeo gedragen hebhen, zullen ven-!llwf word,.n kracht~"' art. 34 en navolgende, Tan het besluit •·an :l augn..•ti 1~. _\ rt. !l. llt't tegeJH\'OOrdig hesluit t.a1 in alle <IC beluiken en hlinclen, alsook in de bui:r.mt in kanwrs •·erlmurd dl"' stad aangeplakt en op d•· gewone wijre afgekondigd ''yordt'n.

,\rt. 4. De OI>JWrkommis.'iUriS •ao poliele is rnct d(~ uihocring: liln het tegeu"·oordig ]>esluit 1 ~'ClruJL

., Gedaan ten Stadhuire, den 26 maru-t 1866.

C>raaf DE KElUJUOn;. v~ Ge"r.ee1t1e . Sef·retaris,

C. \\ i\'ELBBOECK.

••

snivant de l'arrèté du 3 août 1850. Arl. 3. Le prèseul arrété sera al!iché dans tous les euelos, impasses ct maisons louées en èbamhres de la yiiJe et publié en la fonne ordinaire. Art. 4. Le commissaire en chef de polioo est cbargé de I'eiéCUtiou dn present •UTètè.

Fait ä !'Botel

Geut, drukkerij C. Annoot-.Jraeckman Koornmerkt.

de ville, Ie 26 mars 1866. Comte DE K.EI\CROVE. Le Secrétsit·e Commtmal,

C. WAE.I.BB.Ol:CK.


op de Goddelijke deugden. Geloof, Hoop en Liefde en verklaart : "Het Geloof zonder de Liefde is een dood geloof''. De bisschop vraagt ook "te bidden voor deze ongelukkige diocesanen, die in zonde leven. Bidt voor die verdwaalde menschen, welke aan de vrijmetselarij verbonden blijven en alzoo hunnen God, hunnen Zaligmaker verloochenen." 26 februari: De gemeenteraad besluit het Sint-Laurentiusgesticht te sluiten en de oude vrouwtjes over te brengen naar het godshuis Schreiboom, het Sint-Katharinagodshuis en in het Sint-Elisabethbegijnhof. Er komt natuurlijk protest in Le Bien Public en een polemiek tussen de katholieke en de liberale kranten. Volgens de Beurzencourant zijn er eigenlijk geen proveniersters meer in het godshuis, maar enkel nog elf zieke vrouwtjes. 7 maart: Op de paardenmarkt bij de Dampoort werden een vijftigtal paarden voor de omnibussen van Parijs verkocht. 10 maart" : Een nieuwe vrijmetselaarsloge onder de naam van La Liberté is te Gent opgericht. Op 3 mei lezen we nog: Het lokaal gekend onder de naam Refuge van Sint-Baafs, vroeger de zetel van de vrijmetselaarsloge Les Vrais Amis en nu door de maatschappijen het Van Crombrugghegenootschap en De Taal is gansch het Volk betrokken, is door de nieuwe vrijmetselaarsloge La Liberté aangekocht. (beide berichten uit de Gazette van Gent). Frida Martens schrijft hierover: "La Liberté gesticht in 1866 door een aantalleden van de Septentrion, die van mening.waren dat het tijd werd zich te scharen onder liet Groot-Oosten van België en eveneens meenden dat men democratischer moest worden. Hiervan maakten vooral de jonge vooruitstrevende liberalen deel uit". Deze splitsing is zeker het gevolg van een confrontatie tussen de meer doctrinaken en de meer progressieven en zal voornamelijk tot uiting komen tijdens de gemeenteraadsverkiezingenvan 1869. Deze evolutiemoet ook gezien worden op nationaal plan. (1) 26 maart : De gemeenteraad besluit het Lakenmetsershuis geschikt te maken om er de Volksbibliotheek van het Willemsfonds in onder te brengen. Op zondag 25 maart werd in de zaal Polka gelegen in de Vanderdoncktdoorgang een· volksmeeting over de kieshervorming door de Verenigde Werkersmaatschappijen ingericht. Er waren ruim een 800 ·toehoorders. Het algemeen stemrecht voor de gemeenteraden en de provincieraden werd verdedigd~ Hendrik Kats, voorzitter van de Brusselse boekdrukkersmaatschappij en zoon van Jacob Kats, verdedigde de kieshervorming en steunde zich op art. 6 van de grondwet, waarbij verklaard

233


Y\tl

\

l.I .. \IJL LEltol ET L \ I:EL'iE ET.\ L\ F \)! ILLE HUY.\I.F. Ll ·:

\._;. ~

.'

(.-;

l~t i'J .

: 1 ,ICILLET

/ ;<€\IE~

I' r~

1-::--..rl\1-.~lf~TS

1·~n . \ •·L~

r.~

l.:1 Bi''l'"' ti\:«·J-.'' i~~è'

... Tl'tJif!'i. du J.,.,

Li• c:,,n ... IIJIIUU: it '•' jnn_liuif·u·

l•l:.

L t;, .IJ,\11 . ~ .

p,~ ,·i;,;nHI

i•

IL~t·intt' \t'l'l~

,·, !:• ...,.n id:il';tu~);,j,,.

liUTl ~

L•·) t:h:ti•HH"' thl .\l:111-., au tTt•..... uu

(}111·1WIIt·' (;ul'i•·:~ ~~ Ja Jmw! J., .... l:uu.·hè~·, :'t la llt•ht~mit•u!u•

1,, ...

I.e .. C>•flut•tuu:-.

HFI.E\"(::;; 1

. 1'

au\

Lt' :o. tlr!•.!aa~

t· '

nllluth

• (

!'\:ilmwll ;.:f;w,~~ :--;mn· -"•·I'IIJ<\Itd" .

._, .... Fi!t•!!'! UJI,Kaun' ;, !,t Yai'Îil . f., .... Himlmtnt•:w\ ;, Jo 1\t:t·it:tH'tl'\ t

J., ..... ('·ltt•l.·lt••.. tl<" l.t•, ~ ...•·n!np•·~

1.1'' I' ÎS

dt•

L-· ...

Cf,: , u~b.. fJ·ohb

tlt• uni\. rk

\o!:~ it' •·

f., ... llub')t}IJ:-. tlt• luP!. :t r.h

....,.J·n::..Es .

t., . .

poilt;, dt• P :· l't,lr't' tHi..\ J"QUJ!t''> ds· :-\tm,hutlf;.!

t"''~' ~alt~.'. ~a· u·.· H'ua; •f.lll

1.:·' '-H}'htillt' ... tlt• PllllöHk· ,., -,.? '\

tit.! H1•Jh'lf

l.t·.. C.. d! t• . . tl.• ' ig.Jw

J',lit• ...

tlt• \.·:.m

1..4'' il"pit•-.

:O::VHUI-:T~

d'ui t• :1

dt•

k:

H·l~ t:lt•

t'll N'!lll .. ;:uli''·

ht Slah!t·.' !-U!t•;-..

;.,.~ (:lt... lllf'S P'-'lllll'IUit''

1.('' ;;.•li·•·~ Ju>Întannit•l't-~-. L(.'s Xoug-.. ts à 1:1 Pr'()\ •·m·:tlt•. I.~·.., )ftt,,ingm.-..

{I

%

r~

>!-~-

lo{ . .,.\ f,; f: ~

234


wordt dat alle Belgen gelij~ zijn voor de wet. Ook De Ridder, voorzitter van de Gentse Wevers, verdedigde het algemeen stemrecht. Op een zitting van de gemeenteraad zal Voituron aandringen om een motie te stemmen ten voordele van de kieshervorming, ·maar de motie werd door·de gemeenteraad niet aanvaard. 31 maart: In de bloemisterij Van Houttestaan 340 000 hyacinthen in bloei. 4 april: In het uitstalraam van het huis Bourdon in de Veldstraat staat een prachtige gotieke remonstrans, gemaakt op bestelling van mgr. Dupanloup, bisschop van Orléans, die de werken van Bourdon op de tentoonstelling te Mechelen bewonderd heek 6 april : Volgens de Gazette van Gent werken thans in de Grasfabriek 1400 werklieden. De directie heeft de toelating gevraagd het aantal spillen te vermeerderen tot 150 000 en het aantal weefgetouwen tot 1500, met bijvoeging van machines voor 300 P.K. en acht stoomketels. 11 april : Sedert het sluiten van de muntovereenkomst tussen België, Frankrijk, Zwitserland en Italië is er geen reden meer om de Zwitserse munten te weigeren. De munten van deze vier landen hadden dezelfde waarde. 15 april : De meeste markten melden een grote afslag op het katoen. 18 april : Reeds vroeger hebben we gezien, dat van bij de stichting van het Vlaamsch Verbond de samenwerking tussen liberale en katholieke flaminganten te Gent schipbreuk had geleden. In de Gazette van Gent van 18 aprillezen we : "De liberale afdeling van het Vlaamsch Verbond te Gent heeft zijn naam gewijzigd in Vlaamsch Liberale Kiesvereeniging. Men heeft besloten geen deel meer te maken van het Vlaamsch Verbond en geen deel te nemen aan de landdag, die de Antwerpsche Nederduitsche Bond te Gent zal inrichten op zondag 22 april. De bedoeling van de landdag -waarvan het initiatief van buiten Gent kwam - was een formule op te stellen, die aan de kandidaten -bij de komende verkiezing zou worden voorgelegd, alsmede de herinrichting van het Vlaamsch Verbond te Gent. De landdag, gehouden in de zaal Parnassus werd een totale mislukking. De Antwerpse volksvertegenwoordiger Jan de Laet voerde er het woord, alsook De Ridder en Bilen, die verklaarden dat de Vlaamse werklieden altijd werden verdrukt. Er was veel getwist en ruzie onder het publiek. Men besloot een tweede poging te doen op 21 mei. De Gazette van Gent schreef, dat van de 1500 aanwezigen velen gekomen waren om de landdag te storen. De voorzitter kon niet aan het woord komen, zelfs vuist- en stok235


GRAND THÉATRE DE CAND. DlreeHon tl(' ;u . .4.

ll.ZENTI~I.

l.U~DI 9

.Juil!et 1f{HG SPEC'"I"1'&. CLJI3: G A L & it !'occasion du séj.our de

LA-FAr~ lllE ROYALE A GANO.

_ Pour-c<•ttc• rcprt'•s<·nlatioll e xtra orJinair~ ln Dit'!'tlion a fait aJ•pel au concours· de q uatrc prcul/r'l'.~ sujrts lfu Tht·tllrt: h lltJ<'rinl ft11l im tk /'a ris.

Oper-a in gu:Ht..·o alti, musica di GUJSEPPE l'lmDI.

Principaux

intCl~prètes

P.ANCANJ

C R0 SS I (Azueena ). C A L D-E R 0 N (Lconora).

{~Iaurico) .

ST E R-B I N -1

;

(Comtc di Luna}.

KOTA. - Au Tbé.ilt·r. imph'ial It.tlh•n dr Paris commr i·n ltalir, ll Tt>ot•ntm·e se joue sans Ballet, m:Jis dans l'intrntion d'arr ap'\•ahle au pnblic, la

Dil'l~lion

a

rn~agé

troh; dàn-s<·uses dt• Paris pour

c•xé~:utt't'

Ie llallt'!

intcl'f::llé d'orillnait'é an troisii•w,• flrte, su t· les th ';ilr!'s lbnçais.

Grand Pas tie

· LA BOJil~lUIEî\NE ctans.C p:lr

f11H{) Pn~nuèr<·

(Ü~l!\)~i!))'J j\

th\llseusc tlu 'fhéü!t·c de la Pmtè SaiHL-:\l:lrlin de Pari:-:, pal' ~I ~~' .. !lo~t.• cl t:amJUt~, dauseu~t:~ tlu mème lltt;Ü!l't'.

!-lecond~c

Unc

proch~iilc

aHiche donnera tous r:'présen tation. l"rh: dN;

!C'S

I•Jttc~l9

J étai!s de ecttc

:

Pn•mîi•t't's, St:JJh•s rt Dai ~!Wln•s ft'. {i-00: - l'antnl't nunt(•rol(•t>t Sc:1·ond,•s dt\ fac<' fr. l -00.- P~n{tlt'< l't St'l:uthks de!';)!._': fr. :l-lhl. - Patkrrc uum(~ roti' f•·. ~-50 - P:1rter·r~· Pt troisii•mt•s tk f:lct\ fl·. ':!~ütl, - Tt'übi<•mt~'> tle eûté fr. i -':'!:i. - G:.lflk "50 ct•nlimcs. - Pat•ailis% rt•lllimr .:'.

St'lon rus:l~e ii sN·:J pt>rt;u 25 ct•ntime;; paJ• cOUllOn pum· droit d,· loc:Jtion. · -+-

' l:t• bun•au de-hwaûon sera ouwrt à Jatt•r du 23 .Iu in dt' ·11 à 1 ht'un~. AYIS _ IMPOHT.\XT. - ~!e:SsieUI's le: nboulll's qui n>ud1·ont I'CIcn it· lcurs pi aces, aul'on Lla pr·érél·cuce jusq u·a u 1' .Ju îllcL iuclus; it p:n·ti1' tlu. ~ .Juillct, ks pluces non rctcnu.t•s ~erdul doHnèes au J>ublie p:1r o1·dre llïnsniptîoH. t

Gawl, tr'!p. F -L- tullé- l'lu&·


slagen kwamen er bij te pas. De landdag wa.S een strijdtoneel geworden tussen katholieken en liberalen. Er verscheen een protest tegen het optreden van de liberalen en ondertekend door Emiel Moyson (Brussel), K. Van Acker (Gent), De Ridder (Gent) enThijs (Brussel). In dit protest lezen we : "Gent en gansch Vlaanderen zullen oordeelen tusschen ons en degenen, die vergeefs door geweldenarijen den voortgang der Vlaamsche volkszaak pogen tegen te houden. Meer dan ooit is onze kreet : in Vlaanderen Vlaamsch". ( 2) 2 mei: Prof. Charles Andries wordt schepen van Openbare Werken ter vervanging van schepen de Maere-Limnander, die zijn ontslag heeft ingediend. 11 mei : Er wordt een geval van cholera gemeld in een logementshuis op de Voetweg. (zie afzonderlijk artikel)

24 mei : Jozef Pauwels heeft het altaarstuk De Kroning van de H. Maagd geschilderd voor de kerk van Sleidinge. Vroeger had hij reeds voor dezelfde kerk "Sint-Joris de draakoverwinnende'' geschilderd. · Zondag 27 mei: Aan de Kulders werd een vaandel plechtig overhandigd. Een stoet met een tiental maatschappijen stapte op naar het stadhuis.

28 mei: We hebben opgemerkt, dat de stadswerkklok sedert enkele dagen niet meer geluid wordt. Men begrijpt van hoeveel belang het is, dit eeuwenoud gebruik te onderhouden in de metropool der Belgische nijverheid, waar veel fabrieken den aanvang, het ophouden en het sta~ ken der bezigheden gewoon zijn te regelen naar de seinen van de ochtend-, middag- en avondklok van het Belfort." (Beurzencourant) 12 juni : Voor de verkiezing voor de Kamer van Volksvertegenwoordigers stonden twee lijsten tegenover elkaar : een liberalè lijst en een conservatieve of katholieke lijst. Er waren 7 171 kiezers, waarvan 6 702 een stem uitbrachten.

Liberalen Van der Stichelen J. Jaquemyns E. D'Elhougne F. Van den Peereboom E. de Kerchove Ch. Lippens A. De Maere-Limnander ·

Katholieken 3486 De Baets P . 3424 .Kervyn de Volkaersbeke . 3419 Delehaye 3 415 della Paille G. 3402 DeMahieuA. 3 382 Vergauwen 3 338 Coppens-Bové

3 341 3.246 3 227 3 220 3 209 3182 3 203

Zes liberalen werden rechtstreeks verkozen. Er was een ballotage voor de zevende zetel tussen De Maere en P. De Baets. De katholieke kiezers

237


~,\ f... ,

..

t;J~• I ;I,•,\

,\..• l~t:.,... .l<' ·"-·l~·"' ·' t~.. ~ \:lllll.•' •"-'" ,~­ (",.~1'111--('ll(',~~ ~ "X\o.--. .;\ . i:; ..

~

.)-t~<""l• . . ~-\n~, (",~~.} (Jpl"f'f ~.,;

f. .·. . ~.,.,

~'(' "'"''(' ~"'

. .(" .. ~l.

,, t:,

,•:,•~H~

tlll-h l} . ; .• <

f,}~~H !:U~h:\'..U;\' :"\.~0 ;·~~~""t'>H ,

~~ . •..r...,.~.,,. •• ),· .. I~_•• J~o:•••'" " I~, ..t ... ,~~l~"'tl:'l o5'..'\t-4U•(' II .

Ut:.-.

l4(HU{;.,._,,) ,

. 7'ot~N !]ltl.t:rt '.

·"(' :~t~.·q .. ,.. ~!";('\;,~ :'" i ~l::t;,\ ..

(. ..;.. ...... ·' •'•· . '" ..... "'.c.·"t;..... c.-.....~· . ;·~J~}

t'\,•ru· ~

J...., !1' .,.... _.~

L, tf't,~t" l~·

• ~~ <<'U}•o;• ''•·

hl:,_,,_._.\:,

-<f ntrû .s .

'.•\t

'*

<.lf..-n1~ to.),, ... 1/r Jlt.M \~u\.,"' " ~.c:'::.-,'"*K "-"Hf-.'•'•'"r fluit,~

~ h':}nJ, ...

.

.,

h·:l).:-.)

~r; C·t._\ ... tt'p••''"-' ·'~ ~a:uf •'\lU' IHC".~ n•.",J'"n .n .·.:-.

•' ("IJ_~,n~''$m·. lft'~t .._-? " t

,._ ,j(~.•

4-'

C.,

c \;..•• ~F-1 •Jv•·.t,: ~4 ~

l.n.'"\uo";"o.o.•to•

~t l·tif-nt.W Ht:rt.-« ~:j,.,~" !.-i~~ 1$.:i8 ~

G., .\ud ....

-H(O

4u _t..R:~ ....

H

'l-4-)._.):._f>i"~•'.} ~· \,<C"fó~ll:•

..;_

o'hl.X

(~;:~1!.:' t"ll t).(Ht-:"1..: '

l.1...:-.t.o'

,:-~;...,.,, .. ~,,u~.. _,

PUNCH à la ROMAINE.

x··,,il"'111-;..._<"e!•'

f"•IN,e,(J-,,

f.., ~'3'~"1:.."' ..'~·.

,,,._.,_,._l(o ••H u-t ..... ~o'C)-~i__H ;,.H f'~~:O ."'l.h:tr..,• .

~Je~~.! ~ """'"::"'•. . \,,."~",

t'\H

''c-) f<"u:l-...)

•A .Go . .up<'~l"'.

~)t~'..~c.,•.) ,

-----·----

., '(;

,....

\1·

fJi

,. lJ


kwamen niet opdagen en De Maere won met 3 053 stemmen tegen 141 voor De Baets. Alzo verloren de conservatieven hun enige zetel in het arrondissement Gent. 's Avonds werd feest gevierd in de Concorde, alwaar d'Elhougne een toespraak hield. Er was ook feest in de Melomanen, in de Union, in Guillaume Teil, wat aantoont dat al deze verenigingen politiek waren georiënteerd. Van de vijftien kiesbureaus waren er veertien gemengd (Gent en gemee~ten arrondissement), waardoor het moeilijker valt de uitslag te ontleden. Als we de uitslag van Van der Stichelen (liberaal) met de uitslag van De Baets (katholiek) vergelijken, stellen we vast, dat Van der Stichelen in elfkiesbureaus meer stemmen behaalde dan De Baets ( 534 stemmen meer); De Baets haalt in vier bureaus een groter aantal stemmen: 6° bureau, dat Gavere, Drongen en vijftien kleine gemeenten omvat (83 stemmen), 7° bureau {Zomergein en-omgeving- 82 stemmen meer), 8° bureau (Lovendegem plus een zestal gemeenten- 39 stemmen meer) en het 15° bureau, dat enkel het kanton Deinze omvatte en waar De Baets 185 stemmen meer behaalde. We menen te mogen besluiten, dat de . politieke tegenstelling Gent-platteland, die we bij de vorige parlementsverkiezingen vast stelden, ook hier merkbaar is. We willen nog even hij de uitslag van deze verkiezingen stilstaan : de Uberalen behaalde~ gemiddeld 3 409 stemmen, de katholieken 3·261 stemmen of een verschil van 148 stemmen. Dit betekent dat een verschuiving van 7 5 kiezers voor de liberale partij naar de katholieke partij voor gevolg zou hebben. dat de liberalen huti zeven zetels verliezen en de katholieken zeven zetels winnen. Dit îs een verplaatsing van ongeveer éên percent van de kiezers. Algemeen besluit : de !JÏtslag van de parlementsverkiezingen in het arrondissement Gent hangt aan een zijden draadje voor de beide partijen. Volgens-Le Bien Public en de Beurzencourant waren er enkele incidenten. Studenten poogden aan de Brugse Poort rijtuigen met kiezers, die van Drongen kwamen, tegen te houden. -Daarna trokken de studenten naar de Brugse V aart en poogden de bargie getrokken door twee paarden met kiezers van Zomergem, Lovendegem en Merendree te verhinderen naar Gent te varen. 21 juni : Een van de ongezondste wijken van onze stad is het deel begrensd door het Meerhem, het Berouw en de Geuzenberg, "Tout Ie terrain campris derrière le Meirhem est bas et marécageux; les habitations qu'on y trouve sont baties sur d'anciennes prairies. Mais ce qui rend ce quartier esstmtiellement insalubre c'est l'existence d'un fossé dont l'eau· est stagnante et corrompue. Vu du pont de la rue du repentir ce fossé n'est qu'une mare infecte eauverte d'herbages en dé239


240


composition et répandant des vapeurs délétêres" zegt het verslag. Men zal de voornaamste watertak van de Berouwbrug in het Berouw tot aan de Meersbrug aan de Geuzenberg, waar deze waterloop in de Vogelenzanggracht (thans gedempt- Blaisantvest) vloeit behouden, maar de vertakkingen die achter de huizen van het Berouw, Geuzenberg en Meerhem lopen en zeer schadelijk zijn voor de bewoners, dempen. 22 juni : De werken aan de ringspoorweg zijn begonnen. 23 juni : In de omgeving van Gent worden aanzienlijke werken uitgevoerd in verband met de ontwikkeling van het spoorwegnet. Buiten de Sint-Lievenspoort wordt een bergplaats voor locomotieven gebouwd. 7 juli : Men werkt aan de versiering van de ingang, de voorzaal, de arsenaalzaal en de troonzaal van het stadhuis. De voorzaal werd herschapen in een tuin met graszoden en bloemperken. 8 juli : De week van 8 tot 15 juli was de week van de Gentse kermis. Op maandag 9 juli zal koning Leopold 11 zijn blijde intrede doen te Gent. Op zondag 8 juli was er een groot muziekfestival, waaraan 41 maatschappijen deel namen. In stoet stapten de deelnemers op van het station naar het stadhuis, waar ze door de stedelijke overheden werden ontvangen. Elke mailtschappij ontving een zilveren vergulde gedenkpenning. Het festival had plaats op de Koommarkt. Er waren ook heel wat schietwedstrijden : een nationale schijfschieting voor de burgerwacht, een schieting met de karabijn Flobert in de maatschappij De Gentsche Karabijniers in de Kortrijkse straat, een sêhieting met de handboog.in de maatschappij De Schelde buiten de Dampoort, een schieting met de kleine kruisboog in de maatschappij Het IJzeren Kruis in de herberg de Stad Rotterdam, Koommarkt. Op maandag en volgende zondag zal er nog een schieting zijn met de handboog in het Park Allée Verte, buiten de voormalige Brugse Poort. Tijdens de feestweek waren er nog paardenloopwedstrijden op-het Sint-Denijsplein, kosteloze toneelvertoningen door de Fonteinisten en door Broedermin, volksconcerten door de Melomanen en door de Koormaatschappij, een brooduitdeling, veldfeesten bij Willem Teil in de Bagattenstraat en bij Nemrod Îli de Goudstraat, twee maal een volksbal op de Kouter en een vuurwerk op het oefenplein bij de Oude Dampoort. Maandag 9 juli : Koning Leopold 11 vergezeld van koningin Marie,-. Henrietteen prfus Fllips, graafvan Vlaanderen brengt een officiëel bezoekaan Gent. Aan het station was een legioen van de burgerwacht opgesteld. Na het banket op het stadhuis woonde de vorst in de opera de opvoering bij 241


242


van tl Trovatore van Verdi. 's Anderendaa.gS bracht de vorst een bezoek aan het kabinet van Minard en bewonderde er de rijke verzameling oudheden. Koning Leopold 11 bracht ook nog een bezoek aan de SintBaafskathedraal en aan het lokaal van de Koormaatsçhappij en woonde op het Arteveldeplein een defilé van de stadsscholen bij. Op de Lieven Bauwensplaats, plaats die in 1866 gelegen was op het huidige Frankrijkplein, was een pleisteren standbeeld van Lieven Bauwens van De Vigne-Quyo opgericht. Het bronzen standbeeld zal opgericht worden in 1885. 22 juli : .Te koop : Huis en erf, zijnde de herberg La Villede Parijs, Hoogpoort 43, opp. 119 m2. In pacht voor 780 fr. per jaar. · Huis en herberg Het Koningsken met koer, rolbaan een uitgang Lange Kalverstraat. Groot 207 in2. Huis en herberg L'Empire du Mexique. Huidvetterken 2. Groot 68 m2. 23 juli : Op de Potjesmarkt nabij de school en achter het Sint-Pietersplein gehouden, bevonden er zich 59 paarden, waarvan er 29 verkocht werden aan een gemiddelde prijs van 200 fr. en vier ezels, waarvan er twee werden verkocht voor 38 fr. 27 juli : Architec~ Minard heeft het ereteken van ridder van de Orde van de Eiken Kroon van Willem III der Nèderlanden .ontvangen als · herinnering van de vroeger diensten tijdens zijn verblijf in Nederland bewezen. În 1827 werd Minard te Amsterdam toegelaten om mede te dingen naar deprijs van Rome voor de bouwkunde. Het onderwerp van de wedstrijd was het maken van een plan voor een instituut voor Schone KUnsten. Minard bekwam niet de prijs, maar bij K.B. kreeg hij een toelage van 500 gulden en een gouden medaille. Kort daarop werd hij benoemd tot leraar in de bouwkunde aan de Koninklijke Academie te Den Haag. Na de Belgische omwenteling keerde hij terug naar Gent. Louis Minard werd geboren te Gent in 1801. Hij volgde de lessen aan de academie te Gent. Hierboven spraken we reeds over zijn verblijf in Nederland. L. Minard ontwierp een aantal burgerlijke gebouwen : te -Gent kunnen we vermelden naast de schouwburg .Minard en zijn woning op de Grote Huidevettershoek het hoekhuis Vogelmarkt-Koestraat op de plaats, waar de Kleine Ameede stond (met op de gevel de portretkoppen van Jan en Hubert Van Eyck) en de grote herenwoning bij Sint-Jacobs 15. Minard bouwde ook het kàsteel te Vosselare voor Gustave de Kerchove-d'Ousselghem. Hij bouwde nog een groot aantal kerken: te Letterhoutem (door brand vernield in 1936), te De Pinte, 243


Grafmonument " Minard"

Adegem, Huise , Sint-Martens-Leerne , Etichove, Wetteren en Melle. Minard was ook een verzamelaar van kunstwerken uit het verleden, voornamelijk in verband met de Gentse neringen. Over zijn verzameling verschenen twee werken : Recueil descriptiE des antiquités et curiosités du XIII 0 au XVII 0 siècle formant la collection de Louis Minard-van Hoorebeke, architecte à Gand en versierd met platen gegraveerd door Ch. Ongenae en Description de méreaux et autres objets anciens des gildes et corps de métiers, églises, etc. Minard was ook een tijd lid van de gemeenteraad voor de conservatieve partij (verkozen in 1854 ). Hij overleed te Gent in 1875 en ligt begraven op het kerkhof te Sint-Amandsberg. Zijn rijke verzameling werd verkocht in 1882. Enkele kunstvoorwerpen kwamen terecht in het Oudheidkundig Museum in de Bijloke te Gent. 244



31 juli: Te Gent verschijnt een nieuw maandblad "Le Travail". Stichter en uitgever is Constant Leirens, die we reeds vroeger hebben ontmoet als stichter van de krant Broedermin en als voornaam lid van het Vlaamsch Verbond. De ondertitel van het maandblad luidde: ~·organe intern~tional des intérêts de la dasse ouvrière. Revue du mouvement coopératif''. Het tijdschrift had een bureau te Gent, te Brussel en te Parijs. Hoofdredacteur was natuurlijk Constant Leirens. In het eerste nummer lezen we : "La constitution est interprêtée et appliquée dans un sens souvent opposé à son esprit. Le droit électoral est privilège des classes riches et moyennes". Met het nummer vier komt reeds een splitsing: voor ons land wordt de titel Le Travailleur associé, terwijl Le Travail verder in Frankrijk zal verschijnen. Het laatste nummer zal te-Gent verschijnen op 15 juli 1867. Het doel van het maandblad is de coöperatie-gedachte als middehtot ontvoogding van de arbeiders te verspreiden. Het hoofdartikel in het laatste nummer leert ons wat meer : ~'Les deux fractions du parti libéral" wordt de doctrinaire vleugel ván de liberalen geplaatst tegenover de_progr_essieve libe!"alen. Reeds in het novembernummer had Le Travail zich gekeerd tegen de doctrinairen ook genoemd minlsteriëlen, en dit omdat ze de regering in handen hebben. · Het is ons onmogelijk in dit artikel de inhoud van Le Travail en van Le Travailleur associé te ontleden: De B:R.U.G. bezit een ingebonden exemplaar van voornoemd tijdschrift, dat eigendom was van Paul Voituron, en waarin onder de meeste artikels de naam van de auteur door Voituron werd bijgeschreven: Naast artikels van Constant Leirens vinden we ook een artikel geschreven door CharlesBuis van Brussel (burgemeester van Brussel van 1881 tot 1899 en volk5Vertegenwoórdiger), een vertaling van een artikel uit een Engels tijdschrift door V. Loveling en... regelmatig een hoofdartikel van Paul Voituron. Van af de splitsing opî5.11.1866 verschijnt samen met Le Travailleur associé een bijblad Bulletin Belge du Travailleur associé, bijblad, dat volledig door Paul. Voituron is opgesteld. . In onze vorige artikels ontmoetten we· reeds Paul Voituron als lid van de Société Huet (jg. 1975, blz. 210), voor zijn gift "en faveur des blessés et de la familie des morts des journées de février (jg. 1976 blz. 54) en in het jaar 1863, als deelnemer aan het congres te Gent, 1863, waarin hij ook verkozen wordt als lid van de gemeenteraad. We stellen vast, dat P. Voituron consequent .zijn ingeslagen weg reeds als student blijft bewandelen. Later zullen we zien, dat zijn houding in 1869 een politiek gevolg zal hebben en nog later zullen we hem in 1875 opnieuw ontmoeten als progressist. (3) 246


3 augustus : De duivenmaa~schappij Les Colombophiles in het SintJorishof richt een vlucht in uit San Sebastian. Er zijn 137 ingeschreven duiven. Deze vlucht is een der verst verwijderde, die sinds lang in onze stad heeft plaats gehad. 4 augustus : In de zaal van de opera wordt aan burgemeester Ch. de Kerchove een banket aangeboden. Waarom we dit vertellen? Enkel om de aandacht te vestigen op de menu's, die we afdrukken. Spijtig kunnen we de gekleurde schilden niet weergeven. Gastronomisch moet die tijd zeker niet onderdoen voor de hedendaagse gastronomie. Op het menu m~t de tekening van het stadhuis bemerkt men onderaan links de trap van Goetghebuer, die trouwens enkele jaren later zal worden afgebroken. (zie Ghendtsche Tydinghen 1977·blz. 61). 11 augustus : Als voorbereiding tot de volkstelling einde december worden alle huizen hernummerd. Het werk is toevertrouwd aan Jan Verhast; de prijs bedraagt tweecentimes per huis. 14 augustus: In de fabriek Lousbergs in de Keizer-Karelstraat werd door een duivelmachine de arm van een jongentje van twaalf jaar afgerukt. 15 augustus : De bisschop heeft een mandement· aan de priesters en de gelovigen van zijn. bisdom gestuurd, waarin hij aanmaant om volgens hun middelen mede te werken tot het bouwen van een kapel te Parijs voor de aldaar gevestigde talrijke Vlamingen. 1 september : Volgens het verslag van de Koophandelskamer is de grote crisis in de katoennijverheid verminderd. De· kamer betreurt de vertragingvan de voltooiing van de spoorweg Gent-Braine-le-Comte, waardoor Gent rechtstreeks in verbinding zal komen met de kolenbekkens van het Centre en van Charleroi. 1· oktober : "lieden is de nieuwe dienst van de straatvegers begonnen. Van 's morgens vroeg zag men de karren van de ondernemer vergezeld van talrijke straatvegers door de verschillende wijken trekken onder het toezicht van een politieagent", lezen we in de Gazette van Gent. Tot heden had men het probleem van het ophalen van het huisvuil en het reinigen van de straten niet behoorlijk ·kunnen oplossen. 7 oktober: Heden werd de kerk Sint-Jan Baptist plechtig ~gewijd. 11 oktober : De werken aan het burgerlijk hospitaal vorderen goed. 14 oktober: In de herberg Het Haasken wordt een tentoonstelling en een teerlingwedstrijd ingericht ten voordele van de Zonder Naam. Ook in de herberg De Vier Berners in de Barrestraat was er een teerlingwedstrijd ten voordele van de Zonder Naam. 247


17 oktober : In onze haven is de Hanoverse bark Osnabruck metende 500 ton uit Indië aangekomen met 7000 balen rijst. De reis duurde zes maand. 20 oktober : In januari zal de volksbibliotheek van het Willemsfonds uit de benedenzaal van de Minardschouwburg overgebracht worden naar het Lakenmetershuis. De nieuwe materniteit wordt in gebruik genomen. De gebouwen van de oude materniteit zullen worden afgebroken. 30 oktober :Voor de verkiezing van de gemeenteraad werd enkel een liberale lijst ingediend. De opkomst was dan ook gering; slechts 899 kiezers brachten een stem ~t. Werden verkozen : K. Andries, A. Wagener, A. Burggraeve, A. Colson, A. Dubois, A. Dumont, C. Fredericq, Hulin, D. Levison, J. Motte, K. Picquaert, C. Vandermalen, J. Vandenbergheen F. Vanheuverzwyn. 23 november : Het bestuur van de Burgerlijke Godshuizen zal drie

nieuwe straten openen achter het oud stapelhuis op de Coupure. 26 november : De Heer Ecrevisse uit Eeklo hield een voordracht over "De werkmanswoning în de fabrieksteden". De wet, waarbij de bareelrechten op de staatsbanen worden afgeschaft, zal in voege treden op 1 januari. 1 december : Sedert enkele dagen herstelt men de heerlijke schoorstenen boven het stadhuis. Waarschijnlijk is dit het begin van de herstellingswerken van het stadhuis. Voor de verbreding van de Hoornstraat heeft de stad het hoekhuis Hoornstraat-Veldstraat aangekocht voor _ 95 000 fr. Te Gent is een Gentsche Volksbank opgericht. Het doel van-de bank was de leden door samenvoeging van hun spaarpenningen kapitalen te bezorgen die ze nodig hebben-~voor nijverheids-en handelszaken. De leden betaalden drie_ frank als inkomgeld en maandelijks twee frank tot ze het bedrag van tweehonderd frank hebben bereikt. Tot de beheerraad behoorden Rolin-Jacquemyns, Edm. Willequet (advocaat) en verder een handelaar, een timmerman, een schûder, een beenhouwer, een blikslager, een steendrukker. De Gentsche Volksbank was een liberaal initiatief. (statuten: zie Gazette van Gent 1.12.1866). Een onzer oudste inwoonsters Carolina Rosseel, weduwe Van Loo, geboren te Gent op 19.11.1774 is overleden. Ze was de enige schoondochter van Francis Van Loo, de laatste hoofddeken van de vrije vleeshouwersnering en zuster van Jan Rosseel, eertijds een van de voornaamste fabrikanten te Gent. De feesten door de stad ingericht ter gelegenheid van het bezoek van 248


de koning en de Koningin hebben 30 000 fr. gekost. Voor de voorstelling Robert en Bertrand door Broedermin en Taalijver in de Minardschouwburg konden 400 personen geen plaats bekomen. 15 december: De Gazette van Gent viert haar tweehonderdjarig jubelfeest: 8 december : Door de ingebruikneming van de kerk Sint-Jan Baptiste kwam de kapel op de Elysese Velden in onbruik. Voor de bewoners van de rechter zijde van de Brugse vaart was de afstand tot de nieuwe kerk tamelijk ver. Op 8 december werd de voormalige kerk heropend en kreeg nu de naam Sint-Jozef. Nadat in 1875 begonnen was met de aanleg van de Wandelgemstraat en aanpalende straten zal een nieuwe kerk, de Sint-Jozefkerk, gebouwd worden, die op 4 maart 1883 zal worden ingezegend. In de eerste helft van 1866 waren de broodprijzen ongeveer normaal, maar met" de nieuwe oogst kwam een flinke stijging. ·

Gebuild 5 januari 30 maart 22 juni 27 juli 14 september 5 o.ctober 9 november 21 december

31 30 34 36 38 41 42 42

c. c. c. c. c. c. c. c.

Ongebuild

Rogge

27 c. 24 c. 27 c. 27 c. 32 c. 34 .c. 33 c. 36 c.

18 18 18 19 19 21 22 23

c. c. c. c. c. c. c. c.

In 1866 kocht het stadsbestuur 31 520 m2 grond aan voor de aanleg van een nieuw gemeentekerkhof, terwijl de grond die voortkwam van de demping van de Stekense Vaart aan het Handelsdok verkocht werd: 234m2 tegen 10fr./per m2, en 603m2. tegen 2,50 fr. per m2. De gemeenteraad besloot nog op 26 februari een nieuwe straat aan te leggen tussen de Bagattenstraat en de Kalkstraat, straat, die Willem Teilstraat zal worden genoemd en dit naar de nabijgelegen schuttersmaatschappij Willem Teil. De stad stelde kosteloos de nodige gronden ter beschikking aan de staat voor de aanleg van de ringspoorweg. Bij het burgerlijk hospitaal worden drie nieuwe straten aangelegd: de Hospi. taalstraat, de Apotheekstraat en de Prof. J. Kluyskensstraat. Het Liefdadigheidsbureau ondersteunde 4 010 gezinnen met 10 750 personen, daarnaast werden nog 1022 gezinnen tijdelijk geholpen. Wat gebeurde terwijl op wereldvlak?Bij Königgrätz werd op 3 juli 1866 de Slag van Sadowa geleverd, waarbij de Oostenrijkers door de

249


Pruisen beslissend werden verslagen. De macht van Pruisen is in volle opgang. Terwijl publiceert Jules Verne zijn Reis naar de Maan en Dostojewski Schuld en Boete. De componist Smetana schrijft De Verkochte Bruid en Ambroise Thomas componeert Mignon. In Frankrijk werd de schrijver en Nobelprijswinnaar Romain Rolland geboren en te Gent zag George Minne (30 augustus 1866- Latem 18.2.1941), beeldhouwer van de Bron met vijf knielende jongelingen en van het gedenkteken van Georges Rodenback het Licht. Te Leuven overleed op 24 maart 1866 priester Jan David, taalkundige en hoogleraar. M. STEELS NOTEN 1. Frida Martens : Politiek en Pers. De verkiezingen voor de gemeenteraad te Gent 1869-1878 (Handelingen Maatséhappij Geschiedenis en Oudheidkunde, deel XX 1966) 2. Zie Elias : Geschiedenis van de Vlaamse gedachte, deel4 blz. 24 3. D. De Weerdt schrijft in haar werk "De Gentse Textielbewerkers en Arbeidersbeweging tusSen 1866 en 1881" op blz. 198 ''Het eerste spoorvan coöperatie uitgaande van de arbeiders, was het verschijnen te Gent van een maandblad op 31 juli 1866 : Le T:ravailleur associé". We hebben gezien, dat het maandblad niet uitging van de arbeiders, maar wel van liberale progressisten. In zijn studie "Bijdrage tot de geschiedenis van de Gentse Pers" oppert E. Voordeckers op blz. 457 de mening, dat het artikel "De la situation des parris et des progrès de la démocratie- en Belgique", dat reeds verscheen in het eerste nummer van Le Travail zou geschreven zijn door Constant Leirens. Dit artikel werd geschreven door Paul Voituron. (Voor meer gegevens: zie B.R.U.G. nummer Hs. G. 11793 Voituron. Le Travailleur associé. Corre-spondance). Trouwens nergens werd door Voordeckers Voituron verméld in verband met Le Travailleur associé.

DE CHOLERA-EPIDEMIEVAN 1866 11 mei : Er wordt een geval van cholera gemeld in een logementshuis op de Voetweg. Overgebracht naar het hospitaal stierf de vrouw dezelfde dag. 's Anderendaags stierf een man, die de nacht had doorgebracht in het logementshuis. De overheid nam onmiddellijk maatregelen : het huis werd gesloten en de matrassen en het beddelinnen werden verbrand. Op 15 mei stierf de vrouw van de logementshouder. Vooraleer deze geschiedenis verder te vertellen, vooraf een woordje over de vorige cholera-epidemieën te Gent. 250


Jaar 1832 1833 1834 1849 1854 1859

Aantal gevallen

Aantal doden

%van de bevolking

1227 95 201 2224 1004 1200

1,46% 0,11% 0,23% 2,14% 0,91% 1,05%

2000

4881

De epidemie van 1866 was dus de zevende en zal de laatste zijn. Pas op 8 juni was er een nieuw geval in een beluik in de H Kerststraat en nog een geval in de Groenstr~t, belde met dodelijke afloop. Een drietal dagen later waren er nu dagelijks gevallen. Op 29 juni stierven 12 personen aan cholera en op 30 juni 14 personen. De epidemie nam nu razend snel uitbreiding.

Maand mei juni juli augustus september october november Totaal

Aantal sterfgevallen 3 52 1162 1110 335 100 __ 7

2769 of 2,40 %. van de bevolking.

In de maand juni heerste de epidemie practisch enkel in de derde wijk

(noorden en noordoosten van de stad); in juli teisterde de cholera de wijk van de Sassepoort en vandaar verspreidde de epidemie zich over de ganse stad. Het grootst aantal slachtoffers vielen op 19 juli met 78 doden. Voor juli en augustus samen bedroeg het gemiddeld aantal slachtoffers 36,5 per dag. Begin september nam de ziekte af: in de eerste helft van deze maand waren er gemiddeld nog 15,8 slachtoffers per dag; voor de tweede helft van deze maand was dit aantal gedaald tot 7,1 per dag. Het laatste slachtoffer stierf op 7 november. In totaal werden ongeveer 5500 gevallen opgetekend, waarvan dus de helft met dodelijke afloop. In het Burgerlijk hospitaal werden 1073 gevallen opgenomen, waarvan er 522 stierven. In het Sint-Janshospitaal werden 476 kinderenjonger dan tienjaar opgenomen; hier stierven 213 kinderen. In het godshuis voor oude vrouwen Sint-Antonius, met een bevolking van 294 vrouwen, 33 kloosterzusters en een directeur (totaal328 personen) waren er 64 gevallen, waarvan 45 met dodelijke afloop, waaronder twee zusters en de directeur. 251


Het onderzoek van de slachtoffers naar de leeftijd toont aan, dat de epidemie in de eerste plaats de kinderen trof.

Leeftijd Jonger dan éénjaar Tussen 1 en 2 jaar Tussen 2 en 3 jaar Tussen 3 en 4 jaar

Aantal slachtoffers 289 129 94 68

Meer dan een derde van de slachtoffers was jonger dan 9 jaar. Vanaf de leeftijd van tien jaar bedroeg hét gemiddeld aantal slachtoffers 25 per geboortejaar. De verdeling van het aantal slachtoffers per wijk is zeer leerrijk 1° wijk ~OS slachtoffers 2° wijk 318 " 3° wijk 919 " 4° wijk 592 " 5° wijk 528 " 6° wijk 198 " onbekend 9 " Totaal

2769

"

In de omgeving van het Meerhem en de Sassepoort (derde wijk) vielen dus het grootst aantal slachtoffers. Deze wijk met het Meerhemkanaal en zijntalrijke-waterloopjes met stilstaand water alsook met zijn talrijke beluiken "donnantabri à la partie la plus misérable de notre population" bood een gunstig milieu voor de epidemie. Ook de vierde wijk tussen de Nederschelde en de Brusselsepoort teld~ een groot . aantal slachtoffers. Terwijl in de Keizer Karelstraat-slechts drie personen aan cholera overleden, stierven in de. Sint-Lievenspoortstraat met zijn talrijke beluiken 84 personen~ In de woning nr. 153 stierven niet minder dan elf bewoners. Verwondering baart wel de vijfde wijk, die ook een groot aantal slachtoffers telde. Ook deze wijk telde een groot aantal beluiken. Op het gehucht buiten de Heuvelpoort met 730 inwoners waren 240 cholera-gevallen met 113 doden of ongeveer een zesde van de bevolking. Het Pestkapelleke, dat vroeger stond op de Ottergemsesteenweg (in 1973 verplaatst in de St.-Gerardushof), werd gebouwd als dank door de familie Soenen, omdat ze gespaard bleef van de ziekte .. In 300 straten van Gent, die samen de negen tienden van de totale bevolking telden, waren slachtoffers te betreuren. Hierbij een aantal straten per wijkmet het aantal slachtoffers. (tussen haakjes : bevolking van de straat). 252


Eerste wijk : Druifstraat (325) Koornmarkt (313) Lange Munt (383) IJkstraat (507)

13 8 8 15

Oude Vest (325) Sint-Jansdreef (358) Wolfstraat (209)

10 16 12

Tweede wijk : Brandstraat ( 534) Coupuregang (466) Hoogstraat (7 59) Korte Zilverstraat (327) Molenstraat (6 7)

13 11 11 12 13

Pluimstraat (227) Prinsenhof (271) Tinnen Potstraat (441) Varkensstraat ( 1 OS)

18 14 36 12

Derde wijk: Berouw (919) Chartreuzenstraat (1140) Geuzenberg (307) Godshuishammeken (321) Groot Meerhemkaai (971) Klein Meerhem (585) Korte Schipgracht (415)

24 34 18 19 28 30 16

Lange Kalverstraat (7 0) Metselaarsstraat (4 7 6) Sassekaai (292) H. Kerststraat ( 1304) Tichelerij (436) Voormuide (966) Muide (1981)

20 22 26 39 21 48 135

Vierde wijk: Apostelhuizen (610) 35 Brusselsepoortstraat (1279) 36 Korte Krevelstraat (337) 21 Lange Beenhouw~rsstraat ¡ 28 (320) Lange BoĂ“mgaardstraat (5 79 )33

Mortierstraat (4 77) 19 Sint-Lievenspoortstraat (2101)84

Vijfde wijk : Bagattenstraat ( 1306) Kortrijksestraat (1870)

37 61

Heuvelstraat (530)

30

Zesde wijk: Kerkstraat (1280)

29

Rooigem (1975)

43

In verband hiermede willen we even aandacht schenken aan het godsdienstig leven tijdens de periode van de cholera-epidemie, alhoewel de gegevens zeldzaam zijn. In talrijke kerken werden missen gelezen om bescherming tegen de gevreesde ziekte af te smeken. Volgens de Beurzencourant van 21 juli nemen een massa mensen deel aan de bedevaart naar Bergenkruis. Op 4 november werd:in de H. Kerstkerk een beeld van de H. Maagd, Troosteresse der Bedrukten en geschonken door de gebuurte van Chartreuzen gewijd om geplaatst te worden in een muurkapel in de wijk. (BeD.rzencourant van 29 october). De ge253


schiedenis van de muurkapellen is moeilijk te achterhalen; vermoedelijk was de plaatsing meestal het gevolg van een individueel initiatief of van eeti initiatief van bewoners van eenzelfde straat. Meestal spreekt men van een "pestkapel". De pestkapellen zijn te herkennen aan de kleuren wit en blauw. Volgens inlichtingen zouden te Gent in 1866 een aantal muurkapellen geplaatst zijn :Keizer Leopoldstraat, Belgradostraat, Abeelstraat, Gulden Vliesstraat, 't Stuk, Meerhem. Wat deed het stadsbestuur ter bestrijding van de epidemie ? In 1866 telde Gent 674 beluiken met 6043 woningen en 27 749 inwoners of 20,5 %van de Gentse bevolking. Door tussenkomst van de politie werden honderden huizen gekalkt en gereinigd, andere huizen werden onbewoonbaar verklaard. Tevens werd aandacht geschonken voor het reinigen van de straten, het afVloeien van het afvalwater, het ophalen van de vuilnis. Er was een strenge controle op het slachthuis, het vleeshuis, de vismarkt. In samenwerking met de medische commissie werden een aantal voorzorgsmaatregelen bekend gemaakt om ze mede te delen aan ae behoeftige gezinnen. Tevens werd door het Liefdadigheidsbureau kosteloos geneesmiddelen en andere hulp verstrekt. Tijdens de periode van de epidemie werden alzo uitgedeeld: 34 128,50 fr. in geld, 8 571 kg. rijst, 22 850 kg. tarwebrood, 1193 matrassen, 1193 hoofdkussens, 775 kg. stro, 641 dekens, 377 hemden, 57 rokken, 59 mantels, 87 broeken, 75 paar kousen en 22 764 geneeskundige voorschriften, dit door de armenapotheek. In de wijken werden depots van doodskisten aangelegd, dit om het vervoer van doodskisten zo veel mogelijk aan het oog van de bevolking te onttrekken en de angst te pogen te verminderen. Een groot aantal slachtoffers werden begraven op een uitbreiding van het kerkhof van de Heuvelpoori; de graven werden onmiddellijk bedekt met een laag ongebluste kalk. Op voorstel van schepen Andries werden een aantal waterlopen onmiddellijk gedempt. Öm zo getrouw mogelijk de inhoud weer te geven, geven we de Franse tekst.

1. Grachten aan Akkergem en Prinsenhofzaksteeg : Ces fossés, signalés à l'attention de l'Administration par la commission médicale, comme nuisibles à la salubrité publique, ont été comblés d'office. 2. Grachten aan het weeshuis Rode Lijvekens: L'état d'insalubrité permanente de ces fossés exerçait une influence très~nuisible sur la santé de la population de eet établissement, et exigeait une remède efficace. Ces fossés ont été, en grande partie, comblé par 1' Administration des hospices, et la ville a contribué dans ce travail par la construction d'un aqueduc de 79m,50 de longueur, destiné 254


à l'écoulement des eaux ménagères et pluviàles. 3. Kanalen in het Meerhem : · Le quartier campris entre Ie quai du Maris, la Montagne des Infidèles et la rue du Repentir était sillonné par un grand nombre de petits fossés, dont l'eau stagnante et corrompue constituait un grave danger pour la nombreuse population ouvrière de ce quartier. De gemeenteraad besloot op 21 juli deze kanalen te dempen. Daarna werden in het Berouw, Chartreuzenstraat en Meerhemkaai 9 30 meter rioleringen aangelegd.

4. Dempen van de Elisabethgracht: Le fossé Ste-Elisabeth, depuis l'entrée du gran9. Béguinage jusqu'à la ci-devant porte de Bruges, recevait, non seulement les eaux ménagères et pluviales, mais encore les matières fécales de toutes les maisons aboutissantes de la rue fossé Ste-Elisabeth et de la rue de la potte de Bruges, deux égouts venant de la rue Haute et de l'avenue de la Coupure y déversaient également leurs eaux corrompu·es. Ce canal étant sans écoulement, il en résultait une infection telle, que la fièvre thyphóide régnait, pour ainsi dire d'une manière permanente, sur toute la longueur du fossé.

In het bed van de gracht werd een riolering aangelegd en de gracht werd gedempt. Op 29 juli lezen we in de Gazette van Gent, dat de bewoners van de Molenweg (van Coupure-links tot de Bijlokevest) en de Bijlokevest klagen over. de stank van een gracht, die de eigendom begrenst van de heer Spae, hovenier. De G. vanG. weet niet aan wie de gracht behoort, maar vraagt dat de stedelijke overheid de nodige maatregelen zou nemen in het belang van de openbare gezondheid en de gracht doet dempen. 5 augustus : Wegens de smartelijke omstandigheden waarin onze stad gedompeld is door de cholera-epidemie, die een zo grote verwoesting in onze werkende klas aanricht heeft de Zonder Naam niet zonder Hart beslist voorlopig voor een som van 15 000 fr.tussen te komen om de ongelukkige families te helpen. Ten dien einde zal elke zondag van 8 u. tot 11 u. in haar lokaal Sodaliteit in de Korte Meir vlees en brood worden uitgedeeld. Er zal een tombola worden ingericht. Op 7 september werd in Le Duc de Brabant een tombola voor de wezen en de weduwen van de cholera-slachtoffers ingericht. De eerste prijs is een gift van de koning en de koningin; een brede zwart marmeren pendule, waarop een prachtige bronzen hazewind te rusten ligt. De pendule weegt 35 kg. 255


YILLE

GtCt:s GU CHOLERA EN 1866.

~----;.1--_t---t----,---+i' -

~ .. :

.

,

:

~

u W

~

~ t

n

._ 1f •

A

.

..

::

..

-

"

I

:

»

'•

••

- I'

•C

$t

••

• JIJ

M

".

f I

'

.

tt·

,

~ I

• •

I'

'

"

I} •H i • fI ••

.. •

••

.: I ; 1 ~I '•

"

.. I

!

:"

t

~

; I:

'I

I :b

.. l

I'

f/11

t

"

I ·:

f

: f :

._ , .... •

.. !... f "

~

J

- ~....:....~

~*'1•

...

---......

.......

l

a

..

W

:

:

1.

1t •ft:

~ ; ' ~ r~

.. t

:--

.

. ........

...

""

.....'

1

256


iAND.

_

O(CtS 0\J CHOLÉI'A EN 1666.

..._.,.,._..__

-~ -: j. ·. ~~ s: , j4:· -:

,. d'

,.

... . .. fl•

,. .

1

.

·~ -

t

·~

" ..,.."._

·

,~ • • • • Jw6< •• . u• ~ ·~ ~ n l-M~ri ff'ailiw ••

tt.

-~ -'

..

• u

u

> Jl t ~ ... # ·~ - ~t:t~ .hdH. • • C' I. • • • u

..

·'~ · ftf• •·· *'

•••

ll~ .

:1: : . •

• .,... tf • •

.:::

~

• • • 4*

i•· ... :~ : = ~ ~: , , -~ _. ~

,,

. . ...

f

... .

; •

u

....._ • • •

: ;::: : : ·~~~ - .. : •. . " . ·I"............ " ... .. " ........,_

\

~~

· ~·- ·

t

\

f

*"~ ·

M

••

.

."

..

!t'!=..: : : :::: .. :

c-

14 ~

t

n ......

/vt. I

~

.t a

~- --~.

~

"ttlolll . '1;1~ " " • • lBM . . . U lf ,

.

fl

t

J.MIM ••

:!·:~ ......... .

ft~-

·

'ji

.,...... ,.

~

~

-

• u .. .

t

• ..._..

:~

.. , u

-~ 11ill

' . •

....... .

. • '" •

.

.. •

. .. ..

..

j~ ·~~!t ~,~ 1~:11;~~--:~ a.

l

s~

t:Molt

. a

tf

"'

:"..._... : : ~.....,_,.11~::':: ~: 1 ".. - ~--- 1 " ......... .,

..

~

?M

..

257


Volgens de Beurzencourant van october werden door paus Pius IX enkele kunstvoorwerpen, o.a. een prachtige camée en fraaie medaillons geschonken.voor een tombola ten voordele van de slachtoffers in Le Duc de Brabant, Stationstraat I. 1 oktober : Tijdens de cholera-epidemie heeft dokter Sioen zich buitengewoon verdienstelijk gemaakt op de Heuvelpoort, waar talrijke gevallen zijn. De burgemeester braêht herhaaldelijk een bezoek aan de wijk om de inwoners moed in te spreken. Dokter Sioen vestigde zich in de wijk en richtte in de herberg De Vier Winden een hulpapoteek op. Om zijn moed ontving dokter Sioen van de burgemeester een gouden uurwerkmet de gegraveerde tekst "De burgemeester van Gent aan den geneesheer Sioen, Smetziekte van 1866". Op de gemeenteraadszitting van 1 oktober bracht Voituron hulde aan de burgemeester : "Hij ging in de huizen der armen, drong de ongezondste woningen en verpeste kamers binnen, trad aan het bed van de stervenden en poogde door zijn voorbeeld en zijn kalmte de moed op te beuren'"'. De burgemeester dankte en wees op het geneeskundige korps, dat met onnoemelijke ijver en zelfopoffering de zieken heeft bijgestaan. Tevens bracht hij hulde aan de dokters, de internen en de · zusters van het burgerlijk hospitaal. Op 4 oktober overleed J. E. Hellas d'Huddeghem, kanunnik. Hij was geboren te Melle in 1804 en overleed aan cholera in het godshuis St.-Antonius, waar hij sinds 25 jaar bestuurder was. Voor een tombola in de herberg Leopold in de Sint-Lievensstraat heeft Victor Hugo eigenhandig geschreven verzen en door hem ondertekend als geschenkgegeven en dit op verzoek van een officier. Elk gedicht vormt een prijs. Er is veel belangstelling voor de loten. Prijs per lot : 25 centimes. Op 3 november zal in Spiegelhave door de Koormaatschappij het Oratorium Lucifer van Peter Benoit en op tekst van Em. Hiel opgevoerd ten voordele van de cholera-slachtoffers. De totale opbrengst beliep 993,24 fr. De cholera-epidemie had natuurlijk niet alleen Gent getroffen. In OostVlaanderen telde men 8 990 gevallen met 5001 slachtoffers. In gans België waren er 58 970 gevallen met 32 257 doden (of 6,25 doden per . duizend inwoners). Er wordt vermoed, dat er in werkelijkheid meer dan 40 000 slachtoffers waren. Het grootst aantal hiervan viel in de steden: Antwerpen : 2 845 sl., Brussel : 3087 sl., Brugge : 733 sl., Mons : 301 sl., Luik : 2522 sl., Hasselt 17 sl., Namen : 460 si. M. STEELS

258


DE VOLKSTELLING VAN 1866 Op 31 december 1866 werd in ons land een volkstelling gehouden. Volgens het jaarverslag van de stad Gent voor het jaar 1865 telde onze stad 126 347 inwoners. Volgens de volkstelling einde 1866 waren er te Gent slechts 115 354 inwoners of 10 993 minder dan het vorig jaar. In 1866 waren er te Gent 4194 geboorten en 6 318 overlijdens (het grootste getal in de ganse geschiedenis van Gent) wat een negatief verschil geeft van 2 124 personen; de inwijking gedroeg 5 370 personen en de Uitwijking 3 524 personen, wat een winst geeft van 1846 personen. In t-otaal was er dus een vermindering van 278 inwoners in 1866. In de periode van 1830 tot 1900 zal de bevolking slechts vier maal dalen, nl. in 1832, 1849 (het hongerjaar), 1866 en in 1900, hier toe te schrijven aan een buitengewone uitwijking. 1866 is beslist een van de droevigste jaren uit de Gentse geschiedenis. Keren we nu terug naar de uitslagen van de volkstelling. Hoe dit- verschil van 10 993 inwoners te verklaren. De vorige volkstelling werd gehouden in 1856. Voor de bepaling van de jaarlijkse bevolking werd hij de getallen van 1856 het aantal geboorten en inwijkelingen opgeteld, en het aantal overlijdens en uitwijkelingen werd afgetrokken. Als alles nauwkeurig geschiedt zouden de uitslagen van deze berekening en van de volkstelling moeten gelijk zijn. Vermoedelijk hebben zich een aantal uitwijkelingen nooit gemeld of vertrokken in de mening later terug te keren, maar kwamen nooit terug. Volgens het jaarverslag echter waren de tellers niet zo goed op de hoogte van hun opdracht en begingÂŤ?n ook vergissingen. Ons besluit : we kennen het aantal inwoners te Gent niet nauwkeurig. In 1866 waren er te Gent 23 365 woningen, waarvan 2 141 onbewoond. De bevolking bedroeg 115 354 inwoners verdeeld over 24 926 gezinnen (gemiddeld 4,62 personen per gezin). Om te heginnen onderzoeken we de structuur van de bevolking naar de leeftijd. Hierhij maken we een vergelijking met de structuur in 196 7, een eeuw later, en dit om een duidelijker inzicht in de structuur en de evolutie te bekomen.

259


Mannen

0-14 jaar

Totaal

Vrouwen

1866

1967

1866

15 385 28,18%

13 687 15 934 12 981 19,37 % 26,23 % 16,25%

31 319 26 668 27,15% 17,71 %

40 680 50 609 66,99 % 63,37%

77158 97 007 66,88% 64,45%

1967

1866

1967

14-65 36 478 jaar 66,77%

46 398 65,65%

ouder dan65

10 578 14,98%

4116 6,78%

16 263 20,37%

.6 877 26 841 5,96% 17,83%

Totaal 54 624 . 70 663 %Tot. 47,35% 46,94%

60 730 52,65%

79 853 53,06%

115 345 150 516

27 j.

43 j.

Medi aan leeft.

2 761 5,05%

26 j.

37 j.

27 j.

40 j.

Door de mediaanleeftijd bedoelen we, dat 50 %van de bevolking jonger is en dus ook 50 %van de bevolking ouder is dan het opgegeven getal. De tabellaat ons toe de volgende vaststellingen te maken : 1. In absolute cijfers is het aantal vrouwen altijd groter dan het aantal mannen (met uitzondering het aantal jongens onder de veertien jaar in 1967) 2. Het aantal vrouwen ouder dan 65 jaar is in 1866 reeds aanzienlijk groter dan het aantal mannen boven de 65 jaar. Dit verschil is nog groter geworden in 1967 (20,36 %tegen 14,98 %) 3. Het aantal kinderen is tussen 1866 en 1967 gedaald van 27,15% tot 17,71 %. Deze evolutie gaat thans nog altijd verder. 4. Daarentegen is het aantal bejaarden gestegen van 5,96 %in 1866 tot 17,83 %in 1967. Dit is zeker het gevolg van de vooruitgang van de medische wetenschappen, van de betere hygiĂŤne, de betere woningen en de betere werkvoorwaarden. Dit verschijnsel wordt ook verduidelijkt door de mediaanleeftijd, die gestegen is van 27 jaar in 1866 tot 40 jaar in 1967. Het verschil in mediaanleeftijd tussen mannen en vrouwen is ook sterk toegenomen : van 26 tegen 27 jaar in 1866 naar 37 tegen 43 j~ar in 1967. Deze vaststellingen worden nog bevestigd door de volgende tabel.

260


Aantal inwoners ouder dan 80 jaar Mannen

Vrouwen

Totaal

1866

201 0,36%

403 0,66%

604 0,52%

1967

1275 1,80%

2290 2,85%

3565 2,36%

Als algemeen besluit kunnen we stellen, dat in een eeuw tijd de levensvoorwaarden aanzienlijk zijn verbeterd. Tot het midden van de negentiende eeuw was de structuur van de bevolking practisch onveranderd gebleven. Voor de massa van de bevolking waren de levensvoorwaarden bijzonder hard. De evolutie in de structuur van de Gentse bevolking geldt natuurlijk ook op het nationaal plan en op wereldplan. De gegevens van de volkstellingen van 1846 en 1866 verbonden met de geboortecijfers laten ons toe een inzicht te verwerven van de kindersterfte. Telling 1846 Geboorte- % kinderen gestorven jaar tot 31.12.1846 1846 1845 1844 1843 1842

34 % 34,7% 34,8% 35,5% 36,4%

Telling 1866 Geboorte., % kinderen gestorven jaar tot 31.12.1866 1866 1865 1864 1863 1862

29,9% 34,4% 37,7% 39,8% 41,9%

Bij deze berekening kon geen rekening gehouden worden met de inen uitwijking, alhoewel deze getallen weinig tot geen invloed zullen hebben op de percenten. In 1866 sterven dus drie kinderen op tien in de loop van hun geboortejaar, vier kinderen op tien zijn gestorven voor hun zesde levensjaar. In vergelijking met 1866 stierven in 1846 wat meer kinderen in de loop van hun geboortejaar' maar voor de andere jaren is de toestand gunstiger in 1846 dan in 1866. De cholera-epidemie van 1866 heeft de percenten voor 1866 natuurlijk nadelig beĂŻnvloed, maar we mogen besluiten, dat de kindersterfte niet afgenomen is tijdens de periode 1846-1866. De Jaarverslagen geven ons een indeling van de sterften per leeftijd. Gecombineerd met de geboortecijfers bekomen we als resultaat, dat 261


42,5 %van de kinderen sterven vóór hun vijfde jaar tijdens de periode 1862-1866, wat practisch overeenstemt met de gegevens in de vorige tabel. In de toekomst zal de kindersterfte aanzienlijk verminderen. Dat kunnen we aantonen door de volgende eenvoudige tabel.

1866 1967

Aantal geboorten per 1000 inwoners

%groep 0-14 jarigen

33,9 13,2

27,15 17,71

In een eeuw is het aantal geboorten te Gent met 61 %gedaald; terwijl is echter de groep 0-14 jarigen slechts gedaald met 34,8 %. Alhoewel een groot aantal factoren de getallen van de tabel beïnvloeden - zo daalt het percent kinderen door de betere levensvoorwaarden van de volwassenen -, daar de groep bejaarden groter wordt -, toch kunnen we Uit de tabel besluiten, dat de kindersterfte zeer sterk zal dalen. In zijn studie «Topographie médicale de la Belgique" geeft dr. Meynne

(1) een overzicht van de doodsoorzaken te Gent voor de jaren 1862, 1863 en 1864. Alhoewel de rangschikking van de ziekten niet wetenschappelijk is - de overlijdensacten werden niet opgesteld door een genee~heer, maar door een bediende- toch stellen we vast, dat 23,5 % te wijien zijn aan longziekten; verder worden nog vernoemd : kinkhoest 2,7 %, mazelen 2 %, keelontsteking 7,4 %. Als voornaamste factoren van de ziekten ziet dr. Meynne de ongezonde woningen, de eenzijdige voeding (aardappelen en brood- meestal roggebrood), de onhygiënische werkvoorwaarden in de fábrieken en het alcoholisme. Meynne schrijft verder : "En tout cas, les agglomérations de maisons de pauvres, les bataillons carrés, les cours intérieures, les grandes constructions ouvrières devraient être soumis à des inspeedons régulières, et à des conditions hygiéniques réglementées. Ce serait Ie moyen de voir ce qui se passedans ces mondes à part, et de surveiller ces prétendus amis du peuple qui louent des taudis ignobles à 17 %d'intérêt. Ces inspeedons nous sembleraient au moins aussi nécessaires que les visites hygiéniques qui sont instituées pour les établissements d'aliénés. Les comités d'hygiène publique auraient ici une mission séi:ieuse." Van de 115 354 inwoners waren er 64,68 %geboren in Gent, 33,42% in een andere Belgische gemeente en de 2 194 overblijvende of 1,9 % 262


van de bevolking in het buitenland (waarvan 921 in Frankrijk en 868 in Nederland). Gent oefent zeker een grote aantrekkingskracht uit, want tijdens de periode 1857-1866 komen 42 713 personen zich in Gent vestigen en er hun geluk zoeken, maar een betrekkelijk groot aantal moet na een zekere tijd weer uitgeweken zijn, want in totaal zijn er slechts 38 792 inwoners, die buiten Gent zijn geboren. De indeling naar de burgerlijkse stand is als volgt : Vrouwen

Mannen Ongehuwden Gehuwden Weduwnaars en Weduwen

33 769 18 499

61,8% 33,8%

37 864 17 860

2 356

4,3%

5 006

62,3% 29,4% 8,2 %

We stellen een groot aantal weduwen vast, wat zijn weerslag heeft op het aantal personen, die gesteund worden door het Liefdadigheidsbureau. Wat de gesproken taal betreft, 81,5 %van de Gentenaars spreekt enkel Nederlands, 2,2 %spreekt enkel Frans, 15,2 %spreekt Nederlands en Frans. Van de overige 1 %spreken er 178 enkel Duits, 130 Duits en Frans, 308 Duits, Frans en Nederlnads, 389 een andere taal en 141 zijn doofstom~ De bevolking werd ook onderzocht naar hun ontwikkeling, nl. naar

het aantal personen, die kunnen lezen en schrijven. Hiertรถe werd de bevolking .verdeeld in leeftijdsgroepen. Mannen Ouder dan 36 jaar Van 22 tot 35 jaar 21-jarigen Van 15 tot 20 jaar 14-jarigen

46 ,6 53,6 62,2 64,2 60,5

% % % % %

Vrouwen 41,3 48,4 59,2 56,0 60,3

% % % % %

We stellen vast, dat het percent mannen, die kunnen en lezen en schrijven hoger ligt dan het percent voor de vrouwen. Dit komt, doordat de meisjes gemakkelijk worden thuis gehouden om te helpen in het huishouden. Tevens stellen we vast en dit zo wel bij de mannen als bij de vrouwen, dat het percent van de jongere generaties hoger ligt dan het percent van de oudere generaties. Er is dus vooruitgang op het gebied van de ontwikkeling en dit wel als gevolg van het groter aantal scholen. 263


Het percent tewerkgestelden per leefdjdsgroep geeft het volgende beeld. Vrouwen Mannen 21 jaar en ouder Van 14 tot 20 jaar Jonger dan 14 jaar

91,5 Jó 71,8 % 11,1 %

45,2 % 61,4 % 10,3 %

De eerste groep zal wel veel gehuwden bevatten, wat verklaart dat 91,5 %van de mannen werken tegen slechts 45,2 %van de vrouwen. Toch werken bijna de helft van de vrouwen ouder dan 21 jaar. In Gent komt het verschijnsel van de gehuwde werkende vrouw dus reeds voor in het midden van de 19de eeuw. De lage lonen van de mannen is hier zeker de verklaring. Voor de groep 14 tot 20-jarigen is er een verschil van 10 %tussen de mannen en de vrouwen; dit komt omdat wel een meisje op tien thuis blijft om in het gezin te helpen. Voor de derde groep stellen we practisch geen verschil vast tussen jongens en meisjes. Deze groep zullen we verder bekijken, want de percenten kunnen we niet interpreteren, omdat de groep de kinderen omvat van 0 tot 13 jaar. Wat de jongens betreft 43,6 %van de 12- en 13 jarigen werken en reeds 15 ·%van de groep tussen 7 en 11 jaar, plus nog 51 jongens jonger dan zeven jaar. · Al deze kinderen werken in fabrieken. Wat de meisjes betreft 51,9 % van de 12- en 13-jarigen zijn reeds tewerkgesteld en 12,4 % of één kind op 8 van de groep tussen zeven en elf jaar, plus nog 27 meisjes jonger dan zeven jaar. Om te eindigen. onderzoeken we de aangroei van de bevolking tussen 1846 en 1866.

Gent Oost-Vlaanderen België

1846

1866

Aangroei

102 977 793 264 4 337 196

115 354 805 835 4 827 833

12 377 of 12,0 % 12 571 of. ~.ss % 490 637 of 11,3 %

De volledige aangroei van de bevolking_in Oost-Vlaanderen is toe te schrijven aan de stad Gent. De verschillende crisissen hebben onze provincie zwaar getroffen. De aangroei van Gent voor de periode 1846-1866 komt practisch overeen met de aangroei van ons land. M.S.

BRONNEN Verslagen volkstellingen 1846 en 1866.

264


Jaarverslagen stad Gent. Bevolkingsstatistieken van Gent. (laatste verschenen boek in 1967) (1) Het werk van dokter Meynne ''Topographie médicale de la Belgique" (Brussel 1865) is zeer interessant en verstrekt een groot aantal gegevens over een aantal. plaatsen in België, alsook een rijke bibliografie, die nuttig kan zijn voor vorsers in verband met de lokale geschiedenis. Dorpsmonografieën zouden ook meer aandacht mogen besteden aan de woningen (aantal plaatsen, aantal inwoners), aan de voeding, aan de sterften (leeftijd, aantal wezen, enz.) Alzo zouden we een meer reëel beeld krijgen van de 19de eeuw.

RIVIEREN EN KANALEN TE GENT ·In 1883 schreefWillem Rogghé in zijn Guide Historique et Topographique de la ville de Gand, dat de stad door zijn vaarten en kanalen verdeeld was·in een veertigtal eilandjes, die door vijf en tachtig bruggen waren verbonden. Toch waren toen reeds een aantal vaartjes verdwenen. Het verkeer te water was en is nog altijd zeer belangrijk voor het economisch leven; in het verleden was de betekenis van de scheepvaart nog belangrijker, toen er geen auto's en spoorwegen bestonden en de wegen zeer slecht waren en bovendien onderworpen aan tolrechten voor de gebruikers. De ligging van Gent aan de samenvloeiing van Schelde en Leie was dan ook zeer gunstig voor de handel en nijvérheid. Na de tweede wereldoorlog hebben we nog enkele waters zien verdwijnen: de Reep, de Waldam en Vogelenzang, de Schipgracht in het Oudburg, terwijl de Ringvaart werd aangelegd. Waren denvieren en vaarten voor de stad Gent zeer belangrijk, toch waren ze ook hinderlijk op twee gebieden. De stad beschikte over geen riolering en het afvalwater en een massa afvalproducten kwamen terecht in de Gentse waters, dit alle reglementen ten spijt. Trouwens nu nog worden enkele Gentse waters vervuild door afval. Kijk maar even aan het Gravensteen, waar telkens na een grondige reiniging door de stadsdiensten enkele weken later opnieuw flessen, dozen, valiezen, zetels en dies meer op het water drijven. Al de Gentse waters moesten dan ook regelmatig gebaggerd worden, wat met de technische middelen, waarover men vroeger beschikte, geen eenvoudige taak was, weinig opleverde en een massa geld kostte. Toen de binnenschepen groter werden, moest men de oorspronkelijke stenen bruggen op de voornaamste vaarten vervangen door draaiende houten bruggen, wat natuurlijk hinderlijk was voor het verkeer. Uiteindelijk werd de verkeershinder, veroorzaakt voornamelijk door de

265


Recollettenbrug en de Vleeshuisbrug, die ook gebruikt werden door tramlijnen, onhoudbaar en werd de vaart op de Leie tussen de Ketelvest en de samenvloeiing met de Schelde verboden. Meteen verdwenen ook de brugwachters aan zes Gentse bruggen (Recolle체enbr., Predikherenbr., Grasbrug, Vleeshuisbr., Zuivelbr. en Kromme Walbrug) alsook de kolenscheepjes, die gemeerd lagen op de Kraanlei. Door het opstellen van de Ringvaart is practisch alle verkeer op de Gentse bin. nenwateren verdwenen. Voornamelijk in de tweede helft van de negentiende eeuw werden talrijke waters gedempt. Bij dit artikel publiceren we een hydrografische kaart van Gent opgemaakt in 1862. De vraag, die we in dit artikel willen behandelen is : welk is de oorsprong van de rivieren en vaarten? Vooreerst hebben we de natuurlijke waterlopen :de Schelde, de Leie, de Oude Schelde, alsook wel een aantal vaartjes in het noordelijk deel van de stad (op het plan: het linker bovendeel). Het grootst aantal wated처pen werd echter gegraven : sommige ter verdediging van de stad, andere om het verkeer te water te verbeteren. Voor de data steunen we op deze opgegeven op het plan; sommige auteurs geven andere data op, die enigzins verschillen. Belangstellende lezers willen we ook verwijzen naar de historische plattegrond van Gent gepubliceerd in Ghendtsche Tydinghen 4de jg. blz. 18. Elke waterloop zou natuurlijk aanleiding kunnen geven tot een afzonaerlijke studie; we wUien enkel in dit artikel een syntetisch beeld schetsen. I. Gegraven waterlopen ter verdediging van de stad

807 : Plottersgracht : zeker gegraven om het Oudburg met het Gravensteen te verdedigen. De datum is zeker onjuist. 950 : Ottogracht :zie bemerking bij Fris : Histoire de Gand blz. 9. 12de eeuw : Houtlei (volgens het plan foutief llde eeuw: zie Fris blz. 18) 1194 : Ketelvest (op het plan genaamd Haut Escaut) : ook dit jaartal is beslist foutief. De Ketelpoort is volgens Fris aangelegd v처처r 1053, dus moest de Ketelvest reeds gegraven zijn. Datum is onbekend. (Fris blz. 13). 1254 : Schepenvijver: tussen de Oude Schelde en de Neder-Schelde. Vandaar de straatnaam Schepenvijverstraat tussen de Brabantdam en de Van der Doncktdoorgang. Deze waterloop werd overwelfd bij de aanleg van het Arteveldeplan. Aan de verbinding tussen de Schepenvijver en de Schelde lag een brug : de Koepoortbrug. Van daar de naam Koepoortkaai (zie Fris blz. 32). 266


1234 : omheiningsgrachten van het Groot Begijnhof. (datum niet nauwkeurig; zie Fris blz. 31) 1290 : Kleine Schelde : tussen de Oude Schelde en de Schelde op de hoogte van de scheiding tussen de Lange Violettenstraat en de Brusselsepoortstraat. (was gdegen naast het huis Lange Violettenstraat 178 ). Hier was een tijd een poort de Vijfwindgatenpoort, vandaar de straatnaam Vijfwindgatenstraat. 1484 : Er wordt een zijarm van de Lieve gegraven van af de Lieve tot aan het Tolhuis en zo in verbinding met het MeerhemkanaaL In 1489 zal er de vesting Rabot worden gebouwd, volgens Fris als monument ter herinnering van de overwinning van Gent tijdens de belegering, gedurende veertig dagen door de troepen van keizer Frederik lil, vader van Maximillaan van Oostenrijk, in 1488. (Fris blz. 145) Nu komen een reeks stadsgrachten, volgens het hydrografisch plan : 1571 :van Rabot naar Tolhuis 1574: van Sint-Lievenspoort naar Keizerpoort 1577: Nieuwe Wandding 1578 :van Nieuwe Wandeling tot aan de Leie a3.n de Kortrijkse poort. Zeker is, dat al deze grachten werden verbeterd tijdens deze periode en dit als verdedigingswerken van de stad tegen de komst van de Spaanse troepen. Volgens Fris bestonden reeds een aantal van deze grachten in de 14de eeuw. (zie Fris blz. 32) Nu volgen nog enkde gegraven watedopen, die niet gegraven werden ter verdediging van de stad - die tijd is in 1749 voorbij als de Franse bezetter Gent verlaat na de vrede van Aken tussen Lodewijk XV en Maria Theresia- en ook geen werkelijk economisch doel hebben. Wel waren ze nuttig om het overtollig water sneller te laten wegvloeien. 1752 : tweede verbinding tussen de Opperschelde en de Nederschelde, ¡ langs Sint-Lievenspoort en Keizerpoort" (was niet bevaarbaar) 1752 : graven van de Rommel of de Visserij. Al de waterlopen aan de rand van de stad dienden ook als afsluiting van het intra-muros; bij het invoeren van koopwaren binnen het intrarouros moesten stadsrechten betaald worden. Om de afsluiting te volledigen werd in 1828 de Rietgracht verlengd vanaf ongeveer de Dampoort tot aan de Sassepoort.

II. De tweede reeks waterlopen werden gegraven om de scheepvaart te bevorderen. Dank zij zijn gunstige ligging aan de samenvloeiing van Schelde en Leie had Gent zeer vroe~ het stapelrecht weten te verwerven, waarbij sche-

267



/

?\..~~

~l~ 1~~l~) ~h~l:\'l'r11H.),1"l~~ (\\• \,\

\,\\ \'

(\\'

""..

~"'""<i·:"'\~., \'\'""r ,\\\ \ n\\~~· ;\r' \\\>\\\' ~\1\1':'\ \'1' t•\ v.,·\tn-1\\c{ ;/JI

t J,-h,f.;·f

f. f{F ·:


pen, die in Gent wilden aanleggen of door de stad varen, een vierde van hun lading graan, dat uit ArtesiĂŤ kwam, moesten afladen in de Gentse binnenhaven "tusschen de twee brugghen" (Sint-Michielsbrug en Grasbrug); na een tweetal weken mocht de eigenaar het graan verkopen. In de steden van Vlaanderen en ook te Gent ontstond reeds vroeg een bloeiende lakennijverheid, waarvan de producten over een groot deel van Europa werden verspreid. Vlaanderen had echter onvoldoende grondstof- hier dus wol - en deze vond men overvloedig in Engeland. Een goede v~rbinding tussen Gent en de zee was belangrijk en hiervoor was de Nederschelde om talrijke redenen ongeschikt. Alzo werd het Lievekanaal gegraven, dat Gent verbond met Damme aan het Zwin. In 1269 was het kanaal voltooid. In de vijftiende eeuw zullen verschillende factoren samenwerken - de verzanding van het Zwin, de achteruitgang van de lakennijverheid waardoor het Lievekanaal zijn belang zal verliezen. In de vijftiende eeuw ontwikkelt zich nu de lijnwaadnijverheid; het lijnwaad wordt wel bijna uitsluitend op het platteland geproduceerd, maar Gent wordt een voornaam handelscentrum. Ruw vlas moet ingevoerd worden uit het buitenland, zelfs van uit Rusland en weer zoekt Gent een verbinding met de zee. Op 3 februari 1547 geeft Keizer Karel, die zijn geboortestad nochtans in 1539 ernstig had gestraft- de toelating om de stad te verbinden met de Braakman aan de Schelde. De werken worden snel uitgevoerd en op 4 april 1563 kon het eerste zeeschip tot Gent varen en in het Kuipgat aanleggen. De vaart werd Sassevaart genaamd. (zie Fris blz. 185) Helaas, kort daarop zal de tachtigjarige oorlog uitbreken als gevolg van de godsdienstoorlogen en het kanaal wordt onbruikbaar. Met Albrecht en Isabella en het Twaalfjarig Bestand komt wat verĂĄdeming. Het economisch leven herneemt en het landsbestuur beslist Gent door een kanaal te verbinden met Brugge (1613-1619), dat op zijn beurt verbonden wordt met Oostende. Pas in 17 51 zal men de Brugse vaart verbinden met de Leie en de Coupure graven. Op 27 december 17 53 werd de Coupure plechtig ingehuldigd : een Frans schip komende van Nantes langs Oostende en geladen met wijn, voer de Gentse haven binnen. Het graven van de Coupure had voor gevolg, dat de stenen bruggen op de Leie moesten vervangen worden door houten draaiende bruggen. (zie Fris blz. 275). Onder het Frans bewind en tijdens het Verenigd Koninkrijk zal de nijverheid te Gent zich snel ontwikkelen (katoennijverheid, metaalnijverheid). Er is behoefte aan een goede verbinding met de zee. De een270


voudigste oplossing is het graven van het kanaal van Terneuzen. Begonnen in 1825 werd het kanaal ingehuldigd op:18 november 1827. Door dit kanaal wordt de afstand Gent - zee over Antwerpen van 170 km. herleid tot 55 km. In 1828 wordt het Dok gegraven en verbonden met de Schelde. (achter de Dampoortstraat). Tot hier een vlugge schets van de geschiedenis van de Gentse waterlopen tot 1860. Intussen was de Oude Schelde door de aanleg van het station in 1837 op sommige plaatsen overwelfd. Een punt moeten we nog bespreken : de balksluizen en sassen. Op het hydrografisch plan van 1862 zien we een: elftal sluizen. Een van de doeleinden van deze sluizen was in geval van oorlog de omgeving van Gent onder water te zetten. Dit gebeurde bij voorbeeld in september 1380 tijdens de strijd tussen Gent en Ladewijk van Male. "Les Gantois avaient fermé leurs vannes et écluses et tout le pays jusqu'à plusieurs lieues à l'entour était sous eau" schrijft Fris. (blz. 83) Dit was ook het geval in december 1708, toen de stad Gent, die bezet was door Franse troepen, belegerd werd door de geallieerden tijdens de Spaanse successieoorlog. Op het hierbij gereproduceerd plan "Plan de la ville et citadelle de Gand qui fut assiégée par les hauts alliés le 18 décembre 1708 OU l'on ouvnt la tranchée aux trois attaques le 24 et qui capitula la nuit de 20 au 31 du même ~ois" (595 mm op 460 mm groot) en verschillende malen werd uitgegeven zijn de onderwaterzet': tingen duidelijk te zien. We durven de aandacht van de lezers vragen voor dit plan van Gent, dat zeer duidelijk Gent toont bij de aanvang van de 18de eeuw; tientallen gebouwen zijn duidelijk afgebeeld. We bemerken ook de talrijke windmolens, de s~poorten, de kloosters en abdijen. Op het hydrografisch plan zien we aan de Beneden-Schelde de tekst "Ecluse à Sas et Barrage projetés" alsook "partie à combler". De schepen .van openbare werken de Maere-Limnander had bij de gemeenteraad een rapport ingediend, waarbij werd voorgesteld een sas te bouwen op de Beneden-Schelde in de Heimis. In de motivering wijst de schepen er op, dat de talrijke sluizen zeer hinderlijk zijn voor de scheepvaart. De schepen, die de Schelde afvaren, moeten langs de Ketelvest en de Leie om. zo terug in de Schelde te komen : deze weg is vier km. lang en telt tien bruggen. "Evidemment, dans le siècle ou nous sommes, ou tout tend vers la suppression des obstacles, douanes, octrois, bairières, oul'on poursuit pour ainsi dire l'annihilation des distances, ou la célérité est devenue une loi impérieuse de toute vie commerciale, un tel état de choses n'a plus de raison d'être". De nieuwe 271


/.J.:....!I.r.-~AP../4

'!'..Jtt~u:".\'~ •'Lc.~~.t~\:·.:~

-----oiioo-iU

!

.J.Uu'"'ol' r.w

.r;..,., .-;.v.J.

-~~~.&1~ -~r!u

,..t_~..-,~ft1".'4..!~" •• :..v,;:u..;-,., ~:.•••,31'

:J.:;•wnH-.'!Dl..-'i.-.;.1· !h..;~b.YÄ"~.;;.!7

4~.~~~:~ ;·J~..L..t~t~t::.;,:rr


.if..'ll.'\

.A.Li.f~"

h t\-;t,..c:Gt:; k ...~.,:.r..l:J -~·fft

h-·'t"

.ftt.;.-i:rt-rc,•.•.:.w:;x,.;,- 'lt.t.f*'

t+l ,

IIWA'.V !t

À-;6-

1

i.:

~ J//~:l~; .!.1-f~/ • ~"'o:.'"A:r.:r-2: !.:h..J.t.A:.- J.~t.-\ !.. .?o:v..:..·:..·

.JM

l~t~ !:tUf _,k _., J4. 4J

.fJt

l.'t/1:'!..• N ..~r,;

~;-rrtuu l~!; J?J~-:.·'7( .-:.:.. ~::-~~.~-- ..l r~ .J:;,~,kc~~.:.Lt.t;t .1.-.t.~"('~ .~ xü:<

•.tt.J

./M.

i(MX .I.$'

i ..

w

.t~

A!

• '

1

~

D./RYl'l"',~r.,·.:~ !.tj'AII/.JW.,14Af"kr .t...: .f1w-.~JI o.tt~t,.n•• -:IJ.r .".-~.:

!.: ..1"".:/'..t!:i!:

t:r;.·/~ Jltr'"'tt Jtlrl.~

f T•• ~J« :.r~•!<-".r-u~r.::,..·uJ

J

~

i· . .:mu,r{

.l_r,-JjUt fot "HUÎif~. IJ~'!", • . J~,n•.uu... ./ilt/J .t !.t fFNtlU"'f'v/.1t.«f14' ,.; l:if;! ,.lil(~~- J1t 4 "'•

& R' . ....,_.tY.:4~IXp.,unj .'.t mlM~· 1f1tJI :, l.:...ht ..~n.l~ .:( tr~'Vii.<Jt<. -l.:up:.~11 r.·r.m:Jt;>~ ~i( .. .:=: w:..:~~· ':~.;..:x .t~ .}"'•'#Ulf".;J.. Îr".zf~·-' ;,J 3J:t/.r::.l (" ;·.tJt,J."f,._t

l:

~

..•t.,.r:ur.r.

_'":('Ji.:~ .,.tll4,·1ttU.J .;.:~tJ~/(:.1' !.1 ~.:tt.''' JJt ~""· ftJi J./ . ..;. /.: tr~"!/Î3Îtu ~~~~::o..• • M •.f.u'..t't_.. _p.•lf..fi.' îitt~· !'r{'f...# .,.I..IUJIN# ;(.., Vt.:t dn. ~t . .:tJJ ,._,. tt ji". 01tmtt Jlf<fi..~.-lf.l~: ~. .• :.-:..r-.: !t..r .,.u:tr:v ~n 1f'o~t . C: -:.,"7: &."'t"'.:f.:.;t !'átt'ftlttJ ti.: J.ritr.t /J ;lt.7Jn;,u!..r .


sluis zal een aantal bestaande sluizen overbodig maken. Een ander gevolg zal zijn de verdwijning van de watermolen aan de Brabantdam. Het verplaatsen van de sluis van de Braemgaten naar de Heirnis heeft nog een ander gevolg : tot nu lieten de getijen zich voelen tot aan de Braemsluis. Alzo kwam de Schelde aan de wijk Nieuwbrug in de zomer soms droog te liggen. Het is dan ook niet verwonderlijk, dat deze wijk in 1854 een vierde van de cholera-gevallen telde en in 1859 zelfs een derde van het aantal gevallen. . "L'insalubrité du quartier dont il s'agit (Pont Neuf) s'explique eneare par Ie voisinage du Bas-Escaut, cours d'eau sujet aux alternatives du flux et dureflux et dont les conditions sont telles qu'en été son lit est très-souvent à sec. Les égouts nombreux qui y aboutissent et qui doivent y charrier les eaux ménagères et autres produits, constituent pendant la saison des chaleurs, des foyers d'émanations malsaines, qui de tout temps ont fait de ce quartier un objet de dégoût et de répulsion générale." Het rapport van schepen de Maere-Limnander werd goedgekeurd in de gemeenteraad op 28 maart 1863. Het verslag drukt enkel een wens uit, want het bouwen van een nieuwe sluis moet uitgevoerd worden door het Ministerie van Openbare Werken. Het was natuurlijk de bedoeling, dat na het bouwen van de sluis, de schepen die de Schelde zouden afvaren, niet meer zouden gebruik maken van de Ketelvest en de Leie maar langs de Reep doorvaren. Het bouwen van de sluis heeft heel wat jaren op zich laten wachten. Ook aan deze weg waren wel bezwaren (nog drie bruggen) zodat later de stadsgracht tussen de SintLievenspoort en de Keizerpoort werd uitgegraven en zo een korte rechtstreekse verbinding tot stand kwam tussen de Bovenschelde en de beneden-Schelde. M. VANGENT

FELIX DE VIGNE Felix de Vigne werd geboren te Gent op 16 maart 1806. Hij was eerst in de leer bij zijn vader Ignatius de Vigne (1767-1840), die een decoratieschilder was. Daarna werkte hij onder de leiding van Jozef Paelinck te Brussel. Felix de Vigne legde zich voom~elijk toe op het portret en het historisch genre. We zijn trouwens in de tijd van het romantisme. {H.

274



N -...,J

0\

F . De Vigne : Hoppeoogst (Copyright : K. Inst. Kunstpatrimonium nr. 118879 B).


Conscience: De Leeuw van Vlaanderen: 1838, Jacob van Artevelde: 1849) Onder de talrijke schilders, die te Gent verbleven beoefenden een·:tiental het historisch genre en de portretkunst, de overigen schilderen hoofdzakelijk huiselijke taferelen en landschappen ook met een roma.ri.tische inslag. Enkele gekende werken van F. de Vigne zijn : Marie van Bourgondië vraagt in 14 77 vergiffenis voor haar ministers Hugonet en Humbertcourt. (zie Fris blz. 135) Filips van Artevelde maakt aan het Gentse volk de vernederende voorwaarden van Lodewijk van Male bekend Kabinet van de oudheidkundige Goltzius De Vleeshalle in de middeleeuwen (museum te Kortrijk) Foor te Gent in de 15de eeuw (Museum Schone Kunsten Gent) Andere gekende werken zijn: Hoppeoogst (museum Antwerpen), Winteravond (museum Brussel). Om zich te documenteren maakte de Vigne een aantal reizen in Duitsland, Engeland en Frankrijk en publiceerde het boek "Vade Meeurn ou Recueil des costumes du moyeti-agé pour servtr à l'histoire de la Belgique et des pays circonvnisins" dat een duizend tekeningen v.an F. de Vigne bevat. Hij illustreerde ook de werken van F.W. Goethals "Lectures relatives à l'histoire des Lettres en Belgique" en "Histoire des Lettres, des Sciences et des Arts". F. de Vigne was leraar aan de Academie voor Schone Kunsten te Gent. Onder zijn voornaamste leerlingen kunnen vermeld worden Lieven de Winne (1821-1880) en zijn schoonzoon Jules Breton (1827-1905). F. de Vigne overleed te Gent op 6 december 1862. M.VANBERGEN

NIEUW LIEDEKEN Opgesteld door eene volksvriend van J acob van Artevelde Stem : Op het Oorlogs-scheep Komt Artevelde by u kameraeden komt, Artevelde gy grooten held verteld ons nu van u vrome daden de Gentenars worden gekweld zy weten niet meer wat beginnen want iederen is tenden geld 277


om hun bestaen en hun brood te winnen komt Artevelde komt onze vriend bis wy zyn met u gediend. Wy Artevelde konde 't niet verdragen wy meinde alle naer Brussel te gaen om aen den koning brood en werk te vragen hoord wat zy met ons hebben gedaen zy hebben ons in 't gevang gestekÊn wy moesten ryden in plaets van gaen (in de celwagen) terwyl de menschen in Vlaender bezweken refrein Artevelde laet ons nu weten wat gy in uwen tyd hebt gedaen met al die valsche streken die door de wynbollen zyn begaeli en hoe gy hun hebt leeren danzen het welk dat men hier niet verstaen nu hebben zy ook de zelfde kansen refrein Artevelde wy zyn niet te vreden ziet wat er in deze stad word gedaen wy zyn binnen en buiten de steden menschen die van honger vèrgaen dertig tot veertig sterven op een ure hoort naer het gezucht en 't getraen op dag en nacht ten kan niet meer dueren refrein Ik Artevelde zal gaen vertellen hoe ik in mynen cyd hebben gedaen doet zoo als ik gy Gentsehen gezellen 'de (deed) op den vrydag meerkt den trommel slaen en ging vechten met den Gentsehen mannen die riepen 't is voor 't brood laet ons gaen zy vreesde geen bloed of geen tirannen refrein

278


Voor het sluyten Arteveldes zonnen ziet dat men u niet meer verleid denkt op uwe voorgaende bronnen brekt uwe ketend en voor altyd en als ·-gy alles hebt vernomen dat wy ~et Artevelde zyn daer roept Artevelde lang leven uw zonnen refrein Gent Drukkerij van A. Verbaere, S. Lievenstraat. 3 gezongen door Ch. Minebo op 23 mei '47.

STRAATNAMEN

12. Graaf Folke Bernadottestraa.t : (straat achter het zwembad Rooigem). Geboren te Stockholm op 2 januari 1895. Hij deed in opdracht van het Zweeds Rode Kruis reizen naar Duitsland om de Deense en Noorse gevangenen in de concentratiekampen te bevrijden. In 1948 aangesteld door de Veiligheidsraad om te bemiddelen tussen de jonge staat Israël en de Arabische Staten slaagde hij er in een voorlopige wapenstilstand te bewerkstelligen. Hij werd door terroristen op 17 september 1948 vermoord. De regering van Israël bood in 19 50 aan de V.N. haar verontschuldigingen aan voor de aanslag. (Jaarboek Winkier Prins 1951 blz. 171). 13. Bernh~imlaa.n: (Gentbrugge, laan aan de Oude Brusselsesteenweg). Stafbrevethouder voert hij bij het uitbreken van de oorlog 1914-1918 het bevel over het zevende linieregiment. Op 21 november 1914 werd hij bevorderd tot generaal-majoor en neemt de leiding van de eerste legerdivisie, die de sector van de Dodengang te Diksmuide bezet. Generaal Bernheim overleed op 13 februari 1931. (La Belgique Militaire 22.2.1931). 14. Alfons Biebuycklaa.n: (Gentbrugge : tussen Jules de Saint-Gennoisstraat en Peter Benoitlaan). Korporaal in 1877 bij het vijfde linieregiment, doorloopt hij de verschillende graden en wordt bevorderd tot onder-luitenant in 1881. Stafbrevethouder beveelt hij bij het uitbreken van de wereldoorlog het 2de regiment karabiniers. Luitenantgeneraal in 1916 beveelt hij de zesde legerdivisie. Bij het bevrijdingsoffensief beveelt hij de vijf divisies van de zuidelijke vleugel van het Belgisch leger. Generaal Biebuyck overleed op 28 januari 1944. (La 279


Belgique Militaire 1925 blz. 279)

15. Alfons Bijnlaan: te Drongen ( ?) 16. Edward Blaesstraat : (Ledeberg). E. Blaes werd geboren te Gent op 19 october 1846. Hij behaalde verschillende eerste prijzen aan het conservatorium te Gent en studeerde daarna nog aan het conservatorium te Brussel en te Antwerpen. In 1871 behaalde hij een eervolle vermelding in de wedstrijd Prijs van Rome. E. Blaes was een tijd dirigent van het orkest van de Minardschouwburg, leidde de stedelijke harmonieĂŤn, was kapelmeester in de Sint-Baafskathedraal van 1873 tot 1877. In 1879 werd hij benoemd tot leraar aan het conservatorium te Gent. In 1878 werd hij leraar aan de muziekschool te Ledeberg en in 1885 zal hij er tot directeur worden bevorderd. E. Blaes was een vruchtbaar componist :hij schreef romances, volksliederen, talrijke koren, en een tweetal komische opera's : De Boeren Vrijage en Prullen. (zie C. Bergmans: Le Conservatoire Royal de Gand). Hij overleed in 1909. Het bekendste lied van E. Blaes is wel het Lied der Klokke Roelandt op tekst van Th. Coopman.

BIBLIOGRAFIE HET STADHUIS VAN GENT, WAT IS DAT VOOR EEN DING? Een uitzonderlijk, een massa wetenswaardige informatie bevattend boek over ons Stadhuis werd zopas de wereld in gestuurd. "Het Stadhuis van Gent"- aldus luidt de titel van de omvangrijke studie- is van de hand van Dr. Frieda van Tieghem. De auteur behandelt achtereenvolgens de voorgeschiedenis en de bouwgeschiedenis van het monument, de veranderingswerken en restauraties aan het gebouw aangebracht en de stijlanalyse van de verschillende gevels e.d. Deel I telt 605 blz. waarvan 406 blz. tekst, 296 afbeeldingen en 9 platen. Deel II, tellende 629 blz. bestaat uitsluitend uit bijlagen. Daarvan 364 blz. vol posten uit de stadsrekeningen en de rest uit documenten van diverse pluimage. "H.S.V.G." werd uitgegeven door de Koninklijke Academie v. Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten (klasse der Schone Kunsten) : Paleis der AcademiĂŤn, Hertogsstraat 1, 1000 Brussel. Hoeft het gezegd dat Van Tieghems werk een ware goudmijn uitmaakt waaruit naar hartelust en zonder mate kan geput worden ?

280


De prijs van de volledige studie ligt -jammer genoeg - hoe kan het trouwens anders ? -aan de hoge kant : 4900 F. Voor ons een geldige reden om er in de nabije toekomst in Ghendtsche Tydinghen meer dan eens op terug te komen. ALMANAKKEN EN KALENDERS De Gentse Universiteitsbibliotheek heeft ons weer eens op een belangrijk document vergast. In 1967 publiceerde ze een " Inventaris van Nieuws-, vak- en kiesbladen" geschreven door Dr. F. Vandenhole , bibliothecaris , een boek van 501 blz. In 1977 verscheen van het werk een aanzienlijk vermeerderde uitgave : 676 blz . In hetzelfde jaar 1967 kregen we een " Inventaris der kaarten en globes " samengesteld door Mevr. Milis-Proost, bibliothecaresse. Een eindeloze opsomming van kaarten en plattegronden van overaL Gent spant -natuurlijk- de kroon met 464 nummers. Als nummer 3 in de reeks, voor Gent en de Gentse geschiedenis van groot belang zijnde , inventarissen verscheen heel onlangs een " lnven-

Het kalenderblad voor de maand mei uit "Der Scaepherders Kalengier. Antwerpen by Willem Vorsterman 1516 " . Gekleurde houtsnede. Mei is de maand voor de vrijers. De Tweelingen geven het goede voorbeeld. Vergelijk het plooienspel van het kleed der vrouw met dat van de Maagd van Gent van Robert de Keysere, 1513. (Brussel, K.B. II 54946/A)

281


taris van Almanakken en Kalenders" door Dr. F. Vandenhole : 188 blz. De almanakken e.d. zijn steeds stiefmoederlijk behandeld geweest. Wel wijdden A. WarzĂŠe (1852) enG. Zeeh-Ou Biez (z.d.) werken aan die petieterige drukwerkjes en verschenen in enkele hoofdzakelijk volkskundige tijdschriften wat beknopte annotities, een volwaardige studie van die dingen mocht tot nog toe niet van de pers komen. Een zeldzame uitzondering maakte Lic. R. Berckmoes van wie in het Kultureel Jaarboek 1968 voor de Provincie Oost-Vlaanderen van blz. 217 tot 24 7 een lezenswaardige "Bijdrage tot de Studie van de Almanak" opgenomen werd. Zijn boek besloot hij met de opgave van een "Lijst van Gentse Almanakken" . Het materiaal dat hij bijeenraapte in de G.U.B. en in de Bibliotheek van het Museum voor Volkskunde, rangschikte hij volgens de naam van de drukkers van de boekjes. Daar het beslist de bedoeling van de auteur niet was naar volledigheid te streven is die lijst voor de vorser, jammer genoeg, van minder betekenis. Dr. Vandenhole daarentegen somt wel al de almanakken en kalenders op die in de G.U.B. en in de seminaries bewaard worden. Vanzelfsprekend zijn de buitenlanders zeer in de minderheid. Wat ons land betreft zijn het natuurlijk de grote steden die het voor het zeggen hebben. Brugge komt voor de dag met 51 titels; Antwerpen met 91; Brussel met 170. Als we voor Gent eventjes 343 titels tellen wil dat zeggen dat het aantal voorhanden zijnde exemplaren gerust met 2 mag verme-

Het kalenderblad voor de maand mei uit "Den ten Gendschen comptoir almanach voor het jaar Ons He ere J esu Christi MDCCLX. Door Mr. God gaf van Trauwenraede, Mathematicus". Gendt 1760. Let op het vrijerspaar, de vrijende Tweelingen, de vrijende duifjes, de bloemen plukkende Cupido. (G.U.B. : G 1818)

282


0

Of!

0

Het kalenderblad voor de maand mei uit de "Calendrier des Bergères, 1499." Het paar vrijt al paardrijdend : de heer (jager) met de valk op de hand ; de dame met de meitak in de hand : " Au vert bois va querir le may" luidt het in de tekst. (Paris. B.N. Impr. 93185 )

283


nigvuld.igd worden want sommige titels dekken een rijke lading zijnde het aantal jaargangen van een almanak. Als oudste exemplaar (de plakalmanakken buiten rekening gehouden) dagtekent van 1661 "Almanach ofte Waer-Zeggher Voor het Jaer ons Heeren Jesu Christi M. OC. LXI Ghemaeckt ende ghecalculeert ... door Mr. Ioannes Willemsens Mathematicus ... " Volledigheidshalve wijs ik erop dat het Museum voor Volkskunde in het bezit is van de jaargang 1658. Dr. Vandenhole's werk, dat we terecht een monnikenwerk mogen noemen, streeft wel naar volledigheid. Het is dan ook onuitputtelijke bron voor wie zich wil verdiepen in de studie van de kleine drukwerkjes. Om slechts een facet van het probleem te noemen : in plaats van uit te gaan van de drukkers ware het even belangwekkend uit te gaan van de verschillende "mathematici". Prof. Dr. K. G. van Acker drukt zich in het Woord Vooraf dat hij voor Vandenhole's studie schreef aldus uit : "De Inventaris beantwoordt daarenboven nog aan de thans levendige belangstelling voor al het materiaal dat voor het onderzoek van onze maatschappij onontbeerlijk is. Het gaat hierbij om de kennis van het bronnenmateriaal dat de vorser, hij weze historicus, socioloog, economist, ... dient te kunnen gebruiken." We kunnen niet anders dan die woorden voor de onze nemen maar bovendien de wens uitspreken dat iemand Dr. Vandenhole nadoet, maar dan met de inhoud van andere depots : de voornoemde bibl. Mus. Volksk.; het Rijksarchief dat ook mag meetellen. M.v.W.

TE GENT

1. In 1978 produceerde Sidmar 2 127 000 ton ruwijzer en 2 688 000 ton staal, wat een groei betekent van 16 %in vergelijking met de productie in 1977. Het omzetcijfer bedroeg een 22 miljard en de personeelslasten bedroegen een goede vijf miljard. In 1978 waren bij Sidmar 609 5 personeelsleden tewerkgesteld. Het boekjaar sloot voor het eerst sedert drie jaar met een winst van 33 miljoen. 2. Voor 1978 had de Maatschappij voor Intercommunaal Vervoer Gent een inkomst van 220 miljoen, de uitgaven bedroegen 552 miljoen, wat een verlies geeft van 331,8 miljoen. De M.I.V.G. telde 320 personeelsleden. Het aantal reizigers blijft afnemen. 284


GHENDTSCHE TYDINGHEN Tweemaandelijks Kultureel Tijdschrift-van de Heemkundige en Historische Kring Gent V.Z.W. Redactie-adres : Sint-l..ievensdoorgang 1, 9000 Gent Bste Jaargang, nr. 6

15 november 1979

Ere-voorzitter : J. Tytgat, ere-notaris Voorzitter: G. Hebbelynck Onder-Voorzitter: H. Collumbien Secretaris : R. Van Geluwe Penningmeester : A. Verbeke Ruildienst: Van Geluwe-Eggermont A., Maïsstraat 235, Gent Secretariaat : Maïsstraat 235, Gent.- Tel26 23 28 Postrekening: 000-105.04.73-60- Heemkundige en Historische Kring Gent, Koggestraat 14, Gent Lidgeld : 200 fr. per jaar. INHOUD Gent in 1867 Hoe het Burgemeester Braunplein en het Sint-Baafsplein tot · tot stand kwamen Beeldhouwer Leon Sarteel MerJoos _van Ghistele, de grote reiziger Puzzel1979 · Bibliografie Te Gent Steunfonds 1979 Aanvullenden Ledenlijst Inhoud Jaargang 1979

289 316 341 343 346. 34 7 349 349 350 351

Bibliotheek en wekelijkse bijeenkomsten: in het Documentatiecentrum voor Streekgeschiedenis, Convent Engelbertus, Groot Begijnhof, huis nr. 46, Sint-Amandsberg : elke zondag van 10 tot 12 ··uur. (uitgenomen op feestdagen). Gesloten in juli en augustus. Verantwoordelijke uitgever: G. Hebbelynck, Voorhoutkaai 40, Gent Elke auteur is alleen verantwoordelijk voor zijn bijdrage. Uitgegeven met de steun van het stadsbestuur van Gent en van het Provinciebestuur van Oost--"Vlaatideren.


GEACHTE LEDEN, Hartelijk welkom aan de 1 75 nieuwe leden van Ghendtsche Tydinghen in 19 79. We zijn er van overtuigd dat ze tevreden zijn over ons tijdschrift en het voorbeeld zullen volgen van de meer dan duizend leden, die ons reeds jarerz trouw zijn. Met dit nummer eindigt de achtste jaargang van G.T., jaargang die 352 blz. telde. Voor de jaargang 1980 bevat de leeskaft reeds een aantal boeiende artikels: de omwenteling van 1830 te Gent, de geschiedenis van de Kortrijkse Poort, de geschiedenis van de steenweg op Drongen, een Gentse Pestheilige Macharius, Kennismaking met Baard Vermeulen, Van een Gentse kapelaan, die tegen wil en dank een wereldreis onderneemt, alsook het verhaal van de gebeurtenissen te Gent van 1868 tot 1873. Voor 1980 blijft het lidgeld onveranderd: TWEEHONDERD FRANK of 33 Jr. per nummer, minder dan een pakje sigaretten. Met dit nummer ontvangt U een formulier, dat kan gebruikt worden voor een overschrijving of storting. We durven er bij de leden op aandringen nog deze maand de bijdrage van TWEEHONDERD FRANK te storten. Alzo helpt U de H. en H. Kring Gent. Hiervoor onze dank bij voorbaat. Om te eindigen wensen we al onze lezeressen en lezers een vrolijk Kerstfeest en een voorspoedig 1980.

286


1. Betaal uw bijdrage nog in november. Uitgesteld is vlug vergeten. 2. Vul duidelijk Naam en Adres in en dit op de beide delen van het formulier. Vermeld ook uw lidnummer (zie omslag). 3. De lidkaarten worden verzonden met het januarinummer. 4. Indien voor een derde betaald wordt, vermeld dit duidelijk in de mededeling onderaan. 5. Het formulier kan gebruikt worden in het postkantoor, voor het postcheckambt, in banken en financiĂŤle instellingen.

OP WOENSDAG 28 NOVEMBER OM 20 UUR in de Conferentiezaal van het Cultureel Centrum Bank Brussel-Lambert, GraafVan Vlaanderenplein Gent, voordracht met kleurdia-projectie door Mevr. Huvenne, Voorzitster Gidsenbond Gent en Oost-Vlaanderen over "DE GENTSE INTERIEURS". Op WOENSDAG 19 DECEMBER OM 20 UUR in de Conferentie- : zaal van het Cultureel Centrum Bank Brussel-Lambert, Graaf Van Vlaanderenplein Gent : voordracht met dia-projectie door Mevr. van Tyghem, doctor in de kunstgeschiedenis en oudheidkunde , over "HET STAD HUIS TE GENT" 287


N ':< ~

c:.Q < Cl: {...,

t.i.J ,_

a

·:· '~..

288


GENT IN 1867- EEN JAAR VAN STAKINGEN 1 januari : Na de verkiezingen voor de gemeenteraad in 1866 blijft Ch. de Kerchove burgemeester ; de schepenen zijn : Charles Andries (openbare werken ), Aug. Wagener (onderwijs en schone kunsten ), Arm. De Leu (burgerlijke stand) en Aug. De Cock (financiĂŤn ). Gemeenteraadslid Julien Martens zal zijn ontslag indienen wegens zijn benoeming tot vrederechter te Deinze , terwijl schepen Ch. Andries zal benoemd worden tot rector van de universiteit en als sch epen zal vervangen worden door Paul Voituron op 29.10.1867. De Gazette van Gent viert haar tweehonderdjarig jubelfeest. De inschrijvers ontvangen in facsimile-techniek het eerste nummer van de krant. In 1867 telde het personeel van de krant veertig leden ; de oplage

Paul Virturon

289


bedroeg 2600 exemplaren. 6 januari: In de Minardschouwburg wordt het stuk "D'occasie maakt den dieP' door Nap. Destenberg enK. Miry opgevoerd. De bazaar gelegen in het oud beluik der Predikheren in Onderbergen werd opgericht in 1822 en sedert dan bestuurd door Jan Predhom (in Wegwijzer als verkoopzaal). Door het overlijden van Jari Predhom zal de verkoop van al de voorwerpen (meubels) doorgaan met een buitengewone prijsvermindering. 9 januari : Te Gent zijn er veel kopers van vreemde obligaties. Het bewijs hiervoor is te vinden in de uitslagen van de trekkingen van de lotenleningen van Milaan, Bordeaux, Oostenrijk, Hessen. Het bewijs blijkt ook uit de regelmatige aankondigingen voor vreemde obligaties en uit de beursberichten. De gewoonte vreemde obligaties te kopen zal voortduren tot aan de eerste wereldoorlog, die als gevolg zal hebben dat een massa spaarders hun geld verliezen. 10 januari: Maandag zijn uit Brussel43 vrijwilligers vertrokken om dienst te nemen bij de pauselijke zouaven, waarvan 23 Nederlanders en 20 Belgen, waaronder negen leden van de congregatie van de Heilige Maagd te Gent. In october zal graaf Karel d'Ursel, zoon van graaf Ludovic d'Ursel dienst nemen, alsook de Gentenaar Paul de Hemptinne, die zijn zieke broeder F elix zal vervangen. Ter gelegenheid van de afschaffing van het bareelrecht op de rijkswegen maakt de Gazette van Gent enkele bemerkingen over het tolrecht, dat geheven wordt aan de brug op de steenweg Gent-Drongen. Onze krant vraagt de afschaffing van dit tolrecht. 12 januari: Te Gent verschijnt een nieuw weekblad "Het Volksbelang". De stichter was de drukker Is. Van Doosselaere, wonende Steendam . 62 te Gent. Willem RogghĂŠ schrijft in zijn Gedenkbladen: "Ondernemend van geest, stichtte en drukte hij op eigen kosten het weekblad Het Volksbelang, waarvanJozefVan Hoorde (1843-1916) de eerste opsteller was". Andere medewerkers van het eerste uur waren Max Rooses (1839-1914), die te Gent leraar was aan het atheneum, de student Jullus Sabbe (Gent 1846-Brugge 1910) en Jullus De Vigne (1844-1908). In het artikel "Tot de Lezers" in het eerste nummer lezen we : "Ons programma is eenvoudig en bepaalt zich tot de betrachting van den vooruitgang en het welzijn van den werker in 't algemeen. De stoffelijke ellende irloeit meestal voort uit onwetendheid. De afschaffing van den bloed-impost is ook een der voornaamste punten van ons programma. We willen de grootste verspreiding van het onderwijs. Daar wij niets anders willen dan de uitvoering der Grond290


wet zal het ons gemakkelijk ~ijn de verdediging der Vlaamsche Taalrechten te behartigen. Onder de andere rechten onzes volks welke wij zullen voorstaan, behoort de herziening der kieswetten in den zin dat het kiesrecht in de gemeente- en provinciale kiezingen verleend wordt aan alle burgers, die lezen en schrijven kunnen". Op 8 juni werd door de redactie van Bet Volksbelang- in werkelijkheid door Max Rooses-een Vlaamse maatschappij "Het Vlaamsche Volk" opgericht. Art. I van het regieinent van de vereniging bepaalde "De maatschappij heeft tot doel het aanwakkeren en verspreiden van den Vlaamsehen geest door alle mogelijke middelen". Het Vlaamsche Volk had echter een kortstondig bestaan. Hoe dit kwam? Op 21 december 1867 werddoor Julius Vuylste:ke (1836-1903) op de grondslagen van het Liberaal Vlaamsch Verbond de Vlaamsch Liberale Vereeniging opgericht. J. Vuylsteke slaagde er in, dat Het Vlaamsche Volk werd ontbonden begin 1868, dat de mèeste leden zich aansloten bij het WÛlemsfonds en dat Het Volksbelang het orgaan werd van de Vlaamsch Liberale Vereeniging. (Naast de gekende bibliografie zie ook :Marc Somers : Het Volksbelang in zijn aanvangsjaar in: De Vlaamse Gids, mei 1977). 17 januari : In de Gazette van Gent verschijnt een protestbrief van Michel Vander Voort, Vlaams letterkundige te Brussel, over misbruiken bij de talentelling te Brussel. -20 januari : Een nieuwe spoorweglijn Gent-Braine-le-Comte over Melle, Zottegem, Geraardsbergen, Ath, Lessen wordt geopend. Hierdoor wordt de afstand tussen Gent en de steenkoolmijnen verkort. De winter· is zeer str~ng. De Zonder Naam zal400 dekens uitdelen _aan de weduwen en wezen van de cholera-slachtoffers. Francles De Rycke, wonende in de Reine de Hongrie, Vogelmarkt,_ deelt mede, dat in zijn herberg een maatschappij voor- kanarievogelliefhebbers werd opgericht. Een twintigtal schoon versierde sleden rijden van het Casino naar de Kouter. 21 januari: Op het bal van de burgemeester waren de tolletten schitterend en droegen de kenmerken van de veranderde mode. De sleepklederen waren zeer talrijk, de crinoline scheen in verval. In het station zijn de berichten thans tweetalig. Tot heden waren ze enkel in het Frans opgesteld, maar de taal was dikwijls erg gebrekkig. Op 17 januari overleed Jacob van Damme, 87 jaar oud. Hij was de laatst levende Gentenaar, die Napoleon op Elba vergezelde. Hij trad in het leger op 22 vendémiaire jaar VII (13.10.1798) en nam deel aan de gevechten te Hohenlinden, Austerlitz, de Pruisische veldtocht, de 291


gevechten in Spanje. In 1813 met het eerste regiment grenadiers nam hij deel aan de veldslagen van Dresden en Leipzig. Hij volgde Napoleon naar Elba, nam deel aan de honderddagenveldtocht en streed te Waterla. 26 januari : Maria Blankaert, 9 1/2 jaar oud en werkend in een fabriek op de Visserij, werd twee vingers van de linkerhand afgedraaid. 13 februari: Men is bezig in de Sint-Lievenspoortstraat een schoon groot gebouw in gotische trant met kapel en concertzaal te bouwen om te gebruiken door de leden van het Beschermschap van de jonge Werklieden van de Sint-Annaparochie. De Gentse firma Lovaert heeft een orgel gebouwd voor de kerk van Tielt. 28 februari : Op een vergadering van de liberale associatie, waar Guequier, Rolin-Jaequemyns, Laurent, Wageneren Metdepenningen het woord voerden, werd het voorstel aangenomen een petitie naar de Kamer te zenden, waarbij gevraagd wordt de onderwijswet van 1842 te herzien. De Vlaamse avonden, die te Rotterdam, Schiedam en Dordrecht werden ingericht en waar N. Destanberg, Jullus Vuylsteke, Karel Versnayen en Em. Hiel het woord voerden, kenden veel succes. 4 maart : De Septentnon heeft 400 dekens aan behoeftigen uitgedeeld. 11 maart :Te Antwerpen zijn 760 Belgische vrijwilligers uit Mexico teruggekeerd. Hun vreugde terug in het vaderland te zijn, was natuurlijk onbeschrijfelijk. Van de 1880 vrijwilligers, die vertrokken uit Oudenaarde, kwamen in totaal1030 terug, een 500 sneuvelden of stierven, terwijl een 250 in Mexico bleven en een honderdtal verdwenen. 13 maart : Carels, constructeur, zal met een locomotief aan de wereldtentoonstelling te Parijs deel nemen. De locomotief bezit 400 P.K. en weegt 27 000 kg. Gisteren zijn te Ledeberg een aantal aardewerkers aangekomen om de voorbereidende werken te beginnen voor het bouwen van een sluisbrug op de Nederschelde. Er was een geschil in verband met het loon : terwijl de arbeiders 2,50 fr. per dag wensten, wilde de patroon slechts twee frank betalen. 17 maart : In Spiegelhave werd door het muziekkorps van de Kulders met medewerking van de Vereenigde Werklieden een concert gegeven. Met de opbrengst zal een oud-weesjongen, die de steun is van zijn moeder en grootmoeder, worden vrijgekocht.

292


Sint-Lievenspoortstraat

293


17 maart : In de zaal Polka werd een meeting gehouden. Er waren ongeveer 250 aanwezigen. Massyn, die de vergadering voorzit, poogt de voordelen van de werkersverenigingen aan te tonen en herinnert hierbij aan de Slag der Gulden Sporen. "Les ouvriers seront libres quand ils le voudront en faisant une autre société et en se faisant inscrire dans cette intitulé Algemeen Werkersverbond", waar van de zetel gevestigd is in de herberg De Stad Parijs op de Hoogpoort. De Ridder geeft lezing van een verzoekschrift in verband met de hervorming van de kieswetten en spreekt verder over het verplicht onderwijs. Hij herinnert aan een artikel van de grondwet, dat verklaart, dat alle Belgen gelijk zijn voor de wet, maar zegt dat dit artikel enkel geldt voor dezen, die 42,32 fr.belasting betalen. Daarna komt De Boos aan het woord: hij laat opmerken, dat de meeste werklieden hun rechten niet kennen, waardoor ze geen recht kunnen bekomen voor de Werkrechtersraden. Ook Oe Boos- verdedigt het verplicht onderwijs. Tenslotte verklaart hij : "il ne sera j:unais partisan du droit universel électoral aussi longtemps que ce droit ne sera pas libre de toute in:fluence. Massyn sluit de vergadering met al de aanwezigen uit te nodigen het verzoekschrift te ondértekenen. {naar een verslag opgesteld door een politiecommissaris). 23 maart : Het college van burgemeester en schepenen van Gent heeft de besluiten van de gemeenteraad van Drongen van 21.8.1866 en van Mariakerke van 6.11.1866 goedgekeurd, waarbij aan C. De Bast, Hooreman-Cambier en P. Rosseel de machtiging wordt verleend een kasseiweg van Drongen op Mariakerke ie maken langs de weg Beekstraat en om aldaar op het grondgebied Drongen twee barrièren op te richten, de eerste aan paal24, de tweede aan paul.S2 en om te heffen bij elke barrière de helft of de 2/5 van de belasting welke aan door de staat ingerichte barrièren wordt geheven en dit voor een termijn van 90 jaar. 24 maart : De Melomanen hebben hun nieuw lokaal in het hotel Van der Meersch op de Nederpolder ingehuldigd. 29 maart : Te Gent werd op initiatief van Fr. Laurent de maatschappij "Help u zelf en God zal u helpen" om gezamenlijk levensmiddelen aan te kopen, opgericht. 10 april: Er werd een postbureau in het station opgericht. 7 april: Juffrouw Juliana Drubbel, grootjuffer van het begijnhof, overleed op 72-jarige leeftijd. Ze was begijntje sedert 1817. 22 april: De Heer Ladewijk De Smet-Grenier, raadsheer bij het294


Beroepshof, is gisteren overleden. Hij was 84 jaar oud en was nauwelijks twee maand op rust gesteld. 25 april : De Gentse nijverheid lijdt veel door de onrustwekkende tijdingen. De zaken in katoen zijn zeer slecht; die in vlas zijn niet veel beter. Enkele nijveraars hebben hun productie reeds verminderd. De geringe verkoop heeft ook een daling van de prijzen voor gevolg gehad. Nooit is de verkoop van vlasweefsels zo slechts geweest. De nieuwe zomermode voor mannen is belachelijk. Ze bestaat uit een spannende broek en een korte pet-en-l'air. Wat de hoed betreft, die wordt al langs om kleiner. Wat de dames betreft, voor hen is de hoed geheel afgeschaft. De modejuffers zullen deze zomer enkel een lint dragen met een voüe aan de chignon vastgehecht. 25 april : Heden huwt Philips, graaf van Vlaanderen en tweede zoon van koning Leopold I met prinses Maria von Hohenzollern-Sigmaringen. Hij is de vader van koning Albert. 27 april : De brug over de Leie, die de wijk van de Kortrijkse Poort en de wijk van Akkergem moét verbinden (thans genaamd Jan Palfijnbrug) is voltooid. Men is bezig met het midden van de Kouter een halve voet op te hogen. 28 april :De kerkfabriek van Sint-Jan-Baptist heeft drie nieuwe klokken in gegoten staal ontvangen uit een fabriek te Bochum in Westfalen. Het zijn de eerste stalen klokken in België .

. 1 mei : De liberale grondwettelijke vereniging heeft een nieuwe middencomité met de heren graaf de Kerchove, Adolf Dubois, V anderstichelen, D~ Meulemeester, C. De Bast, Aug. Lippens, C. Verhaeghe, J. de Hemptinne, K. Van Loo, d'Elhougne, A. Duhayon, Dierman-Seth, · F. Vanderhaeghen, R. Haesebeyt. 3 mei: De kleermakersgasten hebben hun werk laten staan. De Gazette van Gent schrijft : "De kleermakers vragen een verhoging van hun dagloon. Hun bestaansmiddelen zijn niet meer in verhouding met de algemene duurte van de levensmiddelen. Ze hebben een nieuw tarief opgesteld". De G. v. Gent vindt het tarief niet overdreven; de levensbehoeften zijn sedert enkele jaren veel opgeslagen en voor vele ambachten is het dagloon gelijk gebleven. Zomerkledij :gekleed habit: 21 fr., frak in gekeperde stof: 19 fr., frak in gewone stof: 17 fr., gekl~de jacquet : 17 fr., jacquet tweede klas : 16 fr., fijne overjas : 15 fr., gemene overjas : 13 fr. Winterkledij :paletot: 18 fr., fijne overjas: 17 fr., gewone overjas: 16 fr., geklede jacquet : 17 fr., gewone jacquet : 15 fr., cap magenta: 14 fr.

295


willen we verwijzen naar het werk van Dr. E. Dhanens" Sint-Baafskathedraal te Gent" blz. 238. De feestelijkheden duurden van donderdag 16 mei tot zondag 26 mei. Elke dag ging een processie van een parochiekerk naar de Sint-Baafskatedraal om er een offerande te doen ter ere van de H. Macharius. De grote dag was zondag 19 mei. Van 's morgens vroeg waren tienduizenden naar Gent toegestroomd: per trein, met de diligentie, met een koets of met de bargie. Talrijke gevels waren feestelijk versierd. Een grote processiè doortrok de straten van Gent vanaf de Kasteelplaats, langs het Steendam, Arteveldeplein, Lammerstraat, Vogelmarkt, Kouter, Veldstraat, Sint-Baafsplein. De tocht duurde vijf uur. Kardinaal Sterkx, de bisschoppen Dechamps (Namen), Feeiet (Brugge), Mantpeller (Luik), Mermillod (Hebron), Labis (Doornik), Oréglia di San Stenphano, pauselijke nuntius, woonden de plechtigheden bij. In de processie stapten de katolieke sèholen, de broederschappen, de godsdienstige orden, de liefdadige verenigingen op. Over de feestelijkheden verscheen een boek "Souvenir de la Procession et des solennités religieuses qui ont eu lieu à Gand en 1867 à l'occasion du jubilé huit fois sécula.fre deSaint Macaire, patton de la villede Gand" (B.R.U.G. . G 20 339/5). Het werk geeft de beschrijving van de feestelijkheden, het programma van de processie en de teksten van de sermoenen. Het boek bevat tevens 25 gekleurde platen naar tekeningen van E.A. Trulin van Gent en gegraveerd door Rousseau van Brugge en gedrukt bij J. en H. Vander-Schelden te Gent. (f<5rmaat 54 cm. op 36 cm.) Op. enkele platen worden op de achtergrond lichtjes de gevels van belangrijke Gentse woningen weergegeven: hotel Falligan, hotel Zama.ti-Van Crombrugghe, hotel van het Sint-Vincentiusgenootschap (Steendam), hotel Vercruysse-Bracq (Veldstraat), hotel d'Hane-Steenhuyse, hotel graaf d' Alcantara (hoek Veldstraat-Volderstraat), hotel Joseph de · Hemptinne (Keizer Karelstraat). 20 mei : lil april werd bij de gemeenteraad een verzoekschrift ingediend, waarin· de gemeenteraad werd gevraagd de hogere overheid te verzoeken de citadel ~f tecschaffen. Als we een plan van Gent van 1867 bekijken, stellen we vast, dat het gedeelte voorbij de Kortrijkse Poort en voorbij de Heuvelpoort niet is bebouwd en dit als gevolg van de militaire dienstbaarheden. De gemeenteraad reageert gunstig op het verzoek. Vooraf wordt aangetoond,- dat de dtadel van uit een militair oogpunt van geen nut meer is. Daarna worden de voordelen van de sloping van de citadel aangetoond. "Le principal besoin de notre cité c'est l'air et l'espace." en verder: "L'ennemi leplus dangereux c'est la démoralisation des classes ouvrières par l'ignorance et les mauvaises


condirlans hygiÊniques dans lesqueUes elles vivent". Enkele jaren later zal de stad Gent de gronden van de citadel kunnen aankopen en zal de urbanisatie van deze wijk kunnen beginnen. 22 mei : De schoenmakersgasten vragen loonsverhoging. Ze werken veertien uur per dag en kunnen onmogelijk meer verdienen dan2,00 fr.tot 2,50 fr.per dag. Volgens de G. van Gent hebben een zevental schoenmakersbazen reeds een nieuw tarief toegepast. Op 8 juni zal de G. van Gent meedelen, dat een aantal schoenmakers staken. In die tijd was schoenmaken nog volledig handwerk. De G. van Gent geeft ons een beeld van de lonen. Oud tarief Laarzen boven de. broek 8,00 fr. Lederen laarzen 5,50 fr. 3,00fr-. Lederen voeten Lederen bottines 2,50 fr. Schoenen 2,00 fr. Fantasiewerk : Verlakte rijlaarzen 10,00 fr. Verlakte laarzen 8,00 fr. Verlakte bottines 3,00 fr. Verlakte schoene~ 3,00 fr. Vrouwenschoenen: 2,00 fr. Gewone b.ottines Gemene bottines 1,64 fr. ¡Fantasie 2,25 fr.

Nieuw tarief

Onkosten - Aantal werkknecht dagen v. 14u.

10,00 fr. 6,50 fr. 4,00 fr. 3,00 fr. 3,00 fr.

0,50tr. 0,40 fr. 0,25 fr. 0~20 fr. 0,20 fr.

31/2 2 11/2 1 1

12,50 fr. 9,00 fr. 4,00 fr. 4,00 fr.

1,00 fr. 0,75 fr. 0,20 fr. 0,40 fr.

31/2 3 1 1/4 11/4

2,25 fr. 2,00 fr. 2,75 fr.

0,10 fr. 0,10 fr. 0,10 fr.

12u 12 u 1dag

Het knechtje werd betaald door de volle gast. Op 14 juni vernemèn we, dat het geschil tussen de patroons en hun knechten is bijgelegd. 27 mei : Uit de aankondigingen voor verkopingen kennen we de huurprijs van een aantal woningen. Keizer Karelstraat : nr. 15 : 875 fr.per jaar nr. 17 : 600 fr.per jaar nr. 19 : 700 fr.per jaar Kromme Wal: nr. 14 en 16: elk 12,50 fr per maand Dierentuinlaan 64 : 1000 fr. per jaar Brugsesteenweg: nr. 233, 235,237 en 239 :elk 14 fr.per maand Oude Sassepoortstraat : beluik met negen woningen : gemiddeld elk 1,55 fr.per week 299


. Oude Sassepoortstraat : beluik van negen huizen (nr. 50-66) : gemiddeld 1,44 fr.per week. 28 mei : Te Sint-Niklaas overleedJan-Baptist Guinard. Hij werd geboren te Gent omstreeks 1800 en behaalde aan de Gentse universiteit het diploma van dokter in de geneeskunde. Bij testament van 6 juni 1866 stelde hij de stad Gent aan als zijn algemeen legataris, mits alle vijf jaar een som van 10.000 fr te verlenen "voor het schrijven van een werk of de beste uitvinding voor het Verbeteren van de stoffelijke of verstandelijke toestand van de werkersklas". De erfenis bedroeg 160 000 fr. De jury, belast met het verlenen van de prijs, werd gekozen onder de leden van de Koninklijke Academie van België. Te Koop: 1 Groot nijverheidsgesticht (katoenspinnerij en -weverij) Zeugst~eg (van Plottersgracht naar Geldmunt) met stoommachine 80 P.K., 8200 spillen Mull-Jenny, 217 getouwen 2 Schoon groot huis met twee koetspoorten, Kuiperstraat, 3 3 Schoon huis met koetspoort Kuiperstraat 1. 4 juni :Twee vissers hebben bij de Watermolen aan de Nederschelde een grote steur gevangen. 8 juni : De drie nieuwe klokken in de toren van de kerk Sint-Jan Baptist hebben heden voor de eerste maal geluid. De stalen klokken zijn de helft goedkoper. De kerkfabriek mag zich roemen het gebruik van sta. len klokken in België te hebben ingevoerd. 9 juni: Petrooi-olie en Lampen te bekomen bij Pol Balliu, blikslager en lampenmaker, Kleine Vismarkt, 5, bij de Vleeshuisbrug.. Amerikaanse petrooiolie : 36 centimes per liter, eerste kwaliteit : 40 centimes per liter. 19 juni : Te Querétaro werd Maximiliaan, aartshertog van Oostenrijk en keizer van Mexico, gefusilleerd. Het bericht zal pas op 6 juli in de G. van Gent verschijnen. Zijn weduwe, de Bèlgische prinses Charlotte, zuster van Leopold 11, zal overlijden te Bouchout bij Brussel op 19 januari 1927. · 22 juni : De werken aan het nieuw ziekenhuis de Bijloke vorderen

goed. Op de gronden van het oud stapelhuis op de Coupure zijn fraaie burgerswoningen gebouwd. De herstellingswerken aan het stadhuis, kant Hoogpoort, zijn begonnen. 24 juni : De gemeenteraad keurt het plan van het nieuw kerkhof, opgesteld door architect Pauli, goed. Het kerkhof heeft de vorm van een rechthoek van 300 m. op 150 m. 300


Opeabare \ferkoopiog van het vermaard ;

BOTEL gcuaamd

HOTEL D'ALLEMAGNE, Op de Koornmarkt, te Gent. Oe Notaris Jjautntt>'ns, ter residentie vau

Gent. daarto.c i11 rechte benoemd, znl met tusscb~nkomst van zijnen ambtgenoot, Mr EggerDlont, Notaris · ter zelftie residentie, en met het

houden der hierna bepaalde zi tt.lageu, openba'll'lijk binnen de stad Geut verkoopen het volgend goed :

STAD GENT. - KooRNMARKT. Eenige koop. ~ Een HUIS en Erf, zijude een welgekalant hotel, met koes· en stallilig,teu voorhoofde op de Kooi'Umarkt, thans geleekend No 34, voorheen genaamd de Drie Koningen, thaus Hotel d'Allemague. mrt bijzondm·en uitgan;.: in hel Hazcwindslraalje; groot in oppet·vlaklc 350 vierkante meters; huudenûe ter eener· zijde aan deu heer Legers en ter andere zijde uilrnakeude den hoek van het Hazewindstraa tje. Bewoond door nouw Virginie Van Trich tveldl weduwe van deu heer .Michel Queins, zouder voorwaas·de, met recht van gebruik lol deu 31 decem be1· 1867.

ZITDAGEN: Instel; Donderdag, • ., Juai ) 1887 Verblijf ; Id., t t juli ) ' Telkens ten 4 ure precies des na middags, in het · Hotel d'Allemagne, op de Konrmarkl, te Gt•ut. . I

I !4a

301


27 juni : Ter illustratie drukken we twee mededelingen uit de Beurzencourant, waarbij twee huizen openbaar te koop worden gesteld. Het betreft een woning gelegen Koornmarkt op de hoek van het Hazewindstraatje (naast het postkantoor) genaamd Hotel d' Allemagne, later ook genoemd Deutscher Gasthof (zie foto). De tweede aankondiging betreft het voormalig hotel Vanden Meersche gelegen hoek Nederpolder en Zandberg. Dit gebouw heeft een rijke geschiedenis. Oorspronkelijk herberg de Pelicaen, werd het gebouw aangekocht in"154 7 doorJan Damman, die het liet verbouwen tot een rijke patriciërswoning. In 1736 komt het in handen van Jean-Baptiste Vanden Meersche, die de woning uitbreidt en ·het laat verbouwen tot een rijke XVIIIO eeuwse woning. In 1806 wordt het gebouw verkocht aan Cesar Maes, rentmeester van Napoleon. In 1843 wordt het als hotel gebruikt, het hotel G. Oldi. In 1855 wordt het gebouw het lokaal van de Melomanen, die er 6000 fr. huishuur per jaar betalen. Dit is voor die tijd e~n reuzebedrag en de Melomanen moeten een machtige vereniging geweest zijn. Het hotel zal in 1872 verkocht worden aan baron Casier de Hemptinne en ingenomen worden door de Zusters van de· Kindsheid J esu, die er hun ooglijdersgesticht, dat sedert enkele jaren gevestigd was op de Kraanlei, naar overbrengen. In 1892 werd het gebouw eigendom van de Zusters. De Melomanen zullen zich vestigen in de Savaanstraat, lokaal, dat bij een aantallezers en lezeressen zeker nog aangename herinneringen zal oproepen. Dit lokaal werd door de oorlog vernield in 1944. Het hotel Vanden Meersche heeft . niet enkel prachtige gevels, maat ook het inwendige is zeer rijk. We raden de lezers aan de aankondiging aandachtig te lezen. (zie ook: Bouwen door de eeuwen heen in Vlaanderen - Stad Gent 4 na blz. 307 en Fr. De Potter : Geschiedkundige Beschrijving van Gent, deel V blz. 512). 8 juli : Enkele beroepen, waaronder de kleermakers, de schoenmakers, de huisschilders, de behangers, de haarsnijders en de baardscheerders hebben opslag gekregen. Sedert 2 juli zijn nu de timmerlieden en de schrijnwerkers in staking. Op 4 augustus vernemen we, dat de staking van de timmerlieden nog voort duurt. Volgens een politieverslag hielden de timmerlieden een vergadering in De Prins, Ramen op 3 juli, waarop een 600 werklieden aanwezig waren. Volgens een verslag telt Gent 107 patroons timmermansbazen en zijn ongeveer 427 timmerlieden in staking. 9 juli : Er rijdt dagelijks een trein van Gent naar Parijs. Vertrek te Gent om 11 u 30, Rijsel13 u., aankomst te Parijs : 17 u. De Beurzencourant publiceert wekelijks een lijst van de toeristen, die 302


VBBTB .UBLIQUB t>'lll'IUSTE.Ilf

IBIIL Jll(t)!Ptllla .uac

IAISONS ADJACINTES.

La Nota i re ..,._ _ _ , rêsidaol à Gand, vendra publiquomeut, àl'iulervtlntioo duon oollèiue, Mail re JFraeya. Nota i re à la n\sidQuce de Br11ges, Iu biens ei-après décrits:

VILLE DE GANO. 1\IJK llU US POLDI\11, PUCK DIJ SABLOII &T RUE D&s llftSilLI~BS.

Lot tu. , -Une vaste Propriélé, situeo~•u centrede la'ville de Gaod, à quelques pas de I'Bótel·ut· ViJle et de Ja catbetlrale de St-Ba,·oo, oomprenaol unmaguifique H&lel et deux .Matwos adjaecmles. (urm mt Ie cvin de la rue do Bas Polt.lre el do Saûlou, ct oomposée commc suil : · A. L'H&Iel, siluê rue du B3s Poldre, N• t, oon · SÎ!IIaol en un splendille corps-de·logis solidement constrt.iit, style Lvuia XV, nee vestibules dêeoréJ de fresques et escalior monumeu tal ; trêi·gt.&nde cour· et jardîo; salie de billard et salie de ooocerts; êcurie., et remises ; - au rez-de-ehaussêe, sept beaux el grands salous, tlonl plusiturs ornés do lapisseries des Gobelins el de l&ulur6li eo soie; ;i l'étage. nombreux salons ct c~bî nels. La toul C()bnu au pluo cauastraJ, seetiou ij, N.. USitlf' i45! et iMlfl, el contenant en superfieie- i,9!3 mèlres earn\s. L'Hótel esl actoellement oceupé par • la Sociélé ro~le dei IUioiiUIIMit, • au loyer tt.·f;()OO fr., par an. paynble par semeslre, libre de coutribuIÏO!lll foncières, avec droit de bail jusqu·~u i er mars i g11S. , Oeox VIllies Cltves a bti:re SOUJfe lot-in, SO!It oocupèes: l'uoe _pa r Ie si~ur August Vermoere; à raison do iOQ (r , l'tn, el l'auln I''"' M. bîdore De Gr()(lte, à ralsoit de 300 fr. l'an, sous

ooi.

La petite Uabîtaliou rue des Ursulilll!i, N• 4, dlipendance ue l'bóJel, ;•st oceup;i<l j)llr Uernard

, Uierck!!!~· i raison de _96 fr. par a., $1118 hoi!.

in de hotels (een negental) en in de pensions (een 24-tal) te Blankenberge verblijven. In de lijst treffen we de namen van enkele Gentenaars aan, naast een groot aantal Belgen maar ook personen uit Keulen, Aken, Parijs, Rijsel, Wenen, Frankfort, Bordeaux, Londen, Polen. 10 juli : 2161 Belgische burgerwachten nemen deel aan een schieting te Londen. Gent telde 240 deelnemers : drie stafleden, 39 jagers, 140 infanteristen, 16 van de ruiterij en 42 van de artillerie. De deelnemers vertrokken met twee schepen uit Antwerpen. Te Londen werden onze burgerwachten geestdriftig ontvangen; er was een wapenschouw te Somerset-House, een groot ontbijt op het stad303


304


305


huis en een ontvangst door de lord-mayor, een uitstap naar Wimbledon, een bal in Agricultur Hall, een ontvangst door de koningin Victoria te Windsor. De burgerwachten keerden terug op 23 juli. Te Gent verscheen een boekje "Souvenir de l'excursion des Gardes-civiques Belges à Londres en 1867". Spijtig is het werk niet geïllustreerd. (B.R.U.G. : G 21 778, geen naam van de auteur). Een ander werk "Les Belges à Londres" door Bertram, redacteur aan le Joumal de Gand, was evenmin geïllustreerd. 23 juli: Heden worden op het stadhuis Hendrik Waelput, prijs van Rome met zijn kantate Het Woud, Leo Van Gheluwe, laureaat van de muzikale wedstrijd en de dichter Versnaeyen ontvangen. Hendrik Waelput werd geboren te Gent in 1845. Hij werd kandidaat in de wijsbegeerte en letteren, maar ging daarna naar Brussel aati het conservatorium studeren onder de leiding van Fétis. In 1869 werd hij directeur van het conservatorium.te Brugge, daarna was hij kapelmeester in Den Haag,. Dijon, Gent, Antwerpen en opnieuw Gent. Hij overleed te Gent op 7 juli 1885. H. Waelput schreefkantates, liederen en een vijftal symfonieën. De Hendrik Wadputstraat werd in 1914 aangelegd. (zie V. Fris: De Historische Persoonsnamen der Straten van Gent). 28 juli: Voor het bouwen van een nieuw sas (bedoeld wordt de sluis in de Heirnis) werd een coupure gegraven, die de Gulden Meersch doorsnijdt, alzo genoemd sedert 1285, jaar waarin het klooster van de Rijke Klaren werd gebouwd. Bij dit klqoster werd later een gast- of ziekenhuis gebouwd : 't Hof te Sinte Claren. Bij het delven van de coupure heeft men de grondvesten van een muur in witte hardsteen blootgelegd. Het klooster van de Rijke Klaren werd in 1578 door de Gentse geuzen overrompeld en later afgebroken. De kloosterlingen gingen zich eerst in het Klein Begijnhof vestigen tot ze "up het Sant" in de Sint-Lievenspoortstraat een ander klooster bouwden op de plaats, waar thans ae fabriek van de heer Coppens·staat. (Beurzencourant). Vandaar de naam : Rijke Klarenstraat. 8 augustus : Volgens de Beurzencourant waren er in 1866 in ons land 94 ~4 5 verkopers van sterke dranken. (dit iS ongeveer één op 50 Belgen) 10 augustus: Albert Callier, zoon van Gustave Callier, huwt met de dochter van Fr. Laurent in de protestantse tempel in de Brabantdam. (commentaar in Le Bien Public van 11 en 15 augustus). 19 augustus : Te Gent wordt het negende Nederlandsch Letterkundig Congres gehouden. Normaal moest dit congres in 1866 doorgaan, maar door de cholera-epidemie werd het een jaar uitgesteld. Het con306


-~--

(ÃŽ..-v.A.i'A..<'~vz..L~~ ""_./

~.

CLJt.-?/";;tr.~

(JJ.

~

z?J. 307


·tt

?'i'--

;f'#-

~

0 00

""'

m:-

;~.;::

T

;-~

Koornmarkt met Pakhuis en Hotel d 'Allemagne (Copyright A .C.L. nr. 25 846)


gres telde 372 deelnemers, waaronder E. Hiel, N. Beets, D. Sleeckx, Douwes Dekker (Multatuli). Het congres werd voorgezeten door A. de Maere-Limnander, onder voorzitters waren J.F.J. Heremans enG. Rolin-Jaequemijns; secretarissen : Julius Vuylsteke en F. Snellaert. (in Handelingen van het negende Nederlandsch Letterkundig Congres gehouden te Gent den 19,20 en 21 augusti 1867, B.R.U.G.: G 8945). 21 augustus : Enkele huurprijzen van woningen : Kraanlei 2 Herberg Nantes: 2840 fr.per jaar Kleine Vismarkt 2 : 900 fr.per jaar Kleine Vismarkt 6 : 750 fr.per jaar Veerleplein 8 :Het Gouden Hand 700 fr.per jaar Hooiaard 9 :Afspanning Halve Maan met grote paardenstal: 1800 fr. 26 augustus :Te Wetteren-Kwatrecht werd een kapel in gotische stijl naar het plan van architect Van Assche ingewijd. 30 augustus : Te Rijsel wordt een zangfeest ingericht om de vereniging van Frans Vlaanderen bij Frankrijk te vieren. Geen enkele Belgische maatschappij zal aan het festival deelnemen. De Gazette de France verwondert er zich over, gezien volgens officiële Franse bladen de Belgen zouden wensen door Frankrijk ingepàlmd te worden. Het Handelsblad van Antwerpen reageert hierop, reactie overgenomen door de G. van Gent. De G. van Gent publiceert het Vredelied van E. Moyson, lied waarme.de hij de eerste prijs behaalde in de prijskamp voor volksliederen ingericht door de Vláamsche Bond te Dendermonde. 10 septe~ber : Te Gent overleed baron Jules de Saint-Genois in het kasteel der Vaemewijcks op de Groendreef. Hij was geboren te Sint- . Kwintens-Lennik op 22 maart 1813. Reeds in 1834 werd hij benoemd tot hoogleraar en hoofdbibliotecaris van de Gentse universiteit. Hij schreef een groot aantal historische werken en was een der stichters van het Willemsfonds in 1851, waarvan hij de eerste voorzittèr was. Tevens was hij gemeenteraadslid van 1852 tot einde 1857 en schepen van onderwijs en schone kunsten van 1855 tot 1857. Baron J. de Saint-Genois werd begraven op het Campo Santo te Sint-Amandsberg. Op de begrafenis waren aanwezig naast de burgemeester en een aantal gemeenteraadsleden rector Haus, oud minister P. De Decker, A. Van Lokeren, Snellaert, J. De Laet (volksvertegenwoordiger), H. Conscience en Fr. Rens. (zie Gazette van Geilt en Beurzencourant). Bij M.B. van 10 september is de taptoe op de openbare plaatsen afgeschaft. Het geblaas en getrommel van de taptoe zal in plaats van op de Kouter te gebeuren, voortaan aan de kazernes plaats hebben. 309


Baron Jules de Saint-Genois

510


Grafmonument Baron Jules .de Saint-Genois (Carnpo Santo)

19 september : In de Beurzencourant lezen we in verband met het Werkersverbond, dat het wel juist is dat de bijtreding tot de Internationale arbeidersbeweging tot de inzichten van de opric}lters van het Algemeen Werkersverbond behoort en dat het voorstel door de meeste werkersgenootschappen gunstig werd onthaald. Dit is de eerste maal dat we iets over de Internationale vernemen. Er waren dus zeker reeds contacten met Brussel. In een volgende bijdrage : meer hierover. Deze week zal te. Gent een paardenbeenhouwerij wor'den geopend (Beurzencourant). Uit de vorm van de mededeling lijkt het ons dat het hier gaat om de eerste paardenbeenhouwerij. Wel werd paardevlees reeds gebruikt voor het bereiden van worst. (de Gentse bloende)

21 september : In de Katholieke Kring zijn twee werken van J.B. Van

311


Biesbraeek tentoongesteld : een halfverheven beeldhouwwerk voor het altaar van de kerk van Ruislede en een beeld O.L. Vrouw van het Heilig Hart voor de Jezuskerk te Brussel. 24 september : Aan een verslag van een politiecommissaris ondenen we het volgende : "La situation pénible créé aux industries de cette ville par Ie manque de confi.ance qui règne généralement dans les transactions cammerciales à cause des incertitudes politiques a arrêté l'essor de la ventede nos produits liniers et contonniers et nous menace d'une stagnation plus ou rnains complète du travail dans les fabriques. Si cette crainte venait à se réaliser, la position de la classe ouvrière devrait en présence de la cherté taujours croissante des denrées alimentaires tenir particulièrement I'attention de la poli~e en éveil, afi.n que nous soyons constamment tenus au courant de toutes les circonstances qui pourraient amener la moiridre agitation dans les esprits des ouvriers ou qui serait de nature à troubler l'ordre public". 13 october : Zondag 13, maandag 14, dinsdag 15, zondag 20 en maandag 21 october : Akkergemkermis. In de herberg : De Hert, Phoenixstraat luisterrijk bal. Ingang : 20 centimes, waarvoor men een pint bier bekomt. 14 octobe~ : Boven de ingangspoort van het Lousbergsgesticht werd een muurschildering geplaatst, dat de Liefdadigheid voorstelt en het werk is van de kunstschilder Theodoor Canneel. 18 october: Te rekenen van 7 october werden de aanwervingen voor de pauselijke zouaven hervat. Garibaldi viel opnieuw de pauselijke staten aan : hij versloeg de pauselijke troepen te Monterotondo, maar werd verslagen door het Frans expeditiekorps te Mentana op 3 november 196 7. Graaf Carlos d' Alcantara werd er zwaar gekwetst; hij zal overlijden op 29 november 1867. Op 17 november werd in de SintBaafskatedraal een plechtige lijkdienst voor de gesneuvelde pauselijke zouaven gecelebreerd. In 1867 zullen 24 Gentenaars dienst nemen bij de pauselijke zouaven. 17 novem her : Door de overwinning van de Pruisen te Sadowa en de mislukking van de Fransen te Mexico steeg de macht van Pruisen en verminderde het prestige van Frankrijk. Keizer Napoleon III betrachtte compensaties te bekomen, wat een gevaar betekende voor ons land. Einde 1866 was er een commissie samengestdd om het militair probleem te onderzoeken. In verschillende steden- Antwerpen, Brugge, Isegem - werden meetings gehouden tegen de uitbreiding van het leger (zie Luykx blz. 14 7). Te Gent werd op zondag 17 november een meeting gehouden in de herberg De Prins in de Ramen. De meeting 312


·~

Ce n'e~<t pas rnon

ép~e

droite Seigneur. 11 nouli a en,·oyê Jo eunemis.

qui mtH•au"~wa, c'est votre ~alut

Ps. XLIII. . de Ia ruain de no&

+

Sr. Luc. l.

PRIEZ. POUR L'AME OU

COIITE CARL08 LOUI8 MAftiE

b' 2llrantara OFFICIER AUX ZOUAVES PONTIFICAUX Né àGa·nd le 3 ~'[ars 1847, blessi! au combat de · M111ltana, mort à Rome des suite.s de ,,a blc.,.rure le 29 l\orcmbre 1807, dans les lenti'I'IJ('nts de la pl1t11 1.•i1·e piété et inhumé dan$ l'Eglise du Collége JJI!lge. "Si Ie bonheur de ,·ous embral<..~r tous, ne :m'est ph•• donné . j'en lhi~ Ie roeriflee a DiPu .... lesplus I:Jo!.J.ux j~!tll"" JXlUr moi, t<eront ceux ou je pom,-ai Je p1u.s foCut!nr pour nor re ::)(.ïgneur, qui . a tant sour. ~. f'<"W' noua ~nJ,ant t<n. douloureui;e pn~sion .... l,<~t (\d a'obt<t-ul'l'it , plu~ieul'8 toroberout sur les n'<;L"ChMJ du Vntic.'ln, b~>ureux ceux ~u·une ba.lle ü-.ll j•' r.l. tbn~ c~ t:lurieux cowhnt i si DHlU me juge t!.;t:<- dun tt>llxmhcur, r·e~t tout mon désir et ma. ~·~l" ~ptr.mce I Je le rt>mercie de m'avoir placè id a~; ~.... re-;.. tan~, et certe~ je ne céderai ma place à ~mne.

(J.) f-' (J.)

(F.I(frait• de~lmrca du tlé{l<fll}.

D1tu a voulu !6 ~rvir de moi comme d'un instru· rntr1t. j ai t•u Je bonheur de \'e~r t•n pett de mon

n. ns.;: p.)l!r Ie tri<>lll! •he de wn Egli~e. Notre Dame tie t1J.n•lr'-"' oe nfa pas abandounè. Dtmirlre lcltr~ dulltf.


was ingericht door het Algemeen Werkersverbond. Aan het bureau zaten naast De Ridder, voorzitter van het Werkersverbond, de voorzitters van maatschappijen, lid van het Werkersverbond (Hollander: werktuigkundigen, Lippens: kléermaker, Van de Vijver: borstelmakers, Serranne :wevers, Poppe :huisschilders). De Ridder bestreed het stelsel van de loting en verdedigde het Zwitsers stelsel. Er werd een motie goedgekeurd tegen het wetsontwerp betreffende de inrichting van het leger en waarbij de afschaffing van de loting en van een bestendig leger wordt gevraagd. Op 14 maart 1868 zal een militaire wet worden goedgekeurd, waarbij de loting met mogelljkheid tot àfkoop werd behouden. Tijdens de meeting verklaarde De Ridder; dat het Werkersverbond reeds een 200 kiezers telde. 5 december : Te Gent overleed kanunirik Karel De Decker, 71 jàar oud. Hij was de broeder van Pieter De Decker, die de leider was van het laatste unionistisch kabinet (1855-1857). Op 18 december-zalde-Mechelenkardinaal Sterckx overlijden. Hij was geboren te Ophem in 1792 als zoon van een wegestelde Brabantse landbouwersfamilie. Hij werd aartsbisschop in 1832 en kardinaal in 1838. Kardinaal Sterckx werd opgevolgd door Mgr. Victor Dechàmps, geboren te Melle op 3.3.1810 en bisschop van Namen (1865). Hij was de broeder van Adolphe Dechamps voorzitter van de katholieke rechterzijde en minister van Openbare Werken (1843-1845) en van Buitenlandse Zaken (1845~1847). 13 december : Op 4 december had de volksvertegenwoordiger De Laet van Antwerpen een wetsvoorstel ingediend; dat luidde : "In de provinciès Antwerpen, Oost- en West-Vlaanderen en Limburg en in de rechterlijke arrondissementen Brussel en Leuven kan-niemand tot een rechterlijke bediening worden benoemd, indien hij de Vlaamsche taal niet kent"; Minister Bara verklaarde, dat de regering dit voorstel niet kon bijtreden. Volgens de minister kenden van de 131 magistraten in de betrokken provincies slechts.twee de Vlaamse taal onvolmaakt, verklaring, die we persoonlijk erg betwijfelen. Na een tussenkomst van Hymans verdedigde de Maere-Limnander het wetsvoorstel van De Laet. Op 13 december werd het voorstel De Laet verworpen met 54 stemmen tegen 40 stemmen; de Maere-Limnander stemde voor, terwijl de zes andere liberale volksvertegenwoordigers van het arrondissement Gent tegenstemden. Waarom we dit vertellen? In de komende jaren zal over de stemming van de Geritse volksvertegenwoordigers nog worden nagekaart, maar ook om de houding van volksvertegenwoordiger-de Maere te belichten.

314


16 december: Door Le Bien Public werd in october een inschrijving voor het pauselijk leger geopend. Half december had Le Bien Public een bedrag van 78 064 fr.ontvangen (Gent en van een aantal andere gemeenten uit de provincie-), terwijl enkele andere Oostvlaamse kranten nog 44 276 fr. ontvingen, wat voor Oost-Vlaanderen een totaal geeft van 122.340 fr. Oo"k door kranten van andere Belgische provincies en ook in Frankrijk werd geld ingezameld voor de pauselijke zoeaven. 29 december: Heden heeft de plechtige inhuldiging plaats van het lokaal der bescherming van jonge werklieden op de Sint-Annapatochie. Dit lokaal, dat met een prachtige gevel de Sint-Lievensstraat versiert, heeft men te danken aan de mildheid van de parochiepastoor Hulin. 31 december: Op het Sint-Pietersplein in aanwezigheid van de burgemeester en schepenen werd een proef genomen met een nieuw stelsel van ruimen. Het nieuw systeem is reukloos en zal toelaten, dat het ruimen niet meer 's nachts moet plaats hebben. Onderzoeken we thans even de b.roodprijzen. 4 jan. 1 febr. 29 maart . 26 april 31 mei 26 juli 27 sept. 15 nov~

Gebuild 41 c. 44 c. 43 c. 45 c. 42 c. 46 c. 45 c. 49 c.

Ongebuild 33 c. 35 c. 34 c. 36 c. 35 c. 36 c. 36 c. 39 c.

Rogge 23 c. 22 c. 22 c . 24 c. 23 c. 26 c. 26 c. 29 c.

In vergelijking met het jaar 1865 is het brood 5Q % duurder. Trouwens, in 1867 waren de prijzen van de levensmiddelen het hoogst voor de ganse negentiende eeuw. Volgens F. Michette bedroeg de index van de voedingswaren in 1867 121 tegenoverl09 in 1866 en 109 in 1868. (gemiddelde jaren 1852, 1853 en 1854 = 100). Het Liefdadigheidsbureau ondersteunde 3 842 gezinnen met 10 161 personen: hiervan waren 2643 ouder dan 60 jaar en 2 314 kinderen jonger dan 12 jaar. Er waren ook 1887 weduwen gezinshoofdèn, waarvan 1057 ouder dan 60 jaar; 42 % van de gezinshoofden waren buiten Gent geboren. Tot heden was hetJaarverslag van de stad Gent in het Frans opgesteld. Het Jaarverslag voor 1867, dat goedgekeurd werd door het College op 5.10.1868 verscheen in twee Ăœitgaven: een Nederlandse en een Franse. De verklaring : de Vlaamsch Liberale Vereeniging, het Willemsfonds 315


en het Van Crombrugghegenootschap hadden bij de gemeenteraad een verzoekschrift ingediend, waarbij gevraagd werd het Jaarverslag ook in het Nederlands te publiceren. Het vraagstuk werd in de gemeenteraad besproken op 8 augustus 1868. Er werd er op gewezen, dat een Vlaamse uitgave ongeveer 3 500 fr.zou kosten en men niet kon weten hoeveel personen een Vlaamse uitgave zouden kopen. Daartegen kwam de bemerking, dat ook de Franse uitgave practisch niet werd verkocht en dat de Vlaamse kranten benadeeld waren tegenover de Franse kranten, daar ze verplicht waren een vertaling te maken. De Maere wees er op, dat in een Vlaamse stad de Vlaamssprekende bevolking evenveel rechten had als de Franssprekenden. Volgens de Maere was het "une question de droit et de droit avant tout". Ook de gemeenteraadsleden De Coster en Burggraeve verdedigden een Vlaamse uitgave. Het voorstel van de burgemeester als proef een Vlaamse uitgave van het Jaarverslag te publiceren werd aangenomen. Het verslag geeft echter niet de namen van de. voor- en tegenstemmers. Wat gebeurde terwijFin 1867 ? Vooreerst moeten we het verschijnen vermelden van het meesterwerk "La Légende et les aventures héroïques, jöyeuses et glorieuses d'Ulenspiegel et de Lamme Goedzak" van Charles de Coster (1827-1879), volgens A. Vermeylen "een van de machtigste voortbrengselen van de Frans-Belgische literatuur". In 1867 wordt von Bismarck de eerste bondskanselier van de Noordduitse Bond, wat niets goeds voorspelt. Marie Curie (twee maal Nobelprijswinnaar), Pirandello (Nobelprijswinnaar), John Galsworthy (Nobelprijswinnaar), Hedwig Courths-Mahler en Käthe Kaliwitz worden geboren; de Franse dichter Charles Baudelaire sterft (Les Fleurs du Mal)' Ibsen publiceert Peer Gynt, Nobel vervaardigt dynamiet, Livingstone ontdekt het Kongo-gebied, Karel Marx schrijft Das Kapital en Joharm Strausz schrijftAnder Schönen Blauen Donau. M. STEELS

HOE HET BURGEMEESTER BRAUNPLEIN EN HET SINT-BAAFSPLEIN TOT STAND KWAMEN De eerste continentale spoorweg (Mechelen-Brussel) werd op zondag 5 mei 1835 plechtig ingewijd. Het volgende jaar was het de beurt aan Antwerpen om met Mechelen verboriden te worden. Nogmaals met een tussenruimte van een jaar zou Gent aan de beurt komen om een 316


spoorweg cadeau te krijgen, natuurlijk ook vertrekkend vanuit Mechelen. Terwijl nog ijverig aan de baan gewroet en gezweet werd maakte men op 29 juni 1837 een aanvang met het bouwen van een "statie voor den ijzeren weg in de Muinkineerschen". Het zeer primitief stationnetje was alles behalve gunstig gelegen. Niet zozeer omdat het (te) ver van het stadscentrum gebouwd was, maar wel omdat de toegangswegen tot dat centrum om zo te zeggen onbestaand waren. De Gemeenteraad besliste dan ook op 8 juli een bepaald aantal straten te openen die aan dat niet gering euvel moesten tegemoet komen. Om te beginnen zullen twee straten getrokken worden : de Statie- en de Keizer Karelstraat. Als overgang van de ene naar de andere straat zal een uitgestrekt plein in het leven geroepen worden : de Jacob van Arteveldeplaats. Aan de tegenovergestelde kant van de statie zal men de Lammerstraat aanzienlijk verbreden en ze met de Statieplaats verbinden door het bouwen van een brug. ¡ 28 September is voor Gent en de Gentenaars een gedenkwaardige dag. Op die dag neemt men namelijk het baanvank Gent-Dendermonde in gebruik. Het eerste hotel dat zich tegenover het station komt neerzetten steekt natuurlijk "A la Villede Termonde" uit. Het heeft zoals voldoende bekend is lang en voorspoedig geleefd. Begin februari 1838 is er voor de man-in-de-straat afweer wat nieuws te beleven : een zeker aantal huurrijtuigen, beter bekend als fiacres, zullen ervoor zorgen dat de reizigers naar alle punten van de stad kunnen gebracht worden. Iedereen vindt de "diligenten" en "Vigilanten" erg "fraaie koetskens". Na de koetsiers zullen de blauwkielen al rijdend ten tonele verschijnen. Weet u dat het woord koetsier zijn bestaan te danken heeft aan de Hongaarse plaats Koze of Kotzi waar het eerste rijtuig van dat soort gemaakt werd ? Op 12 augustus, nog steeds van hetzelfde jaar, trekken niet weinig Gentse curieuzeneuzen, getooid met de onmisbare strohoed en gewapend met de heel zeker onmisbare wandelstok, naar de Meerschen om aldaar de eerste trein naar Brugge te zien vertrekken of voorbijrijden. Inmiddels maakte men het de koetsiers niet bepaald gemakkelijk : een plezant kinderspel was het geenszins met paard en rijtuig al die schevekromme en smalle straten en straà tjes de baas te blijven. Vooral als het erop aankwam elkaar voorbij te stevenen en meteen trachten te voorkomen dat argeloze voorbijgangers onder de wielen terecht kwamen, want overal waren er geen voetpaden die waakten over de veilig317


~

~·

I

HEPVOP MING VAN 'T MIDDENGEDEELTE

ONT\N'EQP DE~

VAN

sTAD GENT

TOE 5 TAND voo~ lJ.) f-'

00

oe.

OI'"F"ICI!!I!L

PLAN

U/TVOEP/NG


ONT\v'ERP HERVOQMJN.G VAN 'T MIDOE:NGEDEEL TE VAN

DER 5TA-D GENT

ZIE DE GAZETTE ~

.....

\0

.~N CENT!l..~

MEI 18ff


¡ heid van die passanten. Einde 1840 is er nog steeds geen sprake van de bouw van de zo broodnodige Lammerbrug : wel worden er aan de band plannen getekend en deze ijverig bestudeerd. U weet dat er geen nieuws onder de zon is ! Eerst op 17 december zal men eraan denken de nodige kredieten te voorzien met het oog op de a~eg van de Statiestraat en de J acob van Arteveldeplaats en de bouw van de Lammerbrug die de naam zal krijgen van Marcellisbrug. (1) Met nieuwjaar 1843 geraakt de kogel door de kerk : er wordt allerwege gesloopt, gegraven, grond in massa's aangevoerd. Met een tussentijd van precies 3 jaar wordt op 20 januari de laatste steen gelegd van de Van Arteveldeplaats. U ziet het :het is niet alleen met het inmetselen ¡ van eerste stenen dat men geschiedenis¡ maakt ! ( 2) Hoe dan ook, die laatste steen opent de eerste serieuze toegangspoort tot de Vrijdagsmarkt en de rondom de St.-Jacabskerk gelegen marktpleintjes. De rest van de stad, fikluis het hartje van de zo beroemde als beruchte Kuip, de Koommarkt, blijft helaas niets anders over dan te doen wat Moeder Anna zo geduldig en zo lang geleden voorgedaan had. Nog even wachten was dus de boodschap. Nog onder het burgemeesterschap van Karel de Kerchove (1857-1881) ontwierpen Zollikofer en De Vigne een gedurfd plan dat in zijn grote lijnen zal uitgevoerd worden. Om te beginnen ging men met man en . macht twee waterlopen te lijf: de oude, bekend als Schepenenvijver, en een veel oudere, want door de natuur gevormd: het Scheldeken. Zoals u weet herinneren twee straatnamen aan die verdwenen waterlopen : de Schepenenvijverstraat en de Oude Scheldestraat. Beide waterwegenwerden zonder veel omhaal omgetoverd (!?!) in vulgaire rioleringen, met name omtrent 2 m brede in baksteen gemet. selde gaanderijen. (3) De uiteindelijke slag zal door burgemeester Hippoliet Lippens, de schoonzoon van K. de Kerchove (1882-1895) geleverd worden. Tussen haakjes gezegd werd het pleintje dat zolang als Rond Punt = Rond Point versleten werd en waar de Brabantdam en de Vlaanderenstraat elkaar kruisen, na de Eerste Wereldoorlog naar hem genoemd, Burgemeester H. Lippensplein. De Braambrug en de Watermolen werden evenals een aanzienlijk pak krotwoningen met de grond gelijk gemaakt. De Nederscheldealias Reep tot aan de voet van het Geeraard de Duivelsteen overwelfd om de Laurentplaats (nu Prof. Laurentplein) in het leven te roepen. De Vlaanderenstraat, de Henegeouwenstraat en de Limburgstraat zullen getrokken worden. 320


"Eindelijk kunnen onze koetsiers volop katoen geven, door de nieuwe straten koersen en - en passant - de even te voren geboren bronzen Lieven Bauwens (1885) met hun zweep toewuiven" zult u geneigd zijn luidop te denken? Juich niet voorbarig: de nieuwbakken Limburgstraat eindigt zodra de St.-B~fskerk bereikt is in een soort van trechter waarvan de tuit sedert mensenheugenis naar de naam luisterde van Sint-]ansstraat. Het was zo klaar als een klontje dat men dat lastig, zo\reel roet in het eten gooiende straatje eens en voor goed onder han4en moest nemen. Want, oordeelde zelfs de man in de straat, zolang het ding in zijn middeleeuws keurslijf zal geprangd zitten, zolang zal de drukst bezochte plaats van de Kuip, de Koornmarkt; op betere · dagen moeten zitten wachten. . Doch alsras bleek- dat .de -verbreding van het te smal straatje een nie~ onverwacht staartje moest krijgen : het schoon schip maken mèt de huizenblokken die links en rechts van het Belfort gelegen, de toegang tot de 2 kerken niet makkelijker maakten. Met andere woorden gezegd zou men lustig aan het slopen gaan, met dien verstande dat men het Belfort en de St.-Baafskerk zonder pardon zou Óntdoen van het stel parasieten die de figuur, de gezondheid, ja, zelfs het bestaan van die historische gebouwen in een niet denkbaar gevaar brachten. De eerste die zich over het geval boog was de directeur van de Openbare Werken, de heer E. Braun die er op dat moment in de verste verte niet aan dacht zich van de burgemeesterszetel meester te maken. De studie die hij aan het vraagstuk wijdde was er waarachtig een van de bovenste plank. Hij had niet alleen het oog op het ontmantelen van Belfort en St.-Niklaaskerk en het in het leven roepen van 2 open plekken die de naam van pleinen verdienden, bovendien voorzag hij het trekken van een brede verkeersader die de ''verbeterde" Botermarkt in rechte lijn zou verbinden met de St~-Jacobsplaats (de Borluutstraat). Hoeft het gezegd te worden dat de "Commisie voor Monumenten" een uitermate voorname rol gespeeld heeft bij het tot stand brengen èn van menig project èn van de uitvoering ervan. Laten we meteen vermelden dat het haar voorzitter geweest is, de zo geleerde als gewetensvolle schrijver en historicus Ferdinand vander Haeghen, (4 ), die het leeuwedeel van de geleverde arbeid voor zijn rekening genomen heeft. De Limburgstraat werd niet in een ik-en-een-gij uit de puinhoop opgetrokken. Een van de allereerste gebouwen die er geplant werden, het zg. Klooster der Grijze Zusters, is gedateerd 1886, dus precies één jaar na de oprichting van Lieven Bauwens' standbeeld. Er zijn nog andere woningen die eenjaartal in hun gevel dragen: 1888, 1889, 1891. De

321


Aldus stelde een begaafd kunstenaar zich het Drie-Torenslandschap voor zoals het er diende uit te zien na de uitvoering van de projecten van Voorzitter F. vander Haeghen, Arcitect A. van Assche en Burgemeester Braun. De litho (80,5 cm x 25,5 cin) werd afgedrukt als bijvoegsel van de Flandre libĂŠrale van 18 juni 1896.

reeks schijnt te eindigen met hetjaar 1897. Het is wel te verstaan dat ook nog nĂ dit jaar aan de straat gewrocht werd. Doch laat ik niet vooruitlopen en liever ons Sint-Jansstraatje gaan opzoeken. Het omtoveren van een smal "Sint-Baafsklooster" tot een ordentelijke Limburgstraat (zie cirkeltje 1 op plattegrond A) was per slot van rekening slechts kinderspel vergeleken met wat men met de trechtertuit zal moeten doen. Burgem~ester H. Lip pens, of moeten we schrijven Emile Braun, nam zich dan ook voor de stier bij de horens te vatten. De Commissie werd voor de zoveelste keer belast met het opmaken van een project. Helaas werd het de man niet gegund zijn wensen te zien verwezenlijken want de gemeenteraadsverkiezing van november 189 5 bezorgde hem een zware persoonlijke nederlaag ofschoon zijn partij schitterend uit de strijd te voorschijn gekomen was. Zelfs de mensen uit zijn eigen omge-

322


-

.". .îi ~.!-."....__.__ .. ~

-

..

ving hadden hem een ferme loer gedraaid. De burgemeester stond der-· halve niets anders over te doen dan de volgende maand zijn sjerp aan een haakje te hangen. Zoals sommigen voorzien hadden werd Einile Braun tot zijn opvolger aangewezen en benoemd. Lippens overleed op 31 december 1906 na vanaf 1900 een zetel in de Senaat bezet te hebben. Nog in het voorjaar van 1896 kwam er leven in de Braunse brouwerij; Gelijktijdig maakte de Overheid twee belangrijke documenten bekend : een "Ontwerp inhoudende de aanleg van twee openbare plaatsen" bestaande uit een plattegrond van de site vóór (A) en een van de site nà (B) de uitvoering van het ontwerp. De eerste van die plaatsen, die we gemakshalve a/ zullen noemen, moest gecreeërd worden tussen het Belfort en de St.-Baafskerk. De tweede, die we met b/ zullen aanduiden, tussen het Belfort én de St.-Niklaaskerk. De Flandre libérale was er als de kippen bij om in haar nummer van 24

323


, ~--~~~~f\ve·~-i{:b aan•le INW~NERs ! e . ;JI àoor hunne ueoerige rlienaren

~

l

DE lANTAAhNsJ AANStEKERS111n

· '•"' • ·

: . . ~.~-2: ~

PLAN '

·~·

' '_L."11J,,RN~"",'f:fhc .( I ". ~ ~., ....... VA,.. GENT· .

'

Wilt u een welsprekend bewijs dat de opkuis rond het Belfort gepaard ging met een buitengewone belangstelling van het publiek? De uitgave en verspreiding van der heren "Lantaarnsaanstekers" nieuwjaarswensch voor 1897. De graveur Van Poelvoorde copieerde nauwgezet en minutieus A. Heins' model. Voor de uitvoering van het drukwerkje zorgde de ons minder bekende steendrukker F. Meyer-Van Loo. (Kaart uit de verzameling Fr. van Bost) Vl

~


Een onbekend gebleven kunstenaar uit de 18de eeuw maakte deze alleszins merkwaardige voorstelling van het Belfort zoals het er volgens het in het Bijlokemm seum bewaard " Beweerp vanden Belfroete" in het begin van de 14de eeuw zou uitgezien hebben. De achtergevels van de Halle en de St .-Jorisgilde lijken sprekend

.op die afgebeeld op de tekening uit het jaar 1735 . Let op het huizenpaar dat kant Botermarkt tegen de toren geplakt is. (Stadsarchief, Atlas Goetghebuer)

325


mei beide plattegronden te publiceren. Een initiatief dat de oppositie maar matig waardeerde. In het "Ontwerp" benadrukte de Overheid dat de uitvoering van het werk b/ slechts kon aanvangen nadat het werk a/ voltooid was. Want al dat slopen achtte men terecht in. tegenstelling met de belangen van de handelaars welke die af te breken huizen bewoonden. Die mensen hoefden inderdaad de nodige tijd te hebben om erders de voor hun zaken geschikte woongelegenheden te vinden. Het ontwerp in kwestie voorzag vier grote delen : 1° de verbreding van de St.-Jansstraat; 2° de bouwvan een nieuwConservatorium; 3° de ontbloting van de St.-Niklaaskerk; 4° de verbouwing van het Stadhuis. De verbreding van de St.-Jansstraat, de aanleg van plaats a/ en de bouw van een Vlaamse Schouwburg moesten na 2 jaar voltooid zijn. De bouw van het Conservatorium mocht eveneens 2 jaar in beslag nemen. Zoals reeds. aangestipt, kon men er pas na de voleindiging van die werken aan denken de plaats b/ onder handen te nemen. Wat betekent het van de kaart wegvegen van een paar straten; de verwijdering van de tegen de St.-Niklaaskerk aanleunende huisjes en de veranderin· gen die aan het Stadhuis dienden aangebrachtcte worden. Om de aanleg van plaats a/ mogelijk te maken zullen maar liefst 39 gebouwen opgeofferd worden. Plaats b/ zal er nog slechter aan toe zijn want alleen tussen de Korte Ridderstraat en de "Pouillemarkt" zullen er 19 moeten aan geloven. In het geheelwachten een lOOtal gebouwen om onteigend te worden. Het spreekt vanzelf dat de publicatie van de plattegronden heel wat (partijpolitiek) stof deed opwaaien en heel wat papier bedrukken. Merkwaardigerwijze was het een Brussels blad, Le Courrier de Bruxelles, dat als eerste niet commentaar voor de dag kwam. In zijn nummer van 5 juni, dus amper een goede week na het verschijnen van de plattegronden, wordt eraan herinnerd dat reeds jaren voordien plannen gemaakt werden van de te creëren pleinen. In dit verband stipt de krant aan dat reeds in 1876 door de tekenschool St.Lucas een wedstrijd op het getouw gezet werd. In 1878 gebeurde hetzelfde wat betrof de volledige herstelling van de Lakenhalle. In volgende jaren kwamen de ontmanteling van de St.-Niklaaskerk en de op. richting van een Vlaamse Schouwburg aan de beurt. In 1886 had men het over de volledige restauratie van het Belfort en de oprichting van een 2 verdiepingen tellende overdekte markt. Was de tekenschool ietwat voorbarig geweest met de uitschrijving van de prijsvragen ? Dat zal wel aangezien er achteraf geen haantje meer over kraaide.

326


In 1735 uitgevoerde afbeelding van het Belfort van 1684. Rechts van de Lakenhalle bevindt zich de achtergevel van het St.-Jorishof. Let op de (overdekte) portieken van het hoekhuis gevormd door de Korte Ridderstraat en de Botermark t ~ias Bij 't Belfort. Op de achtergrond het silhouet van het Stadhuis. (Stadsarchief, Atlas Goetghebuer). ¡

327


Natuurlijk met uitzonde.ring van de Courrier. Die er overigens genoegen mee neemt de vrijgekomen terreinen om te toveren in een square van formaat opgevrolijkt met een monumentale fontein. "Ce qui donnerait au coeur de Gand un aspect unique qui permettrait d'embrasser d'un seul coup d'oeilles quatre plus imp?rtants édifices publies émergeant d'un parterre de verdure." Ik laat het de Courrier met zijn eigen woorden uitbazuinen meteen volmondig toegevend dat hij het kende de profeet uit te hangen. Inderdaad te midden van de pleinen kwamen er verdures; kwam er een fontein(tje) dat de sympathieke naam van bron der 5 geknielde knapen gekregen heeft. Was het in opdracht van de Commissie of was het op eigen initiatief dat Armand Heins (5) op 17 juni in de Flandre libérale een in vogelvlucht getekend gezicht liet afdrukken dat het Drie-Torenspanorama te zien gaf zoals dit na de verwezenlijking van de projecten er moest uitgezien hebben. Natuurlijk bleef _de oppositionele pers niet bij de pakken zitten. Aan Heins' werk was er absoluut niets dat deugde. Het Belfort trok er niet op. De Lakenhalle was niet onder handen genomen. Zoals hij het Posthotel en de Vlaamse Schouwburg in beeld gebracht had zouden die zeker niet opgetrokken worden. Luister in welke termen L'Indépendant zijn lezers over het geval informeert : " ... Ce n'est là qu'un rève, beau rève sans doute et dont nous voudrions voir la réalisation. Mais à ce rève déjà si brillant pourquoi faut-il qu'une vue 'cavalière', o très cavalière vienne encore renforcer la note et le transfarmer en une vue cavaleresque et hypothétique... "Het spreekt vanzelf dat de kunstenaar alleen maar zijn fantazie de vrije loop had gegeven: ook dat hem uit kwader trouw onrecht was aangedaan. De Flandre daarentegen is in haar nopjes : "La réalisation de ce superbe plan d'embellissement est considérée ici comme absolument certaine." En om de pil wat te vergulden : "Les charges fmancières qui incomberont à la ville ne seront pas si considérables qu'on le penserait d'abord. En effetIe gouvernement acquiert au prix de 412500 Fen vue du nouvel hotel des postes des propriétés de la ville et reprend les travaux de fondations et autres effectués par l'administration communale." Hier worden bedoeld de grondwerken die met het oog op de oprichting van de Vlaamse Schouwburg (op de plaats van het gesloopte Pakhuis) reeds aanwezig waren. De Bien Public is, dat spreekt vanzelf, een andere mening toegedaan : De Flandre doet niets anders dan electorale munt te slaan uit de plannenmakerij van het Liberaal College. Verderop zullen we in de gelegenheid zijn aan te stippen hoe ijverig

328


~r~~; 44J!@l;~~=~~~:Âą::~~~~ Gezicht op de Regnessestraat met op het voorplan links de toegang tot de Seminariestraat. De naar een foto getekende afbeelding verraadt dat het niet allemaal kleine huisjes waren die de straat telde. En wat het Belfort betreft valt het direct op dat gietijzeren klokketoren van 1853 niet al te natuurgetrouw getekend werd. (Stadsarchief, Atlas Goetghebuer)

329


een schaar lezers van een bepaald slag hun slabbaris sloegen in het plezant proza van polemiserende gazetschrijvers. De Flandre meent er nog een schepje op te moeten doen door een soort van referendum te houden. De lezers worden namelijk door middel van een bondige vragenlijst uitg~nodigd ook hun visie op de gang van zaken te laten kennen. U ziet van hier dat de invitatie een volkomen succes werd. Wat de kolommen van de krant zoals niet te slikken kregen ? Onmogelijk te verwezenlijken goocheltoeren op stedekundig gebied. Uit de bus kwamen bovendien niet alleen naïeve kinderachtigheden maar klinkklare onzin. 1'e veel om dat allemaal op een rijtje te plaatsen. De opperste gaai schoot een lezer (of lezeres ?) af door noch min noch meer voor te stellen de stenen trio Belfort-Lakenhalle-Mammelokker gewoonweg te liquideren. Wellicht om de boel aan een Amerikaanse liefhebber-archeoloog op te solferen ! Onze dynamische correspondent {correspondente) kwam helaas met geen origineel idee voor de dag aangezien hij (of zij ?) slechts na-aapte wat anderen hem (haar?) vele jaren voordien, met weinig succes trouwens, voorgedaan hadden. ( 6) Vanuit één oogpunt gezien was het wreedaardig voorstel nog zo gek niet ! Want kijk eens aan : in plaats van de armzalige -juist geteld 125 door witte lijnen of stenen tanden afgebakende parkeerplaatsen die de twee pleinen vandaag de dag tellen - u begrijpt dat de grasperken en de monumenten van alle slag, Roeland inbegrepen, inmiddels het lot van de oude trio ondergaan hadden - zou het nieuwe wijdse Tussen-twee-kerken-plein gegarandeerd aan minstens 500 statige mercedessen en nederige veeweetjes een comfortabel plaatsje kunnen verlenen. Een zee van blik die aan de antieke omgeving van het plein een gedroomd, rijkelijk gekleurd decorum zou verschaft hebben. Elk zegge het voort ! Op 20 juli maakt Edmond van Beveren van de geboden gelegenheid gebruik om de aanleg van een tramlijn te berde te brengen. Hij meent dat de tramverbinding Statie-Koornmarkt, die op dat ogenblik via de Vlaanderenstr., de Brabantdam, de Brabantstr., de Vogelmarkt, de Kouter, de Zonnestr. en de Veldstr. gebeurde, aanmerkelijk kon verkort worden door die te laten geschieden via de Limburgstr., de St.Jansstr. en de Cataloniënstr. Spreker herinnert eraan dat reeds op 8 mei door het Stadsbestuur aan de Regering omtrent dit onderwerp geschreven werd en dat de hoofdingenieur van Bruggen en Wegen der prov. Oost-Vlaanderen het College bekend maakte dat de heer Minister van Landbouw en Openbare Werken bereid was bovengenoemde 330


M

•' ' t

~

,_.

(.,)

Reproductie van een goed bekend aquarel door P.F. de Noterin 1818 geschilderd. Alhoewel men bij het naar waarde schatten van dergelijke documenten best op zijn hoede is blijkt het dat de schilder natuurgetrouw te werk is gegaan. De klokketoren is nog steeds die welke naar het ontwerp van de meester de stadswerken David 't Kindt gebouwd werd.:De 2 huizenrij en zijn onderbroken om toegang tot de kerk te geven. Op de achtergrond valt de engheid van de St.-Jansstraat in het oog.


wijzigingen aan te breng~n. Op 31 juli werd op het Stadhuis een alleszins belangrijke tentoonstelling geopend waarop behalve de aquarel van A. Heins een keur van documenten te kijk lagen. Daaronder, eveneens van de hand van Heins twee projecten van monumenten di~ de pleinen zouden op te smukken hebben. Beide monumenten moesten, natuurlijk, herinneren aan episodes uit Gents rijk verleden. Op een van de plaatsen zou een beeldengroep verrijzen het moment voorstellend waarop gravin Mathilde van Portugal, de weduwe van graaf Filips van de Elzas - zoals u weet de bouwheer van ons Gravensteen (1180) aan de Gentenaars (ietsje gedwongen) hun grote keure schenkt (einde 1191). (7) Op het plein aan de andere kant van het Belfort zou men de Eeuw van de Artevelden in beeld brengen. Sil~ houetten van historische Gentse gevels zouden voor een enig mooie achtergrond zorgen. Is het nodig te herhalen dat er nogal wat geschreven en gepalaverd werd ? Op 13 aug. heeft er op het Stadhuis een zoveelste vergadering plaats. De Commissies van Openbare Werken, van FinanciÍn en van Schone¡ Kunsten zullen zich voor de zoveelste keer over de vloed van neergelegde of ingestuurde correcties moeten buigen. De heren geraakten werkeliik niet uitgepraat. Ook over de inplanting van de Vlaamse Schouwburg (zie cirkeltje 2 op de afb. 2) blijkt hetlaatste woord nog niet gevallen te zijn. Iemand die geen vurige aanbidder schijnt geweest te zijn van de dames Thalia (muze van het blijspel) en Melpomene (muze van de tragedie) zou in zijn nopjes geweest zijn mocht men in het geheel geen theater opmetselen: "van die dingen had Gent er waarachtig genoeg!" Op die plaats zag hij liever een Museum voor Schone Kunsten uit de grond stampen ! ! Een andere woordvoerder ditmaal een serieuze personaliteit met name senator E. Coppieters, vond dat die schouwburg aan de Vrijdagsmarkt diende opgetrokken te worden : op de plaats waar naderhand de Bauddostraat twee krotstraatjes zou innemen. "Aldus", betoogde de man, "zou de volksgezondheid er wel bij varen;" Een andere vertegenwoordiger des volks was van een nog andere mening. Volgens hem was het broodnodig dat de Schouwburg aan een eiland geleek : geen ander gebouw mocht eraan palen. Onder andere zou een van die omringende straten, een brede dan nog wel, op de Botermarkt uitmonden. Een ~tappel die indirect ietsrte maken had met de Schouwburg betrof de aanleg van de straat die geroepen was het (St.-Baafs)plein te verbinden met de Botermarkt. De enen waren gewonnen voor een rechtlijnige, de anderen voor een boogvormige 332


De St.-Jansstraat vóór 1890. (De tramlijn kwam veellater tot stand). Op de plaats ingenomen door het 5 traveeën tellende huis rechts van de Lakenhalle bevond zich eertijds de achtergevel van de St.-J orisgilde. Op de voorgrond rechts het begin van " Marjolynstraat"; links het "Café Billard" de hoek vormend van de "Catalognestraat" en de Korte Ridderstraat. Let op de vorm van de straat. lantaarn 'en de verlichte bol van het café. (Copyright A.C.L. 3804 A )


verkeersweg. Enzoverder. Zal er ja of neen aan de gevel van het Stadhuis, kant Pouillemarkt (zie cirkeltje 3 op de afb. 2) geknutseld worden? Met andere woorden zullen de Pouillemarkt en het driehoekig huizenblok aan de markt gelegen door het Stadhuis ingepalmd worden ? Ook nu staan de meningen diametraal tegenover elkaar. Zoals het in een dergelijk geval de lofwaardige gewoonte is laat men niet na wat oude koeien uit de sloot te halen. Inderdaad is het geen gloednieuw liedje dat ten gehore gebracht wordt. In 1883 was er namelijk reeds sprake geweest de gevels van de Armenkamer en van het ¡ nevenliggend gebouw een renaissance kleedje aan te trekken. De bedoeling was namelijk de breedste van de twee bestaande renaissance gevels onaangeroerd te laten maar de minder brede in te lijven bij op te trekken nieuwe gevel. Een jaar of twee nadien rakelde men de gevel-affaire nog maar eens op. Ditmaal waren h~t enkele kulturele verenigingen waaronden de Snellaertskring, het Van Crombrugghes Genootschap en een groep leerlingen van de St.-Lucas-school die hun stem lieten horen en voorstelden om niet alleen de Pouillemarkt-gevel maar alle gevels van het Stadhuis op zijn laat-gotisch uit te dossen. Dat wil zeggen volgens de oorspronkelijke plannen Keldermans en De Waghemakere. Is het nodig te onderstrepen dat van al. die vrome wensen niemendal in huis kwam ? U weet het wel: de Poeljemarkt zal pas in sept.-okt. van 1960 door het Burg. Braunplein opgeslorpt worden nadat de stenen driehoek tot tegen het straatniveau weggekapt werd. Wie A zegt moet ook B zeggen. Wie het heeft over het Stadhuis moet het ook hebben over de Stadhuissteeg, dat op een puinhoop lijkend straatje dat we evengoed Putstege, Pitstege, Pitsteke, Pisstege zouden mogen noemen (zie cijfertje 4 op de aili. 2) Ook reeds in 1883 was de lust groot geweest om de steeg omtrent de helft van haar breedte af te nemen om de gevel van het Stadhuis met zoveel voet naar voren te schuiven : de zijgevel van de Conci~rgerie volgens het laat-gotisch recept, de rest de zijgevel van de Armenkamer inbegrepen volgens het neo-renaissance recept. We zagen het reeds : het project 1896 handhaafde een gelijkaardige verbouwing. Was het te verwonderen dat nieuwe problemen van achter het hoekje kwamen loeren ? Hoe kon de smalle steeg in hemelsnaam verbreed worden zonder de overkant ervan met hamer, koevoet enhouweel in gruizelementen te verpulveren ? "Uitgesloten" zegde de Commissie, "aan de geklasseerde" FONTEYNE (sic) wordt n1et geraakt. Steek die bredere Putstege maar voor immer uit uw hoofd." 334


De " Catalognestraat" vóór 1890. Op de voorgrond links, tussen de huizen "Bureau de Change" en "Marché aux Grains" bevindt zich een zij-ingang van de kerk . Onderaan rechts het voormalig Metselaarshuis (het huis met het bordes voor de gevel). In 1852 werd de oorspronkelijke gevel van 1527 onmeedogend verwoest. Dank zij bewaarde afbeeldingen van het gildehuis gelukte men er in 1912 in de gevel te herbouwen aan de Graslei. Op de achtergrond de beruchte St.-J ansstraat. (Foto J. van Waesberghe, Copyright A.C.L. 25985 B.)

335


"Wel doodjammer" opp~rde een goedmenende maar utopische lezer, " 't was nochtans het moment om de nu straat geworden steeg via de al niet minder breder geworden Werregarenstraat dwarsdoor het tegenoverstaande huizenblok de Vrijdagsmarkt te bereiken." Enzoverder ! Willen of niet moeten we ook het in de lucht hangend Nieuw Conservatorium een welwillende blik gunnen. Op 2 juni werden de plannen van het gebouw (zie cirkeltje 5 op de afb. 2) aan de Gemeenteraad ter bespreking aangeboden. En vanzelfsprekend ter goedkeuring. Hoe die bespreking uiteindelijk verliep en wat men ermee bereikte zijn vragen die op geen antwoord zaten te wachten. Op 28 febr. 1897 zal de Bien Public wel voor een antwoord zorgen, want het blad weet zijn lezers te verzekeren dat van de bouw van het ding niets in huis zal komen. Onder meer weet het mee te delen dat die onderwijsinrichting "provisoirement" zal ondergebracht worden in de Grote Sikkel aan de Hoogpoort, het middeleeuws steen dat achtereenvolgens onderdak verleende aan de monniken van de Abdij van Eename; aan de loge Les vrais Amis na de Fr. Rev.); aan de zetel van het Vlaamsch Genootschap; aan de vereniging De Taal is Gansch Het Volk; aan het Van Crombrugghe's Genootschap; aan de loge La Liberté. De Zwarte Moor zou gebruikt worden als woning voor de directeur van de inrichting. Na voltooiing van het Nieuw Conservatorium, voorspelt de krant ten slotte, kan de school Voldersstraat de aldus vrij gekomen Sikkel innemen. Het begin van de verwachting of het einde van een schone droom had plaats op 23 november van het iriderdaad goed gevulde jaar 1896. Op die gedenkwaardige dag keurde de Gemeenteraad - eindelijk - met algemeenheid van stemmen het onteigeningsplan en het tracé van de nieuwe aflijningen goe_d. In hoeverre dit historisch gebeuren in verband te brengen is met het bezoek dat koning Leopold 11 een paar dagen voordien aan het rond het Belfort gelegen stuk Oud Gent gebracht had, kan ik niet zeggen. Vergezeld van verschillende ministers doorwandelde hij uitzonderlijk geïnteresseerd al die stokoude ten dode opgeschreven straatjes.Wat al die beloófde vernieuwingen betreft stak hij zijn algehele instemming niet onder stoêlen of banken en spaarde hij niet de loftuigingen aan het adres van al degenen die de projecten hadden helpen verwezenlijken. Waarbij de Indépendence luxembourgeoise aanmerkte : "Ce travail grandiose est donc assuré. Les artistes et archéologues du monde entier: pourront dans quelque temps se rendre en pélerinage à Gand pour y admirer les plux beaux spécimens de l'art architectmal flamand, militaire, civil et religieux du moyenage." Ware het enthousiasme van de Indépendance maar beloond geweest! 336


De geboorte van het St.-Baafsplein. Zonder commentaar.

Hier eindigt het eerste en minst belangrijke hoofdstuk van mijn verhaal. Wie het tweede, dus het voornaamste, willezen raad ik met aan- . drang aan een plaatsje te gaan bemachtigen op een in de schaduw van J.F. Willems jonge dame neergezette bank ... of zich aan de voet van de oude maar valse Roeland te gaan posteren. Dan zal hij (of zij) met zijn (of haar) eigen ogen kunnen nagaan wat er van de in 1896 beloofde wonderheden uiteindelijk terecht gekomen is. Of liever niet terecht gekomen.

M. VAN WESEMAEL

NOTEN (1) Bij K.B. van 30 maart 1841 werd de toestemming verleend tot de verbreding van het Larnmerstraatje. De bouw van de brug die geroepen was de verbinding van het Station en de St.-PietersWijk tot stand te brengen, werd toevertrouwd aan de Luikse ingenieur Charles Marcellis. Volledig in gietijzer gebouwd kwam

337


het kunstwerk gereed in sept. 1844. Naar de familienaam van de constructeur noemde men de brug van meet af aan Marcellisbrug. Naar het gebezigd materiaal Ijzeren Brug. Deze nu niet meer passende naam ligt evenwel nog steeds op de lippen van menig vergrijsde Gentenaar. Aldus kwam één metalen brug de 28 houten en de 42 stenen bruggen vervoegen. De IJzeren Brug hield het uit tot 1864. Ze werd vervangen door een (eerste) stenen. (2) Een tichel van 60 cm zijde bracht de volgende boodschap :De laetste steen der plaets door Gent aen Artevelde toegekend. De rest wordt in het Frans voortverteld : Pavement de la place Artevelde achevé le XX janvier · MDCCCXLVI. (3) Toen ruim 10 jaar geleden grondwerken uitgevoerd werden in verband met de aanleg van de oprit van de E3 ging men op twee plaatsen over tot het doorboren van de gemetselde overwelving van het Oud Scheldeken. Een opening werd gemaakt aan de rand van de G. Callierlaan; een tweede een 15tal m verder, ongeveer op de hoogte van de Crevelstraat. Wat men met het maken van die openingen op het oog had heb ik niet kunnen snappen. Als · men verwachtte op een nog bruikbare riolering te botsen kwam men van een kale reis thuis. Want noch water noch slijk waren er in de tunnel te bekennen maar wel een steenharde klomp matene die bijna tot tegen de zoldering reikte. Met man en macht poogde de ene ploeg werkvolk na de andere om een weg te banen door die weerbarstige massa zwartigheid. Allemaal verloren moeite. Uiteindelijk zag men zich verplicht beroep te doen op een - naar mij verzekerd werd - extra gespecialiseerde Brusselse firma die er dank zij de aanwending van zwaar materiaal de bodem van de sedert de aanleg van de spoorweg opgedoekte rivier te ontbloten. Ik vermoed dat men het daarbij gelaten heeft. In ieder geval werden de gemaakte gaten met grote platte stenen afgedekt. (4) Ferdinand vander Haeghen. Gent 1830 -Gent 22.01.13. Iemand die een plaats verdient in de Galerij der grote Gentenaars. Nog gewoon bibliothecaris zijnde van de Universiteitsbibliotheek vergastte hij de intellectuele wereld op een inventaris der sedert de uitvinding van de boekdrukkunst te Gent gedrukte boeken en andere drukwerken. Een lijst die 7 dikke delen vullen (1856-1869) en door iedere belangstellende overbekend is en nog steeds gebruikt wordt : Bibliographie gantoise I Recherches sur la Vie et les Travaux des Imprimeurs de Cand. Vanzelfsprekend is het monumentaal werk (van 1869 tot 1879 !) fameus onvolledig geworden. Om voor de hand liggende (financiële) redenen is de uitgave van een lijvig, door menigeen begeerd bijvoegsel niet voor morgen, zelfs niet voor overmorgen. In het zelfde jaar 1869 werd hij benoemd tot hoofdbibliothecaris, een ambt dat hij gedurende 42 jaar vervulde (tot zijn 81ste levensjaar). Wijlen Prof. Dr. R. Apers getuigt in zijn "Schets eener geschiedenis der Universiteit van Gent" : Vander Haeghen maakte van de Bibliotheek de tweede Bibliotheek van het land (de eerste de Koninklijke Bibl. zijnde. Een gelijkluidende loftuiging lezen we op de herdenkingsplaat die op een der gevels van de toenmalige Bibl. aangebracht werd (nu Stadsbibliotheek). (5) Tekenaar-schilder-etser-schetser-lithograaf-aquarellist Armand Heims (18561938) hoef ik u niet voor te stellen. Er was geen tak van de grafiek aan te wijzen of Heins toonde er zich een meester in. Hij achtte zich niet te min om zijn naam onder gelegenheiddrUkwerkjes te zetten. Bovendien hanteerde hij

338


schrijfpen even gezwind als d~ naald, het penseel, het potlood. Het Museum voor Volkskunde bezit een merkwaardige verzameling werken van zijn hand. (6) Zie bijlage. (7) Het was krachtens die vrijheidsbrief dat Gent het recht verwierf zijn grondgebied en de poorters hun huizen te versterken. BIJLAGE Het kan nauwelijks anders of de alles behalve fiere Arteveldeszoon heeft zich laten inspireren door degenen die een kleine dertigjaar voordien het Belfort een lot beschoren hadden dat we zelfs het onooglijkste bouwsel niet zouden durven of willen toewensen. In de gemeenteraadszitting van 4 oktober 1869 waser-ik veronderstel voor de eerste keer in de geschiedenis - sprake van een mogelijke verbreding van de SintJ ansstraat. (Ja, ja, toen reeds !) Het gemeenteraadslid De Coster herinnerde aan de commissievergadering waarop de verbreding te berde gebracht was : het straatje zou een breedte krijgen van 9m, misschien wel van 12. De achtbare heer Guequier merkte op dat die verbreiding het slopen van een zeker aantal huizen noodzakelijk zou maken. Wat niet opging, meende de man, aangezien voor dat werk ... geen kredieten voorzien waren. Van die inderdaad steekhoudende, dus intelligente, opmerking maakte een van zijn collega§ een dankbaar gebruik om ZIJN "persoonlijke" visie over het geval wereldkundig te maken. Luister in welke toonaard beide vertegenwoordigers van het volk hun eensluidend duet ten gehore brachten. We wachten ons angstvallig der heren proza te vertalen : zo gevat en zo pittig zijn hun betogen dat het doodzonde ware die een ander kleedje aan te trekken. De heer Guequier : Je trouve absurde l'élargissement de la rue à 9 m seulement, niais d'un autre cöté je trouve mauvais l'élargissement à 12 m parce que l'état de nos finances ne nous permet pas une telle dépence. Ensuite, Messiers, pourquoi élargit-on ?·Pour avoir un passage à cöté d'une TOUR QUI TOMBE EN RUINE. Die onbezonnen en voor een bewindsman onwaardige taal neemt de meerderheid · niet. Ook het College niet dat bij monde van de heer burgemeester, K. de· Kerchove, heftig protesteert. Het enige dat de spreker te zijner verdediging kan inbrengen is slechts een mager beestje: Nous n'osons pas le dire mais c'est comme cela. Zijn vriend en partijgenoot, de heer De Coster voornoemd, durft dat wel. De heer De Coster : Moi, j'ose le dire et si cela ne dépendait que de ma volonté, JE PERAIS ABBATRE CETTE FAMEUSE TOURquine mérite pas d'être conservée au point de vue l'art. De heer Guequier : On a discuté dans le conseil et cela bien avant nous le point de savoir si oui ou non IL PALLAlT ABATTRE CETTE TOUR; De heer Burgemeester : 11 n'y a eu qu'une voix en faveur de cette proposition. De heer Guequier : La voix de J acquemyns ! Nous voudrons tous, j'en suis persuadé qu'un beaujour LA TOUR TOMBE SANS FAIRE DE MAL A PERSONNE. Ook die onzinnige uitlating vindt de vergadering al te gortig zodat de heer burgemeester zich verplicht ziet de achtbare spreker tot de orde te roepen. Deze schijnt warempel op zijn praatstoel te zitten want ...

339


De heer Guequier : La tour du Beffroi pouvait avoir une nécessité dans Ie temps, mais aujourd'hui ELLE N'A PLUS LA RAISON D'ETRE. Je crois que nous ne devons pas sans necessité conserver à Gand cette VIELLE BICOQUE qui sera une souree continuelle de frais pour la ville qui (het Belfort, niet de stad) n'a plus aucun caractère de beauté et qui n'a plus rien de primitif depuis qu'on y a placé cette espèce de calorifère en guise de toiture. De voortvarende, malafide heer Guequier mocht nog zo'n overschot van gelijk gehad hebben als hij betoogde dat uit het oogpunt van de kunstgeschiedenis het Belfort geen schoolvoorbeeld was esthetica en stijleigenaard.igheid. Inderdaad stond een-banale ijzeren kap als een tang op een varken op een lompe maar onbetwistbaar authentieke brok gotisch bouwwerk. Inderdaad was de op 26 oktober 1853 voltooide 260000 kg wegende torenspits van meet af aan een doorn in het oog van al degenen die, of ze kunstenaars, schrijvers, acadèmici of doodgewone lui waren, de "zotskap" zoals de Vlaamse jurist-dichter-joumalist-historicus-uitgever Jullus Vuylsteke de inmiddels aan het roesten gaande massa ijzer zeer oneerbiedig betitelde. Natuurlijk geen reden om het kind met het badwater weg te gooien zoals zijn Franssprekende tegenstanders aanraadde te doen. Mocht u nemen dat men na het beslechten van het betreurenswaardig incident een kruisje gezet heeft over het geval, dan gooit u de ballelijk mis. Want precies anderhalf jaar na het zoëven gerapporteerd voorval maakte de ons reeds goed bekende heer De Coster zich niet weinig belachelijk toen hij het nodig achtte de oude blijkbaar niet verdronken koe uit de sloot te halen. Op 12 april1871 vergaderden de verenigde commissies van Openbare Werken en Financiën om een voorstel van het College te bespreken behelzende het toekennen van de nodige kredieten inzake de uitvoering van buitengewone werken. Van de voorgestelde 171000 F zouden 25000 F gebruikt worden voor herstellingen aan het Belfort uit te voeren. De heer De Coster willende bewijzen wat voor een paardegeheugen hij bezat zou eens uit de doeken doen hoe hij het Belfort onder handen zou nemen. De heer De Coster :Je voterai les 4 premiers crédits demandés (met name 4 op de 69) mais je ne voterai pas celui de 25000 F demandé pour l'achèvement des travaux de restauradon au Beffroi, ]'ai voté les crédits demandés antérieurement (1869) et j'ai exposé alors I' avis que Ie Beffroi N'ETAIT EN VERITE PAS UN MONUMENT, que Ie Beffroi ne vous rappelait pas précisément les époques les plus glorieuses de l'histoire de la Flandre. Daarmee was de kous voor goed af, doch dank zij de manhaftige houding en kranige taal van dezelfde Jullus Vuylsteke. BIBLIOGRAFIE Bouwen door de eeuwen heen. Inventaris van het Cultuurbezit in België. Architectuur. Deel4 na. Stad Gent, 1976. Clemtre (Clem. Trefois), Het Belfort ontsnapte in 1869 aan de slopershamer, Het Volk, 04 11 52 V. Fris, De historische Persoonsnamen der Straten van Gent. V. Fris, Les Accroissements et les Transformadons de la Superficie batie de Gand au XIXe siècle, in Bull. Gesch. en Oudhk., 1920 K. Kluyskens, Gent en zijn Burgemeesters, De Gentenaar, april-mei-juni '66 Stad Gent, Werken aan het Belfort, 1979

340


M. Steels, Gent in 18 .. , in Ghendtsche Tydinghen, 1975, ..... Eigentijdse Kranteartikelen Fr. van Tyghem : Het Stadhuis van Gent; Brussel; 1978 Gemeenteblad

BEELDHOUWER LEON SARTEEL HERDACHT Van 2 tot 14 september jl. ging in de Galerie Vyncke-Van Eyck een retrospectieve tentoonstelling door gewijd aan een van de knapste Gentse beeldhouwers. Op 31 augustus had de BRT in zijn televisieprogramma "Zomeragenda" reeds een 40-tal beeldhouwwerken van deze kunstenaar laten zien. Het was een gelukkig idee eens opnieuw de aandacht te vestigen op de ftguur van Leon SarteeL Wij vermoeden dat heel wat mensen Sarteel pas zullen ontdekt hebben op deze retrospectieve. Het is immers al 3 7 jaar geleden dat hij overleed .en het is dus in zekere zin normaal dat de naam Sarteel weinig of niets zegt aan de huidige generatie. Er wordt bijna nog dagelijks geschreven over overleden Vlaamse kunstenaars en wanneer men dat allemaal leest, dan krijgt men¡ toch de indruk dat Leon Sarteel een man is die sterk onderschat wordt. Anderen, veel minder begaafd dan hij, zijn nu nog beter bekend. Sarteel was misschien te nederig, misschien een te beschaafd artiest om veel lucht te verplaatsen en om zichzelf te verkopen. Wat er ook van zij, voor mensen met een beetje kunstgevoel zal hij een van onze grootste beeldhouwers blijven. Leon Sarteel werd geboren te Gent op 2 october 1882 als zoon van een meester-kleermaker. Hij was de 3e uit een gezien van 6 kinderen . . Kunst was voor hem geen late roeping, het zat er van jongsaf in en reeds als 12-jarige vinden wij hem in beeldhouwersateliers waar hij de techniek van het houtsnijden leert. Hijwerkte een tijdje in het atelier van Aloïs de Beule waar hij al spoedig opgemerkt wordt. Talent is heel goed, maar een basisopleiding kan toch nooit kwaad. Leon woont naast het St.-Lucas-Instituut en het is dus heel normaal dat hij daar belandt en er 3 jaar zal studeren. Hij zet dan zijn studies verder aan onze Academie voor Schone Kunsten waar hij o.m. Jan Delvin en Jules Van Biesbraeek Vader als leraars heeft. Na schitterende studies behaalt hij er de Zesjaarlijkse Prijs "Laureaat van de Beeldhouwkunde" : 3000 fr. te verdelen over 3 jaar. Dit voor die tijd zeer aanzienlijk bedrag zal hem toelaten zich geduren341


de 3 jaren volledig te wijden aan zijn kunst in het atelier dat hij zich ingericht heeft in St.-Denijs-Westrem. Zijn eerste officiĂŤle tentoonstelling is de deelname aan het Driejaarlijks salon van Gent in 1909 met 3 werken, waaronder "De Redenaar" die onmiddellijk inslaat en die een van zijn bekendste werken zal blijven (het was te zien in de Galerie Vyncke). Van dan af gaat het ononderbroken verder. Door de Staat werd hij uitgenodigd deel te nemen aan tentoonstellingen te Rome, VenetiĂŤ, Milaan, Barcelona, Budapest, Parijs, Amsterdam, Montreal, enz. Het zou te veel plaats vergen om hier al de salons te vermelden waaraan hij deelnam, om al de werken te i::iteren die hij schiep. Wij moeten ons dus beperken tot een vluchtig en uiterst onvolledig overzicht. Sarteels werken zijn uitgevoerd in brons, gips~ terracotta, hout, Franse steen, marmer, graniet. De meeste van zijn werken bevinden zich in particuliere verzamelingen. In 1915 krijgt hij opdracht om voor het Kasteel Borluut 2levensgrote beelden te maken in Franse steen : "Flora" en "Pomona". Zij bevinden zich nog steeds op de pui aan de voorgevel van het kasteel (nu Stedelijke Dienst voor Culturele Animatie). Het is ook in 1915 dat hij terugkeert naar Gent en dat hij zijn atelier installeert in de Luxemburgstraat 7. In 1919 koopt de Stad Gent zijn "Kop van Kunstschilder Callewaert". In 1921 bestelt de Universiteit het bronzen borstbeeld van Professor J. Boulvin dat zich bevindt in het perystilium in de Volderstraat. In 1922 ontstaat het bronzen beeld "Soldaat Van den Kerckhove" dat op het Campo Santo staat. Ditzelfde jaar treedt hij in het huwelijk met Anna Pirsens en gaat hij zich v~stigen in de Nieuwe Wandeling 9. Later gaat hij wonen in De Spiegelhofstraat 68. De creatie gaat onverminderd verder en er is geen gebrek aan kopers : Museum van Gent (5), Musea in Brussel, Antwerpen, Doornik, Elsene,. St.-Niklaas, enz. Kerkhoven in Gent, Latem, St.-Amandsberg. In 1929 koopt Sarteel een perceel bouwgrond in de Vaderlandstraat en bouwt er een eigen huis met atelier (nu het Nr. 142). In 1931 maakt hij een marmeren borstbeeld van Ere-Directeur Mathieu (Conservatorium van Gent). In 19 34-19 3 5 maakt hij de levensgrote vrouwenfiguur "Vrouw van deze Tijd" voor de Rozentuin van de Wereldtentoonstelling van Brussel van 1935. In 1937 werd er een grote individuele tentoonstelling Leon Sarteel gehouden in het Paleis voor Schone Kunsten te Brussel. 342


Dat onze bewondering voor Sarteel niet gebaseerd is op een soort Gents chauvinisme wordt duidelijk wanneer wij nagaan hoe over hem geoordeeld werd in het buitenland. Wij beperken ons tot een paragraafje uit de "Revue du Vrai et du Beau" 1923 van Parijs :. "Sa "Tête d'Homme" du Salon de 1'Automne est un moreeau de maître. Dans sa façon dont les plans sont indiqués, dont la lumière joue sur la forme, dans les autres délicatesses du modèle, dans l'analyse justement maintenue, dans une vision d'ensemble, on reconnaît toutes les qualités d'un très grand sculpteur. La Belgique possède en Léon Sarteel un artiste de tout premier plan ... " Leon Sarteel overleed in zijn woning in de Vaderlandstraat op 2 mei 1942. Zijn weduwe, die hem 20 jaar zou overleven, heeft al die tijd geijverd om een representatieve verzameling van zijn werk in stand te houden. Sarteel had 1 zoon en 2 dochters. Zijn zoon, Leon Jr., zelf een beloftevol kunstenaar, overleed hel;ta.S op 23-jarige leeftijd. Zijn 2 dochters leven nog. Een ervan bewoont het huis in de Vaderlandstraat waar zijn atelier nog steeds is •.. en tal van zijn werken. H.C.

MER JOOS VAN GHISTELE, DE GROTE REIZIGER Joos van Ghistele werd geboren te Gent in 1446. Zijn vader Gerard van Ghistele was schepen van Gent in 1441 en werd in 1449 benoemd. door hertog Filips de Goede tot groot-baljuw van Gent. Een botsing tussen de politiek van Filips de Goede, die de vorstelijke macht wilde versterken en de politiek van·Gent, dat wenste de gemeentelijke vrijheden te behouden was onvermijdelijk. Toen Gent in 1447 weigerde gevolg te geven aan het verzoek van de hertog een belasting van 18 groten per zak zout te heffen ten voordele van de hertog, was de breuk tussen hertog en de stad Gent volledig. Gerard van Ghistele koos natuurlijk de partij van de hertog en werd door de stad Gent verbannen (zie Fris blz. 115 ). Gerard van Ghistele verbleef nu op zijn kasteelMoerein Zuiddorpe (in Zeeuws Vlaanderen ten zuiden van Axel). In 1477 zal Gerard van Ghistele opnieuw lid worden van de schepenbank te Gent. De jonge Joos van Ghistele verbleef aan het Bourgondisch hof en werd 343


er ridder geslagen in 14 77. De tijden van de kruistochten waren allang voorbij. (Zesde kruistocht 1248-1254 en zevende kruistocht 1270 beide geleid doorLadewijk IX of Ladewijk de Heilige van Frankrijk). Toch bleef er nog een verlangen J erusalem van de Turken te bevrijden. (poging in 1396 waaraanJan zonder Vrees deelnam). Hier kunnen we ook herinneren aan de Fazanteneed van Filips de Goede in 1454 te Rijsel. In de vijftiende eeuw werden in de adellijke milieus reizen naar het Heilig Land een modeverschijnsel met als gevolg reisbeschrijvingen vol wonderlijke verhalen. Dit was mogelijk door de zeer gebrekkige kennis van de aardrijkskunde en de geringe taalkennis. Herinneren we ook aáll de wonderlijke verhalen over Johannes de Presbyter, in de Middeleeuwen ook genoemd Pape Jan, die volgens de overleveringen een Christelijk. vorst was, die in de 12° eeuw over een rijk in Oost-Azië regeerde; in de dertiende eeuw ging deze sage over naar Abessinië. Joos van Ghistele moet zeker reisverhalen hebben gelezen. In 1481 besluit hij samen met de kapelaan Jan van Quisthout van Hulst een reis te ondernemen naar Palestina. Een reis in die tijd vergde natuurlijk heel wat voorbereiding (o.a. aankopen van reisbrieven of kredietbrieven bij Lombarden : alzo moest minder geld worden mede genomen, want de wegen waren onveilig en kon men toch alzo over het nodige geld beschikken. Vergelijk met de huidige Traveliers checks. Onze reizigers vertrokken uit Zuiddorpe op 15 september 1481 en·kwamen eerst nog naar Gent om wat inkopen te doen; van hier ging de re~ over Aken, Keulen naar Rome. De lange reis duurde drie jaar en negen maand; pas in de zomer van 1485 waren onze reizigers terug te Antwerpen. De lange reis wordt .beschreven in het boek : "Voyage van MerJoos van Ghistele oft anders: 't excellent, groot, zelzaem ende vremd voyage, ghedaen bij wij~ lent, edelen ende weerden heere Mher Joos van Ghistele, in zijnen levene, riddere, heere van Axele, van Maelstade ende van den Moereen tanderen tijden viermaden voorschepene van Ghendt; traeterende van veelderande wonderlicke ende vreemde dijnghen, gheobserveerd over d'zee in de landen van Sclavonien, Griecken, Turckien, Candien, Rhodes ende Cijpers, voorts ooc in den lande van beloften, Assirien, Arabien, Egypten, Ethipien, Barbarien, Indien, Perssen, Meden, Caldeen ende Tartarien : met der ghelegenthede der· zeiven landen ende meer andere plaetsen, insulen, ende steden van Europen, Asien en Affrijken." Het manuscript was in handen gekomen van Filips van Liederkerke, 344


die gehuwd was met een kleindochter van Joos van Ghistele en werd gedrukt te Gent bij HenriVan den Keere wonende in de Onderstraat, in het oud huis van de drukker Josse Lambrecht. Een eerste uitgave verscheen in 1557, een tweede in 1563. Een derde uitgave verscheen in 1572 uitgegeven door wed. G. Van Salenson te Gent, maar gedrukt te Antwerpen. Het reisverhaal bevat acht boeken(= hoofdstukken). In het eerste boek geeft de schrijver wenken in verband met éle reisvoorbereiding, over het voedsel, de kledij en enkele inlichtingen over de bevolking van de te bezoeken streken (Mohammedanen, Nestorianen, Grieken, Jacobieten, Armeniërs, Joden). In het tweede boek komt het verhaal van de reis langs Rome, Venetië, Albanië naar Jerusalem. Soms trekt men met andere reizigers verder. In het Heilig Land rijdt men met ezels en bezoekt Betlehem, de Dode zee, Hebron. In het derde boekgaat de reis van Gaza door de woestijn naar Egypte, per schip trekt men naar Alexandrië en onze reizigers bezoeken nog Kaïro en Heliopolis. Als gids hebben ze een mammeluk. In het vierde boek gaat de reis over de Rode zee naar Arabië; onze moedige reizigers·hebben een tolk aangeworven en vergezellen een karavaan. Na een tocht langs de berg Sinaï e~ het koninkiijk Aden wordt teruggekeerd naar Alexandrië. Er wordt van hier vertrokken in het vijfde boek om een bezoek te brengen aan Cyprus en verder tot Syrië. In het zesde boek wordt Syrië en Antiochië bezocht; op sommige plaatsen kunnen onze reizigers logeren bij Venetianen, die hier verblijven voor hun handelszaken. In het zevende boek gaat de reis nog verder naar Perzië en wordt de Tigris afgevaren. Over Cyprus wordt teruggekeerd naar Constantinopel. Het achtste boek vertelt de terugkeer, echter niet langs de kortste weg·: men trekt langs Kreta, Lepanto, Malta, Tunis, Genua. Van hier wordt te paard gereden naar Venetië en nu naar Vlaanderen over Bazel en Keulen naar Antwerpen, waar onze reizigers aankomen in de zomer van 1485. Waarom deed J os van Ghistele deze lange, moeilijke en· gevaarlijke reis ? Volgens het voorwoord van de drukker werd de reis gemaakt "uut puurder devotiën" en om beter deze nog wel weinig bekende streken te leren kennen. Na zijn terugkeer werd Joos van Ghistele lid van de schepenbank te Gent en in 1492 werd hij groot-baljuw. (Fris blz. 149) Hij overleed vermoedelijk omstreeks 1520. Het reisverhaal vati Joos van Ghistele is een van de nauwkeurigste uit die tijd, maar was weinig bekend door de gebruikte taal. M.VANBERGEN 345


NOTEN (1) A.G.B. Schayes: Notice sur un ouvrage flarnand rare et curieux intitulé ... ; in "Messager des sciences et des arts" 1836. (2) Ferd. Vanderhaeghen: Bibliográphie gantoise. Deel I blz. 162. (3) Jules de Saint-Genois: Les voyageurs belges du XIII 0 au XVII 0 siècle. (4) P. Dieleman: De Groote ReizigerMerJoos van Ghistele. (1932) (5) Een heruitgave van het reisverhaal verscheen in 1936 • Aug. Vanhoutte: Voyage naar den Lande van belofte. Joos van Ghistele (Antwerpen 1936).

PUZZEL 1979 Het gebruik van geheimschriften is zo oud als de schrijfkunst zelf. Alle groten der aarde, vooral als ze met oorlogvoering te maken hadden bezigden geheimschriften om met hun officieren te corresponderen. Van eeuw tot eeuw werden die geheimschriften moeilijker op te lossen door de vijand. Een van de oudste stelsels, dus de eenvoudigste, bestond erin AL de letters waarin een gecodeerd bericht (code) bestond met een overeengekomen aantal plaatsen in het abc op te schuiven. Hoe groter het door dat aantal cijfers_gevormd getal was (sleutel) hoe moeilijker de oningewijde het had om de code te klaren. Onze puzzel is gebaseerd op dat stelsel met dien verstande dat de puzzelaar zelf de sleutel(= hoeveel plaatsen iedere letter dient opgeschoven te worden) moet uitvinden. Die sleutel, bestaande- uit 52 cijfers, bekomt hij als hij al de jaartallen vindt door de 13 omschrijvingen aangogeven : 1438 1538 1612 ... Onder de 52letters van de code moeten de 52 cijfers van de sleutel geplaatst worden en elk van de letters met zoveel plaatsen op te schuiven als aangeduid door de cijfers. Het spel kan moeilijk schijnen, het is veeleer ingewikkeld. Een-voorbeeld moge de werkwijze verklaren: Meegedeelde code : S D X J 0 0 U B Z Q Gevonden sleutel: 3 .1 7 2 4 6 8 1 5 2 Oplossing : S+3= V D+l= E X+7 = E enz.

Code van de puzzel VWFKDMYLOSRCHAWBNKGIFHGQDKC BMVWNSMEZSZQLJWIFAXXPZQDE Sleutel 1. In dit jaar stierf dokter J. Guislain 346


2. In dit jaar logeerde A. Dürer in de Rode Hoed 3. zag A. van Lokeren die deruïne van de Sint-Baafsabdij redde, het levenslicht 4. begon men de overdekte Vismarkt te bouwen 5. sneuveldeW. Wenemaer bij Deinze 6. verwoestte een brand een groot gedeelte van de stad 7. werd Keizer Karel VI op de Vrijdagsmarkt ingehuldigd 8. werd 0. de Gruyter te Gent geboren 9. werd Artevelde vermoord 10. legde men de eerste steen van het Stadhuis (gotische ged.) 11. werd E. Braun geboren 12. trok het opgehitste volk het houten standbeeld van Keizer Karel V omver 13. overleed de Gentse schilderS. Bening OPGELET: al de antwoorden zijn te vinden in de jaargangen '78 en· '79 van G.T. Onze quizmaster vond er zijn behagen in iets· als een retrospectieve te houden van de puzzelaars(sters) die sedert '73 een of meer puzzels correct opgelost hebben. Hij plaatste hun namen op een rijtje om te kunnen uitvissen wie de hoogste score behaalden. Mevr. D. SARTEEL schoot de opperste gaai af met 5 punten op 6. De heren deden het niet slechter maar ook niet beter aangezien de Heer P. Decaluwe zorgde iD.derdaad :voor een eervol ex aequo. Tot ziens op 1 jan. en 1 maart 1980.

BIBLIOGRAFIE 1. De St.-Michielskerk te Gent door Berten De Keyzer. Ter gelegenheid van het beëiiidigen van de restauratiewerken aan de St.-Michielskerk, die duurde van 1.4.1972 tot einde 1978 werd tijdens de Gentse feestweek in de kerk een tentoonstelling ingericht en verscheen bovengenoemde brochure. Het boekje, tellende 94 blz. (prijs 150 fr.) is keurig uitgegeven en rijkelijk geïllustreerd. Het eerste hoofdstuk brengt ons een beeld van de geschiedenis van de kerk. In het tweede hoofdstuk krijgen we een beschrijving van de talrijke kunstwerken. Tevens verscheen een Catalogus van de Tentoonstelling "Sint-Michielskerk. Kerkschat en Iconografie" zeer nuttig voor de belangstellenden in de iconografie van de Sint-Michielskerk.

347


2. Tijdens de Gentse feestweek werd een deel van het Belfort en het Stadhuis voor het publiek opengesteld. Op het Stadhuis was er tevens een tentoonstelling "Oude en Nieuwe Kant" opgebouwd door Mevr. Gysseling-Lybaert en de Mattekesclub. Deze initiatieven wekten de grootste belangstelling (meer dan 20 000 bezoekers). De bezoekers ontvingen kosteloos de volgende brochures: Werken aan het Belfort Werken aan het Stadhuis Het Stadshuisbeeld door de eeuwen heen (Historische iconografie van het Gentse stadhuis) De drie brochures behandelen zeer degelijk de geschiedenis van het Belfort en het Stadhuis. Een bemerking: in 1866 bezocht koning Leopold 1I Gent en niet koning Leopold I (nr. 39,40 en 41). 3. In het Museum Arnold Vander Haeghen (Veldstraat) werd een tentoonstelling "Britten en Amerikanen te Gent. Het Vredesverdrag van 1814" ingericht. Door het Stadsbestuur werd een catalogus uitgegeven (prijs 10 fr.), die ons toelaat de gebeurtenissen op de voet te volgen. 4. In "Toerisme in Oost-Vlaanderen" (mei 1979) verscheen een artikel "Vioolbouwers in Oost-Vlaanderen vroeger en nu), dat ons een overzicht geeft van de Gentse vioolbouwers vanaf de 16de eeuw tot heden.

5. L: Hoste: De ontplooiing van het Gentse Poppenspel na 1944 (in: Oostvlaamse Zanten 54° jaargang nr. 3) Studie van niet minder dan 28 Gentse poppenspelen. 6. Vijfde Nationaal Kongres voor Industriële Archeologie, Textiel (Gent 26-27 november 1977) Het boek brengt ons 27 referaten, die voorgedragen werden op voornoemd kongres. Een achttal referaten staan in onmiddellijk verband met de geschiedenis van Gent. Belangstellenden in de Gentse geschiedenis moeten het boek zeker lezen. Het artikel "Van fabriek tot hotel" in verband met de gewezen textielfabriek in de Korianderstraat vinden we weinig realistisch. Het voorwerp van de nochtans grondige studie vanG. Desseyn over "Rechtstreekse invloeden der Gentse textielindustriëlen op de 19° eeuwse stadsontwikkeling: bedrijfsinplantingen en arbeidershuisvesting en openbare architektuur" kon ook van andere zijden worden belicht, waardoor de auteur tot een meer genuanceerd besluit zou gekomen zijn. 348


TE GENT 1. Op zaterdag 11 augustus 1979 vie.rden de Cisterciënzerzusters van

Gent, bekend als de Zusters van de Bijloke, het 7 50-jarig bestaan van hun kongregatie. De Zusters zijn werkzaain in het Burgerlijk Hospitaal en in het Academisch Ziekenhuis en besturen ook de klinieken Toevlucht van Maria (gesticht in 1878) en Maria Middelares (gesticht in 1934). De Zusters leven volgens de stelregel van Benedictus: "ora et labora". (zie De Gentenaar van 11 en 13 augustus 1979). Zevenhonderd vijftigjaar geschiedenis. Zeker een unicum in ons land. 2. Bij graafwerken aan de Begijnhoflaan voor het aanleggen van collectoren werden funderingsmuren alsook grafstenen van de 14° en 15° eeuw blootgelegd.

STEUNFONDS 1979 Generale Bankmaatschappij 1000 Fr- H. Collumbien, Mw DilewynsAcke L. 500 Fr- J. Van Bocxstaele, M. Stepman, J. Koninckx 300 FrA.J. Impens, L. De Rammelaere, L. Elderweirt, E. Priem 200 Fr -Mej. R. De Porre 250 Fr- Mw M. Den Tandt, E. Van Hoorde, L, De Graeve, J. D'hont, Th. De Smet, G. Veeckman, P. De Cramer, C. Block, Mw Den Dooven, Mw Torrekens, P. De Caluwé, F. Saccasyn, W. Willaert, A. Baert, H. De Graeve, L. Merchiers, M. Baecke, C. Vanden Berghe, G. De Backer, R. Wallaert 100 Fr- J. Brun, P. De Pue, A. De Pauw, R. De Geyter, J. Van Waesberghe, G. Portie, G. Van Damme, R. Verbeke, L. De Potter, C. Vandenberge 50 Fr.

BESCHERMLEDEN 1979 Mw De Staute - De Loore 2000 Fr

STEUNENDE LEDEN 1979 Franklin Goethals Alfred Annez Cecile Nevejans

500 Fr 500 Fr 500 Fr

Willy Minnebo Anne Cocriamant Paul De Coninck

500 Fr 500 Fr 500 Fr 349


Cécûe Hanus Patriek Lafontaine Jacques Verdonck Marcella Cottinie Jacques De Backer

500 500 500 500 500

Fr Fr Fr Fr Fr

Roger Brullez-d'alviella Kredietbank Gent Dr Henri De Poorter Noordstarfonds v.z.w.

500 500 500 500

Fr Fr Fr Fr

AANVULLENDE LEDENLIJST 1485. Braekman A. Zenobe Grammestraat 71 9110 Sint-Amandsberg 1486. Caluwaerts A. Waterstraat 133 9110 Sint-Amandsberg 1487. Dr. Hublé Fr. Hoogbouwplein 16 9060 Zeizate 1488. Haeck H. Rooigen:J.aan 127 9000 Gent 1489. Vanlathem E. Prof. J. Schfantstraat 121 9000 Gent 1490. RoothooftM. Hooistraat 20 D 9210 Heusden 1491. Mw Van Belle 0. Antwerpsesteenweg 256 9110 Sint-Amandsberg 1492. De Buck R. Hip. Lammensstraat 94 9000 Gent 1493. Mw Lully Y. Schoenerstraat 22 9000 Gent 1494. Mw Vermeire M. Koning Albertlaan 53 9040 Oostakker 1495. Mw Raes D. Mercatorstraat 16 9000 Gent 1496. Dorpels M.L. Stoppelstraat 78 9000 Gent 1497. Viane A. Kon. Boudewijnlaan 14 9040 Oostakker 1498. Ceurtvriend J. Kon. Astcidlaan 149 bus 2 9000 Gent 1499. Van Crombrugge P. Pacifi.catiestraat 47 9218 Ledeberg 1500. Fonteyn Y. Eedstraat 13 9731 Eke 1501. Dr. Thiery E. Baron Arthur Verhaegenstraat 16 9000 Gent 1502. Van Vooren L. Overpoortstraat 112 9000 Gent 1503. Van Laecke Scheeplosserstraat 154 9000 Gent 1504. Sieben G. Kon. Albertlaan 124 9000 Gent 1505. Van Melle Ph. Kalandenstraat 12 9220 Merelbeke 1507. Dr. Thiery L. Aande Bocht 5 9000 Gent 1508. Van Hoecke G. Kortrijksesteenweg 691 9000 Gent 1509. Vervliet L. Keizer Karelstraat 28 9000 Gent 1510. Vanheyste E. Noormanstraat 63 9000 Gent 1511. Geeraerts H. Jan Furnièrestraat 25 9219 Gentbrugge Erratum

1426. Dr. Kluyskens J. Collegelaan 36 2200 Borgerhout

350


VERLORENBROODSTRAATJE 'T is toch wel een affaire Hoe 't hier nu gaat in Gent Zie 'k zeg het wel niet geern Maar 'k ben geen zier kontent Ze doen zij wat zij willen Die heeren van den Raad 'T kan hulder al nie schillen Al zetten wij op straat

Refrein Ach heere God, wat droevig lot Mijn neering is kapot Niets meer in mijnen pot Zie 'k word er nog van zot Ach heere God, wat droevig lot. Mijn neering is kapot Ja 't is met mijn bestaan Nu radikaal gedaan 2e KOEPLET 'T is geen onnoozel praatje Want 'k zegge wat ik meen 'T Verlorene broodstraatje Stond ook op hulderen teen 'K bewoonde daar sinds jaren Ne kelder wel te vrĂŞe Wat ben ik daar goed gevaren Daar was dikwijls kadĂŠ

Refrein 3e KOEPLET Ging iemand op zijn lappen Hij kwam naar 't straatje toe Dan was het schenken tappen En buizen 'k weet niet hoe En was er soms ne vetten Alleen in mijn eauvent Dan had 'k de meeste prette En 't liefste amusement

Refrein Noot : Lied.gezongen in een revue in het circus. In 1896 werd de Verlorenbroodstraat verbreed en werd een nieuwe brug gebouwd.


INHOUD 1979 4 1. Gent in 1862 2. Gent in 1863 SS 3. De inhuldiging van het standbeeld van J acob van Artevelde 80 4. Gent in 1864 llS S. Gent in 186S 178 6. Gent in 1866 231 7. De Cholera-epidemie van 1866 2SO 8. De Volkstelling van 1866 2S9 9. Gent in 1867 289 10. De Gentsche Vleeschhouwers aan het woord 2S 11. Een en ànder over doolhoven 93 12. De Gentse Napoieonisten en hun buitennissige uitvaart.; gebrUiken · · 138 13. Een en ander over de._klókken van het Belfort 199 14. Hoe het Burgemeester Braunplein en het Sint-Baafsplein tot stand kwamen 316 1S. Waarom een Liefdadigheidswerkplaats niet werd opgericht 219 in 1806 16. H~t Hotel de Nockere 223 17. Rivieren en Kanalen te Gent 26S 18. De Kunstenaarsfamilie de Vigne te Gent 46 }9. Felix de Vigne 274 20. MerJoos van Ghistele, de grote reiziger 343 21. Beeldhouwer Leon Sarteel 341 Liederen 22. Geen Werk (1862) 3 23. Het Gentsch Bier (1862) 24 24. De Jongens van Gent of 't Volk van Artevelde 76 2S. Nieuw Liedeken 277 226,279 26. Straatnamen so, 174,228 27. Vraag en Antwoord 110,227,234,349 28. Te Gent S2,110,170,22S,280,347 29. Bibliografie 30. Aanvullen Ledenlijst S2,112,17S,230,3SO 346 31. Puzzel1979 352


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.