Max 2B - Module 11 Procent (proefversie)

Page 1

2B

MODULE 11

Procent


MODULE 11

Procent 1 2 3 4 5 6 7 8 9

Procent........................................................................................................................................................... 3 Procenten voorstellen............................................................................................................... 4 Procenten voorstellen als een breuk................................................................... 5 Breuken voorstellen als een procent................................................................... 6 Breuk - procent - kommagetal..................................................................................... 7 Een procent nemen van een getal............................................................................. 8 Eerlijke informatie.......................................................................................................................... 9 Eenvoudige procenten............................................................................................................... 9 Oefeningen.............................................................................................................................................. 10


1

Procent

Hoeveel eurocent gaat er in één euro? Eén eurocent is

1 van een euro. 100

Procent of percent betekent letterlijk ‘op 100’ en wordt aangeduid met %. In procent herken je het woord cent uit het Frans wat 100 betekent.

1 1% = 100 Procent of percent betekent: per 100, op 100, van de 100. 1 Eén procent = 1% = één honderdste = 100

WIST JE DAT … nog geen 20% van al het plastic in de wereld gerecycleerd wordt? 73% van het strandafval bestaat uit plastic? 8% van de mannen kleurenblind is? Bij vrouwen is dit slechts 0,03%. een kwal voor 95% uit water bestaat? bizons 60% van de dag rusten? een pasgeboren hondje 90% van de tijd slaapt? 30% van de tijd dat een kat wakker is, ze zichzelf verzorgt?

Procent

3


2

Procenten voorstellen 1

2

Kijk goed naar de afbeeldingen.

% is gekleurd.

% is gekleurd.

% is niet gekleurd.

% is niet gekleurd.

% is gekleurd.

% is niet gekleurd.

Vul aan.

90% van een ijsberg drijft onder water. % van een ijsberg drijft boven water. Het groene deel is

%.

40% van de zeevogels heeft plastic in zijn maag. % van de zeevogels heeft geen plastic in zijn maag. Het groene deel is

4

Procent

%.


3

Procenten voorstellen als een breuk Je kan een procent altijd schrijven als een breuk met noemer 100. 9 VOORBEELD: 9% = 100 Schrijf de volgende procenten als een breuk. 13% =

77% =

31% =

53% =

Stappenplan om een procent om te zetten naar een breuk Stap 1: Schrijf het procent als een breuk met noemer 100. Stap 2: Vereenvoudig de breuk. 70 7 = VOORBEELD: 70% = 100 10 Schrijf de procenten eerst als een breuk met noemer 100. Vereenvoudig daarna de breuk.

10% =

=

2% =

60% =

=

50% =

=

15% =

=

35% =

=

100

100

=

Procent

5


4

Breuken voorstellen als een procent Je kan een breuk met noemer 100 altijd schrijven als een procent. 11 = 11% VOORBEELD: 100 Schrijf de breuken als een procent. 17 = 100

%

9 = 100

33 = 100

%

%

61 = 100

%

Stappenplan om een breuk om te zetten naar een procent Stap 1: Schrijf de breuk als een breuk met noemer 100. Stap 2: Schrijf de breuk als een procent. x 50 50 VOORBEELD: 12 = 100 = 50% x 50 Schrijf de breuken als een procent. Gebruik het stappenplan.

6

1 = = 100 5

%

8 = = 100 200

%

5 = = 100 20

%

7 = 10

%

7 = 20

%

30 = 50

%

Procent

=

=

=


5

Breuk – procent – kommagetal Vul de tabel verder in. Het is handig als je deze tabel uit je hoofd kent.

procent

breuk

1%

1 100

kommagetal

voorstelling

10 1 = 100 10

20%

100

=

100

100

=

=

1 4

0,5

Procent

7


6

Een procent nemen van een getal 5% van 300 euro =

5 van 300 euro = 100

Om 5% te nemen van een getal ... • deel je het getal door 100 ... • en vermenigvuldig je die uitkomst met 5. Procenten uitrekenen met een rekenmachine kan je op 2 manieren.

VOORBEELD: 5% van € 140 • zonder de Tik in:

%

1

-toets 4

0

÷

1

0

x

5

%

0

x

5

=

5% van € 140 = • met de Tik in:

%

-toets

1

4

0

5% van € 140 =

Reken uit.

8

5% van € 250 is

.

10% van 45 liter is

.

8% van € 150 is

.

4% van 320 kg is

.

20% van € 125 is

.

30% van € 89 is

.

15% van 28 m is

.

6% van € 400 is

.

Procent


7

Eerlijke informatie Op internet en in kranten zie je dikwijls informatie visueel voorgesteld. Dat gebeurt niet altijd eerlijk. Bij verkiezingen werd de uitslag in 2 kranten gepubliceerd. krant A

krant B

70%

70% 30% 30%

partij 1

partij 2

partij 1

partij 2

Welke krant geeft de informatie eerlijk weer?

8

Eenvoudige procenten 1% =

1 100

1%

delen door 100

10% =

10 1 = 100 10

10%

delen door 10

20% =

20 1 = 100 5

20%

delen door 5

25% =

25 1 = 100 4

25%

delen door 4

50% =

50 1 = 100 2

50%

delen door 2

100% =

100 = 1 100

100%

het getal zelf

Deze procenten kan je uit het hoofd berekenen. 10% van 400 g is

.

20% van 55 kg is

.

25% van 32 liter is

.

50% van € 184 is

.

100% van 12 kg is

.

25% van € 88 is

.

50% van € 15 is

.

1% van 700 g is

.

Procent

9


9

Oefeningen 1

Schrijf als een breuk en als een procent.

breuk

procent

7 op 100

%

39 van de 100

%

91 op 100

%

73 van de 100

%

2

Schrijf als een procent.

procent 5 op de 100 Belgen houden niet van reizen.

%

Arthur heeft 82 op 100 voor wiskunde op zijn rapport.

%

75 van de 100 mensen drinken liever plat water dan bruiswater.

%

De helft van de Belgische jongeren voelt zich verslaafd aan zijn smartphone.

%

3 Een volle batterij is Deze smartphone moet nog

10

Procent

% opgeladen. % opladen.


4

Procenten voorstellen

Ongeveer 7% van de tijd regent het in België.

8% van de mannen is kleurenblind. % van de mannen is niet kleurenblind.

% van de tijd regent het niet.

Kleur het deel dat kleurenblind is.

80% van alle dieren zijn insecten.

Kleur het deel zonder regen in België.

% van de dieren zijn geen insecten.

Kleur het deel insecten. 20% van de Sahara bestaat uit zand. De rest zijn rotsen. % van de Sahara bestaat uit rotsen. 0

40% van de kleding die online gekocht wordt, wordt teruggestuurd. Kleur het deel dat teruggestuurd wordt. % van de kleding die online gekocht wordt, wordt niet teruggestuurd.

90

10

80

20

70

30 60

40 50

Procent

11


5

Vul de ontbrekende procenten in.

14%

8% 25%

15%

25%

10% 7% 10%

6

18%

20%

29%

35%

Kleur het juiste bolletje.

Tijdens een snelheidscontrole reed 55% van de bestuurders te snel. Meer dan de helft van de bestuurders reed te snel. Minder dan de helft van de bestuurders reed te snel.

7

Korting

Tijdens de solden koop ik een broek voor de helft van de prijs. Ik krijg

8

% korting.

Reken uit.

5% van € 280 is

.

10% van 72 liter is

.

7% van € 150 is

.

3% van 2 000 kg is

.

20% van 90 kg is

.

25% van € 488 is

.

2% van € 66 is

.

50% van € 578 is

.

30% van € 120 is

.

40% van € 300 is

.

Ik heb de juiste eenheid achter het getal geschreven.

12

Procent

ja

nee


9

Schrijf de procenten eerst als een breuk met noemer 100. Vereenvoudig daarna de breuk.

5% =

100

25% =

100

40% = 4% =

10

100

=

=

20% =

=

75% =

=

80% =

=

=

100

=

Rapport

Noah behaalt Fien behaalt

11

30% =

=

8 op zijn toets. 10

3 op haar toets. 5

Dat is evenveel als Dat is evenveel als

10

%.

of

100 ,

100

%.

of

Schrijf de breuken als een procent.

47 = = 100 50

%

30 = = 100 200

%

3 = = 100 20

%

9 = 10

%

13 = 20

%

12 = 300

%

=

=

=

Procent

13


12

Welk deel van de figuur is gekleurd? Schrijf eerst als een breuk, daarna als een procent.

=

=

%

=

=

%

=

=

%

13

Schrijf eerst als een breuk, daarna als een procent.

breuk 1 op de 10 boomsoorten dreigt uit te sterven.

%

1 op de 4 Belgen zingt onder de douche.

%

De helft van de leerlingen van mijn klas zit in een jeugdbeweging.

%

14

Schrijf als een breuk en kleur in.

10% =

14

procent

Procent

100

=

10

70% =

100

=

10

40% =

100

=

5


15

percentage = aantal procent

60% van de jongeren kijkt op zijn of haar gsm tijdens het plassen. Stel dit percentage voor in het cirkeldiagram. 90

95

0

5

10

85

15

80

20

75

25

70

30

65

35 60

40

55 50 45 5% van de jongeren heeft zijn of haar gsm al eens in het toilet laten vallen. % van de jongeren heeft zijn of haar gsm nog nooit in het toilet laten vallen. Kleur 5% van de figuur.

Vul in met “meer” of “minder”. dan de helft van de jongeren kijkt op zijn gsm tijdens het plassen.

16

Kleur. Tel eerst hoeveel vakjes er in de figuur zijn. Kleur 20%

Kleur 50%

20% van is . 50% van is .

Kleur 60%

60% van

is

Procent

.

15


17

Omcirkel 60% van de vliegen. 60% van

vliegen =

Schrijf als een breuk: Ik heb

vliegen 100

van de vliegen omcirkeld.

Schrijf als een zo eenvoudig mogelijke breuk: Ik heb omcirkeld.

van de vliegen

18 Uit controles blijkt dat één op de vijf vrachtwagens te zwaar geladen is. Schrijf als een breuk.

van de vrachtwagens is te zwaar geladen.

van de vrachtwagens is niet te zwaar geladen.

Schrijf als een procent.

% van de vrachtwagens is te zwaar geladen.

% van de vrachtwagens is niet te zwaar geladen.

Er werden 915 vrachtwagens gecontroleerd. Hoeveel vrachtwagens waren niet te zwaar geladen?

16

Procent


19

Gamen

1 200 gamers vulden een bevraging over gamen in. 23% van de gamers heeft soms pijn aan de nek tijdens het gamen. Hoeveel gamers hebben soms pijn aan de nek tijdens het gamen?

20

Eerlijke informatie

In een bevraging werd aan jongeren gevraagd wanneer ze het liefst vrij hebben: op woensdagnamiddag of op vrijdagnamiddag. 60% van de jongeren heeft liever op woensdagnamiddag vrij. Het resultaat werd gepubliceerd in de krant en op het internet. krant

internet

60%

60% 40% 40%

woensdag

vrijdag

woensdag

vrijdag

Wie geeft de informatie eerlijk weer?

21 In de natuur heeft een zeepaardje slechts 0,5% kans om te overleven en volwassen te worden. % van de zeepaardjes overleven niet. Reken uit. Slechts

van de 2 000 zeepaardjes overleven.

22 In een gemeente wonen 15 300 mensen. 12% van de inwoners is ouder dan 70 jaar. % van de inwoners is jonger dan 70 jaar. Hoeveel inwoners zijn jonger dan 70 jaar?

Procent

17


23 Op een school zitten 520 leerlingen. 75% van de leerlingen zwemt graag. Hoeveel leerlingen zwemmen graag? Hoeveel procent van de leerlingen zwemt niet graag? Hoeveel leerlingen zwemmen niet graag?

24

korting = vermindering

Solden

Een jeansbroek kost € 70. In de solden krijg je 20% korting. Hoeveel euro korting krijg je? Hoeveel moet je nog betalen voor de broek?

25

opslag = meer verdienen

Loes verdient € 1 642 per maand. Ze krijgt 2% opslag. Hoeveel euro opslag krijgt Loes? Hoeveel verdient Loes dan?

26 Vorig jaar was Mo 140 cm lang. In een jaar tijd is hij 5% gegroeid. Hoe groot is Mo nu?

27 Matteo woog 120 kg. Hij ging op dieet en is 8% afgevallen. Hoeveel weegt Matteo nu?

18

Procent


28

Rapport punten voor Frans en wiskunde

10

punten op 10

8 6

Frans wiskunde

4 2 0

Levi

Fran

Cas

Fré

Emma

kinderen

Bereken het gemiddelde van de punten voor Frans. Bereken het gemiddelde van de punten voor wiskunde. Zoek de mediaan voor Frans. Zoek de mediaan voor wiskunde. scoort boven het gemiddelde voor Frans en onder het gemiddelde voor wiskunde. en

behalen net de helft voor Frans.

Fré behaalt voor wiskunde Fré behaalt voor Frans

10

10

=

=

100

100

=

%.

= %.

Omcirkel het juiste antwoord. • Emma scoort voor Frans

hoger even hoog lager

dan de mediaan.

• Emma scoort voor wiskunde

hoger even hoog lager

dan de mediaan.

• Het gemiddelde voor Frans is

hoger even hoog lager

dan de mediaan.

• De mediaan voor Frans is voor wiskunde.

hoger even hoog lager

dan de mediaan

Procent

19


29 Jesse behaalt op een toets 43 op 50. Zijn zus heeft 18/20. %, zijn zus heeft

Jesse heeft

%.

heeft het beste resultaat. Teun behaalt 365 punten op 500 en Karim behaalt 225 punten op 300. % en Karim heeft

Teun heeft

%.

heeft het zwakste resultaat.

30

Vul de tabel aan.

Kies uit:

1 25 1 50 20 - 20% - 0,01 - 1% - 10% - 25% 100 100 10 100 100

0,1 -

1 1 10 1 - 50% - 0,25 - 0,2 - 0,5 5 2 100 4

kommagetal de helft

=

één tiende

=

één honderdste

20

breuk

100

100

één vierde

=

één vijfde

=

Procent

100

100

100

procent


31

Marathon

625 lopers beginnen aan een marathon. Jammer genoeg geeft 20% van de deelnemers op. Hoeveel deelnemers geven op? Hoeveel deelnemers lopen de wedstrijd uit?

32

Welk deel van de batterij is opgeladen?

Schrijf eerst als een breuk met noemer 100. Schrijf daarna als een zo eenvoudig mogelijke breuk.

100

100

100

100

Schrijf eerst als een breuk met noemer 100. Schrijf daarna als een procent.

0 5

1 5

%

2 5

%

3 5

%

4 5

%

5 5

%

%

Procent

21


33

Reken deze procenten uit het hoofd.

1% komt overeen met delen door

.

10% komt overeen met delen door

.

20% komt overeen met delen door

.

25% komt overeen met delen door

.

50% komt overeen met delen door

.

10% van € 130 is

.

20% van € 25 is

.

25% van 80 liter is

.

25% van 44 kg is

.

50% van € 33 is

.

10% van € 85 is

.

20% van € 60 is

.

1% van 300 g is

.

1% van 240 g is

.

50% van € 682 is

.

34

Samenstelling van een drankkarton

20% plastic aluminiumfolie karton

5% 75%

© the_lightwriter - stock.adobe.com

Een drankkarton bestaat voor Schrijf als een breuk.

4

% uit karton.

van een drankkarton bestaat uit karton.

35

22

50% van

is € 67.

50% van

is € 158.

10% van

is € 5.

10% van

is € 12.

Procent


36 In een klas zitten 16 leerlingen. 12 leerlingen doen graag wiskunde. Schrijf als een breuk.

van de leerlingen doet graag wiskunde.

Vereenvoudig de breuk.

van de leerlingen doet graag wiskunde.

Schrijf als een procent.

37

% van de leerlingen doet graag wiskunde.

Welk cirkeldiagram past bij de tekst? Vul de juiste letter in.

A

B

C

D

E

letter 25% van de Belgen slaapt slecht. 50% van de verkeersongevallen gebeurt binnen de bebouwde kom. 20% van de jongeren fietst zonder verlichting. 40% van de wintersporters gaat snowboarden.

38

Kleur van auto's in de wereld zilver

25%

blauw

9%

zwart

23%

rood

8%

wit

16%

bruin/beige

4%

grijs

13%

overige

2%

eens zoveel = dubbel zoveel

Welke kleur auto komt eens zoveel voor als een rode auto? Welke kleur auto komt half zoveel voor als een rode auto? Bijna de helft van de auto’s hebben een

of

kleur.

Procent

23


39 Schrijf als een breuk. van de figuur is rood. van de figuur is wit. Schrijf als een procent. % van de figuur is rood. % van de figuur is wit.

40 In een restaurant eten op zaterdag 132 personen. Op zondag komen er 25% meer klanten dan op zaterdag. Hoeveel klanten zijn er in het weekend geweest?

41

Eén op de 50 deelnemers van een wedstrijd krijgt een prijs. Hoeveel procent is dat? Kleur het juiste bolletje.

0,5%

2%

5%

50%

42 Een sportvereniging telt 315 leden. 40% van de leden gaat een dagje naar zee. Ze maken de uitstap met de bus. Eén bus kan 52 passagiers vervoeren. Hoeveel bussen moeten ze bestellen om de uitstap te maken?

24

Procent


43

Afval

Elk jaar gooien de Vlamingen voor 1 miljard euro aan voedsel weg. 12% van de inhoud van de vuilniszakken van een Vlaams gezin is voedsel dat nog bruikbaar is. Elk jaar gooien de Vlamingen 250 000 ton voedsel weg dat ze nog hadden kunnen gebruiken.

12% voedsel

Schrijf in cijfers. euro aan voedsel weg.

Elk jaar gooien de Vlamingen voor

% van de inhoud van de vuilniszakken is geen voedsel dat nog bruikbaar is. kg aan voedsel weg.

Elk jaar gooien de Vlamingen

44 In België wordt jaarlijks 45 miljoen kg aardbeien geproduceerd. 70% van de aardbeien wordt geëxporteerd. Schrijf in cijfers. kg aardbeien geproduceerd.

In België wordt jaarlijks

geëxporteerd = uitgevoerd naar andere landen Hoeveel kg van de Belgische aardbeien wordt geëxporteerd? Hoeveel ton van de Belgische aardbeien wordt geëxporteerd?

45 Tijdens een alcoholcontrole werden 180 bestuurders gecontroleerd. Een bepaald percentage heeft een positieve test afgelegd. Welk percentage kan niet: 0%, 2% of 5%? Waarom kan dat percentage niet?

Procent

25


46 Zaterdag komen 112 personen kijken naar een toneelvoorstelling van de jeugdbeweging. Op zondag komen er 25% minder mensen kijken dan op zaterdag. Hoeveel mensen hebben de toneelvoorstelling gezien in het weekend?

47

produceert = kweekt

China produceert 70% van alle champignons in de wereld. In België wordt per jaar ongeveer 33 000 000 kg champignons geproduceerd. De opbrengst van de champignonteelt is ongeveer 30 kg per vierkante meter. % van de champignons wordt niet in China geproduceerd. Op 7 m2 kan er ongeveer In België wordt per jaar ongeveer geproduceerd.

kg champignons gekweekt worden. ton champignons

Schrijf als een zo eenvoudig mogelijke breuk. van alle champignons wordt in China geproduceerd.

48 Een wijnvat is voor 80% gevuld. Er zit 180 liter wijn in het vat. Hoeveel liter kan er in het vat?

26

Procent


49

Verbind de bollen van dezelfde kleur met lijnen.

De lijnen mogen elkaar niet snijden. Je mag elk vakje maar 1 keer gebruiken. Je mag niet schuin gaan.

Procent

27


50

Verborgen tekst

Teken de punten in het assenstelsel op de volgende bladzijde en teken de lijnen. A(0,1) , B(0,5), C(2,5), D(2,3), E(0,3) Verbind A met B, B met C, C met D en D met E. F(4,-6), G(2,-6), H(2,-2), I(4,-2) Verbind F met G, G met H en H met I. J(-10,-6), K(-10,-2) Verbind J met K. L(8,-6), M(8,-2), N(9,-2), O(10,-3), P(10,-5), Q(9,-6) Verbind L met M, M met N, N met O, O met P, P met Q en Q met L. R(5,-6), S(5,-2), T(7,-2), U(7,-4), V(5,-4) Verbind R met S, S met T, T met U en U met V. W(-1,-6), X(-1,-2), Y(0,-2), Z(1,-3), A’(1,-5), B’(0,-6) Verbind W met X, X met Y, Y met Z, Z met A’, A’ met B’ en B’ met W. C’(-3,1), D’(-3,5), E’(-1,5), F’(-1,1) Verbind C’ met D’, D’ met E’, E’ met F’ en F’ met C’. G’(-7,-6), H’(-7,-2), I’(-5,-2), J’(-5,-6) Verbind G’ met H’, H’ met I’, I’ met J’ en J’ met G’. K’(-4,-6), L’(-4,-2), M’(-2,-6), N’(-2,-2) Verbind K’ met L’, L’ met M’ en M’ met N’. O’(6,-4), P’(7,-6) Verbind O’ met P’. Q’(2,-4), R’(3,- 4) Verbind Q’ met R’. S’(-10,-4), T’(-8,-4) Verbind S’ met T’. U’(-8,-6), V’(-8,-2) Verbind U’ met V’.

28

Procent


y 10 9 8 7 6 5 4 3 2 1 -10 -9

-8

-7

-6

-5

-4

-3

-2

-1

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10

x

-1 -2 -3 -4 -5 -6 -7 -8 -9 -10

De verborgen tekst is

51

.

Los de sudoku's op. 6

4 5

2

5 2

2

4

5 6

1

5 6

1

3

2

5

3

4

6 3

2

4

Procent

29


500

78

476

48

9

6

1

4

39

28

101 400

19

300

42

0

2

73

69

10

28

11

35

27

69

63

79

35

78

88

18

77

471

43

3

31

66

89

73

38

8

73

47

32

55

10

16

59

85

100

67

43

90

60

250

1

20

20

91

49

80

40

30

31

31

130 100

199

12

92

61

89

26

204

66

49

75

72

300

53

120

15

42

33

62

840

37

43

93

50

136

81

55

68

28

100

70

77

54

76

25

65

20

31

585

81

59

394

41

28

82

71

12

69

94

476 184

220 111

51

35

74

73

53

39

82

66

34

28

62

7

50

278

26

16

150

49

46

87

39

100

34

63

3

30

15

46

77

28

23

219

66

24

67

7

95

36

30

65

60

140

26

130

57

171

1

58

4

96

82

33

68

58

42

61

830

41

12

34

67

26

56

16

83

88

62

14

38

2

46

49

70

40

39

71

12

33

58

315

25

52

7

90

20

68

97

81

99

89

79

59

3

69

6

28

74

60

32

22

56

84

26

372

10

9

270

61

41

83

57

86

4

58

61

79

44

57

52

56

636

22

36

12

74

68

16

10

21

1

19

24

85

44

145

62

32

53

76

906

46

47

75

76

30

28

23

196

44

71

42

64

76

15

5

31

105

67

314

37

70

217

88

5

3

25

0

47

84

65

86

0

1

52

70

100

24

60

40

304

7

21

19

476

75

50

276

54

34

61

700

47

45

85

31

87

35

37

65

1% van 3 500 =

25% van 200 =

4% van 25 =

100% van 11 =

60% van 30 =

5% van 120 =

7% van 200 =

50% van 4 =

6% van 800 =

2% van 450 =

4% van 950 =

4

63

32

490 300

79

1

54

501 701

8

50

51

400

45

6% van 350 =

7

349 618

10% van 190 =

8

19

75

36

50% van 6 =

15

32

17% van 2 800 =

760

78

1% van 700 =

13

475 476 461

5% van 260 =

21

28

3% van 900 =

5

27

18% van 1 500 =

36 1 000 64

375

10% van 80 =

270

69

Wat vind je?

188

9% van 500 =

64

18% van 400 =

55

Kleur dan al de gevonden uitkomsten. Opgelet: sommige antwoorden moet je meermaals kleuren.

5% van 500 =

20% van 50 =

75% van 100 =

45

10% van 50 =

83

Bereken de procenten.

260

Procent

30

Weer eens wat anders!

52


53

Binaire puzzel

Spelregels: In elk vakje moet 0 of 1 staan. Er mogen niet meer dan twee dezelfde cijfers naast elkaar of onder elkaar gezet worden. In elke rij en elke kolom staan evenveel nullen als enen. 1

0

1

0

0

1

1

1 0 1

1

1

1

1

0

1 0

0

1 0

0

1

0 1 1

1

1 0

1

0

0

1

0 0

1

1 1

1

1

0

1

0

0

0

1

1

1

0

0

0

1

1

1

1

0

1 1

1

1 0

0

0

0 0

0

0 1

1

0

0 0

1

0

1

1

1

1 0

0 1

0 1

0

0

Procent

31


Ik kan • procenten voorstellen. • een procent als een breuk voorstellen. • een breuk als een procent voorstellen. • een procent van een getal nemen. • vraagstukken over procenten oplossen.

Woordenlijst • 1%: 1 procent, 1 percent, één honderdste, • korting: vermindering

1 , 1 van de 100, 1 op 100 100

• opslag: meer verdienen • eens zoveel: dubbel zoveel • percentage: aantal procent

COLOFON Auteurs Kim Pelkmans en Lief Verbeek - Design & Lay-out die Keure Eerste druk 2021 - SO 2020/1203 ISBN-nummer 978 90 4864 008 9 - KB D/2021/0147/8 Bestelnummer 90 850 0030 - NUR 127 - Thema YPMF Verantwoordelijke uitgever die Keure, Kleine Pathoekeweg 3, 8000 Brugge RPR 0405 108 325 - © Copyright die Keure, Brugge Die Keure wil het milieu beschermen. Daarom kiezen wij bewust voor papier dat afkomstig is uit verantwoord beheerde bossen. Deze uitgave is dan ook gedrukt op papier dat het FSC®-label draagt. Dat is het keurmerk van de Forest Stewardship Council®.

32

Procent


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook

Articles inside

Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.