Johann Valentin Andreae - Peregrini in patria errores (Latin), 1618 by gnosisclassics

Over dit boek Dit is een digitale kopie van een boek dat al generaties lang op bibliotheekplanken heeft gestaan, maar nu zorgvuldig is gescand door Google. Dat doen we omdat we alle boeken ter wereld online beschikbaar willen maken. Dit boek is zo oud dat het auteursrecht erop is verlopen, zodat het boek nu deel uitmaakt van het publieke domein. Een boek dat tot het publieke domein behoort, is een boek dat nooit onder het auteursrecht is gevallen, of waarvan de wettelijke auteursrechttermijn is verlopen. Het kan per land verschillen of een boek tot het publieke domein behoort. Boeken in het publieke domein zijn een stem uit het verleden. Ze vormen een bron van geschiedenis, cultuur en kennis die anders moeilijk te verkrijgen zou zijn. Aantekeningen, opmerkingen en andere kanttekeningen die in het origineel stonden, worden weergegeven in dit bestand, als herinnering aan de lange reis die het boek heeft gemaakt van uitgever naar bibliotheek, en uiteindelijk naar u. Richtlijnen voor gebruik Google werkt samen met bibliotheken om materiaal uit het publieke domein te digitaliseren, zodat het voor iedereen beschikbaar wordt. Boeken uit het publieke domein behoren toe aan het publiek; wij bewaren ze alleen. Dit is echter een kostbaar proces. Om deze dienst te kunnen blijven leveren, hebben we maatregelen genomen om misbruik door commerciële partijen te voorkomen, zoals het plaatsen van technische beperkingen op automatisch zoeken. Verder vragen we u het volgende: + Gebruik de bestanden alleen voor niet-commerciële doeleinden We hebben Zoeken naar boeken met Google ontworpen voor gebruik door individuen. We vragen u deze bestanden alleen te gebruiken voor persoonlijke en niet-commerciële doeleinden. + Voer geen geautomatiseerde zoekopdrachten uit Stuur geen geautomatiseerde zoekopdrachten naar het systeem van Google. Als u onderzoek doet naar computervertalingen, optische tekenherkenning of andere wetenschapsgebieden waarbij u toegang nodig heeft tot grote hoeveelheden tekst, kunt u contact met ons opnemen. We raden u aan hiervoor materiaal uit het publieke domein te gebruiken, en kunnen u misschien hiermee van dienst zijn. + Laat de eigendomsverklaring staan Het “watermerk” van Google dat u onder aan elk bestand ziet, dient om mensen informatie over het project te geven, en ze te helpen extra materiaal te vinden met Zoeken naar boeken met Google. Verwijder dit watermerk niet. + Houd u aan de wet Wat u ook doet, houd er rekening mee dat u er zelf verantwoordelijk voor bent dat alles wat u doet legaal is. U kunt er niet van uitgaan dat wanneer een werk beschikbaar lijkt te zijn voor het publieke domein in de Verenigde Staten, het ook publiek domein is voor gebruikers in andere landen. Of er nog auteursrecht op een boek rust, verschilt per land. We kunnen u niet vertellen wat u in uw geval met een bepaald boek mag doen. Neem niet zomaar aan dat u een boek overal ter wereld op allerlei manieren kunt gebruiken, wanneer het eenmaal in Zoeken naar boeken met Google staat. De wettelijke aansprakelijkheid voor auteursrechten is behoorlijk streng. Informatie over Zoeken naar boeken met Google Het doel van Google is om alle informatie wereldwijd toegankelijk en bruikbaar te maken. Zoeken naar boeken met Google helpt lezers boeken uit allerlei landen te ontdekken, en helpt auteurs en uitgevers om een nieuw leespubliek te bereiken. U kunt de volledige tekst van dit boek doorzoeken op het web via http://books.google.com

Â·

|-|

- - - - - -- -

：

• •

~ •• •

¡ ••

•

¿ .

|-.

•

）

（

（~~~~

）

（

{

）

i>* **. aais ibiiothsk *

Κύncf;em

<366 1 1 4 1 28 400 1 4

Bayer. Staatsbibliothek

---- - ------- ------ - --- Â«

-------- -

---- ----

â&#x20AC;¢

Â£*s*.s,., . .

gib!ic:iJ. Enchen

P E R E G R IN I

P A fR I A ERRORES. -

Pfal. 119.

Erro velut ovi perdita , quare me /e,-. vum tuum, quatuorum præceptorum,

memoriam mom depofùi.

�

cat. Dc. xYIII.

£,aga* S*aa*3$

Êbiio*fak , λίύm **

* •.

•2^y

-< *.

_•

* -

•

*, '

{ … ….* -* -

R O N O S UI O. |I PAT U N1C O CHR ISTIA nam Beatitudinem preca tur Peregrinus. Vfcipe me vir benignißime ex iti mere lapfùm, & ab erroribus naufè antem, teáto4, tuo excipe, veluti Chriftianae quietü & tranquillitatis re ceptaculo, ac qui orbem univerfum feli

ci ingenio, direétioreâ, peregrimatione | peragrafti, has meas ambages apud te nulla methodo, recitari patere: ut ad per fptcacißimos oculos tuos, terrarum meæ defcriptiom:s examimatæ , fi minus fua fimplicitate errones moyeamt, tua auto ritate roborentur. Interim ego illa tua celebri hofpitalitate fruar: & æternum familiarium tuorum pars quotacumque

audiam, id quod utriú, Chriftus falutare. effe jubeat; im quo Vale, -

PERE G R 1 N1

1. P E R E G R I N U S. De homimis extra fe exitu, & im munda

dama concupifcentia, quod opufcu-

li eft Proæmium.

Š UIm in ea ætate effèm, } quæ ad boni malive 6 , ptionem afpirare fòlet,il lud inprimis imperitum animum folicitum tene

bat, quisnam hominum in ea & mul- ' titudine &diverfitate mihi eligendus foret, quem in vita & moribus, deni que ac ftudijs imitater, quove indice, atque manuduétoread ea cunéta, quæ homini acceffà à Deo reliqua funt, a fcenderem. Is cùm haud ita facile ap areret, atque adeò terra mea vix ul í , qui tam vâriabili ingenio fàtis faceret, polliceri auderet ; fecit five impatientia mea,five evagandi libido, ut folutis tam anguftae habitationis terminis,univerfo orbi me committe-`

re,cumq;eodem de fummo aliquo bo noconcertare, heu quàmtemerariè in ani

1 N P A T R I A E R R o R E s.

animum fufciperem! Nec moralon gior, cogitatum, inceptum. Cumάue is evenuus fuit, quem turbenigne le

&tor audies; vix fcio ab indigratione contra me, interdum es irrifiòne va

cuus: at fi qua fpes mihi fupeieft,non

absíjue tacito cónfcientiæ tuæ morfu, que hinc inde inter meos errores fuos accufàbit, ac paulatim æqui^re cutfo ri comparatione mitefcet:denig;in re rum tuarum exaétiorem curam te di

mitter. Ego tamen, nec pro ei rorum circii mftantiis prolix*s ero, nec u!lí, quiadmonere te aliquid poifit,recite bo, átq; fic omnem fermonem meum tempe.abo, ne videar vel de commif fâ imprudentia gloriari,vel detot vitæ t an{inuitatis miferijs, quam par eft, dolere. UInum itaque erit, mileótvr, cando:em aihibere, ut quæ fimplex eftac ingenua perplexim;e peregrina tionis recitatio, ea !em etiam benigno & æquo animo tibi perlegatur, atqug habeatur.Et nunc quidem ani mum attendite.

A 3

2. C A

6--

P sR e g R 1 N1

2. C A R O.

IDe malorum omnium principio, carne, auifidem turpiter damus,& exumde in -

variæ infelicitatis gemera c mittimur.

domo exieram, & tantæ li \ / Ixbertatis haud capax aëris acce ptitudiné oculis metiebar,cum Μ:lier mihi occurrit, non tam com

yta, quam ornatus varietate, & diffi militudine onei ala: Faciem fanè fu

caverat, ad aliquam fpiffitudinem,nec tamen purulentam fcabiem fàtis te xerat. Ea cum itineris inftitutum fà

tis ex me imperiosè popofciffet: quò tandeaminepte ait, abfque meis con d; étoribus? Varium eft hoc iter,nec

minus periculofum : Et quis ufpiam

tibifores aperiat, nifi per meum co meatum.4.

Tum ego, Dominainquam, praefto, fum, non me fequi,fedtuum imperiü: Nam qui locorum ignarus planè fum, nOI1

_ 1 N PATR r A E R R o RE s. 7 nonalium interris nunc mihi velim,

nifiviarum peritum. Movi, opinorimportunam ac am bitiofam feeminam mollitie mea; ita

que adblanditias converfâ, Haud ma lèinquit, in meincidiftiadolefcésbe neficam tuam, & quæ obfequentes, tenerius quam mater fovet. Tuquos tibijunxero fidos viarum focios, non dimittes; fèd obfervatisveftigijs anxiè infequeris, donec in ea te loca defe

rant;ubi aeternü&fortunis tuis poffis frui&benignitatis mee meminiffe.In terea dú me verbis delinit,ego folicitè & corporis habitum, & morum gefti culationes, tum lafciviarum infòlitas

complicationes circumfpicio; nec o culis tam füm quam naribus infelix,

ut qui nefcio quod putridum cadaver olfacerem; fed quæ mea fuit infelici tas, malui vel ab impura hac beftia viarum indices accipere, quam am plius in tanta liberrimi loci capedine de fideliore aliquo Patrono circum fpicere. -

A 4

Itaque -

Pr •• •r 1n1

Itaque quodinfelix, infauftumque mihi fuit, feniorem aliquem hominé, & attritis veftibus,& diffluentibus ca

piiiis, aeque ac hera monftrofum, co

mitem accipio, fimulάue homo liber, fpes, fortunasό; omnes, vah ! quam temerè Nebuloni concredo. Sic vale

accepto, dictoό; multum ovans mafe riam & errores meos ingredior. . 3. I M P E T U S.

Dc Condu&ore humamorum errorum im petu, five menta vana ovva,.... vae, quâ Deum deferimus, & perfuafiomi bus mundi nofmet tra. dimus.

Ircumfpexerat jam ante calva fter mens,ne quidarmorum mi

hi effet,queis vim, quam illatu rus mihi erat, depellerem, cumçjueab omniferro nudum reperiffet : Eheus infit, Peregrine, fic enim mihi pofthac compellandus eris:nefcio quocum vi ro ambules. Ego annos video te, in -

quam,

■==== __

I N PA T R I A E R R o R E s. , 9 quam, fetre mi Comes, & canitiem, indeque honorabilis mihieris. Cæterum quid ampliusDominæ tuæ famu-

litium ornes,vix liquet. Tumille tor vum videns, & dentibus fremens,im

peritiffime ait : Nunquam tibi inno tuit Impetus Regum, Magnatumque juxta ac vulgi Magifter atque manu duétor, qui feculis omnib. leges prae fcribo,&ad arbitrium in viatrita vo-^ lentes duco, nolentes traho, refiften

[tes omninò flagris propello: nec quis ' quam eft hominum, qui jugum me um, quod impono, collo fuoexcuffe rit. Quid inquam trepidus, tune mors. es, quem unum omnes viventes exti

mefcunt, & fortes cunéti reformidát? | Ille verò Impetus fum, ait, non Mors, idq; exinde nomen habeo, quod pro- . ut inter téporum rotationes mihivi i fum fuerit, verborum, morum,hono rumq;confuetudines hominibus im

pono,quibus occupati,aut fponte me, quoddixi, fequuntur, aut inviti ner vos meosacloraexperiuntur, Tu ve -

A 5

rò

, -

; I©

P £ R E G R 1 N 1

rò ferocule hoc frenum jam pofthac

morde, quo & certius me infèquaris, & cautius de meo imperio pronun cies.

Dum loquitur adhuc, frenum mihi in ore, ac in oculis liquor eft, magicâ illud opinor arte, hoc in ferum erroris teftimonium, ex quo gemens & ob mutui fponte, & futuri alicujus mali imagines intra me exhorrui: fimulau tem five trahentern , five ducentem

mifer fum infecutus. 4. P H I L A U T I A.

De infelicitatü veftibulo noftri amore, rupto divimi obfequj vimculo , mobis o mmia quærimus, volumus, atque difci mus, & imvimculis noftris fu-perbimus.

Ufm fic aliquousq; triftis pro videor mihimagiæ a DÉ licui turbæ appropinquare, quam ut primum afpexi, rifum non

tenui, Erat enim vinétorum magnus •

_ nume

•

• «

1 N PAT RI A E R R o R E s

numerus, vinculis & cathenarum di

verfitate ultia vires aggravatus, qui tamen ufque adeò fortem fuam non

dolebat, utinterfe valdè de compedü excellentia, & prærogativa concerta ret: Vidi{fes hunc cathenarum fuos

annulos lambere, alium tangere, aliú metiri,aliumfafcijs ab aërisinjuriate

gere, omnes verò de fuis carceribus

gloriari. Si quisquam minus oneratus erat , dolebat & invidebat proximo ferramentorú præpondium tantavul tus compofitione, & tragico cothur no,ut vifus mihi jam capitalis effe coe

perit. Quos cum admirarer , fenex . meus, hi funt inquit,fideles mei, quos occupavi, quibusq; vitae beatitudines diftribui. Nam quae oculis tuis non dum ablutis catenæ creduntur,eae me

rae deliciæ, & mortalitatis delinimen

ta funt, quæ illi æquiores fuae felicita ta æftimatores &amant, & fovent, &

cuftodiunt,&adfanguinem ufq; mor

temq;defendunt. Ego, mi Pater muf fito, & quoufque hi fua illa donaria A 6 admi -

…

12.

P £ RE G R 1 N i

admirabuntur ? Dum Regina noftra inclyta, inquit, forte illis fùceenfeat, & muneraiterum repetat. Itaq; pen

dére poffunt (inquaih)illam cathena tam felicitatem. Tum ille feverior:

cave, cathenatam dixeris,fed quæ jam quæris, paulo poft fcies. Ergo filentio iterü impofito, quicquid oculos meos detergeo, quicquidaciem intendo,ca thenas, nec aureas eas, fed ferreas, fed impolitas ac rudes, fed magni oneris -

video ac tango,nec admiratione tantæ.

infániæ fáturaripoffum: Cæterum & ego haudmitiuscaptivus,& frenoun dfjue cohibitus loquacem meam cu riofitatem nörationis inopiâ, fed poenæ metu paulatim dedifco.

- " 1

I N P A T R 1 A E R R o R E s.

;. F o RT u N A.

Ide Fortunæ pæna ; cui fubjicimur, cum Chriftianorum privilegiis remuncia

mus,& ex Divinis filiis, cæli mam cipia reddimur.

| | INter ea nudum aliquod, &puden- ' Monftrum terrâ emergit, ocu- l. los obvolutum, & magna caefàrie fluidum.Vix fœdius aliquidalmaMa ter noftraproduxit,acinfániæ propin quius. Nam dum aliis hominibus in ceffus eft, hoc meragiratione circum volvebatur, clamorerauco, ac utplu rimum , in circumftantes, injuriofo. ' At illabeftia, quod mireris, adoraba , tur, tantis votorum, & fupplicationú ' ftrepitibus, ut coelum refònare crede

IÈ

res, dum illafuriosèidentidemrotata,

cartulasdifpergeret, mutas plerunq; perrarò verò non nifi ludibriis voca

les. Illi verò tantae ineptiae candidati, quas finu excepiffent papiraceas nu gas,eas& reverenter deofculabantur, &devotè venerabantur: oculis in hoc -- ' …

7 A 7

mobile

*-- --

, P £ R£G R1N 1

mobile brutum intenti, preculis ex

quifitiffimis feduli. Ibi, fateor,& ego cartulas aliquot veftibus meis excepi,

vacuas propeomnes, nifi quæ fperare, & laborare jufferant; quas, cum mi nus religiofè affervarem,coecailla,nec mentis compos mihi vifà, non tulit, .

fed magno faftu, nefcio, quæ Tantali tmajorafupplicia eft minata; quae etfi tum quidem, (ut mea fecuritas fere bat) contempfi, haud obfcurè tamen pau!opoft didici, ei, qui in hacquidé

peregrinatione oberrat, valdè mole ftameffe hujus mulierculæ inclemen tiam. Id verò vifus fummihi infoliti animadvertiffè , non audere eam ho

minem fui contemptorem palam ca ftigare, fed fremere faltem, & inanes iras peétore coquere. Ego fane, cum fatis diuinfame monftrum effemcon

templatus, monitus ab impetuofodu &ore meo, infortunatos Fortunae gi ros reliqui, mifertus vanam illorüm fortem, & inaniscontemplationis per

taefus, adalia æq;ineptame contuli. -

6. VI. -

-i .

1N PA T R I A E R R o R E s.

6. VICISSIT UID INES.

De terræ converfionibus, quibus imvolyi mur, & faétamur, pofteaquam firmi tatù in Deo centrum egreßi fumus. D erat, ut uno verbo explicem, ma utapparebat inquietudinis,fed majoris opinor induftriae.Nec enim quod plerique circumfufi rotularum

IÉ

difcurfu deleétabantur, &jamafcen dentibus applaudebant, defcendenti bus illudebant : is mihi tam operofæ machinæ ufus videbatur unus, nec

qui motationum caufâtiones aliis ex

plicare fatagebant,adid fatis inftruéti ~redebantur:fed ut quisque hujus aut alterius rotulæ fufurro afficiebatur,i ta fibifàtisfeciffe habitus eft. Annota

vi verò indices hujus ftru&turæ non quapatebat facie, id monftrare, quo pellerentur:fedad oculos quidem mi

ris gefticulationum ludicris fpe&ato

res implere: fàgacioribus aútem ad -

mncon

PE REe R1 N 1'

'inconfpicua aliqualoca,longè alia,at que adeò admirandaaperire.Sed quid facerem, homo lutulentus, & cujus nec oculi, nec aures deterfæ erant, ni fi&turbæ immixtus núc faverera fio>

rentibus, &infultarem marcefcenti bus. Nam dum Dioptraabeft, quida liud in tanto difcurfu obfèrvare licet,

nificonfufiffimum aliquem ordinem, ac motü plus quam illius in coeloMer curij irregularem? Interim fummus Artifex , denticulum nullum fruftra effè vult, imò omnib. labores fuos de

mandat, ut infiniti tandem ftrepitus ad uniusconfilij filentium deferviant. Difcemihomo parere (libuittum in tra me ingeminare) & confultare de

difce: nefcis enim cujus magnæ rota - tionisexiguus fit denticulus. At dum fic cogito, acfimul folicitè intro fpicio,eundum eft. \~

MEN

I N PAT R I A E R. R o R r s.

7. MENDAciuM. De veri fimulatione, qua imefcamur, &

|yeluti rerum caufas, ac motuum regulas apprehenfùri , in varias errorum ambages circumdu

cimur.

w-Rataadextrumlatus aedes quæ

E ; fpaciofà, & anfraétuofà, -& undiq; feneftrata, fimmetriæ

nullius,nec certe materig,five lapides fiveligna, five cæmentum intuereris, non erat nifi mera & confufiffima có

mixtio, nequelicebat facilè judicare, quid tot januæ, tot foramina, tot fi nuofi meatus fibi velint,nifi talparum | autcuniculorum ea effet regia. Huic cum me jam prope adduceret ille me us: O te felicem,inquit, qui tamtene ris annis, non in infcitiæ tenebrisob

| erras,fedomnifciæ Deæ, quæ hoc té plumincolit, initiaris: Ita ne Deain quamego,quæ hic abfque ordine ha

| bitat, confufionisoportet effe. -

TĘ 11AC

----

PeREGR 1 N1

ille, vah fimplex, tanta fcilicet rerum humanarumdiverfitaseft,quas illain quirit & dijudicat,utnonfinttotfene ftrarum hic orbiculi,quàm rerum ex

a&iffimarum illi experimenta: qui bus ut primum fòlertialiqua cura col ligendis , eris intentus, & infinitum

fcientiae humanæ parabis thefaurum, &animam tuam incredibili replebis voluptate. Haeceffatus introducit, & ;

fpe&arejubet omneædificium: Equi- : dem, ut iterum fatear, & fordidum,

& horridum, & refonum, & nefcio

qua dubia luce formidabile magis,

Š Deo

}

placet Dea, in magno famularum nu mero, vultu & facie ea, quae Gorgona exaétè repræfentaret, neque fane ego ejus, nifi magno horrore, ac lapide • fcens quafi recordor: quæ, utprimum

novum h6fpitem adventaffe fenfit, larva fatis fpeciofà quidem, impofita, & à fuistumultuariècompta: Venifti

ifiquit 6 adolefcens, ut quæ Naturæ liberalitas tibi affudit, hic apud mein lucidiffi a

;

| 1 N PAT R 1 A Er.Ro* e s. 19 lucidiffimo orbis theatro explicares. Ma&e ingenio, & quasà me habebis

íalas, auda&er move, liber pofthac u ibique futurus, nec ab ulla vel fubli mitate,vel profunditate excludendus. [Cum haec ego audirem,obftupens pri mum tam benignam ex lucido corpo [revocem, nec credere, nec dubitare | do&us, fàtis effe credidi, fi omniaetiâ

[incredibilia peregrinationis meæ pa iterer;& adorato É Idolo propitiam

] mihifum velcorde,veloreprecatus.

| |

8. -

L -I B R I. -

•

' De librorum multa & varia impietate, quibus errores humami fervantur & propagantur. .

CÈ

fidem effem à placidiffi maDeareceptus,juffit aétutum thefàuros füos mihi explicari,

, ' & ad fecretiffima liberrimè a3mitti:

i quæ cum ex auro fore nullus dubita :, rem, papiracea (rifum teneatis) repe ri:quoquo me verto,videor mihi Per ftre

PE RE GR 1N1

ftrepentes anferes audire,& inter infi nitas contradiétionum opiniones au

res occallefcere. Tandemiinipfum lo quacitatis receptaculum perventum eft,tot abfurditatühumani cerebri in

ftrumentum, utjamprimum credere inceperim, nihil tam impofIibile effe,

quod non fophórum aliquis fcripfè rit. Aeolus hîc ventis fuis imperita bat, & quicquid unquamvelpeftilens aliquis terræ vapor , in chartas exfpirabat. Vidihic nivem ni gram, & id nern frigidum , & atomo

ÉÉÉ

rum concurlùs ; Vidi Idearum icun culas, & animarum variaindufia; vidi

fatales pixides, & quicquid unquam Epimenidesin fomnis vidir,ac ut fùm matim dicam, fi quid unquam corda tis fuit dubium, id ego coram oculis meis contreétavi. O mortales, qtiam immortales ego humani cranij inco

las, quam ftudiis, moribusq; diffonos vidi! & ob unam Mendacij Bibliothe

cam plus genus humanum, quam fi terrenum orbem peragraflèm exhor Iu1•

1 N PAT R 1 A E R R o RE s.

rui. Nempe quae diuturnis laboribus vanè cogitata, peffimèĘ fée leratiffimè perpetrata funt,eahoc unú cerebri armamentarium ad omnem

pofteritatem & teftatur , & approbat. Hic aurem mihi impetuofus meus i vellicavit, & quid videtur ait, detam , exaéta Naturæ amatomia,.quae quic , quid in univerfò confufum, in claffes

É redegit, quicquid in oculisvulgi nubilü, ad claram Rationis lucem de

texit, quicquid in orbe mobile, intra

praefcriptas lineas conclufit, quicquid. in humana focietate variegatum, re gulis comprehendit. Audivi ego, & renuente capite confenfi: ac fi ita ja &are fàtis, (muffitavi mecum) vel cornutos nos effe tandem

perfìiadebitis.

P E R E G R. 1 N 1

ΣΣ,

M A L UI M.

;

De Malignitatis fegete, quæ im corda no Jéra infeminata, vitiorum ommige na gemera profert.

Am progredi fpes erat, & mitiore HÈ uti. Verum dum ad fini

ftramconduétor meus abit,illud fe

quendum eft. Et ecce regius hortus

feoffert,quemjure orbis dixiffembre * viarium, fi quid ibi fàlutarisge: minis excreviffet. T Nam ne quiderres, non

diptamum, nonpanacea reperire ibi 1icebat, fed venenatas & peftilentes

herbas fingulas. Ambulabat in horto fivedomina, fivehortulana, fed omni

nò Dei, hominumjue contemptrix, nec nifi proftratis ad terram miferis inambulabat.

Híc conculcabantur

confcientia, ratio, natura, & coelicis minæ fiebant, tum defunétorum ma

nesinquietabantur. Horreo,cum haec recito, nec ejus meminiffe licet, quo vtritu,illa me, ego eam fimus intuiti: at id longè miferius , quod phialam -

mali

fa-

-=-. * -* -

in Patr 1 a Erronss.

maligno liquore plenam , & nequitiæ

' femiiiibus infperfàm ebibere juffus, non prius mori defij, quam evomui: fed vos horti defcriptiónem expeéta tis. Is in pulvillos fuos , nihilnifiamarum quid &camarenam redolebat, inter repentes & noxias

Έά

herbas papaverum capitibus confpi |

cuus,&idolorum varijs fimulacris fœ. | datus: denique multo undique vifco 'tenax, &inambulantibus paffim im- .

plicatus. Quæ cum molefte ferre haud amplius obfcure memet prodi

diffem,vix unquam habuibubülcum meum iniquiorem qui ex me horti prolixa elogia expe&abat. Hic eft il leajebat hortus quem quisquis colit,

, & notabili labore ornat , nutritium

'habet , & voluptatum omnium ob

ì fonatorem. Qujd enim homuncio a liud invita agas, nifivivas, & quam

I habes minutam poffèffionem , eam.

, tibi impune nemo tangat , fed uta , ris his horti delicijs , dum terra fi

, nit. At fi naufeem refpoudi, fi mi «

nus

*•

P• R• e R1N 1 nus quam alijs decerpere hic liceat, fi; laboribus deliciæ non refpondeant? Et ille: heu quam te indocilem na&us fum, fubdit & in res praeclariffimas injurium! Nam quae nunc hic cruda | intueris, eapaulo poftco&ta&condi ta omnibus epulis fàpidiora experie 24.

re. Sic ait, & èhorto inculinam reétà : introducit.

Io - P O L I T I C I.

De Politicorum pulmemto, five Politia rum varijs formis, quibus hominibns illudumt : ubi etiam de quintæ

Momarchiæ fommio. mum dicam, pofteaquam & culinæ hujus fördes fòrditiffi-} mae repetendae funt. Seditame natum1 credo, ut qui olim praefens praefentia; mala cum gemitu tuli, nunc memoria eorum torquar. Focus ftabat in medio loci ambitionis lignis ardens, &vani- Ν

tatis aëreinflatus,circa quem, nefci

1 N PAT RI A E R Ro r E s. - 2; quot coquinariaeartis profeflores,ca pitibus omnes obvoluti, ne quidfcili cet fublimati cerebri offenderetur.

Noli verò credere, unum aliquod e pulumjunétos inftruxiffe: fed ut fin gulisfinguli cacabierant, ita diverfus & admirandus cibus conficiebatur.

Nam cum ut poftea animadverti, uni

verfæ terrae habitatores pafcendi ef fent, totidem ferè eduliorum genera paranda erant, quot eflènt ftomachi: Itaque monarchicè hi, illiariftocrati cè,alijdemocraticè, fed pleriáue mi - xtimalendi erant,omnes verò fub im- ^

pofturarum condimento. Interea £i quis coenaculi fœtorem , & epulan tium ru&tus referre vellet, liber mon

ftrofae mundi nequitiae Elephantum deprimeret , quin potius onerariam navem demergeret. Nam quae hu manae converfàtionisvel digladiatio nis verius , per pauci{fimos aliquot millenarios hiftoriaeffè poffet, illi in telligunt, quiad unius hominis a&ta,

& vitæ perbrevem abufum obftupe ` B

fcunt,

- *

-— |

• e . P£ R e e R 1 N 1 fcunt, nec nifi cum trepidatione hu- ' manum fui temporis profcenium in trientur. Ego verò, ne nefcias tamde licatos cibos utiq; deguftavi, fedeo u »

fu ut amaritudinem eorum nullus li quor, nec nectaripfum abluat, tantú

ijs ineftacridi veneni, ut fauces & pa latum omnerninfecerint,& quæ reve ra dulcia funt, infipida perfuafèrint.

Id fàne prætereundum non eft, cum i bi effem occidentales aliquot herbae magnolabore, & fcrupulofà fàgacita te aureis corbibus congeftaseffe, qui bus ajebant quintum quidMonarchi co-catoliconcoquendum effe. Id diu ac fruftratentatum,nunc fub certa fpe

claudicanti, & nigro coquo concredi- i'

tum. Cæterum five artefallente, five herbarumdebilitate, nihil dum quod fciam tanto hiatu dignumapparuit: Me verò malâ forsaliò 7

vocavit.

…

{I.

BI-

1 N P λ τ R 1 A E R r o R r s. ar II. B I N A R I U S.

De dißidiorum fomte, quem Satham pro * aurayit , cum Deum & hominem diyi

dit,ac exinde multiplicatiomis ma

lorum exordium fùmpfit.

minus mirabar humanae vitæ

Am IĘ , poftquam pateret ex Po

liticorum imbutione ita hominum

guftus corrumpi, ut quòd divinum o portebat effeofbis regimen,faétum fit plane & arbitrabile, &in formas o mnes convertibile.Verum cum effem

ad caftellum aliquoddivi cujufdáver tici impofitum adduétus, rem omnem ut fefe habet,edidici. Soliumcuiftru

&tura infiftebat, perpetuò tremebat, muri nutabant, nec pedé promovere licebat abfq; concuffione:cumq;ina

fcenfueflèm, immanediétu, quâ mihi .

vertigooborta fit, & corpus ùniversú adita pene trepidarit. Poft ubi in travi , jugi agitatione omnia mecum

ÉÉ

movebantur, nequefulcrum ullumà B 2.

fre •

28. P aR r • R 1 N 1 frequentibus ruinis defendebat. Se debat in atrio mulier an vir incertum:

namadJani exemplar bini vultus, ac infwper bina corporis inftruméta mö Ã¤ nexu ligata erant. Nutabat ad ebriorum morem, & verba ejiciebat velutfurore afflatum, non dubij fen fus, fed planè contradiétorij: ajebat,

negabat idem:jubebat, prohibebati dem: amabat, infè&tabatur idem : &

quod unum mihi placebat, cuilibet e

ligere licebat quoá videretur. Id fpe &bri cum fixis oculis delibarem, cu

ftos meus , hoc Numen infit, magni myfterijclavigerumeft,prudentiæ fuae merituseleétum, quores humanas o mnes examinat, & quæ paffim funt dubia, aequiffima lance fufpendit. Ita que pro Deo & contra Deum,pro ani ma & contra eandem, pro aeternitate & contra ævum declamitat, ut fitne,

annon fit quod eft: debeat ne effe, non - debeat qwod debet , futurumne fit, non futurum quod erit,humana faga citate ventitetur. Ego, oraculo loque I1S

- •*

1 N P A T R I A E R R o R E s.

at, &

ris micomes inquam,necminusquam ertllM t18, 4;

Numen tuam diffona. At mihi de

plorare humanum genus lubet : qui $at ad nullo ftabilifundamento innixi,inter hæc refponfionumfolia flu&uare , & ciebal tamê

conciliandae tantae difcordantiæ infu

jfem, dare neceffè habent. At ille, vanus es, ebat, bati. ac loquax , nec prius convincendus, quam difputationem noftram ingre : & diaris, Inter illa nutans hæc Deaca et de pwt mihitetigerat, nullo quidem no

fpe tabili meodolore, eo tamen qui huc C\1• ufque tremulum mihi reliquit : quo

agni donario triftis, in ipfam confliétuum :fuae

aulam intrudi fum perpeffus. | a30•

fùnt

ix. D I S P UI T A T I O.

Ita

De litigiofa hominum matura, quae tum

ani itate itne,

plenè fapere videtur, cum ommia in du bium vocat, & resplamißimas problema

m01

Veritatis imdagatione. Olo expeétetis hic thefes, aut opponentium, refpondentiüq;

: fit,

àg*

jut

tibus ac tenebris inyolyit:ubi & de

difcriminationes:Nam aut ma

fI5

B 3 \

ris

P E RE G R 1 N I *

ris flu&tus cum fævit, aut fluminum

Per montium præcipitia delapfus, re fònare minus mihi creduntur , adeò

hicclamor, jurgia, convitia, & lapidú imber univerfum iocum impleverát, tanta partium confufione,& fonorum difparitate,utriparum lapillos vel nu merare vel diftinguere fuerit procli

vius. Audivi hîc excufàre, què planè -

immania ; audivi accufàre quæ fála berrima : audivi dividere quæ con junétiffima: audivi conjungere, quæ diverfiffima erant. Quid verbis opus eft? Non chaos unquam tam chaos fuit, nec omnium rerum materia tot

formarum capax, quam haec aula fuit temeritatis contra Deum paleftra, & malignitatum humani cordis orche £ra: denique vanitatis omnis, & ludi

briorum receptaculum. Dum ibi ob erro, ac lapidibus filens æquè, ac lo. quaciffimus quisq; petor: quin tu tibi (aitftimulator meus) aliquem hîc eli gis,cuicredas,& quem clamorejuves. Ego, cligam hic, ubiclamore&vires agi- !

-* *.

1 N PAT r 1 A E R R o R e s.

¥.

agitur ? & juvemullum ex his, quine fiiere quidem me patiuntur? eqaidem nec quid loquantür fcio, nec ob quid • inter fe dimicent. Vix rifùm tenuit

caperatus meus, & quæ te ait, Nover cala&tavit: hominem inhumaniplanè fucci, qui nec placere visalijs, nec alij placent: refponfurum me occupavit inopinus tumultus. Nam quotquot clamantium aderant, arreptis ligoni

bus velut verba opere demonftraturi,

, terram fodiebant, ftrepitu non mino , , , , ,

re, fed jucundiore mea contemplatio ne. Nam talparum exercitum mihi videre vifus füm, qui teriam omnem varijs meatibus, & tenebro fis ambu lacris perforabat. Rifi etiam hîc am bitionem laboris, ac fimmetriæ ja&ä

. tiam, quæ tanta erat, ut ineptior fimul,

ac irregularior effe nö potuerit. Et tú deferendi mihi erant foffores mei, at

; -

que adipfum malignitatis cen trum accedendum. -

18 4

13. T E

32.

P E Rr s Ri N •

13. T E N E B R Æ.

.De ignorantiæ humanæ caufis,quæ eff di vini folis privatio: ubi fufficit mobis fal tem Deum ac ejus judicitum habere abfconditum, imperium verò occultatum.

Ntrum erat, illudά; non obfcu fàltem, fèd fulphureis ha litibus grave olens, per quod ad fubterranea gradibus aliquot de fcendebatur: hîc, quominus explico quod viderim, lux mihi defuit, nec

AÈ

nomen locus aliud habet, nifi Tene

brarum, quæ de Platonis antro refe

runtur: hiiic fortaffeinfünt,nifi quod mea opinio terribiliora; fibili & ftri dores paffim me circumvolitarunt, nec facilèalius hujuscavernae ufusap

parebat, nifi ut fenfus humani omnes hebetentur. Nam exinde oculi mihi

caligarunt , aures obfurduerunt, ta &tus ipfè mihi propè foporatus eft. Hæc eft ftuporis, torporisque fedes, quam quisquis ingreditur, Dei fimul -

> t

1 N PA T R I A E R R o RE s.

ac fui oblivifcitur.O miferandum hu

manæ libertatis deliquium, cum in ternus ille monitor non filet quidem, fed ftertit, & nifironchis , haud eft

fonorus, cumuniverfi hujus five ma

joris, five minuti elegantia fordet, & debitaDeo organa ftupent, inquieta άue quiete fepeliuntur. Sanè ut mollitiem meamfatear,non tenui hîc lachrymas, & du&torem me

umpalpans, quin hinc eximus, ajebä, ubi nihil eft, quod agam, nifitrepidé. Ille verò adaurem mihi : femper tu qaidem impatiens, at fi pergas, omni nò hîc deferendus: Patere & tui cu

ram mihi relinque. Quacrudelicon folatione confternatus, quicquid tan dem univerfùs orbis contineret mali,

filentio ac patientia fuperare decrevi. Interea fores mihi fubobfcurè pandü tur, quæ & tenebras has invifas fini unt, & luci qualicunque me etiam num caligantem reftituunt. Meusve rò, ut lætum vidit,iterum eontempfit:

fifàperesinquit, non tenebræ illæ te B ;

C®n

PE R E e R£ N1

conturbaffent, fed gratias ijs egiffes,

quarum beneficio totinvifà & cenfo. ria, tot afpeétu etiam formidabilia te latuerunt. Tum ego mecum tacitus;

malo videre quæ fint oppofita mihi, quam meris tenebris confolari. Nam quae me vult Deus, ea intueri cum ti more volo, non oblivionis velum ob

ducere. Sed pergamus.

14. SPIRITuS vERTIGINIs. De cerebri humami labyrinthis, quos /? surè ingreditur, & miram regrediumdi facilitatem fibi pollicetur, dum in terim magis magisj, aberret a-

UIx expeétabatur , lumen erat,

idq;exaccenfâ aliqua face,quam mille milleni culices circumvo

litabant, mortis fuæ laboriofiprocu ratores, & exiguæ voluptatis coëm ptores ftultiffimi. Id ut erat in medio

cubiculi,itaparieteswtcwnq;illuftra bat, -

1 N PA t R 1 A E R r ones.

bat,& fubobfcuras aliquas tabulas â periebat. Invitavit me curiofitas mea,

&tabulis accedens tentavi,fiquid for te in rem meam ibi effet depi&tum:ve rum nectabulæ ipfæ mihi legibilese rant, nec oculorumacies fufficiebat, & nebulas meras intuebatur. Tum e

lichnium aliquod minutum, ad facis lumenaccenderejuffus,iterum in fpe &tionemtentavi, non coecâ illam qui dem ut ante , fèd ufus planè nullius. Nec enim præter Labyrinthos meros continebant quicquam, nec viarum indices ufpiam patebant:fed poftocu lorü meorum difcurfationes, inextri cabile quid mihi relinquebát.Interim tabularütituli mirificapollicebantur,

que ad vitæ perfeétiffime methodú,& . certos felicitatis tramites facerent, ac

univerfi hujus opulétiffimam poflef. fionem adferrent. Ita fcilic. 6S6cijlu dimur, cum ab ijs eapetimus,quae nec

habentipfi, nec dare poffunt, nec ha bentibusfavent, fed ad impediendam noftram fàlutem conjuraverunt. -----B 6 Nam -• *

•

P* ** c*1 N1

Nam quod propitio Deo nobis pate ret, & reétà ad quietem introduceret,

id mirificis impofturarum fepimentis eft occlufum,vel fànèin tanta latæ viæ

politie nobis defpe&tabile redditum. Itaάue vertiginis fpiritu circuma&ti, non prius deteftamur peregrinationis noftræ errores, quàm manifeftèappa reat, quibus nos nugis, & tabularum pigmentis crediderimus. Ego interim düm facé contemplor,nefcio quas no xias fumigationes narib. excipio,qui bus&cerebrü mihieftlaesü,& memo

riæ tabula occupata, ut qui modeftas, tranquillasά; ei contemplationes in

fcriptas haétenus poffederam, jam tú confufionisimplevi,& omninò quam pluresinquiete mentiscaraéteresfer re ceperim: qui dum me angant, &

Genius aliò vocat, præter fpemac opinionem his criptis eripior. 3.

15. MER

1 N P A r R 1 A E R R o R E s. _ 37

15. MERCENARII. De conduétione fivefalario laborum hu mamorum, cujus fulgore alliciuntur,

fed imamitate caftigantur homines.

Xivi, nec fcio quò: Nam ex quo E; *noneft reliéta mihi dextri, fini caput meum occupavit,

ftrive dijudicatio: credo tamen ibi ef

fugiffè, ubi primum licuit, adeo mife ris nulla optio eft. Cumάue me paulo recollegiffem,vidi me fiflimunifico a

licui Difpenfàtori : Quotquot enim præfentes aderant, omnes aut magno rum donariorum pollicitationes au diebant, aut muntjfcula, eaque pluri mùm fpeciofà accipiebant. Nequeta men evacuatafunt copiae cornua : ut

jam propè fùccéfere mihi inciperem, qui iter meum ad tantam felicitatem moleftius judicaffem. Steti equidem attonitus, five ad verborum blandi B 7

t{a$»

P E R E G R 1 N 1

tias, five ad miffilium elegantiâs: neq; unquam vidi cariorem hominis aefti mationé, adeò fingulorum membro rum agilitas magno precio veniebat:

neq; fictamé admiratione rerum fum abforptus,utcuriofàm meam contem plationem intermiferim.Nefcio enim quam pellucida mihiapparebát, quæ folida effe oportebat , & tinnientia

quæ fpiffâ diçebantur, & levia, quo rum magnitudo pondus aliquod infi gne exigebat. Sed ne ulterius perge rem, fecitdifpenfàtoris affabilitas. E

hem inquit aftris dileéte, &terræ pu rior maffâ, quid fordei? &, dignusor

bis imperi6, quid eges? Nam quæ multis fingula debentur, ea tuo inge niojunéta fuccumbunt, &tam coele

ftem in te auram adorant. Immerge te opibus tuis, & dignare fervos ha bere, quite dudum obfervant. Visne aurum ? visne honores, vis fceptra? visfcientiarum famulitium ? & fàni

tastibiaderit, &longævitas, & bona

fama , & perennis Yolupta*, ac quic --

quid -

1 N P A T R I A E R R o RE s.

quidtandem adyentum tuum defide •

ravit.

Quid refpondendum erat homini eximiis ad fümma fublato, & qui fei pfum vix amplius capiebat : Nec e. nim fallere dici poterat, præfente re rum, quas promittebat exhibitione, & quæ circumftabant vitæ folamina: omnia folicitè meam electionem am

biebant: neque dum aliqua affumpfi, tanto hinc plaufu, illinc moerore, ut benefaétum ne mihi , an benefece

rim, incertus inde difceffèrim. -,

16.

V A N I T A S.

De vanitatum humamarum fupputatio me, quæ calculorum magmam aftimatio

mem jaétat, fubftamtiæ verò le vitatem fubinde prodit.,

IÈ

illos animi mei aeftus, concla veinimus, nótantâ hominum fre

quentiàturbidü,fed pro eras; tis

PE R Ε s R 1 N1

fàtis à fupputatoribus quibuflamocl cupatum: cum que pro more benigí fàlutaffem, nemo excepit,aut familia.

ritatis fignum aliquod regeffit. Juf fus autem à meotabulæ affidere , & pro lege loci facere, non multum re nui, & explicatis quas accepiffem o pibus meis,fèdulò aeftimationem fub ducere cœpi. Euge verò ! quae aurea credebantur, vitrea erant; quæ ada

mantina, liquefcebant : quæ magni ponderis, per auras volitabant: quæ,

teretis figuræ, undique tuberculis fca tebant. IVah, orbis Imperator bilis

guttulæ fuccumbebam: Naturæ ob ftetrix in mufca haefitabam: & felici.

tatisamafius, unius horulæ ardoribus,

takefiebam: fèilicet quæ tantâ pom à donata,& fub certagratitudinista ione concredita erant,aut lubricitate

fuâ manus meas effugiebant, aut fca britie offendebät, ne unquam ad the fàurorum meorum colleótam æftima

tionem pervenirem. Interim ad alios

converfus,dumaddentes, fubtrahen t€$,i -

. 1

1 N PAT R I A E R x oxp s. . . 41

tes, multiplicantes, dividentesque in tueor, parumabfuit, fudores illorum

& anxietates rififfem, quibus repetitæ identidem operationes, nilnifi vanam vanitatem reddebant. Neque tamen deerant, qui artem citiusquam opum falfitatem accufàrent, & militescon viéti, toties erroribus fuis vim inferre

conarentur,ut libellam potius vel cal culos, vel amuffim delitaffe , quam tantos artifices judicium aC•

clamitare liceret. Cæterum cum me otiari jam , & curam margaritarum mearum planè abjeciffe meus ille im portunus fenfiffet : Hoc eft, inquit, quod te planè it perditum. Qujsquis enim orbis hujus donaria non amat, non aeft'mat, illum quidem ne falus i

pfà terrena fàlva fit,fi fàlvum maximè velit, ego verò cómotior, pereat(fub didi) quisquis pro gemmis filices do nat, pudeat qui accipit. At hæc verba, vel quae fècutura erant,alapa crudoris

dolorisque anteambula violentiffimè terminavit. -

17. L A

PE R*cR1 N 1

4. •

17.

L A B O R.

De jugi terreni pondere, quàm fuos imu. tiliter premat, mec mimus ambi

tiosè imyitari velit. Ecolle&is itaquegazis meis, in officinam magnæ amplitudinis introducor, ut, quod primum Mobile humana pe&ora exerceret, coiam contemplarer.Erat autem præ grande timpanum, quale attollendis inercibusaâ marisjafiuas adhiberi fo let, nifi quod hoc vaftitate magis con fpicuum : illi inclufâ ingens hominú |

turbainambulat, ex laboris violentia

anhelans, & fudans, nulla quietis li centia, nifi quis exanimatus concidif fet. Et ttim quidem etiá femivivus ad

huc per feneftram inima prccipitaba tur, volucribus & beftijs cibus exhi bitus Nec tamen novi fubinde, & vi

ribus integri deerant, qui magna fua gratulatione , & fociorum applaufu tympa •

_/ /

IN P A T R I A E R R o r £ s. 4; tympanum ingrediebantur. Ibi cum improbius omnia & motum & fabri cam, & ufum tanti laboris colluftra

rem, quod primum admiratus fum, fuit corpus rotundum, &in circulum

impulfum, non moveri in orbem, fed prögrediinterdum, mox regredi, vel deorfùm deprimi. Dein obftupefce. bam ftru&turæ præftigias : Nam exa ranearum telistota erat,&tantam ho

minum molem fuftinebat,necappare bat quisquam, qui vel laboris impa tientiffimus in tanta laxitate fugam tentaret. Id verò fupracunéta mecon fundebat , quod nuilo omnino ufu, nullo in rem communem commodo

rotaretur.Nec enim vel aqua, vel aliæ molesattrahebantur, fed inutili motu

circumcirca infigniftrepitulaboraba- ! tur. Imperabat huic rotæ duræ cervi. cis,& rugofae frötis fenex,meo aliquã to rigidior, qui cü inter fe fàlutaffent,

. meâ induftriâ illi folicitè cómendavit.

i Laboris in qtalter,hic fàtiseft,nechu meri mihi hujus & lacertæ difplicent:

ÍìOR

44.

PP R s s R 1 NY

non licet tamen, nifi ambientem hîc admittere. Cor redditú mihi his ver

bis eft, qui jam expeétabara, qui me apprehenderent timpano intruden dum. Id magnus (mecum cogitavi) avertat Deus : ut quod eft in vita mi

ferrimum,ambitu emendicer. Interea dum fileo, & ille defpicit, meus con duétor- in proximum laboratorium mecum divertit.

* 18. O P E R Æ. De operum humamorum ludibrijs, & rì diculis fpeciebus , quæ Dei obliviomem paulatim introducunt , & mortis obfervatiomem obte mebrant.

Vanas homintm curas, ô pe &tora caeca, fic enim exclamare

libet, aatequam operofàmillâ aggredior. Quis enim non ingemifcat, animal li

humani generis vanitatem

bertatinatum, & adcoelicas opesado ptatum,

I N PA r RI A E R R o R e s.

ptatum, femetipfum irrito labore fic terere,donec in minutiffimum pulve

remabfumat? Aft attendite. Cumo culos circumferrem, omnia& minu

tiffima quæq; movebant: cum aufcul tarem,ftridore, gridore, i&ibus , & ftrepitibus cunéta perfonabant: Non

Vulcani officinâ magis operofà ; aut Aeaci curia populofà amplius fuit. Nam quisquis unquam cerebro fœtü effiffet, hic pariebat, &luci dabat, É progenfes. Erat hic quippè venter Deus, laborum & operarum

praefes, fed frugalis admodum nutri tus. Hic Sifiphum vidi & Tantalum,

& totiesrenatum Pythagoram, ac ve teram omnia deliramenta,fed nos no

vajuvent. Vidi qui aquam piftillo tú deret, lapidem fa&turus, & qui ceram igne incalibem coqueret,& qui ex aë re ftatuas fculperet. Vidi qui perfora tam navé flu&ibus committeret, val

de attonitus cum demergi videret.Vi di qui terræ incolas omnes in unam urbem convocaret iratus —

cuna-ti;

V1S

A6 ` PE RΕG R1N1. bus,& qui foramen per terræ medium terebraret, commercium {Antipoda

rum inftituturus, & qui terram lo:o fùo emoturus in aura ftabile firma

mentum fabricaret. Vidi quipileum unum, omnium capitibus habilé me ditaretur , varijs ad id delineamentis confe&tis, & qui aurifcaturigines pe rennare, ac decrepitis rejuveneflèn tiam polliceri,& votacunéta præftare auderent: Vidigrammaticum beftia rum volucrumque linguam profiten tem.

•

Et quis tot admirandorum fpeci es fando explicet? UInusinftar omni um vobis efto , qui capfulas fabrifa

ciebat, quas ne Dei quidem oculi in trofpicerét,ijs includenda erant,quic quidclam Deo vel poffidere vel cona

ri vellemus. Hos ego dum colluftro, & mixtis cum rifulachrymis, mecum quam poffum fecretiffimè examino, vix effugiChirurgi manus, cordis mei latebrasdiffècaturi, utfeneftellam ibi

ex Momiconfilio apponeret. Me ve; -

I£©

{(

… *

I N PAT RI A E R R o R Ε s ·

rò comes meus tutatus eft eo tempo ré, majoribus malis refervandum.

19. V E N U S. De libidinis peffe, quàm ommis gemeris ac comditiomis homimes occupet, & hobilißimas amima funétio nes umquumet.

quatuor portis hinc NTAm Écumliceret , in quam fortè incidi, calidifIima erat, & fu

turos animiaeftus ftatim inlimine prae

fàgiens. Cumq;inipfum ardoris qua -

ficlibanum penetraffem, vifâ mihi eft amoris DEA, haud quaquam quod Poëtæ fingunt, fpeciofà, fed omnimo. do foeda, ac fpurcitie plena. Neque tamen illa minus vel collaudabatur,

vel colebatur, & obfèrvabatur : i : mò fi quis deformem dicere aufus fu- •

* iffet , vitam fuam in dubium vocaf

' fet. Itaque fi fortè alibi ab elegan tia vobis commendetur , mihi cre dite,

P e * E G R. 1 N 1

dite, & fcabie plenam, & liventibus

puftulis opertam effe. Nam quæ me femel tetigit, foedo odore infecit, ut

nequicquã mufco in me profufo hir-| cum redoleam. Erat enim cum fortel

propius accederem mihi folito affabi Iior, & nihil metuentem manibus cö ftrinxerat,non fine prolixo verborum lenocinio ; de

íí verò gloriaba

tur, finis non erat. Nam humanige. neris deliciae, folamen, elegantia,vin eulum, ne&tar, & fi quae funt alia nu

gamenta, audire volebat: applauden tibus identidem,

ᾶ

circumftabât perfonatis morionibus, Ibi videre erat hominum & ingenio. rum primates, orbisque ornamentaa, - finifiis auriculis,& cornutafronte tri, pudiare, ea nolarum & campanulari melodia, quæ vel Midae ipfi potuiffè,

difplicere. Actum quiderádidici, qui

É ij cordis foliditate, ab infimi omuncione differát, quos ut Numi; naineptè colimus, & communem ho

minum forté fupergreffos nugamur Hî

1 N PA r R 1 A E R RoRes.

Hic enim promifcnè magni pariter&

minuti, fàpientes & inepti, purulen- • tiffimae beftiae pedes, & quæ nomina re pudor prohibet,ablingebant: beati fibiinteréavifi, fi quis profliientis fà niei ampliusabligurijffet. O de decus humanæ carnis, quae Deo confàngui

nea,&inlucidiffimam animae habita

1t (. .t 1.

tionem paulo poft eft transformanda!

è.

Eamne his fordium & excrementorú

1. ll.

fentinis immergemus ? Sed fàtis fit, dum foedarecitamus foeda fàltem,au

dire, uireftitutionis defcriptioni'etiã

t verba fuperfint. Itaque poftaliquam (! & naufeabundam tam pudendi fpe &aculi moram, ad fpecialiorem fi&i amorispraxinfum emiffus.

zo, Mítí

39.

P s . • • f. 1 N 1

ao. M u L I E R E S.

IDe impotente mulierum imperio, quod

viros emeryat , & plurima orbi in

commoda infert. p.

, Uotquot enim hîc primú de $ votionis fàcrificium exfolvif.

fent,in poflèffionem terrarum

amoFSibant, & loca fua, quæ perpe trafïènt, occupabant. HIc ad nume ruih omnis ferimo, & focijs nuncnunc cothurnis delirabatur, tanta verború

plerunq; impietate, quanta pronun - ciationis ineptia. Erant autem honorú gradus non virtutum obfervatoribus

decreti, fedcapillorum crifpis, fufpi

riorum fingultibus, membrorum ga fticulationibus,gutturis glocitationi, & crepundiarum varijs crepitaculis, ac inprimis fanétæ credulitati diftri-|| buti, idô, planißimè ad foeminei fena- || tuli arbitriü. Nam quæ ab omniaevo | iacredibilis habita eft muliebris Rei -

pub.

I N P A T R I A E R R o R r s. íí pub.concors ftabilitas, ea hicjactaba tur , confcriptis in eam rem publicis legibus, & durationis hiftoriaoftenta- • i ta. Ego verò, dum ibi fai, pltis minus

millehis ampliationibus, ântiquatio nibus,reftiffionibus uno minuto præ fens aftiti, quæ jam vanæ glorfationis : certum reddiderant : Interim quot

quotaderant femiviri, ea omnia velut £ 6racula amplectebantur, & non fine * fcrupulis dabant executioni. Didicie

« go hîc Mulierum fictum feryitiüMú : doimperare, & imbellem fèxum effè … & impetuofùm, &invictiffimum. Nec

: 1 , »

$ , , o

enim quicquá eft interris, quod mu liebre ingcnium impetrare nö poffit: nec habet humani generis hoftis ver fàtiliora & politiora impugnationis noftræ inftrumenta: quem enim femel circeo baculo tangunt, homine nidú viro oppidò exuiifit. Quid verba pro digo: Jefabella & Herodias, cum Da lila inter reliquas eminebant, easô; o mnes trophæis contra virilitatem cla ras,& fpolijs mafculi peétoris onuftas,

2. ~ * -

^ Con

-] v

PE R E G R I N I

_ Confiteor, hic ego genu inflexi, &

precatusfum mihi auguftumfœmine um confeffum haud quidem propitiú fed innóxium. Qujd enim facerem

jam miferijs meis fra&us, & ftigmati bus ob inutilem repugnantiam nota tus ? Id unum folatur, nunquam in leges & verbajuraffe ; & fi quid ad ré,

etiam reluétatum effe. Quæ porrò ac ciderint, hîc quidem nunquam reci

tabo, nec exiget quisquam,quifœmi. neis conciliabulis femel interfuit: di

cam tamen quod in buccâ mihi fpon teinfluit, duodecim Herculis confli

&tus, pueriles & pudendos effe, ad de cimum tertium muliebrem , in quo

quid conflagraffè mirum eft? Nunc verò difceden

dum.

1 N P A T R I A E R R o R r s.

;;

21. • A UI L A. p.

De Tyrannorum aulis, ad quorum mutum

bomines reguntur, & divina yene rationi illuditur.

Tupendum eft , qnod di&urus fum hîc; non licuiffe,ut ante vul

tum, quolibebatfeétere: fedad unicam Imperijftatuam,oraomnium, qua nefcio arcana vi, fuiffe conver tenda. Qyod enim hic proftabat vio lentiæ arcanum, id magnetico quodá

impulfu fimul omnes motu fuo move bat ; Ridebat , & cachinabamur o

mnes : triftabatur, & ejulabamus oés: bibebat, & inebriamur omnes: dor

miebat, &ftertebamus omnes: exer

cebatur, & defatigabamur omnes: de • nique Deoadverfàbatur,& impugna-bamus coelum cunéti. Nectamenap

parebat, quanti in publicam fàlutem effet meriti, præfertim cumcruore &

fudore humano pafceretur, &quoti -

t. v

C 3

dianis

PE R E c R I N1

dianis hominum lanienis ei effèt Iitá dum.

Dicebatur autem Panthei cu

ftos effè , ac humanæ tranquillitatis anchora, neq; profèriptionibus con tra muffitátes ulla diei hora vacabat.

Cum j; mecum reiindignitatem ægrè digererem, multi examiciffimis meis mihiagniti fùnt,quialioquin in rebus mortalium valdequæruli:& cætera, fi verbis res agatur, limpidiffimi cultel lo5 fuosad innocentifiimorum crucia

tus porrexerunt. Cum que forte for tuna de coëmendo unius jugeri agello cófultaretur, audivi pretium biscen tam fànguinis humani minarum de pofci, & leviculum quidæftimari.Po ftea & idper o;ium controverfum eft: qui nos omnes femel de die tenuiter pafçeremur, illa verò ftatua quoquo die fplendidiffimè fexies epularetur. Cujus confilij quisquis iconographiâ exhibuiffet, centumviros bonospof fetimpune occidere. Memini hîc vi diffè perpetuos convivas, blafphemi am, adulterium , crapulam, menda cium,

I N P A T R I A E R R o RE s. , ;; cium, faftum & homicidium, fupraq; alios eminentes athoifimum & fimu

lationem : quibus quisquis convenié tet utebatur , temporario aliquo, fed tum brevi, tum variabili favonio utebatur. Tantum verò abeft , fir

mam hujus Idoli gratiam impetrare

poffè, ut o&togintâ fervitutis duriffi mæ anni,vix uni benigno nutuiæqui parentur. Hic monitus à meo, ut ado rarem loci Numen, non parvi, certus fiquidduri in me decretürus effet, ci tius fubire, quam quotidianis crucia tibus me fimul & confcientiam , inte

gritatem que omnem exponere. Sub venit anxio Deus meus, & ex voto liberavit.

C 4

I. I.

PE R£ c R 1 N1 a». L I C E N T I O S I.

Depotentum & divitum mumdi imfolem tia ac vanitate, quibus elevati & a lios comtemnunt, & femet ima \ buspafcunt. Uis unquam credat, tantam

effe hominum fimpliceanáue . tolerantiam , ut quos pridie

virtutis aliquaopinione extulit , eos hodie ab omni juris æquitatisque ob - fèrvatione folutos ferat, & in fummis iicentiofae vitæ exorbitationibus, ho norificè fàginet. Nam cùm ex aula me fubduxiffem, incidi in libertinorum

aliquod genus , qui pugnis me ob hocunum miferè dedolarunt , quod de impietatis fuæ privilegio impru dentius dubitâffem, : Ncc impedi vitid'comes meus , alioquin injuria rum impatiens , fàltem ut pofthac &alios edocerem, effe ordinem, cujus Deum & homines contemnere, &ad arbitrium vivere liceat. Nam cum re

sligionealij, aliquilegibus cohibean .'

tur,

1 N PA r RI A E R R o R E s.

tur, hunc unum, nomen & nummus ab omni devotione , ac humanitatis

officiis abfolverunt, & humanorum onerusm immunesreddiderunt. Cum

çjue poft caftigationem meam timidi us & obliquèin arcana ordinis inten derem, in mediisblafphemiarum, li bidinis &rapinarum horroribus pla cuit, nec morborum, nec animi cru

ciatuum, ac præ reliquis Mortis im. perium excufiffe. Itaque judicijdivi ni ftigmatibus fubinde nobilitaban

tur; ut, quibus aliquandiu gravesfa tis & fànguifugæ fiierunt, ad eorum preces & proDeointerceffiones abje ^ &tè confugerent. Dicam hîc quid vi derim. Cum fortè ad prandij tempus adventaffem , confederant licentiofi

illi, & inaurato rerum apparatu re fplendebant; apportabantür fercula, & miniftrorum magnus numerus in procinéturegiæ adminiftrationisade rat. Cum operirentur patinæ, nihil inerat, nifi quantum aërerepletæ ef fent;nec minus illidelicijs fui$ invola -

C-y

bant,

PE RE G R 1 N 1

bant, & ( quidenim aliud dicam ) aë rem depafcebant. Idem in potu faétú: Nam & fundebatur, & hauriebatur

aër, magno ftultitiæ fpecimine , nifi turgefcere illos palam animadvertif fem. Inflabantur enim, ut crepituros aliquos metuerem, vano tamentimo τe, ut qui chamæleontes nefcivi, qui bus is eftaëreus ludus. Me fànè cum

invitaffènt, & fames fèdare perfuafif. fet, nihileorum fàtiayit , nifi, quod nefcio quæ ventris meteora fum per

peffiis. Ita folutoffmbolo, quinüm mi fonus fuit, facilè veniam ac

cepi, & fumpfi, ac ap!J.

A3. FA

in P a* ria ER ronss.

23. F A M A. Be me$oriæ hujus mundi vamitate, cui

quisquis credit, magno quidem tefti monij alicujus umbram emit, at decipitur.

On fallimini Leétores mei, ' NÉ

mera abfurda expe

` étatis ; nec enim tam flu&tus

fluétum excipit, quam in mea narra tione vanitas vanitaté. Nam qui jam

jam ab aëreo convivio jejunus difcef feram, nunc folles inflare, & impreg nare utresjubeor. Sedlocus prius de fçribendus eft.Is fornicatus erat,& co

lumnarum fuffulcimentis præclarum aliquod fanum repræfentabat; arte ita conftructum , ut emiffàm vocem ali

quoties non injucundè redderet. La tera antiquisinfcriptionibus,& bonae memoriæ dedicationibus oppleta e rant; nec quicquã, quod felix aliquod ingeniüimmortalitati confecraffet, a berat, C 6 INon -.

&©

PE REG R 1 N1

Non hic diffiteor errorem meum

fuiffe dulcem, & tam folicita pofteri tatisalloquiaavidè à me effe delibata.

Qujs enim nolit Mortuos auéire lo qùi, quantumvis lapideâ linguà; aut fàlutationes ex Elifijs non excipiat,

quos fortaffe nondum Aeacus abfol viffet? Age verò erremuscum cæte ris, dum nihil quod viderimreticeam. Fama, quæ huic atrio præfidebat, in fublimifubfellioconfpicua, à diver fiffimis hominum generibus coleba tur: quorum alterum poffe, alterum fcire plurimajaétabat,eoquantuma nimadvertidifcrimine,utraròin quo

piam convenerint, nifiquod potentes fcientiam mentirentur, fcientes verè

magna fubjeétionis fimulatione Ty rannidem affeétarent. Hicintätatur ba à duétore meo vix tandem intru

fus:veneratusfum (nondiffimilabo) inutilem ftatuam,&cumreliquisfum Nominis æternitatem precatus. At6 impofturam ! Cum enim cartas meas

obiter infpe&affet,&infaciem etiam impu

1 N PAT R I A E R R o R E s.

impudentercollaudaffet,primùm gra

viter, & fub tubae fono edixit, ut quif. quis vellet, idem fentiret, & fi inte grum effet, eloqueretur. Poftea in im mortalitatis fiduciam, judicij fui fo lenne teftimonium contulit,cujus be neficijgratiam multis no&ium pervi

gilijs, & fanitatis difpendio, praeter multiplicem moleftiam fum emerca tus.

Erat autem tale meae induftriaeen

comium, quo dignus judicabar, qui fordidiffimi,&imperitiffimiexplebe linguae infiderem, donec me illa ex pueret, cum expreffiffima cautione, necordatialicujùs, & emunétæ naris labiaingrederer. Id aureis quidemli teris perfcriptum erat in charta, quæ cujusmateriæ fuerit, haud liquet, fed liquefa&tammihiinmanibus,& folu tam effè certum eft. Ibi imprecatio nesnondeerantquidê mihi, fed quod

imprudentiæ meæ potiusquam Famae fuccenfèndumjudicarem: exoravitá , democonduétorem meum, ut huicet -

C. 7

iam

PE R r & R I N I

62.

iam infamiæ meæ finem ìmponeret: fecit, & non fine ludibrio abftulit. 24.

L I T E R AE.

De literarum ja£tantia, quæ perfeëta ho. mimibus pollicentur, & mutila ac um Vratilia exhibent: ubi & de lite ratorum mollitie & am bitione.

IÈ Typographiam eft perven tum, non illam quidem, quæ inter prima humani generis beneficia méritò numeratur: fed quæ numero fis inanium literarum exercitibus có ftabat. Nam quodalibi incoacervan dis regijs gazis fieri folet,aut inftruen do armentario, id totum hic impende batur vocabulis, neque minus piacu lum erat, vocem unam contréétaffè,

quamfàcrilegio fe, aut Ephefinitem pliincendiocontaminaffe. Itaq; feriò

mihi injungebatur, ne quid per inju siamfotts tangersm, quod

r-it

fì

I N P A T R I A E R x o R r s. 63 ultimo fupplicio effèt luendum; nec poffè placari literarum cuftodes aje bant, fi femel vel imprudenter etiam offendiffèm, Hic ciftae erant, varijsal phabetorücaraéteribus refertæ, qui bus res humanæ oés ab origine muadi denotabantur, &memoria præterito rum fèculorü retinebatur. Dein,quic quid labores mortalium edoceret, & inftruméta aétionü fuppeditaret: tum .Naturæ etiam fcrutaminibus infèrvi ret, hic infinito numero, fed fab cla£

fiü aliqua diftinétione cuftodiebatur. Noningratum erat rerum hîc conten tarum & titulosaudire & legere, ac in fpemcertaminfigne aliquod orbis cö pendium cötemplandi At quod peregrinationis meum folenne fem per fuit, irrito eventu. Nam quicara &terum interpretes , five myftæ afta

bant, præter infinitas contradiétionú

confufiones pollicebantur. Cum enim orbis hiftoriam expeéta rem, fabulam audivi: cum Naturæ a

natomiam,nefcio quas sonisaae; -

Cœl1

… - '

PER EGR1N1

coeli motiones atq; vires, ineptum ali

qaemaftrorum difcurfum : cum nu merorum mifteria,lucri fubduétiones:

menfurarum arcana,agellorum difcri minationes , ponderum fubtilitates, fraudum libellam: cum fonorum har

moniam, lafciviæ incitamentum ex

audiebatur: denique quicquid hic e

rat, pro titulorum jaétantia praeftan dum, id aliquo artisfimulacro elude batur, nec feminus oftentabat magni ficè, aut hcminibus exprobrabat in gratitudinem. Et cum mihi videren

turvita planiffimèindigni, delicatiffi mèalebantur, inter fefè etiam hono

rum titulis liberaliffimi. Nam fi quis paulò artificiofius effet mentitus, ei aliquot hendecafyllabi, & panegiri

corum variæ corollae `decernebantur, quibus illefe paulò infrà Deam,ac fu pra omnes orbisMonarchas efferebat, omnifêiæque Deæ à privatisconßlijs audiebat. Ego, quiafilendum hîc erat, nutu me rerum humanarumarbitris

oficiosè commendavi, & mox à meo moni

1 N PAT R 1 A E R R o R* s.

monitus , magnae obfervantiae fimg latione difceffi. 2;. A R C A N A.

De malignitate arcanorum Reip. quibus ^

humamus fanguis funditur, & morta lium juga fabricantur: ubi con tra ftatuum declamita tores cautio.

Xindein emporium aliquod, V2

[•

E.repletum mercimoniorum generibus devenimus,jucundiu tique fpe&aculi, & quod univerfàle quiddam orbis theatrum repraefenta ret. Ibi videre erat venum exponi,

* quicquid humanæ mentis pharitaliæ

' alluberet. Nam quæ Natura etiam nö habet, hic proftabant, abftraéta fcili

cet,veluti menfeitas,fyphitas,& quæ talia verborum monftra. Hic cathe

nulæ exponebantur , quibus fubditi vincirentur;& cucurbitae,quibus fim plicium fànguis extraheretur; & fta -

t€Iæ,

PE REcR1N1

teræ,quibus Respublicæ librarentur; & perfpicilia, quibus color alius re bus vifibilibus affingeretur;& fiftulæ, quibus vigilantes fòporarétur: & cre pitacula, quibus timidiores terrefie rent: & baculi, quibus papaverum ca

pita demeterentur: & tubæ, quibus tranquilli excitarentur. Sedquid ago? infinitane illa recenfebo, quibus ám pliffimum forum abandat,& oculipa fcebantur,& ementium vendentiuiin

§ue multitudo occupabatur. Vidi in ftrumenta proftare , quibus pacata Respublica turbaretur: & mox alia, quibus turbatacomponeretur: ac ali bi, quibusin varias,& quas velles for mas,transmutaretur. Qiios dum pro portionum circinos intueor, animad

verti,humanum fànguinem redoiere, imò cruore totos madere,quod exhor refcens ad mitiora me contuli, ea in

primis quæ felicitatem, quæ fanitaté, quæ divitias hominibus polliceban tur; claviculis illis non abfimilia, qui

bus feræ effinguntur, Præ reliqui§ta InCIl t

I N P A T R I A Ε R R o RE s. - 67

men me refecit hiftrionum, & circu

latorum turba, quibus univerfum fo rum fatebat, fingulis fecreta füa mi rum in modum extollentibus. Erant

quifagum, q!ii togam,qui peram, qui pileum, qui fàccum, quinjarfupium, qui cilicium, qui funem, qui crepi das, qui fceptrum, qui ferulam , qui baculum, qui campanulam,qui mare, quiterram, qui ignem, hominibus có mendarent,& in fingulas fupremæ fe licitatis fùmmam includerent. Ibi mi

hi vifùs fum, humanosvitae ordines a

nimadvertiffè , in quos plerique im prudentius inciderent. I Quod énim quisô; emerat, ei mox laudem, & im poftoriaffènfundabat, cum proximi contumelia. Ego quid emerim, vix o pus eft fcire; nam & pœnituit deper ditiæris, & conduótor meus à cu

riofà contemplatione fubi tò me abduxit.

16. PRo. v

P • R• c R 1 s1 `

26. P R o T H E I. De Politicis hujus temporis Vertummis,

`qui cum religione &juftitia ludunt, & ' ' magna lubricitate cum fortuna lu- * &tantur, domec im confilij Di

vimi caffes incidant.

; ecitandum eft, quod nec N;UIncr

fcio, nec humana lingua facilè explicabit, nec fenfüum , minifterio comprehenditur. Poftea quam enim in publicam aliquam ca veam introduétus effèm, vidi anima

lia haud quidem ad communem for mam, fed nec planèinufitata. Iterum moneo, oculis meis fides haberi non poteft, nec enim mihimet credo, & præftigias meras nuncupo. Videreta men vifùs fum quadrugedes aves, fi mias volatiles, ferpentes ereótos, re pentes canes. Audivi balare lupos, u lulare oves, rugire afinos, & rudere leones. Perftrepebat lufcinia, & mo dula

1 N P At R 1 A E R R o R e s. 69 dulabatur anfer. Cum que novitate fpeétaculi deleétarer, ne hoc quidem Ä; immutabile: itaq; paulò poft fcire debui, non fonos fàltem, fed & figuras licere cuivis animali, quafçunque li beret, induere : nec aquilam minus, quam upupam velle videri, effe inte grum. Hinc erat, quod ventorum af. flatum folicitè obfervarent , fcilicet

unde conjicerent,quam formam affu mere expediret. Inter ea refcivi effe homines , qui beneficio Genij loci, redditieffèntin quoscunq; Mundica fus verfàtiles, fed & Deos facere, ac fi

luberet, delere potentes. Illis jus effe Principis voluntatem ; vivendi regu lam, exemplum: humanitatis officiú, accommodationem. At ut verum non

diffimulem , non habitus fùm ullibi

benignius, adeò omnia mea approba bantur , nifi quid fortè mihivellem

benefa&um. Ajunt enim legibus ac charitatis mutuæ teftimonijî folutos effe. Hic fànè conduétormeus, rufti

citatem mihi virulenter exprobrare ,

" ordie

•

. _^

P ■ ■ ■ & R 1 N ;

ordiebatur, ut qui mihi æternum in niterer, nec unquä poffèm ad tamlau dabilem morum facilitatem infle&ti.

Qaid enim ajebat homoaliud, fis nifi

pĘteriti difcipulus, præfentis mini fter, futuri fperans,fimul verò univer fitermporis mancipium: Non enim tu mutabis quicquam, fed mutaberis vel fponte *i invitus,vel fanè in obftina tione tua interibis. Hi verò, quos ad ~omnes eventus vides circumfpectos, adcunétos cafus paratos, & cujusvis adverfi impetum tolerabiles, meritò invi&tos fateberis, & orbis hwjus do mitores. Me tamen fpectaculum ma

gis detinebat, & neglectatam abfurda commonefaëtione , oculos hinc inde

circumjaciebam, fi quid fortè hîc in felicitatis deprehenderem: Nec fefe} lit me diligentia. Nam circumiens vo rax aliquod animal fortè afpicio,quod omnibus in univerfumn mortem denú

ciabat, & fruftra transmurantia, fru

ftra cantiilantia, fruftra quoque obfè crantia, ridens etiam coiiJachry; 4$,

pafiirn

I N PAT A I A E R R o R E s. 71 paffim devorabat : & jam mihiappro pinquaverat, frigido fudore madenti; cum me conduétor è mortis faucibus

;

fabduxit. 27. PHILOSOPHI A. -

De Philofòphia in univerfùm, quam pa.

|, )

rum folidè hominibus fatificiat, & cum maximè optis habent, tandcm deffitttat.' T Ic mihi iterum retroeundum, poft moleftü iter tenebra

-* rum caverna repetenda erat,

`fcil. quæ in aliam miferiæ plagam me emitteret,cumά; vertiginé iterú effem , perpeffus, illuftre Palatium excepit, s, auro, gemmisq; corruf.ans,fed die ex ' pers, & quod candelis faitem illuftra

ÉÉ locianus, & Inodefto habi tu veneranda, verborum etiam, leni

| tate, nefcia qtiam Majeftatem repræ fèntabat. Peplü tenue,& nubibas per fimile caput involvebat, maguæ divi . nitatis augúrio. Circumcirca libris |

obvallabatur, & fubinde eis -

;i; ίáíé

e.-*

P e R E G R I AN 1

&tare videbatur, magnâ Notariorum attentione. Eam cum pronus fàlutaf. fem,juffus affidere, ne quid turbarem. Vidi velut ad Sanitatis numen, omnia

morborumgenera adduci. Primi o

° mnium, quibus me præfente reme dium quærebatur, fylveftres erant, & moribusindomiti,quos cicuraret:De in infàtiabiles,quibus nec mare fitim, nec terra famem reftinxiflet: Mox vo

latiles aliqui, qui mundi terminos e

vagaritentaffent: Plurimi verò coeci, qui ad plenum Solis lumen palpita rent: nonnulli etiam, quibus ungues in hominum perniciem excreverant.

Vidi adduétos, quifemper tremerent, qui femper riderent, qui femper plo- 3 rarent , qui femper dormirent, qui femper nutrarent, qui femper cantil- ! larent;&infinitas alias aegrotantium

fpecies, quas ne Aefulapius quidem omnes agnofceret. Hic mihi prom ptitudo Matronæ mirum in modum lacebat , &, indefeffum inquirendi

udium, verumquod lippiret, & ad -

caade

——-—

I N PAT R I A E R R o RE s. 7; candelas omnia fiebant: jam tum de fperavidefànitate. Poftea & curandi modus difplicuit : Nam præter em bammata,&inun&tiones, acdenique foporationes hîc nihilerat, quod fàlu

£; item redderet:& delinire mihi morbos j-,

potius vifà eft, quam curare.Qujcoeci Â

}

Ë coecutire, qui muti, balbuti re: &furdi quondam, furdaftri mihi videbantur: ac qui ferocijffènt, mul tum etiamnum torvum videre.Accef

, *-^

, ! fit&aliaanus trepidatio, quæ obliga

tos,& non nihil fanefcentes, quamo ciffimè dimittebat recidivarum timi

da. Erat mihitum cafu, an bonâ for

tunâ, ftomachus cibi impatiés & nau feabundus, quemcum manu tetegif .* T, , fet, oleojuffit inungere, quod perad •a miniftras porrigebat: cujus is fuit u fus: fiquidcommediffèm, ejus quam ¬

primum oblivifcerer,& ejeétionis lo co, nefcio quos inteftimarum tumul

[

tusperferrem; quod modicum folatij .

:»

magnomihiconftitit. „Nam is etiam

erros meusibi correétus eft; cum ex >|

penfis

74 PE R E G R IN1 penfis nummis didici , tantam huma ihitatem gratis haud exhiberi : Atque ita honeftè in fpeciem dimiffusadali perrexi. _ _ -

28.

S C H O L A.

De fcholaftica eruditione, qua im verbi; faltem fubfiftit, nec umquam animum tot -

fcientijs parem & divitem efficit, .fed imami titulodi mitit.

UIod primú occurrebat, fcho. lafuit: id enim ex pulvere, & cimicibus collegi: certior ta mençonjeéturæ meæ cum betularum ramis,omnia vireferent. Ingreffùs ut -

fui, libellus oblatus eft, cum leétionis

notatione, quam dependerem. Nec tutabatur hofpitijaliquod privilegiü, quoniam id unum erat loci hierogli phicum, difcere , dolui vel 9b illud, quodlibello meo occupatus, non lice retinarcana hujus delubri inquirere: nec tamenabftinui,& lyncis oculis Pç- li dago -

1 N PAT RI A E R R o RE s. 7; dagogam fum contemplatus , quam

poftea memoriam effedidici. Eadifci

j pulorum fuorum capita perpetuisca

Ε linteamentorum frica

.tionibus ficcabat, quointrufà fidelius fervarent, & repetita in omne tempus redderent. Id enim loci debitum eft,

fcire ex omniliteratura,quicquid Ma jores noftri vel fortiter feciffent, vel «lixiffent fàpienter , & fluenta prom ptitudine poffe recitare, etiamfi pla iniffimè nefèias quid dicas. Cum enim ex condifçipulis meis aliqua in rem meam quærerem, de quibus paulò an te cum admiratione mea declamitaf.

fent, negarunttale unquam quicquã

in vita animadvertiffe. Inde de forti- . tudine loquebantur trementes; & de

fobrietate ruétantes ; de virginitate cinaedi: de liberalitate ufurarij: de æ ' quitate prædones: depietatefàcrilegi: & q, penè rifum mihi movit, de cre pundijs fenes aliquos cü pfpicillis di {putâtes obfèrvavi. Circúibatinterea impQrtun* me*,& Memoriæ aliqua in -

. '

D 2.

auf€m

- /-

P E R E G R I N 1

auremmuffitans, movit, utin me et. iam oculos conferret. Egofive difcen di pertæfus,five morae impatiens,cum nihil omninòvelex frequenti leétio ne , vel fociorum etiam collatione, ingenioad res humanas formando ac cederet , nefcio quam imprudentius fugæ cogitationem prodidi.TuncPæ dagoga profunde,&ridente vultu ira ta, cùndentiferro duo ftigmatafronti inurijuffit, literasquidem: B.enim & M. charaéteres erant, fed ignorantiæ perpetua teftimonia. Inde amarè ri dens, ubiinquit, & hîc fuiffè gloria tor. Tunc libello interram proje&o, &. imprecationibus quibusdam de properatis cum ulterius fervere in ciperem, manus injecit illeinfelici tasconciliator meus, & pæda

• . gogio haudufqueinvi tumejecit.

29. ARI

I N

29.

Parri a ER Rores

' 77

ARISTOTELES.

De Peripatetico doârima genere,metho do, &fi£fitia fublimitate, tum fummi bomi, & maturalis cogmitionis jaétan tia , cum Politicæ prudemtiæ

vo/temtatione.

On proculire oportebat:Nam Ngenijs fàcra erat , & naturae haec terraomnis formandisin

fcrutaminibus dedita. Itaq; in Mufæú aliquod cameratum , & undiq;, ne aë ris injuriæ pateret, obftruétum,ingre dimur; terra ftragulis operta erat, five in luxum , five optatæ quietis ergò. Nam quoscunq; hîc vidi, meditabun dierant; vel oculis in cameræ coelum immobiliter intentis: vel naribus ad terram admotis: vel auribus adfüfür

ros quofdam porreétis: vellingua li quores difçernente: vel manibus te. pidæ aquæ immerfis. Sedebatinter il los vir barbæ quam ftaturæ longioris, D 3

oculis

; -* -

P E R E G R I N r.

oculis aquilinis, nafò fàgaciffimo,qui quofcunó; approbavit ( id quod poft venæ incifionem ex humoris dijudi catione fiebat)eorum linguas acutifíi mo fcalpello circumcidebat , ut jam exinde fècretius & captiofius loque rentur: dein fili tenuioris glomum fà cri ordinis fimbolum diftribuit,quorü initijs ad mufaeiclavos appenfis , jam tutò inanfiaétuofosterræ meatus exi

rent , & naturam omnem perveftiga rent. Hîc enim offerebatur, quicquid univerfus orbis contineret, & in mi

nutis globis delineata monftrabantur,

quccúnq;Macrocofmus cöprehende ret. Superbiebant ergò qui hîc fuif fent recepti,& ex antris redeuntes mi-,

rificam peregrinationis feriem & pe ricula recitabant,fpe&tris&lemuribus frequenter infperfis:& quod miremi ni,etiam tenuibus & invifibilib. auris

defcriptis, quas extra mundi cardines evagati reperiffent.Ipfe verò omnium, hominum,& fuorum etiä contemptor; in aliud intentus erat. Aiebant enim -

arcem, --l

1 N PAT R I A E R R o R. Es.

arcem fabricare,qug Dijs,hominib.in expugnabilis foret,cui fe cum deleéta manu includeret,&veritaté raptivam fecurè poffideret. Eum enim talé tan tumq;effe, quivariasSophorum obfi diones vel fregerit,veleluferit, utjam invi&tus pa É audiat, neq; quicquã fupereffè videatur, nificödigna impe rijfedes. Jamό; delineationib. perfun &tus,regulis&legib.occupabatur,qui bus cives& ab ipfâ felicita

ÉÉÉ

teregerentur.Hanc enim uxoremam- '

bibat, virginem, emarcidus fenex, &

'fpeciofiffinis munufculis folicitabat, Illa verò quod folutam veritatem fo ciam vellet, varijs internuncijs tépus

trahebat. Neçj;, dum ego ibifui,in ur bis novæ regimen confenferat. Sed de me etiam aliquid audiamus. Cum enim hujus Enciclopediæ libido animum meum invafiffet , fuftinui&

linguæ cefuram , & glomeris munus

admifi. Verum cumijam fimpliciffi mum fenfum monftrosè eloquerer, -

D 4

PE R E G R 1 N r

&planiffimas res oeftrovelut pércitus intricarem: deniq; inantrumaliquod ; ingreffus, nihil eorum viderem, quæ mei antegrefforesfuiffent mentiti , fe τὸ philtrum effe fum expertus, quod apparere res non adeffe, & fomniare non fcire vel poffidere faciat. Hocta men beneficijmihi Deus impertijt, ut

quo momento pedem mufaeo extuli, incantatio haec vanamedimiferit.

3o. GLADIATORES. De diffutatorio eruditioni ftrepitu, quä iniquus fit omnibus paßim fcientijs, -

& fibi ipfi comtradi &fori us. a.

tamen plenè hujus imperio : NÉliaOn ptus fum. Erant enim in a contignatione congregati Senis illius numerofi fàtellites, haud

quidem in literatorum formamtoga ti, piliative: fed machaeis, & Martis

varia fupelle&ile formidabiles : hic ' mlIa. -

I N P A T R I A E R R o R E s.

miraapparuerunt. Nam linguas igni tas cunëti habebant: non Apoftólico fervore, fed candentis peétoris flam mis accenfàs : oculi fcintillabant, &,

enfes fubinde vibrabant, fi quis fortè congredivellet. Nihil tam moderatè, aut circüfpe£tè hîc dicipoterat, quod

non fubito fuiffet exagitatum, exag geratum, & verborum ftilis difpufi-. &tum. Me mutum planè, & contre mentem undiq; excufferunt, nemini mus forte cultellus,velaciculus etiam. fub veftibus lateat. Erat mihi cafu fti

lus ligneus, quodentes purgareaffue

veram,tum ad finiftram aurem depre henfüm, immane eft, quantum inju rijs onerarint,

§ííííííí. pro

ditionis conviétum habuerint. Ego, qui jurejurando innocentiam meam. &innoxij ligni ufum teftarer, tantis, contra me conclufionibus & confe

quentijs fum obrutus, ut propè jam. credere inciperem, rem tantillam in,

pacato etiam regno effe periculofàm.. … Ettum quidem pereundum erat, nifi ---

-- ,

P s'

con*.

P E R E G R. 1 N 1 • ,

82.

condu&or meus eviciflet, non Iicere

fibi concreditos morte mul&tare : pla

gas tamen aliquot humeris meis ad mifit,quarum cicatrices nulla mea ae tas delebit: mitigatus verò non nihil fum,cum paulo poftinfeipfosinfurge- ' rent. Nam Andabatarum more dubijs & coecis verberibus inter fe digladia bantur, nulla viétoriae nec fpe, nec af

fignatione.Vidi hic Bibliain minutiffifha folia difcerpta, & Juftinianico dicem modo non in pulverem contri tum, ac Hippocratis herbas in favillas difplofas, cum interim pietatis, jufti tiæ, & fànitatis Antiftites dicerentur.

Cumά;paulo ante cartas variè difper

fiffent , nunc folicitè colligere: êum. paulo anteconculcaffent, nunc ado rare : cum paulo ante confudiffent, nuncinclaffès diftinguere : acmoxad tumultusredire; deniq; omniaclamo ribus commifcerelaborabant. Et con

templationis hoc ambulatorium erat

dandaeq; accipiendæq; rationis fàcra rium.UIbiquisquisreb, humanis Fíí -

1 N PAT R I A E R R o R r s.

effe vellet,hic examinaretur,&appro batus tutò fàlutem mortalibus difpen £aret. At ego toto corporefudans , & vix fpiritumlanguentem trahens, in

nixus meo,tacitè actimidè erepfi. |

31. N U M A. De fuperftitione quæ homines obcæcat*, & fimul fub miferabile jugum con ftringat, fruftra reclamanti bus Philofophis. Lius ab histotodiverfus, facer dos haud procul hinc impera * -^-bat, non rationis curiofus exa &tor, fedcredulitatis conciliator indu

ftrius.Is mira devotione,& morú puri tate nil nifiDeum ingemifcebat,&coe licac6verfàtione fruebatur. Ná ecfta

finfubindepatiebatur,&diviniscollo

quijsabforpt*. UIbi humanis imperfe &ionib.reddit*eft,Deorü voluntatéfé dulòinterpretabatur:& humanâ fàlu temcumlachrymis& fufpirijsprocu D 6 rabat. -

-Pr RE G R 1 N r 844. , rabat. Inde totusinDeorum cultuoc cupatus.

$ erat opum,quicquidpre- ! -tiofiffimae fupelleétilisinDeorü imagi nes cöfiabat, quib. mortales in omnia, malorum fübfidia uterentur. Itaque pharmacopæia mihi tota regia vide batur, quæ omnibus malorum gene- ! ribus, fàlubrealiquodcoeli donarium opponeret,& humanum genusbeati tudinis incolistotumconciliaret. Hic

videre eratimmortalium, cum morta

libus velut commercium, colloquia, amores, lites etiam, & bellorum mi nae. Hic mutuæ literae mittebantur ,

&reddebantur, quibus cœlitum res pnblica, ac Jovis confilia cunéta pate

fiebant. Cæterum non, erat otiofum,' quid, Deorú confüetudine frui.Nam

fiifiquis&fànguine füolitaffet,&fla. gris corpus maculaffet, tum in fàcrum cultum omnia propè prodigiflet, non dignus habebatur coeleftiamicitia. I.

taque&cqelum haud rarò negligenti busirafcebatur:& fùmmus fàcérdos, t

L r N PA r RI A E R R o R E s.

quidvellet, ex nubibus vocabat, qui bus prophanosterritaret, & ferociam incredulorum cohiberet. Ac animad vertiffe me memini, cum Deorum re

fponfa pro cujusvis ingenio interpre taretur, ne quisquam tam fàcras per

fuafiones faftidire poffet: ego tamen exinde occafionem fumebam, acrius. in tam fàcerrimum hominem inqui rendi: quem cum paulo attentius, ac

exinfidijs intuerer, vidi interlachry marum fluminafuaviter ridentem, &.

ftultitiam hominibusfubmißè expro brantem. Itaq; quae Deopetebat, fibi

quaerebat , & fecura poffeffione ijs, fruebatur, quæ per ipfum homines. coelitibustranfmittebant. Necerat id.

plane clancularium,ita tamen impru áenti turbæ incredibile : ut, qui id monftrare tentaffèt , nunquam acer bam mortem effugiffet. Cum enim. nonnullihaefitaffènt,&indubium vo-.

. . care cepiffènt , cicutam bibere juffi, fubitòinterierunt. Quæ me res mo

vit,utneirreligiofior fortè appareamy. -

** difcef

P E R E G R I NI

difceffum à meo anxiè petierim: Nec fuit ille difficilis, & in Sacerdotis fa- |

num afcenderejuffit. -

32. • I D O L A. De rerum terrenarum cultu,cui fé homi mes totos committunt, & im vamißima rum rerum amore abforbentur: u bi & de Hipo critis.

imaginum varia gene IDÉIxeram ptuosè fimulacinfinito nume ex quolibet metallofum

ro conflataeffè. Ea hîc ere&a fanum

undiq;opplebant. Id figuramultägu lariconftru&um, & multis cellarum |

concamerationibus inexplicatum,va- ! ' ria devotionis minifteria admittebat:

ßmulacrorum æά;capax, ac hominü. Hic ex omnibus terræ climatibus ho- i

mines convenerant: Europæi, Afia tici, Africani, Americani, & quiadu

trumq;polum hactenusfueruntinco -

' '

gniti;

r * P A T R I A E R R o R E s. 87 gniti: qui ex Patriae ritu pro fe quisq; – Deum fuum & inquirebat, & repertú venerabatur,maximautiq;cultus mö ftrofitate. Sanguinis autem humani -

litatio & facerrima erat, &frequen tiffima,ut Deos omnes cruorem fitire,

ac huncliquorem epulari fufpicarer. Erat autem vifu planè admirabile o mnium animantium, imò & inanima

torú fpecies prodijsadorari.Necquic

quam tam vile aut ridiculum terram continere, quod non hîc Deus habe retur. Nam ut Deorum quos antiqui- , tas confingit,nomina omittam; hic la na,hîc coriü,hîc bombix,hic vitis,hic fpica, hic olea, hic metallü, hic mine

ràle,hicvegetabile,hic liber,hicenfis, hic ligo, hic loculus:& ne bruta omit tamus:hicafinus,hictalpa,hicporcus,

hic graculus,hic fimia, hic lingua, hic venter, hic cerebrum,hiclibidinis in -

ftrumenta colebantur:omnia maxima

religionisoftentatione,fedmajore hu manigeneris dedecore. Qujsquis n.in. hocfano fpe&ator nonaftitit,nunquä -

huma -

“… '

PE REc R1n*

humanam coecitatem mifereri fàt po teft, aut ineptiam ridere. Ego fåne ob

riguiffem hic fpeétaculi ftupore, nifi meintermixta crudelibus ridicula fu

ftinuiffènt. Cumque ita fanum reli

giofogreffucircumirem,vidi in angu lo quodam tantizeli homines, qui pe &tuscultello aperiricurabant,ut icun

culas magnofasis numero intromitte rent, quibus in fecertis devotionum legibus receptis,jam divinitati, & ve luti femideum genus, hominibusve- !

nerabiles cIedebantur. Qups, fi quis imprudentius tetigiffèt, piaculum e rat, & feftinato fàcrificio expiandum. Ibicum patronum mihieligere, & tu. telarem Deum differrem, ferè execra bilis fuiflem faétus. Itaqueà meo du riter monitus,cú nullus omnino Deo

rum placeret, tandem 9blivioné fup plex fàlutavi: quæ mihi inter totaá- ! ' verfâ ambulantianimum fubinde de faecaret.Et auditus mihi videor, fi non

plane exvoto, fàltem ne utante cum

tanta malorum memoria fémper con fligere -

I N

Par r 1 • E R R o RE s. - 89

3. ffigere neceffè fit. Id qualecunque fo

3; laíium in tempore fiifceptum. Cum i nihil, quod cohtemplaret,amplius re

£ ftaret, difcedentem meum conduéto 1 , rem, diduétis paffibus fuminfecutus.

' 33. ZOROASTER.

?. 1, •

8 De Magia illeëtamentis , & memdacijs, f quibus curiofitas humama, inevita 3. / - bili dammo pafcitur. , 3.

··

íí

N UIam vellem nunquam fuiffe

:•

ad haec montium præcipitiaat. traébus, tanti horroris & vapo-. ris habitacula, & alius, quæ ibi fint fcelerata, recitaret , qui apertis oculis aufus eft intueri. Ego fànè & lumina hîc & aures cuftodivi: dicam tamen quid ab alijs acceperim, &inter pere

1 * £ 3 3

4 grinationis fcopulos numerabo. Eft in

* vertice montis loco vix acceffo,fàxum , M prægrande, intus cavatum, foris per m petuis tenebris obfitum: januam non

» habet, fedexiguumforamen, cui irre f;

pen

PERE G R I N 1

pendumeft,fiquis velit immitti.Ibi fi veincubum aliquem, five infernaliú gymnofophiftâ habitare ajunt, fingu lismenfibus femel confpiciendü,cete racaligine fua indutü.Voluit fors mea

nó apparuiffe, dum trepitus fpe&ator adfui: At fi non,& cynops,tumPytha

goras atq;Appolonius,cumOphitarú, Gnofticorum,Montanianorum,Rabi

narú, Brachmannorum, & quorü no

minanon fuccurrunt,turba,frequéter hîc difcurrebant,fubinde perforamen illabentes,& nova miraculorú figmé ta adferétes.Non licuit mihi hîc loqui fednecintelligere. Ná caraéterib. res ac numeris,tùm móftrofiffimis figuris res agebatur:& fi q, verbum prodibat, mugire boves, non loqui hominesdi xiffes:ac tú vifùs mihi fum in O'aiill.°

aut Saxonis grämatica, terra effe, quæ mera monftra & fubterraneos incolas

gignit. Nam quae alibi anilia haben tur, hîc vera effe propemodúcredidi: cum Lunam viderem coelo deduci, &

1mortuos refponfà dare,& homines lu pos

I N P A T R 1 A E R R o R E s.

iposinduere,arbores etiaminterfecol loqui. Quj intus fuerunt,referunt te

nebrofà teftudine in opaca aliqua va ftiffimæ latitudinis loca defcendi: ubi

rerum vel peraétarum vel peragenda

rumfabulâ,quamcunq;vellestibi ve lutin fcena agatur, & mundi quafie pitome confpiciatur. Dein etiam ar canorum librorum bibliothecam ibi

fpe&tari, quiolim velinterijffent, ve! ab occultioris Philofophie Symmyftis

{ponte abfconditi effefit. Iis contineri humanae curiofitatis nutrimentumac

pabulum:imò quod incredibile mul tis videri poffit, &contentamentum.

Infuper & admirandæ fabricæ inftru menta appenfa effè, quibus thefàuri vel profundo mari, vel vifceribus ter rae intimis eriperentur. Sed fides pe \ nes recitatores efto.

Ego Cabaliftarum mirabiles combi nationes: & Chiliaftarum intricatas

computationes: & Stegonographorú magneticas pun&ationes:& divinato.

rum laboriofàs illufiones;& anicularú €I

fuper

PE RE G R I N1

92.

fuperftitiofàs preculas: Denique uni-| verfum vaniffimae impietatis chora

gium aliquandiutacifè fum intuitus, Deo voti reus, qui intruditam fune

ftoloco non effet perpeffus. Ac jam tempus erat etiá hanc tragoediæ meæ fcenam terminari, & innoxio magis ; interfceniorefici.

34. PRÆSTIGIÆ. De ijs, quæ fúis inyolucris fallamt, & fre quentibus impofturi fucum fùb/â– pientiæ aliqua opinione

faciant.

, -

UIcundum equidem erat intueri a haudquaquam joculares hi- !

IÈ

ftriones, fèd macilentos, calvos, fu

fcabarba, pallidacute, vultu ad leni tatem & profundas cogitationes com pofitos, quibus in fumma fame,& cor poris Natura quicquid haberet preciofi credidiffè dicebatur.Circum- !

ibantinterulis feneftratis involuti mi- ! nutis

= — --

IN PAT RI A E R Ro RE s. 9; nutis gladiolis, multum in praedam a liquam hiantes, & tenui fibilo : nec

nifi infeceffu & angulis Patronos am 1{. III,

bientes. Sarcinæ olidis aliquot libel lis conftabant,multaacfuliginofàpin guedine obfoletis, quibus Croefi ma

jores thefauri continebantur: additæ : & pixidulæ inæftimabilis precij, & quæ cum terreno globo nunquam cö mutatentur.

.* Cum propius accederem , quidam palliolo leviterapprehenfo,extra tur bam invitat,&adaurem mihi,Ecquid inquit Naturam nudam ac refolutam contemplarier. Nam quæ facies iliaftro fignataeft magno benefici Iiaugurio. Atque ne nefcias ô fapien

tiæ fili, Genius meus tibi adduxit, ob

tui in eodem orbe,& officijhierarchia focietatem. Ego, nefcio quid dicas,mi homo, inquam, neque quodde natu ra dicis, prius credam, quam videam te minus famelicum, nifi fortaffè Na: tura tua ufque adeo nudaeft, ut nec

fe, nec te pofthac poffit alere. l.

^5; 1IIe,

, 94.

P E R EG R r N1

ille, imò verius evanuit: Nam hoc ex pertus fum id genus hominum poffi dere, ut in facinore deprehenfi oppi dò fiant invifibiles, haud quideman nuhiGygis virtute, fed pedum benefi cio. Moverattamen fàlivam mihi, ut

propius tam admiranda capita intro fpicerem,atq5 hic aliqua genera enu rherare libet, quib. maximè fpeétator

atq;auditor aftiti.Erät itaq; aliqui,qui | artium omnium, fcientiarumatq; lin uarum circulos pollicerentur, qui

jí. 1nter fe nexæ effent, & uno labo re omnes fimulcerebrum ingrederé

tur, à Lullio quondam rudè fabrica tos, atjam elaboratos politiffimè. Alij Memoriae liquorem verfàbant , quo

quisquis vel leviterafpergeretur,mil lena millia rerum leótarum imbibe

ret, & infolubili tenacitate fervaret. Alijs fpecula fub pallis leviter pro micabant, quibus in rerum omnium, qnascunq; ufpiam univerfùs contine τet, contemplationem, & fàpientiæ i

pfiffimum regnum adinitterent. •^

IN P AT R 1 A E R R o RE s. 9; Alij thefàuros olfacere affeverabant, tanta confidentia, ut magis laboribus ipfi terram eruerent. Alij annulis 6 mnem quam quis exoptaret felicita tem defpondebant, quæ vel do&os, vel invi&os, vel gratos, vel invulne. rabiles etiam faceret. Alijmiris rota tionum vertebris æternum aliquod mobile non machinabantur, fed pa lam multisauri maffis venale expone

bant, præconibus ad id pretio condu &tis. Alij Chirofophica agilitate cor nuacircumftantibus imponebant, aut nafum producebant, aut loculos per forabant. Alij, ijq; nequiffimi, nefcio quod familiarium Geniorum lenoci niumexercebant.Sed præ reliquis mi ferabilis Chymicorum turba hîc ope rofà erat, pleraq; cum reliquisgræco

m fignata: at nonnullis ad impofturas minus promptis. Hic cum Magnates

utplurimum, ac opulentiores obam bularent,acfecretò penè omnia pera gerentur, pofteaquam etiã Magiæ pa- .

íum,praeftigiarum plurimum effe,an j notayi,in remaliam cum meoabij.

PE R E G R IN I

35. D I O G E N E S.

De cymica impuritate, quæ pudorem hu-| ' mianum omnem folvit, & intra do- . liolum vanitatem & mequi /

tiam includit. r.

E T hîc quidem exnegotiofà terra veniinotiofàm, ubi non erat af fe&tibus humanislocus, & ex fo.

lido lapide corporum compages fa bricabantur. Mirabile erat ftatuas o

mnibus membris perfe£tas nonaliter moveri, nifi locali motu, quoliberri mè hinc indeferebantur. Nam fi quz earum vel percutiebatur, vel aduce batur, vel acutis ftilis fodebatur,nihil

ad fe pertinere ajebat , & alijs fermo nibus occupabatur. Itaque haud ca. pere poteram, qui anima earum nihil fentiret, cum tamen fenfibus uti cun

&tis videretur. Nihil enim eorú,quod reliquis mortalium adeft, his deerat, nifi quòd renulla afficerentur.Interea ad

* I N PA r RI A E R R o R E s. 97 ad ipfum foliditatisDeüadmiffus fum, in nuda terra, nudè abfq; pudore pro ftratü, & conglutinãdis aliquot char tisintentum. Cum fàlutaremus, ni

hil refpondit, nec videri opinor, vo lebat nos animadvertere,fed velut fo lusin feceffu effet. Nunc ventris ciati

ftra folvebat, nunc gutture amarum quid modulabatur ; nunc veiicæ exo neratione terram madefaciebat. Eum ego revera non Deum credidi, fed lu tulentiffimum porcum : qui figrun nijffet,nihil naturafeciffetfimilius.At ego paulò poft canem rabidiffimum intellexi, cum nos virulenter allatra

ret, & præ fua quam jaétabat, paupe rie,cunéta mortaliù acerbiffimè per ftringeret. Circumvolutabant fè alij minus dicaces, ac paulò delicatiores catelli, qui brutorum inftarore lactu

cas interra depafcebant, multú mor talibus exprobrätes, qui manibus de cerperent, veluti prolixiore modo vé triferviétes. Hoc enim in ore frequé tiffimum erat; per breviaeundem, ad E - - quam .

•

—

-I

^ P£ R £ G R IN I

çuam natura fponte invitaret: pudo , rem verò, meras ambages facere, cu ijus illi adeò nihil habebant, ut excre mentis circumcirca terra inquinare

tur. Obftupui ad tam foedam liberta tem, quæ mera impudentia & infe&tá di temeritate hominibus imperaret: & hoc uno cömento infinüaret, quod videretur ab omni terrena&moleftia,

& cupiditate folvere. At quæ impo {turæ perpetua pelluciditas eft , non effugerunt oculos meos: cum viderem illos clanculú vulnera obligare, num

mulos numerare, pulvillisindormire, & ex levicula offenfione excandefce

are. Itaque cum in publico fe voluta rent, vidi vultus alios fumere, & ma

gna fimulatione, fed majore interna

moleftia, dolores externos compofita | mentis immobilitate perferre, &dica- | citatis livore femet quafi lenimento fuftinere. Ita ex animo gavifus fum, & vapulareeosplurimum, & acerbi tate vitae torqueri, cum jam certus ef

fem tam fentire eos intra fè quam do lere,

…

I N P A T R I A E R R o R E s.

lere, & hæc Deieffejuftiffimaflagella, qui negatus, reipfà fe internis crücia . tibus præftet. Atjam nobisalia funt, » ac tolerabiliora contemplanda. 36. S T UI P I D I.

De Stoicæ profeßionis ßmulatione, & is ves humanas duritie, quae & impieta

tem fecum attrahit, & tacitè delicias mom me

gligit.

progenerari ajunt quam E.vidi,his aliam gentem, quæ nefçio -

*placidioremaliam,&minus agre fté adverfitatú tolerantiam prae fe fe rebat. Nam & hofpitú converfationé admittebat, & minus acerbè alienos

mores infèétabatur:regig alicujus ma

gnanimitatis emula:fednaturárerú,& > cömunes vitae ordines planè neglige bat;fibi fufficiés,&nil nomé præ omni divinitate affeétás: nô afficiebatur ho

minú mifefijs,& terrarü clades exone E 2 . .

ratio

] tiones appellabat: urbem conflagran tem æq;ac ædificijs florentem morofo |

1oO

PE REG R I N I

& dedignante vultu intuita. Fatü hic [; praefidebat hominibus tamftupidis,ut ab eo uno minutifftmorum corporis |

motionü praecepta fùmerent,& quod- |; cunq; vellet, mortis genus fubitò obi-|| rent. Cum ingreffùs effem fati præto- ; rium, vidi quae hujus ftuporis inftitu- lt

tio effet. Nàm quisquis fiomen dedif. l:

fet, oculos fibi eripi patiebatur, & pe- t &tusficcari,dein ad reftim alligatusin- |f cipiebat trahentem fequi , cefpitans [! haud infrequenter, &adlapides duri- ! ter impingens: fi quis minus promptè ! infequebatur, flagris promovebatur, |

quæ cum gemitu excipere deteftabile | erat. Itaaffuefa&tis,vitreioculiin prio l. rum fedes immittebantur, quibus po ftea eodem vultu omnia intuerentur !

quidem, fed negligerent. Et tum qui- ! dem erroré meum agnovi, cum coecos li

experirer, & lapideis cordibus quos videré & carneis peétoribus efle cre

dideram. Placuitά;tum, tam expeditè ' poffe

I N P A T R I A E R R o R E s.

. . I -

Ior

poffe eos ambulare, difçiplinæ benefi cio, qui lumine caffi viverent. Cæte rum pofteam ftuporis fiholam,Deum & coelum,ac feipfos ignorabant, nihil præcepti fibi refervantes, nifi in diem vivere,ac pati.Nam cum forte de reli gione quærerem, inter fè aliquicon. tulerunt,quod vellem animal! & cum de Reipublicæ forma interrogarem, baculos monftrarunt, quibus interdú niterentur: cú de corporis vi&tu quæ ftio effet, illi ftellas nihil adfe pertine re ajebant. Et hîc quidemjucundum fuiffet, quam diutiffimè colloqui, fi quem abfonas & abfurdas refponfio

audire juvaffet. Sed dú more meo : nes illis infidior, non abfque dolo eos re

perio, nec rerum humanarum fenfu. Nam & inter divité & egenü, inter li . beralé ac parcü, inter epulas & rapas, f

intergurám & plumbum, inter liber tatem & fervitium nimis pro vitreiso . cuffs difcernebant : & nefcio, quàm v

Magnatibus promptius-adhærebant. 3. Hiiic fi quis fortè offendiffet,(folenne e

…

E 3

qui

| -

^ IO2

| PER E GR1 N1

quidem id erat) dulce eft : at offen- | forem contrabaculo tangere: erroril- | lis dicebatur, mihi vindiéta credita.

Nec ego impune tuli meam jocandili bertatem: cum coecorum aliquis, ma

gno nifu Scipionem capiti infligeret, ac mox fimplicifIima oratione veniam | coecitatis precaretur. Ego verò abire £atius duxi, quam inutililitigatione a lios etiam in me provocare: atque ita hoc no&uarum imperium reliqui. 37. EPICUI RUIS.

pe voluptati fentima, quæ homines im mergit, & rationi, omme imperium abolet: ubi & de gaudiorum fæda amaritudine.

| |

τInc tandem fortuna mea mi-||

N'E;

mihi

in regnum

videbatur, Cufm]

Š;$

nifîimè aureum. Nec enim ullu

turnium tempus tâ gaudij& abundá

tiæ plenum eflè potuit,quam hoc, ubi niti-!

1 N PA T R 1 A E R R o RE s. ro; nitidiffimæ cutis aliquis imperitabat. UIt primum illuc deveni, balneo tem

peratiffimo , quicquid fudoris erat, quicquid pulveris, quicquid & laffi ' tudinis, detergerelicuit. Inde in mol liffimum leétulum illatus, linteami numά; qualimpitudine,quatenerita te mirificè refocillatus, per fùperbam admodum porticum, in adita felicita tis quafi intromittor. Stabant tricli- . nia auro argentoj; radiantia,& fercu lorum ftruibus onufta, quæ Milonem aliquem tauri-vorum, aut Scioppium,

famofum parafitum fatigaffent.Cum άue epuli tempus adveniffet , venit léto & tremulo gradu voluptatis De us, caput hædera implexus, reliqua

fyndone circumvolutus. Qu9 inle &tulum collapfo, accubuerunt reliqui convivæ : imò & nos, cum ordiremur

genialia fàcra, fortis moderatè omnia fiebant,carpto;ü,ftru&torum, pocilla torumque fumma diligentia. Tùm è fuggeftu recitatú aliquid pro animarú immortalitate, & hujus vitæ jucunda - •

E 4

difpen

N-~ ' —

io4

PE REG RI N I

d fpenfàtione, acChriftianifmi fabti lis;fed & fymphoniacorum melodia & exaudiebatur,acdijudicabatur. At u b. magni cadi in nos effundicepiffent, • non coelum cumtonat, ne mare cum

planè furit, tam efttempeftuofum:ne que ulla fuperfuit mundo impietas, quæ huic, quam vocabant, lætítiæ nö interfuerit. Inde in plenum furorem converfiin orbem & varias figuras tri pudiabant, limphati planè, fpuman tes, fùdantes, vomentes & vociferan

tes. Et tum quidem gaudere defij, ac priftinam meam infelicitatem petere prætaminquinatiffimis gaudijs : fèd

plura & fœdiora mihi perferenda e rant, quæ vix animis humanis conci pitlingua.Sane fpeatam impura nun quam propalabit. O divinam longa nimitatem,que terram quotannis im pregnat, quotannis coronat,an in hos ufus? ob haec animalium monftra? Et

quæ corporis fuftentacula, animo re laxamenta, animae fpeétacula deben. tur, erunt filiquæ, furor, ludibrium? .

Inter

` 1 N PAT RI A E R R o R E s Io; Inter tätos tumultus obfervavi quof dam, quicibisafpeétabilibusadhære rent , & pueriliter etiam deleétaren tur : quos ut maximè modeftiores ap probarim, commiferatus tamenfum, & his fœtoribus effe immixtos, & re busleviculis, nec virilibus fàtis deti

neri. Animadverti &furum manipu lum, qui ebriorum fecuritate adjúti, in vafà & res difperfas involabat : Eà dem & ego ufustam præclaræ felicita ti fum cum comite elapfus.

38. M O R I A.

De moria regno , quod inhabitamt mor- . talium plerique, & temporis depen fum imutilibus ac ludicris rebus prodigumt. X hac fœda voluptatis terra, in

Eï;

aliam transfretavi- v

mus,cymba nö carontis,fedBrädi

ufi , ubivita haud ita turpiter, fed vix majore ufu abfumeretuf. Hoc enim

incolis legü morumq; punctum erat: vitæ imponere,& à mortedecipi Cur,

E ,

ufus

io6 .

-P E R E G R I N 1

illuc accederemus, magno concurfu fumus cöpellati: Ecquid novi, ecquid rari,ecquid inufitati,autjocularis: de

niq; ecquid monftrofi forte & marini adduxiffemus. Cumq; tale quid nobis nihiladeffet, vix evitavimus magnam & inhofpitaleminjuriam.Nam uterq; velut terra indigniin flumen projeéti: meus quidem mergi non poterat, ego verò validelaborabam, & vix tandem ab illo, cui id jocus erat, recipiebar.

Cumq; illi ad fuas ineptias redijffent,

nos procul infecuti, adipfàm ineptiae fedé pervenimus. Erat fuprate&ú æ dificijturris in aëraafcendens, undiq; erforata, columbarü Reipub. fàcrâ:

Ê quidem palati luxu, fed ne quid illisclam in mundo fieret. Itaque ex

Ungaria,Belgio,Peruana,Chinâ,Lap. piacertatim novaColumbarum mini. fterio & internuncio adferebantur, quæ Francum vel Latomum effugif. fent, feria omnia& veriffima. Exijîde facilè eràt de humanis confiliis omni

bus ad ultimam Thulem ufque eß cer

…

r N P A T R 1 A E R R. o R E s.

io7

certos, & advenientibus Regnorum converfionibus præparatos. Sed haec

circa palatium, In ipfis verò penetra libus,Deamfalutavi, nefcioçujus di vinitatis: certæ ejus formæ, qua apud nos, qui variegati, cum nolis & refti bus obambulant: Quam tamen nolim contemni, pofteaquam à Magno Eraf mo pleno & nervofiffimo encomio collaudataeft, poft quem ego nihilad do vel muto minoris eloquij,& majo risinfcitiæ homo.Dum verò fpeétator aftiti, hæc contigerunt.Promulgaban tur magnæ moriae,indulgentiae,verbis

prolixiffimis. Illæ erant. Ne quis ma gnæ Deæ clientem ve! candidatü etiá haberet defpicatui: Cumq; humeris bajoloruminnixa hinc inde divagaret, larga manu ac multú cachinnans mif filia difpergebat, pilas, fphærulas, di fcos, talos, taxillos, aleas, chartas,pu giones, libellos, fertula, ftrophiola, annulos,retia,venabula, penicillos, a cus,ftilos,plumas,calamaria, gemmas,

, crepüdia,&

quieaariggfiuun Ê 6

PE RE G R 1 N1

1o8 '

fub Lunæ concavo deprehenderun': quibus flexisgenubusexceptis & ve nerabiliore deofculatis,PatronæFan dæ,&perpetuatutela defpondebatur. Qgod fàcrum Jubilæum haud me diocriterfàrcinas measimplevit: cùin maxima depreffione amplius mihi for tunato ja&tu contingeret, quä fperare etiá potuiffem. Itaq; fpolijsè prædivi te terraonuftus,cuminvidiamihi iam

potius quâ pauperies metuendaeffet, exoravi conduétoré meum, ut etiam

his humanæ vitae ludibrijs eduxerit.

39. ANTICHRISTUS. , De Antichriffifigmentis, tyrannide, &•

4paritia, cum univerfa Babylonica ffru άura : ubi & de catolicifmi mem.

^ dacio,& Loilotarum füf fulcimentis. Am§;adeò tertiainfelicis terre pla peragrata erat : & ad tenebras, per quas ingreffum, ordimina, re

I. -

ditum: cü me monuit conduétor, pro Phanahaétenus perluftratamihi É Ia v.

/ *

1 N PAT R I A E R R o RE s.

1o9

fàcra& divina contemplanda : Nam myfteriorü terram hîc adiri. Extimui

ad tam fàn&um nomen,&ne quid du rius,quamhucusque paterer, Deum

fum tacitèprecatus.Cumq;appropin quarem, calceos exuerejuffus, nudus pedib. perrexi ; denidetonfus,ac mox omnibusveftibus fpoliatus: vix tandé fàtis fecitantæ fànótitati,donec mere

ftis ad collum appenfà, qualemcunq; Jevotionis candidatum reddidit. Ad

limen cum religiosèftarem,juffus ge nubiis pofthacingredi: Infolito itine re in fànóta fànótorum perreptavi. Ea prioris mei facerdotis fano non abfi milia erant, nifi quod fimularanefcio quot millena fuppliciorum generare præfentarent.Interim campanula per fonat, & velum detrahitur, ubi inter

ram vultibusprolapfi,& peétora vali disi&ibus affligentes, magnum IN I

Qu 1 T AT 1 smyfterium,fàcro horrore &filentioafpeximus.Erat tricorporeü aliquodanimal, trino capite,& mem brorum omnium triplicitate. UInum caput E 7 -

1 HO-

P E RE G R 1 N ;

caput infula tegebat, alterum corona, tertiütiara:manib*, his quidem libel

lú & thuribulâ,illis fulmen & compe des , tertijs hamum & loculum vibra bat. Pedibus hinc fphærã, illinc globü terrenü, & ignitüalibi alium calcabat. Solium verfàtile feptem gradibus ele- ' vabatur, quod fupernè mirabili coelo, quod omnia aëris meteota æmulaba tur,tegebat. Murmurabat pauciffima verba, qajebát fua lingua fingulos in telligere,egoita excepi.Sic voLo, S 1 c

J u B E o. Ac tü quidé illud fuis velami hib.involvebatur:nobis refurgédi ve nia dataeft. Itaq; infani contéplationé cöverf*,vetulâ quandã in fàcráriofum intuit*, Magni DeiCöcubinä,quæ ló

gafèrie regiüfànguiné métiebatur, Ei nomé dabant,acmunufcula quotquot numé vellent propitiü. Et ridiculü fa ne fuit,cumpalpones fubinde bellam,

&tenerá,&virginé appellarent, quae rugofà & proftituti pudoris erat,qüic gdnigrüaliq, balneatorü examen ab--

}ueret,& moresreformaret. Erattamé 3£• „

•

I N - P A T R I A E R R o RE s.

r1r

arcanarum viriü : adeò ut dum ibi ef fem generofum leonem in afinum in ertem converteret. Inde ad carceres ,

perrexi, quorum hîc aliquot cótigna tioneserant, expiandis humanis fèele ribus conftruétae. Tantaenimloci fàn

&titas eft, ut minutiffimum crimen hîc

delete oporteat, nec poffit quicquam omnifcium numen latere. Liberaban tur autem auro, conceffo folutis cereo

expiationis teftimQnio. Quæ miracu

lofà hîc plurima acciderunt, quido pus eft recitarcbrevitatem profeffum, cum univerfum hoc imperium fuerit

miraculum ? Quæcunάue eum ex ar canorum velô emittebantur, five pa cem vellent, five gladium,terris adfe rebant. Nec eftullum genus mortaliú

magis liberum,&ab omnibonofolu tum , quam quod hîc fervit: necem porium aliquod tam ex omniumter rarum incolis eft variegatum 5 quam magnæ iniquitatis famulitiâ, Libro rum hîc parúerat,nifiDecretorüAlco rani,Thâ]muti,&quosNumafuisreli

quit,codices,cummiffàliúenchiridijs.

• .

1I 2

P E RE G R I N I

Nam quæ facienda funt, traduntur hic, non perfcribuntur. Mihi carcerü claves formidabiles erant, praetereaά; miniftrantiumambitio, fànguinolen tia, & rapacitas molefta, quæ folü hîc vertere coëgerunt.… *

4o.

H AE R E S E S.

De religionü inter Chriftianos dißidijs, & interfe odio, ac fanguimaria defenfio me; ubi &facræ fcripturæ -

dilaniatio.

Tlongae funt regum manus, ita V effugere eft difficillimü: Quic j quidenimproperabam, non li -

cuittam ampli imperijterminos eore. di. Ita(j; quaqua tranfibam, fupe.fti tionem redolebat, & quod unuir, me torquebat, violentum ac cerinaonijs lenum Numiniscultum.Eratiter per

aliud fàcrarium, quod finagogam for tè appellaffes. Nam interpretationio raculorum &aenigmatum totum vaca bat. Magiftri qui hic convenerant, o- |. ris decore afpeétabiles & venerandi, | miram

I N P AT R I A E R R o RE s. 11; miram aliquam& modeftiam & erudi

tionem præfe ferebant: ac in fpem fir mam erigebar exaétiffimæ informa tionis. Erat autem in medio auditorij

lapis lydius , ex aureacathena fufpen füs, quem mirificæ virtutis, & inaefti mabilis pretij omnes fatebantur : de colore tamen ejus incredibilis erat cö certatio : Nam cum ex fenio lippio mnes effent, & perfpicilijs uteréntur, non colorullus fuit,quem non conftá tiaffèveratione ei affingerent: hic al bum, ille atrum; purpureum alius;ali* cœruleum: nonnullus viridem,& mox

quidem cineritium: reliquos quid ad dere juvat ? cum de omnibus conten

derint , pro ut quisq; virtutis & colo

ris confènfùmconjeétaverat, Hic pa tultim Dei donum probabat,ille invo lutum,tertius crucis hyerogliphicum, quartus coelicam tefferam , quintus

terrarum regulam , fextus corporis flagellum,& infinita alia multis ratio nibus afferebantur , quae memoriam meam effugerunt. Cumq;

conetj;

- siae

P£ REG R 1N 1

hic nullus fieret, affènfùs tamen fre quentiffimus erat , & in partes turba dividebatur.Erant qui emptumlapidé vellent,&validèlicitabant,alijacquie fcebant,quod in propatulo propende ret,quà quoties vellent, contemplaré

tur. Quidã ablutioné fuadebant, qua a fordi5. detergeretur, fèd maluerunt alijconfringere, ut curiofius introfpi cerent. Nec defuerunt, quiaurib.ad

motum cócupifcebant, fiquid arcani fortè infpiraret.Sed&aliqui velut cor

tic&rei plan.fiimè aliæ afpernabantur: 5ter reliquâ diverfitatü multitudiné, quâ nunquänifi mea ac veftra naufèa enumera vero,Symbolum erat diffidij: NoN PLACES. quod mihi tamé placuit valde, cü pleraq; difplicerent. Id v. mi ferabile erat,ob huncinterpretationü, divinationüq; diffensü, tã hoftiliaodia , exerceri, & infinitâ circúftantiü mul

titudiné interire. Nã quòd auditoriü decebat dici, macellum omninò erat,

&humano fànguine propè navigabile. Quemn, quisq; lapidis colorem &vir tut€m

1N PA r R 1 A E R R o RE s.

*1 * '

tutem ftatuiffet, ejus fidé ftri&to gladio ab adverfa parte exigebat,&cófli&tan dipertinaciafemet abfumebat.Hicté pus erat fugae, cum pugnare non libe íet , & fecuritatis fpes nulla effet : nec diffitebor , me hæc caftra clanculum deferuifIe.

41. T E M P UI S.

De temporis imperio , quo omnes abripi- . .

mur & arcamæ revolutioni paremus, quæ

varias terræ vicißitudines adfert, & homimibus officia di

fribuit. Έferuiffe dixi,declinaffe dicen

iüerat. Nam qui aliter pofsem IDclauftris haud penetralib. inter clufus. Itaá; cü in folitudiné propera

ré, ubi planè nefcire & nefciri liceret, veniin planitié,integris exercitib.op pletam. Erat quippè luftrationis forte dies, & colleéti circumftabant, quot quot univeríi hujus machinæ mili

tant. Dux fùpremus intolerabili ar maturæ radiatione , turmas ambi

bat:& pofteumpallidior aliquantum lega

11 6

PE R EGR IN1 •

legatus, uniyerfà figna perluftrantes, Erat univerfus exercitus fex legionü, quarum quælibet decem ducibus re gebatur , denis £j? centenos alios du &tores adjutis:inde du&torum quisque 365. fuos agnofçebat, quibus impera toris voluntatem, & militiæ confilium atq: rationem explicarent. * Attùm quidem Polemarchus duces , fuos prodire cun&tos cum militibus juffèrat: quorum emblemata, quantú

memini, hæc erant. Primæ legionis, homo,manu altera alata,altera ponde ribus depreffà. Secundæ, Serpens in fe

revolutâ , ac inundationi nina*aas. Tertiæ,Bos aratrum trahens,& fub ju go anhelans, Quartæ, E quus curfu in ritatus ac recalcitrans. Quintæ, Aqui lacruenta,& praedam dilanians. Sexte, quæ haud integra erat, ovis fanguiné ftillans, & forficis patiens. Defiiq; & Leonis infignia proferebätur: fed qui bus ajebant etiamnum milites cöfcri

bendos. Reliquus militaris habitu. color, anticæ quidem candidus, pofti-s -

Cæ at €I

*. -

--_*

1N PA r R 1 A E R R o R E s. 117 cae ater erat. Cü fic omnes tranfirent, .

ftipendium diftribuebatur : haud e quiidem æ quale, fed quale Principi vi deretur. Affigebat quippe decrepitus quidam, at vegetis fenij, judicijj; per fpicaciffimi, qui cujusvis alendi confi lium dabat : & quod mirari fàtis non potui, cum nullius impatientia. Dein officiainjungebantur, quo quisq; in hoc mundo locoftaret, quibus armis

uteretur , cui ferviret orbis commo tioni. Nec liberum illi erat munus cö

mutare, nec ftatum tempus vel antici pare,vel differre.Itaq; füo ordine cun &ta fiebant,non fàtis quidem cum meo intelleétu, fed infignitamen volupta

te. Actum quidem infània noftra mihi in mentem venit, qui inter nos multú queruli, ac anxiè difcurrentes haud

quidé impedimus fatalem clepfydrâ, fed inutiliter fàltem concutimus, ve

luti Solem ad Sciotericum regulaturi, aut terram in nutante cymbulacom

moturi. Quotquot enim huic militiae dant nomen, aut pareant oportet, aut -

vapu

II8

P E R E G R I N I

vapulent,& reluótátes in eo defudent, quod promptitudo redderet facile;ni

fi quis aliam libertatis viam inire ve lit: de qua alibi fumus di&urifànè ut temporis hujus arcanum regimen eft, ita fecum fert omnia converfionum,

tenebrarum,reformationü, pacis, bel lorumά;,floris & devaftationum vices,

asô; inftrumenta:nec quisquam facilè nafcetur fuæ ætati impar ac inutilis. De me tamé, quia nemo judicium nec

petijt,nec tulit,velut otiofiis fpe&tator absque munere & ftipendio me fub <duxi. l

42. S C E N A.

De mundi hiftriomia, quam omnes infer piamus, & exinde effimemur: ubi etiam animæ ac corperis ævomomia diffò luta repræfentatur.

Nde Amphitheatrum excepit, i. e. IĘ „tionibus , an fpe&tatoribus

fabulae locus: nefçio an hi

magis

preffus. Namhicquidemnativo vultu nemi

a ^ *

I N P A T R I A E R R o R E s.

, ' , s

II9

neminem vidi, perfonatos & larvatos omnes,ut facies alia omninò mihi mu tuanda fuerit. Hic quam quisque ve» ftem fumebat , ei condignum quidin fcenaagebat, & muneri par,ac fortaffe

, rmajor credebatur. Vide enim naturâ

| fatuum,qui poft pallium fumptum,fà s pientiam profiteretur : & facrilegum, j quiftola involutus,adorabatur:& fica

, s a ,

riü, qui fubpaludamentojus diceret: & prædoné, qui inpelliceatoga zrario præcfiiebatur: & carnificem, qui pur puratus publicam fàluté procuráret. Quas fi fortè, depofùiffet veftes, idem ac prius erant , nifi cum alia commu tafïènt. Nam ut aliæ atçjue aliæ fcenæ

prodibant , ita veftium erat metamor phofis. At jam fabulæ quiddamaudia

* inus. Pater quidam filio indulgentif.

fimus , cum omninò fecuriffimèpro fpeétum vellet : pædagogiim fimul,

, ac morum præfectum impofuerat, , quibus veri bonô, exa&ta notitia 1m „ bueretur. Is cum ingenio & moribus mirum in modum excreviflet, virginé !

feli

P E R E G R 1N 1

J £O

' - .

feliciaufpicio duxerat,amabilivultu, fponfàm, & moribus obfequentiffi mam,quæ & famulitium adduxit,tum modeftum,tum ad negotiaexpeditum. At dum eâ felicitate concordes utun

tur, otio accuriofitate fubrepentibus,

ædes patefiunt ludionibus,&volupta tum varijs miniftris , quorum adula tionibus & pædagogæ invidia,odium que & exinde fufpiciones creabantur,

praefeétus verò corrumpebatur, infi mul paulatim alia facie tam compofi tis ædibus introducebatur. Foemina &

ipfajuveniliardore, ac impudentia æ ftuans , in ea libenter confèntiebat, quæ jocularia effent,&priftinam feve ritatem expellerent. Et tum quidem ' miniftrorum, ancillarumçjue difcurfà tiones variae erant, dum tot liidicris,&

frequentibus commeffàtionibus fer viendum ef{èt. Interea etiam libidini acceffus fiebat, introduétis fâltatrici bus, pfaltrijs, imò concubinis & mœ

chis fuperinduétis: quæ fingula accu ratè procurabat venefica quædã anus: -

multis,

-—-----------

I N PA r R I A E R R o R E s.

13r

maltis juvenum claudib.celebris, Poft. Zelotypia pulfàbat,ac mox pauperies, infamia,dolor,defperatio, & accufàto rüingens turba:quæ judicé exorarunt, • ut invinculatam diffolutæ vitæ homi nes fuerint conjeéti. Ibi lamentationú non erat finis , fed ne* exprobrationis paternæ, imò & inter fè mutiræ,termi nus.Q æ fingula explicare novum ali quod fabulæ tempus exige, ent. Q æ verò inte, ea di&a agitata ; fint , tiT e cogita: mihiæ depol à'» q; la.h yma, ü imbre effe nöl cet,cú forent ffimi ju venis,& pol tifïimæ virginis memoria f.bit,& inife abilis cafis,eu!antiur 4; voces peét* mihi cöcutiunt.Itaçj; &ve niâ breviari dabis, & ad alia dimittes.

43. PEREGRINATI O. De errorum moffrorum perehmitate, cum imcircumferemtia diféurrimus mec ad cô trum moflrum potius, Deum , redi mus ubi & de peregrimam- tibus. ,

" - -

Greffusex theatro, incidi in ho

minum genus omninò mobile, -

F ' ; -

»^

quo

PE RE sR iN 1

I2.2.

_ .

quorú labor atq; exercitaio æq; fceni C2 poffet appellari. Illis circ* erat figu ræ rotundiffimæ, capacitatis ingentis. • Cum appropinquaré, vidi certatim in orbé decurrere, & magna defatigatio * neadterminüaliqué anhelare.Cüq; in

circulo terminus nullus effet, repetie bantur curfuum periodi, & fini5prin- | cipio jungebatur , donec fpiritum & vitam perdidiflènt. Quaefivi, quid fibi

velletifta difcurfatio: 5fertim cúprae ( mium praecurforinô eflèt, nec metaa

licubiâppareret:& refponsü eft: quæ. rere eoscfrculi principiü. Et tunc qui dé animadverti eos curiosè adcircum

ferentiâ refpicere, ficubi hiaret,&ini tijfigna proderet:at fruftra.Ná,cum ad centrü,pperandü effet, illi omnes cir cumcirca divagabantur: neô, reétum qnâ circularé quisquá malebat cursú., Nec reperialiquem, qui intelligeret, cur pergendo nihil promoveret,&qui iter illud nunquã terminaretur.Cujus

ego caufam circi magnitudiné fùfpi cor.quæ tanta fuit,ut ú revera curave ›

-tat

1 N PAT R 1 A E R R or • s.

123

rat decurfusarea, reéta illis credita fit.

Indè quò major fuit curforis pertina cia, eò frequentius in orbé,pperabat, & ineptius defatigabatur.Hic ridiculü

erat aüdire,jam defeffos & refpirantes , de terrnini loco differtare, cú infinitis.

divinationib. quisq; fibi blandiretur, imò veri* imponeret. Nec deerant,qui

vidiffè metam & prope fuiffè mentiré tur, magna quidem circumftantiü ad miratione & cultu, fed majore mea in dignatione. Nam & confidentur fal lebant, & ipfi fallebantur, qui refum pto fpiritualiorum de fe opinioni fer vire neceffe habebant. Pergebant ita.

que fibi quidé impofturæ, infëitiæque confcij:nó tamen minus in terminide fçriptione &itineris circumftantijslo.

quaces, quáfi veriffimè quondá atti giffènt. Ac miferabile mihiera, ftoli- . damjuventutem citatiffimo curfii in fequividere: & fiquis percontaret ,r, ducé fuumja&are:cürä robuftae & fer vidæ atati, virtutis, veritatisá e recta linea potius fuiffet praemonft.an a: F 2.

fed

\ •

P £ RE c R 1 N 1

1 24.

feddetinebatur Circi pióturis,& vani tatum multiplicibus delineationibus, uas quisquis vidiffet ; Viyfès inter $. &terrarum peritus dicebatur.Vi di & rifi. At cum peregrinationis meæ errores animum fubirent, indolui , al terum alterius exprobratione paßi,ac

' omnes fúifèris decurfuú ambagib. cir cüagi. Et fic quidé dolens cü meo abij. 44.

T UI R B A.

De multitudinis diffìmantia qtta occupa tur quęquis immifcetur, & paulatim in

opinionum minutias áffer gitur.

Ondum finis erat turbarum,in

*\ tam populofà terra, & quæ lu

disac fpeélagulis tota déditae. rat. Dum enim ibi oberro,fiunt focie

tatis folennia Iderat magnus,innume

gakilis multitudinis conventus, Tur bofii Deo facer: ubi duo inquireban tur,qui idem vellent, ac idem mollent:

qué qnoquo haberi annoaebant, in- ! utili ferè femper inveftigatione. Ex

quon fànctafimplicitasàd -

apere;re 1¢•

I N P A T R I A E R r o RE s. 12; dierit,difficilem effe voluntatum inter homines cöbinationem. Confederant

Examinatores, & provochatis excarta

fingulis, inquirebát fub fidei fàcramé- to, quid quisq; in hoc univerfo maxi mè concupifceret:quid itidem fummè abhorreret:ut,fiduo fortafsè votis có

venirent,fefigerétur,Turbonis Flami nes futuri. At hîc audire licuiffet opi nionú infinitaté: cum inter mille mil

lenos vix diio idé nollent, ne dum vel

lentidé:ninimè verò idé & nollent, &

vellent.Dein voluntatum abfurditaté, cùm fordidiffima paffim expeterétur, &optima effent défpicatui. Nec.n.tam rnifiutum & ridiculum quicquam effè poterat, q, non haberet admiratorem:

hec pfe&iffimú ullum, q, reprehéfòré non pateretur. Actum obfèrvavi, ple-^ ,

rorumά; vota &impia,&vana effe,ne çjue facile viro bono credibilia, fi quis vultus faltem & corporis fchema intu 'eatur. Quo$ n. cordatiffimos judica

bam, puerilibus afficiebantur;&quos Leones dixißé, mures extimefcebant.

^ F ;

Vidi ,

P p R E G R. 1 N 1 Vidi magnates qui motiones in deli

15 6

cijs habebant : & erudiros,qui ferulâ admirabantur: & nobiles, qui canes pe&tinabant: & fàcerdotes, qui offulas

deperirent: &judices q fàcrificabãt:& milites, qui vitâ vendebant :& plebé, qui valebat decipi. Itaó; non mirabar ampli* difficilé effe cum turbaconver fationé:fedih tanta humorú diffonan

tia etiamnütolerabilem, ut vis arcana

quædã omninò agnofçenda mihi fue rit,qvæ tã difcordantia capita conglu tinet,&cohibea*,quaabsά; effèt,velut arenaabsq; calce diffolveretur. Inter ea folicitè aufcultavi, effetne quispiã, qui cum mei cordis arcanis confenti- . ret: nec defuerunt, qui haud „P-ul ab effent:at,quiplanè cónfpi:aret, nemo fuit : & tamen etiam eorum vota non

difplicuerunt : utjam táceperim cre dere,diverfis itinerib. poffèidem peti, ac affingi:nectamen,quítanta diverfi tas nos diftraheret, & cui min* illi quâ mihi,cui mihi quam illi magisvidere tulf,

1 N P A T R I A E R R o RE s.

127

tur,capere potui : cum utrobiô; veri tas in propatulo fit. Cum que fortè ali. qui eandem ftatuam cötemplaremur: hic caput ,pbavit, ille oculos: ego ma ' nus, alius pedes , in muntiffimoobje έto intot pártes diftra&i.Et fic dies no bis peribat: nam vöfentientiü par nul lum repertum fuit,&conciliú folutum eft. Ego verò mecü decrevi,ha;id poft hac Turbæ immifceri velle, quæ adeò judicium formare,firmareq; nópoffet, út citiusin mille partes, & opinionum

atomosdifperdat,poftinafpeétuü pul werem comminutos, vatijsά; objeéto rüterriculamentisexagitet. Et fictur bidæ turbæ, ut licui, ita valedixi.

45. I N G E N I U M. . De yamitatum fede, humamo corebro, quae

obieétorum Mundi icomibus oppele tur,& malignitatis minutum regmum efficit. . Ufm etiamnú mecúTurbgerro res, & diffonant,á rumino, iter -

F 4

for

123

P E R E c R r N r

• .

fo r* fi-, p Ig ft ma'iquem, at fàris c !t in ho tuba. Hem. inquit, con*ti J' or ;neits, hic n, arjturba in de fif e*. Stabat aatem in ne fio hortui iraenâ.

lapidea &ii; eainfolitæ * agnitudinis

a $ ea iumj & a, ium quidem fèd mu fcarum,vef artim,crabronum,culicú,

&id genesiifectorum examinibus fu firrans. Ac alvearium quidé ad huma nicapitis figúram,affab, è faétùm erat, perforatis oculorú,natium, oris & ali fium fedibus, & feneftellisobduétis. Quid hîc inquá ego difcá? vefpas me! lificare, & ignavum fucos pecus Iabo ribus affuefactum. Haud ita refpondit meus : fèd huic alveario inclufàs fcito

orbis univerfiideas, qnas Plato fruftra fùb Lunainquifiverat. Nam cum hæc animalcula mundum univerfum per volitent,ubidomtimredierint, fècum rerü omnium iconas , five ideas velis,

a ferunt : Et hoc, q, vides, caput im plent Itaq; per feneftellas licet, intro fice, at fpiriturn cave mittas ; quofi aflentur, illicò contra te irritabütur. -

Q IC! .

, I N P A T R I A E R R o R E s.

129 ,

ô rei miraculum ! Nam hicquidé mi nutus mundus erat, tot rerum, forma

rtmó; fpeciebus refertam, qiiotorbis magnus creaturarü habet fubftantias. Sed & a&iones hominum,atçj: conful tationes hîc repræfentabantur, maiore artificio ingertü,an mea voluptate.Hic

equidé vif* fum mihiperegrinationis præmium, & duriffimilaboris merce demaccepiffè:Nec tamen fòlidum fuit

gaudiü. Ná cum fpeétaculi voluptate mei oblitus,propius os admoviffèm,& halitu me leviter prodidiffèm,nunquã dixero,quá caput mihi fordidiffimæ & olidiffimæ beftiolæ, univerfùm & op pleverint,& circumfonarint,& turba rint,& cótaminarint,deniq; própèftu pidum reddiderint. Ad quodcumrifu meus ferè creparet: Euge Peregrine,já æquior pofthac turbaeris, & modera tior tuadmirator.Ná quæ fingula alio rum capita infeftant,nuncjuftatibiad

funt: ut, filibeat, poffis exteipfo po& , hac vanitatum fácere alveariumi. Et

cum dicto fufurrones meos quidem « -

F ;

P E R E G R I N r.

13o

abegit,capiti v. meo tranquilitaténon reddidit.Egov.didici:cuicunô: mufca rum aliqua infideret,eum aliqua cere bri ineptia invadi, meam verò fortem

tantoeffè infelicioré, quanto me ple · num phantafmatum examen occüpa rit: Non tamen curiofitaté meam per didi : & quisinquam hujus microco fimiheraseft?Tum retrofpicere juffus, vidi venerandi vultus hominem fedé

`tem, & in utram j;manum inclinatú, vel fomno,veltriftitiademenfiam.No

liinquit conduétor meus huncexcita

, re,qüi plus tibi faéturus foret negotij, quam in peregrinatione tua unquam

' fjftinuifti : & fic tacitè utefq; difcefß. Imli3.

46. S O M N I A. De futuri curiofitate, quibus ea ineptjs ac impietatibus occupetur, quæ & fugienda fit , & dete ftamda.

'Andem etiã in fomniorum&vi- ! fionem,ac fpe&rorum, maniü, |

Jeinurwmά;terram perveni : de -

qua -

- ~

•

7 1 N PAT R 1 A E R R o R £ s. 1;i

quanon plura\ me expe&tetis, quam qui poftprofundum foporem vitæ ve luti redditus,figuras omnes,& quæ fo mnianspoffederat, perdit, & inanire cordatione, id q, fugit, quodά; nec eft, nec fuit perfequitur.Nec mihivideor, terrâ ullam aliter defcribere poffe, ni

fibullis,quas pueri ex diluto fmegma te calamisinflant;ú alijs atά; alijscolo rib.circulantur, donectandem evane flant, Ita fànè hic homines mihi aut

hominü figmenta obvolitabant, & ad mirandis varietatügyris aëré obnubi ' labãt. Et videre hîc erat tü mutilos ho

mines, tú ex beftiarü membris cópofi. tos,minotauros,centauros,fàtyros, & quafçüö; monftrorú formasTheffàlice ftrige pixidib. fuis infcripferät. Sed in

primisfuturiprçfciétiahicjaétabatur, inquifitio omnes exercebat.Itaά; Exti . fpicü, Augurü,Arufpicü,Sortilegü,So mniatorü,Incitatorü,Aftrologorü,Ec ftaticorü,plena erant omnia,&folis ra dij, in tanta Divinatorü obvolitatione

terrg denegabátur,Vidi hîc quifatorü Β 6 •

* %.

• PE R E c R1N1 tabulas circüferrent, & terrarüperio 13*

dos inter fe arcanis combinatiónibus

cóferrent. Vidi qui Naturæ abbrevia tiones machinabantur,&Syracufijfe nis vitreum mundü refarcirent. Vidi

qui orbis univerfi quintâ effèntiâ ex trahere fàtagebant, quâ in annulo ge ftarént.Vidi& fceleratos,quihomün culicreationé temerario aufu attenta

rent: præter innuimera aliatenebriorú & noétuarum examina, quæ hinc inde

per opaca nubiú ululabant. Et quido

pus eft,fomniareferre,&in umbrisoc cupari? Náú p febrim, aut phrenefin cuiquâ in mentem venerant,eahicdi

vinâ, & fàcrum quid credebantur, & clanculariatraditione, &caraóterüin volucris inter fidos & fècretos diffemi

nabätur: fuppullulantib. fubinde alijs atô; alijs fomniorü & præcognitionú fùrculis,quib.cum ingeniü humanum confiétaretur.Acdolendus hic fáne e

ratdivinæ Arithmeticæ, Geometriæ, Statice,&Harmoniaeabuß:quarú um brae,imò fimig poti*,&pfonata manci p1a.

I N P A T R 1 A E R R o RE s. 133 pia fe,p genuinis efferebant,& verbo rum lenocinio, figurarumq; praeftigijs fimplicium animis imponebant. Cæ.

terùm cum his ego nunquam confen fi, nec familiariter vixi, fàtis invitus

ad nonnulla impofturarum fpeétacula ada&us. Cujus istamen ufüs effe po tuit ; ut deteétis tantorum myfterio rum involucris impoftura nuda , & membris fuis pudenda proftrarit , & deridendam vel deteftandamveriùs fé

expofuerit. Sic ego cum talibus con verfàtus, fic defraudibus eorum edo

- &us, quam primumlicuit, fuistene bris reliqui. 47.

O P I N I O.

De rerum humanarum ftulta dijudica

tione, atque iniqua affimatione, ob quae preciofißima noftra, & diyima . planè perdimtis. Arum ab hinc aberat monocu

P lorum terra: ad quos cum accef fiffem, Argos omnescredidi, ad eo oculorum fimulacris undiq; opple :

F 7

„*; +-*

t1e

134

PE R E s R1N 1

tierant: UI nus tamen inter tot,corpo ri

lucem inferebat, eam que, quod facilè fuit notare, dubiam. Tantæ five veræ

five affeétatae fimplicitatis gens, ut o

mnia perfuadere, & viliffima magno commutare licuerit. Cum nobis nifi duos oculosnonefle intuerentur, ma

gno ejulatu deplorarunt infelicitatem noftrâ:& cum manus noftras in digitos

divifàs (illis enim integræ funt) repe rirent, obftupuerunt: de Deo quæuti:

hic ignem dixit, ille folem,alius aëré, multivitulum, aliqui Draconem, nó

nullicanem,& beftiarum variagene _ ra.Terræ fuum clima nefciebant:nam - moverife in aëre caufàbantur, acfub

inde ad Lanæ, Solisveincolas deferri. Vidi & Mundi multorum milkenario

' rum chronicon, quodRegum, regno rumάue, ac multarum orbis conver

fionum, renovationumque feriem re citaret. Vidi fphæram, quæ mundos multos, & eorundem mobilitates tu

multuariè referret. Vidi unam juris

regulam, quæ omnibusinuniverfum

<j '

1 * PA r RI A E R Ro Res. 13; cafibus quadrarett Vidi pana:eamo mnibus morbis fàlubrem: & corpus do&trinae,ex omnibus,& pro omnibus religionibus conflatü. Cüm ibi effem,

miram & raram animadverti contra

hendi confuetudinem. Nam quiem pturus erat quidpiam, nummos non adferebat, nec aliquid quòd commu taret, fed vel animátotâ,vel ejus parté '

vel corporis aliquid, vel fenfùü, nunc unum hunc alterum fpondebat, pro

utcum vendito conveniffèt. Vidi hîc

& obftupui vifum deponi, & auditô, ac quæ reliqua funt animæ organa. Phantafiam tamen frequentiffimum numifma obfervavi. ' Erat mihi for

tè ad manus ventilabrum, quo folis æ ftumlenirem: Illud cum multilicita.

rent, venit qui animam offerret. Ego .

quo meo ufù animamtuam (percon tabar) accepero. Tum ille, ftuporem meum admiratus,magno clamoretur bam convocavit, cui meaminftitiam oftenderet.

Didici autem vel tan

dem , fi quis animam emiffet, viram ipfius

136

PERE G R1 N1

ipfius extendi : fi memoriam fuam augeri, occulta quadam transmigra- | tione. Me tamen id valdè turbavit, !

quæ tanta effèt dimittendi res adeò

preciofàs facilitas ; ut fènfùum ali quid velanimae perdere malis, quam releviculacarère. Dimifitamenven

tilabrum meum, nefcius an mihi ac

cefferit aliquid,decefferitve. Ille qui 'dem bona fide fè tradere mihi ajebat: at ego me animofiorem non fenfi. Plu ra hîc recitanda forent valdè ridicula,

fed quæ brevitatis aétum excederent. Itaque cum fàtis commodè arcana

Hujus terrae introfpexiffem, à conduétore meo edu&tus fum.

/ r •

r N P A r R 1 A E R R o RE s, 48.

L I

137.

Æ.

De lingua humanae violentia, diverfitate

}

ac malitia, unde confufionis & te ' meritatis turris ex ~ fruitur. , •

p. 1. %

■,

$. »*' -*

Oft hæc vifus mihi fum, nefcio guem ftridulum & ftreperum fo num procul exaudire, veluttor- ' rentis per opacavallium, & fàxorum impedimenta perrumpentis. At quò propius accedo,humanæ voci propin quius quid effepercipio: neque tamé patebat, quideffè dicerem. Rifit hîc

conduétor meus meam hæfitatem, &

qui cominus aures tutaberis, cum e minus vix feras? Ego, qui tot mala

(inquam) haétentis fufh perpeffus, nonne & hæc fuftinebo? Et ille, acre

eft aliquid, ait, ac cum nulla ferri acie conferendum. Experiamur fubjeci, Sz

in rem ipfàm veni, five fàcram Dodg- nam, Stabat in médio ftreperi fori fa :

cellum

138 P E R E G R. 1 N 1 cellum minutü, ex ære fonoro fufum,

ac in eo ara æquè tinnientis metalli: fupra aram carneum quid duobus di

gitis haud majus, fùbftantiamolle, ra rum, laxum, quod fortè dixiffes, deli catum bucellum. Decumbe ait meus,

hic Deus eft. Ego mecum quis Deus , hic fit, minutus bolus, & quem uno ri&u devoravero ; at tú intueor,quàm me mox temeritatis poenituit. Nam ex hac carnis maffula nunc

mella deftillabant, & agrum proflue bat; nunc tonitrua & fulmina vibra

bantur , & armorum cunóta genera | illa ejaculabatur. Vidi cum inflare- ! tur, totaqiie liberet, Deum in cœlis fuiffè provocatum, & ignominiofifi. habituim. Cumq; mox cöfideret, mul tis blanditijs iterum coroaatum. Et

ftupendum planè erat audire jam mo dulantem, mox tumultuantem, jam faufta hominibus promittenté, ac pau lò poft exitialia quaeάue minitantem.

Qjj fàcri: hîc præerant, varij& mori bus & afpeótu erant, ac inprimis pro nuI1

1 N MAT rr A E R Ro R e s ,

139 *

nunciationis & fonidiverfitate diftin

guebantur. Cumά;ad operas eflet có clamatum,accurri & ego,iufòlito fpe &taculo attonitus: turris enim exftrue

f batur, terrenis ad Cœlites iter datura,

tantaoperariorum difcurfitatione, ut formicas nö homines) judicarim. Hic arenam ille calcem, hic ferramenta

ille feneftias, omnes magna conten 7 tione ftru&arae quidpiam congeve- • bant,fub diffona linguarum jÉ ne, ut non fplenis fàtis adridendum mihi fiiperfuerit. Atqui hæc ferò o

mnia peragebantur tango abfurdiore fpc&taculo, quanto omnis hæc möles luteis fulcris innitebatur: Et jam in

clinare ad occidétis plagam cœperat, cum illi fecretiffimo confilio colle&i,

: in adverfàm partem pondera impone

* re decreverunt. Quis verò correétio * nis eventus fucrit,Thaud mihi liquet;

3 nifi quod interea ab ali:s recepi, ifi pe

}us omnia ruere, & de nova molejam

jam deliberari. Cum enim incrufta

» tione quadam principes columnæ

fui£

`• r4o

PE RE g R 1 Ni

fuiffent, Architeóti cujufHam confilio obduétæ, computriviffè fub involu cro, & vermibus erofas effe, cum cer

tiffimis ruinæ minis. Reliqua quæ au divi (auribus enim hîc ut plurirnum vivitur) non funt tanti, curvos ultra detineam: Et fànè me conduétor me

us abire geftientem non cohibuit. -

49. T E R R A. «

pe imperiorum terrenorum filo, quibus | axiomatibus ducatur, & quam

omnem moftram fàgacita.

tem eludant.

. ' · · «

Ecit fortuna mea, ut in terrae i

pfiffima vifcera, & æftuum ma finorum penetralia fuerim ad miffus , ut quæ in convexitate globi noftri confufiffimè intuemur, hîc ve

luti magni alicujus automati motatio num inftrumenta contemplarer. Ita

que in profundiffimum puteum fune dimiffüs, cum finis vix tándem fieret, _

I N P A T R I A E R R o R E s.

141

, adhorrendæ calignis fpecum eft per

, ventum. In eo, quò amplius progre ' dimur, ex cereorum lumine pau!atim lucefcit. Cum effemingreffiis arçano rum delubrum , nihil omninò fuit,

quod potuerim nota, e, n:fi organi mu fici repræfèntatio quædam, cujus c!a ves filicernium aliquod mirâ manuum agilitate targebat : Sonus verò omni nò nullus exaudiebatur, vel fiftularú

concentus, quantumvis aliü atq; aliú ordinem fubinde advocaret: cumque mihi muta mufica miraculo effet, nifi hic inquit condri&tor meus , liraret, mundus non deliraret. Omæ me vox

movit, utcuriofius organon contem plandum duxerim. At jam divitare

nihil opus erat, cum indices fiftula rum loquerentur , & rerum humana •u*rationes myfteria mihi explica rent. Recitabo taque titalos aliquos & fagacitati veftrae committam. Hic erat oe erationis decipula; Deglube re; Metuant; Oportet habere: Hunc audite: Ludamus: Sic pla-et:Sangui *

nis g

r 42

P E R E G* I N I

nis dofis: M*€ta: Adigantur: Non at dent: Non capiunt: 6 una fit cervix: Vos non vobis : Compelle. Ipfi vide rint: Eftercore aurum: Intereffè : Hi

ftrionum fortuna:Sum meumjus:Dif- ,

fidiorum femina : Vexare columbas: !

Sine lege: Ad terram:Exaggeratio:Re -us Majeftatis : Litiumtela: Edantwt vivant: Foemineum regimen : Præter plurima alia freni humani hierogly phica, quae ad fingulos indices adfçri- i

pta etant, diftinguendisfiftularum va-|

rietatibus fervientia.Sed & claves no- !;

tatæ omnes erant, quas tamen non li- | cuit pellegere, ob Oiganici præfentiâ. h Qgae tamen obiter & veluta ! Nilum !

canes haufi,haec fuerunt.Per fas & ne- ,

fas: Meum & turum: Regina pecunia: ! Ibis foras: Benè fpera: e& malè habe-, re: Virtus poftnummos:

'$*;

rent : Et qua: iam alia, qvae jam fefti nanti non fuccurrunt. Poftea &tabu laturam intuer.licuit, atris & croceis - notulis pe, fi iptam. Varijs cantìonú

generibus Plenam, tituli.á; dutii.&i. -

UIbi

, 1 N PA T R I A E R w o R E s. 143 \ fbiinter recentioresgallicas aliquot, - germanicas, & belgicas notavi, minio M.

multùm rubentes, & femifufàrum di

fcurfationibus feftinantes. O fi quis mihi hic interpres aftitiffet, cujus be neficiolumentam obfcuris rebus in

tuliffem. Nam id poftea invitus audi vi, hîc potuiffe terrenorum imperio rum telas, ftamina, & tramataomnia difcere. Nam quod ego organum ar

bitrabar,Textrinumerat, qua infoli to artificio humanorum cafuum vices

imperiorum mutationes, regum fuc

cefIiones, fubditorum3; onera omnia texerentur, acid quidem ex colis, &

fufis,aclini, lanæó; copia colligere li cuiffet, mens finonlaeva fuiffet.Ita fe

licitatis meæ ignarus,dum indoétoso culos ampliùs circumferre liberet, monitus à conduétore, ad fu

peraredeundum fuit.

j ;

go. OPES

I 44

PE R E G R I N 1

' ;o.

O P E S.

De divitiarum inopia, quam fflendidè fàpiant, & cui libertatem adime runt, durißimè ha- / beant.

Ntequam plenè emergeremus, Mammonis etiam carceres fub -

eundi erant, qui fubterraneis clauftris thefàurorúm ciftis imperita bat. Excubabant ad fores magnæ fe rocitatis, & perpetuarum vigil:arum canes, quos præterire nemini impune

licebat. Poftquam verò ingreffùs co pia haud data, fedempta effet , illicò obmutuerunt , & multis blanditiis

tranfeuntes fùnt profecuti. Hic verò moleftum erat toties pulfàre , toties nomen dare: cum fubindè aliaatq; a lia èferro folido porta iter interclude 1et. Timidum equidem regnum, &

ubi nec f atri frater,necpatri filius fât! fidei habet.

' !

| * Cum,

'1 w PAf xr A Er Ro* *s. 14; Cum vix tandem adOpulentiae Dewm intromitteremur. In auro is qaidem

totus fedebat, & auro undiquaq;cir cundabatur: at incredibilimacie , &: famis certiffimis teft moniistotus hor

rebat:& credibile eft vix unquam fà turari, adeò rancidiffimis rapis ftoma ehum avidiffimè infarciebat: Accum

mufca fortè obvolitabat, quam con

' fpicatus, impotenticlamore proditio nem inclamavit, velutitantianimalis

fuftentationi impar,& minus fàtis ar &is è ferroretibus inclufus. Ego ve. δ expe&abam,quod mihi tanti fulgoris & opulentiae imperator favoris tefti monium daret, cum ille fervili vultu,

£z conquifitis palponum voculis an

xiè fupplicabat,fi qua re fortè poffem ejus indigentiae fuccurere. Nam &c fumptus abs fe fieri intolerabiles, & futuricuraaffligi,quòd Aftrorum pe

? ritiquam nefcio terrg fterilitatem mi f. -

nitentur. Dein fac,iè effe colligere, quid pofteritati, quid famae, quid ve

Aerumexemplisdebeatur,& quid for -

G -

tuum*

i46

P p R Ε & R1 N 1

tunæ infidelitati qpponendum. Nec defuturam mihi füám gratitudinem,

quamprolixa mei commendatione ad amicos velit facere teftatam. Quid a. gerem? qui jam olim didici , poteh íumprecésimperia effe, & blanditia rum folennia verba injariarum prae ludianitaque diffimulata utcunq; ne ceffitate, bonis memet meis, & fi quae .Tmonetæ fupererant,fponte exui,& res certas dubijs verbis cömutavi. Cum άuejam benevolentiam expe&arem, non me agnovit pofthac , nec verbo

dignatus eft amplius, fàtis in me fibi beneficus vifus, quod vitam incolu mem dimitteret. Et fic mihiperibat, quicquidlaboriofàperegrinatione cö quifitum,quicquidamicorum libera litateinme collatum. Nam&pallium auferebatur,& fidus enfis,&corporis quaedam ornamenta, quae itineris mei teftimonia atque fpolia Patriae fàcra

£t devoveram. Necre non aut attritum effet. Canes •j: rio,

linquebatur quicquam, quod lacerú

- * .

allá•

* n PATR 1 A E R R o R es.

147

allatrabant, & rerum mearum omni \;

um faéta eftmiferabilis facies. Tuncq; ;t

peragrata errorum quartaplaga, in ops & æris confilij,& mortisάς appe

téntiffimus, per funem è piraticisca f!

vernis attrahor, & conduétorem me

um invitiffimus equideminfequor,

ji. S A T H A N.

, A Bfoluta ergò tam infami & mi fera peregrinatione, cum fpe •rarefi jam bona pace poffe di mitti, & Patriæ meæ, quæ vidiffem, expertusque effem, recitare, precatus fum condu&orem meum, ut me tan

dem mihi ac meis redderet. Ille vero, quae vidifti inquit, Peregrine,non alio confilio monftratafunt , nifi ut Mo. narchæ noftribis maximiimperijma jeftatem merireris, & exinde obfequij

perpetui facramétum promptius prae . — _ _ ' Nam qui his rebus omnibuspoten

ftares.

tiffimè imperat, haud procul hinc ab -

eft,

148. • P • n ■ • x 1 n 1 eft,tantae in fuos facilitatis,utinfidem

non prius invitet, quam dominij am plitudinem explicarit. Et nunc £g; áem, poftquam ea tibicunéta perfpe

&tafufit, tempus eft , ipfùm caput & principem tam vaftae monarchiae in tuearis,eiquete aeviternum&obliges, acdevoveas, Dum hæcdicit, in ipfif fimistenebris foresaheneaspulfàt, & aperiri quam citiffimè facit. Hic ani madverti , nos circa regis palatium , femper fuiffe,velut centrum,&ab hoc

priino mobili reliqua omnia fuiffè InQtatá.

Nonaliter enim, quam ut Circula. tores filamentis varias icunculas mo verifaciunt, ita hic ferreis filis ageba tur, qnicquid latiffimo imperio cir cumjaciebat. Caeterum cùm ingref fus effem,Imperator haud magna qui dem pompa, fed amabili vultu &an gelica fpecie fefe offerebat,multis cle mentiæ fignis confpicuus, nifi quod

oculi fcintillarent, & pedumdigiti in

acutos ungues definerent. -

1 N P A T R 1 A E R R o R e s. I.

149

Ad utrumquelatusaftabant, quos fè ptem Planetas credidi. NamSol ma gno faftu fuperbiebat, Luna livore pallebat, Marsirâ aeftuabat, Saturnus glacie torpefcebat, Mercurius num mos feétabatur , Jupiter epulabatur,

& Venus luxuriebatur. Qui mihife ptem viri haud benignum Principis ingeniumaugurabantur. Ille verò fe

refio admodum ore , Qujd videtur infit, optime Peregrine, de regno, & Politiæ meæftatu.Tum ego, non eft meum inquam,de tantadominijvafti tate quicquam pronunciare, ne dum judicare.Qujd verò fubdititerum,ho magium differs, & in retibi fortuna

tiffima dubitas? Ego, quoniam infe lices refpondi , hîc vidi quam pluri mos. Tunc ergò felicitatem ait, aliam s fperas, quae fit extra regnum meum?

Nefcio,fubieci, nifi quoähæc nec pla cet, nec fufficit, nec diuturna eft, nec folida.

Actum quidem animadverti, vul tumejusmutari,&non nihiltenebre -

fcere,

Ps *m&x1w1 js e £er , quod tamen diffimulare mihi vifus eft , & reliqua manebant fàtis

tranquilla : Mihi tamen non arride

bant hae vultus vices,& in magnam a • liquam tempeftatem defituras fufpi cabar. Caeterum in menihiliniquius decretum hic palam eft,nifi quodpro cerum alicui in aurem, nefcio quid muffitaret:tum ad me converfus, Abi

inquit adolefcens,&reginam, meam conjugam faluta, quæ te plenius, quid aetatemtuam deceat, edocebit. Sic '

commeatuconceffo, adRe

ginam propera vimus.

1N PAx x 1 A E xx o R m s.

rjr

j». M u N D u s. Onfuit difficile divinare, quid NÉ Reginæ fálutatione vo ' luerit,fcilicetut opes , & the

fàuros , ac elegantiam É; omnem explicaret. Quicquid enim undiq; eft i| fpIendidum ac preciofum, in hancau I.

lamarat eongeftum; ita, ut quicquid

kaétenus vidi, forduerit. Confederat

Regina, diademate corruf.ans , cum omno,&aurea phiala, multa oris ve nuftare afpeétabilis. Circwm eam fœ minae feptem , diverfiffimi habitus, quas fine interprete non agnoviffem.

Ajebant autem effeFortunam,Atheif. mam, Superftitionem, Ventrem, O

pinionem,Vanitatem,&Hiftrioniam, quibus orbis terrarum regatur, & in cunétos homines fervitur imperium. Cum me pomi artificiam invitaret, ad eum omnem ocwlorum aciem ìntendi,

&emblematibus plenám reperi Erat

autem meaopinioue vitreum , inde$ -

G 4

— pel

PE x s s R 1 N1

1f2.

pellucidum, varijsq;internis mobili tatibus admirandum.Phiala philtrum continebat, quod quisquisguftaffet, non poffet non venerari Reginam. Il la, cüm meobfervaffet, primum mo deratè coepit exprobrare temeritaté, quæ me ad Regis clementiffimijuxta ac potentiffimi obfequiumcun&alio rem redderet. Dein repetere magni imperijopus, & fubditorum commo

da,acperpetuam felicitatem : Deniq; hanc ünam effe rationem probabat, qua homo,homo effem,&ratione mea interrena hac converfàtione autè & cordatè uterer , qua rerum omnium

cognitionem & póffeffionem obtine rem , qua fummalibertate & quiete

É fecusfaxim,certam effe infcitiam,pauperiem,laborem, fervi tutem ,

$í; , infamiam,&

quae diafint contemptorum hujus Re gni flagella, quibus haec creaturarum univerfitas contra me unum fit armá

da, ne tam in-onfiderari mei faftus ul

lainterrismemoria haereat:fed melio -

1 n PATRI A E R Ro r ■ s. ij3

ra de me poffefperari,qui&fimfcien- • diavidus , & famæ ftudiofus,&jugi impatienis , & elegantiarumcupidus,

& çorpore agilis, & ingeniocuriofus, & exercitationeindefeffus, & naturae

muneribus dives,quæ omniaapud me interire nullius omninò ratiónis fit.

Velle ergò , ut quem mihi proponet hauftum, obfequijpofthac, fiveamo ris , fiita velim, Â£fymbolum, quod

nulla unquam religionis vanafafci natio deleat.

Obftupui , fteterunt

§ue comae,&vox faucibus haefit, neά; habui apud mevel hominis vel ratio nis reliquum , maximè cum jamob tantillam moram frontem corrwgaret,

dentibus frenderet, & palam mórtem mihi pararet. ltaq; in terarm prolap fus, magno fletu , Deum meum, Deum, verum, unum, atq; aeter num fum ardentiffimèprecatüs,crea turam fuam doceret , & tueretur, ne impunè tanta Majeftatis fummae con

tumeliacontra me faeviret,& invitum, pQ

1f4 P* • • s, 1N P a* r. Ex* om.

potentiffimo univerfi conditoriatóte reétori eriperet. Nec contempfit Je

hovahumiles preges,& mejam morti Ę uum, imò vei iustoterrorum Tmifèrijs immo: tuum eripuit,& folida inpetra impofitum , difcere juffit.

Qjaefibenignè & placitè haes audita effècognoverimus,ordine& fimplici terrecitabimus.Nunc verò Libe ratori meo gloria,regnum,& potentia aeviternum , efto.

*Â« -

- -

-**

'.• -

· ·

- - -

-* -

•_

-. • -

•

• -

-* -

. . -

•

« -

• -

s. ›› '

v -

•,

,^ -

« . ^

- ,

•

)

. -

1 -

/ -

. -

•

-i -

* •

. -

-~_ -

. -

.^ •

•

• • •

• /

- -

…”

**. -

*. -~

* -

.^ -

. -

xx IV, %

（ -

|（）

）

|（