1 minute read
Voorkom hittestress
by Royal GD
MAATREGELEN KUNNEN NU AL WORDEN GENOMEN
Stal zomerklaar maken
De optimale omgevingstemperatuur voor melkvee ligt tussen de -5 en +18 graden Celsius. Een koe kan vanaf 21 graden Celsius al last hebben van de warmte. Het is nog winter, maar voordat het warm wordt kunnen al maatregelen worden genomen.
Naast de temperatuur spelen de luchtvochtigheid en windsnelheid ook een rol: hoe hoger de luchtvochtigheid en hoe lager de windsnelheid, hoe eerder een koe last heeft van hittestress. Hittestress kan zorgen voor verminderde voeropname en pensverzuring, met een grotere kans op melkproductiedaling, uierontsteking en klauwproblemen. Door vooraf maatregelen te nemen kunnen veel problemen worden voorkomen.
Isolatie, ventilatie en schaduw Bij hoge temperaturen is het belangrijk dat de koeien binnen kunnen worden gehuisvest. De koeien hebben dan schaduw, liggen op schone ligplaatsen, kunnen voldoende drinken en eventueel nog worden bijgevoerd. Een frisse stal is erg belangrijk. Het isoleren van het dak van de stal en het plaatsen van ventilatoren zorgen ervoor dat u tijdens warme perioden een aangenaam binnenklimaat kunt realiseren.
Water Koeien moeten bij extreem warm weer veel en schoon water kunnen drinken. De drinkbakken moeten groot, open en makkelijk te bereiken zijn. Houd zeven centimeter drinkbaklengte per koe aan, dus zeven meter drinkbaklengte per honderd koeien. De optimale drinkwatertemperatuur is 17 graden Celsius.
Rantsoen aanpassen Komt er een warme periode aan? Door het rantsoen in overleg met uw voeradviseur aan te passen kunt u hierop inspelen. Zoals minder krachtvoer per kilogram droge stof en meer makkelijke verteerbare ruwe celstof. Ook kunt u bepaalde vitamines, mineralen en natriumbicarbonaat aanvullen. Zorg dat de kationanion balans in evenwicht is.
Is het warmer dan 21 graden Celsius? Tijdens de warme periode is het belangrijk de stal zo koel mogelijk te houden, door bijvoorbeeld extra ventilatie en het blinderen van de lichtplaten. Drijf de koeien niet te veel opeen.
Houd de ligplaatsen schoon en droog en intensiveer de vliegenbestrijding. Controleer dagelijks de watervoorziening. Voorkom broei in het voer door vaker kleinere porties te voeren. Vergeet bij deze maatregelen ook de droogstaande koeien en drachtige pinken niet.