ARCHITEKST
ARCHITEKST BEWEGING EN SYMBOLIEK
JUNI 2017 • BEWEGING EN SYMBOLIEK • • JUNI 2017 •
Content 4
Een interview met:
Charlotte Louter 6 Het woord:
Symboliek 8 Artikel:
Is een molen een voorbeeld voor kinetische architectuur? 16 Boekverslag:
Steen - Ton Idsinga 18 Infographic:
Silkroute
Siza pavilioen, Hombroich door Charlotte Louter, 2014, “poëtisch”
2
8
20 Reportage:
Thuiswerken met de ruimte tussen thuis en werk.
20
28 Memoires van een architect
Frants Edvard Rรถntgen 36 Essay
Studio Olafur Eliasson 40 Column
Lessen van Caroline
36
3
Interview met
Charlotte Louter
door Maaike Besselink
4
Op 4 februari 2017 vertelde Charlotte Louter in een interview over haar passie voor het vak architectuur. Al sinds dat ze een klein meisje was, werd Charlotte bloot gesteld aan de architectuurwereld. Ouders afkomstig uit deze wereld, vertelde haar inspirerende verhalen. Zodra ze dan ook maar iets in haar handen kreeg zoals bouwblokken, papier, karton, etc. bouwde ze met volle passie creatieve elementen en vormen.Toen nog niet wetende wat het vak precies inhield, kwam ze hier heel wat jaren later achter. Een studie aan de kunstacademie opende haar ogen. Het bouwen waar ze als klein kind al mee begonnen was, werd hier een passie in het maken van maquettes en 3D onderzoeken.
De conceptuele ontwerpen en de symboliek zijn een inspiratie voor Charlotte. Zelf vertelde ze: “De betekenis achter sommige architectuur kun je alleen achterhalen door te ervaren. Die ervaring is een grote bron van inspiratie.” Juist door het onderzoeken van inspirerende ontwerpen zorgt ervoor dat architectuur ontwikkeld.
Deze passie zie je vooral terug in haar persoonlijke ontwikkeling in verhalende architectuur, of zoals ze het zelf zegt “poëtische architectuur”. De opdrachtgever en gebruiker wordt op fenomenologische wijze in haar ontwerpen meegenomen. Waarbij concrete elementen een leidraad van het verhaal en samenhang vormen. Juist de verhalende kracht die in haar ontwerpen zichtbaar is, maakt het voor de gebruiker makkelijk om het ontwerp te begrijpen. De gebruiker wordt als het ware meegesleept in het verhaal.
Wat is het toch mooi om te kunnen genieten van de passie die iemand met zich mee draagt in het vak en de wereld wat zachter wil maken met poëtische architectuur. We wachten vol spanning tot haar verhalen verteld worden.
Charlotte Louter, een persoon die nog vroeg aan haar carrière staat, niet weg te slaan is uit de werkplaats, geïnspireerd wordt door haar omgeving, wil over een aantal jaar verhalen vertellen met haar architectuur. Verhalen die mensen bijblijven en inspireren.
De passie voor het creëren van ruimtes en creatieve vormen wil ze graag toepassen in de huidige vraagstelling in de architectuur. De dagelijkse feiten, zoals de digitale wereld, economie, duurzaamheid die we in de huidige maatschappij zien, is daarom een van de belangrijkste uitgangspunten in haar ontwerpen. Waardoor een verhaal ontstaat tussen de dagelijkse feiten en architectuur waar mensen omgeven. Er zijn in Charlotte’s ogen een aantal architectuurhelden, namelijk Ben van Berkel en Peter Zumthor en Sou Fujimoto. De ontwerpen van deze architecten vertellen een verhaal aan hun gebruikers en hun omgeving.
foto links: Charlotte Louter, te Keulen, door Dieuwertje Vogt 2014 foto rechts: pavilioen Alvaro Zisa te Neuss, door Charlotte Louter, 2014
5
het woord:
Symboliek research Charlotte Louter, 12 maart 2017
Symboliek is het gebruik van tekens die verwijzen naar een abstract concept. Zo kunnen zinnen, gebeurtenissen, gebaren of iconen een teken zijn, die verwijzen naar een abstract concept zoals geloof, wetenschap of cultuur. Vaak is er dus kennis nodig om de symboliek te kunnen zien en te begrijpen. Zo kun je denken aan het vrouwelijk en/of mannelijk icoon op een deur, wat meestal toilet betekend. Anderzijds bijvoorbeeld het getal 7, wat een culturele en geloofsbetekenis heeft, zodoende de 7 dagen in de week. Tot slot als voorbeeld, wat vele architecten vergeten, is dat niet iedereen de iconen op de tekeningen begrijpen. Daarom staat er vaak een renvooi op een bouwtekening. Woordenboek, 2004, Unieboek, uitgeverij Spectrum: “Symboliek; kennis en leer van Symbolen” www.encyclo.nl: Symboliek; 1) Een concreet iets, een boodschap in een symbool 2) Zinnebeeld of de leer van zinnenbeelden Psychoanalytischwoordenboek: Door Harry Stroeken, 23 september 2013 onder Lemma’s. Tags: Symbolisch/symboliek “Ernest Jones (1916) somt een zestal karakteristieken van het symbool op, met name: het is een voorstelling van onbewust materiaal, met een betrekkelijk constante betekenis en onafhankelijk van individuele conditionerende factoren. Vaak bestaat er een vormgelijkenis tussen symbool en het gesymboliseerde.”“Bij de droomduiding komt het algemene altijd ná het individuele. Bijvoorbeeld de trein kan een symbool zijn van de dood, van afscheid, maar een analyticus zal altijd eerst stilstaan bij de specifieke associaties van deze persoon met een trein. Zie ook
6
Metafoor/Metonymie.” Literatuur - Freud, S. (1900a) ‘De droomduiding’, Werken 2: 7, 22-582. - Freud, S. (1916-17a) ‘Colleges inleiding tot de psychoanalyse’, Werken 7: 211, 217-606. - Jones, E. (1916) The theory of symbolism. Papers on psychoanalysis. Karnac, Londen, 1948. Academie Integrale Menswetenschappen; SPSO; Jongh, Fransje (1955); Symboliek is volgens haar een venster naar ons diepste wezen. Datgene waarvoor vaak geen woorden zijn en wat in symboliek wordt uitgedrukt. http://www.spso.nl/overige-scholingsmogelijkheden/symboliek-venster-naar-de-ziel/ afbeelding: Idioma, symboolbibliotheken bewaard en gecomponeerd op 19-6-2017
7
Kinetische architectuur en molens research artikel, Charlotte Louter, 30 maart 2017
In de zoektocht naar wat de rol van kinetica in de architectuur is, is het nodig een concreet kader te creëren. Een molen zou mogelijk een voorbeeld kunnen zijn van kinetische architectuur. Is de molen een voorbeeld van kinetische architectuur? Om die vraag te beantwoorden, is het nodig een de woorden kinetisch, molens en architectuur in elkaars verband te analyseren.w
Kinetica
kinetica, ook wel dynamica genoemd, beschrijft de samenhang tussen bewegingen en krachten. (1) Het toegepaste woord kinetisch of kinetische houdt bewegingskracht in. Kinematica betekend enkel beweging, los van het concept kracht of de oorzaak. (1) De massa, snelheid en de aard van de beweging (rechtlijning of rond een as of in een versnelling) is relevant voor het berekenen van een kinetische kracht. (6) Zoals de molen te zien op afbeelding 1, draaien de wieken rond om een as. De beweging is kinematica. De kracht die aanwezig is in die beweging wordt kinetisch genoemd, aantoonbaar door drie factoren: de gewicht, snelheid van en de rotatie van een wiek om het as, waar de wieken aan zijn bevestigd. Voor het berekenen van kinetische krachten is er ook kennis nodig van fysische wetten, zoals de krachtberekeningen van Newton, behoud van
8
Afb 1: Henny Brouwers
energie, de invloed van zwaartekracht en de weerstand van wind. (7) De wet van behoud van energie behoud, houdt in:“De totale energie (kinetische, potentiële, elektrische, thermische energie, enz.) in een geïsoleerd systeem blijft doorheen de tijd gelijk” (7). Met andere woorden: energie kan nooit uit het niets verschijnen of zo- maar verloren gaan, ze kan enkel omgezet worden.(7) Van kinetischenaar thermische energie bijvoorbeeld. Een voorwerp of massa in beweging brengen kost energie. Als er eenmaal sprake is van beweging ofwel een kinetische kracht, kan daaruit energie ontleend worden. Zo legt Hedgehog Applications hun systeem uit, de kinetische energie die overblijft bij het remmen van een trein (40 -75 kWh), komt anders vrij in warmte-energie. Hedgehog Applications weet de kinetische energie in een elektrische stroom om te zetten en te verplaatsten naar een batterij voor e-bussen. (8) Toegepast op windmolens, hebben draaiende wieken dus een kinetische kracht. De energie die ontstaat kan verplaatst worden, of in een andere vorm van energie worden vertaald. Bij Korenmolens wordt de kinetische energie via een radstelsel naar de molensteen begeleid, (3) ofwel de kinetische vorm blijft hetzelfde. Bij de hedendaagse windmolens wordt de kinetische energie met behulp van een dynamo vertaald naar elektrische energie.
De molen
De molen is een spil, een werktuig die een draaiende beweging maakt rondom een as. Aangevoerd door spier-, water of windkracht, zet de molen een kracht om naar een ander proces. Molens zijn daarom, mits er sprake is van actiefheid (in beweging zijn), kinetische objecten te noemen. De aanvoer bronnen spierkracht, windkracht en waterkracht zijn vorm-bepalend. (2)
Handmolen & Rosmolen
De eerste erkende molen stamt uit de ijzertijd (±3000 V.C.), dat is de Kweern, een handmolen. (14) De kweern stelt een zware steen voor die in een holle steen ligt en met behulp van spierkracht draaibaar is.(5) Het werd gebruikt als vijzel en is in beweging vergelijkbaar met de hedendaagse sla-droger. Ongeveer één eeuw voor christus, is de rosmolen uitgevonden, een spil op paardenkracht. De molen draait een rad aan, die op zijn beurt weer een werktuig aanvoert zoals een maal werktuig.(5) Hedendaags wordt de rosmolen amper ambachtelijk gebruikt. Recreatief heeft de rosmolen zich ontwikkeld tot de draaimolen (kermis). De uitvinding van het rad, aangevoerd door spierkracht heeft grote gevolgen gehad voor de ontwikkeling van werktuigen. Denk zo bijvoorbeeld aan de peper-molen of de fiets, dit is kinetisch vergelijkbaar met een molen. Op de afbeelding 2, is een rosmolen te zien. Het paard is gespannen voor een balk, die eenzijdig gekoppeld is aan het rad. Het rad dat hierdoor draait, laat verschillende kleinere raden draaien, die maal-spillen aandrijven. In dit geval is de rosmolen een werktuig dat in een ruimte staat. In een ander voorbeeld staat de spil van de rosmolen in een vrijstaand bouwwerk, waar het paard omheen loopt, en via het dak de spil aandrijft.(5)
9
Watermolen
De watermolen volgde op de spier-werktuigen en werd uitgevonden in de tijd van de Romeinen. (5) De romeinse architect/ beeldhouwer Vitruvius, schreef in zijn boek ‘De Architectura’ (over architectuur), over een schoepenrad voortbewogen molen.(5) De watermolen werkt doordat de water tegen de schoepen aandrukt. In de heuvels en bergen wordt er door de smalle afdalingen er voldoende druk op het water wordt opgebouwd. In Nederland zijn voornamelijk watermolens in Limburg te vinden of bij stuwwallen zoals in het Sonsbeekpark te Arnhem. De grootste watermolen in Nederland is de Collse molen gelegen in Opwetten bij Eindhoven. De molen heeft een doorsnede van 9,3 meter. (4) Er zijn vier typen watermolens te onderscheiden; De onderslagmolen, middenslagmolen, bovenslagmolen en de turbinemolen. De slagmolens onderscheiden zich in waar de water de molen raakt, en dat bepaald de vorm van de schoepen (houten elementen) en het rendement. (4) De turbinemolen is een horizontaal rad, onderwater, die op hoge snelheid functioneerd.(4) Het rad van de watermolen is vrijwel altijd aan een gebouw gekoppeld. Het gebouw dient als kast van het werkuig, als opslag en als werkplek. (14)
Windmolen
Omstreeks 900 n.c is de eerste windmolen uitgevonden in Persië (3) en in 1180 werd de eerste Windmolen in Nederland gebouwd. (15) Tot aan de 19e eeuw zijn er vele molens gebouwd en maakte een groot onderdeel uit van het Nederlandse landschap. Tegenwoordig zijn er twee hoofdcategorieën windmolens te onderscheiden, namelijk de windmolen als turbine-motor (afb. 1) en de traditionele windmolen (afb. 4 en 5).
2. Luyken, Jan, 1694, Ets “Molenaar” 3. Gommers, 1995, tekening “Collse molen Eindhoven”. 4. Anton Sipmante, tekening “standartmolen”
10
De traditionele windmolen is vaak vernoemd naar de functie van de molen of naar de vormtypologie. (4) Bijvoorbeeld de korenmolen maalde graan, de poldermolen maalde de Nederlandse binnenmeren droog voor akkerland en de industrie-molens, zoals; krijtmolens, oliemolens, zaagmolens, spinmolens, gietmolens, enzovoort. (4) De molen vervult hiermee een maatschappelijke rol. Om een molen efficiënt te laten functioneren is de molen vormgegeven. Een aantal vormtypologiën zijn in afbeelding 5 geïllustreerd. De wieken zijn vaak gebogen vormgegeven en twintig graden ten opzichte van de wind geplaatst, dan kan de molen de windkracht optimaal benutten. (3) Vele molens zijn daarom vrijstaand en kunnen draaien / kruien naar de wind.(5) De Standerdmolen, paltrokmolen en de tjasker kunnen in zijn geheel om een as draaien.(4) De wipmolen (en de spinnekop en de weidemolen) draaien in een kast-vormige constructie rondom een as. De bovenkruier draait alleen het bovendeel (dak), waar de as met wieken aan bevestigt is.(4) De toren-, belt-, stellingmolen en de grondzeiler zijn sub-typologiën van de bovenkruier.(4) Sinds de middeleeuwen speelde de molen een grote rol in het Nederlandse landschap. Na de uitvinding van fossiele energie vanaf de 19e eeuw, zijn vele traditionele molens gedemonteerd of gesloopt. In het online molen collectief staan 1204 traditionele molens ‘in gebruik’ geregistreerd, als museum of als korenmolen, bewaring van de ambacht. (11) De moderne turbine-motor windmolen kwam vanaf de 20e eeuw op en is anno 2017, ranker, hoger en vaak in grotere oplages gebouwd (zie afbeelding 1). Vanwege ontwikkelingen op het gebied van klimaat en politiek is er meer vraag naar windmolens als turbine-motor.(10) Verspreid zijn er net als traditionele, ook moderne windmolens in het Nederlandse landschap te vinden, echter niet bebouwd gebied. Door het grotere formaat kunnen de molens schaduw- en geluidshinder geven.(16) Opvallend zijn de vier Nederlandse windmolenparken in de Noordzee. (16) Gemiddeld zit in deze windmolenparken op zee; een kilometer tussen elke molen.(9) Elke molen heeft een mast van 100 meter hoog, drie wieken van 85 meter lang en is in totaal c.a. 90 ton zwaar. Elke molen levert 2 tot 4 MegaWatt per uur op (afhankelijk van de windkracht).(17) Zo hebben de moderne windmolens door de vergrootte schaal en gewicht een andere energie opbrengst dan de traditionele molens.
Standerdmolen
Beltmolen
Weidemol
Torenmolen
Grondzeiler
Tjasker
Wipmolen
Stellingmolen
Spinnekop
5. Asten, Leende-Erik van, 2017, illustraties molens
Landen en ontwikkelaars verkavelen de zee om windmolenparken te kunnen bouwen.(17) Dit heeft gevolgen voor het landschappelijk beeld en bestaande structuren, zoals plekken en routes van vissen, vogels of scheepvaart.(9) Ongeacht of dit positief of negatief gevonden wordt, het landschap wordt ontworpen. Duidelijk is dat zowel de traditionele als moderne molen een kinetisch object en een werktuig is. De molen heeft een maatschappelijke rol door zijn functie en zijn landschappelijke inpassing.
In architectonische context
Om de vraag; Is een molen architectuur? te kunnen beantwoorden, is het nodig om te weten wat architectuur is. Architectuur is een discipline, het is een vak omtrent bouwkunst en laat zich net als het vak kunst, zich niet in een kader vatten. In het vak zijn er daarom verschillende opvattingen over wat architectuur is, en zijn geen feitelijke eisen waar architectuur aan voldoet. Op basis van een aantal opvattingen van architectuur instituten en architectuur vaderfiguur Vitruvius, is er een indruk te vormen of een molen aan architectuur voldoet of zou kunnen voldoen.
Artikel - Molens
11
Het Nieuwe Instituut (van oudsher het Nederlanse architectuur instituut, NAI) verteld over het vak: “Architectuur heeft het vermogen om kennis uit verschillenden domeinen met elkaar te verbinden en zich diverse media- en representatietechnieken eigen te maken. De discipline heeft hiermee zijn waarde op verschillende terreinen kunnen bewijzen, variërend van de verbetering van gezondheid in steden tot de transitie naar een duurzame energievoorziening. De hieraan gerelateerde vraagstukken vragen om oplossingen die de grenzen van verschillende kennisvelden overstijgen.”(18)
Het Nieuwe Instituut stelt in de doorgaande tekst dat architectuurvak zich verbreedt en ontwikkeld. Zo ontwikkeld het vak ook naar duurzame oplossingen voor vraagstukken, hiermee wordt mede gedoeld wordt op de bouw van windmolenparken. Of een molen nu wel of niet architectuur is, daar wordt geen antwoord op gegeven, het is een adaptief gegeven. In dit adaptieve gegeven kan een architect een bijdrage leveren door bijvoorbeeld een windmolen te ontwerpen, of een park te ontwerpen. (18) Vitruvius in ’de architectura’, ofwel ‘over architectuur’: - “Architectuur gaat om de kunst en wetenschap achter gebouwde objecten als gebouwen, landschappen, meubelen, interieurs en techniek.”(19) - “Een architect kan alleen ontwerpen als hij/zij kennis bevat van cultuur, theorie en technische kennis.”(20) - “Architectuur uit zich in een balans tussen drie onderdelen: schoonheid, stevigheid en bruikbaarheid.”(19)
Een vaderfiguur van de architectuur is Vitruvius, een romeinse architect die regels stelde aan architectuur in zijn boekenserie ‘de architectura’ Vitruvius schrijft in boeken eveneens over techniek, over de schoepen voortbewogen watermolen. Deze molen, eveneens de rosmolen, handmolen en de windmolen, zijn ontworpen met kennis van cultuur en theorie.
12
Zonder de kennis van cultuur, theorie en techniek, konden molens niet bestaan. Daarbij bevatten de molens schoonheid, gezien ze zijn vormgegeven, gestructureerd. De molens zijn stevig en functioneel (bruikbaar). Hierop gebaseerd zou Vitruvius een molen als architectuur beschouwen. Alle soorten molens zijn gebouwd en ruimtelijk geordend, een molen is op basis van de verklaring van Ensie als architectuur te beschouwen.
Ensie, Lexicon voor de kunstvakken verklaart: Bouwkunst (architectuur) is een verzamelnaam voor alles wat gebouwd is of ruimtelijk geordend is.(19)
ArtEZ, academie van bouwkunst, master architectuur, zegt over architectuur. “Architectonisch ontwerp is en blijft de kern van het beroep architect. Het ontwerp is niet alleen het bouwwerk zelf, maar ook de verankering van het bouwwerk in zijn ruimtelijke en sociale omgeving. De maatschappelijke verantwoordelijkheid van de architect komt hierin nadrukkelijk tot uiting. De opgave voor de komende decennia zit minder in nieuwbouw (‘Nederland is vol’), maar meer in veranderopgaven van gebouwen (herbestemmingen) en in het ontwerpen van sociaal veilige buitenruimten in relatie tot veranderingen van functie en gebruik. Daarom is het belangrijk dat de architect naast zijn ontwerpende vaardigheden ook in staat is om in ruimtelijke veranderprocessen een rol te kunnen spelen. De architect dient vakmatige, culturele en maatschappelijk ontwikkelingen te kunnen signaleren om daarop in te kunnen spelen.“(21) “de kern van het architectenberoep: de verhouding mens – ruimte”(21)
Een ander bron, namelijk het onderwijs instituut ArtEZ, Academie van Bouwkunst, met een master Architectuur, doet net als het NAi geen exacte uitspraak over wat architectuur is, nog over molens. Er worden wel eisen aan een architectonisch ontwerp benoemd: Het ontwerp moet een houding aannemen in de ruimtelijke en sociale omgeving.
Inhakend op de visie van ArtEZ; Een molen is meestal maatschappelijk en landschappelijk betrokken, het heeft een houding daarin en het verhoud zich tot techniek, milieu en mens. Daarom zou in deze opvatting zou een molen als architectuur beschouwd worden.
Conclusie:
Alle vormen van molens, hebben mits ze actief zijn, sprake van bewegingskracht, ofwel kinetica. Een molen is een werktuig, een vormgegeven functioneel bouwwerk. Een molen die vormgegeven is in hun ruimtelijke en sociale omgeving en daarbij stevig en functioneel is, wordt opgevat als architectuur. Alle molens voldoen in intentie aan deze eisen. Op de vraag: Is de molen een voorbeeld van kinetische architectuur? Kan daarom geantwoord worden: Ja, molens zijn kinetische architectuur, mits ze in actief in beweging zijn en mits ze stevig, functioneel en vormgegeven zijn in hun ruimtelijke en sociale omgeving.
Molens zijn voorbeelden van kinetische architectuur, mits ze in actief in beweging zijn en mits ze stevig, functioneel en vormgegeven zijn in hun ruimtelijke en sociale omgeving.
6. ANP , windmolenpark
13
Bronnen voor artikel Kinetische architectuur Boeken:
1) André Abeling, André Koch, juli 2010, De grote prisma Nederlands, ISBN10 9049107419, pagina 330 2) Hugo Gordijn, 2003, Energie is Ruimte, NAi Uitgevers, Ruimtelijkplanbureau, Rotterdam Nederland, pagina’s 7-8, 15-16, 30-35, 44-48, 69-103
15) http://users.skynet.be/antwerpiensia/Antwerpserosmolens.htm, geraadpleegd 1 - 4 - 2017 om 15.30 16) http://statline.cbs.nl/Statweb/publication/?DM=SLNL&PA=83109ned&D1=2-5&D2=2-4&D3=a&D4=23-25 &VW=T, geraadpleegd 1 - 4 - 2017 om 16.00 17) www.4coffshore.com/offshorewind/ geraadpleegd 1 - 4 - 2017 om 16.20
3 )Beedell, Suzanne, 1975, Windmills, Bracken Books, England, ISBN 1851702318, pagina’s 9-40, 71-92
18) https://hetnieuweinstituut.nl/architectuur geraadpleegd 1 - 4 - 2017 om 19.00
4) Roose, Willem, 2009, Zicht op molens, pagina 8-18, 56, 66, 78, 120-122
19) Ensie, kennisplatvorm, 30-3-2015, www.ensie.nl/redactie-ensie/architectuur geraadpleegd 1 - 4 - 2017 om 19.35
5) Balk, J.TH., 1979, Kijk op molens, Elsevier Nederland, ISBN 9010024458, pagina’s: 11-85,109-133,144
Internet
6) J. B. Ablas, 2005, TU Eindhoven, http://alexandria.tue.nl/extra1/dictaten/wiski/752639. pdf geraadpleegd 31 - 3 - 2017 om 19.00 7) Jean Manual Page, BIVV, http://www.vlaamsbrabant.be/binaries/basiswetten_fysica_bivv_tcm5-72181.pdf geraadpleegd 31 - 3 - 2017 om 18.30 8) www.hedgehogapplications.nl/pilot-project-apeldoorn/systeemuitleg/ geraadpleegd 30 - 3 - 2017 om 17.07 9) http://knmi.nl/kennis-en-datacentrum/uitleg/windmetingen, geraadpleegd 31 - 3 - 2017 om 23.00 10) Greenpeace, 2014, Lauha Fried, Shruti Shukla, Steve Sawyer, Sven Teske, Global Wind energy Counsil, link: www.greenpeace.org/international/Global/international/briefings/climate/2014/GWEO-2014-final.pdf geraadpleegd 30 - 3 - 2017 om 17.02 11) www.molendatabase.nl/nederland/index.php geraadpleegd 30 - 3 - 2017 om 19.40 12) www.facebook.com/MolenmakerijGrootWesseldijk, geraadpleegd 30 - 3 - 2017 om 20.00 13) www.hetklokhuis.nl/tv-uitzending/1012/Windmolens%20op%20zee, geraadpleegd 30 - 3 - 2017 om 17.00 14) www.hetvirtueleland.be/cag/exhibits/show/geschie-
14
denis-molens, geraadpleegd 1 - 4 - 2017 om 15.00
20) francis.brenders, http://www.vitruvius.be geraadpleegd 2 - 4 - 2017 om 21.00 21) www.artez.nl/opleidingen/architectuur/visie geraadpleegd 1 - 4 - 2017 om 20.00
Afbeeldingen:
1) Henny Brouwers, Hoogmadesche Molen 1897, Zuid-Holland, http://mapio.net/pic/p-102154753/, 12-62017, nabewerking: Charlotte Louter 2) Luyken, Jan, 1694, Ets, onderdeel van 100 delige serie beroepsprenten, molenaar, bewaring Rijksmuseum Amsterdam, http://www.hetvirtueleland.be/items/ show/37033/, geraadpleegd 30 - 3 - 2017 om 22.45 3) Gommers, 1995, tekening, Collse molen, www.eindhoven-in-beeld.nl/picture/show/41961/JWijnhoven-De-Collse-watermolen, geraadpleegd 31 - 3 - 2017 om 20.45 4) Anton Sipmante, tekening “standartmolen, achterhoek-overijssels type” www.molendatabase.nl/nederland/index.php, geraadpleegd 30 - 3 - 2017 om 19.40 5) http://www.hei-heg-hoogeind.dse.nl/images/hhh/ het%20gebied/molen/molen-2012/ geraadpleegd 30 - 3 - 2017 om 22.30 6) ANP 2015, telegraaf, http://images0.tcdn.nl/dft/article24146129.ece/BINARY/u/windmolen.JPG geraadpleegd 25 - 5 - 2017 om 10.20 7) Arthur van Leeuwen, www.werkaandemuur.nl/nl/ werk/Draaiende-Molen-in-Bronkhorst/84707 geraadpleegd 30 - 3 - 2017 om 19.30
Afb. 7 Leeuwen, Bovenkruier molen te Bronchorst met draaide wieken, de bewegingskracht ofwel kinetische energie is aanwezig.
15
Steen Ton Idsinga, 2009, Atheneum-Polak & Van Gennep, Amsterdam, ISBN: 978 90 253 6693 3 / NUR 640 recentie door Charlotte Louter, 31 -3- 2017
Het boek Steen, belichaamd op een spontane wijze interviews met dertien verschillende en succesvolle Nederlandse architecten. Deze architecten zijn geselecteerd door hun verschilde visie op het architectenvak en hun vaak verschillende werkwijze. Dit wordt duidelijk weerspiegeld in het dialoog betreft hun jeugd, opleiding en ontwerpkeuzes. Zo krijg je eveneens inzicht hoe de architecten in persoon zijn en hoe de carrière van hem of haar tot stand is gekomen. Voor beginnende architecten kunnen de adviezen die worden gegeven in het boek erg leerzaam zijn. Het boek is daarom een cadeau van deze generatie naar de nieuwe generatie architecten, ook al zijn sommige adviezen inmiddels gedateerd of achterhaald. Zo verteld Ben van Berkel bijvoorbeeld dat internationaal studeren en hun alumni als mentoren nemen als grote advies. Zo heeft hij voor Zaha Hadid en Calatrava kunnen werken. Ofwel van Berkel had een springplank. Hadid’s advies is; “groter werken en muren vol tekenen”, wat van Berkel veel inzicht heeft gegeven. De nieuwe generatie werkt nog zelden analoog, maar toch denk ik dat regelmatig groot uitprinten inderdaad kan helpen. Eveneens Joop Stigt verteld dat hij veel aan zijn mentor Aldo van Eyck en een docent van Tijen heeft gehad. Het gewoon beginnen met maken is belangrijk geweest voor zijn ontwerpen en daar heeft van Stigt veel sympathie voor gekregen, wat hem kansen bood. Zulke kansen lijken voor ons niet in de schroot te worden geworpen, daarom vind ik het verhaal van Jo Coenen relevant, die na zijn studie architectuur aan de TU Eindhoven niet
16 boekrecentie
serieus werd genomen. Omdat hij nog te weinig van de Nederlandse bodem zou weten, verteld Coenen. Toch bleef hij doorgaan en na zijn ontwerp voor de prijsvraag van het NAi gewonnen te hebben, begon er pas een de bal te rollen. Ofwel de onderliggende boodschap is doorgaan en blijven geloven in jezelf, ook al is er veel kritiek. Joop Soeters en Max van Huut, bevestigen dat je moet blijven geloven in jezelf. Soeters trots om provocerend architect te zijn, verteld dat de kritieken er tenslotte ook ervoor gezocht hebben dat er schijnwerpers zijn, waardoor Soeters zijn rol als “vernaculair vernieuwer” kan waarmaken. Het optimisitsch, eigenwijs zijn en ondernemen is niet alleen vanuit Soeters een kernboodschap, eveneens Francine van Houben maakt zich daar sterk voor. Het samenwerken, ervaring opdoen en snel schakelen zijn daarvan de sleutels. Zo moet je niet te lang bij een punt of thema stil blijven staan, anders kunnen er ook geen vooruitgang of verrassingen ontstaan. Zo verteld van Houben met een komisch voorbeeld van Montecarlo’s draaiende M, dat door eigenwijs te zijn soms zelf cadeau’tjes ontstaan. Door de interviews komen de architecten dichterbij als persoon, je merkt dat ook hun ooit student of onwetend zijn geweest. Het beroepsveld komen door de verhalen daarom dichterbij, kleine opdrachten zijn voor hun ook ooit groot of een begin zijn geweest van hun nu wel rijke carrière. Dat brengt voor de nieuwe generatie architecten ook een optimistisch beeld van het vak, wat af en toe zo ver weg kan lijken.
foto: Charlotte 2017, inhoudsopgave van het boek Steen.
17
18
700
1271
1596
1492
1596
1887
(NY- Suriname)
1000
Nederland coloniseerd indonesië VOC
100 - 622 n.c.
Coloniseringen kruiden en slavenhandel
0
Stoomuitvinding, steigt productie en i.v.m. auto en trein de vervoer snelheid van reizen en routes. (Electra & intranet volgt)
Nederland coloniseerd Indonesië.
Marco Polo, bereist de ‘Silkroad’ en brengt veel kennis over Azië in Europa. De route breiden zich uit.
Het zijde werd geweven in Italië. Vanuit zuid-azië ontstaan de kruidenroutes. In europa de kruisbedevaarttochten.
Venetië
Columbus meert aan in Amerika
Vikingen plunderen Europa, vloten ontstaan.
200 v.c.
Vanuit Arabië (o.a. Allepo) werd olie en porcelein, slaven en de koraan geexporteerd.
In deze tijd verschuiven grenzen, verspreiden geloven, verdwijnen en ontstaan steden en er ontstaan mythologiën.
3000 v.c.
Han Empire maakt een handels-route mogelijk. Zijde in ruil voor katoen en paarden.
Silk ofwel Zijde is uitgevonden in China
Wat is de link t
Rotterdam Constantinopel (Istanbul)
Allepo
Muscat
1850
“De Gouden Eeuw”
19
De thuiswerkers Ze hebben een ruimte tussen thuis en werk nodig. Tekst en beeld door Charlotte Louter, 24 mei 2017
Tegenwoordig heeft Romy dat probleem niet meer, maar hoe? Romy vertelt dat ze een tool heeft, die een mentale overgang maakt. Sindsdien is thuis, de plek voor herinneringen en waardering weer terug haar leven. Een mentale overgang, dat klinkt abstract. Maar Romy legt uit dat bij een overgang het gaat om een grens die je passeert, een transitie die je
20
nsitie
Romy Jonas
en -tra
Thuiswerker Romy Jonas is onderneemster. Ze vertelt dat ze een jaar geleden met succes haar grafisch ontwerpbureau startte. Ze woont en werkt in een fraaie studio, midden in het centrum van Den Bosch. “Ideaal!” vertelt Romy. “Alleen het thuiswerken op zich ging mij niet zo goed af. De gemoedstoestand van het werken; de flow en focus, kon ik niet naast mij neerleggen.” verklaart Romy. “‘S nachts kon ik niet slapen door de werkstress. Als de wekker dan eindelijk ging, zette ik direct de computer aan en bleef aan het werk tot aan bedtijd, zelfs als ik visite kreeg.”
“De enige manier om afstand te kunnen nemen van mijn werk, was door naar buiten toe te gaan of door te sporten. Alleen dan kon ik mijn hoofd leegmaken.”
maakt tussen thuis en werk. Bij deze mentale overgang gaat het niet om de zicht of afstand, het gaat om de gedachten. “De overgang verlegt je gedachten door eerst afleiding te bieden. Zoals dat ik met sporten op mijn lichaam let of iemand die naar werk rijdt op het verkeer let en daarmee afstand neemt van andere gedachten.” verklaart Romy. De tool is dus in principe afleiding, waardoor je de focus van thuis naar werk kunt verleggen. “Tijdens het klimmen let ik op mijn voeten en handen en dat is voor mij genoeg afleiding om mijn gedachten te resetten”.Het klimmen leidt af en vormt daarmee een mentale overgang, een transitie-ruimte.
klimm
Ruim achtentwintig procent van werkend Nederland werkt dagelijks of regelmatig thuis (CBS 2017). Het bespaard tenslotte reistijd, kosten, het handig als je een pakket verwacht. Daarbij als het even uitkomt kun je meer aandacht aan je familie schenken. Dat laatste gebeurd alleen bijzonder weinig, sterker nog uit onderzoek van CBS blijkt dat zesenveertig procent van de thuiswerkers aangeven hun familie te verwaarlozen. Er zijn dus valkuilen bij het thuiswerken. Thuiswerkers Romy en Pi bevestigen hun thuiswerk problemen en hebben een ingenieuze interieur tip voor de andere thuiswerkers.
Thuis
Reflectie
“Sindsdien is thuis; de plek voor herinneringen en waardering weer terug mijn leven.� Romy Jonas.
men
klim sitie
-tran
Werk
21
Bewegen voor de geestelijke gezondheid verdieping rapportage beeld en tekst door Charlotte Louter 18 juni 2017
Hoe belangrijk is bewegen? Bewegen heeft zich al jaren uitgewezen als een lichamelijke remedie tegen hart en vaat ziekten. Eveneens zijn er dokters zoals J. Knapen en H. Stegeman, die zich sterk maken voor beweging voor een geestelijke gezondheid. En niet alleen de dokters, maar proefondervindelijk blijkt beweging meer voordelen te hebben dan alleen de lichamelijke, het bied namelijk afleiding en mentale energie. Namelijk door actief te bewegen, ben je gefocust op je eigen lichaam. Tijdens die focus, sta je anders in je emoties en gedachten. Of het nu positieve of negatieve gedachten zijn, sporten kan naast afleiden dus ook een pauze bieden, waardoor je aan andere dingen kunt denken. Door te sporten kun je dus je focus verleggen. Proefondervindelijk heeft Charlotte Louter aangetoond dat door te klimmen, er afstand gedaan kan worden van een bepaalde gedachte. Als een overgangsruimte vergelijkt ze klimmen op een ladder met het fietsen tussen twee locaties. Niet perse de locatie definieert zo je gevoel bij een plek, maar ook hoe je daar gekomen bent, die overgang moet actief zo’n uitdaging vormen dat je het gevoel hebt dat je van er twee momenten zijn, toen en nu. H. Stegeman die 2007 onderzoek heeft gedaan naar de relatie tussen sport en de geestelijke gezondheid van scholieren heeft eveneens geconcludeerd dat bewegen belangrijk is voor de mentale gezondheid. “Er is evidentie die de stelling ondersteunt dat (matige) fysieke activiteit via verhoogde aandacht en concentratie de schoolse resultaten kan bevorderen.” en “Er is aanleiding om te veronderstellen dat er een positieve relatie is tussen (succesvolle) participatie aan sport en bewegen en het welbevinden en het gevoel van eigenwaarde.” aldus heer Stegeman. In een onderzoek van Maaike Besselink kwam naar voren dat door op te ruimen en je te verplaatsen op kantoor dat je beter gefocust bent en dat door regelmatig opstaan je beter kunt presteren.
22
Ofwel concluderend kan er gesteld worden lichaamsbeweging helpt je afstand te doen van gedachten, maar ook door daarna beter mentaal te presteren en/of te concentreren.
23
24
Romy beschrijft drie zijdes waartussen geklommen wordt als de thuis-, een reflectie- en werkzijde. Interessant, maar hoe weet je nu waar je bent in die transitie? “De transitie gebeurd voornamelijk in je gedachten, je kunt er namelijk gewoon doorheen kijken en eromheen lopen. De invulling is ook vrij invulbaar, ik heb ervoor gekozen om het open te laten. De plekken zijn wel concreet aanwijsbaar, daarachter bijvoorbeeld een van mijn bureau’s, daar kan ik precies met een laptop en muis aan werken.” vertelt Romy, en als ze klaar is met werken klimt ze erboven op in plaats van dat ze erom heen loopt. “Ik doe dat voor de rust in mijzelf, daarboven in die stoel, dat is echt mijn plekje! Daar drink ik mijn koffie, terwijl ik rustig mijn dag doorneem.” vertelt Romy verder.
“Hierboven is even mijn moment! Bewust in het hier en nu.” Romy Jonas Boven beschouwt Romy als de reflectiezijde. Met haar kruin op twee meter vijftig hoog beschrijft Romy dat ze hier letterlijk en figuurlijk thuis als werk vanuit een ander perspectief ziet. Dat maakt de plek voor haar zo prettig om de gedachten te ordenen. Na dit reflectieve moment klimt Romy dan naar beneden, naar thuis. Lettend op waar ze haar voeten neerzet en zich voorbereidend op een ontspannen avond. Een stoel en een soort kast met een hangende fruitschaal en wat sjaaltjes symboliseert ‘thuis’ voor Romy. “Als ik thuiskom drop ik daar vaak mijn spullen. Ik leef als pluk de dag. De stoel zit overigens erg fijn, al zit de kat er vaker in als ikzelf, dat is haar lounge.” vertelt Romy
herinnerd worden, wanneer ze over die drempel moet stappen. Zodat ze de aandacht aan haar kinderen of werk juist verdeelt. Het meubel kan door zijn aanwezigheid de herinnering geven, maar de klim geeft haar een gevoel van overwinning en het besef dat ze het balans niet alleen voor haar kinderen of opdrachtgever maakt, maar ook voor haarzelf. Pi vertelt in geuren en kleuren wat ze allemaal kan waarderen aan het meubel.“Het is functioneel en conceptueel een sterk meubel, maar het trok vooral mijn aandacht omdat ik het ruimtelijk erg interessant vind. Het sluit aan bij hoe ik mijn leven graag inricht. Open, modern, luchtig, maar tegelijkertijd speels en huiselijk door de eikenhout en de lederen bekleding.” Doorgaand vertelt Pi “Een prachtig lijnenspel met horizontale en verticale en een aantal schuinen latten. En die verbindingen ongelooflijk complex, maar subtiel en zelfs zacht. Alleen al de warme en zoete geur van het geschaafde eikenhout vind ik overigens heerlijk.” Vertelt Pi genietend.
Als thuiswerker geeft Romy aan, dat sinds ze dit meubel heeft, ze de ‘werkstress’ en ‘workflow’ scheiden van het ontspannen thuis zijn. Zelfs in één ruimte. Die tool is vooral voor Romy meer dan hoge stoel, het is een klim die afleiding biedt en zo een mentale overgang is tussen thuis en werk. “Een tool die ik iedere thuiswerker aanraad.” vertelt Romy vol trots. Een andere thuiswerker die eveneens dit meubel gebruikt en looft is regisseuse Pi (alias Ernestine de Wilde de Ligny). Pi vertelt hierover in reactie op Romy’s ervaring dat ze juist goed aan het werk kan zijn, of juist thuis kan zijn. Alleen moet ze hieraan
25
Als regisseuse heeft Pi uitstekend gevoel voor detail en waardeert daarom alle verbindingen en materialen van het meubel.“Wat voor meubel het is kan ik in één wordt noemen, dus ik noem het ‘Ruimte tussen thuis en werk’ Vooral de stoel bovenin vindt Pi geweldig. “Dat is een erg fijne plek! Een pauze na of voor werk, even een overwinning-moment.” Pi vertelt dat ze van alles doet bovenin, ze luistert dan graag muziek, inspiratie op doen of stelt zichzelf een schouwspel voor. “Als je hoger zit voelt de wereld namelijk anders aan, alsof je machtiger bent, zoals een god. Probeer het eens uit zou ik zeggen!” en “soms vind ik het ook fijn om even helemaal niets te doen”, vertelt Pi. Pi geeft niet graag toe dat ze de overgang nodig heeft. Haar kinderen plagen haar ermee “klim eens terug naar huis.” Ze vertelt: “Elke keer weer als ik klim maak ik de balans helder, ik sta stil bij het feit of ik aan het werk ga of juist er juist niet
26
mee bezig ga.” Alsof het moment een bevestiging voor haar is, en daarom een overwinning-moment. Romy en Pi vertellen allebei in hun verhaal over hun valkuil in het thuiswerken, het bevind zich in het balans tussen thuis en werk, de focus verdeling. Hun hebben een tool voor zichzelf, een meubel die ‘ruimte tussen thuis en werk’ heet en daarmee kunnen ze een balans tussen hun thuis en werk maken. Het werkt voor Romy grotendeels als afleiding manoeuvre om afstand van werk te doen en voor Pi is het een herinnering, een overwinningsmoment dat haar elke keer weer een balans laat maken. Reportage Charlotte Louter, met dank aan: Caroline Kruit (docente publiceren), Romy Jonas en Pi (Alias Ernestine de Wilde de Ligny), Mark Ramaekers, 1-2017, CBS, www.cbs.nl/nl-nl/achtergrond/2017/04/thuiswerken-door-werknemers-en-zelfstandigen, geraadpleegd 25-52017 (artikel).
“Een overwinningsmoment, een pauze tussen thuis en werk.” Pi (Ernestine de Wilde de Ligny)
“Als ik klaar ben met werken, dan klim ik naar boven. Lettend op waar ik mijn voeten neerzet” Romy Jonas
27
1. Julius Röntgen met zijn zes zonen; Lings Julius jr. met op schoot Joachim en erachter Johannes. In het midden Engelbert met op schoot Edvard Frants en rechts Julius met Frants Edvard. (1)
Een architect uit een musici wieg Frants Edvard Röntgen, geboren op 1904 in Amsterdam is de vijfde zoon van componist Julius Röntgen en (zijn 2e vrouw) Pianiste Abrahamine des Amorie van der Hoeven. Frants Edvard had zes broers en één zus die allen in de muziek zijn verdiept. Frants was de enige die meer affiniteit had met “handklieder werken” dan met de muziek. Hoewel hij op latere leeftij als amateur alsnog talent bleek te hebben als flutist. (9) In zijn muzikanten familie had met name zijn vader Julius een grote naam. Julius was nauw bevriend met componisten zoals Edvard Grieg en Brahms, celist Pablo Casals en musici-jurist Frants Beier. (2) Zo blijkt uit brieven de 4e zoon naar Grieg en Beier vernoemd te zijn, namelijk Edvard Frants 1902. Grieg vond deze combinatie een verkeerd ‘ritme’ hebben en suggereerde dat de namen beter omgedraaid konden worden.(4) Zodoende de naam van de architect Frants Edvard. De achteroom van Frants; Wilhelm Conrad, heeft Röntgenstraling uitgevonden.
28
In 1918 ging Frants naar de ‘Quellinus’ Kunstnijverheidsschool te Amsterdam en studeerde daar beeldhouwen en meubelmakerij toegespitst in zijn laatste jaar op de bouwkunst. Daar maakte hij de eerste bouwtekeningen van het landhuis voor zijn ouders, de villa Gaudeamus in Bilthoven.(4-9) Gaudeamus. Hierna ontwierp Frants scholen, postkantoren en rijksoverheidsgebouwen. Drie van zijn gebouwen zijn ondertussen rijksmonumenten genoemd. Lees op de volgende spread meer over deze werken. In 1938 is Frants getrouwd met montesoridocente Johanna Zwarts, hun kregen drie dochters en één zoon. Naast architect, man en vader, was Frant ook redactuur van het ‘Polytechnisch Tijdschrift” van 1955 tot en met 1971. Op 75 jarige leeftijd is hij op 7 januari 1980, verdiept in het lezen van een krant, te Zoeterwoude overleden.(7)
2. Portret Frants Edvard Röntgen, foto Juriun Röntgen (8)
Frants Edvard Röntgen 1904 -1980 “Dode Architect Sociëty” Research door Charlotte Louter 12 maart 2017
Villa Gaudeamus 1924, Architect bij Bureau Mertens 1925-1927, Zelfstandig architect 1927-1936, Rijksarchitect 1937- 1969, redacteur ‘Polytechnisch tijdschrift’ 1955 -1971, zoon, broer, man en vader.
29
3. foto achterzijde vila Gaudeamus, foto Paul Groenendijk ©, 2014 (9)
4. Muziekkamer van huize Gaudeamus, foto fam. Röntgen, 1936 (1)
5. ‘Bouwtekening’ Gaudeamus door Hoenink & Gathier 1924, foto door: A.J. van der Wal (9)
30
6. Perspectiefschets vila Gaudeamus door Frants Edvard Röntgen, 1925 bron (1)
Villa Gaudeamus
1924, Gerard Doulaan 21, Bilthoven, Utrecht Rijksmonument nummer: 358914
Dit is net als de vleugelvorm een fabel, dus niet waar. Het tuinhuisje was Frants zijn atelier, vanuit hier kun je stellen dat hij zijn eerste eigen werken componeerde (ontwierp). (7,10)
Eerste opdracht van Frants Edvard, voor vader en componist, getiteld Gaudeamus, ”Laat ons verheugd zijn” in het latijns. In de familie werdt de villa ook wel Opus1 genoemd wat “ontwerp” inhoud. De componist en vader Julius woonde hier tot zijn dood in 1932 en zijn vrouw tot 1940. Het neefje van Frants legde de eerste steen. (4,7,10)
De Joodse Walter Maas huurde het huis vanaf 1940 om onder te duiken. Hij schuilde een tijd met zijn familie in de zolder van de kap. Na de oorlog kocht hij de woning. Na een ere-optrede voor Julius in 1968, besloot Walter Maas vaker muziek optredes te organiseren. Op het moment worden er nog muziek-conferenties gegeven. (7)
De villa wordt gekenmerkt door een stijle riete kap en heeft stijlkenmerken van de Amsterdamseschool. Het ontwerp geïnspireerd zijn op een hoge duinrand bij Catrijp, waar Frants Edvart zomers heeft doorgebracht. (5,7,9) De ronde muziekzaal is de kern van de vila en heeft een uitzonderlijke vorm. Er gaat een fabel de ronde dat de woning een vorm heeft van een opengeslagen vleugel, maar Frants heeft dit altijd ontkent. In de muziekzaal staan twee (piano)vleugels op een verhoging, en het schijnt dat de ruimte een geweldige akoestiek heeft. De studeerkamer ernaast, daar schreef Julius zijn beste werken. Het heeft een “diepe tabaks-laatje”en daar staat een vleugel gekregen van Grieg. (4, 7) Op de verdieping zijn er zes slaapkamers; één master-bedroom, één logeerkamer en vier slaapkamers voor de jongste zonen, die destijds nog thuiswoonde, waaronder Frants Edvard. (7,10) In de tuin is direct na het huis een tuinhuisje ontworpen, dit wordt het componeer-huisje genoemd als suggestie dat Julius daar componeerde.
Afb 8: Atelier van Frants achter Gaudeamus (tuinhuisje, ook wel“componeerhuisje”). Met links Frants en rechts zijn jongere broertje Joachim. 1928 (7)
31
7. Bilthoven reportage, school Kees Boeke, foto: Gé van den Werf, 1951, ANP-archief.nl/52154
Keesboekeschool
1927-1929, Frans Halslaan 68, Bilthoven,Utrecht Rijksmonument nummer: 514670
Kees Boeke en zijn vrouw worden beschreven als idealistische anargisten. In 1926 willen zij een onderwijs experiment aangaan, waarbij de leerlingen zelf hun les vormgeven. Genaamd de werkplaats kindergemeenschap. (3, 9,11) Frants Edvard kreeg de eer om die te ontwerpen. Het schoolgebouw heeft vijf lokalen in een halve cirkel op het zuiden. Met veel glas bieden maximaal contact met de natuur, licht en lucht. Door de luifels is er ook schaduw aangeboden. Naast de school is de woonhuis van familie Boeke ontworpen. (3, 9,11)
8. Werkplaats kindergemeenschap 1927-1929, Door: Onderwijsgek - 2 June 2012 (9)
Van 1945 tot 1955 hebben de princessen Beatrix (13 jaar), Irene en Marijke hier op school hebben gezeten. In 1951 verhuist de school vanwegen het succes. Sindsdien is het schoolgebouw een woning/villa. (9, 11)
Frants Edvard Röntgen als Rijksarchitect 1937-1969
Vanaf 1937 werkte Frants als Rijksarchitect, hij werkte in het team ‘Nieuwbouw’. Bremer was rijksmeester, bijgestaand door Hoekstra, Robbers, Crouwel, van Heeswijk etc. Vanaf 1955 als hoofd nieuwbouw tot aan zijn pensioen, 1969. (2, 9) Als toelatingsexamen heeft Frants drie kleine postkantoren ontworpen en gebouwd voor de Noord-Brabantse plaatsen Dinteloord, Vught en Ginniken. (2,12) Frants heeft tijdens zijn dienst bij
32
9. PrintScreen: NTR VPRO Andere Tijden; 2008, regie Jan Eikelboom, research Hannah Dogger (11)
de rijksdienst, gewerkt aan vele scholen, postkantoren en telefooncentrales. (2,5,-8,12) De volgende gebouwen staan onder Frants naam: Het Postkantoor in Hilversum 1940-43 , telefooncentrale Utrecht 1968-72, Closius Laberatorium voor universiteit Leiden 1959 en twee gebouwen voor de universiteit in Wageningen (scheikundelab en faculteit landmeetkunde).(1,6 9,12-14)
15: Laberatorium voor landmeten en waterpassen, fotograaf onbekend (9)
12: foto: Jacqueline Dubbin, nieuw interieur voormalig laberatorium landmeetkunde, nu penthouse van fam Hoogstede (14)
Landbouwuniversiteit Wageningen, Faculteit landmeetkunde
1948-1953 , Hesselink van Suchtelenweg 6, Wageningen
10. Postkantoor Hilversum, Kerkbrink 16, 1940-43, (12)
“Er werd voornamelijk in late Amsterdamse school en Delftse School en functionalistisch gebouwd” (2,9) “Frant was eigenwijs” aldus collega’s. (2) Frants stond erom bekend dat hij vaak beeldende kunst toepaste in zijn werken. Zo is dat te zien bij het P.T.T. in Hilversum, met op de gevel is een koperen vogel door Jan Kriege. En in de hal van die P.T.T. een muurschildering van Leo Gestel.(6)
Voor het landmeten is de locatie op de stuwwal met uitzicht over de uiterwaarde is ideaal. Het meten gebeurde destijds met infrarood en moest trillingsvrij zijn, zodoende een grindbed en een practicumlocaal met zeven (grote) ramen en een uitkijktoren. De torenkamer werd gebruikt voor driehoeksmetingen en astronomische metingen. De oostgevel is voorzien van een sgraffito van kunstenaar J. Voskuijl. (14) In 2002 is het pand herbestemd naar kantoren en een penthouse van 490m2 (herontworpen door interieur architect Chong Kok Sing). Sinds 2007 is het pand een rijksmonument. (14)
33
13. Conservatorium van Amsterdam, Frits van Dongen, (16)
Hedendaags Equivelent Frits van Dongen (1946) Als er een hedendaags Equivelent van Frants Edvard zou zijn, zou dat Frits van Dongen zijn. Frits van Dongen beschouwd zich als functioneel architect en is rijksbouwmeester geweest in 2011-14. (15) Van Dongen heeft veel respect voor akoestiek en historie, zo spreekt zijn website boekdelen over de Amsterdamse-school en Delftseschool. Frits ontwierp eerst woningbouw en daarna utaliteitsgebouwen (15) waarvan klaarblijkelijk vele concertzalen, zoals in House of Delft. (16) Eveneenst heeft Frits een ontwerp voor het Conservatorium Amsterdam, 2005-7, wat opgericht door (vader) Julius Röntgen in 1884.(16) Bronnen: Boeken: 1) Paul Groenendijk, Piet Vollaard, 2006, Nederlandse Architectuur 1900-2000 Architectural guide to the Netherlands, Rotterdam, Nai 010 Publishers, p. 130 2) Corjan van der Peet & Guido Steenmeijer 1995, De Rijksbouwmeesters. Twee eeuwen architectuur van de Rijksgebouwendienst en zijn voorlopers. Rotterdam: Uitgeverij 010, p. 454, 471, 509, 517, 537, 558-61, 593, 617, 620 3) Blijdenstijn R.K.M., (1996), Margreeth Kooiman Architectuur en stedebouw in de provicie utrecht 1850-1940, Uitgeverij Wbooks p.57
34
14. House of Delft, concertzaal, Frits van Dongen (16)
Digitale boeken, artikelen: 4) Vis, G.N.M., (2007), “Gaudeamus. Het leven van Julius Röntgen (1855-1932). Componist en musicus, Utrecht University Repository (Dissertation) 5) Boer, Martin de, (1999) De Biltse Grift Juni 1999, “Julius Röntgen in Bilthoven” , pagina 32-34, link: http://historischekringdebilt.nl/wp-content/uploads/ DBG-Julius-Rontgen-in-Bilthoven.pdf, geraadpleegt: geraadpleegd: 6 maart 2017 om 11.30 6) Rien van Beusichem, 2006, SectieBodemkwaliteit, CentrumBodem,EnvironmentalSciencesGroup,Wageningen Universiteit en Research Centrum ; De familie Röntgen: toonkunst en bouwkunst, p.25-31, leesbaar op: http://library.wur.nl/WebQuery/wurpubs/fulltext/301568, geraadpleegd: 6 maart 2017 om 15.30
11. Ossip van Duivenbode ©, 2014, (9) 9) http://rijksmonumenten.nl (514680, 358914, 530912), geraadpleegd: 6 maart 2017 om 11.20 10) Alice Gut, ‘Röntgen, Frants Edvard (1904-1980)’, in Biografisch Woordenboek van Nederland. URL:http:// resources.huygens.knaw.nl/bwn1880-2000/lemmata/ bwn6/roentgen [12-11-2013] geraadpleegd: 6 maart 2017 om 16.30 11) NTR VPRO Andere Tijden; 2008, regie Jan Eikelboom, research Hannah Dogger geraadpleegd: 6 maart 2017 om 18.30
15. Portret Julius Röntgen door Frants Edvard Röntgen, april 1926 Schiermonnikoog. (5)
15) Bart Dirks BOB Witman 22 november 2014, 02:00, volkskrant, http://www.volkskrant.nl/beeldende-kunst/ rijksbouwmeester-van-dongen-vertrok-zelf~a3795712/ geraadpleegd 11-3-17 om 20.00 Internet: 7) Julius Röntgen jr. & Agnes Thiadens-Röntgen, link: http://www.juliusrontgen.nl/nl/familie/, geraadpleegd: 6 maart 2017 om 9.30 8) Julius Röntgen jr. & Jurriaan Röntgen, link: http:// www.juliusrontgen.nl/nl/familie/tweede-huwelijk/ frants-edvard-rontgen/, geraadpleegd: 6 maart 2017 om 9.20
12) Bedaux & Taube, 2010, Voormalig post en bestelkantoor kerkenbrink 16 Hilversum, in opdracht van TNT RealEstate, link: http://www.custompropertysolutions. nl/files/Objectinformatie%20Kerkbrink%2016_aug2010_ spr.pdf , geraadpleegd: 11 maart 2017 om 14.20 13) André van Haasteren, 2005, Vier eeuwen geschiedenis in steen, universitaire gebouwen Leiden, p 98. link: http://media.leidenuniv.nl/legacy/vier-eeuwen-geschiedenis-in-steen.pdf, geraadpleegd: 11 maart 2017 om 14.40 14) Baeten & Dubbin, 2015, Penthouse in voormalig lab, https://fd.nl/fd-persoonlijk/1110456/penthouse-invoormalig-lab-boven-op-de-wageningse-berg, geraadpleegd: 6 maart 2017 om 12.40 16) Dongen (projectteam), 2007, Conservatorium Amsterdam, https://vd-k.eu/conservatorium-van-amsterdam-amsterdam/, geraadpleegd: 11 maart 2017 om 16.00
35
studio
Olafur Eliasson Essay door Charlotte Louter 18 juni 2017
De kunstenaar Olafur Eliasson, is een spraakmakend artiest die op onderzoekende wijze naar de omgeving, perceptie en het bewust zijn kijkt. Met zijn werken weet hij op een overweldigende manier ons bewustzijn aan te spreken en ons te wijzen op ons fundamentele gedrag ten opzichte van onze omgeving. Gebruikmakend van natuurlijke, ‘gratis’ alledaagse elementen zoals het weer, water, landschap, kleur en perspectief lukt het Eliasson keer op keer een sublieme ervaring neer te zetten. Eliasson zelf vind zijn werk pas geslaagd als er een moment van perceptie plaatsvind, waarin de beschouwer pauzeert om te overdenken wat hij nu eigenlijk ervaart. (1)
‘Riverbed’. Het gaat niet alleen om het verplaatsen van een belangrijk onderwerp ten opzichte de context, hij werkt het esthetisch en interactief uit. Banaal gezien, gaat het om een halve cirkel van diffuse verlichting, in een hal met een spiegelend plafond en mistmachines. Door het spiegelende plafond heeft de lichtbron een tweede helft gekregen en lijkt zo rond als een zon. De hal is optisch twee maal zo hoog en de bezoekers herkennen zichzelf in het plafond. (1) In reactie gingen vele mensen op de grond liggen en met hun lichaam patronen maken om zichzelf te herkennen in het plafond. (1) Refererend naar het weer, kun je de bewegelijke patronen door mensen en mistmachines met wolken vergelijken.
Eliasson werk met een groot team en heeft al vele werken op zijn naam. Niet vies van concepten zoals perspectief, kleur, illusie en interactie en dat is goed te ervaren in bijvoorbeeld ’One way collour tunnel’, ‘Deep mirror’, ‘Notion Motion’. Jezelf bewegen in de ruimte is daarbij vaak nodig om zijn werk te ervaren.(3) In werken zoals ‘Double Sunset’, ‘Riverbed’, ‘Waterfall’ is de omgeving belangrijk. (1) Drie van zijn fenomenale werken waarbij de omgeving een grote rol speelt zal ik nader toelichten.
‘The Weather Project’ 2003-04
Tate Modern, Turbinehall in Londen, Unilever series. Lampen, projectie-, spiegelfolie, mistmachines.
Het weer, wat een wezenlijk onderdeel is van ons leven is, wordt hier in een andere context geplaatst dan wij gewend zijn, namelijk binnen. Iets wat zo’n diepe betekenis heeft in ons leven, in een andere context zetten kan je misselijk maken door zijn vervreemding. Dat is een conceptuele insteek en te vergelijken met de beleving van ‘Le Urinoir’ van Duchamp of met een later werk van Eliasson,
36
1 afb. 1 & 2, foto: Studio Olafur Eliasson, 2003, Tate Modern, Londen, bron: http://publicdelivery.org/tag/ olafur-eliasson/
2
37
6
38
afb. 4 & 6, Olafur Eliasson - Green River 1989, Bremen www.olafureliasson.net/archive/artwork/WEK101541/green-river
De bewustwording van onze omgeving en ons gedrag en reactie vind Eliasson dus erg belangrijk.
Green River 1998 - 2001
Bremen, Moss, IJsland, Los Angeles, Stockholm en Tokyo 2001. Uranine en Water.
Net als het weer maken rivieren en kanalen, onbewust een groot deel uit van onze stedelijke omgeving en onze werkelijkheid. Eliasson heeft een werk gemaakt om de vervuiling van de rivieren onder de aandacht te brengen, maar ook om de steden in een andere licht te benadrukken. Dit niet door iets te verplaatsen uit zijn context, maar door een onderdeel in de context te veranderen. Met Uranine, wateroplosbare verf, kregen de rivieren in diverse steden een chemische groene kleur. De kleurstof verplaatste snel en verdween ook relatief snel, het was dus een tijdelijk project. De reactie van het publiek verschilde per plek.(1)
3
Your Rainbow Panorama 2006-11
Aros, Aarhus kunstmuseum, Denemarken, 360Ëš tunnel, 150 meter lang, bij 3 meter breed, gekleurd glas. In samenwerking met Schmidt Hammer Lassen architecten.
Het aanlichten van de stad in een andere kleur, heeft Eliasson weer toegepast op het museum Aros. Als permanente tentoonstelling heeft hij een cirkelvormige tunnel geplaatst van met wanden van gekleurd glas. In 360 graden uitzicht behandeld de tunnel het gehele spectrum aan kleuren. Bij iedere kleur is er een bepaald zicht op de stad Aarhus. Sterker nog, de bewoners van Aarhus, benoemen tegenwoordig de stadsdelen per kleur. Bijvoorbeeld het stadhuis (Arne Jacobsen) staat in het gele deel van de stad.(5) Het doel van Eliasson is om de grens tussen binnen en buiten, en tussen kunst en dagelijkse omgeving te minimaliseren en om datgene dat er is, het uitzicht, te versterken.(1) Je hoeft enkel een stap te zetten om de wereld anders te bekijken. (3) In mijn optiek is Eliasson erin geslaagd om het fundamentele gedrag en kijk op de wereld aan te spreken en dat op een esthetische manier. In mijn ogen is het werk van Eliasson subliem! Zoals Edmund Burke in 1751 de overweldigende pracht van een storm beschreef, zo beschrijf ik Eliassons werk, esthetisch en overweldigend krachtig. Bronnen: 1) Studio Olafur Eliasson, An Encyclopedia, 2016 Tasschen, 532 pages, ISBN 978-3-8365-6281-2
4
5 afb. 4 & 5 Olafur Eliasson, Your Rainbow Panorama, Aarhus, foto’s door Aros, www.en.aros.dk/visit-aros/ the-collection/your-rainbow-panorama/ 2) www.tate.org.uk/whats-on/tate-modern/exhibition/ unilever-series-olafur-eliasson-weather-project geraadpleegd: 9 januari 2015 3) Ted2009, februari 2009, www.ted.com/talks/olafur_ eliasson_playing_with_space_and_light geraadpleegd: 9 juni 2017 4) www.olafureliasson.net geraadpleegd: 9 juni 2017 5) Aros, www.en.aros.dk/visit-aros/the-collection/ your-rainbow-panorama/ geraadpleegd: 15 juni 2017
39
De lessen van
Caroline Kruit Column tekst en beeld door Charlotte 20 juni 2017
Fantastich en leerzaam! Zo noem ik de lessen van Caroline Kruit, gezien zij met humor en interactie weet te doceren. Op een luchtige maar doortastende manier zijn we door de lessen documenteren en publiceren gevlogen. Lezen, schrijven, presenteren, publiceren en analyseren, dat heb ik op verschillende manieren mogen ervaren, communiceren in het breedste zin van het woord. Kritisch op wat er speelt in de architectuur en in de lessen kreeg ik de gelegenheid om daar mijn mening over te vormen en te relativeren waar ik sta. Zo hebben we politiek (Trumpwall), techniek (kinetica, warmbeton) en fenomenologie (kleur, zintuigen) in de architectuur besproken. Naast de serieuse lesstof, was zeer regelmatig tijd voor een spot, grappig verhaal, koekje, cake en natuurlijk koffie. Al dat eten maakte het wel een beetje een theekransje, waardoor we soms lang aan het pauzeren waren.Thans alsof Caroline kan aanvoelde hoe ze onze focus moet herpakken, werden regelmatig verast met interessante filmpjes, infographics, architectuur-nieuws updates of werd onze neus op de feiten gedrukt met dat we een woord al jaren verkeerd gebruiken of interpreteren.
40
De opdrachten, die klonken in eerste instantie saai, “research artikel, essay, reportage, interview” maar ze brachten veel nieuwe gesprek stof met zich mee. Hoewel lezen en schrijven in het algemeen niet mijn ding is, heb ik met plezier aan de opdrachten gewerkt. Mogelijk door de toegespitstheid op mijn eigen interesse, maar ook mogelijk doordat alle valkuilen, tips en methodieken om beter een tekst te schrijven werd uitgedoktert. Zo heb ik tekstvaardig veel gehad aan de feedback die ik en mijn ‘collega’s’ kregen van Caroline. Bedankt voor de lessen Caroline!
41
COLOFON ARCHITEKST 42
Tekst: Charlotte Louter Eindredactie: Charlotte Louter en Caroline Kruit Vormgeving: Charlotte Louter Opdrachtgever: Caroline Kruit, ArtEZ Master Architectuur Beeldomslag: Siza pavilioen, Hombroich door Charlotte Louter, 2014, “poëtisch”