2
N° 14
Regio Brussel - Limburg
2 september 2011
Twee vormen van solidariteit Nu er met de koninklijk formateur (misschien) een ‘meerderheidsakkoord’ voor ons land in de maak is, is het goed erop te wijzen dat de bevolking voornamelijk nood heeft aan twee fundamentele vormen van solidariteit. De eerste zou je toekomstgerichte solidariteit kunnen noemen. Waarover gaat het? In de meeste ‘ontwikkelde’ landen komt de overheidsschuld aardig in de buurt van het volledige Bruto Binnenlands Product (BBP) of overschrijdt het dat zelfs. België is al lang vertrouwd met dit fenomeen, waarover econoom Hervé JUVIN zegt dat de toekomstige generaties verbintenissen zullen moeten nakomen die wij in hun n aam zijn aangegaan, zodat we eigenlijk beslag leggen op hun toekomst… Onaanvaardbaar toch! Zoals Guillaume HANNEZO suggereert, moeten de progressieve krachten de natuurlijke verdedigers van de kredietwaardigheid van de staat zijn, omdat de staat het patrimonium van de zwaksten is . Anderzijds draagt de bedrijfswereld zeer zware verantwoordelijkheid: de “financiële vernieuwing” van de laatste twintig
jaar die ook de grote crisis van 2008 veroorzaakte, is vooral goed op weg om een prestatie zonder weerga te leveren, namelijk de toekomst om zeep te helpen. Denk maar aan de ‘Leverage Buy Out’ (LBO), een mechanisme waarbij (geheel wettelijk) aandelen van een bedrijf kunnen worden verworven door het bedrijf zelf in de schulden te steken om die te betalen! en waarbij de verwachte winsten van de komende 2 0 of 30 jaar dus nu al ingezet worden en het vermogen van het bedrijf in een klap wordt vernietigd … “Onze ouders kochten de boerderij op krediet, ze werkten hard om de lening af te betalen en lieten ons de boerderij na. Wij hebben de boerderij verkocht, het kapitaal uitgegeven, we hebben schulden gemaakt en laten het aan onze kinderen over om die terug te betalen.” Ook de welbekende ‘stock-options’ berusten op hetzelfde idee: toekomstige winst wordt nu al geïnd.
Ons hedendaags financieel model heeft een duidelijke voorkeur voor het heden: het soupeert vandaag al op wat de komende generatie zal moeten betalen, het buit rijkdommen uit die nog niet voorhanden zijn, maar door de volgende generaties gecreëerd zullen worden. JUVIN merkt terecht op dat financiële opbrengsten van 15, 20, 25% in economieën d ie niet of slechts met 1 tot 3% per jaar groeien, geen bewijs zijn van een prestatie, maar getuigen van roof en dat financiële strategie zo neerkomt op de kunst het collectief bezit te vernietigen. En een laatste aspect is dat de natuurlijke rijkdommen van onze planeet in angstwekkend tempo weggevreten worden. Volgens de op dit terrein gezaghebbende US Geological Survey, zou bijvoorbeeld de kopervoorraad b innen 40 jaar uitgeput zijn, de voorraad lood en ijzer binnen 25 jaar, de voorraad lithium binnen 10 jaar ... Ziedaar waarom toekomstgerichte solidariteit belangrijk is. De tweede vorm van solidariteit heeft betrekking op onze tijdgenoten. Het is namelijk even belangrijk na te gaan of binnen een gegeven generatie elkeen werkelijk naar vermogen bijdraagt tot de collectieve ontwikkeling. Het gaat hier duide-
lijk om een fiscaal mechanisme. Het ABVV beschouwt belastingen als een fundamenteel principe van sociale rechtvaardigheid: het zorgt voor herverdeling van de rijkdommen waarborgt het bestaan en de werking van de openbare diensten en de sociale zekerheid. Belastingen zijn de prijs die we betalen om te leven in een samenleving, die naam waardig. Belastingen zijn nodig , alleen zijn ze niet altijd rechtva ardig . Zo zijn het in België voornamelijk de loontrekkenden die de staatskas spijzen, het kapitaal draagt vrijwel niets bij. En ook onder loontrekkenden zijn de bijdragen onbillijk verdeeld: de hoogste inkomens zijn sterk bevoordeeld, omdat boven een bepaald plafond het belastingtarief niet meer stijgt. Wij verwachten met recht en reden van de politieke partijen die met de formateur rond de tafel zitte n, dat ze deze dubbele fiscale onrechtvaardigheid aanpakken. In een interview met de krant ‘Le Soir’ over “de oorzaken van de rellen in Engeland”, verklaarde Edouard DELRUELLE, directeur van het Centrum voor Gelijkheid van kansen: “Sinds enkele tientallen jaren leven we in een samenleving met zeer precaire sociale evenwich-
ten. Er kwam een einde aan de verzorgingsstaat, die meer sociale bescherming verschafte, die ervoor zorgde dat buitenlandse diaspora’s beter werden opgevangen en die ook de verdrukten optimisme bood: morgen zal het beter zijn, onze kinderen zullen het beter hebben dan wij … Toen was ook niet iedereen gelijk, maar de samenleving leek een roltrap: iedereen bleef op zijn trede staan, maar iedereen ging vooruit.” Wij menen dat in de komende maanden de sociale vrede in ons land (hoofdzake lijk) zal afhangen van de wijze waarop de partijen die aan de federale onderhandelingen deelnemen, rekening zullen houden met de twee belangrijke hier beschreven uitdagingen …
Philippe VAN MUYLDER Algemeen secretaris