5 minute read
Esther Manas: “Ik ben boos op deze fatshaming industry”*
Links Defilé herfstwinter 2022-2023.
Boven links en rechts
Tas en oorbel, herfst-winter 2022-2023.
Balthazar Delepierre en Ester Manas.
Ester Manas is een jong merk dat mode maakt die iederéén past, vol of dun, groot of klein en alles daartussen. De oprichters Ester Manas en Balthazar Delepierre leerden elkaar kennen op de schoolbanken van La Cambre in Brussel, waar hij fotografie studeerde en zij grafische communicatie, om daarna over te schakelen op mode. Voor hun afstudeerproject ‘Big Again’ hadden ze de idee om one size fits all-kleding te ontwerpen van stofoverschotten en verantwoorde materialen. Met slimme technieken, zoals extra koordjes en verborgen plooien, kregen ze vrouwen van maat 34 tot 50 in dezelfde kleding. De collectie trok meteen de aandacht vanwege de vrolijke en glamoureuze esthetiek, toen nog ongezien voor kleding voor alle maten. Verschillende internationale prijzen, waaronder de Galeries Lafayette-prijs op het Festival van Hyères in 2018, lanceerden het merk. Hun eerste twee shows tijdens de Parijse modeweek lieten concreet de haalbaarheid zien van dit ambitieuze one size fits all-project. Modellen selecteerden ze op basis van hun sterke persoonlijkheid, wat de modelijn het beeld van trotse en krachtige vrouwen gaf. Voor Ester Manas is inclusiviteit dan ook niet zomaar een waarde die ze wil aanvinken, maar de essentie van het merk.
Hoe belangrijk waren de liveshows tijdens Paris Fashion Week voor jullie?
BALTHAZAR DELEPIERRE: “Het is eerst en vooral een heel concrete oefening, maar het is ook een enorme gok. Zo’n liveshow is dé echte vuurproef: pas dan ga je werkelijk ervaren hoe de modellen de show dragen en pas dan kunnen we onze flamboyante, sensuele, grafische kleding met al z’n franjes in beweging zien… De eerste show, die we in september 2021 organiseerden, gaf ons bestaansrecht.” ESTER MANAS: “Die eerste show bevestigde voor ons het belang ervan. Ons merk wil de diversiteit aan lichamen tonen. De pers, de kopers en het publiek willen onze kleding live met eigen ogen zien om te beseffen dat ons oorspronkelijk idee werkt. Dat basisidee dat één kledingstuk geschikt kan zijn voor alle lichaamstypes, moet uitgelegd en aan de man gebracht worden.”
Hoe werkten jullie concreet aan dit basisconcept?
EM: “In 2018 was er in de mode nog steeds weinig te doen rond inclusiviteit. Persoonlijk was ik boos op deze fat-shaming industrie; er liggen ook nu nog te weinig grote maten in de winkelrekken. Daarom perfectioneerden Balthazar en ik een one size fits all-systeem, waarvan de technieken en materialen geïnspireerd zijn op die van de lingerie-industrie. Savage x Fenty, Marie Jo... de lingeriewereld heeft inclusiviteit al veel langer omarmd dan de mode-industrie. We werkten aan haakjes die zich aanpassen aan het lichaam, materialen zoals jerseys en tules die elk figuur omsluiten, verstelbare riempjes... Zo ontwikkelden we onze eigen tools om allerlei soorten vrouwen in dezelfde blouse of rok te krijgen. Uiteraard is dit een concept dat zijn grenzen kent, we kunnen bijvoorbeeld geen jeans of cross-waisted jacks aanbieden.”
Hoe heeft het succes van die eerste modeshow jullie manier van werken beïnvloed?
BD: “Toen we met het merk begonnen, namen we ook andere opdrachten aan uit financiële overwegingen. Gelukkig maar, want zes maanden na onze lancering legde de pandemie veel projecten stil... Maar sinds vorig jaar leggen we ons 100% toe •••
••• op Ester Manas. We hebben grotere bestellingen, de logistiek is uit zijn voegen gebarsten. We zullen dus snel moeten herstructureren om dit alles op te vangen. Voorlopig produceren we nog alles in Brussel in een re-integratieatelier, maar we zullen bijkomende structuren moeten zoeken.”
Jullie brengen defilés in Parijs, maar willen tegelijk in Brussel blijven wonen en werken. Waarom?
BP: “We trekken meerdere keren per week naar Parijs, we zijn echte Thalys-mecenassen geworden! (lacht) Ach, noem het het yin-en-yang-ritme van het leven. Parijs is essentieel om zaken te doen, en voor de adrenaline, maar wanneer we thuiskomen in Brussel, vinden we ons laboratorium terug, de bron van onze ideeën. Er is niet echt zoiets als een Belgische esthetiek, maar een soort naïviteit en experimentele durf. Dat verklaart zeker waarom zoveel ontwerpers voet aan de grond houden in België: onze stylist-consulent Benoit Bethume en Matthieu Blazy van Bottega Veneta die een appartement heeft in Antwerpen. Ik herinner me nog goed dat Raf Simons, toen hij bij Dior werkte, in het weekend in België even kwam uitblazen.” EM: “Deze manier van leven brengt ons een zekere vrijheid, een frisheid. In Brussel is de relatie met kleding en het lichaam lichter, meer ontspannen, met een vleugje zelfspot en het nodige m’enfoutisme. Als Française die in het zuiden werd geboren en daarna in Parijs woonde, valt het me op dat er in Brussel weinig oordeel is.”
In 2018 wonnen jullie de Hyères-prijs van Galeries Lafayette en in 2020 werden jullie finalist voor de LVMH-prijs. Zijn dit soort wedstrijden belangrijk als je in het vak begint?
EM: “Zonder Hyères hadden we het merk nooit gelanceerd. Op La Cambre reageerden mijn leraren positief op mijn afstudeerproject. Ik liep toen stage bij Acne Studios, maar met Balthazar wilden we verdergaan. Ons aanvraagdossier leverde ons de Prix des Galeries Lafayette in Hyères op, wat ook de productie van een commerciële collectie inhield. We beseften dus dat we snel een structuur zouden moeten creëren om die collectie te kunnen maken. Maar meer dan het commerciële potentieel, zette het enthousiasme van de mensen in Hyères ons aan om erin te vliegen.”
Er wordt veel gesproken over ‘de nieuwe sexy jaren 90’ die vrouwen zich vandaag toe-eigenen. Hoe zien jullie dat?
EM: “De jaren 90 zullen inderdaad een rode draad blijven, omdat het voor onze generatie dé referentie is van sexy. Het is de glamour van onze eerste emoties; wij zijn gebouwd in de jaren 90. Vrouwen hebben zich lang niet kunnen meten aan hun iconen. Dat is vandaag anders. Je mag tegenwoordig gaan voor de stilistische durf van Dua Lipa op het podium, maar ook van die van Barbie Ferreira in de Euphoria-serie. Ik zie dat de meisjes die in onze defilés stappen onze meer gereserveerde vriendinnen aanzetten om qua kleding een stapje verder te gaan.” BD: “Onze moodboards bevatten overigens veel verschillende manieren om sexy te zijn: een meisje met een cowboyhoed, een flamencodanseres, een cropped T-shirt... Als onze mannequins onze collectie aanpassen, worden we vaak verrast door hun durf. Op zo’n moment worden ook onze sociale conventies dooreengeschud. Toen we begonnen, moesten we het voortdurend hebben over inclusiviteit en vroegen weinig mensen ons naar onze creatieve doeleinden, onze stijl en de sensuele trotse vrouw die we op de catwalk lieten defileren. Terwijl het ons in de eerste plaats gaat om het ontwerpen van knallende kledingstukken. Daar draait ons dagelijkse leven om.”