![](https://assets.isu.pub/document-structure/210805134727-aa7bc6dc3aed6286c5819d41153e1e55/v1/39b3d8b1de09ab9d6236c8529701a1fe.jpeg?width=720&quality=85%2C50)
5 minute read
Op bezoek bij
Pascha Stalenhoef begon op haar zeventiende met werken bij haar vaders zaak op de Rijnlaan. Inmiddels heeft ze al vijftien jaar lang haar eigen kaaswinkel op de Twijnstraat: Kazerij Stalenhoef. Onder meer goed te herkennen aan de stapel grote parmezaanse kazen voor de deur. En anders verraadt de kaaslucht die op een afstandje te ruiken is wel wat er binnen te vinden is: heel veel kaas. DUIC ging langs in de winkel en proefde natuurlijk ook wat blokjes. Tekst: Bo Steehouwer / Fotogra e: Robert Oosterbroek
Advertisement
Haar vader had lange tijd een zaak op de Rijnlaan. Als melkboer uit Soest begon hij Kaasstolp Stalenhoef in Rivierenwijk. Daar begon Pascha met werken toen ze zeventien was. “Wie niet wil studeren en graag wil werken, moet eraan geloven”, zegt ze. “Maar nooit een dag spijt van gehad: heerlijk om te werken.” Eigenlijk wilde ze nooit voor zichzelf beginnen. En toch zit ze al die jaren met heel veel plezier in de Twijnstraat. In eerste instantie heeft ze dat toen puur voor haar vader gedaan. “Pa ging stoppen op de Rijnlaan, maar het was veel te vroeg voor die man om achter de geraniums te gaan zitten. Ik dacht: ‘Ik ga het gewoon doen’. Mijn ouders zeiden altijd dat ik het in me had.”
Voor Pascha was het belangrijk dat haar vader dan ‘lekker kon komen rommelen’ in de winkel. “Helaas is hij afgelopen maart overleden. Maar hoe ik het in mijn hoofd had, en pa ook, zo is het gegaan. Fantastisch.” Haar vader kwam in eerste instantie drie dagen werken, toen werden dat halve dagen. “En zo hebben we dat tot anderhalf jaar geleden gedaan en rommelde hij hier nog steeds wat. Op het laatst kwam hij twee ochtenden in de week mijn noten nog bakken. Dat deed hij met zoveel plezier. En de noten kregen altijd heel veel complimenten. Dan gloeide hij van trots. Ze waren net wat donkerder gebrand dan bij anderen.”
Die beslissing van vijftien jaar geleden is dus goed uitgepakt. Na het eerste jaar was het al duidelijk dat ze dit het liefst deed. “Het omgaan met mensen vind ik heel erg leuk. En je wordt gewaardeerd. Misschien was het toentertijd de onzekerheid of het wel ging slagen. En ik heb ook altijd voldoende thuis willen zijn voor mijn kinderen. Maar het was geweldig. We hadden al een dusdanige klantenkring: ik had vanaf het begin bij mijn vader gewerkt.” Veel klanten die daar kwamen, zijn hen dan ook ‘gevolgd’ naar de Twijnstraat. “Ontzettend leuk”, vindt Pascha. “Dat waardeer ik. En die mensen koester ik nu nog meer nu pa er niet meer is. Zij hebben hem goed en lang gekend. Dat houdt pa levend: over hem babbelen.” Ook kom er mensen over de vloer die ze nog in de luiers heeft gezien. “En die krijgen nu hun eigen gezin weer. Dat is echt leuk.”
Proeven per post
Ze vindt kaas een fantastisch product. Een favoriet heeft ze niet. “Ik vind alles lekker. De ene keer heb je zin in een lekkere plak jong, de andere keer een pittige brie. Ik vind kaas ontzettend leuk.” Eten verbindt, vindt ze. “Dat heb je in de coronatijd ook weer zo kunnen merken. Mensen hadden meer tijd; er waren minder prikkels. Zoveel mensen zijn daardoor blijven hangen. Want ja, er zit verschil in smaak tussen kaas van de supermarkt en die van ons. Fijn dat de supermarkten er zijn, maar voor cola en wc-papier en niet als het om gewoon lekker eten gaat.”
De afgelopen jaren merkte Pascha dat het stuk Hollandse kaas altijd blijft, maar dat haar biologische assortiment is uitgebreid. Ook met de buitenlandse kazen blijft ze bezig. “Het specialisme kan eigenlijk niet gek genoeg. Je moet continu op pad en bezig blijven voor spannende smaken en mooie verhalen. De mensen moeten getriggerd blijven: die smaak is zo ontwikkeld.” Het liefst koopt ze de kazen bij de kleine producenten in het buitenland. Dat was de afgelopen tijd nog best moeilijk. “Gelukkig kon er per post wel het een en ander geproefd worden. Dan werden er monsters opgestuurd.” Nu zijn ze weer begonnen met de boeren zelf te bezoeken.
De ‘boter, kaas en eieren’ zijn er bij Pascha dus met de paplepel in gegoten. En nog steeds wordt ze thuis altijd blij van kaas, en veel wijn. “Bourgondisch hè. Zo zijn we ook opgevoed.” Zelf woont ze op het platteland. “Daar waar de akkers groeien en bloeien, en de lucht van de vers gemaaid gras overheerst.” Pascha houdt van dat ouderwetse. “Ik hou van iets in de grond steken en zelf met de handen in de aarde. Je stopt er iets in, het gaat groeien, we oogsten het. En met kaas ook: leeftijd is voor een hoop dingen vervelend, maar voor kaas niet. Van melk maak je een sprong naar eeuwigheid. Ik vind het ongelofelijk.” vindt Pascha. De kleine winkeliers die er zitten hebben volgens haar karakter, gezelligheid en liefde voor het vak. Met zijn allen maak je een straat als winkeliers, zegt ze. “Met zijn allen moet je goed zijn: een goede bloemenwinkel, goede slager, enzovoorts. Persepolis, De Bierverteller, Visjes, leuke kledingwinkels, noem maar op. Dat maakt de straat: de mix van eten, bloemen, kleding, allemaal verschillende stijlen. Die mix moet er zijn. Dan blijven mensen lekker in de straat hangen.”
Haar dochter Nicky werkt nu ruim zes jaar fulltime in de winkel. “Ze werkte hier al in de vakanties en op zaterdagen. Ze is ervoor geboren.” Nicky houdt zich weer met andere dingen bezig dan waar Pascha haar vader vroeger mee hielp: met social media bijvoorbeeld. “Dat is belangrijk in deze tijd, zelf heb ik daar niet zoveel mee. Maar Nicky heeft dat allemaal op poten gezet. We verzinnen dingetjes samen. Ik doe veel teksten en heb leuke ideeën, maar zij doet de rest. Het is hartstikke leuk om de reacties te lezen. En we krijgen veel complimenten over haar foto’s.” Nicky roept nu, net zoals Pascha ooit deed, dat ze nooit een eigen zaak wil. “Maar ik weet zeker dat ze het straks gaat doen. Zij heeft het ook in zich. En doet ze het niet: even goede vrienden. Wie weet wordt dit de volgende generatie. De tijd zal het leren.”