25 jaar de Zorgboog JUBILEUMBOEK
Pril idee groeit uit tot brede zorgorganisatie
25 jaar de Zorgboog 1996 - 2021
In 2021 viert de Zorgboog haar 25-jarig jubileum. Een feestelijke gebeurtenis waar we met dit mooie Jubileumboek uitgebreid bij stilstaan. We schetsen de ontwikkeling van onze prachtige zorgorganisatie in 25 mooie verhalen. Vertellingen door vele (oud) medewerkers en vrijwilligers. Samen met hen blikken we terug op het verleden, wegen het nu en kijken vooruit naar de toekomst. Met als fijne afsluiter het winnende verhaal over de toekomst van de zorg. Wij wensen iedereen veel leesplezier! Coby Nogarede en Wil van de Laar,
Raad van Bestuur
25 jaar de Zorgboog 1996 - 2021
Pril idee groeit uit tot brede zorgorganisatie
Inhoud 6.
VOORWOORD Betty van der Walle
50. THUISZORG Maria Kuijpers & Lous Laurijssen
8.
ALGEMENE GESCHIEDSCHRIJVING
54. MEDEZEGGENSCHAP CLIËNTEN Margreet Jacobs
12.
TIJDLIJN: GESCHIEDENIS IN VOGELVLUCHT
16.
18.
ZORGBOOG SCHOON Mieke Scheepers & Anneke Verbruggen ZORGBOOGGEVOEL / CULTUUR Anny Bennenbroek & Willemien Mutsers
22. EIGEN REGIE CLIENT Sjaak en Ans Eijsbouts 24. ONDERNEMINGSRAAD Anita Rooijakkers & Suzanne Meulensteen 26. ETEN EN DRINKEN Ad Janssen & Paul Janssen 30. GEESTELIJKE VERZORGING Sylvia van de Vossenberg 32. ORGANISATIEONTWIKKELING Coby Nogarede & Jos Bergs
56. GASTVRIJHEID Sanne Roos & Anja van Deurzen 58. ZORGBOOG ALS OPLEIDER Karen Hoiting 62. VRIJWILLIGERS Angeline Lepine-Luiten 64. WONEN TOEN EN NU Will Tielemans & Jantien de Jong 68. INNOVATIE Christel Eijsbouts & Winanda Tan 72. HOSPICE Rene Leuwerink 74. UKON/ONDERZOEK Maartje Kokx 76. ALGEMENE DIENST Gerald van Meel
36. EXTERNE SAMENWERKING Mirjam Kräwinkel (Wocom) & Jan Roelofs (ORO)
78. ZORGCENTRALE Kim Verbaarschot
40. MANTELZORG Monique Hofs
80. LEDENRAADORGANISATIE Jos van den Berkmortel
42. KRAAMZORG Renée Janssens & Carla Rubio
82. BEHANDELING EN EXPERTISE Lonneke Schuurmans
46. JEUGDGEZONDHEIDSZORG Jeanne Ogier
84. TOEKOMST GEDICHT Diniëtte Konings
5
Voorwoord BETTY VAN DE WALLE:
25 jaar de Zorgboog Hoeveel jonge gezinnen zullen in die 25 jaar kennis hebben gemaakt met de Zorgboog in de persoon van een kraamverzorgster? Hoeveel mensen, die hulp nodig hadden om thuis te kunnen blijven, hebben in die 25 jaar een beroep gedaan op de wijkzorg? En hoeveel inwoners uit de regio zullen de laatste periode van hun leven hebben doorgebracht op een van de locaties van de Zorgboog? Het zijn er wellicht duizenden en duizenden. En elke keer leverde dat een unieke ervaring op voor de gezinnen, alleenstaanden en ouderen.
Er is in die 25 jaar natuurlijk ongelooflijk veel veranderd. Dat lezen we in de inleiding en in het interview met de eerste bestuurder en de huidige bestuurder van de Zorgboog. Vooral de wijze waarop we de zorg organiseren en aanbieden, heeft een enorme ontwikkeling doorgemaakt. De wens van de cliënt is daarbij leidend. En dat betekent dat elke relatie tussen cliënt en zorgverlener unieke verhalen oplevert. In dit boek worden 25 verhalen met ons gedeeld. Allemaal vertellingen die illustreren hoe we inspelen op de wensen van de cliënt in die specifieke situatie. Niet alleen blijkt dat er veel is geleerd over hoe de zorg het beste kan worden geleverd, maar ook dat we het vaak samen moeten doen met allerlei andere organisaties. En niet te vergeten samen met vrijwilligers en mantelzorgers.
6
De rode draad in al die verhalen is de grote passie; met hart en ziel zet iedereen zich in voor die zorg. Dat is in die 25 jaar gelukkig niet veranderd. Op deze plek zou ik dan ook stil willen staan bij alle medewerkers en vrijwilligers van de Zorgboog. Gedreven en gepassioneerde mensen die zich in de afgelopen 25 jaar voor de Zorgboog en via de Zorgboog hebben ingezet voor heel veel inwoners uit de regio. Dat verdient een grote pluim en veel respect!
Betty van de Walle, voorzitter Raad van Toezicht
7
Jubileumboek 25 JAAR DE ZORGBOOG
Pril idee groeit uit tot brede zorgorganisatie 1996 is een mooi en veelbelovend jaar. Nederland heeft een eigen zoekmachine op internet: Ilse. Voor het eerst in de geschiedenis wint de Nederlandse mannenhockeyploeg de Olympische gouden medaille. En dj Martin Garrix en het gekloonde schaap Dolly zien het levenslicht. Tegelijkertijd zijn we getuige van de geboorte van de Zorgboog, een nieuwe brede Brabantse zorgorganisatie voor alle generaties.
8
Begin 1996 slaan drie stichtingen de handen ineen en fuseren tot de Zorgboog: Verpleeghuizen Gewest-Helmond, Willibrord-Ruijschenbergh en Kruiswerk Peelland. Een halfjaar later treedt ook Stichting Zorgcentra Laarbeek toe. Vanaf de start zet de Zorgboog in op vraaggestuurde zorg voor alle generaties. Voor het bieden van deze zorg op maat van lichte thuiszorg tot zware verpleeghuiszorg, tuigt de Zorgboog een brede, professionele samenwerkingsorganisatie op. Dit soepele samengaan van drie verschillende werksoorten staat in zorgland voortaan te boek als het ‘Helmondse model’.
Dit unieke model krijgt niet alleen een invulling door het partnerschap van de drie fusieorganisaties, maar ook door een breed palet aan keuzemogelijkheden en samenwerkingsprojecten, gericht op 24/7-zorg gedurende de hele levensfase van kraamzorg tot en met terminale zorg. Ook het jaren eerder opgevatte prille samenwerkingsidee, het harmonieuze overleg met de achterban en het officieel samengaan is een schoolvoorbeeld voor vele andere landelijke zorginitiatieven. Bovendien hecht de Zorgboog veel waarde aan de couleur locale ofwel een eigen herkenbare identiteit voor elke Zorgbooglocatie. Met ‘Kleinschaligheid in groter verband’ ligt de focus op de menselijke maat waardoor de organisatie herkenbaar en succesvol is. Zorg die verder gaat… is de missieslogan waarmee de Zorgboog de daaropvolgende jaren ingaat: verder in leeftijd en tijd, aanbod, samenwerking, ontplooiing en ontwikkeling. Als regionale organisatie voor verpleging en verzorging
voor jong en oud maakt ze een bloeiperiode door waarin andere organisaties zich spontaan aansluiten. Geen overbodige luxe gezien de groeiende wachtlijsten in vooral de verpleeghuizen. Ook wordt het scheiden van wonen en zorg steeds belangrijker, richt de organisatie in haar locaties steeds meer verpleegunits in voor cliënten met dementie en ontstaat gaandeweg een gezamenlijke Zorgboogcultuur met het bijhorende wij-gevoel. Bovendien schuift de Zorgboog haar werkmaatschappijen verder in elkaar. Het resultaat? Effectiviteit en efficiëntie door onder andere centraal aangestuurde ondersteunende diensten, daadkrachtige aansturing door de Raad van Bestuur, minutieuze controle door de Raad van Toezicht en heldere medezeggenschap van lokale cliëntenraden en de ondernemingsraad.
Als zorgorganisatie met een breed takenpakket uitgevoerd door gedreven en betrokken medewerkers en vrijwilligers, timmert de Zorgboog stevig aan de weg. Ze wordt een begrip in de regio waar
steeds meer doelgroepen ondersteuning krijgen in en vanuit zogeheten Zorgboogcentra: multifunctionele voorzieningen voor jong en oud die midden in de samenleving staan. Ook zoekt de Zorgboog actief de samenwerking met andere (zorg)organisaties, gemeenten en woningbouwcorporaties in haar werkgebied. Verder gaat de organisatie over tot zelfsturende zorgteams die zelf verantwoordelijk zijn voor bijvoorbeeld planning, financiën en vervanging bij ziekte.
Door de continu veranderende wet- en regelgeving, de invoering van de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning), de toenemende concurrentie op de zorgmarkt plus de veranderende zorgvraag van cliënten verlegt de Zorgboog haar koers. Zo maakt de Zorgboog een omslag van zorginstelling naar zorgonderneming in wonen, welzijn en zorg. Dit wordt bekrachtigd met een nieuw organisatiemodel waarin de cliënt van jong tot oud centraal staat.
9
Jubileumboek
Na vele jaren neemt de Zorgboog met pijn in het hart afscheid van haar tak
25 JAAR DE ZORGBOOG
Jeugdgezondheidszorg en draagt deze in zijn geheel over aan de GGD.
Ook verandert het Lange Termijn Huisvestingsplan in een Strategisch Vastgoedplan. Tevens zit de Zorgboog met de zeven gemeenten en collega-zorgorganisaties in haar werkgebied om tafel om de overstap naar de Wmo zo soepel mogelijk te laten verlopen. Vanuit diverse Zorgbooglocaties werken nog meer behandelaars voor thuiswonende cliënten zoals eerstelijnspsychologen, diëtisten, ergotherapeuten en logopedisten.
Cliënten met dementie die op kleinschalig wonen verblijven, krijgen belevingsgerichte ondersteuning welke beter aansluit bij hun belevingswereld. Hiervoor ondergaan ruimten en tuinen in diverse Zorgbooglocaties een metamorfose. Door het toenemend tekort aan professionele zorgverleners en de oplopende vergrijzing in de maatschappij wordt de rol van mantelzorgers en vrijwilligers steeds belangrijker. Bovendien zet de Zorgboog steeds meer zorgtechnologie voor zorg op afstand in zoals beeldbellen. Hierdoor kunnen cliënten langer zelfstandig thuis
10
blijven wonen, wat precies past bij het ingezette overheidsbeleid. Daarom gaan de wijkverpleegkundigen van de Zorgboog meer zorg aan huis leveren in buurten, wijken en dorpskernen. Medewerkers zijn goed herkenbaar door Zorgboog dienstfietsen en witte dienstauto’s met het Zorgbooglogo.
plus ondernemend en resultaatgericht. Digitalisering schrijdt ondertussen voort – papier maakt plaats voor de computer en smartphone. Zo schakelt de Zorgboog onder andere over op het elektronisch cliëntendossier. Ook het nieuwe magazine Fijn! krijgt een digitaal zusje.
Voor het praktisch opleiden
Intussen voert de overheid
van zorgleerlingen start de Zorgboog met een eigen leerafdeling. Hierbij snijdt het mes aan twee kanten: de leerlingen voldoen aan de steeds hogere eisen en de Zorgboog bindt geïnteresseerden aan haar organisatie. De Zorgboog slaat hiervoor de handen ineen met twee ROC’s. Samenwerking met andere (zorg)organisaties, gemeenten en woningbouwcorporaties is trouwens eerder regel dan uitzondering. Hierdoor komen immers de juiste kennis, betrokkenheid en ervaring samen als basis voor een goed zorgaanbod. Gastvrijheid is hierin leidend en dat klinkt door in de vier ‘gouden draden’ van de Zorgboog: betrokken en professioneel, collegiaal en samen, vertrouwen en respect
ingrijpende hervormingen door om de zorg in Nederland toegankelijk, goed en betaalbaar te houden. Zo vervallen de vertrouwde verzorgingshuisplaatsen. Ook wordt een groter beroep gedaan op familie, mantelzorgers en de omgeving. Hierdoor houden mensen zelf de regie over hun leven en wonen cliënten zo lang mogelijk zelfstandig thuis. de Zorgboog bouwt ondertussen aan nieuwe vormen van wonen en zorg zoals inzet van wijkverpleging en thuiszorg, gebruik van domotica, aanbieden van een uitgebreid servicepakket en het inrichten van een Gasterij in de grotere woonzorglocaties. Daarnaast zoekt de Zorgboog actief een nog nauwere samenwerking
met andere betrokken partijen als zorgaanbieders, gemeenten en welzijnswerk.
Het continu inspelen op maatschappelijke ontwikkelingen en de veranderende wet- en regelgeving legt de Zorgboog geen windeieren. De organisatie is financieel gezond en de toekomst ziet er zonnig uit. Plots breekt het coronavirus uit. Om haar cliënten te beschermen,sluit de Zorgboog tijdelijk haar locaties voor bezoekers. Medewerkers dragen beschermende pakken, ontsmetten continu hun handen en letten extra op hygiëne. Ook richt de organisatie afgeschermde cohortafdelingen in waar cliënten met COVID-19 beter kunnen worden behandeld. De strenge coronamaatregelen trekken een zware wissel op cliënten, familie en medewerkers en vrijwilligers. Mede dankzij de tomeloze inzet en betrokkenheid van medewerkers en vrijwilligers treedt gelukkig na enige tijd verbetering op, gaan de locaties weer open en is bezoek weer welkom.
Na vele jaren neemt de Zorgboog met pijn in het hart afscheid van haar tak Jeugdgezondheidszorg en draagt deze in zijn geheel over aan de GGD. Toch blijft met onder andere kraamzorg haar zorg en diensten beschikbaar voor jong tot oud. Bovendien heeft de Zorgboog stappen genomen als antwoord op de zogeheten Zorgkloof: Nederlanders worden steeds ouder en hebben een stijgende zorgvraag, terwijl het aantal ‘handen aan het bed’ daalt. Met een doordachte vastgoedstrategie, zorgvisie en community-gedachte focust de Zorgboog zich op gebieden waar ouderen geclusterd wonen. Samen met onder andere gemeenten en woonbouwcorporaties kijkt de zorgorganisatie hoe zij middenin deze lokale woongemeenschappen – ofwel communities – gezamenlijk netwerkvoorzieningen kunnen opzetten. Waardoor de positieve gezondheid van cliënten optimaal wordt ondersteund en zij zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. De Zorgboog heeft de piketpaaltjes geslagen, laat de toekomst nu maar komen!
11
Tijdlijn
Geschiedenis in vogelvlucht
2004
1996
2010
1999
2012
1998 1999
1996
1997
• De Zorgboog ontstaat uit een fusie van stichtingen Verpleeghuizen Gewest-Helmond, Willibrord-Ruijschenbergh en Kruiswerk Peelland • Vorming van de directieraad met Jos Bergs (voorzitter), Hans van den Bosch, Gerard Spierings en Jan van Gorp • Personeelsfeest in PSV-stadion met tweeduizend medewerkers waar de Zorgboog haar nieuwe naam en Zorgbooglogo presenteert • Stichting Zorgcentra Aarle-Beek gaat met twee verzorgingshuizen op in de Zorgboog
Liesselse verzorgingshuis De Nieuwe Erve sluit zich aan
12
• No Mauer bedenkt de missie slogan ‘de Zorgboog…Zorg die verder gaat’ en ontvangt als eerste het Zorgbooghorloge met eigen naam • Helmondse verzorgingshuis de Pannehoeve schaart zich onder de Zorgboogvlag
2003 1998 • Verzorgingshuis Franciscushof in Lieshout fuseren met de Zorgboog • De organisatie krijgt een Raad van Bestuur
• In Aarle-Rixtel gaat Huize Mariëngaarde verder als Zorgbooglocatie
2004
2008
2011
• ‘Samen op weg naar één Zorgboog’ markeert een nieuwe organisatiestructuur voor het blijven bieden van flexibele en optimale zorg voor de cliënt • Het nieuwe Helmondse Zorgboogcentrum Keyserinnedael opent haar deuren • Bert Koeneman neemt het stokje over van RvB-voorzitter Jos Bergs
• Zorgboog Gezondheidsservice gaat verder als PuntExtra, abonnees profiteren volop van het brede dienstenpakket • De eerste cliënten verblijven in het nieuwe Hospice Mariëngaarde in Aarle-Rixtel
• Schakelafdeling de Regenboog in het Elkerliek Ziekenhuis wordt zelfstandige Zorgbooglocatie waar jaarlijks 170 cliënten leren omgaan met hun beperkingen • Start van de Flexboog voor een flexibele inzet van medewerkers
2009 • Liessel heeft een kersvers Zorgboogcentrum: Wellenshof • Gemert omarmt hun nieuwe trots: woonzorgcomplex Ruijschenbergh
2010 Henri Plagge en Ton Borghs vormen de nieuwe Raad van Bestuur
2012 • Kraamzorgmascotte en -knuffel Pluim wordt geboren • Ruim duizend cliënten krijgen het kleurrijke AWBZ-boekje uitgereikt met een beschrijving van AWBZ-betaalde producten en diensten en welke ze zelf dienen te betalen • Hospice Mariëngaarde verhuist naar Bakel, wordt groter en krijgt een nieuwe naam: Hospice de Populier • Bundeling eerstelijns behandelactiviteiten in multidisciplinair centrum Zorgboog in Balans
13
Tijdlijn
2018
Geschiedenis in vogelvlucht 2017
2019 2016
2014 2013 • Midden in de binnenstad van Helmond opent de Zorgboog de nieuwe locatie kleinschalig wonen aan de Wolfstraat voor cliënten met dementie • Multidisciplinair centrum Zorgboog in Balans start met uitvoering eerstelijns behandelactiviteiten • Vitassist Zorghotel Helmond opent haar deuren, met op de vierde etage geriatrische revalidatieafdeling de Oevert van de Zorgboog • Zwangere vrouwen zonder medische indicatie kunnen voortaan bevallen in Ons Geboortehuis, gevestigd in het Elkerliek ziekenhuis waar de verloskundige wordt ondersteund door dekraamverzorgende van de Zorgboog
14
2014 • Medewerkers krijgen nieuwe bedrijfskleding • De Zorgboog voert nieuwe structuur zorg en diensten door • Kapel Mariëngaarde wordt gezondheidscentrum • Veel vraag naar nieuwe kraamzorgmascotte Pluim
2015 • De Pannehoeve heeft een kleurrijk ‘Buurtbenkske’ • Start Zorgboogextra, meer dan twintigduizend leden profiteren volop van aantrekkelijke aanbiedingen • Feestelijke heropening van vernieuwd Keyserinnedael • Zorgcentrale bestaat 20 jaar
• Studenten volgen praktijkopleiding op de Leerafdeling van Keyserinnedael • Staatssecretaris van Rijn komt koken bij de Zorgboog • Op alle Zorgbooglocaties is het cliëntoverleg ingevoerd • De Zorgboog scoort een 8,2 op Zorgkaart Nederland
2017 • Zorgtechnologie raakt steeds meer ingeburgerd zoals zorgrobot Zora en de mooie tovertafels • Op Zorgkaart Nederland staat Hospice de Populier op 1! • Kick-off NAH-afdeling • De nieuwe leaseauto’s voor medewerkers staan klaar
2018
2019
• Nieuwe bedrijfsfietsen voor wijkzorg en wijkverpleging • Televisiepresentator Beau van Erven Dorens bezoekt Hospice de Populier en wint later de Televisier-Ring • Bestuurder Ton Borghs overlijdt plotseling, Coby Nogarede wordt nieuwe voorzitter Raad van Bestuur • Eerste leerlingen starten op Zorgcampus de Peel • Zorgzuster Zuidoost-Brabant heeft een nieuwe naam: Mekander
• Wil van de Laar komt de Raad van Bestuur versterken
2020 • De Zorgboog zet haar vier ambities voor de komende twee jaar op een rij • Het coronavirus slaat toe, Zorgbooglocaties gaan tijdelijk dicht voor bezoek om cliënten, medewerkers en vrijwilligers te beschermen • Hoofdkantoor verhuist naar Vuurijzer in Deurne • Servicemeldingen sneller opgepakt door nieuwe Servicemeldpunt
2021
2021 • De Zorgboog neemt afscheid van de tak Jeugdgezondheidszorg en draagt deze over aan de GGD • 25-jarig bestaan de Zorgboog
15
Zorgboog Schoon JUBILARISSEN MIEKE & ANNEKE:
“We zijn allebei een mensen-mens” Tweelingzussen Mieke Scheepers en Anneke Verbruggen zijn verbluffend hetzelfde, al zou je dat door hun verschillende haarcoupes niet vermoeden. Beiden zijn 63 jaar, 25 jaar in dienst bij de Zorgboog en een kwart eeuw werkzaam bij Zorgboog Schoon in wooncomplex de Regt in hun woonplaats Beek en Donk. Tel daarbij hun aanstekelijke lach en je wordt direct gegrepen door hun positieve levenslust.
Anneke en Mieke zijn in 1996 vlak na elkaar als oproepkracht gestart bij Zorgboog Schoon in de Regt. Ze zijn dit jaar dus evenveel jaren in dienst als de Zorgboog bestaat. Een mooie mijlpaal, zegt de tweeling tevreden.
Fijn team “Meteen vanaf de eerste dag vinden wij het hier leuk omdat we een heel fijn team hebben vol sfeer en gezelligheid”, glimlachen de zussen. “Omdat we in het begin oproepkrachten waren, zaten we elke dag ’s morgensvroeg in spanning bij de telefoon. Kregen we een belletje, dan hup het uniform aan en op de fiets naar het werk. We wonen allebei nog geen vijf minuten van de Regt, dus we zijn er zo. In die eerste jaren startte onze werkdag om acht uur ’s morgens, maar zaten we vaak al om half acht bij de receptie in de hal met andere collega’s aan de koffie. En ’s middags samen lunchen met al het personeel bij elkaar in één ruimte, supergezellig!”
16
Microvezeldoekjes Een normale werkdag van Mieke en Anneke startte destijds met het stofzuigen van de gangen. Daarna waren de appartementen aan de beurt, per persoon vier waarvan elke keer één appartement grondig werd schoongemaakt. Zo werkten de tweelingzussen hun weekschema af. “We hadden een paar werkdoekjes waarmee we alle appartementen schoonmaakten. Ook sjouwden we veel met emmers water. Na de dienst zetten we de dweilmop in een emmer met chloortablet. Hier deden we een hele week mee! Nu is dat sterk verbeterd, zeker wat hygiëne betreft. We hebben een veiligheidsbril op en dragen handschoenen. Ook maken we zoveel mogelijk schoon met microvezeldoekjes en water en gebruiken zo min mogelijk schoonmaakmiddelen. Lichte schrobmachines zijn ook een hele vooruitgang. Daarnaast letten we goed op onze houding, want schoonmaken is lichamelijk zwaar werk.”
Onderling regelen Mieke kreeg al gauw het aanbod om voor zestien uur in vaste dienst te komen. Maar door de nog jonge leeftijd van haar kinderen, schoof ze dit aanbod door naar Anneke waarvan de kinderen al naar de middelbare school gingen. Alles werd toen nog onderling geregeld, dat was het mooie, vindt de tweeling. “Op een gegeven moment maakte de oude Regt plaats voor een nieuw gebouw. Tijdens de laatste dag voor de sloop hebben we een uitgebreid feest gehouden. Zo bleven alle collega’s hier slapen. De volgende dag genoten we van een uitgebreid ontbijt en hielpen daarna mee met de rommelmarkt waar we spullen uit het oude huis verkochten. Ons team is altijd een hechte club geweest die ook op feestdagen optrad voor cliënten, bijvoorbeeld met Sinterklaas en carnaval. Al hadden we een vrije dag, we kwamen hier graag voor terug.”
Dansen door de kamer “Tijdens ons werk vermaken we ons opperbest met cliënten”, vertellen de zussen. “Als we binnenkomen ligt er soms al een snoepje klaar en staat de muziek aan.” Een praatje maken is dan misschien wel belangrijker dan de schoonmaak, knikken Mieke en Anneke bevestigend. “Weet je nog Mieke toen je een keer bij
een mevrouw die bedlegerig was, ging schoonmaken”, zegt Anneke. “Jazeker”, antwoordt haar zus. “Ik zette een muziekje op en danste op haar verzoek een paar rondjes alleen door haar kamer. Direct begonnen haar ogen te stralen van geluk. Daarna naar de volgende cliënt, een meneer, die graag met mij wilde dansen. Natuurlijk! Even later klonk een wals en hup daar gingen we met z’n tweeën in de rondte”, lacht Mieke.
Afspraak Naast de schoonmaak verrichten de medewerkers van Zorgboog Schoon lichte zorgtaken. Hierdoor hebben de zorgprofessionals en gastvrijheidsmedewerkers hun handen vrij om zich volledig te richten op de dagelijkse verzorging en het welzijn van cliënten. Anneke en Mieke zijn geen uitzondering. “Voor onze cliënten verzorgen wij het ontbijt, doen de afwas, verschonen het bed en maken deze op, houden hulpmiddelen hygiënisch schoon en zorgen voor het transfer van de bewoners naar de Gasterij. Dat maakt ons werk leuker. Wij zijn allebei een mensen-mens die cliënten een warm hart toedragen. En als we volgend jaar stoppen, doen we dat allebei tegelijkertijd, dat hebben we met elkaar afgesproken. Wat we dan het meeste zullen missen? De cliënten natuurlijk!”
17
Zorgbooggevoel / cultuur ANNY BENNENBROEK & WILLEMIEN MUTSERS:
Worstenbroodje versus gebakje Wat is het Zorgbooggevoel? Geen gemakkelijke vraag. Anny Bennenbroek (voormalig interne verhuiscoördinator) en Willemien Mutsers (corporate recruiter bij de Werkboog) doen een dappere poging om deze veelomvattende term te duiden. Daarbij duiken ze diep in het verleden van de Zorgboog.
Iets lekkers bij de koffie
Zorgboogfamilie
Op 12 mei is de Dag van de Verpleging. Op deze dag krijgen alle medewerkers van de Zorgboog een presentje of iets lekkers bij de koffie, weet Willemien (57). “De Nieuwenhof in Deurne waar ik toen werkte, was eind jaren negentig nog onderverdeeld in een verpleeghuis en een verzorgingshuis. Beide disciplines werkten toen nog apart van elkaar, maar in de toko van de Driesprong kwamen we allemaal samen. Op die bewuste meidag stonden in het midden van de toko mooie, kleine vierkante gebakjes en Brabantse worstenbroodjes gebroederlijk naast elkaar op tafel. Heerlijk, konden we zelf kiezen, dachten we. Maar dat was buiten de waard gerekend. Medewerkers van de ene tak kregen het gebak. Voor collega’s van de andere discipline bleek het worstenbroodje de enige optie. Dat vind ik nog steeds zo’n vreemd moment, omdat dit het wij-gevoel van de nieuwe Zorgboogorganisatie niet bevorderde.”
Anny (69) valt haar bij. “Dat is helaas lang zo gebleven omdat in de ogen van velen het verpleeghuis iets meer aanzien had dan het verzorgingshuis. Zo werden de drie fusiepartners Stichting Verpleeghuizen GewestHelmond, Kruiswerk Peelland en Stichting WillibrordRuijschenbergh in elkaar geschoven, waarbij het verpleeghuis de beste cao-voorwaarden had. Je kunt wel stellen dat het verzorgingshuis op alle vlakken onderaan de ladder stond. Dit moest allemaal worden uitgegumd en in elkaar gevlochten. Daarom was het nodig om de knop in deze roerige tijd om te zetten naar een gezamenlijk Zorgbooggevoel. Hier werd veel energie in gestoken. Bijvoorbeeld via allerlei activiteiten zoals de kick-off van de nieuwe Zorgboog in het PSV-stadion, de sportdagen en het legendarische feest in discotheek Time-Out in Gemert. Door deze gebeurtenissen groeide iedereen geleidelijk naar elkaar toe en kreeg ook ík het idee dat je bij de grote Zorgboogfamilie hoorde. Vooral de leuke momenten herinner ik me, waarbij we veel met elkaar hebben gelachen.”
18
19
Zorgbooggevoel / cultuur ANNY BENNENBROEK & WILLEMIEN MUTSERS
Verhalen vertellen Een belangrijke stap naar een gezamenlijke gedragen Zorgbooggevoel bleek de ineenvlechting van de ondersteunende diensten op het landgoed Bakel. Hierdoor kwam een eenduidige aanpak mét behoud van de couleur locale. Daarnaast liep nog een cultuurtraject, vertellen Willemien en Anny. “Veel collega’s vertelden elkaar verhalen hoe zij de zorg én de nieuwe organisatie beleefden. Ook bedacht No Mauer de missieslogan ‘Zorg die verder gaat’ en verscheen de nieuwsbrief Nieuwsboog met allerlei wetenswaardigheden van de Zorgboog en haar medewerkers. Mede door dit cultuurtraject ontstond geleidelijk de verbinding, het samenzijn en het wij-gevoel.”
Versterking Zorgbooggevoel Aan bindende activiteiten bij de Zorgboog in ieder geval geen gebrek, bewijst een beknopt overzicht van de afgelopen 25 jaar: de jaarlijkse braderie in Bakel, Zorgboog en route, Attitude cabaretgroep, bootvakanties, sporten op Papendal, zangkoor de Zorgboog en talloze radio-uitzendingen vanuit twee locatiestudio’s. Anny en Willemien: “Veel medewerkers hebben hier enthousiast aan meegedaan waardoor het Zorgbooggevoel ook écht is versterkt. Bovendien veranderde in de afgelopen 25 jaar de zorgverlening zelf. Binnen de verzorgingshuizen kwamen speciale verpleegafdelingen
20
voor cliënten met dementie wat is geëvolueerd in kleinschalig wonen. Hierdoor kregen de grote Zorgbooglocaties een andere invulling. Ook is de wijkzorg specialistischer geworden met hechtere samenwerking tussen disciplines als logisch gevolg. Bovendien speelden de ondersteunende diensten een onmisbare rol als verbindende schakel.”
Mede door dit cultuurtraject ontstond geleidelijk de verbinding, het samenzijn en het wij-gevoel.”
Transparante communicatie Beide dames tellen hun zegeningen. Natuurlijk kwam de Zorgboog hobbels op de weg tegen zoals de sluiting van de keukens in 2009. Maar door een open en transparante communicatie groeiden we binnen de Zorgboog toch dichter naar elkaar toe, benadrukken Willemien en Anny. “We hebben door de jaren heen een aantal dingen verloren, maar zeker ook veel behouden door de juiste keuzes. Want als zorgorganisatie ben je afhankelijk van een meanderende wet- en regelgeving en veranderde financieringsstromen. Zo hielden we de functie ‘helpende’ en de schoonmaakdienst binnen boord. Ook zijn we gestart met de gastvrijheidsmedewerker. Zo is de Zorgboog écht een hechte, toekomstbestendige organisatie geworden die van de wieg tot het graf goede zorg en ondersteuning levert aan onze cliënten. Met betrokken medewerkers en vrijwilligers die zijn begaan met andere mensen. Dat zal niet veranderen.”
21
Eigen regie cliënt SJAAK & ANS EIJSBOUTS:
“Ik probeer mijn vrouw een zo normaal mogelijk leven te geven” Eigen regie over het leven is belangrijk voor cliënten van de Zorgboog. Zo ook voor mevrouw Ans Eijsbouts, de vrouw van Sjaak Eijsbouts (78) uit Vlierden. Sjaak zorgt samen met de Zorgboogmedewerkers dat zijn vrouw een zo normaal mogelijk leven kan leiden, ondanks haar dementie.
Sjaak Eijsbouts weet nog precies wanneer zijn vrouw Ans verhuisde naar haar appartement in een van de vier nieuwe woonzorgboerderijen aan de Blasiusstraat-Jagerweg in Zeilberg. “Woensdag 27 februari 2019”, zegt hij resoluut, een dag die in zijn geheugen staat gegrift.
Belevingswereld “In het begin heeft mijn vrouw moeten wennen. Zo kwam ze ’s nachts weleens tien keer uit bed. Ook was ze zichzelf een beetje kwijt. Ik ga bijna dagelijks bij haar op bezoek. Nu woont haar oudste zus sinds kort ook in een van de vier woonzorgboerderijen. Gistermiddag wandelde ik met Ans door de tuin, komen we langs haar raam. Ik klop en roep: koffie!? Even later zaten we gezellig bij haar zus aan tafel. Dit geeft een beeld van de aangename sfeer die daar hangt. Misschien is het geheim wel dat je meegaat in hun belevingswereld. Zo kun je nog mooie momenten met elkaar delen.”
22
Gerustgesteld De verhuizing van Ans naar Zeilberg betekende voor Sjaak dat hij een deel van de eigen regie over het leven van zijn vrouw uit handen moest geven. Dat viel niet mee omdat je het onbekende binnenstapt, vertelt hij. “Toen Ans nog gezond was, wisten we precies wat we de komende tijd gingen ondernemen. Dan heb je zelf de regie in handen. Die zekerheid ben je kwijt. Twee weken na de verhuizing begon het gelukkig te wennen en ben je gerustgesteld. Ik wandel met Ans, fiets regelmatig samen op de duofiets en we pikken een terrasje bij mooi weer. Zo probeer ik haar een zo normaal mogelijk leven te geven.”
De verzorgenden gaan altijd leuk en vriendelijk met de cliënten om. Ook staan de personeelsleden voor elkaar klaar. Kan een teamlid een keer niet komen werken, dan springt de ander bij. Heel knap! Ans heeft zelfs een halfjaar een-op-een begeleiding gehad omdat ze onrustig was. Soms neem ik op advies van de begeleiders even afstand van mijn vrouw. Dan kan ik op adem komen. Dat is toch hun vakkennis, zij zien dat ik het op dat moment nodig heb. En dat waardeer ik zeer.”
Negens en tienen Sjaak is heel tevreden over de zorg en ondersteuning die de Zorgboogmedewerkers van kleinschalig wonen in Zeilberg bieden. “Ik heb net een enquête ingevuld, heb allemaal negens en tienen gegeven.
23
Ondernemingsraad ANITA ROOIJAKKERS & SUSAN MEULENSTEEN:
“Samen een oplossing vinden” Al 25 jaar vormen de medewerkers van de Zorgboog het kloppend hart van de organisatie. Mede door hun inspraak in het beleid via de ondernemingsraad, blijft de kwaliteit van zorg- en dienstverlening op een hoog peil. “We moeten samen met de Raad van Bestuur een oplossing vinden voor elk vraagstuk”, vertellen OR-voorzitter Anita Rooijakkers en Susan Meulensteen (vervangend OR-voorzitter). moeten dan zeker aan bod komen? Op deze manier heeft de OR allerlei belangrijke informatie verzameld en deze vervolgens samen met HRM in een visiestuk gegoten. De ondernemingsraad (OR) van de Zorgboog behartigt al 25 jaar de belangen van de medewerkers. Dat doen de elf OR-leden op verschillende manieren. Zo volgen ze wet- en regelgeving en de organisatieontwikkeling op de voet en houden cao-afspraken als leidraad in gesprekken met de Raad van Bestuur.
Laagdrempelig “Vanuit de fusie-organisaties heeft de Zorgboog in 1996 één grote OR gesmeed waarin wordt gestreefd om alle disciplines te vertegenwoordigen”, vertellen Anita en Susan. “In de loop der jaren hebben we het aantal vaste leden verminderd. Hierdoor ontstaat ruimte om medewerkers te laten aansluiten bij onderwerpen die ze op dat moment belangrijk vinden.” Op 1 januari 2021 is de Jeugdgezondheidszorg van de Zorgboog volledig overgegaan naar de GGD. Om deze overgang soepel te laten verlopen, is samen met betrokken partijen een
24
bijzondere ondernemingsraad gevormd. De OR van de Zorgboog heeft hen bijgestaan met advies, benadrukken Susan en Anita. “Dat maakt onze ondernemingsraad laagdrempelig en flexibel. Geen overbodige luxe omdat de OR voor veel medewerkers nog een ver-van-mijnbed-show is. We worden pas écht interessant als er iets in het werk gebeurt wat hen persoonlijk raakt. Daarom moedigen we medewerkers aan om zich voor een korte of langere periode bij ons aan te sluiten.”
Visiecafé Contact met de achterban is vanaf de start een blijvende uitdaging. Daarom heeft de OR twee keer een zogeheten visiecafé gehouden. Tijdens deze Zorgboog-brede bijeenkomsten discussieerden ruim zestig medewerkers over diverse thema's. Zoals het functioneringsgesprek: hoe zie jij dit graag, hoeveel keer per jaar moet deze worden gehouden en welke onderwerpen
Dienstkleding Eén van de onderwerpen waar medewerkers geen duwtje in de rug nodig hadden om in de startblokken te gaan staan, was het dienstkledingbeleid, herinneren Susan en Anita zich. “De toenmalige bestuurders wilde de dienstkleding helemaal afschaffen. Hier waren veel collega’s niet van gecharmeerd. Vervolgens hielden we als OR een drukbezochte bijeenkomst waar medewerkers hun mening ventileerden. Naar aanleiding van deze samenkomst, heeft de Raad van Bestuur het kledingbeleid aangepast: wél een eigen broek dragen, maar we behouden het bedrijfsjasje met het Zorgbooglogo.”
Mooi compromis Volgens beide OR-leden blijkt bij ontmoetingen met andere ondernemingsraden dat de Zorgboog openheid
van zaken geeft. “We krijgen alle belangrijke stukken, kunnen in discussie gaan en de bestuurders luisteren serieus naar onze argumenten. Hierdoor komen de OR en de Raad van Bestuur vaak tot een mooi compromis. Want uiteindelijk moeten we samen een antwoord vinden op prangende vragen. Zo zijn we bijvoorbeeld overeengekomen dat de OR flexibel kan omgaan met het aantal leden – maximaal dertien, maar er is geen man overboord als de OR uit minimaal negen leden bestaat. Anders zouden we regelmatig verkiezingen moeten houden en daar zit niemand op te wachten.”
Sociaal Statuut “Samen met de Raad van Bestuur hebben we ook een sociaal statuut opgesteld voor medewerkers. Dat is helemaal gericht op de specifieke situatie van de Zorgboog en bedoeld voor álle medewerkers. Vrij uniek omdat hierin het organisatiebelang en personeelsbelang vloeiend samenkomen. We hebben immers een algemeen belang: het ondersteunen van de positieve gezondheid bij medewerkers én cliënten”, besluiten Anita en Susan.
25
Eten en drinken AD JANSSEN & PAUL JANSSEN:
De uil zit in de stoel In het Bakelse woonzorgcentrum de Wilbertsdries halen de goedlachse Ad Janssen en Paul Janssen samen herinneringen op. Beiden hebben een carrière in de keukens van de Zorgboog achter de rug. Ad als chefkok, Paul als souschef. De ene na de andere anekdote vliegt over tafel, waarbij de liefde voor het bourgondische Brabantse leven er vanaf spat.
Aparte wereldjes Bij de start van de Zorgboog had elke locatie nog een eigen keuken en keukenbrigade, dat waren wereldjes apart, vertellen locatiecoördinatoren Paul (62) en Ad (64) enthousiast. “Wij kookten elke dag vers voor onze cliënten aan de hand van een jaarcyclus. Naarmate de Zorgboog groter werd, was het efficiënter en kostenbesparend om de maaltijdbereiding uit te besteden aan een externe maaltijdenleverancier. Met als gevolg de sluiting van de laatste zelfstandige locatiekeukens in Deurne, Gemert en Bakel in 2009. Hierna heeft elke grote Zorgbooglocatie een Gasterij gekregen waar de aangeleverde maaltijden worden opgewarmd en uitgeserveerd aan onze cliënten.”
Rode dingen In de beginjaren van de Zorgboog legde een maaltijdcommissie de menu’s in de locaties langs de lat van de Schijf van Vijf. “Eén van de commissieleden was een bewoner die niet tegen rode dingen kon, bijvoorbeeld tomatensoep, rode bietjes en spaghetti bolognese. Hij wilde deze dan ook niet terugzien in het menu, dus ook niet voor andere cliënten”, zegt Ad nog steeds verbaasd. “Of die keer dat ik samen met een zorgzuster
26
poolshoogte nam op de kamer van een bewoonster. Er zou een uil door de open raam naar binnen zijn gevlogen, want er lagen drie grijze uilenballen onder de stoel van mevrouw. Althans dat dacht de zorgzuster. Bij nader onderzoek bleek het loos alarm: de uil zat zelf in de stoel. Het was het vlees van de middagmaaltijd dat de bewoonster in enkele uren zorgvuldig tot grijze ballen had gekauwd en onder de stoel had gedeponeerd.”
Chocolade en gebakken vis Als Ad Janssen terugdenkt aan de Bakelse kermis, verschijnt een glimlach om zijn mond. “Tijdens de kermis kregen cliënten consumptiebonnen waarmee ze allerlei lekkere dingen bij ons konden kopen. Vooral chocolade viel in de smaak – de repen waren niet aan te slepen. ’s Maandags smulden de bewoners van nieuwe haring en op kermisdinsdag mochten ze hun favoriete vis van de viskraam uitkiezen. Berucht waren de Pietermannen die door de vele graatjes volledig door de cliënten werden uitgeplozen”, schaterlacht Ad, terwijl hij het pulken van de vis in mime voordoet.
27
Eten en drinken AD JANSSEN & PAUL JANSSEN
“Koken is passie Indische rijsttafel Als locatiecoördinator van de Ruijschenbergh in Gemert, ziet oud-souschef Paul de voordelen van de huidige Gasterij. “We ontvangen hier dagelijks ruim vijftig cliënten die volop genieten van een heerlijke maaltijd. Ondanks dat we niet meer zelf koken, organiseren we maandelijks een culinair diner. Bijvoorbeeld tijdens vaste themadagen zoals kerst, Pasen, lente en winter. Maar ook met speciale eetavonden waaronder een Indische rijsttafel, koud buffet en Italiaans diner. De cateringmedewerkers zijn dan gastvrouw en vrijwilligers serveren het eten uit. Dit vinden onze cliënten superfijn! Je ziet dus steeds meer buitenlandse gerechten in ons menu en dit zal alleen maar toenemen.”
Met hart en ziel Naast smaak is geur en beleving heel belangrijk voor cliënten. Daarom zorgen beide locatiemanagers regelmatig voor iets extra’s bij de kant-en-klaar aangeleverde maaltijden. Zo maken ze in de locaties regelmatig verse soep en bakken ze een uitje en spekjes voor bij de spruitjes. Ook wordt een koksmuts opgezet voor de sfeer, het eten op borden geschept en op mooi gedekte
28
tafels geserveerd. Zo krijgen cliënten de aandacht die ze verdienen. Ad en Paul bevestigen dat dit alleen kan als je dit met hart en ziel doet.
Toefje creativiteit “Koken is passie en durven, met een toefje creativiteit. In onze Gasterij zetten we net dat stapje extra. Net zoals we dit deden tijdens het beroemde Jaarfeest op het Zorgboogterrein in Bakel. Dan bakten we allerlei lekkere hapjes en verkochten deze aan de bezoekers. Het verdiende geld ging vervolgens naar het personeelsfeest.” Beide locatiecoördinatoren hopen dat de komende jaren het ‘ambachtelijke’ in het eten en drinken enigszins weer terugkeert. “Zo zie je bijvoorbeeld al dat gastvrijheidsmedewerkers op kleinschalig wonen soep maken en cake bakken. Door de heerlijke kookgeuren in de huiskamer voelen cliënten zich nog meer thuis. Het zou mooi zijn als medewerkers worden geschoold om de maaltijden mooi te presenteren. Maar wat er ook verandert, één ding zal altijd hetzelfde blijven: friet met snack blijft razend populair bij onze cliënten”, concluderen ervaringsdeskundigen Paul en Ad.
en durven, met een toefje creativiteit. In onze Gasterij zetten we net dat stapje extra".
29
Geestelijke verzorging SYLVIA VAN DE VOSSENBERG:
“Zie me steeds meer als begeleider levensvragen” Cliënten van de Zorgboog hebben het leven lief. Toch zijn er momenten waarin ze worstelen met levensvragen. Bijvoorbeeld door ziekte, eenzaamheid of het naderende levenseinde. De vier leden van het team Geestelijke verzorging bieden de helpende hand rondom zingeving. Met fijne gesprekken en mooie rituelen geven zij blijk van mededogen. Ook zijn ze boodschapper van troost en inspiratie. Zodat cliënten, familieleden en medewerkers onder hun bezielende begeleiding weer verder kunnen.
In de eerste jaren van de Zorgboog was geestelijke verzorging nog grotendeels op het geloof gestoeld met vieringen en liturgie. Doordat de maatschappij veranderde en cliënten mee evolueerden, kreeg ook de geestelijke verzorging een andere invulling.
Afscheidsrituelen Sylvia van de Vossenberg (56) is al negen jaar lid van het team Geestelijke verzorging bij de Zorgboog en heel tevreden met haar positie. “De huidige generatie cliënten die wij begeleiden, is weliswaar nog steeds gelovig maar ruimdenkender dan toen. Nu geven we nog steeds wel een ziekenzegening, maar doen dat op eigen wijze. Bijvoorbeeld met afscheidsrituelen in de vorm zoals de cliënt en zijn naasten zich wensen.
30
In naam heet ik nog geestelijk verzorger. Als ik zie wat ik voor individuele cliënten beteken op hun levenspad, typeer ik me steeds meer als een begeleider levensvragen.”
Mooie momenten Sylvia vindt het fijn om dicht bij de mens te komen. “Als iemand op zijn kwetsbaarst is, mag ik er bij zijn. Kijken naar de cliënt en zijn familie en goed luisteren wat zij willen. Daarom doe ik het werk met hart en ziel. Mijn begeleiding lijkt een beetje op topsport: je moet op het juiste moment de juiste woorden zeggen en de juiste dingen doen. Natuurlijk doe ik dat niet alleen. We werken multidisciplinair. Iedereen draagt zijn steentje bij aan mooie momenten voor de cliënt.”
Zich écht gehoord voelen “Een tijd geleden kwam ik in het hospice bij een mevrouw die nog maar een paar weken te leven had. Ze geeft aan nog niet klaar te zijn voor de dood en het moeilijk te hebben met haar rouwgevoelens. Ik mag haar begeleiden vanuit mijn zijn – al mijn waarden en normen loslaten en aansluiten bij haar. Pas dan voelt de ander zich écht gehoord en gezien. Uiteindelijk ging zij naar huis om te sterven. Daar heb ik haar en haar familie verder begeleid. Een intensieve en tegelijk ook zo’n mooie en bijzondere periode.”
met ethische vraagstukken rondom cliënten. Daarom stelt de Zorgboog een moreel beraad samen uit alle betrokken disciplines die zich over deze kwesties buigt. “Een moreel beraad is er op gericht ethische vragen en dilemma's onder ogen te zien, openhartig te bespreken en dialogisch te onderzoeken. Als geestelijk verzorger mogen we dit gaan leiden. Luisteren naar de deelnemers is daarbij essentieel, want luisteren is een vak!
Ethische vraagstukken Tijdens het werk als geestelijk verzorgende komen Sylvia en haar drie collega’s steeds vaker in aanraking
31
Organisatieontwikkeling COBY NOGAREDE & JOS BERGS:
Het briefje van Houben 24 juni 1994. Commissaris van de koningin in Noord-Brabant Frank Houben opent het nieuwe zorgcentrum de Nieuwenhof in Deurne. Uit de binnenzak haalt hij zijn speechbriefje en scheurt deze vervolgens voor de ogen van de verbaasde luisteraars pontificaal doormidden. Houbens officiële pleidooi voor een verregaande samenwerking tussen zorgaanbieders in de regio blijkt direct oud nieuws en kan de prullenmand in – een iconisch moment als opmaat naar de Zorgboog twee jaar later.
Overdonderd Zittend in een relaxzetel in het centrale kantoor van de Zorgboog aan de Vuurijzer blikken Coby Nogarede, voorzitter Raad van Bestuur (RvB), en voormalig RvB-voorzitter Jos Bergs terug op 25 jaar de Zorgboog. Het voorval met commissaris Houben ziet Jos als een bijzonder ijkpunt. “De bestuurders van de drie stichtingen die later de Zorgboog zouden vormen, waren eerder al in het regionaal beraad met elkaar in gesprek voor nauwere samenwerking en fusieplannen. Commissaris Houben was compleet overdonderd door dit nieuws. Het strakke wettelijke en financiële regime tussen de verschillende werksoorten ging immers steeds meer knellen. In de praktijk betekende dit dat iedere organisatie op haar eigen ‘eiland’ zorg verleende: wijkverpleegkundigen mochten geen verpleeghuiszorg leveren, verzorgingshuizen waren verplicht de wijkverpleegkundige in te schakelen voor zorg aan cliënten in de aanleunwoningen.”
Aantrekkingskracht De start van de Zorgboog in 1996 had een grote
32
aantrekkingskracht op andere zelfstandige zorginstellingen in de regio. De een na de ander sloot zich aan bij de nieuwe fusieorganisatie vanwege de unieke combinatie: twee stichtingen voor ouderenzorg met thuiszorginstelling Kruiswerk Peelland. Een unieke stap in Nederland wat het ‘Helmondse model’ is gaan heten. Jos Bergs: “Deze uitbreiding verliep verrassend snel. Zo hadden we in 2003 al tien woonzorgcentra en vier verpleeghuizen. Daarnaast leverden we thuiszorg én kraamzorg aan cliënten in ons werkgebied.”
Goud in handen Huidig RvB-voorzitter Coby Nogarede concludeert dat deze unieke samenvoeging de Zorgboog toekomstbestendig heeft gemaakt. “Toen ik hier in 2018 begon, merkte ik direct dat we door onze sterke infrastructuur goud in handen hebben. Zo zijn we met onze locaties en thuiszorg in alle lokale gemeenschappen vertegenwoordigd. Ook hebben we meer dan tweehonderd wijkverpleegkundigen in dienst. Dat kunnen we uitstekend gebruiken. 24/7-zorg in onze locaties houden we gewoonweg niet meer vol omdat we te weinig
33
Organisatieontwikkeling
Dat straalt het booglogo ook uit. Het begint heel smal met kraamzorg en eindigt breed met alle zorgvormen voor mensen op leeftijd.” Dat is nog steeds zo, zegt Coby trots. “Ik zie de Zorgboog als een familie waarin medewerkers, vrijwilligers én cliënten loyaal en betrokken zijn. Waar je je hele leven op kunt terugvallen. Daarom is het zo jammer dat we begin 2021 onze Jeugdgezondheidszorg aan de GGD moesten overdragen. Toch hebben we kraamzorg behouden om er al vanaf het prille begin belangrijk te zijn voor de community. Ook als het gaat om extra diensten zoals maaltijdondersteuning, wasservice en tuinonderhoud via Zorgboogextra.”
COBY NOGAREDE & JOS BERGS
voldoende gekwalificeerd personeel hebben. Bovendien worden we in Nederland steeds ouder en neemt de zorgvraag toe. Daarom moeten we naar een andere manier van zorg verlenen. Samen met onder andere zorg- en welzijnsorganisaties, gemeenten en woonbouwcorporaties kijkt onze zorgorganisatie hoe zij middenin deze lokale woongemeenschappen – ofwel communities – gezamenlijk netwerkvoorzieningen kunnen opzetten. Dat kan een gebouw zijn, maar ook een samenwerkingsvorm.”
Altijd dichtbij Voor de komende jaren kijkt de Zorgboog dan ook naar hotspots in wijken en buurten waar veel ouderen wonen. “Ook hier zijn we altijd dichtbij”, benadrukt Coby. “Zo ondersteunen we de positieve gezondheid van onze cliënten zodat zij zo lang mogelijk zelfstandig thuis blijven wonen en zelf de regie over hun leven hebben. Hiermee spelen we in op de zorgkloof. In Nederland worden we namelijk steeds ouder en neemt de zorgvraag toe, terwijl het aantal beschikbare ‘handen aan het bed’ juist daalt. Bovendien is bepaald dat wonen en zorg gescheiden moeten zijn. Onze bestaande verpleeghuislocaties geven deels antwoord op dit dilemma. In onze ogen is de gang naar het verpleeghuis echter de allerlaatste stap en geven we zo veel mogelijk zorg en ondersteuning in de eigen woonsituatie.”
34
Versterken netwerk De Zorgboog focust zich dus niet meer op het bouwen van verpleeghuislocaties, maar op het versterken van netwerken zodat mensen zo lang mogelijk thuis kunnen blijven wonen. “Het bestaan van een netwerk – mensen die er zijn als je iets nodig hebt – bepaalt namelijk of je veilig thuis kunt blijven”, vervolgt Coby. “Dan woon je zelfstandig in een complex met goede voorzieningen en professionele thuiszorg in de nabijheid. Een fijne plek waar je elkaar kent en waar aandacht is voor elkaar. Ook zullen nieuwe woonvormen ontstaan plus het gebruik van nieuwe zorgtechnologie wat steeds sneller gaat. Waar ik me enigszins zorgen over maak, is dat straks niet iedereen meer de zorg krijgt die nodig is. Dat we als de Zorgboog niet meer alles kunnen leveren wat iemand graag wil en dat we dat duidelijk moeten uitleggen aan onze cliënten. Dát is de uitdaging waar we als de Zorgboog in de komende 25 jaar voor staan.”
Familie Terug naar 1996. Bij de start had de Zorgboog zevenhonderd verzorgingshuis- en verpleeghuisplaatsen, duizend fulltimebanen en een omzet van ruim veertig miljoen euro. “Nu is dat bijna drie keer zo veel”, zegt Jos Bergs verrast. “Toch blijft de organisatie in de kern hetzelfde: professionele zorg en ondersteuning vertrouwd dichtbij in de hele regio voor alle generaties.
familie en mantelzorgers plus het sociale netwerk en andere instanties. Als laatste komen wij als zorgprofessional in beeld. Zo houden we onze zorg en ondersteuning voor iedereen bereikbaar.”
Coronacrisis Een uitzonderlijke periode is de coronacrisis waardoor de Zorgboog genoodzaakt was om tijdelijk haar locaties te sluiten voor bezoek. Dit om cliënten, medewerkers en vrijwilligers zo goed mogelijk te beschermen. Ook heeft ze regionale cohortafdelingen ingericht voor het behandelen van cliënten met COVID-19 vanuit het ziekenhuis of de thuissituatie
Zorgboogfilosofie
Financiële armslag
Als Jos en Coby één van de vele momenten in de afgelopen 25 jaar naar voren halen, komt het onverwachte overlijden van bestuursleden Hans van den Bosch en Ton Borghs ter sprake. Zij waren dragers van de Zorgboogfilosofie met een menselijk gezicht en de menselijke maat, vinden beiden. Bovendien hebben Ton en de toenmalig RvB-voorzitter Henri Plagge de bestuurscrisis tussen hun voorganger en de medische staf goed aangepakt. Een crisis die diepe wonden heeft geslagen in de organisatie, maar die nu gelukkig voorbij is. Vooral het plots wegvallen van Ton Borghs herinnert Coby zich nog goed. “Een intens verdrietige periode waarin ik heb ervaren hoe iedereen binnen de Zorgboog zich met hem verbonden voelde. Het zoeken naar verbinding in onze organisatie, heb ik dan ook meteen opgepakt tijdens mijn eerste periode als RvB-voorzitter. Wat ik daarnaast heb gemerkt, is de positieve betrokkenheid en maximale drive van medewerkers en vrijwilligers. In mijn ogen ongekend en heel mooi.”
Voor de komende jaren heeft de Zorgboog haar pad uitgestippeld. Samen met een groot aantal zorg- en welzijnsorganisaties van het samenwerkingsverband Peel Duurzaam Gezond, zorgverzekeraar CZ Groep en gemeente Helmond verzamelt ze data om een helder beeld te krijgen van de uitdagingen. Zodat de Zorgboog ook het komend decennium toekomstbestendig is. Zo investeert de zorgorganisatie niet meer in (nieuwe) panden maar stoot eigen gebouwen juist af. Hierdoor krijgt de organisatie meer financiële armslag voor het stimuleren en ondersteunen van de positieve gezondheid van cliënten in wijken en buurten. Wat mede mogelijk wordt gemaakt door de inzet van domotica, zorgtechnologie en ICT-systemen en in nauwe samenwerking met andere (zorg)organisaties.
De Zorgboog als begrip De afgelopen 25 jaar is de Zorgboog écht een begrip geworden, schetsen Jos en Coby. “In de regio is onze aanwezigheid met kwalitatief hoge zorg- en dienstverlening een vanzelfsprekendheid. We zijn overal zichtbaar aanwezig: van Zorgbooglocaties en kleinschalige woonvormen tot wijkzorg en steunpunten in lokale voorzieningen. Bovendien is en blijft onze kerngedachte: we bieden aan iedereen zorg en ondersteuning waar dat mogelijk is, ook al kunnen we niet álles doen. Daarom gebruiken we bij elke zorgvraag onze ‘Schijf van 5’. We kijken eerst wat de cliënt zelf kan. Daarna zetten we technologische hulpmiddelen in, doen een beroep op
Zonnige toekomst Volgens Jos Bergs speelt ook nog dat de cliënt zelf verandert. “Deze wordt steeds mondiger, wil langer zelfstandig thuis blijven wonen en geeft de voorkeur aan kleinschalige voorzieningen in de wijk. Daarom is het belangrijk dat de Zorgboog voldoende professionele zorgverleners en vrijwilligers in de wijk kan blijven inzetten in levensloopbestendige, kleinschalige voorzieningen van woningbouwcorporaties. Voorzien van brede rolstoelvriendelijke deuren, gangen en badkamer. Door deze samenwerking, alle benodigde faciliteiten dichtbij en een actief sociaal netwerk kunnen cliënten ook in de nabije toekomst gebruik blijven maken van intensieve zorg en ondersteuning. Als de Zorgboog op deze wijze onmisbaar blijft door een goede en betrouwbare zorgverlening in de regio, dan gaat ze een zonnige toekomst tegemoet!”
35
Externe samenwerking MIRJAM KRÄWINKEL & JAN ROELOFS:
woCom, ORO en de Zorgboog als vliegwiel van de communitygedachte Het bieden van goede kwalitatieve zorg en ondersteuning is nooit een eenmansactie maar een collectieve inspanning. Dat weet de Zorgboog al sinds de start in 1996. Daarom heeft de zorgorganisatie altijd actief samengewerkt met andere (zorg)organisaties in de regio. Nu is deze coöperatie nog urgenter dan ooit, gezien de groter wordende zorgkloof.
De community-gedachte kan hierop het antwoord zijn wanneer samenwerkingspartners de handen ineen slaan, bewijzen de twee partners van het eerste uur woningbouwcorporatie woCom en zorgorganisatie ORO. Mirjam Kräwinkel (directeur-bestuurder woCom) en ORO-bestuurder Jan Roelofs delen hun toekomstvisie.
36
MIRJAM KRÄWINKEL “We waarderen dat de Zorgboog de communitygedachte omarmt als antwoord op de groeiende zorgkloof. Vooral als impuls voor de positieve gezondheid van cliënten. Ook draagt dit bij aan het werkplezier van hun medewerkers. De Zorgboog voegt de daad bij het woord, dat vind ik heel mooi. Kijk naar appartementencomplex Zonnetij in Aarle-Rixtel. WoCom verhuurt hier een deel van de woningen aan cliënten van de Zorgboog met een zwaardere zorgvraag. Hierdoor heeft de Zorgboog een goede financiële basis om zorg te verlenen. Daarnaast hebben we hier samen een buurtkamer geopend. Niet alleen profiteren andere bewoners van Zonnetij hiervan, maar ook de wijkbewoners. Ze ontmoeten elkaar in de buurtkamer, eten gezellig samen een maaltijd en nemen deel aan allerlei activiteiten. Je krijgt dus een bruisende woongemeenschap die verder reikt dan het appartementencomplex alleen. Als het ons lukt om vanuit de community-gedachte op meerdere plekken in wijken en buurten zulke kleinschalige rendabele voorzieningen te creëren, kunnen mensen in de wijk met een zorgvraag langer zelfstandig thuis blijven wonen. Mede dankzij de geweldige inzet van de vele vrijwilligers. Daarom maken we met onze partners een overzicht van het hele gebied waar ouderen geclusterd wonen. Samen kijken we hoe wij middenin deze lokale woongemeenschappen netwerkvoorzieningen kunnen opzetten zoals in Zonnetij. Dus niet alleen in de klassieke wooncomplexen maar ook in straten, buurten en wijken. Hier zouden we bijvoorbeeld een woning kunnen inrichten voor dagopvang en dagbestedingsactiviteiten die alle samenwerkingspartners kunnen bieden.”
37
Externe samenwerking MIRJAM KRÄWINKEL & JAN ROELOFS
JAN ROELOFS “ORO en de Zorgboog hebben op allerlei niveaus regelmatig contact met elkaar. Zo bespreken we op bestuursniveau regelmatig de stand van zaken en de toekomstplannen, bijvoorbeeld over het inrichten van communities in de regio en het samenbundelen van onze behandelaars. Ook in de uitvoering zijn de lijnen kort. Wij streven hetzelfde doel na: onze cliënten een fijn leven geven. Dat zie je terug in de zorg en ondersteuning van beide organisaties. Daarbij maakt het niet uit of je dat doet voor mensen met dementie, ouderen met lichamelijke klachten of mensen met een verstandelijke beperking. Neem het landgoed in Bakel waar we gezamenlijk met onder andere de Zorgboog van plan zijn om een woongemeenschap op te zetten vanuit de community-gedachte.
38
En recent in woonzorgcentrum Ruijschenbergh in Gemert waar onze cliënten al meewerken in de gasterij en de keuken. Hier realiseren we samen met de Zorgboog de nieuwe activiteitenboulevard Ruijschenbergh – een samenwerkingsproject van de Zorgboog en ORO waar mensen van alle leeftijden vanaf maart 2022 een fijne en brede dagbesteding krijgen. De uitdaging ligt in het stroomlijnen van de financiering. Wat dat betreft betreden we onontgonnen gebied, maar wie niet waagt die niet wint. Je moet in de kracht van de community geloven, over de muren van je eigen organisatie heen kijken en de vraag van de mensen centraal stellen. Dan volgt de rest vanzelf.”
39
Mantelzorg MONIQUE HOFS:
Persoonlijke aandacht en een praatje vond vader fijn” Monique Hofs (51) was mantelzorger van haar inmiddels overleden ouders. Dankzij haar ondersteuning en de fijne dagbesteding bij de Zorgboog, heeft haar vader ondanks zijn vasculaire dementie nog volop genoten van enkele gouden jaren.
“In 2010 merkte mijn moeder dat het gedrag en het geheugen van mijn vader veranderden”, vertelt Monique. “In eerste instantie viel het mij niet zo op. Naarmate de jaren vorderden, zag ik het echter ook steeds duidelijker. Gelukkig kende hij ons nog en vertelde hij nog veel mooie verhalen.”
zou herstellen, hebben we besloten dat vader naar de dagbesteding ging in Ruijschenbergh middenin hun woonplaats. Vooruitlopend op de dag dat mijn moeder er niet meer zou zijn en mijn vader niet meer zelfstandig in zijn eigen huis zou kunnen blijven wonen. Dan kon hij daar alvast wennen.”
Dubbelrol
Gezellige activiteiten
Inmiddels had moeder de rol van mantelzorger op zich genomen. Monique ondersteunde haar hierbij. In de loop der tijd werd de zorg en begeleiding steeds zwaarder voor hen beiden. Toen moeder ook nog eens ziek werd, had haar dochter ineens een dubbelrol als mantelzorger – zij verzorgde en begeleidde zowel vader als moeder in hun eigen huis in Gemert. “Voordat mijn moeder ziek werd, ging mijn vader al twee dagen naar de dagactiviteitengroep De Roek op het landgoed in Bakel. Toen bleek dat mijn moeder niet meer
Bij deelname aan gezellige dagbestedingsactiviteiten van de Zorgboog wordt rekening gehouden met de individuele interesses en behoeften. Alles is mogelijk. Bijvoorbeeld een potje kaarten, spelletjes spelen, de krant lezen, knutselen, schilderen, koken, samen bewegen of lekker een stukje wandelen. In een groep of individueel. Voor het zo lang mogelijk behouden van de vaardigheden en het vertragen van de achteruitgang, trainen deelnemers bovendien hun geestelijke, lichamelijke en sociale functies. Ook biedt dagbesteding
40
de kans om leuke contacten op te doen en eventueel samen een warme maaltijd te nuttigen. Het mes snijdt daarbij aan twee kanten: mantelzorgers worden ontlast en hun dierbaren hebben een fijne, zinvolle dag in een gemoedelijke en ongedwongen sfeer.
Contact met andere mensen Nadat de moeder van Monique eind 2017 overleed, verhuisde vader begin 2018 naar zijn eigen appartement in Ruijschenbergh. Doordeweeks ging hij elke dag om 10.00 uur ’s morgens naar de dagbesteding. “Hij had duidelijke voorkeuren”, herinnert Monique zich. “Bijvoorbeeld luisteren naar het voorlezen van de krant, kienen op vrijdag, wandelen in de tuin en tochtjes met de duofiets. Hij vond het contact met andere mensen gewoon fijn. Mijn vader zat op een mooie plek waar goed voor hem werd gezorgd. Zeker toen hij ook aanschoof voor de warme maaltijd op de dagbesteding. Dan wist ik dat hij goed at wat mij een gerust gevoel gaf. Als ik dan ‘s avonds bij hem op bezoek ging, voelde ik mij weer zijn dochter in plaats van mantelzorger.”
Uitkomst Medio 2020 overleed de vader van Monique op 77-jarige leeftijd. Als ze terugkijkt, vindt ze de dagbesteding echt een uitkomst. “Niet alleen voor mij, maar zeker ook voor hem. In de tijd dat hij nog in ons ouderlijk huis woonde, zat hij dagen binnen. Hij vermaakte zich wel, maar dat was niet de ideale situatie. Ik wilde dat mijn vader onder de mensen kwam en niet alleen was. De dagbesteding gaf hem het gevoel dat hij nog midden in het leven stond, terwijl ik in rustiger vaarwater terechtkwam. Tijdens de hele periode heb ik goed contact gehad met de Zorgboog. Zelfs zo goed dat ik nu twee dagen vrijwilliger ben op de dagbesteding in Ruijschenbergh. Ik ga dan zoveel mogelijk met cliënten naar buiten en help tijdens de maaltijd. Dan geef ik persoonlijke aandacht aan de mensen en maak een gezellig praatje met ze. Gewoon alledaagse dingen die ook mijn vader fijn vond.”
41
Kraamzorg RENEE JANSSENS & CARLA RUBIO:
Uniek Nederlands systeem De kraamtijd herinneren ouders zich vaak als een heerlijke periode vol pril geluk. Soms begint een nieuw leven minder voortvarend. In beide gevallen is goede kraamzorg essentieel. Dat weet de Zorgboog al 25 jaar als geen ander. Haar kraamverzorgenden zijn dan ook een kei in hun vak en door menig ouder geprezen voor hun persoonlijke ondersteuning, flexibiliteit, aandacht voor detail en inlevingsvermogen.
Beschuit met roze of blauwe muisjes, slingers aan het plafond, aan de lopende band bezoek en heerlijk knuffelen met je pasgeboren spruit. De eerste week na de geboorte is vaak een feest waarvan je volop kunt genieten, dankzij de goede zorg en begeleiding van de kraamverzorgende.
Van villa tot flatwoning “Onze kraamverzorgenden komen bij uiteenlopende gezinnen met hoge tot lage inkomens, van villa tot flatwoning. Bijna overal is het gelukkig een feestje”, glimlachen manager kraamzorg Carla Rubio en Renée Janssens, voormalig hoofd kraamzorg. Renée en Carla hameren erop dat het geen ‘kraamhulp’ is maar ‘kraamverzorgende’. “Zij hebben een mbo-diploma wat gelijk staat aan verzorgende IG. Eigenlijk start de kraamzorg al vóór de geboorte. Tijdens de intake vragen we wat de wensen en eisen zijn en bekijken we de thuissituatie. Ook geven we advies aan de aanstaande ouders over veiligheid en aanschaf van spullen.”
42
Op weg helpen In de eerste jaren van de Zorgboog maakten kraamverzorgenden lange dagen. Een belangrijk keerpunt was de invoering van het landelijke indicatieprotocol voor kraamverzorgenden – waar eerder 80 uur kraamzorg werd geleverd, werd het 64 uur en nu is het 49 uur over acht dagen. Verdeeld over deze acht dagen komt een kraamverzorgende langs om ouders en baby op weg te helpen. Zo begeleidt de kraamverzorgende de moeder bij het op gang brengen van de borstvoeding, controleert de gezondheid van moeder en baby en ondersteunt het gezin. De kraamzorg zoals die in Nederland georganiseerd is, is een uniek systeem. Hiermee loopt de kraamzorg al ver vooruit op de huidige werkwijze van Anders zorgen met de Schijf van 5: vijf stappen die de Zorgboog bij een nieuwe cliënt doorloopt voor hulp en ondersteuning buiten de professionele zorg.
43
Kraamzorg RENEE JANSSENS & CARLA RUBIO
Doordat de huishoudelijke taken helemaal verdwijnen, heeft de kraamverzorgende Professionele zorg
Passend zorgpakket
Carla en Renée: “In het indicatieprotocol staat precies beschreven wat de basistaken zijn. Bijvoorbeeld verzorging van moeder en kind, hygiëne, hulp bij borstvoeding en vroegsignalering van problemen. Als er tijd over is, zorgt de kraamverzorgende voor neventaken als beschuit met muisjes smeren en een lekker fruithapje maken voor de jonge moeder. Een van onze doorgewinterde kraamverzorgenden heeft dit als volgt verwoord: van ‘Ik leg het kindje in bed’, naar ‘Zal ik het kindje in bed leggen?’ tot ‘Geef maar aan wanneer ik het kindje in bed zal leggen’. Dit geeft de verschuiving prima weer. Niet meer het heft in eigen handen nemen, maar de regie bij de cliënt neerleggen.”
Voor de toekomst zien beide dames dat kraamzorg steeds meer op maat wordt gemaakt via een passend zorgpakket. Zo zal bijvoorbeeld een deel van de huishoudelijke taken verdwijnen voor de kraamverzorgende omdat familie en mantelzorgers deze kunnen overnemen. Tegelijkertijd komt er meer gewicht op de zorgtaak van de kraamverzorgende zoals vroegsignalering en coaching.
Toename problematiek De laatste jaren hebben Renée en Carla de problematiek in gezinnen zien toenemen. “Bijvoorbeeld bij een gezin waarvan vijf kinderen uit huis zijn geplaatst en een zesde op komst is. Dan is de schil van hulpinstanties heel belangrijk. Wij werken dan ook veel samen met onder andere verloskundigen, het ziekenhuis en de GGD. Ook is het coachen van moeder en vader in het ouderschap veel belangrijker geworden. Zorgen dat we ze goed voorbereiden zodat zij hun kindje na acht dagen helemaal zelf kunnen verzorgen.”
44
Zinnige zuinige zorg “Sinds enkele jaren vindt de cliënt van de Zorgboog alles rondom geboortezorg op één plek: de integrale geboortezorg JIJWIJ, een samenwerking in de regio Helmond tussen kraamzorg, verloskundigen, gynaecologen en het Elkerliek ziekenhuis. De samenwerkende organisaties hebben niet alleen praktische maar ook financiële zaken op elkaar afgestemd zoals protocollen, zorgpaden en overlegmomenten. Ook met de verloskundigen en ziekenhuizen in Eindhoven en Geldrop zijn er samenwerkingsafspraken. Wij denken dat kraamzorg over 25 jaar volledig gericht is op de zorg voor moeder en kind. Doordat de huishoudelijke taken helemaal verdwijnen, heeft de kraamverzorgende de handen vrij voor het ondersteunen en begeleiden van meer gezinnen op één dag. Dat noemen we zinnige zuinige zorg.”
de handen vrij voor het ondersteunen en begeleiden van meer gezinnen op één dag. Dat noemen we zinnige zuinige zorg.”
45
Jeugdgezondheidszorg JEUGDARTS JEANNE OGIER:
“De Zorgboog heeft ons geweldig uitgezwaaid” Nieuwjaarsdag 2021 begint Nederland in een lockdown vanwege de coronacrisis. Ook start het vaccineren tegen COVID-19. Door deze perikelen dreigt een ander belangrijk feit onder te sneeuwen: de volledige tak Jeugdgezondheidszorg (JGZ) van de Zorgboog komt onder de vleugels van GGD Brabant-Zuidoost. Dit luidt het einde in van 100 jaar JGZ de Zorgboog.
Door deze overname wisselen de consultatiebureaus van de Zorgboog van eigenaar. Voor ouders en hun kind van nul tot vier jaar verandert er niets: de huidige locaties blijven bestaan en de nieuwe consultatiebureaus van de GGD Brabant-Zuidoost leveren gewoon de oude vertrouwde kwaliteitszorg en opvoedingsondersteuning zoals cliënten van de Zorgboog gewend zijn.
Weense zusters De eerste bladzijde van de JGZ werd in 1920 geschreven. Toen richtte de kloostergemeenschap rond de Oostenrijkse oprichtster Elisabeth Eppinger het Wit-Gele kruiswerk in Helmond op. Deze zogeheten Weense zusters werkten er als verpleegsters en beheerden een consultatiebureau voor zuigelingen. Hieruit ontstond de Kruisvereniging Helmond. Geleidelijk werden de functies van de kruisvereniging overgedragen aan Kruiswerk
46
Peelland. In 2004 is Kruiswerk Peelland op haar beurt opgegaan in de Zorgboog
Mooie geschiedenis Op 1 januari 2021 kwam aan deze mooie geschiedenis dus een einde, een verandering die is bepaald door de betrokken gemeenten. Zo volgt de GGD kinderen in hun ontwikkeling vanaf hun vierde levensjaar tot hun achttiende. Om de ontwikkeling van kinderen helemaal te volgen, is hier nu dus de leeftijd van nul tot vier jaar bijgekomen. Met als voordeel dat ouders en kind vanaf het eerste levensjaar bij één organisatie blijven voor kwaliteitszorg en opvoedingsondersteuning. De Zorgboog heeft aanstaande ouders gelukkig niet helemaal losgelaten. Voor fijne en vertrouwde kraamzorg kunnen zij net zoals voorheen gewoon bij de Zorgboog terecht.
47
Jeugdgezondheidszorg JEUGDARTS JEANNE OGIER
Stethoscoop met inscriptie Jeugdarts Jeanne Ogier (61) is samen met zeventig collega’s van de consultatiebureaus overgestapt van de Zorgboog naar GGD Brabant-Zuidoost. Haar vingers dansen teder over haar stethoscoop met de inscriptie ’25 jaar de Zorgboog’. “Sieraden geef ik niets om, daarom heb ik dit gevraagd als jubileumcadeau”, glimlacht ze. Jeanne haalt herinneringen op van vroeger toen elk dorp in het werkgebied van de Zorgboog een consultatiebureau had. “Zelfs tot in Helenaveen toe. Hier kwamen voornamelijk moeders met hun baby. Wij wogen het kindje, keken naar groei en ontwikkeling en deden een gezondheidscheck.”
Baby in beeld Als Jeanne de bezoekers van het consultatiebureau vroeger met nu vergelijkt, ziet ze dat huidige cliënten minder sociale contacten hebben. “Voorheen kwamen moeders meer met het verhaal dat zij onze adviezen ook al hadden gekregen van oma’s en buurvrouwen. Daarnaast was het animo groot voor onze cursussen zoals ‘Baby in beeld’. Nu volgen ouders de cursussen veelal via de computer thuis en komen ze slechts
48
sporadisch nog samen. Toentertijd was het heel gezellig in ons team en had ieder lid zijn specifieke taak. Per kind had je ongeveer zeven minuten en controleerden we ruim twintig kinderen op een ochtend. Was het vroeger het domein van de moeder, nu zie ik ook vaders alleen met hun kindje op het spreekuur. Dat is leuk want zij benaderen het ouderschap op hun eigen wijze.”
Boodschap brengen Gelukkig gaat het met meer dan negentig procent van de onderzochte baby’s goed. Soms moet een minder positieve boodschap worden gebracht. “Dat is best moeilijk”, vindt Jeanne nog steeds na al die jaren. “Als de heupen feitelijk niet goed staan, kun je het kindje eenvoudig doorverwijzen. Blijft het in ontwikkeling achter, is dat veel moeilijker grijpbaar. Ouders moeten dat ook opmerken. Soms vergt dat langere tijd om hen dat duidelijk te maken. Tegenwoordig verwijzen we kinderen veel meer dan vroeger naar specialisten voor een gehoorcheck, ontwikkelingsonderzoek of taalachterstand. Ook zien we ouders van meerdere culturen. Dat vergt heldere en duidelijke communicatie.”
Informele sfeer Volgens de jeugdarts verschilt de werkwijze van de JGZ van de Zorgboog en de GGD niet zoveel. “De zorg en de locaties zijn hetzelfde gebleven. Alleen mis ik de informele sfeer waarin de lijntjes kort waren. De Zorgboog heeft ons overigens geweldig uitgezwaaid, ondanks de coronatijd. We kregen een rit langs de Zorgbooglocaties in Bakel dat eindigde op een parkeerplaats. Hier dansten we de Jerusalema. Daarna nog een mooi woordje van de Raad van Bestuur en een lekker hapje en drankje. Ik en mijn collega’s hebben met pijn in het hart afscheid genomen, maar kijken trots op wat we in al die jaren bij de Zorgboog hebben bereikt.”
49
Thuiszorg MARIA KUIJPERS & LOUS LAURIJSSEN:
De alleskunner en de specialist Al vanaf de start van de Zorgboog in 1996 is haar thuiszorg geroemd in de regio. Nu ondersteunen zelfsturende wijkteams cliënten thuis bij hun positieve gezondheid. In de afgelopen 25 jaar hebben verpleegkundigen Maria Kuijpers (66) en Lous Laurijssen (61) het nodige zien veranderen.
Vóór de Zorgboog bestond, werkte Maria Kuijpers jarenlang in bejaardenhuis Ruijschenbergh in Gemert. “Hier hadden cliënten een zit-slaapkamer met een kleine keuken en deelden samen de badkamer op de gang”, herinnert Maria zich.
Brood smeren en kleding vouwen “Ons verzorgingsteam had veel meer taken dan nu. Naast de verzorging smeerden we brood voor de bewoners, deden de afwas, reinigden de toiletten en vouwden gewassen kleding netjes op. Eigenlijk waren we alleskunners! De verzorging van cliënten was lichamelijk zwaar omdat we bijna geen hulpmiddelen hadden. Tilliften bijvoorbeeld bestonden eenvoudigweg niet. Wel hadden we meer tijd voor cliënten dan nu. We gingen met ze mee tijdens uitstapjes, vierden samen de verjaardag van de directeur en kwamen speciaal terug voor de carnavalsavond. Ik kijk dan ook met plezier terug op deze periode.”
Schriftje In het bejaardenhuis was Maria de eerste verpleegkundige en afdelingshoofd van de ziekenafdeling. Nu is ze inmiddels met pensioen. Toentertijd was
50
privacy minder belangrijk, vertelt ze. “Beneden lag gewoon een schriftje in ons kantoor waarin de nachtdienst wetenswaardigheden van de bewoners noteerde. Wij lazen dit ’s morgens door, zodat we op de hoogte waren. Iedere verzorgende kon hier dus inkijken. Ook hadden we voor iedere cliënt een werklijst in plaats van een zorgindicatietakenlijst. Het maakte dus niet uit of een bewoner veel of weinig ondersteuning nodig had, iedereen kreeg dezelfde zorg.”
Gespecialiseerd Anno 2021 is de zorg gespecialiseerd, bewijst Lous Laurijsen. Zij is verpleegkundige bij het specialistisch verpleegtechnisch team (S-VTT). Het S-VTT van de Zorgboog biedt hoog complexe zorg bij cliënten thuis, zoals zij dit vanuit het ziekenhuis gewend zijn. Bijvoorbeeld het inbrengen van infusen en het toedienen van medicatie via het bloedvat, wat onder andere is bedoeld voor mensen die een antibioticakuur nodig hebben of voor cliënten met een chronische aandoening als multiple sclerose of botontkalking.
51
Thuiszorg
“Cliënten zullen elkaar steeds meer
MARIA KUIJPERS & LOUS LAURIJSSEN
gaan helpen bij bijvoorbeeld boodschappen doen en eten koken, als een soort studentenhuis voor ouderen in een buurt of wijk wat past in de community-gedachte van de Zorgboog.”
Huissleutel onder de emmer “Mijn collega’s en ik verzorgen zowel oudere als jonge cliënten thuis”, licht Lous toe. “In mijn werk zie ik een duidelijk verschil met vroeger. Voorheen hadden we geen navigatiesysteem en moesten in het buitengebied een boerderij zoeken waar een lichtje brandde. Of we kregen de instructie om de huissleutel onder de emmer te pakken om binnen te komen. Door de komst van sleutelkastjes en elektronische sloten bestaat dit niet meer. Daarnaast heeft digitalisering een hoge vlucht genomen. Zo werkt ons team niet op één vaste plek maar vanuit verschillende locaties. Door de computer en internet houden we elkaar precies op de hoogte. Ook is privacy veel belangrijker geworden. Opvragen en delen van persoonlijke informatie kan niet zomaar, je moet overal toestemming voor hebben. Gegevens moeten bovendien altijd beschermd zijn en beveiligd worden verzonden.”
Meer dan het kunstje Volgens Lous is kwaliteit van zorg meer dan ‘alleen hetzelfde kunstje doen’. “Het klopt dat taken duidelijker zijn afgebakend dan vroeger. Als een cliënt een keer wat extra’s aan mij vraagt, bijvoorbeeld de gordijnen
52
sluiten in de kamer, dan doe ik dat ondanks dat dit niet mijn taak is. Wel kijk ik eerst wat de cliënt zelf kan met hulp van de sociale omgeving. Daarna kom ik pas in beeld. Zo ondersteunen we actief de positieve gezondheid van de cliënt zodat deze altijd zelf de regie in handen heeft en langer thuis kan blijven wonen.”
Zorghart Wat in de 25 jaar bij de Zorgboog hetzelfde is gebleven, is het zorghart van de medewerkers, beamen Maria en Lous. “Dat blijft voorop staan. Toch zijn we anders gaan werken: van aanbodgericht naar vraaggericht waarbij de cliënt veel bepaalt binnen onze mogelijkheden. Bovendien zijn we zelfsturende teams geworden met veel verantwoordelijkheid. Daarbij hoort vooruitkijken: wat kunnen we als team bieden, welke zorg vragen cliënten over vijf jaar, hoe ziet deze groep er dan uit? Tegelijkertijd maken we als verpleegkundigen en verzorgenden steeds meer gebruik van elkaars kennis waardoor we problemen samen beter oplossen. Ook zullen cliënten elkaar steeds meer gaan helpen bij bijvoorbeeld boodschappen doen en eten koken, als een soort studentenhuis voor ouderen in een buurt of wijk wat past in de community-gedachte van de Zorgboog.”
53
Medezeggenschap cliënten COMMISSIEVOORZITTER MARGREET JACOBS:
“Medezeggenschap blijft zoektocht” Vanaf de start van de Zorgboog in 1996 heeft de stem van de cliënt altijd doorgeklonken in het beleid van de zorgorganisatie. Eerst vooral lokaal via locatiegebonden cliëntoverleggen, daarna ook centraal via de ledenraadorganisatie van Zorgboogextra. Binnen deze ledenraad is nog een zusje actief: de zeven leden tellende commissie medezeggenschap cliënten. Margreet Jacobs (66) is de gedreven voorzitter.
“In 2015 is Zorgboogextra gevormd. Na enige tijd bleek echter dat de centrale medezeggenschap van cliënten in de ledenraad niet goed genoeg van de grond kwam”, vertelt Margreet. “Deze vorm van inspraak vergt namelijk veel tijd en een specifieke kijk op zaken.”
Machtiging Daarom werd binnen de ledenraad van Zorgboogextra in 2019 een aparte commissie medezeggenschap cliënten ingesteld met Margreet als voorzitter. “Wij buigen ons over allerlei overkoepelende beleidsonderwerpen van de Zorgboog en brengen hierover advies uit aan de Raad van Bestuur. Wij staan dus los van de lokale cliëntoverleggen die zich buigen over het dagelijkse reilen en zeilen in de betreffende Zorgbooglocaties. Voorheen toetste de ledenraad van Zorgboogextra onze besluiten. Dit bleek niet efficiënt, vandaar dat
54
we sinds een aantal jaren een machtiging van de ledenraad hebben. Maar de link tussen onze commissie en Zorgboogextra is standvastig.”
Twee gezichten Als voorbeeld noemt Margreet de mantelzorg. “Deze heeft twee gezichten: mantelzorg voor cliënten van de Zorgboog én mantelzorg voor leden van Zorgboogextra in de regio. Wat kan de commissie en de ledenraadorganisatie hierin samen betekenen? Daarbij is de mening van onze achterban belangrijk. Zo bezoekt een aantal van onze commissieleden diverse locaties en overlegt rechtstreeks met de lokale cliëntenraden. Want wij en de Zorgboog hebben een gezamenlijk belang: een hoge kwaliteit van zorg- en dienstverlening.”
Buiten gebaande paden De commissie medezeggenschap cliënten is nu bezig om de lokale medezeggenschap in de Zorgbooglocaties op een hoger plan te tillen door de inzet van een ondersteuner lokale cliëntenraden. Daarnaast gaat de blik ook naar buiten. Margreet: “De komende jaren worden communities steeds belangrijker. Bovendien hebben we straks een ander soort cliënt die mondiger is en zo lang mogelijk de regie over zijn eigen leven wil behouden. Dat betekent een andere manier van zorgen en buiten de gebaande paden treden. Wij volgen deze ontwikkelingen op de voet. Als ik terugkijk, ben ik trots dat we als commissie medezeggenschap cliënten zover zijn gekomen. Wel blijft medezeggenschap een permanente zoektocht: hoe blijf je op de hoogte van de wensen van cliënten en hoe geef je medezeggenschap vorm binnen de Zorgboog? Hierin ligt de uitdaging.”
55
Gastvrijheid SANNE ROOS & ANJA VAN DEURZEN:
“Goede eerste indruk is goud waard!” Als je Zorgbooglocatie Keyserinnedael in Helmond binnenloopt, zie je links de gezellige Gasterij het Klaverblad. Achter de balie annex koffiecorner staat een vriendelijke cateringmedewerker en gastvrouw. Zij ontvangt je hartelijk en vraagt of ze iets voor jou kan betekenen. Een bezoeker voelt zich direct welkom en geholpen. Gastvrijheid is al 25 jaar tastbaar in elke vezel van de Zorgboog.
Sanne Roos (32) en Anja van Deurzen (61) zijn cateringmedewerker en gastvrouw in het Klaverblad. Zij serveren voornamelijk koffie, thee, verse broodjes en lekkernijen aan cliënten, medewerkers, wijkbewoners en bezoekers. Ook helpen ze bij allerlei activiteiten als dans-, kaart- en dineravonden en de liederentafel.
Kleine dingen Het cateringteam van Keyserinnedael bestaat uit vier vaste krachten, twee oproepkrachten en een weekendhulp. Hun dag begint om tien uur ’s ochtends en loopt door tot half negen ’s avonds, vertellen Sanne en Anja. “Dan komen familie en vrienden van bewoners op bezoek en drinken gezellig een kopje koffie met wat lekkers. Ook houdt het personeel hier pauze. We geven vooral cliënten met dementie persoonlijke aandacht. Bewoners van Keyserinnedael zijn namelijk niet gebonden aan hun eigen woningen en kunnen binnen de
56
gehele locatie zelf kiezen waar ze op dat moment willen zijn. Als we zien dat ze onrustig zijn of het moeilijk hebben, nemen we even de tijd voor een kopje koffie en een gesprekje. We luisteren goed en tonen begrip. Ook hebben we het over ditjes en datjes zodat ze weer rustig worden. Het zijn de kleine dingen die het verschil maken.”
Thuisgevoel Sanne heeft een extra taak die ze zelf heeft bedacht vanuit haar opleiding voeding en diëtetiek. Een paar keer per week maakt ze verse vegetarische soep. Vooral de paprika-tomatensoep en de pompoensoep vallen goed in de smaak. Ook probeert ze nieuwe, gezonde dingen uit zoals pastasalades. Omdat gasterij het Klaverblad een centrale ontmoetingsplek is, kent iedereen ons, vertellen Anja en Sanne. “We hebben heel leuk sociaal werk. Zo maken we elke dag wat mee
en kennen veel bezoekers. Zien we iemand bekends binnenkomen, zetten we al een kopje cappuccino klaar en spreken we hem aan met de voornaam of achternaam. Mensen vinden dat fijn, het geeft ze een thuisgevoel.”
Eerste visitekaartje Bewoners en hun familie voelen zich altijd welkom in de Zorgbooglocaties. Ook in Keyserinnedael. Sanne en Anja: “Gastvrijheid is belangrijk. Een goede, eerste indruk is namelijk goud waard! Wij zorgen dat bewoners het hier fijn hebben door een persoonlijk praatje, een grapje of een arm om iemand heen. Als cateringmedewerker en gastvrouw moet je oog hebben voor de bezoeker. Kijken of we iets kunnen betekenen, want wij zijn vaak het eerste visitekaartje van de Zorgboog.”
57
Zorgboog als opleider PRAKTIJKOPLEIDER KAREN HOITING:
“Student van nu is een andere dan straks” Het opleiden van ijzersterke zorgprofessionals is al 25 jaar het handelsmerk van de Zorgboog. Zo werkt ze intensief samen met verschillende mbo- en hbo-opleidingen en collega-instellingen. Nu de zorg onder druk staat door de zorgkloof, is het nog belangrijker om zoveel mogelijk studenten te scholen in het zorgvak en medewerkers bij te spijkeren in de laatste technieken.
Leerlingen en stagiaires krijgen bij de Zorgboog alle ruimte om het zorgvak onder de knie te krijgen, zowel in de locaties als in de wijk bij cliënten thuis. Ook zorgt ze ervoor dat medewerkers hun kennis en vaardigheden op allerlei manieren kunnen verbreden en aanscherpen.
Waaier aan mogelijkheden “Bij de Zorgboog hebben we een waaier aan opleidingsmogelijkheden”, vertelt praktijkopleider en verpleegkundige Karen Hoiting. “Mensen komen bij ons bijvoorbeeld in dienst als leerling en volgen een opleiding op verschillende niveaus. Daarnaast biedt de Zorgboog stageplaatsen aan mbo- en hbo-studenten en zij-instromers. Hierbij werkt de Zorgboog intensief samen met scholen en collega-instellingen. Samen leiden we studenten op tot gekwalificeerd helpende, verzorgende en verpleegkundige.”
58
Zorgcampus de Peel Eén van de wegen waarop leerlingen een opleiding kunnen volgen, is Zorgcampus de Peel. Een samenwerkingsinitiatief van diverse (zorg)organisaties waaronder de Zorgboog, ROC Ter AA en Fontys Hogescholen. Via de Zorgcampus volgen leerlingen een tweejarige opleiding als verpleegkundige. Het doel is het aantrekkelijk maken van de zorg in de Peelregio, het behouden van bestaande zorgmedewerkers én het bieden van carrièrekansen. De leerlingen van Zorgcampus de Peel gaan één dag per week naar school. Op de andere dagen leren zij het vak als verpleegkundige in de praktijk. Leerlingen lopen gedurende de opleiding stage bij een aantal aangesloten zorgorganisaties. Zij kijken in de keuken en zien wat het beste bij hen past. Als ze klaar zijn met hun opleiding, kunnen ze in dienst treden bij een van de samenwerkingspartners.
59
Zorgboog als opleider PRAKTIJKOPLEIDER KAREN HOITING
“Wat ik hoop dat hetzelfde blijft, is dat studenten zich voldoende kunnen blijven focussen op hun opleiding – ze moeten immers al zoveel ballen in de lucht Leerafdeling Om de opleidingsmogelijkheden binnen de Zorgboog in goede banen te leiden, zijn twee opleidingsadviseurs actief. Zij vormen het aanspreekpunt voor de praktijkopleiders. Karen is praktijkopleider op leerafdeling de Bongerd in Zorgbooglocatie de Nieuwenhof in Deurne. “We hebben leerafdelingen op diverse locaties. Op een leerafdeling krijgen stagiaires en leerlingen meer verantwoordelijkheid dan op een doorsnee stageplaats. Zij draaien onder professionele begeleiding zelfstandig een afdeling. Stagiaires, leerlingen én cliënten zijn tevreden over deze opzet. Zo breiden we in Keyserinnedael de leerafdeling zelfs uit van twee naar zes woningen.”
Voorbehouden handelingen Naar wens kunnen ook medewerkers van de Zorgboog zich bijscholen via een uitgebreid aanbod aan e-learningmodules en praktijklessen. Zo start de zorgorganisatie begin 2022 opnieuw met de halfjaarlijkse praktijkscholing ‘voorbehouden risicovolle verpleegtechnische handelingen’ voor verpleegkundigen.
60
Bijvoorbeeld katheteriseren, injecties toedienen, medicijnen uitdelen, sondevoeding geven en een maagsonde inbrengen. Een groep praktijkopleiders kijkt per locatie en afdeling welke voorbehouden handelingen extra aandacht verdienen. Met praktijklessen frissen zij de kennis en vaardigheden bij medewerkers op waardoor de kwaliteit van zorg op een hoog peil blijft.
Geniet maximaal Als Karen Hoiting 25 jaar vooruitkijkt, ziet ze dat het gebruik van zorgtechnologie vanzelfsprekend is geworden binnen de zorg. “Als opleider moeten we hierin meegroeien, zodat we als Zorgboog de ontwikkelingen steeds een stapje voor blijven. Dit betekent dat je studenten anders moet gaan opleiden, want de student van nu is een andere dan straks. Technologie vraagt immers andere vaardigheden. Wat ik hoop dat hetzelfde blijft, is dat studenten zich voldoende kunnen blijven focussen op hun opleiding – ze moeten immers al zoveel ballen in de lucht houden. Daarom steek ik de student graag nog een hart onder de riem: profiteer en geniet maximaal van je praktijktijd bij de Zorgboog!”
houden. Daarom steek ik de student graag nog een hart onder de riem: profiteer en geniet maximaal van je praktijktijd bij de Zorgboog!”
61
Vrijwilligers ANGELINE LEPINE-LUITEN:
“Inzet vrijwilligers werkt als Haarlemmer olie” Sinds 1996 zetten ruim duizend vrijwilligers zich elke dag maximaal in voor de cliënten van de Zorgboog. Koken, wandelen, bingo, bloemschikken, schilderen, tuinonderhoud of gewoon een gezellig praatje. “Via hun betrokkenheid en eigen talenten leveren ze een onmisbare bijdrage aan de dagelijkse gang van zaken”, zegt voorzitter Angeline Lepine-Luiten van de adviesraad vrijwilligers.
De adviesraad vrijwilligers is gesprekspartner van de Raad van Bestuur van de Zorgboog. De raad geeft advies over onder andere strategie, opleidingsplannen, begeleiding en waardering van vrijwilligers. Sinds een half jaar mag Angeline Lepine-Luiten deze adviesraad voorzitten.
Drie categorieën “Als je de groep vrijwilligers overziet, kijk je naar een heel divers gezelschap. Toch kunnen we grofweg drie categorieën onderscheiden: Ten eerste mensen die helemaal zelfstandig werken zonder verbinding met een zorgteam. Daarnaast vrijwilligers die speciaal komen voor activiteiten in de locaties. En ten slotte mensen die vast onderdeel zijn van een zorgteam en de welzijnsprofessionals ondersteunen. Elke vrijwilligersgroep vraagt om specifieke begeleiding, training, communicatie, planning en waardering. Als overkoepelende vrijwilligersraad adviseren we aan de bestuurders wat wij zien als de beste aanpak.”
62
Nuttig zijn en erbij horen Volgens de voorzitter is verbondenheid met een Zorgbooglocatie een belangrijke drive voor de meeste vrijwilligers. “Vrijwilligers werken niet voor geld, maar willen nuttig zijn en erbij horen. Wat hen motiveert, is waardering van cliënten en personeel. Dat hoor ik vaak. Wat ik ook merk, is dat het vrijwilligerswerk door de jaren heen steeds meer professionaliseert. Zo hebben we binnen de Zorgboog een vrijwilligersbeleid en vrijwilligerscoördinatoren. Vrijwilligerswerk is immers niet vrijblijvend – men rekent op je! Daar staat tegenover dat je bij de Zorgboog veel ruimte krijgt om zelf te beslissen wat je het liefste bijdraagt. Ook legt de Zorgboog vanuit de centrale communicatie de vrijwilligers met aandacht in de watten. Altijd leuk om weer een verrassing in je brievenbus te ontvangen!”
Groeiende zorgkloof Vanwege de sterk groeiende zorgkloof tussen vraag naar en aanbod van zorgprofessionals, legt de
Zorgboog de komende jaren steeds meer de focus op positieve gezondheid – wat kan iemand nog wel. Plus het inrichten van communities waarin zowel maatschappelijke organisaties, scholen, mantelzorgers als ook vrijwilligers en werknemers van de Zorgboog een belangrijke rol spelen. Vrijwilligers krijgen hier dus een steeds groter aandeel in, benadrukt Angeline.
Met hart en ziel “Daarom is het programma ‘Samen de Zorgboog’ zo belangrijk. Want alleen samen kunnen we een antwoord bieden aan de (maatschappelijke) uitdagingen die voor ons liggen. Vrijwilligers zo goed mogelijk inzetten past hier prima bij. Als Haarlemmerolie: want vrijwilligers zijn mensen die automatisch de verbinding zoeken en overal waar mogelijk andere mensen met hart en ziel helpen. Bovendien zorgen ze niet alleen voor een maaltijd of gezelligheid, maar geven ook veel aandacht aan cliënten en bewoners. Dat komt de kwaliteit van zorg- en dienstverlening alleen maar ten goede.”
63
Wonen - toen en nu WILL TIELEMANS & JANTIEN DE JONG:
Aandacht voor ontmoeting blijft rode draad Al 25 jaar wonen cliënten in locaties van de Zorgboog. De komende jaren gaat dit steeds meer veranderen als antwoord op de groeiende zorgkloof. Zo zet de zorgorganisatie samen met onder andere gemeenten en woningbouwcorporaties vol in op het opzetten van netwerkvoorzieningen in lokale woongemeenschappen ofwel communities.
Will Tielemans (projectontwikkelaar vastgoed) en Jantien de Jong (programmaleider bouwen aan communities) kijken terug en werpen een blik vooruit op wonen bij de Zorgboog.
Welke woonvormen had de Zorgboog bij de start in 1996? “Als je destijds met pensioen ging, kon je al naar een verzorgingshuis. Toen waren de meeste bewoners nog fit en mobiel – ze hadden hun eigen garagebox en zetten hun fiets in de stalling. Het verpleeghuis daarentegen was gericht op zwaardere zorg voor mensen met gezondheidsproblemen. Had je als verzorgingshuisbewoner meer zorg nodig, dan moest je verplicht verhuizen naar een verpleeghuis. Dat was de regel. Toch heeft de Zorgboog door haar komst ervoor gezorgd dat elke locatie één zorgpakket aanbood. Zo behoorden de noodzakelijke verhuizingen
64
gaandeweg tot het verleden. Ook ondersteunden we cliënten steeds vaker thuis waardoor zij zo lang mogelijk zelfstandig konden blijven wonen in hun eigen sociale omgeving. Zo liepen we al vooruit op het nieuwe zorgbeleid van 2013, waarbij wonen en zorg werden gescheiden en het verzorgingshuis verdween.”
Veranderde in die jaren ook de groep bewoners? “Mensen kwamen relatief jong binnen en woonden soms tot wel vijftien jaar in onze locaties. Dat verblijf is veel korter geworden omdat de huidige cliënten een stuk ouder zijn als ze binnenkomen. Ook hebben zij een zwaardere zorgvraag. Daarentegen is de kwaliteit van zorg en privacy duidelijk verbeterd. Toen in 1987 verpleeghuis Keyserinnedael in Helmond werd gebouwd, moest het gebouw volgens de wet- en regelgeving nog met vierpersoonskamers worden uitgerust.
65
Wonen - toen en nu
“Als je de deuren open zet voor mensen uit de wijk, heb je een prachtige faciliteit voor
WILL TIELEMANS & JANTIEN DE JONG
mensen die behoefte hebben aan zorg en welzijn. Hiermee vervaagt ook steeds meer de grens tussen cliënten die in onze locaties wonen en die daarbuiten verblijven.”
Nu bouwen we met veel aandacht voor privacy. Het mooie is ook dat in de afgelopen 25 jaar de aandacht voor ontmoeting is behouden en dat blijft ook de rode draad voor de toekomst! Bijvoorbeeld met de huiskamers op de woongroepen. Bovendien waren de verpleeg- en verzorgingshuizen kleine gemeenschappen. Nu staan onze Zorgbooglocaties in open verbinding met het dorp en de wijk.”
Wat hebben jullie gemerkt van de omslag van grootschalig wonen naar kleinschalig wonen? “Vroeger had de Zorgboog veel grootschalige voorzieningen zoals de Jan de Witkliniek en St. Jozefsheil op het landgoed in Bakel. Hier woonden in de piekjaren ruim driehonderd mensen. Als je naar ‘Bakel’ moet, is het niet goed, zei men toen. Op een bepaald moment zijn we in dorpen kleinschalige woonvoorzieningen gaan bouwen zoals in Someren, Stiphout, Brandevoort,
66
Zeilberg en Liessel. Grootschalig waren ook de woongroepen van meer dan dertig bewoners met soms maar één huiskamer. Dit gaf onrust, vooral voor mensen met dementie. Tijd dus voor kleinschalige woonvoorzieningen met kleine woongroepen. Een vertrouwde plek waar een normaal dagritme wordt gevolgd en waar volop ruimte is voor persoonlijke aandacht.”
Richt de Zorgboog zich de komende jaren nog op andere groepen? “Onze organisatie gaat zich nog meer specialiseren op bijzondere doelgroepen zoals mensen die revalideren na een ziekenhuisopname, mensen met een niet-aangeboren hersenletsel, jonge mensen met dementie, personen met gedragsproblemen en terminale cliënten die niet meer thuis kunnen wonen. Dit vraagt om woonvormen en voorzieningen die op de doelgroep zijn afgestemd.
Hoe ziet het wonen in de toekomst eruit? “Je ziet dat de zorg en het wonen onder druk staan door de zorgkloof. Nederland vergrijst, we worden steeds ouder en de zorgvraag neemt toe, terwijl het aantal beschikbare zorgprofessionals juist daalt. Daarom zet de Zorgboog samen met andere organisaties netwerkvoorzieningen op in lokale woongemeenschappen ofwel communities. Zo geven we zoveel mogelijk zorg en ondersteuning in de eigen woonsituatie en werken we actief aan positieve gezondheid. Hierdoor kunnen mensen zo lang mogelijk zelfstandig thuis blijven wonen met maximale regie over hun eigen leven. Bij de Berken in Milheeze en Zonnetij Aarle-Rixtel hebben we de community-gedachte al doorgevoerd. Bewoners huren van de woningbouwcorporatie, wij verlenen hier wijkzorg. De buurtvereniging verzorgt weer de activiteiten en jongeren koken voor onze cliënten als dagbestedingsactiviteit. Door slimme samenwerking bieden we een kwalitatief hoogwaardig dienstenpakket,
terwijl onze zorgmedewerkers zich kunnen richten op hun expertise. Een win-winsituatie!”
Verdwijnen de bekende Zorgbooglocaties dan op den duur? “Nee, de Zorgbooglocaties blijven de komende jaren belangrijke ontmoetingsplekken in deze woongemeenschappen. Neem de Nieuwenhof in Deurne. Als je hier de deuren nog meer openzet voor mensen uit de wijk, heb je een prachtige faciliteit voor mensen uit buurt en wijk die behoefte hebben aan zorg en welzijn. Hiermee vervaagt ook steeds meer de grens tussen cliënten die in onze locaties wonen en die daarbuiten verblijven.”
67
Innovatie CHRISTEL EIJSBOUTS & WINANDA TAN:
Papier, fax en pieper schuiven opzij voor smartphone, laptop en zorgtechnologie Innovatie met zorgtechnologie is voor de jubilerende Zorgboog nog nooit zo belangrijk geweest als nu. Mede door de inzet van onder meer medicijndispensers, leefstijlmonitoring, slimme sensoren en handige apps kan de organisatie anders zorgen. Hierdoor behouden cliënten de eigen regie en kunnen ze langer thuis blijven wonen. Bovendien ontlast de Zorgboog haar zorgmedewerkers en ondersteunt tegelijkertijd de mantelzorgers.
De laatste jaren verschijnen in rap tempo zorgtechnologische hulpmiddelen op de markt. Om niet te verdwalen in dit grote technologische woud, speurt het innovatieteam van de Zorgboog gericht naar nieuwe oplossingen. Voor praktische tips en trucs kunnen zorgmedewerkers, cliënten en mantelzorgers weer terecht bij speciale i-nurses, de ambassadeurs van zorgtechnologie binnen de Zorgboog.
Omslag Verzorgende Christel Eijsbouts van wijkteam LieshoutMariahout is één van de i-nurses. Zij vertelt over de omslag naar automatisering binnen de zorg. “Met de komst van de mobiele telefoon, tablet en laptop is er veel veranderd. Vroeger schreven we alles op papier, nu verwerken we veel gegevens digitaal op de verschillende apparaten. Ook rijden we snel en foutloos met
68
de TomTom naar cliënten, terwijl we vroeger de weg vonden via uitgeprinte routes uit de fax. Zocht iemand ons, dan werden we opgepiept en moesten we op zoek naar een vaste telefoon om terug te bellen. Met onze smartphone zijn we overal bereikbaar, verrichten we steeds meer taken online en kunnen allerlei actuele informatie direct tevoorschijn halen zoals de planning, overdracht en bijzonderheden over individuele cliënten. Zo komen we beter beslagen ten ijs.”
Anders zorgen Voor zowel de cliënt als de Zorgboog zijn zorgtechnologische hulpmiddelen zoals de medicijndispenser cMed Plus een uitkomst. De komende jaren groeit namelijk niet alleen het aantal ouderen dat behoefte heeft aan zorg. Ook hun zorgvragen worden ingewikkelder. Tegelijkertijd daalt het aantal zorgprofessionals.
Hierdoor ontstaat een ‘zorgkloof’ tussen vraag en aanbod en neemt de druk op de zorg alleen maar toe. Daarom zoekt de Zorgboog naar nieuwe manieren om anders te zorgen, waarbij ze uitgaat van positieve gezondheid. Door de inzet van innovatieve technologie kan de cliënt langer zelfstandig thuis blijven wonen. Ook kan de Zorgboog met hetzelfde aantal medewerkers meer cliënten bedienen met zorg en ondersteuning.
Bruikbare oplossingen Oud-verpleegkundige in de wijk Winanda Tan is innovatieambassadeur en lid van het innovatieteam. Zij en haar drie teamleden volgen nauwlettend de markt van zorgtechnologie en gaan op zoek naar bruikbare oplossingen. “Als een vraag bij ons binnenkomt, zoeken wij naar een hulpmiddel dat daarbij past. Hierbij werken we nauw samen met andere zorgorganisaties, ziekenhuizen, huisartsen en apotheken. Ook hebben we contact met opleidingsinstituten voor wetenschappelijk onderzoek. Belangrijk is het contact met i-nurses omdat zij samen
met cliënten het hulpmiddel in de praktijk testen. Voldoet het tijdens de proefperiode en welke leverancier komt het beste uit de bus? Hier proberen we een antwoord op te vinden. Als de zorgtechnologie werkt, rollen we deze uit binnen de Zorgboog mét de juiste instructies voor de i-nurses. Zij zorgen op hun beurt voor de introductie in de teams en bij de cliënten.”
Leefritme meten “Momenteel testen we verschillende zorgtechnologische hulpmiddelen in de praktijk”, licht i-nurse Christel toe. “Bijvoorbeeld de automatische medicijndispenser cMed Plus, het elektronische sluitsysteem Telelock waarmee je via een app de deur kan openen, leefstijlmonitoring Sensara dat het leefritme van de cliënt meet en de mobiele hefstoel Raizer om zonder extra hulp een gevallen persoon van de grond te tillen. Maar ook ‘gewone’ hulpmiddelen worden steeds gebruiksvriendelijker zoals de oogdruppelbril. Allemaal oplossingen om de cliënt met zoveel mogelijk eigen regie zo lang
69
Innovatie CHRISTEL EIJSBOUTS & WINANDA TAN
“We gaan met leefcirkels werken, hierdoor krijgt iedere cliënt, dus ook bewoners met dementie, maximale bewegingsvrijheid. Daarnaast kunnen we door beeldbellen straks op afstand zorg leveren waardoor we mogelijk zelfstandig thuis te laten wonen. Tenminste als de cliënt en de zorgmedewerker kunnen omgaan met deze nieuwe technieken, daar staat of valt het mee. Vandaar onze ondersteunende rol als i-nurse.”
Poolshoogte nemen Het mooie van zorgtechnologische hulpmiddellen zoals de medicijndispenser en leefstijlmonitoring is dat de familie, mantelzorgers en zorgmedewerkers op afstand via een app kunnen controleren of het goed gaat, onderschrijven Winanda en Christel. “Hierdoor ben je zeker van je zaak zonder dat je ter plekke poolshoogte moet nemen. Bovendien sluit dit prima aan op de community-gedachte van de Zorgboog, waarbij we steeds meer samen doen met de familie en mantelzorgers. De komende jaren zullen we zien dat zorgtechnologie steeds meer in de dagelijkse zorg wordt verweven. Zo gaan we op de Zorgbooglocaties werken met leefcirkels. Door deze maatgerichte technologie krijgt
70
iedere cliënt, dus ook bewoners met dementie, maximale bewegingsvrijheid. Daarnaast neemt de veiligheid thuis toe met het Telelock-systeem. Ten slotte kunnen we door beeldbellen straks op afstand zorg leveren waardoor we ruimte krijgen om meer cliënten te ondersteunen bij hun zorgvraag.”
ruimte krijgen om meer cliënten te ondersteunen bij hun zorgvraag.”
71
Hospice RENE LEUWERINK:
“De dood mag er zijn, maar we vieren het leven’’ Hospice de Populier in Bakel is een baken van troost in tijden van verdriet. Mensen die aan het laatste hoofdstuk van hun leven zijn begonnen, worden hier omringd met warme zorg van een hecht en betrokken team. Zo ontvangt de Zorgboog al meer dan een decennium gasten en hun naasten om op een waardige en liefdevolle wijze afscheid van het leven te nemen.
“Ongeneeslijk zieke mensen die niet meer thuis kunnen wonen, komen naar ons hospice voor stervensbegeleiding ofwel palliatief terminale zorg in de laatste drie maanden van hun leven”, vertelt 1ste verpleegkundige Rene Leuwerink.
Met een lach en een traan “Gasten vertellen ons wat zij nog belangrijk vinden in de tijd die hen nog rest. Tijdens het verblijf behandelen we de symptomen met goede medische zorg, zodat hun levenskwaliteit elke dag zo optimaal mogelijk is. Het algemene beeld dat achter onze voordeur alleen het verdriet regeert, klopt niet. Net als thuis vieren we hier het leven met een lach en een traan. We proberen elke dag het maximale eruit te halen. Samen hebben we dus ook veel plezier. Het kan voorkomen dat de klachten naar de achtergrond verdwijnen en gasten na drie maanden enigszins herstellen. Dan zorgen we
72
in goed overleg voor een vervolgverblijf thuis of in een andere instelling.”
Onmisbare vrijwilligers De voorloper van hospice de Populier was de hospiceafdeling Mariëngaarde in Aarle-Rixtel. Hier startte de Zorgboog in 2008 met palliatief terminale zorg voor zeven gasten. Na de verhuizing in 2012 van het hospice naar Bakel is het aantal bedden verhoogd naar twaalf waaronder twee voor hoog complexe zorg. De Populier is een zogeheten high care hospice dat 24/7 open is. Gasten en familie prijzen de warme zorg van het betrokken zorgteam bestaande uit palliatief verpleegkundigen, verzorgenden IG en vrijwilligers. Deze laatste groep is onmisbaar in het hospice. Zij verrichten vol enthousiasme allerlei hand- en spandiensten zoals koken, hand- en voetmassages, zorgondersteuning, creatieve activiteiten en tuinonderhoud.
Kleine, waardevolle dingen Volgens Rene is de stervensbegeleiding in het hospice gericht op de zin van het leven. “De dood en het sterven mogen er zijn, maar we vieren samen het leven. Dat zit ooit in kleine, waardevolle dingen. Bijvoorbeeld het echtpaar dat in het hospice hun trouwdag uitgebreid heeft gevierd. Of de ingesproken verjaardagboodschap van een overleden moeder aan haar zoon. Maar ook het schenken van een zelfportret – vervaardigd door beeldend begeleider Nel Leijsten – door een man aan zijn zieke vrouw onder de Eiffeltoren in Parijs. Ik werk al meer dan veertig jaar in de zorg, waarvan het grootste gedeelte bij de Zorgboog. In al die jaren heb ik nog nooit zo’n super hecht en betrokken team gezien als in het hospice. We maken alles bespreekbaar en vinden steun bij elkaar. Zo kunnen we ook de komende jaren de best mogelijke zorg en ondersteuning blijven geven.”
73
UKON/onderzoek MAARTJE KOKX:
Cliënt profiteert van de beste ouderenzorg volgens de laatste inzichten” Meten is weten. Dat geldt ook in de ouderenzorg. Het doorgronden hiervan vergt gedegen onderzoek en een helder overzicht van feiten, cijfers en data. Daarom zijn hbo- en mboopleidingen betrokken bij diverse onderzoeksprojecten binnen de Zorgboog. Daarnaast neemt de zorgorganisatie actief deel aan het universitair kennisnetwerk UKON. Door analyse, kennisdeling en praktijkstudies verbetert ze de kwaliteit van ouderenzorg.
“Bij de Zorgboog voeren we allerlei onderzoeken uit”, vertelt GZ-psycholoog Maartje Kokx. “Hieruit vloeien conclusies en verbeteringen. Deze voeren we door in de praktijk, zodat onze cliënten altijd optimaal profiteren van de beste ouderenzorg volgens de laatste inzichten.”
Hans van den Bosch-prijs Naast GZ-psycholoog bij de Zorgboog is Maartje Kokx vervangend voorzitter van de interne commissie onderzoek en praktijk. Deze commissie is weer onderdeel van het samenwerkingsverband UKON (Universitair Kennisnetwerk Ouderenzorg Nijmegen). “Onze organisatie is één van de negentien deelnemende zorginstellingen die samen met het Nijmeegse academische ziekenhuis Radboudumc het UKON vormen. Voormalig RvB-lid Hans van den Bosch van de Zorgboog is zelfs één van de grondleggers van de voorloper UVNN, welke in 2010 is omgedoopt tot UKON.
74
Alle deelnemers delen onder andere in het jaarlijkse symposium hun praktijkkennis en innovaties, waarbij het beste idee de Hans van den Bosch-prijs wint. Ook brengen ze onderwerpen in waarmee onderzoekers aan de slag gaan. Op die manier vormt het kennisnetwerk een verbinding tussen onderzoek en praktijk.”
Praktijkstudies Aan praktijkstudies doen proefpersonen mee. Zo neemt een aantal cliënten, verzorgenden en behandelaren van Keyserinnedael in Helmond deel aan het onderzoeksproject ‘Samen in Actie Bij Apathie’. “De proefpersonen zijn cliënten met dementie die een bepaalde score halen in apathisch gedrag”, verduidelijkt Maartje. “Uit eerdere onderzoeken en studies weten we immers dat cliënten met apathie een lagere kwaliteit van leven én een kortere levensverwachting hebben. Daarom proberen we door zogeheten interventies de apathie
te doorbreken. Je kunt dan denken aan activiteiten als een praatje maken over de kleinkinderen, wandelen in de tuin, een fotoboek doorkijken en luisteren naar muziek. Het is belangrijk dat dit persoonsgericht is: wat zijn de positieve prikkels voor deze cliënt en hoe kunnen we die optimaal gebruiken?” Alle data is inmiddels verzameld. Na analyse volgen de resultaten die de Zorgboog en de andere UKON-deelnemers praktisch toepassen in de bestaande zorg en ondersteuning.
Science practitioner De science practitioner speelt een belangrijke ondersteunende rol in het onderzoek, benadrukt Maartje. “De science practitioner helpt onze organisatie om vanuit allerlei onderzoeken – zowel binnen als buiten de Zorgboog – mee te kijken welke resultaten van belang kunnen zijn voor implementatie, passend bij de uitgezette Zorgboogkoers. Ook ondersteunt hij medewerkers in het vinden van relevante onderzoeksvragen en de opzet van onderzoeksvoorstellen.”
Scherp kijken Een van de onderzoeksgebieden is het testen van zorgtechnologie. Bijvoorbeeld slim incontinentiemateriaal waarbij sensoren de verzadiging van het materiaal aangeven. Hierbij wordt steeds verder ingezoomd op de individuele cliënt. “Zorgtechnologie is één van de manieren waarop we onrust bij de cliënt met dementie kunnen voorkomen”, licht de GZ-psycholoog toe. “Ook blijven we scherp kijken. Zaken die we twintig jaar geleden vanzelfsprekend vonden, zijn dat niet meer. Neem bijvoorbeeld de heupprotectors voor ouderen tegen het vallen. Die waren toen helemaal hot. Inmiddels blijkt uit diverse onderzoeken dat die het risico op heupbreuk juist groter maken als ze niet goed aansluiten. Zo volgt de Zorgboog wetenschappelijke ontwikkelingen en onderzoeksresultaten op de voet en stelt haar werkwijze continu bij.”
75
Algemene dienst GERALD VAN MEEL:
Smeerolie van de organisatie In het goederenmagazijn van de Zorgboog achter het hoofdkantoor aan de Vuurijzer in Deurne, staan volle rolcontainers in slagvolgorde. Verband, bezemstelen, koffie, incontinentiemateriaal, pennen, schoonmaakmiddel en een computertafeltje: alles in dozen en gedocumenteerd. Als een volleerd inspecteur loopt Gerald ze een voor een langs. “Na controle van het ordernummer akkoord bevonden? Dan rol ik de containers met goederen voor de locaties links of rechts tegen de muur naar gelang de route die de vrachtwagen rijdt”, verklapt de interne allround medewerker opgewekt.
Samen met zijn tien collega’s van de algemene dienst bevoorraadt Gerald van Meel (58) al vele jaren de locaties en afdelingen van de Zorgboog met alle denkbare goederen. Tegelijkertijd verwerken ze de ingaande en uitgaande post. Zo vormt de algemene dienst de smeerolie van de organisatie. “Dinsdag is een van onze drukste dagen”, zegt Gerald. “Veel leveranciers zetten hier dan hun bestellingen neer. Met z’n tweeën controleren we de lading en sorteren de dozen en pakketten die daarna naar de locaties worden getransporteerd. Voor een zo gunstig mogelijke bezorging hebben we het uitgesplitst in twee routes: de een richting Asten, de andere richting Bakel.”
Spijkstaal wagentje Gerald van Meel werkt sinds 2004 bij de Zorgboog. Toentertijd uitsluitend op het landgoed in Bakel.
76
“Met mijn elektrisch Spijkstaal wagentje haalde ik bij de linnenkamer het schone wasgoed op en leverde dit bij Sint Jozefsheil en Jan de Witkliniek weer af. In tegenstelling tot nu hadden we een groot magazijn vol voorraad. Ook met etenswaar. Zo bracht ik de etenskarren om twaalf uur ’s middags vanaf de keuken naar beide locaties. Een uur later ging ik met de lege karren weer terug. Altijd hurry up, maar altijd gezellig. Ik kwam overal en sprak veel mensen. Ook maakten we regelmatig een grapje, dat bracht leven in de brouwerij. Nu zie ik weinig andere collega’s en dat mis ik wel.”
de computer. Hierdoor ziet de afdeling Inkoop dat de bestelde goederen zijn binnengekomen. Soms een hele kluif, bewijst het dikke pakket aan order- en pakbonnen waarmee Gerald wappert. “Deze moeten vandaag nog worden ingeboekt op de computer”, zegt hij krachtig. Ook al staat de druk erop, de sfeer bij de algemene dienst blijft altijd gemoedelijk. “Je werkt met mensen en dat is toch het mooiste wat er is”, glimlacht Gerald. “De afwisseling vind ik fijn. Je zit niet de hele dag in dezelfde ruimte achter de computer. Dan ben je weer hier, dan weer op de locaties. Steeds dingen bedenken hoe we gemakkelijker en soepeler kunnen werken voor mij, mijn collega’s en onze cliënten. Dat maakt mijn vak zo leuk én mooi!”
Gemoedelijke sfeer
Blauwe postzakken
Pakbonnummers van de binnengekomen goederen moeten overeenkomen met ordernummers. Bij een groen vinkje kloppen de medewerkers van de algemene dienst op het kantoor de gegevens handmatig in op
Even later staat Gerald in de postkamer aan de overzijde van het magazijn. Een batterij aan postbakjes voor elke afdeling sieren de wand, precies op volgorde volgens de twee routes. Duidelijk het domein van een
postsorteerder. Door de digitalisering is het volume aan post enorm geslonken, bewijst de stapel lege blauwe postzakken onder de tafel. “Vroeger zat zo’n grote zak helemaal vol voor één locatie! Nu heb je eigenlijk per locatie nog maar een gedeelte van de postzak gevuld. Zo zie je dat de digitalisering en automatisering de komende jaren steeds sneller gaan. Dat geldt ook voor ons magazijn. Toch is dat niet altijd heilig. Als in een geautomatiseerd systeem iets fout gaat, is het bingo! Dan ligt alles ineens stil. Behalve onze handjes, die blijven doorpezen. Daarom voorzie ik dat een gedeelte van onze arbeid altijd handwerk zal blijven.”
77
Zorgcentrale KIM VERBAARSCHOT:
Spin in het web van de Zorgboog ‘Goedemiddag, u belt met de zorgcentrale van de Zorgboog. Wat kan ik voor u doen?’. Als je een vraag hebt aan of op zoek bent naar (algemene) informatie, bel je het centrale nummer van de Zorgboog. De telefoon wordt dan aangenomen door één van de veertien zorgcentralisten, allen met een verpleegkundige achtergrond. Samen dragen zij zorg voor een 24/7 bereikbaarheid van de Zorgboog.
De zorgcentralisten zijn ware meesters in het verstrekken van informatie. Zij ontvangen dagelijks een veelheid aan telefonische vragen en e-mails van cliënten, families, mantelzorgers, verwijzers en andere ketenpartners.
Diversiteit Onderwerpen waarover wordt gebeld, zijn zeer verschillend. Van de zorgcentralisten wordt verwacht dat zij niet alleen goed op de hoogte zijn van alle aspecten van de Zorgboog, maar ook van de regionale kaart. Verpleegkundig zorgcentralist Kim Verbaarschot (36) noemt een paar voorbeelden. “We beantwoorden vragen over wijkzorg en wijkverpleging, kraamzorg, personenalarmering en Zorgboogextra. Ook ontvangen we storingsmeldingen buiten kantoortijd, aanvragen voor continue nachtzorg, tijdelijke opnamemogelijkheden en afspraken voor Zorgboog in Balans.” Daarnaast ondersteunen de zorgcentralisten de casemanagers
78
dementie. Kim: “Als een aanvraag voor de casemanager dementie bij ons binnenkomt, proberen we de hulpvraag duidelijk te krijgen en beoordelen we of en hoe de casemanager kan worden ingezet. Daar komt onze verpleegkundige achtergrond goed bij van pas.”
Voordeur en vraagbaak Naast dé voordeur voor de Zorgboog, is het team van de zorgcentrale ook vraagbaak voor collega’s binnen de Zorgboog. Bijvoorbeeld voor overleg over inhoudelijke (verpleegkundige) zaken en verwijzing naar de juiste persoon of afdeling binnen de organisatie. “Vaak kunnen wij zelf informatie geven aan de hand van ons uitgebreide handboek met informatie over alle disciplines van de Zorgboog”, verklaart Kim. “Als wij zelf geen antwoord kunnen geven, dan verbinden we door met de desbetreffende afdeling binnen de Zorgboog of sturen we een e-mail naar de desbetreffende afdeling.
Tevens zijn alle zorgcentralisten op de hoogte van alle bereikbaarheidsdiensten en kunnen dus ook collega’s daarmee van dienst zijn.”
Bijzondere positie Telefoontjes beantwoorden is slechts één kant van de medaille. Het verwerken van de vele e-mailberichten die dagelijks binnenkomen in de algemene mailbox van de Zorgboog, is de andere. Tel daarbij ook nog aanvragen en overdrachten via beveiligde verbindingen zoals Zorgdomein en Zorgmail, en je hebt de bijzondere positie van de zorgcentralisten te pakken: een spin in het web van de Zorgboog. “Wij werken zowel vanuit het centrale kantoor van de Zorgboog aan de Vuurijzer in Deurne als vanuit thuis”, vertelt Kim. “Tijdens de avond-, nacht- en weekenduren zijn wij bereikbaar voor zaken die niet kunnen wachten tot de volgende werkdag. Bijvoorbeeld ongeplande zorg, het aanmelden van een nieuwe cliënt of een alarmering.”
Rustig blijven Volgens Kim Verbaarschot is elke dag anders. “Rustig blijven, goed luisteren, begrip tonen, de situatie inschatten en snel schakelen zijn belangrijke eigenschappen. Je komt via de telefoon namelijk ook in aanraking met heftige zaken: iemand heeft onmiddellijk hulp nodig of een van de externe hulpdiensten zoekt contact. Het vinden van een passende oplossing voor een probleem kan heel complex zijn en daardoor wat meer tijd in beslag nemen. Maar wat de vraag ook is, we proberen altijd een antwoord te geven of door te verwijzen naar de juiste persoon. Als zorgcentrale-team blijven we ons ontwikkelen en breiden onze taken uit. Zo omarmen we nieuwe technieken zoals beeldbellen/beeldzorg. Beeldzorg betekent dat we kunnen meekijken met de beller, zodat er wellicht nog sneller een oplossing voor een probleem kan worden gevonden.”
79
Ledenraadorganisatie JOS VAN DEN BERKMORTEL:
Welke uitdaging gaan jullie verder aan?
“Zorgboogextra als mooie inspiratiebron”
“Je ziet dat de zorgvraag toeneemt, terwijl het aantal zorgprofessionals juist daalt. Daarom werken wij van Zorgboogextra steeds nauwer samen met de Zorgboog. De actuele vraag is hoe wij eraan kunnen bijdragen dat onze leden zo lang mogelijk gezond blijven en veilig zelfstandig thuis blijven wonen waardoor zorg wordt uitgesteld. Innovatie kan één van de oplossingen zijn. Bijvoorbeeld het gebruik van een automatische medicijndispenser, cameratoezicht, detectiesysteem binnenshuis en communicatie met de huisarts via de telefoon. Maar zeker zo belangrijk is dat onze leden nu al nadenken over later. Hoe kunnen zij hun woning levensloopbestendig maken? En hoe kan ik mensen helpen in mijn community? Zorgboogextra kan hiervoor een mooie bron van inspiratie zijn.”
Ledenorganisatie Zorgboogextra stimuleert haar leden gezonder en actiever te leven. Daarvoor biedt zij aantrekkelijk ledenvoordeel, informatie & tips en een gevarieerd aanbod aan activiteiten die ondersteunen bij een gezonde, actieve en plezierige leefstijl.
Sinds 2016 is Jos van den Berkmortel (63) de gedreven voorzitter van het bestuur van deze coöperatieve vereniging. Vol enthousiasme vertelt hij over de bijzondere samenwerking tussen Zorgboogextra en de Zorgboog.
Is de samenwerking met de Zorgboog speciaal? “Zorgboogextra is een onafhankelijke coöperatie met een ledenraad en staat dus los van de Zorgboog. Maar we vertegenwoordigen wel de cliënten voor de Wet medezeggenschap cliënten zorg. Dat is het bijzondere! Omdat we ledenbetrokkenheid belangrijk vinden, hebben we een elfkoppige ledenraad die de belangen van onze leden behartigt. Een speciale commissie van deze ledenraad komt weer op voor de belangen van de Zorgboogcliënten. Aan het roer van Zorgboogextra staat het bestuur waarvan ik de voorzitter ben.”
Wat doet Zorgboogextra nog meer? “We zijn een zelfstandige coöperatie met meer dan twintigduizend leden ofwel huishoudens. Wij komen
80
voort uit de Kruisvereniging waarvan mensen destijds vooral lid werden vanwege de gratis krukken. We hebben leden vanaf de kraamleeftijd tot en met de 100-jarige. Onze insteek is altijd het bevorderen van positieve gezondheid van onze leden: een actieve, plezierige en gezonde leefstijl. Om dit te stimuleren, bieden we aantrekkelijk ledenvoordeel, informatie & tips en een gevarieerd activiteitenaanbod. Daarnaast brengen we samen met de Zorgboog het magazine Fijn! uit.”
Wat zijn de plannen voor de komende jaren? “We willen de Peelregio een klein beetje gezonder maken. Dat doen we via een aantal onderwerpen. Zo organiseren we samen met de Zorgboog de gezondheidsweken. In een gevarieerd programma laten we onze leden kennismaken met allerlei thema's rondom gezondheid zoals ouderschap, de overgang, goed slapen en het levenstestament. Daarnaast richten we ons op specifieke thema’s”
81
Behandeling en expertise LONNEKE SCHUURMANS:
“Altijd juiste expertise inzetten, ongeacht waar cliënt woont” Lonneke Schuurmans is ruim twaalf jaar specialist ouderengeneeskunde bij de Zorgboog. Zij en haar collega-behandelaren van Zorgboog in Balans werken ambulant en behandelen cliënten thuis. De intramurale behandelaren van de Zorgboog werken op de locaties zelf en ondersteunen daar de bewoners. Begin 2022 komt aan deze tweedeling een einde. Dan worden beide Zorgboogdivisies bij elkaar gebracht in één dienst Behandeling en expertise.
Behandelingen door specialisten van de Zorgboog worden bekostigd door verschillende financieringsstromen. Dit is één van de redenen waarom behandelaren in de verpleeghuizen geen cliënten ondersteunen die zelfstandig thuis wonen. Voor de specialisten van Zorgboog in Balans geldt juist het omgekeerde: zij behandelen cliënten niet op de locaties. Met de komst van één dienst Behandeling en expertise kunnen we dit veranderen, zegt Lonneke Schuurmans (42) tevreden.
Gaat hiermee een droom in vervulling? “Jazeker. Vanaf 2022 kunnen we als één gezamenlijke dienst de juiste expertise op het juiste moment inzetten, ongeacht waar de cliënt woont. Dan volgen we iedere cliënt nog soepeler in diens zorgproces. Bijvoorbeeld tijdens de overgang van thuis naar opname in een verpleeghuis. Of van thuis naar de revalidatieafdeling
82
en weer terug. Zodat deze overdracht flexibel verloopt ofwel vloeiende zorg zonder papieren rompslomp.”
En dat op twee manieren: persoonlijk met de cliënt zelf of via het zorgteam, mantelzorgers en familie.”
Met hoeveel behandelaren zijn jullie?
Wat is het verschil met twaalf jaar geleden toen jij begon?
“We werken met meer dan honderd artsen en therapeuten binnen de Zorgboog. Denk aan psycholoog, ergotherapeut, leefstijlcoach, diëtist en specialist ouderengeneeskunde. Onze aanpak is heel breed, multidisciplinair en vraaggericht: als een cliënt een probleem heeft, maken wij een analyse en stellen een behandelplan op. Daarna koppelen we het juiste poppetje aan de juiste persoon. Als een cliënt bijvoorbeeld lichamelijk of geestelijk ongemak heeft, lossen we dit samen op of zorgen dat de cliënt hiermee kan omgaan. Dit doen we onder meer met therapie, vaardigheidstraining of medicatie die gericht is op positieve gezondheid.
“Toentertijd werden mijn collega’s en ik allround ingezet. Zo stond ik destijds als arts op een afdeling en deed alle voorkomende werkzaamheden zoals een huisarts dat doet. Gedurende de jaren is steeds meer gebruik gemaakt van onze expertise. Zo pak ik moeilijke problemen bij de kop, terwijl basisartsen en verpleegkundig specialisten de basiswerkzaamheden uitvoeren. Daarnaast is de oprichting van Zorgboog in Balans in 2013 een hele verandering geweest. Door specialistische behandeling thuis kunnen mensen zo lang mogelijk zelfstandig blijven wonen. Dat is ook wel nodig, want niet alleen neemt het aantal ouderen toe, ook de zorg-
vraag wordt steeds complexer.”
Profiteren cliënten optimaal van jullie kennis en kunde? “Zeker! Alle behandelaren van de Zorgboog zijn volledig gespecialiseerd in kwetsbare ouderen met specifieke problematiek. Wij hebben dus ook bijzondere expertise. Een ander belangrijk pluspunt is dat we bij cliënten thuis komen. Hiermee besparen we hen de gang naar de geriater van het ziekenhuis. Bovendien lopen onze specialisten zoals afdelingsartsen en psychologen hun wekelijkse visite op de locaties. Zo volgen we onze cliënten op de voet en signaleren we eventuele problemen op tijd. Deze preventieve aanpak maakt onze begeleiding en ondersteuning waardevol. Met de komst van de dienst Behandeling en expertise zal onze rol nog belangrijker worden.”
83
Gedicht DINIËTTE KONINGS:
Ook zijn er dan bedden met ingebouwde sensoren, die het bed schoonmaken voor onze senioren.
De Zorgboog over 25 jaar
En voel je je eenzaam, heb je zin in een praatje, dan is Robot Sissi of Achmed je Zorgboogmaatje. En moet of wil je ergens naartoe, dan staat de zorgdeelauto van hen klaar, dus geen gedoe. Geen pasjes nodig of invalidekaart, maar gewoon instappen en rijden maar. Ook computer gestuurde rolstoelen hebben ze dan,
Waarschijnlijk is het allemaal heel anders dan want de vergrijzing en zorgkosten rijzen binnen nu en no-time de pan uit.
je zegt waar naartoe, en hup, iedereen die het kan. Via spraak of het intoetsen van een adres, gaat hij vanzelf naar je bestemming, dus geen gestress. En wil je wat meer van de wereld zien, dan neemt je persoonlijke drone je mee op avontuur bovendien.
Als je zorg nodig hebt dan word je gechipt, een GPS wordt dan in je arm gewipt. Je wordt door een arts helemaal gecheckt, en al je medische gegevens worden op die chip verstrekt De Zorgboog kan op afstand je monitoren en zo bijhouden jouw 'ouderen apgar-scores'. Is er iets mis, of ga je wat achteruit, dan krijg je meteen de Oppep-spuit. Robots worden voor hand-en-spandiensten ingezet, maar de zorgmedewerkers blijven zorgen rondom en aan het bed. En ben je wat wankel of slechter ter been, dan is dat voortaan echt geen probleem. Speciale kleding van de Zorgboog met airbags, voor als je valt, of als je per ongeluk ergens tegen opknalt. De kleding is recyclebaar en van wegwerpmateriaal,
Door alle technische snufjes die er dan bij de Zorgboog zijn, wordt de werkdruk een stuk minder, en het werken weer meer fijn. Ook worden we in de toekomst veel ouder, mentaal en fysiek, zes generaties is dan normaal, niet meer uniek. Och en wordt het druk op deze planeet, dan verkassen we naar de maan, voor je het weet. Eén ding blijft hetzelfde, dat zal niet anders gaan, de Zorgboog zal altijd blijven bestaan. Voor menselijke zorg, 's nachts en overdag, verleent de Zorgboog alle zorg met een warme hand en glimlach. Over 25 jaar is de Zorgboog een begrip voor iedereen, want betere zorg vind je echt nergens geen. Ook al groeien we nog zo op technisch gebied, onze zorgmedewerkers zijn door niets en niemand te vervangen, vergeet dat niet!
dus ook nog eens goed voor het milieu, en voor ons allemaal. En is je waterhuishouding of ontlasting wat van slag.
Diniëtte Konings
dan is daar de zelf regelende Zorgboogpil van de dag.
Kleinschalig wonen, Franciscushof Lieshout.
84
85
COLOFON
Bekijk hier alle jubileumfilmpjes die in 2021 zijn gemaakt.
25 jaar de Zorgbook Jubileumboek is een uitgave van de Zorgboog Redactie: Afdeling PR & Communicatie de Zorgboog Teksten: de Zorgboog, Tact Communicatie, Asten Fotografie: de Zorgboog, Leon van Loon, Liessel Grafisch ontwerp: Orange Design, Asten-Heusden Drukwerk: DrukPartnersZuid, Beek Oplage: 5.500 exemplaren