Frontier Magazine 8.4 juli / augustus 2002

Page 1

09-06-2009

23:10

Pagina cov1

Heilige Graal

Vrije energie

Buitenaardsen

Atlantis

Graancirkels

UFO’s

fr0804_2009.qxd

juli / augustus 2002 jaargang 8 nr. 4 Nederland € 3,95 België € 4,50

Dinosaurussen Dinosaurussen en en mensen mensen leefden leefden tezamen tezamen Apollo Apollo maanvluchten: maanvluchten: een een blik blik achter achter de de schermen schermen

De De Bilderbergers: Bilderbergers: geheime geheime politieke politieke wereldmacht? wereldmacht?


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:11

Pagina cov2


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:11

Pagina 1

Hoofdredactie: Filip Coppens Herman Hegge Eindredacteur: Niels Brummelman Redactie-medewerkers: Robert Boerman David Hatcher Childress Sylvia Franyik Marjorie Hugens Henk Hut Marinus Jansen Frans Kamp Bettina Kotterink Simon Langbroek Idde Lijnse Winfried Machielse Hans Overbeek Evert Poorteman Ger Rombouts Karen Thissen Marc Vredeveldt Hylke Welling Jacqueline Westerman Lay-out: D-Sine & PDB Druk: Printovit Distributeur: Betapress Abonnementen: Tel. 0321-380558 Het abonnement wordt stilzwijgend verlengd, tenzij het schriftelijk wordt opgezegd uiterlijk één maand voor het aflopen van het abonnement. Redactie Frontier Magazine: Frontier Sciences Foundation Postbus 372, 8250 AJ Dronten, Nederland, Tel. 0321-380558 Fax 0228-312081 E-mail: info@fsf.nl Verantwoordelijke uitgever: Frontier Sciences Foundation Postbus 48, NL-1600 AA Enkhuizen, Tel. 0228-324076 Fax 0228-312081 E-mail: info@fsf.nl http://www.fsf.nl ISSN 1569 - 7983

Inhoud 3 7 8 16 18 20 23 24 30 32 35 36 40

Apollo: dertig jaar te laat In Focus Bilderberg conferenties, verborgen machten en geheime agenda’s Storm in een glas water? Globescoop De herkomst van het Friesche Volk Frontier Symposium 3 november 2002 Dinosaurussen en mensen leefden tezamen Alexandria (boeken) Het Ware Gelaat van Jezus? Toch leven in meteorieten? Moord op Fortuyn: gestoorde gek of samenzwering Operatie Big Brother

Redactioneel Sinds de moord op Pim Fortuyn lijkt de (Nederlandse) wereld niet meer hetzelfde. Iets wat ook gezegd en ervaren werd na de aanslagen in Amerika op 11 september vorig jaar. De mensheid lijkt steeds meer aangeslagen, maar laat daardoor ook steeds krachtiger haar stem horen. Na de moord op Pim Fortuyn hebben we er een voorproefje van gehad; mensen lieten massaal hun blijk van onvrede zien. In de weken van de nieuwe kabinets(in)formatie komt het volgende nieuws naar buiten: identificatieplicht wordt ingevoerd; de eerste mensen in Amerika krijgen een biochip geïmplanteerd; vanwege veiligheid is op steeds meer plekken niet meer met contact geld te betalen, enz. Hoe lang zal het nog duren voordat wij accepteren dat onze privacy steeds meer beknot wordt en de Big Brother Maatschappij van George Orwell, omschreven in zijn boek 1984, werkelijkheid wordt? Om een kijkje achter de schermen van de internationale machtspolitiek en –economie te geven, hebben we in dit nummer van Frontier Magazine een uitgebreid artikel opgenomen over de invloed van de Bilderberg groep en gelijksoortige internationale (geheime) organisaties. Het artikel van Hans Joachim Zillmer in dit nummer, over het feit dat dinosaurussen en mensen tezamen leefden, zal veel wetenschappelijk stof doen opwaaien. Het artikel is overgenomen uit het door Frontier Publishing uitgegeven boek "Darwin’s Mistake" wat weer een vertaling is van de Duitse bestseller "Darwin’s Irrtum". Het Frontier Symposium zal dit jaar op zondag 3 november plaats vinden in Amsterdam. Elders in dit nummer treft u er meer informatie over aan. Naast een zevental sprekers zal tijdens het symposium de Frontier Award 2002 uitgereikt worden en zullen er vele stands aanwezig zijn van personen of organisaties die zich actief bezighouden met de grenswetenschappen. Om eventuele teleurstellingen te voorkomen is het raadzaam u tijdig voor dit unieke evenement op te geven! Herman Hegge, hoofdredacteur

1


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:11

Pagina 3

Begin juni kwam Apollo 17 astronaut dr. Harisson ‘Jack’ Schmitt voor een bezoek naar Nederland. Een uitgelezen kans om één van de hoofdrolspelers van de Amerikaanse maanmissies te spreken te krijgen.

Apollo: dertig jaar te laat

Meer dan dertig jaar geleden zat de hele wereld aan de buis gekluisterd om de eerste rechtstreekse beelden van de maan te zien op het moment dat de Apollo 11 astronauten op de maan zouden landen. De belangstelling voor de maanmissies was op dat moment zeer groot, maar verflauwde al snel na Apollo 12. Door de rampzalig verlopen reis van Apollo 13 kwam het project weer volop onder de aandacht. De "saaie" vluchten van Apollo 14 tot 17 konden het tij echter niet keren en er werd besloten om de geplande Apollo vluchten 18 tot 20 te schrappen. Bij Apollo vlucht 17 waren er nog grote billboards in de omgeving van het lanceringsplatform te zien met de tekst: "Apollo 17, not the end, just the beginning". Nu, dertig jaar later, zitten we nog steeds op het vervolg van het begin te wachten. Enige actie van welke kant dan ook is op dit moment niet waarneembaar. Iets wat niet te verkroppen is voor vele mensen. Reden te meer voor 200 internationale maanonderzoekers om in 2000 de Lunar Explorers Society (LUNEX) op te richten. Deze organisatie heeft als doel het onderzoek naar toekomstig gebruik van de maan ten behoeve van de gehele mensheid te bevorderen. LUNEX wil een brug slaan tussen het publiek en de ruimtevaartorganisaties. De Nederlandse afdeling van LUNEX deed dit jaar een duit in het zakje door Apollo 17 astronaut dr. Harisson ‘Jack’ Schmitt uit te nodigen voor een lezing in Delft. De redactie van Frontier Magazine zocht direct contact met de organisatie om de mogelijkheden voor een interview met Jack Schmitt te verkennen. En gelukkig bleek voor aanvang van de lezing nog ruimte om één van de twaalf maan-mannnen (negen ervan zijn nog in leven) te kunnen spreken. Apollo 17 astronauts (L-R) Lunar Module Pilot Harrison Schmitt, Command Module Pilot Ron Evans, and Commander Gene Cernan pose in their Moon Rover during the rollout of the Apollo 17 rocket. The last of the Apollo/Saturn mission is scheduled for launching Dec. 6, 1972 from Complex 39A.

De bemanning van de Apollo 17 poserend in de maanrover; van links naar rechts: Jack Schmitt, Ron Evans en Gene Cernan.

Eric Jolms

Jack Schmitt in 1972 8 juni 2002 De lezing vindt plaats in het Aula Congres Centrum van de TU in Delft. Vlak voordat de deuren van het Congres Centrum opengaan komt er een limousine aanzweven met daarin de hoofdrolspeler van vandaag. Alsof het om een Hollywood ster gaat dromt de menigte zich om de auto heen. Men wil geen glimp van Jack Schmitt missen. Een kleine gedrongen gestalte is waarneembaar. De eerste indruk is dat het om een vriendelijke, aardige man gaat, een indruk die later tijdens het interview bevestigd wordt. Zo graag als het publiek hem een sterstatus toedicht, zo normaal gedraagt Jack Schmitt zich. Hier en daar een praatje makend met de omstanders wordt hij naar binnen geleid om zich gereed te maken voor een interview van tien minuten met Frontier Magazine. De voorbereidingen voor het interview (recorder instellen, papieren erbij pakken, fototoestel in orde brengen) duren Jack Schmitt te lang en daarom begint hij zelf maar vragen te stellen. ‘Voor welk blad is het interview eigenlijk?’ zo vraagt hij zich allereerst af. Na een kort antwoord gegeven te hebben maken we Schmitt duidelijk dat onze vragen anders zullen zijn dan vragen van journalisten van de meeste andere media. Frontier Magazine is immers een blad dat betreden paden wil mijden en eigen, vaak onderbelichte, invalshoeken wil leveren. We beginnen te vragen naar de bijzonderheden tijdens de vlucht naar en het verblijf op de maan. Jack Schmitt gaat serieus op alle vragen in en geeft telkens uitgebreid antwoord. Zijn antwoorden zijn soms zo uitgebreid dat we, met het oog op de korte duur van het interview, moeten ingrijpen om het stellen van andere vragen mogelijk te maken. En we willen vele vragen stellen, het liefst over

3


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:11

Pagina 4

Jack Schmitt 2002 de vele vraagtekens die de laatste tijd geplaatst zijn bij de realiteit van de maanvluchten… Maar daar kunnen we het interview niet mee beginnen. Eerst even een opwarmertje. Het interview EJ: Heeft u tijdens de vlucht naar de maan rare lichtverschijnselen waargenomen? JS: Nee, de meeste verhalen die je daar over hoort, zijn verzonnen. Er zijn een aantal waarnemingen gedaan door de astronauten die niet direct verklaard konden worden. Een voorbeeld is dat op gegeven moment een paneel van de Saturnus V raket losbrak en door de weerkaatsing van de zon als een vreemd licht waargenomen werd. In het transcript van ons (de astronauten) valt daarover te lezen dat we ons afvroegen wat dat was. En dat is later geïnterpreteerd als zijnde een vreemd lichtverschijnsel. Voor zover ik het weet zijn alle bijzondere waarnemingen van onze vlucht uiteindelijk verklaard. Verder waren er wel een aantal bijzondere waarnemingen. Toen we nog in een baan rond de Aarde vlogen, zaten we op een gegeven moment boven Miami, Florida. Dat was één van de weinige plekken boven de USA die op dat moment onbewolkt was. Toen ik op een hoogte van 90 nautical miles (180 km.) naar beneden keek naar Miama, met de straatverlichting en zo, zag ik op dat moment een vallende ster onder ons voorbijkomen. Drie dagen later, toen we de eerste baan om de maan draaiden en de voorkant van de maan slechts door de Aarde verlicht werd en dus nog donker was, zag ik op de oppervlakte van de maan een flits van het inslaan van een meteoriet. Deze twee opmerkelijke zaken hadden we tijdens de vlucht meegemaakt, maar ze waren duidelijk verklaarbaar. EJ: Was het een grote meteoriet? JS: Het hoeft geen grote meteoriet te zijn. Ze slaan in met een snelheid van 10 tot 20 km per seconde en een gedeelte van de energie komt vrij als zichtbaar licht. EJ: Heeft u ook gezien dat er door de inslag een stofwolk ontstond? JS: Nee, nee, nee, alleen een kleine flits. En ik heb begrepen dat onlangs tijdens de recente Leonid sterren-regen (1998-1999 EJ) onderzoekers, die de maan van dichtbij hebben bekeken, een aantal flitslichten op video vastgelegd hebben. In één van de rapporten stond dat dit voor het eerst was dat iemand de inslag van een meteoriet op de maan had gezien. Ik heb ze toen een briefje gestuurd…

4

EJ: U was de eerst wetenschapper op de maan, u bent geoloog. Daarmee was u in staat om met andere ogen naar de maan te kijken dan de andere astronauten. Heeft u vreemde dingen op de maan gezien? JS: Het belangrijkste dat ik had, en dat de andere astronauten ontbeerden, was 10 à 15 jaar ervaring als geoloog. Een geoloog is iemand die het grootste gedeelte van zijn professionele carrière naar rotsen en geologische kenmerken in het veld kijkt. Op deze manier probeert hij ervaring op te doen, zich te specialiseren in een wetenschap. Zo ontbeer ik weer de kennis en de inzichten van een testpiloot voor ruimtevoertuigen of van een verslaggever, zoals u. Het is bij elke menselijke activiteit, en speciaal bij ruimtereizen, belangrijk om specialisten mee te nemen die hun ervaring kunnen gebruiken in de nieuwe situaties die ze tegenkomen, of het nu om medische, astronomische of geologische aspecten gaat. NASA maakte bijvoorbeeld een belangrijke fout door na de ramp met de Challenger Space Shuttle (1986 EJ) vluchten met specialisten, zoals leraren en journalisten, te schrappen. Juist deze mensen moeten echter de ruimte in, zij hebben immers de meeste kennis van zaken en weten wat er moet gebeuren. Ik weet niet waarom ze dit concept voor een bepaalde periode zo moeilijk konden accepteren, maar in feite doen ze dat nu wel. De meerderheid van de astronauten die nu de ruimte ingaan met de Space Shuttle of naar de Space Station afreizen zijn allemaal specialisten op een bepaald gebied. EJ: Maar op de maan heeft u geen bijzondere formaties gezien die je daar niet zou verwachten? JS: De maan is een zeer ongewone plek, onvergelijkbaar met onze planeet. Alle bemanningen van de Apollo vluchten hebben dingen op de maan gezien die je hier op Aarde niet tegenkomt. Alleen het grote aantal inslagkraters is al bijzonder. Dat zou je hier op Aarde misschien alleen tegenkomen na een heftige bombardement. Ik heb nam een aantal zaken op de maan waar die een normale piloot astronaut waarschijnlijk niet zo snel zou zijn opgevallen. De ontdekking van de oranje grond was daar één van. Het ging om vulkanisch materiaal, wat moeilijk te vinden zou zijn door iemand die geen jarenlange ervaring heeft opgedaan op dat gebied. Als het al gezien zou worden, dan zou hij of zij het waarschijnlijk als onbelangrijk hebben bestempeld. Terwijl het juist een interessante, leerzame ontdekking was. Het kon namelijk meer vertellen over de historie en het ontstaan van de maan. Aan de andere kant is het natuurlijk zo dat door je gerichtheid op een bepaald vlak, bepaalde aspecten aan je voorbij kunnen gaan. EJ: Er waren geen tekenen zichtbaar op de maan dat er ooit leven zou kunnen zijn geweest? JS: De maan is geen plek waar je bewijzen zou kunnen vinden voor enige levensvorm. Het is gewoon te klein. Het kan geen atmosfeer Jack Schmitt op de maan


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:12

Pagina 8

Onlangs kwamen voor de vijftigste keer zo’n 120 belangrijke personen uit de wereld van de politiek, industrie, financiën en Europese adel in het diepste geheim bijeen om, zoals ze zelf zeggen, te praten over de problemen in de wereld. Deze zogeheten Bilderberg conferenties zijn bij het grote publiek zo goed als onbekend en de media hullen zich in een schaamteloos stilzwijgen. Waar doet men toch zo geheimzinnig over?

Bilderberg conferenties, verborgen machten en geheime agenda’s

Achtenveertig jaar geleden, van 30 mei tot en met 1 juni 1954 vond in hotel De Bilderberg in Oosterbeek, onder voorzitterschap van Prins Bernhard, de eerste Bilderberg conferentie plaats. Onder de genodigden grote namen uit de politiek, topmensen uit de financiële en industriële wereld, vertegenwoordigers van supranationale organisaties en academici. Er werd vooraf geen enkele publiciteit gegeven aan deze bijeenkomst. Het hotel was omringd door bewakers en journalisten werden op ruime afstand gehouden. Alle conferentiegangers hadden moeten beloven niet bekend te zullen maken wat er tijdens de discussies werd gezegd. Dit is sindsdien niet veranderd ondanks de aanwezigheid van vertegenwoordigers van de grote media zoals de Washington Post en de New York Times. Dit jaar vond de conferentie plaats in Chantilly, Virginia, USA, nauwelijks tien kilometer verwijderd van Dulles Airport in Washington en ook deze keer is er geen enkele ruchtbaarheid aan gegeven. Hoe het allemaal begon Na een aantal informele ontmoetingen aan het eind van de jaren veertig en begin vijftig, tussen een aantal prominente personen uit zowel Europa als de Verenigde Staten, werd de oprichting van dit toen nog naamloze "geheime genootschap" een feit. Het was de Pool Joseph H. Retinger die begin 1952 contact op nam met de Belgische minister-president Paul van Zeeland en Unilever-topman Paul Rijkens. Retinger, een agent van de Britse geheime dienst en later eveneens werkzaam voor de Amerikaanse CIA, had vele internationale connecties en bevond zich regelmatig in het gezelschap van toppolitici, prinsen en koningen, hoofden van geheime diensten en de rijken der aarde aan beide kanten van de Atlantische Oceaan. Deze Jezuïet, een man met "een aangeboren instinct voor intriges, een Borgia waardig" zoals biograaf Alden Hatch schrijft in zijn boek, "Prins Bernhard" uit 1962, is van een niet te onderschatten waarde geweest bij het leggen van de contacten die uiteindelijk hebben geleid tot het ontstaan van deze "informele discussiegroep", zoals Bernhard het eens per jaar samenkomende exclusieve gezelschap euphemistisch omschrijft. Bernhard en Retinger hadden elkaar leren kennen in het Londen van 1940-1945 en beide heren waren bevriend met eerdergenoemde Rijkens, de baas van de BritsNederlandse levensmiddelengigant die sinds 1954 altijd vertegenwoordigd is geweest op de Bilderberg conferenties. De noodzaak voor het oprichten van een organisatie als Bilderberg bestond volgens Bernhard door de alsmaar toenemende anti-Amerikaanse houding in West-Europa, gekoppeld aan het communistische gevaar dat te vuur en te zwaard bestreden moest worden. Het valt

Marinus Jansen

te bezien in hoeverre deze officiële redenen voor het ontstaan van Bilderberg serieus genomen moeten worden. De koude oorlog was op zijn hoogtepunt en deze verklaring was uiteraard goed verkoopbaar. Maar volgens Bernhards eigen zeggen is het bewerkstelligen van een federaal Europa zonder grenzen, een Verenigde Staten van Europa, dat uiteindelijk op zal gaan in een wereldregering met een daarbij horend wereldleger de ware agenda van de Bilderberg-groep. Diezelfde (geheime) agenda tref je aan bij de zusterorganisaties van Bilderberg zoals The Royal Institute of International Affairs (RIIA, ook Chatham House genoemd), The Trilateral Commission (TC), The Council on Foreign Relations (CFR), de Deutsche Gesellschaft für Auswärtige Politik, Institute of Pacific Relations, de Mont Pelerin Society, enz. Hoewel zo geheim is die agenda nu ook weer niet, iedere geïnteresseerde kan bijvoorbeeld de publicatie "Foreign Affairs" van de CFR lezen. Hierin wordt niet onder stoelen of banken gestoken dat deze exclusieve club met het hoofdkwartier in New York ijvert voor een wereld-regering met als consequentie dat elk land ter wereld zijn soevereiniteit zal moeten inleveren. Wat te denken van de volgende uitspraak gedaan door de prominente bankier en CFR-lid Paul Warburg voor de Amerikaanse senaat op 17 februari 1950; "Er zal een wereldregering komen of we het nu leuk vinden of niet, de enige vraag is of dit goedschiks of kwaadschiks zal worden bereikt". De eerste Bilderberg conferentie werd waarschijnlijk als geslaagd beschouwd want men besluit voortaan elk jaar een dergelijke meeting te organiseren. Een aantal malen is men zelfs twee keer in hetConrad Black (links) in heftige discussie met een Canadese journalist werkend voor het Hollinger imperium; Toronto 1996.


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:12

Pagina 9

Burggraaf d’Avignon, de huidige secretaris Generaal van Bilderberg. zelfde jaar bijeengekomen, ongetwijfeld wegens urgente redenen. In 1962 is Prinses Beatrix als eerste vrouwelijke deelneemster van de partij als een soort secretaresse van papa Bernhard. In 1976 moet Bernard vanwege de Lockheed-affaire de voorzittershamer jammerlijk uit handen geven en er werd zelfs gedacht dat dit wel eens het einde van Bilderberg kon betekenen. Echter alleen de conferentie van dat jaar werd afgelast en men pakte de draad weer op in het volgende jaar. Het moeten terugtreden als voorzitter was een grote tegenslag voor de Prins die het voorzitterschap van Bilderberg als zijn belangrijkste beschouwde. Wel bleef Bernhard tot voor kort trouw bezoeker samen met dochter Beatrix. Een van de onduidelijkheden rond Bilderberg is het financiële aspect; wie betaalt de directe en indirecte kosten die niet bepaald gering zijn. Er wordt een eerste klas hotel geheel afgehuurd voor drie of vier dagen, het normale hotelpersoneel krijgt vrijaf en wordt vervangen door eigen mensen, meer dan 100 VIP’s moeten worden bewaakt, er wordt gebruik gemaakt van zowel lokale politie als een eigen bewakingsdienst, helikopters vliegen continu over om alles in de gaten te houden, er zijn reiskosten (eerste klas vliegtickets) en er worden inlichtingendiensten ingezet. Volgens Rijkens worden de kosten gedragen door het land dat de conferentie organiseert en overige "bescheiden kosten" worden betaald uit particuliere contributies.Biograaf Hatch schrijft echter dat alle rekeningen door particuliere bijdragen worden voldaan. Anderen beweren dat Rockefeller (met zijn Rockefeller Foundation) meestal opdraait voor het leeuwendeel van de kosten. Hoe dan ook lijkt het duidelijk dat er ook belastinggeld wordt gespendeerd als er gebruik wordt gemaakt van bijvoorbeeld lokale politie of inlichtingendiensten. Als iedereen toch eens wist wat er met ons zuurverdiende geld gebeurde........ Een spionnenclub uit Langley Volgens kolonel L. Fletcher Prouty , CIA-verbindingsofficier ten tijde van president Kennedy, zijn "die zogenaamde Bilderberg conferenties niets anders dan Navo-vergaderingen in miniatuur. NAVO en Bilderberg is hetzelfde". Je zou ook kunnen zeggen dat Bilderberg niet veel meer is dan een CIA front, slechts een van de vele armen van de octopus met het hoofdkwartier in Langley, Virginia. De sleutelfiguur in de VS en een persoonlijke vriend van Bernhard was hoofd van de CIA, Walter Bedell Smith. In 1941 ontmoeten Bernhard en Bedell Smith elkaar voor het eerst in Washington, vervolgens in Noord-Afrika in 1943 en nog een aantal keren tijdens de Tweede Wereldoorlog. Bedell Smith en Bernhard hadden in de eerste jaren na de bevrijding gezamenlijke zakelijke

activiteiten waaronder een lucratieve handel in kinderspeelgoed. Wim Klinkenberg schrijft in zijn ongeautoriseerde biografie over Prins Bernhard dat de CIA de voornaamste verantwoordelijke partij is geweest voor de geboorte van Bilderberg. Ook voormalig CIA-agent Philip Agee (auteur van het voor de CIA nogal pijnlijke boek "Inside the Company") zei toen hij in 1976 Nederland aandeed dat de eerste Bilderberg conferentie werd gefinancierd door zijn voormalige werkgever. In 1978 werd Agee als ‘persona non grata’ ons land uitgezet door het kabinet Van Agt zonder dat hiervoor duidelijke redenen werden genoemd. Hij zou namen hebben genoemd van in Europa opererende CIA-agenten die door zijn indiscretie zouden zijn geliquideerd, bewijs hiervoor is nooit geleverd. Waarschijnlijker is het dat de CIA in samenwerking met de onderdanige Nederlandse BVD op deze wijze wraak namen. In de Volkskrant van 20 september 1976 verschijnt er een samenvatting van een artikel uit het Amerikaanse New Times waarin Bilderberg wordt afgeschilderd als een CIA-onderneming op het hoogste niveau. Willem Oltmans bericht in De Nieuwe Linie van 16 november 1977 over de rol van de Rockefellers in Bilderberg en de door David Rockefeller in 1973 opgerichte Trilateral Commission. "Het is in de grond van de zaak een poging om een wereldbeeld te vormen en een globale strategie te ontwerpen die overeenkomen met de belangen van de Amerikaanse multinationale bedrijven", aldus Oltmans. Ook de aan Bilderberg gelieerde Fondation Europeènne de la Culture werd met behulp van de CIA opgericht. Deze in 1950 door Retinger, Rijkens en Bernhard (jawel, hetzelfde clubje) opgerichte culturele stichting is een dekmantel voor CIA-operaties in Europa. Net als van Bilderberg wordt Bernhard eveneens voorzitter van deze stichting. Instructief is de lijst met namen van de betrokkenen bij de Fondation. Je komt ze allemaal weer tegen, de Bilderbergers van het eerste uur. Naast de CIA zijn o.a. ook het Carnegiefonds voor de internationale Vrede, de Rockefeller Foundation en David Rockefeller zelf, geldschieters van Bilderberg. De naam Rockefeller duikt telkens weer op bij het doen van onderzoek naar verborgen organisaties die zich bezig houden met geopolitieke machtsspelletjes. Rockefeller, Rhodes en Ronde Tafels De meeste mensen zullen de naam Rockefeller associëren met het gigantische zakelijke imperium waartoe o.a. Standard Oil (Exxon) en Chase Manhattan/National Citibank behoren. Maar i.v.m Bilderberg zijn het andere activiteiten, ontplooid door onder meer de Rockefeller-dynastie, waar onze aandacht thans naar uit gaat. Om het fenomeen Bilderberg in het juiste perspectief te zien moeten we in ieder geval terug naar 1919, het jaar van de vredesonderhandelingen in Versailles, Parijs. Als ijkpunt in de wordingsgeschiedenis van de Nieuwe Wereld Orde wellicht arbitrair, je zou b.v. 1 mei 1776, de oprichtingsdatum van de Beierse Illuminati o.l.v. Adam Weishaupt als beginpunt kunnen nemen, maar de lengte van dit artikel staat niet toe hier verder uitgebreid op in te gaan. De Council on Foreign Relations ontstond uit een serie bijeenkomsten van invloedrijke figuren in de VS tijdens de Eerste Wereldoorlog. Zij kwamen steeds bijeen in New York om de naoorlogse wereld te bediscussiëren. Deze ‘globalisten’ die zichzelf "the inquiry" noemden, hadden voor ogen alle economische barrières tussen landen te slechten en wilden een "algemene bond van naties". De persoonlijke adviseur van President Wilson, kolonel Edward Mandell House, was de centrale persoon bij de organisatie van deze en latere vergaderingen. In zijn boek "Philip Dru: Administrator uit 1912 beschrijft House een complot in de Verenigde Staten met als doel een centrale bank, een progressief belastingstelsel en totale controle over beide politieke partijen. Niet lang na de publicatie waren deze doelen bereikt.

9


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:12

Pagina 20

In dit tweede deel gaat het merendeels over de Feniciers die volgens mij dezelfden zijn als de Friezen en Finnen, de voormalige Munabtutu uit Akkad en Sumer. Tot die groep reken ik ook de als Kelten omschreven Volken, de Zeeuwen (de Jannen/Ioniers) en Hollanders. Ik vermoed dat er onder ons Nederlanders nog redelijk raszuivere Sumeru zijn, een hoog-beschaafd Volk dat rond 4200 jaren geleden plotseling ‘verdween’.

De herkomst van het Friesche Volk (2)

Algemeen wordt aangenomen dat de Phoeniciers/Feniciërs komen uit het landgebied dat wij nu kennen als Libanon en Israël, destijds dus Kanaan en Phoenicie geheten. Over die Feniciërs en ook de Kelten is vrij weinig bekend. Wel begint men langzamerhand te ontdekken en erkennen dat hun invloed en hun beschaving veel hoger is dan men tot nu toe heeft aangenomen. Alle aandacht is gericht op de Romeinen, de oude Grieken en het oude Egypte. U moet begrijpen dat de Italianen en Grieken die nu die landen bewonen niet te vergelijken zijn met de voormalige naamgenoten. Door de toename van volken/stammen en de opmars van de Hunnen vanuit Mongolië, die anderen voor zich uitdreven, kwamen tussen 375 en 500 na Chr. Oostgoten, Gepiden en Langobarden het Romeinse Rijk binnen. Griekenland werd bezocht door Westgoten, Oostgoten en anderen. Van Kelten en Phoeniciers, die geen enorm rijk hebben gehad, werd de aandacht dus een beetje weggetrokken. De wetenschappers nemen bijna allemaal aan dat de Feniciërs komen uit het zuidelijk deel van het Arabisch schiereiland, uit een gebied wat wij nu kennen als Yemen. Sommigen beweren zelfs dat zij aan de overzijde van de Rode Zee hun bakermat hadden, in Djibouti. Onderzoek toonde aan dat in Yemen een beschaafd volk geleefd moest hebben. Men ontdekte knap aangelegde ‘waterwerken’, zoals een stuwdam en stuwmeer, sluizen en watersystemen. Regenwater en bergwater werd aangevoerd door een soort buizensysteem naar de stad Sana. Fransman Jean Mazel, onderzoeker en auteur van het boek; ‘De Feniciërs’, noemt die pre-Feniciërs ‘Himyarieten. Hun Taal, het Oud-Zuidarabisch schijnt de moedertaal te zijn van het Phoenicisch! Het koninkrijk der Himyarieten werd door de Egyptenaren het ‘land van de Poent’ genoemd. Volgens sommigen is dit het oorspronkelijke land van de Joden. Naamgeving van plaatsen hebben in beide gebieden vaak dezelfde stam. Een andere Franse onderzoeker en auteur, Maspero, die Egyptoloog is, denkt dat ‘Poent’, poeaniti, poeni en puni in feite dezelfde woorden zijn om zowel de Feniciërs als de latere Puniers van Chartago aan te duiden. De naam wordt op verschillende manieren geschreven. Phoeniciers, Foeniciers, Pheniciers en Feniciërs. Het laatste lijkt wel op ‘Fenni’, die in de Nederlanden geleefd zouden hebben, met name in Drenthe. Kloppen de beweringen van de wetenschappers en zijn de Feniciërs werkelijk voormalige geitenhoeders uit Yemen?, en waar haalden zij dan zo plotseling hun enorme ‘maritieme’ kennis vandaan? Land van Poent, kan ook land van de punt betekenen. Yemen is gesitueerd in een hoek van het Arabisch schiereiland en de benaming ‘punt’ kan ook daar op slaan. Het koninkrijk Himyar kan verwant zijn aan het koninkrijk van Sheba of dezelfde zijn. De wortel HMR van Himyar is in het Arabisch steeds de basis voor alle woorden die met de kleur rood verband houden. De kleur waarmee ook

Evert Jan Poorterman

de Feniciërs worden geassocieerd. Zij werden ook wel de ‘Rode mannen’ genoemd en ik vraag mij af wanneer de Feniciërs in verband gebracht werden met Poent, poente en puni. Was dat al rond 1700/1600 voor onze jaartelling? Of pas tijdens de opkomst van Carthago, gesticht in 814 voor onze jaartelling? Carthago was een machtige stad, er werd veel geld verdiend, veel poen dus! De Feniciërs hadden veel handelsposten op de kusten van de Middellandse Zee en Carthago was strategisch gelegen ongeveer halfweg Sidon en Thyrus in Kanaan en Kadik in Spanje. Zij beheersten en beheerden scheepvaart en handel, ook naar de noordelijk liggende eilanden Corsica, Sardinia en Sicilia en de kusten van Etruria. Talloze schepen voeren af-en-aan met handelswaren en geld. Het latere Carthago kende destijds al een zakenwijk, Byrsa genaamd. Net als Manhattan in New York was Byrsa, waar ons woord ‘beurs’ nog van afstamt, een echte zakenwijk met pakhuizen en kantoren van de handelaren en reders. Carthago betekent in mijn oertaal; ‘Goudstromen, dat is het thema van de inspanningen aan de kade’… Carthago was een echte metropool met een zeer gevarieerde bevolking; Grieken (algemene benaming voor hen uit de Krekalanden, ‘de kruikenlanden’ – zuidelijk Italië, Balkan en de eilanden in de Egeische Zee), negers, nomaden uit de Sahara, de Fenni zelf en de vele geworven scheepslui en gastarbeiders. Op haar hoogtepunt had de stad wel 700.000 inwoners en was het niet alleen het handelscentrum van Europa en noordelijk Afrika maar ook het financiële centrum. In deze mengelmoes van rassen en immigranten sprak en schreef men een Taal, die rechtstreeks voortkwam uit het Fenicisch! Terug naar de kleur rood, waarmee de Feniciërs in verband gebracht worden. De meest bekende theorie, wat betreft de kleur rood, staat in verband met de winning van ‘purperkleurstof’. De Feniciërs, de rode mannen, wonnen die kleurstof uit rottende slakken. De purperen kleurstof werd gewonnen uit een kliertje van de ‘purperslak’. Plinius de ‘oudere’ onderscheidde al drie verschillende purperslakken; de ‘Murex Brandaris, Murex Frusculus en de Purpana Hemastoma’. De klier bevond zich onderaan het slakkenhuis en men haalde er slechts enkele druppels uit. Men liet de slakken eerst rotten en verzamelde dan het extract. De Feniciërs hadden het monopolie van de winning en ook van de purperen stoffen. Het was peperduur en kon slechts betaald worden door Vorsten, Hoogwaardigheidsbekleders en hele rijken. De handel en verkoop verschafte de Fenni veel rijkdom. De winning van purperstof en de verkoop ervan kan de Phoeniciers de benaming van ‘Rode mannen’ opgeleverd hebben, ook in relatie met poen. Ik denk dat de Phoeniciers/Feniciërs afstammen van de Sumeru en roodharig waren en derhalve de ‘Rode Mannen’ (rode manen?) genoemd werden. Ook de Kelten, verwanten van de Feniciërs, Friezen en Finnen, waren blond, rossig en roodharig en met name de roodharigen, de rooien voerden hen aan. Die rooien, de royals, de ‘koninklijken’ en zuiveren van bloedlijn, stamden rechtstreeks af van de Sumeru en van de Anunnaki, de Sumerische Goden. Kijk naar de laatste bolwerken van de Kelten/Celts in Ierland en Schotland; veelal rood, rossig en met een bleke huid en sproeten en met een temperament, waar menige Italiaan jaloers op is.


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:12

Pagina 21

Het Germaanse Taalgebied in de 20e eeuw, ontstaan uit 3 kerngebieden; Hongarije, Finland en de Dietslanden’ Rond 2200 jaren voor onze jaartelling veroorzaakte een klimaatomslag (zie deel 1) misoogsten, hongersnoden en daaruit voortvloeiend oorlogen en verhuizingen van volken en stammen. De Munabtutu, de ‘vluchtelingen’ uit Akkad en Sumer hebben zich dus verdeeld in twee groepen en ik herken er de Kelten in en onze Friezen. De groep die de Bosporus zuidelijk Europa introk, bewoonde een gebied dat Roemenië, Hongarije en Oostenrijk omvatte. De Nederlandse taalvirtuoos Willem Hietbrink beweert dat het Hongaars zeer verwant is aan… het Nederlands! Hij gaat daarin af op zijn goede gehoor. Ook de Romeinen komen oorspronkelijk uit Roemenië, zo zegt hij. Romeinen zijn ‘roemmannen’, wat verwant is aan Rumenu, zoals ik dat zie, verwant aan de Sumeru. De Magyaren of Kelten zijn de voorzaten van de latere Etrusken en Romeinen. De Soemeriers noem ik Sumeru, SU.ME.RU, wat; ‘opkomen melder uit de diepte’ betekent. Sumer is ook Su Mer, zuidmeer of zuidzee. De Sumeru woonden in het zuiden van wat nu Irak is en inderdaad ten zuiden ligt een zee, wat 4 tot 5 duizend jaren geleden nog een binnenzee was. Die Sumeru stammen af van de Anunnaki of Nefilim/Elohim, die van een grote ons nog onbekende planeet komen. Die planeet doemt op gezette tijden op ‘vanuit de diepte’ van ons Zonnestelsel en zo zijn de Sumeru afkomstig van de ‘uit het zuiden’ komende planeet. De Keltische groep zijn volgens mij de Rumenu – RU.ME.NU, wat; ‘opkomende melder permanent’ betekent. Waar zij zich ook bevinden, in Sumer of in Europa, zij blijven verwant aan hen die van de melder komen! Ook de nazaten van de andere groep, die in Rusland, noemen wij nog steeds ‘Russe’ – RU.US.SE = ‘opkomend huis is het’. Zij stammen ook af van hen

van het ‘opkomende huis’, de planeet van de Guds. Zoals gezegd is de naam Kelten een scheldnaam (kelt/celt is koud), evenals ‘Friezen (fries/vrieskoude) en ook de benaming voor de ‘Finnen’, wat duidt op vinnige koude in noordelijk Europa, dat waren die Sumeru niet gewend. Het is beter de Friezen de ‘Vrijen’ te noemen, op de vlucht geslagen en nieuwe gebieden bewonend was men niet meer betrokken bij de geschillen en conflicten tussen de Goden van Mesopotamie en Egypte. Zij waren letterlijk vrij en konden gaan en staan waar zij wilden. In Roemenië hebben archeologen bouwwerken aangetroffen van een ‘kalenderstad’? in de streek Dacia in de plaats Sarmizegetusa. Sarmizegetusa, SAR.MI.ZE.GE.TU.SA betekent; ‘plaats waar het jaar (SAR of SHAR) verkort werd’, of ‘ik zie minder rood, ben verzekerd en geef gehoor aan de groep’… Je zou kunnen zeggen ‘wij zijn weg van het geweld (rood) en de oorlog en zijn verzekerd (veilig) en horen bij elkaar, wat slaat op hun verbondenheid. Die verbondenheid kwam ook al terug in de naam Munabtutu, een toegesloten en afgeschermde ‘elite-groep’. Nu ver weg van hun adland werd die verbondenheid extra sterk ervaren. Sarmizegetusa kan dus de naam zijn van een oude Keltische/Sumerische woonplaats, waar zij ook een ronde ‘stenen’ kalender bouwden en metingen verrichten ten aanzien van het ‘jaar’. Ik zie in de Kelten dus de voorzaten van de Etrusken en daaruit voortkomend weer de Romeinen (RU.ME.NU). De Romeinen hebben ten onrechte de koppeling gemaakt tussen Romulus en Remus en de wolf. Volgens Livius, die stierf in 17 na onze jaartelling, werd de Vestaalse Maagd Rhea Silvia (maagd van Fasta/Vesta, een Frie-

21


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:12

Pagina 24

Tijdens mijn rondreis in het Midwesten van Amerika in 1993 bezocht ik Glen Rose, de provinciehoofdstad van Somervell County in Texas. Ik heb er het "Somervell County Museum" en het "Dinosaur Valley State Park" bezocht. Terwijl het museum overblijfselen uit de prehistorie bezit, exposeert het nationaal park goed geconserveerde dinosaurussporen die in de buurt van de rivier de Paluxy zijn gevonden.

Dinosaurussen en mensen leefden tezamen

Het Somervell County Museum ligt in het historisch centrum van het stadje. Ik bemerkte dat de tentoongestelde fossielen aldaar kriskras door elkaar lagen. Versteend hout in allerlei soorten en maten, stukjes versteend koraal, oude haaientanden en uit kale rots gehakte versteende dinosaurussporen lagen direct naast versteende trilobieten, schedelfragmenten van grote zoogdieren, botten van verscheidene primitieve levensvormen en andere vondsten uit lang vervlogen tijden, die de afgelopen decennia in de buurt van Glen Rose waren gevonden. Nader onderzoek van de geëxposeerde collectie gaf stof tot nadenken. Alle fossielen waren in dezelfde geologische laag gevonden. Dit zou kunnen wijzen op het naast elkaar bestaan van diverse oeroude zoogdieren uit vermoedelijk zeer verschillende tijdsperioden. De evolutietheorie van Darwin, die de basis vormt van ons huidige geaccepteerde wereldbeeld, zou hierdoor wel eens op losse schroeven kunnen komen te staan: als dinosaurussen en zoogdieren naast elkaar bestonden, dan kan er geen enkele ontwikkeling, geen evolutie der soorten zijn geweest. Ik bezocht het museum om op zoek te gaan naar de in rotsgesteente gevatte hamer. Om deze gemakkelijker te laten herkennen had ik een fotokopie van de gepubliceerde foto meegenomen. De directeur van het museum was mevrouw Jeannie Mack, een al wat oudere dame. Ze bevestigde dat de hamer een tijd geleden in het museum was tentoongesteld; meestal had het publiek er geen aandacht aan geschonken. Ze herkende het unieke specimen op de foto meteen; kennelijk was de hamer meer dan alleen maar een verzinsel. Hoewel ze niet wist waar de hamer zich nu bevond, stuurde ze mij naar een mij nog onbekend museum, zo’n zes à zeven mijl van het Dinosaur Valley State Park. Een korte rit bracht me bij het "Creation Evidence Museum" in de buurt van het Dinosaur Valley State Park. Het zag er uit als twee grote samengevoegde kantoorcontainers. Er waren talrijke vondsten te aanschouwen alsmede foto’s die de versteende voetsporen van mensen en dinosaurussen documenteerden. Sommige menselijke voetsporen waren veel groter dan normaal. Carl Baugh, de direkteur van het museum, nam ook deel aan plaatselijke opgravingen. Na een eerste kort gesprek bezochten mijn familie en ik het Dinosaur Valley State Park. We vonden tientallen versteende dinosaurussporen op de rotsachtige oevers en in de bedding van de Paluxy. Het was verbazingwekkend om deze afdrukken in zulke hoge geologische lagen te ontdekken. Het zou logisch zijn geweest als deze restanten van voetafdrukken door stromend water zouden eroderen en onherkenbaar worden. Anderzijds zagen deze sporen, die volgens Darwin tenminste 64 miljoen jaar oud zouden moeten zijn, eruit alsof ze net waren gemaakt. Ik vond ook twee afdrukken waarin de ovale vorm van

Hans Joachim Zillmer

De hamer van London (Texas) was compleet omgeven door oud zandsteen. Alleen de versteende hamersteel stak uit de rots. De leeftijd van het zandsteen werd geschat op 140 miljoen jaar. een menselijke voet was te herkennen. In deze grove afdruk waren details – de grote teen bijvoorbeeld – echter weggevallen. Beschrijving van de hamer Bij terugkeer in het Creation Evidence Museum gaf Dr. Baugh mij toegang tot de onderzoeksresultaten van de fossiele hamer. Dit oude stuk gereedschap heeft een eenvoudige vorm en lijkt op het type hamer dat tegenwoordig nog steeds in Duitsland wordt gebruikt. De steel was van zeer hard versteend kristal, onbeschadigd. Men kon vaststellen dat het binnenste van de steel gedeeltelijk in poreuze steenkool was veranderd. Deze combinatie van verkoling en verstening is wetenschappelijk niet te verklaren. Ik heb nooit vernomen van een vergelijkbaar fenomeen. Er moeten zich tegelijkertijd of met korte tussenpozen twee verschillende processen hebben voorgedaan. De buitenste lagen van de hamersteel deden me denken aan de versteende stronken en stapels hout die ik eerder in het "Petrified Forest National Park" in Arizona had gezien in 1988. De collectie daar, verzaagde stukken hout, was totaal versteend en vertoonde een homogene kristallijnen structuur. Bij mijn weten is er in het park niets gevonden dat samengesteld was als de fossiele hamer met de verkoolde kern. De ouderdom van de bomen wordt officieel op 100 tot 200 miljoen jaar geschat. Hout gaat verstenen als het wordt bedekt door slib dat wordt afgezet door overstromingen van rivieren en zeeën, en door silicaten in vulkanische as. Dit slib doet het hout ontbinden en tegelijkertijd wordt het hout door het slib geïmpregneerd. Deze substanties vervangen dus de waterstof en zuurstof in het hout en starten het versteningsproces door silicificatie (verkiezeling). Dit kan leiden tot zuivere opaal of kwartsmineraal. Het eindproduct is bijna 5 keer zwaarder dan gewoon dennenhout. Uit deze korte beschrijving van de steel wordt duidelijk dat de fossiele hamer authentiek en zeer oud moet zijn. Ondanks al onze moderne technische kennis is het nog nooit gelukt versteend hout


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:12

Pagina 25

te produceren met een poreuze koolkern. Deze hamer kan daarom geenszins een vervalsing zijn. Ik moet hierop de nadruk leggen, omdat veel artefacten die in tegenspraak zijn met ons vertrouwde geaccepteerde wereldbeeld normaliter als vervalsingen worden aangemerkt. Onze traditionele wetenschap kan deze hamer in het geheel niet verklaren. Versteend hout, en dus ook dit oude stuk gereedschap, zou minstens 140 miljoen jaar oud moeten zijn. Officiële wetenschappelijke autoriteiten zeggen daarentegen dat mensen die zulke hoogstaande gereedschappen kunnen maken, pas enkele millennia op aarde bestaan. Er moet iets mis zijn met deze jaartallen en de enorme tijdsverschillen van de geologische tijdperken. Is de mensheid werkelijk miljoenen jaren oud of zijn we van een jonge soort? Vonden de processen van gesteenteformatie recenter plaats dan wordt gedacht? Onderzoek van de hamer Voordat ik op deze vragen inga zal ik de karakteristieken van de hamerkop gedetailleerder beschrijven zodat het raadsel in zijn volle omvang naar voren komt. Twee verschillende instituten deden onafhankelijk van elkaar uitvoerig onderzoek. John Mackay, directeur van de Australische "Creation Science Foundation" heeft de hamer bij zijn bezoek aan de Verenigde Staten zorgvuldig geanalyseerd. Naast Australische metaaldeskundigen waren ook deskundigen van het gerenommeerde metaalkundig Instituut "Batelle Memorial Laboratory" in Columbus, Ohio (USA) betrokken bij de analyses. Om structuur en samenstelling van de stalen hamerkop te onderzoeken werden geavanceerde elektronenmicroscopen gebruikt. De onderzoeksresultaten waren net zo verbijsterend als mysterieus. De hamerkop bestond uit 96.6% ijzer, 2.6% chloor en 0.74% zwavel. De kop bestond bijna geheel uit ijzer! Andere toevoegingen of onzuiverheden werden niet aangetroffen. Niet-destructieve methoden om de eigenschappen van staal te testen bestaan uit röntgenonderzoek, magneetproeven en ultrasonische waarnemingen. Het röntgenonderzoek vertoonde geen bewijs van insluitsels of onregelmatigheden in de stalen hamerkop. Dit betekent dat het staal op een bepaalde manier was getemperd en gehard. Chemisch zuiver en onbewerkt staal is over het algemeen tamelijk zacht. Maar de gelijkmatige structuur suggereert dat dit verharde staal was gemaakt met behulp van hoog ontwikkelde technologie. De onderzoeksresultaten zijn even sensationeel als ongelooflijk. Ieder die maar iets weet van moderne staalfabricage weet dat zelfs elk huidig proces om staal te maken onvermijdelijk leidt tot koolstof- en silicium verontreinigingen. En ik leg de nadruk op het woord onvermijdelijk. Staalproductie zonder deze onzuiverheden is gewoonweg ondenkbaar. Geen van de andere bekende elementen die voor zuivering nodig zijn, zoals koper, titanium, mangaan, kobalt, of molybdeen, vanadium, wolfram of nikkel, konden worden ontdekt. In de staalfabricage worden deze en andere elementen namelijk gebruikt om verschillende eigenschappen te verkrijgen, nodig voor de diverse toepassingsgebieden. Het hoge chloorgehalte in de fossiele hamerkop is eveneens opmerkelijk. Chloor speelt in de moderne staalvervaardiging geen rol en wordt vandaag de dag niet eens gebruikt. Met onze huidige fabricagemethoden kunnen we de hoge kwaliteit van het soort staal dat is gevonden dus niet eens produceren. De volgende vraag is dan ook: Wie maakte deze hamer en wanneer? Volgens de conventionele wetenschap kan de hamer helemaal niet bestaan, laat staan dat hij ooit is vervaardigd. Er kan aldus geen sprake zijn van bedrog, van een "namaak" hamerkop. Hetzelfde geldt min of meer voor de hamersteel. Twee vervalsingbestendige – niet wetenschappelijk verklaarbare - materialen, zijn in één stuk

De hamer wordt zichtbaar nadat de rots met geweld was geopend. De punt van de hamerhoofd toont een kleine beschadiging dat tot op de dag van vandaag niet is gaan roesten. gereedschap samengevoegd; een buitengewoon bewijs van een geheel andere geschiedenis van de aarde en de mensheid! De conventionele geschiedenis volgend, is er maar één verklaring mogelijk voor het bestaan van de hamer: een buitenaards wezen heeft de hamer verloren tijdens zijn bezoek aan de aarde. Niettemin heb ik een andere, logischer verklaring die ik in mijn boek "Darwins’ Mistake" verder heb uitgewerkt. Mijn verklaring komt evenwel niet overeen met de traditionele wetenschapsvisie. Er zijn nog meer ongewone aspecten aan de fossiele hamer te zien. Toen men in 1934 de oorspronkelijke steenlaag waarin de hamer opgesloten zat openbrak, werd de bovenrand van de metalen kop beschadigd, leidend tot een kleine inkeping. Binnenin de kerf was een glanzend zilveren oppervlak te zien. Tot vandaag, meer dan 60 jaar later, is de kleur van de kerf niet veranderd. Er zijn geen roestsporen zichtbaar. Het relatief hoge chloorgehalte samen met een totale afwezigheid van koolstof - die juist corrosie veroorzaakt door een reactie met zuurstof aan te gaan – kan een en ander verklaren. De resterende buitenkant van de hamerkop is donkerzwart van kleur, alsof het heeft blootgestaan aan vuur, zoals uit de verkoolde binnenkant van de hamersteel blijkt. Een analyse van deze buitenlaag leverde de volgende resultaten op: 82.9% ijzer, 8.9% silicium, 3.6% zwavel, 2.5% calcium, 1.3% chloor en 0.78% kalium. Enerzijds kan de samenstelling van deze buitenlaag corresponderen met de chemische reactie tussen de elementen van het metaal en het materiaal van het gesteente waarin de hamer ingebed was. Daarnaast kan het ook wijzen op in het grondwater opgeloste minerale substanties waaraan het materiaal was blootgesteld. Een deel van het rotsgesteente waarin de hamer zich had vastgezet ziet eruit alsof het was vastgekleefd aan de hamerkop of met het metaal was versmolten. Zowel John Mackay als andere Amerikaanse experts veronderstellen dat dit verschijnsel op de metalen bovenrand veroorzaakt kan zijn door blootstelling aan niet minder dan twee vormen van atmosferische druk, onder gelijktijdige bescherming tegen ultraviolette straling. Feitelijk vooronderstelt dit het bestaan van heel andere – ons totaal onbekende - omstandigheden van atmosferische druk. Een betere verklaring is nog niet gevonden. Samengevat: - De hamer is door de mens gemaakt (kunstmatig).

25


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:11

Pagina 2


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:12

Pagina 29


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:12

Pagina 30

Alexandria Boeken

auteur Lisinka Ulatowska

Lisinka Ulatowska Samenzwering Samenspel, Naar spiritueel wereldburgerschap Deventer: Ankh-Hermes, 2001 Prijs: Euro 22,50 Verkrijgbaar bij de boekhandel We hebben in Nederland net een doofpotaffaire achter de rug over de val van Srebrenica. De ware verantwoordelijkheid,zo was een van de conclusies, bleek te liggen bij de beleidsmakers binnen de Verenigde Naties. En wie zijn die types dan wel? Dit leek me een saillante vraag. In de hoop daarover iets wijzer te worden bezocht uw verslaggever de lezing van Lisinka Ulatowska 29 mei jl. in Amsterdam. Ulatowska werkt al jaren bij enkele van de Non-Gouvernementale Organisaties (NGO's) van de VN. Dit zijn organisaties van "gewone particulieren" die tomeloos werk verzetten waar je nooit iets van hoort. De "Unie van Wereldburgers", het "Instituut voor Planetaire Synthese". (Nog net geen Intergalactic Council). Ulatowska heeft onlangs een boek in romanvorm uitgebracht, getiteld: Samenzwering, Samenspel naar spiritueel wereldburgerschap. "Gek eigenlijk, mijmerde ze, hoe weinig mensen weten hoeveel macht er in de Verenigde Naties huist, laat staan dat ze weten hoe zij zelf die macht optimaal kunnen benutten!" Deze zin uit haar boek vat eigenlijk de hele bedoeling samen van deze uitgave. Temidden van de intriges tussen de diverse personages leren we iets van bijv. de invloed van NGO's op de regerin-

30

gen en zaken van de wereld. Volgens Ulatowska neemt deze almaar toe.Een ontwikkeling die werd ingezet na de beëindiging van de Koude Oorlog, hetgeen betekende dat regeringsmensen meer oor kregen voor ideeën van "buitenstaanders". De schrijfster ziet hierin een langzaam maar zeker ontstaan van een Wereldbrein, dat zoekt naar win-win-oplossingen; naar remedies waar alle partijen beter van worden i.p.v. de een ten koste van de ander. De kern van deze aanpak zit hem eigenlijk in het innerlijk van alle deelnemers. Ulatowska, die van oorsprong psycholoog is, stopt in haar verhaal veel van haar inzichten en ervaringen op psychologisch en spiritueel gebied en geeft hulpmiddelen, waarmee "de meest vreselijke situaties kunnen worden omgetoverd tot interessante uitdagingen". En "hoe zelfs in het ergste scenario, de bestaande mogelijkheden tot een positief werkende kracht gebundeld kunnen worden". NGO-mensen werken in de praktijk met deze hulpmiddelen en een deel van Ulatowska's aktiviteiten bestaat uit het geven van seminars op dit gebied. Haar roman geeft voorbeelden van de resultaten. Genoemde 'meest vreselijke situaties' en 'ergste scenarios' worden in haar werk gesmeed door een eeuwenoud, wereldwijd complot...van een zekere familie-dynastie. De bad guys achter de schermen in de wereld zijn ook meester-psychologen en het verhaal beschrijft hun misleidende trucs, daar waar vader-conspirator zijn zoontje opvoedt tot een geschikte telg van "de heilige orde van de Slang". Lisinka Ulatowska is er zelf niet helemaal uit of zo'n wereldkomplot nou werkelijk bestaat. Vandaar waarschijnlijk dat tijdens de lezing niets duidelijk werd over die beleidsmakers binnen de VN. Jammer. Een goed voorbeeld van een win-win oplossing, waar Ulatowska gelukkig mee

bekend is, wordt gevormd door het werk van Nederlands genie Pieter Jan Kooistra, de bedenker van het Wereld UNO-Inkomen voor Iedereen.Kort gezegd komt zijn idee erop neer dat je de oude economie gewoon kunt laten doorbestaan en daarnaast een andere economie bouwt waarin mensen op een andere manier leren denken en omgaan met dingen,zonder dat dat die oude economie bijt en dus geen "bedreiging" vormt.1) Samenzwering en Samenspel staat bol van informatie voor een nieuwe wereldorde die een andere is dan die de Secret Societies voor ogen hebben. Eentje die duidelijk de missie is in het leven van Lisinka Ulatowska en misschien dankzij haar boek een missie voor een hoop nieuwe mensen. (Marc Vredeveldt) 1)

P.J.Kooistra, Het Ideale Eigenbelang, e.a.boeken, St.UNO-inkomen, 0344651953.

Bridget McDermott Egyptische hiërogliefen. Leer de geheime taal van de farao’s Baarn: Bosch & Keuning, 2001 Prijs: Euro 22,50 Verkrijgbaar bij boekhandel & Frontier Sciences Foundation Ze zien er zo geheimzinnig uit die Egyptische hiërogliefen. Ze sieren oude tempels, grafkamers en gebruiksvoorwerpen en stralen mystiek, kracht en wijsheid uit. En wat blijkt? Je kunt ze nog lezen ook! De Britse egyptologe Bridget McDermott schreef een boek over het oeroude schrift met als doel het bieden van ‘een leergang om de belangrijkste elementen uit hiëroglifische teksten te begrijpen’. Behalve op de histo-


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:12

Pagina 31

rische, culturele en taalkundige aspecten van het schrift gaat het boek dan ook vooral in op de schrijfwijze van bepaalde woorden. Het boek lijkt vooral bedoeld voor de beginnende student. Verwacht dus niet na het lezen ervan elk willekeurig Egyptisch document te kunnen ontcijferen. Daarvoor zijn de grammaticavoorbeelden te basaal. Toch is Egyptische hiërogliefen ook voor de doorgewinterde Egypte-kenner erg aardig. Het boek is namelijk een prachtig geïllustreerde, praktische gids die het hiërogliefenschrift toegankelijk maakt en daarbij en passant een boeiend zicht biedt op allerlei aspecten van de oud-Egyptische cultuur, zoals het dagelijks leven, religie en wetenschap. Egyptische hiërogliefen sluit af met een systematisch overzicht bestaande uit de grammatica, voorbeelden van vertalingen en een lijst van tekens. Ik denk dat dit boek me bij menig museumbezoek wel eens erg goed van pas zou kunnen komen. Een aangename verrassing. (Niels Brummelman)

boek is uit vier gedeelten opgebouwd: ‘De inleiding’ behandelt de achtergrond van de Kelten en hun identiteit, ‘De continentale Kelten’ gaat in op hun oorsprong in de bronstijd, hun opmerkelijke migratie tijdens de ijzertijd en de verschillende culturen die zich regionaal ontwikkelden, ‘De atlantische Kelten’ beschrijft de prehistorische beschaving en verdere ontwikkeling van de Kelten in Brittannië en Ierland, de invloeden van en conflicten met Romeinen, Picten en Vikingen, de intrede van het christendom, enz. en ‘De moderne Kelten’ behelst tenslotte een overzicht van de huidige positie van de Kelten over de gehele wereld. Een uiterst informatief werk dat door een voorwoord van de vermaarde Kelten-autoriteit Barry Cunliffe wordt voorafgegaan. Een aanrader voor éénieder die geïnteresseerd is in één van Europa’s invloedrijkste en inventiefste volkeren. (Niels Brummelman)

dat we eigenlijk ontzettend weinig weten over deze monumenten, dat ze onwaarschijnlijk lang in gebruik zijn geweest als ritueel centrum en dat we zelfs de druïden weer van stal kunnen halen. Jarenlang hebben traditionele archeologen verkondigd dat druïden niets te zoeken zouden hebben in Stonehenge, omdat het duizenden jaren ouder is. Recent archeologisch onderzoek en zelfs het opnieuw opduiken van een in de oorlog verloren gegaan skelet bewijzen dat het zeer goed mogelijk is dat ook druïden rond het begin van de jaartelling Stonehenge hebben gebruikt, bijvoorbeeld voor rituele terechtstellingen. Verder passeren andere stenen cirkels als Woodhenge, Seahenge en Stanton Drew de revue en staat Pitts uitgebreid stil bij de houdbaarheid van allerlei theorieën omtrent het transport van megalieten over zee en mogelijke astronomische betekenis van de cirkels. Terecht won dit magnifieke boek in Engeland de British Archaeology Press Award. (Ger Rombouts)

Video Revelation Groot-Brittannië, 2001, Thriller, 99 minuten geregisseerd door Stuart Urban Mike Pitts Alleen te huur bij de videotheek. John Haywood Historische atlas van de Keltische beschaving Baarn: Tirion, 2001 Prijs: Euro 27,50 Verkrijgbaar bij boekhandel & Frontier Sciences Foundation De oorsprong van de Keltische beschaving ligt in Midden-Europa. Van daaruit verspreidde deze zich in verscheidene richtingen. Deze imponerende atlas brengt de drieduizendjarige ontwikkeling vanaf de bronstijd in beeld aan de hand van informatieve teksten en vooral veel, prachtig vormgegeven en gedetailleerde, kaarten (54 in totaal). Daardoor is deze uitgave, en dat is wel zo fijn, nu eens precies wat het beweert te zijn: een atlas. Dit in tegenstelling tot veel concurrenten op de markt. Het

Hengeworld Londen: Arrow Books, 2001 (gereviseerde paperback editie van de hardcover uit 2000) Prijs: Euro 14,90 Verkrijgbaar bij boekhandel & Frontier Sciences Foundation Mike Pitts schreef een heel gedegen, wetenschappelijke, orthodoxe uiteenzetting over de bekendste megalithische monumenten van Engeland, Avebury en Stonehenge. Gedegen, wetenschappelijk en dan toch boeiend? Het antwoord moet zonder enig voorbehoud ja zijn. Pitts schrijft op een vlotte, soms humoristische wijze over de geschiedenis van de archeologie, de grote archeologen, de geschonden ego's, de verzwegen waarheden en komt zo gaandeweg met een hele reeks aan onthullingen. Vooral wordt duidelijk

Eeuwenlang vochten de legers van goede en kwade machten om een mysterieus voorwerp uit de tijd van Christus. Door de eeuwen heen zijn er steeds meer merkwaardige tekens op verschenen. In 1299 probeerde een wetenschapper het raadsel te ontcijferen. Het eindigde in een ramp. In 1710 deed Sir Isaac Newton een poging. Ook hij faalde. Nu gaan een miljardair, zijn geniale zoon en een geflipte student op een levensgevaarlijke missie om het object te vinden, het geheim te ontrafelen en het onschadelijk te maken. Maar een duistere, bijbelse kracht doet alles om het object en zijn vernietigende kennis in handen te krijgen... Een boeiende film met een hoog "Frontier-onderwerpen gehalte". Het einde had echter wat sterker gemogen. Opmerkelijk is dat deze A-film slechts in vier landen in de bioscoop te zien is geweest: Spanje, Amerika, Frankrijk en Engeland. De rest van de wereld, w.o. Nederland en België moeten het met de video versie doen. (John Kromme)

31


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:12

Pagina 32

Al vanaf de Middeleeuwen is de zogenaamde ‘Zweetdoek van Veronica’ het meest vereerde relikwie van Rome en de St. Pieter. Volgens de legende kwam Veronica, een vrome vrouw uit Jeruzalem, oog in oog te staan met Christus op zijn kruisweg naar de Calvarieberg. Diep geraakt door zijn lijden, wiste zij zijn gezicht - waar het zweet en bloed vanaf gutste - schoon met haar sluier. Toen zij de doek terugkreeg bleek Christus’ gelaat erop afgedrukt.

Het ware gelaat van Christus?

Later reisde Veronica volgens het verhaal naar Rome en toonde daar haar ‘Heilige Afbeelding’ aan de Romeinse keizer Tiberius, hem aldus genezend van een ernstige ziekte. De verering van een ‘Veronice’ bestaat volgens de kroniek van Benedetto di Sant’Andrea feitelijk al sinds het pontificaat van Johannes VII (705-707). Paus Sergius IV wijdde in 1011 een speciaal altaar aan de verering van de ‘sudarium’ (sluier, zweetdoek). Volgens Benedetto werd de verering in de 12e eeuw gereguleerd, hetgeen de status en populariteit van de zweetdoek vergrootte. Daarbij speelde ook de instelling van het Jubeljaar door paus Bonifatius VIII in 1300 een grote rol. Dante schreef daarover in zijn ‘Divina Commedia’: ‘Stel je eens voor. Word je als niets vermoedende pelgrim geconfronteerd met de Veronica: ‘God, mijn Jezus, zag je er dan inderdaad zo uit?’ De Franse essayist Michel de Montaigne beschreef twee eeuwen later (in 1580) de nog immer onvoorstelbare populariteit van het doek als volgt: ‘Geen enkel relikwie wordt zo vereerd. Mensen werpen zich languit ter aarde met betraande ogen, weeklagend en diep geroerd’. Op 15e eeuwse houtsneden zien we de kanunniken van de St. Pieter tijdens een traditionele ‘Veronicazegening’. Verschoten en vaag Tegenwoordig is men de Veronica bijna vergeten. Alleen via een insider kwam ik er in 1999 achter dat de originele Veronica-afbeelding nog altijd wordt bewaard in een speciale kapel in de St. Pieter. De traditionele Veronica-zegening wordt nog steeds gehouden op Passiezondag - de 5e Zondag van de Vasten - om 5 uur ’s middags. Twee keer heb ik de zegening kunnen filmen. Ook dit jaar (2002) maakte ik een aantal foto’s, en hoewel ik een 1600 ASA film en een 300 mm telelens gebruikte, was het toch nog een lastige klus. De St. Pieter is namelijk behoorlijk donker en het gebruik van een driepootstatief is ten strengste verboden. Net als de vorige jaren vond de zegening plaats na de traditionele Vesper, een korte processie in de kathedraal met een gebedsdienst. Er rinkelt een bel en drie kanunniken dragen de zware zilveren schrijn naar het balkon van één van de vier hoofdzuilen waaronder het beeld staat van de heilige Veronica die de sluier vasthoudt, een 17e eeuws meesterwerk van Francesco Mochi. Zelfs met mijn krachtige telelens leek de Veronica - een bruin stuk stof in een driepuntige gouden setting en beschermd door kristalglas in een zware, rijk gedecoreerde zilveren schrijn - op deze grote afstand vanuit de menigte, vervaagd en zonder contouren. Zeer weinig geleerden en kunstenaars mochten het relikwie van dichtbij onderzoeken. De Veronica is dan ook nog steeds het best bewaarde geheim van het Vaticaan. Al in 1373 schreef Julianus van Norwich: ‘Ik moest aan de heilige Veronica van Rome denken…aan de bruine en zwarte tinten, aan de treurigheid en schamelheid van deze afbeelding…hoe kan deze

Filip Coppens

De traditionele Veronica-zegening in de St. Pieter Basiliek in Rome, 17 maart 2002 (foto: Michael Hesemann) afbeelding zo verschoten en vaag zijn?’ Toen abbé Barbier de Montault in 1854 van paus Pius IX toestemming kreeg om de Veronica van tamelijk dichtbij te bekijken, merkte hij op: ‘Men kan het gelaat erachter niet zien…en de afdruk zelf vertoont slechts een donker vlak dat geenszins op een menselijk gezicht lijkt’. De emi16e Eeuwse houtsnede van een ‘Veronica-zegening’


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:12

Pagina 33

nente Duitse kunstgeleerde, de jezuïet monseigneur Joseph Wilpert kreeg in 1907 toestemming om het relikwie te onderzoeken. Volgens hem ‘een lichtgekleurd rechthoekig stuk stof, enigszins door de tijd verbleekt, met twee vage - in elkaar overgaande roestbruine vlekken’. In 1958 had de jonge Hongaarse kunstenares Isabel Piczek het voorrecht om de Veronica van dichtbij te bekijken zonder de twee kristalglazen bedekkingen en de gouden plaat. Zij zag ‘een lapje stof ter grootte van een hoofd, van ongeveer dezelfde kleur als de (Turijnse) lijkwade, ietwat bruiner…slechts een roestbruine vlek met wat verspreide kleine verkleuringen….zelfs met de grootste verbeelding kon men er geen gezicht in zien’. Echte afbeelding Maar klaarblijkelijk waren er vroeger of onder speciale omstandigheden meer details zichtbaar. De beste kopie die we van de Veronica hebben werd in 1617 in opdracht van paus Paulus V gemaakt en werd van een zegel voorzien door zijn secretaris Piero Strozzi. Deze kopie kwam in het bezit van de Oostenrijkse keizers en is tegenwoordig te zien in het Kunsthistorisches Museum in Wenen. Opmerkelijk is dat de gelaatstrekken erg lijken op de geïdealiseerde voorstelling van de Veronica of het ‘Heilige Gelaat’ die medio 19e eeuw voor het eerst voor publieke verering werd vrijgegeven door paus Pius IX. Vooral in Frankrijk was de verering groot en dat inspireerde de heilige Theresia van Lisieux om de naam ‘Zuster Theresia van het Kindje Jezus en het Heilige Gelaat’ aan te nemen. Waarschijnlijk begon het met een wonder. In 1849 vluchtte paus Pius IX tijdens de revolutie naar Gaeto. Hij gaf toestemming voor een drie dagen durende expositie van de Veronica in de hoop dat hiermee een einde zou komen aan de perikelen rond de Kerk. Het verhaal gaat dat op de derde dag rondom de afbeelding een licht verscheen. De afbeelding kreeg kleur en de ogen zonken in. Op dat moment liet de paus de kerkklokken luiden en gaf hij toestemming van het gelaat een kopie te maken. De kopieën daarvan - op linnen - werden door de kanunniken van de St. Pieter met de originele Veronica aangeraakt en aan enkele bevoorrechte pelgrims meegegeven voor hun kerk of klooster. Nadat Secondo Pia in 1898 de eerste foto’s maakte van de Lijkwade van Turijn en daarbij ontdekte dat de wade een fotografisch negatief leek, gingen de ‘Gilden van het Heilige Gelaat’ over tot het vereren van deze lijkwade in plaats van de Veronica. En er is inderdaad een verbluffende gelijkenis tussen de afbeelding van het ‘Heilige Gelaat’ en het negatief van de Lijkwade. Deze gelijkenis werd overigens pas opgemerkt na de foto’s van 1898. De conclusie? Ten eerste wordt de Veronica nergens genoemd in het Nieuwe Testament. Pas in de 6e eeuw wordt er in de ‘Cura Sanitatis Tiberii’ gewag gemaakt van een Veronica, die door Jezus werd genezen en uit dankbaarheid Christus liet schilderen. Dit schilderij nam zij vervolgens mee naar Rome. Pas in het Latijnse Pilatus Proza (rond 1050) lezen we voor het eerst het beroemde verhaal over de ontmoeting tussen Veronica en Jezus tijdens zijn kruisgang naar de Calvarieberg en zijn miraculeuze beeltenis op haar sluier. Haar naam al, Veronica, lijkt naar een schilderij te verwijzen. ‘Vera icona’ betekent ‘echte afbeelding’ - en dat is precies hoe men de ‘zweetdoek’ wil zien: als een authentieke, wonderbaarlijke afbeelding van Christus.

Kopie van de Veronica gemaakt in 1617 in opdracht van paus Paulus V. (Kunsthistorisches Museum te Wenen)

Ware Afbeelding van Onze Heer Jezus Christus’ - een afdruk op doek van het ‘Heilige Gelaat’ of de Veronica, volksverering ingesteld door de Eerw. paus Pius IX medio 19de eeuw

Ook in het Oosten In de oosterse kerken wordt een vergelijkbare, ‘niet door mensenhand gemaakte’ ‘wonderbare afbeelding van Christus’ vereerd, het Mandylion van Edessa. Koning Abgar van Edessa zou tijdens zijn ziekte Jezus een brief gezonden hebben waarin hij hem uitnodigde naar zijn stad (het huidige Sanli Urfa in Zuid-Turkije) te

33


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:12

Pagina 36

De moord op Pim Fortuyn bracht Nederland in beroering. Maar is alles wel zoals de media laat uitschijnen, of is er meer aan de hand?

Moord op Fortuyn: Gestoorde gek of samenzwering?

6 mei 2002, 17.58 uur: Na een twee uur durend live interview voor het programma Ruuddewild.nl loopt de lijstrekker van de LPF, Pim Fortuyn naar buiten. Onderweg wordt hij nog geïnterviewd door Filemon Wesselink, een stagiair van BNN. Na een aantal vragen aan de vermoeid ogende politicus te hebben gesteld, rijdt Wesselink vóór Fortuyn het terrein van het mediapark af, niet wetende wat er zich binnen enkele seconden af zou spelen. Fortuyn staat bij zijn auto op de parkeerplaats als er opeens een man met en baseballpetje op uit de struiken tevoorschijn komt. De man loopt met een pistool in zijn hand recht op Fortuyn af en schiet van dichtbij een aantal keren op Fortuyn. Fortuyn’s chauffeur probeert de man te pakken, maar deze weet zich los te maken en gaat er als een haas vandoor. De chauffeur, een partijgenoot van Fortuyn en enkele medewerkers van BNN rennen achter de dader aan. Om 18.06 uur wordt er via de alarmcentrale gevraagd om een ambulance voor de zwaargewonde Fortuyn. De ambulance staat in zes minuten voor de poort, doch mag van de politie niet verder vanwege mogelijk schietgevaar. Uiteindelijk is de ambulance om 18.15 uur ter plaatse (waarvan wel vermeld wordt dat dit binnen de daarvoor gestelde tijd is gebeurd). De traumahelikopter is inmiddels ook gearriveerd, maar het blijkt voor niets te zijn geweest. Fortuyn heeft een hartstilstand gekregen en na een reanimatie van ongeveer 20 minuten geeft het ambulancepersoneel het op. Pim Fortuyn is dood. De stagiair Wesselink die Fortuyn als laatste geïnterviewd heeft, bleek verkeerd gereden te zijn en is het terrein nog niet af. Hij heeft van de aanslag op Fortuyn niets meegekregen. Eenmaal van het terrein af ziet Wesselink een aantal politiemensen die met getrokken pistool achter een man met een baseballpetje aan lopen. Wesselink denk dat de man de nabijgelegen benzinepomp heeft overvallen en spreekt een beschrijving van de man in op zijn memorecorder, achter het al eerder opgenomen interview van Fortuyn. Wesselink beschrijft de man als een ‘man uit de bouw’, ‘kalend’, ‘stevig postuur’ en ‘ongeveer een jaar of 35’. Volgens Wesselink droeg de man een houthakkersblouse. Pas later heeft Wesselink in de gaten dat het hier gaat om de moordenaar van Fortuyn… Later die avond legt de korpschef van de politieregio Gooi- en Vechtstreek, Magda Berndsen, op het hoofdbureau in Hilversum een korte verklaring af. Ze vertelt dat een blanke, Nederlandse man van wie de identiteit nog niet is vastgesteld de mogelijke dader is. Een naam is nog niet bekend, maar die wordt later op de avond vrijgegeven. De naam van de vermoedelijke moordenaar van Fortuyn is de 32- jarige Volkert van der G. Volkert van der G. is milieuactivist en al acht jaar secretaris en pen-

Johan van Maaskant Behling

ningmeester van de Vereniging Milieu-Offensief in Wageningen, één van de meest actieve en succesvolle milieugroeperingen van Nederland. Samen met medebestuurslid Sjoerd van de Wouw was de verdachte sinds 1994 de schrik van de agrarische wereld. Hun wapen: juridische bezwaarprocedures die ze opvallend vaak wonnen. Voor zover bekend heeft de organisatie zich niet ingelaten met geweld. Ook een zegsman van Milieu-offensief zegt verbaasd te zijn omdat er eigenlijk niet echt wat op Van der G. aan te merken was. Hij was altijd op tijd en deed zijn werk goed. Ook vrienden, bekenden en familieleden van Volkert van der G. snappen er niet veel van. Allemaal spreken ze van een ‘aardige vent waar niets mis mee is’. Over Fortuyn zou van der G. het nooit gehad hebben. Politie en Justitie brengen direct na de moord op Fortuyn naar buiten dat de aanslag door één dader is gepleegd en niet door meerdere mensen zoals ook naar buiten is gekomen. Leefbaar Nederland-lijsttrekker en officier van Justitie Fred Teeven, verklaart dat vanuit zijn ervaring met eerdere onderzoeken naar criminelen dat het bijna onmogelijk is dat de dader de aanslag alleen heeft voorbereid. Volgens woordvoerder Mat Herben van de Lijst Pim Fortuyn maakt de verdachte deel uit van een ’zeer gevaarlijk groepje van vijf personen’. Volgens de woordvoerder hebben de ‘vijf gevaarlijke mensen’ in het verleden al eerder iemand vermoord. Maar volgens hem is dit in de doofpot gestopt. In het kort zou je dus kunnen stellen dat, als de officiële versie van het verhaal klopt, Van der G. alleen de aanslag op Fortuyn heeft voorbereid zonder hulp van anderen. Van der G. heeft alles alleen uitgezocht, de omgeving verkend, een pistool weten te bemachtigen, mogelijk schietlessen gehad om vervolgens Fortuyn in koele bloede neer te schieten. Toch blijven er naar mijn idee een aantal vragen onbeantwoord. Mogelijk onbeantwoord tot het moment dat Van der G. het zwijgen doorbreekt, want de vermoedelijke dader zwijgt tot op heden als het graf. Is de moord op Fortuyn inderdaad het werk van een ‘gestoorde gek’? Heeft Van der G. inderdaad alles in zijn eentje gedaan? Het zou tot de mogelijkheid kunnen behoren dat de aanslag het werk was van slechts een persoon. Dat sluit ik dan ook niet uit. Het zou


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:12

Pagina 37

maken of achter zoeken. Maar laten we het verhaal eens van een andere kant bekijken. Een kant die ik totnogtoe nog niet eerder gehoord heb en naar mijn idee een zeer reële mogelijkheid, al zou je het in eerste instantie niet zegen. Hieronder volgt een theorie, die voorlopig nog niet echt te bewijzen valt, maar toch bepaald aannemelijk is. Het klinkt in eerste instantie wellicht compleet ongeloofwaardig, maar diegene die van mind-control en aanverwante zaken op de hoogte zijn, weten dat onderstaande theorie tot de mogelijkheid zou kunnen behoren, aangezien er in het verleden al meerdere van dergelijke zaken gespeeld hebben, zoals mogelijk de moord op Kennedy in 1963. Volkert van der G. zou mogelijk een ‘Manchurian Candidate ‘ kunnen zijn. Een persoon met DPS (Disassociate Personality Syndrom) oftewel MPS (Multiple Personality Syndrom), die naar wens opdrachten uitvoert van iemand die dit zo bij Van der G. geprogrammeerd heeft. Ja ik weet het, dit kan niet en als het al wel kan, dan alleen maar in Amerika, maar is dat wel zo? De grote vraag is wie Van der G. dan geprogrammeerd heeft? Een Manchurian Candidate kan al vanaf zijn jeugd dusdanig ‘gemarteld’ zijn dat zijn persoonlijkheid is gesplitst in een groot aantal persoonlijkheden. Er kan worden besloten hem te trainen tot een professionele moordenaar (en wie weet wat nog meer) en de persoon als ‘sleeper’ in te zetten, d.w.z. dat hij bijvoorbeeld in de milieubeweging wordt geparkeerd en naar wens kan worden ‘geactiveerd’. (Zie het als een soort van hypnose: de persoon leeft als het ware voortdurend onder hypnose zonder het zelf te beseffen. Als er op een bepaald moment mogelijk een telefoontje komt met een bepaald ‘steekwoord’, dan zou het kunnen dat de persoon als het ware geactiveerd wordt en dan gaat doen wat hem al jaren eerder ingegeven is). heel goed mogelijk zijn, ware het niet dat een aantal – naar mijn idee belangrijke – vragen onbeantwoord blijven. 1- Hoe is Van der G. ongezien op het mediapark gekomen? 2- Hoe is Van der G. aan een pistool gekomen? 3- Waar heeft Van der G. zo goed leren schieten, aangezien Fortuyn volgens kenners op vakkundige wijze vermoord is? 4- Waarom vlucht Van der G. via een compleet onlogische route terwijl hij ook via een andere en snellere vluchtroute had kunnen ontkomen? 5- Is het mogelijk om iemand van voren te benaderen, vijf kogels op hem af te vuren, waarvan er twee in zijn rug komen? 6- Is het mogelijk dat Van der G. niet alleen heeft gehandeld maar dat er meer achter zit dan er naar buiten mag komen? 7- Waarom zijn een aantal ooggetuigen van de aanslag tot op heden nog steeds niet door de politie gehoord? 8- Waarom verklaarde justitie binnen zeer korte tijd al dat de dader alleen was? 9. Navraag bij de politie van Hilversum leert dat er op 6 mei geen politie-arrestatieteam paraat stond.

Voordeel van die plek in een milieubeweging is dat de persoon ook nog kan rapporteren over wat er zoal gebeurt, met wie, waar en waarom – spioneren dus in een groep mensen. Van die taak weet de hoofdpersoonlijkheid van de persoon in kwestie niets, maar wel zijn subpersoonlijkheden, die opgeroepen kunnen worden door zijn ‘handler’. Eens breekt dan de dag aan dat hij gebruikt kan worden waar die echt voor is ‘getraind’. Aangezien bepaalde groeperingen liever zien dat er andere personen in de Nederlandse politiek aan de macht komen dan bijvoorbeeld een Pim Fortuyn die mogelijk de aanstaande plannen

Deze vragen zijn slechts een greep uit de enorme hoeveelheid vragen die er zijn. Na al deze vragen zou je jezelf af kunnen vragen of het verhaal dat door de media naar buiten wordt gebracht wel het juiste verhaal is. Natuurlijk behoort het tot de mogelijkheid dat de aanslag op Fortuyn het werk van één persoon geweest is. En natuurlijk is het heel makkelijk om dit als onmogelijk van de hand te doen en er op vrij eenvoudige wijze een samenzweringsverhaal van te maken. Je kunt tenslotte overal wel een samenzwering van

37


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:12

Pagina 23

Tweede Frontier Symposium op 3 november in Amsterdam In navolging van de succesvolle eerste editie vorig jaar, vindt op 3 november van dit jaar in Amsterdam het tweede Frontier Symposium plaats. Wederom zal een dag gevuld worden met boeiende lezingen over interessante, mysterieuze, ongrijpbare fenomenen als UFO’s, graancirkels, verdwenen beschavingen, geheime technologieën en verborgen machtsstructuren. En wederom zal de Frontier Award worden uitgereikt. Dit keer zullen er tevens een groot aantal stands aanwezig zijn van personen en organisaties die zich bezighouden met de grenswetenschappen. Op het tweede Frontier Symposium zullen de volgende sprekers de laatste ontwikkelingen op hun vakgebeid presenteren (wijzigingen voorbehouden): • Bram Vermeulen over de invloed van grenswetenschappen in onze maatschappij • Bert Janssen over Graancirkels • Peter Toonen over Maya’s en 2012 • Arjen Nijeboer over machtsstructuren • Robert Boerman presenteert een overzicht van de Nederlandse graancirkels van 2002 Tevens zullen er sprekers aanwezig zijn die omtrent UFO’s en vrije energie zullen presenteren. Datum: zondag 3 november 2002 Tijdstip: 10.00 – 18.00 uur Plaats: centrum van Amsterdam (locatie wordt nader bekend gemaakt) Entree prijs: Euro 30,- bij voorinschrijving, Euro 35,- aan de zaal. Kaarten worden aan de zaal uitgereikt. Opgave: Frontier Sciences Foundation Postbus 48 - 1600 AA Enkhuizen tel: 0228-324076 - fax: 0228-312081 e-mail: info@fsf.nl - postbank: 7231599 ABN AMRO bank: 40.78.98.417 Tegelijk met uw opgave dient u het bijbehorende bedrag over te maken op een van bovenstaande bankrekeningnummers. Uw reservering is definitief na ontvangst van uw betaling. Vergeet niet de volgende gegevens duidelijk te vermelden: naam, adres, woonplaats, tel nummer en e-mail adres. Via e-mail en het volgende nummer van Frontier Magazine zult u uitgebreider geïnformeerd worden over dit Frontier Symposium. Bij annulering voor 15 oktober wordt het volledige entreebedrag teruggestort. Wilt u meer weten over de wereld om ons heen en over ons verleden en onze toekomst dan is het Frontier Symposium de ideale plaats om uw eigen zoektocht te beginnen of verder te zetten. Al vindt u misschien geen definitieve antwoorden, de juiste vragen stellen leert u wel. En dat is minstens zo belangrijk! Gezien de belangstelling voor het vorige Symposium raden wij éénieder die geïnteresseerd is aan, zich zo snel mogelijk voor het Symposium van aanstaande november op te geven. Vol is immers vol en het zou jammer zijn dit unieke evenement (want waar anders treft u zo veel enthousiaste, bevlogen Nederlandstalige grenswetenschappers aan?) te moeten missen.

Frontier Award 2002 Evenals vorig jaar wordt tijdens het Frontier Symposium 2002 de Frontier Award 2002 uitgereikt aan die Nederlandse grenswetenschapper die volgens de lezers van Frontier Magazine op bijzondere wijze in het afgelopen jaar een bijdrage heeft geleverd aan het verleggen van onze (kennis)grens. Want alhoewel het soms lijkt alsof de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van de grenswetenschappen zich vooral buiten ons taalgebied afspelen vinden ook hier belangwekkende studies naar de wereld van het onbekende plaats. Goed voorbeeld is natuurlijk het onderzoek naar het ontstaan van graancirkels van Eltjo Haselhoff, de eerste winnaar van de Frontier Award. Aanvullend bewijs voor de stelling dat ook Nederlanders hun steentje bijdragen werd nog zeer recent in de Verenigde Staten geleverd toen de Nederlandse graancirkelonderzoekers Janet Ossebaard en Bert Janssen op een groot UFO congres de prestigieuze, internationale EBE Award ontving voor het videoverslag van zijn onderzoek. En zo zijn er velen in Nederland en België die hun leven in het teken stellen van een zoektocht naar antwoorden op oude en nieuwe raadsels. Hun antwoorden zijn fascinerend, uitdagend en vooral leerzaam. De voorlopige lijst van genomineerden ziet er als volgt uit: Robert Boerman, Graancirkels Frank Bonte, Vrije Energie Rudy Cambier, Nostradamus Filip Coppens, Rosslyn Chapel Gerrit Gerwig, UFO's

Patrick Geryl, Atlantis/Egypte Eltjo Haselhoff, Graancirkels Bert Janssen, Graancirkels Reinoud de Jonge, Megalieten Arjen Nijeboer, Skull en Bones

Janet Ossebaard, Graancirkels Evert Jan Poorterman, Friesche Volkstudie Peter Toonen, Maya's Wim Zitman, Egypte & Nostradamus

De eerste ronde Voor het kiezen van de winnaar willen we wederom de hulp van de lezer van Frontier Magazine inroepen. Zowel schriftelijk als via email kunt u uw stem uitbrengen. Tot en met augustus kunt u aangeven welke mensen in aanmerking zouden moeten komen voor de Frontier Award. De vier hoogst scorenden gaan over naar de tweede ronde. In september en oktober kan tenslotte de definitieve keuze gemaakt worden. De stemmen kunnen ook dan schriftelijk of via Internet uitgebracht worden. Tijdens de Frontier Dag op 3 november wordt deze Frontier Award uitgereikt door Willem de Ridder. Ontbreekt er volgens u nog iemand op de lijst, geef dat dan direct door aan Frontier Magazine via de post of via e-mail. Geef uw nominatie keuze aan in een brief die u stuurt naar Frontier Award, Postbus 48, 1600 AA Enkhuizen of stuur een e-mail naar info@fsf.nl waarin u aangeeft welke persoon u wilt nomineren. Een nieuwe naam aan de lijst toevoegen mag ook. De complete, actuele, lijst treft u aan op Internet.

23


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:13

Pagina cov3


fr0804_2009.qxd

09-06-2009

23:14

Pagina cov4

Nieuwe uitgaven van Frontier Publishing Darwin’s Mistake Antediluvian discoveries prove: dinosaurs and humans co-existed Dr. Hans J. Zillmer Yes, there were cataclysms (among them The Flood) in the course of history, but no, there was no evolution. The Earth’s crust is relatively young and no more than a few thousand years ago; its poles were free of ice. Published in nine languages, this international bestseller puts the latest discoveries and new evidence against Darwin’s Theory of Evolution. The author, who owes his insights and expertise to numerous excavations he participated in, describes recent findings that – in line with suppressed results of scientific research – prove what seems unthinkable to us today: Darwin is wrong. 292 pagina’s. 170x240 mm. Paperback. Prijs: Euro 25,90. code: DMIS

The Stone Puzzle of Rosslyn Chapel Philip Coppens This book will guide you through the theories, showing and describing where and what is being discussed; what is impossible, what is likely… and what is fact about Rosslyn Chapel in Scotland. 120 pagina’s. Paperback. Prijs: Euro 14,90. code: ROSC

Saunière’s model and the Secret of Rennes-le-Château The priest’s final legacy that unveils the location of his terrifying discovery André Douzet 116 pagina’s. Paperback. Prijs: Euro 14,90. code: SMOD

Crop Circles, Gods and their Secrets History of Mankind Written in the Grain Robert J. Boerman 159 pagina’s. Paperback. Prijs: Euro 15,90. code: CCGS

Graancirkels, Goden en hun Geheimen De geschiedenis van de Mensheid beschreven in het Graan Robert Boerman 205 pagina’s. Paperback. Prijs: Euro 15,95. code: GGG

(bedragen zijn excl. verzendkosten) Te bestellen bij: Frontier Sciences Foundation, Postbus 372, 8250 AJ Dronten Tel: 0321-380558, fax: 0228-312081, website: www.fsf.nl E-mail: info@fsf.nl België: Dendermondse Steenweg 56, 9100 Sint-Niklaas, E-mail: dsine@btinternet.com


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.