Frontaal dec 2014

Page 1

Frontaal

DRIEMAANDELIJKS MAGAZINE VAN HET GENTS MILIEUFRONT – JAARGANG 17 - WINTER - 2014 – NR. 4

ROOF FOOD

lunchen met groenten van het dak Uplace aan de Leie

Lerend

Knip

fietsen

de straat


Frontaal is het driemaandelijks tijdschrift van het GentsMilieuFront vzw (GMF). Jaargang 17 – winter 2014 – nr. 4 GMF is een politiek onafhankelijke milieuvereniging, actief in Gent en omgeving. GMF streeft een overgang naar een duurzame samenleving na, die rekening houdt met de huidige behoeften zonder die van de toekomstige generaties in de weg te staan, en dit zowel op sociaal, economisch, ecologisch vlak als op vlak van participatie. De expertise van GMF ligt daarbij op de milieupijler. GMF is lid van de Bond Beter Leefmilieu. Lidmaatschap GMF Lid word je door overschrijving van 5 euro (of liefst meer) of 12,50 euro (gezinslidmaatschap) op BE93 0011 4993 2067 van GMF vzw. We rekenen per kalenderjaar. Voor vragen over je lidmaatschap, adreswijziging, domiciliëringen, permanente opdrachten of fiscale attesten: phc9000@gmail.com Verantwoordelijke uitgever Stefaan Claeys, Stoppelstraat 46, 9000 Gent Redactie Adelheid Vanhille, Dennis Licht, Erik Grietens, Esmeraldo Borgo, Eva de Haan, Eva De Meyst, Eva Roelandt, Gert Arijs, Katrien De Bel, Paul Temmerman, Pieter Van den Brande, Pieterjan Vandenbussche, Steven Geirnaert, Stefaan Claeys Ontwerp – Lay-out Sarah Dosogne - Adelheid Vanhille & Steven Geirnaert Foto’s Vermeld bij artikel. Foto voorpagina: Gert Arijs Huisfotograaf: www.gertarijs.be Een hele groep van amateurfotografen die geen vermelding wensen. Reacties op artikels info@gentsmilieufront.be Copyright Overname van artikels wordt aan­bevolen, mits bronvermelding. Drukkerij Druk in de Weer, Gent Gedrukt op 100 % kringloop­papier met inkt op vegetale basis en solvent­vrij.

09 242 87 54 info@gentsmilieufront.be www.gentsmilieufront.be

09 242 87 59 info@milieuadvieswinkel.be www.milieuadvieswinkel.be Steven Geirnaert Ida Lievens Cristina Mafteiu

Secretariaat GMF OPENINGSUREN Permanent documentatiecentrum MilieuAdviesWinkel ma, di, woe: 9 > 12.30 uur 13 > 16.30 uur do en vrij : op afspraak Wil je bouwadvies? Maak dan eerst een afspraak. Koningin Maria Hendrikaplein 5/103 – 9000 Gent

2

Frontaal //

winter 2014

Edito Klimaatplan in praktijk

H

et Gentse klimaatplan verzamelt alle acties uit het bestuursakkoord die in min of meerdere mate zorgen voor een daling van de CO2-uitstoot. Dit klimaatplan is geen plan van de klimaatschepen Tine Heyse maar van de hele bestuursploeg. Staat er iets nieuws in? Niet als je het bestuursakkoord gelezen hebt. De topper uit de reeks maatregelen zijn de extra inspanningen die ons over de streep moeten trekken om eindelijk eens te starten met het isoleren van dak, gevel of ramen. Meer hierover in volgende Frontaal. Voor de financieel zwakkeren is er nog extra financiële ondersteuning en begeleiding door Regent. Ook de sociale huisvestingsmaatschappijen zullen in Gent energiezuiniger moeten bouwen. Het klimaatplan stelt ook dat alternatieve energieproductie moet stijgen. De stad wil allerlei initiatieven faciliteren. Wij willen meer. Zorg ervoor dat - samen met Energent - op alle daken van de stadsgebouwen zonnepanelen komen, waar de Gentenaar zijn deel van kan aankopen. We hebben ook een totaal nieuw idee. Leg een warmtetaks op aan bedrijven die restwarmte lozen. Met die restwarmte investeert de stad in de uitbouw van haar eigen warmtenet. Als uitsmijter nog een korte opsomming van andere acties die niet in het klimaatplan staan: - zoek alternatieven voor de energieverslindende ijspiste en kraampjes (zie pagina 12); - leg grote weerkerende evenementen zoals het lichtfestival, kermisattractie een energie-resultaatsverbintenis op met jaarlijks strenger wordende criteria; - roep een halt toe aan nieuwe grote ontwikkelingen die autogericht zijn zoals het Outletcenter naast Flanders Expo en de Ikea (zie pagina 4); - richt elke nieuwe wijk in als een klimaatneutrale wijk. Adelheid Vanhille


Inhoud

Driemaandelijks magazine van het Gents MilieuFront – jaargang 17 – winter 2014 – nr. 4

2

Edito

4

Uplace aan de Leie GMF in vezet tegen Shoppingcentrum op The Loop

7

De vrijwilliger

8

Roof food Ecologisch lunchen met groenten van het dak

10

Broodpuddingfestival op het Niets-is-verlorenfestival

12 13 14

IJspiste in Gent in ijs of kunststof

16

Lerend fietsen Fietsles voor volwassenen

28

Gent binnenfietsen zonder auto’s aan je zij? Trage wegen!

18

Nieuwe en bestaande boeren werken samen

Mobiliteitsplan Gent stap in juiste richting

Knip de straat om te ontsnappen aan de wurggreep van het autoverkeer

31 32

Maison Durable in Lille Nieuw duurzaam huis in Lille een bezoek waard

24

Een gesprek met Peter Dedecker

26

Ecosysteemdiensten een perfect huwelijk van ecologie en economie

34 36

20

39

De trein volgt niet Groene boekbespreking

Activiteiten

Duurzame cadeaus Permacultuur Een andere manier van leven en voedsel produceren

4

16

20

31 3


Uplace aan de Leie GMF in verzet tegen shoppingcentrum op The Loop

Gents Milieufront (GMF) diende eind november een bezwaarschrift in tegen de aanvraag voor een bouw- en milieuvergunning van de megaparking en het outletcentrum aan The Loop. Ook Unizo diende een bezwaarschrift in. Dat is meteen het startschot voor beide organisaties om met een campagne het shoppingcentrum tegen te gaan. Als de plannen doorgaan verrijst er aan Flanders Expo een nieuwe shoppingstad, die onvermijdelijk zal concurreren met de Gentse binnenstad. Tekst: Steven Geirnaert Foto: Unizo

D

e geplande shoppingstad bestaat uit een outletcentrum van 32.000 vierkante meter met doorlopende uitverkoop én een bioscoop, bowling, fitness, horeca, kantoren én als klap op de vuurpijl een reusachtige parking. Dit project is een gevaar voor de commerciële dynamiek van het Gentse stadscentrum en van de omliggende gemeenten. De realisatie van deze plannen garandeert een verkeersinfarct en een slechtere luchtkwaliteit. Dit valt niet te rijmen met de klimaatneutrale stad die Gent wil worden.

Uplace aan de Leie?

De totale oppervlakte van dit project is 73.800 vierkante meter. De geplande winkeloppervlakte aan The Loop komt overeen met de oppervlakte van het 4

Frontaal //

winter 2014


// Welke toezeggingen hebben de stad en projectontwikkelaars gekregen over de aanleg van een vierde rijstrook op de E40? // Waasland Shopping Center aan de rand van Sint-Niklaas. Sinds de opening van dat shoppingcenter staat maar liefst 30 procent van de winkels in het stadscentrum leeg, een triest record van alle Vlaamse centrumsteden. Gewiekste zakenlui zullen het ongetwijfeld hebben over ‘synergieën’, ‘complementariteit’ en ‘win-win-effecten’ voor The Loop en de stad Gent. We kennen dat soort marketingpraat ondertussen wel. GMF vreest echter een uitdunning van de onafhankelijke en kleinschalige ondernemers in het stadscentrum. Een slechte zaak voor Gent en alle Gentenaars. The Loop is te ver van en te slecht verbonden met de binnenstad om ook positieve effecten van het outletcentrum te kunnen voelen. Wie gaat er nu eerst winkelen in het outletcenter, om daarna nog af te zakken naar de Veldstraat? Gent heeft trouwens in februari 2014 een toeristische erkenning gekregen: daardoor mogen winkels 15 zondagen per jaar open zijn. Een makkie voor grootschalige ketens, maar de doodsteek voor kleine handelaars. De voorspelde 1.200 arbeidsplaatsen op de site stellen weinig voor als je de failliete winkeliers in Gent en omstreken meetelt. Het centrum van Gent dreigt minder aantrekkelijker te worden en kleinere gemeentelijke centra zoals bijvoorbeeld Deinze zullen commercieel bloeden. Dat zet die inwoners aan om nog vaker de auto te nemen om aankopen te doen.

Zand in de ogen

Ondanks de grootschalige plannen, hoorden wij en waarschijnlijk ook onze lezers heel weinig over dit project.

Zowel het stadsbestuur als de projectontwikkelaars doen er alles aan om dit project onder de radar te realiseren. Het project wordt opgesplitst in verschillende delen. De aanvraag voor de bouwvergunning voor de parking werd ingediend in oktober. Pas later komt er een aanvraag voor de bijkomende delen zoals het ouletcentrum, recreatie, kantoren.... Door het verdelen van de aanvraag proberen de projectontwikkelaars onduidelijkheid te zaaien. In de zomer van 2014 meldde de projectontwikkelaar in een officieel document dat er geen bioscoop en big box (grote winkel - genre Ikea) zou bijkomen. In de bouwvergunning voor de parking (ingediend in oktober 2014) staat dan weer wel dat er een big box en bioscoop komt. Kan dit zomaar? Met de verkoop van de aandelen van het stadsontwikkelingsbedrijf SOGent is de sturende rol die Gent zou kunnen opnemen helemaal beknot. Door deze transactie is de ontwikkeling van The Loop geen publieke maar een private investering in de handen van een vastgoedspeler. We willen dat de projectontwikkelaars en het stadsbestuur duidelijk zeggen welke ontwikkelingen er daar komen. Dit project is te belangrijk en te grootschalig om enkel op de bureaus van politici, investeerders en ingenieurs te liggen.

Gegarandeerd verkeersinfarct Dit groot project zal enorme verkeersstromen genereren. Het project verwacht 1 tot 3 miljoen bezoekers (bovenop de bezoekers aan Flanders Expo en Ikea). Daarom worden ook

meer dan 4.000 parkeerplaatsen voorzien. Het mobiliteitsonderzoek van 2005 en herbevestigt in 2010 zegt dat er voor dit project een bijkomende, vierde rijstrook nodig is op de E40. Deze vierde rijstrook is er vandaag niet, is niet gepland en er is ook geen Vlaams geld voor. In de plannen van de projectontwikkelaar staat verder een treinstation vermeld op The Loop. Daarvoor heeft de NMBS geen budget voorzien. Een tramverbinding is er wel, maar die zal slechts door een beperkt aantal shoppers gebruikt worden. De berekeningen die in het dossier vermeld staan zijn ook onjuist. De simulaties van het autoverkeer voor The Loop gebruikt systematisch te lage cijfers. De berekening van de verkeersstromen houdt geen rekening met de toeristische erkenning die het stadsbestuur verleende aan The Loop. Flanders Expo en The Loop zijn nu al een walhalla voor het autoverkeer en het wordt door dit project alleen maar erger. Past dit binnen het nieuwe Gentse verkeersbeleid? Er dreigt een verkeersinfarct in en rond Sint-DenijsWestrem, Drongen en Zwijnaarde.

Klimaatneutrale stad?

Gent heeft de ambitie om een klimaatneutrale stad te worden. Het verkeer is vandaag al verantwoordelijk voor 33 procent van de CO2-uitstoot in de stad. Dit autogericht project, dat voor enorm veel extra verkeer zorgt, is onverenigbaar met het streven naar een klimaatneutraal Gent. We vragen ons dan ook af hoe de stad Gent - die duidelijk partner is in dit project - de komst van dit megaproject rijmt met 5


haar Klimaatplan dat in het najaar 2014 gelanceerd werd. Lampen vervangen en andere gezelligheden zullen het verschil niet maken.

Wat vraagt GMF?

Cartoon Joris Vermassen

GMF vraagt aan het stadsbestuur om de huidige bouwvergunning af te wijzen en nieuwe krijtlijnen uit te zetten voor een meer gepaste en duurzame invulling van The Loop. Deze grootschalige ontwikkeling betekent namelijk een economische, verkeerstechnische en financiële strop voor de stad en de hele regio. Mogelijke alternatieven zijn volgens GMF de ontwikkeling van kennisbedrijven en kantoren, zoals dat trouwens ook voorzien is in

6

Frontaal //

winter 2014

het bestuursakkoord ter vervanging van het wetenschapspark in Zwijnaarde. We zien ook mogelijkheden om baanwinkels die moeilijk realiseerbaar zijn in de stad, zoals wagenverkoop of tuincentra, te herlocaliseren naar The Loop. Door hier ruimte te voorzien voor een verhuis van de verschillende baanwinkels langs onder meer de Kortrijksesteenweg, kan langs deze steenweg het landschap hersteld worden. Twee vliegen in één klap.

Rip the loop

Na de lancering van de campagne www.rip-the-loop.be stelden Unizo en GMF via een tweede persbericht een paar heel duidelijke vragen aan het

stadsbestuur: - Kunnen wij de overeenkomst zien die afgesloten is tussen de stad en de projectontwikkelaar? - Wie betaalt en wie verdient wat? - Hoe zal men garanderen dat men in het outletcentrum enkel oude collecties verkoopt? - Welke toezeggingen hebben de stad en projectontwikkelaars gekregen rond de aanleg van een vierde rijstrook op de E40? Allemaal heel duidelijke vragen. Tot nu toe hebben wij hierop geen antwoord gekregen van de stad. GMF en Unizo bekijken nu welke stappen ze verder ondernemen.


De vrijwilliger Hoe kwam je bij GMF terecht?

Ik heb GMF mee opgericht, lang lang geleden….

Welke taken voer je uit?

Ik ben vooral met het beleid van de stad bezig. Zo zetel ik namens GMF in de Gemeentelijke Commissie Ruimtelijke Ordening, waar advies uitgebracht wordt over stedenbouwkundige plannen en projecten. Met de beleidswerkgroep van GMF proberen we het stadsbestuur zo veel mogelijk aan te porren om een milieubewust beleid te

voeren. Ik schrijf regelmatig mee aan bezwaarschriften bij milieuvergunningen, waarbij we onder meer wijzen op het belang van investeren in best beschikbare technieken. Verder zit ik in de Raad van Bestuur van GMF, waar we vooral bezig zijn met de financiering van GMF en het personeelsbeleid.

Naam: Erik Grietens Beroep: M edewerker Bond Beter Leef milieu Hoelang bij GMF: vanaf het begi n!

Wat is je drijfveer?

Een mooie en leefbare stad!

Welke actie zou je GMF nog graag zien doen?

Het afbreken van de fly-over aan het Zuidpark waardoor

veel te veel auto’s recht naar het hart van de stadskern gepompt worden. Of die flyover in het groen zetten en er een park van maken, een High Lane Park zoals in New

York, maar dan in Gent.

Nog andere hobby’s?

Oude vinylplaten verzamelen voor mijn jukebox! Katrien De Bel

Vrijwilliger bij GMF worden: laat ons iets weten op ilse@gentsmilieufront.be

7


Roof food Ecologisch lunchen met groenten van het dak

Enkele jaren terug verscheen in Frontaal een artikel over stadslandbouw. Daarvoor moesten we toen nog naar het buitenland kijken, maar nu boomt stadslandbouw ook bij ons, en zeker in Gent. ROOF FOOD is een concept dat daktuinieren combineert met een cateringzaak. Wie weet leveren ze binnenkort ook duurzame lunches in jouw bedrijf! Tekst: Sabine Huyghe Foto: Gert Arijs

8

Frontaal //

winter 2014

De kiem van ROOF FOOD

Sabien Windels is afkomstig uit Kortrijk en bleef zoals vele West-Vlamingen plakken in Gent. Ze heeft hier enkel een stadskoertje en gaat af en toe terug naar ma en pa om in de moestuin te werken, maar ze bedacht dat groenten telen in de stad toch ook mogelijk moet zijn. Inspiratie deed ze op bij buitenlandse projecten rond stadslandbouw: in Berlijn bezocht ze een ‘nomadische moestuin’ die op tijdelijk beschikbare locaties teelt in zakken en in Rotterdam zag ze een dakakker van wel 1.000 vierkante meter. De kriebels om zelf ‘iets’ rond daktuinieren op te starten, vielen niet meer te negeren en een wedstrijd voor nieuwe ondernemers gaf een extra zetje. De

overwinning (en de bijbehorende mooie prijzenpot) kaapte Sabien helaas niet weg, maar de wedstrijd zette haar wel aan om haar ideeën concreet uit te werken. Via de wedstrijd kreeg ze hiervoor ook begeleiding. Door haar studie voor handelsingenieur leverde het schrijven van een bedrijfsplan weinig moeilijkheden op. Ook voormalige studiegenoten met elk een bepaalde expertise hielpen mee.

Een eco lunch voor bedrijvige mensen

ROOF FOOD kreeg in de loop van dit jaar stilaan vorm. Maar het moest iets meer worden dan enkel een daktuin. Een vriendin zette haar aan het denken: zij vertelde Sabien dat haar bedrijf graag een Donderdag Veggiedag wilde


// ROOF FOOD combineert daktuinieren met een cateringbedrijfdat gezonde en duurzame lunch aanbiedt // organiseren voor de collega’s, maar dat men moeite had om een cateraar te vinden die 40 vegetarische maaltijden kon leveren. Op dat moment viel de puzzel samen! De daktuin wordt dus gekoppeld aan een cateringdienst, die vooral aan werknemers van bedrijven een gezonde, duurzame lunch wil aanbieden. De bedoeling is om ecologische voeding te promoten bij een groot publiek. De leveringen zijn bedoeld voor bedrijvencentra, daar werd bewust voor gekozen. ROOF FOOD wil namelijk met herbruikbare verpakkingen werken die ook terug opgehaald moeten worden, en dan is het wel zo handig om dat te kunnen doen bij bedrijven die op één terrein gegroepeerd zijn. Nu duidelijk werd dat ROOF FOOD ook een cateringluik kreeg, was iemand met kookervaring wel welkom. Zo kwam Nine Van Belle bij het project. Zij heeft ervaring in verschillende vegetarische keukens, en ook in het kweken van groenten op een Portugese berg. Sabien volgt ondertussen ook een kookopleiding.

ROOF FOOD komt er aan

Momenteel opereren Sabien en Nine vanuit het buurtcentrum ‘De Vaart’ in Gentbrugge, waar ze een professionele keuken kunnen gebruiken. In november en december voeren ze volop marktonderzoek om af te tasten wat het publiek van een maaltijd verwacht. Onze huisfotograaf kreeg al enkele potjes mee naar huis. Om u al een idee te geven van de ROOF FOOD-keuken, vertellen wij je graag wat er op zijn menu stond: tofu-kroketjes met kokosschilfers in zoetzure saus, paksoi en spinazie met pindasaus, champignons, zoete aardappelpuree en een fris slaatje

van wintergroenten met een amandelvinaigrette. In januari start ROOF FOOD met de eerste leveringen. In eerste instantie één dag in de week, na verloop van tijd worden dat twee dagen. In 2016 willen ze op volle toeren draaien en vijf dagen per week leveren. De leveringen gebeuren met de bakfiets. In het begin nemen Sabien en Nine die zelf voor hun rekening om voeling te krijgen met de verschillende bedrijven. Na verloop van tijd worden de leveringen uitbesteed aan een externe fietskoerierdienst.

ROOF FOOD plukt binnenkort het dak van De Punt

De ingrediënten van de eerste leveringen zullen echter nog niet afkomstig zijn van de daktuin, want….het te gebruiken dak moet nog worden gebouwd. Er is een overeenkomst met De Punt, een groeiplatform voor sociaal ondernemers, om op het dak van hun geplande nieuwbouw een daktuin aan te leggen. Dat gebouw komt ook in Gentbrugge te liggen. De oplevering is voorzien voor november 2015, maar bouwwerken lopen al eens vertraging op. Sabien en Nine rekenen er dus op om in maart 2016 met de daktuin van start te gaan. Voor de aanleg van de daktuin kunnen ze onder meer rekenen op steun van de collega’s stadslandbouw van Le Petit Botanique en op de oom van Sabien, die actief is bij Velt. Maar naast groenten kweken en ecologische maaltijden leveren, heeft ROOF FOOD nóg plannen. Het wil ook een plek zijn voor uitwisseling rond stadslandbouw en ecologische voeding en wil daarom workshops aanbieden over bijvoorbeeld

champignons kweken op koffiegruis, verticaal tuinieren en vegetarisch koken. Naargelang het thema nodigen ze dan de geschikte expert uit. Een leuk idee voor een GMF- activiteit!

Waarom Gent?

Sabien koos voor Gent als startplaats omwille van het netwerk dat ze hier heeft, maar ook omdat Gent een ideale biotoop is. De voedselstrategie van Stad Gent (Gent en Garde) staat open voor experimenten met stadslandbouw en sluit daardoor mooi aan bij het project. En natuurlijk is Gent met haar progressief beleid een veilige haven om te starten. In andere steden liggen misschien wel net opportuniteiten, omdat daar in vergelijking met Gent veel minder aanbod in vegetarisch en ecologisch eten is. Geïnteresseerde reacties van mensen uit andere steden doen Sabien en Nine nadenken om na verloop van tijd het concept te verspreiden aan de hand van een franchise.

Veel succes gewenst!

ROOF FOOD krijgt heel wat positieve reacties. Na de ondernemerswedstrijd verzamelde ze maar eventjes 800 likes op Facebook, en op de website zelf lieten al 400 mensen weten geïnteresseerd te zijn. En die interesse kan alleen nog maar groeien nu ROOF FOOD ook onderwerp is van het programma ‘De onderneemsters’ op regionale televisiezender AVS. In 13 afleveringen, die ook online te bekijken zijn, worden vrouwelijke ondernemers gevolgd. In december kiest de jury uit vijf kandidaten de winnaar. Wij duimen alvast voor ROOF FOOD!

9


Broodpuddingfestival op het Niets-is-verloren festival

Niets is verloren: eerst een poëtische boodschap her en der in het straatbeeld, dan een mediacampagne en tot slot een groots festival. De hotelschool serveerde hoogstaande maaltijden van veilingoverschotten, KASK-studenten liepen rond verkleed als afval en het GMF maakte zich populair door broodpudding te bakken. Tekst : Pieter Van den Brande Foto’s: Leentje Speybroeck en Dennis Licht 10

Frontaal //

winter 2014

H

et was een prachtige, mistige ochtend toen ik met een fietskarrenvracht oud brood en koffiekoeken aan de Bijloke arriveerde – zo’n subtiele ochtend waarin de maand september zich gespecialiseerd heeft. Een eenzame reiger heette me welkom aan het STAM-museum. Ik kon enkel door de over het terrein verspreide partytentjes vermoeden dat hier later op de dag duizenden mensen zouden smullen van een banket van voedseloverschotten. Maar eerst moesten er nog ovens worden aangesleept – met de fietskar uiteraard, we zijn niet voor niets het GMF – appels geplukt en broden geweekt. Hoe we dat met z’n tweeën op een voormiddag hebben klaargespeeld,

is nog steeds een raadsel. Feit is wel dat we kort na drie uur ‘s namiddags de eerste broodpudding in de oven schoven en dat de geur daarvan honderden mensen naar onze kraam lokte. Goede promotie dus (we maakten ongeveer 70 nieuwe leden die dag), maar ik wil hier ook even plaats maken voor enkele kritische bedenkingen. Een eerste probleem stelde zich bij de praktische afwikkeling van de workshop. Even een schets van wat er gebeurde als je bij ons langskwam: je kreeg een bakje waarin je het basisbeslag legde: in water geweekt brood en koffiekoeken. Dat kon je aanvullen met de wildste ingrediënten naar keuze zoals watermeloen, provençaalse krui-


den, levertraan... Daarna zetten we dit in ĂŠĂŠn van onze oventjes. Driekwartier later kwam je terug om je broodpudding op te eten. Hadden we dit te individualistisch aangepakt? 45 minuten later was de broodpudding immers nog lang niet gereed. Tegelijk werden we omsingeld door een meute hongerige kinderen die elk hun eigen persoonlijke broodpudding kwamen opeisen. Dan is er nog de ecologische vraag: is het wel de moeite het om gedurende een paar uur lang elektrische oventjes te laten draaien om vijf zakken oud

brood van de vuilnisbelt te redden? Doet de energie die we daarin steken de ecologische winst niet verdampen? Met onze huidige energiemix waarschijnlijk wel. Duurzaamheid draait echter niet enkel om de planeet maar ook om het sociale vooruitgang. Als we moeten kiezen tussen mensen blij maken met een lekker stuk broodpudding of oud brood dumpen in een anonieme vuilnisbak, is de keuze snel gemaakt.

Organic Vegetarian Cuisine

open van di-za van 11u30 tot 14u30 voor gastronomisch dineren kijk op www.restaurantavalon.be Geldmunt 32, 9000 Gent

11


IJpiste in ijs of kunststof? Dromen van een alternatief voor de energieverslindende ijspiste tijdens de Gentse winterfeesten

Glijden in de schaduw van de torens van Gent: de ijspiste in de open lucht op het Sint-Baafsplein is ‘het’ lokmiddel van de Gentse winterfeesten. Wie ooit op of rond het ijs stond, kent dit toneel van bizarre evenwichtstoeren. Een evenwicht tussen winterpret en zorg voor het klimaat is echter zoek. Dit blijkt uit de facturen van de meterkasten in de buurt van de ijspiste van vorig jaar die Gents Milieufront heeft opgevraagd. Tekst: Pieterjan Vandenbussche

V

olgens die facturen verbruikte het Gentse winterdorp met kraampjes, eetchaletjes en een ijspiste tijdens één maand zoveel energie als 80 gezinnen tijdens één jaar. Dit is hallucinant. We volgen de opvatting van de VREG dat het jaarlijkse energieverbruik van een doorsnee gezin 3.500 kilowattuur is. Het werkelijke totaal verbruik is nog een stuk hoger. De ijspiste heeft immers ook eigen generatoren waarvan het verbruik niet gefactureerd is. De ijspiste is een enorme slokop. Hoeveel energie de Gentse ijspiste exact verslindt weet men niet. Er zijn wel cijfers over andere ijspistes beschikbaar: een grote ijspiste slorpt het jaarlijkse gebruik van 30 tot 37 gezinnen op. Dit exuberante energieverbruik strookt helemaal niet met het beleidsvoorne-

12

Frontaal //

winter 2014

men van het stadsbestuur om van Gent een klimaatneutrale stad te maken. Deze energie zou een warm kerstcadeau betekenen voor minderbedeelde Gentenaars die geen middelen hebben om (genoeg) te stoken. De komende winter is er kans op stroomtekort tijdens de piekuren. Een sensibiliseringscampagne moedigt de bevolking aan om het elektriciteitsverbruik te minderen tussen 17 uur en 20 uur. Maar terwijl jij en ik de verwarming afzetten en ons wassen met koud water, draaien de generatoren van de ijspiste wel op volle kracht. Een aantal steden en gemeenten zetten geen ijspiste wegens de mogelijke stroomuitval. Het stadsbestuur van Gent wil een ijspiste, die echter niet open zal zijn bij stroomuitval. Waarom niet zoeken naar een vol-

waardig alternatief? En een milieuvriendelijke schaatspiste in kunststof is dit! Want deze ovale baan behoeft geen generatoren om het ijs koel te houden waardoor de energiefactuur verdwijnt. Maar is schaatsen op kunststof niet als bier drinken uit een plastic bekertje? Helemaal niet! De kerstsfeer boet niet in. Een betere kunststof schaatsbaan evenaart ‘echt’ ijs. De vloeren nemen voor 93 procent de eigenschappen van een ijsbaan van bevroren water over. En dit percentage blijft constant, terwijl intensief gebruik van een ijspiste met bevroren water het percentage al snel naar 70 procent laat dalen door sneeuwvorming. Misschien zijn er nog vooroordelen? Wel, hier is de ijsbreker! De ijshockeyploeg uit Herenveen in Nederland heeft een schaatspiste in kunststof. En in 2012 werd daar het wereldkampioenschap ijshockey voor -18 jarigen gehouden. Ja, inderdaad, de snelste teamsport ter wereld op een synthetisch oppervlakte. De Internationale Ijshockeybond maakte de keuze voor Friesland naar aanleiding van een promotiefilmpje van Art-Ice, marktleider in kunststofschaatsbanen. Wie zich hierop waagt met rode kaken na een glaasje gluhwijn, zal glijden als nooit tevoren.


Duurzame cadeaus Geef met hart én zonder verpakking

Ben je zoals elk jaar in december nog op het laatste moment op zoek naar geschenken? En wil je eens iets anders geven dan de gebruikelijke cadeaubon, parfumset of dvd-box? Kies er dan voor om een kip, een ezel, een vierkante meter bos of een stukje windmolen cadeau te geven!

D

Tekst en foto’s: Britta Bolte

> Geef 10 vierkante meter bos cadeau en plant daarmee nieuw bos in Vlaanderen (via Natuurpunt).

aarmee maak je niet enkel je naasten blij, maar zorg je er ook voor dat belangrijke ecologsiche en sociale initiatieven verder kunnen groeien. Met jouw geschenk spaar je een hoop afval uit en de ontvanger hoeft zich geen zorgen te maken over het opbergen van het zoveelste voorwerp. Een project steunen kan trouwens ook fiscaal interessant zijn! Hieronder enkele voorbeelden van lokale en internationale projecten waarbij je voor het goede doel kunt schenken:

> Adopteer een panda in China en help hun leefmilieu beschermen (via WWF).

> Schenk een kip, geit of ezel en steun daarmee boerenverenigingen in Afrikaanse landen (via Oxfam). > Koop een aandeel in een coöperatieve venootschap en investeer daarmee in projecten rond duurzame energie (bijvoobeeld via EnerGent) > Koop een aandeel bij coöperatieve landbouwverenigingen en steun daarmee de aankoop van biologische landbouwgrond (bijvoorbeeld via De Landgenoten) > Last maar zeker not least. Geef een cadeaulidmaatschap van het Gents MilieuFront! Stort het lidgeld en vermeld duidelijk naam en adres van de persoon die je lid wil maken zodat de Frontaal ook goed terecht komt.

Steun GMF financieel

V

ind je het ook belangrijk dat we blijven strijden voor een leefbaar en groen Gent? Dan kan jouw gift wonderen doen. Een gift van 40 euro is fiscaal aftrekbaar, kleinere en grotere giften ontvangen we met dezelfde glimlach.

Via de Sint, de Kerstman, lekker anoniem onder onze kerstboom, via de Driekoningen - mocht jouw decembermaand te druk geweest zijn – of via online overschrijving op BE93 0011 4993 2067. Tik in dit laatste geval zeker gift in het

vakje mededeling. Zo weten wij in welke spaarpot we jouw centen mogen stoppen en kan jij aan de fiscus bewijzen dat je een groot giftenhart hebt. Bedankt! GMF 13


Permacultuur Een andere manier van leven en voedsel produceren

Voor de meeste mensen is permacultuur een onbekend begrip. Wie er al over gehoord heeft, zal stellen dat het gaat over een natuurlijke manier van voedsel produceren. Sommigen leggen het verband met voedselbossen. Gewoon de natuur z’n gang laten gaan, volgens anderen. Of misschien denk jij aan ‘zelfvoorzienend leven’? Permacultuur is een heel ruim begrip. Een groeiend aantal mensen binnen die beweging vindt dat het zelfs gaat om een visie die ingrijpt op elk facet van je leven. Tekst: Esmeralda Borgo Foto’s: Esmeralda Borgo (boven) Debra Solomon (rechts) 14

Frontaal //

winter 2014

Recht uit Australië

Permacultuur ontstond in de jaren 70 van de vorige eeuw in de Australische deelstaat Tasmanië als een ontwerpsysteem. De term is afgeleid van het Engelstalige woord permaculture en is de afkorting van ‘permanent (agri) culture’ of permanente (agri)cultuur. De Australische onderzoekers Bill Mollison en David Holmgren hebben deze duurzame manier van leven en produceren bekend gemaakt door een theoretisch kader met basisprincipes uit te werken. De natuur als systeem is de belangrijkste inspiratiebron. Een natuurlijk systeem bestaat uit verschillende onderdelen en uit een heleboel interacties daartussen. Permacultuur, of het nu betrekking heeft op tuinieren, huisvesting, economische systemen, of wat dan ook, vertrekt daarom altijd vanuit een ontwerp met verschillende onderdelen en interacties daartussen. In onze maatschappij zijn we dat niet gewend en zoeken we meestal oplossingen voor elk apart probleem. Door de

context uit het oog te verliezen, creëren die aparte oplossingen vaak weer nieuwe problemen. We zien dit bijvoorbeeld gebeuren met het gebruikelijke landbouwsysteem: zijn er problemen met een schadelijk insect, dan wordt er enkel chemisch opgetreden tegen die soort.

Ecosystemen ontwerpen

Door een systeem te ontwerpen ga je ook aandacht besteden aan alle interacties. Zo kan je alles als één samenhangend geheel bekijken. De ecologische wetmatigheden die gelden voor een natuurlijk systeem vormen de basis voor het ontwerp van een ‘nieuw’ ecosysteem dat als geheel leidt tot opbrengsten voor de mens, zoals voedsel. Een volwassen permacultuurtuin is ecologisch evenwichtig en bestaat zowel uit voor de mens eetbare (of rechtstreeks bruikbare) als niet-eetbare biodiversiteit. Daarbij investeer je veel in humusopbouw: de continue opbouw van een gezonde en levende bodem.


// Een deel van je opbrengst geef je terug aan het ecologische systeem om het evenwicht te behouden. . // Dat doe je door het organische stofgehalte ervan op te drijven door gebruik te maken van compost en mulch, het afdekken van de bodem met plantenresten, stro, houtsnippers,... Hierdoor gaat de bodemvruchtbaarheid exponentieel verbeteren. Een permatuinier investeert ook in productie die noodzakelijk is voor het in stand houden van een evenwichtig ecosysteem. Een deel van je opbrengst geef je terug aan het ecologische systeem om het evenwicht te behouden. Je laat bijvoorbeeld beetje bladluizen toe om lieveheersbeestjes aan te trekken. Die zijn immers ook nuttig om aaltjes en slakken in toom te houden. Sommige soorten onkruid laat een permatunier ook staan, omdat die bijvoorbeeld goede. mineraalaccumulatoren zijn. Dat zijn plantensoorten die voedingsstoffen uit de diepere lagen van de bodem halen en daarom uitstekende mulch zijn. Permatuiniers zijn er zich van bewust dat bestrijdingsmiddelen gelijk is aan dweilen met de kraan open. Dat geldt trouwens ook voor natuurlijke gewasbeschermingsmiddelen uit de handel of zelf gebrouwde aftreksels. Het systeem dreigt dan uit evenwicht te geraken en het duurt weer langer om tot een ecologisch evenwicht te komen. In een permacultuurtuin zal je combinaties van planten zien. Als je planten door elkaar zet, hebben plaaginsecten het veel moeilijker om zich te verspreiden en zal je ziektes beter in toom kun-

nen houden. De tuiniers maken vaak gebruik van verschillende begroeiingslagen: wortelgewassen, klimplanten, kruidlaag, struiklaag, lage en hoge bomen. Je vindt er meerjarige planten en uitzaaiende soorten in plaats van alleen maar éénjarige gewassen die je elk jaar opnieuw moet zaaien.

Lokaal

Het sluiten van lokale kringlopen is essentieel. Permacultuur richt zich bijgevolg op productie voor gezinnen en lokale gebieden. Dat is een trendbreuk met de grote transportafstanden en

// Sluiten van kringlopen is essentieel. . //

Permacultuur in Vlaanderen

In Vlaanderen is permacultuur nog niet erg bekend. Sinds 2014 is er het Vlaamse Permacultuur Netwerk, een losse samenwerking tussen mensen die op één of andere manier actief zijn rond permacultuur. Ze werken onder andere samen rond de website www.permacultuur.be, waar je informatie vindt over permacultuur, de Vlaamse projecten die al bestaan en allerlei gerelateerde activiteiten. Niet ver van Gent bevindt zich Het Voedselbos (Nokere, www. voedselbos.be), dat openstaat voor heel wat activiteiten, vaak gratis. Dichter bij Gent ligt Far Field (www.farfield. be), een recent opgestart project in Nevele, dat ook regelmatig workshops organiseert. En ook in Gent is er een informele groep die regelmatig bijeenkomt om informatie uit te wisselen en in elkaars tuin te werken.

Meer info niet-seizoensgebonden consumptie die momenteel gangbaar zijn. Daarom is het ook een manier van leven, die streeft naar verweving met het omringende sociale weefsel. Een optimaal permacultuurproject creëert veerkracht, zowel in het omgevende ecosysteem als in de lokale gemeenschap. Het is dan ook logisch dat permacultuur ook opgevist is door transitiebewegingen in binnen- en buitenland.

Gent: https://www.facebook.com/ groups/1407736932785739/ http://eeuwigemoes.be

15


Lerend fietsen Fietsles voor volwassenen

Bijna iedereen in Gent doet het: fietsen! Het is één van de beste manieren om je op een snelle en toffe manier te verplaatsen in de stad. Maar wat als je nooit leerde hoe je moet fietsen, bijvoorbeeld als je niet in België opgegroeid bent? Geen nood! Hubert De Wilde geeft fietsles, op maat voor volwassenen. Tekst en foto’s: Eva de Haan

Dag Hubert! Wie ben jij precies?

Als gepensioneerd spoorwegbediende ben ik al enkele jaren gepassioneerd bezig met het geven van fietsles aan volwassenen. Dat was een vraag van het Sportnetwerk Gent Noord. Ondertussen is dit uitgegroeid tot een samenwerking met de Sportdienst van Stad Gent. 16

Frontaal //

winter 2014

Voor wie zijn de fietslessen juist bedoeld?

Er komen verschillende soorten mensen naar de lessen. De eerste groep is die van de ‘nieuwe Gentenaars’. Die zijn hier beland en kunnen om de één of andere reden niet fietsen. De tweede groep bestaat uit mensen die een traumatische ervaring hebben gehad en opnieuw willen leren fietsen. De

derde groep is vooral samengesteld uit ‘economische fietsers’, die bijvoorbeeld uit gezinnen komen die willen besparen. De mensen in de vierde groep krijgen een duwtje van hun kinderen: zij zijn hier al lang geleden komen wonen, maar besluiten nu pas om te leren fietsen. De aanmelding kan via het buurtnetwerk. Mensen worden ook aangemeld door Kompas, een


Naam: Hu bert De W ilde Beroep: G epensione erd Vrije tijd: g eeft fietsle s aan volw ass

enen

organisatie die zich met integratie bezig houdt. Leren fietsen kan bijdragen om te integreren in de Gentse samenleving.

Hoe verlopen de lessen bij jullie?

Eerst doen we alles te voet. We leren de fiets met de hand manoeuvreren. Verder geven we ook informatie over praktische dingen, bijvoorbeeld over de meest geschikte kledij. Loszittende kledij of lange rokken raden we af. Daarna werken we aan de startsnelheid en het evenwicht. Die twee gaan snel in elkaar over. Er zijn allerlei oefeningen om behendigheid te leren. Na een paar maanden ondervond ik echter dat dit voor sommige mensen ook niet gemakkelijk is. Ik heb cursisten gehad die er niet in slaagden om af te trappen en hun fiets niet over het dode punt heen kregen. Dat zijn allemaal automatische reflexen voor ervaren fietsers, maar niet zo vanzelfsprekend om aan te leren. Na de basistechnieken krijgen de cursisten les over moeilijkere zoals rechtdoor leren fietsen, over de schouder kijken, hellingen nemen, versnellingen schakelen, remmen… Dat is een hele reeks oefeningen en een cursist pikt dat vroeger of later op. De één kan na de eerste les al een meter fietsen, bij de ander duurt dat drie lessen lang. Ik probeer ook altijd zo praktijkgericht

mogelijk te werken. Zo oefenen we bijvoorbeeld regelmatig in het park. In elk geval komt staat veiligheid altijd voorop. Als je jezelf niet veilig voelt, bijvoorbeeld in het drukke verkeer op de Korenmarkt, kan een stukje stappen geen kwaad. Eigen ruimte op de weg opeisen, maar tegelijk ook veilig zijn: daar moet je een goede balans in leren zoeken. Mensen die pas als volwassene leren fietsen, zullen meestal niet de meest assertieve weggebruikers zijn. Leren fietsen is heel complex. Je kunt dat niet vergelijken met kinderen leren fietsen. Je hebt mensen van 23 en mensen van 45. Er zijn ook cursisten die het fysiek moeilijker hebben, denk bijvoorbeeld aan een hernia. Voor hen is dat een bijkomende hindernis om vlot te leren fietsen.

Is het moeilijk voor de cursisten om te leren fietsen in de stad?

De meeste cursisten leren technisch goed fietsen. Maar pas als we samen fietsen in de stad zien we waar de zwaktes van de infrastructuur zitten. Ik ken bijvoorbeeld iemand die perfect kan fietsen en het toch niet doet omdat ze bang is om de Dampoort te passeren. Dat is denk ik toch een belangrijk punt voor beleidsmakers. Er moet gewoon een veilige infrastructuur zijn. Het is soms moeilijk om de weg

met voetgangers te delen. Een keer bellen wordt door voetgangers soms al gezien als een daad van agressie. Dat is ook iets waar verbetering mogelijk is: voetgangers en fietsers zouden zoveel mogelijk een eigen plaats moeten krijgen. Ook het gedrag van de andere weggebruikers maakt sommige cursisten te angstig om te fietsen in de stad. Automobilisten passeren rakelings langs de fietsers. Een cursist haakt daardoor af. Ik zou aan de automobilisten willen vragen om een beetje meer geduld en ruimte, dat is een win-win situatie voor iedereen.

Waarom is leren fietsen zo belangrijk?

Minder auto’s en meer fietsers maken leven in de stad veel aangenamer. Voor de cursisten zelf betekent het dat ze veel onafhankelijker zijn. Zo werk je overigens automatisch aan je gezondheid.

Bedankt, Hubert! Zelf leren fietsen? Neem contact op met de Sportdienst: Huis van de Sport, Zuiderlaan 13, 9000 Gent Tel.: 09 266 80 00, telefonisch bereikbaar van ma tot za van 8 tot 19 uur. E-mail: sportdienst@gent.be 17


Nieuwe en bestaande boeren werken samen Forum Werkgroep Stadslandbouw brengt boeren samen

Een volle theaterzaal in de Vooruit volgde op 5 november 2014 het forum van de werkgroep stadslandbouw over samenwerking tussen nieuwe en bestaande boeren. Steeds meer mensen die niet uit een landbouwgezin komen, voelen zich geroepen om als boer bij te dragen aan meer lokale voeding. Het enige wat ze nodig hebben is een kleine twee hectare grond. Maar een augiasstal uitmesten is iets van niets in vergelijking met het vinden van landbouwgrond in en rond Gent. Tekst: Pieterjan Vandenbussche Foto: Wijveld

18

Frontaal //

winter 2014

J

en Nold had ook een goed plan, maar geen grond. De hemel klaarde op toen Jan Vanhumbeeck haar drie jaar geleden contacteerde. Hij is varkensboer, akkerbouwer en eigenaar van 50 hectare grond in Bierbeek. Ze sloten een pachtovereenkomst voor 1,25 hectare landbouwgrond. Jen verwezenlijkte haar droom: ze stampte met noeste arbeid een zelf-oogst- groenten- en fruitbedrijf uit de grond. In het CSA-bedrijf (Community Supported Agriculture) van Jen hebben 260 mensen een oogstaandeel; in ruil kunnen zij wekelijks komen oogsten. Elke zelfplukker betaalt 250 euro aan het begin van een oogstjaar, niet wetend wat de oogst brengen zal: de boer en de zelfplukker dragen samen de gevolgen van droge zomers en harde winters. Boer Jan kan moeilijk wegsteken dat hij een beetje jaloers is op dit systeem: “Klassieke landbouwers weten vaak niet wat ze voor hun graan zullen krijgen, wanneer het al meer dan een jaar bij de groothandelaar ligt”. De mensen komen langs met de fiets of de auto om te plukken. Met al dat volk dat over de vloer komt, ontstaat een nieuwe sociale dynamiek. Op het veld geven vlaggen aan wat oogstklaar is. De beschikbare groenten zijn seizoensgebonden. “Het is geen winkel”, stipt

Jen aan, “je kan niet op elk ogenblik van het jaar een broccoli komen halen”. Vele jonge gezinnen willen hun kinderen leren dat de groenten en aardappelen niet zomaar in de rekken van de supermarkt belanden. De zelfplukkers zijn milieubewuste mensen die gezonde groenten boven alles verkiezen. Zelfs met een prei in de hand die overduidelijk nog een groeischeut moet krijgen, keert de zelfplukker tevreden huiswaarts. “Dit is ondenkbaar in de groothandel waar elke prei aan strikte eisen van grootte en dikte moet voldoen”, vertelt Jan.

Samenwerken

Op zoek naar grond blijven de nieuwe boeren meestal met hun laarzen vastzitten in de modder. Door de torenhoge marktprijzen – vooral rond Gent – kunnen ze die niet kopen. De klassieke boeren hechten een belangrijke emotionele waarde aan grond en betalen soms tot driemaal de marktprijs voor hun begeerde goedje. En als een stuk grond vrij komt, doet de geruchtenmolen snel zijn werk binnen de hechte boerengemeenschap. Maar Jen klaagt niet. Ze pacht 1,25 hectare land tegen de officiële seizoenpachtprijs en ontvangt alle voordelen van een (duurdere) ‘echte’ pacht: ze mag bijkomend


// “Ga jij nu weeral sproeien?”, jent bioboer Jen. “En jij, ga je weeral op je knieen naar onkruid en beestjes zoeken?”, prikt klassieke boer Jan terug. // gebruik maken van de grote tractor en het landbouwmateriaal van Jan. Uitbreiden zit er niet in want biologische groententeelt is arbeidsintensief. Wanneer ze op weg naar haar eigen perceel Jan ziet stappen in de richting van zijn sproeilokaal, sneert ze: “Ga jij weeral sproeien?” Waarop Jan haar met de glimlacht countert: “En jij, ga jij weeral op je knieën naar onkruid en beestjes zoeken?” De samenwerking lukt wonderwel. Jen en Jan voelen elkaar goed aan. “Boeren zijn nochtans geen gemakkelijke mensen”, poneert Jan. “Ik weet dat ik hem tussen 12 uur en 14 uur niet uit de zetel moet halen”, lacht Jen terug. Wederzijds begrip tussen de nieuwe en klassieke boer smeedt een sterke band. Zo was Jen ontroerd toen een gangbare boer enkele dagen wachtte met sproeien tot de wind niet meer in de richting van haar perceel waaide, ook al was dit misschien minder gunstig voor hem.

Samenbrengen

En waarom werd dit forum gehouden? Om bestaande en nieuwe boeren samen te brengen natuurlijk! Mauri volgt de landwijzeropleiding van biologische landbouw en is op zoek naar iemand

om een CSA-bedrijf op te starten. Jos zijn grote droom is om landbouw te combineren met natuur en recreatie. Diego is op zoek naar een stuk grond in de buurt van Gent. Het plan van een buurtbewoonster bij het Begijnhof is om de daar gelegen grasperken om te vormen tot moestuinen. Fieke is vurig op zoek naar grond om een ecologisch zorgboerderij project op te zetten om samen te tuinieren met mentaal gehandicapte tieners, jongeren met leerstoornissen en jongeren die uit een problematische opvoedingssituatie komen. Nathalie en Willy lichtten het plan van de Vooruit toe om de menukaart te ‘lokaliseren’. Daniël Vandevoorde, een bio-boer uit Sint-Denijs-Westrem, zal met zijn stagiaire een zelf-oogstbio-bedrijf laten ontkiemen op zijn landbouwgrond. Tine van het vegetarisch-biologisch restaurant Avalon zit soms met de handen in het haar omdat het niet gemakkelijk is om steeds lokale producten te vinden. Gelet op het bovenstaande is het dus vreemd dat er niet meer samenwerkingen bestaan zoals het succesverhaal van Jen en Jan. Het is een win-win situatie, zowel voor de klassieke boer als voor de nieuwe boer. Misschien zijn de klassieke boeren zich nog niet

volledig bewust van deze manier van samenwerken? Dat zou jammer zijn, want het forum wierp direct vruchten af. Gegrepen door het verhaal van Jen en Jan, vonden een boer uit Afsnee en een nieuwe boer elkaar die avond. Alles is nog zeer embryonaal, maar een nieuw succesverhaal, dit keer aan de rand van Gent, is misschien in de maak!

Werkgroep Stadslandbouw

De Gentse werkgroep Stadslandbouw stuurt de transitie naar stadslandbouw in en rond Gent mee aan. Ze houden maandelijks een forum in de Vooruit. Vorige thema’s zijn: de eetbare stad, duurzame maaltijden op school, koop een aandeel in een CSA-bedrijf, ... Ga ook eens langs en bezoek gauw de website: http://stadslandbouwgent. wordpress.com/.

19


2 - As Papegaaistraat Kouter - Brabantdam

Knip de straat Om te ontsnappen aan de wurggreep van het autoverkeer

Het Gents MilieuFront (GMF) lanceerde op 9 oktober een eenvoudige oplossing om het verkeersinfarct met de bijhorende luchtvervuiling en files te verlichten: het knippen van de straat. GMF-woordvoerder Steven Geirnaert: “Bij verkeerstechnische ingegrepen denk je al snel aan langdurige wegenwerken, peperdure studiebureaus en massa’s hinder voor de omwonenden. Toch hoeft dit niet altijd zo te zijn: het knippen van een aantal straten met paaltjes kan snel en goedkoop gebeuren. Een geknipte straat heeft een onmiddellijk en groot sturend effect op de verkeersstromen.” Tekst: Steven Geinaert Foto’s: Lieven Symons

I

n de geknipte straten in de stad kan het autoverkeer niet meer door, de straat is er enkel nog voor openbaar vervoer, fietsers en voetgangers. “Met deze ingrepen vermijd je al een groot deel van het doorgaand verkeer in de binnenstad. Dat verkeer zorgt in de smalle en bochtige straten van het centrum enkel voor overlast”, aldus Geirnaert. Geknipte straten kunnen er

20

Frontaal //

winter 2014

ook voor zorgen dat doorgaand verkeer niet via sluipwegen probeert om andere routes te zoeken om zo verkeerslichten of drukke punten te vermijden.

Rustige, veilige straten met minder luchtvervuiling Door straten te knippen kan je woonwijken in heel Gent autoluw maken. Geirnaert: “In buurten met minder auto-

verkeer kunnen kinderen weer op straat spelen en komen buren terug buiten om een praatje te maken. Straten knippen is dus niet enkel een goede zaak voor de luchtkwaliteit, maar versterkt ook de sociale structuren in de omgeving”. Straten knippen zorgt voor aangenamere buurten en heeft een positieve invloed op de volledige binnenstad. Daardoor ontstaat er automatisch ook een beter winkelklimaat en dat stimuleert de lokale economie. Door de assen Brabantdam-Papegaaistraat, Oudburg-Kraanlei en de Walpoortstraat te knippen wordt het winkelwandelgebied fors groter. In Gent (en andere steden) zijn er heel wat zogenaamde street canyons. Dat zijn straten met aan beide zijden gesloten bebouwing waartussen de luchtvervuiling als het ware blijft hangen. Door minder verkeer in deze straten te laten rijden verbetert de luchtkwaliteit sterk.

Openbaar vervoer

GMF vindt niet dat je door het knippen van straten ook het openbaar vervoer moet omleiden. Trams en bussen zijn onderdeel van een duurzame stedelijke mobiliteit. “Door ze vlotter en sneller


3 - As Kraanlei - Oudburg

te laten rijden worden ze vanzelf een aantrekkelijker alternatief voor autoverplaatsingen. Nu staat het openbaar vervoer vaak gewoon mee in de file, dus waarom zou iemand zijn comfortabele ‘cockpit’ verlaten?”, meent Geirnaert. Trams en bussen moeten dus kunnen rijden in geknipte straten. Dat kan bijvoorbeeld met wegzakkende paaltjes die enkel reageren op voertuigen van De Lijn, stadsdiensten of leveranciers met een vergunning. We willen ook duidelijk ‘bereikbaarheid’ centraal blijven stellen; elk adres in Gent moet bereikbaar zijn voor laden en lossen via tenminste één route. Anders zorgt het knippen van straten toch weer voor sluipverkeer en overlast in andere straten.

Suggestie? Mail naar info@gentsmilieufront.be

10 straten om te knippen

1

As Keizer Karelstraat - Sint Jacobsnieuwstraat

2

As Papegaaistraat - Kouter - Brabantdam

3 4

As Kraanlei - Oudburg

5

As Baudelokaai

Dit is een beruchte street canyon met hoge piekwaarden voor fijn stof. Het doorgaand verkeer dat niet in de stad moet zijn kan net zo goed de R40 kan nemen.

Op deze as is er veel doorgaand verkeer dat beter langs de R40 kan rijden. Het autoverkeer zorgt voor belangrijke doorstromingsproblemen voor de tramverkeer. Bovendien wordt door het knippen van deze as het winkelwandelgebied groter.

Oudburg en Kraanlei behoren tot de kernstad en historische stad. Er zijn hier geen parkeermogelijkheden. Door het knipper van de straat realiseer je een uitbreiding van het voetgangersgebied.

As Lousbergskaai - Voorhoutkaai - Pauwbrug

Dit is een belangrijke as voor sluipverkeer die het Dampoortkruispunt willen ontwijken, ten koste van de vele woonwijken die het doorkruist. Het knippen van die as stuurt doorgaand verkeer naar de R40.

Het knippen van de Baudelokaai betekent zorgt voor vervolg van een veilige fietsroute vanuit Gentbrugge en Visserij naar het noorden van de stad. Op die manier kan het Baudelopark verbonden worden met het water, wat een aanzienlijke meerwaarde voor het park betekent. 21


10 - As Forelstraat Toekomststraat

6 7 8 9 10

As Walpoortstraat

In deze straat is er heel druk voetgangersverkeer, onder andere van de bezoekers van de vele horecagelegenheden. Door het knippen komt er ter hoogte van de Minardschouwburg een nieuw autovrij pleintje, wat zeker ook een meerwaarde kan betekenen voor de toekomstige bib aan de Waalse Krook.

As Coupure Links - Bijlokevest - Bijlokestraat

Deze beide assen krijgen vandaag ook veel doorgaand verkeer te verwerken dat de R40 vermijdt. Een oplossing voor beide richtingen kan zijn om de eerste 50 meter van de Bijlokestraat (tussen Bijlokevest en Coupure Links) autovrij te maken.

As Ekkergemstraat - Coupure Links

Op deze as zit veel sluipverkeer dat de Nieuwe Wandeling wil vermijden. Een knip op bijvoorbeeld het kruispunt Ekkergemstraat - Coupure links zou zowel de Oost-West fietsas als de fietsas langs de Coupure veiliger maken

As Franse Vaart

Hier is veel sluipverkeer dat de R40 wil vermijden. Het is tevens een belangrijke ontsluitingsweg voor fietsers van en naar Ledeberg.

As Forelstraat - Toekomststraat

Hier is erg veel sluipverkeer dat de Dampoort wil vermijden, dwars door een dicht bevolkte woonwijk.

biodynamische groenten recht van bij de boer op je bord! neem nu een proefabonnement www.dewassendemaan.be 22

Frontaal //

winter 2014


_______________________________________________________

BIOLOGISCHE VEGETARISCHE KEUKEN

UW­ECOLOGISCHE BOUWHANDEL Onderdakplaten­­•­Dampschermen­•­Warmte­isolatie­• Geluidsisolatie­­•­Gipsvezelplaten­­•­Leempleister­­• FSC­Hout­•­Bamboeparket­•­Ecologische­lijmen Natuurverven­•­Leemverf­&­leemfinish­•­Kalkverven­&­kalei­•­ Kalkpleisters­•­Tadelakt­•­Silicaatverven­•­Oliën­&­zepen­voor­ hout­•­Ecologische­behandeling­tegen­houtworm­•­Boenwassen

Vijverwegel 66 • 9090 Melle • T +32 (0)9 272 82 92 info@ecostore.be • www.ecostore.be OPENINGSUREN: MA: van 08u tot 12u (enkel afhalingen aannemers) & van 13u tot 18u DI tem VR: van 08u tot 12u & van 13u tot 18u • ZA: van 09u tot 13u

ak_AD_10,5x14,85cm.indd 1

restaurant dagelijks 12-21u

zondag tot 15u dagschotel 12-14u30 18-20u30 meeneem en levering 09 242 87 50 lekkergec@yahoo.com

K.M. HENDRIKAPLEIN 6 GENT LEKKERGEC.BE

16/01/13 08:39

www.eurabo.be

***

2012 bio-ecologische bouwpartner

www.eurabo.be - info@eurabo.be - tel +32 (0)55 23 51 40


Twee auto’s, een brompton en Een gesprek met Peter Dedecker

Ik ontmoet Peter samen met zijn vriendin Lynn voor het eerst op de Ledebergse markt, waar ik met buurman Bert geniet van een frisse pint in het zonnetje. Fier als een gieter toont hij dochter Mona, die rustig vanuit de fietskar geniet van het drukke gedoe. Ik ervaar de Peter als een sociaal iemand. Hij lacht graag, is levenslustig en hij blijft immer rationeel. Een paar weken later nodig ik hem uit voor dit interview. ‘Graag!’ luidt het, ‘want ik ben lid van het GMF en fervent Gents fietser!‘ Een aantal dagen later zit ik bij hem in de tuin met een frisse Blonde Ename voor mijn neus: ‘uit de Zwalmstreek, mijn geboortestreek’. Tekst en foto: Eva De Meyst

24

Frontaal //

winter 2014

In ‘t groen

We wonen hier schoon in ’t groen, maar we zijn ingesloten door drie autostrades. Het zou wel onnozel zijn om nu een actiecomité op te richten tegen die autostrades, want die lagen hier al (lacht). En er is een park vlakbij waar ik met dochterlief kan gaan wandelen en later ook spelen op deze coole nieuwe toestellen. Ik woon op fietsafstand van het centrum en op tien minuten sta ik met de fiets aan het station. Onze tuin grenst langs achter aan de Coca Cola-fabriek. Die is goed beveiligd met camera’s. Efficiënt voor onze buren ook. Een aantal weken geleden werd er ingebroken bij de buren. Helaas, de potentiële inbreker is niet gevat toen. Maar er is nu wel een mooie, beveiligde, groene buffer rond de fabriek ter comfort van de buurtbewoners. Heel tof. Zo hoort het en krijg je goede relaties en een harmonieus samenleven.

Wat mij geen bal interesseert

Dit had ik vroeger ook nooit gedacht, twee auto’s voor de deur. Maar wat doe je als je ’s avonds vanuit Zwalm wil terugkeren? Cambio kwam niet goedkoper uit voor ons. En nu Mona bij ons is, zit de koffer altijd vol babyattributen en hebben we de oude kleine auto vervangen door een iets groter, nieuw, maar zuinig exemplaar. We kozen bewust voor naft, want in het centrum van Gent rondrijden met diesel is waanzin. Sowieso is rijden met de auto in centrum Gent een hel en ik doe dat zo goed als nooit. Toen ik op

de Kouter moest zijn om mijn boek te promoten, heb ik een uur staan blinken op de Drongensesteenweg. Als ik dan toch een zeldzame keer met de auto het centrum in moet, bedenk ik mij telkens opnieuw: “Nooit meer!”. Ik rijd trouwens echt niet graag met de auto. Omdat je je moet bezighouden met iets wat je geen bal interesseert: de auto voor jou! En als je de baan voor jou alleen zou hebben, dan plaatsen ze van die onnozele borden om je snelheid te beperken tot zeventig kilometer per uur! Geef mij dan maar de trein om te pendelen naar Brussel: dan kan ik onderweg werken of de krant lezen, wat voor een politicus gedeeltelijk hetzelfde is.

Dik gesjost

Ik kocht een plooifiets, mijn beste aankoop ooit! Het is mijn tweede al... mijn eerste Brompton is gepikt in de bewaakte fietsenstalling van de stad onder de Sint-Michielshelling, tijdens de Gentse Feesten, voor de ogen van twee bewakers. Die stalling was pas geopend en de camera’s waren nog niet operationeel. Die bewakers worden bovendien betaald met ons belastinggeld! Wat staan die mannen daar dan te doen? En heeft die bewakingsfirma geen verzekering dan? De Gentenaar wordt in het lang en het breed aangemoedigd om met de fiets naar de Fieste te komen. En dan toch…je mag daar dus geen vertrouwen in hebben, want anders ben je achteraf dik gesjost. Ik heb dan maar een nieuwe gekocht, want ik gebruik hem elke dag op weg naar het parlement in Brussel. Behalve tijdens


, n fietskar de onderhandelingen, want dan weet je nooit wanneer je thuis zal zijn. Of wanneer ik gans het land heb rondgereden om overal mijn boek voor te stellen. Dat gaat niet met de trein omdat ik dan ’s avonds niet meer thuis geraak. Vandaar ook die tweede auto: ik kan Lynn toch geen huisarrest geven terwijl ik zoveel weg ben?

Nieuw mobiliteitsplan

Als je ziet hoe de handelszaken opnieuw opleven in het Gentse voetgangersgebied na de eerste invoering van de voetgangerszone, kan ik een uitbreiding enkel maar toejuichen. Sas Van Rouveroij heeft indertijd gedurfde keuzes gemaakt en zijn eigen achterban weten te overtuigen. Dat is de kracht van een goede politicus. Eerst was er veel protest van de Gentse middenstand, maar die heeft achteraf ingezien dat het ook voor hen een goede zaak is. Ik herinner me camions in de Donkersteeg, dat kun je je nu toch niet meer voorstellen? Of met de auto op de Korenmarkt rijden, daar denkt toch niemand meer aan? Op een verdwaalde toerist of een Edmond Cocquyt Jr. na. Ook publiekstrekkers als Mediamarkt en Albert Heijn in het centrum zijn nodig. Wat koop je trouwens in de Mediamarkt? Cd’s, dvd’s? Een bruudruuster? (Hierna volgt een nostalgisch intermezzo over de revival van vinyl en cassettes - nvdr). Alles wat je dus onder je arm mee naar huis kan nemen, zoals in de Fnac. Een grote ijskast komen ze toch aan huis leveren.

Peter wie? Peter Dedecker (°1983) bleef na zijn studies ingenieur plakken in Gent. Hij is sinds 2010 volksvertegenwoordiger in de Kamer voor de Nieuw-Vlaamse Alliantie (N-VA). Hij kreeg vooral bekendheid toen hij in februari 2013 uitpakte met een persconferentie waarin hij het ACW beschuldigde van fiscale fraude, misbruik van vennootschapsgoederen en belangenvermenging in de Dexia-affaire, onder meer met de omstreden winstbewijzen die de arbeidersbeweging bezat in de genationaliseerde bank Belfius. Hij schreef daar een boek over: Een zuil van zelfbediening. ACW. Arco & Dexia

25


Ecosysteemdiensten: een perfect huwelijk van ecologie en economie? Bossen, oceanen, moerassen, ....verlenen diensten waarvan mensen profiteren

Veel beleidsdocumenten over natuurbescherming zwaaien tegenwoordig met de term ecosysteemdiensten. Ze worden naar voren geschoven als het perfecte huwelijk van ecologie en economie. Maar zijn ze dat wel? En wat kunnen we ermee aanvangen in Gent? Tekst: Pieter Van den Brande Foto: Gert Arijs

D

e basisgedachte is simpel: ecosystemen, zoals bossen, oceanen, moerassen, enzovoort, verlenen diensten waarvan mensen profiteren. Zo halen we bijvoorbeeld hout en wild uit bossen en vis uit de zee. Maar doordat beboste heuvels meer water vasthouden dan kale rotsen, zorgen ze ook voor minder overstromingen stroomafwaarts. Bovendien zuiveren ze de lucht, zijn ze aangenaam om in te wandelen en hebben ze een afkoelend effect in tijden van klimaatverandering. Dit zijn allemaal diensten die het bosecosysteem levert aan mensen in de buurt. Veel ecosysteemdiensten zijn gratis. Dat is fijn, maar het zorgt ook voor problemen. Doordat bepaalde diensten niet economisch gewaardeerd zijn en andere wel, dreigt voor veel ecosystemen uitbuiting. Dat is bijvoorbeeld de

26

Frontaal //

winter 2014

reden waarom niet duurzaam beheerde bossen elke veertig jaar volledig gekapt worden: enkel het hout heeft een economische waarde. Milieueconomen stellen echter dat alle diensten die ecosystemen verrichten een monetaire waarde zouden moeten krijgen. In economische termen spreekt men dan over het internaliseren van de milieukosten. Een bekend voorbeeld is dat van de mangrovewouden in Zuidoost-Azië. Door de belangrijkste ecosysteemdiensten van mangroves in kaart te brengen, berekenden wetenschappers dat een hectare mangrovewoud jaarlijks 12.392 dollar opbrengt voor de maatschappij, voornamelijk als buffer tegen tsunami’s en als paaiplaats voor vissen. Wanneer het woud omgezet wordt naar een garnaalkwekerij, kost dat de samenleving jaarlijks 1.540 dollar per hectare (publieke kosten + private opbrengsten).

Het huwelijk

Bossen behouden dus, want dat brengt meer op! Of is het zo eenvoudig niet? Er is nogal wat commentaar op het economisch waarderen van ecosystemen. Ten eerste zijn sommige dingen – de zon die door de mist priemt wanneer je ’s ochtends langs de Schelde rijdt, de instandhouding van de stikstofcyclus, het feit dat er in de Bourgoyen ijsvogels zitten, om er maar enkele te noemen – nu eenmaal niet in geld uit te drukken. Economen hebben daar gelukkig trucjes voor. Ze vragen bijvoorbeeld aan mensen hoeveel ze zouden willen betalen om een bepaald gebied te behouden. Het gemiddelde daarvan, ook wel de betalingsbereidheid genoemd, vormt dan een indicator voor de esthetische waarde van een natuurgebied. Eén van de problemen hiermee is echter dat deze berekeningen vrij arbitrair zijn en erg variabel van persoon tot persoon. Sommige ondervraagden antwoorden ook dat ze helemaal geen prijs willen betalen en dat het gebied er gewoon moet blijven. Je kan je inderdaad afvragen hoe wenselijk het is om natuur in geld uit te drukken. Dat brengt immers sociale problemen met zich mee: wie meer geld heeft, heeft dan meer recht op natuur. En dan zijn we nog niet eens begonnen over het verschil tussen


private en publieke opbrengsten. Bovendien wil het niet zeggen dat, eens de waarde van een ecosysteem bepaald is, er ook effectief iemand voor betaalt. Vaak gaat het om het vermijden van kosten die elders in de economie zouden voorvallen wanneer het betreffende ecosysteem er niet zou zijn, bijvoorbeeld omdat er geen dijken gebouwd moeten worden, wanneer er water in een moerasgebied wordt opgeslagen. Het is als het ware geld dat niet uitgegeven wordt. Er vallen met andere woorden nog wel wat relatieproblemen op te lossen. Wanneer je echter abstractie maakt van deze bezwaren, zijn ecosysteemdiensten best een krachtig concept. Een groot voordeel is dat je het hele ecosysteem bekijkt, en niet enkel een bepaalde charismatische soort – zoals vroeger vaak het geval was bij natuurbescherming. Verder is het een serieuze eyeopener om te weten dat ecosystemen over de hele aarde jaarlijks minstens evenveel economische waarde creëren als de rest van de wereldeconomie.

Economische waarde die vaak zonder blikken of blozen vernietigd wordt. Maar het concept kan ook in concrete gevallen gebruikt worden om beleidsbeslissingen te nemen, zoals hieronder beschreven.

Ecosysteemdiensten in Gent

Stel dat een overheidsinstantie moet beslissen wat het optimale landgebruik is voor een stuk nat grasland langs de Leie. Ze kan het inkleuren als industriezone, als bouwgrond, als landbouwgrond of als natuurgebied. Op basis van de huidige markt, wordt de grond allicht het meeste waard in de eerste twee gevallen. Wanneer je echter de ecosysteemdiensten gaat berekenen, blijkt natuurgebied heel wat meer op te brengen: doordat het kan overstromen, houdt het water vast dat anders stroomafwaarts schade zou aanrichten in woonwijken. Daarenboven heeft het een positief effect op klimaatverandering omdat in de bodem koolstof opgeslagen wordt. Stadsbewoners komen er

wandelen, waardoor ze minder stress hebben en dus minder ziektekosten, en honingbijen vinden er hun dagelijkse kost. De kans is groot dat aan het einde van de rit blijkt dat een moerasspirearuigte per vierkante meter meer waard is als natuur dan als bouwgrond. Het bovenstaande mag voor natuurliefhebbers, die de natuur hoe dan ook naar waarde weten te schatten, weinig verbazingwekkend zijn. Voor de economie heeft het wel gigantische gevolgen. Stel je voor dat grond meer waard wordt wanneer er een bos of grasland op staat dan wanneer hij bebouwd wordt! Het zou alleszins heel wat betekenen voor de bescherming van onze bestaande natuur. Maar ook het aanleggen van nieuwe natuurgebieden wordt dan een interessante investering. En dat allemaal door eenvoudigweg de kosten te internaliseren die nu gedragen worden door de natuur en toekomstige generaties. Hoe dat praktisch aangepakt moet worden, is natuurlijk een andere vraag.

27


Gent binnenfietsen zonder auto’s aan je zij? Trage wegen! Ontdek de trage wegen in de wijk Ottergemse Dries

We tekenen het jaar 2013. In onze wijk Ottergemse Dries vlakbij het Universitair Ziekenhuis, ontdekken we samen met onze buren enkele oude wegen in onze wijk waarvan het merendeel niet meer zomaar toegankelijk is. Als we aan de stadsdiensten vragen of zij die wegen kennen, is het antwoord negatief. De wegen staan nergens neergeschreven. Na wat onderzoek en het bevragen van vele tientallen mensen die deze oude wegen wél nog gekend hebben, wordt duidelijk dat de “wegelingskes”, want zo worden die kleine voetwegen hier genoemd, volwaardige openbare wegen voor voetgangers en fietsers zijn. Tekst: Hannes De Zutter

Koning auto

Het is voor ons het startsein om eens te gaan zien wat deze wegelingen vandaag nog kunnen betekenen. En het antwoord is even kort als eenvoudig: veel. Bijzonder veel. Onze stad is doorheen de tijd uitgegroeid tot een stad waar de auto koning is. Elke weg is zowat berijdbaar door auto’s. Dat is het gevolg van een oud beleid, toen de auto nog een droom was en iedereen die er geen had, zo’n ding wilde. Onze beleidsmensen hebben toen massaal wegen verbeterd en aangepast voor deze nieuwe koning zodat die overal vlot zijn weg kon vinden. Dit beleid ging uiteindelijk ten koste van veel kleinere onverharde voetwegen waar géén auto over kon. En het zijn precies die “trage” wegen die vandaag vele Gentenaars genegen zijn. Helaas zijn vele van die wegen in de 28

Frontaal //

winter 2014

vergetelheid geraakt. Nu we als zachte weggebruiker verwoed zoeken naar veilige fiets- en wandelwegen, is het de hoogste tijd om ons geheugen even op te frissen, want de oplossingen liggen voor het grijpen.

Netwerk van trage wegen

Voor onze wijk Ottergemse Dries bij het UZ hebben wij dat alvast gedaan en de resultaten bieden een schat van nieuwe mogelijkheden die we hebben uitgetekend in een veilig fiets- en wandelnetwerk. Dat netwerk is 54 kilometer groot en strekt zich uit van GentSint-Pieters tot Ledeberg/Merelbeke en van Gent-Centrum tot Zwijnaarde. Het is autovrij of autoluw en dat is het rechtstreekse gevolg van het inpassen van die oude historische wegen die te smal zijn voor auto’s en bijgevolg ook nooit voor auto’s werden ingericht.

Kaart uit 1619, Plan Horenbault: vier oude wegelingen zijn tot die periode terug te brengen. De Ganzendrieswegel (groen) is vandaag nog als enige volledig in gebruik maar wordt bedreigd door een bouwvergunning. Een andere weg, de Groenen Walleweg (geel) zou opnieuw over zijn volledige lengte in ere worden hersteld


Home Boudewijn met links de Ganzendrieswegel en rechts langs de rij jonge populieren de Groenen Walleweg. Deze Groenen Walleweg kan samen met de Harelbekestraat, de Moutstraat en de Stropkaai een veilig alternatief kan zijn voor de Zwijnaardsesteenweg. In het bijzonder dan voor fietsers.

Betere leefbaarheid

Een veilig autoloos of autoluw wegennetwerk verbetert onmiddellijk de leefbaarheid van een stad. Kinderen kunnen er veilig spelen en voor fietsers of voetgangers valt de stress van het autoverkeer weg. Het is er rustig en in de praktijk ook veel groener. Dat komt door hun verleden toen ze gewoon aardewegen waren waar gras, bloemen, een struik of een fruitboom hun typische uitzicht gaven. Bij het uittekenen van het netwerk hebben we dit karakter dan ook maximaal gerespecteerd.

Mensen en natuur verbinden uit naburige wijken of (deel-) gemeentes Vandaag vormt de Schelde een natuurlijke barrière tussen enerzijds Ledeberg, Gentbrugge en Merelbeke en anderzijds Sint-Pieters Buiten (met het station Gent-Sint-Pieters), onze wijk Ottergemse Dries, het Universitair Ziekenhuis en Nieuw Gent. Deze natuurlijke barrière is er echter uitsluitend voor fietsers en voetgangers die ofwel de Stropbrug moeten nemen ofwel bijna 3 kilometer zuidelijker de Sluisweg/R4. Daarentegen hebben het autoverkeer en het

treinverkeer telkens één extra brug over de Schelde. Deze erfenis is er één uit de jaren 1970 en het is vandaag tijd om fietsers en voetgangers ook te geven waar ze recht op hebben: minstens ook één bijkomende oversteek over de Schelde. Zo kunnen wijken en groengebieden zoals het Liedermeerspark of het Parkbos met elkaar verbonden worden op een veilige, aangename en snelle wijze.

Kleine investeringen voor een hoog rendement Het mag duidelijk zijn dat de realisatie van zo’n nieuw netwerk een aantal bijkomende inspanningen vraagt. Deze zijn evenwel heel goed te verantwoorden. Om te beginnen werden in het verleden de kleine voetwegen afgesloten door eigenaars of raakten ze in onbruik door gebrekkig onderhoud door de stad. De tijden zijn nu veranderd en deze kleine openbare wegen hebben we vandaag meer dan nodig. Bovendien is de kostprijs voor de aanleg en het onderhoud van deze kleine wegen peanuts in vergelijking met het aanpakken van de bestaande wegen waar ook auto’s overheen denderen.

29


Fietsostrade Gent-Wetteren

Ter hoogte van de schaatspiste Kristallijn ligt de Warmoezeniersbrug over de Schelde. Deze brug is een oude spoorwegbrug die uitstekend kan dienen als bijkomende brug voor fietsers en voetgangers. Meer nog: deze brug zou deel kunnen uitmaken van een fietsostrade van Gent naar Wetteren over Merelbeke en Melle. Een belangrijke missing link voor fietsers die ten noorden van de spoorlijn het makkelijkst en het goedkoopst te realiseren is.

30

Frontaal //

winter 2014

Waar een wil is, is een weg!

Wij hopen met onze ervaring een aanzet te geven om in alle wijken van de stad duurzame netwerken uit te bouwen op basis van ons historisch wegenpatrimonium. Het belang van deze duurzame wegen is voor fietsers en voetgangers onbetwistbaar. Hoewel ons historisch patrimonium elke dag kleiner wordt door nieuwe ingrepen op het terrein, beschikken we nog steeds over een arsenaal aan wegen dat de leefbaarheid in onze stad aanzienlijk

kan verbeteren en de bereikbaarheid vanuit onze buurgemeenten heel wat veiliger kan maken.

•

Contact Leefbaar@ottergemsedries.be Facebook: Fietsroutes naar de Ghelamco Arena GSM 0472 48 53 43

www.drukindeweer.be - info@drukindeweer.be


Mobiliteitsplan Gent is stap in juiste richting GMF ziet heel wat vooruitgang in het nieuwe Mobiliteitsplan, voorgesteld op vijdag 14 oktober 2014 door mobiliteitsschepen Filip Watteeuw (Groen). Zowel op vlak van fietsbeleid, circulatie, openbaar vervoer als parkeren legt dit plan een stevige basis voor een duurzaam mobiliteitsbeleid. Tekst: Steven Geirnaert

G

MF is tevreden over het voorgestelde circulatieplan binnen de stadsring R40. Het principe waarbij er binnen de R40 geen doorgaand verkeer meer mogelijk is, zal voor een gezondere binnenstad zorgen met meer leefkwaliteit. Het volledige gebied binnen de R40 wordt een grote zone-30. Heel wat straten worden ‘geknipt’, een visie die nauw aansluit bij het voorstel dat GMF half oktober voorstelde (zie artikel Knip de straat - pagina 20). Ook het voetgangersgebied wordt verder uitgebreid met enkele logische straten zoals bijvoorbeeld de as Kortedagsteeg-Walpoortstraat en het Patershol. Die beslissing zal zowel winkeliers, fietsers, bewoners, studenten en shoppers blij maken. Het is positief dat het stadsbestuur wil investeren in een Park en & Ride-systeem, waar ook het openbaar vervoer op afgestemd wordt. GMF en de tienduizenden fietsers in Gent verwelkomen ook de inspanningen die zullen gebeuren op het vlak van fietsinfrastructuur. Een positieve evolutie is de invoering van eenduidige snelheidsregimes. Een snelheidsverlaging tot 100 kilometer per uur op de autosnelwegen op Gents grondgebied helpt om de luchtkwaliteit

te verbeteren. Al lijkt 90 kilometer per uur, zoals bijvoorbeeld in Parijs de norm is, nog logischer.

Wat kan nog beter?

Alle maatregelen op het vlak van verkeerscirculatie beperken zich tot het gebied binnen de R40. Ook drukbevolkte wijken zoals de stationsbuurt, SintAmandsberg of Ledeberg schreeuwen echter om minder auto’s. Dit Mobiliteitsplan is erg afhankelijk van de medewerking van de Vlaamse overheid. We hopen dan ook dat daar de wil bestaat om samen met de stad Gent te werken aan een duurzamere stad. Helaas worden ook in dit Mobiliteitsplan de huidige ondergrondse centrumparkings niet in vraag gesteld. Dat betekent dus dat de eindeloze parkeerfiles in de binnenstad blijven bestaan. Met alle gevolgen vandien voor de luchtkwaliteit en verkeersveiligheid.

31


Maison de l’Habitat durable Nieuw duurzaam huis in Lille een bezoek waard

GMF-medewerkers Cristina, Ida en Steven bezochten eind juni samen met GMFsecretariaatsvrijwilligers Marina, Ward en Paul het duurzame huis in Wazemmes (Lille, Frankrijk). Dit duurzaam huis opende in eind 2013 zijn deuren. Tekst: Paul Temmerman Foto: Ida Lievens, Steven Geirnaert

32

Frontaal //

winter 2014

M

aison d’Habitat Durable is een samenwerking tussen de Franse stad Lille en het grootstedelijk gebied Lille Métropole, met de steun van de regionale overheid Département du Nord. Het centrum is gevestigd in een grondig gerenoveerd, oud industrieel pand in Wazemmes. De doelstelling is dubbel. Via het Guichet unique geeft het duurzaam huis advies aan alle inwoners van de regio en zonder beperkende voorwaarden. Architecten zorgen voor technisch advies over de (ver)bouwplannen. Ook voor financieel advies zoals premies

en leningen en voor juridisch advies rond kopen, huren en bouwen kan je terecht bij competente adviseurs. Je kan hun dienstverlening dan ook vergelijken met het aanbod van onze eigen Milieu AdviesWinkel. Het duurzaam huis voorziet ook in een info- en documentatiecentrum met tentoonstellingsruimte. De bouwmaterialen en constructies zijn zo gepresenteerd dat je vanzelf zin krijgt om te voelen, te betasten en uit te proberen. Zowel de klassieke als de ecologische materialen en constructies komen aan bod. Zo zijn er bijvoorbeeld verplaatsba-


re 3D-modellen van muur-dakaansluitingen op ware grootte te zien. Dit centrum biedt een echte meerwaarde als plaats voor adviesverlening, lezingen of workshops! Op de luchtfoto’s van de stad Lille zijn gebouwen ingekleurd op basis van de hoeveelheid uitgestraalde warmte. In vogelvlucht zag je meteen dat er nog werk aan de winkel is.

Wazemme, volksbuurt rond het stadscentrum

Wazemmes is een levendige en volkse buurt. Het is er aangenaam vertoeven op de terrasjes en om je onder te dompelen in de culturele mengelmoes. Zowat elke dag is er een drukke markt, waar we ’s middags alles kochten voor onze picknick in het park : stokbrood, kazen, hesp en fruit... Alleen de wijn ontbrak nog. Verder stonden de wolwinkel La Lainière de Wazemmes (7, Rue Jules Guesde) en het cultureel wijkcentrum Maison de la Folie op ons lijstje.

getuige van. De enige ontmoediging voor het autoverkeer lijkt het autoverkeer zelf te zijn: echt vooruitgaan doen al die auto’s niet. Voor ons was het wel een stap terug in de tijd! Volgend jaar brengen we waarschijnlijk een bezoek aan Char-

leroi, want daar is er ook een Maison d’Habitat Durable.

Reistip voor Lille Vanaf september 2014 verschijnt er een gids op www.use-it.travel.

We sloten de dag af met een bezoek aan de oude stad. Naast de traditionele lanen met de bekende ketens is er ook een gezellig, gevarieerd en soms prijziger winkelgedeelte in de wijk Le Vieux Lille. Daar gingen we op zoek naar de viswinkel à l’Huitrière, een gebouw met rijkelijke art-deco elementen (3, Rue des Chats Bossus).

Overal auto tot voor de deur

In Lille is het autoverkeer volop en tot in de kleinste straatjes toegelaten. Net zoals vroeger in Gent kan je hier tot op de het centrale marktplein rijden. Uiteraard mogen de ondergrondse centrumparkings niet ontbreken: de verkeersellende en files die dergelijke stadsplanning veroorzaken, daar zijn we in Gent helaas nog steeds elke dag

HOTA

cvba

Het oude Lille

energiezuinig & bio-ecologisch

(ver)bouwen houtskeletbouw

www.hota.bE

33


De trein volgt niet Nieuwe Dienstregeling NMBS

Op 15 december verandert de dienstregeling van de NMBS. De nieuwe dienstregeling moet volgens de NMBS leiden tot ‘een betere bediening, een meer homogene verdeling van het treinaanbod binnen het uur en een beter gecadanceerde dienstregeling die minder gevoelig is aan incidenten’. Tekst: Steven Geirnaert met dank aan TreinTramBus Foto: Gert Arijs

Nadelen voor randgemeenten

Voor Gent zijn er een aantal voor- en nadelen. Een verbetering is de betere spreiding van de treinen van en naar Brussel. Concreet zijn er momenteel drie treinen per uur. Die vertrekken allemaal in een venster van 20 minuten. Daarna is er 40 minuten geen trein. Vanaf 15 december komt er een trein bij. Dus er komt elk kwartier een trein die vanuit Gent naar Brussel rijdt. Naar Antwerpen en Mechelen blijft het aantal treinen gelijk, maar ze gaan wel beter gespreid rijden. Tot zover het goede nieuws. Vanuit Gent-Sint-Pieters verdwijnt een rechtstreekse trein naar gemeenten rondom Gent. Zo is er vandaag nog 4 keer per uur een stoptrein naar Aalter (die Drongen, Landegem, Hansbeke en Bellem aandoet). Deze trein zal in de toekomst maar 1 keer per uur rijden. Dus de overheid - die duurzaam woon-werkverkeer zou moeten stimuleren - zorgt met deze maatregel dat treinpendelaars tussen Gent en Aalter alvast geneigd zullen zijn om de trein links te laten liggen. Vooral 34

Frontaal //

winter 2014

voor pendelaars die van Brussel komen en die nog een aansluiting naar pakweg Drongen willen, wordt dit veel moeilijker. We kunnen in deze manoeuvre ook een listige zet van de NMBS zien om de veel te grote nieuwe parking bij het station Gent-Sint-Pieters te laten renderen. De NMBS denkt wellicht: ‘Laten we niet langer investeren in de stoptrein naar Aalter. De mensen kunnen nu met de auto naar de parking in Gent-SintPieters komen en vandaar hun reis verder zetten’. Ook de Lijn naar Eeklo gaat erop achteruit: nu is er in de spits om de drie kwartier een trein. Straks wordt dat enkel een trein om het uur of moet je nog langer wachten. Om pendelaars te overtuigen om de trein te nemen, moet je eigenlijk een trein om het half uur hebben. Als we kijken naar de dagelijkse opstoppingen op de N9 (verbindingsweg Gent-Eeklo) lijkt investeren in goed openbaar vervoer nochtans geen overbodige luxe. Vroege en late treinen worden ook schaarser. Vanaf 15 december is bijvoorbeeld de laatste stoptrein naar Aalst

om 22u13 in plaats van 23u26 voorzien.

Aanbod stagneert

Als we naar het hele land en de nieuwe dienstregeling kijken, dan zien we volgende tendensen: treinen rijden trager, rechtstreekse verbindingen verdwijnen, net zoals vroege en late treinen. Bovendien groeit het totale aanbod nauwelijks. De belangrijkste groei zit in treinen naar de luchthaven. Er is blijkbaar een overeenkomst met de private investeerder van de spoorontsluiting van de luchthaven dat er meer treinen over het Diabolo-tracé moeten rijden. Bovendien geldt er binnen de NMBS ook terughoudenheid om meer treinen te laten rijden. Het lijkt erop dat Infrabel (de beheerder van de sporen) hoge kosten rekent voor het laten rijden van treinen. Elke bijkomende treinkilometer kost dus veel geld. De NMBS - die voor openbaar vervoer moet zorgen - werkt dus in een heel strak keurslijf van investeerders- en boekhouderslogica. Dienstverlening, het milieu en Algemeen Belang zijn daar niet altijd mee gediend.


Dienstregeling verontrust GMF GMF evalueert de nieuwe dienstregeling van de NMBS (voor Gent en regio) als volgt. Voor Gent valt het nog mee in vergelijking met de rest van het land. Algemeen wil de NMBS vooral inzetten op de grote stations. Gent is daar dus zeker bij. De rechtstreekse trein van Dampoort naar Brussel blijft behouden. Dit blijft echter per dag beperkt tot één trein naar Brussel en één trein terug vanuit Brussel. Dus voor Gentenaars en pendelaars uit Gent (naar Brussel en Antwerpen) is de nieuwe dienstregeling neutraal tot positief. Voor pendelaars of treinreizigers die niet in de buurt van Gent Sint-Pieters en Gent Dampoort wonen en gebruik maken van de stopplaatsen en kleine omliggende stations is het verhaal negatief. Er komen namelijk minder treinen en er zijn minder vroege en late treinen.

We zijn als GMF dus eerder verontrust over de nieuwe dienstregeling van de treinen en wel om meerdere redenen: Iedereen heeft de mond vol van duurzame mobiliteit. Maar terwijl de bedrijfswagens blijvend kunnen rekenen op steun van de overheid, stijgt het aanbod en de kwaliteit van de dienstverlening van de NMBS niet. Stilstaan betekent ook hier achteruitgaan. De huidige nieuwe dienstregeling houdt nog geen rekening met het nieuwe regeerakkoord, waar nieuwe besparingen voor de NMBS aangekondigd worden. De stad Gent trekt met haar nieuwe mobiliteitsplan aan de kar om een meer autoluwe stad te creëren. Ze neemt soms doortastende maatregelen om de auto uit de stad te weren. De hogere overheden (Vlaams Gewest-De Lijn en Federale Overheid-NMBS) lijken achterop te hinken. Daar horen we telkens de ‘besparingsmantra’. Een autoluwe stad zonder goed openbaar vervoerbeleid wordt zo wel moeilijk realiseerbaar.

// De NMBS werkt in een strak keurslijf van investeerders en boekhouderslogica //

35


My Name is Chellis and I’m in recovery from Western civilisation Groene boekbespreking

My name is Chellis and I’m in recovery from Western civilisation van Chellis Glendinning (1994) is één van de basiswerken van de ecopsychologie. Die bekijkt de psyche van het individu in verhouding met hoe de mens zich met milieu en natuur verbindt. Volgens Glendinning wordt ons individuele welzijn veel meer door ecologie beïnvloed dan de moderne psychologische inzichten doen vermoeden. Tekst: Gerrit Spriet, Larissa Van Melkebeek, Eva Roelandt

V

oor Glendinning is de moderne Westerse mens fundamenteel ziek, alhoewel de meesten onder ons niet precies weten wat er scheelt. Voor de ecopsychologie zijn de wortels van onze ellende al 10.000 jaar oud. De ziekte van de moderne mens gaat immers terug tot de overgang van de mens als jager-verzamelaar naar vaste bewoning en landbouw, die tot onze beschaving hebben geleid.

36

Frontaal //

winter 2014

Technologische beschaving traumatisch

We hebben altijd geleerd dat de menselijke geschiedenis een verhaal is van vooruitgang van primitievelingen naar onze technologische beschaving. Deze ontwikkeling is voor de ecopsychologie echter geen bevrijdende, maar een traumatische ervaring. Het ontstaan van beschaving heeft tot een diepmenselijke versplintering geleid. Als jager-verzamelaars stonden

we op een meer natuurlijke wijze in verbinding met aarde. Daardoor waren we ook meer verbonden met onze eigen psyche. De overgang naar de sedentaire landbouwer veroorzaakte bij de mens een diep trauma dat tot op vandaag doorwerkt. Omdat wij de gezondere levensstijl van de jagerverzamelaar al tientallen generaties geleden verlaten hebben, kennen we de ware oorzaak van onze moderne problemen echter niet. Als jagers-verzamelaars hadden we niet het materiële comfort van onze huidige beschaving. We leefden wel in harmonie met de menselijke evolutie. Er was respect voor de wildheid van de natuur die ook in onszelf leefde. De taakverdeling en de algemene opstelling van jagers-verzamelaars droeg een natuurlijke gendergelijkheid in zich. Gezien door de ecopsychologische bril is de beschaving van de voorbije 10.000 jaar dan ook abnormaal. Toen we ons op vaste plaatsen vestigden, begonnen we onszelf en de natuur te domesticeren. We scheidden ons af van


de wildheid van de natuur en zo ook van onszelf. We sloten ons op in in een kunstmatige omgeving.

Patriarchale samenleving

Omdat landbouw zwaar werk is namen mannen voortaan de voedselvoorziening op zich. Zo kwamen we terecht in een patriarchale samenleving die de vrouw onderdrukt. Ook mannen zelf verloren hun zelfrespect. Ze verloren het contact met hun wilde jager-zijn. Ze voelden zich ontmand, getemd en beperkt. We kwamen terecht in een maatschappij die iedereen van zichzelf vervreemdt. Na verloop van tijd ontstond een ontwortelde en hiërarchische maatschappij, waarin een kleine groep mensen de rest vaak onderdrukt. Volgens ecopsychologen ligt de oorzaak van nogal wat van onze beschavingsziekten bij deze grote overgang. Die verstoort de normale werking van wat Glendinning ‘primaire matrix’ noemt, onze evolutionaire grondwet. Die bevat de fundamentele voorwaarden voor een evenwichtig en tevreden bestaan. Doorheen de menselijke evolutie is deze matrix afgestemd op het leven van de jager-verzamelaar. De moderne beschaving is zo’n 10.000 jaar oud, maar deze primaire matrix is niet veranderd. Sinds de afscheiding van onze matrix geven we generatie na generatie die breuk door aan onze afstammelingen.

Vlucht in technologie

Hier ligt de basis van onze beschavingsneuroses, geweld, drugs,... En van onze meestal onbewuste zoektocht naar geluk dat ons maar blijft ontglippen.

De breuk met onze primaire matrix ligt aan de basis van onze blinde vlucht in technologie. Voor de ecopsychologie heeft de van de natuur gescheiden technologische samenleving waarin we vandaag leven dus diepe wortels. Ze is gebaseerd op evoluties die 10.000 jaar geleden begonnen. Die hebben onze psyche versplinterd in een pijnlijke tweedeling tussen wildheid en domesticatie. Hoe kunnen we ons van dit individuele en collectieve trauma verlossen? Glendinning geeft toe dat het moeilijk is om de klok terug te draaien. En toch: het pad naar genezing is lang, maar aanwezig. We moeten opnieuw contact te maken met de primaire matrix die in ons aanwezig is. Zo kan onze versplinterde psyche genezen. Het toelaten van de onbewuste pijn van onze domesticatie is een eerste stap.

Waarachtige natuur

We kunnen ook afstand nemen van onze insluiting in een puur mens-gedomineerde maatschappij, dichterbij de waarachtige natuur. Dat brengt ons in contact met wilde dieren en planten. Het laat échte menselijke groei toe. Stilaan ervaren we opnieuw een versmelting met de natuur. We genezen. Gaandeweg verdwijnen ook andere collectieve en individuele onevenwichten. Naarmate we meer in contact komen met onze primaire matrix, genezen we van de onnatuurlijke tweedeling die de wieg vormt van onze beschaving. Door terug te keren naar deze matrix roepen we het steeds opnieuw doorgeven en herbeleven van het beschavingstrauma een halt toe.

Echte natuur in en rondom Gent

Het verhaal van Chellis Glendinning overstijgt het lokale, maar is toch relevant voor Gent. De ecopsychologie wijst op de noodzaak voor meer échte natuur in en rond de stad. Het is belangrijk dat we ons niet opsluiten in een volledig door technologie gestuurde omgeving. Glendinning wijst daarom in de richting van stadsimkers. Of de grazende schapen langs de Coupure. Meer bos en grotere groenpolen rond de stad, waar kleine wilde dieren thuis zijn. Minder autogericht beleid en meer op voetgangers en fietsers. De inzichten van de ecopsychologie kunnen ons ook gevoeliger maken voor de diepere oorzaken van een aantal sociale en menselijke problemen in de stad. Ze wijzen ons op het genezende aspect van bijvoorbeeld stadstuinen en permacultuur. Bovenal zet Glendinning ons aan om op zoek te gaan naar de primaire matrix die ons allemaal beïnvloedt, ook anno 2014. Door hier opnieuw mee te versmelten genezen we van een 10.000 jaar oude wonde. Misschien zijn de vele milieu- en natuurinitiatieven in en rond Gent een uiting van onze groeiende onvrede met de uitwassen van de moderne beschaving. Misschien vormen deze initiatieven de uiting van een verlangen om opnieuw met onze evolutionaire grondwet te verbinden. En wie weet, misschien is het wel de primaire matrix zelf die ons hierbij vanuit het onderbewuste aanstuurt.

37


38

Frontaal //

winter 2014


A c t ivi t ei t e n Meer info over de activiteiten en de meest recente lijst op www.gentsmilieufront.be

Kerstfeestje

Voor ieder wat wils op ons kerstfeestje: gezelschapsspelletjes, workshop “met recyclagemateriaal kerstkaartjes” knutselen voor kinderen en volwassenen, gebakwedstrijd (breng je lekkerste zelfgebakken taart of koekjes en win!) en een echte zangstonde. Breng ook iets om te eten en/of te drinken mee en vergeet jouw kopje, bordje, vork en lepel niet ! Zondag 21 december, vanaf 14.30 uur Huis Bassijn (Bassijnstraat 2) Graag vooraf inschrijven via inschrijven@gentsmilieufront.be

Workshop vetbollen maken

Je kunt vetbollen voor je tuinvogels in de winkel kopen, maar het is veel leuker om ze zelf te maken. Kom naar de Workshop vetbollen maken. In samenwerking met Femma. Zaterdag 31 januari 14 – 16 uur Freinetatheneum De Wingerd (Offerlaan 3), Gent Graag vooraf inschrijven via inschrijven@ gentsmilieufront.be

Algemene vergadering en receptie

De algemene vergadering start om 19 uur. We overlopen de werking van het voorbije jaar en kijken wat 2015 brengt. De aanvullende receptie is een ideaal moment om na te praten over het boeiende jaar en met een glas in de hand nieuwe plannen voor het volgend jaar te smeden. We nodigen alle leden uit om mee het glas te heffen op een goed 2015, want samen zorgen we ervoor dat we het duurzaam verhaal van GMF kunnen vertellen en waarmaken. Vrijdag 27 februari vanaf 19 uur algemene vergadering vanaf 21 uur receptie Vredeshuis, Sint-Margrietstraat 9, 9000 Gent Graag vooraf inschrijven voor de receptie via inschrijven@gentsmilieufront.be

Straattheateract

Wil je meedoen met onze straattheateract op 7 maart. Dit straattheater is één van de vele voorstellingen en activiteiten van Belmundo. Contacteer ons via inschrijven@gentsmilieufront.be

Repaircafé XL

Breng je afgedankte of kapotte spullen mee naar het Repair Café XL en geef ze een nieuw leven. Onder begeleiding leer je kleding, elektrische toestellen,… herstellen. Op die manier spaar je niet alleen geld uit, maar verklein je ook de afvalberg en draag je bij tot eerlijke Noord-Zuidverhoudingen. In deze extra large versie kan je in de voormiddag deelnemen aan workshops rond upcyclen en hergebruik van grondstoffen. In de namiddag kan je met kapotte spullen terecht in het repair café of leer je hoe je een oude stoel een nieuw leven kan geven tijdens de workshop ‘Stoel zoekt lief’. Doorlopend toont een fototentoonstelling van ICS hoe Cubanen omgaan met schaarse materialen en geeft inspiratie om zelf aan de slag te gaan. Dit repaircafé is een extra groot en extra lang. In samenwerking met Vormingplus, Buitensporig, ICS-Gent en Netwerk Bewust Verbruiken. Zondag 22 maart Reigerstraat 8, Gent

Zaterdag 7 maart Veldstraat

Hernieuw je lidmaatschap

O

ok in 2015 blijft GMF ijveren voor een beter leefmilieu in Gent en omgeving. Zorg dragen voor een leefbare stad en opkomen voor schone lucht in de kanaalzone, proper water, meer bos rond Gent, duurzaam bouwen, … Maar ook plezante activiteiten en sterke acties. We geloven sterk in positieve, publieksgerichte acties. Om onze werking ook in 2015 verder te zetten hebben we de steun van jullie,

Gentenaars met een milieuhart, hard nodig. Daarom vragen we je om je lidmaatschap voor GMF te vernieuwen. Dit kan heel eenvoudig. Schrijf minimum 5€ over op BE93 0011 4993 2067 met de vermelding ‘lidmaatschap’. Vermeld natuurlijk ook je naam en adresgegevens. Alvast bedankt. GMF 39


Frontaal

DRIEMAANDELIJKS MAGAZINE VAN HET GENTS MILIEUFRONT – JAARGANG 17– 4de TRIMESTER 2014 V.U.: Stefaan Claeys, Stoppelstraat 46, 9000 Gent – Erkenningsnummer: p806132 – Afgiftekantoor: 9000 Gent 1

A c t ivi t ei t e n Meer info over de activiteiten en de meest recente lijst op www.gentsmilieufront.be

Repair Café XL

In deze extra large versie kan je in de voormiddag deelnemen aan workshops rond upcyclen en hergebruik van grondstoffen. In de namiddag kan je met kapotte spullen terecht in het repair café of leer je hoe je een oude stoel een nieuw leven kan geven tijdens de workshop ‘Stoel zoekt lief’. Doorlopend toont een fototentoonstelling van ICS hoe Cubanen omgaan met schaarse materialen en geeft inspiratie om zelf aan de slag te gaan. Zondag 22 maart Reigerstraat 8, Gent

Algemene vergadering en receptie

De algemene vergadering start om 19 uur. We overlopen de werking van het voorbije jaar en kijken wat 2015 brengt. De aanvullende receptie is een ideaal moment om na te praten over het boeiende jaar en met een glas in de hand nieuwe plannen voor het volgend jaar te smeden. Vrijdag 27 februari vanaf 19 uur algemene vergadering vanaf 21 uur receptie Vredeshuis, Sint-Margrietstraat 9 9000 Gent Graag vooraf inschrijven voor de receptie via inschrijven@gentsmilieufront.be


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.