This is a reproduction of a library book that was digitized by Google as part of an ongoing effort to preserve the information in books and make it universally accessible.
https://books.google.com
Over dit boek Dit is een digitale kopie van een boek dat al generaties lang op bibliotheekplanken heeft gestaan, maar nu zorgvuldig is gescand door Google. Dat doen we omdat we alle boeken ter wereld online beschikbaar willen maken. Dit boek is zo oud dat het auteursrecht erop is verlopen, zodat het boek nu deel uitmaakt van het publieke domein. Een boek dat tot het publieke domein behoort, is een boek dat nooit onder het auteursrecht is gevallen, of waarvan de wettelijke auteursrechttermijn is verlopen. Het kan per land verschillen of een boek tot het publieke domein behoort. Boeken in het publieke domein zijn een stem uit het verleden. Ze vormen een bron van geschiedenis, cultuur en kennis die anders moeilijk te verkrijgen zou zijn. Aantekeningen, opmerkingen en andere kanttekeningen die in het origineel stonden, worden weergegeven in dit bestand, als herinnering aan de lange reis die het boek heeft gemaakt van uitgever naar bibliotheek, en uiteindelijk naar u. Richtlijnen voor gebruik Google werkt samen met bibliotheken om materiaal uit het publieke domein te digitaliseren, zodat het voor iedereen beschikbaar wordt. Boeken uit het publieke domein behoren toe aan het publiek; wij bewaren ze alleen. Dit is echter een kostbaar proces. Om deze dienst te kunnen blijven leveren, hebben we maatregelen genomen om misbruik door commerciële partijen te voorkomen, zoals het plaatsen van technische beperkingen op automatisch zoeken. Verder vragen we u het volgende: + Gebruik de bestanden alleen voor niet-commerciële doeleinden We hebben Zoeken naar boeken met Google ontworpen voor gebruik door individuen. We vragen u deze bestanden alleen te gebruiken voor persoonlijke en niet-commerciële doeleinden. + Voer geen geautomatiseerde zoekopdrachten uit Stuur geen geautomatiseerde zoekopdrachten naar het systeem van Google. Als u onderzoek doet naar computervertalingen, optische tekenherkenning of andere wetenschapsgebieden waarbij u toegang nodig heeft tot grote hoeveelheden tekst, kunt u contact met ons opnemen. We raden u aan hiervoor materiaal uit het publieke domein te gebruiken, en kunnen u misschien hiermee van dienst zijn. + Laat de eigendomsverklaring staan Het “watermerk” van Google dat u onder aan elk bestand ziet, dient om mensen informatie over het project te geven, en ze te helpen extra materiaal te vinden met Zoeken naar boeken met Google. Verwijder dit watermerk niet. + Houd u aan de wet Wat u ook doet, houd er rekening mee dat u er zelf verantwoordelijk voor bent dat alles wat u doet legaal is. U kunt er niet van uitgaan dat wanneer een werk beschikbaar lijkt te zijn voor het publieke domein in de Verenigde Staten, het ook publiek domein is voor gebruikers in andere landen. Of er nog auteursrecht op een boek rust, verschilt per land. We kunnen u niet vertellen wat u in uw geval met een bepaald boek mag doen. Neem niet zomaar aan dat u een boek overal ter wereld op allerlei manieren kunt gebruiken, wanneer het eenmaal in Zoeken naar boeken met Google staat. De wettelijke aansprakelijkheid voor auteursrechten is behoorlijk streng. Informatie over Zoeken naar boeken met Google Het doel van Google is om alle informatie wereldwijd toegankelijk en bruikbaar te maken. Zoeken naar boeken met Google helpt lezers boeken uit allerlei landen te ontdekken, en helpt auteurs en uitgevers om een nieuw leespubliek te bereiken. U kunt de volledige tekst van dit boek doorzoeken op het web via http://books.google.com
و همواره مور E
GEBED
T
EN
-BOECKIEN ,
In't welck den waren grondt wordt ghetoont ,
van 't
Recht bidden
Aengevanghen
.
(doch , niet volweyndight )
Anno ,
I 6 24 .
Door
F
A
COBB Ö
H
M
Anders
TEUTONICUS
PHILOSOPHUS.
Ghedruckt in 't faar
1641.
E ;
Bayer. Staats Bibliothek
München
CORT
IN
Van
HOUDT
dit
GEBED TBO
E
CK JE N.
Oe den menſch fijnes ampts , Wandels ( daar God hem
in
ſtaats , ende
heeft verorde
neerdt) ſich gheduurigh ſalerinneeren , ende
fijnen aenvangh , fijn middelſt , ende eynde, in al fijn doen ,God bevelen ,ende.ſijn werck gheduurigh, met God , arbeyden ſal; ghelijck als den ftam
des
Booms,
door de kracht des Wortels , fijne tacken baardt, ende fijne vruchten op defelpighe draaght. Ende hoe hy in alle aenvanghen , tot fijnen arbeydt, uyt het Fonteyntjen Gods ,ſal kracht ſcheppen ; ende voor alle welvdaden , ſynen Schepper dancken
.
Nevens hartelijcke betrachtingh des lijdens , doods, ende der opſtandingh honger
Jefu Chrifti : hoe den menſch den
ende de begeerdte ſynder
dood , in
fielen , door
Chrifti
fyne opflandingh , gheduurigh in God ſal in
voeren , ende in de nieuwe wedergheboordt in
drin
ghen : op._dat-vby bidde, inden geeſt ende indewaarheyt, ende de gheeft Chriſti , in , ende met hem bidde ; ende hem
& Text, vertrettewo
voor God á verdedige
A
2
VOOR
VOORWREDE,
Aen
den God
liedenden
Leſer :
in
de welcke
wordt ghetoondt , den waren grondt van de
rechte Bede. konft .
I. Echt bidden , en is niet alleenelijck eene ge woonheydt, dat men niets anders dan de woorden des Gebedts en behouft te ſpreec
R
ken ; neen : ſoodanigh woord. Ipreecken , ſonder hartelijcke aen , dacht endeGodde ..
lijcke begeerdte , en is maar een uyterlijck dingh ; eene ayterlijcke formeeringh der woorden . 2. Den mondt en beeldt ſijne woorden des Gebedts niets anders dan met uyterlijcke kracht van't geſternte ende vandeElementen :want, daar en is niets 't geen God ghevalt , uytvgheſondert't gheen hy ſelfsmet een dingh werckt ende doet . 3.
Want , daarom
is 't , dat God in den Propheet
klaaght, over foodanigh uyt -wendigh mondt. ghebedt, ſonder kracht; al..daarhy ſpreeckt : Ty naderen lien tot-v my, met haren monde, ende eeren mymet hare lippen ; maar ,haar hartte is verde van , my. 4.
Item , Chriſtus ſeydt : niet alle , die tot my ſeggen :
Heere , Heere , en ſullen kommen
in 't rijck der He
melen ; maar , die daar doen den wille mijnes Vaders die in den Hemel is : ende ſprack vorder aen eene andere plaats : fonder my en kondt ghy niets doen : hy isalleen de levendige fonteyne , ende den troon der genade,mer, ende door den welcken ,wy, door't gebedt, konnen voor , ende in God dringhen .
A
3
s . Willen
6
Voor vrede
lijck
Willen wy nu recht bidden,ſoo moeten wy eerſte onsſelfs aen _ſchouwen ende wel betrachten :
of ons hart ſich oock in eene andere creatuur heeft ghe beeldt : ende ofoock foodanighe begeerdte (namelijck , 't gheen wy van God begeeren te bekommen ) recht zy ? of onſe begeerdte, die wy, in't ghebedt, totGod voeren , oock teghens de nuttigheydt ende liefde des naaſten zy ? of wy daarin oock tijdelijcke dinghen foecken , om onſen naaſten daardoor te verkorten , ende het fijne aenons te trecken ? ofwy oock eene algemeene liefde ende een
drachtigheydt daarwmede begheeren
ofte
dat„ wy,met foodanigh bidden, alleenelijck onseygen. ſelfs nutt foecken ? 6. Ten tweeden , moeten wy ons wel betrachten , ofwy , in ons ghebedt, oock yets meer , ende hoogers
begeeren, ende beminnen , dan de bermhartigheyt Gods? ofwy , het ghene , ſoo_wat wy begeeren van tijdelijcke dinghen , eenigh alleen begeeren van de handt , ende medewerckingh Gods? ofte datwy't door onſe kopft, liſt ,
ende vernuft , aen onswillen trecken ; ende niets
anders dan alſoo , God om
verlof , daarom bidden
ofwy ons op ons ſelfs verlaten : dan , of wy't door de medewwerckingh Gods bekommen willen ,dat wy daar. naar met een vrolijck harte mogen ſegghen , ſulckx heeft mydelieve ghetrouwe God verleendt door fijne Vader lijcke voorſorge ; ick en ben niets anders gheweeſt, dan dehandt , ende het werck , inſtrument ? dan , ofwy willen ſegghen : fulckx heb ick door mijne konſt ende verſtandt te weghe ghebracht ? 7.
Ten
derden moeten wy bedencken , wat wymet
ſulckx , 't gheen wy van God bidden ,willen doen : ofwy door 't felvighe alleenelijck de eere ende hoogheydt des Wereldts, tot tijdelijckewelluſtigheyt begeeren : dan , of wy
over 'i Gebedt.wboecxken .
7
wyſulckx , ſoon wat de liefde Gods , door ons ghebedt , ons door fijnen ſeghen toen worpt, tot ſijoder eeren , ende tot de liefde des naaſten , oock willen aennlegghen , ende hem wederom
geven
endeofwyons oock met ſulckx,
eenigh alleen , voor arbeyders ende dienaars in fijnen Wijnbergh houden ; van de welckeGod reeckenſchap ſal vorderen
voor fijne gaven , hoe wy daar
in ghetrouw
zijn gheweeſt 8. Ten vierden moeten wy betrachten dat wy niets eyghens in deſe Wereldt en hebben ; ende ons ſelfs niet eyghen en zijn : maar , alleenelijck al
eenen kleynen tijd
hier in deſe Wereldt arbeyden ; ende daar
toe vremde anders dan ampt. lieden van onſen God , over ſijo maackſelende Creaturen : dat wy het geen ,ſoov gaſten : niets
wat wy arbeyden ende doen , niet alleen ons onſen God, ende onſen naaften doen .
ſelfs , maar,
9. Ende dat wy alvt ſamen in Chrifto , onſen Hey landt , maar eenen eenighen en zijn ; den ſelvighen is Chriſtus ſelfs , in ons allen : ende dat wy derhalven eene algemeene liefden onderwmaalkanderen moeten heb ben , ende maalkanderen begeeren hartelijck te beminben ; ghelijck God , in Chriſto onſen Heylandt, ons heeft
:
bemindt : ende dat wy de gaven , het zy dat het Hemelſche ofte aerdſche zijn , die de lieveGod , door ons ghe bedt ons geeft , hartelijck garen , onfe mede
gelederen
willen mededeelen : ende ons houden gelijck den boom in fijne tacken , ofte ghelijck de Aerde met hare vruch ten
doet ; die
ſich
willigh inbegheeft in
alle
haere
vruchten , ende de ſelvighe alve'lamen beminde ende draaght .
10.
Ten vijfden moeten wy betrachten , dat wy ;ayt
opſe eyghen krachten , voor God , niet recht en konnen bidden ; ghelijck
Chriftus ſeydt : fonder my en konde : ghy
8
Voor vrede
ghy niets doen : ende S. Paulus ſeyt : Wy en weten niet wat wy bidden ſullen , gelijck het ſich voor God betaamt : maar , de Heylighe Gheeft
verdeedight ons machtigh
voor God , met on vuytſpreeckelijck ſuchten ; ghelijck als 't hem ghevalt . II. Derhalven en moeten wy niet alleenelijck met bloote ademendewoorden voor God treden , wanneer wy willen recht bidden ende verhoort worden , maar , met rechte ernſtighe boere , ende om..wendingh van onſen valſchen wandel: wy moeten van alle valſcheyt, hooveera digheydt, gierigheyt, nijdt, tooren , ende ſtrijdigh willen uyovgaan , ende gheheel ons hart ende ſiele aen God den
Heylighen Gheeſt over- gheven , dat hy onsboet.vn
wercken ende de kracht in 't ghebedt zy : dat hy ons willen
ende begheeren
in...voere ,
ſich in ...vatte ende in God
in
opdat...wy onſe
valſche ydelheydt ende
begeerdte ( de welcke ons is aenge.„ erft ) in den dood Chriſti moghen af. Iterven , ende in den gheeft Chriſti ons , met een nieu willen , ghemoet , ende ghehoor in ſaamheydt teghens God , op
ſtaan ende ghebooren wor
den : ende voordt aen , in foodanighe kracht , in ghe rechtigheydt , ende reynigheydt , met onſen wille ende nieuwe gheboordce , voor God wandelen , ghelijck fijne kinderen ; diehy dier heeft ghekocht door 't bloedtende den dood lijnes lieven Soons Jeſu Chriſti, ende in fijnen geeft ,weder pieu ghebooren heeft. 12 . Ten ſelten , moeten wy betrachten , wat het ghebedt zy, endewaar vom God ons ghebiedt te bidden ? het en is gheen foodanigh dingh , ghelijck.umen voor eenen Wereltlijcken Koningh ofte Heere treedt ( wan . neer ...men aen den ſelvighen ſich heeft vergrepen ) ende hem om
ghenade bidt ; ende menigh_maal gheheel wat
:
anders in 't harte denckt : neen : maar , bidden , is een
uyt
over 't Gebedtuboecxken.
9
uyt- gaan uyt fich , ſelfs ; aldaar den menſch , uyt alle fijne krachten ,met al 't gene foowwat hy is, endebeſitt, Lich aen God overgeeft . 13. Ja , door recht bidden , gheeft den menſch ſich over , tot eenen eygendom Gods : hy komt , met den verlooren Soon , wederom
totden Vader , in fijn eerſte
Vaderlandt ende erfdeel ; uyt 't welck hem eerſten Vader, Adam ,heeft uyt---gevoerdt. 14.
onſen
Hy en heeft tot de Hemelſche goederen , gheen
natuurn recht meer : hy heeft,doorhet uyt-- gaan Adams, de ſelvighe alle verlooren , endemet de boelery des Duy vels, in de ydelheyt verteerdt : over. ſulckx moet hy nu , in groote demoedigheydt ende gheloove , in waare hoope op de aengebodene ghenade Gods in fijnen Soone Jeſu Chrifto , mer den verlooren Soon , tot God kommen , ſich tot alle de Hemelſche goederen , uyt natuurwrecht, te on -waardigh achten , ende voor God , lijnen Hemel ſchen Vader, neder..vallen , ende om de aenghebodene bermhartigheydt in fijnen dat hy hem
doch wederom
Soone Jeſu Chrifto bidden , wil aev ,vnemen , tot eenen
dagh loonder ende arbeyder in ſijnen Wijo.bergh, ende hem doch wederom Hemelſche ſpijſe ende dranck voor fijne verſmachte hongherighe ende dorſtighe fiele wil geyen : op
dat
hy niet meer met de fwijnen des Duy
vels , den draf der ydelheyde , looghen , ende valſcheydt en behouve te eten ; ende alſoo in ongeloof, ſonder He. melſchekracht, en verderve . 15.
Hy moet lijnen hongerigheni ende
dorſtighen
mondt der fielen , in fijn gebedt, regens deghenade ende bermhartigheydt Gods open doen , met hartigh ſuchten
3
code inwendingh tot de
ghenade ; ende ſich aen de
ghenade Gods, ganſch ende gheheel overwgeven : foo fal hy vanſtonden , aen hooren in fijne fiele , dat God met B ſijne
10
Voorwede
fijne ghenade,hem
ſal te ghemoet kommen , ende hem
de
ghenade (die ly hem , in Jeſu Chriſto aen , biedt) in fijne liele ſal geven , dat de arme hongerighe ſiele , het ghene, ſoo - wat- ly van God bidt ende begeerdt, in, haar ſelfs, krachtigh ende weſentlijck ſal ontfanghen : namentlijck , het vleeſch ende bloedt Jeſu Chriſti hares Heylands ; 't welck aen alle hongerige boetveerdige fielen wordt, uyt ghenade, ghepreſenteert. ſich recht bevinden hoe den Hy ſal in 16. Vader des verlooren Soons ,
a Dewyt
ouden
de arme omvghekeerde
boetveerdighe ſiele te ghemoet komt,ende haar met fijne liefde , om den hals vande - Ellents hares levens valt,haar
gaandewen omvanght met fijne liefde, kuft ,in fijne armen vat , ende fentlijeke kracht ; ofte in kracht , tot haar ſpreeckt : dit is mijoen beminden de ween- Soone , dit is mijne lieve fiele die ick verlooren hadde ; fy lijcke boete ende berouw . was dood ,ende is wederom levendigh gheworden : Slacht nu het Lam , Jeſum Chriſtum , ſy ſal met my, in mijne kracht , aen den diſch ſitten , ende met my , van mijne toegherichte maaltijd , van de rechte ſpijſe mijnes Soons Jeſu Chriſtieten ; ende ſich eeuwigh metmy ver heughen . 17. AL daar wordthaar den ſegel..ringh (zijnde het hoogh..waardighe Teſtamentdes verbondes Gods , in 't bloedt Jeſu Chriſti ) wederom aenghefteecken ; ende wordt , door ſoodanigh verbondt ende verſegelingh , we derom
tot een kindt Gods aen -v-ghenomen .
18.
Derhalven , en is het bidden niet alleenelijck een
werck desmonts, gelijckqmen voor eenen Wereltlijcken Heere treedt , ende tijdelijcke dinghen van hem begeert, ofte om
quijt vſcheldingh
des ſchuldes bidr : God en
ghebiedt ons niet alleenelijck te bidden om uyterlijcke toevgereeckende ghenade : maar , om kindſche , werc kelijcke , daar de Heylige Geeft ,in de verdienſte Chriſti, inwons,
II
over 't Gebedt boecxken . in
ons, ſelfs ſmeeckt ende bidt , daar..door.hy inwons,
de ghenade krachtigh maackt, ende in ſoodanighe werc kingh , oock inwons , de ſonde verdelght , ende, in den dood Chriſti, verdrenckt, de Helle verſtoorde , den Duy vel fijne maght is
ons ontneemt, ende de Poorte des ons, aen
Eeuwigen levens ( zijnde debetalingh Chriſti ) in door Gods tooren uytvvoerde , ende ons Chriftum
treckt, dat wy in den gheeft ende in de verdienſte Chrifti, tot den Vader aller bermhartigheydt , ſpreecken ; cabba , lieve Vader.
ſchreyen
ende
19. Want , wy en hebben gheenen knechtelijcken geeft ontfanghen , dat wy onswederom moeten vreeſen : maar , wy hebben ontfanghen eenen kindſchen gheeft , dat wy met een vrolijck harte , ende met volkommen vertrouwen , den Vader moghen bidden ; ſoo wil hy't ons geven . 20 . Om des gevens ende ontfangens... wille,ghebiedt
God ons te ſmeecken ende bidden
ghelijck
Chriftus
feydt : mijn Vaderwilden Heylighen Gheeft geven , genen die hem daarom bidden : Item , bidr,looſult ghy ontfanghen ,klopt, foo wordt u opgedaan , foeckt, ſoo fulc ghy vinden . Een yeder ghebedt , 't gheen niet en vindt noch 21. ontfanght ,'t ſelvighe is koudt ende lau , ende het ſteeckt in eene verhinderingh van tijdelijcke ende aerdſche din . ghen : dat is , de fiele en naardertſich niet louterlijcktot God , fy en wil haar niet ganſchelijck aen God over.com geven : maar , fy hanght noch aen aerdſche liefde , de welckehaar ghevangen houdt ; dat ſy de ſtede Gods niet en vermagh te bereycken . 22.
Wilmen rechtbidden , foo moet
men ſich van
alle Creaturen afuwenden ,ende louterlijckmetden wille ende met het ghemoedt , voor God creden : het moet 2 B een
IZ
Voorvrede
een ſoodanigh voornemen ende ernft zijn , ghelijck met den armen
Tollenaar in den Tempel , ende met den verlooren Soon ; de welcke alſoo tot God quamen . Ende al..is’t ſchoon ,dat het vernuft, in vleeſch 23.
ende bloedt , ſpreeckt louter neen ! ghy en wordt niet verhoort , uwe ſonden zijn te groot , ofte't en is nu geen tijd , wacht noch , doet eerſt dit , ende dat , op
dat.ghy
naar tot fulckx ghelegentheydt ende tijd hebt : ofte dat het ſpreeckt : wat leght ghy en bidt , kondt ghy,
daar
metuwebegeerdte , doch niet voor God kommen , ghe voeldtghy doch in u geene kracht ? ſulckx en laat u niet af._leyden , de kracht is in
den inwendighen grondt,
in de begeerdte van den wille ; ende zy wercktmetGod : ſtaat ghymaar ſtillen , ende verwacht des Heeren , fy fal wel eyndelijck door- dringhen ; dar ghy haar in u hartte ſult voelen , ende God dancken . 24.
Soon -wic
daar wil recht bidden , ende Gods
kracht ende gheeſt, met fijne begeerdte bereycken , die moet oock alle fijne vyanden van hartten vergeven , ende vatten de ſelvigemede in fijn ghebedt, endeGod bidden , dat hy hen oock wil bekeeren : endeio ſijne liefde , mer hen verſoenen : opdat..hem
niet eene Nanghe in ſija
harte en blijve , die hem te rugghe houdt , ende de kracht des ghebedts van de fiele ſcheure; ghelijck Chriſtus ſeydt: de Duyvel ſcheurdt het woord uyt hare hartten ; dat fy niet en ghelooven , ende ſaligh worden : Item , wanneer ghy uwe gaven op den Altaar offerdt, ende wordt al daar indachtigh ,dat uwen Broeder yets tegens u heeft,foo laat uwe gaven al
daar voorden Altaar, ende gaat eerſt ,ende
verſoendtu , met uwen Broeder ; ende komt alsdan , ende offerdt uwegaven : Item , in't Vader..ons: vergeeft ons opſeſchuldt, gelijck wy vergeven onſe ſchuldenaren ; opdar dep booſen vyandt met den innghevatten haat, ons
13
over 't Gebedt, boecxken .
ons niet en verſoecke , verhindere , ende in twijffel en voere .
25 . God vordert eene louterlijcke , bloote , onde naackte ſiele in 't ghebedt : al vis'inſchoon dat ſy met de ydelheydt omvanghen is , evenwelmoet haren wille dann noch louterlijck voor God kommen , opw.dat hy in haren wille aenvanghe te wercken ; ende oock daaras naar,de ydelheydtdes vleeſches dagelijcksdoode . 26 . Soo ſeer ghewis moet den wille der fielen , metde begeerdte, tot God ghericht zijn , dat hy met Jacob ſegge (daar hy de ganſche nachtmet God worſtelde ) Heere, ick en late u niet,'t enzy - dan dat ghymy ſegene. 27.
Ende alwis't
ſchoon dat hethartte a verffauwdt a Text, zap
ende twijffelt , ende allerley verhinderingh in , vallen , pelto evenwelmoet den wille blijven ſtaan , ende ſich de ghe
b
nade vaſt in beelden ; ende vande ſelvighe niet aflaten . 28. Of wel de Duyvel de luft van 't vleeſch b boven bText,
voerdt (daar de ſiele voor verſchrickt , ende denckt , dat empor fy daarom van God zy verſtooten ) foo moet den wille Schwinges. doch aen de ghenade hanghen ; ghelijck een kinde aen fijns Moeders borſten : ende gheduurigh teghens den Duyvel , ende fijne begeerdte in 't vleeſch ende bloedc ftrijden : totdat hy eyndelijck d'over.handt bekomt, ende in den Gheeft Chrifti, den Duyvel over--wione : ſoo ſal hy daar ...naar groot wonder inlich ſien ende be vinden , ende ſal erkennen dat het waar zy , dat foodanighe
groote vreughde in den Hemel vande bekeerde fiele zy , meer dan over negenvenutnegentigh rechtveerdighe , die ſoodanighe boete niet van nooden en hebben . 29.
Derhalven , ſoon wie recht wil bidden , die moet
ſich vaftelijck in
beelden , dat hy wil totdeGoddelijcke
ghenade ende ontfermingh kommen ; ende het ghene, cText,bulde loo..wat hy bidt, ghewis ſal ontfanghen . B 3 30. Daarv
Hennleydingh , 30. Daarom moet fijn ghebedt oock alfoo ghericht zijn , dat't felvighe niet teghens d'ordonnantie Gods en loopt : maar , hymoet dencken , dat hy in ſijn ghebedt, met God wil arbeyden : gelijck als het hout aen den boom , met desboomskracht werckt , alſoo moet hy oock allee nelijck met Gods kracht ende wille,begeeren te wercken : anders is fijn ghebedtmaar een wercken , in de ſchorſche vanden rechten boom des levens : want,hy en wercktmet 't ſelvigheniets
anders dan uyterlijck in de Elementen , ende niet innerlijck , met , ende io God . 31.
Maar , den ghenen die recht bidt , den ſelvighen
werckt , innerlijck , met God ; endebaardt , uyterlijck , goede vruchten : ghelijck als den boom fijve kracht, uytwaardsvoerdt , ende ſich , met dekracht , inde vrucht laat ſien ; alſoolaat ſich de ware Goddelijcke kracht in den meuſch , oock uyterlijck ſien , met goede wercken ende deughden . Anders en is daar gheen Geloove, 'ten , zydan 32. dat het werck volge : het ghebedt is anders maarhuyge lery , ende 't maackt alleenelijck eene uyt - wendighe form ; ende 'ten bereyckt de ſtede Gods niet.
Aenleydingh , hoe fich de menſch tot foodanighe tot het rechte ordningh ende oufeningh bidden ", sal ſchicken .
33. Echt bidden , is eenen rechten ernſt : ende'tmoet R
ernſt zijn ,of 't en geldt voor God niets : want, byv
NB. NB. al..dien dat wy willen recht bidden , ſoo en moeten wy niets. anders dencken dan dat wy voor de Heylighe Dryevuldigheyt, voor't klare aen - geſicht Gods , ende voordeſcharen van fijneHeylighe Engelen ſtaan. 34. Endė
tot het rechte bidden . 34.
IS
Ende datGod , in ons ghebedt , onſe fiele , geeft:
ende ons harte beprouft , ende onſen wille ganſch inner lijck aenſchouwt, ofden ſelvighen ganſchelijck tot, hem zy ghericht ; of den wille fich heeftover- gegeven ?
35.
Ende by-valvdien
ganſchelijck aen
hem
ſulckx is , ſoo raackt hy den
wille met dekracht van fijnen gheeft , ende a wecktden a Text , ſelvighen op , dat hy recht begeerigh ende hongerigh wordtnaar de ghenade ; ende aenvanght van , ſich
zerſchelles:
ſelfs
uyt, ende in Gods erbermen ernſtelijck in..tedringhen . 36. Want, den wille is, in eygen ſelfs kracht, veel te fwack : maar , wanneer de Goddelijcke kracht den ſelvi ghen raackt ; foo wordt hy opvgeweckt , dat hy yverigh ende rechtbegeerigh wordt ; in welckebegeerdte , God ſelfswerckt : als dan fpreeckt den menſch , rechtmet God ; ende God ſpreeckt met de fiele des menſchen , b Ofte Ef b werckelijck . 37 • Soodanigh ſpreecken oftewercken , en is niets. Sentialiſchó
anders dan dat de arme ſiele , van de bermhartigheydt Gods(de welcke hy door den dood Chrifti ,wederom tot onsheeft ghewende ) eet,ende fich met den balſem van de Goddelijcke liefde in Chrifto , verquickt ; in de welcke fy ſterck wordt , vels. 38.
teghens de aen
vechtingh des Duy
Want, dekracht der genaden is het Goddelijcke
Gehoor , welck God , in den name Jeſus , wederom
in
de menſcheyt heeft inn -ghevoert, ende ons al daar eene : opene poorte tot ſijo ghehoor,wederom heeft gheopent : daar. doorwyGod , werckelijck , in
ons konnen hoo
ren ſpreecken ,hoehy ons ſijne bermhartigheydt, door de felvighe gheopende poorte der ghenade, io
ſpreeckt :
ende daar teghens ſpreeckt de fiele , door de felvighe gheopende poorte, in haar ſelfs, met God: ende wordt in :
16
Aenleydingh ,
in ſoodanigh inw [preecken ,van Gods uyt ſpreecken ge ſpijft ende verquickt ; oock verlichtende vernieuwt.
39. Want,fy eet van't« uytſpreecken Gods,'t welck
a Text ,
is menfch
gheworden ( zijnde het vleeſch
ende bloedt
aushauchen . Chriſti ) opaert ende wijſe ghelijck een kruyt de kracht NB.. NB. vande Sonne inlich eet : daar van't ſelvighe b ghetin
toogen .
geerdt , balſem Jachtigh , ende goede wordt ; dat het walt endebloeyt : alſoo eet de ſiele oock , vandeGodde lijcke Sonne; daarvan ſy licht,ende krachtigh wordt. Dit is nu de nut ende de vrucht van 't rechte bid 40.
den : welcke nut , geenen uyt- wendighenmondt , noch geenen , van God afvghewenden wille , en vermagh te bereycken ; maar alleenelijck , den ingekeerden wille, die ſich aen God ganſch overgeeft . 41.
Sal ſulckx nu geſchieden , ſoo moet den wille fich
van alle andere Creaturen ende van alle aerdſche dingen afvwenden ,endelouterlijck voorGod ſtaan dathem
het
werck der Creaturen , ofte het gene ,'twelck hy, in tijde lijcke dinghen , van God wil bidden , alleenelijck in't · vleeſch naar..volge , ende achter den reynen wille ſtaa, op..dat den reynen wille , des lichaamsnoodruft, voor God brenghe, ende het vleeſch met fijne luften , ſelfs niet mede en wercke ; anders voerdt 't ſelvighe aerd ſche luft in deGoddelijcke fieliſche werckingh in . 42.
Derhalven behoordt tot het rechte ernſtigh bid .
den (by-wal, dien dat wy van God yetswillen bekommen )
Ofte onttfanghen .
al_tijds eene rechte boete , ende invghekeerdedemoe digheydt: want,rechtbidden ,is een nemen , van 't gene
de fiele begeerdt ; daar Chriftus van ſeyt : vannu vaen lijdt het Hemel
rijck geweldt, ende diegheweldtdoen , ſcheuren't ſelvighetothen . 43.
Wil over.ſulckx , een kordt formelier ſtellen ,
van eene bieghte ende voorbereydingh, hoe de menſch ſich
tot het rechte bidden . ſich te vooren moet bereyden
17
wanneer hy, fijn kort
ghebedt ende biechte wil voor God brenghen . 44. Want , hy magh in een kort ghebedt ſoowwel verhoort worden , als met veel woorden ; ſoo ſijn hart maar recht voor God ſtaat:want, eenen eenighen ſuchter werckt oock met God , by-wal, dien den wille maar louterlijck voor God ftaar , ende het aerdſche kleedt ( zijnde de valſche luft ) van , ſich heeft gheworpen ; tot eene erinneringh . 45. form
Want daar en behouft niet juyſt alleen ſoodanige van biechten
ghebruyckt te worden : de heylighe
Gheeft maackt hem
wel ſelfs eene form
in 't harte ;
wanneer den wille ſich recht ernftelijck totGod wendt. 46. Alleenelijck tot eene aen , leydingh voor de gene , die noch niet en weten , hoe eenen rechten bidder moet gheſchickt zijn ; om
fijne ſiele daar
door aenten
leyden : maar , hetwerck , der biechte ,metvt ſamen het bidden , wordt den heylighen Gheeft in een yeder fiele , die 't rechte ernft is., bevolen ; die maackt hem wel ſelfs biechten ende ghebeden : komt eenermaar recht ernſte lijck aen de poorte , daar God de Heere in den menſch , werckelijck , ſpreeckt, ſoo ſal hy't bevinden .
Eene
Biechte ende rechte Boet-w-Werckingh voor Gods aen , gheſicht .
47 Aller- diepſte , Grootſte, ononderſoeckelijcke
bermhartigheydt, naar den ſchrickelijcken
af.vval van
onſe eerſte Ouders,met uwe groote liefde,in uwen Soone Jeſu Chriſto , in onſe menſcheyt hebt gheopenbaart , ende onſe arme menſchen wederom eene opene poorte der с
18
Eene Biechte ende rechte
der ghenade tot uwen aengeſichte in hem ghemaackt, ende de fonde ende den dood in ſijnen bloede verdelght : ende roupt ons nų , als eenen bermhartighen God , tot foodanighe ghenade ; wy arme ſondaars ſouden maar om „ wenden , ende tot u kommen , ghy wilt ons ver quicken . 48.
Ick arme on -waardige ſondigemenſch ,komme
op de noodingh uwes woords , ende bekenne voor u , dat ick ſoodanighe ghenade niet waardigh en ben , die ghy ons aen__biedt : want , ick ſteeck inden dreck der ydelheydt, ende ben met'enckele luſt des vleefſches ende, eyghed , ſelfs wille beladen : mijne fonden hebben my ghevanghen ende verduyſtert , dat ick uwe ghenade in. niy niet en ſmaacke noch en kan ſien : ick en heb oock totu, gheen recht vertrouwen noch gheloove: ende heb my gheheel in de ydelheydt des Wereldts ende des vleelſches begheven ; ende ben daar , mede om vanghen .
49.
Ick heb mijn ſchoon kleedt, 't welck ghy my,in
den heylighen Doop hebt aen.vghetooghen , met vlee ſchelijcke luft bevleckt, ende legghein des Duyvels net, in uwen grim
ghevanghen : de Helle ſpalckt hare kaken
teghens my op ,ende mijn gewete knaaghtmy: u gerichte ſtaat gheduurigh voor my ; ende de banden des doods wachten mijner. 50.
Ick legghe in den dreck der ſonden ende ydel
heydt , dat ick mijne fonden
oock niet en kenne noch berouwen kan : want, de ſelvighe hebben myvan uwen aen - geſichte verborghen : ende ick heb noch maar een door uwe kleyn vonckjen des levendighen Adhems
treckingh , in my ; 'twelck uwe ghenade begeerdt. Ende ick komme nu voor u , met den verlooren SI. Soon ende Tollenaar in den Tempel , ende vleye totuwe berm
19
Boet- werckingh voor Gods aen , gheficht .
bermhartigheyt , ende biddeu , in mijne ſwackekracht, door het bitter lijden ende ſterven mijnes verloſſers Jeſu Chriſti (den welcken ghy u hebt voorogeſtelt, tot eenen ghenaden
troon , ende preſenteerdt ons uwe ghenade
aen , door fijne betalingh ) dat ghy my doch tot u kindt ende erfghenaam in uwen Soone wederom wilt aen nemen : ende wilt my rechte ernſtighe boete , oock berouw
ende leedt...weſen over mijne beganghene ſon
den , in mijn harte verwecken , dat ick van den God
loo
ſen wegh magh uyt gaan , ende mijn hart ganſchende gheheel tot u wenden . 52.
O
groote God ! verſterckt mijn ſwack gheloof
doch in „my : « wecktmijn hart doch op , dat’t felvighe a Text, demenighvuldighe fonden erkenr ende berouwt: raackt zerfchelle. mijne arme ſiele doch aen , met uwe kracht , dat ſy ſich erkent, hoe ſy van u ſtaat af 53.
O ! Ġhy Adhem
gewendt.
der groote bermhartigheydt
Gods , treckt my doch totvu , door den dood ende de opſtandingh mijnes verloſſers Jeſu Chriſti , ende ver delght mijne fonden , in ſijn bloedt ende dood ; ende maackt mijne arme ſiele levendigh in ſijnen bloede: ende waft haar van hare ſonden reyn , op dat hare begeerdte ( 0
! ghy heylighe God ) totu mach
indringhen ;
ende uytde Fonteyne uwer ghenade , kracht ſcheppen . 54.
Verweckt ghy dochin , my eenen rechten honger
ende dorſt , daarware boete endeberouw , over debegan gene fonden , dat ick de felvige vyandt ende grain worde; endemy tot vuwende. 55 .
O ! ghy groote diepte der bermhartigheyt, ick
ben verde vanu, ende en kan u , in mijneſwackekracht, niet bereycken : wendt ghy u doch tot „ my , ende vatt inijoe begeerdte in
u , ſteeckt de ſelvighe aen , Heere !
opdat, ick uwe ghenade ſmaacke. C2
56.
Ver
Eene Biechte ende rechte
20
56.
Vergeeft my doch mijne overtredingh ende
fonden ; ende gheneeft mijne ſwackheyt : vermorſfelt ghy doch mijn hart ende ſiele , op._.datwickmy erkenne, ende voor u verdemoedighe : zijt ghy doch mijnen aenvangh tot de bekeeringh ; ende leydt my op rechte ſtraten , dat ick met u magh wandelen . 57.
Geeft my doch uwen heylighen Geeft in mijnen
geeft ende ſiele : endeheylightmyin uwe ghenade ; ghe lijck my uwen beminden Soone , Jeſus Chriſtus , heeft belooft : mijn Vaderwil den Heyligen Geeft geven , aen alle die hem daarom bidden : Item , klopt aen , ſoo ſalu gedaan worden . open 58.
Ick arme ſondaar , komme nu totvu , op de noo
dingh uwes woords,ende vatte uwe beloften in mijne fiele ende harte , ende en late van u niet af , 'ten-, zy..dan dat ghy my (met Jacob ) ſegene. 59. Ende alvis't. Ichoon datmijoe fonden menigh vuldigh zijn , evenwel zijt ghy doch God ende de eeuwi. ghe waarheydt , die niet lieghen en kan : daar ghy in den Propheet hebt belooft:byval, dien wy om , keeren,ende boete doen , ſoo ſullen onſe ſonden alswolle .
60. ganſch
ſneeuwit worden
Ick betrouwe op uwe belofte , ende geve my ende gheheel aen u over , ende biddeu , neemt
my in uwe ghenade aen , ende voert my tot uwe kin deren , die daar wandelen op den wegh der levendighen ; ' ende laatmymet hen wandelen , ende in uwe gheboden treden : geeft my een recht demoedigh ende gehoorſaam harte , 't welck ſich alv tijds vreeft voor uwen tooren, ende niet en ſondight. 61.
O ! ghy Fonteyne aller ghenaden , wat ſal ick
voor u ſegghen
, ofte wat ſal ick my ſelfs huychelen ;
ende mijnen booſen wille ende begheerdte trooſten Ick
21
Boet., werckingh voor Gods aenngheficht .
Ick en begeere geenen trooſt van u , in mijnen aerdſchen booſen wille : maar , bidde u , uyt gheheelmijne kracht, die noch in my is , doodt alleenelijck.mijnen aerdſchen booſen wille , ende en laat hem niet meer voor vu leven : want, hy en begeerdt niets
anders dan huychelen ende
eyghen ſelfs liefde ; ende en is nummer recht, fchapen voor u : hy gheeft u goede woorden , ende belooft waarheydt ; ende is logenaar. 62.
doch voor
u eenen ghedurighen
Geeft my alleenelijck awen wille , op..datick
nietsen wil, ſonderu : treedtghymet uwen wille ,mijnen valſchen booſen wille te gronde ; endelaat my metu , in uwekracht , willen ende doen . 63.
O Heer ! wat ſal ick , in mijne ydelheydt , van u
bidden ? Ick en bidde niets van
u , dan alleenelijck hec
ſterven mijnes Heylandts Jeſu
Chrifti : dat ghy my in
fijnen dood wilt dooden , ende in fijne opſtandingh , levendigh maacken : opdatwick niet meer in, hem ip.my, naar den willemijnes geeftes en wandele ; maar, in hem : dat ick fijnen Tempel ende woonhuys magh zijn , op - dat.why my leyde ende voere ; dat ick ſonder hem , niets en vermagh te willen noch te doen .
64 .
Verbindt
ghy my met mijoen Heere
Jeſu
Chrifto , opdat, ick eene goede rancke aen fijnen Wijnſtock zy ende in fijne kracht , goede vrucht draghe : ick verſincke my ganſch ende gheheelin uwe beloften ; my gheſchiede naar u woord ende wille , Amen .
C
3
Danck.v
22
Danck vſeggingh
ende Ghebedt , wanneer den
Menſch, naar foodanige Boet--werckingh,de Goddelijcke kracht in
fich gevoelt .
65 . God ! ghy Fonteyne der liefde ende bermhar
ende dancke uin mijn harte , dat ghy my u aen - gheſicht preſenteerdt , ende my (on -waardighen ende elendighen ) met de ooghen vanuwe bermhartigheydt,
wederom
aen
liet ,
ende my wederom
eenen
ſtraal der ver
trooſtingh geeft ;dat mijne ſiele op u kan hopen . 66.
O , ghy oneyndelijcke liefde Jeſu Chrifti, ghy,
die den dood , in onſe menſcheyt , hebt verbroocken ; ende Gods tooren , in liefde verwandelt : ick geve my ganſch ende gheheel aen u over : mijne fiele looft ende roemt u : ſy verheught ſich iu uwe kracht ende liefde j dat ghy foo goedigh zijt : mijnen
gheeft ſpeeldt in uwe
kracht ; ende verheught ſich awerwaarheyt : al u doen is waarheydt ende recht : ghy heerſchet over de fonden ; ende verbreeckt den dood fijo gheweldt : ghy hebt de machtder Hellen ghevanghen ; ende wijft onsden wegh des levens. Heere ! niemandt en is ghelijck als ghy : ghy , die 67: de ghevangenen uyt het graft des doods verloft , ende verquickt de elendigen : ghy drenckt hen in haren dorſt ; ende geeft hen water des eeuwighen levens : ghy recht
;
hare voeten op den rechten wegh ; ende weyder hen met uwen ſtaf : de dorre ſtede desharten ende der fielen , bevochtight ghy met uwen reghen ; ende geeft hen water van uwe bermhartigheyt. 68.
Ghy maackthen levendigh midden in den dood ;
ende rechthen vootvu op ,
datſy voorçu leven : ghy ghedenckt
Danck.u-Seggingh ende Ghebedt. ghedenckt der bermhartigheydt , 'twelck ghy ,
23
ende des verbonds,
door uwen bloede ende dood met ons
hebt ghemaackt; ende vergeeft ons onſe fonden. 69.
Ghy ſchenckt ons in , van uwe kracht ; op
dat~
wy u erkennen : evde gheeft ons ſpijſe des eeuwighen levens, daardoor wy verquickt worden ; ende door gaans naar u hongeren ende dorſten : ſulckx erkent als nu mijneſiele ; ende juychet voor u ,in uwe grootemacht ende heerlijckheydt.
70 .
O , ghy Fonteyne vande Goddelijcke ſoetig
heydt ! vatmijne ſiele doch in vu , ende vervult mijnen gheeft met uwe liefde , ende biodtmyaen uwen bandt ; dat ick nummer meer van u en wijcke: ſtercktdoch mijn ſwack gheloof in
my ; ende gheeft my eene ghewiffe
hoope ende vertrouwen . 71. Reynight doch mijn harte ende fiele , ende geeft mykuyſheyt in mijn ghewete , dat ick der fonden voor uwen aen -geſichte ſchame ; ende van de ſelvighe afv wijcke : dooder ghy doch , inmy , alle booſe luften : op...dat. ick met reyne begeerdte uaenhanghe ; ende in uwen wille wandele .
72.
Behoudt my doch in uwe kracht ende erken
tenis , endegeeftmy , teghensu , ende mijnen naaſten , ick altijds u erkenne
een demoedigh harte ; op.dat
endebeminne : helpt oock , dat ick mijnen naaſtenmagh lief hebben als mijn Heere ; Amen .
felfs, door Jeſum
Chriſtum
opſen
Gbebedi
24 Ghebedt tot de byer - brandende liefde Gods ;
om de ſelvighe recht te bidden . 73 Ghy Heylighe God ! Ghy , die daar woont in
O
een licht , tot 't welck niemandt en vermagh te :
kommen , dan alleenelijck de liefde uwes Soons Jeſu Chriſti ; die ghy uyt louter ghenade , in onſemenſcheyt, in Jeſum
Chriſtum
hebt invgheſtort : daar , mede ghy
ons armemenſchen , voor de grontvleggingh des We reldts hebtbemindt : ende ons , door de ſelvighe liefde, van uwen grim
ende van't gheweldt des doods ende der
Hellen hebt verloft: ende preſenteerde ons nu ſoodanige liefde , door uwen
Soone Jeſum
Chriſtum
, in uwen
vyer - vlammenden gheeft , dat wy u om de ſelvighe ſouden bidden ; ſoo wilt ghy onsde ſelvighe gheven .
74.
Ick armeon , waardighe menſch erkenne my de
ſelvighe wel niet waardigh : maar , paarde..maal ghy haar hebt gheopenbaardt in onſe aenghenoomene menſcheyt , enderoept daardoorden armen verlooren fondaar, endezijt doorde ſelvighe in 't vleeſch ghekom men , dat ghy de ſelvighemenſcheyt , in hare ſonde ende elende , wilt foecken , ende daar. door van ſonden ver loffen ende ſaligh maacken ; ghelijckuwoord ons fulckx leerdt : foo komick , op de noodinghuwes woords, ende neme u woord ende waarheyt in mijn hart ende ſiele ; ende vattemy de ſelvighein , als u gheſchenck : endeick biddeu , O ! ghy vyer- vlammende liefdeGods (aen ons arme dorſtighe fielen gheſchoncken , in't verbondt Jeſu Chriſti) ontſteeckt oock mijne armeſielemet deſe liefde ,
;
dat ſy een nieu leven
ende willen bekomme ; endeuyt
haar ghevangen , huysuwestoorens, ende uyt dekaacken desdoodsworde verloſt.
75.
O !
Ghebedt tot de vyer 75.
brandende liefde Gods .
25
O ! ghy vyerighe liefdeGods, ghy, die den dood
in opſe menicheyt hebtverbroocken ,deHelle verſtoort ; ende de « overwinningh onſer fielen , in Chriſto , door a Text, ſueg: den dood hebtuyt - gevoert : ghy, die op den Pinghſterv dagh , in denmonde ende in't harte der Apoſtelen,in eene vyerighe vlammehebt gheſweeft , alle uwe heyligen ont ſteecken , endeuwe wonder.wercken door hen ghedaan hebt : ghy , die de ganſcheWereldt ende alle uwe ſchep ſelen bemindt ende onderhoudt; totu komme ick ,ende gevemy in Ju gheheel over. 76 . O ! ghy groote FonteyneGods , doet u oock , in mijnen gheelt , van mijne inwendigheydt open , ende fteecke in my oock aen , het vyer van uwe liefde : opvo
dat mijn geeft in uwe liefde mach branden ; ende u daar.. in erkennen ende loven magh . 77.
O ! ghy groote heyligheydt , door de verdienſte
mijnes Heylants Jeſu Chrifti , door fijnen bloede ende dood , dringe ick , in
my , tot vu , ende gevemyover, in
uwe vlamme : ick voere mijnen wille , door fijne opſtan dinghende Hemelvaart,in -u; endegheve den felvigen aen u, ganſch ende gheheel : doet ghymet hem , gelijck ghy wilt : verloft hem
alleenelijck van de valfche luft ;
ende breeckthem fijn ghewelt, dat hy niets opu en fiet. 78.
anders, dan
O ! ghy Heylighe kracht Gods, ghy , die in ,
ende over Hemelende Aerde ſweeft , ende alle dinghen navby zijt , giet doch oock y ſelfs in my uyt , opv dar. ick in vu weder nieu ghebooren worde , ende in u groene , ende goede vrucht wercke > ghelijck eene rancke aen
den
Wijn
ſtock
mijnes Heylandts Jeſu
Chriſti ; tot u eeuwigh lof ende heerlijckheyr. O ! ghy poorte der heyligheydt Gods , ſchijnt 79 . doch in uwen Tempel, in mijoen geeft , opdat,vickinu licht D
26
Een
ſtaat.
kort Gebedeken eermen op
wandelen , ende u al, tijds loven , ende in
licht magh
heyligheydt ende gherechtigheydt u dienen ; , ghelijck het u behaaghelijck
is : ghy , die daar zijt een
eenigh
God , Vader, Soon , ende heylighe Geeſt , hoogh gelooft in Eeuwigheydt; Amen .
Nu volgen de Ghebeden op al de daghen in de weeck : des Morgens, des Middaaghs , ende des Avonts ; hoe den Menſch moet in gheduurighe ouffe ningh ende werckingh zijn .
8o. Hriſtus ſprack tot fijne Jongeren :waackt endebidt,
:
S. Petrus ſpreeckt : want , uwen teghen
ſpreecker , de
Duyvel , gaat om u , ghelijck eenen brijſenden Leeuw , ende foeckt wie hy magh verſlinden : den ſelvighen weder., ſtaat in den Gheloove , in'tGhebedt , ende in de Hoope ; op
dat u harte bewaartworde,voor foodanighe
pijlen des boos
M
Een
wichts,
A
A
NnD
kort Ghebedeken
G
A
ende tot
H.
God dřinghende
ſuchtjen ,wanneer men vrough op
waackt ;
eer men op vstaat . 81.
! Levendighe God , ghy , die Hemel ende Aerde Oheberghemaack t, mijne oogen Gen opu , ende ver
heughen ſich uwer goedigheyt ,dat ghy foo genadigh zijt, ende uwe handt in defe duyftere nacht , over my ghehou den , endemydoor uwen heyligen Engel voor alle ſchade endeleedtbewaart hebt.
82.
Tot
Gebedt , wanneer
27
men op- Staat .
Totu , ghy levendighe Fonteyne, dringh
82.
ick ,
ende ſegene my met het heylighe Cruys : aen 't welck ghy den dood verworght , ende onshet leven weder ghe bracht hebt; door hetbloedtonſesHeeren Jeſu Chriſti : in den name des Vaders , des Soops , ende desheylighen Geeſtes ; Amen .
Ghebedt ,
ende Danckuſeggingh , wanneer... men op
ſtaat .
83 . God ,mijn Hemelſche Vader , ick danckeu , door
O
Jeſum
Chriftum uwen lieven Soon , opſen Heere
ende Heylandt , voor alle weldaden ,
ende voor uwe
ghenadighe beſchuttingh ende beſchermingh , dat ghy uwe handt over my ghehouden ,endemy deſe nacht, voor des Duyvels liſt ende bedrogh , ende vooralle quaadtbe waart hebt. berbe 84. Ende beveele u als...nu , in uwen handen , inijn lichaam endeſiele , oock alle mijne finnen , ghedachten ,
ende begeerdte : endealles,wat ghymyghegeven , ende my in't ſelvighe, tot uwen dienaar gheſet hebt: regeerde ;
my doch deſen dagh , ende alle tijd ,met uwen heyligen ft e Ghee ; ende voert my op recht ſtraten . .
85.
Ende gheeft my u woord in mijn harte , ende
leerdt my uwe waarheydt : dat ick
deſen
dagh
ende
altijds , niets en ſpreecke , dencke , noch en doe, dan 't geen recht ende waarmachtighis. 86. Behoedt my voor leughen
ende alle booſe
menſchen , die in looghens ende bedrogh wandelen , dat ick hen niet naar
en
volghe ; maar , in mijn harte
uwe waarheydt voere , ende op den
rechten wegh wan
dele .
D
2
87. Be .
28
Een Ghebedt , wanneer
men
Bekleedtghymijn hart ende ſiele,met het kleedt
87.
des heyls, ende met den rock der gherechtigheydt; ende waftmijn hartmet het bloedtdes LamsJeſu Chriſti. 88.
Laatmijne ooghen ſien , op uwen wege ; dat ick
op den ſelvighen wandele: voeght ghymy uwen heyligen Engel toe, dat hy my gheleyde ende voere, ende voor de voorſtellinghende valſche netten des Duyvels beware ; dat ick my de ongherechtigheydt niet en laat ghe luften .
in
89. Geeft my kuyſche ende tuchtighe ooghen ; dat my gheene valſche luft op--waacke : behoedt my
voor tooren
ende vloecken ., dat ick uwen alder, hey
lighften name niet en misbruycke : maar , alſoo wan dele , ghelijck het u behaaghelijck is ;
door Jeſum
Chriſtum , uwen Soone , onſen Heere , ende Heylandt, Amen .
Een Ghebedt , Wanneer
men ſich aen , treckt,
ende-waft . 90 . > Eeuwighe God ! door dit kleede erinnere ick my het kleedt des on ſchults van onſe eerſte voor ouders, al. daar. fy duſdanigh kleedt niet en behoufden ; · 'twelck aerdskleedt , fijn begin , door de fonden , heeft ghenomen . 91.
O ,bermhartige God ! ghy hebt onshet ſchoone
Paradijs. kleedt , in uwen Soone Jeſu Chriſto wedern ghebracht : treckt 't ſelvighe mijne fiele doch aen , naar- den-maal't aerdfche lichaam ſulckx niet waardigh is; tot, dat ik eenmaal uyt het ſtofder aerden , we derom
ſal opſtaan : dan ſult ghy mywederom
gheheel
bekleeden met het kleedt van uwe kracht ende
heer
lijckheyt ;
29
fich aen , treckt , ende waft .
lijckheydt; ſulckx gheloove , ende hoope ick , naar uwen woorde. 92.
O , Heere , Jeſu Chriſto ! bekleedtmy doch mer
het kleedt van uwe onſchult ; in 't welck ghy , in ons kleedt , de beſpottingh van alle menſchen , op u ghe nomen hebt.
93.
O , Heere
Jeſu Chriſto ! ghy hebt ons aerds
kleedt , in u lijden ende ſterven
vanu ghelaten ; de
krijghsknechten trocken 't ſelvighe u uyt: ende hebt u ende bloot , uwen Hemelſchen Vader opv
naackt
gheoffert , ende ons daardoor verworven het reyne ende heylighe kleedt des onſchults , 't welck opſen Vader Adam
aen - hadt , voor fijnen val; doen hy noch
niet en wiſt dat hy naackt was. . 94. O , lieve Heer Jeſu ! treckt 't ſelvighe mijne arme ſiele doch wederom aen ! zijt ghy doch daarom in onfe menſcheyt ghekommen , dat ghy ons helpen , ende het kleedt uwer kracht ſchencken wilt ! vatt doch mijn ghemoedt, in u kleedt, dat't ſelvighe, in foodanigh kleedt, voor uwen Vader magh treden ; ende hem bidden . 95.
0 , Heer Jeſu Chriſtol ſonder 't ſelvighe kleedt
van uwe kracht ende ghenoegh_doeningh , en kan ick voor God niet kommen : mijn ghebedt en kan de ſtede der Godheyt anders niet bereycken , 'ten,uzy...dan dat ghy mijn ghemoedt ende begeerdte bekleedt met de overwinningh van uwe opſtandingh ; in
deſelvighe
kan ick alleenelijck , met mijn ghemoet , totuwen a He- a Ofte Hay. lichen . melfchen Vader kommen .
96.
Derhalven geef ick u alsm -nu mijn gemoedt ende
mijnen wille ganſch tot eygendom : bekleedt ghy, Heere Jeſu , 't ſelvighemet uwe kracht , ghelijck ick als,vnu het lichaam met aerdſche kleed'ren bekleede ; ende waſt van mijn ghemoet , alle opvreynigheyt af.
D
3
97
Ghe .
Een Ghebedt , wanneer
30 97.
Ghelijck ick
men
als. nu mijn aen
gheſicht uytv
wendigh ,met waterwafſche,waſt ghy alſoo mijn gemoet, inwendigh , met de kracht van uwe ghenade : op_.dat 't ſelvighe wacker worde , u te aen
ſchouwen ; ende eene
wallegingh aen alle valſcheyt ende on.reynigheydtder leugeren , on ,waarheyt , hooveerdigheyt , gierigheyt, nije, tooren , endeaen al 't gene dat tegensGod is,mach hebben . 98. Ghelijck ick my alsnu , walſche met uyt- wen-. digh water , alſoo ( o , lieve God ) waft ghy mijn hart ende fiele doch
oock met het bloedt des Lams Jeſu
Chriſti ; op , datwick reyn vooruzy , ende , ghelijck als uwe Bruydt, u wel ghevalle: vatmy in uwe armen , alsuwe lieve Bruydt ;metdewelcke ghyu, in't gheloof, ende in de liefde , vertrout ende verlooft hebt.
99.
O , God , heylighe Gheeſt ! laat my gaan ende
wandelen , in uwe kracht: uwen heylighen Engel, die ghy my hebt toe.gevoeght, gheleydemy; door Jeſum ftum , onſen Heere , Amen .
Chri
Een Ghebedt , wanneer men tot ſijn werck ende beroep , daar God een yeder in wil treden .
gheſet heeft,
100 . Lvmachtighe Eeuwighe God , ende lieve Vader, een Schepper des Hemels ende der Aerden : ghy hebt alle even
dinghen
tot u lof , ende den menſch tot u
beeldt gheſchapen , ende hem
tot een Heer ende
Regeerder over uwe wercken gheſet ;
ende hem
alles
onder fijnehanden ghedaan . IOI. Ick arme on -waardigh ſondigh menſch , erin neremy den fwaren val van onſe eerſte voor
Ouderen ; daarn
tot ſön werck wil treden .
3.1
daardoor uwen vloeck , over ditwerck , ende over der aerden
quam
: oock erinnere ick my , hoe ſy uyt het
Paradijs , in deſen vloeck zijn gheraackt , in den welcken in moeyten , kommer , ende noot moeten ſwemmen , ende ons vermoeyen en krencken , wy nu alvt' ſamen
dat wy alleenelijck
ons leven gheneeren ende ondern
houden , tot..dát„ wy eyndelijck wederom des ſtofs in - gaan , daar wy van
in 't Weſen
ghekommen zijn : alv
daar.wy uwe waar..achtige beloften ſullen verwachten , dat ghy ons uyt het ſtofder aerden , in den jonghiten , dagh , wederom wilt opwecken ; ende wederom in dat ſchoone Paradijs_beeldt formeeren . 102. Sulckx erinnere ick my nu : naar
dejmaalick
het werck ende de beroepingh (daar..in ghymy, doorde grijpe : ende bidde natuur , hebt verordeneert ) aen naar uwe groote bermhartigheydt (de welcke ghy foodanighen ſwaren af
val, in de ghenade Jeſu Chriſti,
weder tot ons hebt ghewendt ) ſegent my doch in mijn beroup ende ſtandt : ende wendt uwen tooren ende vloeck ,door de liefde Jeſu Chriſti , van , myaf : dat my de booſe geeft , in mijn beroup ende ſtant , niet en fifte ende aen_en_taſte , ende in valſcheydt in ... envoere, dat ick niet yets, mijnen naaften , daar in en beledighe , bedrieghe, ofte metwoorden ofte wercken , onzrecht en doe ; ofte ſulckx begeere,'twelck ick niet en moet . 103. 0 , lieve Heer ! geeft my doch een redelijck hart ende ghemoedt , dat ick met een goedt ghewete, ſonder valſche begeerdte , oock ſonder hooveerdigheyt, gierigheydt, nijdt ende tooren ,mijn werck magh drijven , ende mijnen ſtandt voeren naar uwen wille , ende my ghenoeghen late aen uwe ghenade , wat ghymy gheeft : endemet het werck van mijne handen , in mijn ampt ende ftandt,daar
in ghy my hebt gheſet,niet alleen hetmijne , alleen
Ein Ghebedt , wanneer men
3-2
alleen my , ſelfs te dienen , en ſoecke;maar, oock mijnen naaſten , oock den armen , elendighen , ende onvermo genden : Item , den
ſwacken
ende blooden
magh te
hulpe kommen , de welcke niet met verſtande van uwe wonder. wercken
( de ſelvighe te drijven ) en zijn be
gaaft.
104.
Helpt doch , o , lieve God ! dat ick my._ſelfs
recht erkenne, datick in mijn ampt, ende ſtandt, alleene lijck uwen dienaar ben : dat alles , ſoo , wat. ick befitte , van uwe handt iskonimende : ende dat ick , in deſe We. reldt, niets eygens en hebbe ;maar niets Pelgerum
anders dan een
ende huys- genoot op aerden en ben : endedar
ghy (God Vader , met uwen Soone Jeſu Chriſto , in de kracht des Heylighen Gheeſtes )
lelfs alles werckt ,
ſtierdt ,
ende regeert ; ende alles alleen u , ende niet
mijn is. 105.
Geeft my doch recht te erkennen , dat alle
menſchen van eene eenighe afvkomſte , ende overy ſulckx al vt'ſamen mijne ghelederen , Broederen , ende Suſteren zijn (ghelijck eenen boom , in fijne tacken ) dat ick hen altlamen moet lief hebben . 106.
Ghelijck ghy ons, o , lieve God ! met eene
eenighe liefde in Jeſu Chriſto, voorde grondt, leggingh des Werelds bemindt,ende onsalnt'ſamen in eene eenige liefde , in uwen tooren , verſoent hebt : alſoo , o , lieve God ! verweckt dochi oock de ſelvighe eenighe liefde , in..my,ende ſteecktmijn ſiel ende ghemoedt met de ſel. vighe aen ; opdatwick met , ende invu , in uwe liefde , alle mijne mede- ghelederen beminne, ende bereydt.» willigh zy om
hen te dienen : op - dat uwen name in
al_t ſamen worde gheheylight , u rijck in uwen wille in
ons
ons komme,
ons gheſchiede ; ende wy al., t'famen , in
eene eenighę liefde, uwen ſeghen, eten endedrincken . 107. Neemt
33
tot ſyn werck wil treden . 107.
Neemt van ons het quaat , endede ſware ſchult
(namentlijck , uwen vloeck ende tooren ) opdat denij digheyt ende de gierigheyt des Duyvels, niet in ons op -v en „ vloeye ; ende onsen voere, in wraack ende booſheyt. 108.
Ach ! helpt, datwy onsmogen hartelijck bemin
nen , ende ons , ondervinaalkanderen , de ghebreecken ende ſwackheden vergeven ; ghelijck ghy ons , in uwe liefde, in Jeſu Chriſto ,dagelijckx vergeeft.
109.
O , Heere ! weerde ghy doch de liſtighe klauwen
des Satans , dat hy my niet en verſoecke, ende de booſe ghenegentheden , « in 't opperſte en voere ; daar..door. a Texs , Empor. ick in valſche luftmocht gheraacken . Verloſt mydoch , o , lieve God ! van al fooda Verloft nigh quaat,door het bloer ende den dood mijnes Heeren 110.
Jeſu Chrifti ; ende geeft my een vrolijck ghemoet , uwe wonderen te drijven . II .
Helpt , dat ick , ſonder uwe kracht, niets en
wercke , wille , nochte en doe : voerdt mijn leven door uwe wonder wwercken ende ſchepſelen , in de eeuwighe Hemelſche werckingh ,tot in deGeeſtelijcke verborgene Wereldt: ende laatmyal. hier in uwewonder. wercken , in kracht ende erkentenis toenemen : op mijnen inwendigen grondt,in uwe wonder
dat
oock
wercken,in
uwekracht,wafſche,ende toeneme,tot de openbaringh des vieuwen Jeruſalems; daar ghy (o ,waarachtige God ) alles in allen , in ons ſult wercken , willen , ende zijn . 112.
Derhalven geeft my ſulckx doch ghedurigh te
erkennen , op datick’ttot een ghedenck. teecken , in mijn ghemoetmagh hebben ,ende niet en ſondighe, noch mijnen wille van u afenbreecke, ende een valſch beelt en bare : 'twelck niets
anders en luftet', dan naar hoo
:
veerdigheyt , gierigheyt , ende eyghen eere ; endemet laat my de booſe gheeften verdomt en worde : maar , E inetu,
34
Een Ghebedt des middaaghs :
metu, eenen eenighen
geeft ende wille zijn , endemet
u wercken in de kracht mijnes Heylants Jeſu Chriſti , ende desheylighen Geeftes , Amen .
Een Ghebedt des middaaghs : ofte wanneer ſoodanighe aendacht , denboetwveerdighen Menſch beweeght; om
te Erinneren
Jünes
ſtands .
I13 God , eeuwighe Vader ! ick dancke ende loove u ,
ende tot eenen vernuftighen menſche gheſchapen , dat icku erkenne : ende niet eenen dooden , dwaasmachtigen , on . -wetenden menſch en ben , die van u niets en weet ; ende u niet en dancke voor ſoodanigewel daden : maar , hebtmyaen't licht desWereldsgheſchapen ,dat ick door uwen lichte , wercke ende leve ; ende toontmy , in uwen lichte, alle uwe wonderen . 114. Ick daricke u , dat ghy my tot u even beeldt gheſchapen, endeny uwe wonderen onder mijne handen ghedaan hebt , dat ick de ſelvighe erkenne ; ende my magh verheughen in dewercken van uwe ſcheppingh . 115 . Endebidde u,eeuwighe God, geeftmy verſtant ende wijſheydt , dat ick ſulckx, uwe ſchepſels, niet en misbruycke : maar , eenigh
alleen ghebruycke, tot
mijnenood..druft ; mijnen naaſten endemy ten goede . 116. Geeft my , dat ick u , in alle uwe gaven danck
baar zy : dat mijn vernuft niet en ſeydt : dat is mijn , ick hebt verkreghen , ick wil 't alleen beſitten , ick ben met ’t ſelvighe edel , heerlijck ende ſchoon , van - we ghen ſulckx , komtmy eer ende roem toe ; 'twelck al.com t'ſamen is kommende , van den Duyvel, ende ſwaren val Adams.
117.
O ,
om te Erinneren ſynes ſtands . 117.
35
O , lieve Heere Jeſus Chriſtus , helpt doch , dat
ick gheduurigh betrachte , uwe demoedigheyt, nederig. heydt, ende tijdelijcke armoede , ende mijn ghemoer niet toewen late , ſich te verheffen over den ſlechten armen , endenoodwdroftighen : dat mijnefiele fich van hen niet afven, breecke , ende ſy , in hare elende, niet overmy en ſuchten ; ende my mijnen wegh tot vu en verhinderen . 118.
Maar , helpt , dat ick mijn harte legghe by den
flechten in 't ſtof , ende gheduurigh erkenne , dat ick niets meer en ben dan ſy: datmijnen ſtandt u is; ende ick niets anders en ben , dán des ſelfs dienaar . 119.
O , groote heyligheGod ! ick biddeu , opent
mydoch mijne inwendigheydt ; dat ick recht erkenne war ick ben : ſluyt in
my doch op ,'t gheen in Adam wiert
invgheſloten : laat my doch ſien ende bevinden , in de in -wendigheytdes gemoets, de ſchoone morgen , Iterre in den heylighen name Jeſu , die ſich aen ons, armemen ſchen , preſenteert ; ende in krachtigh wercken wil . 120. aen
onswoonen , oock in
ons
Verbreeckt ghy doch deharde poſten van mijne
nemelijckheydt des eyghen willens : op.dat fijnen
;
wille , doormy uyt.wſchijne ; ende mijn ghemoet ſijne lieve vyersſtralen ghevoele . Steeckt ghy doch aen , mijn vyerigh leven van 121.
den grondt der fielen , met de ſtralen uwes lichts ; opv ick u magh verdraghen : giet uweliefde ende facht,
dat
moedigheydt doch tot in mijn vyer- leven , dat uwen vyer-vglans my niet ganſch en verteere ende ver ſcheure , vann-weghen mijne ( als noch ) on.reynig heydt. 122 , O , ghy groote heyligeGod ! ick nadere my nu tot.vn ,metmijo ghemoedt : namentlijck , met uwe uyt E 2 ghe.
aghs
t a Een Ghebed des midd
36
ghegootene kracht , die ghy in
:
eene beeldenis van uwe
ghelijckheydt , naar uwe werckingh hebt gheformeert ; ende gevemyu wederom
ganſch tot eygendom .
123. Werckt ghy,in mijn gemoet (dat is, in u tegei . beeldt)uwe wonderen , ende houdtmijn gemoedt ( zijnde u werck , inſtrument ) op , in uwe kracht , dat't ſelvighe niets en doe noch en wil ;maar, allesmet vu, wil,werckt, ende doet : voert ghy mijne ghenegentheydt door uwe macht ; op dat_ick'in , ende meevu heerſche, over fonde , Dood , Duyvel , Helle , ende over defe Wereldt . 124.
Naarde „maal ghymy , in den aenvangh , in
mijnen Vader Adam , tot eenen heerſcherhebt gemaackt over alle Creaturen : endenaar den ſchrickelijcken afv. val, wederom
in Jefu Chrifto , daar..in ghebracht hebt, dat ick , in Jeſu Chriſto , met, ende in hem , ende hy met,
endedoor..my, ſoude heerſchen over alle fijne vyanden ; tot dat ſy al... t' ſamen tot een voet. banck van ſijne , ende mijne voeten gheleydtwierden : over -ſulckx geve icku, mijn Heer Jeſu , mijn ganſch ghemoet ende liele, ende alleswat ick ben : heerſchet ghy , in , my, over alle mijne vyanden , die in , ende buyten, my zijn . 125.
Leght ghy hen tot eene voet. banck uwer voe
ten : ende voerdtmijn ghemoet (zijnde het even
beeldt
Gods) in Godskracht, dat’t ſelvige, ghelijck een werck.vn inſtrumentdes heylighen Geeſtes , met God , het goede wercke ,wille, ende volbrenghe: op dat uwen hoogen name, God,daarin openbaar worde, endemijn gemoer wederom totde ghemeenſchap van uwe heylige Engelen komme ; daar, toe ghy 't ſelvighe , in den aenvangh , hebt verordeneert .
Sietin't be 126. O , groote God ! is mijn ghemoet doch eene gin van den Poemander , ſtraal van uwe Almachtigheyt , Heerlijckheyt , ende Mercurij tris. Wetenſchap , eene ghefpeelinne van de Goddelijcke megiſti. Wijſheyt
om
37
te Erinneren fijnes ſtands.
WijſheytendeHeerlijckheydt , eene Dienaarinne vande Majefteyt ende Eenheyt Gods , eene erkennerinne van uwe openbaringh ,ende eene figuur vanden grooten name Gods ; ghy , die de Wereldt ende alle maackt hebt ! 127. wierdt ,
dinghen
ghe
In des ſelfs Eſſents, eer 't ſelvighe eene Creatuur ftondt de formeeringh uwes willens : die ghy
(o ! groote God ) in een Creatuurlijck ſchepſel gebracht hebt , ende hebt het edele ghemoet , tot heerſcherin daar over gheſett; daar ghy,met uwen heylighen name, in uwe kracht,ſelfs, door 't ghemoet,wilde heerſchen . 128.
O , God !het gemoet heeft ſich , in Adam , vanu
afvghewendt , ende't is in eyghen aen, nemelijckheyt, eyghen
ſelfs --willens in . -ghegaan : Ende 't heeft ſich
duyſter, ſteeckeligh , vyandigh ,hongherigh ,ende nijdigh ghemaackt : ende 'tis eene helſche quaal ende grouwel voor u gheworden ;alle booſe geeſten ghelijck . 129. 't Welck ghy (o ! groote God ) door den Aller..
heylighſten nameJeſu , wederom tot. u ghewendt , ende nieughebooren hebt : daarom gheef ick u't felvighe , in uwe loete aen -- gheboodene ghenade ,willigh over : ende ſelfs willen ende a Text , 4 ontrecke my , hier , mede mijn eygen
natuur, recht, ende gheef 't ſelvighe u , Heere Jeſu , tot verzeihe, eyghendom ; op
dat wick't niet
meer ſelfs en zy : maar,
dat ghy 't zijt, naar u , ende uwes Vaderswelwghevallen ; op datGodzy , alles in allen , een waarachtigh dries eenigh Weſen , Vader, Soon , Heylighe Geeſt, inden He :
melende op Aerden : Alles in allen werckende ende be heerſchende ; Amen .
E
3
Een
38
Een Ghebedt des mid
daaghs : te betrachten de qualiteyt
ende eyghenſchap vanden dagh ; ende ſich aen den rechten middagh , in't in „ wendige He melſche Weſen
te begheven .
Van 't op.klummen des Ghemoets .
130 . God ! ghy oneyndelijck
O
eeuwigh uyt.wſchij
nende licht: ghy hebt de uyt -- wendighe wereldt , :
a Ofto van . het licht , a door het ſpreecken van uwemaght ,doorde b Text , ſtralen uwes lichts, ghegheven ; ende heerſchet met Son haudien , endeMaan , in alle uwewercken , in 't weſen van deſe we. reldt. 131. Door deſe lichten , baart ghy alle het tijdelijcke leven : alles wat Adhem heeft , werckt ende leeft in deſe lichten ; ende't looft u , in uwekracht : alle Sterren nemen licht ende ſchijn van uwen uyt
ghegoten
glans :
ghy
verçiertde aerdemet ſchoone kruyderen ende blommen door deſe lichten ; ende verheught in de ſelvighe, alles wat leeft ende watt . 132.
Ghy toont aen ons menſchen , daar„ in , uwe
heerlijckheyt, datwy uwekracht erkennen , die in ...wen digh verborghen is : ende daarvaen ſien , hoe ghy u eeu . wigh woord ende werckingh , hebt ſichtbaar ghemaackt : op
dat, wy daar..door fouden betrachten , u inwen .
dighGeeſtelijck rijck ; daar ghy, in't verborgen ,woont, endealle uwe ſchepſelen vervult , endealles in allen , ſelfs werckt ende doet .
133.
Den Hemel ,metyt ſamen de Aerde , vertellen
uwe eere, kracht, ende groote macht : de Elementen zijn c Text ,
een ' teghen
beelt van uwewijſheyt , daar uwen gheeſt ,
kegenwurf, met een tegen , beeldt, voor u ſpeelt, ende alle dinghen u loven ;
39
Te betrachten de qualiteyt des daaghs .
loven ; ende hen , in uwekracht , verheughen ende vro lijck zijn .
134.
Over dit alles , hebt ghy (o ! groote God )mijn
ghemoet, tot eene erkennerin ende gheſpeelione van uwewijſheyt ghemaackt ; dat ick u daar in ſoude loven , ende uwe wonder ...wercken helpen drijven ende vorde ren : ghy hebt een welvghevallen daar_aen
ghehadt ,
dat ghymy ſoodanighe macht onderdaan , endemy ghe geven in alle dingen te wercken , endemy alles tot eygen ghemaackt hebt. 135.
O , groote God , in Chriſto Jeſu ! waar is nu
mijne macht ende heerlijckheydt ? is de ſelvighe doch blindt ! voert my doch wederom in mijne plaats van uwe ſcheppingh ; opdat
ick
in u
licht , wederom
fiende
worde, ende uwe wonderen erkenne : ſchijnt ghy doch wederom
in mijn uyt. wendigh licht van de Sonne ende
Mane ; op., dat ickaen't uyt --wendigh weſen , uwe in wendighe kracht leer kennen . 136. Ach ! ghy oneyndelijck ſchijnende licht van de groote verborgentheydt , geeft my doch de ſtralen vanuwe verborgene heerlijckheydt; dat ick in mijn licht, het licht van uwen glansmagh ſien .
137.
O , ghy vyer ende licht van de groote in
wen
;
digheyt , erbermtu doch overmijne elendigheyt , ende helpt my uyt dit duyftere woon, huys ; in 'twelck ick ghevangen ben . Geeft mydoch wederom 138. Uwes weſens, daar
eene ware erkentenis
toe ghy, aenvangelijck ,het ghemoet
hebt in de natuur ghebeeldet ; ende hebt ’t ſelvighe tot het willen van uwe figuren ende ſchepſelen verordeneert. 139.
Voert my doch wederom , in Chriſto mijnen
Heylandt, in mijne heerlijckheyt die ick hebbe ghehadt : ende al vis’t
ſchoon , dat het lichaam in deſen tijd , ſulckx niet
Te betrachten de qualiteyt vanden dagh .
.40
niet waarde en is (naardenmaal'tſelvighe is gheworden a Cadaver.
eenen ſtinckenden a roem ) evenweldoorſchijnt doch mija edel ghemoedt ( zijnde u evenbeeldt ) ende laat
;
't ſelvighe , in Chriſto mijnen Heylandt , in den Hemel woonen in de ghemeenſchap van uwe Heylighe Eu ghelen . 140. Stelt ghy't in den middagh van uwe wonde ren , daar, toe ghy 't ſelvighe hebt ghebeeldet : ende heerſchet ghy ,
0 , Heere
Jeſu Chriſte , daar, mede
(alsmet u erve ) over alle dinghen : ende helpt my , dat ick demoedigh zy , endemy ſulckx niet aen
en
neme,
wat ghy doet : maar , u na_fie , ende mijne begeerdteu loove , ende gheduurigh in uwe Harmonie leve.; ende ſonder u , niets en begheere aen, te vanghen ofte te doen .
141.
0 , Heere , ghy aller
heylighſte licht ! laat
mijn ghemoet doch alleenelijck in
uwen voor.hoove
woonen : dat het ſich van uwen glans , die van
uuyen
vloeydt , verheughe, ende eeuwighlijck van u niet meer afven
wijcke : maar ,
voert 't ſelvighe wederom
tot
de ghemeenſchap van uweHeylighe Enghelen ; daar toe ghy't, in den beginne, hebtverordeneert. 142. O , Heylighe name, Emanuel , het is u : doet ghymet't ſelvighe wat ghy wilt ; Amen.
Een
41 Een Ghebedt teghens den
Avondt : om
ons de moeyelijck
heydt van 't werck onfer handen , in den vloeck . vanden tooren Gods, te Erinneren .
Van 't af klummen des Ghemoets .
143 .
A
Ch , God ! hoe elendigh, vol van jammer , bekom meringh , ende ſorgh , is onſen tijd ; volvan anght
ende drouf heyt : wanneer wy meenen , dat wy oprecht ſtaan , ende ons over 't werck onſer handen willen ver heughen , loo over.mſchaduwet ghy ousmet uwen grim endemaackt, dat wy ons anghften . 144:
;
Wy loopen , ende beanghſtighen ons, ende daar
en is doch niemantdie opsjaaght ; dan alleenelijck uwen tooren , in onſe verdurventheyt: wy verteeren onſe da ghen , ghelijck cen gheklap '; ghelijck eene rede die vergeten wordt : alfoo vergaan onſe daghed , ende zija ghedarigh in onruſt ; ongheftadigh is onſen wandel: wy verlaten onsop onſen arm , ende hangen aen't werck onfer handen , ende en vertrouwen u niet ganſchelijck ; daarom
laat ghy ons oock heen , varen in onsanghften
ende quellen . 1450
Wy en betrachten nummermeer dat ghy ſelfs
(o ,God ) alles werckt ende doet: want, geenighe Adhem en vermagh fich , fonder u , te beweghen ; geenigh graaſken , en vermagh , ſonder u,de aerde te kroonen . en doch e Alv't ſelvighe fien wy : end bouw 146. ор onſe pietigheyt , op'twerck onſer handen ; ende en ver . trouwen ons niet recht. 147.
Wy vergaderenzende en genieten 't ſelvige niet:
eenen vremden quelt ſich daar in met ydelheyt ; ende des 2 Ofte gade, jammers't gheen wy drijven , en is gheen a ghetal. F
148.
O ,
42
Een Ghebedt teghens den
Avondt :
O , God !.ghedenckt doch aen onſe moeyten 148. ende elende , ende wendt uwen tooren ende vloeck van .
a Text,ziel. Ons
af , ende laat onswederom tot u « perck loopen ; op - dat.wy wederom tot onſer erve kommen , ende ons
verheughen in uwewonderen ..
149 Siet doch aen , het anghften onſes ghemoets, ende het dichten van onſen wille ; ende denckt , datwy in’t Weſen des ſtofsverſlooten legghen . 150. wederom
Heere ! loft ons doch op , ende voerdt ons te huys : want , wyzijn in een vreemtlandt,by
eene vreemde moeder,die ons, in uwen grim , ſeer ſlaat ; ende in enckel honger , met ontbeeringh van uwe ſoete ſpijſe, ons laat loopen . 151. Wymoeten , met den verlooren Soon , den draf der ydelheyt eten : onskleet is veroudert endevol ſchan de ; ende ſtaan in groote fpot voor uweheyligheydt: den drijver uwes toorens voert onsghevangen : wanneer wy meenen , dat wy ubegrepen hebben, ſoo verberght ghyu b Ofie in ſmarten fuchten .
aengheficht voor ons ; ende laat ons b qualeu . 152. Alw't ſelvighe maackt onſen eyghen wille , dat
wy ons van u af, wenden , totinde ydelheyt ; endel en be geeren niets anders dan het verganghelijcke Wefen : wy . iwemmen in de ſelvighemet onſe luft, ghelijck de visin 't water:ende ſegghen door.- gaanstot onſe fiele :'t en heeft geen noot ! daar wy doch op den af.vgrondtder Hellen ftaan , ende den grimmigen dood alle oren op onswacht : wy wandelen al.-t famen teghens de nacht, ende loopen naarons graft toe ; ghelijck'eene loopende Bode fijnen , wegh loopt. O , Heere Jeſu ! blijft doch by ons, ende leerde 153. onsbedencken , dat ons uyt-- wendigh leven (daar wy foo ſeer op vertrouwen ) niets
anders dan tegens den avondt,
ende naar ſijn eynde loopt , dat het ſeerhaaft met ons ghedaan
Te Erinneren de moeyelijckheyt.
43
ghedaan is; ende leerdt ons den rechten wegh wandelen : zijt ghy doch met ons , op deſe Pelgerumsmftrate ; ende voert ons tot u te huys. 194. Wanneer onſe nacht ſich
naardert ,
ende den
dood fijne kaacken naar ons vleeſch ende uyt - wendigh fich « verſlindt , ende a ofrein leven op-vſpalcke , .ende ons in Rockt. ghelijck als ſtof vermalmt: ſoo neemt onsdoch in uwe
kracht , ende laatons zijn een ſoet broot, in der Eſſents van u uytvghevloeydewoordt uwesmonds. 155.
Helpt doch , mijn lieveGod , dat ick ghedurigh
daarnaen ghedencke , dat het met mijn uyt--wendigh leven , alle uren , teghensden avondt, endetot het Weſen des ſtofs gaat ; dat ick de nacht der aerden doorgaans naarder komme : dat mijnen loop des vleefſches , niets. daar my de anders en is , dan eenen loop tot den grave ;
wormen ſullen verteeren . 156.
Ach , Heere ! ſoom -wat my al
hier eene b wal- bTextjeckel.
legingh is,aenn-'t ſelvige moet ick in ſijne kaacken vallen , endemy aen'tſelvighe tot ſpijſe geven : waar blijft dan mijne luft van aerdſche dinghen die ick in deſe Wereldt rvoede ? ſoo't my alles tot ſpot wordt, wat verhef ick c Text , pflege. mydan in tijdelijcke luft ; naar- de -maal't ſelvighe my
niet daar, van en kan verloſſen
waarom
quelt ſich mijne
fiele , endebeanghſtightſich naar haren vyandt, die haar tot de duyftere nacht voerdt ? 157.0, God ! leerdt my ſulckx doch erkennen , dat ick mijn harte van demoeyelijckheydt des arbeyds van defe Wereldo , tot u wende , ende den dood niet voor mijn leven en houde : op...dat
ick
in ghedurighe boete
leve , ende mijn gemoedt fich totu verheffe ; endemet u arbeyde ; op dat oock mijn recht ( in Adam geſchapen ) vleeſch , in u gheheylight, endeuyt het ſtof,wederom het ghemoet ghebrachtworde . F 2
158.
tot
Ver
Een Ghebedt , des Avonds :
44 158.
Verloſtmydoch van de grove ſchorſe desaerd
ſchen vleefſches, in 't welck de Dayvel fijn vergif heeft ghebracht; 'twelck in u rijck gheen nut en is : ende baart my wederom het geeſtelijcke lichaam , daar deon..
in
fterffelijckheyt in is ,ende geenighe booſe ghenegentheyt ofte valſche luftmeer en vermagh te ontſtaan : ende laat my : in Chriſto Jeſu , in u ruften , tot ор de heerlijcke
wederkomſte , ende openbaringh van uwe heyligheydt ; Amen .
Een
Ghebedt , Wanneer u men
des
Avonds van
Sönen arbeydt ophoudt ; ende wilſapen gaan .
159 God , ghy Vader van alles goets ! ick dancke u , Chriftum , uwen beminden Soone
door Jeſum
onfen Heere ende Heylandt , voor alle wel
daden , dat
ghymy deſen dagh voor alle quaade en ſchade , ghena delijck bewaarde hebt : ende beveele u alswnu mijnen a Text , vere arbeydt in uwe « regeeringh , ende vliedemetmijn ghe waltun . moet totuu ; ende geve my over, ganſch ende gheheel in uwe heylighe werckingh . 160. Werckt ghy nu doch defe nacht , ende al _- tijds, met uwe kracht der ghenade , iomy : ende verbreeckt in my de ydele begeerdte van de valſche werckingh , metde welcke uwen vloeck ende grim , in mijnen vlee . ſche begeert te wercken : alsmede des Duyvels in. ghevoerde luft ; die mijn ganfch ghemoet tot luft ende ydelheydt ritſet : ſulckx verſtoort doch ( o lieve God ) door uwe kracht : ende ontſteeckt in my het vyer van uwe reyne liefde ; ende verdelght de valſche luft der ons reynigheydt. 161.
'Weder
ſtaat ghy alle booſe in
ſtortingh van 't ghe
Gebedt , alsmen ſich wytritreckt ende nederleyt.
45
't ghefternte , ende ontſteecken Elementen : ende laat my in uwe krache ruften ; op
dat mijn ghemoet niet in valſche begeerdte ende ghenegheotheydt ghevoert en worde . 162.
O , groote heylighe God ! ick verſincke my
ganſchende gaar in uwe ghenade ende bermhartigheyt: laat uwen goeden Engel doch by my zijn , dat hy opus houdede vyerighe ſtralen des booſwichts ; datick , in uwe kracht , feecker magh ruſten : door Jeſum Chriſtum , onſen Heere ; Amen .
Ghebedt , Wanneer
men ſich uytvtreckt
ende nederwleydt . 163. Bermhartighe God ! trecktmy het valſche kleedt der Nanghen doch uyt , 't welck mijn Vader Adam , ende mijne Moeder Heva , door hare valſche luft , my hebben aenwghetoogen : in 't welck mijne arme fiele, met uwen tooren , is bekleedt ; ende voor uwe heylighe Engelen , in groote ſchande ſtaat. 164. op
Ontbloot ghy doch mijn ghemoedt ende fiele ,
dat mijn
ghemoedt van ſoodanigh kleedtworde af.“
ghetoogen ; ende reyn
voor uwen aen - gheſichte magh
Itaan : bekleedt ghy ’t met uwe kracht , ende met het kleedt van demenſcheyt Jeſu Chriſti; op met de heylighe Engelen , voor
dat 't ſelvighe
u magh wandelen .
165.
0 , lieve Heere Jefu Chrifte ! ick geve mijo fiel ende ghemoet aen u ganſch naackt ende bloot : treckt ghy my het onnreyne kleedt af , in'twelck ick in groote Ichande fta , voor Gods heyligheyde : bekleedt ghymy doch met uwe overwinningh : ende ſtelt mywederom uwen Vader voor, als een nieuw gebooren kindt ;'twelck F 3 ghy
n
Een
46
edeke
Danck -ugheb
,
ghy in uwen bloede gewaſſen , ende des ſelfs booſen wille , ghy in uwen dood ghedoodt , ende in uwe op vitandingh nieu , ghebooren hebt.
Ende ontſteeckt in deſe nieuwegheboorte u
166. licht, op
datwickin’t licht wandele , ende eene rancke
aen uzy , ende blijve ; Amen .
Een Danckughebedeken
vande
Boetwveerdighe
fiele , voor het bitterlijden ende ſterven Ieſu Chriſti .
167. diepſte liefde Gods, in Chriſto Jeſu ! ick ſegge u lof ende danck , dat ghy my uyt den vyern Aller
quaal der pijnelijckheydt hebt verloft , ende u ſelfs, met uwe liefde ende ghenade , in mijnen vyer. quaal inghe geven ; endemy in een lieven vyer ende Goddelijck licht verwandelt . 168. Ghy hebt uwe kracht ende macht , in mijne Eſlents , in lichaam ende fiele in.gheleydt , endeu aen my tot eygendom ghegeven : ja , ghy hebt my ſelfs, met uwe ghenade, door den ſchat van u dierbaar bloedt, u tot eyghendom eeuwigheydt.
ghekocht ; daar, voor dancke ick u in
Ende biddeu , ghy eeuwighe uyt - ghegooten 169. liefde , in den aller heylighften name, Jelus , voertmy doch ( wanneer ick
al
hier des tijdelijcken doods, ſal
afv-ghefturven zijn ) wederom in mijn eerſte Vaderna landt ( in't welck mijn Vader Adam , in ſijoe onſchult, woonde ) in 't Paradijs in ; ende begraaft mijn ende fiele , in de Goddelijcke ruſte.
lichaam
170. Ondertuſſchen , verleent , dat ick daghelijckx in de boete ende in 't uytgaan van mijnen aerdſchen wille
voor 't bitter lijden ende ſterven Ieſu
Chriſti .
47
wille magh gaan : oock den tijd mijnes levens daar..in beſtandigh blijve ; ende veel goede vruchten , in ſooda nighen ſtande,magh teelen : totdat - ghy my wederom totde ruſte in
voert in mijn
recht Vaderlande, in't
rechte landt der Beloften ; daar Melek
ende Honigh
van de Goddelijckekracht in vloeyt : Amen .
NB.
Hier
eyndighen des
Autheurs Meditatien ende
Bieght -ghebedekens op den Maandagh ; Nuvol ghen de Meditatien over de 10 Gheboden , op den Dijngbft- dagh .
BIEGHT
BI E
G
H
TūGE B
E DEN ,
Van Gods gerechtigheyt;alsmede ſtrengh ghe bodt endewet ; wat God van ons vordert ; ende
ermagh verpult teworden hoe ſulckx vern
.
Eenen ernſtigen Spiegel; wel te betrachten .
Het eerſte Gebodt. God ſprack op den Bergh Sinai, tot Iſraël.
Ick ben de Heere uwen God ; « c. Ghy en ſult
gheen ander Goden nevens my hebben .
Item ,
Ghy ſult God , uwen Heere , Lief whebben , van ganſeher harten , van ganſcher fielen , ende van ganſchen ghemoede .
171. groote Heylighe God ! ghy hebt den menſch uyt a Vjt.trecke ; dijs ( zijnde uwe kracht ) in groende : een heerlijck , b Text,zen krachtigh , ende ſchoon lichaam : fonder b disorde . lijckheyt , ende fonder verſtoorlijckheyt; eene ' gelijck mutligkeit. c Concora dance, heyt der Elementen . 172 . Ende hebthem , uyt uwe kracht , het in -Wen
dighe fieliſche , ende hec uyt...wendighe Elementiſche leven
Medit .op 't eerſte Gebodt, van Gods gerechtigheyt; & c.
49
leven ( zijnde den grooten name Gods ) van de kracht uwer innerlijcke Goddelijcke werckingh ende erkente pis, « in ugheblaſen , ende hem eenen eyghen wille ghe- a Text, ein geven , dat hy zy een beeldt naar uwe wonderdaat , gebrauchet. macht , ende heerlijckheydt; ende over alle uwe ſchep ſelen van defe Wereldt foude heerſchen : oock hebt ghy hem het uyt -- wendighe leven
van alle werckingh , met
het in -wendighe leven der fielen gegeven ; door 't welck ghy de Wereldt beheerſchet. 173.
Ghy hebt hem tot eenen regent over uwe won
der- wercken gheſet : ende hem
gheen
ghebodt ofte
wett ghegeven : uyt-vgheſondert , dat hy lich niet ſoude in eyghen luit ende willen
en
( in eyghen aenneme
lijckheyt) invoeren , om te proberen goet ende quaat : op dat den grim des vyers , endedemacht vande duy ſternis , in
hem
niet opwen
waackte , het edele beeldt
en verſtoorde, ende in de ſcherpte der aerden en ver wandelde ; maar , foude alleen in uwen (aen , hem ghe gheven ) wille ,in uwe kracht, willen ende wercken . Maar naar de maal onle eerſte voor..ouders, 174.
door des Satans in .
preecken der loogenen , van uwen
wille ſich hebben af
ghewent , ende in eyghen wille in
ghevoert , ende teghens u verbodt , het goedt en quaadt gheprobeert , ende fich naar debevindelijckheydt , ende eyghen aen_nemelijckheydt hebben
laten
gheluften
( daardoor uwen tooren ende grim , inhen is op -v-ghe waackt,het Hemelſche beelt verſtoort, ende in een aerds, ghelijck een dyer, verwandelt. )
175
Soo hebt ghy (o, heylighe God ) ons u ghebodt
ende wett ghegeven , ende ons daar in voor vgheftelt de Hemelſche Goddelijcke form van de volle gehoorſaam . heyt ; wat wy zijn gheweeſt , ende wat wy , in den val, zijn gheworden : ende vordert van ons , dat wy in opſen G
wille ,
so
Meditatie op 't eerfte Ghebodt ,
wille, uyt alle krachten ende finnen , alleen aen u moeten hanghen ; ende met u alleen wercken . 176.
Ja, ghy vordert van ons het edele pandt; zijnde
de ſiele , die ghy ons uyt de inwendighe kracht uwes a Text , ein naams ende willens , hebt a ingheſproocken : ende wilt gehauclet.
dat de fiele (de welcke van uwekracht isuyt-ughevloeyt ) alleen
in uwen name ende kracht blijve , ende met i
wercke ; ende ſich gheenen anderen vreenden naam , wille,nochte luft en ghebruycke, dan alleenelijck eenigh alleen , den genen , uyt den welcken ſy ghevloeyt is. 177 .
Dat ſy ganſch aen haar centro hange, ende hare
begeerdte eenigh alleen , in uwe liefde invoere , ende met uwe liefde , met vu, over alle uwewercken heerſche, ende fich geenighe eyghene heerſchingh , fonder uwe liefde ende mede..werckingh , aenen , neme ; op.v dat- ly , zy u werck , inſtrument , met 'twelck ghy alle Welensvan deſe Wereldt regeert. 178. Sy en moet haar vertrouwen , in geene andere macht noch kracht in voeren : ende haar niets tot ey
b Ofteformen .
gendom maacken ; oock ſich met niets b beelden : want, Iy is eenen ſtraal van den Almachtighen : ende ſoude over alle dinghen vol kommelijck heerſchen , ghelijck God ſelfs : ende doch niet in eene eyghen aenneme lijckheyt van eyghen , ſelfs --willen ; maar , in , ende met God : ende het lichaam tot haar werck, inſtrument ghe
c Voeder ,
bruycken , 't welck ſoude zijn
Regeerder , ofte geneer der.
Creaturen ; alles hebt ghy hem ghegeven ende ondern worpen tot ſijn vreụghden 179.
eenen
pleger yan uwe
ſpel.
Aldit ſelvighe (o , groote God ) ſtelt ghy ons in
ughebodt voor , ende vordert ſulckx vanons , naar uwe gheſtrenghe gherechtigheyt ende eeuwighe waarheyt ; by vermijdingh van eeuwighe ſtraffe : dat , ſoo..wie niet en houdt alle uwe gheboden ende wetten , ende in uwe orde
van Gods gherechtigheyt ; wat hy van ons vordert. ordeningh en blijft , die ſal vervloeckt , ende van uwen aen gelichte gheſcheyden zijn : oock uwe heerlijckheyt niet lien , tot in der eeuwigheydt ; noch tot uwe ruſte kommen . 180.
O , groote heylighe God ! ghy ,
teerent vyer zijt : wat ſal ick (ick , die vol on
die een
ver
arme elendighe menſch
ghehoorſaamheyt , eygheu luſt , ende
wille ben ; ende geene rechte luft noch ghenegentheydt tot u en hebbe )cot u ſegghen ? wat ſal ick u antwoorden , foo ghy my voorugherichte ſtelt , ende mijn hart ende fiele beprouft 181. *
0 , lieve God ! ick en kan niets : ick ſteeckein
den dreck der ydelheyt , tot in de in _,-wendigheyt van mijne fiele : want , uwen tooren is in
my ontſteecken ;
alle booſe dyeren , leven in.my, met hare luft. 182.
Ach , Heere ! mijne luſt in fiel ende lichaam ,
heeft ſich in a haar gebeeldet : ick ben voor u een worm ; a Verftaat, en gheen menſch : met defe beeldingh en kan ick alſoo alle looſe dye voor uwen aen
geſichte niet kommen : veel. -weyniger, deughden.
tot uwen heylighen naine ; dat is , tot het centro van mijne fiele , daar ſy uyt gheſprooten is . 183.
Ick ſchaam my,in dit b monſter, voor u heyligh bText, Larya , aen . -gheficht ; ende en hebbe gheene gherechtigheyt in my totu: ick ben u trou, loos geworden , ende heb my van uwen wille afvghebroocken ; ende in wille inghevoert. 184.
eyghen
Ick ſta als nu voor u aen. - geſicht, ghelijck den
verlooren Soon ; die eenen (wijn harder is gheworden : ende heb het ſchoone kleedtuwer kracht verlooren , ende ete alle uren met des Duyvels ſwijoen , den drafder ydel heydt ; ende en ben niet waardt , dat ick u beelt ende ghelijckenis ghenaamt zy : want , ick en kan , uyt eyghen krachten , u niet ghehoorſaam zijn : buyten uwe genade, ben G2
Meditatie op 't eerſte Ghebodt , benick my..ſelfs niets
anders dan eenen quaalder grim
migheyt ende des toorens. 185.
Ick verheughe my dan, noch over uwe groote
bermhartigheyt , die ghyuyt den heylighen name, daar mijne fiele uyt ghevloeyt is, wederom tot ons ghewent hebt : ghy hebt de poorte van uwe eeuwighe Eenheyt open ghedaan , ende mijne ſiele in gheftort , 't gheen uwen grim verſtoort, ende hetmonſter verbreeckt. 186.
Ja,gly hebtmet uwein
ſtortingh , van uwein
wendighſte heyligheyt ende ſoetigheyt, den name, Jeſu , in mijne fiele inghedruckt : den welcken mijne fiele ende menſcheyt heeft aen ghenomen , ende u ghehoor ſaam
is gheworden aen mijne ſtede ; ende u ghebodt ende
gheftrenge wett, met volkommie liefde ende ghehoor ſaamheyt vervultheeft . 187.
Als du komme ick tot u ( o heylighe God) met
danck , leggingh : ende bidde u ,maacke foodanighe uwe gheſchonckene liefde van uwe in-v-gheſtorte ghenade , in my oock groot ; opw.dat, ick u nu , in deſe nieuwe liefde der ghenade , ghehoorſaam zy , ende u ghebode ende wett , met de ghehoorſaamheyt Jeſu Chriſti , met fijne liefde vervulle:mijn Heer Jeſus, heeft my wederom in uwen name ipvgheplant ; uyt den welcken my mijnen Vader Adam ,hadde uyt-vgheroeyt.
188.
Daarom
ſoo komme ick nu , in , ende met mijnen
Heere Jeſu tot u , ende troofte my, dat ick in , hem
, in
fijne inwoonende ende in heerſchende ghenade ende liefde, in uwe ghehoorſaamheyt leve ende ben : ende dat ick in
hem , over ſonden , Dood, Duyvel, Helle,Werelt, ende alle Creaturen kan heerſchen ; ende ben wederom
u recht even
beelt ende eyghendom , in mijnen Heere ende Heylandt Jeſu Chriſto gheworden .
à Ofte defe .
189.
O , lieve Heer ! heerſchet ghy nu door * uwe iD
van Gods gherechtigheyt ; wat hy van ons vordert.
53
inghegoorene liefde van uwe ghenade, in my ; ende doet in , endemet my ghelijck ghy wilt : dooder alleene
lijck dagelijckx mijne booſe Creaturen in mijnen vlee ſche : ende verbint u eeuwelijck metmijn fiele ende ghe moet ; ghelijck ghy in
de menſcheyt Jeſu Chriſti hebt
ghedaan . 190 .
Ick wil mijne booſe dyeren in den vleeſche,
garen aen der aerden laten ; tot uwe wederbrengingh : alleenelijck , bekleedt mijn fiele ende ghemoet , ende vaert't ſelvighe in awe ghehoorſaamheyt : dathet geen ander God , ofte naam meer en ſoecke, dan alleenelijck den heylighen naam vervult , Amen .
Jeſu ; den welcken inmy, u gebodt
Het tweede Ghebodt .
NB. dit is, naar de Luy
niet zijmus , bet tweedeGhe misbruycken : want de Heere en ſal den ſooda bodt; anders, het derde. nighen niet ongeſtraft laten ,die fijnen
Ghy en fult den
naam
des Heeren uwes Gods ,
name misbruyckt :
191. 3 Lieve God , dit Ghebodt erinnere ick myrecht,
ghemoet hebt in
gegooten : Ja , uyt uwen name is’t ſel
vighe gheſprooten : ende hebt my ghewelt ghegeven , metuwen name, over alle dinghen te heerſchen ; dat den ſelvighen uyt mijnen mondt , door uwe kracht , foude uyt vloeyen , ende alles regeeren : Ja , ick foude met mijoen mondt endeuyt-, ſpreecken , wederom heylighe figuuren ende beeldeniſſen, formeeren ende beelden . Ghelijck als ghy, eeuwighe God , alles door u 192.
* uythauchen ofte uyt -ſpreecken hebt ghebeelt ende a Ofte wys blafen . ghe G 3
Meditatieop 't tweede ( anders, het derde) Gebodt,
54
gheformeert: alſoo hebt ghy oock u woord met uwen Heylighen name in mijn fiele ende ghemoet ghebeeldt ende ghegeven , dat ick (ghelijck eene form
ende beel
denis van uwen wille ) oock alſoo ſoude uytſpreecken ; pamentlijck , uwe wonder
193.
Soo
daat.
-wat ghy ( o , groote God ) lichamelijck
ende Creatuurlijck , door u woord ,hebt ghebeeldt ,'t ſel vighe ſoude ick , geeſtelijck , in u lofbeelden , ende in uwe wijſheyt formeeren ,ende geen vreemtbeeldt,tegens uwe ſcheppingh ende ordeningh , in mijnen mondt beelden : maar , in uwewerckingh blijven , endemet u woord , in mijn hart ende monde , over alle dinghen heerſchen ; ghelijck de Schrift betuyght : het woord is . y.navby : namentlijck , in uwen monde ende harte : Item , liet rijcke Gods is inwendigh in 194 .
u.
Sulckx (u heyligh woord met 't welck ghy He
mel ende Aerde hebt ghemaackt ) hebt ghy in onſen mondt ghegheven ; op dat ghy door onlen mondt, a loff ſchept ende beeldet. 195.
Maar, naar
de maal den menſch ſich in eygen
luft in , voerde , ende ſijnen wille van u afuwende: foo vingh hy aen , aerdſche ende helſche figuuren in uwen grim ,met ſijnen mondt, in u woord te beelden , ende aller ley vergiftighe dyeren te formeeren , en daar. in te beel ( onder den ſchijn van Goddelijcke formeeringh en
den
de waarheyt ) den heyligen name Gods; oock in valſche toovery ende bedrogh : endemet ſulcx ,vreemdeGoden , ende te eeren ;; ende uwen voor beelden op utenworpen ende te eeren
heylighen pame in beelden der Goden in de te beelden .
te voeren en
196. Alın't ſelvighe ſtelt ghy ons,in dit gebod , voor: ende vordert van ons naar uwe gheftrenghe gherechtig heyt , uwen name in heyligheyt, totuwen loff , ende in u loff,
vanden Heylighen name Gods . loff,in ſuyverheyt ende waarheyt te beelden :ende ſonder u willen ende mede...wercken , geen form van onſe woor den te maacken :maar, ghy wilt,dat wy met u ſpreecken , willen , ende beelden , by vermijdingh van eeuwige ſtraffe; ghelijck u gebodt luydt: vervloeckt zy ,wie niet en houdt, alle woorden defes Wets. O , groote God ! wat ſal ick nu al. .hier voor.vu fegghen ? Hoe menigh., vuldigh on tallijck voeren wy u woord ende kracht in onſen mondt, in valſche beel dingh , al. daarvwy by uwen Heylighen name ſweeren , vloecken , in den ſelvighen valſche luft voeren , ende op onſe lippen een ſchoon ſchijn.heyligh beeldt maacken , ende't ſelvighe maalkanderen voor waarheyt verkoopen ende « doen ghelooven : ende't en is, inwendigh , doch a Text, niets...anders dan eene flanghe ; vol looghen ende ver. einreden. gif : ende beelden alſoo u woord , onder eenen rechten ſchijn ,
in
een
Slangh
ende Duyvels._beeldt :
Wy
vloecken by 't ſelvighe ; ende baren alſoo eene levendige figuur des Duyvels ende der Hellen . 198.
Wy ghebruycken uwen heylighen name tot ver
achtelijcke ſpottery ; ende beelden ooſe valſche dyeren in den ſelvighen : alles wat wy in de Werelde beminnen , het zy foo valſch als 't wil,daar ende kracht met onſen mondt.
199.
in beelden wy uwen dame
Ach , God ! hoe veel vergiftighen tooren ende
booſheyt van eyghen wraack.ugierigheyt voeren wy in uwen dame , daar wy maalkanderen , in onſen hooveerdi ghen fin , metuwen name lafteren ende onder
drucken ,
endeden ſelvige in tyranniſche ghewelt voeren ; ende met uwen name niets anders en doen , dan den afgevallene Luciferdoet . 200 .
Dit alles,ſtelt ghy ons in o Ghebode voor:want,
ghy feyde,wy en ſouden uwen namenietmisbruycken : dat
Meditatieop't tweede (anders ,het derde ) Gebodt ,
56
dat is ghenaamt, Mis. bruycken ; wanneer wy den a Fonneeren ghen in valſch ofte figureren . voeren . 201 .
uyt. ſpreecken , ende a beelden ,
ſelvi in
O , groote God ! wat ſal ick arme elendighe
fondighen menſche , doch voor u ſegghen ? ghy vordert uwen namevan , ende in
my , in heyligheyt in uwen lof :
waar ſal ick alle deſe duyvels..beelden , diewy armemen b Ofte figs reren ,
ſchen , in ons ſondenhuys b beelden , voor u aller, hey
lighfte aen.- ghelicht heen doen ? zijn de ſelvighe doch enckele grouwelen voor u ; om des ſelfs wille myuwewet vervloeckt, ende ter dood veroordeelt ? · 202.
O ,heylige God ! ick en hebbeniets,met 't welck
ick vermagh voor u te kommen , dan alleenelijck uwe groote bermhartigheyt: Alvdaar u heyligh woordtnaar uwealler
inwendighſte liefde , ismenfch gheworden ,
ende ons ( namentlijck , u eerſt ghegeven woord , 't welck ſich in ons leven heeft geformeert ) te hulpis gekommen ; dat 't ſelvighe ons vernieuwe : ende alle deſe duyvels.v beelden doode ; ende de arme ſiele ende het gemoet, van foodanighe flanghenbeelden verloffe . 203.
Daarvoor dancke ick u in eeuwigheydt : ende
bidde u ,Ghy eeuwighe uytvghegootene liefde, in den al heylighften name Jeſu,komtmy doch te hulpe ,ende
ler
voert in mijn ghemoet ende fiele in , u woord 't gheen menſch wierde : ende blijft in my; opdat,, ick in -vu blijve .
204.
Verweckt doch in..my,het vyer van uwe groo
te liefde : ſteeckt't ſelvighe aen ( o, Heere ) op
dat mijn
fiele ende ghemoedt, deſe booſe dyeren magh ſien , ende dooden door rechte ware boete : opdat, ick uwen hey lighen name , Jeſu , gheduurigh , in my , tot u lof ende danck voere ende ghebruycke : ende niet meer booſe dyeren in a woord en baare ; de welcke in u gherichte be hooren . 205. O ,
57
Van den heylighen Name Gods.
205. O , ghy levendigheAdhem Gods! ick ghevemy aen u gheheel over tot eyghendom : werckt ghy in._.my 't gheeo ghy wilt ; Amen .
Het derde Ghebodt.
Züt ghedachtigh den Sabbathudagh , dat ghy den Jelvighen heylighet , & c.
206 . lieve God ! dit Gebodt erinneert my mijne in .;
ende kracht : dat mijnen wille van fijne eygen , ſelfs aen nemelijckheyt, eyghen , ſelfs willen , in
u alleen
ſoude
ruften ; ende ghy , eeuwighe God , wilt in mijnen wille , met uwe kracht wercken. 207.
Ghy zijt den rechten Sabbath , in den welcken
en
alle mijne krachten in eene eeuwighe rufte ſouden werc ken ; ende in u heyligh zijn , ende blijven : 0 , ach ! 't ſelvighe is het ware Paradijs gheweeſt , in 'twelck ghy onſe eerſte voor..ouders had gheſet, dat ſyuwen Sabbath ( zijode uwe inwoonende werckelijcke kracht ) ſouden heylighen : dat is , recht blijven , geene vreemde luft van valſche begeerdte daar
in voeren, ende deſen heylighen
Sabbath van uwe inwoonende kracht,met eyghen , ſelfs begeerdte ,niet verduyſteren ,noch de lift ende valſcheyt van de ſlanghe , daar
in voeren : maar , metu, willen ,
wercken , ende leven ; op dat wercken , willen , ende doen . 208.
ghy alleen in my zijt, het
Ach , lieve God ! ghy ſtelt my wel de figuur in
ditGhebodt voor ; in de welcke ick uwe ordeningh ende wille ſie : ghy vordert van my, het vermoghen , dat ick in deordeningh in uwen wille foude leven ; ghelijck ghy H my
58
Meditatie op't derde (anders 't vierde)Ghebodt,
myin Adam hebt gheſchapen : maar , ach ! mijn Vader Adam , heeft ſijnen wille van u ghewent, in eyghen
ſelfs luſt ende begeerdte : ende toodanigh
Paradijſigh
a Ofie ruſte. wercken in uwe - kracht , in een vyerigh , vyandigh , hooveerdigh , gierigh , nijdigh , ende toornigh wercken invghevoert. 209. Hy heeft uwen , ende fijoen Sabbath onthey light , ende het valſch wercken ende willen van delange daar in ghevoert : om 't welckxmwille ghy hem uyt foodanighe ruſte, ende Paradijſchewerckingh hebt uytv gheftooten ; ende fija valſchwercken vervloeckt : want , naarde. maal fulckx met den Duyvel ende der Hellen werckt, ende in enckele on vruft loopt , ſoo is't ſelvighe oock eene'vyantſchap teghensuwen heylighen Sabbath . 210. Ghy ſtelt ons voor , in dit Gebodt , hoeghy in de ſes eyghenſchappen van de eeuwighe natuur ( nament lijck , in de Begeerlijckheyt, in deBeweeghelijckheyt, in de Bevindelijckheyt, in 't vyer, in 't licht der liefde , ende in't verſtant ofte in de erkentenis der krachten ) alle din
NB. NB. ghen hebt ghewrocht : ende de ſelvighe danwnoch in de Welck het levende (dat is in de weſentlijcke Eenheyt endewijſheyt ) gheweeft.
tot de rufte in
ghevoert : daar , in alle uwe wercken ,
in uwe werckende liefde fouden ruften ; daar ghy met uwe liefde in ruſten wilde : 't welck dan het rechte Para dijs op aerden in de Elementen was ; aldaar uwe uyt- ghegoote liefde het opperſte regiment in allen hadde. 211. Maar ,de Duyvel ende denmenſch , heeft't fel vighe verdurven: over ſulckx hebt ghy,o ,rechtveerdige God ! het wercken vanden eyghen valſchen wille ver vloeckt ; ende uwen
Sabbath
daarvan
ontooghen ;
foodat. nu alle dinghen in enckele on „ rufte , jammer, fteecken , breecken , moorden , dooden , ende weder wille ſtaan .
212,
Sulckx
vanden 212.
Sabbath
dagh .
Sulckx heeft mijn Vader Adam
59 op
my ghev
erft , dat ick nu oock in uwen toorne wercke ende loope , ende uwen Sabbath gheduurigh in , my verbreecke ende ontheylighe ; ende uwen name (de welcke ſich met mijn leven , in mijn wercken ende willen heeftinghegeven ) misbruycke. 213. Naardenmaal den menſch dan ,aen ſoodanige erkentenis is blindt gheworden , ſoo hebt ghy hem , in uwe gheboden , eene figuur ende form voor - gheftelt ; waar toe ghy hem hebt gheſchapen , ende in wat orde ningh hy gheftaan heeft : ende vordert van hem , dathy in loodanighe form
ende ordre , uwen Sabbath ſoude
heyligen , ende aen den ſevenden dagh ſtil, ſtaan van alle fijne wercken : daar mede aen , wijſende, dat ghy den rechten Sabbath zijt; in den welcken alle dinghen ruſten . 214. Dock ſtelt ghy hem met 't ſelvighe voor , de
eeuwighe rufte , daar alle dinghen in uwen eeuwighen Sabbath ſullen ruſten ; ſoowwat tothet eeuwighe , ende uyt het eeuwighe ghevloeyt is : ende hebt uwen vloeck ende tooren geſet, tegensden genen , die uwe ordeningh niet en hout ; ende a aen uwen Sabbath , in ju niet en ruſt, a Ofte op. ende met u alleen en werckt. O , eeuwighe God ! wat ſal ick nu al bier voor 215. u ſegghen ? mijn ghewete oyer- tuyghtmy, dat wy uwen Sabbath niet recht en
heylighen : want , men bedrijfc
op den ſelvighen allerley Godvlooſe lichtveerdigheydt ende onwordentelijck leven ; hy wordt met enckele luft ontheylight.
pracht ende vleefſchelijcke wel
216. Wy laten ons van u woord roepen ende noodi ghen , ende houden den b klanck die wy hooren , voor b Ofte ghe luyt. uwen Sabbath ; maar , de fiele ende’t ghemoet en wort fulckx niet ghewaar : wy gaan voorby dooven , die uwe ſtemme niet en hooren .
H
2
ghelijck de
217. Ghy
60
Meditatie op't derde (anders 't vierde) Ghebodt, 217.
Ghy roept ons in uwen Sabbath : maar , de fiele
heeft ſich vao u ghewendt , ende werckt, in haren eyghen wille , in de luft des Duyvels ; ende laat ſich ghenoeghen , aen den naam , dat hec'uwen Sabbath zy : maar , ſy en wil u niet ſtil. houden , ende hare ooren ende begeerdre tot u keeren ; dat ghy in haar mocht wercken . 218 . De Duyvel heeft ſijnen Sabbath in't menſche lijck ghellache in ughevoert : maar , ghy hebt uwen Sab bath wederom
inghevoert in’t menſchelijck ghellacht,
in den naine Jeſu : dat hy wederom
invons ſoude werc
ken ; ende wy in hem : die den Duyvel fijoen Sabbath der valſcheyt , loogenen , ende ydelheyt verſtoort , ende her Paradijs weder- ghebracht heeft; op.w.dat wy ons alleenelijck tot u ſouden wenden . 219:
O , eeuwighe God ! ick geve u mijn fiele ende
ghemoet in uwen heylighen nieuwen Sabbath , Jefum Chriftum , over : ende voere allemijne krachten , willen ende finnen teghens u : neemt ende voertmy doch in uwen nieuwen Sabbath in ; want , ſoo ghy my daar niet voert , ſoo ệu kan ick , uyt eyghen vermoghen , in ven den ſelvighen niet bereycken . 220.
Doch , naar de..maal ghy ons, in uwen Soone
Jeſu Chriſto , hebt gheboden te kommen , ghy wilt ons verquicken : foo komme ick , op de noodingh uwes woords, totu eeuwigh Avondmaal van u eeuwigh ver bondt , in Chriſto Jeſu : ende bidde u , heylight doch mijoe armeſiele, in den Sabbath uwes Soons Jeſu Chriſti, ende voert haar in den ſelvighen , in de eeuwighe ruſte : ende geeft haar wederom
de ſpijſe van uwen rechten
Sabbath ; namentlijck , fijn heyligh vleeſch ende bloet : op dat mijne ſiele uwen Sabbath wederom heylighe ; ende ghy alleen in haar (dat is,in u even beeldt )wercke. 221, Verbreeckt ghy doch , in..my , des Duyvels
Sabbath
vanden
61
Sabbath, dagh .
Sabbath ende valſche werckingh : ende laat u woord in . my , den Sabbath houden : opv.dat mijne fiele hoore, wat ghy, in uwe werckingh , in my ſpreeckt ; op dat fy u ghehoorſaam zy , ende ick al mijn vertrouwen in a ſette ,
222.
O , ghy eeuwighe liefde Jeſu Chriſti.! hoe heer
lijck is uwen Sabbath in de fiele , wanneer ſy haar tot u wendt , dat ghy haar door..dringhtmet uwe ſoete liefde ; daar in het Paradijs , haar wederom flooten . 223.
wordt opvghe
Laatmijne ſiele doch eeuwigh in uwen Sabbath
woonen :boudt ghy in
mydoch wederom op ,het nieuwe Jeruſalem , de Stadt Gods ; in de welcke owen Sabbath gheheylight wort. 224.
Ick geve my ganſch
ende gheheel over , in
uwen Sabbath : verloft mymaar van alle quaat ; Amen.
Her
vierde Ghebodt .
Ghy fult u Vader ende Moeder eeren ; opvdatv ghy langhe leeft in den Lande , 't gheen u de Heere uwen God geeft . 225 .
ghy ons een beeldt voor , van onſen eeuwighen Va der ende Moeder .
226 .
Want, ghy zijt onſen Vader ; van den welcken
wy ons leven hebben ontfanghen : Ende u woord is onſe moeder , die ons uytu a ſchepſel heeft ghebooren ; ende a Text, naar het even beeldt van uwe openbaringh geformeert. geſchöpfe. 0 , God Vader ! ons ghemoet ende ſiele is u 227. is een
even -beelde : ende ons lichaam H
3
even
beelde van
Meditatie op 't vierde ( anders't vüfde) Ghebodt.
62 a Marrocos mos ; de groote We. reldt.
van u « uytghevloeyde woord : 't welck b woord , onſe eeuwighe Moeder is ; in wiens liefde wy gheſooght ende ghevoedtworden : de ſelvighe moeten wy eeren , ende
b.Verstaat het onwylo , ons voor haar verdemoedighen ; ende haar ghehoorſaam zijn . gevloeyde Woord,'twelc 228. Ghelijck wy onſeuyt --wendighe lichamelijcke den Vader Ouders moeten eeren , alſoo oock oníe eeuwighe ; uyt eeuwigh baart. wiens grondtwy zijn gheſprooten .
229. ſaam
Ċ Text , pflege.
O , eeuwighe Vader ! wy zijn u on_ghehoor
gheworden , ende hebben ons aen eene vreende
Moeder , in hare opvoedingh begeven : wy hebben ghenomen ; ende zijn deWereldt tot eene Moeder aen de inwendighe Moeder van uwe kracht, in u woord , trou , loos gheworden . 230. Als., nu inoeten wy van de vreemde Moeder
hare borſten , het vergifende den dood in
ons ſuyghen :
ja , fy draaght ons nu in haar lichaam ; 'twelck wedern waardigheyt baart : ende verteert ons wederom grim
in uwen
: ende voedt ons den tijd van 't ganſche uyt - wen
dighe leven , in
enckel elendigheyt , bekommeringh ,
moeyten endenoot, in lijden ende behouftigheyt: ende houdt ons ghevangen ; dat wy onfe rechte eerſte eeuwige Moeder niet en konnen ſien . Onſe ſiele jammertnaar haar : maar, uwen toa 231. ren houdt ons inlich ghevanghen ; datwy de vremde Moedermoeten dienen .
232.
O , God ! hoe
langh wilt ghy ons , in onſe
elende vergheten ? Neemtons doch wederom tot uwe kinderen aen ; ende baardt ons wederom
nieu , in onſe
eeuwighe Moeder : ende geeft ons eenen ghehoorſamen wille , datwy van u in der eeuwigheyt niet meer afwenn wijcken .
Naa.
63
reden des Over -- fetters .
Naa
Anno 1641.den primo funy , deſe tranſlatie geveyndight ,
:
uyt twee geſchreven ende differente Copijen : onder de eene Copje ſtaat genoteert , van Heeren Abraham van Francken ,bergh ,als volght. Dit Ghebedt boeckxken heeft den Autheur , lacob Böhm van Görlits , nier ten eynde brenghen konnen : maar, is Anno 1624.den 18 Novemb.Son
dagh ſmorgens
ten 6 uuren (met deſe woorden : Nu vaar ick heen , in 't Paradijs) ſalighlijck , van defe ydele Werelt geſcheyden : in't sojaar ſijnes ouderdoms; leyt tot Görlits begraven .
Onder de andere . Copije ſtaat ghenoteert , van
Heeren Heydricus Prunius , als volght. Dit heb ick
uyt des Autheurs Sal. manuſcripto felfs
afgeſchreven ; verder en is hy niet gekommen : hy heeft 't ſelvige doorde ſes werck , daghen van de weeck willen doorvoeren , ende vanden Maandagh den aenyangh gemaackt; gelijck al hier is te fien : ende heeft het in den levenden (dat is, in den Sondagh , inden waren Paradij fiſchen Sabbath ) willen beſluyten .
weeſt , den
..
De Biecht.ghebeden vandeH. 10 Geboden , zijn den aenvangh van den
Dinghs.dagh : hy is van ...wille ghe
ganſchen
ende 't Vader
Decalogum
Symbolum
Apoftolicum ,
ons op ſoodanighe aert , biecht, ende ghe
bedts.wijſe te verklaren : doch , hy is (ghelijck oock aen andere treffelijcke Tractaatjens) doorgaans verhindert gheworden : alſoo hy van verfcheyden Godlievende ghemoederen , nu tot dit, ende dan tot een anderwerck te ſchrijven , in
tandtelijck is vermaant gheworden . Ну
Hy is oock
E
van
meeningh gheweeſt , met toelatingh
G
I
S
T
van de Goddelijcke hulpe , eene uyt ken over
R.
R
E
leggingh temaac
alle Euangelia ende Epiſtelen door 't ganſche
jaar : doch , heeft daar, in niets aen.ghevangen ; doorw dien hem
den tijd is ontbroocken .
Een kort Regiſter .
leeren verſtaan ,wat bidden zynendehoe - men bidden moet.
Fol.1.
Fol. 14 . 2. Eene aen - leydingb , tot het rechte bidden. 3. Eene biechte en rechte boeiwwercking voor Gods aen - geſicht.f.17 . 4. Danckuleggingh ,ende Ghebedt; wanneer den menſch , de Godde Fol.22 . lijcke kracht,in ſich ghevoelt. brandende liefdeGods ;om defelvighe, recht te Fol.24 6. Een kort Gebedeken ,wanneer men vrough opwaackt ; eer men Opw-staat . Fol.26 . 7. Gebedt,ende Danckufeggingh ,wanneerwmen op ſtaat. Fol.27. 8. Een Gebedt, wanneer men ſich aen -vtreckt, endewaſt. Fol. 28 . 9. VVanneer men tot ſijn werck ende beroep , daar God een yeder in Fol.30 shefet heeft,wil treden . 10. Een Gebede des mid -daaghs;om te erinnerē ſynes ſtands. Fol.34 . 11. Des mid -daaghs , te betrachten dequaliteye des daaghs; van's opuklummen des ghemoets. Fol.38 . 12. Des avonds , te Erinneren onſemoeyelijckheyt ; van'taf -klum men des ghemoets . Fel.41. 13. V Vanneer men van ſijnē arbeye op uboutzeñ wil ſapē gaan.f.44 . Fol.45 , 14. VVanneer men ſich wysztrecke,endenederleydt. 15. Een danck.u-Ghebedeken , voor 't bitter lijden ende ſterven Ieſu Chriſti. Fol.46 . 5. Ghebedetot de vyer bidden .
16. Meditatie op 't eerſte Ghebode ; eenen ernſtighen ſpiegel,welte betrachten , Fol.48 . 17. Meditatie op 't tweede (anders,het derde)Ghebodt ; van den H. Fol.53 NameGods. 18. Meditatie op 'r derde ( anders , bet vierde ) Gbebodt ; van den rechten Sabbathudagh . Fol.57: 19. Meditatie op 's vierde (anders, het vijfde)Ghebodt ; hoe wy onſe tijdelijeke ,ende eeuwighe Vader ende Moeder moeten eeren . Fol.61. E. D N Y E