Gottfried Arnold - Christlicher Unterricht, 1722 by gnosisclassics

Over dit boek Dit is een digitale kopie van een boek dat al generaties lang op bibliotheekplanken heeft gestaan, maar nu zorgvuldig is gescand door Google. Dat doen we omdat we alle boeken ter wereld online beschikbaar willen maken. Dit boek is zo oud dat het auteursrecht erop is verlopen, zodat het boek nu deel uitmaakt van het publieke domein. Een boek dat tot het publieke domein behoort, is een boek dat nooit onder het auteursrecht is gevallen, of waarvan de wettelijke auteursrechttermijn is verlopen. Het kan per land verschillen of een boek tot het publieke domein behoort. Boeken in het publieke domein zijn een stem uit het verleden. Ze vormen een bron van geschiedenis, cultuur en kennis die anders moeilijk te verkrijgen zou zijn. Aantekeningen, opmerkingen en andere kanttekeningen die in het origineel stonden, worden weergegeven in dit bestand, als herinnering aan de lange reis die het boek heeft gemaakt van uitgever naar bibliotheek, en uiteindelijk naar u. Richtlijnen voor gebruik Google werkt samen met bibliotheken om materiaal uit het publieke domein te digitaliseren, zodat het voor iedereen beschikbaar wordt. Boeken uit het publieke domein behoren toe aan het publiek; wij bewaren ze alleen. Dit is echter een kostbaar proces. Om deze dienst te kunnen blijven leveren, hebben we maatregelen genomen om misbruik door commerciële partijen te voorkomen, zoals het plaatsen van technische beperkingen op automatisch zoeken. Verder vragen we u het volgende: + Gebruik de bestanden alleen voor niet-commerciële doeleinden We hebben Zoeken naar boeken met Google ontworpen voor gebruik door individuen. We vragen u deze bestanden alleen te gebruiken voor persoonlijke en niet-commerciële doeleinden. + Voer geen geautomatiseerde zoekopdrachten uit Stuur geen geautomatiseerde zoekopdrachten naar het systeem van Google. Als u onderzoek doet naar computervertalingen, optische tekenherkenning of andere wetenschapsgebieden waarbij u toegang nodig heeft tot grote hoeveelheden tekst, kunt u contact met ons opnemen. We raden u aan hiervoor materiaal uit het publieke domein te gebruiken, en kunnen u misschien hiermee van dienst zijn. + Laat de eigendomsverklaring staan Het “watermerk” van Google dat u onder aan elk bestand ziet, dient om mensen informatie over het project te geven, en ze te helpen extra materiaal te vinden met Zoeken naar boeken met Google. Verwijder dit watermerk niet. + Houd u aan de wet Wat u ook doet, houd er rekening mee dat u er zelf verantwoordelijk voor bent dat alles wat u doet legaal is. U kunt er niet van uitgaan dat wanneer een werk beschikbaar lijkt te zijn voor het publieke domein in de Verenigde Staten, het ook publiek domein is voor gebruikers in andere landen. Of er nog auteursrecht op een boek rust, verschilt per land. We kunnen u niet vertellen wat u in uw geval met een bepaald boek mag doen. Neem niet zomaar aan dat u een boek overal ter wereld op allerlei manieren kunt gebruiken, wanneer het eenmaal in Zoeken naar boeken met Google staat. De wettelijke aansprakelijkheid voor auteursrechten is behoorlijk streng. Informatie over Zoeken naar boeken met Google Het doel van Google is om alle informatie wereldwijd toegankelijk en bruikbaar te maken. Zoeken naar boeken met Google helpt lezers boeken uit allerlei landen te ontdekken, en helpt auteurs en uitgevers om een nieuw leespubliek te bereiken. U kunt de volledige tekst van dit boek doorzoeken op het web via http://books.google.com

Über dieses Buch Dies ist ein digitales Exemplar eines Buches, das seit Generationen in den Regalen der Bibliotheken aufbewahrt wurde, bevor es von Google im Rahmen eines Projekts, mit dem die Bücher dieser Welt online verfügbar gemacht werden sollen, sorgfältig gescannt wurde. Das Buch hat das Urheberrecht überdauert und kann nun öffentlich zugänglich gemacht werden. Ein öffentlich zugängliches Buch ist ein Buch, das niemals Urheberrechten unterlag oder bei dem die Schutzfrist des Urheberrechts abgelaufen ist. Ob ein Buch öffentlich zugänglich ist, kann von Land zu Land unterschiedlich sein. Öffentlich zugängliche Bücher sind unser Tor zur Vergangenheit und stellen ein geschichtliches, kulturelles und wissenschaftliches Vermögen dar, das häufig nur schwierig zu entdecken ist. Gebrauchsspuren, Anmerkungen und andere Randbemerkungen, die im Originalband enthalten sind, finden sich auch in dieser Datei – eine Erinnerung an die lange Reise, die das Buch vom Verleger zu einer Bibliothek und weiter zu Ihnen hinter sich gebracht hat. Nutzungsrichtlinien Google ist stolz, mit Bibliotheken in partnerschaftlicher Zusammenarbeit öffentlich zugängliches Material zu digitalisieren und einer breiten Masse zugänglich zu machen. Öffentlich zugängliche Bücher gehören der Öffentlichkeit, und wir sind nur ihre Hüter. Nichtsdestotrotz ist diese Arbeit kostspielig. Um diese Ressource weiterhin zur Verfügung stellen zu können, haben wir Schritte unternommen, um den Missbrauch durch kommerzielle Parteien zu verhindern. Dazu gehören technische Einschränkungen für automatisierte Abfragen. Wir bitten Sie um Einhaltung folgender Richtlinien: + Nutzung der Dateien zu nichtkommerziellen Zwecken Wir haben Google Buchsuche für Endanwender konzipiert und möchten, dass Sie diese Dateien nur für persönliche, nichtkommerzielle Zwecke verwenden. + Keine automatisierten Abfragen Senden Sie keine automatisierten Abfragen irgendwelcher Art an das Google-System. Wenn Sie Recherchen über maschinelle Übersetzung, optische Zeichenerkennung oder andere Bereiche durchführen, in denen der Zugang zu Text in großen Mengen nützlich ist, wenden Sie sich bitte an uns. Wir fördern die Nutzung des öffentlich zugänglichen Materials für diese Zwecke und können Ihnen unter Umständen helfen. + Beibehaltung von Google-Markenelementen Das "Wasserzeichen" von Google, das Sie in jeder Datei finden, ist wichtig zur Information über dieses Projekt und hilft den Anwendern weiteres Material über Google Buchsuche zu finden. Bitte entfernen Sie das Wasserzeichen nicht. + Bewegen Sie sich innerhalb der Legalität Unabhängig von Ihrem Verwendungszweck müssen Sie sich Ihrer Verantwortung bewusst sein, sicherzustellen, dass Ihre Nutzung legal ist. Gehen Sie nicht davon aus, dass ein Buch, das nach unserem Dafürhalten für Nutzer in den USA öffentlich zugänglich ist, auch für Nutzer in anderen Ländern öffentlich zugänglich ist. Ob ein Buch noch dem Urheberrecht unterliegt, ist von Land zu Land verschieden. Wir können keine Beratung leisten, ob eine bestimmte Nutzung eines bestimmten Buches gesetzlich zulässig ist. Gehen Sie nicht davon aus, dass das Erscheinen eines Buchs in Google Buchsuche bedeutet, dass es in jeder Form und überall auf der Welt verwendet werden kann. Eine Urheberrechtsverletzung kann schwerwiegende Folgen haben. Über Google Buchsuche Das Ziel von Google besteht darin, die weltweiten Informationen zu organisieren und allgemein nutzbar und zugänglich zu machen. Google Buchsuche hilft Lesern dabei, die Bücher dieser Welt zu entdecken, und unterstützt Autoren und Verleger dabei, neue Zielgruppen zu erreichen. Den gesamten Buchtext können Sie im Internet unter http://books.google.com durchsuchen.

GottKöfriePrdeuArInfnope&lds, ß.

ChriſtlicherK

Anterricht, Soin lid hålt:

I. kurte Fragen vor die gar Einfältigen.

II.Milch vor die Jugend, oder

Þandleitung zum Chriſtlichen Olaus ben und Leben fürdie Forte gehend

en . III. Starde Speiſe. odet NähererUnterrich t von denOcheints

niſſendes Evangelii für die Erwachſen nen im Glauben. Alles mit Bibliſchen Sprüchen auf Das einfåltigſte und nach dem lautern Sinn des S. Geiftes in Frage und Antwort vorgetragen .

Franckfurtund Leipzig ,

Per

Bil

ISL

Vorrede des Ausgebers. Ch communicire hiermit dem er teigten Leſer eine Catechetiſche

Arbeit von dem theureu Werdt:

genge Gottfried Arnold , nada dem mir beffent Manuſcript -von einem

Freunde überſihicketworden ,welcheresvors malo von dem ſel. Autore, als er ſich etliche

Jahre nach einander bey demſelben aufges halten,nachgefertigter Copie auf bittliches Erſuchen eigenhändig befoinen , und io fots

ches nebſt andern allerdings würdig geachs tet, daß es dem Druck übergeben und zuitt

gemeinen Gebrauch dargelegetwürde.Man barff keinesweges zweifeln , e8-werdedenet Liebhabern der Arnoldiſchen Schrifften da: durch ein beſonderer Gefallen geſchehen , als unter welcheu es eine eigene Stelle einnitat, nachdemmalen von ſolchem ſehr nüklidrett, whwol kleinen Werd'lein vorhin nicis fund 到2.

Porrededes Ausgebers.

worden iſt, daß der liebe Mann dergleichen verfertigethabe, und fan es gar füglich wes gen . Gleichheit der Materie bey dem mit

Sprüchen der 5. Schrifft von ihm erläus terten fleinen Catechiſmo Lutheri ſtehen , aud wol nach Belieben darzu gebunden wers den zumaldieſer alhiexbeyden kurtzen Fra : gen vor die gar Einfältigen als bekannt

vorausgeſektwird.

Siy theiledieſe heilſas

me Arbeit dem Publico aus des Autoris eis

genhåndigem Manuſcript, ſo ich einem jes ben , der es begehren möchte, annoch zeigen kan, aufdas allergetrerefte mit, vhnedeniges

ringften Zuſat und Veränderung,habeet auch ſelbſten in der Drucerer mit allem Fleiß corrigiret,damit nichtſvenormeFehs Ler einſchleichen möchten , wieleider in vies Jen Büchern bes theuren Mannes geſchehen .

Unddamitnichtsweg bleibe, ſu ſollen auc hier die Erinnerungen , welche B.Arnoldus

dieſer piece hintenmit Lateiniſchen Worten

angehänget gat Platfinden,welche alſo laus ten :

Monenda. ( 1) quoad METHODUM , 1. Omniaverbis Biblicis ſunt expreſſa . 2. Hinc firepliciter& nude ex mente Spiri bus S.propofita , adeoque 3. abs.

Vorrede des Ausgebers . absqve thefibus humanis autdiftin &tioni 3. bus . 4. Emphaſes plures è textu originali addi tam

5. Nervus probandi in di&tis.lineâ fubducta

notarus, (qui alio charactere ſeu typo exprimendus, )

6. Refponfiones noninprima perfonaexpreſ fæ, ſed in tertia ,ne falfa applicatio & nu da Key:Qwvía fiat ab iníciis, impiis, in dignis & hypocritis (.daß ſie nicht bloß lernen nachſchwatzen nach der Larve, und

alle privilegia und beneficia der Rechts

fchaffenen Rugs auf ſich deuten .)

( II) quoad MATERIAS, 7. Via mere Evangelica proponitur, juxta ordinem operum & beneficiorum Chri fti, nelegalis coactio , propria operatia ( Eigenwircken ) & inde hypocrifis na ſcatur.

8. Omiſta funt merebiftorica, v.g. de Crea tione, Chriſti vita , morte & c. quippea liunde & ex concionibus in vulgus nota . 9. Omiffa etiam ea, quæ é Lumine nature & Lege naturali nota ſunt, quia Catechi fmus Chriftianus defideratus eft.

Welches dem Tcutſben Leſer ſo viel fagenwil : „ EXiſt zuerinnern : ( 1) Was die bier gebranipte Methodeund Lehrart betrifft, 43

Vorrededes Ausgebers.

„ betrifft , ſo iſt alles mit der 5. Odhrifft eis „ genen Worten und daher ganteinfältig und nach dem lautern Sinn des H.Geiftes „ Vorgetragen worden ohneMenſchen- Lehns mfärgeundAbtheilungen . An vielen Ora ten iſt auf dem Grund:Legt der beſondere s n Wadybrud beygeſetzt und in welcheWor

„„ ten der eigentliche Beweißgrund lieget, die find unterſtrichen und müſſen mit andes

srerSchrifft gedrudt werden (wiedenn and „ hier geſchehen iſt. ) Die Antwort anf die „ Fragen ifnicht in der erſten fondern in der

» dritten Perfon abgefaſſet, damit nichtvon der Unwiſſenden , Gutiivſen, Unwürdigci

and Buhlern eine faljue Zueignung auf mfichgemacht und ein leeres Geſchwindar maus werden möge. Walaber ) diebiers inne enthalteneSachen anlanget, ſo iſt ala les auf eine gang lautere Evangeliſche Weiſe nach derOrdnung der Werdeund Wohlthaten Chrifti vorgetragen worden , damit nicht ein geſetzlicher Zwang, Eigena

wircken , und folglich Heucheley darausera wachſen möge. Die bloß Siftoriſchen materien , als von der Schöpffung , von ,,Chrifti Leben , Todic. hat man weggelaſs

byfen, indem ſie ſouften und auf den Predig: tent den Leuten bekannt ſind. So hat man

anch ſolche Dinge nicht mit eingebracht, xwelche

Borrede des Ausgebers. Weldie ausdem Lichtund Geſele dernias stur bekannt ſind , dieweil ein Chriftlicher Catechiſmus verlanget worden ., Der Geneigte Lefer bedienefich dann dies ſerBlåtter durch dieGnade Gutteś zu vielem Segen , und erwarte auch bald die Fortfe Bungoder den andern Theil der geiſtlichen BeftalteinesEvangeliſchenLehrers,aus

dew MS, und dann auch die zwente Edition von deſſen erften Theil, wie ſoldien der felige Autorzulandern Ausfertigung nebſtietits gedachtem zweyten Theil mit ciner neuen

Vorrede und volftändigem Regifter- über pas gante era verſehen und in der erſten Editionetwas wenigeß corrigiret hat. Gibti Ostt Leben und Geſundheit,liftman nicht ungeneigt, die FragmentaB.Arnoldi, beftes herdin iz. Predigten oder Betrachtungen is ber die Epiſtel Pauli an die Coloffervom I. bis 22. Vers des I. Cap. (über welcher Ars bet der fel. Mann aus dieſer Welt gangen ) 3. entworffenenzeermunen , etlichen , obgleich theils unpvilkoinmenen , Leichens Predigten , und einer Troft -Rede vor rechts

fchaffene Lehrer und Zuhörer , ſo beyder In veſtirur eines Predigers gehalten ſeyn mag, dem Publico bey Gelegenheit ikitzutheilen , weil ebShade wäre ,wenn ſolche guteBroa

famen nicht auch genuget werden ſoltett, A4

Mic

Vorrede desMusgebers.

Wie denn and,dieſes Geiftreichen Mannes Gebete, ſo in derTheologia Experimenta li oder Erfahrunge: Lehre am Ende der Capitel ftehen, zuſammen à part gedruckt

werdenmöchten , damitman lie delenfitos kem Gebet: Buche , Paradifiſchen Luks Garten , bey fügen konnte. Xud hat man

Noch endlich erinnern wollen, daß das rechte Bioniß dieſestheuren Zeugeus derWahr heit; wieer nach dein dufjern in ſeinem Lebent eigentlich geſtaltet geweſen in einem Kupffer

in långlicht Quart-Formatnunwiederzum

Borſchein kommen , nachdem dieKupffers Platte sine geraume Zeit her bey jemandeu

berborgen gelegen,undistdieſelbevon Sherrt Buſch ju Berlin nach den wohlgetroffenen Portrait geſtochen worden, da ihn der iveye land berühmte Mahler Herr Sthwartz das

felbft bey einer gewiſſen Selegenheit gant unvermerdt abgeſchilterthat :angeſehender liebeMann ſich aufDemüth nie wolten ab: mahlen laſſen . Es iſt aberauch ſolches Con trefait bernachmals aus Deutſchland hints weg und an einen gar fernen Ort foffen , daß eswol fchwer balten odrifte , ſolches wieder zur Stclle ju Ichaffen . Es betrachte aber der Seneigte Lefer ax

Dieſeir fenechte Gottesvornehmlich ſeine inwendige Geſtalt,undfolgeihm in ſeinemlebendigen Glauben undH :Leben nach gleichwie er alſoChriftiNachfolger

war,aufdaß Er auchnebſt ihm in feines.nErrn Freus dcnachvollendetem Rampff cinzugehen gebeiſ fen werdenmogen

Ers

Erſter Theil.

Kurze Fragen Vor die garEinfältigen Dabey der gemeine Catechiſmus als bekannt voraus ges

fegt wird.

Von dem I. Hauptſtück den x. Geboten. 1. Srage: Was fordert Gott in den X Beboten insgemein

As erſte und grófteGebot iſt: Du ſoltGott deinen BEren liebert von ganzem Herken, von ganger

Seelen , von allen Kråfften und von gankem Gemüthe. Das andere as ber ift dem gleich : Du ſoltdeinenFách

ften lieben ,als dich ſelbſt.Matth. 22,37 . ns

2. Han

Surge Fragen

26 Kanft dudieſes aus eignen Krafften tour ?

Von Natur bin ich in Sünden ems pfangen und gezeuget, PP.51,7 . und das hero wohnet in meinem gleiſche nichts Gutes . Dóm.7,18 . 3. Was nutzen denn die Gebote :

Durchs Geſetz kommt Erkäntniß derSúnden . Rúm. 3 , 20. 4. Wasthut das Beſetz weiter : Es richtetZorn an, Núm.4 , 15. indem

es alſo ſchleußt: Verflucht ſey ieders mann, der nicht bleibet in alle dem ,das ges

fchrieben iſt. 5.B. Mol. 27, 26. 5. Kanſt du denn nicht durch Gelege gerecht werden : ch Dur des Geſcßes Werck wird keint Kleiſch gerecht, Róm . 3,20 .ſintemal es durch das Fleiſch geſchwächet ift. Rom.8, 3. 6. Wozu dienet denn endlich das Beſers ?

Es iſt ein Zuchemeifter auf Chris ftum , Gal: 3, 24. der unter das Geles des Geiſtes bringet , das in Chriſto les bendig machet. Rom . 8, 2 , Vom

por diegar Einfditigen .

Voin II. Hauptftud dem Glauben . 7. Wardennder erſte Menſch auch ſo böſe erſchaffen :

Prin : Gottſchuf den Menſchen Ihm zumBilde. 1. B. Mol. 1, 27. 8. Waswar Gottes Bild im Menſchen :

Erwar nach Gott geſchaffen in rechts

chaffener Gerechtigkeit und Zeiligo Keit. Eph. 4,4 9. Wie iſto verloren worden ?

Durch einen Menſchen iſt dieSünde in die Welt kommen , und durch dieSún . de der Tod, und iſt alſo der Todzu allen

Menſchen hindurch gedrungen , dieweil

fie alle gefündigethaben. Rom . 5,11 . 10. Wie wirſt du denn wiederum erldiet :

Wasdem Gefeß unmöglich war, das thut Gott, undjendet ſeinen Sohnt. Róm . 8;3. 1.Was hat denn Gottes Sohn Sethan

Daju iſtererſchienen,daß er dieWets 26

dke

Aurke Fragen

cke des Teufels zerſtöre. 1.gob.3.8. 12. Wieſoll dir ſeine Erlöſung zu } gute kommen ?

Durch den Glauben muß er ſelbſt in

meinem Herzen wohnen , und durch die Liebemuß ich in ihn eingewurßelt und ges

gründetwerden . Eph. 3,17618T.ai 13. Wie koinmft du denn zu Ihm ?

Niemand kan zuIhm kommen , es ſey denn ,daß ihn derVater ziehe. Joh.6, 44. Und er ſelbſt iſt das Licht į das ers:

leuchtet alle Menſchen . Joh.1,9. Der Beil. Geiſt aber lehret mich ihn einer HErrn heiſſen. 1.Cor. 12 ; 3 . 14. Waswirdet dieſer Glaube alsdenn ?

Chriſtus wird uns zur Gerechtig , keit, zur Weisheit, Leiligung und

Erlöſungvon Gottgemacht. 1.Cor. I, 30.Ja wir werden in Ihm die es

rechtigkeitGottes.2.Cor.5,21. 15. Wie mag ſolches geſchehen ?

Chriſtus muf wahrhafftig in uns

fern,wo wirnicht untüchtig ſind. 2.Cor. 13:5. Denn dis ift das Geheimniß. Chris

vordie gar Einfältigen . 13 Chriſtusin uns,die Hoffnung der Herrs lichkeit. Col.1,27 16. Woran erkenntman mun einen

ſolchen Berechten :

Wer in Chriſto bleibet, der fündi. get nicht. 1. goh . 3,6. 17. Werhilfft zu dieſem allen ?

Der natürlicheMenſch vernimmt nichts, was des Geiſtes Gottes ift. 1.Cor.2,14 : 18. Wer thut es denn ?

Der Geift Chrifti:Wer dieſen nicht hat, der iſt nicht ſein . Róm . 8/9 . 19. Wasthuter denn zuerſt ?

Ex klopffet an , und wer ſeine Stim . me hört und ihm aufthut, zu dem gebeter

cin . Dffenb. 3/20. 20. Waswirdet er nun im

Verftand ?

Wer ſolchenGeiſt aus Gott empfang gen hat derweiß, was ihin von Gott gec

geben iſt, denn Gottoffenbaret es ihm durch ſeinen Geiſt. 1.Cor.2,10,12. 21. Was thuter in Willen ?

Er treibetdie Kinder Gottes. Rómth. 22. Wele A7

844 .

14 :

Aurke Fragen

22. Weldes ſind denn Gottes Kindes ?

Wer Jefum aufnimmt und an ſeia nen Namen glaubet, dem gibt erMacht Bottes Kind zu werden , daß er aus Gott geboren wird . Joh.1,12.13. Und alſo iſt er in Chriſto und eine neute Creacur. Gal.6,15. 23. Wiegehet dieſe neue Ses burt zu ?

DerMenſch wird gezeugetnachGota tes Willen durch dasWort der Wahrs heit , Jac. 1,18. und zu einer lebendia

gen Hoffnung wiedergeboren . 1.Pet. 1,3 . Dahero er ein neuerg und neuen

Beift bekommt. Ezech.36,26 . 24. Woran kan man dißmers den :

Alles, was aus Gott geboren iſt, das überwindet die Prelt im Glauben .

1. Joh.5 . 25. Iſt denn daran ſo viel gelegen ?

So iemand nicht von neuengeboor ten wird , kan erdas Reich Gottes

nicht feben . 3oh 313. Bome

vor die gar Einfältigen.

Vom III. Hauptſtück dem Geber. 26. Wodurch kan man diß alles erlangen? Sowir den Vater etwas bitten in

SEfu Namen wird ers uns geben. Joh. 16123.

27. Wie betet man recht ?

Wenn der Geift Gottes ſelbſt im

Bergen ſchreyet. Sal.4,6. Denn Gott iſt ein Geiſt, und wer ihnanbetenwill ,der

muß ihn im Geiſt und in derWahrs beit anbeten. Joh.4,24 . 28. Wird ein Gläubiger denn gewiß erhört ?

Was wir bitten in ſeinemrtamen , das will ertbun ,aufdaßder Vater geeh ,

retwerdedurch den Sohn. Joh.14,13 . 29. Worankan man din mers den ?

Das iſtdie Freudigkeit,die wir haben, daß,fo wir bitten nach ſeinem Willen, po boret er uns, and ſo wir wißen, daß er

uns Höret, fo wißen wir , daß wir die Bitte haben , die wir von ihm gebeten

haben . 19oh.5 /14-15.

30,Wars

Aurße Fragen

30. Warum muß man am gewiffeſten anhalten ?

Der Vater wiú den 2.Geiſtgeben denen ,die ihn darum bitten. Luc.11113. 31. Was Friegſt du alsdenn Gutes :

Der Dame Gottes -wird geheiligt,

fein Reich kommt,fein Wide geſchichte und das tägliche Brod gibt er.

32. Was verlierſt du Bdfes ?

Die Sünden, Verſüchungen undalle les Ubel.

Vom IV. Sauptſtüd der Tauffe.. 33. Was iſtdie Tauffe ?

Nicht das.Abthun des Unflats am

Fleiſch, ſondern der Bund eines guten

GewiſſensmitGott durch die Auferftes hung Chrifti. 1. Pet. 3 , 21. 34. Was bedeutaber das Ab waſchen ?

alle die in Chriſtum getaufft ſind, die ſind in einen Tod getauffet, daß fie mit ihm in einem neuen Leben wans

deln. Róm, 6 :3 -35 -Was

vor die gar Sinfdſtigen .

24. 35. Wasift der Tod des alten Adams ?

Daedie, ſo Chriftum angehören , ihr

Sleiſch creußigen mit ſeinen Lüften und Begierden . Gal.5 / 24. 36. Was hilfft zu dieſem Tod fonts derlid ?

So wir die Züchtigung Gottes er. Dutden , fo erbeut ſich Gott als Kindern. Ebr . 12,7 37. Was iſt das Leben des neuer

Menſchen ? Daß wir in neuen Leben wants

Deln , wie Chriſtus von Todten erwecket ift. Rom.674. 38. Wie geſchichtdas ?

Wenn der HErrJEfus mit dem3 . Geiſt undmit Feuer tanfet.Luc. 3/16.

Vom V. Hauptſtück 6 : dem Abendmahl. 39:Was iſt deß HErrn Tifch ?

DieGemeinſchafftdesLeibes und Blutes Chrifti. 1.Cor.10,16 . 40. Wie foramt manzuſolcher Ges meinſchafft?

Sowirim Lichtwandeln ,ſo habenwir Ges

RurteFragen meinſchafftmit Ihm und das Blut TE fu Chriſti reiniget uns von allenSünden.

1.30h.1,7 . 41. Wasgehört alſo zum Nußen des Åbendmahls ?

Wenn wir Chriſto aufthun , fo gehet er ein , und hält das Abendmahl mit

ung, und wir auch mitIhm . Offenb.34 20 ,

42. Was folgthieraus ?

Wer ſein Fleiſch iffet undtrincker fein Blut,verbleibetin Ihm under in Shm , und hat das ewige Leben . Joh. 6,54 55 43. Was iſt das Ewige Leben?

Daß ſie den Vater und Jelung Chriſtumerkennen . Joh.17,3. Und

daß ſie in ſolcher Gemeinſchafftwachs ſen in allen Stücken an dem Haupte Chriſto. Eph. 4,15.

93 ):( SCO Der

38 ): 500

Der II.Theil.

Milch vor die Jugend , oder

Handleitung

zum Chriftlichen Glauben und Leben

für die Fortgehenden. Das I. Cap .

Von dem Grund des Glaubens, bein Wort Scties. 3. Woraus kanſt du zum Chriſtlichen Glauben und Leben unters wieſen werden ?

Kind auf die 3 UBSEnnSchrimanfft von weiß, fan uns diefelbis ge unterweiſen zur Seligkeit durch r

den Glauben an Chriſtum JEfum . 2. Sim . 3,15 2. Woher weiſtou , daß dieSchrifft Gottes Wortſey ?

Weitnoch nie keine Weiſſagung aus menſchlichen Willen hervor gebracht iſt, fono

20 Vondem Grund des Glaubens.

ſondern die H. Menſchen Gottes haben geredet, getrieben von dem

Geiſt.

2. Pet,1,21. Und dieſer Geiſtzeuge

(nochimmer ) daß GeiftWahrbeitiſt. 1.Joh.5;6. 3. Wie muſt du dich dabey vers balten ?

jh muß auf das Prophetiſche Wortachten , als auf ein Licht, das da (djeinet in einem duncklen.Drt, (Herken)

bisder Tagangxedhe und der Morgens ſtern aufgebe in meinem Herøen 2. Pet. 1,19. Und ſo iemand will den Pillen

thun deb , derJEfum geſandt hat, der

wird inne werden , ob dieſe Lehre von Gott ſey. Joh.7 /17. 4. Was hilfft nun den Gläubigen Gottes Wort ?

Alles wasgeſchriebe iſt dasiſt ihnen zur

Lehre geſchrieben , aufdaß ſiedurch Ge. duld u .Troſt der Schrifft Hoffnung has

ben .Róm .15,4.Ja aueSchrifftvon Gott

eingegeben iſt nuß zur Lehre,furStraffe ( Überzeugung ) zur Beſſerung , zur

Züchtigung in der Gerechtigkeit, daß ein Menſch Gottes vollkommen fey zu al

Bondettt natürl. Verderbniß . 21

allemguten Werof gefcbickt. 2.Cim . 3116.17.

Das II.Capitel.

Von dem natürlichen Ver. derbniß. 5.Was muftdu ausber Schrifftzus förderft erkennen

Mich ſelbſt und mein natürliches Es (end, nach Gottes Befehl Jeſai. 46,8 .

44,19 . Jhr Übertreter gehet in euer Berg ! 2.Cor.13,5. Prüfet euch felbft , erkennetes Peetmas ſo er dod nichts

iſt, der betreugtſichſelbſt. Ein ieglicheras

berprüfe ſein ſelbſt.Werck.Gal:6,3.4 . 6. Wozu dienetdas ?

So wiruns ſelber richtert, forvers denwir nicht gerichtet , ſondern nur von

Dem HErrn gezüchtiget , daß wir nid )t ſamt der Welt verdammt werden . 2.66.IT/31 . 7. Worausgeſchiebet es zu erft ?

Aus dem Geleg kommt Erkäntniß der

22 Pom naturl. Verderbniß. der Sünden . Nóm.3,20.Den dieGina

de erkannte ich nicht, ohnedurchs Gefeß.

Dennich wufte nichts von der Luſt,wo das Gefeß nicht hätte geſagt : Laß dich nichtgelüften. Róm. 717. 8. Was iſt denn dieSünde ?

Sie if das Unrecht , oder alles,was Hider das Gebot Gottes iſt. 1.Joh . 3.4.

9. Saſt du auch vonkjaturSünde in dir ?

Siehe, ich bin aus fündlichem Sas Men gezeuget,undmeineMutterhat mich in Sünden empfangen . Pral. $ 1,7

Was nun vom Fleiſch geboren wird,

das ift Fleiſch. Joh.3, 6. 10.Woherkommtdieſe Erba ſüude:

Gott ſchuff stvar den Menſchen ihm zum Bilde 1.B.Moſ.1,26.27. und zum ervigen Leben : Aber durch des Teufels heid und durch einen Menſchen kommen , undder Sunde in die Welt

und iſt alſoder Tod zu allen Menſchen

burchgedrungen, dieweilſie alle gefün. digt

Nont natürl.Verderbniß. 23 dige haben . Rim . 5,21. B. Weish. 2 , 23, 24,

II. Waswirat fie nun im Verfant

des natürlichen Menſchen ?

Der natürliche Menſch vernimmt

nichts vom Geiſt Gottes, es iſt ihmei ne Shorheit, und tans nicht erkennen . 1.Cor. 2 , 14. 12. Was denn im Willen oder Sertsen ?

Das Dichten des menſchlichen Hers

gens iſt boſevonJugend auf. 1.B.Mof 8,21. 13. Was denn in Werden ?

Von innen aus dem Hergen gehen

beraus böſe Gedancken, Ehebrudy, Hus rerey, Mord, Dieberey ,Geiß , Schalde

heit, lift, Unzucht, Schalcksauge . Goto teslåſterung, Hoffart, Unvernunfft und dergleichewirklicheSünden .Matth. 15,19. In Summa, es heißtvon allen Unbekehrten ; Da iſtnicht, der gerecht fey ,auch nicht einer.

Da iſt nicht der

verſtandig few 2c. c. + bis auf vor Ihren Augen. Róm.3,10 19. 14. Was

24 Vón det natürl. Berberbniß. 14. Wasfolgtaufalle Folch böſes Weſen ?

Der HErr iſt ein eiferiger Gott, der ba beimſuchet dieMifferbat der Vås ter (auch ) anden Kindern . Denn er ſpricht: Verflucht fey , wer nicht alle

Worte dieſesGereges erfüllet, daß erdar. ng thư . 28. Cof 20,5. sanof. 27,767 Und alſo find wir alle Kinder des Zorns von Natur. Eph. 2,3. 15. Wasfolgt ferner auf die Sünde ?

Der Tod , als der Sünden Solo. Róm . 6 ; 23. Denn toelde Seelefúndis

get, die ſou ſterben. Ezech. 18,4. Und endlich : Trúbral und Angſt überalle Seelender Menſchen,die da Böſes thuy. Róm . 2,9. Den Verzagten und Ung

gläubigenund GreulichenundDodſchlås gern und Hurern und Zauberern u

Abs

gittiſchen und allenLügnern, derer Theil

wird fern indem Pfubl, der mit Feuer und Schwefel brennt,welches iſt deran . Dere Tod. Dffenb . 25,86

3 :( SO Das III. Capitel.

Von der Erlöfung daraus . 26.Will uns denn niemand aus

dieſer Voth helffen ?

JEfus Chriſtus hat ſich ſelbſtfür uns gegeben, aufdaß er uns erlöſete von als Ier Ungerechtigkeit , und reinigetihna ſelbſt ein Volck zum Eigenthum , das fleißig wäre zu guten Werden . Tit.2,148 Undwirwiſſen,daß er ift erfchienē, daß er

unſereSünde wegnehmc.i.Joh.315.6. 17. Womitiſt dieſes geſdeben ?

Nicht mit vergånglichem Silberoder Göld , ſondern mitſeinem tbeureBluty 1. Petr.1,18.19 . Indieſem haben wir die

Erldſung durch ſein Blut,nemlich die Pergebung der Sänder .Colof: 1,146 18. Wovon haterdie Menſchen erlöſet ?

( 1) Chriſtushat uns erlóſet von derra

Sluchdes Geleges Daerward einFluch vor uns. Gal. 3,13 .

( 2) Hat er unsvon dem zukünfftigen Joen errettet. . Theſl 1/10,

ben

(3)Hat

26 Von der Erróſung daraus. (3 ) Hater dem Tod die Macht ges nommen und dem ,der des Todes Gewalt

hat,dasiſt, dem Teufel, und erloſet die, ſo durch Furcht des Todes im ganken

Leben Knechte ſeyn muſten . 2. Tim :1,10, Ebr. 2,14.15 .

( 4 ) Hat er ausgezogen die Sürftens ſchau getragen öffentlich undeinen Trie umphaus ihnen gemacht durch ſich ſelbſt,

thum und die Gewaltigen und ſie Coloſſ. 2 ,IS. 19. Weloen Ytenſchen bater die Erlös fung erworben :

Jeſus Chriſtus iſt die Verſöhnung fürunſereSünde,nichtallein aber für uns

fere, ſondern auchfür der ganzenWelt. de die Verdammnisourch eines Suns

kommen iſt,alſo iſt auch durch eines Ger rechtigkeit die Rechtfertigung des Lebens

über alleMenſchen fomuen. Rom.se 18. 19.

20. Wie wird denndieſe Erlöſung

wirdlich in der Seele volle bracht :

Wenn ſie erloſet wird ausder Band ihrer

Von der Erlöſung daraus. 27 ihrer Seinde , daß ſie ihm diene ohne Furcht ihr Lebenlang in Heiligkeit und Gerechtigkeit. Luc . 1774.75. Denn ſo wir im Licht wandeln, gleichwie Gott im Licht iſt, ſo haben wir Gemeinſchafft uns tereinander , und das Blut JEfu Chriſti

Feines Sohnes machet uns rein von al. len Sünden . 1.Joh. 1/7 . 21, Will denn Chriſtus dieſes wiedlich in einem ieden gerne doll:

y bringen ? ga ; das iſt ie gewißlicywahr und ein theueres werthes Wort,daß JEfusChris ſtus kommen iſt in die Welt, die Súrts

Der felig zu macben. 1. Tim . 1,15 22. Was briveget Gottdazu

Alſo hat Gott dieWebah pet, das

er ſeinen eingebornen Sohn gab, aufdaß alle, die an fhn glaubenynicht verloren

werden , ſondern das eivigeLeben haben , gob.3,16 . Und Chriſtus hat uns ge. liebet,und fich felbſtfüruns dargegeben zur Gabe und Dpffer. Epb . 5;2. B2

Das

os :( 56

Das IV. Capitel.

Von derBeruffung. 23. Wie wird einem ſolcheErlö : ſung bekannt ?

Alſo iſts geſchrieben , undalſo muſte Chriſtus teiden, und auferſtehen von den Todten am dritten Eage , und predigen lafTent in ſeinem Namen Buſſe und Vers gebung der Sünden . Luc. 24,46. 47. : 24. Was thut alſo Gott :

Er bålt iederman vorden Glauben , Apoſt. Gefot . 17,32 und beruffet uns mit einem 6. Ruff. 2.Tim.1 / 9. 25. Was treiber ihn dazu ?

Nicht nach unſern Wercken , ſondern nach ſeinem Fårſag und Gnade. 2 . Dim . 1,9. Denn er will,daß allen Mens fchen geholffen werde, und zur Erkant. niß der Wahrheit kommen. 1. Tim . 2.4 . 26. Was hat alſo Sott überdie

Menſchen beſchloſſen ?

Weldje er zuvorverſehenhat,die hat er auch verordnet,daßſie gleich ſeyn ſola

len dem Ebenbilo feines Sohnes. Wels che

Vonder Berufung.

cheer aber verordnet, die hat er auch bes ruffen , welche er aber gerechtgemacht,

die hat er auch herrlich gemacht. Róm . 8,29.30 . 27. Zu wasruffet Gott die Wiens

rohen ?

Er beruffet ſie in die Heiligung ben des Geiſtes nund 63 vemn Glau der uEvangelium zum e h h Wábrheit durchs c t li rn rs en herfru iſti Eig ſſ 1un3ſ.e14 HEr JE Chr nde.r 2. Tnhſech .2, ht . . n c Me 28 Ra ni vo ſich ſelbft zu Gott kommen ? Niemand kommt zum Varer , denn

durch JEſum : Job. 13,4. Niemand

aber kah zu Jeſu kommen ,es ſei denn, daß ihn ziebeder Vaterd, er ihn gefandt hat. Joh.6,44. Dieſer Zug aber iſt der

himmliſche Beruff Gottes in Chriſte Sju . Phil . 3; 14. Das V.Cap .

Von der Bekehrung zu Gort. 29. Was iſt denn diefer Zug des , Vaters

Es ift die Buffe (oder Umwendung

des

26 Vonder Bekehrung zuGott: des Sinnes (uetávola ) zu Gott,und der Glaubean den Herrn Jefum Chris

ftum . Ap. Geſch. 20,21. 30 , Kommtdennder gefallene Menfch dadurch wiederum ju Sott :

gadenn es heiſt : So reyd nun Gott

unterthänig . Widerſtehet dem Teufs fel, ſo fleuchter von euch. Babet euch zu Gott ſo naheter ſich zu euch . Reis niger die Hände, ihr Sünder , undma. chet eure Bergen keuſch ,ihrWandele

müthigen.

Sevd elend , und traget

leid , und weinet . Euer Lachen verkehre

fich in Weinen ,und eure Freude in Trau . rigkeit. 31, Kan ſich der Menſch ſelber zu Gott bekehren :

Nein , denn Ephraim klagt : Du

( HErr) haftmich gezüchtiget,und da bin ich auch gezüchtigetwie ein geil Kalb. Bekebredu mich ſo werde ichbelehret. Da ich bekebretward , that ich Buſſe.

Denn nachdem ich gewigiget bin, fchlageich mich aufdieHüffte. Denn ich bin zuſchanden worden und ſtehedham xoth. Jerem . 31,18.4 . f. 32. Sorg

Ponder Bekehrung zu Gott, 31 32. Sordert denn Gott hiezuErlants niß der Sünden :

Alſo fpricht erſelbit: Rehre wieder du abtrünniges Ifrael, fo will ich mein Antlig nicht gegen euch verſtellen ,denn ich bin barmherßig , und wiü nid)t ewiglich

zúrnen . Alleinerkenne deine Miſles that, daß duwieder den HErrn deinen

Gott gefündigt haft. Serem . 3, 12, 13. Siehe oben die 5.6. und 7. Frage. 33. Iſts denn am Erkennen genug :

Sowir unſteSündeauch bekenten , foiſt Gott getreu und gerecht, daß er uns die Sündevergibt / undreiniget uns von aler Untugend . s. Joh.1,9 . 34. undbem Gewiſſen angſt :

Die Opffer,dieGottgefallen ſindein geångfter Geiſt, ein geångſtetund zer. Fehlagen Beeg wird Gott nichtverach, ten. Pl.51,19. 35. Wozudientdenn ſolche Reue und Angſt ?

Die Göttliche Traurigkeit wircket

zur Seligkeit eine Reue;dientemand 34

gereins

32 Ponder Bekehrung zu Cott. gereuet: Die Traurigkeit aber der Welt wircket den Tod. Daſſelbige,daß man Gottlichbetråbetwirö , wircketinuns

Fleiß, Verantwortung, Zorn, Furcht, Verlangen, Eiffer, Rache ( wider die Sünde.) 36. Muß denn dieSeele immer infola der Ungftbleiben ? t Der h . ng Pirate eine Reute zut

Seligkeit, und es alſo bey dereVerändes vost rung des Sirumng als der Buß (unstá ) h e undh Abke aubevnon dem Boff reznu Gott auc den Gltum JE an den B.2e0

fum Chri

37. Was bey

. Aicpht. Gefc

, 21p,s

ham gefchr aleſrotiügbeenr eiwe buff Seele ?

ThreAugen werden aufgethan , dag ne ſich belehret (oder umwendet)

Don

Der Finſterniß zum Licht undvon der Gewalt des Satans zu Gott zu empfa .

hen Vergebung der Sünde und das Era

be famt denen die geheiliget werden, durch den Glaubenan Ejam . Apoft. Gefd , 26,18.

38.DATA

Vonder Bekehrungzu Gott. 33 38. Darff man alſo nicht länger in Günden leben ?

Daß fer ferne ! Wie ſolte man in Sünden leben, derman abgeſtorben ift ? Róm . 6,2 . Denn fonft hieſſe es :

Sie bekebren fich , aber nicht recht. Hof:7, 16 . 39. Waruni das ?

Man wird ſich fdeuen alle ſein Leo

betage vor folcher Betrübniß ſeiner Seelen . Jeſai. 38 ; S : Und iper alſo

leidet, derboret aufvon Súnden , daß er hinfort,was noch hinterſtelliger Zeit im

Fleiſch iſt , nicht der Menſchen Lúſten ſondern dem Willen Gottes lebe. Denn es iſt genug,daß man die vergang gene Zeit des Lebens zubracht hat nach

heidniſchen Willen. 1. Pet.4,1.2.3. 40. Iftdenn diß derernſte Wille Bottes ?

ga: bey ihm iſt die Vergebung, das mitman ihn ( hernach ) fürchte. Pralm 130,4. Darum wer gefund worden iſt,

der fehezu ,und fündige hinfort nicht mehr, daß ihm nichtetwas argers wia Das derfahre : Joh. s.14.

34 BonderVergebung derSündent Das VI. Cap .

Von der Vergebung der Såns den undRechtferti: gung. Was folgt aufdiewahre Sergengs Befehrung ?

Chriſtus låſſet verkündigen in ſeinem

Namen Buſſe und Vergebung der Sünden , Luc. 24, 47. daß ſie ſich bes

Bebren , zu empfahen Vergebung der Sünden . Ap.Geſch. 26,18. 42. Worinn beſtehetdie Ver : gebung ?

In wircklicherAbthuungundWege nebmung ( á Péon )der Sünden , und

Reinigung von aller Ungerechtigkeit. 1. Joh . 1,9 . Cap. 3,5.6 . Denn ertil.

get die Übertretung ( gånglich) und gea denckt der Sünden nicht.Jeſai.43;25. Erift erſchienen ,die Sünde aufzubeben unohebmen . Ebr. 9,27.28 . 43. Woburch thut Gott das :

In Chrifto haben wir die Erlöſung

durch ſein Blut,nemlich dieVergebung

der Sünden nach demReichthum ſeiner nas

und Rechtfertigung." " 135 Gnade. Epb: 117. Col. 1,14. So wir

nun im Licht wandeln , fo habenwir Gerreinſchafft mit einander: Und das

Blut JEfu Chriftides SohnesGottes machet uns rein von aller Sünde .I. Joh.1,7 . 44. Thut ers denn freywilligund aus Onaden ?

Wo iſt einſolcher Gott,wie eriſt, der dieSünde vergibt, und erlaſſet die

Mifferharden übrigenfeines Erbtheils ? der feinenzorn nichtewiglich behålt denn er ift barmbergig.Mich.7718. 45. Geſchiehets alſo nicht durchs Geſet ?

Nein ; es wird Vergebung der eunden verkündiget durcb JEfum von dem allen durch welches man ( als veiderbt ) nichtkontein Gefek Moſi gea recht werden . Wec nun 40 JEfum

glaubet; deriſtgerecht. Apoſt. Gefely. 13,28 : 29. 46. Werden denn durch Iklum allein ** Die vergangenen Sünden ; I ! 11:32 abgethar :

Ervergibt,oder titget nichtallein die 36

Dora

36 Wonder Vergebung ber Sünden

vorigenSünden , ſondern reinigerauch von aller ( noch übrigen ). Untugend 1.Joh. 1,9.

Er vergibt nicht nur alle

Sünden,fondernbeilet ( auch wirdlich ) alleHebrechen ,er erloſetdasLeben vom

Verderben, und könet dazu noch mit Gnade unBarmherßigkeit .Pf.103,2.3 . 47

Was wird alsdennder Menſch vor Gott :

: Gotthat JEfum ,der von keiner Súna:

de wuſte, füruns zur Sünde gemacht, auf daß wir würden in Ibm die Bee

rechtigkeit Gottes .2.Cor.5,21 . Den durch eines Gehorſam werden viele Ges

rechte (dargeſtellt.) Róm . 5, 19. 48. Muß denn dazu Chriftus in uns

undwir in Ihm ſeyn ?

Man muß alles für Schadenachten

gegender überſchwenglichen Ertantniß gewinne, und in Ihm erfundenwerde,

ChriſtiJEſu, aufdaß man Chriſtum

daß man nicht habe feine Gerechtigkeit aus dem Gefesi fondern die durch den

Glaubenan Chriftumkommt, nemlich dieGerechtigkeit,die von Gottdem @ taus

benzugerechnet wird. Phil. 3,8. 49,was

und Rechtfertigung.

49.Washeißtalſo in Chrifto gerecht werden ?

Wenter derSeele vonGott gerade

wird zur Gerechtigkeit , Keiligung und Erlöſung,als der HErr, der unſes te Gerechtigkeit (ſelber) iſt. Gerem. 23,6. 1. Cor. 1, 30. 50. Kanman denn nicht aus dem

GeſetMoſe geredyt wer: Sen ?

Weil wir wiſſen, daß der Menſch Durch ( aus ) des Gefeges Werck nicht gerechtwird,ohnenurdurch den

Glauben an JEfum Chriftum : ſo glaus -ben wir auch an Jefum Chriftumn , auf daß wir gerechtwerden durch den Slaus ben an Chriſtum ,und nichtdurch des Ges Teßes Werck. Denn durch des Geſebes

Werofwird kein Fleiſch gerecht. Gala 2,16 . S1,Aber kanman auchnicht dieGes

techtigkeit verdienen Wir werden ohne Perdienft ge

recht, aus ſeiner OnadedurchdieErios

fung, fo durch JEfumChriftumgefches 37

hen

38 Von der Bergebungder Sündex hen iſt,welchen Gott hatfürgeſtelltzu eis nem Gnadenſtul durch den Glauben in feinem Blut. Rom .3,24.95 .

Flisaber

Aus Gnaden , ſo iſts nicht aus Vers dienſt derWercke, mſonſtwürde Gnade eyn

nicht

o m. R . II , 6 . n ka man ſich hier

u 52. War

nichts zuſchreiben :

Weil es (nicht des natürlichen Mens fchen ,ſondern)GottesGabeift ,und ken

nicht Aus den Werc

, auf daß fich

nicht iemand růbme. Eph . 2t,8.9 . Und auf daß allertMtuſnchduvledrſitgopffe werde,und

alle WeltGo

fen.Rom . 3:19 .

53.woran erkennet man einen Ges rechtfertigten ?

Wer recht thut , der iſt gerecht, gleidwie Gott gerecht ift: Wer aber

Sündethut, der iſtvom Teufel. 1.goh. 3 :7.8. So'wirnun wiſſen , daß Gott gerecht iſt, fo erkennen wir auch, daßwere

recht ohut,der iſtaus Gott geboren . 1. Joh.2, 29.

54. Was giltalſo allein inChrifto aco92 vordem pater ?

InChrifto giltweder Befdyneidung? noch

und Rechtfertigung noch Vorbaut etwas, ſondern eineneue Creatur. Und wieviel nach dieſer Res

gel einhergehen , überdie ift Friebe und

Barmherbigkeit. Gal. 6, 15. 16. 55. Wird alſo ein Gläubiger inChris ſto villig gerecht:

Wasdem Geſetz unmöglich war,çſins temal es durch das Fleiſch geſchwachet war ) das chutGott, und ſendet ( noch immer) ſeinen Sohn , und verdammet

die Sündeim Fleiſch durch Sünde. Auf

daß die Gerechtigkeit des Geſeges in nicht nach fon dem Geithdern nach 8,

denen

Das VII. Capitel. Von dem Glauben . $6, Wasift dasMittel zu dies ſem allen ?

Wir halten dafür,daßderMenſch ges recht werde durch den Glauben , ohne

des Geſeges Werck. Rom . 3,28 . 57. Ift denn der Glaube ſo nöthig :

JA : Ohne Glauben ifts unmög . lich

Bon dem Glauben .

lich Gott zu gefallen. Denn werzu Gott

kommen will, der muß glauben , daß a fey, und denen,dieihn ſuchen, ein Vergete ter ſeyn werde. Ebr. 2,6.7. 58. Wasiftdenn der Glaube ?

Einegewiſſe Zuverſicht ſelbſtändis ges Weren (uzósaris ) deß , das man

hoffet, und nicht-zweiffeln (Uberzeu . gung ) Deß,das man nicht ſiehet.Ebr.11,1 , 59. Woher bekommt man ihn ?

DerGlaube iſt nicht iedermans Ding . 2.Sheff: 3/2, Sondern Gott wircket den Glauben . Col. 2, 12. Und Jeſus

der Anfänger und Vollender des Hlaubens. Ebr. 12,2 . Und der Heit.

Geiſt iſt ein Geiſt des Glaubens. 2. Cor.4 , 13 . 60. Wodurch gibt Gott den Glauben ?

Der Glaubekommt ausder Predigt,

(dem Gehör) das Predigen aber durch das DortGottes. Rim . 10,17

der Gläubige34 61.Womithat tlyin : Erfiehet auf Jejum feinen Anfans ger

Bon dem Clauben . 41

ger und Vollender, Ebr. 12,2. welcher er zivar ( leiblich ) nid )t fiehet, und doch

lieb hat,undan ihn glaubet, wieroter ihn nicht ſiebet, und ſich freuet mit unauso

fprechticher und herrlicher Freude. 1. Pet. J; 8

62. Was folget aus folchen Glauben :

Wer nicht fiehet,und doch glaubet,det iſt ſelig . Joh . 20,29. 63, wovon befreyet der Glaube die Seele :

Gott reinigerdie Bergen durch den Glauben. Apoft. Gefd . 15,9 . Denn

ein jeglicher, der folche Hoffnung ( des Heils) hat, der reiniget ſich , gleidwie Šott auch rein ift. 1. Joh .3 ; 3. Indem das Blut Chriſti das Gewaffen reini.

get von de todten Wercken zudienen dem lebendigen Gott. Ebr. 9, 14 . 64. Was überwindet er ferner :

Alles, was von Gottgeboren iſt,ůbers windet dic Welt , und dieſer Gläube

iftder Sieg, der dieWelt åbertunden bat. Werift aber, der die Weltübers wins

Bondem Glauben .

windet, obne der da glaubet, daß JEſus

Gottes Sohniſt.1.gob.514.5 . Darum muß man vor allen Dingen ergreiffen den Schild des Glaubens , mit wels

dhem man auslöfchen kan alle feurige

Pfeile des Böſewichts. Eph. 6,162 65. Was thuter Hingegenim Sergen :

Der Glaube(als ein Gebotram Kim . 16,26. 1.Cor.10,5. 1. Pet.1,22. Ebr. 11 , 8.) iſt durch die Liebe tbås

tig. Gal. 5/6. Und man muß feinen Giauben mit ſeinen Wercken zeigen. Cac. 2 I8. 66, wie erweiſt er ſich durch die Bekäntniß ?

Wer den Geiſt des Glaubens hatwie

geſchrieben ſtehet: Ichglaube,darumrés de idy, der glaubetaucy, darum foredet er auch . 2.Cor.4 ; 13. 67. KanmandenGlaubenwie: der verlieren ?

Etliche glauben eineZeitlang, aber zur Zeit der Anfechtung fallen ſie ab. Luc. 8113 .

68.Was

Bon dem Glauben . 09

68. Wasift denn zur Erhaltung nöthig ?

Man muß einen guten Rampff Jämpffen , daß man babe Slaaben und gur Gewiſſen , welches etliche von fich ſtoſſen , und am Glauben Sdxiffbruch Leiden . 1. Tim . 1, 18. 19. ( Sieheuns

ten dasXII. Cap . vom Kampff. ) Dag IlX . Cap .

Von der Erleuchtung. 69, Wasthut alſo der Glaube in der Seele ?

Gott , der da hieß das Licht aus der

Finſterniß berfürleuchten, gibt einen bels len Schein in folche Herken , daß in ils

nen entſtehe die Erleuchtung von der Erkäntniß der Rlarheit Gottes in

dem AngeſichteJEfu Chriſti. 2.Cor.4,6 . 70. Wie gehet dieſe Erleuch tung zu ?

DerGott unſers HErrn JEfu Chris Vater der Herrlichkeit gibt der fti , deron Geift toiner Zeit und der Offerte

, erleuchteteAugen ihres Verſtändniß, dat

Wonder Erleuchtung.

daß ſie erkennen mögen , welches da rego

die Hoffnung ihres Beruffs , und wela ther da rey der Reichthum feines herrlis

chen Erbes anſeinen Heiligen,Eph.1,17. 18 .

71. Wer thutdieſes bey den Glaubigen :

Sie haben nicht empfangen den Geiſt der Welt, ſondern den Geiſt aus Gott, daß fie wiffen können , was ihnen von

Gott gegeben iſt. 1.Cor.2, 12. 72. Han ſichdenn niemand ſelba crleuchten ?

Niemand kan JEfum einenHErrn

heiſſen,ohne durch den v . Geiſt.1.Cor. 1213

73. Welche erleuchtet denn der si Geiſt nicht ?

Nicht viel Weiſen nach dem

Fleiſch , nicht vielGewaltige,nicht viel Edle ſind beruffen ; Sondern wasthis richtift vorder Welt , das hat Gotteče

wehlet. Dennwo ſind die Rlugen ?

Wo ſind dieSchrifftgelehrten ? Wo find die Weltweifen ? bat nicht Gott die

Von der Etleuchtung.

die Weisheit dieſer Welt zur Thorheit gemacht ? 1. Cor. 1,20.26. Die Welt aber kan den Geiſt der Wahrheit nicht

empfangen, denn ſie ſiehetihnnidyt, und Fennet ihn nid )t. Joh. 14,17. 74.Welche erleuchtet erdenn nur ?

So iemand willdeß Willen thun der Jeſum gefandt hat , der wirdinne

werden , ob ſeine Lehre von Gott ſey , Joh.7,17 75. Gebet es auch alle Chrt: ften an ?

Es ſtehet geſchrieben in denen Prophes ten : Siewerden alle von Gott geleb tet ſeyn.

Wer es nun höret bont Var

ter und fernets , der kommt zu Chriſto. Joh.6,451 76. Wie geſchiehet folchesLehren von Gott ?

Das iſt der Bund, den Gottmachet in den Tagen Neues Teſtaments : Er wil geben ſeint Gereg in ihrer Sinn ,und in ihr Berg wil ers Fcbreia ben : und ſoll nicht lehren iemand ſeinen

Nächſten , noch iemand feigen Bruder , und

PonderErleuchtung. undſagen : Erkenne den HErrn, denn ſie 46

rollen ihn alle tennen von dem kleina

ſten an bis zu den gröſten . Jerem : 31,31. u . f. Ebr.8, 10. Cap. 10, 16. ( Siehe

oben das 1. Cap.von der H. Schrifft.) 77. Wozu mußes dienen :

Man muß dazu erfüllet werden mit

Erkäntniß ſeines Willens, in allerley geiſtlicher Beisheit und Verſtand, das mit man wandele würdiglich dem HErrn zu allem Gefallen , und fructe

barſeyin allen gutenWercken.Coloſl. 1 /9.10 .

Das IX . Cap .

Von der Erkantniß Gottes. 78. Ift dif alsdenn die lebendige Erkäntniß ?

ga : es iſt der Glaube der Ausers ibehlten Gottes , und die Erkäntniß der

Wahrheit zur Gottſeligkeit, Sit.1, I. bey denen , die da reid werdennichtal lein inallerley Erkäntniß, ſondern auch in

der Erfahrung , daß ſie prüfenmögen, war das Beſteley . Phil.119,10 . 79.Wor

Von der Erkantniß Oottes. 47 79.Woranprüfetman dies ſelbe ?

An dem mercken wir , daß wir Gott e . altten Wekerd nnaenſag Gebotd hal wirkenſeineneihn,un ,ſot, ich er

Gebote nicht deriſt einLügner,und inſol. dem iſt keine Wahrheit. Wer aber ſein Wort bålt, in folchemiſtwarlich die Liebe Gottes vollkommen. Daran

erkennen wir , daß wirin ihm ſind. 1, Joh.2 ,3.4.5. 3.

80. Wenmuß man nothwendig erkennen :

Gott ben Vater und Den er gefandt

hat, Jefum Chriſtum ,denn das iſt 048 ewige Leben . Joh . 1773. 81, Wozudients ,daßmanGottals einen Geiſt erkenner ?

Gott iſtein Geiſt,und dieihnanbeten, dle müſſen ihn im Geiſt und in der

Wahrbeit anbeten. Job . 4 ;24 . Unb. weráhmanhanget, der iftein Geiftmit ihm . 1.Cor.6,17 gå. If denn nurein einiger Sott :

Wirwiſſen , daßtein anderGott fey , obne

48 Bon der Ertantniß Gottes. ohne der Einige , und wiewol es ſind, die Götter genennet werden , es rep im

Himmel oder aufErden ( ſintemal ésſind vielGötter und vielHerrn ) ſo haben ivir doch nur einen Gott , den Vater; von welchem alle Dinge ſind, und wir in

ihm , undeinen berrn JefumChrift, durch welchen alle Dinge ſind, und wic durchihn. 1. Cor. 8,4.5.6. 83. Wie iſt denn dieGottheitinder

Schrifft beſchrieben ?

Alſo : Drey ſind , die da zeugen im Himmel, der Vater, das Wort ( der

Sohn Joh. 1, 1.) und der Seil. Geiſt, und dieſe Drey ſind Eins. 1. goh.517. 84.Wie hat ſich ſolche Dreyeinigs keit in der Schrifft offens batet ?

Am Anfang ſchuffGottHimmel und Erden ; und Gott (prach

durch das

WortJoly. 1 ; 1.) derGeiſt Gottesaber fchwebete auf dem Waſſer. 1.B. Mofo 1, 1.2.3

85. Wie denn bey der Erlös fung ?

DerVaterrieffvomHimmel: Die if

Ponder ErkantnißSottes. 49

ift mein lieberSobn ; (welcher da ſtund)

Und der Heil.Geiftfuhr heráb ' als eine Saube. Matth. 2,16.17. 86. Iſt dennder Sohnwahrer Sort ?

Ja, er iſt der wahrhafftige Gott, unddas ewige Leben . 1.Joh . 5,20 . Gott

über alles , gelobetin Ewigkeit. Rim . 9,5 . Der als das Wort im Anfang war , und Sott war das Wort.

Joh. 1,1. 87. Soglaubeſt du auch an JE : fum Chriftum

ga, ich glaube und erkenne , daß dies

Ter iſt Chriſtus der Sohn des leben . digen Gottes . Job . 6,69. Apoft. , 8137. 88. Warum das ?

Eriſt der Glang ſeiner herrlichkeit und das Ebenbild feines Wefens. Ebr.

1/3. Aufdaßſie alle den Sohn ehren , wie ſie den Vater ehren. Wer den Sohnnicht ehret,der ehret auch denBas

ternicht, der ihn geſandthat. Joh.Fe23, Dennwerihr ſiehet, der fiabet den Bas ter E

so Bon derErkäntnißGottes. ter. Joh. 14, 9. Erund der VaterTho Lins. Joh. 10, 20. 89. Oft er aber auch ein wahrer Meirih ?

ga: Er kommt her ausden Våtern Nach dem Fleiſeb , der da in Hoi) über

ales,hocljgelobetinEwigkein: Rom.6 90. Weng iſt er Fleiſch moor ben ?

Da die Zeiterfülletwar, fandte Gott

feinen Sohn ,geboren von einem Weia be, und unter dasGeſetz gethan - qufdak er die,ſo unter dem Geſetz ivaren ,erloſeté, und wir dieKindfchafft empfiengen.Gal. 4; 4.

91. Wiemöchte foldes zugeben ? S

Der 3.Geiſt kam überMariam , und die Krafft des Höchſten überſchattete

ſie : Darum auch das Heiligei Sas von ihr geborenward, GottesSohngenena net ward. Luc.1,35. 92. Wárunr geldbabe es ?

gs ſeinca Brubern Er muſtealetdin w t erden , auf daß erbatinherß

würde und ein treuer Hoberprieſter -Gbr. 2/17

Von der Erf&ntnißGottes.

2,17. und bliebe doch beilig , unfchul

big und von den Sündern abgeſondert, Ebr.7,27 93. Bleibet er deſzwegendennode auch der Svba Gottes ?

In Chrifto wohnet die gange Sülle DerGottheitleibhafftig. 01.29. 94. Kan die Vernunfft folches faffen ?

Fleiſch und BintPandiefesnichtof fenbaren ,fondern der Vater inHim mnet. Matth . 16,17 . Denn es iſt 09 %

Kündlich grofie Geheimniß , daß

Gott iſt offenbarerimFleiſch,geredyt fertiget im

eift.1. Tim .3,16,

95. Was haterdenn unfertwegen gethan ?

Aufdaß erbeiligte das Bolet, durch

fein eigen Blut hat ergelitten auſſen für bem Thor. Ebr. 13,72. Uliid bat uns

perfhuet mitdem Beibe feines Fleiſches

durch den Tod. Eott/22, 96,Ifter aber alſo eruiedrigt blieben ?

Gr erniedrigte zwar ſich felbft , und ward

$2 Vonder Erkantniß Gottes. ward gehorſam ,bis zum Tod, jazuth Lodam Creug . Aber darum hát thn

auchGott erbobet ,und einen Nameta

gegeben,derüber alle blamen ift.Phil. 2,5. u. f. 97. Washat er ſtradsnach ſeinem Cod gethan ? Da er getödtet warnadh dem Fleiſch ,

aber lebendig gemachęt nach dem Geiſt, iſter in demſelbigen hingegans gen ( oderbinunter gefahren Eph. 9.) und hat gepredigtden çiftern im Gefängniß ,dicetwanicht glaubeten. 1. Pet.3.18. 19. Er hat auch ausge.

zogendie Fürſtenthümerund undes waltigen und ſieScau getragen öffent sich. Col. 2, 15 ; 98. Was iſt ferner mit ihn

gejibeben ? Er iſt um unſer Serechtigkeit widen

wieder aufermectet: Róm . 4,25.und aufgebaben gen Himmel und figet zur Rechren Band Oottes. Marc. 16 , 19.

n Summa : Das Lundbars

große Geheimniß iſt dieſes : Gott iſt

Offenbatet im Sleiro , gerechtfertiget

Bon der Erkäntniß Gottes. 53 im Geiſt erſchienen den Engeln,verkúns diger den Heiden , geglaubet von dec

Welt,aufgenommen indieBerrlich. keit. 1. Tim . 3,16. (Siehe oben das 3 . Cap. von der Erlöſung.) 99.Was iſt der H.Geift : Er iſtder Geiſt derWahrheit, der

vom Vater und Sohn ausgebet und

geſendetwird. 3oh.14,26.c.16,15. 100. Kan man nichtsvon Chriſto bas ben ohneden 5. Geift :

Niemand kan ihn einenErrn nene nen ohneihn. 1.Cor.12. lind wer Chris

fti Geiſt nicht hat,der iftnicht ſein. Róm . 879

101. Wie haben ſieihndenn ?

Sie ſind Bottes Tempel und der Geiſt Gottes ivohnet in ihnen : Der

SempelGottes aberiftheilig,der find fie: 1.Cor.3,16 :17. Ja ſie werden vol Gicia ftes. Eph.5.18. 102. Was thuter in ihnen ?

Welcheder Seift Gottes treibet,die find Gottes Kinder. Rom . 8,14 . quela

de aber Kinder ſind, in deren Hersen < 3

fento

Von der Erkántniß Gottes

fender Gott den Geiſt reines Sohnes , der ſchreyet: Abba,lieber Vater ! Gal. 416 , 103. Wiemuß man ſich dabey verhalten ?

Manmuß den Heil. Geiſt nicht bes ttuberi,durch welchen man verſiegelt iſt

aufden Tag der Erlöſung. 1. Cor.6,19. 104. Was erlangetman dar: atts ?

Das iſt der Wille Gottes , unfere Zeiligung, ohne welche wird niemand den HErrn ſehen." 1. Theff.4 ,3. Ebr. 12,14.Er heiligeeaber durch den Heil. Geiſt. Rom. 154 16. Deffen Fruche iſtLiebe, Freude, Friede; Geduld F, reund .

Kichkeit,Gútigkeit, Glaube,Sanfftmuth, Keuſchheit. Gal. 5 , 22. el Des x . Capit . Vom Gebet. 105. Was thut der Heil. Seift fters bey den Bein en ?

Sie haben einen kindlichen Geift empfangen,durch welchen ſie ruffen : Ab. bae

Bom Gebet. 55 ba,lieber Vater!DieſerSeifthilfft ihr rer Schwachheitauf, denn ſie wiſſen nicht,was ſie beten ſollenwie ſichs gebůh. 11

ret, ſondern der Geift ſelbſt vertritt

ſie mit unausſprechlichen Seuffzert. Róm . 8 , 15 , 26. 106. Was heißtdenn Beten ? Die Rede des Mundes und das

fpråch des Bergens : PP 19, 15 . Wennman infeinRämmerlein gehet,

undbetet zu ſeinem Vater im Verborgen nen. Matth. 6,6. 107. Sacsdenn Gott befohlen :

Bittet ifo wird euch gegeben,ſuchet ſo werdet ihrfinden , Klopffet an,ſo wit

euch aufgethan, Matth.7,7 . 108. Sollman denn innerlich im . mer bitten ?

Man fol allezeit beten , und nidye tabroerden , Luc.18,1 . Beret ohnung, terlaß . 1. Theſſ.5,17 . 109,Aberwelche Leute beten redt ?

Wir wiſſen , daß Gott die Sünder

nicht hörete ſondern ſo iemand Gotese 04

fürcha

Bom Gebet.

fürchtig iſt, undthüt feinen Willen, den høret er. Joh.-9,31. So uns nun uns

ſer Bergnichtverdammet , fo haben wir'eine Freudigkeitzu Gott undwas ivic bitten , werden wir von ihr nehmen , denn

wir halten ſeineGebot, und thun, was

für ihm gefädig iſt. 1. Joh. 3,21.22, no.Um was muß man bitten ?

Um den Heil.Geiſ : Der Vater im Himmel wird den beil. Geift geben

denen, dieihn darunibitten . Matth.7. Jl. Trachtet am erſten nach dem Reich Gottes und nach ſeinerGerechtigkeit, f wird euch das andre alles zufallen . Matth.6 , 33. In Summa : um alle

gute und vollkommene Gaben , die von oben berab kommen vom Vater des

Lichts. Jac.I , 17. III. Wie aber betet man Gott

inthe inte behetman Goet Om Seift undin derWahrheit,gok. 4,24. welder Geiſt in uns ſchreyen

muß: Abbo,lieber Vater. Gal.4,6 . 112. In weſſen namenoder auf werferi Befehlund Zuſage ?

Chriftus ſpricht; Warlid), warlich ich

Vom Bebet.

ich ſage euch,ſo ihr den Vater etwas bits tenwerdetin meinem Plamen , ſo wird

ers cuch geben. Bittet, ſo werdet ihr neha

men , daß eure Freude vollkommen fey, Joh. 16, 23.24. 113. Warum das ?

Alle Gottes Verheiſſungen ſind J & in Chriſto und ſind Amen in Ihm Gott ju Lobe. 2.Cor. 1 20. 114. Iſt man denn der Erhörung gewiß ?

Das iſt eben die Freudigkeit, die wir haben zu Jhm , daß ſo wir etwas bitten nach ſeinem Willen, ſo höreter uns : und ſo wir wiſſen, daß eruns höret, was wir bitten, ſo wiſſen wir,daß wir die Bitte has

ben, die wir vonJhm gebeten habe... Joh . 5:14 . 15 .

115. Was gehörtalſo hierzu ?

Wer dabetet, der bitte im Glauben , und zweifle nicht. Denn wer da zweif

felt,der iſt gleich wie die Meeres . Woge, die vom Winde getrieben und geweber.

wird. Solcher Menſch dende nicht, daßer etwasvon dem HErrn empfahen

werde. Jac.3,6.7.

16.Dar

Bom Gebet .

116. Darfman nur vor ſich allein beten ?

Der Heil.Geiſt ermahnet, daß man

für allenDingen zu erſt thue Bitte,Ges bet,Fürbitteund Danckſagung für alle Menſchen, für die Königeund für alle Obrigkeit. Denn Gottwit, daß allen

Menſchen geholffen werde, und ſie zur Ertantnißder Wahrheit komen . 1. Tim . 2/14

Das XI. Capitel. Von derivahren Gott

ſeligkeit. 37. Was iſtalſo derZwed aller Hand lungmit Gott :

Man muß nicht aufhören zu betent,

daßmanerfület werde mit Erkäntniß feines Willens in allerlev geiſtlicher Weisheit und Verſtand: damit man

wandlewürdiglich dem HErrn zu ale len Gefallen , und fruchtbar rey in allent

gaten Wercken , und wachſe in der Erkäntniß Gottes, und geſtårcket werde mit aller Krafft nach ſeiner herrlichen Macht,

Von der wahren Gottſeligkeit. Macht, in aller Geduld und Langmüthiga keitmitFreuden. Col. 1,9.4. f. Sintes

mal ohne die Beiligung niemand den HErrnſehen wird .Ebr. 12,15. 118. Laſſetunsnun dieHaupt:Sums ma aller Lehre undGebote

hören ?

SürchteGottund halte feineGebot, denn das gehöret allen Menſchen zu. Pred. Sal, 12, 13, Die Haupt-Sum ma aber desGebotsiſt Liebe von reinem

Bergen , und von gutem Gewiſſen und

von ungefärbten Glauben ,1.Tim., s: 119, worin beſteherdenn dieſe Lies be zu Gutt :

Das iſtdie Liebezu Gott, daß wir feis

ne Gebot balten, undſeine Gebote ſind nicht ſchwer. 1. Joh: 513. 120. Sangetdenndaran dieLiebe

des Nadſten :

So iemand ſpricht, ichliebeGott, und

hafſet feinen Bruder, der iſt ein Lügner : denn werfeinen Brudecnichtliebet , den

er ſiehet ,wie kan er Gottlieben , den er

nicht ſiehet 1. Sohsiao , 66

122.Hålé

6. Von der wahrenGottfeligkeit. 121. Hålt denn alſo ein Gläubiger Gottes Sebut ?

Wer den andern liebet , der hat das Gereg erfüllet. Denn das dageſagtiſt: Dufolt nid)t éhebrechen,du ſolt nicht tödtē, du folt nicht ſtehlen , du Toit nicht falſch Zeugniß reden,dich ſollnicht gelüſten , und ſo ein ander Gebotmehr iſt, das iſt alles in dieſem Wort verfaſſet : Liebe deia

nenrachften als dichſelbſt. Dielies be thut dem Nådyſten nichts bores . So ift nun die Liebedes Sereges Erfül. lung. Róm. 13/ 8.9.10 . 122. Wie kandieſes geſchehen ?

Nachdem aderbey ſeiner Göttlichen Brafft, was zum Leben und Gottlis chenWandeldienet, uns geſchencket iſt ? durch die Erkäntniß deß, der unsberuffen hat durch ſeineHerrlichkeit und Tugend, durchwelche uns die theure und allers

groſte Verbeiffungen geſchencket find , nemlich daß wirdurch daſſelbe theilhaffe !

tig werden der Göttlichen natur, lo wir fliehen die vergånglichen Lüſte deru.

Welt : So müſſen wirallen unſern Fleiß ogs

Von der wahren @ ottſeligkeit. 61, daran wenden, und darreichen im Glau . ben Tugend, und in der Lugend Bes

ſcheidenheit , und in der Beſcheiden .

beit Maßigkeit , und in der Måßigkeit Geduld ,und in der Geduld Gottſelig . keit , und in der Gottſeligkeit bråderli che Liebe, und in der brüderlichen Lies begemeine Liebe.

Denn wo ſolches

reichlich bey uns iſt,wirdsuns nicht faul noch unfruchtbar feyn laſſen in der Ers

kåntniß unſers HErrn Jeſu Chriſti. 2. Pet. 1,389.

Das XII. Capitel.

Vom Creuß und Kampff. 123. Wie gebets hier bey wahren Chriſten ?

Sie achten es für eitelFreude, wenn ſie in mancherley Anfechtung fallen, und wiſſen, daß ihr Glaube, fo er rechts fchaffeniſt, Geduld wircket. Die Geo duld aber fou feſte bleiben bis ans Ende,

auf daßſiefeyn vollkommen und gant , und keinen Mangel haben. Sac. I, 2.3.4 .

€7

124. Mela

Bom Creuß und Kampf . 124. Welches iſt dem das rechte Creurs ?

Der Gottloſe hat zwar viel plage .

PP. 32, 10. Weraber Chriſtonachfols gen will, der verleugne ſich ſelbſt ( reis nen eigenenen Willen nebme(din) ſeint

Creugaufſich täglich,undfolgeihm nach. Luc . 9,23 125.Worinnebefteher dastägliche Creuk ?

Welche Chriſtum angehören, die ha

benihr Fleiſch gecreugiget ſamtden Lüften undBegierden. Gat, s, 24. 126. Saben denn die Chriſter immer etwas zu leiden :

Wenn ſie um Wohlthat

willen een

und erdulden , das iſt Gnade bey Gott. Denn dazu ſind ſie beruffen . Sins temal auch Chriſtus für uns gelitten hat, unduns ein Vorbild gelaſſen , daßwir

follen nachfolgen feinë Fusſtapffen. 1. Pet. 2,120.21,

127. Was leiden ſie von ihren Fleiſoh und Blut.

Ein jeglicher wird verſuchet, wenn er, von

Vom Creuß und Kampff.

von ſeiner eigenen Luſt gereißet und gelos fet wird . Jac. 1, 14. 128.Was denn von derWelt?

Alles, wgs in der Welt iſt,nemlich des

SleiſchesLuft und der AugenLuſt und hoftårtiges Leben iſtnicht vom Vater, ſondern von der Welt: diefes dürffen ſie nicht lieb haben . 1. Joh.2,15 . Und ſo

ſie deßwegendie Welt baſſet, fo wiſſen ſie/daß ſie JEfum zuvorgebaſſet hat.Joh. IS, 18. 129. Wenn leiden ſie vomSatan ?

Wenn ſie nicht mit Fleiſch und Blut zu kämpffen haben , ſondern mit Fårften und Gewaltigen , mit den Herrnder Welt, die inder Finſterniß dieſerWelt herrſchen mitden bören Geis ſtern unter dem Himmel. Eph. 6,12. Wenn ihnen gegeben iſt ein Pfahl ins

Fleiſch,nemlichdes Satans Engel,der fiemit Fåuſten ſchlågt. 2. Cor. 12,7. 130. Wiemüſſen ſie ſich dabey vers 37

balten ?

Widerſtebet dem Teuffel, ſo fleucht

ervon euch! JAG 4 ,7. Seydnüchtern und

Vom Creugund Kampff.

und wachet,denn euerWiderfacher der

Teuffelgehet umberwie einbrúllenderlis we, und ſuchet,welchen er verſchlingedem

widerſtebet feft im Glauben. 1. Pet. 5,8

131. Womit wird dieſerKampff ausgekämpffet ?

Seyd ſtarck in dem HErrn ac. < ** bis : Wort Gottes . Eph.6, 10. u.F. 132. Will Gott darinnebeyhteens

Gottiſtgetreu,derunsnichtlaßtver, fuchen über unſer Vermogen , ſondern machet, daß die Berſuchung To ein Ende

gewinne, daß wirs können ertragen. I. Cor. 10, 13.

133. Wiedienet das Leiden zu Abſchaf fung des Bdſen ?

Wer am Fleiſch leidet,der böret auf von Sünden , daß er hinfort, was noch

hinterſtelliger Zeit im Fleiſch iſt,nicht dec Menſden Lüften , ſondern dem Willen

Gottes lebe. 1. Pet.4,1.2. 134. Wiedienets zuFörberung des Guten ?

Wicrühmen und der Trúbfalen, dies weil

BomCreuß und Kampff. 65 weil wir wiſſen , daß Trúbral-bringer Geduld , Geduld bringet Érfahrung, Erfahrung bringet Boffnung,Hoffnung aber låſet nicht zu Schanden werden.

Róm. 513.4.5. Úndſelig iſt derMann, der die Anfechtung erduidet, denn nachs dem er bewährer iſt , wirder die Crone

des Lebensempfahen, welche Gott vers Heiſſen hatdenen , die ihn lieben. Sac. dj 12.

DAB XIII. Capitel.

Pom Tod, Gericht,Verdamm niß und ewigen Leben. 135. Was hilfft die Züchtigung den frommen in Anſehung des Zukünftigen ?

Wenn ſie ſich ſelber richten , ſo werden

fie nicht gerichtet,fo fie abergerichtet werden, ſowerden ſievon dem HErrn ges

jůchtiget, auf daß ſie nicht ſamtder Welt verdammetwerden . 1. Cor. 11/ 31. 32 . 136. Rommen denn die Gläubigen nicht ins Gericht?

Chriftus ſagt: Wer mein Wort hør ret,

66. Vom Tod, Gericht, Berdatniß ret, undglaubet dem ,der mich geſandthat, der hatdas ewige Leben i und kommt

micht ins Gericht, ſondern er iſt vom Tod zum Leben hindurchgedrungen.Joh . $ 1246

137. Wird aber ein folch allgemein Gericht einmal ſeyn :

Gott gebeut deßwegenallen Menſchen an allenDrten Buſſe zuthun, darum ,daß er einen Tag geſeßthat, an welchem er richten wil den Rreis des Erdbok

dens mit Gerechtigkeit durch einen

Mann , in welchem ers beſchloſſen hat. Ap. Geſch. 17, 31 . - 138. Wie wirds alsdenn zuges ben ?

An dem Tag wird Gott das Verbors genederMenſchen durch Jeſum Chris ſtum richten . Rom . 2, 16. Und wic

müſſen alle offenbar werden für ſeinem Richterſtul, aufdaß ein jeglicher empfa . be, nachdem er gehandelt hat bey Leibes Leben , es ſey gut oderböſe. 2. Cor. 5, 10 .

Der Proceß ſtehet beſchrieben Matth.251 31,4 . Offenb.20,12. 359.

und ewigen Leben . 139. Was wird denen Gottloſen geſchehen :

Erwird ragen zu denen zur Lincken : Gebet bin,ihr Verfachten ,in das ewige Seuer, dasbereitet iſt dem Teuffel und feinen Engeln. Und ſiewerden in die ewis

gePein gehen.Matth. 25741.46. 140. Was dennmit den Gerech: ten ?

Sie werden gehen in das ewige Les ben. Matth. 25,46. Denn er wird geben

einem jeglichen nadyſeinenWercken ,nems lich Preiß und Ehre und unvergång, lich Weſen , denen , die mit Seduld in guten Wercken trachten nach dem ewis

gen Leben . Róm . 2,6.7. 141. Worinne beftehet das ewige les ben ?

- Wir wiſſen, tvenn es erſcheinen wird, daß wir Gottgleich feyn werden , denn wir werden Ihnſehen, wie er iſt, »: Joh. 3 ; 2. von Angeſicht zu Angeſicht. I. Cor. 13 , 12. 142. Was iſt deßwegen nöthig ?

Werfolche Hoffnung zu ihm hat, der Feis

68 Vom Tod, Gericht,Verdamnif reiniget fich , gleichwie Er auch reiniſt. 1. Joh . 3, 3. Erringet darnach, daß er durch die engePforte eingehe. Denn vielwerden darnach trachten, wie ſie hina

ein kåmen,undwerdens nicht thunfónnen . Luc. 13, 244 143. Wie gehets denn inoeffenden gerechten Seelen na dem od

Sie werden wie Lazarus getragen in Abrabams School , und im Paradis

getroſtet. Luc. 16, 22.25.

Šie ſind

in Gottes Band undim friede, und Keine Ouaal rühret ſie an. B. Weish .. 3,1.3 . Sie haben einen guten Kampff

gekampffet,denLauffvollendet und Siaus ben gehaken : undhinfort iſt ihnenbeya geleger die Crone der Gerechtigkeit, welche ihnen derHErran jenem Tage, der gerechte Richter, geben wird. 2. Sim . 417.8.

144. Ifdenn diefes alles in Chrifto zuſammen gefaffet ?

ga,diefer iſtderwahrhafftige Gottun Kindlein ,bús dasewigeLebe. Darum tet

}

und ewigen Lebent.

tet euch vor den Abgöttern ! Amen ! T. Joh. 5 , 20 ,21 .

Endeber Handleitung, Der III. Theil.

StardeoderSpeiſe, Nähereč Unterricht Wenden Geheimniſſen des Evangelii ( oder von der ganbeu Ordnung des

Heils ) fürdie Erwachſenen im Slauben, Das I. Capitel,

Bondein Evangelio unddeſſen Unterſcheid vom Geſet, 1. Was iſt das Evangelium :

eineKrafft Gottes, ſelig zu 德 Siſt machen alle , die daran glauben , Róm- Iv 16.gls einePredigtvonJE, nißoffenbarct ift, dasvonderWelt her

fu Chrifto , durch welcheDas Geheim .

verſchwiegeniſt, nun aber offenbaret auch tund

70 Vondem Gvangelio und deffer Eund geniachet durch der Propheten Schrifft, ausBefehl des ewigen Oots

tes, den Geborfamdes Glaubens aufs zurichten unterallen Hciden ( in allen Bildern .) Róm.16,25. 26 . 2. Wie iſt es vom Geſels Moſis uus terſthieden ?

Wenn ein Gefen gegeben wäre, das da konte lebendig machent, fo kame die Gerechtigkeit wahrhafftig aus dem Gefeß. Aber die Schrifft hat es alles

beſchloſſen unter die Sünde, auf daß die

Verheiſſung kámedurch den Glaus ben an JEſum Chriſtum , gegeben denen , die da glauben. Gal. 3 / 21. 22.

Alſowarjenes Gefeß durch Moſen gege bē,aberánade undWabzbeitiſt durch Chriſtum worden. Joh. 1717. 3. Wenn komint man denn aus dein

gereklichen Stand in die Krafts des Evangelii??

Das Gefel iſt unſer Zuchtmeiſter aufChriſtum ,daß wir durch den Glaus ben gerecht werden. Wenn nun der Glaube kommt, ſind wir nicht mehr uns

ter dem Zuchtmeiſter. Gal. 324. 25. . ie 4 W

Unterſcheld fom Gefeß.

4. Wiegeber das zu ?

Wer getödtet iſt dem Geſeg durch den LeibChriſti,derijt hernad, bey einem Andern , nemlich bey dem , der von den

Cooten auferivecketiſt, auf daßer Gotte Frucht bringe. Denn wenn einer im šleiſche iſt,da ſind die fündlichenLús fte, peiche durchs Gelis ſid ) erreger ,

Eräfftig in ſeinen Gliedern , dem Tode Frucht zu bringen .Wenn man arbebrenvom iſt, Geleg los und einhm abgeſto Das ſonſt gefang hielt : So dienet man nun im neuen Weſen des Geiftteass, und nicht im a7lten Weſen des Buchſ bons: Rom. . 4. 5.6 . 5. Ift denn ein Chriſt alsdena von allein Geſete lus ?

$ Nein : ſondern er ſtehetunter dem Ges

Peg des Geiſtes , der ihnlebendig mas chet i Chriſto Jeſu ; Rom . 8 , 2. und

nichrtødtet,wie derFluchim GefesMos fc. Rom . 7,10.11. 19 6. Was iſt das vorein Geſek des Geiftes ?

Es iſt das Geſex Gottes , wie esueimn ne

72. Von dem Evangelio unddeſſen neuen Bunde in den Sinn gegeben

und in die bergen geſchrieben wird. Ebr.8, 10.davon Paulusfagt: Ich bin nichtohne Geregvor Gott , ſondern -

bin in dem Sefets Chrifti /1.Cor.9, 21;

Weldesmuß erfüllet werden. Gal. 6, 7. Von weldein Geſek befreyet den Chriſtys :

Das Geſc des Geiftes hat Paulin frey gemacht von dem Geleg der Süns den und des Todes, Rúm .8/2 , 8. Welche befreyet er dapon ?

Die Sünde wird nicht herrſchen können über den , der nichtunter dem

Geles ift, ſondern unter der Gnade. Rim , 6, 14. Denn ein ſolcher iſt durchs Sif dem Geless geſtorben , auf daß er Gottelebe. Gal. 2, 19. Regieret einen

der Geift ( durch ſein Geles ) ſo ift er nicht unter dem Gefeß. Gal. 5,18. 9. Jſteinem ſolchen kein Sefers ges geben ?

Dem Gerechten iſt ein Geres geges ben , ſondern den Ungerechten und Unger

borſamen . 1. Dim , 1,8.9 . 60. Wie ?

Unterfebeld vom Scfes.

10. Wie? bebenwir denn durch den Blauben das Geſetz auf?

Das fer ferne! fondern wir richten AB auf ! Róm. 3; 31. Denn die Liebe

iſtdes Geleges serfüllung, Durch we',

cShe der Glaube thårig iſt. Róm : 13, 10, al . 5 , 6 ,

11. Wopon befreyet Chriſtus die Seele weiter ?

So ſie abgeſtorben iſt mit Chriſt de Sagungen der Welt,was ließte ſioe ſichn Denn fangen mit Sagungen ? Col. 2,20 Und wenn ſie Gott erkannt hat, wie folie

ſie ſich wieder umwenidgeenn zu den n und dürfft

Genpache

Saguns

gen , welchen ſie von neuedn und halten Lage, Mondeine,neFenſtiveolunted,

Jahr-Zeiten ? Gal. 419. 12. Wovon mehr :

Sauerte De Pharifác AvelchVoesniſdet dim e Seycheleiy,g Lurc. 12,1, e, ( B. Wasthaten die Pharifier unb

Schrifftgelehrten

Sie ſuchten in den Schrifft , und stepnten,ſie hätten das ewige Leben drins. ne,

744

Von der Erfántniß ine und ſie iſts auch,die von Chriſto zeus get : Aber zu Jeſu wolten ſie nicht Kominen, daß ſie das Leben hätten. Joh. 5.39, 40,

14. Befreyet denn Chriſtus von fola der geiſtlichen Hoffart ?

Er ſpricht: Lernet von mir, denn id;

binfanfftmüthig, und von Bergen des müthig, fowerdet ihr Ruhe findenvor eure Seele.Matth. 11/29.

Das Il Capitel. Von der Erfantniß und Vers

klarımg Chrifti. 15. Wasiſt alſo das Eine, das 8a Hoth ini :

Daßman vergeſſe, wasdahinteniſt, und ſtreckeſich nach dem ,das da fora ne iſt , und jage nad) dem Zielund den

Kleinod , welches fürhält die bittımli .

(che Beruffung GottesinChriſto98 ſu. Phil. 3; 14. als das befte Tbeil. Luc. 10,42, 16. Wie geſchidtdas ?

.: Wenn der Vater iemandensuotte SobH

und Berklärung Chriſti. 75 Sobn giebet. Joh. 6,44.Und wennein

ſolcher Mübfeliger und Beladener zu Chrifto felbſtkommt, daßerihn erquia de, fein Jodiauffid nimmt und yon ilyn Jernet. Matth . 11, 28 $ 14, miut man denn Chriftum notky wendig felbft defiwegen fens nen lernen ?

ga,dasift dasewige Leben ,bak fieden

Vater, und dener gefandi bat, Jefum Ehriftum erkennen . Sot ,17 3. Und dasistder Willedeß, der JEfum -gefandt bat, dat werden Sohn fichet und glaus bet anihn, derhabedaselvige Leben . Joh .

6 /4.Solche Sdyare bören ſeineStims meund Kenden ihnundfolgen ihm.gob. 10,27

18. Wobey lernet man in kema. sen

Er ſpricht fetoſt :Soihr bleiben mers bet in meiner Rede , fo feyd ihr meine

rechte Jünger,und werdetdieWahra beit erkennen und die Wahrheitmich

euch freumachen . Joh.14,21:

Von derErfåntniß 19. mußman auch darinne zuneha pien

Wachſet in der Gnade und Ertant, niß unſers HErrn und Heplandes Jeſu Chriſti, 2. Pet. 3,18.Werdeț nichtKing der an dem Verſtändniß , ſondern an der Bosheit feyd Kinder, anden Verſtand,

nißaber feyd vollkomen. 1. Eor,14,70, 20. Wer kan uns zu dieſem allen Helffen :

Niemandkennet den Sohn,denn nur der Vater, und niemand tennet denPas ter,denn nur der Sobn , und wem es der

Sohn will offenbaren. Matth. II,27, Fleiſch und Blut aber kan ſolches nicht of

fenbaren, ſondern derVater im Sims mel. Matth . 16, 17, 21.Wasthutalſoder Vater in den Gläubigen :

Wenn die Stundekommt, foverklas ret ( perherrlichet) er ſeinen Sobn, daj

mit ihn ſein Sohnwiederverkláré, gleich: wie er ihm Macht gegebenüberalles

Fleiſd), aufdaßer das Leben gebeider nen ,die er ihmgegeben bat. Job.17,1.2. 22.Was

und Verklärung Chrifti.

22. Wasthutder Sohn in ſolchen

Specimen Seelen : Wer ſeine Gebote hat und hält ſie;der iſts, der ihn liebet, und iver ihn lieber der wird von ſeinem Vater geliebet werden, und er felbft wird ihn lieben , und ſich

Ibm offenbaren .Joh .14; 21 . 23. Worinne beftehet nun dieſe Verklärung:

Daß die, ſo ihmder Vater gegen hat ,

feine Sperrlichkeit ſehen , die er ihm ges geben hat, ja daß erihnen ſelbſt dieBeres lichkeit gebe, die ihm der Vater gegeben hat,daß ſie Linsſeyn ,wie der Vater und Sohn eins ſind,er én ibnett, und ſie in ihm , daß ſie voltominen feyn in

Eins damitdie Welt " , Gott babe feinen Sohn geſandt. Joh. 17 , 22, 4 23:2 :

ärung n 24. Wora töird ſolche Berkl erkant ?

Daran erkennenwir , daßtoir in ihme feyn : Wer da faget,daß erin ibm bleis be; der ſoll auch wandeln, gleichwie er

gewandeltbat,1. Joh.2,5.6 . 3

Das

Bon derWiedergeburt Das III. Capitel.

Vonder Wiedergeblixt und Kindſchafft Gottes. 25. Was geſchiehetdenn bey denen , die Chriftum alſo kennen lernen ?

Sovielihn aumehmen , denen gibt etiam Macht Gottes Rinder zu werden ,die

an ſeinen Namen glåuben. Joh. 1, 1 2. 26. Muß denn die neue Gebartunum : gånglich geſchehen :

Laß didys nichtwundern, dafChriſtus geſagt hat: Ihrmüffet von neuten ge. boren werden . Joh. 317.Ja esſeydenn) daß iemand geboren werde aus dem WOaſſerund Geiſt, fo kan er nicht ins Reich Gottes kommen.Job.3,6.Sins,

temalin Chriſto nichts gilt , als eineneue Creatur, undwie viel nach dieſer Rey

gel einhergehen , über die iſt nur Friede und Barmhertigkeit.Gal.6,15.16 . 27. Was geſmiehetindem Anfang der neuen Geburt ?

Solche Kinder werden mitSchmers

gen geboren , bis daßChriſtus iniha C

und Kindſchafft Gottes.

nen eine Geſtalt geivinne. Gal. 4 , 19.

Und ſiewerden gezeuget inChuſto Je fu durch das Evangeliùm . 1.Cor.4 ;15. 28. Was wird alsdenn derMenſch nach undnachin Chriſto ?

Sft iemand in Chrifto , po iſt er eine neue Creatur. Das Alte iſt vergangen 29468 neu worden . 2. Cor . $ , 17.

Bal.6,15. Denn was vom Geiſt gea

borenwird dasiſtGeift. Joh.3; 6. Und das iſt der Anfang ois ſelbſtändigen Wefens, nachdem manChriſti theila

hafftig worden iſt.Ebr. 3, 14.6.11,1. 29.. Wer gebleret denn vonneuen?

Der Vater des Lichts zeuget uns nach ſeinenWillen durch das Wort der

Wahrheit, aufdaßwir werden Erſtlinge

feiner Creaturen, Juc. 1,18 . Dieſer Gott und Vater unſers D'ErrnJeſu Chriſtiwiedergebieretuns nach ſeiner groſſen Barmhertigkeit zu einer lebendis

gen Hoffnung durch die Auferſtehung Jeſu Chriſtiponden Todten. 1.Pet. 1,3 39. Woraus :

Psicht aus vergånglichem ,ſondern aus D4

unyers

Von der Wiedergeburt unvergänglichem Samen ,nemlich aus 80

dem lebendigen WortGottes, das da triglich bleibety 1.Pet. 1 ; 23.und aus

Waſſer und Geiſt von oben herab oder von neuen. Joh. ? / 3. 31. Muß alſo etwas Gdttliches in die 154 Menſchen Poinmen ?

Ja,die werden Gottes Rinder toets chenichtvon dem Geblüte / noch von dein Willen des Fleiſches, noch von dem Wila ten einesMañes ,fondern von (äus) Gott

geboren ſind. Joh.1,13 Ein iederaber Derdá glaubet , daß JEfus iſt derChriſt, der ift aus Gott geboren . 1 Joh. 511. 32. Woran erkennet man ſolche Gotts liche Geburt ?

Wirwerden theilhafftig derGotts lichenblatur,ſo wirfiehen die vergångs lichen Lüfte der Welt.2.Pet.1/4. Denn

alles, wasaus Gott geboren iſt, übers windet die Wett; 1. Joh.s, i. Ja inss gemein : Wer nun aus Gott geborett

iſt, derfündiget nicht, denn ſein Same bleibs in ihmund kannichtfündigent, denner iſt aus Gott geboren. 1. Joh.319. 33. Bes

undKindfchafft Gottes.

33. Geher denn eine neue Schöpffung und Veränderung im Miens

ſchen vor ?

Gott ſpricht: Ich will ein neu gern und einen neuen Gein geben , undwil

das ſteinerne Herß aus eurem Fleifel wegnehmen ,und euchein fleiſchern Here geben. Ich willmeinen Geiſt in euch ges ben ,und will ſolcheLeuteaus euch mar chen , die in meinen Geboten wandeln ,

Ezeds. 36,26. Und David bittet:Schafa fein mir,Gott,ein rein Berg , und gib

mir einen neuen gewiſſen Gellt (erneure in ineinem Inwendigen einen gerviflen Geiſt .) PP.SI, 12. 34. Wozu denn ?

Wir follen Gottes Werck ſeyn ,geo robaffen in Chrifto JEfu zu guten Wers đen , zu welchen uns Gott zuvor bereiten

will , daß wir darinne wandeln ſollen . Eph . 2, 10 . 35. Was ſind alsdenn ſolche Sees len :

Rinder des lebendigen Gottes .

Hol. 1/18. Denn fie find alle Gortes DS

Rini

82 Von der Wiedergeburt und zc. Kinder durch den Glaubenan Chriſtum

Seſum , Gal. 3 , 26. nady der Verheiß jung : gdy wil in ihnen wohnen und in ihnenwandeln , und ich will ihr Gott feyn , und ſie ſollen mein Volck feyn. Ich willibrVater ſeyn, und ſie ſollen meine

Söhne und Tochter ſeyn. 2. Cor. 6 16. 18.

4:36. Wie ſind ſie von andern unters

ſchieden ?

Daran wirds offenbai , welches die Kinder Gottes unddie Kinder desSeufs fels find: r nicht recht chut, 129 michtvon Gott,und wer nicht ſeinen Brus

der lieb bat. 1. Joh. 3, 10. 37. Was hilfft aber den Kindern folcher Stand ?

Der Heil. Geiſt gibt Zeugniß ihreat Getft , daß fie Gottes Rinder find . Sind ſie denn Kinder, fo find fie auch Ers ben , nemlich Gottes SÉrben und Mits

erbert Chriſti. Róm . 8 , 16, 17, Gal.4 , 7 : DÁS

03 ):( S6 Das IV. Capitel.

Bon dein Wachsthuin des nelien Menſchen . 38.Wasgeſchichtbey dieſein neuen Weſen des Geiſtes ?

Wenn der Menſch erneuert wird im

Geiſt ſeines Gemüths, ſo leget cr ab den alten Menſchen nach dem vorigen Wandel, der durdy Luſte iu Srrthum fich verderbet hat, und hingegen ziehet er den

neuenMenſchen an, dernach Gottge ſchaffeniſt in rechtſchaffener Gerechtig Feit und Heiligkeit. Eph.4,23.24. 39. Wozu und wornach wird er 12

ericuert ?

Der neue Menſch wird erneuert zu

der Erkäntniß nach dem £ benbild deß, Derihn geſchaffen bat. Col. 3,10 . Ervers

neuert ſich durch Verneurung ſeines Sinnes ,Daß er prüfenmögs, weldies da

fer der gate, wohlgefälligeund volkom , mene Gottes Wille. Riin , 12,2 . 40. Dürffen dieWiedergebornen nicht immer Kinder bleiben :

Nein,ſondern 06 ſiemüſſenrecherchaiffent feyn

Von dem Wachsthum

ſeyn in derLiebe , und wachfen in allen Stücken an dem , der das Haupt iſt,

Chtiſtus. Gal 4,14.Siemüſſenwach , Ten in der Erkäntniß Gottes und geftårs cketwerden mit aller Rraffe nach feia nerherrlichen Macht inaller S duld und

Langmüthigkeit mit Freuden.Col. 1,119 41. Wie geſchicht das ?

Sie ſind deſſen in guter Zuverſicht,daß der in ihnen angefangen hat das gure

Werck,derwirds auch voufiihren bis aufden TagJEfu Chriſti. Phil.1,6 .Und

derGott allerGnaden,der ſie beruffen hat zu ſeiner ewigen Herrlichkeit in Chriſto JEfu , derſelbige wird die, ſo eine kleine

Zeit leiden vollbereiten fiarcken , träfftigen und gründen. 1. Pet.5/10 , 42. Mus was vor einem Grunde ?

Sie find fefte und unbeweglid und nehmen immer zuin dem Werck des

BEren, fintemal fie wiſſen , daß ihre Arbeit nicht vergeblich iſt in dem HErrn. 1 , Cor: 157 58. 43. Gibts denn alſo unterſchiedeneGras de unter den wahren Chriften ?

34 : Dennſie werden in dasBild der Serrs

des neuen Menſchen .

Herrlichkeit des HErren ) verwandelt von einer Klarbeit (Herrlichkeit) zur andern , als vom Geiſt des HErrn. 2. Cor. 3, 18.

44.Welchesſind denn dieſe Stuf fen ?

Johannes benennet (1) kleineRind , lein , denen die Sünden vergeben ſeyn : (2 ) Rinder, die den Vater kennen :( 3 )

Jünglinge, die ſtarck ſindund den Bos Fewicht überwunden haben : (4) Männer oder Våter ,die erkant haben den, der von

Anfang iſt. 1.Joh .2, 12. 13.14 . 45. Sagt denn auch Paulus-von June gen Kindern,farden Jüngs lingen undvollkomme: nen Männern.

ja: der Leib Chriſti muß erbauetwere den ,bisdaßwir alle binan kommen zueta

nerley Glauben und Erkäntniß des Sobnes Gottes und ein vollkommen Mann werden , der da fey in der Maſſe des vollkommenen Alters Chrifti, auf

daß wir nicht mehr Rinder reyn. Eph. 4,13. Stem : feyd männlich und feyd D7 ftarck

Von dem Wachsthant Starck in dem HErrn 1. Cor. 16 ,13.Eph. 6,16. Ebr.5,13. 86

46. Wiewird denn dieſerWachsthum befördert?

Benn ein ieder wachſet in allent Stůcken an dem Haupte Chriſto , aus welchem der gairge Leib zuſammen gea füget; und ein Glied am andern ban , get, durch alle Gelence , dadurch eines

dem andern Handreichung thut nach dem Werck eines jeglichen Gliedes in féis her Maße , und machet, daß der Leib

wächſet zu ſein felbft Befferung ,and das alles in der Liebe. Col. 4 19.16. 47. Welches iſt denn der höche fteZwed ?

Daß der ganße Leib wachſezur Gotts

lichen Groſſe (oder zumWachsthum Gottes.) Ed . 1,19.

Das V.Cap.

Bon der Vereinigung mit Chrifto. 48. Welchesift das ydelte Ger beimniß in der Seele ?

Es iſtdasGeh :imniß, dasverborggen la

Vonder VereinigungmitChrifto: 87 geweſen iſt von der Welther und von den Zeiten her, nun aber offenbaret ſeinen

- Beiligen ,welchen Gottgewoit hatkund thun, welcher darey der herrliche Reicha thum dieſes Geheimniß unter den bei:

den, welches iſt Chriſtus in uns, der da ift die Hoffnung der Herrlichkeit. Col. 1,26.27 . 49. Worin beſtehet denn diß Geheimniß ?

Dafwir als Kinder mit Schmerzen geboren werden, bis das Chriſtus in uns

eine Geſtalt gewinne. Gal.4,19. Und daß wir alſo den neuen Menſchen oder

Den HErrn JEfumCbriftumangieben . Nóm . 13 ;14. Gal. 3/27. Cok3,10 . go. Iſto dennnichtgenug,daßnian Chriſtum nach der Siftorie Fenne ?

Von nun an kennen die Gläubigen niemand nach dem Fleiſch , und ob fie auchChriſtum gekannthatten nachdem Fleiſch , fo kennen ſie ihn doch ießt nicht

mehr. Denniſtiemand in Chriſto,ſo ift er

eine neueErsature 2,Cor.5 / 16.17 sa . Die

88 Von der Vereinigung mitChrifto . $1. Wie kennen ſie denn Chriftung nach dem Geiſt ?

Nachdem ſie von Chriſto durch ſeis

nen himinlifchen Beruffergriffen ſind : Phil. 3, 12. 14. ſo prüfen ſieſich ſelbſt und erkennen , daß Jeſus Chriſtus (nicht nur im Himmel, ſondern auch) in ihnen iſt. 2.Cor.13,5. Da er noch im . mer im Geiſt gerechtfertigt wird bey ſeinen Gliedern . 1.Tim . 3716. 52.Will denn der sker YEjusin . den Veugebornen poba nen ?

Chriſtus vobnet durch den Glaus ben in ihren Herken, und durch die Liebe werden ſie in ihn eingewurgelt und ges

gründet. Eph.317. Dennwer ihn lies bet, "Der wird fein Wort halten, und fein Vater wird ihn lieben , und ſie werden zu

ihm kommen undWohnungbey ihm machen . 30h . 14, 23. 53. Wird er alsdenn mitilinen Eins :

So ſagt er felbit : Auf daß ſie alle

cins feyn, gleichwie du, Vater,in niirund ichy

Bon der Vereinigung mittbriſto. 89 ich in dir, daß ſieauch in uns Eine feyn.

Und ich habeihnen die Herrlichkeit geges eing , die Teyn ; gleich wie wir eins find

ihnene, nund du in mir , aufdaß fie v.olflo komm ſeyn in einst. Joh . 1711u . be $4. Wie beſchrei der 5. Geift Fonftdieſes Sebeimniß ?

Daß JEfus gefekt fevzumyaupt det Gemeine über alles , welcheda iſt fein

Leib,nemlid ,dicfúlle def,der alles in als len erfüllet. Eph. 1/22 . 23. 55. Wie aber am allerbedenck's

lichften

Der Mann ift des Weibes Haupt, gleichwie auch Éhrljius iſt das Baupe der Gemeine ; und er iſt feines Leibes

Heyland. Das Gebelmmiß iſt groß, ich ſage aber von Chriſto und der Ges meite. Eph. 5,23.32.

56.Šowill ſich der SÉrr Ljus mit der Seelen vermäy . len ?

Erfagt: Ich willmich mit dir verlos

ben in Ewigkeit,ichwillmich mit die pers

90 Vonder Vereinigung mitChrifto . Vertrauen in Gerechtigkeit, in Grade und Barmherkigkeit, ja im Glauben will ich mich mit dirverloben , unddufolt en 2 den B SEorrn erkenn . Holg.et, 19.10 . f n n Weral dem HErr anba , der ift Ein Geift mit Ihm . 1. Cor.6 ,17. ja

c ein Leib und ein Geiieſdt .Eph.m4o,4 ni.sSi . he das gange Hohel

Salo

Das VI. Capitel

Von der Gemeinſchaft

mit Chrifto. 57. Was folgt aus folcher Verbina dung Chriſti und der Seele ?

i Das da von Aufangwar, das die A. poſtel gefeben haben mit ihren Augen ,das

ſiebefchauet haben , und ihre Hånde betaa ſtet haben, vom Wort des Lebens, das

haben ſie uns deFivegen verkündiget, auf

daß auch wir mit ihnen Gemeinſchafft haben , und unfere Gemeinſchafft fey mit dem Vater und ſeinem Sohn

JELChriſto, 1 ,Joh. 1,1, 3 , 58. Wers

GemeinſchafftmitChriſto .91 Wonder 58. Werden wir denn dazu bes

ruffen :

ga, durch Gott ſind wir beruffen zur

Gemeinſchafft JEfu Chriſti" unfers HErrn. i.Cor.1,9. 59. Wie nahe roll ſie wohl ſeyn :

So, daß wir ſenn folien Glieder ſeines Reibes, von ſeinem Fleiſch und von ſeis nem Gebein , ( gleichwie er zu erſt von: unſerm Fleiſch war ) und daß ziven ein

Sleiſeb ſeyn, ſo das groffe Geheimniß iſt. Eph. 5,31.32 . 60, Wir ) alſo der neue Menſch had Chrifto gebildet :

ga , Chriſtus gewinner Geſtalt in thm . Sal. 4 ,19, 61. Wiegeſchicht dieſeGeſtala tung

So Chriſtus in uns iſt, ſo iſt der

Leib zwar todt um der Sündewillen ,as berder Seift ift das Leben um der Ges

rechtigkeitwidlen , Rom . 8:20, 62. Was hat er denn erfilich mit Chrifto gemein ?

Scin Leiden ; Er erkennet Chriſtum und

Von der Gemeinſchafft und die Krafft ſeinerAuferſtehung, uno die Gemeinſchafftſeiner Leiden, daß er ſeinem Tode åbnlich werde, damit er 92

auch entgegen komme zur Auferſtehung aus den Todten. Phil. 3,10 . 63. Yas ferner ?

Šein Sterben

Alle die wirinJÉ

ſum Chriſt getaufftſind,die ſind in ſeis hen Tod getauffr. Soſindwir iemit ihm begrabent durchdie Sauffe in dert

Tod. So wir aber ſamtihmgepflans tetwerden zugleichem Tode fowerden

wirduich the

aftebüngfeon

eit

wirwiſſen, daß dieſer alter Menſch faine tom gecreugige iſt, aufdaß derfündige

Leibaufljøre und wir hinfortderSünden nicht mehr dienen.

Denn wer geftorben

iſt, der iſtgerechtfertigt von dereúns de. Rom . 613.4.5.6.7 . 64. Köniten wir dennChriftinicht ans bers theilhafftig werden alsin dieſer

wirdliden Gemeinſchafft ?

Es fev ferne. von iemand zurühmen, deng allein in dem Treuge unſers. Errn

gefuChriſti,durch welchenuns dieWelc ges

mit Chrifto.

gecreugigt ſeynmuß,und wirder Welt,

Sal.6,14. Bir müſſen deßwegen als lezeitdasSterben l des 3ErrnJely arrol anders das

umtragen an Leben des HErrn JEfu an unſerm Leibe offenbar werven , 2.Cor, 4 , 10 . bsi # ber bleibt es bey ſoloer Leidens;

Gemeinſchafftallein Die Gläubigen find zwar geſtorben , und ihr Leben iſtmit Chriſto verboro

gen in Gott; Wenn aberChriſtus ihr Lebenwird offenbarwerden , ſo werden ſie auch mit ihm offenbarwerden in Der Herrlichkeit. Col. 3,3; 66. Leben ſie denn nicht hier ſchon mit Chriſto ?

Sie ſind zwarmit Chriſto gecreußiget,

fie leben aber , doch nicht ſie , fondern Chriſtus lebetinihnen , und was ſie noch hieriin Fleiſch leben , das leben ſie

im Glauben des Sohnes Gottes. Bal. 2 ,20. Denn Chriſtus iſt ihr les

ben,und Sterben ihrewinn-Phil.1,26% 67. Waswirdet Chriſtus in demLes ben der Seinigen ?

• Exiſtein rechterWeinſtock, und ſein Bar

Von der Gemeinſchafft

Vater ein Weingartner. Einen leglis oben Xeben an ihm ,der da Frucht briti get , wird er reinigen , daß er mebi

Frucht bringe. * Wer in ihm bleibet, und er in ihm , der bringet viel Frucht. Joh.15 / 1.2.5. 68. Basdenn in ihrenWorten ?

Sie dürffen nicht etwas reden , wo

daſſelbenicht Chriſtus durch ſie wirs chete. Núm. 15:18 . Und man wird an

ihnen gewahrdeß , der in ibnen redet, nemlich Chriſti. 2. Coç.13/3 . Denn was ſie reden, das reden ſie als Gottes

Wort. 1. Pet.4, 11. 69. Woburch wirddasLeben uns terhalten ?

Ber ihm ſein Herkaufthut ,zudem geheter ein und båledas Abendmahl mit ilym . Dffenb.3,20 . Und alſo ift

ſein Fleiſch die redite Speiſe und reino Blur der rechte France. Wer fein

Sleifch iffet, und trincker ſein Blut der bleibetin ihm und er in ihm. Pie ibn geſandthat der lebendige Bater,und

slebetum des Baterswillen : Alſo wyer ibn

mit Chriſto . ibn iffet , derfelbe wird auch teben um ſeinet willen . Dißift das Brod ,das

vom Himmel kommen iſt. Joh.6,55-5.8 . 70. Kan ein ſolcher denn Chrifto erſt nachfolgen ?

ga : Wer da faget, daß er in ihm

bleibe,derſollauch wandeln ,gleichwic er gewandelthat. 1.Joh.2,6. Und ein ieglicherfer gefinner wie Jeſus Chris ftus auchwar. Phil. 2,5 . 71. It dieſe vzachfolge Chrifti nothwendig ?

Er hat uns ein Fürbild gelaſſen ,daßwir ſollen nachfolgen ſeinen Fusſtapffen . 1.Pet,2,21. 72. Wie geſchicht dieſeVader folge :

Daß wir ſein Jochauf und nehmer Und vonibm lernen ,wie er ſanfftmüthig

und von Herßen demüthig iſt.Matth. 11, 29. Ingleichen , daßwer ihm nachfols gen will,daßer ſich ſelbftverleugne, Fein Freug auf ſich nehme undihm nadys

Folge. Match , 16 , 24. 73. Was wird uns aber dafür :

Wer ſein Leben verliehret um kinet svilen ,

Von der Gemeinſchafft

willen,derwirds finden . 1.14. Demon das jftlegewißlich währ,ſteğben wir mit, so werden wir auch mitihm leben ,dulden

wirmit ſowerden wirauch mit herrſchen, 2. Sim . 7, 11, 12 . 74. Hat er denn dieſeGeneinfchafftder Herrlichkeit ſelbſt ſo gewiß verheiffen ga : Wer überwindet ;dem wider

geben mitihm aufſeinem Stulzu ſiten, wie er überwunden bat, und iſt geſeffen mit ſeinem Vater auf feinen Stul. Of

fenb. 3,21. llnd erwill, daß,wo eriſt, ben hat,daß fie feineSerrlichkeit ſehen,

auch die bey ihm feyn, dieer ihm geger die er ihm gegeben hat. Joh.17.24 99

erhat ihnen gegeben die Berrlichkeit, Die ihm der Vater gegeben hat. 6. 2 ?. Das VII, Cap .

Von den Uemtern Chriſti uno reiner Glieder. 75. Wasifterftlich Chriſtus bey uno

in den Seinigen ? Er iſt der grofDropbet, der in die Wettkonimen fou, Joh 6,14.nach Mos

116Weiſjagung5. B.MOR.18,18.19.s 76,Wa

mit Chriſto.

76. Was iſt deßwegen ſein Amt:

Nachdem Gott vor Zeiten manchmal und auf mandyerley Weiſe geredt bat ju

Den Vätern, durch die Propheten ,hat er am lekten indieſen Tagen zu uns geredt durch den Sohn . Ebr.14.1.2. Denn niemand hat Gott iegeſehen , der einges børne Sohn , der in der Waters School

iſt,der hatesuns derkundiget. Joh. I, 18.

77.Wiehatersdennperlüms

diget ? Er hat etliche zu Apofteln geſetzt, etfie dezu Propheten jetliche zu Evangelis

Aes , effiche zu Birten und Lehrern . € py. 4 , if . s 78. Ift er aber nichtauch ſelbider Srinigen gegenwärtig ?

Siehe, er iſt bey uns allé Tage bis an das Ende der Welt.Matth.28.Dars Am ſpridit die Gerechtigkeit aus dem Glauben alſo : Sprich nicht in deinem

Herken , wer wilhinauf gen Himmel fahren ?dasiſt nichts anders ,denn Chris ftum berab bolen ; oder wer wil hin, €

Von der Gemeinſchafft

abin die Tiefe fabré ?Das iftnichts anders,

Denn Chriſtum von den Lodten holen, A. berwas ſaget fie ? DasWort iſt die nabe,nemlich in deinem Munde und in

deinem Joergen . Núm . 10,6.7.8. 79. Wasiftoas vor einWort?

Diß iſt dasWort yeſu vomClaus ben ,das die Apoſtelgepredigt haben.0.8. Denn ſeine Worte ſind Geiſt und find Lebent, ja er hat Worte des ewigen

Lebens. goh.6,63.68. 80 , Wiemußman gegen dieſes

Com

Wortſich verhalten ?

Manmußes in ſicb wohnend und bleibend haben . Joh. 5,38, Wie er ſagt : Soihr inmirbleibet, und meine

Worte incuchbleiben,werdetihrbitten , was ihr wollet, undes wird eud) wieders

fahren. Joh. 15,75 81, Wasthut er alsdenn ?

* Erwird ſie lieben ,und ficbihnen of fenbaren . Joh. 14/21. Dennſiebor tenfeine Stimme,undfolgenibm ,u.er

gibt ihnen das ewigeLeben. Job. 19,277 82.Was

mit Chriſto .

82. Was wiſſen ſie denn ?

Sie haben die Salbungvon dem ,det

heilig iſt, und wiffenalles.Und DieSale bung, die ſie von Ihmempfangen haben ,

bleibet beyihnen , und dürffennicht, daß fie jemand lehre, ſondern wie ſiedie Sale

bungalles lehret, ſo iſts wahr, u.iſt kei

neLügen. Und wie ſie fie gelehrethat,fo bleiben ſie bey demſelben . 1.Joh.2 , 20 , 27

83. Was werden ſie alsdenn in Chriſto

Sie werden alle von Gott gelehrte. Joh. 6,45. Chriſten oder Gefalbete , Apoſt. Geſch. 11,26. die das Wort

Cbrifti reichlich unter (in) ſich wohnert laſſen, und ſich ſelbſt lebren und vers mahnen . Col.3, 26. Denn ſie ſind ſelbst vollGútigkeit , erfüllet mit Era kantniß, daß ſieſich untereinander Fins nenermahnen. Röm .15,14. 84. Wozuſind ſiealſo gelegret ?

Es entſtehet in ihnen diergeleuchtung von der Erkäntnide ß r KlarheitGots

tes in dem Angeſichte JEfu Chrifti. 2.Cor.

TOO

Von der Gemeinſchafft

3.Cor.4,6. Und zivar,daß fie verkún

digen follen die Jugend deß,derſieberufe fenhataus der Finſterniß zu ſeinem wuns Derbaren Licht. 1. Pet.2,9. Match. 12/3 4:35 .

85, Wasift Chriftus ferner bey uno inden Seinigen ?

Gin Prieſter in Ewigkeit nach der Weiſe Melchiſedech. Pf.110/4.Ebr.7 86. Was hat er denn ihrentwegert

als ein Prieſter gethan ? Er iſt am Ende der Welt einmal era

ſchienen, durch ſein eigen Opffer , die Sündeaufzuheben . Ebr. 9,26 . 87. Wasthut er ferner dißfalls :

Er hat ein unvergånglich Prieſters thum , daher er auchſelig machen kan immerdar, und bittet für ſie. Ebr. 7 ,

24.25. Denn ob iemand fündiget, fo haben wir einen Fürſprecher bey dem Vater, JEfum Ehriſtum ,der gerecht iſt. I.Joh.2, 1.

88.Triachet er dennauch ſeineGlics der zu Prieftern ?

Sie ſind eben das auserivehlte Ges

fohlecht

Ιοι mit Chriſto . ſchlecht,das königlichePriefterthum

das H. Volck, das Volck des Eigen ,

thums. 1. Pet.219. 89.Worinnebeftehat dieſesihr Amt vornehmlich ?

Sie bauen ſich zum geiſtlichen Prics fterthum , zu opfferngeiftiide Opfferi die Gott angenehm ſind durch gefum Chriſtum . 1. Pet.2 ; 5. Inſonderheit geben ſie ihre Leibe darzum Opffer, das da lebendig , beilig und Gott woble

gefällig iſt,welches iſt ihr vernünfftiget Gottesdienſt. Rom.12.i. Sie opfa fern auch durc, JEfum das Lobopffer Gotte allezeit , das iſtdie Frucht der Lips

pen , die feinen Namen bekennen. Ebra 12, 15 .

90. Worin beftehet ihrPriefter thum weiter?

Daß fie ftets beten in allem Anliegen

mitBitten und Flehen im Geiſt und was dendazu mit allem Anhalten und Flea hen für alle Heiligen . Eph.6,18. ga

auch,daß ſie ſegnen , die ihnen flucene wohlthun denen,die ſie haße, bitten für

die fo fiebeleidigen undverfolgen .Matth. E3

5:44 :

102Vonder Gemeinſchafft mitChr. 5,44. Rom . 12,14 . Und zwar,daß ſie Befwegen fegnen, weil fie dazu beruffen

find, daß ſie den Segen beerben . 1. Pet. 3,9 .

91.Endlich was ift Chriftus bey und in ſeinen Gliedern ?

Ein Rönig,deſſen Reich inwendig in ihnen iſt nicht aber mit duſſerlichen Geberden komt oder in Worten beſtehet.

Joh. 18/36. Offenb. 19,15.16. Luc.17, 21. 1.Cor. 3 , 20. ,

92. Müſſen ſiedenn auch mit ihn berrfchen ?

Jeſus Chriſtus ein Fürſt der Ko. nige aufErden hatſie geliebet und gewas ſchen von den Sünden mit ſeinem Bluta und hat ſie für Gott und ſeinem Vater

zu Rönigen und Prieſtern gemacht. Dffenb. 1,6. Eph. S, 10. Indem er ſie

errettet hat von der Obrigkeit der Finſter* * niß, und verfeßet in das Reich feines lieben Sohnes . Col. 1 , 13

D46

:( SD Daslix , Capitel.

103

Von denen übrigen Früchten der Inwohnung Chriſti, als Lieber Friede, Freude,Einigkeit un

Gemeinſchafft der Bets 4.

figen , Lob und

Dand . 93. WelchesiftderGrundund Zwed aller Werde Chriſti ?

Wer ihn liebet, der wird von feinem

Vatergeliebetwerden, und erwird ihn liebenund ſich ihm offenbaren : und aus dieſer Liebe wird der Vater und Sohn zu ibm kommen und Wohnung mas, chen . Joh. 14,21.23 . 94.Was wirdet dieſes in den Seinigen :

Es heißtſtets in ihnen : Laſſet uns ihni

lieben , denn er hatuns erſt geliebet ! 1. Joh.4,19. Indieſer Liebe aber iff keie

ne furcht - fonderndie völlige Liebe treibet die Furchtaus,Denn dieFurcht hat

Pein. Wer fich aber fürchtety Der iſt nichtvöllig in der Liebe. " Hingegeniver i

104 Bon dettek übrigen Früchten in der Liebe bleibet, derbleibet inOott

und Gottin ihm, weil Gottdie Liebe ift. 16. 18.

95. Wie lieben ſición denn :

Das iſt die Liebezu Gott, das wir feine Gebot halten , und ſeine Gebote find (alsdenn) nichtſchwer. 1.soh.513 . 96. Saben ſieauch Friebemit Sott ?

Mun " fie find gerecht worden durch den Glauben , ſo haben ſie Frieden mit Gott durchunſern HErrn JEfum Chris ſtum , durch welchenſie auch einen Zug?

gang haben zu derGnade,darinnefie ftes ben . Róm.5,1. 97. Woher entſtehetillnen dieſes Friede ?

Geiſtlich geſinnet ſeyn iſt Leben und Sriede. Rúm . 8, 6 : Darum redet er zu ihnen ,daß ſie in ihm Friede haben ; Joh . 16,33 . Und ſie lernen von ihn

Sanfft und Demuth, daß ſieKube fins den vor ihre Seele. Matth. 11,29 . 98. Spricht erſie nur daſſerlich zufrieden :

ein : Erlaffet ihnen wirdlid, feia

der Inwohnung Chrifti.

IOS

nen Frieden undgibt ihn nichtwiedic Welt, daß ihr Here nichterſchreckt und fich nicht fürchtet. Joh. 14,27 . 99. Wasnutzet es ihnen ?

Solder Friede Gottes, der höheriſt als alle Vernunfft, bewabret ihre Hers ßen und Sinne in Chriſto FEfir.Phil.4,7 100. Scaffet denn auch Chrifti

Geift Friede unter den Mens fder1

Ja , wenn Chriſtus offenbatet wird im Fleiſch, ſo wird friede aufErden und

den Menſchen en Wohlgefallen . Luc. 2, 14. 101, Bind dennwahre Glieber Chriſti eines ?

Weilviele cin Leib in Chriſto und einer des andern Slied iſt : Röm . 12,5 . j.Cor. 12 , 12. 13. und alſo ein Leib

und ein Geiſt einecley Soffnungdes

Beruffs, ein HErr, ein Glaube,eine Cauffe, einGott und Vater: So můf ſen ſie auch fleißigſeyn zu halten dieseis nigkeit iin Geiſt durch das Band des Friedens. Eph.4,3 . u.f. ES 102. Boom

106VondenenübrigenFrüchten 102. Sabenſiebenn etwas miteing ander genein :

Sofie im Lichtwandeln , ſo haben ſie

Gemeinſchaffeuntereinander, 1. goh . 1,17. und haben einerley Sinn unters

einander. Rom . 12,16 . So auch ein . Slied Teidet , fo leiden alle Gliedermit,

und ſo ein Glied wird herrlich gehalten,ſo freuert ſich alle Glieder mit. 1.Cor. 12, 26 .

103. Was find fie denn alſo unters einander :

Einer iftihrVater im Himmel, und einer iſt ihr leiſter Chriſtus , ſie abec. find alle Brüder. Matth . 2318.9 . ! 104. Wieheiffet ſolche Anzahlder Oheder Chrifti ?

Das Haus Gottes, die Bernteine des lebendigen Gottes , ein Pfeiler uno

Grundfefte derWahrheit. 1. Tim .3;15. 105. Wer iſt der Gemeineihr Haupt ?

Gotthat Jelu alles unter feine Füffe gethan ,und hatihngefeßtzumbauptder Oes

Ser Frwohnung Chriſti. 107

Gemeine über alles , welche da iſt ſein Leib. Eph.422.23 . 106. Welches findihrewahren Glieder ?

Welche bleiben in J'Elu Rede , die ſind feine rechte Jünger : Joh. 8, 3. Die,welche nicht mehr Fremdlinge und

Gåſte ſind,ſondernBürgermitden Heiz ligen und Gottes Sausgenoſſen , er. bauet auf den Grund der Apoſtel und

Propheten,daJeſus Chriſtus dereck,

ftein iſt: auf welchem dergange Bayin einander gefúget wadyſet zu einem Zeit. Tempel in dem HErrn, aufweld )en alle

mit erbauet ſeyn zu einer Bebaujung Gottes im Geiſt. Eph. 2, 193422. 197. Sind ſie allezeitFantlidoder 0 ſichtbar ? Der fefte Grund Gottes boflebet und

hat dieſen Siegel

der Beer kennet trete ab von der Chriſti

minho es

nennet. 2.Sim . 2 , 19.

108. Saben ſie auch Gemeinſchafftmit den Heiligen im Sinmel ?

Ja ſolchefindkonimen zu dem Berge E 6 Zion,

108 Vondenen übrigen Früchten Zion, und zu der Stadtxc . sae bis :* redet dann Habels .Ebr.12,22.23. 24 . 109. Huchmit den H.Engeln ?

ga; ſie ſind kommen zu derMenge vieler tauſend Engel . Ebr. 121,23. , und dieſe ſind auch ausgeſandt zum

Dienftum derer willen, die ererben fors len die Seligkeit . Ebr. 1 ,14. Pf. 34,8. Ja es iſtalles durch Chriſtum verföhnet zu ihm felbſt, es repy auf Erden oder im

Himmel. Col. 1, 19. Eph. I, 10. yo . Washangetweiteran dieſem Evangeliſchen Frieden ?

Das Reich Hottes iſt Gerechtigkeit;

Stiede und auch Freude im Heil. Geiſt. Róm .14, 17. Der Gott der Hoffnung erfüllet fie mit aller Freude und Fricde

imGlauben , daß fie völligeSoffnung haben durch dieKrafft des H. Geiftes,

Rom. 15, 13. dieweil ſie geſchmecket haben , daß der HErr freundlich iſt. I, Pet. 2 , 3. Ul. Was hilfft ihnen dieſes in

Erubſalen ?

Der Vater der Barmherzigkeit und Bott

der Inwohnung Chrifti. 109 Gott alles Troſtes tröſtet ſie in allemihs un Srůbfal. Dem gleichwie ſie des Leia dens Chriſti viel haben , alſo werden ſie

auch reichlich getroftet durchChriſtum . 2. Cor. 1.3.4.5. Und hernach gibt die Züchtigung eine friedfame Frucht der

Gerechtigkeitdenen , diedadurch geübet werden . Ebr. 12, 11 . 2. II2. Wasfolgtendlich aus foldem f

allen :

Daß ſienichtſorgen , fondern inals len Dingen ihre Bitte im Gebetund Fles

hen mit Danckfagung für Gott kund werden laſſen. Phil. 4; 6. 113. Wiebanden ſieihm mit Wors ten ?

Sie werden vol Geiſtes , und reben untereinandervon Pſalmen und LobsSes

fången undgeiſtlichen Liedern, ſingen und ſpielen demHErrn in ihren Herken, und fagen Danckallezeit für alles Gott und

dem Vater,in dem Namen unſers HEra

JEfuChrifti. Eph:5/19. ga ſie fallen vordem Thron Gottes nieder und ſagen :

Pem , der auf dem Scul fizet, und

dem

JIO

Bon der Vollendung

dem Lamm fey Lob und Ehround,

Preiß und Starcke insEwigkeit. Dfos fenb. 5,13 . 114. Wie loben ſie ihnmit der That ?

Sie laſſen ihr Licht leuchten für den

Menſchen,daß ſieihre guteWercke ſes hen und den Vater im Himmelpreiſen ." Matth.5,16.Sieſind erfülletmit Früch , ten der Gerechtigkeit,die durd) JEſum Chriſtumgeſchehen zu Ehit und Lobe Gottes. Phil. 1,10. IT sis

)

Das IX. Cap .

Von der Vollendung des Heils in Chrifto. 15. Iſt denn ein miterbe Chriſti felé ner Beftindigkeit gewig ?

Wer ſich zwar låffet dúncken , erſfehé, mag wol zuleben , daß er nicht falle : Denn es mag ihn wol noch keine denn

menſchliche Verſuchung betreten haben .

Aber Gott iſt gerréu ,der ihn nicht läßt

verſuchen über ſein Vermögen , ſondern

Schaffet mit der Verſuchung zugleich den Xus

des Heils in Chrifto.? 111 Ausgang , daß mans kan ertragen. I. Eor. 10 , 12, 13 116. Worauf gründet ſich aberdie rechte Gewißheit.

Der Err iſt treu, der wird die Seis nen ſtårcken und bewahren für dem

Argen . 2. Cheff: 3: 3. ga , Gott wird fie feft bewahren bis ans Ende , daß ſie ſeyn unſtråfflich auf den Tag unſers HErrn JEfu Chriſti. Denn Gott iſt treu , durch welchen ſie beruffen ſind zur Gemeinſchafft feines Sohnes Jeſu Chriſti. 1. Cor.1,8 . 117. Banſie alſo nichts vonJefu fcheiden ?

Wet will fie ſcheiden von der Liebe

Gottes ? TrúbraloderAngſt =

bis :

LiebeGottes, diein Chriſto JEfu iſt uns

ferm HErrn: Róm . 8,35* 39. 18. Aberworaufzielen alle Göttliche Wirkungen ?

Auf daß fie darfiellen einen ieglichen Menſchen vollkommen in Chriſto JE: fu , Col. 1, 28 , oder damit ein Menſch Sots

Von der Bottendung

Gottes fev vollkommen , zu allem guten

Werck geſchickt. 2. Tim . 3/17 119. Iſtdenn die höchſte Vollkommens

heit fchonbey folchen ?

Nicht daßſiees ſchon ergriffen haben , oder ſchon vollkommen ſeyn : Sie jas gen ihmaber nach, ob ſie es auch ergreif

fen möchten , nachdem ſie von Chriſto

JEſu ergriffen find,Phil. 3, 12. damit ſie immer völliger ( oder vollkommener) werden. 1. Thef.4, 1 . 120. Kedet aber der 5.Geiftdemoch von einigerodrommenheit ?

Ja , wir ſollen alle hinan kommen zu einerley Glauben und Erkäntniß des

Sohnes Gottes und ein vollkommen Mann werden,der da ſey in derMaße des dolkommenen

Alters Chrifti

auf daß wir nicht mehr Rinder ſeyn. Eph. 4, 13. 14. Und wie viel nun voll .

kommen ſeyn , die ſollen alſo gefinnet

feyn , neinlid) ſich nach dem Kleinodju ſtrecken .Phil. 3 , 15: 121. Welcheſind denn folche Voll formene ?

Vollkommene find , denen ſtarcke Speis

des Heils in Chrifto

113

Speiſe gehöret, die durch Gewonbeit haben geübte Sinnen zum Unterſcheid des Guten und Böſen. Ebr. 5, 14. 122. Viachwelchem Bild oder Mufter werden ſie nach undnach erreuert ?

Der neue Menſch wird in ihnen vers

Neuert zu der Erkäntniß, nach dem Es

benbild deß, derihn geſchaffen bat, Col. 3/10 , 123. Wornachund worinne wird role

deneueCreatorgeſchaffen ?

DerneueMenfchwird nadGotege fchaffen, in rechtfchaffenerSeredbriga Feit und seiligteit.Eph.4,24. 124. Iftdieſes Gottes ernfter Wille in Chriſto ?

Weldje er zuvor verſehen hat, die hat er auch veroidnet,daß ſie gleichſein ſols len dem Ebenbild feines Sohnes/ aufdaß derſelbe der Erſtgeborne fey unter vielen Brüdern. Rim . 8; 29. 125. Wasift alſo furg das erneuerte Bild Guttes ?

Die Göttliche Flatur, welcher die Heir

114

Von derVollendung

Heiligen theithafftigwerden ,und diß ſind die theuere und allergröffefteVerbeifluns gen. 1. Pet.1, 4 . 126. Wiegehets damit zu ?

Esſpiegelt ſich in ihnen des BEren

Rlarbeitherrlichkeit:)

cauiges

decktenAngeſicht, und ſie

e Ket (verwandelt in daſſelbigBild

von einer Klátheit ( Herrlichkeit zur an. dern, als vom Seift des HErrn . 2. Cor. 4 ; 18;

ſie alſo Bottes Bild 127. IRönnen t noch hier in gewifferIzaße erlangen ? maße

Sie können mit Johanne zeugen : Gleichwie er iſt, ſo ſind auch wir in

dieſer Welt. I. Joh.4, 17. 128. Aber wenn wird es vols lendet ?

Sie ſind nun zwar Gottes Kinder , és iſt aber noch nichterſchienen , was ſie ſeyn werden. Siewiſſenaber, wenn es ers

fcheinen wird,daß ſie Ihm gleich feyn werden ; denn ſie werden Ihn fehen ,wie

er iſt, 1. Yoh. 3/2, 129. So

des Heils in Chrifto.

IIS

129. So iſt in dieſem Leben keine Ses ligkeit vor die Rinder Gottes ?

Allerdings ſind ſie felig ,wiewolin dec Boffnung ( oder durch die Hoffnung ſchon ſelig worden .) Róm.8,24. Denn

Nach ſeiner Barmherbigkeit hat Gottſię Felig gemacht ('lowos)durch das Bad Der Wiedergeburt. Tit. 3,5. 130. So haben ſie audy foon hierdas ewige Leben

Wer an den Sohn glaubet, der bat dabewigeLeben . Joh . 3,36 . 131. Iſt denn dieſes gemißlich wahr :

Dif'iſt eben dasZeugniß, daß ihnen Gott das ewige Leben hat gegeben . 1. Joh.sinl:Ja diß iſt geſchrieben denen , dieda glauben an den Namen des Sohs nes Gottes, daß ſie wiſſen , daß ſie das enige leben haben , v . 13 . 132. Worinne beſtebet folchegegene wärtige Seligkeit ?

Daß fie erleuchtet geſchmeckethas ben die himmliſche Gabe und theils h

116 Bonder Bollendung deszc. bafftig worden ſind des H. Geiſtes, und

geſdymedet habendas gútige WortGoto tes und die Kraffte der zukünfftigen Welt. Ebr. 6,4.5. 133. Worinne habenfie das ewige Leben

Dieſes Leben iſt in ſeinem Sobn : Werden Sohahat,derhatdas Lebent, werden Sohn nichthat, derhat das Les ben nicht. I. goh . 5,11.12. 134, Iſter in ihnen felbftderSimmel und das Leben ?

Sie wiſfen , daß der Sohn Gottes kommen iſt,und hat ihnen einen Sinnger

geben , daß fie erkennen denWahrhafftis

gen, und find in dem Wahrbafftigen , in ſeinem Sohn JEfu Chrifto. " Dies ſer iſt der wahrhafftige Gott und

das ewige Leben felbft. 1.Joh.5 :20.

EN DE 5MY 80

SOBEDESEBRITS Inhalt Der Capitel Im I. Theil wird gehandelt

Von dem 1. Hauptſtück der zehen Ges boten .

pag . 9

Dom II . Hauptſtud dem Glauben . II Vom Ill. Hauptſtud dem Gebet. Is

Vomiv. Hauptſtúd der Tauffe. 16 Vom V.Hauptſtud dem Abendmahl. 17

Smu. Theil handelt

48 I. Cap. Vom Srund des Glaus bens,demWorte Gottes p. 19 II. Von der natürlichen Verderb, niß

III. Von der Erlöſungdaraus 25 IV . Bonder Beruffung

V. Pon derBekehrung zu Gott 29 VI. Von

S ) o ( 50 VI. Von der Vergebung der Sun denund Rechtfertigung 34 VII. VantGlauben

118. Von der Erleuchtung

IX. Vun der Erkantniß Gottes 46 X , Pom Qebet

XI. Pon derwahren Gottſeligkeit 58

XII, Bom Creus und Kampff 61 XIII. Vom Tod gericht,Werdam 65 niß undewigenLeben

Im III. Theil. DAs I. Cap . Von dem Ebangelio und deſſen Unterſcheid vom Gefeß 69

II. Von der Erkäntniß u . Verkids 74 rung Chriſti

III. Von der Wiedergeburt und Kindfchafft Gottes

IV. Vom Wachsthuin des neuen 83 Menſchen

V. Von der Vereinigung mitChris 186

VI. Von der Gemeinſchafft mit Sbm

90 ,

VI.Won

093 ) o (SC VII. Von den Aemtern Chriſti und ſeiner Glieder 96

IIX .Von den übrigen Früchten der Inwohnung Chriſti

103

IX . Von der Vollendung des Heils in Chriſto.

IIO

PATITIS 5 MY 80

SEO