9 minute read
Bijna-Belgen
Portret van een Belgische Nederlander
Misschien zijn wij wel ‘Bijna-Belgen’
Han Joosen en Willy Aarts zijn twee van de 3.908 Nederlanders die op 1 januari 2010 in Hoogstraten woonden. Nu ja, Nederlanders…. ze wonen in Wortel en zijn er beter dan wie ook geïntegreerd. Méér zelfs, ze hebben het niet zo voor de ‘Hollanders’ die hier komen wonen maar zich voor alles en nog wat op Nederland richten. “Als je hier komt wonen moet je dat voor de volle 100 % doen”, zegt Han, “Misschien zijn wij wel’Bijna-Belgen”
DHM: Wie zijn jullie en waarom kwamen jullie naar België wonen?
Wij zijn afkomstig van Teteringen, een gemeente vlak bij Breda. Daar hebben we de laatste zeven jaar voor we naar België kwamen gewoond en daar woont onze familie nu nog. Willy werkte 25 jaar in de verpleging, terwijl ik op verschillende plaatsen gewerkt heb. Ik studeerde economie, maar heb die universitaire opleiding toen niet afgemaakt. Ik stopte mijn studies en ging werken bij een bank. Eerst in Amsterdam en daarna in Breda. Daarna ben ik overgestapt naar ‘Vroom en Dreesman’ en na wat opleidingen, onder andere in Nederlands recht, kon ik beginnen op het arbeidsbureau van Etten-Leur. Een job als ambtenaar, die ik na enkele jaren liet staan voor een baan als personeelschef in een staalbedrijf. Dat gezond bedrijf ging enkele jaren later failliet, zeg maar door slecht beheer. Omdat ik de potentie van dat bedrijf kende heb ik de leiding genomen om het vanuit het faillissement met een vijftiental vroegere werknemers terug op te starten en uit te bouwen tot een welvarende firma met een 120-tal werknemers. Maar na een tiental jaren was het voor mij goed geweest. Het bedrijf had mij niet meer nodig, het draaide goed. Dat doet het nu nog trouwens. Zo kreeg ik op mijn veertigste de kans om er uit te stappen en ook financieel alleen nog dat te doen wat ik vroeger niet gedaan had, namelijk mijn universitaire studies afwerken. Ik koos niet meer voor economie, maar voor geschiedenis en heb die studies ondertussen met glans beëindigd. De directe aanleiding voor onze verhuis naar België was allicht de fiscaliteit, maar er was veel, veel meer dan dat. Toen wij nog in Nederland woonden waren wij al sterk op België georiënteerd. Wij gingen shoppen in Antwerpen, biljarten in Meersel-Dreef en vissen in de Bouwhoeve in Wortel, ook al kenden we het dorp Wortel toen nog niet. België trok ons aan, van jongs af aan. Dat is nooit anders geweest. We hebben ons nooit aangetrokken gevoeld tot de Nederlandse steden, zeker niet die van boven de Moerdijk. Een hoop stenen en water, maar een tekort aan sfeer. Als wij naar steden boven de Moerdijk reden, vroegen we ons vaak af “Wat gaan we daar in Godsnaam zoeken”.
DHM: En toen kwamen jullie in Wortel wonen, waarom Wortel?
Ongeveer een jaar voor ik gestopt ben met werken, ik denk in ’96, zijn we in België komen wonen. Toevallig in Wortel. We zochten een woning in de regio van waaruit we Antwerpen en Breda gemakkelijk konden bereiken. In onze zoektocht kwamen we tot bij deze woning op Kerkveld in Wortel. Een woning die al enkele jaren leeg stond. We konden de tuin zien, we keken eens naar binnen en het beviel ons erg. Precies wat we zochten. Pas later realiseerde ik me dat ik Wortel kende. Het was de gemeente waar ik met mijn schoonbroer al meermaals geweest was als we gingen vissen. Maar we hadden net zo goed in Meersel- Dreef, Wuustwezel of Kalmthout terecht kunnen komen. Maar Wortel was en is voor ons wel erg prettig gelegen, dicht bij onze ouders en onze familie. Mijn ouders leven nog alle twee en de moeder van Willy woont ook in Breda.
4.578 Niet-Belgen
Op 1 januari 2010 telde Hoogstraten 19.703 inwoners waarvan 4.578 of 23,2 % niet Belgen. Van die niet Belgen zijn iets meer dan 85 % of 3.908 Nederlander. Het aantal niet Belgen neemt elk jaar toe, van 11% in 1990 over 16% in 2000 tot 23,2% vandaag. Wanneer we de bevolkingstatistieken bekijken valt ons vooral het groot aantal mannelijke Nederlanders op. Van de 3908 Nederlanders die in Hoogstraten wonen zijn er 2.094 mannen en 1.814 vrouwen en dat vooral in de leeftijdsgroep waarin er over het algemeen veel meer vrouwen zijn. Voor een mogelijke verklaring slechts een adres: redactie@demaand.be.
DHM: Wat trekt u zo aan in België, wat is het grote verschil met Nederland?
De vriendelijkheid van de mensen en de beleefdheid. Eigenlijk de algemene sfeer. Ik had vroeger een nonkel in België wonen. Een gezin met heel veel kinderen. Daar was het sfeervol, daar ging ik graag naar toe. Als we jong waren reden we met een stel vrienden met de motor naar Meersel-Dreef, later gingen we uit in Brecht in de molen. Biljarten kan je natuurlijk ook in Breda, maar nee wij reden naar België. Achteraf heb ik gezien dat de sociale organisaties hier in België veel beter zijn dan in Nederland. Neem nu de jeugdbewegingen, die zijn in België veel beter georganiseerd en veel meer zichtbaar aanwezig dan in Nederland. En datzelfde kan gezegd worden van het verenigingsleven, van de sport- en de socio-culturele verenigingen. Die zijn in België gewoon veel beter georganiseerd en aangenamer. Natuurlijk kunnen wij er nu in onze positie ook meer aan deelnemen en van genieten. Dat was hoe dan ook veel moeilijker toen we nog in Nederland woonden en we alle twee nog gingen werken. Maar toch. In Nederland zijn we samen 25 jaar lang lid geweest van de schutterij in Teteringen, een gilde die met het geweer schiet. Maar daar bleef het bij. We hadden minder tijd, maar dat alleen maakt zeker het verschil niet. Het verenigingsleven is hier gewoon beter.
DHM: Toch beschikt elke gemeente in Nederland over degelijke infrastructuur voor sport en cultuur en hier niet.
Ja, maar in Nederland blijft de beleving of het gebruik zo individueel. Als wij hier, bijvoorbeeld, naar tennisclub De Langenberg gaan, die draaien op een groot aantal vrijwilligers. Er is een enthousiasme en een samenhorigheidsgevoel dat er in Nederland niet is. In Nederland is die infrastructuur er wel maar de sfeer is er niet. De infrastructuur wordt individueel, soms door een groepje mensen gebruikt, maar ze hebben niets met elkaar te maken. Er is geen groepsgevoel. Het is allemaal zo afstandelijk en anoniem. In België moet je het wel allemaal zelf uitzoeken. Het is soms even zoeken bij wie je binnen de administratie moet zijn, maar eenmaal je de weg gevonden hebt wordt je geholpen. Als je in Nederland tegen een ambtenaar aanloopt is het al vlug “tot hier en niet verder”. Echte warme hulp vanuit het gevoel moet je daar niet verwachten.
73 nationaliteiten
Je houdt het niet voor mogelijk, maar in Hoogstraten wonen niet minder dan 73 verschillende vreemde nationaliteiten. Het overgrote deel ervan, 3.908 om precies te zijn, zijn Nederlander. Verder wonen er hier 194 Portugezen, 137 Roemenen, 60 Polen, 30 Duitsers, 29 Engelsen, 24 Marokkanen, 11 Iranezen, 13 Turken, 10 Indiërs en evenveel inwoners van de Russische Federatie. Een opsomming van de andere 62 nationaliteiten zou ons te ver leiden.
DHM: Werden jullie hier makkelijk aanvaard?
Zonder één probleem. De buren kwamen al vlug kennismaken en na enkele maanden vroeg men me al om lid te worden van de KWB. Het is de werknemersbond, maar het was totaal geen probleem dat ik eigenlijk werkgever was. Van gewoon lid werd ik al vlug wijkmeester en al vlug ben je actief bezig. We organiseerden een jogging voor beginners en gevorderden, we brengen een bezoek aan de Wortelse bewoners van het rusthuis, ik verzorg de website enz. Men weet je wonen en al vlug krijg je de vraag om je ook voor andere verenigingen in te zetten. Zo werk ik achter de schermen mee aan het toneel in Wortel. Ik zorg ook mede daar voor de website en voor het geluid en het licht bij de voorstellingen. Omdat ik al jaar en dag sport, ben ik ook betrokken bij de organisatie van de Landlopersjogging. Een organisatie die deel uitmaakt van het criterium van de Noordloper en erg succesvol is. Met een 400-tal deelnemers zitten we bijna tegen het maximum haalbare. Het is goed zo, vooral omdat we elk jaar een serieus bedrag aan een goed doel kunnen schenken. Als nieuwe inwoner van een dorp heb je het voordeel dat je de mensen onbevangen en zonder voordelen kan benaderen. Je kent de familiebanden en de voorgeschiedenis van veel zaken niet en dat heeft, naast enkele nadelen, ook veel voordelen.
DHM: Hebben jullie veel contact met andere Nederlanders die hier wonen?
Nee, niet meer dan met de Belgen. Misschien zijn wij wel “Bijna Belgen”. Nederlanders zijn in een warenhuis of waar ze ook komen, altijd heel uitdrukkelijk en luidruchtig aanwezig. Wij zwijgen dan maar. Eigenlijk zijn we dan verlegen. Zo willen we niet zijn, daar willen we niet mee geassocieerd worden. Soms hebben we plaatsvervangende schaamte. Als je als Nederlander hier komt wonen moet je hier ook leven, deelnemen aan de samenleving. Hier wonen, maar voor alles en nog wat naar Nederland gaan omdat het daar zogezegd beter is. Nou ja…. waarom blijven die mensen daar dan niet wonen. Je komt hier voor de volle 100 % wonen of je blijft hier weg, dat vinden wij ervan. Het moet een bewuste keuze zijn, naar België komen om deel uit te maken van die gemeenschap. Om er met plezier te wonen. Wij zijn trots op de Belgische nummerplaat op onze auto en ik zal ook vlugger mijn Belgisch rijbewijs dan mijn Nederlands paspoort tonen. Liefst van al zou ik een dubbele nationaliteit aannemen, maar dat laat Nederland voor inwoners van de Europese gemeenschap nog niet toe.
DHM: En Hoogstraten 2010. Hoe kijken jullie en de verenigingen van Wortel tegen die viering aan?
Men verwacht inderdaad dat elke fusiegemeente een feest organiseert. Ik denk niet dat men hier in Wortel al weet wat men gaat doen. Er zijn leuke dingen te organiseren, maar je moet er de mensen voor vinden. Ik loop al jaren rond met het idee van ‘Wortel Zingt’. Dat hoeft niet zo grootschalig te zijn. Een redelijk aantal mensen die samen zingen in de parochiezaal is al voldoende. Ik heb een aantal mensen gebeld en gemaild, maar dat lukt niet zo. Heeft dat met gebrek aan belangstelling voor ‘800 jaar Hoogstraten’ te maken? Ik weet het niet. Ik denk het niet. Het heeft volgens mij meer te maken met het verenigingsleven dat er niet op vooruitgaat. Integendeel. Als iemand in één van de verenigingen zegt “Ik neem een sabbatjaar”, dan weet ik het wel: “die zien we niet meer terug”. En, jonge mensen nemen steeds minder engagementen. De instroom van jongeren is overal minder. Ook, bijvoorbeeld, bij de KWB. Je zou daar een instroom vanuit de KLJ verwachten, maar dat is niet zo. Jonge mensen met organisatorisch talent gaan bijvoorbeeld in Antwerpen studeren en blijven daar vaak hangen. De gronden zijn hier te duur geworden met al die Hollanders. (fh)
Op zoek naar een ‘GOED DOEL’
Han Joosen is nauw betrokken bij de organisatie van de Landlopersjogging, die elk jaar in augustus in Wortel gelopen wordt. De organisatoren doen het voor de sport op zich, maar zijn toch bijzonder blij dat ze elk jaar een behoorlijk bedrag kunnen schenken aan een GOED DOEL. Indien u lid bent van een vereniging die hiervoor in aanmerking zou kunnen komen of indien u een vereniging wil voorstellen kan u uw voorstel met de nodige argumenten overmaken aan Han Joosen, Kerkveld 7 te 2323 Wortel of langs han_joosen@hotmail.com