13639a-v8_Van mij alleen promo paperback 25-3-15 16:25 Pagina 3
ROSE Karen
Van mij alleen
De Fontein
13639a-v8_Van mij alleen promo paperback 25-3-15 16:25 Pagina 4
Vierde druk, eerste in deze uitvoering, april 2015 © 2011 Karen Rose Hafer © 2013, 2015 voor deze uitgave: Uitgeverij De Fontein, Utrecht Deze vertaling is tot stand gekomen na overeenkomst met Writers House LLC, New York. Oorspronkelijke uitgever: Signet, een imprint van New American Library, onderdeel van Penguin Group (USA) Inc. Oorspronkelijke titel: You Belong to Me Uit het Engels vertaald door: Hans Verbeek Omslag: Studio Jan de Boer, Amsterdam Omslagfoto: Mohamad Itani/Hollandse Hoogte Vormgeving binnenwerk: Text & Image, Eexterveen isbn 978 90 261 3755 6 isbn e-book 978 90 261 3338 1 nur 332 www.uitgeverijdefontein.nl www.karenrosebooks.com Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm, elektronisch, door geluidsopname- of weergaveapparatuur, of op enige andere wijze, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.
13639a-v8_Van mij alleen promo paperback 25-3-15 16:25 Pagina 7
Proloog Bayview, Delaware Zondag 7 maart, 11.15 uur ‘Pardon, meneer, daar mag u niet komen.’ Malcolm Edwards negeerde de zware stem van de jachthavenbeheerder en hield zijn blik strak op zijn bestemming gericht. Zijn verzwakte lichaam deed overal pijn. De Carrie On lag deinend op het woelige water van de Chesapeake Bay te wenken. Er was storm op komst. Het was een perfecte dag om dood te gaan. Nog een paar stappen, dan kan ik gaan rusten. Op dat moment begon de steiger onder zijn voeten te trillen. Daryl stormde achter hem aan. ‘Hé, blijf staan. Dit is privéterrein. Hé, maat! Ik zei...’ Malcolm vertrok zijn gezicht toen een zware hand hem bij zijn bovenarm vastgreep en hem dwong zich om te draaien. Hij keek Daryl een ogenblik aan en wachtte zwijgend tot het begon te dagen. Toen viel de mond van de man geschokt open. ‘Meneer Edwards.’ Daryl deed een stap achteruit, zijn blozende gezicht werd bleek. ‘Neem me niet kwalijk, meneer.’ ‘Het geeft niet,’ zei Malcolm vriendelijk. ‘Ik weet dat ik er niet geweldig uitzie.’ Malcolm wist precies hoe hij eruitzag. Het verbaasde hem dat Daryl hem überhaupt had herkend – ondanks alle jaren dat ze elkaar al kenden. Malcolm waagde het te betwijfelen of zijn zogenaamde vrienden hem zouden herkennen – niet dat ze zichzelf daartoe de kans hadden gegeven. Alleen Carrie was hem trouw gebleven en er waren momenten dat Malcolm wenste dat ze dat niet had gedaan. In voor- en tegenspoed. Hier was absoluut sprake van het laatste. Carrie dacht dat hij haar niet kon horen snikken wanneer ze onder de douche stond, maar hij hoorde haar wel. Hij zou er alles wat hij
7
13639a-v8_Van mij alleen promo paperback 25-3-15 16:25 Pagina 8
bezat voor overhebben om haar deze hel niet te hoeven laten doormaken. Maar die luxe was Malcolm niet gegund. Hij had al te veel op de kerfstok van zijn ziel. Bovendien was die beslissing niet aan de mens, die was voorbehouden aan God. Carrie had God vervloekt terwijl ze er getuige van was hoe Malcolm wegteerde. Daryl slikte moeizaam. ‘Kan ik iets voor u halen? Iets voor u doen?’ ‘Nee. Laat maar. Ik ga vissen.’ Hij hield een emmer omhoog. Er zat aas in, dat hij had gekocht om de schijn op te houden. ‘Ik wil alleen maar de wind in mijn gezicht voelen.’ Voor de laatste keer, voegde hij er in stilte aan toe. Hij draaide zich om naar zijn boot en zette vastberaden de ene voet voor de andere. De steiger trilde opnieuw toen Daryl met hem meeliep, duidelijk aarzelend om te zeggen wat hij op zijn hart had. ‘Meneer, er is storm op komst. Misschien moet u even wachten.’ ‘Ik heb geen tijd om te wachten.’ Zelden waren woorden zo waar geweest. Daryl vertrok zijn gezicht. ‘Ik kan wel een bemanning optrommelen om u buitengaats te brengen. Mijn kleinzoon is een prima zeeman.’ ‘Dat waardeer ik, echt waar, maar soms verlangt een man alleen maar naar een beetje eenzaamheid. Hou je haaks en bedankt.’ Het lukte hem aan boord te komen. Zijn lichaam zakte in toen hij zijn handen op het stuurwiel legde. Het was al veel te lang geleden dat hij een dag op het water had doorgebracht. Maar hij had het druk gehad. Er waren dokters geweest en behandelingen en... Hij keek omhoog naar de onheilspellende lucht. En zaken die rechtgezet moesten worden. Er waren te veel zaken die hij recht moest zetten, en bovenal was er die ene die hem al 21 jaar dwarszat. Hij dacht aan de brief die hij had gestuurd en hoopte dat het niet te laat was. Hij hoopte dat hij het stuurwiel lang genoeg in bedwang kon houden, dat hij ver genoeg op zee kon komen om te doen wat gedaan moest worden. Hij hoopte dat verdrinken werkelijk net zoiets was als gaan slapen. Naarmate hij verder van de haven kwam werd de golfslag zwaarder en de wind feller. Uiteindelijk zette hij de motor af en luisterde met gesloten ogen naar het geluid van de golven. Hij zoog de zoute lucht diep in zijn longen, ervan genietend, van zijn laatste dag. Carrie zou
8
13639a-v8_Van mij alleen promo paperback 25-3-15 16:25 Pagina 9
uiteraard verdrietig zijn, maar een deel van haar zou ook opluchting voelen. Ze had zich grootgehouden toen hij haar die ochtend bij hun afscheid had gekust. Hij had tegen haar gezegd dat hij ging vissen omdat de dokter dat had aangeraden. Wanneer de politie bij haar aanklopte om haar het slechte nieuws te vertellen, zou ze zweren dat haar echtgenoot niet tot zelfmoord in staat zou zijn. Maar diep vanbinnen wist ze wel beter. Hij stapte het dek op om zijn hengels klaar te zetten. Het moest er allemaal geloofwaardig uitzien, voor het geval iemand de boot intact zou aantreffen nadat hij ‘overboord was geslagen’ door een onverwachte golf. Hij was bezig aas aan zijn haak te rijgen toen een norse stem zijn gedachten verstoorde. ‘Wie zijn de anderen?’ Malcolm draaide zich met een ruk om en het aas glipte uit zijn vingers. Een meter bij hem vandaan stond een man, met zijn voeten stevig op het dek geplant en de armen over elkaar geslagen. Er straalde haat uit zijn samengeknepen ogen en Malcolm voelde een rilling van angst over zijn rug gaan. ‘Wie ben jij?’ De man zette een stap naar voren, zelfverzekerd ondanks de deining. ‘Wie zijn de anderen?’ De anderen. ‘Ik heb geen idee waar je het over hebt,’ loog hij. De man haalde een brief uit zijn zak en Malcolms maag speelde op toen hij zowel de brief als het handschrift herkende als die van hemzelf. Malcolm dacht aan wat er 21 jaar geleden gebeurd was en meende te weten wie de man was. Wat de man wilde, dat wist hij zeker. ‘Wie zijn de anderen?’ vroeg de man opnieuw met een korte pauze tussen de woorden. Malcolm schudde zijn hoofd. ‘Nee. Dat ga ik je niet vertellen.’ De man stak zijn hand in zijn andere zak en haalde een lang fileermes tevoorschijn. Hij stak het omhoog en bekeek het scherpe lemmet aandachtig. ‘Ik maak je af,’ zei hij emotieloos. ‘Kan me niet schelen. Ik ga toch dood. Of had je dat nog niet gezien?’ De boot ging plotseling op en neer en Malcolm struikelde, maar de man bleef stevig staan. Hij heeft zeebenen. Als hij was wie Malcolm
9
13639a-v8_Van mij alleen promo paperback 25-3-15 16:25 Pagina 10
dacht dat hij was, dan was dat logisch. De vader van de man was destijds visser geweest, eigenaar van een schip – destijds, maar nu niet meer. In de jaren daarna waren bedrijven op de fles gegaan, levens kapotgemaakt. Geruïneerd. Door wat wij hebben gedaan. Wat ík heb gedaan. Hij gaat me vermoorden. En dat is mijn verdiende loon. Maar hij was niet van plan om de identiteit van de anderen prijs te geven en al evenmin om een vreselijke dood te sterven. Hij nam een duik in de richting van de reling. Maar de man was snel. Hij greep Malcolms arm en duwde hem in een dekstoel. Hij bond zijn handen en voeten vast met een stuk touw dat hij uit zijn zak had gehaald. De man was op alles voorbereid. Ik ga dood. De man kwam dreigend overeind. ‘Wie zijn de anderen?’ Malcolm staarde met bonzend hart naar de man op, maar zei niets. De man haalde zijn schouders op. ‘Je gaat het zeggen. Als ik meer tijd had, zou ik jou alles aandoen wat je haar hebt aangedaan.’ Hij keek Malcolm in de ogen. ‘Alles.’ Malcolm slikte terwijl hij dacht aan alles wat er die nacht, zo lang geleden, was gebeurd, aan wat ze hadden gedaan. ‘Het spijt me. Ik heb gezegd dat het me speet. Maar ík heb haar niets gedaan, ik zweer het.’ ‘Ja,’ zei de man op bittere toon. ‘Dat begreep ik uit je brief. En toen je eindelijk bekende, was je te laf om je naam eronder te zetten.’ Dat was waar. Hij was toen een lafaard geweest, en nu weer. ‘Hoe weet je dat ik het was?’ ‘Ik vermoedde dat het een van jullie was. Jullie trokken toen allemaal met elkaar op. Jullie hebben allemaal die teamfoto gesigneerd.’ Malcolm deed zijn ogen dicht en zag alles weer voor zich. Ze waren jong geweest en zo verdomde arrogant. Ze dachten dat de wereld van hen was. ‘Die foto in de prijzenkast op school.’ De man snoof minachtend. ‘Dat is ’m. Je handschrift is in die 21 jaar niet veel veranderd. Je schrijft je “M” nog steeds op dezelfde manier. Je hoeft geen genie te zijn om te achterhalen wie die brief had geschreven. En dat brengt me weer bij de reden waarom ik even aanwip. Je gaat me vertellen wat ik wil weten.’ ‘Ik zeg niks. Zoals ik in mijn brief al zei, dat is tussen hen en OnzeLieve-Heer. Dus nee, het spijt me.’
10
13639a-v8_Van mij alleen promo paperback 25-3-15 16:25 Pagina 11
De grijns op het gezicht van de man veranderde in een onheilspellende glimlach. ‘Dat zullen we nog wel eens zien.’ Hij verdween benedendeks en Malcolm trok aan zijn boeien, ondanks de wetenschap dat dat zinloos was. Er flitsten beelden door zijn hoofd, alle misselijkmakende, afschuwelijke dingen die die nacht zo lang geleden met het meisje waren gebeurd terwijl hij erbij stond en toekeek. En niet ingreep. Ik had iets moeten doen. Ik had er een eind aan moeten maken. Maar dat had hij niet gedaan, en de anderen ook niet. Nu zou hij ervoor moeten boeten. Eindelijk. Hij hoorde gebonk toen iets uit het ruim werd gesleept. Het was een vrouw. Malcolms maag draaide om. Ze droeg precies zo’n trui als hij nog maar een paar uur geleden had gezien, in zijn geheugen had geprent. Toen hij zijn vrouw gedag kuste. ‘Cárrie.’ Malcolm probeerde te gaan staan, maar het lukte niet. Ze was vastgebonden, geblinddoekt en had een prop in haar mond. De man sleurde haar aan haar arm mee. ‘Laat haar gaan. Ze heeft niets gedaan.’ ‘Jij toch ook niet?’ zei hij spottend. ‘Dat heb je zelf gezegd.’ Hij duwde Carrie in een stoel en zette het mes op haar keel. ‘Nou, vertel eens, Malcolm. Wie. Zijn. De. Anderen?’ Malcolm wierp een wanhopige blik op de samengeknepen ogen van de man en keek toen weer naar het mes tegen de keel van zijn vrouw. Hij kreeg geen adem. Hij kon niet nadenken. ‘Ik weet het niet meer.’ Er liep een druppel bloed langs Carries hals toen het mes een wondje maakte. ‘Waag het niet me iets voor te liegen,’ zei de man zacht. ‘Als je weet wie ik ben, dan weet je ook dat ik niets te verliezen heb.’ Malcolm sloot zijn ogen. Als hij naar haar keek kon hij niet meer denken. Hij was te bang. ‘Oké. Maar breng haar eerst aan wal. Anders zeg ik niets.’ De kreet van pijn die Carrie slaakte werd gedempt door de prop in haar mond. Malcolm deed zijn ogen open en staarde vol afschuw. Toen kokhalsde hij heftig. Hij kon niet nog een keer kijken, kon niet naar de vinger kijken die de man hem ter inspectie toestak. Afgehakt. Hij had haar vinger afgesneden. ‘Ik zal het vertellen,’ hijgde hij. ‘Verdomme, ik zal het je vertellen.’ ‘Dat dacht ik wel.’ De man deed een stap bij Carrie vandaan. Jam-
11
13639a-v8_Van mij alleen promo paperback 25-3-15 16:25 Pagina 12
merend maakte ze zich zo klein als haar boeien toestonden. De man haalde een kladblokje en een pen uit zijn borstzak. ‘Ik ben er klaar voor.’ Malcolm ratelde snel de namen af en haatte zichzelf. Vanwege alles. Vanwege het feit hij die nacht gebleven was, dat hij was blijven kijken. Dat hij die brief geschreven had en zijn vrouw in gevaar had gebracht. De man vertoonde geen enkele emotie terwijl hij de namen noteerde en vervolgens zijn kladblok wegborg. ‘Ik heb alles verteld,’ zei Malcolm en zijn stem brak. ‘Breng haar nu terug. Laat me haar naar een dokter brengen. Alsjeblieft, stop die vinger in ijs. Alsjeblieft, ik smeek het je.’ De man bestudeerde het mes dat rood zag van Carries bloed. ‘Heeft zij dat gedaan?’ ‘Wíé?’ De man stak zijn kin vooruit. ‘Mijn zús. Heeft zij gesmeekt?’ Hij greep Carries haar en rukte haar hoofd achterover. Hij hield het mes tegen haar onbeschermde keel. ‘Nou?’ ‘Ja.’ Malcolms lijf schudde van het snikken. ‘Alsjeblieft. Ik smeek je. Mijn vrouw heeft niets gedaan. Alsjeblieft. Ik heb je verteld wat je wilde weten. Doe haar alsjeblieft niet nog meer pijn.’ De arm van de man maakte een plotselinge beweging, het mes kerfde en Malcolm gilde terwijl het bloed uit haar lichaam spoot. Nee. Nee. Nee. Alsjeblieft. O God, nee. Ze was dood. Carrie was dood. Onaangedaan sneed de man het touw door waarmee hij haar had vastgebonden. Haar lichaam belandde aan Malcolms voeten. ‘Ik zou je hier moeten laten om toe te kijken terwijl de vogels zich te goed doen aan haar vlees,’ mompelde de man. ‘Maar iemand zou je kunnen vinden voor je dood bent – en dan zou je mij erbij lappen. Ik zou je tong uit kunnen snijden, maar dan nog zou je een manier vinden om het te vertellen. Dus jij zult er ook aan moeten.’ Hij pakte Malcolm bij zijn kin, dwong hem omhoog te kijken. ‘Je tong snijd ik er sowieso uit. Nog een laatste woord?’ De man stond naakt aan dek en zag zijn laatste kledingstuk in het grauwe water verdwijnen, dezelfde weg volgend als Malcolm en zijn vrouw hadden genomen. Nog voor het donker werd zouden ze al visvoer zijn.
12
13639a-v8_Van mij alleen promo paperback 25-3-15 16:25 Pagina 13
Het ergste van de storm was voorbijgetrokken toen hij bezig was zich van de lichamen te ontdoen. Er was veel bloed geweest. Gelukkig had hij schone kleren meegenomen. Hij zou het bloed van de familie Edwards onder de douche van zich afspoelen, voor hij met de Carrie On koers zou zetten naar een kleine privĂŠjachthaven waarvan de eigenaar geen vragen stelde. Daar kon hij het laatste bloed van dek spoelen en alles weghalen wat erop kon wijzen dat de boot van Malcolm Edwards was. Toen hij benedendeks ging, bleef hij even bij het aanrecht in de kombuis staan waar hij het notitieboekje had neergelegd. Hij had niet het risico willen lopen dat het onder het bloed zou komen te zitten. Niet dat hij die lijst nodig had. De namen stonden al in zijn geheugen gegrift. Sommige namen had hij wel verwacht. Een paar vormden een verrassing. Ze zouden allemaal wensen dat ze 21 jaar geleden het juiste hadden gedaan.
13
13639a-v8_Van mij alleen promo paperback 25-3-15 16:25 Pagina 14
1 Baltimore, Maryland Maandag 3 mei, 05.35 uur ‘Go get yourself some cheap sunglasses...’ Lucy Trask pufte mee met de tekst van ZZ Top terwijl ze over het pad rende dat dwars door het park achter haar flat liep. Ze gaf er niets om dat ze vreselijk vals zong. Per slot van rekening hadden ze Gwyn als zangeres. Het kon niemand iets schelen hoe Lucy’s stem klonk, alleen maar wat voor geluid haar strijkstok maakte. Bovendien was er die ochtend niemand die haar kon horen, behalve andere hardlopers, en die hadden net als zij hun oortelefoons in. Op dit tijdstip in de ochtend was er niemand die ze hoefde te imponeren, niemand over wiens mening ze zich druk hoefde te maken. Dat was een van de vele redenen dat ze zo dol was op dat uurtje voordat het licht werd. Ze kwam aan het einde van het pad, ging de bocht om en minderde vaart tot ze helemaal stilstond. Het gevoel van sereniteit was plotseling verdwenen. ‘O, nee,’ mompelde ze verdrietig. ‘Niet weer.’ Aan een van de schaaktafels zat meneer Pugh. Het licht van de straatlantaarn achter hem scheen op zijn hoed van tweed. Ze verliet het pad en liep op een drafje naar de plek waar haar oude vriend zo veel uren had doorgebracht met het schaakmat zetten van zijn uitdagers. Maar die tijd lag al lang achter hem. Nu zat hij daar alleen, midden in de nacht, zijn hoofd gebogen en zijn kraag opgetrokken om zijn gezicht. Ze zuchtte. Hij was weer weggelopen uit zijn flat. Ze ging langzamer lopen en kwam zachtjes dichterbij. ‘Meneer Pugh?’ Ze raakte voorzichtig zijn schouder aan, deed haar best hem niet te laten schrikken. Hij hield er niet van om verrast te worden. ‘Tijd om naar huis te gaan.’
14
13639a-v8_Van mij alleen promo paperback 25-3-15 16:25 Pagina 15
Toen fronste ze haar voorhoofd. Meestal keek hij op zo’n moment op met die verloren uitdrukking op zijn gezicht en dan bracht ze hem terug naar Barb, die zo moe was van het altijd maar voor hem zorgen. Maar vandaag keek hij niet op. Hij zat stil. Doodstil. De moed zonk haar in de schoenen. O nee. Nee, nee, nee. Ze stak haar hand uit om in zijn hals naar een hartslag te zoeken. Vervolgens sloeg ze haar hand voor haar mond om een schreeuw te onderdrukken. Zijn lichaam zakte voorover op de tafel en zijn hoed rolde van zijn hoofd. Een ogenblik lang kon ze alleen maar vol afschuw blijven kijken. Zijn hoofd was verminkt, bedekt met geronnen bloed. En zijn gezicht... Ze wankelde achteruit. De smaak van gal brandde in haar keel. O god. O god. Zijn gezicht was verdwenen. En zijn ogen ook. Ze deed zonder te kijken nog een stap achteruit. ‘Nee.’ Ze hoorde een vaag gejammer en besefte toen dat ze dat zelf voortbracht. Haar adem stokte in haar keel en ze dwong zichzelf om door te gaan met ademen. Doe iets. Met bevende vingers haalde ze haar mobieltje uit haar sportbroek en zag kans het alarmnummer te bellen. Ze schrok toen een kordate stem opnam. ‘Dit is het alarmnummer. Om wat voor noodgeval gaat het?’ ‘Met...’ Lucy’s stem begaf het bij de aanblik van het stoffelijk overschot. Ze deed haar ogen dicht. Geen overschot. Dit is meneer Pugh. Iemand heeft hem vermoord. O god. O god. ‘Met...’ Ze kon geen woord uitbrengen. Kon geen adem krijgen. ‘Mevrouw?’ zei de telefonist dringend. ‘Om wat voor noodgeval gaat het?’ Lucy schraapte grimmig haar keel. Riep jaren ervaring te hulp. Dwong haar stem om vast te klinken. ‘Met dokter Trask van de gerechtelijke medische dienst. Ik wil een moord rapporteren.’
Maandag 3 mei, 06.00 uur Rechercheur J. D. Fitzpatrick bestudeerde het groepje mensen dat zich achter het gele lint had verzameld. Buren, dacht hij. Sommigen waren nog in hun kamerjas en op pantoffels. Sommigen waren oud, sommi-
15
13639a-v8_Van mij alleen promo paperback 25-3-15 16:25 Pagina 16
gen van middelbare leeftijd. Een paar van hen huilden. Een paar stonden te vloeken. En er waren er die allebei deden. Terwijl hij naar de plaats delict liep, waagde hij zich dichtbij genoeg om ze te kunnen horen. Dit was het moment om naar ze te luisteren, nu de schok hun tongen losmaakte. ‘Wat voor beest doet een oude, hulpeloze man zoiets aan?’ wilde een van de jongere vrouwen weten. Ze balde haar handen tot vuisten. ‘Hij deed geen mens kwaad,’ zei de man naast haar verbijsterd. ‘Godvergeten bendes,’ zei een oude man binnensmonds tegen niemand in het bijzonder. ‘Je kunt niet eens meer veilig over straat.’ JD zag dat het gras van het kleine park keurig onderhouden was. Er was hier niets dat wees op de aanwezigheid van bendes, maar op weg hiernaartoe had hij genoeg tekenen gezien. Dit was een kleine, veilige enclave geweest voor de bewoners. Een toevluchtsoord waar de akeligheid van buiten nog niet was doorgedrongen. Dat was een illusie, dat wist hij. Akeligheid was overal. Dat wisten de buren van de dode man nu ook. Er hoefde geen bende aan te pas te komen om een moord te plegen. Eén dader was genoeg, zeker als het slachtoffer op leeftijd was en kwetsbaar. ‘Dit wordt Barbs dood,’ zei een oude vrouw met gebroken stem terwijl ze huilend steun zocht bij een andere oude man. ‘Hoe vaak heb ik niet tegen haar gezegd dat ze hem in een tehuis moest doen. Hoe vaak?’ ‘Ik weet het, schat,’ mompelde de man. Hij drukte haar grijze hoofd tegen zijn schouder en schermde haar blik af voor het tafereel voor hen. ‘Gelukkig is Lucy er.’ De oude vrouw knikte sniffend. ‘Zij weet wel wat er moet gebeuren.’ Barb was vermoedelijk de vrouw of de dochter van de dode man, maar JD vroeg zich af wie Lucy was en wat er volgens haar zou moeten gebeuren. Twee politieagenten stonden schouder aan schouder achter het gele politielint. De een stond met zijn gezicht naar de buren, de ander keek naar de plaats delict. Samen vormden ze een barrière en blokkeerden zo goed en zo kwaad als het ging het zicht op het slachtoffer. De tr was al ter plaatse. De mensen van de technische recherche maakten foto’s en verzamelden bewijsmateriaal. Door de aanwezigheid
16
13639a-v8_Van mij alleen promo paperback 25-3-15 16:25 Pagina 17
van al die politiemensen en technisch rechercheurs konden de toeschouwers niet veel meer zien, maar JD wist dat velen van hen meer dan genoeg hadden gezien voor de plaats delict werd afgebakend. De twee agenten wezen naar een derde politieagent die naast Drew Peterson stond, de leider van het forensisch team. De agent was Hopper, zo werd JD verteld, en hij was als eerste ter plaatse geweest. ‘Bedankt.’ JD liep langs de agenten en wapende zich tegen wat hij te zien zou krijgen. Desondanks moest hij zijn afgrijzen onderdrukken. Het slachtoffer zat in een in de grond verankerde stoel, zijn bovenlichaam lag op een betonnen schaaktafel en zijn hoofd en gezicht waren zo zwaar mishandeld dat hij onherkenbaar was. Wie doet een oude man zoiets aan? Waarom? Het slachtoffer droeg een beige regenjas, die tot boven aan toe was dichtgeknoopt. Hij had zijn handen in de zakken. Er leek geen bloed op zijn jas te zitten of rond zijn stoel te liggen. Zo te zien zat er alleen bloed op zijn gezicht en hoofdhuid. Agent Hopper kwam met grimmig vastberaden pas dichterbij. ‘Ik ben Hopper.’ ‘Fitzpatrick, Moordzaken.’ Na drie weken bij de afdeling vond JD de woorden uit zijn mond nog steeds vreemd klinken. ‘Jij was het eerst ter plaatse?’ vroeg hij en de agent knikte. ‘Dit is mijn wijk. Het slachtoffer is Jerry Pugh. Blanke man van 68.’ ‘Dus je kende hem. Gecondoleerd,’ mompelde JD. Hopper knikte opnieuw. ‘Jerry deed geen vlieg kwaad. Hij was ziek.’ ‘Was hij aan het dementeren?’ vroeg JD. Hopper keek verrast. ‘Ja. Hoe wist je dat?’ ‘Die dame daar vooraan zei dat ze tegen Barb had gezegd dat ze hem in een tehuis moest doen.’ ‘Dat is mevrouw Korbel. En ik geloof graag dat ze dat heeft gezegd. Dat heb ik ook gedaan. Maar mevrouw Pugh – dat is Barb – wilde er niet van horen. Kon het niet, vermoed ik. Ze waren al een eeuwigheid getrouwd.’ ‘Wie heeft het lichaam gevonden?’ Agent Hopper keek opnieuw verbaasd. ‘Zij daar.’ Hij wees naar de overzijde van de plaats delict waar een vrouw in haar eentje stond toe te kijken. Ze had haar armen over elkaar geslagen en haar gezichtsuitdrukking was neutraal. Maar ze leek kwetsbaar, er hing een bijna
17
13639a-v8_Van mij alleen promo paperback 25-3-15 16:25 Pagina 18
tastbare spanning om haar heen, alsof ze moeite moest doen om niet in te storten. Ze was lang, zo’n 1 meter 75 of langer zelfs. Haar lange haar, dat ze in een eenvoudige paardenstaart droeg, had een roodgouden gloed en in het felle licht van de lampen van de tr leek het alsof er vlammetjes op dansten. Ze was heel mooi, met trekken van zo’n klassieke schoonheid dat haar gezicht een standbeeld had kunnen sieren. Maar misschien dacht hij dat alleen maar omdat ze zo bewegingloos stond. Ze droeg een Windbreaker-jas, hardloopshorts en een paar geavanceerde loopschoenen. Dat ze zo dicht bij de plaats delict mocht komen, wekte de indruk dat ze meer was dan een eenvoudige omstander, maar hij had haar nooit eerder gezien. Dat gezicht zou hij zich hebben herinnerd. Die benen zou hij zich zeker hebben herinnerd. ‘Wie is...’ begon hij, maar toen draaide ze zich naar hem toe en keek ze hem aan. En in een flits wist JD precies wie ze was. ‘Dokter Trask,’ zei hij zacht. Het was een pijnlijke herinnering. Lucy Trask, de gerechtelijke lijkschouwer. Lucy weet wel wat er moet gebeuren. ‘Heeft zij hem gevonden?’ ‘Vlak voor het licht werd,’ zei Hopper. ‘De dokter... nou ja, ze is gewoon aardig, dat is alles.’ JD merkte dat hij zijn keel moest schrapen. ‘Ik weet het. Waar is mevrouw Pugh?’ ‘Mijn partner, Rico, is naar haar op zoek. Hij kreeg geen antwoord toen hij bij hun flat aanbelde. De conciërge kwam met de sleutel. Tegen die tijd was iedereen uit het gebouw al hier. Iedereen, behalve mevrouw Pugh. Rico heeft de flat doorzocht, maar geen spoor van de dame. Haar auto staat niet op de parkeerplaats.’ ‘In de flat niets dat erop wijst dat er een misdaad heeft plaatsgevonden?’ ‘Nee. Rico zei dat het er veel van weg heeft dat ze gewoon vertrokken is. Er stonden een paar extra bakjes kattenvoer op de vloer en van alle keukenapparaten was de stekker uit het stopcontact. De conciërge probeert nu aan de hand van de huurovereenkomst een contactadres voor noodgevallen te achterhalen.’
18
13639a-v8_Van mij alleen promo paperback 25-3-15 16:25 Pagina 19
JD had naar Hopper staan luisteren, maar zijn blik had dokter Lucy Trask geen moment losgelaten. Ze had haar blik afgewend, maar niet voor hij het vreselijke verdriet in haar ogen had gezien. Hij keek weer naar Hopper. ‘Roep Rico op via de radio. Zeg hem dat hij niet moet bellen met het contactadres. Geef die informatie door aan mij. Ik wil niet dat iemand anders de echtgenote inlicht.’ Hopper fronste zijn voorhoofd. ‘Barb Pugh heeft hier niets mee te maken. Ze is bijna zeventig.’ ‘Daar ben ik het helemaal mee eens.’ Het was niet erg waarschijnlijk dat een oude vrouw dergelijke schade kon aanrichten. ‘Maar tot ik het zeker weet, zal ik net moeten doen alsof ze er wel iets mee te maken heeft.’ Hoppers uitdrukking verzachtte iets. ‘Oké. Ik zal Rico oproepen.’ ‘Bedankt.’ JD knielde naast het slachtoffer en onderwierp hem aan een nadere inspectie. Iemand was behoorlijk tekeergegaan met meneer Jerry Pugh. Er was een hard, stomp wapen gebruikt. De aanval was meedogenloos geweest. Het hele gezicht van de man was tot pulp geslagen. Woede, dacht hij. Of misschien een door drugs veroorzaakte vlaag van razernij. Daar had hij er meer dan genoeg van gezien toen hij nog bij de afdeling Narcotica zat. Het ging hier niet om een huis-, tuin- en keukenoverval. Hier was iemand helemaal uit zijn dak gegaan. Drew Peterson van de tr knielde naast hem neer. ‘Hallo, JD. Jij bent er snel bij. Heb je eindelijk je huis in die buitenwijk kunnen verkopen?’ JD en Drew waren na de politieacademie allebei bij hetzelfde district terechtgekomen, maar ze hadden elkaar sinds de dood van Maya niet veel meer gezien. Zijn werk voor Narcotica had hem gelukkig volledig in beslag genomen. Maar zijn overstap naar Moordzaken betekende een nieuw begin. Een schone lei. En hoeveel medelijden hij ook had met de arme oude man die voorover op de schaaktafel lag, hij genoot van de verandering. ‘Ik heb zelfs nog geen kijkers gehad.’ Nadat het huis een frustrerend jaar lang te koop had gestaan, overwoog JD zijn verkoopplannen voor het huis dat hij met zijn vrouw had gedeeld, maar op te geven. ‘Heb je iets gevonden?’
Lees verder in Van mij alleen
19