1 minute read

Pieter Boskma, Het gelijk van honderd tegelijk zingende bossen

‘Deze dichter is geen priegelaar – geef hem de ruimte en hij blaast je omver.’ de groene amsterdammer

‘Wat de poëzie van Boskma bovenal onderscheidt van die van anderen is de innerlijke noodzaak.’ nrc handelsblad

Advertisement

De taal sprankelt, buitelt en overrompelt in de nieuwe dichtbundel van Pieter Boskma

Uit Het gelijk van honderd tegelijk zingende bossen rijst een even grimmig als geestig beeld op van onze zelfgenoegzame tijd, waarin het eigen gelijk en het luidkeels uitventen daarvan tot het hoogste goed zijn verheven. Vol droge, soms vileine humor en met veel zelfspot beziet Pieter Boskma de wereld om hem heen, waar het absurde niet langer absurd is maar de alledaagse realiteit. Hoewel de toon hard kan zijn, prevaleert de bekommernis om de condition humaine in deze beeldrijke bundel die de actualiteit dicht op de huid zit. Een aantal schitterende in memoriams voor bevriende dichters als Joost Zwagerman, Rogi Wieg, Menno Wigman en Hafid Bouazza vormen een ontroerend tegenwicht voor de hectiek en uitwassen van onze tijd waarmee deze bundel ons op nietsontziende maar ook vermakelijke wijze confronteert. Dit maakt Het gelijk van honderd tegelijk zingende bossen tot een rijke en opvallend vitalistische bundel, een nieuw hoogtepunt in het oeuvre van deze gevierde dichter.

Pieter Boskma (1956) is een meermaals bekroonde dichter met een imposante staat van dienst. Recente dichtbundels zijn onder meer Doodsbloei (2010), Mensenhand (2012), Zelf (2014) en Van de zoon en de zee (2019).

september 2022 • luxe paperback, 144 pag. • 17 x 24,5 cm • € 23,99 • isbn 978 94 031 8031 1 nur 306 • omslagontwerp Michaël Snitker • foto Koos Breukel

This article is from: