3 minute read
Drogingsvertragers: stilaan onmisbaar voor een optimale afwerking
In het artikel over de klimaatverandering kan u lezen dat Buildwise (het vroegere WTCB) schilders aanraadt om in warme omstandigheden hulpstoffen te gebruiken die de droging vertragen. Maar hoe werken die drogingsvertragers precies?
Eigenlijk is de werking vrij eenvoudig,” vertelt Jean-Claude ’t Kindt, product manager muurverven bij BOSS paints. “Een drogingsvertrager voor muurverf is een traag verdampende solvent die aan de watergedragen verf wordt toegevoegd. Die solvent zorgt voor een langere waterretentie, waardoor de verf langzamer droogt en de schilder dus een langere open tijd krijgt.
De werkzame stoffen in onze drogingsvertrager zijn glycolen, die behoren tot de chemische familie van de alcoholen. Die solventen zijn niet schadelijk voor de schilder. Je hoeft dus geen ademhalingsbescherming te dragen wanneer je ze gebruikt.
Daarnaast bevat onze drogingsvertrager (Dvt-Mur van BOSS paints) ook nog wat extra additieven om ervoor te zorgen dat de vloei van de verf gelijk blijft. Wanneer je glycolen toevoegt aan de verf, verdun je de verf immers. Die extra additieven moeten ervoor zorgen dat de verf na de toevoeging van de drogingsvertrager nog steeds op dezelfde manier verwerkt en haar zelfde verwerkingseigenschappen en vloei behoudt.”
In opmars
Jean-Claude ’t Kindt zag de voorbije decennia het gebruik van drogingsvertragers toenemen. Dat ligt niet zozeer aan de klimaatverandering, maar wel aan onze veranderende manier van bouwen.
“De voorbije decennia zien we steeds grotere muur- en plafondoppervlakken, maar ook grotere raampartijen, waardoor je meer strijklicht krijgt. Daardoor zie je de verwerkingspatronen in de verf steeds beter en wordt een perfecte afwerking belangrijker. Dat heeft ertoe geleid dat onze schilders vaker dan vroeger drogingsvertragers gebruiken om geen aanzetten of lassen te krijgen op die grotere muur- en plafondoppervlakken.
Wat ook meespeelt, is dat in onze moderne, goed geïsoleerde woningen de luchtvochtigheid veel lager ligt dan vroeger, waardoor de verven sneller drogen dan vroeger. Als schilder is het daarom belangrijk om niet enkel met de temperatuur rekening te houden, maar ook de luchtvochtigheid goed te managen, door bijvoorbeeld enkele minuten een behangafstomer of luchtbevochtiger te plaatsen in de afgesloten ruimte. We vinden het als fabrikant belangrijk om deze boodschap mee te geven. We raden de schilders altijd aan om eerst trachten te zorgen voor de optimale omstandigheden. Het gebruik van glycolen kan bijkomende helpen maar verdient zeker de focus niet!”
Vermijd het 'vrijdagavondsyndroom'
Wat je nooit mag doen, is drogingsvertragers gebruiken in verschillende verflagen.
“Heel belangrijk is dat je de drogingsvertragers enkel gebruik in de laatste laag, de afwerkingslaag,” vervolgt Jean-Claude ’t Kindt. “Je moet dus op voorhand weten hoeveel lagen je zal gaan aanbrengen en daar mag je niet van afwijken.
Wanneer je bijvoorbeeld in een primer of een eerste laag al een drogingsvertrager gebruikt en daarop nog een verflaag aanbrengt, dan zal dat een impact hebben op de verwerkbaarheid van die laatste laag. Dan krijg je het fenomeen dat bekend staat als ‘aanzwelling’. De vorige laag trekt het vocht uit de verf die er bovenop op aangebracht wordt, waardoor de onderste laag aanzwelt en de laatste laag te snel droogt.
Dat geeft hetzelfde resultaat als wanneer je twee verflagen te snel bovenop elkaar aanbrengt. ‘Het vrijdagavondsyndroom’ noem ik dat ook wel. We zien dat wel eens bij schilders die een werf nog snel willen afwerken voor het weekend. Dan brengen ze ’s ochtends de eerste laag aan en in de namiddag de tweede laag, maar dat is natuurlijk veel te snel, met alle verwerkingsproblemen vandien.”
In het volgend nummer van dit vakblad gaan we nog eens dieper in op de verschillende drogingsmechanismen van verven: pure fysische droging, pure chemische droging of een fysische en chemische droging
Meer weten? www.pro.bosspaints.be