Over dit boek Dit is een digitale kopie van een boek dat al generaties lang op bibliotheekplanken heeft gestaan, maar nu zorgvuldig is gescand door Google. Dat doen we omdat we alle boeken ter wereld online beschikbaar willen maken. Dit boek is zo oud dat het auteursrecht erop is verlopen, zodat het boek nu deel uitmaakt van het publieke domein. Een boek dat tot het publieke domein behoort, is een boek dat nooit onder het auteursrecht is gevallen, of waarvan de wettelijke auteursrechttermijn is verlopen. Het kan per land verschillen of een boek tot het publieke domein behoort. Boeken in het publieke domein zijn een stem uit het verleden. Ze vormen een bron van geschiedenis, cultuur en kennis die anders moeilijk te verkrijgen zou zijn. Aantekeningen, opmerkingen en andere kanttekeningen die in het origineel stonden, worden weergegeven in dit bestand, als herinnering aan de lange reis die het boek heeft gemaakt van uitgever naar bibliotheek, en uiteindelijk naar u. Richtlijnen voor gebruik Google werkt samen met bibliotheken om materiaal uit het publieke domein te digitaliseren, zodat het voor iedereen beschikbaar wordt. Boeken uit het publieke domein behoren toe aan het publiek; wij bewaren ze alleen. Dit is echter een kostbaar proces. Om deze dienst te kunnen blijven leveren, hebben we maatregelen genomen om misbruik door commerciële partijen te voorkomen, zoals het plaatsen van technische beperkingen op automatisch zoeken. Verder vragen we u het volgende: + Gebruik de bestanden alleen voor niet-commerciële doeleinden We hebben Zoeken naar boeken met Google ontworpen voor gebruik door individuen. We vragen u deze bestanden alleen te gebruiken voor persoonlijke en niet-commerciële doeleinden. + Voer geen geautomatiseerde zoekopdrachten uit Stuur geen geautomatiseerde zoekopdrachten naar het systeem van Google. Als u onderzoek doet naar computervertalingen, optische tekenherkenning of andere wetenschapsgebieden waarbij u toegang nodig heeft tot grote hoeveelheden tekst, kunt u contact met ons opnemen. We raden u aan hiervoor materiaal uit het publieke domein te gebruiken, en kunnen u misschien hiermee van dienst zijn. + Laat de eigendomsverklaring staan Het “watermerk” van Google dat u onder aan elk bestand ziet, dient om mensen informatie over het project te geven, en ze te helpen extra materiaal te vinden met Zoeken naar boeken met Google. Verwijder dit watermerk niet. + Houd u aan de wet Wat u ook doet, houd er rekening mee dat u er zelf verantwoordelijk voor bent dat alles wat u doet legaal is. U kunt er niet van uitgaan dat wanneer een werk beschikbaar lijkt te zijn voor het publieke domein in de Verenigde Staten, het ook publiek domein is voor gebruikers in andere landen. Of er nog auteursrecht op een boek rust, verschilt per land. We kunnen u niet vertellen wat u in uw geval met een bepaald boek mag doen. Neem niet zomaar aan dat u een boek overal ter wereld op allerlei manieren kunt gebruiken, wanneer het eenmaal in Zoeken naar boeken met Google staat. De wettelijke aansprakelijkheid voor auteursrechten is behoorlijk streng. Informatie over Zoeken naar boeken met Google Het doel van Google is om alle informatie wereldwijd toegankelijk en bruikbaar te maken. Zoeken naar boeken met Google helpt lezers boeken uit allerlei landen te ontdekken, en helpt auteurs en uitgevers om een nieuw leespubliek te bereiken. U kunt de volledige tekst van dit boek doorzoeken op het web via http://books.google.com
Een Hand-boecxken, 3ijnbe een
*
aetitiehenbersloemel 19oo? alle menſchen bie in behoos pe (banbe toetonnenbe eeuïnia geb2eugbe) fijn icbenbe. Daer in dat men een ſtrale van het wonderbaerlijck licht des Autheurs ſal connen ſien.
Vergadert (uyt het Hooghduyts) uyt ver ſcheyde geſchreven Boecken van I AC OB BOEHME, auberg Teutonicum. 3Boog
Een Borger van deſe Werelt. /3 w-
## X/ASN G%&S #g) e
SOE
#*#ihiio
.
Münch, tº AMSTEL RED AM, -
zep paulus Aertſj, ban Rabenſtepn/ - “3*
Den Inhout van dit Hand Boecxken. Ie
3e
t &amelt-ſp?aeck ball een berlichte en onbere licijte 31ele. (ſteit ſtopte aenhopſinglje tot belt ſleutel bambt
keluuſſeber (Bobbelijcke herborgenthcpb. «Een ſchoone bermaninghe gibetrocken upt het 7. enibe 14. Capittel / balt een boeck gbee itaemt : Het Drievoudich Leven.
4. qEen ſchoolte onbermpſilighe/boe een ſtijgiſteli/ 2ſobe/ @Turck/ofte 15epben/hem (in bittpa belijck leben)moet bpagen:getrocken upt ljet 41, ſay, ball een boeck gelaemt: Miſterium
Magnum , ſijnbe een uptieggingij ober het eerſte boeck ſRoſig. -
qEen beſtijgpbinge banbe 2Inti-QIljgiſtiſche 25gs
bplonl/omber alle tongen en bebolckeren/ gijee trocken tipt ljet 36. @Lap, bant 't Miſterium Magnum.
erg # # # bie #ſ Die be , 14. 4ſapittelban't Drievoudigh ### 'pmoonnige per ºngelen begeert/ upt b het «Een mouberlijcke befntitie ban 't meſen bobge nock mat bobt (na ſijn geopenbaert hieſen) ſp/gbetrocken tipt be boog-rebe ban 't boeck Der genade-Wahel, upt ljet eerſte ſtapittel ban 't Miſterium Magnum, upt het 22, embe 23. ſapittel ban be Aurora.
HPerſchepneylaetſen getrocke uptbeg?ºutbeurs merch/baer in mentaal ſtelt op mat bmpſe / eube maet uptypſplit boogje kernliffe belto, men heeft,
Den
OVER-sETTER, Aenden (biddende, ſoeckende, kloppende, belaſtende beladen) L E S E R.
:'
iſ: â deutnigh-ruſt-ſoeckenbe boogt) binben/ ſoo ſeeft
enue herleeſt beſc @Tractaetjeng in bit#aubt-boeckſken (ſjaren naem
ig/ hoe langer hoe liever, hoe meer ge
ſocht hoe meer gevonden) en de heuïn tigt u om ben?lutheur in 3ijn (hier
gjeſteit) pgoteg/ mate uolgen: ſoo gijp 't uſaet ernſt 3ijn/ ſoo ſuſt gijp
mat inonberg gemaer fuogben/'t3n Dat ghp 3ijt Chgiſte/#ſobe/ GLurchf softe #epben/maer ſoo gijp't aſſeert aupt curieuſhepbt leeſt/ſo ſal't boo? u mei ſtom blphen.
-
g,
2. «Deſon-untſp;eerſtelijche mijf. bepbt (die in be t
ſt:" van wij" 2.
#1
Tot den Leſer.
3lutheur / alg een helder licht/be oogeil ber, ſbobbzuchtigen/ gijcieert ofte ongeſeert/ig berichtenbe)heeft mp betoogert/een kleene ſtrale/ban bcſe groote âonne/in ong moeberg , tael te boen ſchpnen/ herhoopenbe
bat te bermhertighepbt Bobg (bie beſc berbumſferbe merelt bit groote licht in 't Hooghbupbtg heeft laten opgaen) onſc mocberg tacl/bie gijcz nabeſaſboen/batter hoogteit hoogt/ meer ſfraſen ban bcſen baghe-ract mogen boog bgcechten/op batbe bier oºſementéber bupſferniſſe en de beg “Dupbelg (biebaer 3ijn hoobeerbice. bepbt/ gierichepbt/mpbicſjepbt enbe
toopen) boo? be bier elementen bes lichtgonfeg bobtg (bie baer 3ijn /
Hiefbe/ſachtmoebichepbt/bermhere tithepb/ embe gebultſaemhepbt / in
hoop)mogen obertbonnen en behere
ſſomben uuogben.
-
-
3. 5oo gijp in bit ijanbt-boechtſe ften petg bint/baer gijp u aen ſoubt mogen ergeren/ſo ineetbat be
ſº, p
*
-
Tot den Leſer.
bp uig/enbe niet byrben 28utheur/ tnantſijt berſceckert / ſoo tuie ſpne ſchgiften met ernſt leeſt/ onberſocht enbe met een onpartpbigij berſtamt oogbeeſt/bie ſal ban aſſeg (tuat hem
foube moghen in bentmech ſeggijen) contentement becomen.
4. âlBilt gijp bie hooghe materie
bes3lutheurguerſtaen/ ſo begeeft u in een nuchteren matigh lenen/ leeftijen inbeit moggen-ſtonbt / al
eer be herſenen met eenighe ſouth buſbigfjepbt ofte ſpnſe bcolueïmt I 3ijn/ met een ernſtich hoog- nemen
('t geneghp baer in begrijpt) ter fa Hichepb/enbe niet tot curieuſjepb te
ghebzupcken. 5. 3dengeſtebeg 2lutijcurg inercht
oner befenen honbert meſſen papier geſchgift begrijpt / ſo enig bitmaer een Htleen biomften upt bien ſtooſen hof/ 'timeltk gheen ſchoon ghcſfalt ,
:
noch geen liefelijchen reucht hoog 't bernuft en heeft (mant ben gezet beg bernuftig en ſmaecht bit -
3
*# 11CIA
Tot den Leſer.
niet) macr boog een ganſch gelaten 3ieſe (die met Davidſept: Heere, ick
wil u laten geworden, ghyſult het wel maecken)ig het een reucht beglebeng ten ſehen.
6. @min't togt te ſcggen / tuaer ban beg 2lutheurg gantſch toercht ig handelenbe/ ſoo ineet batſjp be tuogtelban be 3Philoſophie / 2tſtroe ſogie enbe @Theologic merhanbelbt /
ende om gheheel 3ijn ſjanbel te ſpce cificeren/ ſco moſt men gheheel het huercht ſch?phen. Bijchgupcht bit $ 5loemſten tertuijl een amber Iſicog in onſc tael ontſlupt / aen inieng
tetick be oube ſſange moet hogffen. 7. Nota Bene. 2liſſeghuat tuſſchen
buſbanige [ ] teethenen ſtaet/bat enig niet beg?lutheurg/ maer beg 4Pherſetterg/ om hem te beter in onſe tael te herſtaen, O. L.
Medeberger
'Z'47,
deſe Werelt, 1D IA
Pag: 1.
DIALo Gvs, Ofte T'ſamen-ſpraeck, van eene hongerige, dorſtigheziele, na de Fon teyne des levens (de ſoete liefde Ieſit Christi:) Ende eene verlichte ziele, op wat wyſe dat de eene ziele de andere ſal ſoecken, trooſten, ende in hareken
niſſe, op de Pelgroms ſtrate chriſti voe ren:ende haerden doorn-achtigen weg deswerelts, die inden Af-grondt gaet,
(daer de af-gewende ziele op wandelt) trouwelijck ſal (tot een ſpieghel) voor oogen ſtellen.
-
Gheſtelt door een lief-hebbende Ziele der kinderen I E su CH R 1 s T 1, onder
het kruys Chriſti Ao. 1 62 4.
EEËNS, AER mag een arme 3iele upt $2 het 3Parabijg geYuanbeſt/en : ZA, begiliºn in tiiijche ban Deſe ee" Ymerelt: albaer ontmoetebaer
be GDupbel/enbeſp?acht: maer milt gijp ijeen gijp half
bij:als # 16:16 •
gck miſbe Creaturen dan be 3D: reſiſt (bie ben gechepper ghemaecht heeft) gaem beſien. 2, 4. Duyvel,
T” ſamen-ſpraeck van een
2
Duyvel. Hboehomb ghp bie gaenbeſien/baer ghn boch niet ſtonbt ſtemmen upt mat Yueſen embe epgenſchap batſp fijn!gijn
cm fietſemaer alg een gemaecht beelbt/ cnbe en Hontſe
n: #men. 1CIC,
49p mat Mupſe ſoube ich haer commen (in epgenfcljap en De
#fen)Hennen ?
uyvel.
&ooghn eetban't geene / baer man be Creaturen 5ijn goeten boog gemuo?
ben/ ſoo muo?ben uue oogen ghcopent/ enbeſult5ijn alg «Bob/embe onbernine iÜen Yuat ben
*r,
er 5p,
1ele,
•,
-
#ck ben ebelende bepligh/ich ſolibe baer ban mag jen ſterben/gijelijch ben Schepper geſept # uyvel.
dſbijp en fuſt in geenerſen mpſe ſfere
hen/maer umme oogen ſulſen u geopent Yuo?ben/en ſult 5ijn alg 45ob ſclfg/enz
beſultboog en goet ontfanghen/baer toeſoo ſult gijpmachtich/ghemelbicij
enbegrooting ben/gbelijch ich ſp?alſe hemiſfeber Creaturen ſalu openbaer 5ijll.
-
-
Ziele.
&oicſt be ftenniſſeban be - --
-
, --
want: (RIl
Verlichte en Onverlichte Ziele. 3 ban be Creaturen habbe/ſo huiſbenirſt Oºijer be intereſt
#t. uyvel.
zeen gromt tot ſoobanighe kenniſſe/ ſeptinu felben: 'ment maer uimen milie
in be #Patuur enbe Creatuur/ſoo ſal u ontſtaen beluſt tot ſobamigen ſmaeck/ ſo Honb gijp ban ben boom ber meteute ſchap (goet en quaet) eten/alg ban ſoo
ſult gijp alleg
he: re € •
#ck miſ eten man be itemmiſſe goet en quaet/ op batich in epgben ghemelt heerſche oner aſiebingen/embe batich een epgen#eer op aerben 3p/ ſoo boeit icht matich. Yuilalg
#" ſcifg,
uyvel.
gck ben een Boºſt begmereltg/ ſon gijp op aerben miſt heerſchen/ſoo moet ghp 1menluſt tegijeng mijn gijelijche niſſe boeren : op bat gijp be kenniſſe
ban mpnen beeibe behomt;enbeijpſtela ben haer boo2 het bier-ſtabt ber 4tſe ſeng/[ofte begYmeſeng] in be gebaente bam eene &lange. Ziele.
3ietbaer! batig bentachtaller bine
ghen/ op wat mpſe cautick oock ſooba uigij moogbem? 2L 5
-
Duyv "
T'ſamen-ſpraeck van een Duyvel.
4
-
€5bpfijt oock een ſoobanige ghemie genthepn ſofte aemb?pbinghel ſooghp ſamen mille van Bobtaf-b?eecht/embe ilïne
# [ofte begeerte] in
beſchonſt in boerbt/ſoo ſalumen pere bo2g.cn gronbt in u openbaer mo2ben/
ſo ſult gijpootkalfo Hommen mercken: maer gijn moet nam ſoobamige nucht
eten/baer in bemier Elementen (peber een in hem ſelpen) ober be ambere rea geert / baer in bat 5p in tmeeb2acht [ofte in ſtrijt] 5ijn/ alg be hitte tegeng
behoube/ embe behoube tegeng behite te/baer alle engenſchappen (inbernae tuur) in bepinbelijckhepb merchem/ ſon ſult gijp oanftomben aen5ijn/ghelijck bat uier-rabt/aſſe bingh in enghen gee Ymelt b?engen/ embe tot een epgcnbom beſitten,
-
2ïlg nu be5iele haren miſle ban 45ob.
af-black/enbehare genegentijepb [ofe te begeerte] in bat bier-rabt boerbe/ſo. lontſtonthaerban ſfomben aen be Iuſt / Bln ban behenniſſe (boog en begoet) te eten: greep bebzucht(ber kenniſſe goet
enbe guaet) aen/enbe abt baerban. 2{lg nu bit gljeſthiebe/ ſoo ontſtack Vulcanus bat bier-tabtber GEffentien/ ofte beg mueſeng] baer boog maechten ! klant.
Verlichte en Onverlichte Ziele.
5
ban ſtonbemaen in be5iele op / aſleeps enſchappen ber natuur / bieboerben # in epgemiuſt embe ghenegenthepb C211 111,
(@Len eerſten / ontſtontalbaer eent
luſt tot hoobeerbighepbt / om groot/ /
machtich en begemelbigh te5ijn/aſſeg omber haer te bmingen/embe met ghe meſtbaer ober te heerſchen / miſlenbe
een epghen Beer 3ijn/ embe haer met ganſch nietg bergelijchen. (dEen thueeben / ontſtont eeneſliſt tot
genegenthepb ſofte begeeren] beraen nementlijckhepb/alg begierichepb/bie ſelbigfje milbe aſſeg aen hacr trechten/ - ofte beſitten: mantboe bcaf-gekeerbe
fuſtber hooneerbichepbt/haeren miſle
van Bobtaf-membe / ſoo en muilbe het Hetjen (ºdb niet meer betroukilen/mlaer
hem ſelben beſo2gen/enbeboer.be alſoo
ſpne genegenthepbt ſofte begeerte] tot be @Ireaturen/alg mebe in be aerbe/ in
metael embcboomen: ſo ſeer hongerig
embe gierigh mogbebataen-geſteechen bier-Ienen/mabienbat het hem man be eenhept/Hiefbe enbeſachtmoebigjepbt
«Bobg habbe af-gheb?ohen/ embe het trockaen hem/bemier «Elementen/ene be het meſen man bien / embe't moerbe bemſeinen in bierſche baer van
#ſ
v,
T'ſamen-ſpraeck van een ſoo mo?be bat Ieben ganſch boncker / rou embe grintmicij/[ofte ſtreng/boog]
6
cnbc be #emelſche Hrachten en De co
leuren bluſten upt [oftenermeichten.]
&len berben/ſoomaechten op/in het bierige lenen eene ſtehembe opanbighe luſt/bat mag beſºpbichept/3ijnbehet ijcſſche bergift [ofte femijn/] een qual/ [ofte engenſchap] ban alle Pupbelen/ baer bami ſoo muerbt het Heben een 33pa anb ban 45obt/ en De alle ſtreaturen ?
beſc [mpbichepb] moebe embe tobbe (in
begijenegenthepbt ſofte begeerte) man be gierichepbt) alg een bergif in het lichaem: 't geene be gierithepb niet en
honbe aan haer trecken/ bat muifbe be npbichepbt nermoo2ben/baerboo? ſoo gingh bie ebele lieſbe ban beſe 3iele
ganſch te grombe. .
-
-
-
6Len bierben/ſo Yuaechten op in bit bierige leben/eene qual [ofte epghen ſchap] bie mag ghelijck het oper/ bat mag ben too?n/bie Wuilbe alieg (ſe mat
be hoonaerbpe niet milde ombermoza pen3ijn) bermoogben eft booben:alburg
Yuerbt het helſche fombament ('t melcht genaemt mo2t bentoo?n 45obg) in beſe 3iele gantg openbaer [ofte ontbecht]
eilſgoerlooz baer boogbat bobbelijca
We barabijg/eft het ſtijche ber n: 11/
Verlichte en onverlichte Ziele.
7
Hen/enbe merbt een mozmyghelijck be bierige &lange bieſjaer be & Bupoel (in ſpnem beelbe) boog ſtelbe/ embe biefaen
(op Bierſchtaert) op aerben te regee ren/ ente bebe alſe naeben milie beg geupneig;leefde in enchelhoonaerbpe/ gierichept/mpbichept en betoogm/ embe en habbe geeme rechte liefde meer tot gºobt/ maer aen biepſaetg mag ont ſtaen t een bierſche ſofte beeſtelijchel Hiefbe/ na ontucht en bepbeſljepbt/embe baer en mag geheel geen erepnichepbt
meer in het herte/ mant # ſjabbe het 3Parabijg beriaten/ eube beaerbe bee ſeten: ſjaeren ſin ſtomtijaer maer nae
conſt/hloechljepb/hooghepbembe beel bber natuurlijcker bingen/in haer en bleef gheen gijerechtighepb/ mochte beughtſaemljepbt: mat boog balſchepb
bat 3p booggaeng beb2eeft bat bechte 3p (onber foobanigh gije meit) met liſt toe/embe noemde het ſlecht, 2ºlg nu fulcht giſjeſchiebe/baermaere
berbe hem be Teupbel tot haer / embt boerbeijaer banbe eene laſter inbeana bere/ manthp habbe ijaer in ſpner eſ
ſeng ſofte meſenj gepangen/enbebaer in ſteibeijp haer ooo? / o?eugh.be embe
melluſt/enbeſp?ach tot haer/ſiet! gijp 3ijt tegen mooibith gewelbith/ "#
3 T'ſamen-ſpraeck van een tigh/hoog embe ebel/ſiet bat gijp noch rooter embe genueſbiger mozbt/ gijee 2upct umme ſtomſtenbe Hoeckljepb/op
bat een peber u ontſiet / ſo ſult gijn een aenſien/embe eenen grooten naem inbe
merelt hebben.
&Pe3iele bebena beg Pupnclgraett boch 3p en Henbe hem niet / bat ijp be Dupbel mag / maer 5p meembe / het
Yuaer harchioethhepbt embe merſtant/ embe batſe recht en melbaer aen bebe.
Daer 5p nu in buſbanighen mantel liep/baer ontmoeten haer op eenentijt
omſeſiene heere Ieſus Chriſtus (met be . liefbeenbe bentoo?n Göobg/ ben melc ken in beſe merelt mag ghettomen/om alle merchen beg Puppels te vernie tigen/ embe ober alle merchÉ ber 45ob
Hoofhepbt/het oorbeel te houben)enbe ſp?ach(alg met eene gemelbige kracht) met 3ijn ipbem/ ſternen/embe boobt/in ijaer / heen in / embe bermo2ſſelbe be hnerchten beg GPupbelg in ſjaer / embe
openbehaer ben megb tot 3pne genae
be/enbeblicherbelofte glinſterbejhaer aen met ſp.me bermhertighepbt / riep aer meber terugghe/bat ſp foube om
eeren/ embeboete boen/ ſooſmiſbe hp baer man ſobanigen mom-aenſicht[ofe te miſmaeckte beeſbemiſfel
vals:/.G
Verlichte ea Onverlichte Ziele.
9
enbemeber in het 39arabijg in moeren. 2,Ig nu in haer het momerken pambe fiefbe G5obg openbaer merbt/ſoo be ſach 3pijaer ſeinen / met t ſamen hare
merchen en be miſſe/ embemerbt ghes maer bat ſp inber libelle (inben too?n «Bobg) ſtonb / embe bekenbebat ſp een
miſmaecht monſter (boe? @Bobt embe het ſtijcheber hemelen) mag/ baer ſp alſoo ſeer berſchzichten/bat in haer be ootſte angijſt op maeckte / mant in # Ynierbe het oogbeel €5obg opens ſtelt,
-
JPoen bit gheſchiebe/ ſon ſprach be Beere Chriſtug/ met ſpne ſtemmeber gijenabe in haer / boet boete embe bere laet bepbelhepb/ ſoo comt gijp tot mps
me gijenabe. 'Klee 3iele(in jaren miſmaeckten beele be) trabt (met ben bebiechten toch ber
pbelhepb) boog boby embe babtom ge nabe/bat®ob haer be ſombë miſbe bere
genen: enbe3p beelbeijaer ſeinen ghe heel paſt in be genoegboeninge en beſte nerſoeninge onſcg leeeren Jeſu Chriſti: iſlaaer bie bnoſe enghenſchappen (man beaf-ghebeeſbe Asſange in ben aſtralie ſthengbeeſt) bie en huilt en ben milie banbe 3iele boo? @Bobt niet laten coe men/ maer ſp boerben
baas:
T T'ſamen-ſpraeck van een 1o begeerte [ofte genegentijepb] baer in/ Yuant 3p I te meten be booſe epghen ſchappen] en milben baere epgben Iuſt niet af ſterben/ noch be merelt beria ten/mantſp maren upt beYmerelt/doelt
ſoo meeſpen ſpben ſpot beg merelta / bp albië ſphare muereſtlijcke eere/enbe heerlijckhepb verlieten. JBaer bie arme 3iele Yuenbe haer aengeſicht tot 5ob/begeerbebâ Bob gemabe/bat 95ob haer miſbe ſpne. Hiefe beghenen. 2tig beºeupuelſuierſagij/ bat be5iele tot ſymb mag bibbenbe/cm
#tN:
be in beboete milbeingaen/ footrabt ijp tot be 5ieſe / embe boerbe be gijene
jentheben (man be aerbtſche enghen ſchappen) in het gebebt/enbebermara bebe goebe ghebachten/bie tot bobt bzongen/eittrockhaer terugghe in be aertſche bingen/op bat5p niet eufoubë tot $5ob comen. Ben muille banbe3ieſe
haechtenae Bobt/maer be uptgaembe ghebachten(bie tot Bob fouben inbnine gen)merben herſtropt/ eil en nermorg ten bekracht bobg niet te berepchen. H#ier ober berſchzichte be arme 3iele
noch deel meer/ombatſebaer begeeren niet en bermochte in Bobt te brengen / eube biefaen heftiger te bibben,illaer # be Jeupbel greep (met fijn
naam,
C
tM
Verlichteen Onverlichte Ziele.
11
het ontſteechten bier-rabt beg Iebeng/
enbebermechttë bie booſe epgenſchap
pen/ſon bat biepaiſche genegentheben opklommen/embe in het ſeinige in gina gen/baer ſphaer boo2 heen in habben bermaeckt [ofte berluſtight..] &Biearme 3iele muiſbe met haren miſ -
ie tot 45obt/ embe beangſtighbe haer
ſeer/maer beghebachten bloghen alle ban Bobt megh in aertſche binghen/ embe en milben tot 45obt niet in gaen. RBe 3iele baeckte embe blepbe boo? 43obt / maer
# mag / alg maerſe
ganſrij en begijeljeel ban het aenſchijn
«Bobg verſtooten ghemneeſt/ſp en ber mochte niet een aenſien Der
abe
berepchen/enbeſtont in encheſanghſt/ baer toe in groote b?eeſe / en berſch2ita hen / embe meembe boo2gaeng bat ben
toogn embe het geſtrenge oorbeel Bobg in haer ſoube openbaer Yuo2ben/ embe
bat begpupbel haer foubegrppen.?ll ſoo biel ſp in groote treurig bepb embe
ellenbe: maer boo?ſp alle ogeugbeenbe melluſt nam tpbelijckſte nozem gepleeg be) bingijen 7 oerb2ieticly embe moebe
merbt: ben aertſcijen (natuurlijchen) milie/bie begeerbe bie felbigel maer be embebc 3iele muilbeſe gan
#
geerde alle troeiijcaeluſtenbe want
12
T'ſamen-ſpraeck van een
af te ſterven/ en beſtelbe haer berfane
gennaer haer eerſte Baberlambt/baer ſp oo?ſp?onchelijch ban baen mag ge homé/maer ſp bebontſjaer baer herbe man baen/baer toe in groote verlaten=
gepb en ellenbe/embe en miſt niet mat ſp ſoude boen. &p nam haer boo2/ in
baer ſeinen te gaen/ embe haer ſeinen | noch meer op te merken/enbe heftiger | te bibben: maer be Pupmeiwueberſtont | haer/ſo batſphaer ſelbeniet nermoch te in groote bemieginge (ofte boete) int te boeren,
-
zee geupbel oerknechte be aertſche luſt in het herte/op bat bieghenegenta heben haer baïſch natuur recht behiel=
ben/ enbeijaer te meer ſtelden tegenge ben miſle embe 't begeeren ber 3iele /.
mant 5p [te meten be genegentheben!
en miſbenijaer ſelfgmiſſen enbe[epge] licht/ niet afſternen/maer hare tijbe lijche mueſluſt behouben: eube hielben bie arme 3iele(in ſjaer maïſch begeeren) gbehangen/bat 5p haer niet hombe op mecken/hoe heftich ſp ooch boo2gaeng
mabe gemabe Bobg haechte enbeſuche te: ſo manmeer be3iele tot 45ob bzong embe babt/ ſoo greep bie bleefchelijche ſuſt / bieuptgaenbeſtralen(ban be3ie 'e) in ijaer / embe boerbe bie felbige in -
aertſche
Verlichte en Onverlichte Ziele. 13
aertſche ghebachten in/embe nam ºob af/ ſoo batbe 3iele gheen GBobbelijcke
krachthombe behomem. 2tig bam ſo ſag be3ieſe ijaer ſel ben aen/gelijck alg ofſe
man €5obt verſtopten maer gijemeeſt/ embe5p en miſt niet bat 65ob haer alſo trot/embe batſjp ſjaer alſo ma bp mag.
Poch ſoo trabt be ſaupnel tot haer in het bier-rabt beg Ieneng / embenere
menghbefjn begeeren in be bleeſche Hijche aertſcheluſt/ embe ſpotte met de arme ziele/embe ſp?ach (in beaertſche gebachten)tothaer:3Baeromhibt gijp bocht meent gijp dat ſbob u hoopt
begeert? ſiet u ſeinen maer aen/ mat 'fijn't noo2 gebachten bie gijp voor hem hebt/fijn ſp bochal-te-ſamen boog/eft en hebt ooch geen geloof aen ®ob/ ſjoe
fafbp u bannerhoozen? hp en hoopt u niet/laetmaer af/het enig tegen ºnooge bich niet goet/ofte gijp ſuitban ſinnen berooft mo2ben/ mat quelt gijp u ſel ben? ſiet bocijbeïnereſtaen/
# in
ureughbeleeft / ſp ſal enen meifaſigh Yuo?ben/heeft ſtijgiſtug boch boo? alle menſchen betaelteit genoegh gebaen :
gijp en behoeft u baer mebe maer te
trooſtë bat het # fp/ſg moet ghp falig. Bbn en komt alhier in beſe mee telt niet tot be
onverminomotº
s
14
T'ſamen-ſpraeck van een
romen/Haetmaer af/enbegheb?upcht beg lichaemg embe tpbelijcker heerlic=
hepb. âlBatmeent gijp boch. Dat upt u
fal mo?ben talg gijp alſoomelancoliſch enbeſinneſoog [ofte narrigh] Wuo?bt/
ſonſult gijp een peberg gecht mo2ben /
embe in enſchel treurighenbleben/baer men noch G5obt/nocijte benatuur gije= ballen en heeft. &iet boch be ſchoone
Ymerelt/baer in u 45obt heeft gijeſcha pen/eit tot een lºgeer ober alle ſtreatu= beſcInige te beheerſchë/
# # amelt voor u eerſt tptelpck goet/ op bat gijp be Ymerelbt niet meer man
ten
nooben en hebt/alg ban (ſog manmeer
ume ouberbont embe epube komt) ſoo heert u tot beboete/ @Bobſaſu gelijche muelſalighmaechem/enbein ben Heemel nemen: tenig niet noobigh foobanigij
plagen en beſtrenghepb te bermechen/ gfjelijck# nu boet. ...
3'n ſuſche embe biergelijche gebach ten mo2.be be 3iele boo? ben Duppel (in be bleeſchelijcke Iuſt embe aertſche hniſſe [ofte begeerenJ) in gebat/gelijcit alg met groote ketenen aen gebonben/ embe en muiſt niet mat 5p boen ſollbe: gebachte een mepmigij terugghe inbe '
merelt/embe in hare muelſuſt/ embe be bant boch in jaer een en honger nae be gellabe
Verlichte en Onverlichte Ziele.
15
gemabe €5obtg/enbemiſbeboo2gaeng garen in beboete in gaen/ embe tot be gijenabe 45obg tomen/Ymant be ſjambt
45obg habbe ſjaer aen gheroert/ embe bermo2ſelt [ofte ontroert/] baerom en
honbeſp nergeng ruſten/maer ſjaeckte boo2gaeng (inijaer ſelpen) maeleetme fen ober begaen ſofte heb2eben) ſombe/ embe milbeïnam bieſelbige berloſt 5ijn:
both ſp oermochte enenmuel tot gheen recht berou tomen/beel mepnigher tot kenniſïe bambe ſombe/ embeſtontboch in ſoobanighen honger en de begeeren/
malectmucſen en beboete. 2lig ſp nu in ſuichen treurighepbt ſtont/embe nergengraebt nochteruſte Hombe binnen/ſon bachtſp/maer batſe botij een plaetg mochte binben/ baer ſp rechte boete ſtombe merchE/enbeban
be beletſelen beg mereltg/ embe baere epgen hanteeringhe map fijn/gocht boog Yuatmibbelbatſp Yuiſbebp 45obt gije
mabe becomen. Derhalnen mam ſp boo2 haer/ſjaer aë eene een ſameplaetſe te begbenen / embe ban alle tpbelijck bebpijf af te memben. @Pock nam fi boo27aen ben armen beelgoetg te boë/ op bat 45obbaer ſoube gemabicij 3ijn/ embe ſocht allerhanbe moegben om tot
bare ruſte/embe tot beliefbeen.be # º
r6
T” ſamen-ſpraeck van een
mabete tomen, ſlaaer het en miſbenoch afleg geen baſtichepbt gijenen / man E alle hare aertſche fjanteeringfje (inbe
luſt nam't bleeſch)boigbe haer na/entie mag b'eene tijbt / alg b'ambere met het
met beg geupbelg ghehangen/ enbeent bermochte niet tot ruſte te homé: embe al maſtbat ſnijaer eenen kleenen tijbt metaertſcije bingſjen bermaechte/ſoon
ant bocijbgoefhepbtenbeelenbeter
ontmeberom/mant ſp boelbebe op gbemaeckteſtrengheun ºnbg in haer/ enbeen miſt niet hoe 't mag/ ofte mat gaer mag meber waren. Jeenighmael niet op ijaer groote breeſe en de aen-, becijtinge/Yuaer boo? ſp trooſteloog/ en behan byeeſchtranch muert/ſo mach
tig beroerbeijaer bemſtrael manbeeer ſte aengrppenbe bemeginge ber gena be: enbeſp en miſt niet dat Chriſtug in bare leeſſe (inben too?nenbe ſtrenghe gerechtighepb «Bobg) ſtont/enbemet
ben in-gijemo2teſben &atan kampten/ enbebat man Chriſtofeifa ſoobanigen fjongerenbebegeeren (tot be boete eit beheeringhe) mag tomenbe/baer boo?
ſpaſſgofeermuerbtgetrochen: nucht en
miſt ſp niet mat haer noch ontbracht/ bat ſp tot be ſhobbelijche onberminbine geniet en kombe geraecken: ſp en
# I
Verlichte en Onverlichte Ziele. 17 niet batſe een monſter mag / enbe het
beelotber &langenaenſjaer mag bra genbe/ baer in De Puppelſoobamigen gijehueſtenbe toeganch in ijaer ſjabbe/ Daer in ijp alle ſjaere goebe gijebachten
habbebermarbt/embe man eBob afge boert/ baer ban bat Çijziſtug ſp?ach : be JPupbel ſcheurt bat moogtijaer upt
het herte/opbat ſp niet geloonen enbe faligh mo?ben.
Booy be beſtieringhe
eBobs/ontmoeten haer eene (man Bob berlichte embenieuºm gheboogen) 5ieſe/ embe ſp?ach : .. Verlichte Ziele.
3Batſchaztu gijp hebzoefbe3ieſe/bat gijp foo onruſticſj 5ijt / enbein buſba 11Ige
behan:# ſtaet? Bedroefde Ziele.
SPen #chepper heeft zijn aenſchijn boog mp berbo?gen / ſoobatich niet en
bermach tot ſpmeruſte te commen/baere om hem ich ſon bpoenigh/ embe en meet niet matich faiboen/ op batick moch te ſpne goedertierenthepbt gijemieten:
'mant mp legghen groote bergen embe ſpelonchen noo! ſpne ghemabe/ maer boozich tot hem niet en can comen/hoe ſeer batich oock na hem oerlange / ſoo hno2bticht boch
# / ſon baticſt
ſpnekracht niet en kan berepchen/
#
T ſamen-ſpraeck van een 18 iſt batich mm baerom bekommere/ en*
l
be met een hertelijch berlangen op hem Yuatijte, Verlichte Ziele.
G5ijpbpaegtaen u een mom-aemſicht beg Jeupbelg/batſiet ghelijck beſlam ge/enbegijp 5ijtbaer mebe berbecht/ 5aer in ſoo heeft be Jeupbel eenen toe ganck tot u/ alg tot ſplie epgenſchap/ embe ijp joub nºmen huille (baer in) op/ | bat bic tot 45obt niet bermatig in te
bzingen/mantſo't geſchiebebat ument | Yniſſe tot 45obt mochte inb2inghen/ſon
foube ijp gheſaift muo?ben met behoog ſte kracht Bobg/intig opſtanbinge on ſeg Hºeeren Ieſu Chriſti, alfban ſoube beſefaluinge bat monſter in u bermoge felen/embeu eerſte 3Parabijg-heelt ſoit be in u Yueber openbaer Yuo?ben / be
3Pupbel ſoube ſpnemacht aen uberliee ſen/enbegijp ſoubt mueber een GEnghel Yuo?ben: embe ombat be JPupbeluſſuir niet en gunt/ ſo houtjp u in fijn begeee ren (in beluſt beg bleefcheg) gheban baerban nietlog en ſoo o2bt/ſo 3ijt gijp man ſpob afgeſchepe
# #
ben/en.be en kombtnimumtermeer in ong geſelſchap tomen. 19an beſe reben berſcij?ichte bie are -
-
mebeb?oefbe3iele alſo ſeer/bat ſp
# Objgt
Verlichteen Onverlichte Ziele.
13
/tv ober niet een nooit meer konbeſp:eer
jam ber en &langhe iſ om batſp hoogbebatſ: het beeſt aen haer mag b?agenbe/ 't meſch haer uan 45ob afſchepbe/oork
ſid: En dat de al geel haar ſoo na in dit Hall' beelt) bpmoonbe/ enbeljaeren muiſſe in
chil balſche ghebachte bermengijbe/ enbe t0% bat Ijn oïner haer ſo beel gijchmeltg bab
hap be, ºpat ſp noch ſonabn beherboeme miſſe mag Z embe in ben af-gronbt ber inſ Beiſem (in ben too?n €5obg) # ºnd ſtomb : baer en boben ſoo muiſbeſp noch I##ſagen en begºn te ºnpaſ gaat ) Op
##e kracht (van hate beroeringe) hielt ##aer op dat 3g niet nertſaeghde ente # mo?ſtelbe alſoo in haer ſeiben/ inhoop # embet mpffel/'tgene be ſjoop opboube/
##merbt ten tºpſie mºet verbie
####### ## tuſte / maer ober tent Heſten beYmereſt ſt ## (met baren ſchoomen glang) haer een g#
#/##bege:
# meriep mereſtſche breughbe meer ple # # konbeſp enenmeſ niet tot ru # #ranten, enmeber er ten tot tijbiſooggambe g### haer/efinante
#
ſein buſbanigje beltommeringe/embe
0" ſp?ack tot baer: .
. .
Verlichte Ziele.
# abat iſt bat gijp beet 25wilt zijn,
74
ſpſ)
-
Ollit
2o T'ſamen-ſpraeck van een om bemhalg helpen in umme bekomtmee ringe? Yuacrom quelt
## u in 11 epgel1
bermogben embe miſſed baerghm boch ccn Yuo2m15ijt/embe u ellenbebaer boo2 niet ban boo2gaeng te grooter Mue2bt?
#a/ aluaert bat gijp in 't biepſte ban be Zee baelbe/ ofte kombe blieghen tot baer ben Dagcraet op gaet/embeu boa
beube &terren verbieft/ ſao en foube gijp ban moch niet log mbo2ben: muant
ſjoe gijp u meerber b?eeſt [ofte beſtom merij hoe grooter [ofte laſtigerjembe pijnlijcſter umme natuur mo2bt/embe en ſtomb boch alſoo niet tot geruſthepb coa
men/Yuantubermoghen [ofte macht] igt ſanten berlo2en. 45ljelijck een bcra
bo?behoo!-ſtrupch (upt epgembermo # niet\ucber en tan groenen/nocij om ap beltomt/ om ijaer alſgoïneber
te
mogen met beboomen berheugen: aſſo
en homb gijp ooch (upt epghen bermo en) beſtebe Bobg niet berepchen/en e u permanbelen in umme eerſte «Ena
gciſche geſtalte bie gijp gljeljabt hebt: inant gijp 5ijt aen &Bobt berbo2b ente herbo2ben/ gelijch eene berbe2be Hoola
'ſtockaenſapenbe kracht / embe en fijt maer eenen bekommerlijché enbe bere
b2ooghben jonger, ſºme epgenſchap pen/fijn gelijch beijitte enbe velen, -
-
-
IE
Verlichte en Onverlichte Ziele. |//
2,
bie in ſtrijtſtaentenbenimmermeer en Honnen bereenight Muo?ben. ' Bedroefde Ziele.
3Pat ſalick bamboen/op batich mee ber mach groenen/enbebat irk 'tienen (batich eerſt hebbe ghehabt/in't ſnelck icht in ritſte ſtonbt / eer icſt een beelbt
'maer) Yneber mach bekomen ? Verlichte Ziele.
«Bijp en fuſtanberg niet boen/alg al
Heen umuen engen miſſe/ enbeſclfgaen nementlijckiyembt [ofte icſt-ijepbt enibe ſelfgh ept)berlaten: ſo fullen uïne booſe
engbenſchappen te ſamenſmack muon ben7 enbe haer inben boob opergemen: fonerſincht gijp met umuen engen milie hueberom in bat (Een) baer upt gijn in ben beginne gheh,omen 3ijt: mant gin! ſeght tegen moo2bigh in de greaturen gijenamgen: ſoortuimen mille bie ſeſa mige berlaet/ ſo ſternen bie Creaturen in u (bie u nu op-houben/ bat gijp tot oBobt niet en ſtonbt commen) met baert booſe genegentijeben/ embe ſoo gijp bit
nu boet/ fuo ſal ummen bobt (met ſput boogſte liefhe/bie ijp in benuenſchwunga 5inge ſtijgiſtigieſit geopenbaert heeft) , in teghemoet ſcriben: be ſclueſaliu Yuce ber ſap [Rracht] enbelemen gebºen/bat gijn wieber fult groenten A25embeu 2. YOeber in
22
T” ſamen-ſpraeck van een
in ben iepenbighen €5obt verheugen/ Dalg een mijn-ranch aen ſpnen marell Ymijn-ſtoch:] oocht ſoo ſult gbp bat beeſt (ſjobtg mueber behomen / embe ban 't beelb ber &langen berloſt ado?ben/alg bam ſo komt gijp tot onſe Sotſjaren ber «Engelen / embe mug?btmpnen b?oeber. Bedroefde Ziele..
-
Ipoe canick mpmen milie verlaten/ op bat be ſtreaturen baer in ſternen/ aengeſien baticht in behaereſt moet les toen 7 embe Docht be Auerelbt dan noobe
Tjebbe !
-
Verlichte Ziele.
(Legenmooybigh foo hebt gijp booz u epgenbom/tpbeljjche eere en begoetſ
baer toe mel-luſticheptbeguleeſch/ene be mat gbp baer in boet/ ofte hoe gijp 't ſelbighe aen u trecht / bat acht gijp licht/enbcaſfiet gijp ben eſſenbighen (bie bochumpen b2oeberig) geb2ech ip ben / mochſoo en helpt gijp hem niet/ maer gijp trecht hem aenſiſmebanben/ 'embequelt hem/boog bien gijp ſpnemar bepb embeittoepten aen utrecht/enbeu
baer inbermaeckt: baer toeſo 3ijt gijn atoch baer in ſter-oogenbeenbehough magebigb/enbenerheftutegheng hem/ en beacht hemgijeringh tegheng uſel ben : ?Miſooſtaef ben,
"suari: lICijt
|
Verlichte en Onverlichte Ziele. 23 fileht boo2 GBobt [ober] bathem fºrmen arbepb ontrochem mopbt / embe batbn
onber u in ellent moet lenen, alſooner inecht hp (met 3ijn fuchten) in u/ ben too?n 45obg/bie umme blamme[ofte on berfabelijch begeeren] en onruſt/boog gaeng grooter maecht: embe bat3ijn umme Creaturen bie ghn lief-hooſt[ofte bemint/J enbeijebt ii(om hatent huilſe)
ban €5obt af-gjebroocken/ embe umme liefde in haer gheheelin-gijenoert/aſſo tenen ſp in umme liefbe/ embe gbp onbere hout haer in u men begeeren/enbegbee burige aen-nementlijchhepbt/mant ſpr
lenen in umme aen-nementlijchhepbt, (obermibte bat gijp u leneng ſuſt in baer inboert) enbeſp en 3ijn maer on
repmebooſe Dieren/ bemeſchebaer (in trode aem-nementlijckljepbt in ume Iuſt)
hebben met u in-ghebeelbet/ enbebat feine beeſbtig een ſpier met bier booſc genegentieben: het eerſte ig lºonbeer bigbepb: bettmeebe/ig gierighepbt: #et berbe Zig Hepbigbepbt: embe het bierbe/ ig ben @Loogen: embe in beſe bier epgijenſchappen ſtaet het fonba ment ber Bellen/ 'tſelde b2aeght ghp. in embeaem u aen-ghenageſt/enbebaer
mebe fijt gijp geheel ghemangen/mant uime epigenſchappen/bieleben in u epgê 25 3
Hgbert/
24
T ſamen-ſpraeck van een
Hepen / entbebaermebe ſoo5ijt gijp dan «Bob af-geſchepben/embe en permtoogt tlict tot 45obt te content / ten ſp bat gijp
beſe bogſe treaturen verlaet/embe bat ſp in u ſterben. 2ïengaertbebat gijp ban mp begeert
te meten/ op mat mpſe ghp ummen en, gem (booſen ſtreatuurlijchen)miſſeſult roerlaten/op bat ſoobamige Creaturen
mochten ſterven/enbeenculnel bp baer (in beſe merelt)mooghtlenen: So ſeg, geicht u/bat(om baer toe te geracchen) niet meer alg eenen eenighen Yuegh en fp/biebaer eng embe ſmalig/enbebaer mp te Yuanbelen/ ſal u in 't begin ſeer
ſluaer imalſen / macr baer maer ſult gijp met b2eughbebaer op gaen.
. &#hp moet recht betrachten/op nat mumſe bat ghn (in buſbanigen loop beg Yuereltg)inben too?n 45obg embe in het
foubament ber ſpellen Yuanbelt/bat het
u recht 19aberſamb niet en ſp/enbebat een ſtijgiſten ſaſ embe moet in ſtij?iſto ieben/ Yuanbelen / enbeijentrecht nae
bolgen; embc bathpamberg geen
#
ſten en ran 3ijn/ ten ſp bat ſtijgiſting geeſt en bekracht in Ijem Iebe/enbe Ijcin en beſcIne oberghebe. #Dufo tig 't fiijche ſtijriſti niet ban beſer
#
relt/ macr inbert Hºentel/ -
-
"E: -
GO
Verlichte en Onverlichte Ziele. 25 ſon moet gijp in eenen gheſtabigen Be meinaertſtaen/ſoo gijp €ijgiſtium miſt na boſgen/al iſt ſchoon bat gijp(na bent Hichanie) bp ben Creaturen Yuanbelbt/ enbe be ſeinige gebrupchen moet... 'ºpen ſmallen megh tot ſoobamigijen geſtabige #emeluaert/embemanoſgin ge ſtijgiſti/ig beſen: 05ijp moet acht af 1u epºgen commen embe bermogen bertſaa
gemi (mant in epgijen hracht en honbt gijp bepoorte ºf oog niet berepcſten)eft u paſt in beelben/ bat gijp 11 felben be barmhertigbepbt GBobig miſt gamtſch
enbc geheel opergebem/ embe beelben u baſtelijch in/het ſpben embeſtcrmen ona eg #eeren Ieſu Chriſti, u ſelben(metala
eu ſinnen enbe bernuft)baer in ner ſinckenbe/booggaeng baer in te huillen boiljarbem/eſt begeeren alle umme ſtrea turen baer in af te ſterben, GBaer toe
foo fillt gijp u ljecIbaſt boo?nement niet umme ſuft embe gijemoet dan alle maïſche
aen-mementinchhept af te ſternen/embe u (ban tpbelijche eere embe goet) niet baſt laten houben/ oocht alle ongerecha
tighepb/embe mat u foube mogben bea
letten/ oan u megh boen/ umuen Ypiſſe moet gheheel repn/ embe in foobamigen noo2nemen gljeſtelt zijn/bat gijn nema
mernmeer
miſt Yueber-Reetelt in uwmc 9 5 4.
Yj n"
T” ſamen-ſpraeck van een 26 balfche Creaturen/maer bat gijp Itaer ban ſtonbent aen Yuiſt berlaten/ en De 11
gijemoctban haer gf-ſomberen / docht op ben ſupperen megh ber Muaerljepbt
miſt treben/ embe beſeere Chriſtinae Yoolgijen / embe ghelijck gijp u nu boog mecint/umebpamben (ban it ſelfg naa
tuur) te verlaten/ alſoo moet gijp oocſt aſſe umc upterlijche bpamben berghe pen/ embenemen u mooi, met ume liefbe haer te ontmoeten/op bat niet ergeng
eene Creatuur en 5p/bie haer in umu en mille foubenlogen in batten/enbeu opa houbcn/maer batuulen Muiſſe gijerena
rlight uuo2be van alle ſtreaturen: oock bat gijp om Chriſti milie alle uïue tpbe
lijcke eere embe goet (ſoo 't ban moobe fp) gemuilligb milt beriaten/enbe gee mige bekommeringe (met aertſche bine
gen te beminnen) en begeert te hebben: mlaer in uluen ſtaet (fpbclijche eere ene
be gaet) u ſclpen achten boo? eenen bienſtknecht ſjobg/embeu menneben Chriſt/aig eë lºupſ-baber in het ampt
beg#eeren. Dat hooghb2apenbe ge ſicht/efibie epgem ſiefbe/moetgheb?o henenbeberbemoebigt mogben/opbat baer geen ſtreature in en bipmen/biebe finnen in beeſten fouben moge boeren. reaer toeſult gijp u baſtelijk in # 2ll/
Verlichte en Onverlichte Ziele. 27
ben/bat gijpbie beloofbe gemabe inbe berdienſte Ieſu Chriſti ( alg ſpne upt bloepenbeſiefbe)ſult ontfangen / bie u
banunue Creaturen ſaloerloſſen/embe umuen muille berlichten/en met beblama meber liefde ontſteken / baer boo2ghn een ober minner teghemg ben Dupuel
fult mro?ben. #Piet bat gijp vete boen mochte miſſen komt/ maer ſult u ſeinen batinnen embe be merrpſeniſſe thriſti in beelbem/ embe epghenbommelijck in unatten/embebaerſmebe millenbeben KPupoel 3ijn ſtijck im u berb2eſten/ bee ſto2men/enbeume Creaturen booben: en beſliſt u ſeinen ſambamighen boogne men maken/beſe ſeinige ure baer in te treben/ embe inber eeumighepbt baer ban niet te miſſen mijchen/maer begee rembeuïné muiſſe (in alleghuat gijp aen
hangijt ofte boet) 45obe om er te genent op batſjp met u merche embe boe mat
hn miſ. 4Banneer nu umen miſle embe boognemen alſoo bereptſal 3ijn/ ſodig
ijp boo? 5pne 4Ireaturen boo2 geb2oota
hen/enbeſtaetrepn noom Chobt/met be berbiemſte geſu Çijgifti ombamgen:alg. ban machijn met ben berloo2en Soon tot ben 33aber gaen / embe boog ſpnemt
aengeſichte boot hem mebermalſen/ſpa me bietijteboo2 gem
w:au E#
'1'ſamen-ſpraeck van een
2S
alle 5ijn bermogen in 't merrit ſtellen:
fune ſomben embe omghehoo?ſaemhepbt
(met t ſamenſpne af-menbinge) boo2 Gyob biechten: niet met bloote Yuooyz
bë/maer met gamtſcher kracht('t moeſt
botſ, maer een ſobanigly noornemen en ig)Yuätbc3ielc en permach ſclfgnietg. áSoo gijp nu alſo ſuſt berept5ijn/ bat
ben eeuñuigen Baber umme aencomſt ſaſ ſien/bat ghn in foballige boete embe bee
moebichept tot hem fijt comembe/ſo ſal hminu/inmenbig fpgehemembeſcggen: Sict/ batig mnnen &oon bicicltuera loozen habbe / bp mag boobt / embe ig hueber iepenbigſj ghcrun2ben / embe ijn
falu met begljeuabe eube liefde geſit Cijgiſti in 't gijemoet com.eu/ embe niet ben ſtraelber liefbc omhelſen / embe it
met ſpnen 45beeſt beg brachte kuſſen: albaer ſult glyn kracht bekomë omumue biechte uoos ſjemupt te ſtorten/ embe hrachtigh te bibben. «Embe alhier ig
nu bierechte ſtebe/baer gijp infobania gije berlichtinge eBobg bermooght te
hun2ſtelen: ſoogijn alhier boIſtanbigh blijft/embe niet af en mijcht/ſo ſult gijp groot mbomber ſien/embe onberbinnen: Muamt gijp ſuft in 11 bebinben/ljoc Ilj?i=
ftite belbelle in it ſal beſto2mcn/ embe mYue bieren berb2cſtell/ 00cſt luatbgo? '
s
-
op 20 ct
verlichte en onverlichte ziele.
29
op 20er en bejammer in u ſal ontſtacn/
enbe hoe atfbam eerſt mue onbeſtenbe ſonben ſuſſen opknaechem/ bieuban it Yuen 65obtfitſſen miſſen ſchepben/ embc te ritgge houben/enbeſuſtrecht bebina
ben/hoe boobtenbeleben tegeng mala
hamberen ſtruben/noch ſult gijp onber uinben mat gemel embe #2elle5p: men bit alleen fult gijp u niet ſtooten/ ſofte
ergeren] maer maſt beſtaen/ embe niet af-milchemy op bat epnbelijch aſſeume booſe bieremmabtembe ſmbach muo?ben/ embe haer inben boobt oberghenen/ſoo hno2bt alfban ummem miſſehtachtigher
om be booſeghenegentheben te onber b2nchen : embe alſo ſai ummen miſle embe ghemoet bagelijckr ten hemel naren/ enbeume Creaturen ſtillen bagelijche ſtermen: enbeſuſt een geheel nieuwige moet betomen / aembangé eene micumue Creatuur (enbe in het beeſt 45obg pere
Yuanbelt)te mo?ben / embe ſuſt nam het miſmaechtte bierſche beelbt ontbonben huuzben/ alſoo comt gijp bart Ymeber tot
beruſte/ embe mo2bt dan beſe hemaut= ljepbrberloſt.
-
-
2IIg nu beſearmte 3icle/bufbamigijert 392oceg embe oefeninghe met foobania
gen ernſt aemminck / ſoo mermeenbeſn man ſtonbemaem
teweg:" l ma:
3o
T'ſamen-ſpraeck van een '
bebeurebeg hemelg merbt in baere
I
krachtenbe oermoghen toe gbeſloten/ gelijtlt alg of ſp man @Bobt berſtootent
maer gijemeeſt/ embe en bequam geen aenſchijn berghenabe: boembachte 5n. bp ijaer ſelpen / gijp en 3ijt niet ganſch embe gheheelaen Bob ober-ghegenen/ gijp Yuiſt[ofte fuſtjmiete ban G5ub bib ben noch begeeren / maer u in 3ijn oo2e
Sl
bceſ ouergijenen/ op bathp umme booſe
N
gijenegentheben boobe / gijp mift [ofte
RA
fuit]umaertegronbe(bupten alle ſºa
t
tuur en De Creatuur)inrhem berſinchië/
tº
enbeu ſchuemijemomerghenen 4 hmboe
b
º
#
met u Yuathp mil/mant en 5ijt niet ïnaert bat gijp hem aen ſp2eecht : embe
*
l
5n gaf haer alſo ober te berſincken/eit alſoo haeren enghen huilie te verlaten/ embe boen ſp bit bebe / ſoo quant ſpaert be aſbergrootſte roumue I ofte ſeetince
fen] ouer hare begane ſofte bebºenen] foubcn/eii beïneenbehaeremiſmaechte henbfeer bitterlijch/ombat [biebooſe] «Ireaturen in ſjaer[maten] moonenbe/
enbeſp en konbeban roumenoo2 Bob
niet een luoopbt meer ſpeechen/ alleen operlepte 5n (infodanigen roume)bat bittere inben embe ſternen geſu Ch?i=
ſti/ hoe hp om haeren't miſte een ſoo "notcbenautſjeptembe
"# g
Verlichte en Onverlichte Ziele. 31 babbe gheleben/ombaer upt ſobamige benautſjepbtenerloſſen/eñYneber in 't heel b & Bobg te bermanbelen / baer in
berfomch.3p haer ganſch enbegbeheel/
enbeen bebenietban klagen over baer omberſtamtenbe na-Hatighepb/ bat3p
hem [haeren merloſſer] niet banckbaer en maer gemeeſt/enbeſubanige groote tiefbeniet eens en habbe operlept/embe haren tijbfoo qualijck boog gebracht/ en beniet en habbemaer ghenomen op
huat mpſe bat 5p foobamighe ghemabe habbetonnen beelachtig mozbè. JPlaer bat 5p haer onbertuſſchen met bepbele
luſt beg merelta (in aertſche binghem) babbe ghebeelbet/inaer manſpſobanie ge bierſche ghenegentſjepb babbe ont fangen/enbenu in beelenbemoſte gijee
mamgen leggen/enbehare ooghen (ban ſchambe megë)miet en botſte boog ºob opheffen/ben melchen be kracht 3ijng aenſchijng nog? haer berbergh/ enbe
baer niet en miſte aenſien. «Embe alg 5p in buſbanigje oerlangen eube mee men ſtont/ ſon mo2be3p ghetrochen in ben
# enbegroumelijchhepbt /
belijch, alg oftfe boo: be poogte ber
# habbe gijeſtaen/ embe batſe al baer foube bergaen hebben: 3p mag
gelijcktaig (maerſeban ſinnen ber:
.
32
T'ſamen-ſpraeck van een
embe gamſch beriaten ghehueeſt: baer
toe ſoonergat ſp haer ſeinen/ enbe al haer beb?ijf (gijelijck alg ofſebaer fela men ben boobtfoube onergegeven heba ben/ embeniet meer een ſchepſet foube
5ijn ghemoeeſt. ?tiſoo bat 3p haer ben boobt ouer gaf/embe en huilbe borhan berg niet g/alg aſieen in ben boobt ban ijaeren 19erloſſer Jeſu Chriſto, ( beits Ymcichten ſoo meel ſinterten boogſjaer gee
heben habbe/ embe boo? hmer mag ghce
ſto2nen)ooch te ſterven en betebergaë. #n buſbanigh nergaem/biefjn aen (in
baer feinen ganſch immenbichlijtſt) tot bebermhertighepo ſpobg te berfuchtë en te slepen/ embe haer in be alierlous
terſte bermijcrtighept 45obg te herfine hen, GPoë bit nu geſchiebe/ſo verſcheen haer bat u zienbeltjche aemſchijn ber
fiefbe 45ong /enbeboonbrong haer alg een groot licht/baerban merbt3n ſibe berenbeembemerp?eught/ embe uimg.ſj aenrecht te bibbë/embe benafierljooge
ſten (boo2 ſoobamige gemabe) te bancs Hen/enbe berb2eugbe ſjaer inmènbig/ bat 5p bamben boobt embe angljſt ber
Hbellen verloſt Yuag/ embe albaer heeft 5p bie ſoeticſjepbt embe beloofde maere bepb 45obg geſmaecht: ente alle hooſe Geeſten (die ijaer te u02en ſjabben ghce -
platgijft
Verlichte en Onverlichte Ziele. 33
Yºlaeght/ente banbegenabe <Bobg op geſjouben) bie moſten ban hater Muijre
hen. «ºnbe be 252upſoft beg 3Lanig/ alg mebe het fjoumuelijch bambe ebele
Sophia met be5iele / muerbt ghehouben/ eube ben 5egel-rinck nambe onermuin minge ſtijgiſtinuert in ijaer meſen ſofte
eſſentie]in gebzucht/en 5pmert tot een erfgenaem &Bobg Yueber mengenome. atle bit mugheſchiebe/ſoo mucrot be 5iele bolb2eugijbe/embe biefaen in foo Dallige ſtratlytteYmerché/enbe beïnon
beren @Bobgtep2pſen/enbe3p meenbe in butſbanighe ſtrâcht embe bieugijbe/ boo2gaeng boo?taen te mambelé: mtaer
uptimenbigh ober niet haer be ſpot bee huereſötg/ en De inluenbicſj ſmare acne
becijtinge/muaer boo25p begon te tºmpe
felen/ofte ijderen gromtooth upt Bobt mochte 5ijn/ embe offe nock begijenabe «Bobg feeckerlijch habbe outfanghen.
âDant ben 3laſteraer [ofte geatan J trabt tot haer / embe uitbe haer bant
beſen Yuegh af-upſen/enbein tmijffel boeren: ſp?ach inmuenbich in haer 7 het
enig niet man 4.5obt/ het en zijn maer inue in-beelbinghen ghemneeſt. @ock mucecht bat 45obbelijche licht dan haer
te rugghe / embe en glimbe maer in ben inYuenbigi grout/alg een utober
we
T'ſamen-ſpraeck van een 34 [batig/gelijck be hitte in een upt-ghee boofbe hool / baer noch mermte ine Yuenbich ig] alſoo bat het bernuft ſich
ſelfg ganſch bmaeſachtigh / embe ber laten ſach/ embe niet en miſte ofte het huaer mag ofte niet/bat 5p het licht ber
gemabe Bobg geſmaecitt babbe. ©oeſt ſo en Honbe5p baer niet ban af-laten/ mantbemier-b?anbembe ſiefbe mag in jaer in-ge5aept/baer boo? in ijaer onte
ſtonteemengrooten honger enbe bo2ſt ma 05obbelijcker ſoetighepb: enbehief recht te bibben/ embe 11lt aen boo? @Bob te berbemoebigen/bare boo ſeghenegentheben (inbegebachten) te ſmaechen/embe beſcIbigſje te berino2
#
pen: baer boo? muerbt ben miſſe ban't bernuft gheh?oken/embe be booſeaene
gijebogen ghenegentheben/boo2gaene meer embe meer gljeboobt. Dit bete
benatuur beg?Lichaemgfeer mee/ bie geraeckte in onbermogfjell/alg in een
fmbare kranckſjepb/enbebaer het boch geen ſtramckſjepb/maer alleen eene mee fancolpe (banbe aerbtſche natuur beg Hichaemg) en mag/omrbatſpne baiſche
fuſt gheb2oſten merbt. 2tig haer nu bie aertſche bernuft ale fo perlaten bant/enbebat bearme 3ie -
'e fach/bat5p uptimenbich met beg
#
1. Elſ Gº.
Verlichte en Onverlichte Ziele. 35
reltgfpotberachtmerbt/ombat 5pop ben megh ber bobtlonſen niet meer en muiſbemanbelen/oock bat5p immenbig banben?Laſteraer ſben &atan]Ynerbt men gijegrepen/bie ijaer oock beſpotte
be/ embe haer boomgaeng be ſchoon bepb/rijckbomenbeheerlijckbepb nam be YmereIbe boogſchiſberbe/ embe baer
baer tegelig boon bmaeg achtebe/ ſoo bacht 3p: 49 een mige 65ob/mat ſalicht
boch boem/om tot ruſte te tomen? 23in buſbanighe overlegginghe onte moeten ijaer be Berlichte ziele/-ſeg genbe : -
-
-
Verlichte Ziele.
3Bat ſcho2t u mijn 252oeber/bat gijp beb2oeft#fa3ijt? oo beb? Ziele. ſoo “Hek hebbe uſmen raet gebolgt/embe baer boo! ben giants mambe €5obbelijce
he ſoetichepb ontfanghen/ maer 3pig meber nam mp ghempeechen/ embe ick ſtae teghenmoot bigh perſaeten : upte menbigh bambe merelt / in ſeer ſmare aennechtinghe/mant alle mapne goebe
briemben nerlaten ente beſpotte mijn / bocht foo muogbtick ban immenbigh met
anghſtenbetºnijffel aen-gbenochten/ enÜe icht en heet niet ºmdat icht boen
ſal.
verlichte
36
T'ſamen-ſpraeck van een Verlichte Ziele.
2lle mn behaeght gijp mphuel/mant
# ſoo mambeltonſe tieoe #Beere Ieſus Chriſtus met/cnbcin u/ſme #Pelgeromg ſtraten op aerben/ gelijch
ijp albier op aerben heeft gebaen/baer hem oock boo2gaeng muert tegeng ge ſp2olten/embe Goch hier niet gepgbeng en habbe... @Eeghemnuoogbigb bzaeght gijp 3pne litteechenen/ ſaet n bat niet beriuonberen/Yuant alſo moetljet 5ijn/
op bat gijp beproeft embe gijeſouttert
huo2bt: muant in ſoobanighe bebzoefte hept ſult gijp oo?ſaeck hebben menicſje mael te bibben/ enbena be verloſſinge te hongeren/ embe in foobanighen hona ger en de bo?ſt/ſoo treeht gijp ban bin men enbeban bupten be gijenabe in u :
nuantgijp moet (man bomen enbe man ſen: [erempel] &#ſtelijcheenenjonghen boom panden minibt behueeghtmuozbt/ -
benebë)Ymeber in 't beelbt 45obg Ymaſe enbe in fjitte embe in Hoube moet ſtaen/
almaer ijp van boné embe van beneden ſtracht in hem trecht/ embemenighen 'ſto2m-tuint moet uptſtaen / baet ijp in groot gebaer ſtaet/al-eer ijp een boom
mo?bt/embe pruchten bmaeght: mant in ſoobanige benueginge/ ſoo mo?bt.be ſtracht bambe Sonne in hem
bew:# ſjcli/
Verlichte en Onverlichte Ziele. 37 Hijck / baer boo2 bat be miſbe epghen ſchappen banbelt boom/banbe Hracht ber &onne boo2-trochen [ofte gijetime eeret] mo2ben / Daer boo? be epgijen dºppen Yuaſſen. -
2. Ig nu ſult gijp eerſt ben ſtibberlijc ſten ſtamp (inben G5eeft Chriſti) bemup ſen/embe ſelfg mebeYuercken : mant als mubaert ben eemnigenſPaber (boo? 3pne bierige marijt) ſpnen Soone in u/
ben ſuelchen beg 19aberg oper [ofte toozen] in eene blamme ber liefbe bere - Yuanbelt/ſo bat upt bper en belicht[bat
ig/ upttoo?n embe fiefbe] maer een eez
migh meſen en mo?bty 't melch eenen Ynaren @Lempel 45obgig. 2UIg nu fuſt
## ben mijn-bergh Ieſu Chriſti(aert en mijmſtocht Chriſti) groenë/embe met Heerenbe leben b2ucht bpaghen/ enbe
umme liefbe (alg een en goeben boom)
bzuchthaerlijck bewupſen. âBant op ſoa banighe hupſe moet bat 3Parabijg in u
feimen (boo2 ben too?n 35obg) mcber upt groenen/ embe in u be #eſſe in ben
#emel permanbelen: baerontſolaet u ban be aennechtinghe beg. Duppelg niet herlepben / mant hp hampt om 3ijn ſtijcſt bat hp in u # heeft/ embe ſoohn nu ben ſtrijtberlieſt/ ſo be2
ſtaet ijp met ſchambem / embe moet dan -
11 blica
T'ſamen-ſpraeck van &c.
38
u blieben: baerom bebecht ijp u (upte menbigh) met beg meereltg ſpot/op bat ſpile ſtijanbe niet bekent en muo?be/ cft
gijp boog de merelt mooght oerbo?gen blppen. âDant gbpſtaet(met uïneglieu Yue Yueber-gheboont ) in Bobbelijche barmonpeinben #emel/baeromfijt ge buſbig/embe macht op ben Heere: 't ſp. huat u ban ootſt foube moghen Ymeber
naren/ſon bencht/bat 't feibe (omume beteringe) u bamben Beere gheſchiet/
# alſo ſchepbe be berlichte 3iele bant G2lt,
- "
Beſe beb?oefbe 3icle ningh nu aen
haeren loop omber be lijbtſaemjjepbt Chriſti/enbetrabt (in 65obbelijck mere troumen) in be hope/ embe muerbe man Dage tot bage machtiger en bekrachtie
# enbehaerebooſe gijenegentheben. II
roen meer embe meer in haer/tot bat geſteſt/enbebathaer be poogtebanbe 3p in een groot ſtijch bcr gemabe mert
#
«5obbelijche enbe het ſtijcheber #emelen/in haer openbaer
Muerbt. 2. Iſo quam 3p (inben gelogue) meberinberechte ruſte/embemert mee ber een Himb G5obg; baer toe helpt ong Göobt alle/ Amen, v
Een
39 'Een
MoRGEN-GEBEDT. Hy eenige waerachtighe Godt, ick dancke u door Ieſum Chri ſtum (uwen wel-beminden Soon,
En onſen Heere ende Hey-landt) voor uwe beſchuttinge ende bewaringhe, ende voor alle uwe weldaden:ende bevele |
my voort aen (met lichaemende ziele,en de alle het gene daerghy my in gheſtelt hebt, te wercken in mijn beroep) in uwe
beſcherminghe: zijt ghy het begin mijns willens, ſoeckens, trachtens, en alle mijns doens, werckt ghy in my datick alles tot lof van uwen name aenvanghe, ende den dienſt mijns naeſten in uwer liefde vol
brenghe: ſendt uwen goeden Engel met my, dat hyde vergiftige ſtralen des Duy vels,ende de verdurven natuur van my af wende: behoedt my voor den wille der
booſe menſchen: wendt voor my 't ghe moet mynervyanden, myten goede, ende,
voerd mijn ghemoed in uwen Wijnbergh,
#
dat ick (in mijn beroep) daer in arbeyde ende wercke als
kindt:
ende zeghent m alle het gene daer ick mede omga) met den zegen van uwer liefde ende bermhertigheydt, houdt # gne
Van de kenniſſe der
4o
ghenade ende liefde (in
# Chriſto) over
my,ende geeft my een vrolijck ghemoet, uwe wonderen te dryven; Ineemt van my de ickheyd ende ſelfsheyd, ende geeft my de ware ghelatenheyd (dat ick met David uyt grondt mijns herten mach ſegghen : Heere, ick wil u laten gheworden, ghy ſult het wel maecken:) gheeft my eenen nieuwen
ende gewiſſen Geeſt, ende verquickt my ne ziele met het water des eeuwighen le
vensjuwen Heylighen Geeſt regeeremy in mynen aenvanck tot aen mijn laetſte eynde, ende dat hy in my ſy het willen, wercken,ende volbrengen, Amen. Een
Corte aenwyſinge tot den Sleu tel van de kenniſſe der Goddelijc ke Verborgentheyd.
-
De Paenitentie_'.
#(SSEN dan mie tot bobbelijche aene ANS: ſchoumuinghe (in hem ſeinen)
N&#9)# begeert te comen/ batbie bee *ſen regelbolgje/ ſoo comt íjn baer toe,
-
1, #p ſal aſie fijn ſinnen embe ber nuft/ -
Goddelijcke Verborgentheyd. 41 muft/mett ſamen alle inbeeſbinghe in
eenenſin rapen/embe hem een ſoobami gije ſterche imagination [ofte inbeele 5inghe J in-batten / in hem ſeïben be trachten [ofte oberſeggen] mat hp 3p/ nabernael batbe & rij?iftijem een beelt
45obg (ja eenen &Iempelbeg le. 45eeſt) noemt/bie in hem Yuoont / noemt hem gocht Ch2iſti3Litmaet/ embe biebtheim
het vleeſch en bebloebt Chriſti tot eene ſpp.ſe embe b2anth aen. 2,
- - -
-
-
5oo ſai fjn bemſeſben in zijn Iea
ben beſien/ofte hp ooch beſe groote gea
mabe maerbigh / eube beſen boogijen tptel ſtij?iſti battich [ofte aemementa
Hijch] 5p / embe bangijen aen/
#
3ijn demente betrachtë [ofte te op gen] mathp ghebaen/embe hoe ijp 5pa men gheheelen tijbt toe gebracht g
aftebp hem ſeinen ooch in ſtijriſto bee bint: ofte ijp oock imben muiſſe 45obg
ſtaet: ofte maer toe ijp ghenepght 5p: aftehp ooch eenighſing in hem benimit/ bat hem3nnen milie hertelijck na 45ob nepgbt/enbegaren milbe ſaligb3ijn. 3. «Embe ſo bpmu eenen biepen bera bo2gen muiſſe in hem bemint / ben meſca ken hem garen huilbe tot be 45obgYmemben/ſoo hp maer en konbe:
## foo moet ijp Yucten / Dat bien ſets:
Van de kenniſſe der
42
muiſſe het in-gelijfbe/ embe in het 39arate bijg (na be begangene ſonbcn) in-gijee ſp?ohen Yuoogt 45obg 3p: mocht batſjema motij baer en boben ben ®obt Iehova
(alg ben 39aber) tot Chriſtum trecht / Ynant in onſe ſelfgh.epbt en hebben mp
# Yuille illeer tot be gijeijoogſaeme epot.
4., JBaer bie ſeſnige treckinghe bege 33aberg (alg biein-gijelijfbe/enbein
gijeſp2oken gijenabe)trecht alle mene
ſchen/ oorſt benaſier boblooſten/ bp albienijp niet een en geſjeeſen & Diſtel en
1/enbebat hp ban5nnenaiſchemerce inghe een oogenblick muiſſtiſieſtaen /
betreckinghe [gbehoo2 genen.] 5. &o bataiſo geemigij menſch onge
ſaechen heeft aen begijenabe «Bobg te tmpfelen/ſo hp in hem een begeerteſges negenthepb] beninb/hem mocht eenie ger tijd te beheeren, 3 6. Den fobamiden [fiet met toe/bat ºp ſpite beheeringhel niet een oogjen -
blich meer tipt en ſtelſe/ gijelijck ghee ſcijgemenſtaet: Heden, wanneer ghy de ſtemme des Heeren hoort,ſo en verſtockt
uwe oorenende herten niet. 7., 4bant bie begeerte (gbenegente henb] tot eenigher tijbtebelieeren/bat ig beſtemmie Öobg/in ben minſte: -
Eld -
R
Goddelijcke Verborgentheyd. 43 ben KPupbel (boo2 5pne in-gbeboerbe . beelden) toe becht/ embe op houb/ bat het ban ben eenenbach [tot ben ambc
ten/ enbe ban't een] &#aer op 't amber kuo?bt upt-gbeſchonen/tot bat bezicle epnbelijck tot een en biſtel muorbt/ ente
bº genabe niet meer en tan berenchen. 8. Dat beſen menſchetſte meten/bie be begeerte tot be beheeringe ghehoo! geeft in ſame gemelſche betrachtingen
bit binckmaer en hoe ſenbe beſte fnnen gantſchen loop/enbeſtelle ben ſelnigen tegen#be thieu G5eboben/embe tegeng
De liefde begotitangelij/ 't melch hem gebie#ſºnen maeſten te beminnen als ijen, ſelºnentenbehoebp alleen inbeſief De ſtijgiſti een hint bergenabe3p: ente beſiet hoe berbebat hp baer manigten
De mat ſpnebagelijcſiſche oefeningje enige begeerte [ghenegenthenb]5n: ſon
ſal be ſelnighe treckinghe begieaber: hem in de gerechtighepb 45obg in boeg ren/ enbe [hem] bie in-gebzuchtebecſt,
ben (in fijn hart) Yupſen7 bie ijp bonen &Bobt bemint/ boo? ſpnen beſten ſchat
heeft goeihout en ente nºch haat, 9.
@Peſe beelden ſuſſen fijn/ 1, Boo
#
ſelfg te licben/ eubeijan anbere te miſſen ge-eert 5ijnt: 33ſtem/
baerbyne/
betſal een beetbt tot m#ut eube Ymelt ghe:
44
Van de kenniſſe der
Yuelt in fene boonaerbpe5ijn/te miſſen in cerebomen ambere opklimmé. 2. «Eië beeld man een Bercken/alg be Bierige
# bie alleg begeert te hebben/embe
al hab hp bemerelt enbe ben gemel/ſo Yuilijnoorkomer belgelſe heerſchen/bie meer begeert alg bp tot bit tpbelijchte lepen mammooben heeft/embe geen ghe
Hooftot 45obt in hem en heeft/ maer ig een uupl1Berchen/ batalleg begeert in
hem te trecken. 3. «Een beelbt alg be 32pbichepbt / bat in een ganberg hert ſteecht/embe een amber niet en gunbt/ batbie meer tpbelijcſt goebt embe eere
heeft/ alghp. 4. Een beelbt als ben dLoozen / baer be ſepbichepbt haer in uo?ſalten/ſtooten/fſaem/bergranumen/
Auerheft alg een bergif/embe om klepme embeljem felben rechtbeerbighen miſt 63ſtem/baer ſullen een menicſjte/ja ueel |
bunſenbaertſche bieren in hem 3ijn/bie ijn bemint/Yuant alles mat in be mee reltig/bat beminthp / embe heeft het taen Cljgiſtitgplaetg gljeſteit/enbe eert
het meer alg @bobt: bat hp maer 3ijn Yuoo2bt en befiet/ hoe 3pnen montane bere menſchen bepmelijch laſtert/enbe bp ben fime ſchenbet/nnenighmaelſon ber ſekerhepbt booſelijch achterklapt/
hë verblpbenbeinſijnsmaeſteng onge, -
lucht/
Goddelijcke Verborgentheyd. 45 Iuch/ 't ſeibe hem gummembe / 't WueIck al te fanten nagelen en beklauïnen beg
«Duppelg 3ijn/ooch het beeltber &lan gen/ bathp in hem b2aegijt. 1o. Pat bp nu bit alleg beſiet te
geng 't moogbt #obg/ſin beâBetenbe in't «Euangelio)ſoo ſalſjp ſien/ batijn meer Dierenbe Jºup melig / alg mare menſch/embe ſaſhlaerlijk ſien/hoe bent beſein-ghebzuchte embe aenghe-erfbe
beelben (man het ſtijche Bobg)op jou ben/enbe af moeren/ſo batmenichniaeſ (ſon manmeer ijp geern boete muil boen/ enbe hem tot 45ubtºuilltceren ciï Ynen ben) hem beſc Hauïucu beg UBupbelg op-houben/ embebaer ban af-noeren/
bat alſoo bie arme 5iele bit #Ponſter booz bepligſjaenſiet / eube alfoo inbe ſuſt oan'tſelbige RPier]meber ingaet: in ben toezem Ghobg blijft ſittem/ enibe
epnbelijdt/ (ſoo muanneer haer be gije mabe eube trechinge beg4Baberg Muogt upt-gebluſt) in ben afgront treebt. 11.
Ben ſobaluigen ſeggen hun ong
epghen proceg [batigAup Yuaerſchou hueni hem/ ſjoe'tong Yueberharen ig J bat ijp hem (ſgg ſjaeſt ijp beſe Dieren ghemnaer mogbt) ban ſtomben aen inbe 5iele aſſoo matte/ embe in eenen Yuille in boere/met begeerte bent bier:#
#
f
2.
46
Van de kenniſſe der
huiſſe upt te gaen/embe boo? be mare boete hem tot 45ob membe: embe al ift batſjn't in enghen kracht enbeuermde gem niet boenen cam: bathp be belofte Chriſti in hem neme / baer ſtij2iſtug
ſp?acht: Soeckt, ſo ſult ghy vinden, klopt ſoo werdt u open ghedaen, een Vader en geeft ſynen Sone geenen ſteen, die hem om broot bidt, noch geen Schorpioen, die hem om een Eybidt: kond ghy, die boos zijt, uwe kinderen goede gaven gheven, hoe veel te meer ſal mynen Hemelſchen Vader, den H.Gheeſt gheven, dengenen die hem daer om bidden.
-
12. . Dat ijp beſe belofte hem in 't |: herte in-beeſbe (mant5nig beg Jeupe | belg embe aſſeriepaenge-erfbe embe in- | gebzuchtte bieren een bergif embe boot) |
eube [bathpjpan ſtomben men in be ſele bige ure(met beſein-gebeelbeinoogben ber beloften) met fijn gehebt moo? Bob trebe/ embe hem ban te bo2en in-beele
bembe alle biegroumelijche bieren (bie Ijp ſclfgig) embe en benchc in hem ante
berg niet / ban bat Ijp ben omrepmen & muijn-herberig/bie aſſijna 3Baberg goet/embe5ijn Rinbſche gerechticljepbt met beſc & mupment begºuereſtg (niet te booſe bieren)boo2gheb2acht heeft/bat
hn tegenwoorbigb voor het aenſchijn -Q5ubg
Goddelijcke Verborgentheyd.
47
€5obgig ſfaembe/alg eenen eienbigen/ naechten enbe berſcheurben &mijn herber/bie5ijng 39aberg erfgoet/met be Ymereltſche bieren en bebeelben/ber
hoereert embe oerboeleert heeft/ embe gantiſch geene gherechtighepo meer en hebbe tot beghenabe abobg/ embe bie
ſcinige ooch niet maerbigh en 5pſ beei menniger bat hp een Chriſten ofte een himbt bobgghenaemt ſoube mo2ben. GP ocht moet bpmertſagen [geen betroua
Ymen hebben acm alle goebe merchen
# hyptot # tijbt #
ant 5p en fijn maer upt ſchijnheplige
bepb ban 45obſalichepb ghebaen/baer mene ben menſch-JPuppel/mileen Ene gfjeſ # 3ijn: mant be socijzift ſept: Sonder 't geloove, en iſt niet moge lijck Gode te behagen 13, 3Paer ijp moet alleen aen hem
0
feiben(aen fijn commenenbebermogen/ mraer niet aen beghemabe (Bobg) bera thuijffelen/embe hem berootmoebighen
mpf alle fijne krachten/ in fijne 3icle hoo? 45obt/eiialiſt bat3ijn hertebaer f
# ſ!!
#
neen toe ſcpbt (ofte ſepbt continueert noch/ten ig heben niet goet: ofte nimme ſomben 3ijn te groot: het mach niet fijn bat gijp tot be gijemabe bobta tout, €Poch/ ſookjp alfoo va: Yoogbt t.tºt
'; -
3
48
Van de kenniſſe der
ijp niet en ham tot bobt bibben: noch trooſt noch kracht in zijn berte be homt: bathp3m gelijtſtof5pne5iele aen eBob gheheel blint ofte boobtuuaer)ſo fal ijp boch beſtambicij 3ijn/ embeljoubë be beloften GBobg boo? eene onfeplbare
maerhepb/enbeſuchten (met een neber geſlagen hert) tot bie €5obbelijcke ge nabe7 bembe fetuigbe (in ſpne groo
#waarianten gijeljeel obergljee #,
«Embe al acht bn hem felben on
huaerbigh (alg fijnbe een b2eernbelingt bie't erf Chziſti niet meer toe en romrt /
tm.be bathp 3ijn recht perſoozen heeft)
foo faſ ijp hem ban noch baſtelijch ina beeſben 7 'tgene Chriſtug ſcpbe/ bat hn mag gheromen om faligh te maſten 't gemeberio?en maer : ben armen(aen €5ob) booben en blinben Abombaer/bat ijn hem beſe belofte in-beelbe/ embe in ijem ſcIben een ſo ſtrengen noo2nement
macche/bat Ijn banbe beloofbeghema be Bobte in Chriſto niet upt en uit
# / al ſoube hem lichaem enbe5iele aer ober bermo?ſelen: enbealiſt/bat ijn alle 3ijn leefbagen in ſijn hertc geee
hen trooſt / tot bergcuingige en ſoube
moghen ontfangen/ ſoo5n boch be toca ſcgginghe 430bg/bonbighcr E A
vaſt: ál
Goddelijcke Verborgentheyd. 49 als alle bertrooſtingbe bie hem foube mogíjen hucber-baren.
15. Onch bathp hem ooo?neme(enbe ſnnen mille paſt in 3ijn boopnemen in ſtupte) bat hp boomtaen niet meer en begeert inbe bierſche beelben eube Ha
ſteringe in te gaen/ al ſouben alle ſpme &Yupnen cnbe Dieren om haren laar
ber treuren/al foube hp oock baer omer beg Yuereſtg #par 5ijn/bat ijp enen met
begeert (in 5ijn voornemen) aen be ge nabige ſ5obbelijche toeſegginge/bole
ſtanbich te binnen. JBaer ſoo hp een hint beg boobgig / bathp bannoch in be belofte Chriſti begeert (in Chriſto) boobt te zijn/embe hem ſternen enibele
ben/na5ijn met gemaſſen/bat hp maer 5ijn boo?nemen en ſtiere in gljeburigen
gbehebe/embe fuchte tot 45ob:embe bat Bjp alle fijn begin embe boen (in ſpner
handen merch) aen 45obt oberghene/ en behan alle inbeeſbinge ber hoobaer bpe/ gierichepbt enbempbichepbt ſtille ſtae: Dat ijp maer beſe b?ie bieren ober
ghebe/ ſoo fullen beanbere muel haeſt beginnen ſmacht enbe kranch te moge
ben / embe haer tot ſternen berepben/ mant Chriſtus ſal mel haeſt in 5ijn moo2bt ber belofte ('t moeicht hp hem ine beelbf/embe hem baer
#4. samen: ter
5o
Van de kenniſſe der
ghebaenteten lenen becommen/ enbe in ſjemaenbangen te merchen (baer3ijn ghebebt kracht in ſal becomen)enbe ſal hoe langher hoe meer berftercht mo2
ben in ben geeſt bergbemabe. 16, 45ijelijcht een 5aetin 'g moeiberg lichaem ten ſtinbearbepbt / embe maſt
omber beelaenſtootgber natuur / embe
untimenbighe toenal/tot bat het hinbt in 'g mocberg lichaem 3ijn leben bee Homt / alſoo gaet ſjet alljier Doch toe:
hoe meer ben menſch man hem (upt be
beelben) upt gaet/ hoe ijp te meer in «Bobt in gaet/ tot bat ſtij2iſtug (inbe int-gijelijfbe ghemabe) ſcbenbig Ymo?t/
't melk in ben grooten ernſt (beg noo2 nemeng) geſchiet.?tig bam begint bant ſtonbemaen beperceniging met inncha bnou Sophia [bemaerbige menſchheph «tijgiſtijahuaer bietmleegheliepen [be 3iele embe be micnſchijept ſtij2iſtiJ male
tamberen in p2eughbe ontfaugen/ embe met ganſch invuembige begeerte (in be
aſberſoetſte hiefbe abobg) met maltane beren inbgingen / aſbaerig be b?upſoft
heg 3Lama berept/almuaer jonchn2oumu Sophia (alg.be Yuaerbigfje menſchhept «Iſjmiſti) met De 5iele berijouluelijckt
F bereenigſjt] Yuo?bt: #put/ 't gene aſe ºr paſſeert/entbe Yuatbod?
"# ſtlibal Clt
Goddelijcke Verborgentheyd.
51
albaer muerbt geſjouben: baer banſ ept Chriſtug/ban begroote b2euglybe bie
baer 5p in Den HBemmel in ben menſchen eii Gºngelen/ boo2 ljet aenſchijn 45obg
(omer eenen beheerben Aboubaer) meer alg ober negen-en-tnegentigſj fiecht beerbigen/ Die beboete niet ban noobe
en hebben. , .
17. @m bit nu te beſchºppen / ofte upt te ſp2elten/en hebbé mup noch peime noch moo2ben/hoebanig beſoete gemaa
be bobg (in bemenſchhept Chriſti) 5p/ enbe 't gene ben ſoobamigen (bie macra bightofbe b2uploft beg 3Lanig romt) mebernaert: 't meſch mp in onſen ep gen p2oteg felfg onberbomben hebben/
enbemeten batmp ſmet Jong ſchºppen eenen maren gromt hebben/bie mp on ſemb2oeberen (in beliefbe Chriſti) man herten garen milbë mebe beeſen/ſo het moghelijck maer batſe onſen troumen hinderlijchenraet geloopen huiſben/ ſp. ſouben in haer met onberminben / ban maer beſe ecnboubige hambt (buſbania ghe groote herbo2gentheben) berſtaet en De Mûeet.
18,
-
-
-
2llen-gheſien/ batYmp hoog beſen
ten gheheel tractaet banbeboete ente meber-geboorte geſch2emen hebben/ſo
fatcn ain't bp eenie cogte aemmpſinghe |
|
-
--
&L 5
berita
Z
Uyt het 7. Capittel in 't beruſten/embe mpſen ben GIeſer tot het
52
boo2gaenbe/ alg mebe tot het groote
Yuercit ober Geneſis, albaer ſalijn ben
gromt (ban 't gene hp ſoube mogjen millen inzagen) genoeghſaem upt ghe boert binben/eft permanen hem ſtij?i=
ſtelijck/ bat hn ong miſ (in onſenp2o teg) nabolgen/ſoſalijn (in hem felmen) tot be ſhobbelijche aemſchouwuinge co men/eit hoog en 't geene bc Heeere (boo2
Chriſtum)in hem ſepbt Ifppeecht] enbe bepelen hem hier mebe / in be liefbe Chriſti, Begeben ben 9. #cb2.1 62 3.
HHier volgen eenige paſſagien uyt des Autheurs Schriften getran ſtateert, aenmerckens weerdig:ſeer dienſtigh tot de bekeeringhe. Hn't van 't Drievoudigh Le 7.
#
ven, Fol. 186.] 2der enig nietg' ter HBerelbt/ baer ong (menfchen)ineer men
gelegen ſepb/afgaen het mee herſöeche ban't gene mep bere lozen hebben: miſſen mpmufoecken/ſo en moeten mp niet bupten omg felben
foechem. 3 ſep en behoenen gheen Bupa hetaerg bitong trooſten/noch bie *#
t
53 Drievoudigh Levenbe oozen kittelen/enbe ong goube bere gijen beiobert / om bat tup haer maer
fouben na Ioopen/enbebaer oerheffen. &Poch ſo ich al mijn lenenlangh in be #terck fat/ embc ban't Hijckeber be melen embe be nieme meber-geboort
boo2be p2ebithen / ſinghem embeRlinta hem/ embe batiek het alſoo baer bp liet beruſten / ſoo en ſoube ich ſban moch] b'eene tijb niet beter 5ijn alg branber: huanneer men eenen ſteen in 't mater lept/embe Ymeber upt neemt/fooig enbe
blijft het eememberben ſteen/ embe bc houb5ijn [bo2ige] geſtalt/maer mo2pt hem in't bper Zſo bekomt ºp een amber engenſchap in hem ſeinen/ſo [gaet het! ooch met ben menſch. 2ïſſoopt ghn in be ſterch/ embe miſt baer alg een bie
naer ſtijgiſtigheſien 3ijn/baten ig niet -
gbenoegb/ſooghp het baerbm laet blp ben/ſoo en fijt gijp be eene tijb niet be
ter alg b'amber. . Hºet en is ooch niet gijenoegbat gijn alle boecken ban bupten Heert/ja al ſat
gijp jaer en barij en ſtubeerbe/ en homo' ben bpbel ban bupté/ſo en fijt gijp noo? «Bob (baer boog) niet beter als eenent bie termijlbe Sompmengbehoeb heeft / ofte alg een en armen ghemangen in be ursea: bupſtermig / bie bet
#
54
Uyt het 7. Capittel in 't
beſem ſtamtſchen tijbt niet en heeft ghee ſien. @Len helpt niet bat gijn heel meet
te fYuctſen/man Bob Romb ſp2elten/en in e begenboubighe beracht/ghelijch be
#aunchelaerg (op het 2inte-Chriſtiſche «Dier)boen/biebaer ben ficmbe het licht
perbieben/ghelijck beſe hantgoch tues ber baren ig. JBaerljet ig alg @Ilj2ie
ſtilg ſepbe: Ten fy dat ghy u om-keert, ende wordt als de kleyne kinderen, ſoo en ſult ghy het Rijcke der Hemelen inder eeuwigheydt niet ſien: 45hn moet ban nieug gebogen muo?ben/ſo gijp het ſtijce ite 45obtg: ſien Ymilt/ en be batig ben
rechten muegh.
-
KBaer en ig, noch ſtonſt/ noch Yuele ſp2ekenffiepb toe ban noobe: gijp en bee
hoeft noch boechem noch komſt/[maer] een Iparberig baer foo beguaein toet aige en JPotto? Z jae noch menichntael beter/mamtſjn merlaet fijn epghen mere
muft/enbetreebt in bebermhertighenb G5obg: hp en ſjeeft gheen groot Yuijg
vernuft om hem baer mebe te beraeba ſlagen/maer
# (met
ben armen @Lolſenaer) in ben ſtempel Ch2iſti: baer ter contrarie/ ben hoogh, geleerben een Academiam met eerſt ijen meug ſct/ embe bebcncht hem eer
'm upat boo2 ten nleemingſje hp (inben ! &Lempel,
Drievoudigh Leven.
55
&Iempel Chriſti) muiſ in gaen : hp ſtelt hem ooo? menſchelijche meeningen/in beſe ofte in gene meening muil ijp 45obt
ſoecken/b'eene in beſPauſelijche/ban ber in be3luterſche/be berbe in be Cala pijnſche/be nierbe in be Zhuinchbeſbie ſcheenbeſon boont / be meemingen fijn onepmbelijch, 2lifo ſtaet ban be arme 5iele (in tºmpe fel) bupten ben (Lempel Çijziſti/hlopt/ foecht/ eube thupfelt boch boo2gaeng -
-
- -
aen ben rechten megh. @P gijp arme berºddarbe 3ielein 25abel ! matt macchit
ghp? o Haet afban alberijambemeenine
geni/'tſp ſjoe biedoch moghen (in beſe Yuerelt) ghenaemt ſijn/ het enig alte
famen maer een ſtrijbt ban't bernuft/ embe in ſtrijbt en bindt men be nicumme
Yueber-gbebog?t noch ben ebelen ſteen niet/noch ooth in geen mijfhepb nam't pernuft, 45ſjp moet in beſe merelt als leg laten maren / het blincht ban ſoo ſchoon als het miſ 7 embe in u ſeinen in gaen/ embe alle umue ſomben (inbe muelte
lie gijp gijenanghen fit) op eenen hoop raepen / embe Yuo2pen bic in beberm
gertithepbt 45obg/ tot 45obt olieben/ enbeijen om bergiffeniſſe embe om ben 13.45eeſt bibben. Bhp moet al u ſina nem/ bernuft/ embe alleg koat u##
Uyt het 7. Capittel in 't mech tomt/baer in ſetten/bat gijp ban hem niet en huilt aflaten/ ten 5n hn u eerſt fegene/ gijelijck lacob, bie alſoo met 45obben gantſcijen nacht\u02ſtels 56
be: 2li iſt ſchoon bºat it gemoet baer toe
meen ſepb/Iſeggen.be:] Göob en begeert
u niet/ſfoo ſeght:] ich begeer bent/icht Yuil hem niet perlaten/men b2aeght mn
ban in 't graf/nipmen muille [HBeere] 5p mYuen muille/ich huil 19eere 't gheen ghn Ymilt. GEmbe alYuaert bat alle JPupbee
Hem ronbtſomutſtonbem/ embe ſepben: houbtop/ſjetig boog een repg genoeg/
foo moet ghpneen ſegghen/munen mjii mochte ſin en ſalbupten 45ub niet muijte hen/maer ceumigh in Bobt5ijn / ſping
liefbeig grooterban allempneſonben/ al iſt bat]ghn TPuppel/en ghpaleerelt t ſterflijche lichaeminummer gepant eniſſe hebt/ſon hebbe ich ſbaer ente
# mpne5iele/intpmenl)epland eit berbarer / bie ſalmp een hemelſch "# geben/bat eeumuig ſal beſtaen. erfoecht het maer op buſbanighen hupſe/ gijp ſult mat momberg ghembaer mo2ben/gijpſult met hoeſt een ſhulpel in u becomen / bie u ſafhelpen mo?ſtee
len/ kampen en de bibben. GEmbe aliſt bat gijp niet heel moogbë en homb/baer ºntignieta en [gijelegijen] af en -
#
1jp
-
Drievoudigh Leven.
57
gijp maer batecnige moogt beg @Lolfee macrg/ God ſijt my ghenadigh : Yuan
meer maer uur en milieſ met al u ber muft enbe ſimmen in Bobt gegromb ig / bat gijp nam hem niet miſt afIaeten/af ſoube lichaem embe 3iele bermo2ſſclen: ſoo behout gijp 45ob/embe breecht boo?
SPoobt/#2elenbe hennel/embe treeb tot in bent (Lempel Ieſu Chriſti, tegeng alle geïuelt beg&Bupuclg:[oocſt en] can ben
toozen ſhobg u niet op-houten / hoe groot en bemachtichbat bie in u oock 5p/embe almaert batlijf embe3iel in ben too2n b2anbe/ en bemibben imber 19eiſe (bp alle GPupueſen)ſtombt/ ſoo ſcheurt
gijp u ban noch baerupt/ embe honnt in 5en (Lempel Iljziſti/ baer ontfanght gijp het peerel Hranfſtcn/ berriert met ben onmaerbeerlijcken &teen Lapide
"# 19 &Pp buſbanighe apſeie bat 19emele rijck (als een klepm moſtaert-3abehen) in u gije5aept : gijp ſult knel groote
n?eugijbe (boo? beſe hrang ber «Enge Hen)becomen/maer fietYnettoe/bat gijp hem ben ouben 2Gbam niet op en fet/ofe te het ſal u alg?tbaum gaen/Ijout mat gijp hebt/ mant noot-
ig een boo
fc gaſt/ &c.
tie
58 Uyt het 14. Capittel van 't &c.
[In't 14. Capittel van 't Drie voudigh Leven, Fol.399.] &#t gaetong menichmael alg het Canameeſche 3D2ouhen / bat hun het aemſchijn Bobg niet ronnen binbë: maer mp moeten aemhouten / embe het
H
moet gljep2obeert eube geloittert 5ijn /
hoe men 't gout meerber Houtert / hoe het ſchoonber mozbt/affooooch be5ie ſe/ ſjoe5p meer in bebcp2gebinge gljee
noert moat (ſoo3p beſtact) hoe ſchoone ber gmbeklaerber 5p mbo2t. H#etig 4Bob
baer om te boen/bat hp ſchoone embe liene hinberen begeert/ bie baer ber ftanbich Yun2bert/enbc ben ouben JPups bel Iceren ſtennen,
-
[In de vier Complexien,fol. 63. daer geeft den Autheur aen het die pe verſtant eenenvertrooſtelijcken raedt.]
-
M 2der ſoofjn met biep berſtant man l 43obt begaeftig/Yuaer boo? ban De 3iele niet nae en Haet niet onberſoete
hen ſ te meten/ bemerborghem.theben «Bobtg] bathp hem ban (inbe opeeſe «Bobg metgheburigen gebebe) op # #t011
: s
Uyt de vier Complexions. 59 gromt bambenatuur leght/ bat ijpbie boo2gronbe/ ſo ſtelt haer be3iele in ee me geruſfichepbt/ mant ſp ſiet haeren gront/[batig 't Centrum Naturaejembe allebzeeſe en betreuricſjepb berbmpijnt banijaer,
-
Daer nam meetichtte ſegghen/mat bat noo? een licht embe bepeſtigingh ſcomfirmeringe] 5p/fooruie ben gromt bambe natuur onberbinb/ maer gheen
epghen vernuft en han't betomen / hoe mel maerig/bat bobt'tſelnighe boom miemamb toeflupt/maer het moet inbe lozeeſe & Bobg (met geburig aemhouben enibe
## Yuogben/mant
#ereſt/ſoo ig bat hoſtelijch klepnoobt in beſe luie 'tſelbehint/ bie komt E
upt 25abel,
-
[In't41. Capittel van't eatiſte rium Magnum, Fol.125. gheeft hy een ſchoone onderwyſinge hoe een Chriſten,Iode,Turckofte Heyden,
hem in dit tydelijck leven moet draghen.]
-
S 4Po hoort nu gbp Chriſtenen ? Hoe ben/@Lurchten embe H2epbenen/allen
3Polchteren op aerben / Ydat u teghema -
Yuoo2big"
6o Uyt het 41. Capittel van't moonbigh boo2 be ſeſtereng (in bete hung ſoechinge mambe barmhertighept «5obg / inſpiler baſupne ſtemme7 in 't Yneſen ban beſetijt) geſchonclien mo2t,
leet treft u al te ſamen/ 't ghelupt ban be baſupne gaet tot uïner oogen in/ de
pentſe maer eene kleene mple man be ſelfghenb/ſoo ſult gijp het # III lt hoopen/bebaſupmehlinckt boog afleg / tot inbe epmben beraerbe/, maer 5p en
mozbt bam geene epgen mille gehoopt. Sben eenigſjen fobbelijchen megh (m ben melſtenbat mengen in 3ijn moort/ huil/enbemeſen mathſchoumen)ig be ſen: bat ben menſch in hem felben ee nich mo2.be/enbein ſpnen epgem ſelfg Yuille allegberlaet/Yuatijp ſelfgig ene be heeft/ het 3p macht/ eere/
#
ſchoonhepb/rijckbom/geiten goetſpa ber/mgeber/bloeber / ſuſter/ mijf en hint/ lijf en leben/ embe hem felbegljee geel een niet gYuo2De / ijp moet alïeg de
nergepen/enbemuo2ben armer als een mogelinbetucht/bie boch noch een neſt heeft/[maer]ben Ymarëntenſch en moee ter gljeen hebben: Yuanit ijp intoetbalt
beſe muereltmuechuanbelen/batbn hem feinen een mietg in beſe merelt 5p: hn moet beg mercitg ſclfgljepb een nietig
mogben/Yuant het mueſen van beſe
# IE
t
Miſterium Magnum.
61
teſt/bat fyp tot engembombeſit/batig ben too?en tot 25abel/ en ben?Ente
Chriſt/almaer men cemenepgem 43obt
begeertte3ijn:embe met beſcm ſelſe ge ſchilberben Bob Tuil menJ op bentoo ren in ben #emel klimmen / embe hem ſelbcn tot een en 45ob ſtellen. -
geit moet ghn alſoo oerſtaen: hier mebe en Yuo2bt niet ghemcent/bat mp
upt het hupg man myoum/ Hinberen en bepzienben ſullen Hoopen/ embe upt be merelt blieben/ ofte batpemambt 5ijn goet alſo ſaloerlaten/bat bpbaer niet In en ſal begeeren te 5ijn, JBaer ben epgenhuiſſe/ bie bit alieg boog een ep
genbom beſit/bie moet bp booben/embe tot een niet maken/enbebenthë/bat al 't geene (in 't melchhnig)bemgantſch niet aen en gaet['t5p ban bat]fjp mint gfteberlieſt 7 hp3p rijck ofte arm / oer ſtanbich ofteffecht I leeghofte boogb/ hn heeft peta ofte nietg7 bat hp aſſeg ghelijch achter een ſchoon hieet alg een feelijch/het gelucht beg Yuereſtgalg het
ongeluch/heticuen alg het ſternen/ # gemueſt/als Eljet ampt manleent bienſte hnecht/eene #toninchlijche kroone/alg tenen ouben hoet/ embe verlaten bitale
leg in 't gemoet/enbeachte niets nog?
cpgen: JBaer benchen (eft 3pnten # gante
62
Uyt het 41. Capittel van 't
gantſchelijck baer in oberghepen)bat bp banaf 't gene in't melch ijpig/maer eenen bicmaer en 3p /bat het 45ob eube
3pnen b2oeber gemeen 3p/batſjp 4,5obt embe 5pnÉ b?oeber baer in maer en bies me: embe alleg mat ſp hem doch boen/
alſoo maer aen en neme/ bat het beaſ
# b2oeberlijchen?bge eube toe ant geſchiet/bat «Bob foobanighe o? b?ein beſe mereltmacht/alg een booge
beeltnam be ºmgeïſche merelt/bat bp
hem baer in bieme. #p moet 5ijn gljee moetgantſch niet inbeſclfgh epb buena ben/bat hp foube miſſen benchen/hp ſp een lºtoning/ſtaetg-heer / ofte ſtichter
beg bolcr/enbe3p baeront petg betere b002 @Bobt ofte boog menſche. H#p ſal
hooggaeng ſpnen naechten booſenaen ſien [baer faſhp bepinbenJ bat ben eea
mennaechten menſch ben anderen gije Hijcht / embe ghelijtk 3p: embebat het hleeb fijngamptg/algoock fijn ampt/ (baer Ijp een boogſtamber bam ig) boo? ſpnen b2oeber gijemeen 5p/embe batijp alle het gene Yuat hem boo2 eet clibe
gijemuelt/ooch ijaefenbe goet/aen gijea baen embe gijegeben Wuogbt/Q50b ſpuien
Abcheppermueber ſaen boel ghebe/ enz be in 3ijn ghemoetſegge : H#eere het is Talleg] u/icht ben niet Yuaerbicij
#ſcle
ige
Miſterium Magnum,
63
bige te regeeren. JPlaer termijf gijp mn baer in hebt gbeſtelt/ſooghebe ich u mpnen muiſſe gamtſch embe geheel/rez eert en bemaecht het boch boo? mp/
on't u beijaeght/bat getallen in umuen iuiſſe geſchiebe/embebat het tot bienſt cnbenut banmpnen b2oeber (bie ich in mijn beroep efinaeu bebei biene)ſtrece
kc. Geoet gijp boch #eere alleg boo? mp/embe ſeghtmacr in mp/maer heen bat ich het merch mpner hambë gepen fal/Yuicbat ith ſal geſt/goet/macht cii eere gijeben/embe aen boem: embe bence
ſten booggaeng alſoo/op mat mpſe hp in 5ijn beroep (niet hem ſciben) maer
ſynen b2oeber mach gebaſſen, JBaer ſoohn bienſtbaer ig/ bathm ban bericht/bat ijp 45obin 3pnemYuille ben menſche(in 45obgenbebet al-ge meene b?oeberlijche ampt) bieneſ enbe batljem. Dat mepmige (in beſem (Labere
maſtel)ban Bobt / totfppſe embe Hee # ſp gheghenen/in't melch hp ſoo rijch ig alg een ſtominck/mamt ſoo Ijp hem ſcIben maeckt befiet/ feo ſiethp be Yuaerljepbt: embe manmeer bat het ben
menſch ſoomerbebzenght/bat het hem aſſegenen 5p/fo ig hp ben armen ſtijgi
ſtug / bie miet en habbe baer ijn ſijn booft bemenlegbe/ embe ooight ei: -
-
--
-
TC
64
Uyt het 41 Capittel van 't
recht Ra/ biebaer ſepbe: Sowie niet en
verlaet, huys, hof, gelt, goet, broeder,ſu ſter, wijf en kindt, ende hem ſelven ver ſaeckt,die en is myner niet weerdigh.
ºnbe om beſe ſelfghelºb en onhuaere bicljepbt Yuille/heeft Bobt fijn hepligh aenſchijn dan ben bolcheren af-gijee
ment/ ſoo batſp hem boo? een bontſier Yuoogb ofte ſchijnſel hebben moeté Hene nen. JBaer ſoo Muie in beſe geſjeeſe gee latenhepbt ingaet/bie comt (in thzie ſto) tot be 45ubbelijche aemſchoumine gije/bat ijp 45obt in hen fiet/met hem ſp?eecht/embe €5obt metijen1: enbeijn
nerſtaet luat Çobg Yunoºt/meſen enbe Muille3p: ben foobanigbenig bequaem futſjetſeer-ampt/ enÜe niemanbtans
berg en leert het muoogb Bobg upthent ſſelben:J mant Bobtig in hem (in 3ijn berbonſbt / baer ijp een bienaer banig)
openbaerghemnoaben: hp leert/ſo Yuans
neer 't be #eere in hem beneeſt/ het 5p n?ient oftenpanb/aig het benmenſcijë te pag comt ofte niet: ijp bebencht bat
het ſbobt in hem boet/ma fijn melighe ballen : rnbe al iſt batſjp Daer om bere
ſmaethepb moet lpben/baer en ſtoot bn hem niet aen. @Irecht men bë boet boo? hem af/ſo berbemoebicijt ijp hem boo? 45obt en de ſpullen b2geber / embe# J e
Miſterium Magnum.
65
«Bobtenbeſpnen 252oeber be eere / bp trechtſe hem niet aen. Soo men hem Yoïoeckt embe in 'taemgeſicht fiaet/ ſoo bemchthp/ich bolge Chriſtum na/embe
ſtae tegenmoo2bigbin 5pnen ſtaet ber berbolgingfje/ het ſaſ mpenbe mputen
b?oeber ten beſtemghebpen.
-
#bietſiene bºoeber / batig een ſtijgi ſten/ embe een ſoobanigen biebt u €5ob tegijenhugo2bigh (boo? 3ijn momber baerlijcht baſupmen ghelupt ban ſpnen
45eeſt) aem: embe het ſaſenbe moet een foobanigb faijck (tegemnoo2bigb toe
ronnenbe) openbaer monbem/ enbein't Yueſen commen/tot een getupgemig oner
alle molcherÉ beraerben: man't melche alle 392opheten gep2ppijeteert hebben. #aertegena ſo bieb 45ob alle 45ob icoſe (niet-milienbe) menſchen/ſmen grimmigen tongent(enbeberſtochtſjept) ſten/ſjaer te berſinben / embe met 25as
bel een einde te maecken. #ſch en ſeg gije bit niet/maer ben 45eeſt bermmon
Dieren/aller bolcheren. JBaerom (ghn 2ïnte- afhriſtiſche Sahelon) ſchoºt u npºenbemerſlimt meelbloetg/mantglip 5ijt het ſelfgbieumerſſint/ baer en is
boog u gheemraet/oockſon tenmueboe, te in unnen miſſie. Baer mup hebben bit boog ben ainberen @bobg (bie
ºn:
66
Uyt het 41. Capitttel van 't
3ijn) geſch2eben / gelijch Yup fultr gijee
#entenbegheſien hebben. #bofpzeecht 25abel/man maer ſalban bit bolck co men batben IBeere ſal hennen / embe in
abobſement lego2t 25abel/omber innen b?oeberen/ in ben tijbt man ummer uera bzuchinge/inſjaren clenbe/1uerbt het gebozen / eñ gijp noemtſe bmaſen embe en ſtentſe niet,
.
HPiemanbt en macht op een b?eemt tomen/ ben tijbig air eetg gljebogen/be
ſtemme beg ſtoep erg / embe beg 3Pera hoo2berg/nie is alreeta baer:het beche ſeiig ban beſe ſtemme mech : gijp en Yuerbt beſe repſc niet meer omber een becſtſel geroepen/maer niet open monte
be/met klaren ooghen. Deſe ſtemme
beg roeperg opent het Hare aenſchijn ebobtg in ſpne ſtinberen / embe inben «Bobtſooſen het too2nige aengheſicht/
Yuillembe t'eenemael alles inbe ſelfga bepb(alg inben?inte-Gijziſtiſche ſach) in gierichenb/infachen/enbebe H2oere ber ſelfgljepb/ cpnbelijch geheel op ben 25abelomiſchen @Loozen boeren.
-
ſpetteeckenban bit beelbt embe man ſpnen omberganch/ batig be 45ierige ijenbembe ſenbichepbt/fijn teken heeft ban te bo2en in ſilber embe goubt gijee
ſtaen / Dat mag jet 25anier ban beu 2ïnte
6y Miſterium Magnum. 2tilte- Ch2iſt: nu heeft hem het 25anier in koper berambert/embeaengeſien bat
Mars be 3iele in't ſtopcrig (alg bt man)
ſoigooch25abel beſcn Mars tot een ba nier eit teſten gegeben/ben Muellten ſmſ regeerë tot bat 25abel een epmbe heeft/ enbe gijeen 45obloog menſch en ſal bat nierchen: embe al b2aegt hm ſchoon het
tehen in 5pner hant/ſo moemnthpºtboch maer liene 25oele, ſlaaer het fiijckebat baerig/enbe bochig/batſal bepercic ringe beg goutgaen gijeijangen mo22
ben: mant beſBorſt (man be krachten ber aerben ) heeft het baerdieben gije geben: Amen.
[Nademael den Autheur hier voren mentie maeckt van Babel, ſo
en canick niet nalaten een weynigh aen te roeren hoedanigh hy Babel, ende den Tooren tot Babel be
ſchrijft, in 't Miſterium Magnum. Cap. 36. Fol. 331. en 332.]
- RTB
:
- Vande
68
Uyt het 36 Capittel in't
Vande Ante-Chriſtiſche Babilo
niſche Hoere [onder] alle tongen, volc keren ende ſpraecken, wat onder de ſpraeckenende den Tooren tot Babel verborgen leyt.
Z#S3 ſpetgumſtige Leſer/ichmil u #S upt ſiefbe gemaerſchout hebe &#Je ben/bat gijp onſenſin niet en s=ºo Yuiſt nerſtaë/alg oftewup bact
mebe (uptonſe genegenthepb)pemand muilbemmerachten oftemerſmabem/neef
minpemambt in ſpnen ſtambt ofte eere ſten te taſten: ſlaaer Yup ſullen in't ge meen ſp2eften/ een peber bep?oebe ſjem
ſelben/hp ſal begroote merbo2gentſjept ban ben 25abiloniſchen too?en melaen
hemſclpen minben / embe noch het ghe tal ban't baïſche bier:bathp ong maer met gebuit en Heſe / embemente hem ſele
hen (na ſpmebooſeaenge-erfbe epgem
ſchappen)mebe baer onber:gelijtſt ban benaertſrijenſterfelijchen menſch(aen
l
alſe menſchen)mmaerachtelijk onber bee
ſen tert behoort Imoet uerſtaen Yuo2 t ben.J APp ſuſſen alhier ſchappen 't gene t bètijtgebo2en embe geopenbaert heeft/ t enbeſog bit niet boo? menſchen gljeo2 W -
penbaert
Miſterium Magnum. -
69
penbaert en merbt / ſon fouben 't be bieren openbaren/mantben tijbig ge
bo?en / embe baer en helpt geen tegene ſtant/ben hooghſten boert 3ijn merck 1!
ºp.
-
-
-
- - - -- --
- -
"
iſ. ''
[Daer navaert hy voort, ende verklaert dat niet alleen de gheſlachten van Ham (maer oock van Iaphet eñ Sem) ſijn geweeſt, die den tooren tot Ba : belgheboudt hebben, door 't welck sº, de verwerringhe der tonghen, onder alle volckeren ontſtaen, ende die ee
# Senſualiſche tonghe ('t welck Adams taelſy geweeſt) verborgen is
gheworden, de welcke op den Pinx terdagh weder geopent ofte ontſlo tenwierdt, ſoſeythy: Fol. 333.]
-
2ïſſooijerſtaet ongretijt/Yuat 25a
bel enbeben too?en tot 25abel bebunt: beſtabt 25abel/ig ben Hams-menſch/ bie beſe ſtabtop aerbett bout/ enbe bent
too2enig ſpnem epgen hertogen 45obt/ enbe babgbienſt. 2tſie 3Bernuft-ge
ſeerbèupt begin ereltg Abchole/batſijn 25ou-meeſterg, aen beſen tongen. Alle ſ
/ A /
»
r
bie gene/ bieſjaer ſeinen (ſomber 05obg 45eeſt) op Yuo?pen/ embe dan menſchen
[tot het leer-ampt] beroepen mug bent bie ſijn al te ſament (man't begint beg -
-
-
GP 2,
Yºg etcitº
zo
Uyt het 36. Capittel in't
'mercitg geen ambere) mlerck meeſterg, acnbcſen too2cm embe 2lf-gobt: ſp bca, repben al te ſamen maer ſteenten enbe
ijout tot beſen too?en/Yuantben nacht,
Nimroth behuijſt bat oot gantſch ſiſacr aen/in ſpnen epgen ſenſuban't gijefo22 meerbe Yuog?bt/boebat het echte engen
genatte te ſamen gecomparteerbe luſt fp/bie haer felmen(alg een engen bob) inbc hoogte berheft/maer ban bat ben toozen een ghclijcheniſſe [beelt ofte fia gure]Yuaer: «Bob lietijaer in haer ber Yuart berſtant be figuur banijaere ep= gijenſchap baer ſetten/ [om baer bp tc minerchen J Yuat ben menſch boo2 45ob .
ſp gijemo2ben. [Daer na handelt hy, waerom God(het bouwen van den Babiloniſchen teo ren) toe liet., Daer hy dan de oor ſaeck van de verwardtheydt, in de
eenighe ſenſualiſche tael verhaelt, waer in de verwardtheydt inde Reli gie (dat is, inde tael der
#
ende oock de verwardtheydr onder alle volckeren ende natien, Ioden,
Turcken ende Heydenen, werdt af gebeeldt: verklaert oock de verbor gentheyt van den Babiloniſchen too
ren: als mede wat eyghentlijck de -
-
---
-
**
***
-- -
- - -
Hoere
Miſterium Magnum.
75
Hoere van Babel ende het Dier, in - haer ſelven zijn: ende dan, hoe Io den, Chriſtenen,Turcken ende Hey - denen maer eenen eenigen boom en
zijn. Hy ſtelt een remedie tot de vereeniginghe, verklaert oock de Spreucke: De letter doodt, maer de
Geeſt maeckt levendigh: Hy wijſt oock aen waer uyt men kennen ſal of een Leeraer van God gheſonden zy ofte niet, al 't welcke ſeer wonderlijck
ende aengenaem voor alle menſchen (die fynen ſtijl ofte tael verſtaen) te
leſen is: daer na feyt hy op Fol.348, en 349.]-- .
-
GBug beelſp u gijcſepbtſbant ben ſtinte
beren Nimroth,enbe bamben toozen tot 25abel/ghelijck het ong ben 45ecſt alſo
tehemmen heeft gegeven: embe perma men ben 3Lefer inber liefbe Iyern ſeinen
te bepgoeben/hp ſaf hem ſchoen pinben maer bathpig / [batig / Imrſal onber
minben ofte ijp mebe ouber 25abel 3p ofte niet] bit en is niet geſchºenen om pentant te berachtë / mºmer alſo ſp2echt
be beeſt met een open mont/embehuijſt acn fjoe alleg3p/Yuaer man Daen / en De in matcpnbebat het geſchieben fal.
zeerebenſ macromºſoomceſ om het &P 3
-
-
RTDicy
Uyt het 36. Capittel in 't 72 'Dierenbelboere tot 25abel gheſchree ben mo2bt/ig beſe: om bat het aen 3ijn
epmbe ig/ embe in 't Ho?te ſaluerbreece op batmentaliſten ente hennen: muant
hen / baerom moet het openbaer 5ijn /
25abel en paſt niet eer / boo? Dat eerſt
ſ'tgene beheeloengeiiiaëtti:52eft)ual He. ?lIIe beelben met t ſamen het Dier/
enbebe Boere moeten vallen/ auberg en iſ er geenemeberijnſofte gemeſinge] #zn tiiii upt belºoere een gronchu: ort ſofte een fupberemaegt] mahentinaer
#are hoererpe ig baer boo2 op
gbepale
Hèèrfeitbegrooter gheïmogben: ſal beſe #oere ballen/ ſon moeten alle &ecten/ (5e melche maer beelben dan be Hºoere en 3ijn) te grontenbe omber gaen/ met
t ſamen het Dier [bat is be ſelfghent Een pebermenſch moet beheelbenenbe 2tf gobëin hemſeloen uerb?elten/efibaert
enbebe ichthepb] baer ſp op rijbt.
be menſchen niet en begeeren te boen/
baer fal't ben muer beg li?eeren boen/ [noteert/ boo? fueert/bieren tijbtenbe peſtilentie.]
2tch! hoe ſchoon berheft be #oere tee genmoot bigh het hooft om hoog / embe Hupſtert na 'f gene ben 45eeſt man spe on noo?ſembt / (alg hanbe toe-berepöe
*^eplige 252upt ſtijgiſti)ſo buncht # att
Miſterium Magnum.
73
bat 3p bat ſchoone hintig/'tgeen ºob in eenengguben@lempel miſ in moeren/ al maer eene gulbe eeuwne / niet ban 102eugbe enbeïne!!uſtichepbt in ſal 3ijn: 3pſietronttom ſjaer / Suaer dan dit:
bat ben ſchoonen &Tempei Scope fal tonnen/baer ſp ſalin gaem(embe tot eeni
%jonckbzoum I ofte ſuppere Bl?aeght] mozbea, #bp dupſtert boo2gaeng toe/ [benchentie] nam maer ſuſſen boch foo= banige heplige menſchen comen/ bieſo eente goubeYuerelt [ofte guibe eeumue]
(gelijck ſp meent)fullen maechen/maer
ſp en bebencht niet eeng/bat ſpinanſja regierighepb Muelluſtige hoererpc muiſ aflaten/embeljaer beheerë/Iach] meen: 5p Mug?t hoe langer hoe erger/enbe one
tuchtiger/bol laſter/[foolbataen haer boo2taen Yutpnitſj goetg meer ig /enbe
ſtaet poo? @bobt alg een Boere op be # / I ofte alg een H2oere aen be taechJ bie beroo?beeſtig.
:
“ -
#oogt gijp op-gep?onckte enbeghe ſtroombe 25abilon/bol groumeſg door «Bob en De 3pne «Engljeſen: mp hebben eenen 3Pachter hoog en ſeggen/repn af:
be &tabt met t famen ben too?en man be H2oere/ embe het ſpier is gbepaſſen / eMbe man ben allerij oogljſten beroo?? eeit beeltghemo2ben/gbpJPen4.fultimberYmir
74 Uyt het 14. Capitttel van 't buigjepb be &tabt 45obg mict ſien/ten 311 Dan/ bat uïue hinderen ben beblecht
fen rocit (bol ſchamben boo2 dBoot) gce ijeel unt trechten / embc Yuegij uferpen/ en De alſoo gapfftij naecht citbe bloot /
(ſomber eenige beciben) boo2 bcm aſbere
hoogljſten te boet nallen/cnbebaer tot ſjenn beheercn: be foobamiglje foubenſe ntogl}en ſien / htmer be ambere bie op
goube bergijen hopen/ bacr men tpbea ſnche eere eube muelluſt ſoecht/ gantſcij Rietg/ Amen,
[In het 14. Capittel van het Drievoudigh Leven. Fol.399. tot 404. ſtelt hy een ſchoone verma ninge aenden genë, die de by-woo ninge der Engelen begeert te ghe nieten, ſeggende: ]
M 2ter glm fult weten/bat be dºne (l geleiigantſch remme/ httpſche cii tuchtige beeſten zijn/ baer toe bemoes
bigh embeu zienbelijtſt/ embe mergelijre lien ben onmonbigh en hinderen / bie
lueſefte pan gijeen balſcljepbt en Yueten (unt-geſombert mat haer aen gebogen ig.) &o uie nu be bp-mooninghe ber “#ngſjelen gijellieten huil / ûie en moet *
*
gcell
Drievoudigh Leven. 75 geen bronſtighe [ofte gepleJ stier / itochte multipſe Venus 3ijn /moclj gijeen
valſch gemoetbºagen/'thueſchbach en marijtanberg niet en p2actifcert / alg
op liſt embe bebzogb om goet en bemoet te becomen: ijn moet hem oach niet alle
megen in ſpits binmige gechgmoonben babem/ enbeſpne3iele braer mebe hitte fen embe ſppſen / in 't mucIch be Ymerelbt een ghebzupcſt heeft malſtanbºeren upt te ſlippen/ entbe quaet ban Inalcamberé
te ſp2eſtë/ meem:bp buſbamige menſchen
en binnen te ſtughelen niet/maer ben fºmarten Bimmel bie beſit haer hart embe5iele/bat3p alſo een mel-behagen
aen bepaiſchembt hebben, geo muiebe Engelenhuiſ terrbpſtanb hebben/ bie en behoeft haer niet te roe gem mochaert te bibben/ mant3p en mee men geen cere aen/ ſp geben alle 45obt
bc eere: hn heere maer om upt ſpieg Bertſen onrepnigſjepb/embe trebc(boo?
eene ernſte boete) inben Yuille Cobtg/. entbe mueere gijeſtabigh het in-bloesen Bambe booſe gebacijten: ijp moet boo2 gaeng ſpnen wuiffe in 45ob memben/en ide 45gbt om be regeeringfje oan ſpnemt #2.45heeft bibbcm. Gºmbe al iſt bat be GPupoef hem maſt houbt/ en niet en ºoit
berſateau/gem toonenbeſpnt omrepaiige -
# $
gembt/
/
76
-
Uyt het 14. Capittel van't
hepbt / ben ſobanighen enig niets bee terg/ ban bat fjn alle fune ontrepmige henb ben 3Bttppel op ben halg Yuo2pe/
embe hem boven alle mernuft met 3ume 3iele baer upt Yuinbe tº embe hem in bee mocbiggept inben muille babg inluo?s pe eube beghcne, moet oorhaſſe thuijfe fel aen Den Bltpbel laten (Ybant batig
fpne herberghe) enbe houben 't hoo? baſt / bat het een groete ſonbe 3p in tampfel te blpven/bp en behoeft anberg
niet te bermoeben/ban bat thuijffel een bant beg Pupbelgig/baer mcbe ijp be
3icle baſt houb: &og Yuanmeerpemand ſpne onrennighepb hem onberb'oogen treebt/ Dat ſpne5iede [baer ober}gijeen
kracht ontfanghen tant fuſehr en comit
niet bog? 45obg gerſtockinge/inaer be GPummel ſlingert hem om be3iele/enbe en huilfe den 't licht niet laten tonnen /
bat ſp kracht mocht ontfanghen. ?tlas. baer 3ijn be\noo2ben embe be beloften
«tij?iſti(met 3ijn bloet-bergieten/lpben embe boobt) geneebele mebecijn/ſoo be.
3iele hier in haer inm2inight / embe ben GPupnel alle onrennighept op ben halg. huo2pt/ſon ig bit5ijn bergif/bater toe ſa
mo?bt ijp matenbe fºuach: algban ſoo
bzingt be5iele opin't licht Bobg/enbe ºntfangijf kracht, Paer moet
n:#
Drievoudigh Leven.
77
ernſt inbe bemoebt treben/ ſoo treeb lju ben JPupbel op ben kop/embe berſtoo2t
hem be ſhelle. 2ülg ban trcben be dºna gelen tot ben menſch/embe hebben hare groote b2eugh.be / bat ben genen (bie baer bermeembe inbe#iele/ 45obt embe
& chepper te 5ijn)obermonnen ig. Paer een 3iele moet in Chriſto eenë geſtabigen ſtibber 3ijn: mant ofſchoon be qPupbel be 3iele niet cant beſitten/ ſo houb hp haer boclj boo?gaeng ben bere boben omrepnen boom boo2 bat 5p acht
ontucht/balſchcpbt/Heugen/ beb2ogh/ too2en ofte nijbt/foube aembpten: 5og
hp 't maer Daer toe en dan brengen/bat be3iele in haer be baiſche ghenegent ijepbtin Haet. 49 ſjoe becht ijp het toe /
hoe ſtropt hp baer ſupcher op/ embe al foube hp ſjaer in Veneris Haemel halen/ ſoo en ſaet bp't hem niet berb?ieten:alg hp mner fijn roofg-lotineber can beco men: mant be Dupnel en is nergens Hiener alg in ben menſcij/ baer cam hp
eenHeeer begmereltg5ijn/embe can fijn merch upt boerël embe 5pnen miſſebola brengenZ 't meick hp bupté ben menſch (inben 45heeft man beſe merett) niet en bermach: mant 3ijn ſtijch enig niet in het upterlijche regiment van beſt mee telt/ maer in het in membigfje / in ben “D 6 - Yuo?têt/
78
Uyt het 14. Capittel van't
-
mo2tcl / inben af-gronbt/ Ijp en tan in het untimenbiglje (in beſe merelt) niet
boen/ten 5p ban bat turba Magna Ibat ig be uptſtortinge ban ben too?n 4Bobg
baer be natuur van geturbeert Yuo2bt] in ben too?n 45obg ontſtelten 5n/ bacr ig ijp Yucrchenbe/boo?namentlijc man neer be Elementen in groot ontuccr
ontſtelten/ embc bat bentoozen 45obtg
baer inig b?ambem.be/ baer ig ſjn cen Yuerchembe ſtichter [ofte een ſcherp ſtichter:] Hombe Ijn bc gamtſche Yuercht herberben/ljn foutje het boen: maer ijp
en heeft gheen berber rupnite/ban alg hem bengrim [bc geſtrengljepbj inber turba toc en Haet / be turba ig 5ijn meea ſter: Ijn en ig maer een 45upchelaer eft 19erberber/ſbo Yuijbtaig ben toogcn be turbaaenſteecht.
-
-
abcet alſoo/bat bc punnel memicb nrael met de engelenſtrijbt /ſoo nuane meer be 3iele begmenſchen ſcherig/ſgo nuit huſe met macht aen paſſen/bochijn me?top gehouben/bat ijp niet boen en Han 't geneijp inil. JI)aer ſooijaeſtalg be5iele imagitteert cit be huft ontfangt
ſofte fYuanger muo?bt]fo heeft be puna luct bicto2ie / maer alg be5iele De boofe
tuſ meglºmuzpt t fon mozbtſjn man be ºmgelen heringeben/enbebaetig 4
--
#
gijcDlla
Drievoudigh Leven.
79
ghcburigen ſtrijbt om be5iele ban ben memſch/ 45ob Yuilſe hcbb.cn/ ſo muiſſe be
TDuppeloogſt hebbcm. gºub: beoo2ſaccit man beſen ſtrijbt/ count man. batſjaer
thuee ſtijchen op het hrupg ſcijenben/ het eeneig beliefbe 45obtg (fijnbe het ſtijche ber «Engelen/ in termario San cto)embe het amberig ben 4.52im Ibc gea ſtrengijenbjunt ben gront ber natuur/
het mueſch ben too?n enne be ſcherpte 45obg ig. JBaerontljeeft ong 45ob ſp=
men mille geopenbaert / eube ben mene fche Itcijt embc bupſtermiſſe boo? gijca
ſtelt/ Ijn macb grppennae 't gijeen ijp
huiſ. «Embe op bat hun ſouben meten batſjn be 3ielein5ijn bepligh ſtijck be geert te hebben [noteert/in't ſtijcſt ber fiefbe] ſalaetijn ong Ieeren/embe Muijſt
ong ben megiften lenen. Hen berºuecht
boo25pnem &#5ceſt beplige 3leeraerg/be melche het licht beg Ymercitg 5ijn/ op bat5e menſchen ſpnen toogn eube ghce
ſtrenghepb fouben uermpben/embe belt fclnigen in ſjaer niet berruechen. «Den too?n moet mueſ in allerien Ice ben5ijn/maer ſo Yuanneer hem be liefa beentje beſachtmoebighept ouerhuint/ foo en Yuo?tijn inber eeuwuigbepbt niet openbaer/embe enig maer alg celloo22 bgnmacclif too2nt ſterk beg Iementg., 3Bamt âlè
8o
Uyt het 14. Capittel van 't
maechtinbeſiefbe bie groote op-klimte membe breughbe eube Parabijg : ben too?n ig in 't ſtijche Q5obg / be groote
Yuomber-b2eugbe/baer men boch niets ban too?n en Yueet: gelijck meenen enbe
Hatchen upt eenem fath komt / embe be trurighept in b2eugbe berkeert mo2t/ aſſo heeft het oock eene geſtalte met be Hiefbe eube too2n ºob g: embe baerom
ſom leert ong Chriſtug ſo ernſtlijck/bie lieme bemoebigbepb embe bermhertig hepb/ enbebaerom ig ſbob menſch gee
Mugaben/ om onſer hept embe falighepb milie / op bat mn ong boch ban 5pne
liefde niet en ſouben omtrerken/heeft 3ijn hert baer toe gheheert / bat mp fune hinberen mochten mo?ben/ embe eeumuigh blpnem /5gen baer geen raebt en muaer/noch inbë #2cmel/noch in beſc
Yuerelt/ſon heeft hn hem (om begmene ftijen mille) noch eeng beïneeght/ op
bat ijp ban ben & Buppel embe upt ſnnen too?n mochte perſoſt mo?ben. Baere
om ſiene kinberen/ en mompt boch be Hiefbe embe gemabe 45obg/niet alſo man u muegh/het faiu auberg inber eeumige bepb beroumen: mant na beſen tijd en iſfer gheen hulp meer/ leert bech bob belijche mijfhepbt : embe leert kennen 'mat Göob ig, 25gelt
Drievoudigh Leven. 81 25eelt u boch geen gelijcheniſſe ban
een woeſen hoog / bat bobt ergens een heelt 5p/alg in Chriſto, âlºp lenen enbe fijn in 45obtApp 3ijn fijng mueſens : mp gebben hemel enbe Heelle in one ſeiné/ Yuat hun upt ong maechen/bat 3ijn mp/ maken mn eenen &#ngel in 't licht/enbe Hiefbe Bobg (in éth2iſto) upt ong / ſoo
fijn Yup't: maken hun ooth een booſen/ toogmigen/ balſcijen/hoog-bliegenben zºaupneſ upt omg ( ben melclien bomen
alle liefbe embe farhtmoebigbepbt upt bliegtytt in enchelhongerige eubc bo2 ſtighe gierighepbt) ſoo 3ijn mp't ooch: Ymant na bit iepen fijn Yup heel amberg: 't Bijcen ben wille van de Ziele albier
grijpt / bat heeft hy: ſeg hem ban het uptmuenbige inben boobt nerb?eecht/fo
boubt hy boch het felnighe gſtegrepen Yueſen in fpmer epigenſchap/embe batig ſijn bermaech, dBaer hoe't ſcIbe (mee
ſen ofte bermaeck] beo2 be €5ûbbelijts
he4Parabpſche epgenſchap en beregeea ringe/ aig goch boog be «Engel# G5obg beſtaet/ [ofte ſal beſtaen] bat mooght
gijpma benchem / 't meick up troumee
Hijck[tot maerſchoumimgelſjebben gee ſtelt/ gelijch het ong, bami gegijebenig.
tAlſoe
82
Cap. 4. vande Genade Wahl. [Alſo hier voor ons wort gewaerſchout, geenigerhande ghelijckeniſſe ( van God) in te beelden,ſo hoort in't cort, hoedanig deſen wonderbaren Schry ver ons de Godheyd definieett, ofte
beſchrijft: eerſtelijck in 't 4. Capit tel vande Genade Wahl,ſeyt hy: ]
G# Heſer/icſt bermrane u/ fijt een menſcij/ ente niet een onuere nuftigh bier/enbelaet u het gijefunctg.
ber Sophiften met ſjaer halfgnerſtunt niet herſenben/ biebaer niet en Yueten
Yuatſe fmetſen/enbc en hebben gement gronbt in ben ſenſu ſofte in 't begrijp.] 3Laet u oocſt bepeime (ofte behambt man beſe peune) niet merlepben [ergert it aen jare een goubigſjepb niet/] ſjnig
ban ben hoogljſten alſo geſneben/enbe ijp heeft ſpnen aÜem baer in gebiaſen/
Yuaer ooer bat mrp(een fulcr mel-muetë) fienenbe beſtemmen /enbeYup en Yueteit
fulchr niet boo? Mugen van een amber, hant/mochte boo2 aſtraliſche ſofte boog ber sterren] in mallen/ghelijck mm bre fchuldight muo?ben. Omgig een poo?e te in Ternario Sancto ghegpent/feſien eube te nucten/'t gene be Beere (tot bce ſer tijütiltiJell Incliſcſjen) Yueten
wil: ſtt
t
Cap. 13. van de Genade Wahl. 83
bat ben ſtrijbt een cpmbeneme/enbe op bat men niet 1neer oml 45 obt en ſollben
taniſten / ſoo openbaert ijn hem felben/ eube fitter en ſal ong geen momber fijn/ maer mp ſelfg fitſ, en dat ſcIbige mon
beriueſen/ 't melch hp (met beperbuſ linge beg tijtg) heeft gebogen ſofte ges baertJbp albien mupeng beſtemmen mat hup 3ijn/ embe bamben ſtrijt upt gaen in
be temperatuur nam ben eenigen muillet efiong onber maſcamberen ſieben (ofte beminnen.]
Ende in 't 13. Capittel van de Gbenade Wahl.
JFt gebieſbat inp (in befe ſcherpe
upt-boeringe) poo? menig mocht ſtom enbe een dienſtoot ber ergerniſ fen 5ijn/baer pemamt foube millen ſeg
gé/bat mup ongemuoonlijche en benzeen be reben in onſe gronden geblunchen.
zºoo ſcggen hun met Yuaerljepb(nog? begogen 45obg)bat mop't amberg niet en hebben te genen/ban gelijch het ong (inben ſin thziſti) ghcghenen ig. Soo Yuieugt Chriſto ig/ bie fal't muel ner
ſtaem/beamber ſpottergembe ſpitgpin nighen (bie 't bernuft tot meeſter heb ben) bie en hebben mp nietg gheſch?ee lJCII, -
-
'
,
[In't
84
Cap.8. vande Aurora.
[In't 8. Capittel van de Aurora.]
V &#rſtaet maer nºmie moeberg
tact
te recht/gijp hebt ſo gegoten fon bament haer in / alg in.be Heebneuſche ofte Latijnſche / al iſt bat begheſeertje #gerhaer in berheffen/ alg eene ſtoute
252upbt/ Haet ubatilict bekommeren. #are Romſtig tegjenmoo2bigh na ben gronbt hellenbe: ben 45eeft betupght/ bat noch boo? het epmbe menigb3 Leech meer ſal meten enbe berſtaen/ alg tee
# be Hoecſte 3Docto2 en / ant be poortebca #emelg boethaer open/ſo mieljemſelfg maer niet en muiſ berblinbë/bie faſ't meiſien/ben 252upe begom Hent ſprie252upt: Amen.
In't 5. Capittel Van de Menſchwerdingh
Ieſu Chriſti. . . . -
-
H «ttig een groote elenbe/ bat ben I n menſch ſoo geblinb mo?bt/bat bp niet mach bekennen mat 45ob5p/bact
bp bochin bobt leeft: embe noch fijne bermenſchen bie fulcr berbieben [ſege ghenbe] men ſaſ niet onberfoechem uit
«Bobt 3p : enbe miſſen mocht leeraerg «Bobtg 3ijn. Haemel/3leeraerg beg RBupbelg fijn be foobanige/ op bat
#
g
Vande Genade Wahl.
85
Itemeten/ bevoupuell niet bekent en YUG2be. .
* - [In de Voor-rede vande Genade Wahl.]
W 2Inneer het
bernuft ban Göobt
VV hoopt ſpreken/mat ben ſeinen na
ſijn meſſen en muille 3p/ ſo heelt het hem irigen in talg ofte bootpets m2eemte eſt derbemaer/bathp bupten beplaets
man beſemereit (hooghbonen het ghe ſternte, ºnonmbt/ente metignen 45eeſt (met eene al-tegenmoo?bigfje hracht)
aſſo maer in beplaetg man beſe merelb regeerbe/ maer batfpme.Jſlaajeſtept in JP2iebulbigbepb/(baer Bobinſombere
hept openbaerig) inben gemelſte mee ten boben ben &terren jenen J be plaetg ban beſchuerelt muoont,
[In't Miiterium Magnum. Fol.5.Cap.1 ')
S 90
mp miſſen benieume ghehoopt verſtaë/mat bie3p/embe hoe bie gee
ſchiet/ ſo moeten inp eerſt meten ºmdat
ben menſch.3p/ embe op mat mpſe hp eë beelt 45obg ig/ eit hoe bein-mooninge «Bobg 5p: oock muatben geopenbaerbë «Bob 5p/baer ben menſch een beeſt van
ig. Sdicht ban betrachteloftennerleg gejhuat Çöob i#/ſoo ſegh ich: bpigbat
Een: tegeng het & cljepſcl/alg een#
86
Uyt het 1. Capittel in 't
Yuig nictg: Ijn heeft noch gront/beginy noch plaets / eit en beſit nietgalg ſjen ſchuen: huig ben muille beg ongrontg: ſjpig in Ijen1ſelpen maer eenigij: ſjn ent feeft ghcen rupmte noch plaetſe ban noobe: ijp baert bart eeumuigljepbt in W
eenhuigljepbt/hem felben in hem: Ijn ent is in gecmen bingen gelijtſt ofte eerge Helten: embe en heeft gijeen bn ſombere
plaetg baer hp mugont: be muijſtjepot Efte 't betſtantig ſinne Y:35iiiiitrijc: fjn ig ben miſle mambehuijſtjepbt: be muijſe
henbig fune openbaringe: in beſe eeue mige baring ig ongban b2ie [ofte man
3 binghen] te berſtaen: 1. Eenen eeu# nuigen mille; 2. «Een eeumufgh gemoet ban ben miſſe: 3. Een umtgang man't emoet/bie een geeſt dan ben muille ene e't gljemoet ig. 1. JBen Yuille ig 19a ber: 2. 't 4Shemoetig ben 25ehouber / fitplaetg/beïuoomimgeban ben mailſe / ofte het Centrum tot petg Yuat/enbeig het herteban ben muille: 3. &#nbc ben
uptgangſj nam bcm luiſſe enbe 't ghes moet/ig behracht embe ben Beeſt: bes fen b?ieboubighen ſjeeſt/ig cen eenigh
lueſent enbebaer hn boch geen meſen/ ntaer ben een muighen oo2ſp2oneſt (een oo?ſpzon.ch begicſtr) ig / embe ig boch bc eeumuige berbo2gentijepbt -
(autº, -
IJC
Miſterium Magnum. 87 het oerſtanbt beg menſchen niet bate felijck / noch in tijbt mochte plaetgig/ mlaerig ſclfg 3ijn begrppelijchhepbt/ eube ſitplaetg) enbe het uptgaen ban
ben €5ſjeeſtig die ceumuige oogſp?ontſta Hijche beſchoumuelijckſjepbt/alg een luſt dan ben 45ceſt: het upt gegaen/ mo2bt Jeſuſt ber 4,5obbepb (ofte bie eeuïnige
I
\uijfhepbt)ghenaenit/bie baer ig ben eeiiujigen oogſp?onch ban alle krachtë/
perYuen embe beught/boo2 't melch belt bzienoubigben bijeeſt (in beſcluſt) bea ſcerembe mu02bt / alg mamentlijcſt / be.
irachten / bermjen embe beughb / embe 5ijn begeeren Ig een in-p2eſſen [tſamen
bzuchen] in hem ſeinen matten [ofte omgrippen] ben miſle natbe mijfſjepbt in 't ghemoet/embe het ghebatte (in 't berſtaut)ig het ceumuige moogt/kracht
enbebelight: 't melch ben eeumuighen 1uiſſc/upt het ſeinige berſtambt van 't gemoet (boo? ben 45ecſt) upt ſp?eecht:, en de bat felbigje ſp2ehen ig het beïnea /
ghem ofte lenen banbe 43obbepbt: een oogeban het eeumuigij ſien/baer be eea
me kracht/bermue en de beught/b'amber in onberſchept beltent/enbeſtag moch tang in gelijcheepgenſchap ſomber gea muicijt/teecken mochte mate / oocſt ban
inaſtauber onverbeelt: alle krachten/
-
ber opent
Uyt het 1. Capittel in 't
88
bermen embe beughb legghen in eene/ embe betig eene onberſchepbelijche / in maïcamber mel-ſupbenbe gijebarenbe harmomp ſofte muel-klinkenbe =.
#het
ie eenſtemmighembt] ofte hoe ic
ſoube mogen ſettë/een ſprekent mooi t/. almaer in het muoogt (ofteſs2eken) alle ſp?aken/hrachten/ bermen enbe beuge
ben fijn leggen.be/embe met het gelunt/ ofte ſpreken haer upt huichelen/enbein. een geſicht ofte ſien immmeren. Patig nu het # beg ongrontg/ het een mige Chaos, baer afleg(mat ee mighcpb embetijbtig) in ig leggen.be/
embe igghenaemt fiaet/#racht/alBone ber enbespeught/uiengepgentlijchen naemig Godt, ofte'Ieova, ofte Iehovah,
biebaerig blipten alle natuur / # aſſerſ en begin dan eenigherlen meſſen/ een inficijfelfs muerchem/hem felfs ba rembe embe pinbenbe/ ofte onberuime
bembe : ſomber eenigherlei engenſchap uanpetg muat/ofte boom petemat heeft
noch beginnnen epmbezig om genieten? j can met geenerlen getaelinſpnemijtte
enbegrootte/upt ghefpzohen woogten: Yuanfijpig bieper als eenigij gebach te can benchen: ijpig mergheng mijbt ban petgºmuat/ofte nabp petg nat Zijn 'g bnog alleg/ embe in alleg: sung it -
002
||
Miſterium Magnum. 89 booztig ober al: embe ſomber hem en iſe ſer mietg: ijpig tijbtenbe eeumuighenb: gromt embe en gromt: embebaer is boch nietgbat hem begrijpt / alg het Yuare berſtant/batig ſjob ſelfg.
[Na dat wy hier ghenoteert hebben de wonderlijcke definitie van Godt, ſoo connen wy niet nalaten deſe volgen de (noyt gehoorde) beſchryvinge te tranſlateren, die men met verwon
deringhe machlefen, doch ſijt niet te haetich in't oordeelen, want ſowan neer u des Autheurs ſchriften ſullen
gantſch bekent zijn, ſoozijn wyver ſeker, dat ghy ſult vergenoegt zijn: - ſpreeckende vande Scheppinghe # vierden daeghs in 't22. Capittel van de Aurora, ſooſeythy:]
H gftig met te vermoeben/ bat be &tijeppingh niet I
e
en 3p (boog be
5ont-nloet) beſchºenen # in een boncher moozbt zin begbebacha
temiſſe man het eene geſlacht op het ana bere5u gebracht tot bat benuerelt baer ma mueber aenbing &#picurig te leben gPaer hebben beljeplight4Baberen/be gecheppinge beſchºenen op batſebaer bgo? niet en Yuerbt bergijeten/en.De *#
90
Uyt het 22. Capittel
be onbebachte merelt eenen ſpiegel ſtelt bescheppinge mocht hebben/om baer in te ſien batter een en 45obt 5p/ enbe batiyet Wueſem ban beſchuerelt niet eeil
Yuigij en nacrgemeeſt/ ente ben felbi gen oerhogen tºon machten ºplichter #ijelijtk ban bemoornaemſte oliber, Yupſinge embe Heere/man be Outbab erg
3pgbemeeſt/bat 3g benienſchend
iDe
# genueſen hebben/ #" ijcht ſuicht het boeck Hºiobg uptmijft. #Pae beſe ſpitbaberen ſijn gecomeube mupſe Heepbenen/bie in behenniſfe mambena titut Ymat berber (bieper) tomen : enbe
moet met gronbber Muaerijept ſeggen/ bat 5n (in hare 3Philoſophia en De Hella miſſe) ghetomen fijn voor betaenſchijn «Bobtg/ enbeen hebben ban noch ben ſcinigen niet comië ſien mochte bchen inen: ſo gamtſchfeer ig ben menſch bera ſturnen ſofte boobjembe inbe upturen bige geboorte (inbe boobe begrppelijte ijenb) mergrenbelt ſofte gehangen] gea Yudzbem: amberg foube ſp boch bebacht hebben / hoe batteringe begrppelijche
bepb in het centrum ſofte grondtleene abobbelijche kracht moſt herbo2ghen ſegghen/biebe begrppelijchhepbalſon geſchapen habbe/baer toe onberijielt/ 52ongij en beregeerbe, sp zSep!
y
l
in de Aurora.
Ou
3p hebbë uuel be Soomte embe 3eter ren ooo? 45oben ge-eert embe aenghc beben/ maer niet ghehent/ [ofte ocr
'ſtaen] hoe/ ofte muaer upt bat beſcine geſchapen ofte ghehu02ben 5ijn. âDant
5p behoorbenboch bebacht te hebben / bat bieſeluige nam een ouber hercomen maren/eft bat het gene bathaer habbe
gheſchapen/grooter en be ouber moſte 5ijn algbe Sterren. @Baer toe hebben 5n boch be2lerbe embe &terren tot een erempel / bat be felbe man petg mat moſtert baeren oo2fp2onch hebben/alg
mebe bemenſchenenbe alie Creaturen
op aer.be. Dit allegopertupghthaer/ bat in beſe bingen noch een machtiger kracht boo2 hamben 5p / Die bit alleg alſoo heeft geſchapen. JPlaer mat ſalicſt heel banbe blimte -
bepbtber #epbenen ſegghen/ fijn boch onſe Porto2en in haer gekroonbe hope
heng [in jaren gep?omomeerben ſtaetJ mebe alſo blint, en meten ja met bate tet een 45obig bie bit atleg geſchapen
heeft/maer ſp en meten niet/ maer Zeit unie ben ſelbigé 3p, 3Banneer ſn muiſſen
van 45obt ſchappen/ſoo ſoechen 3p hem bupten beſchuerelt/in eemen 13emel ale
Heen : 3pſtaen meltoe bat ijp alfeg rea geert/maer ſpne
lith: wie er:#
Uyt het 22. Capittel
92
Muiſſen ſp ſieghtg beel bunſenb nipleit dan hier (in eenen Hemel/ bonen be #Sterren) hebben.
ſtomt hier gijp Docto2en / bp aſbien
gijn recht hebt/fo geeft ben 5eeſtante mudo?bt/ich muil u een muepmig u?agen.
[Nota: Alle deſe volgende vragen die wordë door alle des Autheurs Schrif ten,daer't de pas comt, verklaert en- | de afgehandelt.] I•
3Dat meent gijp batter boo2 ben
tijbt beg merelbtg/ in beplaetg | man beſe merelt gijeſtaen heeft? 2•
3Baer uptmeent gijpbat be &tera
34
rcn embe aerbe gemo2ben 5ijn? 3Dat[meent gijp batterimbe biepe
te (omer beraerbe)5p ? (ober beraere 4 3Paer bam be biepte be) geYuo2be 5 # s. #oe heelbt5p/ 3Patben [meent gijpabobg Yuat] ben too?n
#
in 't muelcht ſbob moont?
|
l
6.
&Bobg 3p ?
7. ambat fmeent gijp mat] &#ob boog een miſſjagijen aen ben menſcij
heeft/batijn hem ppnight/nabe maelijp hem geſchapen heeft?
s. wPathm ben ſeiſmigenfonbetoe-rea -
-
"
-
hieltt/
t
in de Aurora.
93
ſtent/ embe ten ecumuigijen ppne beroo?beelbt?
9, alPacrom [meent gijp batſjp]'t gee me geſchapen heeft/baer aen hem
ben menſch nergrijpt/ſo moet ja/ bat fel be noch heel erger zijn ? 1o. âBaerom/enbemaeruptig mubat felbige geluo2ben ? 11, 3Batig be oo2ſaecht ban 't begin /
ofte begheboorte ban ben grime mighen I ofte ſtrenghen J too2n 45oog / baer upt be 43elſe enbebc
zeuppelen gemoben 5ijn? 12, #oe comt dat alle Creaturen beſer 3Pereiſtijaer onber maſcanberen
bpten/ſtooten/ſlaen/ embe muozbt boch ben menſch alleen / ſombe toc-gijerekent ?
-
13. âBaer 5ijn be bergiftige hooſe bie ren en bemo2men met allerlep ona
gebiert/upt-gemo?ben ? 14, 419aer tipt 5ijn bc H#. GEngelen gijca Yuo2ben? 15. âIPatig beg menſchen #iele ? 16. Gºmbe [matig] ben grooten 4,5obt -
ſelfg !
I#ier op gheeft een recht ronb ante
mucºbſ hem iſ tºeſnight enteiactat 1x an uïmet
want tw: -
5 or
Uyt het 22. Capittel 300 gijp nu upt uïue bo2igtje ſcij2ife
94-
tenhomb bemupſen : I• rechten eenigen 45obt
": #nuten #fºllt,
2. #oe ben ſcfuigijen ſp in liefbe embe to02n
-
3. âDat ben felbigen 5p. 4. «Embe bat gijp honbt bempſen bat -
qſjob niet en 5p in ſterren/ elemen ten/aerbe/ſteenen/menſcijen/ bie ren/muo?nten/loof/hrupt/grag/in H#emclenbe?lerbe,
5. GEmbe bat bit alt' fament niet ſelfg 45obt en 5p.
6. &#nbebat minnen 35ſjeeſt balſch 3p: ſon miſick ſelfs be eerſte 5ijn/enbe mijn boech met bper berb?amben/ embe allegYnat ich geſch2cbë heba be Yueber-rcepen enbe beroſoete
hent en bemiſ mp gehoorſamelijck ombermanſen laten,
-
3Doch niet alſe gemeent/batick niet
en can bmalen/mant baer fijn eenighe bingen bie niet gijenoegh berkſaert en 5ijn/enbe fijn gelijck alg dan een aema blicitering beg grooten 45obg beſch?ee
ben/ baer hem het rabt ber natuur te ſpeerbig omYuenb/enbehanben menſcij'
(met fijne baif boobe ente ter, # -
-
tilge
:
in de Aurora.
95
trage] begrppelijckhepb) niet genoeg faem en can gebat mo2ben. JBaer mat ghn men een plaetg niet gbenoeghſaemn
verhlaert enibe upt genoert en pint/bat fult gijp (foa niet in beſen boech) inbe andere boechen binben.
-
JIàen ſept/ten betaemt mp niet alſoo tenpaghen/mant be abobbepbtig eene berbo: genthepbt / bie niemanb en can onberfoechen, hoort/betaemt het mp
niet te ozagen/ſo en betaemt het u oock niet mp te noabeelé: maer gijp beroemt u be itemmiſſe beg lichtg/embe een ſepte
man ber blmbe/en ſijtſclfs bliubt/hoe milt gijpban ben blinbe bemYnegh mp
fen: en fult gijp niet t fanten (in immer blinthepb)paſſen ! Seeght gijp/Yup en zijn niet blint/enbeſien ben Yuegh beg lichtg mel; maerom thuiſt gijp om ben megij beg lichtg ban: ben Yuelchë boch geener retijt fiet: gijn leert anbere bcii
muegh / enbegijp fclfg foetſitſjen noch booggaeng/ghn moeſt in be bupſterniſe ſe/ eube en ſiet hen niet. ©fte meent
# bat het fontbe 5p/bat pemambt nac en megh u2aeght ?
42 gbp blinde menſchen / Haet af van thuiſten ente van onſchulbig bloet-ner gieten/ embe en Yuilt baer om (nae bent enbc geen elg) g 2 JPupbelg) Gº 3.3Lauben stc muille beg -
Uyt het 22. Capittel 96 &teben berYuceſten. Jºl?aer trechtta en ben Hºelt beg b2ebcng / embe omgo?t u met beliefbe/ben een en tegeng ben ane
beren/ embe oefent u in be fachtinoc moebigbembt: laet afpan hoobacrope
cube gierighembt: miſgunt b een ben anberen ſpne geſtalte niet: Haet u het
pper beg too2ng niet ontſtelten: macr leeft in ſachtmoebigljepbt/ hupfhepbt/ n?ienbelijchljepb eube repuigbepbt/foo Heeft embe ſijt gijpaſſe in Bobt / Yuant
##' bcljoeft niet te feggen: Yuaerig DD:
. Hooogt ghn blinde menſch / gijpleeft in Bob/enbc 45ob ig in u/enbeſog gijp
fiepligh leeft/ foo fijt gijn ſelfg 45obt/ [noteert/nae begoebe qualitept/ baer in bat bobt alleg in allenig in fijnep gen Principio, alſo berſtaetooch geheel
het nabolgenbe..] âDaer gijp heen fiet/ baerig bobt: mualmeer gijn be biepte tuſſchen be geterrë enbebe 2terbeaene fiet/ foubt gijp muilſenſeggijen/batbic ſelbige niet 45ob en Yuaer ?
62 merburnen menſch! Hactu ombere Yupſen: mant in be biepte/ouer beraer bé/baerghp niet en fiet mochte beſtemt: enbe ſeght / baet en is nietg ſclfg al bater/ig enenmueſ ben felbigben ſilaren iſicpligſj.cn 45Gbt/ijn ſpiler
via:# ljepb/
Il
in de Aurora.
97
hepb/embe mo?bt albaerghebogen (ge lijch inben hooghen ſhemeſ) in beſe mee rcit. 49fte meent gijp bathp ban ſpne ſitplaetg(baertjp van een migbepb ge ſeten ſjeeft) ten tpbe ber ſcheppinghe
begmereltg gemeechen ig: bat en ran niet 5ijn/ mant innig ſelfg alleg/ (ſoo mepllig als een libt beg Hirhaeng ban hemſelfg can af-muijchen.) JBaer bat ter foo menigerlep gebaenten in Bobt 3ijn/bat romt boog ſpne eeuunighebae ringe/ behmelche ig/ eerſtelijcht bgiebuſe
bigh/embe upt be felbe
# baert
3p haer in onenbelijckembe onmetelijc: banbefelbige gheboorte milich alhier ſchappen/ embe behinberen manbelaet ſte Ynereſt aemiupſen mat 95ob 3p: niet . upt roem ofte boobaerbpe/ om pemamb
te oerſmaben ofte te berachten: neen/ ben beeſt miluſachtelijck enbep?ieme belijch onbermpſen/gelijck een 1Baber fune hinberen/ mant bit merch en ig niet van mijn bleefchelijck nernuft/ maer beg#. 45eeſteg liene openbarine ge ofte boo2bgehinghe in beri pleeſche. #n mijn epgijen kracht/ ben ich alſoo blinben menſch algpemamb maclj 5ijn/ enbebermachmietg. JPlaer inben geeſt
«Bobg ſiet mpnem in-gbebozen gheeſt boo? alleg/ boch niet boo2gatilg colltta G# 4. milcCY
Uyt het 22. Capittel 98 nueerlijch:maer/ſo Yuanneer ben ®eeft (oanbeliefbe 45obs) boo2 mijnen geeſt bog? b?eecht / alg banig be gijeboo2 te ber #iele enbebe Bobbepb een mueſen/ eene begrijpelijchhepbt enbe een licht. jflict alleen ich (bie alſoo ben) maer ale icmlenſchen/4th2iſtenen/#oben/&#urce hem embe #bepbenen : in muien be liefde eube ſachtmoedighept ig/inben ſoobae
migbenig doch het licht Bobg. &egijt
gijn meen: g. De globen/@Lurchem/en be lºepbenen leben boch onch inben ſel bigen lichaem baer gijp in leeft / eft gee
brupcken ooeh (gelijck gbp) be kracht uan't ſelbigſje lichaem: hebben oorſt het felbigfje lichaem bat gijp hebt/ ene be bien 4.5obt bie uïnen 45ob ig/ig ootſt
Ijaren 450bt, &egt gijp ſp ſtemmen hem niet/embe ceren hem niet, gz, 24aelieug
menſcij/ beroemt 11/ gijp ljebt jet met
ghetreft / gijp kent hem boo? amberen muel, Siet/gijp blimbemenſch/maer be Hiefbe in ſacjtmoebigljept op gaet/baer
gaetbat harte bob op: maant het har te ſ5obg muert in het ſachte Yuater (van het aengeſteechen licht) gebo2en/het 3p
ghelijch in ofte bunten ben menſch/ ljet Yuertober al in het centrum, in het miba
ben / tuſſchen be upterſte embe innere
lichſteggeboortghebozen, GEmbe # gijp
inde Aurora.
99
ghp maer aen en fiet/batig ſbob:maer be begrijpelijckhepbtſtaet (in beſe mee relb) in ben thoogen/bie [begrijpelijche
bepb] heeft ben GPuppelaengeſteechen:
embe inben nerbonghen heerenmibben inben tijoo?en Yuertbatlicht (ofte bara
te 45nbg) geboren man benthoo?en ona begrijpelijch/enbe blijft peper in ſijmen ſebe [ſit-plaetg.] HPict/batich baerom me ber Sjoben/ @Lutchen / embe lºep
benen haer omgheloof embe halsſterra highepot roeme 7eube hare grimmige hepb en booſhept tegeng de ſtijgiſtenen ſp?pſe] meen/bat5ijn enckelſtudtë beg JPuppels/bie bemenſchen baer boot in hoonaerbigbepbt/gierighepbt/mpbige
bepbtenbe thoomen op-hitſt/baer on ber het beſchepper in haer ontſteecht. dPoch en Hanich niet ſegghen/bat beſe
bier ſomen beg JPuppelg [alg hoober bpe/gierighepb/mpbigbepb en thoorn! niet mebe inbegantſche Chriſtenhepbt regeeren / jae gocht muel in een peber
menſch. &pzeecht gijp: matig ban het onberſchepb tuſſchen Chriſtenen/3/o: ben/@Lurchen en be Hºepbemê? hier boet ben 4.5heeft beuren en de poorten opent Ymiſt gijp niet ſien ſo 3ijt blinb. Hºet eere ſte onderſchepbig/ 't geen 45ob totale ler tijb ghehouben heeft: bat bie gene Qſt
S
(tie
Uyt het 22. Capittel bacrin eten ºmdat Gºobtig/embe hoe (bie -ſp hem bienen ſullen) homilen boo? Ija revuetenſchap / boo? ben thoo?en inbe Hiefbe b2inghcn/ embe ben buppel opera Yminnen: boenſp het niet/fo5ijn ſlimiet beter alg bie het niet en meten. JBaer IOO
ſon ben gijenen bie ben Yuegl) niet en muect/boo? ben too?n inbeliefbe D2ingt/
fooie ijn gelijch ben genen bie boo? ſpa me metenſchap ig boo2 gheb2onghen: macr bie inben too2cm bolharben enbe ben ſcluen in ſjaer ontſteechen/ bie3ijn ooch mallianbcrenghelijtſt / het 5p bat het IIj?iſtenen/ #oben7 Glurchen ofte Heenbenen 5ijn. ©fte ºmdat meent gijn/ baer lnebe men 45obt ſtonbc biertent?
Yuilt gijp niet
# en bell)lle
gijcboogt opp2onchen [hier tempel beg
H#ecren/ ſup:5ijn kimberen Abrahae, hun 3ijn # iae ich meen / glip5ijt eenen ſchoon en Enghel. âDie liefbe in
ſpul hart heeft/cube beert een harina hartigh fachtmoedighieben/ cit ſtrijdt tegengbe booſhepb/enbe b2ingljt boo?
ben too?n 45gbg in't licht/bieleeft (en beig een geeſt) met 45obt. âBamt Bob
en behoeft gheenen auber en bienſt ban bat fijn ſchepſel ('thmelch in fijn licljaem tg)niet van hem betrucſte [berh?embc]
ºtaer. Dat het hcplich5p/ R
-
aantaby, gly
inde Aurora.
IOI
High ig/baerom gaf Bobt begoben be alàct/ op bat ſp ijaer be ſachtmoebighe bepligljepb enbe liefbe beblptigen ſoute
ben/opbat alſoo begantſche Yuerelbt een ſpieghel men haer foube hebben. JIdaer boen fn ſjaer nerhoobeerbigh
ben/roembem harer gheboozt (mp3ijn 't 5aet gſraël] eube maechtëupt be Yuet ber Hiefbe eene ſcherpte ſofte muzeet
hept] beg too?eng: ſoo ſtiet bobtſjaer ben ſtanbelaer Yuerij / embe gingij tot ben H#epbenen.
Heet tºmeebe onberſchepbt tuſſchen oth2iſtenen/ Hobem/ Gºurchem en Bens bemen. De Chriſtenen mueten ben boom beg Iebeng/ biebaerig Ch2iſtug/ ben
3Pogſt onfeg bemelgem.be beſer4leerelt tembe regeert in alle geboorten als een #tomimch/ in bobt ſijnen baber) embc bemenſchen zijn fijne gheſeberen. Han
fon meten be Chriſtenen/ hoe ſp hon men in kracht man beſemboom/lipt ha ren boobt boo? fijnen boot/ tot hem (in fijn Heben) in bzingſjen/ met hem heera
fchen en beſemen/baer ſp ban ooch met hem boo? bringhem (met hare nieume gheboot) upt bit boobe lichaem (ofte lichaem beg boobg] enbehgmule bphen
inben leermei 3ijn: embc of ſchoon het boobe lichaem I ofte het lichaem beg : : : &# 6 bootºg
TO2,
Uyt het 22. Capittel
boobgjmibben imberhellenig/fo heer fcljet ban noch ben nieume menſch niet «Bobt inben hemel/embe ben boont beg'
ſenengig haer eene ſterche poogte/boo? De Yneſtheſp in ijctieben in gaen,
Hier naer vaert hy voort van de ſchep pinghe op den vierden dagh, alwaer hy mentie maeckt vanden wortel des booms, dat zijn de gronden ende de materien, daer heden daeghs ſo veel ſware en droevige diſputen uyt ont ſtaen zijn,ſoſeyt hy onder anderen:]
AM2ier termijl bemenſchenteghem moo2bigb (aen 'tenmbe beſer mee relbt)feer ſupſteren [ofte begeerig 3ijn]
na ben mo?tel begboomg/(maer boog bentatuur aen mijft bat ben tijbt ban be ontblootinge begboomg moo2 hamben 3p) alſo muil haer ben geeſt/ben ſeinigen toonen Twuijſen] enbehaer be abobhept gantſcij openbaren/'t melch ik bemo2 genroobe embe be aemb2chinge bamben
grootenbagh «Bobg/aen ben melcken ſal Ymeber geb2acht mo2benefiepgaenA' fo matupt ben boot tot meber-geboog te beg leneng gebogen ig. -
IOp het eynde van 't Capit.ſeythyl JPijne
inde Aurora.
Io3
Heijmemeeninghe is alleen baerhe men gericht begantſche C5objepb (ſoo 'neel mp in mijne ſmachhepbt begrijpe lijchig) te beſchappen/boe be felbighe 3p [batig/be geopenbaerbe Bobbepb) en behoeſp haer teghenmoogbigh in be
huereſbt ghebaert [ofte baert:] bamben
hoſtelijchen ſteenen/ſult gijp bn bebe fcij2pbinge bambe7 39iameten binben. Aurora Capittel 23. Van de diepte over der aerden.
W 2imeer bë menſch be biepte oner VV beraerbeaenſiet/ſo en fiethgame berg niet alg3terren/3Pater / âDolce hen/ban benchthp/baer moet een an ber plaetſe 3ijnbaer haer be obobbepbt
met belacmelſche embe Engheiſche ree geeringbehoertoont. Hijp houbbitmaer boo? be biepte/met ſamenbare regee |
ringhe / tuſſchen beſeinigijeig’t bncr/
ſuchtenbemater/aſſbanſoo benchthp bit heeft €5obtupt fijn hoornemen upt niet alſooghemaecht: hoe ſoube in bit
3leeſen 65obt Hommen 5ijn/ ofte Bobt felfs 3ijn: hm beeſbthem booggaene in batbitmaer een hupg en 3p/baer Bob (met fijnen geeſt) in regeert en moont: 3 ae ſoo cenen ſboot (Yuieng int
w#
acht
IO4 Uyt het 23. Capittel ſtracht bam beſe regeeringe beſtont) en
ſtombe geen 45obt5ijn. Sommige bure'
ben noch moet ſcgghen/ mat foube bat boo2 eenen gºobt 3ijn mieng liehaem/
hueſen enbehracht in oper/ lucht/ ma ter enbe aerbe ſoube beſtaen? Siet gijp onbegrijpelijcke (ofte onberſtambighe]
menſch/ich muil u ben grombt van be &Bobthepb [batig man be geopenbaera
be Boothepot] Muijſen, 25p albien bit gantiſche mueſen niet ſbobt en 3p/ſo 3ijt gijp €5obtg beelbt niet. 25p albien ere
# eenen b2cemben 45ob ig/ foo en ebt ghn geen beelden hem: Yuant gijp 3ijtlipt Defen 45ob geſchapen en beleeft
inben felben/ embe ben ſcïbigen geeft u ſtecbg kracht/3egé/fpijg embe branch/ 1lpt hem ſelben: doch ſo ſtaet aHc umme Wûetenſchap in beſen «Dobt : embe fooi
Yuanneer gijp ſterft/ſoo moogt gijp in be= ſen &#obt begraben, Sooo mit (bupten
beſem) eenen ozeembem ſpob maer/Yuie ſoube u ban upt beſen 45ob (inbê meice. hen gijp bergaet) meber lebenbig ma= Hen?hoe fouben ben b2emben 45ob (upt.
ben melchen ghn niet geſchapè en 3ijt/ mbe inben muelchten gijp niet geleeft ert bt) uiichaem embe geeft Yueber te fa men figureren/ſofte beelden] ſo gijp nit een amber materie 5ijt alg. ſbob
"#
v
inde Aurora.
1o5
hoe ſult gbp ban fijn ſtinbt 3ijn? @fte hoe ſal ben meitſch en beſtoninck Chzie ſti Bobg lichamelijchen geoon kommen 3ijn (bem melchen ijp upt fijn hart ghee bozen heeft.) &o nu fijn «Bobthenb een
miber ig alg fijn lichaem/ſoo ſouber meeberiep Bobbepot in hem moeten 5ijn: ſijn lichaem foube mamben 45obt beſcrYuerelb/embe fijn hart bamben on beſtemben 45ob moeten 5ijn. «Dijp men
ſchen Himbt /boet open de ooghen man innen gijeeſt/ich muif u alhier berechte
eube maerachtige epgentlijche 39oogte ber €5obbepb toomen/ghelijch het bent ſchoen etnighen 45obt hebben muil, [N: B: hier ſpreeckt de Autheur van Godt, voor ſoo veel hy alles in allen is, ende alles onderhoudt]
3iet/ batig ben rechten eenigijen
«Bobt upt ben muelcken gijp geſchapen 3ijt/cube in bien gijn leeft. Sooo man neer gijp aenſietbe biepte/ſterren ena bcaerbe A ſoo ſiet gijp uïnen eBobt [no
teert met beooghen beg geloofejembe gijp leeft enbe 3ijt ooch inben felbigen «Bobt/enbeben ſeinen regeert it: embe,
upt hem hebt gi)puane ſimmen/enbeghn 3ijt een ſchepſeliupt hem enbe ##n' 1
A
Uyt het 23. Capittel amberg en maert gijp nietg: fegt g#p/ Io6
icht ſch?pbe alg een l#2epben. H#oogt/ſiet
en bemercht het onberſchepbt / hoe bit aliegigſhoebitaileg moet perffaë5ijn] mantich ſch?ppe op fijn ?hiloſoophg embe niet leepbeng/ich en ben ooc geen leepben/maer ich hebbebe biepte enbe be mare bekenteniſſe mamben eeuwmi gen grooten Göobt/bie Alles ig. âDan meer ghp aemſiet be bieptc / &terren/ &#fementen embc be aerbe / ſoo en bee
grijpt ghp (met uïne [bleeſſchclijckel oogen) niet behelbere embe klare «Dobe
bepbt/aliſt batſp albaer enbebaer in ig, J|12aer gijp ſiet embe begrijpt met 1ûDen OOgen :
1,
helijckhepb,J
2.
-
Ben JBoobt [batig bebergance -
Ben too2n 45obg [batig begee
ſtrenghepb.]
3,
Haethelſche 33per [be ongemabe
G5obtg. J
-
iPaer ſooghpuïne ghebachten bera heft/ embe hebencht maer 45obtig/ſon begrijpt gijp be &pberiſche Ibat ig/ «Elementſche] geboogb/baer liefbeen
betoo2en tegeng malhamberen maſſen
[ofte ſtormen.] Boch/ Muameer ghn 't geloone ſchept aen bien Bobt/ bie in hepligbepb in beſe regeeringc
"# Q0
inde Aurora.
Yo7
ſoo breecht gijp boo? ben hemel enbe begrijpt Bobbp fijn hepligb hart. So Yuanneer nu bit geſchiet/fo 3ijt gijp ge lijch ben gamtſchen & Bobt/ben moeichen
feifa Bemel/2terbe/Abterren embe clea mentenig/enbe hebt ooch een alfuich regiment in u/enbe3ijt noch een fooba migen perſoon gelijch begantſche Bob in beſer merelijtig. 322aeghtghp/ hoe falich bit nerſtaen ? embe ſeght / 45obt embe het rijckte ber: heſſen ig ban mala
hamberen omberſchepben / het en kan
#
gijeem een lichaem : Gocht foo en i nocſj gerben noch ſteenen €5obt /noc
doch ben Bemel/&terren/mochte eie menten/beeſ mepniger kan een menſch
«Bobt3ijn/mantſoobat maer/ ſoo en hombe ijp man 45mbt niet verſtooten Woogbert
#iet mij icht u nu nat malkanberen
ben gromb bertelſen/onthoub beſebga giſje in Den fin, Vande
# Lofte Elementſche]
baringhe, ende de baringe Gods.
V# ben (Lijt bamben gheſchapen Heemel/ Sterren/ «Elementen enbe G#ngelen/ en iſ er geen foobamigen toda ren 45obtg ghemueeſt/ noch oot
#
-
Goût/
Uyt het 23. Capittel boobt / bup mel/ aerbe/ſteenen mochte ſterren/maer be bobbepbt heeft haer 1o3
fijn/fachtenbeliefelijch gebogen/embe in beelteniſ en ghefigureert / Yueſche
[beelben]mae ben qual-geeſten geco2 poneert 5ijn genuopben met ſofte boogj
hacr gebaren/monſtelen enbe op klim men: embe 3ijn oork(boo? haer mo2ſtee Hen) bergaen/ embe ſjaer in een amber gheſtalte ghefo2meert/alieg na abbe mantbat peber qual-gbeeſt ig. Primas ghemo2ben / alg hier boog te Heſem ig Ite HUeten in De Aurora.]
Nota Bene. De ernſte embe ſtrenge haringije 45obtg (baer upt ben too?n
«Bobg/be #elle enbebe Poobtig ghes
mogben) bie heeft melman eeuwighept in Bobt gijemeeſt/maer niet ontſteken lijck ofte merheffelijck/mant ben # then abobſtaetinſſenenberlen geſtalte ofte baringhe/embe ſoo beſegheboorte niet en maer / ſoo en fouber geen 45ob/ 3Lenen/«Engel mochte eenige Creatuur ijn / embe bieſeluegheboogten en hche
en gheen begin/maer 3p hebben haer baneeuwuigbepb alſoo ghebozen: embe mae beſe biepte en meet 45obt ſelfg niet
mathpig Anant hp en meet geen aene bangij noch epnbe/ooch niet fijng gijca Hijcſten, -
(Deſe
in de Aurora.-
1o9
&Peſe ſeben haringhen (in aſſen) ig gheen be eerſte / tºmeebe noch beleſte/ maer 3p fijn alle ſeben peber be eerſte/
tweebe embe leſte. Geoch ick moet mae Creatuurlijcker aerbt enbe hupſe / be
eenenab'amber ſetten/amberg en foub gijp het niet berſtaen: mant be abobte hepbt ig alg een ſepemboubigb rabt in malcamberen / baer men gheen begin norſjteepmbe en ſiet.
DHier nae beſchrijft den Autheur de ſe ven baringen, die ick (om haer won derbaerlijckheyd) als noch in de ori ginale taellaet beruſten, onder ande renſeydt hy in dit Capittel.]
3B'erſtaet het recht / ick ſcheppe op &#reatuurlijchermpſe: mantich moet alſoofthapuen/ghelijck als oftebebas ringe «Bobg een begin babbe/ gijelijck
ofte het aſſoo mareghenuopben/ maer ichſchappealbier # Yuaerachtig embe een hoſtelijck [ofte maerbigſjij Ydoogbt/'t Yueſch alleen ban ben 45eeſt berſtaen mo?bt,
[Hy ſeyt oockin't 9. Cap. in d'Aurora.] 65ſjp en ſtombiljet niet begrippen noch berſtaen / ten 5p. Dat ben H2, 45eeſt
#
IIO
Uyt het 9. Capittel
3iele ontſteecht/opbat bit licht ſcifg in u hart ſchijnt: alg ban mopbt bit licht in u feifg ghebozen/ghelijck in Bob:ſo Yuanneer bitmu gijeſchiet / foo ſult ghn
eerſt recht mpmenboech oerſtaen/ embe eerber niet,
[In't ſelvige Capittel.]
zich miſ ben 3Lefer permaemt hebbë/ batſjp alleg in ſpne m2beminge Ieſe/ ſoo ſalfjp op ben rechten gront comen. vande groote verborgent eden Gods, ſooſeyt hy:]
(s:#
. Heet ig muel maer / bat het dan ben beginne beg mereiſte aen geenig mene ſcheſoogbeheel gjeopenbaert 5p gijee
meeſt: macraen-gbeſien bat het bobt alſoo begeert/ſon Haetithfpmen muil ge ſchieberij en ich miſ toe ſien/mat 45obt hier mebe boem muil: mant fyne megen (biebp moo! hem heeft enbegaet) bie 3ijn mp 't meeſte part berbo2gen/maer achter maeſiethem ben Beeſt tot inbe boogijſte biepte.
[Uyt het volgende (getrocken uyt het 11, 13, 19 ende 25. van de Aurora, alsmede uyt eenen Send-brief) can
men ſeer licht bemercken, op wat wyſe
in de Aurora.
III
wyſe den Autheur het licht tot ſyne hooge Schriften becomen heeft, ge
# hebbende van de ſeven Gee ſten Gods,ſooſeyt hy: ]
&Paerhaer be abobhepb ban (in beſe op-klimminge)booggaeme monberlijc / onberiumbelijc Her/ onbegrippeh her bertoont: alſo/bat beheplige Çm
gelen/haer niet genoeghſaem commen
hernºeugent enbebaeringbenoegh in lieföc ſpanceten/ en Denaeijaere quaſi tept ben grootem Göobt batſchoome Te
Deum Laudamusſingent mafone mon berbaerlijther openbaring / mijf gept/
ſchoonhepb/rodeuren/ stichtenbe ge ſtalte : mant be qualitepten klimmen enbg boo2gaeng man
# mibben/
## #" geen 1HOſt
e
2iliſt batich hier ſcheppe het alleg Yuo2bt/enbehoe't ſjeniadleg foymeert
embe beeſbt/oock bot be eBabbepb upt gaet: ſoo moetghp bach niet beruchten bat het eenigije rutſte ofte merloſſinghe heeft/ embtſbaertlaeſmeberom giſon op
gaet/ g heeft. di &aer itk 1uett ſtucha huijgſcijgingen ban huegen beg? Ieſerg
nmoerſtamt/ op dat bnbaer niebe een Yuepmigij matig te begrippen/embe inben ſin
II2
Uyt het 11. Capittel
finbecomen. Bijp en behoeft oock niet te bencken/ batich inben gemel gljee klommen5m / embe bit alleg met mpne bleeſchelijche oogijen gijeſien ſjebbe / U 112211,
HBoozt gijp halfgeſto2nen «Engel:ick ben ghelijch alg ghp/enbeen heb geen grooter licht (in mijn uptmenbigh mea fen) alg gijp: baer toe ben ick (ſoa mel
alg gbp)een Sombaer enbe een ſterfe Hijch menſch / embe moet alle baghen
embeuren niet ben geupmeſpluchtjaren embe ſſaen/ bie mp in mijn herburnen natuur(in begrimmige qualitépt ſofte inbe geſtrenge epgenſchap] bie in inpa men bleeſcheig/gelijck in alle menſche) boo2gaengaenbecijt: nu heb icht beb berhant ober hem/terſtomt heeft ijp be
nuerbambt: maer hp en heeft mp ban noch niet obermonnen/afiſtbatijp ge lijckaigb'operbant heeft: Jaaer ong Hebenig gelijcſt eenen geburigen ſtrijt
met ben Bupmei: fooijp mp treft/ foo moeticht te rugghe mijchen : maer be kracht Bobg helpt mn op/alg bambee
comtijp noch 5ijn beel/ ſoo bathp mee mighmael ben ſlach verlieſt. Abo man meer ijn nu onermuommenig /ſo gaet be poogte beg#emelg (in mpnen bijeeſt) open/aig Dan ſietben (Beeſt
":#
|
in de Aurora.
1 13
t!!
belichte en hemelſch meſen: niet bup
|
bzum [ofte bloegenbe Fontepne] beg herten/gaetop ben blirem in beſinnee
tent ben 3Lichaem / maer in ben queſe Hijchſjep5 banbe herſenen/baer in ſpee
culeert ben 4,5eeſt: mantben menſch ig gijemaeckt (alg oocht be «Engelen) upt aſſe Hrachten 45obtg / upt alle ſeinen 4Beeſten GBobg. JBaer omermibg ijp
nerburnenig/foo en nſoept be abobbe Hijche gehoopt niet altijte in hem/oock niet in allen terſtont/embe aliſt bat het gelijck ſchijnt/ ſoniſt boch noo2.be ber burgem matuur onbegrppelijck. âDant
ben 12. Beeſt en Haethem(in het bleeſch ber ſomben)niet batten mochte houben: maerijp gaet op gelijck een blirem/ge Hijck het oper upteenenſteen (manneer membaer op ſlaet.) JBaer alg ben blire emin ben queſb2um fofte in bebloepen be fontepne] man't hert ghemangijen
mo2bt/ſo gaet het op (in befenen quale geeſten in beijerſenen) alg een en moge en-roobe ſofte bageraet] cnbebaer in
onſtaetben 3maegh ſofte monter) enbe beftenniſſe: mant in het felbigbelicht
fietben eenen ben amberen/ſmaecht en hoopt ben amberentenbehetig ghelijck ofte de gamtſche Bobbepb baer in op ging je, #ierin ſiet ben geeſt tº: b2 E
-;
iepte
Uyt het 11. Capittel 114 biepteber 45obbepb/Yuantin Bobtig
perbe enbenaebp een bingh / embe ben ſelnigen bobt (ban ben melchen ich in
beſen boeck ſchºpne) bie ig ſoo mei (in fijne JP2ienulbighenbt) in be lichamen ber leepligher 3ielen/alg inben hemel:
ban beſennemeich mijne henniſſe/ ene be pan gijeen amber binghen: #ſch en Ymiſ ooch niet amberg moeten als ben ſele bighen bobt/embe hp maecht mocht be # bt banmijnen gheeſt/batich jet beſtambigh gefuobe eit op hem bere trouïne, GÉnbe almaert. Dat het een Gºne
einauben Heemelmp ſepbe/fo en home eich het boch niet geloonen/neel mepe miger begrijpen/Yuantich foube booge gaengt mijffelen/ofte het hem alſo bere ielt. BI?aer nu foo gaet beÃoomme mp elfg op in mijnen gljeeſt/baerom ben
ick herſekert/eſt ſiefelfg begenkomſt enbebe ghehon2te hanbe 3,4Enghelen/ enbe aſſer bingen inben #emelenbebee
ſer mereſb: mant be lº. #ziele is eenen geeſt met 45obt: al iſt batſpeenſchepe ſelig/ſo is fpboch ben «Engelen gelijc. QPock ſiet beg menftijen 3iele beel biee
per aigbe «Engelen: be «Enghelen ſien alleen tot in be Bemeſſche HPomp [ofte glo2ie] maer be 5iele ſiet tot in de #ee
meiſche en beijelſche: mant ſp -
uit,# CJGZ
inde Aurora.
115
ftijen bepbë : baercm moet ſnijaer mel Hatem bermbomben/embe alle bagen en De
uren met ben buppel (met be belſche
qualitenten)Yuo2ſtelen/eiiſeeft in groot perijcheiman beſchuerelt:baeremYuort bit leben te recht een jammerbael in
beſe merelbt ghenaemt/bol angſt/een geburigh mo2gſgen/ oo2logen/ſtampen enbeſtrijden. Paer het half boobelica aem en herſtaet niet altijbtg beſen #
amp ber3ielé/ het Yueet niet mathem gbeſchiet / maer het ig ſhuaermoebigh enbe beo2eeſt / embe 't gaet man be eene
plaetg tot branber/ſoechembe abſtinen tie ofte ruſte/ embe manmeer het baer toe ſtomt/ſo binbt het nietg/ban loopt
baert mijfel embe onruſt mebe onber: ljetig memicijmael alg Yuaert nam Bob merſtooten/maer het berſtaet ben ſtrijt 1Jamben gijeeſt niet/hoe be felben haeſt boben/haeſt onber Iepb/embeYuatboo? een ſtampen en be becijten baer 5p met
befjeſſche en beſjemeïſche epgenſchap pen. âDat het boo? een mper 3p/bat be
“Duppelen op blaſen embe be #2, ºngea Iemupt bluſſchen/bat gemcich alle bepe Hige 5ielen te bebenchen.
.
. .
.
Nota bene. #ck en ſchºpte hier niet ghelijck eeme #iſto2ie (bie mp nam het moet manbanbergig g g Yoerteſt/maeticht 3? boo2
1 16
Uyt het 11. Capittel
boomgaeng inbeſcluigbe bataillie Lofte ſlachiſtaen/ embe bie met grooten ſtrijt bebimbé/baer nummenichmael een been
Yuozb omber 't lijf geſlagen ſofte ſtrupca Hele glycliſch alle menſchen. JDaer om bc oo2facch van het heftigh ſtampen en
# (bat hun onber
malſtanbcren
hebben) ſgig mn beſe openbaringe ge geben/ entbc.be krachtighe aenb2pbine
gije tot bien / om't felme alieg op het pampier te b2engijen. DocljYuat gijcz ljeelijcſt cube hier onber ſai boſgen/bat
ig mn niet gantſch beltent: alleen / bat mm ettelijche toekomen.be verbo2gente
heben inbe biepte gijrtoont muerben. âDant ſoo Yuanneer ben blirein in Den
# op gaet / ſo ſiet ben gljeeſt boo? heen/maer hn en Hamilliethucinatten/ Yuant ſjetig ljeml/alg oft biircmben/ala
Xuaer hen ben bliren beg bmerg open boet eubc Yucber beröhuijuit, 2Ilſo gact
ljetooclt toe in de 3iele / Yuanneer ſp in tjaren ſtrijdt boo2 b2ingſjt/ſoo ſchoubt
5p be 45obljepb alg cenen blirem/maer ber ſombé quai [ofte epigenſchap] becht
ſjetmeber toe. âDant beu ouben?tbam (met bit bleeſch) behoort imber aerbe/
en beniet inbegbobbepb, jich en ſchºne he bit niet mp ſelfg tot een en Hof [maer
om] dat ben Leſcr foube mucten ºuder in mijne
in de Aurora.
-
1 17
inluijmic Yuctenſchap beſtact/ op batſjp bp mup niet en ſocclie 't getic ich niet en 3m / mailt 't ghentc icli 3p / bat5ijn oorſt alle menſchen/bic in th2iſto(onſend toe minck) uuo?ſtelen om be ſtroome uanbe ecumuigbe u2eughbe / embe biebaer lea ben inöeſjope ber molkomenhepb/Yuaer ban het begin ſal 3ijn acm bcm bagh ber
op-ſtambinighe /bcn Yuclclicn in 't Rogt aenſtaenbeig/ het muelch inben circhel manten opgaemben blirem ſeer muel te ſicnig /imbem melchen ſjaer bc nature hertoont/ gijelijch algYuilbc beï1 Daglj
aen b2cechen/ bacrom fict Yuct toe dat gijn niet ſlapenbe gebomben en Yuo2b in be ſonben, 13od?Yuaer be ſilgeclien ſula Hen 'timerclien/maer be gGbtſdoſe ſillicit
in fjare ſomben blpben. Sp ſeggen Yuat
ſcho2t ben jaar /Yuanneer heeft Ijn upt geb2oomt: bat komt dat ſp in be bleef
ſchelijcke luſt ontſlapen 3ijn. àbel op/ fiet toe/ mat bit nog? een b?oomen 5ijn fal: icſi ſoube goch in mijne facſjtmoet muel Yuillen ruſten : maer ben 45eeſt (bic
benuereſö gijemaecht heeft)ig mp meel te ſterch/ich ben fijner hamben Auerch/ hp mach mp ſetten yuaer heen fjn muil: en bealiſtbatich een ſpectakel begimea relbg embe begbumbelg moet 3ijn/ſo ig mijne ijope boclj (op bat toehomembe -
j? 2
He)pcl!)
118
Uyt het 1-1. Capittel
lenen) in bobt/in hem huilich het ma gen embe ben geeſt niet mueberſtaen. [In het 13. Capittel vande Aurora, daer. hy een voor-rede ſtelt] vandë ſchric kelijcken, beklaeghlijcken ende el lendighen val vanden Koninck Luci
fer [ſooſeyt hy:]
I HP beſen
Spieghel muiſ ich alle hoge neerbighe/ gierighe/mpbighe embe
too2nighe menſcijen gijenoobight ijcb
ben/aluaer ſp ben oo2ſp?onck van ſja re laſteringljen / ooch ben upt-gamrft Lofte be upt-ſtomſt] ban bien / embe be
eumbclijchcbelooninige ſuſſen ſien. &Pc geleerbe hebben berſchepben ene De helerſ en monſteren boo2t gebracht bamben aenbanch ber ſomben enbe oo2e ſp?onclt beg JPupbelg: embe malham beren baer ober gljeplochhaert: embe het ig ſjaer boch al te ſamen berbo2gen
gebleven, ſl2acraengeſien dat het hem nu boo2tgYuil openbaren / ſodig het te
bebuchten bat ben grooten bagh bane be openbaringe bobg boo2hamben 5p/ alºmmaer haer be grimmigſjepb [ofte gee ſtrengbepbt] embe het aengheſtcechen loper/ban het licht ſchepben ſal, Paere nm en ſal ſjen niemanÜt ſtocht-bſimbt mahen/
-
in de Aurora.
1 19
maſten/ Yuant ben tijbt ber moeberb2ene
gimgeban't gene ben menſch berlopen heeft/ig nu boogt boo? hamben/ ben ba
gberaet b?rechtaen/het is tijt van ben ſſaep op tctuaechem/[een mepmig baer na.J2#ſfjier muiſich mijn bertrout pont
op moecher leggen/gelijch mm bebolen ig / ſoo Ymie nu met mm Yuil moecheren
enbehanbelen/ ben felbighen ſal't man
ſtaem/bp 3p ban Chriſten/#obe / ofte #epben/ het gelt alleg ghelijch/ mijn Hoophupgfal boo? cenneber open ſtaë/ niemanbt en ſal boo? finantie ofte bce
b2och beb2ogen mo?ben/ maer hem ſaſ recht geſchien. #ch p?eeſe mueſbat niet een pcber Coopman hem in mmme Yua ren ſal ſchichen Honnen/ mant fjn filllen
boo2 bele gheheel b2eemt 5ijn / oach fal een peber mmme ſp?aech niet berſtaen/ baerom muiſ ich cë peber gemaerſchout
hebben/ batijn moozſichtigh hambele, 3oo nu pemambt in bolle Yuetenſchap
meberſto2t/ embe in 't berbersen balt/ bie mach hem ſelfg beſchulbighen: Ijn heeft met een licht in fijn herte man nooben / bacr 3ijn hertenbc berſtambt
mebe geregeert mach Yuo?ben: anberg en behoeftijp op mijn ſtoopſjupg niet te
romen/ofte ijn foube hem ſcluen bebzie ghen / Yuant. De maren bieicht te hoop ijcbht/ iſ 3
H2O Uyt het 13. Capittel hebbe/bie5ijn feer cbeſembe maerbigly/ baer behoo2t een ſcherp berſtamb toe. Sietbat gijp mucſ uoo2 uſiet/hlimt niet
inbe ſjoogijte/ alYnaer gijp geen leer en
ſiet / ofte gijp ſult ballen. jl?aer mp ig big Habber ghetoont/ baer ben
#
ich op gheklommen tot in ben Haemeſ/ embe hebbe mpmeYuaré (bie ich te hoop
heb) ontfanghen. &oo mupemamb mp Yuil maklimmê/ bie moet mael ooo? hern fien/batſjn ooch niet b?onchen en 3p: macr fjp moet omgo2t 3ijn met ijet
fmaerbt beg 45eeſteg: mant ijn moet
boo? eene grouſame biepte klimmen: hem ſal menigmael be funſelingen in 't hooftromen/baer toe ſo moet hp mibbë boo? het ſtijche ber: #ellen klimmen. RTBaer behoort een en geſjeelen geſtrcute ghelt arbepbt toe/ om met ben KPuppet
(tuſſchen gemel eube #elie) te ſtrpben/ Ynantijn is een machtigij 3Po2ſt, 45ijn moet ben JPimbel enbe be 3Dereſt oog
lof gſjeuen ſooghn kampen muilt/embe trechë het harnas beg 45eeſtgaen/an berg en Honbt gijn niet ober minuten. iſ Baer foghn # bicto2ie en behecht/
fogſaet mijn boech met mºeben / embe blijft bp het oube/ ofte gijp ſuſt eë boog
loon ontfangen. Berlept u felmen niet/ «Bob en Laethem niet beſpotté :
*# ig Inga
inde Aurora.
I21
Yooo?Ymaer eenen fmailen megh b302 hem/bieboo? be poo?te ber ſpellen tot dBob 'mil D2ingl)en / Ijp moet menig ſjen
ſtoot beg Ubunuclg ſpben : mant het menſchelijche bleeſch ig fcer beſitact embeteer: embe ben 3Duppel is roulu / herbt/baer toe bomciter/ hitficij/bitter/ ſcherp embe ſtout/ beſe touce acco2bee ren feer qualijtſt te ſamen. JPacrom Yuilich ben 3Leſer troumie Hijcſt gemaerſcheut hebben (oft geuicſ bat hp beſe bingen (te ueten/bie hooge materie bie ijp ſjanbelt] niet verſtomt/ mier boclj garen berſtaen miſbe) bat
hn 45ubt om ſpilen #2.45heeſt bibt om iberlichtinge/Yuant ſomber beritrijtinge en ſult gijp beſe ljerbo2gentſjebent niet
uerſtaen/ aengbeſien batbaer een baſt ſlot (in beg menſchen 4,5eeſt) moo2 ig/ 't felbe en tan niemaubt op-ſſupten alg
ben H3.45eeſt. Daerom/ bp albien gijn een open beure in 45ob begeert te heb
ben/ſon moet gijp een lebenbe 3Fontepe treinbe ficfbe Tjobg 5ijn.'
[Daer nae begint de wonderlijcke be ſchryvinghe van de Scheppinghe der Engelen,oock van de eeuwige barin ge der ſeven Geeſten Gods, vergele ken by een ſevenvoudigh Radt.l 3F 4
[U
A22
Uyt het 19. Capittel
[Uyt dit navolgende (daer den Autheur aenvanght den ongheſchapen eeuwi ghen Hemel te beſchryven) Can
InCF1
t )
oock verſtaenop wat voor een hooge School ofte Academie hy geſtudeert heeft.]
D gEn rechten
gemel/ bieong mene
ſcſjelijcher epghen H3emelig/baer
be 3iele ſjenen maert (ſoo manmeer 3p man't Licſjaem ſchept) enbebaer Cljzie ſtilg (onfen #oning)ig in gegaen/ ban
Muaer hp ban funen Daber gehomeu en be gijcbo?enig/embe een menſch (in het #Licijaem banbe #onchb?olimu #Paria) ig geuro2ben: ben felbigen ig tot noch toe ben intenſtijen ſtijlberen baſt bere
bo2gen gemueeſt. &n hebben baer ban menigerlep meeningſje ghehabt/ embe ſjebben (De geleerbe) malcanberé baere
om gheplochhaert / met ſmaben embe ſchenben/ ben heplighen name 45obg baer boo2 gijelaſtert/ ſpne gljeleeberen baer boo? bermont/ſpnem (@Lempel bere
ſtao?t/enbeben beplighen gemel (met ſobanige laſteringen enbebpambelijch ljepb) ontheplight. De menſchen heba ben boo2gaengenbe totallen tpben gea
meent/bat ben Hºbemeineeſ bumfemt mpe Hellboben beſen aertbobem
wen: GUt
123
in de Aurora.
&P5obtbaer in alleen moont. Genighe
Phiſici hebben het ooth Ymei omberſtaen be hooghte mambem felmigben I hemel te m1cten/ellbe feltſame bingen boogt gije
b2acht.
-
Ipetig ſnel maer/baticſ, ſelfg (boo? ben tijbt ban mpne kenniſſe) gijemeent hebbe/ bat bit alleen ben rechten ſpee mel 5p bie hem met een en romben circa
hel (licht blaumn) hopen ober be &ter rem ſſupt/ meenembe bat ſbob fijn bee
ſomber meſen aſbaer Ijabt/ embe bat Ijn alleen (boo2 be kracht man ſpmenſjepſie
ghem (5heeſt) in beſe Yuereſt regeerbe. ſlPaer ober baticht in eene ſeer ſmare
melancolpe ben geraecht/ ſoo manmeer ich aenſchoube begroote biepte bambe Yuerelt/bater toe & on/ &terren/4Dolce
hem/ regen en beſneeumu/embe oberſepa be in mpmen 45eeſt / begantſche ſchep pingeman beſe merelt/ almaer ieſt in alle bingen boog en begoet bomb/oock Hiefbe en betoo?n / foo muel inbe onbere
muftighe ſchepſelen (alg hout / aerbe/ ſteemen embe Elementen) alg in mene fchem embe bieren: baer bp ſoo oberſepa be icht het hſepne boncrken beg mene
ſchen/ mat batboth mochte
#
bit groote merck Haemelenbe 2lerbe) boo? @Dob geacht5ijn. | 3? 5
ſpaar
124
Uyt het 19. Capittel
finaer aengeſien batich bebomb/bat in alle bingë quaet eiï goet Yuag/ſo muel
inbegelementen alg in ben Creaturen: enbebat het ben goblooſenſa muel ging
#vw
alg bcm p2omen/ foo muerbt ich hooghe Hijch beboeft/ enbe icſt en Hombe min met geemigerten ſchriften (bicmp bocij
t
mel beſtemt Yuaren)mertrooſten/ bacr toe foo en ruſte ben 3Pupuel ooch niet / met mm menichmael Hºeybenſche ghes bachten in te blaſen.
#Baer bocnich (in bufbamige b2oefe hemb) mupilen ſjijceſt (bie icſt muepnigh/
ja nietg verſtontst mat ijp mag) met ernſt in 45obt berhief/ embe mijn gante
fche hert embe ghemoet/met alle mpne gebachten critic muille bacr hellen uren be/batich met beliefbe embe bermher tighepbt 4:5cbg huiſbe mo2ſtelen/embe ttiet op tcljoubelt / boo? bat ijp mp ſea
genbe/(batig/tot batſjn nm niet ſpmen #). Beeſt verlichte/bacr boo2 ich ſpmen
Yuille mochte begrijpen) foo b?ach ben ſfeeſtban? ſjeen. 2tig icſt ban noch in mpneu boo2 gijcmonnen pbcr (tegheng
4.5obt embe alle poorten ber H#ellen) ſto2mbe/ alg offcr 110tij meer: van mpmehrachten boo? ſjanbeni Yuaea
#
ren geïnecſt / met bit boG2-11cmen/ bat
telt het tellen baer ſtelt muiſbe magijen/ ('t Muctcht
W
in de Aurora.
125
('t Ymeſck o?pelijck in mijn vermogijen niet en Ymaer ghemneeſt / ſomber ben bp ſtamt nam ben beeſt Bobg) ſoo iſt ter ſtomt (na ettelijchef mare ſto2men) mp4
men 45eeſt booi beleelſche poorte ghe b2oochen / tot in be inhuenbichſte glyca
boo2t ber 45obhepbt/ embe ben albaer
met liefde omhelſt ghcluo?ben## eene 2.52upt van jaren liepen 252upbca gom. JPaer mat hoor een triumphea ren (inben 45eeſt)albaer 5n ghcluceſt/ bat en tanich niet ſchºppen mochte upt fp2ehen: het en tam oocht bp geenigera Hep m2eughbe berghelehemYuo2ben/alg alleen met beſe/ baer mibbé inben boot
het lenen gebogen mo?bt/embe het bera gelijcht hem be opſtambingheber boos bcn. H|n bcſenſeinigen lichte heeft mpa men 45eeſt terſtont boo? allegºijeen gea
ſien: embe aen alle Ereaturen/algoocſt aê ſtruptembe grag behent/Yuaer 45ob
muag/mie Ijp3p/embe Yuat ſpmen mille maer, 4Doch ig terſtont mpnen muille (met groote aenb2pbinge)geïnaſſê/ om
het mueſen ſjobg te beſch?nnen, dPaer aſſooicſt 't ſeluige ſoo terſtomt niet en Hombe begrippen 7 ſoo heeft ſjet
meltmaelf jaren aem geloopen/ al eer mp het rechte berſtambt mierbt ghegea men, het ig met mp a:w snel, *
126
Uyt het 19. Capittel
alg het gaet met eenen jonghen boom bie men in be acrbe plant: ben ſcIben
ig in 't begin ionch enibe teer / eii heeft een lieffcijck aenſien/boo?namentlijc/
fo\manneer Ijn muelgroept/ijp en b2aegt gocſi terſtomt geen u2rtcijten: embe aliſt
bat Ijn bloent/ ſoo malſen bebloefenig boch af: baergactober hem menig ben Houben Yuimbt/ugoſtenbeſnceumu/aleer
#n groot Yuo?bt enbeu?uchten b2aegt: alſoo iſt doch met beſen 45eeft gegaen. 19et eerſte oper en mag maer in 't 3aet/embe in gijeen geburigh ſicijt:baer
ig (febert bien tijbt) menigben Houben \uimbt ober ghemnaept / boch ben muille en ig niet upt-geblufcht. Beſen boom ſºccft ooch menigmael berſocht ofte ijp itantic m2itcijt b?agijen/ enbe hem met bloemen bertoont: maer het bloepfel ig
ban ben boom gheſlaghen tot op beſen bagh: alg nu foſtaet fin in ſynen Yuaſa bonl/in fijne eerſte bericht, ſpu/banbit ſtcijt heb icſt nipme hemiſfe / baer toe mpnen muille enöe acn-b2ppinghe/enbe ic# mil (nacºmpne gaben) beſe ſtenniſſe
beſchappen/embe Bob laten geno?bé/ al foute icſt hier mebe be muerelbt / be
Jeunbele embe alle bepoogten ber #ele Ien Bertoo?nen. «Embe ich muiſ toe ſien Ypat Obobt hier tuebe inben ſin
#t All
in de Aurora.
127
Yuamt zijn voornemen ben ick (mae bent uptimenbigen menſch) beel te ſmacht te
begrippen: hoe mei ben 45ecſt (eenighe toecomenbe bingen)in't licht te ſtemmen geeft, JBaer ben 45eeſt ber5ielen/ ben
melchen met 45ob inqualeert ſofte ber eenightlbie begrijpt het ſnel: boch het bierſche lichaem en behomt baer maer een ſchijnſel man/alg ofte het blirembë.
âPantalfoo vertoont haer be inmen bige geboo?t ber3ielen/ ſo manneer 3p boo2 be uptYuenbige geboo2t(in berljef
finge bam ben #2, 45ccſt) boo2 be poo2 te 5er Abellen ſcheurt. Hlaaer be upte Ymembigfje gijebod2t boet haer terſtont
Ymeber toe: mjant ben too?n Bobg pere
grenbeltbie Beſte [bat ig het mibbele ſchot ofte firmamentjenbe behout het ſcluige in ſpner macht gijepangen: alg baniſt met de kermiſſe dan ben uptere
fijchen menſch gebaen. «Embe ijp gaet (in ſpne beb2oefbe embe angijſtelijche geboo2t) om/alg een bebzuchte b2oum/.
biebeſmertebeg bareng aemhomt / 5p ſoube boo2gaeng met muiſſen baren/ boch 5p en tan niet/ enbebeangliſtight ſjaer boo2gaeng. 2liſoo gaet het met het bierfche 3Lice haem ooch/ſo manneer bathet eenmaef e
be ſometighept 4.5obg geſimaecht
-
n:
Uyt het 22. Capittel
128
ſoo honghert en bo2ſt het boo2gaeng baer na. Daer be Dunnel(inbe kracht
man benthoo?n Bobg) bie meert hem machtigſj/ foobat ben menſch (in buſ banighen ſoop) boo2gaeng in anghſtea Hijcſte baringhe moet ſtaen/enbe in fune heboo2te/niet boeil Dan ſtampen en De rpben.
-
3Pit en heb icſt mp ſcïben niet tot ſof
beſch2ebcn/ maer tot trooſt beg3Lee erg/oft gijebiel bat ijp beluſt Yuaer op
mmmen ſmalſen Muegh met mp te mama belen : op Dat ſyn Daerom niet terſtont
pertmpfele/ ſoo manneer hem bepoo? tember 12ellen / embe ben tijoo?n 450tig hejegent en de onber b'oogſjen trecht,
&oo Yuanneer Yup met maſcantberen
oper beſen ſmallen megh (banbe ulce ſchelijche geboo2te) ſuſſen gecom en fijn op geene groene Ynepbe (almaer ben tijoozen ſjobg niet benen en repcht)
alg banſoo miſſen mpong beſe gheſe ben ſchabe muel bergeten/ het ig eene geheele contentijd baer benen/ enbeten
# # huaert bat ljet een tijbt genaemt 02Ut,
-
[Nuhandeldt hy voort, waer dat den
waren Hemel is, in 't midden van 't Capittelſeydt hy:] giſch
,
inde Aurora. -
129
I CR en ſchippe moch en gene bit niet aem't licht / om bat mp een amber 't fel be foube mae-apcm / embe hier in 't goetbunchen man ſpelen ºpheeſt aen
ben bagij b?enghen/ embe't ſelbewoon een ſjepligſjbom upt-roep.cn/muant Daer
behoogt muat meer toe. 19ïnen bijeeſt ber 3ielé/ moet dan te bo2en (met beina
menbigljſte gheboort)met Bob imqua Heeren Lofte bereenigenJ enbe in 't licht ſtaen/ op bathp be &pberiſche ſofte be «Elementſche] ghebgo?trecht nerſtaet/ embe batuuJem CBeeſt een open beure in
alle be geboorten heeft/ amberg en ſuſt ghp geen rechte embe beplighe Philoſo hia ſch2ppen/maer een ſpotter Bobg cbouben mogben. #ſch heb mijn bea bunchen/bat ben Jeupnel fijn hoobaera bigh paerbehen alhier met berſchepbë ſal berpben/ enbe batter beel ijaer op be baen ſuſſen macchen / aleer ſp om
w
go2bt 3ijn/ maer ich miſ baer onſchula bigſjaen 3ijn. âDant alles mat ich ala hier openbare/bat moet ich boen/mant ben tijbtber boo2h2chingeig noo2hana ben: ſoo mie nu muil ſlapen / bie ſal boo? het ſto2m-meer bambe grimmigſjepbt I ofte gheſtrenghepbt] op- ghehueckt Y002Dell,
-
[In 't
13o
Uyt het 25. Capittel
[In 't 25. Capittel van de Aurora, ſeyt hy: ]
I CR meet met batmm be hinberg beg bleeſch fullen ſpotten: enbeſuiſé ſeg ghen/bat ich in mijn beroep ſoubebſite
pen/enbemp met beſe bingen niet bez Hommerë/maer mp baer mebe bemoeng
't gheen mp embe ben mpnen ben bupcR bulſe. Beſe aenuechtinghe heeft fclfs mp be Teupbel in-gijeblafen: ſo batick
mp memighmael hebbe boo2-ghenonnen bitſchºppen na te latë/macr mijn boo2 memenig mp te ſmuaer genallen: Yuant alg banig mp be poogte beg H#emelg in
mpne Henniſfe toe-gegrenbelt gemo22 ben, 4Dockig mpne3iele beamghſtight gherno2ben/ghelijch alg ſjabbe 5p bacr boo2 ban ben Pilpbel gijcbangen ghca
Yueeſt/baer boo2bat het bernuft ſo mee migen ſtootbecomen heeft/ batſjetlica
jaem ſcheen te grombe te gaen. &o en jeeft ban ooch ben 45eeſt niet na geſa
ten/ tot batſjn boo2 het bootje nernuft 3p boo2 geb?often/en biebeure ber buipe ſferniſſe gljeopent: embe alſoo ſpile ſite
plaetgaenſpneſtebenueber heeft beco mé/baer boo? hm alle tijtg meter nieu me krachten bequam, Daer boo2 icht
ban berſtae / bat ben 45heeſt ( boo? ärupg
-
inde Aurora.
131
krupg embe b2oefſjepb)behouben mo2t/
enbeten heeft mm aë lichamelijche aem becijtinge ooch niet ontbloochen/maer
ich moſt boomgaeng inben ſtrijbt ſtaen. JPoch aſſooich bemerchebat mijn eeua muighefaligbepbt hier aen ghelegen ig/ eubc batboo2mpnenalatighepb mn be poogtebeg lichtgYuci ſoube toe geſlotë mo?ben/('t meſch boch het firmament ban mpmen lºgemel ig/baer in mpne5ie leijaer nerbergijt/noo? het onſtupmig
onmueer beg geupbelg/'t melch [licht] ich berobert hebbe boo2 menigen ſto2m enbegroote moepten/boo? De boo2bzee
hinge julimmnen Honingh embe Bere ſoffer Ieſu Chriſti) ſoo miſ ich bobt ſa ten gijemuo2ben/enbe mijn bleefchelijckt bernuft ghebangen nemen. Gºmbe ich hebbe mp be poogte banbe Hemmiſſe beg lichtgberhogen: ich miſ be aenb2pbine
ghe beg «beeſteg nabolghen / alſoube mijn bierg lichaem aen ben bebel-ſtaf geraken/ſoo en b2age ich boontg niets baer nae. Gºmbe ich miſ met ben 492o pijeet Davidſegghen: Pſalm 73. âBan meer min ooch lijf enbe 3iele perſmaclje
te/ſoofijt gijn toch gjobt altijtg mijn herten trooſt embe mijn beel/ op u miſ ich het muagen / enbeuYuen 45heeft niet Yueberſtaen: al boet jet ben uleeſche Yucc /
132
Uyt het 25.' Capittel
mee/nietteghenſtaenbe/ſon moet boch Het gheloobe (inbe Henniſfe beg ſicſjtg) boben het mernuftſ mueben. -
[Wat vorder in't ſelve Capittel. J jl?aer aengeſien bat in mnnen 45eeſt be beure ber biepte/ embe be poogte beg thoozeng / noch be hamer beg boobtg: (boo? be liefbe ſBobg)ig op en geflotë/
ſoo ſiet ben 45eeft baer boo2 heem/IYuat bo2ber/] niet met mpne bleefchelijche mogen/maer met bie oogcn/gelijcſt het ſenen in mp mo?bt gebogen. In be ſel bige ſitplaetg ſtaen inp bepoo2ten beg
Haemelgenbeber bellen open/ente ben nieumen menſcijfpeculeert in 't mibben
uambe Elementſche geboort/enbeijem ſtaetbe bimcmſte eit be buptenſte poort (termuijl hn noch inben ouben menfcſ; ſteeckt) open: embe ſjn ſit docht in ſpmen #emel / embe alſoo ſiet ijp boo? bepbe/ fte Yucten/ boo? be poogt beg: |2emelg/
embe boo2 be poogtber HBellenJ op ſoos bamige Yupſe fietſjnſte moeten ben nieua
Yuen menſch] ooch boo? be Sterren en be «Elementen/mant in Bon enig geen
plaetg man ophoubingh ſofte beletſel/] Muamt 3ijn oogh ſiet alleg,5?ubp aſbien mpnen 45eeſt boo2 fpmen. Deeſt niet en fiet/ ſoo ben ich eenen blinben ſtocſt, jl Baer
/
-
in de Aurora.
133
ſlâaer aengeſien bat ich in mpment geeft
be poo2te bobg ſie/ embe ooch beaene b2)nºminge bater toe hebbe/ſo muilicht mac
miijn acnſchoumpen recht ſchannen/embe geemiger menſchê ſjaer autho2itept acn ſien, óijp en moet niet berſtamen/gelijcht
alg oftempnen ouben menſch eenenſe menbigben Ibepligh/ofte eenen «Engel maer/neen unient/ſinſit met alle men ſchë in het bung beg thoo?ng eube beg bootg/embe ig eenen gheburighen19pa amb 45obg / bie in ſpme ſomben en booſa ljepb ſteecht ghelijck alle menſchen/en
be ig bol man omboſmaechtheben enbe gheb2elten, JIBaer bit fult gijp meten/ 5at ſjn in een gljeburighe benaube ghee
hoogte ſteecht/ embe ſoube geern pan ben thoorn embe booſhepbt log miſſen 5ijn / embe en can boch niet. âDant ijp ig gijelijck het gamtſche hupg man beſe Ymereſt/ baer Hiefbe enbc thoo2n boog
gaeng met maſcanberen mo?ſtelen/en be baren ijaer boo2gaeng het nieum j lichaem mibben inbe benauthepb, âBamt ſoogſjp muilt ban nieumug gee b02en Yu02ben / ſoo moet het alſoo 3ijnl/
anberg en can gijeen menſch be Yueber geboo?t berepchen. [Dit
w
-
Uyteenen Send-brief.
134
[ Dit volghende ghetrocken uyt eenen brief die den Autheur in antwoordt aen
eenen Vrient gheſchreven heeft, daer in
dat men ſyne qualiteyt ende de bekom minghe van fijne kenniſſe can ſien.] El Nde hoe vvelick eenen eenvoudighen
##
man zy, ende de hooge konſt ende de # #Egº, ſtudie onervaren , oock en iſt noyt
-
Z|myne oefeninghe ghevveeſt, my in groote meeſterſchap te oefenen,noch oockgroote verborgentheden in mijn vernuft te vatten, maermyneuyterlijcke oefeninge is ge vveeſt een #en handtvverck, daer mede ick my eenenſanghen tijdt eerlijck gheneert hebbe. Daer beneffens is myne invvendige oefenin
ghe met ſtrenghen begeerten in het ſterven van myne aenge-erfde menſchheydghegaen, hoe ick myne ickheyd ende eygen vville,mochte (in den doot Chriſti)af-ſterven, ende in ſynen vville (in eenen nieuwven Geeſt ende vville, nae het beha
ghen Gods)opſtaen. Ick hebbe my oock 't ſelve op eenentijdt ſoo herdt voorghenomen, dat ick eer het aertſche leven vvilde verlieſen, dan dat ick
van dit voornemen, ende deſen ſtrijt vvilde afla ten, ende 'tgene ick daer in ende daer over heb be
gheleden dat vveet God, die my alſo doorſijn
oordeel myner ſonden voerde: maer heeft my daer naghekroonr met het ſchoon triumpheren de aenſchijn van ſyne Goddelijcke vreughde,daer toe ick geen penne en vveet om te # Ven , doch # vvilde deſe kenniſſe den Leſer, ": # 1IlCIC
Uyt eenen Send-brief.
135
kinderen Gods garen # Ende uyt dit ſel
vige triumpherende licht vvierdt my ghegheven al 't gene wat ick ettelijcke jaren hervvaerts ghe ſchreven heb : vvant
# bequam daer in ſooveel
ghenade, mijn eyghen boeck ('t vvelck ick ſelfs ben, als da#ci Gods) te leſen ende te kennen, daer toe oock te ſchouvven het Centrum [ofte
den grond ] aller vveſen, ende te verſtaen het ge formeerde vvoord Gods, oock het verſtant [ofte kenniſſel vandeghecompacteerde ende ghevatte
ofte geformde ſenſualiſche tongen allereyghen ſchappen, ſoovvel oock de mentaliſche ongefor meerde heylige tonge [dat is de taelofte de ton ge van 't gemoet] te verſtaen, daer in dat ickſeer veel hoogeboecken geſchreven hebbe,de vvelcke eenſdeels voor 't vernuft (ſonder het licht Gods) onbegrypelijck ſullen zijn. Hoe vvelick(als een ſvackaertſch vvercktuygh naden uytvvendigen menſch) dit hooge vverck in 't begin (als een on
geoefent ongeleertman) qualijck vatten ende te verſtaengheven konde,als in de Aurora te ſien is, 't vvelck het eerſte deel van mvne ſchriften is :
ick en meende oock mijn dagen by eenig menſch daer mede bekent te vverden : maer ick ſchreef
het myſelven tot een memoriael vande gheheel vvonderlijcke kenniſſe, aenſchouvvinge ende be vindelijckheyd. Ende hoe vvel het de Geeſt duy de, vvaer toe dat het dienen ſoude, ſoo en ver
mochte doch het vernuft (als den uytvvendighen menſch) 'tſelvighe niet te begrypen, maer het ſagh ſyneonvvaerdigheydende nederigheydaen. Ick behielt oock
# ſchriften (d'
urora)
by my,tot dat ick ten leſten eenë eenigen menſch daer van ſeyde, door den vvelcke het voor #CCTc1C # -
-
136
Uyt eenen Send-brief. n
leerde quam, die terſtont daer na getracht ende te vvege gebrocht hebben, datſe (te vveten, d'Au roraj my ontrocken vvierdt, daer (als doen) den Satan vermeende vier-avond mede te maecken, ende mijn perſoon daer mede te verduyſteren, daerom dat ickoock veel heb geleden, om Chri ſti mijns Heeren vville, hem in ſijn proces nae te volgen. Maer gelijck het den Duyvel met Chri ſtogingh, alſoo gingh het hem oock met myne Schriften, vvant dieſebegeerde te vervolgen, die heeftſe ghepubliceert, ende my noch in grooter
ende heftiger oefeninghein-gevoerdt, daér door ickin't gerichte meergheoeffent,ende denſtorm tegens den Duyvel (in het zaet der Slanghen van
denaertſchen Adam)ende ſynen tegenſtandt dies te meer vvederſtaen, de poorte der diepte dies te meer verbroken, ende aen het klare heldere licht
hekomen ben. So dat het oock tegenvvoordig
# verde daer mede is ghekomen, dat zy [te vve ten de hooge Schriftenj vvijdt ende breedt van veel hoogh geleerde Doctoren, oock veel van A del, hoogh ende nederige Staets perſoonen, met
luſt geleſen ende afgeſchreven vvorden, gantſch ſonder mijn aendryvinge nochteloopen, [maer] door de beſchickinge Gods. Ick vvilde op dit maelu lieden daer van garen.
vvat mede hebben gedeelt, maerick hebſe niet by de hand, noch oockſoo inderhaeſt connen beco
men. Doch daer ſijn ettelijcke Tractaetgens,daer door ick verhoope dat menighe hongerighe ziele verquickt ſal vvorden : vvant de leſte ſchriften ſijnt'ſamen veel klaerder ende in beter verſtandt
als de eerſte, daer ulieden my van ſchrijft. Maer ſoou lieden de moeyte vvilt nemen (ghelijck ghy
verhaeſt,
|
Uyt eenen Send-brief.
137
verhaelt) ende in cygenen perſoon by my comen, ende u in de vreſe Gods, in de Goddelijcke vvijſ
heyd met my vermaken, dat ſal my lief zijn, ghy kondt uwve gheleghentheyd by my hebben nae u
vvelghevallen, vvantick ben dochteghenvvoor digh in ghedurige oefeninge met ſchryven, heb be daerom oock mijn handvverck laten legghen, om God ende myne broederen in deſen (mijn be roep) te dienen, ende mijn loon in den Hemel te ontfangen, al iſt dat ick van Babel ende van den Ante-Chriſt moet ondanck hebben.
Ick doe my bedancken over de groeteniſſe vveghen Heer Mr. Nagels, onſen Chriſtelijcken Mede-broeder,die tegenvvoordig in de Pelgrom
ſchap Chriſti is, comt het gelegen,groet hem van mynen 't vveghen vvederom vriendelijck. Heer Elias Teichman en is by my niet gecomen, vveet oock niet vvaer hy tegenvvoordigh is: Heer Bal teſer VWalter,heeft ſyner menighmael in liefde ge dacht, maer ick en kenne fiem niet als in den Geeſt, vvantick hebbeoock van andere van hem hooren vermanen. Dat u lieden begeert te vve
ten hoe 't met myal is, ſult vveten, dat het Godt lof my tegenvvoordigh noch vvel gaet. Maerick ſie my inden Geeſt eene groote vervolgingh ende verandering over landende menſchen, de vvelc ke naby is,ghelijck in myne ſchriften is aen ghe vveſen. # het ſal tijdt ſijn van Babel uyt te gaenende te vlieden,daerom en canick oock van geen ruſte melden. VVant vvat voor een groot jammer,ende grouvvelijckrooven, moorden en de onghehoorde Duyvelen by de Chriſtenheydt door die verſcheurende coſacken, door Sileſen,
by onſe naburen tegenwwoordighgedreven w: W l
138
Uyt eenen Send-brief.
dat ſal u licht bekent ſijn, 't vvelck eene gevviſſe
Figuur van het toecomende (over deſe landen)is. Hier mede (met alle Litmaten Chriſti) de ſachte liefde Chriſti (endemy in uwve ende
#
hare gunſt)bevolen. Gegeven den 1 o Decem ber nieuvven Calenders. Anno 1622.
Iacob Böhme, Anders Teutonicus
ghenaemt.
Ben vvoonachtightuſſchen den Neisthor tot Göilith,