NOM-Jaarverslag 2009

Page 1

Het Nationaal Onderwijsmuseum in 2009 1


2


Het Nationaal Onderwijsmuseum werkt aan het verbeelden, duiden en beleven van ons onderwijs in verleden en heden. De activiteiten van het museum bereiken een breed publiek door heel Nederland en zijn gericht op interactie en het delen van kennis. Ze vormen een aanknopingspunt voor actuele discussies over onderwijs en onderstrepen het belang van goed onderwijs in onze samenleving.

3


4


Inhoudsopgave

7 Woord vooraf 8 Het Nationaal Onderwijsmuseum 11 Bezoekers 15 Tentoonstellingen 25 Rondleidingen, educatieve programma’s en vakantieactiviteiten 31 Het museum als platform 35 Collectie, publicaties en onderzoek 45 De bibliotheek 47 Marketing en communicatie 50 Personeel en organisatie 56 Financiën en fondsen 58 Huisvesting – het gebouw

Bijlagen 61 Overzicht lopende en geopende tentoonstellingen in 2008 63 Overzicht van publicaties 64 Overzicht van namen medewerkers met foto’s

5


6


Woord vooraf Geen grenzen aan de groei! Het lijkt een misplaatste verwijzing naar het beroemde rapport van de Club van Rome uit 1972 en zal zeker in tijden van economische crisis, klimaatproblematiek en graaicultuur bij topsalarissen tot gefronste wenkbrauwen leiden. Maar voor het Nationaal Onderwijsmuseum in 2009 gaat dit motto om meer dan één reden op. De grens van 40.000 bezoekers per jaar is voor het eerst ruim gepasseerd. De naamsbekendheid nam toe. De activiteiten van het museum genereerden veel publiciteit. Van de collectie van het museum zijn inmiddels meer dan vijftigduizend objecten digitaal ontsloten en er werden belangrijke deelcollecties aan de verzameling toegevoegd. Een prachtig groeiscenario, waaraan iedereen die de afgelopen jaren bij het museum betrokken is geweest zijn of haar steentje heeft bijgedragen. 2009 was een jaar van terugkijken op alles wat er in de afgelopen beleidsperiode is veranderd en gebeurd. Tevens zijn in 2009 onze ambities en mogelijkheden in een nieuw beleidsplan voor de periode 2010 – 2013 vastgelegd. Bij die ambities en mogelijkheden is groei een belangrijke kernwaarde. Groei in publieks- en collectiebereik. Groei in onderzoeks- en samenwerkingsprojecten. Groei in activiteiten en evenementen. Maar ook verdere groei in kwaliteit en bekendheid. Dat groei ook een keerzijde heeft, daarvan is het Nationaal Onderwijsmuseum zich zeer bewust. Met meer publiek en een omvangrijke, belangrijke collectie loop je ook tegen grenzen aan, zoals een sleets gebouw dat ongeschikt is als depot en geen publieksvriendelijke ruimte heeft. Daarnaast groeit de financiële armslag niet mee met onze ambities. Grenzen zijn er echter om verkend en verlegd te worden. Met ideeënrijke tentoonstellingen, mooie onderzoeken, inspirerende activiteiten en bovenal de inzet van alle medewerkers, vrijwilligers, stagiaires, bestuurders en samenwerkingspartners uit het culturele veld én het onderwijsveld zullen wij in de komende jaren onze grenzen gaan verleggen.

Tijs van Ruiten Directeur

7


Het nationaal Onderwijsmuseum Wat in 1981 begon als de Nationaal Historische Onderwijscollectie in Zoetermeer, is nu uitgegroeid tot het Nationaal Onderwijsmuseum. Een kennisinstituut over de geschiedenis van het onderwijs, waar een van de omvangrijkste en belangrijkste collecties op dit gebied in binnen- en buitenland wordt beheerd. Het Nationaal Onderwijsmuseum in Rotterdam legt zich toe op het verzamelen, onderzoeken en presenteren van de ontwikkelingen en kenmerken van het Nederlandse onderwijs. Met een actief en breed programma van tentoonstellingen en op specifieke doelgroepen gerichte publieksactiviteiten koppelt het museum de geschiedenis van het onderwijs aan hedendaagse realiteit en toekomstige ontwikkelingen. De collectie van het museum vormt hierbij het uitgangspunt. Hierin ligt de informatie opgeslagen die het museum haar taak als kennisinstituut geeft. Met het vergroten van de zichtbaarheid en bruikbaarheid van de collectie vergroot het museum haar publieksbereik. Door samenwerkingsverbanden met andere culturele, onderwijsgerelateerde en maatschappelijke instellingen ontwikkelt het museum verschillende nieuwe projecten binnen en buiten haar muren voor een breed scala aan doelgroepen. Met de organisatie van lezingen, debatten, symposia en actuele presentaties brengt het museum recente ontwikkelingen en de maatschappelijke problematiek van het hedendaagse onderwijs voor het voetlicht. In de komende jaren zal het museum zijn groeiende netwerk inzetten voor een grotere naamsbekendheid, die een positief effect zal hebben op de publieks- en collectieparticipatie. Extra aandacht gaat hierbij uit naar een beter gebruik van het bijzondere museumgebouw. De stad Rotterdam en de centraal gelegen historische huisvesting passen uitstekend bij de ambities die het museum zich voor de toekomst stelt. Met een goed en publieksvriendelijk museumgebouw wordt in de nabije toekomst een groei naar gemiddeld 50.000 bezoekers per jaar mogelijk.

8


9


10


Bezoekers 2009 was wederom een succesvol jaar. In totaal ontvingen we 42.454 bezoekers. Daarvan bezochten 33.003 het museum zelf en 9.451 bezoekers bezochten extern georganiseerde tentoonstellingen van het museum. Vergeleken met het verslagjaar 2008 is dit een stijging van ruim vijfduizend bezoekers. In 2009 waren de verschillende bezoekersgroepen aan het museum anders verdeeld dan in 2008. Zo is het aantal senioren het afgelopen jaar in vergelijking met het jaar daarvoor met 55% toegenomen en nam het aantal gratis bezoeken met een kleine twintig procent af. Ook nam het aantal basisschoolleerlingen onder de bezoekers af. Het aantal kinderfeestjes daarentegen nam toe en ook het aantal volwassenen met een Museumkaart steeg ten opzichte van het jaar 2008 met 57%. Tevens bezochten meer bezoekers met een Rotterdampas het museum. In vergelijking met voorgaande jaren is het aantal individuele bezoekers sterk toegenomen en is het aantal groepsbezoeken, en dan met name uit het basisonderwijs, in 2009 licht afgenomen (732 groepen in 2009 tegen 774 in 2008).

27.734

30.112

31.236

25.266

27.061

30.228

24.639

20.722

25.286

19.552

19.882

18.336

18.604

19.795

31.267

34.287

35.148

37.120

42.454

aantal bezoekers

23.115

Bezoekcijfers NOM

90

91

92

93

94

95

96

97

98

99

00

01

02

03

04

05

06

07

08

09

4.500 4.000 3.500 3.000 2.500 2.000 1.500 1.000 500 0 jaar

11


Publieksonderzoek individueel bezoek In de eerste helft van 2009 nam het Nationaal Onderwijsmuseum deel aan de Museummonitor, een bezoekersonderzoek naar de waardering van het publiek over de diensten van het museum uitgevoerd door TNS NIPO. De Museummonitor is een initiatief van de Museumvereniging; in 2009 namen in totaal 34 musea deel. Eind 2009 is het museum overgestapt op een andere manier van bezoekersonderzoek: we nemen sindsdien deel aan het Continue Bezoekersonderzoek van onderzoeksbureau Hendrik Beerda Brand Consultancy (www.hendrikbeerda.nl) in opdracht van Rotterdam Festivals. Voordeel van dit onderzoek is dat er meer specifieke vragen gesteld kunnen worden over de vaste collectie en tijdelijke tentoonstellingen. Ook is het als museum mogelijk op elk moment overzichten van resultaten uit te draaien; die resultaten worden weer aangewend als input voor het museumbeleid. Uit de gegevens over 2009 van TNS NIPO is naar voren gekomen dat driekwart van alle bezoekers net als in 2008 uit West-Nederland komt. In vergelijking met andere musea in dit segment (cultuurhistorisch) ligt dit percentage bijna een kwart hoger. Een van de redenen hiervoor is dat het Nationaal Onderwijsmuseum nauwelijks toeristen trekt en vooral gericht is op in Nederland wonend publiek. Voor 69% was het de eerste keer dat ze het museum bezochten (gemiddeld ligt dat percentage rond de zestig). Van deze bezoekers gaf 38% aan dat ze voor een speciale tentoonstelling waren gekomen. Het overgrote deel van de bezoekers was ook in 2009 weer boven de 27 jaar; 37% was in de leeftijd van 50-64 jaar. Gemiddeld gaven de bezoekers het Nationaal Onderwijsmuseum een 7,7. Dat is weliswaar een ruime voldoende, tegelijk moeten we stellen dat we er nog onvoldoende in slagen bezoekers voor een tweede keer te verleiden tot een bezoek. Virtueel bezoek De website www.onderwijsmuseum.nl kreeg in 2009 een kleine 110.000 unieke bezoekers. Vooral in de periode na de zomervakantie steeg het aantal virtuele bezoekers flink. In 2009 werd er verder gewerkt aan een nieuwe site die begin 2010 online is gegaan. In 2010 volgt de aan deze website gekoppelde nieuwsbrief voor onze verschillende doelgroepen.

12


13


14


Tentoonstellingen Op het gebied van tentoonstellingen was 2009 een druk jaar. Maar liefst zeven tentoonstellingen openden in het museum, waarvan een deel later nog te zien zal zijn in andere musea. Daarnaast zijn we begonnen met het aanpassen van delen van de vaste presentatie zodat deze weer een aantal jaren mee kan. Een overzicht: Tijdelijke tentoonstellingen Het programma startte eind januari met een grote overzichtstentoonstelling van de illustrator Cornelis Jetses (1873-1955). De meeste mensen zullen hem kennen van zijn illustraties bij het bekende leesplankje aap, noot, mies. Maar hij heeft veel meer gedaan, ook bijvoorbeeld de beroemde schoolplaat Ter Walvischvaart is van zijn hand. Deze tentoonstelling gaf een compleet overzicht van zijn werk en een biografische schets. De tentoonstelling was in het najaar van 2009 te zien in Museum De Fraeylemaborg in Slochteren, Museum Nairac in Barneveld, en Museum Natura Docet te Denekamp. Ook in 2010 is de tentoonstelling in die musea nog te zien. 2009 was het Darwinjaar. Het Nationaal Onderwijsmuseum sloot bij dit thema aan met de tentoonstelling ‘Van aap tot mens – de evolutietheorie in het onderwijs’. De tentoonstelling gaf letterlijk via twee wegen inzicht in de toepassing van de evolutietheorie in het onderwijs: vanuit de bijbelse kant (het Scheppingsverhaal) en vanuit de evolutieleer zoals door Darwin beschreven in zijn On the Origin of Species (1859). Het bijzondere meubel dat speciaal voor deze tentoonstelling was ontworpen door Ariënne Boelens en Frank de Bruijn sloot aan bij het thema ‘evolutie’.

Van aap tot mens – de evolutietheorie in het onderwijs

15


Van aap tot mens – de evolutietheorie in het onderwijs

16


Op 4 april opende prinses Laurentien de tentoonstelling ‘Nuttig leren voor iedereen; 225 jaar Nut en onderwijs’. Een samenleving met ‘nuttige’ burgers was het doel van de Maatschappij tot Nut van ’t Algemeen en zij probeerde dat onder andere te stimuleren door onderwijs ook bereikbaar te maken voor het ‘gewone’ volk, het stichten van volksbibliotheken en het oprichten van spaarbanken. Deze tentoonstelling is in samenwerking met het Nut tot stand gekomen en gaf een overzicht van de ontwikkelingen die het Nut in haar 225-jarige bestaan heeft doorgemaakt. In 2009 is de tentoonstelling over het Nut ook nog te zien geweest in Museum Martena in Franeker.

Nuttig leren voor iedereen; 225 jaar Nut en onderwijs

17


18


‘VakWerk’ opende op 19 juni. Deze grote overzichtstentoonstelling over het beroepsonderwijs in Nederland (doorlopend tot in 2010) geeft in drie zalen een levendig beeld van de historie én huidige stand van zaken binnen het beroepsonderwijs in Nederland. Elke paar maanden wisselt de focus van de tentoonstelling. We startten met een overzicht van het beroepsonderwijs voor jongens; de ambachtsschool in al zijn facetten. Daarna kwam het onderwijs aan meisjes aan bod: handwerken, strijken, koken en alles wat je verder nog op de huishoudschool kunt leren. In 2010 komen de bijzondere beroepen en het beroepsonderwijs anno 2010 aan bod. In het kader van het Actieprogramma Cultuurbereik van de gemeente Rotterdam ging het museum met de tentoonstelling ‘VakWerk’ ook de wijk in. Er is een reizende tentoonstelling vervaardigd die in de loop van 2009 en 2010 in verschillende Rotterdamse wijken te zien zal zijn. In 2009 heeft de tentoonstelling ‘VakWerk in de Wijk’ een aantal weken in Charlois gestaan. In het kader van de tentoonstelling is ook een educatief programma ontwikkeld.

VakWerk

19


Na de zomer opende de eerste overzichtstentoonstelling, samengesteld uit de (in langdurige bruikleen verworven) archieven van Noordhoff Uitgevers. Deze tentoonstelling, ‘Oud Goud’ geheten, vertelt het verhaal van het ontstaan van deze zeer omvangrijke archieven. Het is een weergaloze collectie van vijfentwintigduizend objecten met werk in zeer uiteenlopende stijlen van illustratoren en kunstenaars als Cornelis Jetses, M.A. Koekkoek, Johan Dijkstra, Rie Cramer en vele anderen. De tentoonstelling krijgt een semi-permanent karakter; elke paar jaar zullen we aandacht besteden aan een ander facet van deze collectie.

Oud Goud Een bijzondere tentoonstelling was het fotoproject ‘Jongens en Meisjes’ van fotografe Annie van Gemert, die op 4 september geopend werd. Indringende portretten van jongensachtige meisjes en meisjesachtige jongens op de grens tussen kind en volwassene. Deze tentoonstelling zal in 2010 nog in het Limburgs Museum in Venlo te zien zijn. Annie van Gemert won met deze fotoserie de tweede prijs in de categorie Stories van World Press Photo.

20


Jongens en Meisjes’

21


De laatste tentoonstelling van 2009 was de van het Bijbels Museum in Amsterdam overgenomen expositie ‘Binnenstebuiten’. Deze tentoonstelling over de vijf grote wereldgodsdiensten, ontwikkeld door Peter Dellenbag, Anton Feddema en Klaas de Jong, gaf in foto’s en (religieuze) objecten een beeld van jongeren en de persoonlijke beleving van hun religie. Het Bijbels Museum had daarbij een interactieve dialooginstallatie ontwikkeld waarin de geportretteerde jongeren met elkaar discussieerden over een aantal stellingen. Een “externe” tentoonstelling betrof nog die vanuit de afdeling Collectie/textiel in samenwerking met het Amsterdamse Barlaeus Gymnasium is samengesteld over de voormalige buurschool, de Eerste Industrieschool voor Vrouwelijke Jeugd, van dit gymnasium. Het gebouw van de Eerste Industrieschool is een decennium geleden aan het Barlaeus toegevoegd. De door het Nationaal Onderwijsmuseum samengestelde tentoonstelling viel samen met de onthulling van een monument aan de Industrieschool. De tentoonstelling omvatte handwerk en foto’s uit Collectie De Schans van het Onderwijsmuseum en was opgesteld in vitrines achter de niet meer gebruikte ingang van het oorspronkelijke Barlaeus-gebouw. De vaste presentatie In 2009 is gestart met het opknappen en herinrichten van de vaste presentatie van het Onderwijsmuseum: Vijf van de zes klaslokalen zijn opengesteld voor publiek, er is een toelichtende tekst gekomen en door middel van objecten in nieuwe vitrines met schoolmaterialen uit de verschillende periodes van de lokalen worden de verschillende periodes in beeld gebracht. Ook is begonnen met de herinrichting van de presentatie die een beeld geeft van de onderwijsvernieuwingen in de 18e en de 19e eeuw. Vooruitblik In 2010 gaan we niet alleen verder met het opknappen en uitbreiden van de vaste opstelling, er staan ook weer een aantal mooie tentoonstellingen op stapel. Daarvan zullen ‘aap, noot, mies’ (over het leesplankje) en ‘Laatste Waarschuwing’ (over straffen en belonen op school) de grootste zijn.

Binnenstebuiten

22


23


24


Rondleidingen, educatieve programma’s en vakantieactiviteiten Rondleidingen Het hele jaar door komen er veel groepen in het museum voor een rondleiding. Tijdens deze spannende en informatieve rondleidingen leren bezoekers hoe kinderen in verschillende tijden naar school gingen. Aan de hand van zes nagebouwde school- en klaslokalen uit de periode 1200-1960 wordt de geschiedenis van de school en het onderwijs verteld. In een speciaal lokaal uit 1930 kunnen bezoekers een historische les krijgen: schrijven met een kroontjespen, lezen, zingen, tekenen óf rekenen. In 2009 heeft het Nationaal Onderwijsmuseum in totaal 732 groepen binnen gehad die een begeleid programma kregen. In veel gevallen was dit in de vorm van bovenstaande rondleiding. Van de belangrijkste doelgroepen bezoeken vooral scholen uit de regio (365 groepen) en aankomend, huidig of voormalig onderwijzend personeel (108 groepen) het museum graag in groepsverband. Ook de categorie actieve 50-plussers (met name dagtoeristen uit Nederland) is met negentig groepen in 2009 goed vertegenwoordigd. Groei is nog mogelijk voor de doelgroep (groot-)ouders met (klein) kinderen. Deze prefereren echter wellicht een individueel bezoek, bijvoorbeeld tijdens vakanties. In 2009 zijn negen nieuwe rondleiders aangenomen. We hebben nu in totaal een poule van 21 enthousiaste rondleiders. Het is een divers en deskundig gezelschap, met wie we alle doelgroepen goed kunnen bedienen.

25


Educatieve programma’s 2009 was een overgangsjaar voor het museum op het gebied van educatie. Een aantal programma’s in samenwerking met de Stichting Kunstzinnige Vorming Rotterdam (SKVR) werd in dat jaar voor de laatste keer gegeven. In plaats daarvan startten de medewerkers van de afdeling Presentatie, educatie en evenementen in het najaar met het ontwikkelen van een educatief beleidsplan voor de jaren 20102013 dat gereed zal zijn in 2010. Daarnaast is een begin gemaakt met het ontwikkelen van een vast programma voor de groepen 3, 4 en 5. Het Nationaal Onderwijsmuseum wil aan het einde van de beleidsperiode een doorlopende leerlijn voor leerlingen van 4 tot 24 kunnen aanbieden. Doorlopende programma’s en activiteiten ‘Fiets-OV’ is een programma waarin kinderen uit groep 8 van de basisschool alles leren over (de geschiedenis van) het verkeer en verkeersveiligheid. Na jaren van stijging is er in 2009 een sterke daling van groepen geweest. In 2008 hebben 117 groepen het programma gevolgd, afgelopen jaar waren dit er tachtig. Scholen melden zich aan bij de CED-groep. Daar krijgen zij vaak te horen dat groepen niet meer komen doordat het reizen met de chipkaart een te grote drempel vormt. Het kleuterprogramma ‘Van wie is die koffer?’ vond het eerste half jaar van 2009 plaats en werd logistiek verzorgd door de SKVR. Kleuters werden in het museum verwelkomd door een “oude juf” (actrice) die hen meenam op een reis door de onderwijsgeschiedenis. Door dit programma heeft het museum 424 kleuters mogen ontvangen. Helaas bestaat dit programma niet meer sinds het schooljaar 2009-2010 (door de verandering van het Cultuurtraject van de SKVR). In plaats daarvan is het museum begonnen met het ontwikkelen van een eigen kleuterprogramma dat in 2010 van start gaat. ‘Kunstkijken’ is een programma van de SKVR waarbij leerlingen van groep 8 verschillende culturele instellingen leren kennen. Het Onderwijsmuseum heeft een programma ontwikkeld rondom de tentoonstelling ‘Een eeuw Onderwijsfilm’ waarbij de leerlingen de tentoonstelling bezochten en in een twee uur durende workshop zelf geluid konden maken bij stomme films. In 2009 hebben zeven groepen zich aangemeld waarvan er zes zijn gekomen. In totaal hebben 149 leerlingen meegedaan. Door een verandering in de programmering van de SKVR vervalt ‘KunstKijken’ vanaf 2010. ‘Thuis in Rotterdam’ is een samenwerkingsverband tussen Zadkine Educatie en vijf Rotterdamse culturele instellingen. Doel van dit project is mensen die niet in Nederland geboren zijn zich beter thuis te laten voelen in Rotterdam. ‘Thuis in Rotterdam’ laat inburgeraars actief kennis maken met de Nederlandse geschiedenis en cultuur door bezoeken te brengen aan culturele instellingen in eigen stad. In het Nationaal Onderwijsmuseum maken zij kennis met het

26


Nederlandse onderwijs door de jaren heen en praten zij met elkaar over alles wat zij op de school van hun (klein)kinderen tegenkomen. Nadat het programma tijdelijk heeft stilgestaan, is het in 2009 weer van start gegaan. Dit jaar zijn er acht groepen van het Zadkine geweest, in totaal waren dit 120 cursisten. Bij een rondleiding ‘Mindmappen’ (een techniek om met behulp van beelden en schema’s informatie te onthouden en te structureren) wordt deze leertechniek actief verwerkt. Tijdens de rondleiding leren de leerlingen alles over de geschiedenis van het onderwijs. Daarna gaan zij met de techniek van het mindmappen aan de slag om de geleerde informatie op te slaan. In 2009 is dit programma door vijf groepen geboekt. In totaal hebben honderd leerlingen het programma gevolgd.

27


Nieuwe programma’s In het kader van het Actieprogramma Cultuurbereik ging het Onderwijsmuseum met de tentoonstelling ‘VakWerk’ de Rotterdamse wijken in. De reizende tentoonstelling ‘VakWerk in de Wijk’ stond in 2009 in Charlois. Bij de tentoonstelling is een educatief programma ontwikkeld bestemd voor senioren en voor basisschoolleerlingen (groep zeven en acht). Aan het seniorenprogramma hebben in twee bijeenkomsten 22 mensen deelgenomen. Verder hebben drie basisscholen meegedaan: zeven klassen met in totaal 154 leerlingen. ‘3, 2, 1… Actie!’ was het educatief programma bij de tijdelijke tentoonstelling ‘Een eeuw onderwijsfilm’. De looptijd van het programma was de eerste helft van 2009. In negentig minuten gingen leerlingen aan de slag met verschillende onderdelen van film, zoals geluid, beeld en tekst. Het programma was gericht op de groepen vier, vijf en zes van het primair onderwijs en heeft zestien groepen van gemiddeld 25 leerlingen opgeleverd (totaal 400 leerlingen). In het najaar van 2008 is er gestart met een pilot van een reeks voorleesmiddagen. Iedere eerste woensdag van de maand kwam een bekende jeugdauteur voorlezen uit eigen werk. De thema’s van de boeken sloten aan bij de lopende tentoonstellingen. In eerste instantie was besloten te stoppen met deze middagen. Er kwam te weinig publiek op af en er was concurrentie van meer voor de hand liggende locaties zoals bibliotheken en boekhandels. Nadat wij echter contact hebben gehad met een Buitenschoolse Opvang (BSO) die graag maandelijks wilde komen, is het programma nog een half jaar voortgezet. Iedere maand kwam de BSO met ongeveer vijftien kinderen. Helaas bleek de concurrentie toch te groot. In 2010 gaan we dan ook niet verder met het programmeren van jeugdboekenschrijvers. Vakantieactiviteiten Het Nationaal Onderwijsmuseum is elke vakantie open voor publiek (ook op maandag) en organiseert dan activiteiten voor kinderen tussen vier en twaalf jaar. Het Kinderatelier, de ruimte waar deze activiteiten plaatsvinden, heeft in 2009 een opknapbeurt gekregen en ziet er weer fris en aantrekkelijk uit. Activiteiten 2009 Voorjaarsvakantie: raamhangers maken in het Kinderatelier; twee keer de voorstelling ‘De Toverlantaarn’. Meivakantie: Oudhollandse spelletjes in een van de tentoonstellingszalen. Zomervakantie: Jeugd Vakantie Paspoort, dvdDVD-hoesjes ontwerpen in het Kinderatelier. Herfstvakantie: je eigen droomhuis ontwerpen en maken in het Kinderatelier. Kerstvakantie: poppenkastpoppen maken in het Kinderatelier. In totaal hebben wij 3103 kinderen mogen ontvangen tijdens de vakantieactiviteiten.

28


‘Jeugdvakantieland’ is een jaarlijks evenement in Ahoy georganiseerd door de gemeente Rotterdam. Twee weken lang in juli zijn meerdere hallen omgetoverd tot een groot speel- en doeparadijs voor kinderen van vier tot twaalf jaar. Ook het museum droeg een steentje bij. In 2009 had het museum een schoolplein nagemaakt waar kinderen allerlei Oudhollandse spelletjes konden spelen. Dit was een groot succes; 3884 kinderen zijn naar het schoolplein gekomen. Alle Rotterdamse basisschoolkinderen krijgen voor de zomervakantie het ‘Jeugd Vakantie Paspoort’ mee. Met dit boekje kunnen zij bij tientallen instellingen aan activiteiten deelnemen. In 2009 liep deze activiteit van 11 juli tot en met 23 augustus. In het Onderwijsmuseum stond de tentoonstelling Een eeuw Onderwijsfilm centraal. De kinderen kregen een kijkwijzer waarmee zij zelfstandig de tentoonstelling konden bezoeken. Daarna konden zij in het kinderatelier een eigen dvd-hoes ontwerpen. Deze activiteit sloeg aan, het museum ontving 2585 bezoekers.

29


Evenementen in het museum

Op zaterdag 7 maart vond de jaarlijkse Museumnacht plaats. Dit jaar was het centrale thema RE:. In het Onderwijsmuseum waren verschillende activiteiten ontwikkeld rondom RE: live your schooldays! Bezoekers kregen een rooster en konden biologie-, teken- en Nederlandse les volgen. Daarnaast was er een schoolfotograaf aanwezig en kon men ontspannen in de schoolbioscoop of voetballen op het plein. Door het slechte weer en de uitval van de museumbus op onze route was het totale aantal bezoekers minder dan vorig jaar, ruim 1000 mensen. Vooral de schoolfotograaf werd druk bezocht. Ook Radio Rijnmond kwam nog even langs voor een tekenles ĂŠn een dansje in de schooldisco. Het landelijke Museumweekend heeft dit jaar op 4 en 5 april plaatsgevonden. Tijdens dit weekend kunnen bezoekers musea gratis betreden. In verband met koninklijk bezoek op 4 april en de Rotterdamse marathon op 5 april heeft het Onderwijsmuseum dit jaar geen speciale activiteit georganiseerd bij dit weekend. Er zijn ruim tweehonderd bezoekers geweest. Van 17 tot en met 25 oktober vond de jaarlijkse Week van de Geschiedenis plaats, georganiseerd door Stichting Anno . Dit jaar stond in het teken van Oorlog en Vrede. Het Onderwijsmuseum heeft voor deze week een speciale geschiedenistoets bedacht die bezoekers met de kroontjespen konden invullen. Daarnaast is er een voorleesmiddag georganiseerd met schrijfster Anna Woltz. Zij kwam vertellen over en voorlezen uit haar boek Post uit de oorlog.

30


Het museum als platform Het Nationaal Onderwijsmuseum wil aandacht besteden aan hedendaagse ontwikkelingen in het onderwijs. Naast de organisatie van tentoonstellingen is het gebouw daarvoor ook letterlijk als platform en podium ter beschikking. Het museum organiseert, meestal in samenwerking, evenementen voor specifieke doelgroepen en organisaties uit het onderwijs- en museumveld. Wegens de geringe capaciteit en functionaliteit van het museum is het vooralsnog niet goed mogelijk onze ambities op dit vlak waar te maken. In 2008 is daarom besloten de doelstelling van het museum voor haar platformfunctie aan te passen en ons te richten op kleinere evenementen, gericht op specialisten in een bepaald onderwerp. Daarnaast richten we ons op het verstevigen van de banden met organisaties waarmee reeds eerder een evenement of tentoonstelling is georganiseerd. Deze evenementen organiseren we niet per se in het museum, we geven ook lezingen en presentaties op locatie. Een kort overzicht Op woensdag 1 april hield Jacques Dane, coördinator Collectie en Onderzoek, aan de Theologische Universiteit in Kampen een lezing over de onderwijzer, journalist en GPV-politicus Pieter Jongeling (1908-1985). Jongeling verwierf ook grote bekend als auteur van kinder- en schoolboeken onder het pseudoniem Piet Prins. Op 6 juni stelde het museum zijn zalen beschikbaar voor de uitreiking van de Rotterdamse Poem Express prijs van de Stichting Boekie Boekie; Tijdens het Europese Symposium International des musées de l’éducation et des collections de patrimoine scolaire, tussen 1 en 4 juli in Rouen, presenteerde directeur Tijs van Ruiten de collectie en uitgangspunten van het Onderwijsmuseum; Op 27 augustus vond in het museum de ontvangst plaats door Tijs van Ruiten en Jacques Dane van de deelnemers aan de International Standing Conference for the History of Education . Het thema van deze conferentie was volksonderwijs. De deelnemers werden ontvangen met een walking dinner en kregen daarna een rondleiding door de vaste presentatie. Vanwege het thema was er speciale aandacht voor de tentoonstelling ‘VakWerk’.

31


Op vrijdag 2 oktober vond in het museum de inmiddels traditionele nascholingsdag plaats van de Erasmus Universiteit Rotterdam voor leraren geschiedenis. Meer dan 150 personen namen deel en volgden lezingen en workshops. De hal van het museum werd gebruikt als beursvloer. Op 7 oktober hield Jacques Dane in Museum Nairac in Barneveld een lezing in het kader van de tentoonstelling ‘Jetses aan de wand’. Vrijdag 9 oktober vond in het museum de uitreiking van de Onderwijspersprijs plaats door Kennisnet. Deze prijs, uitgereikt in het kader van de 7e Nationale OnderwijsWeek, is uitgereikt aan Yvonne van de Meent, Robert Sikkes en Nico van Kessel voor hun artikelen over de rijkdom van schoolbesturen. Op vrijdag 15 oktober hield Jacques Dane een lezing op een door de KU Leuven georganiseerd symposium over het onderwerp “Geletterdheid en jeugdliteratuur”, naar aanleiding van het emeritaat van hoogleraar kinder- en jeugdliteratuur Rita Ghesquière over een 19de-20ste eeuws kinder- en schoolboek: Jessica’s eerste gebed, van Hesba Stretton. Op 20 oktober organiseerde het Nationaal Onderwijsmuseum in samenwerking met het Archief & Documentatiecentrum Nederlandse Gedragswetenschappen (ADNG) een studiemiddag over psychologie en biografie. Namens het museum hield Jacques Dane een lezing over de bekende pedagoog/psycholoog prof. dr. Jan Waterink. Tijdens deze middag werd een boek gepresenteerd over Nederlandse ontwikkelingspsychologen. Donderdag 29 oktober vond, in aanwezigheid van wethouder Grashof, de feestelijke doorstart plaats van het inburgeringsprogramma Thuis in Rotterdam. De samenwerkende musea, het Zadkinecollege en de SKVR organiseerden een workshop voor de deelnemers en sloten de middag af met taart. Op 2 november gaf Jacques Dane in het Comenius Museum in Naarden een lezing met als titel “Comenius en het aanschouwelijk onderwijs in de 19de eeuw”. Op 23 november hield Jacques Dane voor de Historische vereniging van de gemeenten Hoogblokland, Hoornaar en Noordeloos de lezing “Het klaslokaal door de eeuwen heen”.

32


27 november organiseerde het museum samen met de Belgisch Nederlandse Vereniging voor de Geschiedenis van Opvoeding & Onderwijs (BNVGOO) een studiemiddag voor ongeveer 30 deelnemers. Regelmatig organiseert de Rotterdamse stichting Reflex in het Nationaal Onderwijsmuseum debatten over diverse onderwerpen die te maken hebben met allochtone jongeren en hun (school-) carrière.

33


34


Collectie, publicaties en onderzoek Collectie Het verzamelbeleid van het NOM heeft betrekking op het gehele schoolwezen van Nederland en de voormalige koloniën, van de voorschool tot het universitaire onderwijs. Het museum beheert een omvangrijke collectie objecten en boeken – beeldmateriaal, schoolmeubilair, lesmethoden et cetera – met betrekking tot de onderwijsgeschiedenis. Deze verzameling boeken en objecten wordt door de medewerkers van de afdeling Collectie & onderzoek en de Bibliotheek ontsloten, bewaard en beheerd. Voor tentoonstellingen, publicaties en projecten wordt onderzoek verricht en een selectie van objecten gemaakt. In de door de Bibliotheek beheerde studiezaal kunnen wetenschappers, studenten, journalisten en andere geïnteresseerden schoolboeken, literatuur en bronnen raadplegen en objecten bestuderen. In het verslagjaar is een begin gemaakt met de voorbereidingen van de verhuizing van de collectie van het Onderwijsmuseum naar een nieuw depot. Het huidige, overvolle depot stamt uit 1923 en voldoet niet meer aan de eisen van modern depotbeheer.

35


Langdurige bruikleen ‘Oud Goud’ In 2009 zijn Noordhoff Uitgevers en het Nationaal Onderwijsmuseum overeengekomen het beheer van Noordhoff’s archiefcollectie, ‘Oud Goud’ genoemd, in langdurige bruikleen aan het museum over te dragen. Zo wordt het mogelijk deze belangrijke collectie te conserveren en voor een groot publiek toegankelijk te maken. In dit bedrijfsarchief bevindt zich de nagenoeg complete collectie van honderden aquarellen en schilderijen en duizenden illustraties die in de periode 1900-1980 in opdracht van de uitgever zijn gemaakt. Een collectie met werk in zeer uiteenlopende stijl van illustratoren en kunstenaars als Johan Isings, Cornelis Jetses, Johan Dijkstra, Rie Cramer, Sierk Schroder, Waldemar Post, Dirkje Kuik en vele anderen. Generaties schoolkinderen hebben op school de schoolplaten en schoolboeken gezien en gebruikt. ‘De Noormannen bij Dorestad’, ‘Ot en Sien’ en ‘Aap Noot Mies’ zijn slechts enkele van de leermiddelen die onlosmakelijk met de uitgever en de geschiedenis van het Nederlandse onderwijs verbonden zijn. Het Nationaal Onderwijsmuseum zal permanent onderdelen uit de omvangrijke collectie in het museum laten zien. Daarnaast zal het museum in samenwerking met collega-musea elders in het land geregeld reizende tentoonstellingen organiseren op basis van deze collectie.

36


Ontsluiting collectie In 2008 zijn er 3101 objecten ingevoerd in The Museum System (TMS), het registratiesysteem dat het museum gebruikt. In 2009 was dat minder dan de helft: 1410 objecten. Voor een groot deel is dit te verklaren door het wegvallen van één van de (project-)medewerkers, die vier dagen per week besteedde aan het invoeren van objecten. Zowel in 2008 als 2009 zijn er daarnaast veel uitgebreide schoolplaatbeschrijvingen gemaakt die nog niet in TMS zijn ingevoerd. Deze beschrijvingen zijn veelal gemaakt voor de website www. historywallcharts.eu. Bijvoorbeeld van de serie Schoolplaten voor de vaderlandse geschiedenis zijn 65 platen op deze wijze beschreven. Ook van de schoolplatenserie Geschiedenis des vaderlands uit 1857, uitgegeven door de onderwijzers J.H. Eichman, H. Altmann en W. Swart, zijn in totaal 64 platen uitgebreid beschreven en op de website geplaatst. Schenkingen Het museum krijgt bijna wekelijks leermiddelen, afbeeldingen, textiel, soms persoonlijke documenten zoals dagboeken en brieven diploma’s, schoolschriften, boekencollecties en dergelijke aangeboden. De medewerkers van de afdeling Collectie en de Bibliotheek onderzoeken in hoeverre het aangebodene in de collectie past. In 2009 heeft het museum onder andere schoolschriften, agenda’s, diploma’s, schoolplaten en tal van andere leermiddelen ontvangen. Een bijzondere schenking was afkomstig van mevrouw Van den Nieuwendijk uit Rotterdam, die het archief- en beeldmateriaal van het FiboBeeldonderwijs – bekend van onder andere de filmstroken over de Marshallhulp – heeft overgedragen. Een andere opmerkelijke schenking was afkomstig uit het archief van de Fraters van Tilburg: een groot aantal begin twintigste-eeuwse, ongeschonden glasdiaseries, een groot deel zelfs met de oorspronkelijke begeleidende teksten.

37


Bruiklenen Landelijke musea, jubilerende scholen, oudheidkundige kamers, streekmusea en de vele andere lokale cultuurhistorische verenigingen in Nederland benaderen het Onderwijsmuseum regelmatig in verband met bruiklenen. Schoolplaten, klassenfoto’s, schoolboeken, leermiddelen, schriften en andere objecten uit de collectie worden in diverse tentoonstellingen in binnen- én buitenland gebruikt. In 2009 hebben 22 musea en instellingen voorwerpen geleend, waaronder Museum Bommel van Dam in Venlo, het Nederlands Fotomuseum Rotterdam, Museum Nairac in Barneveld, Museum De Fraeylemaborg in Slochteren, het Museon in Den Haag, Scryption Tilburg, Museum Oud-Lunteren, Museum Dr. Ghuislain te Gent, Teylers Museum in Haarlem en de Openbare Bibliotheek Rotterdam. Afbeeldingen De collectie van het Nationaal Onderwijsmuseum bestaat onder andere uit een omvangrijke verzameling afbeeldingen: traditionele schoolklasfoto’s, glasdia’s, prenten, stereofoto’s, filmstroken, prenten en dia’s voor educatief gebruik. Hier is veel vraag naar. In 2009 hebben onderzoekers, journalisten, musea, tijdschriftredacties en uitgeverijen gebruik gemaakt van de collectie afbeeldingen. In 2009 zijn afbeeldingen besteld voor geschiedenismethoden, dagbladen, dissertaties en (wetenschappelijke) tijdschriften. Daarnaast worden voor het blad Lessen de afbeeldingen verzorgd. Voor wat de digitalisering, registratie en beschrijving in TMS betreft, zijn in 2009 ongeveer vijfhonderd series aan de beeldcatalogus toegevoegd. Deze series bestaan uit gemiddeld twintig beelden, wat neerkomst op circa tienduizend gedigitaliseerde beelden in 2009. Prentbriefkaarten Vanaf medio 2008 digitaliseert en beschrijft één van de vrijwilligers de deelcollectie prentbriefkaarten. Op deze afbeeldingen staan foto’s van schoolgebouwen uit alle gemeenten van Nederland. In 2009 zijn er 434 prentbriefkaarten ingevoerd en beschreven (in 2008 waren dat er 424).

38


Publicaties Medewerkers van het Nationaal Onderwijsmuseum publiceren regelmatig in vakbladen of schrijven, indien van toepassing, catalogi bij tentoonstellingen in het museum. In 2009 verscheen bij de tentoonstelling ‘Jetses aan de wand’ een gelijknamige catalogus waar Saskia de Bodt, hoogleraar Illustratie aan de Universiteit van Amsterdam, Ina Uphoff, Duits schoolplatenexpert van de Universiteit van Würzburg, en Lenja Crins, medewerker van de afdeling Collectie & onderzoek, bijdragen aan leverden. Samen met George Harinck, hoogleraar collectievorming en geschiedenis van het neocalvinisme aan de Vrije Universiteit Amsterdam, publiceerde Jacques Dane, coördinator Collectie & onderzoek, in 2009 een artikel over de verwerking van de Tweede Wereldoorlog in protestants-christelijke schoolen kinderboeken. Dane schreef verder een stuk over de schrijvende schoolmeester Henri Arnoldus (1919-2002), bekend van zijn kinderboekenserie over de postbode Pietje Puk, dat verscheen in het liber amicorum bij het afscheid van de Leuvense hoogleraar kinder- jeugdliteratuur Rita Ghesquière. Samen met vrijwilliger Richard van Schoonderwoerd schreef Dane een

39


artikel over het kinderboek Jessica’s first prayer (1866) van de Britse schrijfster Hesba Stretton (18321911). Dit boekje verscheen in 1868 voor het eerst op de Nederlandse markt en werd aanvankelijk uitgedeeld als kerstgeschenk op protestantse dag- en zondagsscholen. In de twintigste eeuw kwam Jessica’s eerste gebed – een evergreen – ook als een serie glasdia’s (circa 1900) en later als filmstrook (circa 1950) voor het onderwijs en ook als schoolboekje bij het vak Engels. In 2009 verscheen nog een luisterboek van Jessica’s eerste gebed. In samenwerking met het Comenius Museum in Naarden gaf het museum daarnaast in 2009 de vertaling van Comenius’ boek De moederschool uit, over de vorming en opvoeding van het jonge kind. Inmiddels is een tweede druk verschenen. Studenten en onderzoekers Scholieren, studenten, onderzoekers en journalisten hebben de mogelijkheid onderzoek te verrichten voor een werkstuk, scriptie, dissertatie of wetenschappelijk artikel. In 2009 ontving het Onderwijsmuseum diverse scholieren, studenten en wetenschappers. Enkele onderwerpen waar onderzoek naar is verricht: verzuiling in rooms-katholieke en protestants-christelijke geschiedenisboekjes voor het lager onderwijs in de periode 1920-1950, de Havenloze school te Rotterdam, de prenten van de Maatschappij tot Nut van ‘t Algemeen, “bijbelsche geschiedenis” en schoolagenda’s. Vanuit de afdeling Collectie & onderzoek werden in 2009 ook studenten van de Universiteit Utrecht en de Erasmus Universiteit Rotterdam begeleid.

40


41


Nationale en internationale contacten Het Onderwijsmuseum heeft een samenwerkingsverband met de Universiteit van Würzburg (UW) en het Schoolmuseum Denemarken. In samenwerking met de vakgroep historische pedagogiek van de UW en het Deense Schoolmuseum heeft het museum in het kader van het Culture Programme 2007 – 2013 in 2008 een subsidie van de Europese Unie ontvangen voor het project Schoolplaten in internationaal perspectief. Hoofdvraag: Welke rol hebben schoolplaten gespeeld in de nationale en Europese identiteit? Onderdeel van deze samenwerking is onder andere het internationale congres dat op 2 en 3 april 2009 in Würzburg plaatsvond en mede door het Onderwijsmuseum was georganiseerd. Directeur Tijs van Ruiten en coördinator Collectie & onderzoek Jacques Dane hebben een bijdrage aan dit congres geleverd. In 2009 werd ook een website opgestart: www.historywallcharts.eu. Op deze site worden de historische schoolplaten van Denemarken, Duitsland en Nederland gepresenteerd. In 2009 heeft het Onderwijsmuseum verder samengewerkt met de Belgisch-Nederlandse Vereniging voor de Geschiedenis van Opvoeding en Onderwijs (BNVGOO), de International Standing Conference for the History of Education (ISCHE) en de Universiteitsbibliotheek van de Erasmus Universiteit Rotterdam. Op 27 augustus van het verslagjaar bezochten de congresgangers van ISCHE 2009 het Onderwijsmuseum om onder meer de vaste presentatie en de tentoonstelling over de geschiedenis van ’t Nut te bekijken.

42


43


44


De bibliotheek De bibliotheek van het Nationaal Onderwijsmuseum heeft twee functies. Enerzijds is de bibliotheek de bewaarplaats van gedrukt (bronnen)materiaal over de Nederlandse onderwijsgeschiedenis. Anderzijds zijn de boeken – met name de lesmethoden – onderdeel van de vaste collectie. De schoolboeken zijn museumobjecten die de onderwijsgeschiedenis in beeld kunnen brengen. Bezoekers De bibliotheek is van maandag tot en met vrijdag van 09.00-17.00 uur geopend voor publiek. In 2009 ontving de bibliotheek 122 bezoekers, acht meer dan het jaar ervoor. Onder deze bezoekers bevonden zich scholieren, journalisten, studenten, wetenschappers, fotografen en geïnteresseerden op zoek naar schoolboekjes uit hun kinder- en jeugdtijd. Informatieverzoeken Het beantwoorden van uiteenlopende vragen is een taak van de collectie- en bibliotheekmedewerkers van het museum. Met het groeien van onze naamsbekendheid neemt ook het aantal vragen toe. In 2009 kreeg het museum 234 vragen (in 2008 waren dat er 189). De vragen gingen onder andere over oude schoolboeken, vakantieperiodes in het recente verleden, schoolbehoeften, de aanwezigheid van bepaalde titels, leesonderwijs in de negentiende eeuw en abc-boekjes. Schenkingen In 2009 ontving het Onderwijsmuseum veel interessante en ook zeldzame lesboeken. Door de tentoonstelling ‘Vakwerk’ kreeg de bibliotheek een aantal lesboeken voor het beroepsonderwijs aangeboden: deze boeken worden niet systematisch verzameld door instellings- en universiteitsbibliotheken en zijn daarom zeldzaam. Opvallend is ook dat er jaarlijks meer lesmethoden uit de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw worden aangeboden. Lesboeken uitgebracht in de laatste decennia van de twintigste eeuw zijn een lacune in de verzameling. Dit hiaat wordt nu opgevuld omdat oud-leerlingen hun oude schoolboeken bij het Nationaal Onderwijsmuseum afleveren. De medewerkers en de vrijwilligers van de bibliotheek hebben in 2009 in totaal 4.173 titels beschreven. In 2008 waren dat er 6.240. Dit verschil is als volgt te verklaren: in 2008 zijn de titels uit de omvangrijke rooms-katholieke kring afkomstige Opvoedkundige Brochurereeks (OBR) uit het landelijke Gemeenschappelijk Geautomatiseerd Catalogussysteem (GGC) gedownload

45


en daarna bewerkt voor Xref, het catalogussysteem van het Onderwijsmuseum. Daarnaast zorgde de schenking van het tijdschrift Vernieuwing in 2008 voor een toename aan titels in Xref. De artikelen uit dit tijdschrift waren reeds beschreven en konden na bewerking direct opgenomen worden in de catalogus.

46


Marketing en communicatie Promotie In 2009 werd er verder ingezet op het vergroten van de naamsbekendheid onder de verschillende doelgroepen van het Nationaal Onderwijsmuseum. In januari was het museum aanwezig op de Nationale Onderwijstentoonstelling (NOT) in Utrecht en in augustus bezochten honderden kinderen de stand op Jeugdvakantieland in Ahoy. In tegenstelling tot andere jaren stond het museum dit jaar in september niet op de Wereldhavendagen in Rotterdam, maar uitgebreid op de R’ Uitmarkt en de 50 Plus Beurs. Ook stonden we nog een middag op de Kinderuitmarkt in Rotterdam Noord. Veel mensen op de verschillende beurzen kenden het museum en waren er wel eens geweest. In oktober werd in Ahoy de 55 Plus Expo georganiseerd. Het museum was hier aanwezig met een ingericht klaslokaal. In november nam het museum voor de tweede keer deel aan de Rotterdamdag in de Laurenskerk. Op de verschillende beurzen zijn ook dit jaar weer kaarten uitgedeeld waar mensen iemand gratis mee konden nemen. Ongeveer vijf procent van de uitgedeelde kaarten komt terug bij de kassa. Publiciteit Eind 2009 werd er overgestapt op een nieuwe manier van persberichten verzenden. Naast het sturen van persberichten naar persoonlijke contacten, gaat de verzending nu ook via het landelijke en regionale ANP-netwerk. In 2010 zal blijken of deze manier beter werkt. Publicitaire hoogtepunten in 2009 waren de tentoonstellingen ‘Jetses aan de wand’ en ‘Jongens en meisjes’. In verschillende landelijke dagbladen en tijdschriften, maar ook in de regionale pers, is aandacht besteed aan deze tentoonstellingen. De reportage van de foto’s van Annie van Gemert in de zaterdagbijlage van NRC Handelsblad leverde een grote hoeveelheid extra publiciteit op in zowel de geschreven pers, als op radio, televisie en internet.

47


Winkel Eind 2008 is er gestart met de professionalisering van de museumwinkel, in 2009 is hiermee verder gegaan. Er worden nu alleen (op een aantal uitzonderingen na) nog producten gekocht die met recht van retour geleverd worden. Hierdoor worden de risico’s op verouderde voorraden een stuk kleiner. In 2009 is geëxperimenteerd met verschillende nieuwe producten. Vooral het Oudhollands snoep is een groot succes. Daarnaast is er gestart met de verkoop van dubbele en afgestoten boeken uit de bibliotheek van het Onderwijsmuseum. Deze boeken worden voor een lage prijs verkocht aan bezoekers. In twee maanden tijd werden er ruim tweehonderd boeken verkocht. LESSEN In 2006 kwam de eerste jaargang uit van het tijdschrift LESSEN, de opvolger van het blad De School Anno. Na twee jaar te hebben gewerkt met dit vernieuwde museumtijdschrift, werd eind 2008 door de leden van de redactie de eerste tweeënhalf jaar geëvalueerd. Uit deze evaluatie kwam naar voren dat de meeste lezers het blad graag lezen en de opmaak mooi vinden. Wel zou het tijdschrift meer moeten aansluiten bij de activiteiten van het museum en de actualiteit. In 2009 is er besloten om over te stappen naar een andere drukker (Veenman Drukkers in Rotterdam). Zij nemen naast het drukken van LESSEN ook de verzending van het tijdschrift voor hun rekening. Voor het eerst werden de vier nummers van het afgelopen jaar meer afgestemd op de verschillende tentoonstellingen die in het museum te zien zijn. De oplage per nummer bedraagt vijfhonderd. Vriendenvereniging Sinds de oprichting in 1981 heeft het Nationaal Onderwijsmuseum een kleine maar actieve Vriendenvereniging die samen met het museum het tijdschrift LESSEN uitgeeft en daarnaast lezingen en speciale acties voor leden organiseert. Na in 2008 een nieuwe vriendenkaart ontworpen te hebben, is er in 2009 gewerkt aan het ontwerp van een plastic ledenpas. Vanaf 2010 zullen alle leden een professionele en persoonlijke ledenpas ontvangen waarmee ze het museum gratis kunnen bezoeken. Ultimo 2009 telde de vereniging 252 leden. Samenwerkingsverbanden op gebied van marketing, communicatie en educatie Het Onderwijsmuseum onderhoudt een uitgebreid netwerk van contacten, neemt deel aan verschillende netwerken en werkt met vele partijen samen. Kennisuitwisseling, kennisvermeerdering of het gezamenlijk organiseren van een tentoonstelling of evenement is vaak het doel, naast uiteraard het doen van onderzoek naar de collectie. In 2009 werkten wij onder andere samen met de Vereniging Musea Rotterdam, het Rotterdams Educatief Netwerk, het Rotterdamsch Leeskabinet, Kennisnet, Rotterdam Festivals, het Geheugen van Nederland, de Erasmus Universiteit en de Hogeschool Rotterdam en omstreken.

48


49


Personeel en organisatie De organisatie van het museum onderging in 2009 een gering aantal veranderingen. De omvang van de organisatie is licht toegenomen van 14.9 fte tot 15.1 fte verdeeld over twintig medewerkers. Van hen zijn er drie op detacheringbasis via de gemeente Rotterdam en het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) bij het museum werkzaam. Medio 2009 is een parttime medewerker aangesteld voor de organisatie van de zaalverhuur, evenementen en daarmee samenhangende administratie. De groei in aantal en omzet van deze activiteiten maakt deze uitbreiding haalbaar. Vrijwilligers Naast de vaste medewerkers verrichten diverse vrijwilligers, herintreders, stagiairs en medewerkers in een traject voor sociale activering tal van werkzaamheden bij alle afdelingen van het museum. Totaal zetten ruim 35 mensen zich belangeloos in. Het totaal aantal uren bedraagt het equivalent van 6,25 fte. Tot ons verdriet ontvingen wij begin 2010 het bericht dat één van onze vaste vrijwilligers, Myriam van der Velde, plotseling is overleden. Organisatie Naast directie, office en technische en ondersteunende diensten is de organisatie opgebouwd uit twee kernafdelingen: de afdeling Presentatie, educatie en evenementen en de afdeling Collectie en onderzoek. De afdeling Presentatie, educatie en evenementen is verantwoordelijk voor alle publieksgerichte activiteiten. De afdeling coördineert en organiseert rondleidingen, ontwikkelt educatieve projecten bij de vaste en tijdelijke tentoonstellingen, verzorgt de communicatie, marketing en publiciteit rond activiteiten van het museum, neemt deel aan beurzen en festivals en draagt bij aan de totstandkoming van aantrekkelijke en doelgroepgerichte tentoonstellingen. Daarnaast is voor deze afdeling een taak weggelegd in het organiseren van studiemiddagen, symposia en debatten, alleen of in samenwerking met partners uit het netwerk. De afdeling Collectie en onderzoek is verantwoordelijk voor de ontsluiting en het beheer van de collectie en de bibliotheek van het museum. Daarnaast stimuleert de afdeling onderzoek naar en gebruik van de collectie voor tentoonstellingen én ontwikkelt mede tentoonstellingen.

50


Het Organogram van het Nationaal Onderwijsmuseum ziet er als volgt uit:

Directeur

Office -manager

Service- medewerkers

Coรถrdinator afdeling Collectie en onderzoek

Coรถrdinator afdeling Presentatie, educatie en evenementen

Senior project medewerker

CollectieRegistratie

Biblio-thecaris

Educatie & Evenementen

Bibliotheekmedewerkers

Rondleiders

Marketing & Communicatie

51


Directie Tijs van Ruiten Office en servicedienst Theo Botermans Marie-Anne Delvaux (verantwoordelijk voor zaalverhuur) Wim Dimitrijevic Ilona Tol (officemanager) Rob Velthoven Presentatie, educatie en evenementen Noortje Ankersmit Sarah-Jane Earle Renée Mast Saskia Noordoven Petra Reijnhoudt (coördinator) Wendy van Trigt Collectie, onderzoek en bibliotheek Hans van den Beld Rien van Buren Lenja Crins Jacques Dane (coördinator) Ben de Jong Joke Pijpers Antoine Rijnders Yvonne Starrenburg (tevens vrijwilliger voor werk aan textiel) Gedetacheerde medewerkers over 2009 (allen servicedienst) Ben Benaissa Firdes Cevher Esselien Ismail Soenita Mohan Iris Orman

52


Medewerkers op regelmatige uitzendbasis in 2009 Gerda Aalbers (servicedienst) Richa Gawecki (servicedienst) Betty Leenaarts (servicedienst) Corrine van der Noll (office) Bryan Nome (servicedienst) Maurice Visser (zaalverhuur) Joke Voorkamp (servicedienst) Jeroen Wegman (zaalverhuur) Freelance medewerkers op projectbasis in 2009 Anja Frenaij Medewerkers in dienst getreden in 2009 Marie-Anne Delvaux Medewerkers uit dienst getreden in 2009 geen Vrijwilligers en stagiaires “Onderwijs� is niet alleen iets waarover we in het museum praten of wat we laten zien in tentoonstellingen. Het museum vindt het belangrijk vrijwilligers en studenten gelegenheid te bieden praktijkervaring op te doen. Vrijwel altijd heeft het museum daarom voor kortere en langere tijd vrijwilligers en stagiaires rondlopen. Vrijwilligers in 2009 Hassan Abutabikh Gerda Alderliefsten Jihan Georg Issa Al-Jazrawi Ed van Berkel John Berkers Paula van der Blom Maarten Breeveld Arjan van den Driessche Ab Engelsman

53


Hein Franke Floor Gosselaar Letty Hooijdonk Tine de Jong-Hoogeweij Klazien de Jong-Karman Mathijs Krijtenberg Kees Nijland Ali van Os Hans Pelt Gemma Ramakers Annet Robbers Barbara Robbers Yvonne SacrĂŠ-Elserman Richard van Schoonderwoerd Albert van der Schoor Johan Timmermans Myriam van der Velde Paul Westerhof Koen de Wilde Pauline de Wilde-Franke Paula Wolters-Karman Henk de Zeeuw Jan van Zwieten Stagiair(e)s in 2009 Toyah Boot (presentatie, educatie en evenementen) Sacha Boom (presentatie, educatie en evenementen) Samantha Massop (collectie en onderzoek) Maritgen Rodenburg (presentatie, educatie en evenementen) Daarnaast heeft het museum in 2009 twee VMBO-scholieren ontvangen in het kader van hun maatschappelijke stage.

54


Het bestuur van het Nationaal Onderwijsmuseum In 2009 is het bestuur niet gewijzigd: de heer F. van Koetsveld, voorzitter de heer Joh. H. Hofmann, secretaris en vice-voorzitter de heer J.A. Waldus, penningmeester de heer prof. dr. P.Th.F.M. Boekholt, lid mevrouw prof. dr. H.W. van Essen, lid de heer C.P. Mulder, lid Van Koetsveld, Hofmann en Waldus vormden het dagelijks bestuur. Het bestuur heeft zich dit jaar vooral bezig gehouden met de huisvesting en de vorming van een Raad van Toezicht (RvT). De administratieve stappen daartoe zijn gezet en een uitgewerkte profielschets van mogelijke kandidaten is samengesteld. In 2010 zal de omvorming naar een RvT afgerond worden. Het bestuur van de Vereniging van Vrienden Gerrit Visser, voorzitter Harry van der Linden, penningmeester Ruud Poels, ledenadministratie Marry Remery, secretaris Jan van der Wiel Cees van Middelkoop De redactie van LESSEN Trudie de Bruyn Rien van Buren Jacques Dane Hans de Frankrijker RenĂŠe Mast Marry Remery Marjoke Rietveld-Van Wingerden Tijs van Ruiten

55


Financiën en fondsen Het Nationaal Onderwijsmuseum wordt gesubsidieerd door de gemeente Rotterdam en het ministerie van OCW. Van het ministerie ontving het museum in 2009 een subsidie van € 601.526. Op de toegezegde subsidie van € 750.000 heeft het ministerie in bedrag van bijna € 150.000 ingehouden in verband met niet bestede reserves voor de gepande verbouwing. Het museum heeft tegen deze inhouding vergeefs beroep aangetekend. Het museum is met het ministerie in gesprek over het instellen van een langjarig subsidietraject. Van de gemeente Rotterdam ontvangt het museum een bedrag van € 405.000 per jaar. Dit is exclusief de kosten voor huisvesting en gedetacheerde medewerkers. Met ingang van het jaar 2010 wordt het museum verantwoordelijk voor het onderhoud en worden de detacheringkosten overgeheveld. Naast de subsidies van het ministerie en de gemeente is het museum actief met het verwerven van incidentele subsidies voor projecten. Jaarlijks probeert het NOM museum € 150.000 aan projectsubsidies te verwerven voor collectie en digitaliseringprojecten, educatieve projecten, tentoonstellingen en museale aanpassingen voor de huisvesting. Naast projectsubsidies vergroot het museum haar financiële zelfstandigheid met eigen inkomsten uit entreegelden, winkelverkoop, zaalverhuur en verhuur van tentoonstellingen. Het museum verwacht ook in de komende jaren meer eigen middelen te kunnen generen tot een niveau dat gelijk is aan de inkomstennormen die aan vergelijkbare instellingen worden gesteld. De inkomsten uit entreegelden zijn licht gedaald. Dit is veroorzaakt door het grotere aantal mensen dat het museum bezoekt met de Museumkaart en de RotterdamPas. Daarnaast is de toegang voor kinderen tot twaalf jaar gratis. Gratis toegang voor deze leeftijdsgroep was door de minister van OCW aangekondigd maar is op het laatste moment ook weer ingetrokken. Het Nationaal Onderwijsmuseum heeft de maatregel evenwel toch doorgevoerd.

56


Opbrengsten (in euro’s)

Kosten (in euro’s) Uitvoeringskosten

25.552 Opbrengsten uit entree en winkel

707.235 Personeelskosten

72.587 Opbrengsten zaalverhuur

118.510 Huisvestingskosten

33.442 Opbrengsten verhuur

179.192 Algemene uitvoeringskosten

tentoonstellingen en beeldmateriaal

1.032.237 Totaal uitvoeringskosten

6.312 Opbrengsten rondleidingen

27.420 Afschrijvingen

601.526 Subsidie JOS 405.000 Subsidie ministerie van OCW

Besteed aan activiteiten

107.436 Projectsubsidies

99.992 Marketing en communicatie

55.520 collectie

3.735 Financiële baten

307.330 presentatie

24.152 educatie

486.994 Totaal aan activiteiten 1.255.590 Totaal baten Mutatie bestemmingsfondsen Exploitatieresultaat

1.519.351 Totaal kosten -263.761 -516

57


Huisvesting – het gebouw De huisvesting van het museum blijft een zaak die de nodige aandacht vraagt. Het monumentale gebouw en de ligging in het centrum van Rotterdam bieden het museum genoeg uitdagingen en kansen, maar maken klimaattechnische en museale aanpassingen absoluut noodzakelijk. De planvorming rond de voorgenomen verbouwing is begin dit jaar afgerond. Bestuur en directie hebben in verschillende gesprekken met de gemeente en wethouder aangedrongen op verdere uitvoering. Door een onduidelijke situatie rond de eigendomsverhouding en gebrek aan beschikbare middelen zijn bij de Dienst Jeugd, Onderwijs en Samenleving op dit moment geen middelen beschikbaar. Het museum betreurt deze impasse zeer. Het museum is met de gemeente Rotterdam in overleg om te kijken hoe de gebrekkige staat waarin het pand verkeert, kan worden verbeterd en hoe de gemaakte plannen in samenwerking met de gemeente en andere partijen kunnen worden uitgevoerd. In 2009 is het gebouw op de gemeentelijke monumentenlijst geplaatst. Het museum spreekt de hoop uit dat deze aanwijzing een positief effect zal hebben op de uitvoering van de gemaakte plannen, die ook voorzien in een herstel van de vroegere grandeur van het gebouw. De situatie van de depotruimte van het museum is licht verbeterd. Dat is alleen te danken aan de inzet van alle medewerkers die dagelijks bezig zijn met de collectie en de opslag en berging van de objecten met alle mogelijke middelen aanpakken. Omdat het gebouw zich niet leent voor museale collectieopslag, is in het verleden besloten de collectie in een extern depot onder te brengen. In 2009 is met WAD in Alphen aan den Rijn een huurcontract gesloten voor depotruimte in een volledig nieuw te bouwen depot dat aan alle museale en archiefeisen voldoet. Naar verwachting zal het depot medio 2011 worden opgeleverd

58


Zaalverhuur In het Nationaal Onderwijsmuseum zijn verschillende ruimtes te huur voor zakelijke doeleinden. Externe partijen gebruiken deze ruimtes voor bijvoorbeeld vergaderingen, congressen en nascholingsdagen. De bestuurskamer en (voormalige) bibliothecariskamer weerspiegelen nog altijd goed de sfeer van de voormalige bibliotheek, met donkereiken lambriseringen en vele oorspronkelijke details. De Toni Burgeringzaal en de Eromeszaal daarentegen zijn tijdens de verbouwing in de jaren tachtig van de vorige eeuw vernieuwd of toegevoegd. In 2009 nam het aantal zaalverhuringen wederom toe, zonder dat het museum specifieke marketingactiviteiten ontplooide. De bijzondere ambiance, laagdrempeligheid en centrale ligging maken het museum tot een zeer gewilde plek. In totaal werden in 2009 de vier zalen in het museum 299 maal verhuurd, met een totaal aantal bezoekers/gebruikers van 6269. Tegen het einde van 2009 werd een vijfde zaal (weer) in gebruik genomen alsook een informele wacht-, lees- en koffieruimte . Vooral gemeentelijke diensten als de Bestuursdienst, Jeugd Onderwijs en Samenleving en Stadstoezicht maakten op regelmatige basis gebruik van een van de zalen. De in 2009 gestarte professionalisering van dienstverlening en materiaal zal ook in 2010 verder uitgevoerd worden.

59


Bijlagen

60


Overzicht lopende en geopende tentoonstellingen in 2008 In 2008 gestart en doorlopend in 2009: ‘Ook prinsesjes gaan naar school’ Een tentoonstelling over het onderwijs aan Wilhelmina, Juliana en Beatrix 22 augustus 2008 t/m 4 januari 2009 ‘Toen; de Vaderlandsche geschiedenis in schoolplaten’ De geschiedenis van ons land aan de hand van historische schoolplaten 18 oktober 2008 t/m 11 januari 2009 ‘Goed voor elkaar; 10 jaar burgerschap en sociale competentie in het onderwijs’ Een tentoonstelling gemaakt in samenwerking met de CED-groep 21 november 2008 t/m 1 februari 2009 ‘Een eeuw onderwijsfilm’ De ontwikkeling en bloei van onderwijsfilms in klas en schoolbioscoop 11 december 2008 t/m 6 september 2009

61


In 2009 gestart: ‘Jetses aan de Wand’ Overzichtstentoonstelling 31 januari 2009 t/m 21 juni 2009 ‘Van aap tot mens – de evolutietheorie in het onderwijs’ 12 februari 2009 t/m 12 april 2009 ‘Nuttig leren voor iedereen’ 225 jaar Nut en onderwijs 4 april t/m 29 augustus 2009 ‘VakWerk’ Beroepsonderwijs in Nederland 19 juni 2009 t/m 11 september 2010 ‘Oud Goud’ De mooiste archiefschatten uit de schoolgeschiedenis Juli 2009 (uitbreiding permanente opstelling) ‘Jongens en meisjes’ fototentoonstelling van Annie van Gemert 4 september 2009 t/m 3 januari 2010 ‘Binnenstebuiten – jongeren en religie’ 10 oktober 2009 t/m 28 februari 2010

62


Overzicht van publicaties Jacques Dane (redactie) e.a (2009). Jetses aan de wand. Kampen: Omniboek. 127 pagina’s. Jacques Dane (2009). ‘Kleine onomastiek van “Pietje Puk”. De verborgen literaire en psychologische bronnen van een schrijvende schoolmeester.’ Over Henri Arnoldus (1919-2002), Pietje Puk, vanaf 1958. In: Dirk de Geest e.a. (redactie). Eeuwige jeugd. Boeken voor Rita Ghesqière (p. 18-23). Leuven: Uitgeverij P. Jacques Dane & George Harinck (2009). ‘Tweede Wereldoorlog’. In: George Harinck e.a. (redactie). Het gereformeerde geheugen. Protestantse herinneringsculturen in Nederland 1850-2000 (p. 307-316). Amsterdam: Bert Bakker. Jacques Dane & Richard van Schoonderwoerd (2009). ‘Jessica’s eerste gebed. Een protestantschristelijk stadssprookje?’ In: John Exalto e.a. (redactie). Spoken op het kerkhof. Verkenningen van protestantse vertelcultuur (p. 47-65). Zoetermeer: Uitgeverij Meinema. In samenwerking met Comenius Museum te Naarden gaf het Nationaal Onderwijs een vertaling uit van De Moederschool van de pedagoog J.A. Comenius (1592-1670). Deze vertaling is verzorgd door Maud Arkesteijn-Van Willigen. Van De Moederschool verscheen in het verslagjaar een tweede druk.

63


Ab Engelsman Albert van der Schoor Ali van Os Anja Frenaij Antoine Rijnders Ben Benaissa Ben de Jong Ed van Berkel Esselien Ismail

Firdes Cevher Gemma Ramakers Gerda Alderliefsten Hans Pelt Hans van den Beld Hassan Abutabikh Henk de Zeeuw Ilona Tol Iris Orman

Jacques Dane Joke Pijpers lazien de Jong-Karman Lenja Crins Maarten Breeveld Marie-Anne Delvau Mathijs Krijtenberg Myriam van der Velde Noortje Ankersmit

Paul Westerhof Paula Wolters-Karman Paula van der Blom Petra Reijnhoudt RenĂŠe Mast Rien van Buren Rob Velthoven Sarah-Jane Earle Saskia Noordoven

Soenita Mohan Theo Botermans Tijs van Ruiten Tine de Jong-Hoogeweij Wendy van Trigt Wim Dimitrijevic Yvonne SacrĂŠ-Elserman Yvonne Starrenburg

64


65


Uitgave Nationaal Onderwijsmuseum – juli 2010 Tekstbijdragen Petra Reijnhoudt, Tijs van Ruiten, Jacques Dane, Renée Mast, Noortje Ankersmit Beeldmateriaal Frank de Bruijn (Supergoed), Paul van der Blom, Annie van Gemert, Haags Archief Den Haag, Merel Maissan, Nationaal Onderwijsmuseum Redactie Daniëlle van Wingerden Eindredactie Vittorio Busato Vormgeving M/vG ontwerpers Breda – Berry van Gerwen

Nationaal Onderwijsmuseum Nieuwemarkt 1a 3011 HP ROTTERDAM Tel.: 010 217 03 70 www.onderwijsmuseum.nl

openingstijden Dinsdag t/m zaterdag

10.00 – 17.00 uur

Zon- en feestdagen

11.00 – 17.00 uur

Maandag*

10.00 – 17.00 uur

Gesloten: maandagen, 1 januari, 30 april en 25 december * Alleen in juli en augustus en tijdens de schoolvakanties van het openbaar onderwijs in Rotterdam

66


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.