6 minute read

Gemeente grijpt controle

Next Article
DUIC in Beeld

DUIC in Beeld

GRONDVERKOOP EN WONINGBOUW

Gemeente eist eerste recht van koop op grond Merwedekanaalzone, maar waarom?

Advertisement

De gemeente Utrecht heeft er op dit moment geen vertrouwen in dat de woningbouwontwikkeling in een gedeelte van de Merwedekanaalzone overgelaten moet worden aan de markt. Daarom trekt het college een paardenmiddel uit de kast; als de eigenaren van grote lappen terrein van hun grond af willen moeten ze dat eerst aanbieden aan de gemeente. Daarmee hebben ze dus eerste recht van koop en hebben andere potentiële kopers voorlopig het nakijken. Verschillende eigenaren hebben al aangegeven zeer ontstemd te zijn en hebben advocaten in de arm genomen, maar het college schuift de kritiek van tafel.

Tekst en fotogra e: Robert Oosterbroek

Laten we de zaak nog even iets verder uitleggen. De Merwedekanaalzone is een groot gebied langs het Merwedekanaal in Utrecht waar op dit moment, en nog de komende jaren, heel veel gebouwd gaat worden. Het industriegebied verandert langzaam in meerdere nieuwe woonwijken. In de Wilhelminawerf zijn de eerste bewoners al geland en bij De Nieuwe Defensie schieten de gebouwen als paddenstoelen uit de grond. Dan hebben we natuurlijk ook nog de nieuwe stadswijk Merwede waar al veel over geschreven is. Er is ook nog deelgebied 6; het gebied van de Beneluxlaan tot de A12 en van de Zeehaenkade tot aan Europalaan-Zuid. Hier zijn de plannen nog verre van rond. Het is in dit gebied waar de gemeente de touwtjes nu strak aantrekt.

De gemeente heeft op 22 juni besloten dat als de eigenaren van de percelen tussen de Eendrachtlaan, Vliegend Hertlaan, Winthontlaan en het Merwedekanaal in deelgebied 6 hun grond willen verkopen, ze dat verplicht eerst moeten aanbieden aan de gemeente Utrecht. Als ze hun grond willen verkopen, krijgen ze daarvoor een marktconforme prijs die onafhankelijk wordt bepaald. De periode dat de gemeente het eerste recht van verkoop heeft en een plan kan maken voor de ruimtelijke invulling, is daarnaast begrensd. Er gelden maximale termijnen voor.

Dit is niet zomaar een maatregel, maar een verregaand besluit op basis van de Wet voorkeursrecht gemeenten (Wvg). Pas als de gemeente de grond niet wil kopen, mogen de eigenaren zaken doen met anderen. Dit is geen gebruikelijke wens van het college. Het is lang geleden dat de gemeente Utrecht zo’n voorkeursrecht heeft gevestigd. De laatste keer dat dit werd voorgesteld was in 2009 voor de ontwikkeling van Rotsoord, maar de gemeenteraad ging er toen voor liggen en besloot het besluit niet te bekrachtigen. Want hoewel het college heeft aangegeven gebruik te maken van deze bevoegdheid, en daarmee is het vanaf 23 juni drie maanden geldig, moet de gemeenteraad ook nog instemmen om het voor drie jaar te laten gelden.

Waarom doet de gemeente dit?

Een woordvoerder van de wethouder legt uit waarom ze het eerste recht van koop willen. “We vinden het belangrijk dat er in Utrecht betaalbare woningen komen voor woningzoekers. Mede daarom pakken we nu de regie op het grondbeleid in de Merwedekanaalzone deelgebied 6. […] Zo voorkomen we dat de grond (door bijvoorbeeld grondspeculatie) te duur wordt. Dat is belangrijk: want door de grond tegen een marktconforme prijs aan te kopen, vergroten we de kans dat er betaalbare woningen komen.” Overigens gaat het volgens de woordvoerder ook verder dan het mogelijk maken van betaalbare woningbouw; “We kunnen beter sturen op de totale ge-

biedsinrichting als we meer grond bezitten. Zo kunnen we hier samen met de markt in de toekomst voor Utrechters van nu en later mooie dingen doen.” Op deze manier willen ze dus een plan kunnen maken voor het hele gebied, en niet slechts steeds meepraten over een apart plan per kavel. “De ontwikkeling van Deelgebied 6 is, net als de hele Merwedekanaalzone, van grote omvang. Om er voor te zorgen dat ook (kavel)overstijgende opgaven goed worden opgepakt, is regie nodig. Denk aan het aanleggen van infrastructuur, sociale voorziening en het realiseren van groen.”

De gemeente spreekt dan ook niet van wantrouwen richting marktpartijen. “Door het vestigen van de Wvg geven we het signaal af dat we er als gemeente klaar voor zijn om deze opgaven samen met de markt op te pakken. Daarnaast geeft dit de huidige grondeigenaren duidelijkheid over de toekomst van het gebied. We zijn op een goede manier in gesprek met verschillende grondeigenaren over de toekomst van deelgebied 6.”

Hoe kijken de grondeigenaren hiernaar?

Dat de grondeigenaren in goed overleg met de gemeente waren kan wel zo zijn, maar verschillende betrokkenen tekenen protest aan tegen het plan. Een van grondeigenaren is Zeehaen Beheer B.V., de vastgoed-tak van het bedrijf Gepu, een horecagroothandel in de regio Utrecht. Het bedrijf is zo’n vijftig jaar aanwezig in deelgebied 6, eerst aan de Zeehaenkade en sinds 1985 aan de Vliegend Hertlaan. Het bedrijf heeft een advocatenkantoor in de arm genomen om hun on-

genoegen te uiten bij de gemeente. Zeehaen Beheer B.V. en Gepu voeren namelijk al jaren gesprekken met de gemeente. Ook zij zagen dat er woningbouwplannen waren en zijn zelf ook in gesprek met een woningbouwbelegger voor de grond die in hun bezit is. De advocaat schrijft aan de gemeente: “Dit is inmiddels succesvol geweest zoals cliënte in verschillende periodieke overleggen met de gemeente heeft besproken. In april 2021 is de overeenkomst met een woningbouwbelegger getekend, welke overeenkomst is gericht op verkoop en transformatie van de locatie voor woningbouw.” Met het geld dat verdiend wordt kan horecagroothandel Gepu weer naar een andere locatie verhuizen en uitbreiden.

Al met al zegt de advocaat dat de transformatie naar wonen juist al voorspoedig verloopt. “Het gevestigde voorkeursrecht torpedeert deze ontwikkeling”, zo meent de grondeigenaar. “De locatie kan immers niet meer aan de belegger worden verkocht, althans, cliënte kan aan de woningbouwbelegger niet langer zekerheid bieden dat het eigendom van de locatie kan worden overgedragen nu daarvoor de gemeentelijke instemming nodig is. Zolang er geen zekerheid bestaat dat deze instemming kan worden verkregen, komt de transformatie stil te liggen.”

De inzet van de Wvg zou hierdoor juist een averechts effect hebben, woningbouw zou juist uitgesteld worden. Ook is de grondeigenaar niet te spreken over het feit dat ze al heel lang met de gemeente in gesprek is “en dat de gemeente nu — bij wijze van spreken achter haar rug om —de locatie belast met een voorkeursrecht.”

Weer een andere grondeigenaar, Dutch Property Company Vermeer, laat ook via een advocaat zijn ongenoegen weten bij de gemeente. Hun bezwaar richt zich vooral op het gegeven dat op een deel van de percelen de Wvg moet gaan gelden, terwijl bij aangrenzende gronden waar ze ook eigenaar van is, dit niet gaat gelden. Volgens de eigenaar vormen de gronden juist een samenhangend geheel en komt dit in gevaar door de Wvg.

In totaal zijn vier partijen, die de meeste grond in bezit hebben, in de pen geklommen. Het gemeentebestuur heeft al laten weten geen reden te zien om van standpunt te veranderen.

Hoe nu verder?

Zoals eerder gezegd heeft het college op 22 juni besloten dat ze eerste recht van koop willen. Nu moet ook de gemeenteraad het nog bekrachtigen om het besluit voor drie jaar te laten gelden.

Op 1 september staat het onderwerp op de agenda, waarna er later die maand nog over gestemd moet worden.

"Door de grond tegen een marktconforme prijs aan te kopen, vergroten we de kans dat er betaalbare woningen komen"

This article is from: