2 minute read

Op verkenning

Next Article
VANASSETOTZAVENTEM

VANASSETOTZAVENTEM

Wandelen

in de onderbuik van Brussel

Advertisement

Dat het autoluwe wegennetwerk van het Brussels Gewest er enigszins anders uitziet dan in Vlaanderen spreekt voor zich. Een hogere bewoningsgraad brengt nu eenmaal meer verharde wegen met zich mee. Maar vergis je niet.

TEKST Herman Dierickx • FOTO Filip Claessens A ls je van het treinstation SintJob (Ukkel, Brussels Gewest) naar dat van Linkebeek (Vlaanderen) stapt, loop je op een bijwijlen prachtig parkoers dat tegelijk erg onBrussels en onVlaams aanvoelt. Dat heeft er vooral mee te maken dat zowel de bodemgesteldheid als het reliëf hier van bijzondere makelij zijn.

Unieke mozaïek

Het wandeltraject van 10 km aan de Kauwberg gaat heerlijk op en neer tussen beide gemeenten. Onderweg krijg je zicht op verschillende mooie natuurgebieden die Europese bescherming genieten en deel uitmaken van het Natura 2000netwerk. Deze gebieden horen dus bij de heel waardevolle biotopen waaruit dat netwerk is opgebouwd in alle zevenentwintig lidstaten van de Europese Unie. De meeste leefgebieden in de Brusselse zuidrand situeren zich in de bossfeer, al komen er ook heel wat graslanden met extreem hoge biologische waarde in voor.

Als je vertrekt van aan het station van SintJob kom je al na 2 km het veruit grootste van de Natura 2000gebieden tegen: de Kauwberg. Dit bijna 50 ha grote gebied heeft een bijzondere geschiedenis. Als het niet was gered door de omwonenden, was het hopeloos verkaveld geworden. Nu is het een schitterende natuurlijke enclave die in 2001 definitieve bescherming kreeg. Je vindt er een mozaïek van biotopen die uniek is voor de regio. Iets verderop loop je zo in het Sauvagèrepark. Dit gebied van nog geen 5 ha voelt kunstmatig aan wegens de veelvuldige ingrepen door de mens. Toch kreeg het ook een Natura 2000status omdat er een keur aan inlandse loofbomen groeit, en omdat in de beneden gelegen vijvers heel wat amfibieën leven.

Ongerepte verscheidenheid

In de buurt vind je een complex van verschillende groene zones die intussen allemaal deel uitmaken van het Europees natuurgebiedennetwerk. Als je hier dan toch bent, kan je ze allemaal bezoeken, maar dan moet je even van het voorziene wandeltraject afwijken.

Je passeert immers eerst aan het kerkhof van Verrewinkel en dan kan je meteen doorlopen naar het Verrewinkelbos, zoals de wandeling aangeeft. Beter nog maak je van de gelegenheid gebruik om een bezoek te brengen aan het Engelandplateau en het Buysdellebos. Dan krijg je zicht op de verscheidenheid aan bosbiotopen in deze zone. Bijkomende reden voor Europese bescherming zijn de verschillende vleermuissoorten die hier leven. Vanaf nu zie je ze boven de bomen en de waterpartijen vliegen.

Voor wie er niet genoeg van krijgt, raad ik aan om even over te wippen naar het KinsendaelKriekenputnatuurgebied. Dan heb je de belangrijkste natuur in de regio wel gezien en zal je ongetwijfeld verrast zijn door zo veel verscheidenheid en zelfs ongereptheid. De Brusselse groene administratie leverde hier schitterend werk om deze gebieden allemaal een strenge bescherming te geven, goed te beheren en ze toch toegankelijk te houden voor de geïnteresseerde wandelaar.

Ik hoor het Machteld Gryseels van Leefmilieu Brussel, inmiddels al met pensioen, nog zeggen:

This article is from: