Droom even helemaal weg!

Page 1

Droom weg! even helemaal

Pure ontspanning!

Neem mee

Fragmenten uit 3 heerlijke feelgoodromans Inclusief kortingsbonnen!


Beste lezer, me zomerse dag Kijk je ook zo uit naar een heerlijk war in je hand? met slippers aan je voeten en een boek te dromen naar Anders ik wel! Om alvast een beetje weg je gemaakt met een mooie zomer heb ik dit boekje voor ans waar je je daarin fragmenten uit drie heerlijke rom helemaal in kunt verliezen. en zet ze daarna op Lees alvast een stukje van deze boeken je #zomervakantiekofferinpaklijstje :-) n voor deze Achterin vind je trouwens kortingsbonne een lekker drankje boeken zodat je nog wat overhoudt voor op een terrasje! boeken en een Wil je op de hoogte blijven van al onze ons dan op kijkje achter de schermen nemen ? Volg uitgeverijdefontein en uitgeverijdefontein, DeFonteinRomans. Maar nu eerst: heel veel leesplezier! Groetjes, Ester (van Uitgeverij De Fontein) fijne zomer!! PS. ook namens al mijn collega’s: een hele


Droom even helemaal weg! Drie fragmenten uit drie heerlijke feelgoodromans die deze zomer in de winkel liggen Lucy Dillon – Honderd stukjes van mij – verschijnt 13 juni Dani Atkins – Duet met jou – verschijnt 1 augustus Jojo Moyes – Dicht bij jou – verschijnt 5 september

Inclusief kortingsbonnen

Droom even helemaal weg 1-64.indd 1

20-04-17 09:19


Gina Bellamy’s leven is een chaos. Daar staat ze dan, na haar scheiding, in een te kleine flat met te veel dozen vol spullen uit haar oude leven. Ze staat voor de keuze: doormodderen of eens en voor altijd uitvinden wie ze écht is. Het is tijd voor drastische maatregelen: al haar bezittingen de deur uit, alleen de honderd meest belangrijke dingen mogen blijven. Maar welke honderd dingen? Elke brief, elk souvenir, elk díng is een herinnering. Gina moet kiezen wat in haar nieuwe leven past en wat ze los wil laten, want alleen dan ontstaat ruimte voor nieuwe mogelijkheden… Lucy Dillon | Honderd stukjes van mij paperback, 480 blz. | isbn 978 90 216 4200 0 | isbn e-book 978 90 261 4201 7 verschijnt 13 juni 2017 bij Uitgeverij De Fontein

Droom even helemaal weg 1-64.indd 3

20-04-17 09:19


1 u item: een verguld glazen engeltje dat op een trompet blaast, voor in de kerstboom

Longhampton, december 2013 Gina doet een stap naar achteren en ademt de scherpe donkergroene geur in van de douglasspar. HíÊr heb ik dit huis voor gekocht. Om er Kerstmis te vieren. De reusachtige, ouderwetse kerstboom komt prachtig tot zijn recht in de zwart-wit betegelde hal van Dryden Road 2, precies zoals ze het zich al bij de eerste bezichtiging had voorgesteld. De takken deinen zachtjes, in afwachting van de glazen ballen, van de ster helemaal bovenin; de ijzeren standaard gaat schuil onder de cadeautjes. De boom is als de kers op de taart van hun liefdevol verbouwde en gerestaureerde victoriaanse huis. Met een tevreden glimlach laat Gina haar blik in het rond gaan. De renovatie heeft veel tijd gekost; wat ze konden hebben ze zelf gedaan, na hun werk en in het weekend. De gedachte aan dit moment, aan hoe de boom in hun nieuwe hal zou staan, heeft haar op de been gehouden in de eindeloze maanden van schuren en pleisteren, van zich wassen in een emmer, van plotselinge stroom­uitval wanneer de werklui zonder waarschuwing de knop omzetten. En dat alles tegen de achtergrond van de worsteling waarmee haar tra5

Droom even helemaal weg 1-64.indd 5

20-04-17 09:19


ge terugkeer naar een normaal bestaan gepaard ging. Ze had zich telkens opnieuw kleine, haalbare doelen gesteld – het afmaken van een overzichtelijke klus, het volbrengen van een wandeling door het hele park – en nu is het eindelijk zover: Kerstmis aan Dryden Road. Terwijl ze de eerste bal uit de doos haalt, komt er een herinnering bij haar op, meer een gevoel dan iets concreets; het is alweer verdwenen voordat ze de vinger erop kan leggen. Ze wordt warm van een diepgevoelde tevredenheid, vervuld door de blijde verwachting die bij Kerstmis hoort en die haar omhult als een zachte, rode deken van vreugde. Wat er door haar heen ging was misschien niet eens een herinnering, maar een soort déjà vu: het bevredigende gevoel van iets wat op zijn plaats valt. Waardoor was dat gevoel opgeroepen? De geur van kerstgroen en kaneelstokken? Het fluisterende geritsel van engelenhaar? Het knusse tikken van de centrale verwarming die aanspringt terwijl de schaduwen van de middag beginnen te lengen? Gina gaat op zoek in haar vroegste herinneringen, maar kan geen aanknopingspunt vinden. Ze weet niet zo veel meer van haar jeugd, en de weinige herinneringen die ze koestert zijn vervaagd doordat ze er te vaak aan heeft teruggedacht; of misschien zijn het helemaal geen herinneringen, maar dingen die haar moeder haar keer op keer heeft verteld. Het geluksgevoel dat nu bezit van haar neemt, voelt echter vertrouwd. Het komt waarschijnlijk door het versieren van de boom, denkt ze, terwijl ze zich weer over de doos buigt, met daarin de ballen in hun nestje van vloeipapier. Het is traditie: de eerste zaterdag in december zetten ze de boom op. Het versieren deed ze altijd samen met Janet, haar moeder. Alleen zij tweetjes, verder niemand. Dan luisterden ze naar een bandje met kerstliedjes en ze snoepten een heel blikje Quality Street leeg. Gina gaf de ballen aan, Janet hing ze in de boom, elk jaar op hun vaste plekje. Gina is in haar jeugd regelmatig verhuisd met haar ouders, maar de traditie van het optuigen van de kerstboom bleef onveranderd. Gina heeft een doos met ballen, waaronder wat oude favorieten die ze van haar moeder heeft meegekregen. Daarnaast heeft ze J­ anets gewoonte overgenomen om elk jaar iets nieuws te kopen voor in de 6

Droom even helemaal weg 1-64.indd 6

20-04-17 09:19


boom. Ze haalt haar aankoop van vorig jaar tevoorschijn: een gouden engeltje met een trompet. Dit nieuwe jaar wordt beter dan het vorige, denkt ze, plotseling vervuld van hoop. Het is lang ge­leden dat ze dit simpele gevoel van tevredenheid heeft ervaren. De ongecompliceerde blijdschap voelt onwennig, het besef hoezeer ze die heeft gemist vervult haar met afschuw. Er dwarrelen sneeuwvlokken langs het raam en Gina hoopt dat er in New Forest, waar Stuart en zijn collega’s voor hun kerstuitje naartoe zijn, geen sneeuw valt. In plaats van het gebruikelijke all you can eat-avondje bij de plaatselijke Chinees, heeft Midlands Logistics zijn hele afdeling Verkoop getrakteerd op karten en aansluitend dineren met een moord die moet worden opgelost. Gina weet bijna zeker dat Stuart een van de teams zal aanvoeren. Hij speelt cricket; hij fietst; en hij is op zijn zesendertigste nog altijd aanvoerder van zijn rugbyteam, een positie die hij bescheiden maar vastberaden inhoud geeft. De andere rugbyvrouwen, van wie de meesten er geen geheim van maken dat ze Stu leuk vinden, noemen hem de David Beckham van Longhampton. Maar dan zonder de tatoeages. Want van tatoeages moet Stuart niets hebben. Gina hangt nog een zilveren bal in de boom, dan aarzelt ze even. Wat zou het leuk zijn om dit samen met Stu te doen. Hij heeft tijdens de renovatie het zware werk voor zijn rekening genomen, omdat zij daar nog niet toe in staat was. Het is niet meer dan eerlijk om ook de leuke dingen te delen. Het optuigen van de boom zou een nieuwe traditie kunnen worden, iets van hen samen. Gina doet het deksel op de doos zodat de katten er niet in kruipen, en loopt naar de zitkamer om door te gaan met cadeautjes bestellen. Zo veel tijd om te winkelen heeft ze niet meer, en ze is nog maar amper begonnen met het lijstje familieleden. Met het kerstalbum van Phil Spector lekker hard gaat ze achter de laptop zitten, maar ze is nog maar bij Stuarts tantes wanneer haar creditcard wordt geweigerd. Ze probeer het nog eens. De betaling mislukt opnieuw. Gina kijkt fronsend naar het scherm. De creditcard die ze gebruikt is van hen samen en bedoeld voor huishoudelijke aankopen. 7

Droom even helemaal weg 1-64.indd 7

20-04-17 09:19


Blijkbaar heeft Stuart iets duurs gekocht, waarschijnlijk voor zijn fiets, want om met Kerstmis niet in de problemen te komen heeft Gina het openstaande bedrag vorige maand volledig afbetaald. Volgens de website is maandag de uiterste besteldatum voor Australië, dus om te zorgen dat tante Pam in Sydney haar blik koekjes op tijd krijgt, moet de bestelling vandaag de deur uit. Gina bijt op haar onderlip, dan kiest ze Stuarts mobiele nummer. Vanwege de verzekering en de jaarlijkse keuring van haar auto zit ze op haar eigen creditcard al aan haar bestedingslimiet, en Pam is tenslotte Stuarts tante. Na twee keer overgaan krijgt ze de voicemail. Ze had niet anders verwacht. Zorgvuldig als hij is, heeft hij zijn mobiel tijdens het karten ongetwijfeld in een kluisje gedaan. Dus ze belt Paul, zijn vriend en collega. Al na een paar keer overgaan neemt hij op. ‘Paul, je spreekt met Gina.’ Ze loopt de kamer door, trekt de zware gordijnen dicht en doet de lampen aan. ‘Sorry dat ik stoor. Ik hoop niet dat ik een moordonderzoek in de war stuur!’ ‘Hé, Gina. Hallo!’ Op de achtergrond klinkt lawaai. Gina herkent ‘Merry Christmas Everyone’, van Slade. ‘Ik probeer Stu te pakken te krijgen. Kun jij vragen of hij me wil bellen zodra het schikt?’ ‘Stuart?’ ‘Eh, ja. Maar moet je hem niet Hercule Poirot noemen of zoiets?’ ‘Hè? Wat bedoel je?’ Gina blijft staan voor de haard. In het verweerde glas van de antieke spiegel boven de schoorsteenmantel ziet ze haar smalle, langwerpige gezicht. Ze is net naar de kapper geweest, en zoals altijd moet ze even wennen aan haar nieuwe look. Haar korte zwart haar is geraffineerd in een sluike pony geknipt die schuin over haar voorhoofd valt en die over een paar uur toch weer zal gaan krullen. Het bezoek aan de kapper vloeit voort uit haar voornemen om in het nieuwe jaar beter haar best te doen. Met haar bedrijf, met Stuart, met alles. ‘Sorry, maar ik kan je niet helpen.’ De stem uit de telefoon doet haar opschrikken uit haar gedachten. ‘Stuart is hier niet.’ 8

Droom even helemaal weg 1-64.indd 8

20-04-17 09:19


‘O, ik dacht hij bij jou was?’ ‘Nee, of hij moet net zo onnozel zijn als ik om uitgerekend vanavond bij Cribbs Causeway te gaan winkelen!’ Paul valt even stil. Dan schiet hij nerveus in de lach. ‘O, shit. Nu heb ik de verrassing bedorven. Hij is natuurlijk een cadeautje voor jou aan het kopen. Wat wordt het dit jaar? Een kajak?’ ‘Vast en zeker.’ Gina probeert te lachen, maar het lukt niet. De spieren in haar wangen lijken plotseling verlamd. ‘Ha! Nou ja, nogmaals, sorry dat ik je heb gestoord, Paul. Goed weekend!’ Ze verbreekt de verbinding en doet althans een poging om Paul te geloven. Maar het klopt niet. Stuart heeft een tas gepakt voor het weekend en zelf zijn overhemden gestreken. Hij heeft haar keer op keer verteld – net iets te vaak, beseft ze nu – dat hij ging karten met aansluitend een moorddiner. Ze zouden het hele weekend wegblijven, van vrijdagochtend tot zondagmiddag. En ze moest zich geen zorgen maken als ze hem niet te pakken kreeg. Het hotel lag midden in het bos, dus daar hadden ze geen bereik. Dat was ‘beter voor de teambuilding’. Veel te veel details. Zelfs als hij liegt is Stuart overdreven grondig. Met de telefoon nog in haar hand laat Gina zich op de bank vallen. Loki, de minst arrogante van hun twee katten, maakt zich haastig uit de voeten. Stuart heeft gelogen. Het kost Gina moeite die twee dingen – S ­ tuart, liegen – te combineren. De betrouwbare, intens fatsoenlijke Stuart, die voor zijn vertrek de kerstversiering nog van de zolder heeft gehaald, de vuilnisbakken geleegd en de kattenbak verschoond. Allemaal praktische dingen. Attent, maar de taken van een huisgenoot. En dat is precies wat ze zijn na vijf jaar huwelijk: huisgenoten. Bij haar vorige verjaardag heeft hij haar een schuurmachine gegeven, voor de vloeren boven. Gina is niet eens kapot van wat ze heeft ontdekt, alleen maar verdrietig. Het bevestigt wat ze eigenlijk al wist. Wat ze al maanden heeft geweten, maar niet heeft willen toegeven. Maanden waarin ze het ene na het andere relatieboek heeft gelezen, die ze vervolgens 9

Droom even helemaal weg 1-64.indd 9

20-04-17 09:19


zorgvuldig verstopte zodat Stuart ze niet zou vinden. Maar zoals gebruikelijk heeft hij het aanzienlijk praktischer aangepakt. Ze kijkt naar de half opgetuigde kerstboom, naar de perfecte contouren die fraai afsteken tegen de bleekblauwe trap erachter. Onder de doffe pijn die loodzwaar op haar hart drukt, voelt Gina nog zwak het geluksgevoel van zo-even, dat haar nu dreigt te ontglippen. Iets dwingt haar op te staan en het optuigen van de boom af te maken. Het duurt nog minstens een halve dag voordat Stuart thuiskomt. Ze heeft nog minstens een halve dag om te zorgen dat het huis er perfect uitziet. Want dat verdient het. Als een slaapwandelaar loopt ze naar de hal, naar de doos met ballen en herinneringen. Met The Ronettes op de achtergrond hangt ze de glimmende, glazen ballen aan de knoestige takken, zich bewust van de rozemarijnachtige geur van de hars. Zo laat ze haar zintuigen bedwelmen door het donkere hart van de boom, tot er geen ruimte meer is voor gedachten aan het verleden of de toekomst. Buiten, achter de net geschilderde voordeur met de koperen klopper en de krans van glanzende hulsbladeren, sneeuwt het.

u Longhampton, nu Het was geen toeval dat de mens zich de hemel voorstelde als een uitgestrekte, witte ruimte met niets erin, dacht Gina terwijl ze in haar nieuwe, nog lege appartement om zich heen keek. Iets in de schone, serene ruimte maakte dat ze zich kalmer, vrediger voelde dan ze zich in weken heeft gevoeld. Door het grote raam keek ze uit op de bruine en grijze daken aan de overkant van de grote winkelstraat. Ze voelde zich merkwaardig uitgelaten, alsof er tintelend mineraalwater door haar aderen stroomde. Zo veel opgewektheid had ze niet verwacht op de eerste dag van haar nieuwe leven als single, in een nieuw huis. De afgelo10

Droom even helemaal weg 1-64.indd 10

20-04-17 09:19


pen weken waren zwaar geweest. Gina had het gevoel dat ze mentaal onder de blauwe plekken zat, maar vandaag registreerde ze daaronder ook de opwinding van de eerste dag van het nieuwe schooljaar. Lege kamers. Nieuwe verf. Nog volkomen gladde muren, als de onbeschreven bladzijden van een nieuw schrift. Een deel van haar uitgelatenheid was adrenaline door de verkoop van het huis en de huur van dit nieuwe appartement in een tijdsbestek van amper twee weken. Een ander deel was opluchting te zijn ontsnapt aan de geladen sfeer in het huis aan Dryden Road, nadat Stuarts nieuws was ingeslagen als een bom – en net als een bom een diepe krater had geslagen waar Kerstmis had moeten zijn. Ook al had hij het huis onmiddellijk verlaten na zijn bekentenis waar hij dan wél had gezeten – in Parijs – toch was hij tastbaar aanwezig gebleven in elke verdwaalde sok die Gina vond, in de talloze vakantiefoto’s die in alle kamers hingen en stonden. Bijna van de ene op de andere dag had Gina het gevoel dat ze in het huis woonde van vreemden, van een gelukkig getrouwd stel dat ze niet kende. Het besef dat het haar eigen schuld was maakte alles alleen nog maar erger. Ze had er welbewust aan gewerkt om van Dryden Road een soort plakboek van hun leven te maken: het hele huis stond vol met herinneringen aan feestjes en jubilea, met grappige, excentrieke, ingelijste verzamelingen. Er was geen plank die Gina niet wist te vullen. Daarom was ze ook zo verrast dat ze zich onmiddellijk thuis voelde in de wolkachtige leegte van dit moderne appartement, boven een opticien, naast een delicatessenwinkel. High Street 212a was in alle opzichten de tegenpool van het huis dat ze had achtergelaten in de gewilde dichtersbuurt van Longhampton; het verwaarloosde victoriaanse rijtjeshuis dat Stuart en zij van een vochtig, sjofel onderkomen hadden omgetoverd tot wat in de woonbladen die Gina zo graag las ‘een huis voor het leven’ werd genoemd. Ze werkte destijds bij de gemeente, als monumentenambtenaar op de afdeling Ruimtelijke Ordening; het in ere herstellen van lambriseringspanelen en gebeeldhouwde plafondrozetten was iets wat ze met liefde deed. Het laatste geschenk dat het huis aan 11

Droom even helemaal weg 1-64.indd 11

20-04-17 09:19


Dryden Road hun had gegeven, in ruil voor gebroken nagels en avonden lang schuren, was een snelle verkoop. Voor hen was het niet een huis voor het leven. Maar misschien werd het dat nu voor een ander gezin. Als het huis aan Dryden Road te vergelijken viel met een drukke victoriaanse collage, dan was het appartement aan High Street een lege bladzijde. De weinige tussenmuren waren zacht eierschaalbeige geschilderd, de vloeren – zowel tapijt als hout – waren spiksplinternieuw, en het hele appartement was zorgvuldig neutraal gehouden, zonder opvallende, sprekende details. Het had geen haarden, geen plinten, geen rails om schilderijen aan op te hangen, alleen kale muren en grote ramen – met dubbel glas – die de skyline van de stad veranderden in een levend schilderij over de hele breedte van de zitkamer. Doordat het appartement zo licht en zo ruim was, deed het Gina denken aan een galerie, aan een plek die uitnodigde tot contemplatie. Op het moment dat haar makelaar de deur opendeed en ze naar binnen stapte, met brandende ogen na de zoveelste slapeloze nacht, was er een gevoel van sereniteit over haar neergedaald. Ze had nog diezelfde middag de borgsom overgemaakt en het huurcontract getekend. Dat was inmiddels een week geleden, de laatste week van januari. Buiten was het kil, maar dankzij de zon die ongehinderd naar binnen scheen, voelde het binnen warm. Gina draaide langzaam in het rond om de ruimte in zich op te nemen. Haar blik bleef rusten op de lange muur, haaks op het raam. De muur vroeg om iets moois, een echt kunstwerk. Iets waar ze eindeloos naar kon kijken en waarin ze zich kon verliezen. Ze had nog niet het juiste schilderij, de juiste prent, maar toen ze die nacht weer niet kon slapen had ze een plannetje bedacht. Ze zou alles uit haar oude huis wat ze niet nodig had, of wat haar geen goed gevoel bezorgde, verkopen en voor het geld één schitterend… object kopen. Alles uit het oude huis. Haar maag verkrampte bij de gedachte aan de maanden die voor haar lagen, aan het onbekende dat ze tegemoet ging. Uitgerekend op momenten wanneer ze er niet op verdacht was, dreigden de 12

Droom even helemaal weg 1-64.indd 12

20-04-17 09:19


zenuwen haar parten te spelen; dan stortten ze zich op haar, als meeuwen die uit de lucht kwamen gedoken, en torpedeerden haar moreel. Zodra het nieuwtje van een ander huis eraf was, zou ze het moeilijk krijgen. Ze zou op haar drieëndertigste weer moeten gaan daten, ze zou haar leven moeten losmaken van dat van Stuart, en ze zou nieuwe vrienden moeten maken om de plaats in te nemen van de oude, die met Stuart meegingen. Gina had al sinds de middelbare school maar één echte vriendin, Naomi; voor het overige was haar getrouwde sociale leven gevuld geweest met de rugby- en cricketvrienden van Stuart. Maar dit appartement zou haar helpen een nieuwe start te maken. Hier zou alles wat haar dierbaar was permanent zichtbaar zijn en niet in kasten worden weggestopt. En het was aan haar om te bepalen waar ze het appartement mee vulde. Veel kon ze er niet kwijt, dus ze zou selectief moeten zijn. Van nu af aan wilde ze alleen nog maar spullen die haar gelukkig maakten of die nuttig waren. En idealiter dingen die aan beide criteria voldeden. Een van de zelfhulpboeken die ze van Naomi had gekregen ging over een man die alles wat hij bezat de deur uit had gedaan, op honderd dingen na die voor hem van wezenlijk belang waren. Het had hem een gevoel van bevrijding opgeleverd. Zou zij dat ook kunnen? Het voelde niet goed om de serene leegte van het appartement geweld aan te doen door de kamer weer vol te proppen met spullen. Bovendien zou de discipline goed voor haar zijn. Welke honderd dingen had ze echt nodig? Kon je zo veel wegdoen en toch jezelf blijven? Of ging het daar nu juist om? Dat je je concentreerde op wie je werkelijk was, in plaats van je identiteit te ontlenen aan spullen. Gina huiverde bij de gedachte. Het vooruitzicht stemde haar onzeker, maar joeg haar geen angst aan. Haar telefoon ging in haar jaszak. Het waren de verhuizers, die de dozen van Dryden Road hierheen brachten. Gina had de spullen niet zelf ingepakt. In haar rol als steun en toeverlaat was Naomi daar heel gedecideerd over geweest. Om niet te zeggen bazig. Maar op een lieve manier. ‘Je hebt al genoeg achter de rug. Je bent gesloopt, 13

Droom even helemaal weg 1-64.indd 13

20-04-17 09:19


en zij hebben ervaring met inpakken,’ had ze nadrukkelijk gezegd. ‘Dus laat hen het doen. Desnoods betaal ik het voor je. En als je je rug forceert met inpakken, ben je het geld later alsnog kwijt aan de fysio.’ Naomi had gelijk gehad. Zoals meestal. ‘Gina? Je spreekt met Len Todd Removals. We zijn klaar hier. Ben je thuis? Dan komen we nu de spullen brengen die niet naar de opslag gaan.’ Een deel van de grotere stukken, zoals Gina’s enorme fluwelen libertybank en haar antieke garderobekast, gingen rechtstreeks naar de Big Yellow op het industrieterrein, in afwachting van haar besluit om ze te verkopen, of van een nieuw huis dat groot genoeg was om ze weer neer te zetten. De rest – boekenkasten, commodes, nog meer kasten – kwam allemaal naar het appartement. Gina keek op haar horloge. Het was twee uur. De verhuizers waren al vóór achten begonnen, maar dan nog. Een heel leven in een tijdsbestek van iets meer dan een halve dag ingepakt in noppenfolie? ‘Jullie zijn toch nog niet klaar?’ ‘Alles is ingeladen. Je hebt trouwens wel een hoop spullen, meid.’ ‘Praat me er niet van.’ Ze huiverde. ‘Sorry. Ik had de boel moeten schiften en al een heleboel moeten wegdoen.’ Ze had verwacht dat Stuart veel meer zou meenemen, maar hij was op een ochtend, toen zij op haar werk zat, langs geweest en had alleen wat kleine spulletjes uitgekozen. Verder had hij op een paar grote stukken, zoals het nieuwe bed – ‘Dat heb ik betaald’ – post-its geplakt. Toen ze thuiskwam lag er een briefje dat zij de rest mocht hebben. Hij ging niet moeilijk doen, schreef hij. Aanvankelijk had Gina zich gekwetst gevoeld, omdat hij blijkbaar zo weinig waarde hechtte aan wat ze samen hadden opgebouwd. Maar al snel bleek dat hij niet veel nodig had omdat er in zijn nieuwe leven al een broodrooster was. En een dekbed. En talloze andere persoonlijke spulletjes. Amper twee dagen na zijn bekentenis was Naomi er via Jason achter gekomen – de twee mannen zaten bij elkaar in het rugbyteam – dat Stuart bij zijn nieuwe liefde was ingetrokken, de vrouw met wie hij naar Parijs 14

Droom even helemaal weg 1-64.indd 14

20-04-17 09:19


was geweest. Ze heette Bryony, Stuart had haar leren kennen via de fietsclub. Ze woonde in Old Water Mill, een nieuwbouwproject. Zodra Naomi dat vertelde, wist Gina precies wat ze zich bij Bryony moest voorstellen. Geen type om carrière te maken, maar een vrouw met als grootste ambitie een blinkend schoon roestvrijstalen aanrecht. Gina verdrong de gedachte toen deze andere, verontrustender beelden opriep. Alles wat ze in haar nieuwe appartement zou binnenlaten, moest positief zijn. Dat gold ook voor haar gedachten. Ze mocht blij zijn dat geen van haar mooie spulletjes in Old Water Mill zou terechtkomen, ook al betekende dat wel dat ze nog maanden huur zou moeten betalen voor de opslag. ‘Hallo? Ben je daar nog?’ Len Todd klonk bezorgd. ‘Ja, sorry! Dus jullie zijn er over… een halfuurtje?’ ‘Dat moet lukken.’ Het bleef even stil aan de andere kant van de lijn. ‘En maak zo veel mogelijk ruimte vrij,’ klonk het vervolgens. Len Todd was er om halfdrie met zijn verhuiswagen, en het duurde niet lang of de eerste doos werd via de trap aan de zijkant van het gebouw naar boven gesjouwd. ‘De spullen moeten naar de logeerkamer.’ Ze hield de deur open naar de kleine kamer, waar nog geen bed stond. ‘Het is de bedoeling dat alles hier neer wordt gezet. Met desnoods nog een paar dozen in de woonkamer. De rest van het appartement wil ik zo veel mogelijk leeg houden.’ ‘Prima. Doen we.’ De verhuizer zette de doos in een hoek en deed een stap opzij om ruimte te maken voor een van zijn mannen die een enorme hutkoffer naar binnen zeulde. Hij werd op de voet gevolgd door een collega, terwijl op de trap gesmoord werd gevloekt door nóg twee verhuizers, die zo te horen iets zwaars lieten vallen. Gina drukte zich zo plat mogelijk tegen de muur in de hal. Het serene witte appartement voelde ineens niet meer zo ruim, met al die gespierde mannen en de dozen die ze naar binnen sjouwden. Dozen die bijna net zo groot waren als zij. Even dreigde er een don15

Droom even helemaal weg 1-64.indd 15

20-04-17 09:19


kere wolk aan haar heldere hemel, maar ze sprak zichzelf streng toe. Er zouden de komende dagen nog wel meer obstakels volgen: onderhandelen met haar advocaat, dozen uitpakken, haar naam laten veranderen. Om al die hordes te nemen moest ze positief blijven en naar de toekomst kijken. Toen er een doos voorbijkwam waar keuken op stond, zag Gina plotseling haar warme, gezellige huis aan Dryden Road voor zich, de gastvrije derde persoon in haar huwelijk met Stuart, nu ontmanteld, in dozen gepakt en hierheen gebracht. In haar oude huis waren al deze spullen volmaakt op hun plaats geweest. Dat was de reden waarom ze zelfs geen poging had gedaan ze uit te zoeken. Ze zou niets hebben kunnen weggooien. Maar haar oude huis bestond niet meer; het was opgedeeld in stukken, als een puzzel die ze nooit meer op dezelfde manier in elkaar zou kunnen leggen. En dat gold ook voor alle stukjes van haar leven. Die konden ook nooit meer in dezelfde vorm worden gelegd. Dus wat moest ze houden? En welke stukjes moest ze wegdoen? De verhuizer leek haar paniek aan te voelen. Waarschijnlijk hakte hij wel vaker met dit bijltje, dacht Gina. Een verdeelde boedel inpakken als gevolg van een echtscheiding. ‘Weet je wat? Ga jij intussen ergens een kop thee drinken,’ stelde hij goeiig voor. ‘Dan maken wij de boel in orde en dan bel ik je zodra we klaar zijn. Je hebt zeker geen waterkoker bij de hand?’ ‘Jawel. En in de keuken staat ook koffie en melk en eh… de mokken zitten in de doos met keuken erop.’ Naomi had een mand ingepakt met de noodzakelijkste spullen. Dankzij de troostende eenvoud van één mok, één kom, één lepel in haar stijlvolle Scandinavische keuken had Gina alle vertrouwen in haar honderddingenplan. Want het had iets heel rustgevends, het ontbreken van een keuze. ‘We hebben niet lang meer nodig.’ Len Todd legde even een hand op haar arm. ‘En maak je geen zorgen. Voor je het weet voel je je hier helemaal thuis.’ ‘Dat denk ik ook.’ Gina lachte stralend, maar het ging niet helemaal van harte.

16

Droom even helemaal weg 1-64.indd 16

20-04-17 09:19


Het daaropvolgende uur zat ze bij de delicatessenzaak waar ze inmiddels naast woonde. Ze dronk twee koppen koffie en staarde naar de drukte op straat. Haar telefoon lag op tafel, naast een notitie­boekje waarin ze een lijst had willen maken van dingen die ze moest doen. Ze negeerde een telefoontje van haar moeder en van Naomi. Vooral over dat laatste voelde ze zich schuldig. Ze wilden haar ongetwijfeld moed inspreken, maar Gina voelde intuïtief dat ze al haar energie naar binnen moest richten; dat ze zich volledig op zichzelf moest concentreren. Terwijl ze wachtte probeerde ze het beeld vast te houden van haar zonnige appartement met open keuken en begon ze het in gedachten al in te richten. Hoe ging ze het doen? Zou ze een van de muren zonnig geel schilderen, om te zorgen dat ze positief blééf, ook op dagen wanneer haar dat moeite kostte? De verhuizer belde om tien over halfvier. Het begon net te regenen, dikke druppels die op het plaveisel spatten, en Gina haastte zich naar huis. Len Todd stond haar al aan de voet van de trap op te wachten. Het ontging Gina niet dat zijn gezicht verslagenheid uitdrukte. ‘Het zit erop.’ Hij gaf haar de sleutels: die van haar oude en die van haar nieuwe huis. ‘Het viel niet mee, maar het staat er allemaal in.’ Gina schoot in de lach en gaf hem een fooi, maar pas toen ze bovenkwam begreep ze wat hij had bedoeld. Het hele appartement stond stampvol, de dozen reikten tot aan het plafond. In de logeerkamer hadden de verhuizers een smalle doorgang naar het raam vrijgelaten, en in haar slaapkamer hadden ze de kratten met kleren langs twee van de muren opgestapeld. De zitkamer stond voor twee derde vol, de witte muren waren verdwenen achter bruin karton. Ze moest zijwaarts lopen om in de open keuken te komen. Waar ze ook keek, overal torenden haar bezittingen hoog boven haar uit. Ze was verbijsterd door deze onverwachte invasie van haar nieuwe huis. Claustrofobisch werd ze ervan, met een gevoel alsof al die spullen als een loden last op haar drukten. Voordat het haar allemaal te machtig werd en ze in tranen uitbarstte, begon ze de dozen weg te 17

Droom even helemaal weg 1-64.indd 17

20-04-17 09:19


schuiven van de lange witte muur waar haar bijzondere kunstwerk moest komen te hangen. Die muur wilde ze kunnen zien. Zelfs als alle andere muren schuilgingen achter dozen. Haar spieren kwamen in opstand terwijl ze met de zware dozen sleepte, maar ze zette door. Ik moet nu meteen beginnen met sorteren, voordat de moed me in de schoenen zinkt. Gina had zich voorgesteld dat ze in haar nieuwe appartement op de grond zou zitten en al haar spulletjes, een voor een, uit de dozen haalde om te besluiten wat ze ermee wilde. Maar de werkelijkheid bleek anders. Ze kieperde vier dozen met beddengoed leeg in een hoek van haar slaapkamer, schreef er houden, verkopen, w ­ eggeven en afval op en zette ze naast elkaar voor de bank. Toen haalde ze diep adem en ze begon de bruine tape los te maken van de dichtstbijzijnde volle doos. Alles wat erin zat was verpakt in noppenfolie, waardoor Gina niet meteen zag wat het was toen ze het eerste pakketje begon uit te pakken. Het bleek een antieke vaas te zijn, van blauw glas. Hoe kwam ze eraan? Ze moest even goed nadenken, toen wist ze het weer. Ze had hem in Oxford had gekocht, tijdens haar studie. Ik was er destijds helemaal weg van, dacht ze verrast. Waar had hij al die tijd gestaan? Er kwam een herinnering bij haar op – een etalage van een uitdragerij, inmiddels vijftien jaar geleden. Het motregende, ze was al laat voor college, maar door zijn sierlijke welvingen was de vaas haar opgevallen in de volle, rommelige uitstalling. Omringd door kitscherig koper en porselein deed hij haar denken aan een gestolde, kobaltblauwe regendruppel. In gedachten zag Gina haar studentenkamer, met de vaas voor het raam dat uitkeek op een binnenplaats. Maar ze moest diep in haar geheugen graven om zich te herinneren waar hij in het huis aan Dryden Road had gestaan. In de nis op de overloop! Met gedroogde lavendel erin. Onopvallend, bijna onzichtbaar, als vulling. Ze leunde naar achteren op haar hielen, terwijl ze de vaas op haar handen woog. Ze had er vijfentwintig pond voor betaald, een fortuin voor een arme student. En ze had er altijd bloemen in gehad; 18

Droom even helemaal weg 1-64.indd 18

20-04-17 09:19


gestreepte tulpen van de markt, die ze – studentikoos, quasibohemien – liet verwelken tot de blaadjes zo dun waren als vloeipapier en op de stenen vensterbank dwarrelden. Kit was ermee begonnen. Bij zijn eerste bezoek had hij bloemen voor haar meegebracht, die ze heel lang had laten staan, omdat ze het niet over haar hart kon verkrijgen ze weg te gooien. En nadat iemand had gezegd: ‘Ben jij dat meisje dat altijd bloemen heeft staan?’ zorgde Gina ervoor dat de vaas gevuld bleef, want ze wilde niets liever dan bekendstaan als Het Meisje Dat Altijd Bloemen Had. Dat is gelukkig over, dacht ze, gegeneerd door de herinnering hoe ze op de universiteit altijd haar best had gedaan om door iedereen aardig te worden gevonden. Inmiddels had ze met niemand uit die tijd nog contact. Ze wilde de vaas al in de doos met weggeven stoppen. In de loop der jaren had ze zo veel vazen verzameld – voor lelies, rozen, hyacinten. Ze had geen behoefte aan een vaas die haar aan Kit herinnerde, aan de verwachtingen die ze op de universiteit had gekoesterd, aan de toekomst die ze zich destijds had voorgesteld. Ze had in haar leven een spoor van bezittingen gecreëerd, in de hoop dat die haar zouden blijven verbinden met haar herinneringen. Inmiddels wist ze beter. De laatste jaren betekenden niets. Ze waren verdwenen. Daar konden zelfs geen honderd fotoalbums ook maar iets aan veranderen. Maar terwijl ze nog eens goed naar de vaas keek, dacht ze niet meer aan vroeger en zag ze alleen nog het stralend blauwe glas. Hij was eigenlijk best mooi. Blijkbaar had ze zelfs als student al oog voor kwaliteit gehad. De gedurfde, gebeeldhouwde contouren waren verloren gegaan in de collage van kleuren en details aan Dryden Road, maar hier in het witte appartement zouden ze perfect tot hun recht komen. De vaas was nog altijd een prachtige, verstilde regendruppel. Stralend kobaltblauw. Klaar om gevuld te worden met bloemen. Gina werkte zich langs de dozen heen naar het grote raam en zette de vaas in het midden van de vensterbank, zodat de zon erdoorheen kon schijnen, net als vroeger in haar studietijd, en de vage contouren van de bloemstelen zichtbaar zouden zijn, stijf rechtop onder de vloeipapierachtige bloemblaadjes. 19

Droom even helemaal weg 1-64.indd 19

20-04-17 09:19


Ondertussen probeerde ze vat te krijgen op de ongrijpbare emoties die in haar om voorrang streden. Op dat moment schoven de wolken van elkaar, en door het late middaglicht werd de diepblauwe kleur nog intenser, nog warmer. Bij de aanblik van dat stralende kobalt op de maagdelijk witte vensterbank was het alsof er diep binnen in haar iets op zijn plaats schoof; een verloren gewaande herinnering die plotseling weer naar boven kwam. Geen herinnering aan een gebeurtenis, maar aan een gevoel. Aan de bitterzoete, bruisende sensatie die haar had vervuld toen ze haar intrek nam in haar studentenkamer. Toen ze haar spullen uitpakte in de verwachting dat ze aan het begin van de mooiste tijd van haar leven stond, maar heimelijk ook bang was geweest dat die tijd misschien al achter haar lag. Die combinatie van gespannen verwachting en heimelijke angst kwam in haar herinnering weer naar boven. Of was het geen herinnering? Was het een gevoel dat terugkeerde, nu in een andere situatie? Want tenslotte stond ze ook nu aan het begin van een nieuwe fase in haar leven. Gina haalde diep adem. Ze zou de vaas houden, niet omdat hij haar aan haar studietijd herinnerde of om indruk te maken op haar bezoek, maar omdat ze hem mooi vond. Omdat ze er blij van werd als ze ernaar keek. Zelfs op een grijze dag wist het blauwe glas het licht te vangen. Hij was prachtig. Dankzij de vaas die stond te stralen in het zwakke winterzonnetje, leek het witte appartement ineens niet meer zo wit. Gina keek ernaar, wel een volle minuut lang, zonder ook maar ergens aan te denken, met slechts oog voor de vloeiende contouren, de warme kleur die schitterde als een sieraad. Bezield door een nieuw vertrouwen in zichzelf ging ze verder met uitpakken.

Lees verder in Honderd stukjes van mij Vanaf 13 juni in de winkel

20

Droom even helemaal weg 1-64.indd 20

20-04-17 09:19


Ally en Charlotte waren ooit vrienden, maar dat is verwaterd. Charlotte is getrouwd met David, Ally’s eerste en grootste liefde, en dat heeft Ally haar nooit kunnen vergeven. Ally zelf is tegenwoordig gelukkig getrouwd met Joe, en ze voeden samen hun zoon Jake op. Maar dan treffen de twee vrouwen elkaar voor het eerst sinds jaren weer, onder de slechtst denkbare omstandigheden: in het ziekenhuis, waar David en Joe vechten voor hun leven. Een dag lijkt weinig in een mensenleven, maar voor Ally en Charlotte zal het leven in deze 24 uur onherkenbaar veranderen. Dani Atkins | Duet met jou paperback, ca. 400 blz. | isbn 978 90 261 4032 7 | isbn e-book 978 90 261 4033 4 verschijnt 1 augustus 2017 bij Uitgeverij De Fontein

Droom even helemaal weg 1-64.indd 21

20-04-17 09:19


1 Er waren veel elementen die de toedracht van die avond hadden kunnen veranderen. Hij had met de auto naar zijn werk kunnen gaan in plaats van die achter te laten voor zijn vrouw, maar dan was ze nooit op tijd op school geweest voor het kerstconcert, en hij wist hoe belangrijk het voor Jake was dat in elk geval één van zijn ouders in het publiek zat voor zijn toneeldebuut in de kerstvoorstelling. Zo’n soort vader was hij. Hij had naar de pub kunnen gaan met zijn collega’s, maar als hij de keuze had tussen met hen een pilsje drinken en naar huis gaan om bij zijn mooie vrouw te kunnen zijn, was de keuze heel eenvoudig. Zelfs na een huwelijk van zeven jaar wilde hij geen enkel moment mislopen dat hij met haar kon doorbrengen. Zo’n soort echtgenoot was hij. Hij had de smeekbeden van de kinderen kunnen negeren toen hij door het park liep. Hij had tegen hen kunnen zeggen dat hun hond best op eigen kracht uit het wak in het bevroren meer kon klimmen om naar de veilige oever te komen, maar toen hij de angstige blik in de ogen van het in het ijskoude water spartelende dier had gezien, had hij geweten dat hij het moest redden. Zo’n soort man was hij. Het meisje was hooguit negen, het jongetje leek nog jonger dan zijn eigen Jake. Ze waren als raketten uit het bosje tevoorschijn geschoten, hadden hem bij zijn jas gepakt en onverstaanbaar tegen hem staan praten, of eigenlijk staan schreeuwen. Heel even had hij gedacht dat ze probeerden hem te beroven. Hij had zich zelfs al voorgesteld hoe hij aan zijn vrouw zou vertellen dat hij was overvallen door twee basisschoolkinderen. En hoe was jouw dag, schat? Ze wa23

Droom even helemaal weg 1-64.indd 23

20-04-17 09:19


ren echter niet op zijn geld uit, dat werd hem snel genoeg duidelijk, al duurde het even voordat hij begreep wat ze dan wél wilden, omdat ze zo stonden te snotteren. ‘Kalm aan. Wat is er aan de hand?’ vroeg hij aan het meisje. ‘Kunt u ons alstublieft helpen? Marty en Todd... Kom nou mee!’ Het meisje probeerde hem aan zijn arm mee te trekken naar de rij besneeuwde bomen. De man kende dit park goed, hij was er als kind vaak geweest, had er als tiener gevoetbald en liep er vaak doorheen als hij te voet naar zijn werk ging, omdat het de kortste weg was van zijn huis naar de bouwplaats. Achter de bomen die het pad omzoomden, lag een meer waar je ’s zomers kon roeien en kanoën. Er ging een rilling door hem heen die niets te maken had met de snel dalende temperatuur. ‘Rustig,’ zei hij streng. Het meisje was verrassend sterk, maar hij gaf niet toe aan de kracht waarmee ze aan zijn arm trok. ‘Haal diep adem en vertel me wat er aan de hand is. Wie zijn Marty en Todd, en waar zijn ze?’ Het meisje vertelde het hem terwijl de tranen over haar wangen stroomden. Ze sprak zo snel dat het net leek alsof elk woord tegen de achterkant van het vorige aan knalde als in een verbale kettingbotsing. ‘Marty is onze oudste broer. We waren met Todd bij het meer aan het spelen en ik zei nog tegen Marty dat het gevaarlijk was maar hij zei dat het best kon en toen rende Todd weg en kwam hij helemaal in het midden van het meer terecht, en in het begin leek dat niet erg omdat het meer bevroren is maar toen brak het ijs en viel hij erin en kon hij er niet meer uit komen, dus is Marty ernaartoe gegaan om hem eruit te halen en toen is hij ook door het ijs gezakt.’ ‘Wijs me aan waar ze zijn,’ zei de man en hij rende al naar de bomen. De kinderen, iets kalmer nu ze een volwassene hadden gevonden die de leiding kon nemen, renden achter hem aan. ‘Zijn jullie hier met iemand? Met jullie vader of moeder of iemand anders?’ vroeg hij. De woorden vlogen in een scherp staccato uit zijn mond, vergezeld van wolkjes wasem. In gedachten gaf hij de ouders wier 24

Droom even helemaal weg 1-64.indd 24

20-04-17 09:19


laksheid deze kinderen in zo’n groot gevaar had gebracht, er ongenadig van langs. Hij zou Jake nooit in de buurt van het park laten komen zonder dat een van hen tweeën erbij was. Zijn vrouw werd soms gek van zijn overdreven bezorgdheid, maar nu zag je wat er kon gebeuren als je kinderen de straat op liet gaan. Ze konden zomaar door het ijs van een bevroren meer zakken. Hou vol, smeekte de man in stilte. Ik kom eraan. Hij sprintte tussen de bomen door naar de rand van het bevroren meer. Instinctief stak hij beide armen uit om te voorkomen dat de kinderen die hem op de voet volgden, over de glooiende, besneeuwde oever op het ijs zouden glijden. ‘Daar!’ riep het meisje. Ze wees met een bevende hand naar twee stipjes op ongeveer vijftien meter afstand van de oever, waar het dunne ijs was gebroken en Marty en Todd in het ijskoude water terecht waren gekomen. De man liet zijn blik snel heen en weer gaan tussen de twee wakken om de situatie op te nemen. Het zag er niet goed uit, maar het was minder erg dan hij had gevreesd. Uit het verste wak steeg fel geblaf op nu Todd zijn baasjes had zien terugkeren. De man maakte zich echter meer zorgen over het andere wak, waarin een jongen van een jaar of elf de grootste moeite had zijn ellebogen op de scherpgepunte rand van het ijs te houden. De jongen huilde en je kon zien hoe bang hij was, maar hij keek evengoed steeds om naar het andere wak, waarin de hond heftig spartelde om niet kopje onder te gaan in het ijskoude water. ‘Hou vol. Hou je ellebogen op het ijs en probeer niet al te veel met je benen te schoppen. Ik kom je halen,’ riep de man. Hij trok zijn dikke donsjack uit en gooide het op de besneeuwde oever. Het gezicht van de jongen was spierwit van angst. De sproetjes op zijn neus, een vaag aandenken aan de zomer, leken op bruine verfspatjes op een maagdelijk schilderdoek. ‘T-Todd eerst,’ smeekte de jongen klappertandend. ‘Hij ligt langer in het w-water d-dan ik.’ De man gaf geen antwoord omdat hij niet wilde dat de jongen zich zou opwinden, al wierp hij wel nog een blik op de hond die in het ijskoude water probeerde op de kartelrand van het ijs te klim25

Droom even helemaal weg 1-64.indd 25

20-04-17 09:19


men, die de man deed denken aan vlijmscherpe tanden in krijtwitte kaken. De kaken van de dood. De man huiverde. ‘Eerst mensen, dan honden,’ zei hij toen hij voorzichtig met één voet vanaf de besneeuwde oever op de spiegelgladde oppervlakte van het meer stapte. Behoedzaam bracht hij zijn gewicht naar voren, gereed om zich meteen terug te trekken als het ijs mocht kraken of knappen. Het ijs deed echter niets. Hij zette ook zijn andere voet erop. Vijftien meter. Het leek wel vijftien kilometer. Al na twee of drie stappen voelde hij een verandering onder de zolen van zijn werkschoenen. De ijslaag die in het begin zo stevig had geleken als die van een indoor schaatsbaan, veerde nu sponzig mee onder zijn gewicht. Hij bleef staan, keek om naar de twee kinderen op de oever en glimlachte geruststellend. Langzaam zakte hij door zijn knieën, zette zijn handen op het ijs en schoof ze naar voren tot hij languit lag. Je gewicht gelijkelijk verdelen, dacht hij. Hij probeerde zich te herinneren welke adviezen hij door de jaren heen nog meer had gehoord. Het enige wat hij zich heel duidelijk herinnerde was: niet doen. Hij haalde hoorbaar adem door zijn mond en klemde zijn kiezen op elkaar. Langzaam schoof hij op zijn buik naar de jongen, vechtend tegen de aandrang het veel sneller te doen, want hij wist dat het ijs onvoorspelbaar en onbetrouwbaar was. Het duurde naar zijn gevoel uren, al konden er amper een paar minuten zijn verstreken, tot hij zo dicht bij de jongen was dat hij een van zijn in wollen handschoenen gestoken handen kon grijpen. ‘Hou me goed vast,’ zei hij. Hij klemde zijn vingers rond de magere pols van het kind om beter houvast te hebben. ‘Ik ga je op het ijs trekken.’ Hij hoopte dat hij die belofte kon waarmaken. Hij zette zich schrap. Zelfs de hond hield op met blaffen, alsof ook die begreep wat een belangrijk moment dit was. De man trok zo hard als hij kon en probeerde daarbij niet te denken aan het risico dat hij de arm van de jongen uit de kom zou trekken of dat het kind zich aan de scherpe rand van het wak zou bezeren. Dat was van later zorg. Als de jongen nu uit zijn greep glipte en onder de ijslaag schoot, zou hij hem misschien niet meer kunnen redden. 26

Droom even helemaal weg 1-64.indd 26

20-04-17 09:19


De jongen vloog uit het water als een vis aan een lijn. De man hoorde de kinderen op de oever juichen. Hij klemde zijn kiezen op elkaar. Ze waren er nog niet. ‘K-kunnen we nu T-Todd gaan halen?’ De man schudde kort zijn hoofd. Centimeter voor centimeter trok hij de jongen met zich mee terwijl hij achterwaarts naar de oever kroop. ‘Eerst jij. Dan de hond.’ Hij hoopte dat hij de jongen met dit leugentje zodanig geruststelde dat die zich gedwee in veiligheid zou laten brengen. De jongen leek met zijn natte kleding een ton te wegen, ook al was hij erg mager, zo mager dat het gevaar van onderkoeling groot was. Er waren weinig momenten in het leven van de man geweest dat hij zich zo opgelucht had gevoeld als op het moment dat hij de jongen vanaf het ijs op de oever trok. De laatste keer was in de verloskamer geweest, toen hij te horen kreeg dat de twee mensen van wie hij het meeste hield op de hele wereld, allebei in orde waren. De man pakte zijn dikke donsjack, wikkelde het om de bibberende jongen en wreef hem hard om zijn bloedsomloop te stimuleren. ‘Gaat het? Kun je ademhalen? Heb je ergens pijn?’ vroeg de man terwijl hij zijn mobieltje uit de zak van het jack haalde. ‘Nee. Ik heb het alleen koud,’ zei de jongen met blauwe lippen. ‘Dank u wel. Gaat u nu Todd redden?’ De man belde de alarmcentrale en hief zijn hand op om zijn antwoord nog even uit te stellen terwijl hij om een ambulance vroeg, maar zijn ogen verrieden wat het antwoord zou zijn. Liegen had hij nooit gekund. De twee jongere kinderen waren dicht bij hun broer gaan staan en ze keken nu alle drie naar het laatste lid van hun gezin dat nog in gevaar verkeerde. Ze voerden een heftig, gefluisterd gesprek, maar de man besefte nog niet wat er ging gebeuren. Pas toen hij zag dat Marty het donsjack van zich af gooide, begreep hij wat de jongen van plan was. ‘U gaat Todd niet halen, hè?’ vroeg de jongen met bevende stem. Drie jonge gezichten keken naar hem op alsof ze hem wilden dwingen dat te ontkennen. 27

Droom even helemaal weg 1-64.indd 27

20-04-17 09:19


‘Het is een hond,’ zei de man, al wist hij dat het geen zin had te proberen hen tot rede te brengen. ‘Dat weten wij ook wel,’ zei het jongste kind geringschattend en verwijtend. ‘U hebt Marty gered. Dan kunt u Todd ook redden.’ Ze boorden hun ogen in de zijne, als miniatuurbeulen van de Spaanse inquisitie. De man keek naar het ijs en besefte dat de kansen van het heldhaftige dier steeds kleiner werden naarmate hij verkleumder en zwakker werd. Elke keer dat hij erin slaagde een poot op het ijs te zetten, brak er een stuk af en gleed het dier terug in de koude diepte. ‘Het lukt hem wel,’ zei de man met een zekerheid die hij niet voelde. ‘Honden zijn goed in dit soort dingen. Wacht maar, dan zul je het zien.’ De jongen die hij zojuist had gered, keek hem diep teleurgesteld aan. ‘Als u hem niet gaat halen, verdrinkt hij of vriest hij dood,’ zei hij, bedroefd maar onverzettelijk. ‘En als u hem niet gaat halen, doe ik het zelf wel.’ Hij liep naar de rand van het bevroren meer. De man greep hem snel vast. Het koude, benige lijf verzette zich tegen de weerhoudende arm. ‘En anders ik,’ zei zijn vastberaden zusje, dat veel dichter bij de rand van het ijs ging staan dan goed voor haar was. ‘Of ik,’ zei de jongste. De man zuchtte vertwijfeld. Eén kind kon hij tegenhouden, drie niet. ‘Todd!’ riep de worstelende jongen die hij met zijn arm omklemd hield. De adem van alle drie de kinderen stokte toen hun hond onder water verdween. Na tien angstige seconden kwam zijn kleine, harige kop weer boven en dat was het moment waarop de man besefte dat hij geen keus had. Hij had de verslagenheid in de ogen van het dier gezien. De hond had alle hoop opgegeven. ‘Verdomme nog aan toe,’ mompelde hij binnensmonds. Hij keek om zich heen, hopend op een andere oplossing, een tweede volwassene, een beter plan, maar zag niets van dat alles. Hij wist dat het een heel slecht idee was, maar wat moest hij anders? Het ijs had hem de eerste keer gedragen, dus zou het hem nu ook wel dragen. Dat hoopte hij tenminste. 28

Droom even helemaal weg 1-64.indd 28

20-04-17 09:19


Hij keek naar de kinderen, die weer stonden te snotteren. Hij legde een sterke, kalmerende hand op de schouders van de oudste twee. ‘Luister goed. Ik ga proberen Todd te redden, maar ik doe dat op één voorwaarde. Drie knikkende hoofden lieten zien dat ze bij voorbaat instemden met wat hij ook van hen zou verlangen. ‘Niemand, ik herhaal niemand mag ook maar één voet op het ijs zetten. Alleen ik. Is dat duidelijk? Wat er ook gebeurt, jullie blijven waar je bent tot ik terugkom. Beloven jullie dat?’ Hun angstige ogen waren zo groot als knikkers, maar ze knikten weer. De man wierp een laatste hoopvolle blik over zijn schouder, ook al verwachtte hij niet op dit uur van de dag wandelaars te zien. Hij keek naar de lucht. Over een kwartier was het donker. Als hij deze idiote stunt echt ging uithalen, moest hij snel zijn. Hij stapte weer op het ijs. De taxi zette hem af op de hoek, niet ver van het warenhuis. ‘Hier zei u?’ De man keek op van het schermpje waarop hij zijn e-mails had gelezen. Een deinende mensenmassa trok door Oxford Street, wat niet verwonderlijk was, één week voor de kerst. ‘Ja, prima,’ zei de man. Hij klapte het hoesje van de telefoon dicht, stapte uit en haalde afwezig een bankbiljet uit zijn portefeuille. Zonder naar het bedrag op het metertje te kijken, gaf hij de chauffeur het geld en zei: ‘Zo is het wel goed.’ De taxichauffeur lachte, blij met de grote fooi, en stopte het geld snel weg, voor het geval de man hem per ongeluk een bankbiljet van de verkeerde kleur had gegeven. ‘Gelukkig kerstfeest,’ zei hij toen de man zich naast zijn raampje oprichtte. De man knikte afwezig, zijn aandacht nu gericht op wat hij had gezien toen hij was uitgestapt. Voor de ingang van het warenhuis waar hij moest zijn, stond een klein fanfarekorps of orkestje of ensemble, hij wist nooit precies hoe het heette, van mensen met verschillende soorten muziekinstru­ menten die in een halve cirkel achter hun muziekstandaards stonden en de bevlogen gebaren van hun dirigent volgden. De klanken van een kerstliedje vulden de straat, overstemden het geraas van het 29

Droom even helemaal weg 1-64.indd 29

20-04-17 09:19


Londense verkeer en ontlokten zelfs aan degenen die niet eventjes bleven staan een weemoedige glimlach. Gehinderd door de drentelende menigte liep hij in de richting van het warenhuis. Na ongeveer twintig meter voelde hij plotseling een beklemmend, branderig gevoel in zijn borst, alsof hij was geraakt door een kleine, vurige komeet. Het gebeurde zo onverwacht dat hij abrupt bleef staan, waardoor een man vol tatoeages en piercings van achteren tegen hem op botste. ‘Hé, klootzak, je moet niet zomaar opeens stil blijven staan,’ snauwde de man, wiens humeur klaarblijkelijk niet was beïnvloed door de vrolijke kerstsfeer die de muziek bij de rest van het winkelende publiek opwekte. ‘Sorry,’ mompelde de man, die zich meer zorgen maakte over de onrustbarende herhaling van dit onverklaarde symptoom dan over die boze woorden. Hij had duidelijk iets onder de leden. Het was deze week al de derde keer dat hem dit overkwam. Hij stak steun zoekend zijn hand uit naar een lantarenpaal en wachtte tot het onaangename gevoel zou wegtrekken. Het was koud, volgens het weerbericht konden ze vanmiddag en vanavond sneeuw verwachten, maar de man had het opeens verschrikkelijk warm. Het liefst had hij zijn dure wollen overjas en zijn colbert uitgetrokken. Hij hief zijn vrije hand op, streek over zijn mond en was niet verbaasd toen hij voelde dat zijn bovenlip bedekt was met zweetdruppeltjes. Verdorie. Hij was zeker aangestoken door de griep die op kantoor heerste. Vlak voor de kerstvakantie nog wel. Gelukkig had hij nog iets meer dan een week voordat ze zouden vliegen, dat was meer dan genoeg tijd om over een griepje heen te komen. Hij glimlachte en klopte op zijn binnenzak waarin de vliegtickets naar New York zaten – het cadeau waarmee hij zijn vrouw met Kerstmis zou verrassen. Ze had al veel eerder terug gewild, maar hij had altijd een uitvlucht gevonden om niet te hoeven gaan. Maar waarom zou je zo hard werken als je nooit eens vrij nam om jezelf op zoiets te trakteren? Hij glimlachte weer, want hij wist precies hoe ze zou reageren als ze hoorde wat de verrassing precies inhield. Hij had een luxe hotel geboekt, eersteklaskaartjes gekocht voor een Broadway-show, en zich voor30

Droom even helemaal weg 1-64.indd 30

20-04-17 09:19


genomen haar net zo veel en net zo lang te laten winkelen of door de stad te laten slenteren als ze wilde. Als dat geen ware liefde was, dan wist hij het niet meer. Na ongeveer een minuut trok het benauwde gevoel in zijn borst weg. Hij nam zich voor zo dadelijk wat paracetamol te kopen en voegde zich weer in de voetgangersstroom. Er stond nu een hele kring rond de musici en sommige mensen zongen mee. Al met al duurde het lang voordat hij de glazen draaideuren van het warenhuis bereikte, waar een rij wachtenden stond om binnen te kunnen komen. Hij stond met zijn rug naar de muzikanten en hij was zelf geen musicus, verre van dat, maar toen de trompet achter hem luid en duidelijk schalde, herkende hij het instrument meteen en voelde hij de bekende aandrang waaraan hij zelfs na al die jaren geen weerstand kon bieden. Hij keek om en zocht naar de persoon die het glanzende koperen instrument bespeelde. Het ging automatisch, als in een reflex. Het overkwam hem elke keer dat hij een concert of een ander live optreden bijwoonde. Het was alsof de klanken van het instrument hem lokten als een sirenenzang die hij onmogelijk kon negeren. Dit was nu al jaren zo en het zou waarschijnlijk altijd zo blijven. Zijn ogen vestigden zich op het gezicht van degene die het instrument bespeelde in deze drukke Londense winkelstraat. Zij was het niet. Zij was het nooit. Het gordijn van warme lucht dat uit de roosters boven zijn hoofd neerdaalde toen hij de winkel binnen ging, gaf hem het gevoel dat hij een broeikas betrad en de bedwelmende geuren van honderden verschillende parfums die als een verstikkende wolk boven de winkelende mensen hing, maakte het er niet beter op. Een ogenblik kreeg hij spijt dat hij had besloten midden op de dag te gaan winkelen, maar zijn agenda zat tot en met de laatste dag voor de vakantie vol afspraken en vergaderingen. Hij had alleen nu een uurtje beschikbaar. Hij werd door de winkelende mensen bij de ingang voortgeduwd en liep met stroom mee tot hij de afdeling vond die hij moest hebben. Het was soms best een voordeel om ruim 1 meter 80 lang te zijn, want hij kon met gemak over de hoofden heen kijken. Hij 31

Droom even helemaal weg 1-64.indd 31

20-04-17 09:19


wurmde zich langs de drentelende mensen die bij de toonbanken bleven staan, wist te voorkomen dat hij werd besproeid met parfums die hij niet wilde uitproberen en bereikte uiteindelijk de afdeling sieraden. Hij wilde nog één kerstcadeautje kopen voor zijn vrouw, ter aanvulling van de glanzende set koffers die hij al achter in zijn kast had verstopt. Ze hadden er allebei een handje van om elkaar bij verjaardagen en andere feestelijke gelegenheden, waaronder uiteraard ook Kerstmis, te veel cadeautjes te geven. Je zou kunnen denken dat dit overcompensatie was voor wat er in hun leven ontbrak, maar de waarheid was veel eenvoudiger: hij hield ervan om haar te verwennen. Hij keek naar de flonkerende collectie designersieraden die achter slot en grendel in een glazen vitrine lagen. Hij was best een beetje trots op zichzelf dat hij had onthouden dat ze een paar maanden geleden had gezegd dat ze de collectie van deze ontwerper zo mooi vond, maar hij had niet verwacht dat er zo veel was om uit te kiezen. Hiervoor had hij hulp nodig. ‘Kan ik u van dienst zijn?’ Hij keek op en glimlachte naar de verkoopster, die op haar beurt de lange, knappe man met de felblauwe ogen die bij haar toonbank stond geïnteresseerd bekeek en zijn glimlach iets te gretig beantwoordde. De man merkte niet eens dat ze wat dichter bij de toonbank ging staan en dat haar pupillen zich verwijdden toen ze naar hem keek. Dat kwam niet omdat hij arrogant of ijdel was, maar omdat haar reactie niets nieuws was. Vrouwen voelden zich tot hem aangetrokken; hij had nooit moeite hoeven doen een meisje te krijgen. Op één keer na, zei een stemmetje dat hij probeerde te negeren. Hij doofde de vonk van de herinnering zoals je een beginnend vuurtje zou blussen, snel en grondig, voordat het uit de hand liep. Die verdraaide trompet in dat orkestje ook, dacht hij geprikkeld. ‘Graag. Ik ben op zoek naar een cadeautje voor mijn vrouw.’ De teleurgestelde blik die over haar gezicht vloog was nog net zichtbaar voordat ze haar hoofd boog. ‘Wat hebt u in gedachten? We hebben prachtige halskettingen en armbanden in onze nieuwe collectie. Zullen we daarmee beginnen?’ De man haalde hulpeloos 32

Droom even helemaal weg 1-64.indd 32

20-04-17 09:19


zijn schouders op. De verkoopster glimlachte. ‘Maakt u zich geen zorgen, wij helpen veel mannen een cadeautje te kiezen voor hun vrouw. Ik weet zeker dat we iets zullen vinden dat helemaal bij haar past.’ Een kwartier later had hij nog steeds geen idee wat hij moest nemen. Zonder het te beseffen stak hij zijn wijsvinger onder de kraag van zijn overhemd terwijl hij zich over de sieraden boog die op een kussen van donkerblauw fluweel lagen uitgespreid. Het was net alsof het steeds warmer werd in de winkel en hij vroeg zich af of ze de verwarming soms hoger hadden gezet. Vlak boven de toonbank hing ook nog een felle lamp, die met een verschroeiende hitte op zijn hoofd scheen. Het koude zweet brak hem uit, zijn hele lichaam was klam en hij had er spijt van dat hij niet eerst paracetamol was gaan kopen. Hij zou zich vast een stuk beter voelen zodra hij daar twee van had ingenomen. Opeens wilde hij nog maar één ding: weg uit deze overvolle, oververhitte, overgewaardeerde winkel. Hij wilde frisse lucht, hij had dringend behoefte aan koude, frisse lucht. Hij voelde zijn hartslag in zijn hals en toen hij sprak, had hij de grootste moeite voldoende zuurstof in te ademen om iets te kunnen zeggen. ‘Doet u die maar.’ Hij wees volkomen willekeurig een van de halskettingen aan. ‘Uitstekend.’ De verkoopster lichtte het kettinkje tussen de andere sieraden vandaan. ‘Wilt u het ingepakt hebben in kerstpa–’ Ze stokte midden in het woord en vroeg ongerust: ‘Voelt u zich niet goed?’ Hij probeerde geruststellend te glimlachen, maar dat bezorgde hem een eigenaardige pijnscheut in zijn kaak. ‘Ik voel me prima,’ loog hij, terwijl hij met één arm op de toonbank leunde, omdat hij er niet zeker van was dat zijn benen hem anders nog wel konden dragen. ‘Het is hier alleen een beetje warm.’ ‘Wilt u misschien een glaasje water?’ De man knikte zwijgend, want hij wilde zijn adem niet verkwisten, omdat zijn longen zo’n moeite leken te hebben hun werk te doen. Wat is dit voor rare griep, dacht hij bezorgd. 33

Droom even helemaal weg 1-64.indd 33

20-04-17 09:19


Hij hoorde niet eens dat de vrouw een collega verzocht een glas water te halen, want hij maakte zich veel te veel zorgen dat hij midden in de winkel tegen de vlakte zou gaan. ‘U kunt daar wel even gaan zitten,’ zei de verkoopster, die behoedzaam zijn elleboog pakte en naar een met rood fluweel beklede stoel naast een andere toonbank wees. ‘Hoeft niet. Het gaat wel,’ antwoordde de man, onbewust van het feit dat de woorden werden gesproken met lippen waarvan de kleur in snel tempo veranderde van roze in blauw. Nu maakte de verkoopster zich echt zorgen. ‘Zal ik de manager bellen? Hij kan via de luidspreker informeren of er een arts in de winkel is.’ ‘Nergens voor nodig,’ zei de man met klem. ‘Ik ben alleen maar een beetje grieperig.’ De vrouw leek daar sterk aan te twijfelen en wierp een blik om zich heen om te zien of er al iemand met een glaasje water kwam, maar zag alleen het winkelende publiek dat zich in de winkelgangen verdrong als karpers in een vijver rond voedertijd. Ze bukte zich onder de toonbank om haar tas te pakken. ‘Neemt u dit maar. Het zit nog dicht.’ Ze had een flesje water uit haar tas opgediept. ‘Dank u,’ zei de man zwakjes. Hij had de grootste moeite het verzegelde dopje eraf te krijgen omdat hij op de toonbank moest blijven steunen om niet door zijn benen te zakken, maar uiteindelijk braken de smalle stripjes en vloog het plastic dopje door de lucht. Hij slaagde er echter niet in van het water te drinken, want toen hij het flesje met bevende hand naar zijn mond bracht, werd zijn borst samengeknepen door een verpletterende pijn. Het was alsof een stalen band heel strak om zijn bovenlichaam werd aangetrokken. Er dansten grijze vlekjes voor zijn ogen. Zijn hand liet het flesje uit eigen beweging los, waardoor een deel van het water over de uitgestalde sieraden stroomde en toen kwamen de man en het flesje min of meer tegelijkertijd op de vloer terecht.

34

Droom even helemaal weg 1-64.indd 34

20-04-17 09:19


Ally Men zegt dat van alle zintuigen de reukzin de meeste herinneringen en emoties opwekt. Ik ben het daarmee eens, want voor mij is de geur van kipnuggets nu onverbrekelijk verbonden met slecht nieuws. Nee, dit is niet helemaal juist, niet zomaar kipnuggets, maar verbrande kipnuggets. Ze lagen onder de grill, aan één kant al goudbruin, aan de andere kant bijna, toen er op de deur werd geklopt. Eerst dacht ik dat hij zijn sleutel was vergeten, toen herinnerde ik me dat ik die ochtend zelf had gezien dat hij de huissleutel van de bos met de autosleutels had gehaald. Ik zag twee silhouetten achter het melkglas van de voordeur en keek waar ik mijn tas had gelaten. Het was aan de vroege kant voor de kinderen die aan de deur kwamen om kerstliedjes te zingen en de silhouetten waren misschien iets te groot, maar tieners zien er tegenwoordig uit als volwassenen, zeker als ze hun schooluniform niet aan hebben. Het waren echter geen tieners of kinderen die kerstliedjes kwamen zingen, maar het waren wel mensen in uniform. Toen ik de deur opendeed, hieven ze precies tegelijk hun hand op om hun pet af te zetten, alsof ze erop hadden geoefend, alsof ze op de politieacademie aan synchroonzwemmen deden. Waarom doen ze dat, vroeg een abstract deel van mijn wezen zich af, ook al merkte ik dat ik met één hand al naar mijn mond ging, alsof ik wist dat ik een gil zou moeten smoren. Met mijn andere hand hield ik me vast aan de deurknop. ‘Mevrouw Taylor?’ Ik knikte. ‘Mevrouw Alexandra Taylor?’ En waarom deden ze dát? Waarom twee vragen in plaats van één? Waarom tijd verkwisten als hen al duidelijk moest zijn dat ik degene was voor wie ze waren gekomen, gezien het feit dat ik wit wegtrok? ‘Wat is er aan de hand? Is er iets met Joe? Is er iets gebeurd?’ Domme vraag; natuurlijk was er iets gebeurd. Het stond te lezen in hun ogen, het was te zien aan de manier waarop ze hun petten onder hun arm klemden, het was te horen aan de pauze die ze inlasten voordat ze antwoord gaven. 35

Droom even helemaal weg 1-64.indd 35

20-04-17 09:19


‘Er is, tot mijn spijt, een ongeluk gebeurd,’ zei de langste van de twee, die iets ouder leek dan zijn collega. Ik keek naar de agent die naast hem stond, alsof ik verwachtte dat die me een ander bericht zou vertellen, maar hij keek alleen maar benauwd en een beetje nerveus, waaruit ik begreep dat hij dit voor het eerst deed. ‘Maar ík heb de auto,’ zei ik, traag van begrip, omdat dit altijd mijn grootste angst was als de wegen glad waren. ‘Geen auto-ongeluk.’ De agent sprak traag, alsof hij veronderstelde dat slecht nieuws een negatieve invloed had op mijn verstandelijke vermogens. Ergens was dat ook zo. ‘Mogen we binnen­ komen?’ Ik wilde nee zeggen, omdat ik niet wilde dat dit echt gebeurde. Ik wilde de deur dichtdoen, nee, ik wilde de deur in hun jonge, meelevende gezichten dichtgooien en zeggen dat ze het verkeerde huis, de verkeerde vrouw, de verkeerde man hadden. Op wankele benen deed ik een stap achteruit. Ze kwamen binnen en een van hen pakte me bij mijn elleboog opdat ik niet zou vallen. ‘Joe. Wat is er gebeurd? Wat voor ongeluk? Is hij –?’ ‘Uw man leeft nog. Hij is naar het ziekenhuis gebracht, het St.Elizabeth. Volgens de laatste berichten verkeert hij in kritieke toestand en is hij buiten bewustzijn.’ De geur van verbrande broodkruimels dreef vanuit de keuken naar de hal en mengde zich daar met deze onbegrijpelijke woorden. ‘Het ambulancepersoneel heeft hem gereanimeerd, maar het is niet duidelijk hoelang hij was gestopt met ademen.’ Joe, gestopt met ademen? Er moest een afschuwelijke vergissing in het spel zijn. Joe ademde juist goed. ’s Nachts soms een tikje luidruchtig, maar dat vond ik wel gezellig. Hij ademde echt uitstekend. ‘Ik begrijp er niets van. Wat is mijn man overkomen?’ riep ik. Ik greep de blauwe mouwen van de agent alsof ik het antwoord uit hem wilde schudden. ‘Neemt u me niet kwalijk, we hadden het moeten uitleggen. Strikt genomen, mevrouw Taylor, is hij verdronken,’ was het volkomen onwezenlijke antwoord. Ergens, in de verte, in de keuken, begon het rookalarm te piepen.

36

Droom even helemaal weg 1-64.indd 36

20-04-17 09:19


Charlotte ‘Raging Poppy of Scarlet Harlot?’ vroeg de manicure met een lachje. Ik bekeek de twee flesjes die voor me op de tafel stonden. Mijn hand ging erboven heen en weer tot ik uiteindelijk de donkerste van de twee tinten koos. ‘Ik vind dat een uitstapje naar de Big Apple wel zo’n gedurfde kleur mag hebben,’ zei ik. Ik gaf haar het flesje. ‘U boft maar,’ zuchtte ze. Ze schudde de nagellak zo energiek als een barman een cocktail. ‘Ik hoef van mijn vriend niet meer te verwachten dan een cosmeticasetje uit de supermarkt. Het zal nooit in hem opkomen me te verrassen met een vakantie.’ Ik verschoof op mijn stoel, een beetje gegeneerd dat ik mijn geheim eruit had geflapt tegen een meisje dat ik nauwelijks kende, een meisje dat ik alleen zag als ik mijn nagels liet doen, maar ik was zo opgewonden dat ik het aan íémand moest vertellen. Ik moest het met iemand delen, maar mocht niet het risico nemen dat David van een kennis zou horen dat ik de enige mail had gevonden die hij was vergeten te wissen, een mail met details over het geheime kerstgeschenk. Het was niet zo dat ik in zijn mails had zitten snuffelen; ik was deze toevallig tegengekomen toen ik op zoek was naar iets anders. Ik ben geen vrouw die stiekem kijkt wat er in de inbox van haar man zit, edelachtbare. Echt niet. Ik glimlachte toen ik mezelf met twee opgeheven vingers in de getuigenbank voorstelde. Lang geleden misschien... maar dat was verleden tijd, een ander tijdperk, een andere ik. Een irritante herinnering kwam uit het niets opdagen en wurmde zich in mijn gelukzalige zeepbel om me terug te slepen naar die avond van toen, een maand of twee geleden, toen ik midden in de nacht wakker was geworden omdat mijn man in zijn slaap lag te mompelen. In een reflex bewoog ik mijn hand, waardoor er een streepje rode lak op de huid naast mijn perfecte ovalen nagel terechtkwam. ‘Sorry,’ zei ik. De manicure keek op en slaagde erin haar ergernis te verbergen terwijl ze het vlekje verwijderde. Ik had geboft dat ik op zo korte termijn had kunnen komen, maar 37

Droom even helemaal weg 1-64.indd 37

20-04-17 09:19


ik was een vaste klant en ze hadden wat andere afspraken verschoven om tijd voor mij te maken. Gelukkig hoefde ik op mijn werk nooit vrij te vragen. Het grote voordeel van een eigen bedrijf is dat de baas over dergelijke dingen nooit moeilijk doet. Ik twijfelde er geen moment aan dat David deze vakantie tot in de kleinste details had gepland. Hij was een kei in organiseren, op elk gebied. Dat moest ook wel, gezien het werk dat hij deed. Bij hem geen ontbrekende reisdocumenten, geen verlopen reisverzekering, geen ongeldige paspoorten. Maar hij was een man, en een man beseft niet dat manicure, pedicure en niet te vergeten een grondige harsbeurt noodzakelijk waren voordat een zichzelf respecterende vrouw op vakantie kon gaan. Niet dat ik hem zou vertellen dat ik erachter was gekomen dat we na de kerst naar New York zouden gaan. Hij zou vreselijk teleurgesteld zijn als ik de verrassing voor hem bedierf, na alle moeite die hij zich had getroost om me dit perfecte geschenk te geven. Nee, ik zou er goed voor oppassen het niet voor hem te bederven en dat betekende dat ik de afgelopen dagen heel wat tijd voor de spiegel in de badkamer had doorgebracht om te oefenen op het trekken van een verrast en verheugd gezicht, tot ik er zeker van was dat ik de juiste mengeling van verbazing en opwinding zou tonen. Ik merkte dat ik weer zat te glimlachen terwijl de eerste laklaag droogde. De manicure had gelijk. Je hebt toch maar geboft, meisje, dacht ik, maar toen zag ik mezelf in een van de vele spiegels van de schoonheidssalon en verbeterde ik dat. Ik was geen meisje meer. Ik was een vrouw. Als je bij je laatste verjaardag een 2 in een 3 had moeten veranderen, kon je jezelf geen meisje meer noemen. Ik keek naar mezelf en vroeg me af of David, die altijd zei dat ik er veel jonger uitzag dan ik was, gelijk had. Mijn blonde haar was geknipt in een stijlvolle coupe met lokken die als veertjes rond mijn gezicht dansten. Ik was blond van mezelf maar er waren subtiele highlights aangebracht zodat ik eruitzag alsof ik net terug was van een veertiendaagse zonvakantie. Ik had tijd en geld genoeg om me goede make-up, manicures, spraytans en behandelingen bij de schoonheidsspecialiste te kunnen veroorloven. Ik wist dat ik er jaren jonger 38

Droom even helemaal weg 1-64.indd 38

20-04-17 09:19


uitzag dan veel vrouwen die ik op straat zag: vrouwen die waarschijn­ lijk van mijn leeftijd waren, maar gestrest en vermoeid achter wandelwagens liepen met kinderen die ze naar babysitters of peuterspeelzalen brachten. Vrouwen die kinderen met zich mee sleepten die er geen besef van hadden dat hun moeder haast had. Ja, ik had erg geboft. Halverwege de tweede laklaag werd de slaapverwekkende muzak doorbroken door een schelle ringtone die bij mijn voeten vandaan kwam. Ik keek naar beneden en zag het leer van mijn lichtbruine handtas zachtjes trillen, alsof er een beestje in was gekropen dat nu beefde van angst. ‘Sorry,’ zei ik verontschuldigend. ‘Helemaal vergeten het geluid af te zetten.’ ‘Geeft niks,’ zei de manicure. Ze hield het lakborsteltje omhoog. ‘Wilt u opnemen?’ Ik schudde mijn hoofd. ‘Nee, ik kijk straks wel op de voicemail. Let er maar niet op.’ Mijn mobieltje was echter hardnekkig. Een paar seconden nadat degene die belde te horen moest hebben gekregen dat hij een bericht kon inspreken, rinkelde het weer. Ik keek fronsend naar mijn tas, alsof dat voldoende was om het gerinkel te laten ophouden. ‘Weet u zeker dat u niet wilt opnemen?’ vroeg het meisje. Ik keek naar mijn glanzende rode nagels die op de tafel gespreid lagen als de vleugelpunten van een exotische vlinder. Ik kon de eerstkomende tien minuten niets aanraken zonder de lak te bederven. ‘Nee, wat het ook is, het moet wachten,’ zei ik, maar het kon blijkbaar niet wachten, want mijn handtas had nog geen minuut gezwegen toen het mobieltje weer begon te rinkelen. ‘Het spijt me echt heel erg,’ zei ik verontschuldigend. Het meisje stak het borsteltje van de blanke lak die ze op mijn nagels wilde gaan aanbrengen in het flesje en draaide het dopje dicht. ‘Het geeft echt niks. Het gebeurt zo vaak. Als u wilt, kan ik wel voor u opnemen, dan kunnen uw nagels goed drogen.’ Het is niet prettig als een andere vrouw in jouw tas rommelt en ik 39

Droom even helemaal weg 1-64.indd 39

20-04-17 09:19


was blij dat ze het telefoontje snel vond en op haar handpalm legde. Ze keek naar het schermpje. ‘David,’ las ze. ‘Is dat uw –’ ‘Mijn man, ja,’ zei ik. Ik beet op mijn lip. Hij dacht natuurlijk dat ik nog op kantoor was, omdat ik hem niet had verteld dat ik een paar uurtjes vrij had genomen om me voor te bereiden op een reisje waar ik zogenaamd niets van wist. ‘Zou je tegen hem willen zeggen dat ik bezet ben en hem over een kwartiertje terugbel?’ David kende niet alle leden van mijn team en zou denken dat hij een nieuw meisje aan de lijn had. ‘Natuurlijk,’ antwoordde ze en ze drukte al op de toets. ‘Niet zeggen waar ik ben,’ fluisterde ik toen ze haar mond al opendeed. ‘En geen woord over New York,’ voegde ik er in paniek aan toe. Ik voelde me schuldig toen ik op mijn stoel naar achteren leunde, alsof ik hem bedroog of zoiets, wat echt nergens op sloeg, want dat zou ik nooit doen. ‘Hallo? Nee, u spreekt niet met mevrouw Williams, zij kan op dit moment geen telefoontjes aannemen.’ Daarop volgde een korte stilte en omdat ik haar zorgvuldig in de gaten hield toen ze op mijn verzoek mijn man een leugentje vertelde, zag ik het moment waarop ze zich ervan bewust werd dat er iets mis was. Het besef kroop als een blos over haar gezicht. ‘Wat is er, wat zegt hij?’ vroeg ik dringend. De manicure stak het mobieltje in mijn richting. ‘Het is uw man niet, het is een vrouw.’ Er was geen reden om aan haar naam te denken, maar in de fractie van de seconde die het me kostte om me over de tafel naar voren te buigen, ging die toch door mijn hoofd. De manicure hield het telefoontje bij mijn oor. ‘Hallo, met wie spreek ik?’ Ik hoorde zelf hoe gespannen mijn stem was. ­ tore. ‘Mijn naam is Marie, ik werk in de Sunderson’s Department S Spreek ik met mevrouw Williams?’ Ik bevestigde dat ik inderdaad mevrouw Williams was terwijl mijn hersenen met de snelheid van een computer door een lijst van mo40

Droom even helemaal weg 1-64.indd 40

20-04-17 09:19


gelijke redenen voor dit telefoontje scrolde. Ik koos wat me het meest logisch leek: David had zijn telefoontje ergens laten liggen en deze vrouw had hem gevonden. Die oplossing beviel me; het klonk erg logisch. ‘Mevrouw Williams, uw man heeft me verzocht u te bellen –’ ‘O ja? Hoezo? Ik begrijp het niet.’ Mijn theorie viel op de vloer en spatte in duizend stukken uiteen. ‘Hij was hier in de winkel, op zoek naar... oké, dat is niet belangrijk, maar hij... werd onwel.’ Gedurende de tijd die ik ervoor nodig had om mijn hand op te heffen en het telefoontje uit de hand van de manicure te grissen – waarbij de lak op al mijn nagels werd uitgesmeerd – schoot er een reeks beelden door mijn hoofd: David die gisteravond zijn mes en vork had neergelegd terwijl hij bijna geen hap had gegeten; David die op elke overloop moest pauzeren om op adem te komen als hij de trap op liep naar onze flat; Davids gezicht toen hij me vanochtend had gekust, een tint bleker dan anders. ‘Is David bij u? Ik wil graag met hemzelf praten.’ ‘Dat is niet mogelijk, mevrouw Williams,’ zei de verkoopster een beetje verstikt, alsof ze op het punt stond in huilen uit te barsten. Angst wikkelde zich om me heen als een cape. ‘Waarom niet? Waar is hij? Is hij niet bij u?’ De vrouw aarzelde en zei toen: ‘Ja, hij is hier, maar hij kan niet aan de telefoon komen.’ ‘Waarom niet?’ ‘Omdat verpleegkundigen met hem bezig zijn,’ zei de onbekende vrouw via Davids telefoon. ‘Hij wordt op dit moment op een brancard gelegd.’ ‘Verpleegkundigen? Wat voor verpleegkundigen?’ Er lag nu e­ chte paniek in mijn stem. ‘Waarom leggen ze hem op een brancard? Wat is er met hem gebeurd?’ Ik hoorde haar praten met iemand op de achtergrond en ze pauzeerde nog een seconde of twee voordat ze mij antwoord gaf. ‘Het enige wat ze bereid zijn mij te vertellen, is dat ze hem naar het St.-Elizabeth brengen en dat u daarheen moet gaan.’ 41

Droom even helemaal weg 1-64.indd 41

20-04-17 09:19


‘Waarom brengen ze hem naar het ziekenhuis? Ik begrijp er niets van. Hij was alleen maar wat grieperig.’ De vrouw klonk bijna alsof ze zich ervoor verontschuldigde dat zij degene was die mij het nieuws moest vertellen. Het was meer dan schandalig dat ik hiervan als laatste op de hoogte werd gesteld. ‘Ik geloof niet dat hij griep heeft, mevrouw Williams,’ zei ze rustig. ‘Ik wil u niet aan het schrikken maken, maar ik geloof dat uw man een hartaanval heeft gekregen.’

Lees verder in Duet met jou Vanaf 1 augustus in de winkel

42

Droom even helemaal weg 1-64.indd 42

20-04-17 09:19


Projectontwikkelaar Mike Dormer vertrekt vanuit Londen om in Silver Bay, AustraliĂŤ, een kustresort te bouwen. Maar de bewoners van het excentrieke Silver Bay Hotel weten al snel Mikes gehaaide ideeĂŤn te temperen. Door de intrigerende Liza McCullen, haar tienjarige dochtertje Hannah en haar legendarische tante Kathleen, die lang geleden de grootste haai ooit in Silver Bay heeft gevangen, begint Mike te twijfelen aan zijn motieven. Wanneer duidelijk wordt dat het bouwproject een negatieve invloed heeft op de walvissen, is het onvermijdelijk dat de tegengestelde belangen van Liza en Mike botsen, met heftige gevolgen voor iedereen. Jojo Moyes | Dicht bij jou paperback, ca. 368 blz. | isbn 978 90 261 4172 0 | isbn e-book 978 90 261 4173 7 verschijnt 5 september 2017 bij Uitgeverij De Fontein

Droom even helemaal weg 1-64.indd 43

20-04-17 09:19


1 Hannah Als je je hand er tot aan je pols in stopte, kon je meestal minstens drie verschillende soorten koekjes pakken uit het blik op de Moby Een. Yoshi zei dat de bemanning op andere boten vrekkig was wat koekjes betrof en de goedkoopste biscuitjes in grootverpakking uit de supermarkten haalde. Maar als je bijna honderdvijftig dollar neer­ telde om naar dolfijnen te kijken, dan mocht je toch minstens een fatsoenlijk koekje verwachten, vond ze. Dus kocht ze Anzacs (roomboterkoekjes met een dikke laag chocola), spritsvingers, chocoladekoekjes in zilverpapier met mintvulling, en af en toe eigengebakken koekjes. Lance, de schipper, zei dat ze lekkere koekjes had omdat ze bijna niets anders at. Hij zei ook dat als hun baas ooit ontdekte dat ze zoveel uitgaf aan koekjes, hij haar zou pletten als een goudvis. Ik staarde naar de koekjes op het dienblad in mijn handen terwijl de Moby Een Silver Bay in voer en Yoshi de passagiers thee en koffie aanbood. Ik hoopte dat ze niet alle Anzacs op zouden eten voor ik de kans kreeg er een te nemen. Ik was weggeglipt zonder ontbijt en ik wist dat ik pas koekjes mocht pakken als we in de stuurhut waren. ‘Moby Een aan Suzanne, hoeveel bier heb jij gisteravond gedronken? Je stuurt als een dronkenlap met één been.’ Lance sprak via de radio. Zodra we in de stuurhut waren, stak ik mijn hand in het koekblik en haalde er de laatste Anzac uit. De scheepsradio knetterde en een stem mompelde iets wat ik niet kon verstaan. Lance probeerde het opnieuw. ‘Moby Een aan Sweet ­Suzanne. Hou eens recht, makker. Aan de voorkant hangen vier passagiers over de reling. Elke keer als je zwenkt, versieren ze je ramen aan stuurboord.’ 45

Droom even helemaal weg 1-64.indd 45

20-04-17 09:19


De stem van Lance McGregor klonk alsof hij met staalwol was geboend, net als de zijkanten van de boot. Hij haalde een hand van het stuurwiel en Yoshi gaf hem een beker koffie. Ik dook achter haar weg. De waterdruppels op de achterkant van haar donkerblauwe uniform glinsterden als lovertjes. ‘Heb je Greg gezien?’ vroeg Lance. Ze knikte. ‘Ik heb goed gekeken voor we vertrokken.’ ‘Hij is zo laveloos dat hij niet kan sturen.’ Hij wees door het met druppels bespikkelde raam naar de kleinere boot. ‘Die passagiers gaan hun geld terugvragen, Yoshi. Die ene met de groene hoed heeft zijn hoofd niet meer opgetild sinds we langs Break Nose Island zijn gevaren. Wat mankeert Greg?’ Yoshi Takomura had het mooiste haar dat ik ooit had gezien. Het hing in zwarte wolken rond haar gezicht en raakte nooit in de war, ondanks de wind en het zoute water. Ik nam een van mijn vale haarlokken tussen mijn vingers; het voelde zanderig aan, ook al waren we nog maar een halfuur op het water. Mijn vriendin Lara zei dat als ze over vier jaar veertien werd, ze van haar moeder blonde strepen in haar haar mocht laten doen. Toen kreeg Lance mij in de gaten. Dat had ik kunnen weten. ‘Wat doe jij daar, snotneus? Straks krijg ik het met je moeder aan de stok. Moest je niet naar school of zo?’ ‘Ik heb vakantie.’ Ik kwam achter Yoshi vandaan, een beetje verlegen. Lance praatte altijd tegen me alsof ik vijf jaar jonger was dan in werkelijkheid. ‘Ze blijft uit het zicht,’ zei Yoshi. ‘Ze wilde alleen maar de dolfijnen zien.’ Ik keek naar hem en trok mijn mouwen over mijn handen. Hij keek terug en haalde toen zijn schouders op. ‘Trek je wel je reddingsvest aan?’ Ik knikte. ‘En loop je me niet in de weg?’ Ik hief mijn hoofd op. Alsof ik dat ooit zou doen, zeiden mijn ogen. ‘Wees lief voor haar,’ zei Yoshi. ‘Ze is al twee keer misselijk geweest.’ 46

Droom even helemaal weg 1-64.indd 46

20-04-17 09:19


‘Dat komt door de zenuwen,’ zei ik. ‘Dan krijg ik altijd last van mijn maag.’ ‘Ach, nou ja. Zeg in elk geval tegen je moeder dat ik er niets mee te maken had. En luister, snotneus, ga de volgende keer naar de Moby Twee of nog liever naar de boot van iemand anders.’ ‘Je hebt haar niet gezien,’ zei Yoshi. ‘En Greg is veel erger.’ Ze grinnikte. ‘Wacht maar tot hij draait en je ziet wat hij met de zijkant van zijn boot heeft gedaan.’ Het was, zoals Yoshi zei toen we verder voeren, een mooie dag om op het water te zijn. De zee was een beetje ruw, maar er stond weinig wind en de lucht was zo helder dat je kilometers verder de schuimkoppen op de branding kon zien. Ik volgde haar naar het restaurantdek. Mijn benen waren al snel bestand tegen het deinen van de catamaran onder me, en ik voelde me wat meer op mijn gemak nu de schipper wist dat ik aan boord was. Dit zou het drukste gedeelte van de boottocht van vandaag zijn, had ze me verteld, de tijd tussen de afvaart en de aankomst in het beschutte water rond de baai, waar scholen tuimelaars vaak bijeenkwamen. Terwijl de passagiers op het bovenste dek van de frisse meidag genoten met wollen dassen om, bracht Yoshi, de stewardess, het buffet in gereedheid, bood drankjes aan, en als het water ruw was, wat vaak gebeurde nu de winter naderde, zette ze emmers en desinfecterend middel klaar voor als mensen zeeziek werden. Het maakte niet uit hoe vaak je het zei, mopperde ze met een blik op de goedgeklede Aziaten uit wie de passagiers deze ochtend bestonden, ze bleven benedendeks, aten en dronken te snel en dan gingen ze altijd naar de kleine toiletten om over te geven, in plaats van over de reling te hangen. Met als gevolg dat de toiletten niet meer te gebruiken waren. En als het Japanners waren, voegde ze er met een zeker vals genoegen aan toe, dan brachten ze de rest van de dag in stilzwijgende vernedering door, achter zonnebrillen en opgezette kragen, met hun grauwe gezichten resoluut naar de zee gekeerd. ‘Thee? Koffie? Koekjes? Thee? Koffie? Koekjes?’ Ik volgde haar naar het voordek en trok mijn windjack dichter tegen mijn hals. De wind was iets gaan liggen, maar ik kon de bij47

Droom even helemaal weg 1-64.indd 47

20-04-17 09:19


tende kilte in de lucht aan mijn neus en oren voelen. De meeste passagiers wilden niets; ze zaten luidkeels te praten om boven het lawaai van de motoren uit te komen, staarden naar de horizon en namen foto’s van elkaar. Af en toe stopte ik mijn hand in het koekjesblik tot ik had gepakt wat zij volgens mij anders wel hadden gegeten. De Moby Een was de grootste catamaran – of ‘cat’, zoals de beman­ ning ze noemde – van Silver Bay. Meestal waren er twee stewards aan boord, maar naarmate de temperatuur daalde waren er minder toeristen, dus was alleen Yoshi er tot het weer drukker zou worden. Ik vond het niet erg. Het was makkelijker om haar over te halen mij aan boord te laten. Ik hielp haar om de theeen koffiepotten in hun houders terug te zetten en ging toen naar het smalle zijdek, waar we ons schrap zetten tegen de ramen en over de zee keken, waar de kleinere boot zich nog steeds een oneffen weg door de golven baande. Zelfs van deze afstand zagen we dat er nu nog meer mensen ver over de reling van de Suzanne hingen, zich niet bewust van de bevlekte rode verf onder hen. ‘We kunnen nu tien minuten pauzeren. Hier.’ Yoshi opende een blikje cola en gaf het aan mij. ‘Heb je wel eens van de chaostheorie gehoord?’ ‘Mmm.’ Ik liet het klinken of dat misschien zo was. ‘Als die mensen eens wisten,’ zei ze, terwijl ze met haar vinger schudde en we de motoren vaart voelden minderen, ‘dat hun langverwachte uitje naar de wilde dolfijnen is verpest door een exvriendinnetje dat ze nooit zullen ontmoeten, en een man die nu meer dan tweehonderdvijftig kilometer ver weg in Sydney met haar samenwoont, en nog wel een die paarse fietsbroekjes normale kleding vindt!’ Ik nam een slok. Mijn ogen traanden van de bubbeltjes en ik slikte. ‘Dus volgens jou zijn de toeristen op Gregs boot ziek vanwege de chaostheorie?’ Ik dacht dat het kwam omdat hij de vorige avond weer dronken was geworden. Yoshi glimlachte. ‘Zoiets.’ De motoren zwegen en de Moby Een lag bijna stil. De zee om ons heen werd rustig, alleen het gepraat van de toeristen en de golven 48

Droom even helemaal weg 1-64.indd 48

20-04-17 09:19


die tegen de zijkanten van de boot klotsten, waren nog te horen. Ik vond het heerlijk hier, ik genoot ervan om mijn huis een wit stipje tegen het smalle strand te zien worden en dan te zien verdwijnen achter de eindeloze inhammen. Misschien genoot ik er nog meer van omdat ik wist dat het tegen de regels was wat ik deed. Ik was niet echt opstandig van aard, maar het idee beviel me wel. Lara had een bootje waarmee ze in haar eentje mocht varen zolang ze binnen de boeien bleef die het oude oesterbed markeerden. Ik benijdde haar. Van mijn moeder zou ik nooit in de baai mogen roeien, al was ik bijna elf. ‘Alles op zijn tijd,’ zei ze dan. Het had geen zin om over dat soort dingen met haar te kibbelen. Lance kwam bij ons staan. Twee giechelende tieners hadden zich net met hem op de foto laten zetten. Hij werd vaak gevraagd om met jonge vrouwen te poseren, en hij had nog nooit geweigerd. Daarom droeg hij graag zijn kapiteinspet, zei Yoshi, ook al was de zon nog zo heet. ‘Wat heeft hij op de zijkant van de boot geschreven?’ Hij tuurde naar Gregs boot in de verte. Hij leek me vergeven te hebben dat ik aan boord was. ‘Dat vertel ik je wel als we terug zijn op de aanlegsteiger.’ Ik zag de veelbetekenende blik in mijn richting. ‘Ik kan heus wel lezen wat er staat, hoor,’ zei ik. De andere boot, die tot gisteren de naam Sweet Suzanne had gedragen, suggereerde nu in rode verf dat ‘Suzanne’ iets moest doen wat volgens Yoshi biologisch onmogelijk was. Ze draaide zich naar hem om en liet haar stem dalen, alsof ze dacht dat ik haar zo niet kon verstaan. ‘Hij kreeg te horen dat er toch een andere man was.’ Lance floot. ‘Dat zei hij ook tegen haar. En zij ontkende het.’ ‘Ze wilde het natuurlijk niet toegeven, omdat ze wist hoe Greg zou reageren. En zo onschuldig was hij ook niet…’ Ze wierp een blik op mij. ‘Nou ja, ze is naar Sydney en ze zei dat zij de helft van de boot wil.’ ‘En wat zegt hij?’ ‘Dat kun je wel op de boot zien.’ ‘Ik snap niet dat hij daar toeristen op mee durft te nemen.’ Lance 49

Droom even helemaal weg 1-64.indd 49

20-04-17 09:19


zette zijn verrekijker voor zijn ogen om de rode letters beter te kunnen bestuderen. Yoshi gebaarde dat hij de kijker aan haar moest geven. ‘Hij was zo laveloos vanmorgen dat hij waarschijnlijk niet eens meer weet wat hij heeft gedaan.’ We werden gestoord door opgewonden kreten van de toeristen op het bovenste dek. Ze dromden naar de voorkant. ‘Daar hebben we het dan,’ mompelde Lance terwijl hij ging staan en naar me lachte. ‘Daar komt ons zakgeld, snotneus. Tijd om aan de slag te gaan.’ Soms, zei Yoshi, konden ze door de hele baai varen en vertikten de tuimelaars het zich te laten zien, en een boot vol ontevreden dolfijnenkijkers was een boot vol gratis tweede tochtjes en vijftig procent restitutie, waardoor de baas gegarandeerd een inzinking zou krijgen. Bij de boeg stond een groep toeristen opeengepakt met snorrende camera’s terwijl ze de glanzende grijze vormen probeerden te filmen die nu over de golven onder hen doken. Ik keek in het water om te zien wie er waren gekomen om te spelen. Benedendeks had Yoshi een wand behangen met foto’s van de vinnen van elke dolfijn in de buurt. Ze had ze allemaal namen gegeven: Zigzag, Hakker, Fluiter… De andere bemanningsleden hadden haar uitgelachen, maar nu konden ze allemaal de respectievelijke vinnen herkennen. Die week hadden ze Botermes twee keer gezien, mompelden ze dan. Ik kende de namen van allemaal uit mijn hoofd. ‘Dat lijken Polo en Plu wel,’ zei Yoshi terwijl ze zich over de reling boog. ‘Is dat de baby van Plu?’ De dolfijnen waren stille, grijze bogen die de boot omringden alsof zij de toeschouwers waren. Steeds als er een uit het water sprong, klonk het geluid van klikkende camera’s. Wat vonden zij ervan dat we naar hen stonden te turen? Ik wist dat ze net zo slim waren als mensen. Ik stelde me altijd voor dat ze naderhand bij elkaar kwamen bij de rotsen en in dolfijnentaal om ons lachten: heb je die met die blauwe hoed gezien, of die met die gekke bril? 50

Droom even helemaal weg 1-64.indd 50

20-04-17 09:19


De stem van Lance klonk door de omroepinstallatie. ‘Dames en heren, gaat u alstublieft niet allemaal naar één kant om de dolfijnen te zien. We zullen de boot langzaam laten draaien zodat iedereen goed zicht op ze kan hebben. Als u allemaal naar één kant gaat, kunnen we kapseizen. En dolfijnen houden niet van kapseizende boten.’ Ik keek op en zag twee albatrossen. Ze bleven in de lucht hangen, vouwden hun vleugels en doken. Toen ze het water raakten, spatte het nauwelijks op. Een van de albatrossen steeg weer op en cirkelde rond, op zoek naar een onzichtbare prooi. De andere voegde zich bij hem, zweefde boven de kleine baai en verdween toen. Ik keek ze na. Terwijl de Moby Een langzaam van positie veranderde, leunde ik over de reling met mijn voeten onder de onderste stang uit om mijn nieuwe sportschoenen te kunnen bekijken. Yoshi had beloofd dat ik helemaal beneden mocht zitten als het warmer was, zodat ik de dolfijnen kon aanraken en misschien zelfs met ze zwemmen. Maar alleen als mijn moeder het goedvond. En we wisten allemaal wat dat betekende. Ik wankelde toen de boot onverwacht bewoog. Het duurde even voor ik doorhad dat de motoren weer draaiden. Geschrokken greep ik de reling beet. Ik was opgegroeid in Silver Bay en wist dat je bepaalde dingen deed als er dolfijnen waren. Je zette de motoren af als je wilde dat ze gingen spelen. Als ze in beweging bleven, moest je parallel naast ze varen en je door ze laten leiden. Dolfijnen maakten veel duidelijk: als ze je leuk vonden, kwamen ze dichterbij of hielden een beetje afstand. En als ze je niet in hun buurt wilden hebben, zwommen ze weg. Yoshi keek fronsend naar me, en we grepen de reddingslijnen beet toen de boot naar voren schoot. Mijn verwarring werd weerspiegeld op haar gezicht. Boven vielen de toeristen al kreten slakend terug op hun stoelen. We voeren snel vooruit. Lance was op de radio. Terwijl we in de stuurhut klommen, schoot de Sweet Suzanne een eind verder over de golven, zonder blijkbaar te letten op het steeds grotere aantal misselijke passagiers die over de reling hingen. ‘Lance! Wat doe je!’ Yoshi greep een reling beet. ‘Tot daar, maat… Dames en heren’ – Lance trok een lelijk gezicht 51

Droom even helemaal weg 1-64.indd 51

20-04-17 09:19


en drukte de knop van de omroepinstallatie in. Ik heb een vertaling nodig, vormde hij met zijn lippen – ‘… we hebben iets speciaals voor u vanmorgen. U hebt onze prachtige dolfijnen al kunnen bewonderen, maar als u even geduld hebt, willen we u graag iets heel bijzonders laten zien. Iets verder de zee op hebben we de eerste walvissen van het seizoen gezien. Dat zijn de bultrugwalvissen die elk jaar door onze wateren komen op hun lange trek vanaf de Zuidelijke IJszee. Ik garandeer u dat dit een onvergetelijke aanblik is. Ga alstublieft zitten en houd u stevig vast. Het kan wat onstuimig worden door de hogere golven uit het zuiden, maar ik wil ervoor zorgen dat we er op tijd zijn om ze te kunnen zien. Als iemand voor op de boot wil blijven, kan die beter een regenpak lenen. We hebben er genoeg achterin.’ Hij draaide het roer en knikte naar Yoshi, die de microfoon pakte. Ze herhaalde wat hij had gezegd in het Japans en voor de zekerheid in het Koreaans. Naderhand zei ze dat het heel goed mogelijk was dat ze gewoon het lunchmenu van de vorige dag had opgelezen. Sinds Lance zijn aankondiging had gedaan, hoorde ze maar één woord, net als ik: walvissen! ‘Hoe ver nog?’ Yoshi’s lichaam was helemaal gespannen terwijl ze over het glinsterende water tuurde. De ontspannen sfeer van zoeven was verdwenen. Mijn maag zat helemaal in de knoop. ‘Een kilometer of zes, zeven? Geen idee. De toeristenhelikopter vloog over en zei dat ze er twee hadden gezien op een paar kilo­ meter van Torn Point vandaan. Het is vroeg in het seizoen, maar…’ ‘Vorig jaar was het veertien juni. Daar zijn we niet zo ver vanaf,’ zei Yoshi. ‘Allemachtig! Moet je Greg zien! Hij raakt nog passagiers kwijt als hij die snelheid aanhoudt. Zijn boot is niet groot genoeg om al die golven te kunnen weerstaan.’ ‘Hij wil niet dat wij er eerder zijn.’ Lance keek hoofdschuddend naar zijn snelheidsmeter. ‘Volle vaart. Laten we ervoor zorgen dat de Moby Een dit jaar voor de verandering eens de eerste is.’ Sommige bemanningsleden zorgden ervoor dat ze zo veel mogelijk scheepsuren maakten om op grotere schepen betere banen te krijgen. Sommigen, zoals Yoshi, hadden de baan gekregen als onder­ 52

Droom even helemaal weg 1-64.indd 52

20-04-17 09:19


deel van hun opleiding en waren vergeten naar huis te gaan. Maar met welke reden ze er ook waren, ik had lang geleden al begrepen dat het betoverend was om de eerste walvissen tijdens hun trek te zien. Het was alsof je niet kon geloven dat ze terugkwamen, tot de eerste te zien waren. Het stelde niet veel voor als jij de eerste was die er een zag. Zodra bekend was dat de walvissen er waren, zouden alle vijf boten van de Walvissteiger niet meer uitvaren om dolfijnen te bekijken, maar om walvissen te gaan zien. Voor de bemanning was het wel belangrijk. Ze lieten zich er helemaal door opjutten. En hoe. ‘Moet je die idioot zien. Vreemd dat hij nu wel recht kan sturen,’ zei Lance hatelijk. Greg voer aan bakboord van ons, maar hij leek aan snelheid te winnen. ‘Hij kan het niet uitstaan dat wij er eerder zijn.’ Yoshi pakte een regenpak en gooide dat naar me toe. ‘Hier! Voor het geval dat we naar voren gaan. Dan zal het heel nat worden.’ ‘Dat is verdomme niet te geloven.’ Lance had nog een boot aan de horizon gezien. Hij moest vergeten zijn dat ik er was, omdat hij vloekte. ‘Dat is Mitchell! Wedden dat hij de hele middag aan de radio heeft gezeten en nu komt hij aanzakken met waarschijnlijk een hut vol passagiers. Vandaag of morgen doet die vent me nog eens de das om.’ Ze waren altijd aan het zeuren over Mitchell Dray. Hij nam nooit de moeite om naar de dolfijnen te varen, zoals de anderen. Hij wachtte gewoon tot hij iets op de scheepsradio hoorde en ging dan waar iedereen naartoe ging. ‘Zal ik echt een walvis zien?’ vroeg ik. Onder onze voeten klapte de boeg op de golven, waardoor ik me aan de zijkant moest vasthouden. Door het open raam hoorde ik de enthousiaste kreten van de toeristen, en het gelach van degenen die door opspattende golven geraakt waren. ‘Duim maar.’ Yoshi’s ogen waren op de horizon gericht. Een echte walvis. Ik had pas één keer een walvis gezien, met mijn tante Kathleen. Meestal mocht ik niet zo ver de zee op. ‘Daar… Daar! Nee, dat is gewoon stuivend water.’ Yoshi hield de 53

Droom even helemaal weg 1-64.indd 53

20-04-17 09:19


verrekijker voor haar ogen. ‘Kun je niet van koers veranderen? Het licht is te fel.’ ‘Niet als je wilt dat ik er als eerste kom.’ Lance draaide de boot naar stuurboord om de hoek van de zon op het water te veranderen. ‘We moeten naar de kust bellen. Vragen waar de helikopter hem precies heeft gezien.’ ‘Heeft geen zin,’ zei Lance. ‘De walvis kan al drie kilometer verder zijn. En Mitchell luistert mee. Ik geef die smeerlap geen informatie meer. Hij heeft de hele zomer al passagiers van ons gejat.’ ‘Kijk uit naar de spuit.’ ‘Ja, en naar het vlaggetje met “Walvis”.’ ‘Ik probeer alleen maar te helpen, Lance.’ ‘Daar!’ Ik kon de vorm net zien, als een verre zwarte kiezelsteen die onder water dook. ‘Noord-noordoost. Gaat achter Break Nose Island. Is net gedoken.’ Ik dacht dat ik misselijk werd van opwinding. Achter me hoorde ik dat Lance begon te tellen. ‘Een… twee… drie… vier… walvis!’ Een ontegenzeglijke stoompluim steeg uit ­boven de horizon. Yoshi slaakte een gilletje. Lance wierp een blik op Greg, die het uiteraard vanaf zijn positie niet had gezien. ‘We hebben haar!’ siste Lance. Alle walvissen waren ‘haar’ voor Lance, net zoals alle kinderen ‘snotneus’ waren. Walvis. Ik proefde het woord genietend op mijn tong. Mijn blik bleef strak op het water gericht. De Moby Een veranderde van koers en de grote catamaran kletste hard op de golven. Ik stelde me voor hoe achter het eiland de walvis uit het water sprong en de witte buik aan de wereld liet zien in een ongekend vertoon van vrolijkheid. ‘Walvis,’ fluisterde ik. ‘Wij komen er als eerste,’ mompelde Yoshi opgewonden. ‘Voor één keer komen wij als eerste.’ Ik zag hoe Lance aan het roer draaide en binnensmonds telde om het aantal keren te bepalen dat de walvis lucht uitspoot. Meer dan dertig seconden uit elkaar, en de walvis dook diep. Dan waren we het dier kwijt. Dichter op elkaar betekende dat hij al had gedoken, en dan hadden we een kans om achter hem aan te gaan.. ‘Zeven… acht… Ze is boven. Yesss.’ Lance sloeg met zijn hand54

Droom even helemaal weg 1-64.indd 54

20-04-17 09:19


palm op het roer en greep toen de microfoon. ‘Dames en heren, als u naar rechts kijkt kunt u de walvis zien, achter dat stuk land.’ ‘Greg heeft door waar we naartoe gaan,’ zei Yoshi lachend. ‘Maar hij kan ons nooit inhalen. Zijn motor is niet krachtig genoeg.’ ‘Moby Een aan Blue Horizon. Mitchell,’ riep Lance in zijn radio. ‘Als je dit moois wilt zien, zul je uit mijn kielzog moeten.’ Mitchells stem klonk over de radio. ‘Blue Horizon aan Moby Een. Ik ben hier alleen maar omdat er iemand moet zijn die de drenkelingen van Gregs boot oppikt.’ ‘O, en het heeft niets te maken met grote vissen?’ antwoordde Lance kortaf. ‘Blue Horizon aan Moby Een. De zee is groot, Lance. Ruimte genoeg voor iedereen.’ Ik greep de houten rand van de kaartentafel zo stevig vast dat mijn knokkels wit werden, terwijl ik keek hoe de landtong groter werd. Ik vroeg me af of de walvis daar langzamer zou zwemmen en zou toestaan dat we dichterbij kwamen. Misschien zou hij zijn kop opheffen en naar ons kijken. Misschien zou ze, als het een vrouwtje was, naar de zijkant van de boot zwemmen en haar kalf laten zien. ‘Twee minuten,’ zei Lance. ‘Over een minuut of twee zijn we om de kop van de landtong. Hopelijk kunnen we dichtbij komen.’ ‘Vooruit, meid. Laat ons een mooie show zien.’ Yoshi praatte in zichzelf met de verrekijker nog voor haar ogen. Walvis, zei ik in mezelf, wacht op ons, walvis. Ik vroeg me af of het dier me zou zien. Of het zou aanvoelen dat ik, van alle mensen op de boot, iets speciaals had met zeedieren. Zelf was ik daar zeker van. ‘Dit – is – verdomme – niet – te – geloven.’ Lance had zijn pet afgezet en keek nijdig uit het raam. ‘Wat is er?’ Yoshi boog zich naar hem toe. ‘Kijk!’ Ik volgde hun blik. Terwijl de Moby Een rond de kop voer, zwegen we allemaal. Op een korte afstand van de met struikgewas bedekte landmassa, bijna een kilometer in zee in blauwgroen water, lag de Ishmael, de pas geverfde zijkanten glinsterend in de zon. Aan het roer stond mijn moeder, tegen de reling, en haar haren 55

Droom even helemaal weg 1-64.indd 55

20-04-17 09:19


wapperden om haar gezicht onder de verbleekte pet die ze op zee altijd droeg. Ze leunde op één been en Milly, onze hond, lag blijkbaar in slaap op het stuur. Mijn moeder zag eruit alsof ze daar al jaren op deze walvis had staan wachten. ‘Hoe heeft ze dat verdomme voor elkaar gekregen?’ Lance ving Yoshi’s waarschuwende blik op en haalde verontschuldigend zijn schouders op naar mij. ‘Ik bedoel het niet persoonlijk, maar kom op zeg…’ ‘Ze is er altijd als eerste.’ Yoshi klonk half geamuseerd en half gelaten. ‘Elk jaar dat ik hier ben. Ze is altijd de eerste.’ ‘Verslagen door een Engelse! Het lijkt wel cricket!’ Lance stak een sigaret op en gooide vol afkeer de lucifer weg. Ik stapte het dek op. Op dat moment kwam de walvis boven water. Terwijl we onze adem inhielden sloeg het dier hard met de staart op het water, waarbij een enorme regen van waterdruppels in de richting van de Ishmael sproeide. De toeristen op het dek van de Moby Een juichten. Het dier was enorm, zo dichtbij dat we de zeepokken op het lijf konden zien, de geplooide witte buik, zo dichtbij dat ik even in het oog kon kijken. Maar het was ook heel snel; iets van een dergelijke omvang had het recht niet om zo lenig te zijn. Mijn adem stokte in mijn keel. Terwijl ik me met mijn ene hand vasthield aan de reddingslijnen, zette ik met mijn andere hand de verrekijker voor mijn ogen en keek niet naar de walvis maar naar mijn moeder. Ik hoorde nauwelijks de uitroepen over de grootte van het dier, wat een hoge golven erdoor op de kleinere boot afkwamen, en ik vergat even dat ik niet gezien mocht worden. Zelfs van die afstand zag ik dat Liza McCullen glimlachte met haar ooghoeken naar boven gerimpeld. Het was een uitdrukking die ik op het vasteland zelden of nooit op haar gezicht zag. Tante Kathleen liep naar het einde van de veranda en zette een grote schaal garnalen met een paar citroenschijven en een grote mand brood op de verbleekte houten tafel. Eigenlijk is ze mijn oudtante, maar ze zegt dat ze zich dan als een stuk antiek voelt, dus noem ik 56

Droom even helemaal weg 1-64.indd 56

20-04-17 09:19


haar meestal tante K. Achter haar glom de voorkant van het hotel met de witte elkaar overlappende planken in de avondzon. De takken van acht bomen met vlammend rode perziken hingen voor de ramen. De wind was iets toegenomen en het bordje van het hotel zwaaide knarsend heen en weer. ‘Waar is dit voor?’ Greg hief zijn hoofd op van de fles bier die hij in zijn hand hield. Hij had eindelijk zijn zonnebril afgezet en de kringen onder zijn ogen verraadden de gebeurtenissen van de vorige avond. ‘Ik heb gehoord dat je wel een ondergrond in je maag kunt gebruiken,’ zei ze en smeet met een klap een servet voor hem op tafel. ‘Heeft hij je verteld dat vier passagiers hun geld terugvroegen toen ze zijn boeg zagen?’ zei Lance lachend. ‘Sorry, Greg, maar het was ontzettend stom van je. Om uitgerekend zoiets te schrijven.’ ‘Je bent een schat, Kathleen.’ Greg negeerde hem en stak een hand uit naar het brood. Mijn tante wierp hem een blik toe. ‘En ik word iets heel anders als je die woorden schrijft waar kleine Hannah ze weer kan zien.’ ‘De Haaienvrouw kan nog steeds haar tanden laten zien.’ Lance deed of hij Greg een klap wilde geven. Tante Kathleen negeerde hem. ‘Hannah, ga eten. Ik durf te wedden dat je tussen de middag geen lunch hebt gehad. Ik ga de salade halen.’ ‘Ze heeft de koekjes opgegeten,’ zei Yoshi terwijl ze vaardig een garnaal pelde. ‘Koekjes.’ Tante Kathleen haalde haar neus op. Zoals de meeste avonden zaten we buiten de hotelkeukens met de bemanningen van de Walvissteiger. Meestal dronken ze nog een stuk of wat biertjes voor ze naar huis gingen. Een paar van de jongere bemanningsleden, zei mijn tante vaak, dronken er zo veel dat ze amper thuis konden komen. Terwijl ik in een sappige, grote garnaal beet, zag ik dat de terraskachels buiten stonden. Er waren maar weinig gasten van het Silver Bay Hotel die in juni buiten wilden zitten, maar in de winter kwamen de bemanningen die walvissen gingen kijken, altijd hier bijeen 57

Droom even helemaal weg 1-64.indd 57

20-04-17 09:19


om te bespreken wat er op het water was gebeurd, ondanks de weersomstandigheden. Hun leden wisselden van jaar tot jaar omdat ze andere baantjes kregen, maar Lance, Greg, Yoshi en de anderen waren er al zo lang ik me kon herinneren. Tante Kathleen stak de kachels meestal bij het begin van de maand aan en tot september bleven ze de meeste avonden branden. ‘Hadden jullie veel toeristen?’ Ze was teruggekomen met de salade, husselde die met ervaren handen en deed er wat van op mijn bord voor ik kon protesteren. ‘Ik heb niemand in het museum gehad.’ ‘De Moby Een was goed vol. Veel Koreanen.’ Yoshi haalde haar schouders op. ‘Greg verloor bijna de helft van zijn passagiers over de reling.’ ‘Ze hebben de walvis goed kunnen zien.’ Greg pakte nog een stuk brood. ‘Ik heb geen klagen. Het is niet nodig om geld terug te geven. Heb je nog een biertje, mevrouw M?’ ‘Je weet waar de bar is. Heb jij hem gezien, Hannah?’ ‘Hij was enorm. Ik kon de zeepokken zien.’ Om de een of andere reden had ik verwacht dat de huid glad zou zijn, maar die was gerimpeld, met plooien, en zat vol medezeediertjes, alsof het een levend eiland was. ‘Hij was dichtbij. Ik heb tegen haar gezegd dat we normaal gesproken niet zo dichtbij komen,’ zei Yoshi. Greg kneep zijn ogen tot spleetjes. ‘Als ze op de boot van haar moeder was geweest, had ze zijn tanden kunnen poetsen.’ ‘Tja, hoe minder we daar over zeggen…’ Tante Kathleen schudde haar hoofd. ‘Geen woord,’ vormde ze met haar lippen naar mij. ‘Dat was eenmalig.’ Ik knikte braaf. Het was al voor de derde keer eenmalig in deze maand. ‘Is die Mitchell nog komen opdagen? Die moet je in de gaten houden. Ik heb gehoord dat hij zich bij die lui uit Sydney met de grote boten gaat voegen.’ Ze keken allemaal op. ‘Ik dacht dat de Dienst Nationale Parken en Faunabescherming die hadden afgeschrikt,’ zei Lance. 58

Droom even helemaal weg 1-64.indd 58

20-04-17 09:19


‘Toen ik naar de vismarkt ging,’ zei tante Kathleen, ‘vertelden ze me dat ze er een helemaal bij de landtong hebben gezien. Met keiharde muziek en mensen die op de dekken dansten. Het leek wel een discotheek. De nacht vissen werd erdoor verpest. Maar tegen de tijd dat de mensen van de Dienst er kwamen, waren ze allang weg. Dus konden ze niets bewijzen.’ Het evenwicht in Silver Bay was wankel. Als er te weinig toeristen kwamen om walvissen te zien, was er geen handel. Als er te veel kwamen, zou dat de dieren verjagen die ze juist wilden laten zien. Lance en Greg waren driedubbeldekkers tegengekomen van de andere kant van de baai, vaak met luide muziek, dekken vol dansende passagiers, en zij deelden die mening. ‘Die lui doen ons de das nog eens om,’ zei Lance. ‘Onverantwoordelijk. Op geld belust. Past precies bij Mitchell.’ Ik had niet beseft wat een honger ik had. Ik at zes grote garnalen achter elkaar en volgde Gregs vingers rond de lege schaal. Hij grinnikte en zwaaide met een garnalenkop naar me. Ik stak mijn tong naar hem uit. Ik denk dat ik een beetje verliefd ben op Greg, maar dat zou ik natuurlijk nooit tegen iemand zeggen. ‘Aha, daar is ze dan, de walvissenprinses.’ ‘Leuk hoor.’ Mijn moeder legde haar sleutels op de tafel en gebaarde dat Yoshi moest opschuiven, zodat ze naast mij kon zitten. Ze gaf een kus op mijn hoofd. ‘Leuke dag gehad, schat?’ Ze rook naar zonnebrandcrème en zoute lucht. Ik wierp een blik op mijn tante. ‘Ja, hoor.’ Ik bukte me om Milly’s oren te aaien, dankbaar dat mijn moeder mijn blos niet kon zien. Ik was nog vol opwinding dat ik de walvis had gezien. Ik had het idee dat het van me af moest stralen, maar ze pakte een glas en schonk water in. ‘Wat heb je gedaan?’ vroeg mijn moeder. ‘Ja, wat heb je gedaan, Hannah?’ Greg knipoogde naar me. ‘Ze heeft me vanmorgen met de bedden geholpen.’ Tante Kathleen wierp hem een nijdige blik toe. ‘Ik heb gehoord dat jíj een l­ euke middag hebt gehad.’ ‘Niet slecht.’ Mijn moeder dronk haar glas water leeg. ‘God, wat 59

Droom even helemaal weg 1-64.indd 59

20-04-17 09:19


heb ik een dorst. Heb je vandaag genoeg gedronken, Hannah? Heeft ze genoeg gedronken, Kathleen?’ Ze had na al die jaren in Australië nog steeds een sterk Engels accent. ‘Meer dan genoeg. Hoeveel heb je er gezien?’ ‘Ze drinkt nooit genoeg. Alleen maar één glas. Het was een grote. Ze sloeg met haar staart mijn boot halfvol. Kijk maar.’ Ze hield haar chequeboekje op. De randen waren gerimpeld en verfrommeld. ‘Nou, dat is echt amateuristisch.’ Tante Kathleen slaakte een zucht van afkeer. ‘Had je niemand bij je?’ Mijn moeder schudde haar hoofd. ‘Ik wilde dat nieuwe roer uitproberen, om te zien hoe dat het deed in wilder water. Volgens de werf kon het wel eens blijven steken.’ ‘En toen kwam je toevallig een walvis tegen,’ zei Lance. Ze nam nog een slok water. ‘Zoiets.’ Haar gezicht stond opeens gesloten. Zíj had zich afgesloten. Het leek wel of dat van de walvis nooit was gebeurd. We aten een poos zwijgend, terwijl de zon langzaam naar de horizon zakte. Twee vissers liepen voorbij en staken groetend hun arm op. Ik herkende Lara’s vader, maar ik weet niet of hij me zag. Mijn moeder at een stuk brood en een beetje salade, zelfs nog minder dan ik, en ik vind salade niet lekker. Toen keek ze op naar Greg. ‘Ik heb het gehoord over de Suzanne.’ ‘Half Port Stephens heeft gehoord over de Suzanne.’ Gregs ogen stonden moe en het leek wel of hij zich een week niet had geschoren. ‘Ja. Nou ja, ik vind het erg voor je.’ ‘Zo erg dat je vrijdag met me uit zou willen?’ ‘Nee.’ Ze stond op, keek op haar horloge, stopte haar doorweekte chequeboekje terug in haar tas en liep naar de keukendeur. ‘Dat roer is nog steeds niet goed. Ik moet naar de werf bellen voor ze weg zijn. Trek je trui aan, Hannah. Er komt meer wind.’ Ik keek haar na terwijl ze wegliep, gevolgd door de hond. We zwegen tot we de hordeur hoorden dichtslaan. Toen leunde Lance achterover in zijn stoel om naar de donker wordende baai te 60

Droom even helemaal weg 1-64.indd 60

20-04-17 09:19


kijken, waar een motorjacht nog net te zien was aan de horizon. ‘Onze eerste walvis van het seizoen, Gregs eerste drinkgelag van het seizoen. Mooi evenwicht, vinden jullie niet?’ Hij dook weg toen achter hem een stuk brood tegen de stoel ketste.

Lees verder in Dicht bij jou Vanaf 5 september in de winkel

61

Droom even helemaal weg 1-64.indd 61

20-04-17 09:19


Koop deze heerlijke romans nu met korting! ✁ Lever deze bon in bij de boekhandel en koop Duet met jou van Dani Atkins voor € 17,50 in plaats van € 19,99. Je ontvangt € 2,49 korting.

‘Deze roman is een meesterwerk.’ Fabulous Magazine Actienummer: 904-10134 Deze bon is geldig van 1 augustus 2017 t/m 1 november 2017 isbn: 9789026140327

Lever deze bon in bij de boekhandel en koop Honderd stukjes van mij van Lucy Dillon voor € 17,50 in plaats van € 19,99. Je ontvangt € 2,49 korting.

‘Bitterzoet en hartverwarmend.’ Jojo Moyes Actienummer: 904-10135 Deze bon is geldig van 13 juni 2017 t/m 13 september 2017 isbn: 9789026142000

Droom even helemaal weg 1-64.indd 63

20-04-17 13:12


Dit boekje bevat leesfragmenten van 3 romans die deze zomer bij Uitgeverij De Fontein zullen verschijnen. In deze tekst kunt u nog type- en zetfouten aantreffen.

Lucy Dillon – Honderd stukjes van mij – verschijnt 13 juni Oorspronkelijke titel A Hundred Pieces of Me Copyright © Havercroft Limited, 2014 Copyright © 2017 voor deze uitgave Uitgeverij De Fontein, Utrecht Vertaling Erica Feberwee Omslagontwerp Villa Grafica - Jochem Bolleman Omslagillustratie Shutterstock isbn 978 90 261 4200 0 isbn e-book 978 90 261 4201 7 Dani Atkins – Duet met jou – verschijnt 1 augustus Oorspronkelijke titel Copyright © 2016 Dani Atkins Copyright © 2017 voor deze uitgave Uitgeverij De Fontein, Utrecht Vertaling Els Franci-Ekeler Omslagontwerp bij Barbara Omslagillustratie © Ilina Simeonova/Trevillion Images isbn 978 90 261 4032 7 isbn e-book 978 90 261 4033 4 Jojo Moyes – Dicht bij jou – verschijnt 5 september Oorspronkelijke titel Silver Bay Copyright © 2007 Jojo Moyes Copyright © 2017 voor deze uitgave Uitgeverij De Fontein, Utrecht Vertaling Milly Clifford Omslagontwerp Oranje Vormgevers Omslagillustratie Shutterstock/Antonio Guillem isbn 978 90 261 4172 0 isbn e-book 978 90 261 4173 7 www.uitgeverijdefontein.nl

Droom even helemaal weg 1-64.indd 2

20-04-17 09:19


Lees nog meer heerlijke romans!


Droom deze zomer even helemaal weg met deze heerlijke romans! Honderd stukjes van mij – Lucy Dillon Daar staat Gina dan, na haar scheiding, in een te kleine flat met te veel dozen vol spullen uit haar oude leven. Het is tijd voor drastische maatregelen: al haar bezittingen de deur uit, alleen de honderd meest belangrijke dingen mogen blijven. Maar wat is eigenlijk écht belangrijk?

Duet met jou – Dani Atkins Charlotte is getrouwd met David, Ally’s eerste en grootste liefde, en dat heeft Ally haar nooit kunnen vergeven. Dan treffen de twee vrouwen elkaar voor het eerst sinds jaren weer, onder de slechtst denkbare omstandigheden: in het ziekenhuis, waar hun mannen vechten voor hun leven.

Dicht bij jou – Jojo Moyes Projectontwikkelaar Mike Dormer vertrekt vanuit Londen om in Silver Bay, Australië, een kustresort te bouwen. De intrigerende Liza McCullen, haar tienjarige dochtertje Hannah en haar legendarische tante Kathleen brengen Mike aan het twijfelen over zijn motieven.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.