Erfgoed
Een idee voor een erfgoedproject? Vraag je subsidie aan! In april versoepelde de gemeenteraad de voorwaarden voor het subsidiëren van erfgoedprojecten. Een project in de cultureel erfgoedsfeer kan een subsidie van maximum 500 euro krijgen. Het kan gaan om roerend, onroerend, of immaterieel erfgoed. Onder immaterieel erfgoed vallen historisch onderzoek, archeologie en verhalen. Straffe verhalen uit de oorlog, verhalen van rond de kazerne, straffe verhalen over volksfiguren die niet verloren mogen gaan, de geschiedenis van je vereniging,… Al wat een band heeft met Kontich of Waarloos komt in aanmerking. Nieuw is dat je de aanvraag op elk moment kan doen en niet meer op een vast tijdstip in het jaar. Je dient de aanvraag in ten laatste 3 maanden voor de aanvang van het project.
De gemeentelijke erfgoedraad begeleidt je graag bij de uitwerking van je idee en het invullen van het aanvraagformulier. Meer info? Surf naar www.kontich.be/erfgoed of contacteer de vrijetijdsdienst via erfgoedraad@kontich.be of 03 450 78 39.
Een toekomst voor ons collectief geheugen Kontich bestaat uit twee deelgemeenten: Waarloos en Kontich, met elk zijn eigen begraafplaats. In Waarloos is dat nog een echt kerkhof, want de overledenen werden begraven in de tuin rond de kerk. Dat gebeurde oorspronkelijk ook rond de Sint-Martinuskerk. Tot 1913. Toen werd de Doodenhof aan de Duffelsesteenweg in gebruik genomen. De oude kerkhofsite werd plein. In de jaren twintig van vorige eeuw werd de kerk immers vergroot en gerenoveerd en het centrum heraangelegd. In de hoofdkerk van Kontich is het nu nog zoeken naar oude grafstenen van de rijke stinkerds. Want wat wil je, als je de mis moet
bijwonen boven het duurbetaalde graf van wie dicht bij het altaar wou worden begraven … Wie van adel was kon ook voor een praalgraf buiten kiezen. In de kerk werd dan een ruitvormige obiit opgehangen: dat was tegelijk een rouw- en een wapenbord. Met uitzicht op het altaar. In de oude kerken van Kontich en Waarloos hangen er nog enkele. Voorhistorische crematies Op het grondgebied van onze gemeente bevonden zich al belangrijke begraafplaatsen eeuwen vóór onze tijdrekening. Zo is er deze eeuw bij de Volderij, naast het voetbalplein, nog een urnenveld uit de late bronstijd en vroege ijzertijd gevonden.
In die periode (tussen 900 en 400 jaar vóór Christus) werden de doden dus al verbrand en de as in een grafvaas bijgezet. Die periode wordt niet toevallig de urnenveldenperiode of urnenveldencultuur genoemd (vanaf 1200 voor Christus in het hele gebied tussen Seine en Rijn). Bij de afbraak van de huizen van het Sint-Martinusstraatje en -plein en de oude woningen langs de Rubensstraat om het Sint-Jozefinstituut te vergroten, werden heel wat stoffelijke resten van middeleeuwse voorouders opgegraven. Hier stond immers het oorspronkelijke kerkje van de parochie die zich uitstrekte van Mortsel tot aan Rupel en Informatieblad Kontich | 27
