Bron, mens en evolutie Oktober 2007
Het leven – en ook óns leven – is oneindig. Er is geen begin en geen einde aan. Toch denken de meeste mensen: ik ben op weg naar de Bron en als ik eenmaal daar ben, ben ik klaar. Dan ben ik op mijn bestemming en heb ik eeuwigdurende rust. Héérlijk...
Toch denk ik dat dit plaatje wat meer genuanceerd mag worden. Ja, er is zeker rust in de Bron. U hebt daar immers de dualiteit, de beweging waaraan onze schepping onderhevig is, overstegen. U komt in de eenheid aan, waaruit alles is voortgekomen. En na een leven lang dualiteit, voelt de eenheid als Absolute Stilte.
Het is echter niet de bedoeling dat u uw leven ziet als iets minder prettigs, iets tweederangs, waaraan je zo snel mogelijk moet ontsnappen! Het is de bedoeling van de Schepper dat u de dualiteit (de materie) juist niet ontvlucht, maar dat u door uw leven de eenheid, de Geest, in de materie brengt. En het is zeker niet de bedoeling dat u, nadat u de Bron hebt gerealiseerd, zult verzuchten: “Godzijdank, eindelijk ben ik van de dualiteit verlost!”
De beweging in Alles-wat-is Dat zou niet echt respectvol naar het leven zijn en het is zeker niet in overeenstemming met de diepere bedoeling van het menszijn. De mens mocht immers een evoluerend beginsel zijn. Hij mocht het wezen zijn dat door zijn allesomvattend bewustzijn, dat in het kleinste en in het grootste aanwezig is, toch nog beweging – en dus groei! – in de eenheid van de Bron, kan brengen.
De mens is het wezen dat overal groei kan brengen doordat zijn bewustzijn kan meebewegen met het perpetuum mobile van opgang en groei, de eeuwigdurende beweging waarop de evolutie is gebaseerd. Doordat hij meedrijft met deze beweging zal hij Alles-wat-is tot evolutie brengen. Ook werkt de mens als evoluerend beginsel mee in het zelfherstellend vermogen en houdt daarmee het wezen van Alles-wat-is gezond.
In de eenheid van de Bron brengt het perpetuum mobile de beweging. Het zet daar via de mens de levenskracht in beweging. De mens wordt door het perpetuum mobile meegezogen om als een rood bloedlichaampje in de Bron (en in Alles-wat-is) de levenskracht te transporteren. En waar dat nodig is, zal hij op dezelfde wijze als een wit bloedlichaampje het zelfherstellend vermogen aanzetten. De mens is dus een uiterst uniek en waardevol instrument dat in de grote samenhang van organismen beslist niet gemist kan worden!
Ook de Bron evolueert De grootste denkfout die wij kunnen maken, is dat wij de Bron als een statisch geheel zien. De Bron is een levend organisme dat zelf ook aan groei onderhevig is. Het perpetuum mobile werkt ook in de Bron, die daardoor onderhevig is aan evolutie! En doordat de mens met het perpetuum mobile meebeweegt, kent hij ook in de Bron de taak van evoluerend beginsel en werkt ook daar in het zelfherstellend vermogen! De mens mag ook de Bron helpen evolueren door Hem een hoger bewustzijn aan te reiken.
Na de integratie van de Bron in zijn bewustzijn, kan de mens zijn bewustzijn over de Bron heen uitstulpen naar een hogere oorsprong, de hogere broeder van de Bron. Zo zal de mens een hogere trilling van eenheid voor de Bron ophalen (T 79: De Universele wijze van bewust worden) en kan hij via de jacobsladder van het leven Alles-wat-is van een hogere energie van eenheid voorzien.
Het perpetuum mobile als opdrachtgever In het afgelopen half jaar heeft de mens de verbinding bevochten van de Bron met zijn hogere Bron: de Oneindigheid van het Leven. Daardoor wordt de eenheid in onze Bron verdiept en reiken wij het leven in de schepping een hogere eenheid aan. Wij bevruchten het wezen van de Bron met een hogere trilling van Geest, waardoor zijn geest, de Geest Gods, zal groeien.
Overal, maar dan ook overal, zullen wij groei brengen, omdat wij een cel zijn die zijn werkelijke oorsprong in het perpetuum mobile vindt. Mens, bereid je er maar op voor: het perpetuum mobile is je ware opdrachtgever. Daarom zul je altijd in beweging blijven, ook al heb je de dualiteit al lang van je afgeschud!
copyright: Sonia Bos gebruik tekst toegestaan met bronvermelding