Milieubeleidsplan 2010-2013

Page 1

Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

Allemaal

CO2-neutraal





Allemaal CO2-neutraal Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

l gedrukt ! Klimaatneutraa


Leeswijzer Opbouw van dit plan Het plan bestaat uit vier delen. Deel 1

‘Het Milieubeleidsplan 2010-

Deel 3

‘Een klimaatbestendig Limburg:

2013: het hoe en waarom’ schetst de context van

de veranderingen trotseren’ omvat een doelstel-

het plan en motiveert de inhoudelijke uitwer-

lingen- en actiekader dat de gevolgen van de kli-

king. Dit Milieubeleidsplan omvat, naast het

maatwijziging in de provincie Limburg moet

kader van het milieu- en natuurbeleid van de

opvangen. ‘De natuur als bondgenoot’ en ‘Naar

komende jaren, ook de fundamenten van het

een natuurlijk en veerkrachtig watersysteem’

TACO2 (Totaal Actieplan CO2) waarmee de pro-

zijn de pijlers van deze aanpak. Voor elk van

vincie CO2-neutraliteit nastreeft tegen 2020.

deze pijlers (biodiversiteit en water) wordt een

Het belang van klimaat als centraal thema in

stand van zaken gegeven en worden doelstellin-

het Milieubeleidsplan wordt toegelicht. Deel 1

gen geformuleerd, alsook een lijst met acties en

gaat ook in op het werkingskader, de tijdshori-

een aanpak voor de monitoring.

zon en het traject van het plan. Samenwerking, integratie en monitoring komen als procesma-

Deel 4

‘Hoe gaan we het doen: paden

tige accenten aan bod. Dit deel rondt af met een

voor een maakbaar milieu- en natuurbeleid’

beschrijving van de klimaataanpak op twee

gaat over de rol van de provincie als facilitator.

fronten - reductie van de CO2-uitstoot en opvan-

Zowel natuur- en milieueducatie, sensibilisatie,

gen van de gevolgen van de klimaatwijziging -

informatie en communicatie als de voorbeeld-

en maakt zo de overgang naar de operationele

functie van de provincie komen in dit deel aan

delen van het plan.

bod.

Deel 2

‘Een klimaatvriendelijk Lim-

burg: de CO2-uitstoot reduceren’ omvat een

Praktische leeswijzer Niet alle informatie kan in dit beknopte

doelstellingen- en actiekader om de CO2-uit-

plan staan. We verwijzen in dit document regel-

stoot van de provincie naar beneden te halen.

matig naar de website www.limburg.be/

Er wordt een korte beschrijving gegeven van de

milieubeleidsplan voor achtergrondinformatie.

voortrekkersrol van de provincie op het vlak van

U kunt er de vorige Milieubeleidsplannen raad-

CO2-reductiebeleid. Hieruit worden drie doel-

plegen, alsook bijkomende informatie over het

stellingen voor het Milieubeleidsplan gedestil-

internationale, federale en Vlaamse beleidska-

leerd en een lijst met acties, opgebouwd rond

der, het takenpakket, de instrumenten van de

de thema’s duurzame bedrijven(terreinen),

provincie en de organisatie van het provinciale

duurzaam wonen en bouwen, duurzaam tuinie-

milieubeleid. Verwijzingen naar de website zijn

ren, duurzaam consumeren, duurzame mobili-

telkens aangegeven met het icoontje e-info.

teit, en milieu en gezondheid. Dit deel sluit af

Achteraan in het plan vindt u een afkortingen-

met acties om de CO2-reductie te monitoren.

lijst en een algemene begrippenlijst.


Inhoud Voorwoord .......................................................................................................5 Deel 1 1.

Het Milieubeleidsplan 2010-2013: het hoe en waarom.................................................6 1.1

Wat biedt dit plan? ....................................................................................6

1.2

Het klimaatprobleem: een Limburgs plan meer dan waard ................................9

1.3

Aanpak op twee fronten: de CO2-uitstoot reduceren en de gevolgen opvangen .......11

1.4

Opbouw van dit plan.................................................................................11

Deel 2 2.

Een klimaatvriendelijk Limburg: de CO2-uitstoot reduceren ......................................14 2.1

Waar staan we vandaag?............................................................................14

2.2

Welke zijn onze doelen? ............................................................................14

2.3

Wat gaan we doen: acties en maatregelen .....................................................14

2.4

De vinger aan de pols: monitoring van de Limburgse CO2-uitstoot .....................20

Deel 3 3.

Een klimaatbestendig Limburg: de veranderingen trotseren ......................................23 3.1

De natuur als bondgenoot..........................................................................23

3.2

Naar een veerkrachtig en natuurlijk watersysteem .........................................30

Deel 4 4.

Hoe gaan we het doen: paden voor een maakbaar milieu- en natuurbeleid ....................40 4.1

De provincie als facilitator ........................................................................40

4.2

Natuur- en milieu-educatie: aanleren en vormen ...........................................40

4.3

Informeren en communiceren....................................................................42

4.4

Vergunningen, machtigingen en subsidies verlenen .......................................43

4.5

Sensibilisatie: spelers engageren ................................................................43

4.6

Het voorbeeld geven .................................................................................43

Acties ....................................................................................................................47 Begirppen................................................................................................................49 Afkortingen .............................................................................................................51

Kapstokken voor een CO2-neutraal Limburg Energieperformante economie, economische opportuniteiten ...................................16 Limburg: sociaal CO2-neutraal ............................................................................18 Klimaat en duurzame ontwikkeling: hier en ginder, nu en straks ...............................19 Ruimte voor klimaat: naar een klimaatbestendig ruimtelijk beleid .............................26 Het Limburgse toerisme klimaatvriendelijk maken .................................................29 Naar een klimaatvriendelijke landbouwsector ........................................................35 Klimaat op de schoolbanken ...............................................................................41



Voorwoord Het Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013 is een feit. Het werd op 21 april 2010 eensgezind vastgesteld door de provincieraad. In dit Milieubeleidsplan werd het TACO2 plan (Totaal Actieplan CO2) geĂŻntegreerd. Hiermee neemt de provincie het engagement om samen met haar partners Limburg CO2-neutraal te maken tegen 2020. Dit streven naar klimaatneutraliteit is niet los te zien van het Limburgse milieu- en natuurbeleid, dat al jaren inzet op cleantech, duurzame ontwikkeling, milieu en gezondheid, natuurbeleid en integraal waterbeheer. De klimaatverandering is ĂŠĂŠn van de grootste uitdagingen voor deze en komende generaties. Door de oplopende CO2-concentraties (belangrijkste broeikasgas) ontstaat het broeikaseffect: gassen laten het zonlicht door, maar houden de door de aarde teruggekaatste warmte tegen. Heel de wereld, Europa, Vlaanderen en ook Limburg dragen samen de verantwoordelijkheid om het broeikaseffect en de gevolgen ervan te beperken. Uiteraard is het klimaatprobleem geen losstaand fenomeen. Onze maatschappij stoot op economische, ecologische en sociale grenzen. De overstap naar een meer energiezuinige en milieuvriendelijke samenleving is nodig. Wanneer we kijken naar de milieu- en klimaatproblemen die de komende jaren op ons afkomen, groeit het besef dat we deze niet alleen kunnen oplossen. Het is nodig om er samen tegenaan te gaan. Het Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013 is dan ook een uitgestoken hand naar iedereen die wil meewerken om de overgang (transitie) naar een nieuw maatschappelijk systeem te realiseren. De provincie Limburg wil graag alle Limburgers betrekken bij de uitvoering van dit plan en zal samenwerken met andere overheden, het bedrijfsleven, kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties om de ambitieuze doelstellingen te realiseren.

Frank Smeets gedeputeerde van Leefmilieu

5


Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

Deel 1. 1. Het Milieubeleidsplan 2010-2013: het hoe en waarom

1.1

Wat biedt dit plan?

1.1.1

Milieubeleidsplan en Klimaatplan in één Dit Milieubeleidsplan Provincie Limburg

2010-2013 is de opvolger van het Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2004-2008 (door de provincieraad verlengd tot aan het nieuwe plan) en is het derde decretaal* onderbouwde Milieubeleidsplan van de provincie Limburg. Dit plan volgt ook uit de ondertekening van de Samen-

gen inzake Milieubeleid van 5 april 1995 Engagementsverklaring de-

werkingsovereenkomst Milieu 2008-2013 met

finitief vastgesteld op 18

het Vlaamse Gewest, die stelt dat de provincie

juni 2009

voor elk jaar van de overeenkomst over een Milieubeleidsplan moet beschikken. Dit plan zet de richting en de grote lijnen uit van het provinciale milieu- en natuurbeleid voor de komende jaren. Daarnaast omvat dit plan ook de fundamenten van het Limburgse Klimaatplan TACO2 (Totaal Actieplan CO2), waarmee de provincie zich engageert om Limburg CO2-neutraal te maken tegen 2020. De provincie streeft klimaatneutraliteit na en erkent dus ook het belang van andere broeikasgassen. De impact van deze gassen kan uitgedrukt worden in CO2-equivalenten. Omdat CO2 de belangrijkste indicatormolecule is en ook bij de media en het brede publiek het beste gekend is, wordt in dit plan de term CO2-neutraliteit gebruikt om klimaatneutraliteit aan te duiden. Dit streven naar CO2-neutraliteit is niet los te zien van het Limburgse milieu- en natuurbeleid, dat al jaren inzet op duurzaam wonen en bouwen, energie sparen, het behoud van de Limburgse bossen, …: stuk voor stuk deelstrategieën op weg naar een klimaatvriendelijke provincie. Omgekeerd heeft de klimaatstrijd ook positieve effecten op natuur en milieu. Kortom: het is een logische keuze om de twee beleidsvelden samen in één plan te behandelen, een keuze die het beleid van de provincie efficiënter en doelgerichter maakt. e-info: • www.samenwerkingsovereenkomst.lne.be over de Samenwerkingsovereenkomst Milieu 2008-2013 • www.milieubeleidsplan.be

over de milieube-

leidsplanning van de Vlaamse overheid 1.1.2

Werkingskader Dit plan zet de lijnen uit voor het mi-

lieu- en natuurbeleid van de komende jaren en vormt tevens het fundament voor het TACO2. Het gaat uit van de bevoegdheden van de afdeling Milieu en Natuur van de provincie. Daarnaast biedt dit plan inspiratie voor acties van andere beleidsdomeinen, sectoren en partners

6

* Decreet Algemene Bepalin-


Deel 1. Het Milieubeleidsplan 2010-2013: het hoe en waarom

die willen bijdragen aan de uitdagingen in dit

klimaataanpak op regelmatige basis actualise-

plan. Deze kapstokken voor een CO2-neutraal Limburg zijn telkens opgenomen in een ge-

ren en concretiseren aan de hand van milieujaarprogramma’s.

kleurde tekst. In dit Milieubeleidsplan stelt de provincie zich-

1.1.4

Een uitnodiging om samen te werken

zelf doelen en formuleert ze acties om deze doeDe provincie Limburg kan haar doelstel-

len te bereiken. Toch zult u in dit Milieubeleidsplan geen gedetailleerde actieplannen vin-

lingen niet op eigen houtje realiseren. Met dit

den. Evenmin geeft dit plan een nauwgezette

plan steekt de provincie de hand uit naar haar

beschrijving van regelgeving en instrumenten

doelgroepen, haar partners, de Limburgers. De

per deeldomein, of van de taakverdeling tot op

provincie onderneemt zelf actie, maar wil ook

het niveau van de maatregelen. Dit Milieube-

samenwerken, ondersteunen, faciliteren en

leidsplan is geen draaiboek, maar wel een rich-

sensibiliseren. Of nog: anderen over de streep

tinggevend en sturend document, dat de strate-

trekken om het provinciale milieu- en klimaat-

gie en het operationele kader vastlegt voor het

beleid mee vorm te geven.

Limburgse klimaat-, milieu- en natuurbeleid.

Een klimaatvriendelijk Limburg belangt ieder-

De concrete uitwerking en de budgettoewijzing

een aan. Of het nu gaat over natuurbehoud,

per project gebeuren jaarlijks aan de hand van

verstandig waterbeheer, hernieuwbare energie

de milieujaarprogramma’s en de opmaak van

of duurzame mobiliteit: iedere Limburger kan

het provinciebudget. De uitvoering van de ac-

een duit in het zakje doen om de leefomgeving

ties houdt gelijke tred met de beschikbare pro-

in Limburg te verbeteren en Limburg klaar te

vinciale middelen en mensen. Daarom rekent

maken om de klimaatuitdaging te trotseren. In

het provinciebestuur ook stellig op de financië-

de aanloop naar dit Milieubeleidsplan organi-

le inbreng en ondersteuning van partners bij

seerde de provincie Limburg debatnamiddagen

het uitvoeren van zijn beleid. Ook in het provin-

met tal van partners uit het veld. Door deze

ciale budget zullen extra middelen en mensen

partners van meet af aan te betrekken bij het

moeten worden voorzien.

ontwerpen van het milieubeleid, wil de provin-

Het Milieubeleidsplan is afgestemd op de stra-

cie de waardevolle kennis van de verschillende

tegische meerjarenplanning van de provincie.

Limburgse doelgroepen, actoren en sectoren

Die verloopt via het interne project focus@lim-

nuttig aanwenden. Omgekeerd verwacht de

burg, dat ontstond uit het Provinciedecreet en

provincie Limburg van haar partners een brede

een belangrijk instrument wordt voor de pro-

(inhoudelijke en financiële) steun bij de uitvoe-

vincie als doelstellingsgerichte organisatie. Dit

ring van dit Milieubeleidsplan.

plan neemt de vier strategische doelen van

Limburgers die willen meedenken over de toe-

focus@limburg over:

komst van de Limburgse natuur en het Lim-

De provincie Limburg wil:

burgse leefmilieu krijgen daartoe de kans. In

-

Inwoners, bedrijven en bezoekers van de

het kader van dit Milieubeleidsplan werd hier-

provincie bewustmaken van de impact

voor een interactief forum geïnstalleerd, waar

van hun gedrag op de leefomgeving, en

alle Limburgers terecht konden met reacties en

bewust mee streven naar het korter ma-

suggesties.

ken en zoveel mogelijk sluiten van kring-

Belangrijke partners voor de uitvoering van dit

lopen (grondstoffen, afval, water, ener-

Milieubeleidsplan zijn:

gie, …).

-

-

-

het Vlaamse Gewest (Departement Leef-

De Limburgse biodiversiteit (met name

milieu, Natuur en Energie, Agentschap

Limburgse natuur, planten, dieren en

voor Natuur en Bos, Instituut voor Na-

landschappen) minimaal behouden en

tuur- en Bosonderzoek, Vlaamse Land-

waar mogelijk versterken.

maatschappij, Openbare Vlaamse Afval-

Het provinciaal integraal waterbeleid

stoffenmaatschappij, Vlaamse Milieu-

verder uitbouwen.

maatschappij, Vlaams Energieagent-

Zelf het goede voorbeeld geven in milieuen natuurbewust handelen.

schap, …); -

alle Limburgse gemeentebesturen en intergemeentelijke samenwerkingsverban-

1.1.3

Tijdshorizon

den; -

De tijdshorizon van dit Milieubeleidsplan is 2013, die van het TACO2 2020. De tijds-

Regionale Landschappen en Limburgse Bosgroepen;

-

milieu- en natuurverenigingen, andere

vensters van beide plannen lopen in elkaar over

verenigingen en organisaties (zoals Cen-

via het uitvoeren van een TACO2-studie (2010),

trum voor Natuur- en Landschapsbeheer

één van de acties van dit plan. Met de resulta-

(CNL)), particulieren, grondeigenaars,

ten van de TACO2-studie zal de provincie haar

landbouwers en landbouworganisaties,

7


Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

bekkenbesturen, wateringen en water-

staat uit een honderdtal omgevingsindicatoren,

schappen, …;

die jaarlijks gepubliceerd worden. Bij elke editie

Limburgse Koepel voor Natuurstudie (LI-

tracht het bestuur na te gaan waarom een indi-

KONA) en alle vrijwilligers die daarin

cator goed of slecht scoort. Er worden mogelijke

werkzaam zijn, Limburgs Natuur- en Mi-

verklaringen gezocht voor bepaalde evoluties,

lieueducatie Netwerk (LIMNET), de Lim-

en conclusies of aanbevelingen voor het provin-

burgse Milieukoepel, de Bond Beter Leef-

ciale beleid geformuleerd. De komende jaren zal

milieu, …;

de provincie de duurzaamheidsbarometer her-

-

ondernemingen, sectorfederaties;

bekijken, verbeteren en afstemmen op het pro-

-

Provinciale Milieu- en Natuurraad;

ces van de strategische meerjarenbeleidsplan-

-

-

ning.

1.1.5

Integrale aanpak

1.1.7

Het milieubeleid staat niet op zich. An-

Traject Het Milieubeleidsplan Provincie Limburg

dere beleidssectoren hebben vaak een impact op

2010-2013 kwam stapsgewijs tot stand.

klimaat, milieu en natuur, en omgekeerd. Dit

De eerste fase was het ontwerp Milieubeleids-

Milieubeleidsplan is geïntegreerd opgevat. Over

plan. Dit ontwerpplan werd voorbereid door een

de grenzen van beleidsdomeinen en sectoren

stuurgroep van provinciale ambtenaren en be-

zoekt het naar synergieën: tussen water en na-

commentarieerd door de Provinciale Milieu- en

tuur, tussen natuur en ruimtelijke ordening,

Natuurraad (MINA-raad). De deputatie stelde

tussen milieu en economie, tussen milieu en

daarna het ontwerpplan op. De evaluatie van

onderwijs, tussen klimaat en woningbeleid, kli-

het vorige Milieubeleidsplan was één van de

maat en mobiliteit, … Die integratie is niet al-

uitgangspunten voor de opmaak van het Milieu-

leen een belangrijke voorwaarde voor een duur-

beleidsplan Provincie Limburg 2010-2013. Op re-

zame ontwikkeling van onze provincie. Ze zorgt

gelmatige tijdstippen werd een stand van zaken

er ook voor dat de neuzen in dezelfde richting

gegeven en kreeg de MINA-raad de kans om in-

wijzen, dat inspanningen gebundeld worden en

houdelijk bij te dragen aan het plan. In de aan-

middelen efficiënter ingezet. Ook de gebiedsge-

loop naar het ontwerp Milieubeleidsplan orga-

richte aanpak is voor de provincie een manier

niseerde de provincie Limburg debatnamidda-

om voor specifieke problemen met alle betrok-

gen rond de grote thema’s van het milieu-, na-

ken actoren en via maatwerk tot oplossingen te

tuur- en klimaatbeleid. De bevindingen van

komen.

deze debatnamiddagen werden zoveel mogelijk meegenomen in de geest en de uitwerking van

e-info: • www.limburg.be/milieubeleidsplan over de

dit plan. Een volgende stap in de procedure was het

bevoegdheden van de provincie Limburg, de

openbare onderzoek. Van 1 december 2009 tot 15

relatie met andere beleidsdomeinen en sa-

februari 2010 lag dit ontwerpplan ter inzage bij

menwerking met en ondersteuning van ge-

de gemeenten en bij de provincie. Iedereen

meenten

kreeg gedurende deze periode de kans om opmerkingen of suggesties in te dienen bij het

1.1.6

Monitoring

ontwerpplan. De Vlaamse Regering, de Provinciale Milieuvergunningscommissie, de Provin-

De doelstelling om Limburg CO2-neu-

ciale Ontwikkelingsmaatschappij Limburg en

traal te maken, is een traject over verschillende

de Limburgse gemeentebesturen konden tij-

jaren. Daarbij is het belangrijk om de CO2-toe-

dens het openbare onderzoek advies geven.

stand van de provincie op te volgen, zodat de

Alle ingediende opmerkingen op het ontwerp

maatregelen kunnen bijgestuurd en geactuali-

Milieubeleidsplan werden verzameld en door de

seerd worden indien nodig. In het kader van de

provincieraad onderzocht. Zestig dagen na het

TACO2-studie wordt een nulmeting uitgevoerd.

einde van het openbare onderzoek stelde de

In de periode tot 2020 maakt de provincie op re-

provincieraad het Milieubeleidsplan vast. De

gelmatige basis een CO2-rapport op om de

raad motiveerde zijn beslissing door aan te ge-

voortgang van de CO2-reductie te monitoren, alsook de maatregelen om de gevolgen van de

ven op welke manier hij al dan niet rekening

klimaatwijziging op te vangen.

zen.

Om na te gaan hoe het op het vlak van duur-

De Vlaamse Regering en alle andere adviesverle-

zaamheid met onze provincie is gesteld, heeft

nende instanties krijgen een vastgesteld plan.

de provincie Limburg in samenwerking met de

Tijdens een periode van drie maanden na deze

Universiteit Gent een duurzaamheidsbarometer

kennisgeving kan de Vlaamse Regering bepalin-

ontwikkeld. Deze duurzaamheidsbarometer be-

gen van het provinciale plan vernietigen, wan-

8

heeft gehouden met de opmerkingen en advie-


Deel 1. Het Milieubeleidsplan 2010-2013: het hoe en waarom

neer die strijdig zijn met de bindende bepalin-

Het klimaatprobleem werd voor het eerst ge-

gen van het gewestelijke Milieubeleidsplan. Het

agendeerd op wereldniveau in 1979 op de Kli-

definitieve Milieubeleidsplan ligt ten slotte ter

maatconferentie in Genève. Een tweede kli-

inzage bij de provincie en de gemeenten.

maatconferentie leidde tot het VN-Klimaatverdrag in 1992 (Rio de Janeiro), dat een concrete

e-info: • www.limburg.be/milieubeleidsplan

invulling kreeg met het Kyotoprotocol (1997). voor het

definitieve Milieubeleidsplan

Eind 2009 werd een nieuwe Klimaatconferentie georganiseerd in Kopenhagen. De bedoeling was om een nieuw wereldwijd klimaatakkoord te bereiken, als opvolger van het Kyoto-proto-

1.2

Het klimaatprobleem: een Limburgs plan meer dan waard

col. Het Kopenhagen Akkoord werd echter niet formeel aangenomen door alle landen. Er werd enkel akte genomen van het document. Het

1.2.1

Een probleem van wereldformaat

gaat dus eerder om een ‘politiek’ dan om een wettelijk bindend akkoord. Het Kopenhagen

De klimaatwijziging is één van de groot-

Akkoord bevat over een aantal cruciale punten

ste uitdagingen waar de mensheid voor staat.

(zoals financiering) een eerste aanzet, maar

Ten gevolge van de oplopende concentraties aan

blijft op veel andere punten nog heel vaag. Zo

broeikasgassen in de atmosfeer (waaronder

bevat het akkoord bijvoorbeeld geen emissiere-

koolstofdioxide (CO2), methaan (CH4) en lachgas

ducties. Kopenhagen wordt dan ook algemeen

(N2O)) ontstaat een ontsporing van het broei-

beschouwd als een gemiste kans om de aanpak

kaseffect: de gassen laten het zonlicht door,

van de klimaatwijziging internationaal juri-

maar houden de door de aarde teruggekaatste

disch te verankeren.

warmte tegen. De opwarming heeft belangrijke

Europa heeft sinds begin 2008 een eigen Euro-

gevolgen voor het leefklimaat op aarde. De ge-

pees Klimaatplan. De essentie is de 20-20-20

middelde wereldtemperatuur neemt toe, de

doelstelling: tegen 2020 het energieverbruik

zeespiegel stijgt en al naargelang de regio, ver-

met 20 % reduceren ten opzichte van het ver-

meerdert of vermindert de neerslag. Weten-

wachte niveau in 2020, 20 % energie halen uit

schappers voorspellen dat de klimaatwijziging

hernieuwbare bronnen ten opzichte van het

grote gevolgen zal hebben en meer overstro-

verwachte niveau in 2020 en 20 % minder broei-

mingen, meer droogte en de verspreiding van

kasgassen uitstoten (30 % als de VS en China

ziekten in de hand zal werken. Ook de natuur

vergelijkbare inspanningen leveren aan het ak-

deelt in de klappen. Soorten verschuiven hun

koord voor de periode na 2012). Ook België lan-

seizoensgebonden activiteiten en hun geografi-

ceerde het afgelopen jaar haar Nationaal Kli-

sche spreiding; soorten die zich niet tijdig kun-

maatplan 2009-2012. Vlaanderen lanceerde in

nen aanpassen, zijn gedoemd te verdwijnen.

2006 het Vlaamse Klimaatplan 2006-2012.

1.2.2

1.2.3

Een aanpak op alle niveaus De klimaatwijziging die we de laatste

Het Limburgse klimaatbeleid Al is de klimaatwijziging een wereldpro-

vijftig jaar registreren, is grotendeels toe te

bleem, de provincie Limburg heeft hierin een

schrijven aan menselijke activiteiten, zoals ont-

duidelijke en specifieke rol te spelen. Limburg

bossing en het gebruik van fossiele brandstof-

heeft als eerste Vlaamse provincie het lokale

fen in het verkeer, de industrie, de intensieve

Kyotoprotocol, een campagne van de Bond Beter

landbouw en voor de verwarming van huizen en

Leefmilieu, onderschreven. Concreet engageer-

gebouwen.

de de provincie zich om:

Heel de wereld, Europa, Vlaanderen en ook

-

de gemeenschappelijke verantwoordelijkheid

-

doen;

beperken. Belangrijke strategieën in de kli-

haar eigen energieverbruik te registreren;

ning, een duurzame mobiliteit, een rationeel energiegebruik, een klimaatvriendelijke indus-

de Limburgse gemeenten aan te sporen en te ondersteunen om hetzelfde te

om het broeikaseffect en de gevolgen ervan te maatstrijd zijn een duurzame energievoorzie-

haar eigen CO2-uitstoot en energieverbruik te verminderen;

onze provincie en gemeenten hebben dan ook

-

zich in te passen in de Europese doelstel-

trie, een duurzame landbouw, (streven naar)

ling, namelijk de eigen CO2-uitstoot met

voldoende grote en onderling verbonden na-

minstens 20 % te verminderen en een

tuurgebieden en bossen, … Om de klimaatstrijd

aandeel hernieuwbare energieverbruik

tot een haalbare kaart te maken, is het belang-

van 20 % te bereiken tegen 2020.

rijk dat alle niveaus van het beleid hun bijdrage leveren.

In 2008 heeft de provincie een stap verder gezet

9


Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

en heeft het bestuur zich geschaard achter het

waarden en doelen ook een plaats krijgen in de

Europese Klimaatplan. De provincie ent haar

besluitvorming en de initiatieven van andere

klimaatbeleid op deze doelstellingen door:

beleidsdomeinen.

-

Limburgers, gemeenten en bedrijven te stimuleren om hun energiegebruik te be-

1.2.5

-

duurzame energiebronnen (zon, wind, Het grootschalige gebruik van fossiele

waterkracht, …) te promoten; -

Klimaatstrijd lost ook andere problemen op

perken;

de luchtvervuiling en de CO2-uitstoot

brandstoffen zorgt naast de klimaatwijziging

aan te pakken.

ook voor andere milieuproblemen. Verbrandingsproducten zoals roet, fijn stof, zwavel en

De provincie Limburg wil nog verder gaan: sa-

stikstofverbindingen leiden tot luchtverontrei-

men met verschillende partners wil ze Limburg

niging, verzuring, smog, aantasting van de

tegen 2020 CO2-neutraal maken. Dit Milieube-

ozonlaag, … De achteruitgang van het leefmi-

leidsplan geeft een stevige aanzet om deze CO2-

lieu blijft niet zonder gevolgen voor onze ge-

neutraliteit tegen 2020 te halen.

zondheid. Fijn stof is wellicht het meest actuele en best gedocumenteerde milieuprobleem met

1.2.4

Klimaat en duurzame ontwikkeling

een aangetoonde impact op onze gezondheid. Zowel aandoeningen aan de luchtwegen, hart-

In onze samenleving is er een voortdu-

en vaatziekten als kanker worden in verband

rende spanning tussen ecologische, economi-

gebracht met fijn stof. Door de strijd tegen de

sche en sociale belangen. Vaak leidt die span-

klimaatwijziging aan te binden, werken we dus

ning ertoe dat problemen afgewenteld worden,

ook aan oplossingen voor andere milieu- en ge-

naar de toekomst of naar andere gebieden in de

zondheidsproblemen.

wereld. Met alle gevolgen van dien: de natuurlijke voorraden geraken uitgeput, de ecosyste-

1.2.6

Grote veranderingen, nieuwe kansen

men worden aangetast, de biodiversiteit gaat achteruit, werk en inkomen zijn onevenredig

Het klimaatprobleem is geen losstaand

verdeeld, miljoenen mensen hebben gebrek aan

fenomeen. Onze maatschappij stoot op econo-

onderwijs en gezondheidszorg, het klimaat ver-

mische, ecologische en sociale grenzen. Een

andert, … Duurzame ontwikkeling biedt als

structurele verandering naar een meer duurza-

denkkader een oplossing voor de structurele

me samenleving dringt zich op. In die grote

problemen die we vandaag ondervinden.

maatschappelijke verandering, ook transitie ge-

Wereldwijd, in Europa en in Vlaanderen zijn af-

noemd, neemt de overgang naar een duurzame

spraken gemaakt om de kwaliteit van de econo-

energievoorziening een cruciale plaats in. Een

mie, sociale ontwikkeling en natuur en milieu

duurzame energievoorziening vereist een tran-

in onderlinge samenhang te verbeteren, zonder

sitie naar schone energie die betaalbaar is en

dat dit de welvaart en het welzijn van de gene-

continu geleverd wordt.

raties na ons benadeelt. Bij deze duurzame ont-

Een duurzame energievoorziening confronteert

wikkeling gaat het er om de verschillende be-

ons met grote veranderingen, maar brengt te-

langen in de domeinen natuur en milieu, eco-

gelijkertijd volop nieuwe kansen. Niet alleen

nomie en het sociale domein met elkaar in ba-

voor het klimaat, maar ook voor de economie en

lans te brengen. Duurzame ontwikkeling bete-

voor de concurrentiepositie van Vlaanderen en

kent ook dat we rekening houden met de gevol-

Limburg. De uitstoot van broeikasgassen gaat

gen van ons handelen elders in de wereld en

drastisch omlaag, terwijl energie voor iedereen

voor de generaties die na ons komen.

betaalbaar en continu beschikbaar blijft. Tege-

Duurzame ontwikkeling is een belangrijke drijf-

lijk ontstaan nieuwe economische markten, bij-

veer voor de provincie Limburg. Onze provincie

voorbeeld in hernieuwbare energie.

sluit zich daarmee aan bij de mondiale, Europe-

Kiezen voor CO2-neutraliteit betekent een sti-

se en nationale strategieën voor duurzame ont-

mulans voor de tewerkstelling. Door bijvoor-

wikkeling, die gestoeld zijn op de principes van

beeld het vergroenen van de Limburgse bouw

de Conferentie van Rio. Dit Milieubeleidsplan

krijgt ook deze sector een nieuwe impuls. Voor

benadert duurzame ontwikkeling vanuit de

heel Vlaanderen rekent de Vlaamse Confedera-

zorg voor klimaat, milieu en natuur, vanuit het

tie Bouw op 16 000 extra groene jobs. Ook op

besef dat de milieukwaliteit, het behoud van

het vlak van Cleantech wil de provincie Limburg

natuur en maatschappelijke ontwikkelingen

een voortrekkersrol spelen, onder meer door

nauw samenhangen. Dit plan geeft aanleiding

cruciale knowhow te verankeren in onze provin-

tot een klimaat- en milieubeleid met oog voor

cie. Zo ontstaan kennisbedrijven en spin-offs,

de mens, de economie en de planeet. En omge-

die direct en indirect aanleiding geven tot nieu-

keerd: een klimaat- en milieubeleid waarvan de

we jobs. Een ander voorbeeld zijn jobs die ge-

10


Deel 1. Het Milieubeleidsplan 2010-2013: het hoe en waarom

creëerd worden in de sociale economie door

2.

Gebruik zoveel mogelijk hernieuwbare

3.

Maak zo efficiënt mogelijk gebruik van

te werken met isolatieteams, of jobs die ontstaan in en rond parken (Nationaal Park Hoge

energie.

Kempen (rangers, horeca en lokale midden-

fossiele energie als hernieuwbare energie

stand, …)).

geen optie is.

e-info:

Naast een reductie van de CO2-uitstoot vormt

• www.lne.be/themas/klimaatverandering/kli-

ook CO2-opslag een deel van de strategie om de

maatbeleid over het klimaatbeleid op inter-

klimaatwijziging tegen te gaan. Door CO2 op te

nationaal, Europees en federaal en Vlaams ni-

slaan, komt het niet vrij in de atmosfeer en

veau

draagt het evenmin bij tot het broeikaseffect.

• www.lne.be/themas/klimaatverandering/klimaatconferentie

over het Vlaamse Klimaat-

beleidsplan • www.vlaanderen.be/duurzameontwikke-

De Limburgse bossen, heidegebieden en veenvegetaties zijn geschikt om CO2 op te slaan. Ook wordt onderzocht of ondergrondse opslag onder de juiste randvoorwaarden een piste kan zijn

ling over het beleid duurzame ontwikkeling

om CO2 aan de atmosfeer te onttrekken.

op internationaal, Europees, federaal en

De provincie werkt volgens het preventiebegin-

Vlaams niveau

sel. Dat betekent dat preventie voor alle behandelde thema’s (water, afval, energie, mobiliteit, …) een rode draad vormt in dit plan.

1.3

Aanpak op twee fronten: de CO2-uitstoot reduceren en de gevolgen opvangen

De gevolgen van de klimaatwijziging opvangen Ook al is het wereldwijd alle hens aan dek om

Wil de provincie sterk staan in de kli-

de klimaatwijziging te counteren, de opwar-

maatstrijd, dan komt het erop aan om op twee

ming van de aarde zal nog decennia doorgaan.

fronten te werken. Enerzijds wil de provincie

Dat komt doordat de uitgestoten broeikasgas-

haar CO2-uitstoot reduceren, en Limburg tot

sen nog lang in de atmosfeer blijven en omdat,

een klimaatvriendelijke provincie maken. An-

ondanks alle inspanningen, de uitstoot van

derzijds wil ze Limburg klaarmaken om de ge-

broeikasgassen nog onvoldoende daalt. Onze

volgen van de klimaatwijziging te kunnen trot-

maatschappij, ook in Limburg, zal zich dus

seren.

moeten aanpassen om de gevolgen van de klimaatwijziging goed te doorstaan. De gevolgen De CO2-uitstoot reduceren

van de klimaatwijziging opvangen kan bijvoor-

De provincie streeft klimaatneutraliteit na en

beeld door extra te investeren in bos en groen,

erkent dus ook het belang van andere broeikas-

ook in stedelijke omgevingen. Of door overstro-

gassen. De impact van deze gassen kan uitge-

mingsgebieden aan te leggen die ons bescher-

drukt worden in CO2-equivalenten. Omdat CO2

men tegen wateroverlast bij extreme regenval.

de belangrijkste indicatormolecule is en ook bij de media en het brede publiek het beste gekend is, wordt in dit plan de term CO2-neutraliteit

1.4

Opbouw van dit plan

gebruikt om klimaatneutraliteit aan te duiden. Als we Limburg CO2-neutraal willen maken,

Dit Milieubeleidsplan omvat:

dan moet de uitstoot van CO2 naar omlaag. Vol-

-

gende bronnen van CO2 moeten daarbij worden

een doelstellingen- en actiekader om de CO2-uitstoot te reduceren (Deel 2. Een

aangepakt:

klimaatvriendelijk Limburg: de CO2-uit-

-

stoot reduceren);

het energieverbruik door gezinnen, bedrijven, landbouwers en overheid;

-

een doelstellingen- en actiekader om de gevolgen van de klimaatwijziging op te

transport;

vangen (Deel 3. Een klimaatbestendig

het onrechtstreekse energieverbruik door de producten, grondstoffen en dien-

-

-

het energieverbruik voor mobiliteit en

Limburg: de klimaatwijziging trotseren); -

een beschrijving van de processen en de

sten die we aankopen;

instrumenten om de doelstellingen van

het afval van gezinnen, bedrijven en

het plan te bereiken (Deel 4. Paden voor

overheden.

een maakbaar milieu- en klimaatbeleid).

De strategie om de CO2-uitstoot te reduceren, is gebaseerd op de energiedriehoek (Trias energetica): 1.

Beperk onnodig energieverbruik.

11




Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

Deel 2. 2. Een klimaatvriendelijk Limburg: de CO2-uitstoot reduceren

2.1

Waar staan we vandaag? De provincie Limburg is een voortrekker

op het gebied van het CO2-reductiebeleid. Niet alleen heeft ze als eerste Vlaamse provincie het Lokale Kyotoprotocol onderschreven, ze schaarde zich ook al vroeg achter het Europese Klimaatplan. Ook op het terrein werd de laatste jaren heel wat gerealiseerd, met het Centrum Duurzaam Bouwen, het Steunpunt Dubolimburg, campagnes rond isolatie en op het gebied van hernieuwbare energie (Elke dag ZONdag), opeenvolgende succesvolle edities van de Klimaatwijken, enzovoort. Naast energie waren ook duurzaam watergebruik, een duurzame mobiliteit, ecologisch tuinieren en een duurzame consumptie belangrijke accenten in het provinciale milieubeleid tot nog toe, met campagnes voor het drinken van kraantjeswater, tuincampagnes, mobiliteitscampagnes, ‌ De provincie geeft al jaren het goede voorbeeld door zelf duurzaam aan te kopen (FSC-gelabeld hout), zuinig om te springen met water, een rationeel energieverbruik door te voeren in de eigen gebouwen, te kiezen voor een natuurvriendelijk beheer van de provinciale domeinen enzovoort.

2.2

Welke zijn onze doelen?

Een duurzaam gebruik van energie Een duurzaam gebruik van water Een duurzaam gebruik van grondstoffen en materialen De acties en maatregelen die hieronder worden opgesomd, zijn een eerste aanzet. Op basis van de resultaten van de TACO2-studie kunnen ze via bijkomende actieprogramma’s worden bijgestuurd of aangepast, of kunnen nieuwe acties worden opgezet.

2.3

Wat gaan we doen: acties en maatregelen

2.3.1

TACO2-studie en Cleantech-platform

1.

Een TACO2-studie voor Limburg uitvoeren De aanpak en de acties voor een CO2-neu-

trale provincie moeten geloofwaardig en wetenschappelijk onderbouwd zijn. In Limburg is al knowhow aanwezig over CO2, maar vaak nog verspreid en nog niet vertaald naar concrete maatregelen voor het (boven)lokaal beleid. Daarom laat het provinciebestuur een studie uitvoeren om de mogelijkheden voor CO2-reductie op de schaal van de provincie Limburg op te

14


Deel 2. Een klimaatvriendelijk Limburg: de CO2-uitstoot reduceren

lijsten. De studie zal de koers uitzetten voor een

beschikbare kennis en de concrete behoeften bij

CO2-beleid gedurende de komende jaren. Ze zal

bedrijven door te werken rond concrete the-

de basis vormen voor het verder concretiseren en verfijnen van de acties van dit plan.

ma’s: 1) sanering en energieproductie, 2) CO2opslag en energieproductie, 3) slimme energie-

De studie bestaat uit:

productie en -vraag, 4) energie en (ge)bouwen,

-

het voorstellen van een wetenschappelijk

5) materialen, afval en recyclage en 6) duur-

juiste en maatschappelijk verantwoorde

zaam transport en logistiek.

omschrijving van het concept ‘Limburg

De aanwezigheid van investeerders zorgt voor

CO2-neutraal’ en een inventarisatie van

toegang tot kapitaal. Als er specifieke kennis

de CO2-uitstoot van de provincie Limburg, die als nulmeting gebruikt kan

ontbreekt, kunnen bedrijven en kennisinstel-

worden;

trajecten.

-

lingen hierop inspelen met nieuwe onderzoeks-

het uitwerken van minstens twee wetenschappelijk onderbouwde transitietrajec-

2.3.2

Duurzame bedrijven en bedrijventerreinen

ten, uitgezet tegenover het ‘Business As Usual’ (BAU)-scenario, om te komen tot

Bedrijven kunnen een belangrijke bijdra-

de gewenste toestand. Hierbij moet reke-

-

ning worden gehouden met lopende en

ge leveren aan een CO2-neutrale provincie: door

geplande activiteiten met een mogelijke

duurzaam en maatschappelijk verantwoord te

significante impact op de CO2-uitstoot.

ondernemen en oog te hebben voor energiebe-

Om de economische haalbaarheid te ga-

sparing en hernieuwbare energie, duurzaam

randeren, worden hieraan prognoses ge-

transport, rationeel watergebruik, recyclage en

koppeld m.b.t. economische ontwikke-

hergebruik, … Eco-efficiëntie is het streven om

ling en welvaart;

producten goedkoper en tegelijk milieuvriende-

het formuleren van concrete aanbevelin-

lijker te maken door duurzame processen, her-

gen voor het provinciale en gemeentelij-

gebruik van afvalstoffen als grondstof, milieu-

ke beleid op korte en lange termijn, in-

vriendelijk ontwerp of ecodesign. Bij ecodesign

clusief het aanreiken van geschikte be-

wordt de volledige levenscyclus van het product

leidsinstrumenten binnen de taken en

bekeken (van grondstoffen tot afdanking). Crad-

bevoegdheden van de lokale besturen.

le to Cradle (letterlijk: van wieg tot wieg) gaat

De provincie wil niet wachten op de resultaten

nog een stuk verder. Het vertrekpunt is de stel-

van de studie om lopende initiatieven voort te

ling ‘afval is voedsel’. Cradle to Cradle-produc-

zetten en nieuwe acties op te zetten.

ten of toepassingen zijn zo ontworpen dat elke vezel ervan (afval) zonder kwaliteitsverlies of

2.

Het Cleantech-platform mee aansturen

milieuschade hergebruikt kan worden (voed-

Begin 2009 installeerden de Universiteit

sel). De focus ligt dus niet op ‘minder afval’,

Hasselt en de Limburgse Reconversie Maat-

maar op ‘geen afval’.

schappij (LRM) het Cleantech-platform. Clean-

Duurzame bedrijventerreinen zijn geënt op een

tech is een multisectoraal platform waar bedrij-

efficiënter ruimte-, energie- en grondstoffen-

ven, investeerders, overheden en kennisinstel-

verbruik, op een vermindering van de milieube-

lingen samenwerken rond schone technolo-

lasting, gunstigere mobiliteitsstromen en daar-

gieën: dat zijn technologieën die bijdragen aan

door meteen ook op een verbetering van het

een schoner milieu en/of zorgen voor energie-

(bedrijfs)economisch resultaat. Naast ingrepen

besparing. Het platform is bedoeld om de be-

op het vlak van infrastructuur, zijn hiervoor in-

drijfseconomische activiteiten op het gebied

tense samenwerkingsverbanden tussen bedrij-

van schone technologieën te stimuleren en te

ven onderling en met overheden noodzakelijk.

versnellen. Het Cleantech-platform wil de ex-

Concreet kunnen ondernemingen op duurzame

pertise in de kennisinstellingen activeren en de

bedrijventerreinen grondstoffen of energie uit-

ontwikkeling van bedrijfsrelevante kennis sti-

wisselen, gemeenschappelijk aan selectieve in-

muleren om nieuwe ecologisch-economische

zameling doen, een gemeenschappelijk trans-

projecten kansen te geven.

port van medewerkers of goederen organiseren,

Het project krijgt Europese steun via het Euro-

de open ruimte tussen de bedrijfsgebouwen op

pees Fonds voor Regionale Ontwikkeling

een natuurvriendelijke manier inrichten en be-

(EFRO). De provincie Limburg, de Associatie

heren, …

Universiteit-Hogescholen Limburg, de Katholieke Hogeschool Limburg, de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek, de K.U.Leuven, Capricorn Cleantech Fund en het Innovatiecen-

3.

Duurzame bedrijven(terreinen) stimuleren De provincie stimuleert de uitbouw en

trum Limburg zijn de partners van Cleantech.

inrichting van duurzame bedrijven en duurza-

Zij streven ernaar de link te leggen tussen de

me bedrijventerreinen in Limburg. Er is al heel

15


Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

wat informatie over duurzame bedrijventerrei-

Unie (EFRO). Het Steunpunt begeleidt Limburg-

nen beschikbaar en er zijn goede voorbeelden,

se projecten op het vlak van duurzaam bouwen.

ook in Limburg. De provincie Limburg (via de

Het is ook de Limburgse (en vanuit haar pio-

Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij (POM))

niersrol ook Vlaamse) gespreks- en adviespart-

bundelt al die informatie en stelt ze ter beschik-

ner op het gebied van duurzaam bouwen en wo-

king van geïnteresseerde bedrijven en federa-

nen voor particulieren, overheden, professio-

ties. De provincie informeert bedrijven ook over

nals, ngo’s en onderwijsinstellingen.

de subsidiemogelijkheden van Vlaanderen en

De afgelopen jaren gaf het Steunpunt honder-

Europa, en zet zich in om deze subsidies toe-

den planadviezen, adviseerde meer dan hon-

gankelijker te maken voor de bedrijven. Ze past

derd concrete bouwprojecten en organiseerde

ook haar vergunningsbevoegdheden toe om be-

tal van infosessies en workshops over duurzaam

drijven(terreinen) duurzamer te maken.

bouwen en wonen. Het ondersteunde ook succesvolle energiecampagnes zoals Elke Dag ZON-

Het verzoenen van CO2-neutraliteit en economi-

dag voor de promotie van zonne-energie.

sche ambities zoals het creëren van een logistie-

De partners blijven de komende jaren samen

ke poort in Limburg, is een uitdaging en is

verder investeren in het Steunpunt, zodat het

daarom ook mee onderwerp van de TACO2-stu-

kan uitgroeien tot een volwaardig innovatienet-

die. Het TACO2 moet de economische en logis-

werk voor duurzaam wonen en bouwen in Lim-

tieke ambities van de provincie meenemen als

burg en een voorbeeld wordt op Vlaams niveau.

belangrijke randvoorwaarde.

De provincie engageert zich om een minimale werking van het Steunpunt te blijven waarbor-

2.3.3

Duurzaam wonen en bouwen

gen en treedt op als (co)promotor voor projecten die het Steunpunt verder uitbouwen. De meet-

Energie besparen, toepassen van duurzame

lat duurzaam bouwen wordt afgestemd op nieu-

energie, verantwoord isoleren, gezonde ventila-

we Belgische of Vlaamse initiatieven en zal ver-

tie, koelen zonder airco’s, milieubewust mate-

der gebruikt worden om bouwprojecten op een

riaalgebruik, geluidsisolatie, waterbesparing,

eenvoudige manier op duurzaamheid te scree-

afkoppelen, infiltreren en gebruik van hemel-

nen. Tegelijk neemt het Steunpunt diverse ini-

water, … Tijdens het bouwproces en in de wo-

tiatieven om de bouwsector op te leiden en te

ning kunnen (ver)bouwers en bewoners heel

sensibiliseren rond duurzaam bouwen.

wat maatregelen nemen die leiden tot een lage-

Kennisoverdracht blijft een cruciale taak voor

re CO2-uitstoot: rechtstreeks door minder ener-

het Steunpunt. Voor particulieren organiseert

gie te verbruiken of energieverliezen te beper-

het Steunpunt Dubolimburg demonstratie- en

ken, of onrechtstreeks door te kiezen voor

voorbeeldprojecten, verkent het de mogelijkhe-

duurzame materialen.

den van hernieuwbare materialen in de bouw en onderzoekt het alternatieve financiering van

4.

Het Steunpunt Dubolimburg uitbouwen

energiebesparende maatregelen. Verder zal het

Het Steunpunt Dubolimburg werd opge-

Steunpunt een belangrijke rol spelen in de cam-

richt in 2005 als een samenwerking van de pro-

pagne ‘Limburg Isoleert’ rond isolatie en venti-

vincie Limburg, het Centrum Duurzaam Bou-

latie. Het zal ook blijven investeren in platfor-

wen (CeDuBo) en de Bond Beter Leefmilieu

men en netwerken die partners rond duurzaam

(BBL) met financiële steun van de Europese

bouwen en wonen samenbrengen. Ten slotte

ENERGIEPERFORMANTE ECONOMIE, ECONOMISCHE OPPORTUNITEITEN Limburg wil uitgroeien tot een Europese

de ultieme toetssteen wordt. Meer en meer

bruik buiten de poort: reductie van

sociaal-economische topregio. Tegelijk

geldt dat een industrie die klimaatvriendelijk

het transport, duurzame mobiliteit,

streeft de provincie naar CO2-neutraliteit:

is, ook competitief is.

lager energiegebruik bij eindgebrui-

een paradox?

Sectoren die een belangrijke impact hebben

Investeringen in innovatieve technieken en

op de CO2-uitstoot zoals de transportsector,

energie-efficiëntie, alsook de resolute ont-

energie-intensieve bedrijven en de landbouw

wikkeling van de groene economie bieden

dragen een grote verantwoordelijkheid. De

koppeling, afvang en opslag van CO2

een formidabele kans om duurzame econo-

grootschalige energie-intensieve industrie

uit procesemissies;

mische groei te realiseren. Een energieper-

valt onder het Europese emissiehandelsys-

formante economie creëert kansen voor

teem. Bedrijven kunnen hun energie-effi-

grondstoffen in plaats van fossiele

nieuw innovatief en creatief ondernemer-

ciëntie opdrijven door een combinatie van:

brandstoffen (reststromen, bijpro-

schap, nieuwe bedrijfsinvesteringen en bij-

-

energie-efficiëntere processen;

komende werkgelegenheid. De uitdaging zal

-

de reductie van materiaal- en energiegebruik door slimme ontwerpen;

erin bestaan om de Limburgse economie leefbaar te houden in een wereld waar klimaat

16

-

de vermindering van het energiever-

kers, …; -

de efficiëntere opwekking van warmte en elektriciteit met warmtekracht-

-

de toepassing van groene, duurzame

ducten, …); -


Deel 2. Een klimaatvriendelijk Limburg: de CO2-uitstoot reduceren

werkt het Steunpunt samen met de andere

aanwezigheid van de campagne op beurzen. De

Vlaamse provincies en de Bond Beter Leefmi-

isolatiecampagne is een echte netwerkcampag-

lieu, CeDuBo en de Vlaamse overheid om te ko-

ne, waarbij de initiatiefnemers samenwerken

men tot een Vlaams netwerk van steunpunten.

met gemeentebesturen, verenigingen, de bouwsector, de sociale economie en de architecten-

5.

Duurzaam bouwen en wonen stimuleren

wereld. De campagne ‘Limburg isoleert’ omvat

De provincie ondersteunt Limburgers die

ook een sociaal luik om kansarme groepen te

kiezen voor duurzaam bouwen of verbouwen

betrekken, onder meer door samenwerking met

niet alleen met advies en vorming (o.a. door de

de sociale economie.

gezamenlijke organisatie van de Infrax-Bouwteams), maar ook door hen de weg te wijzen

7.

Kiezen voor hernieuwbare energie Zonne-energie, windenergie, water-

naar de beschikbare financiële steunmaatregelen. De provincie Limburg ondersteunt de ge-

kracht: door zich achter het Europese Klimaat-

meenten in hun eerstelijnsfunctie door vormin-

plan te scharen, engageert de provincie zich om

gen te organiseren en publicaties en informatie

hernieuwbare energie te promoten bij de ge-

aan te reiken. Via overleg werkt de provincie

meenten en de Limburgers.

aan afstemming en samenwerking tussen pro-

Ze geeft ook zelf het voorbeeld door hernieuw-

vincie, gemeenten, ngo’s en intergemeentelijke

bare energie toe te passen in haar eigen gebou-

woonloketten en beroepssectoren bouw. Ook

wen en domeinen.

gebeurt er een verdere inhoudelijke integratie

Om particulieren en gemeenten over de streep

met de beleidsdomeinen wonen en ruimtelijke

te trekken om te kiezen voor hernieuwbare

ordening.

energie, richt de provincie samen met het Steunpunt Dubolimburg een infoloket her-

6.

in de kijker: De campagne ‘Limburg

nieuwbare energie op. De gemeenten, maar ook

isoleert’ 2009-2011

de Limburgers zelf, kunnen hier terecht voor

De provincie Limburg, Infrax en het

informatie over groene energie: technische ge-

Steunpunt Dubolimburg lanceerden een groot-

gevens, maar ook info over subsidies en andere

scheepse campagne rond isoleren. Die heeft als

steunmaatregelen.

doel om zoveel mogelijk Limburgers aan te spo-

Het infoloket zal onder meer:

ren hun huizen en daken te isoleren. Isoleren is

-

De Limburgers en gemeenten stimuleren

dé weg naar een lager energieverbruik, een be-

om duurzame energiebronnen in te zet-

ter wooncomfort en een verminderde CO2-uitstoot. Duurzaam en energiezuinig bouwen staat

ten in hun woningen aan de hand van ge-

of valt met een degelijke isolatie. Nochtans zijn

richte campagnes. -

De Limburgers informeren over de moge-

heel wat woningen in Limburg nog onvoldoende

lijkheden om groene stroom aan te ko-

geïsoleerd, en dat leidt tot dure en milieubelas-

pen.

tende energieverliezen. De isolatiecampagne wil particulieren wijzen op het belang van een goede isolatie en wegwijs maken in de premies en subsidies.

8.

Gemeenten ondersteunen bij het opstellen van klimaatplannen Om van duurzame energie een prioriteit

Het doel van de campagne is om woningen een

te maken in de gemeenten, worden deze onder-

stuk beter te isoleren tegen 2012. Een vijfde van

steund bij de opmaak van klimaatplannen door

de Limburgse nieuwbouwwoningen moet tegen

de provincie en het Steunpunt Dubolimburg in

die datum een E-peil hebben van 60 of minder.

overleg met andere actoren. Deze klimaatplan-

Voor bestaande woningen wil Limburg, op-

nen bestaan uit twee belangrijke delen: ratio-

nieuw tegen 2012, het aandeel woningen zonder

neel energiegebruik en hernieuwbare energie.

dak-, vloer- en muurisolatie en met enkelglas

Voor beide worden een inventarisatie (stand van

terugdringen. Concreet vertalen we de doelstel-

zaken en potentieel) en een actieplan opge-

lingen van het Vlaamse energierenovatiepro-

maakt. Voor het deel hernieuwbare energie

gramma 2020 naar de situatie in Limburg. Dit

werd een hulpmiddel uitgewerkt door ODE

betekent dat elk jaar bij 7 500 woningen het dak

Vlaanderen in opdracht van de Vlaamse over-

wordt geïsoleerd, bij 7 900 woningen superiso-

heid: een hernieuwbare-energiescan en een

lerende beglazing wordt geplaatst, bij 2 000 wo-

draaiboek voor acties. Deze tools geven de ge-

ningen muurisolatie wordt geplaatst en bij 500

meente een correct beeld van het technische

woningen de vloer wordt geïsoleerd.

potentieel en de acties die ze kan uitvoeren om

De campagne loopt drie jaar. De boodschap ‘Iso-

dat potentieel actief in te vullen. Op basis van

leer maximaal!’ wordt langs verschillende com-

de resultaten van de scan stimuleert de provin-

municatiekanalen verspreid: een isolatieloket,

cie de gemeenten om hernieuwbare energie-

infoavonden voor een algemene doelgroep en

bronnen (zonnepanelen, warmtepompen, …) in

voor doe-het-zelvers, folders, brochures en de

te zetten en een eigen klimaatbeleid te voeren.

17


Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

De provincie ondertekende het Lokaal Kyoto-

2.3.4

protocol, een campagne van de BBL. De doel-

Duurzaam tuinieren en duurzaam groenbeheer

stellingen van het Lokaal Kyotoprotocol sluiten Niet alleen in woningen en gebouwen,

perfect aan bij de opmaak van deze klimaatplannen. Samen met de BBL en met Infrax zal

maar ook in tuinen en openbare groendomei-

de provincie de Limburgse gemeenten stimule-

nen is CO2-reductie van tel. Duurzaam, natuur-

ren om zich hierbij aan te sluiten en hen de no-

vriendelijk en afvalarm tuinieren is ook kli-

dige begeleiding en ondersteuning geven. Het is

maatvriendelijk tuinieren. Iedere Limburger en

de bedoeling dat de verschillende initiatieven

ook de gemeenten kunnen hieraan een bijdrage

elkaar aanvullen en versterken.

leveren.

9.

11.

Voorbeeld- en demonstratieprojecten duurzame energie ondersteunen

De tuinencampagne ‘Limburg Eco•logisch’ realiseren

De provincie stimuleert voorbeeld- en de-

De provincie Limburg zet samen met

monstratieprojecten op het vlak van duurzame

Limburg.net een tuinencampagne op. Onder

energie: CO2-neutrale woningen en wijken, ge-

het label ‘Limburg Eco·logisch’ willen de part-

bruik van biomassa rekening houdende met de

ners de Limburgers overtuigen om duurzaam

duurzaamheidscriteria die hiervoor in ontwik-

en natuurvriendelijk om te gaan met tuinen.

keling zijn, … Enerzijds door ondersteuning en

De campagne laat particulieren kennismaken

begeleiding van gemeenten en andere actoren

met duurzame, natuurvriendelijke en afvalar-

(o.m. via Steunpunt Dubolimburg), anderzijds

me vormen van tuinieren aan de hand van voor-

door te participeren in projecten (bv. als copro-

beeldtuinen, informatiebrochures en allerhan-

motor).

de acties. Er worden ook acties opgezet rond het kweken van groenten in eigen tuin, ecologische

10.

Rationeel energiegebruik stimuleren

volkstuintjes, biodiversiteit in de tuin en be-

Naast hernieuwbare energie, is ook ver-

strijdingsmiddelenvrij tuinieren. Ook de ge-

standig omspringen en zuinig zijn met energie -

meenten worden gestimuleerd om het openba-

rationeel energiegebruik - belangrijk om onze

re groen op een duurzame manier te beheren.

CO2-uitstoot terug te dringen. Rationeel energiegebruik vergt een hele gedragswijziging. De

2.3.5

Duurzaam consumeren

provincie zet campagnes op om de Limburgers te stimuleren tot rationeel energiegebruik.

Naast de energie die de Limburgers

Concreet zal de provincie de campagne Klimaat-

rechtstreeks verbruiken, in elektrische toestel-

wijken verder ondersteunen. De voorbije jaren

len of de verwarming van woningen en gebou-

hebben telkens meer dan 500 gezinnen gedu-

wen, zit ook energie vervat in alle consumptie-

rende een halfjaar met veel succes inspannin-

goederen. Door duurzaam aan te kopen, te kie-

gen gedaan om 8,5 % energie te besparen. Deze

zen voor lokaal geproduceerde materialen en

campagne kan in de toekomst verder evolueren

producten, leidingwater te drinken in plaats

in de richting van lokale burgerinitiatieven

van flessenwater, snoeien we ook indirect in de

rond klimaat en energie.

CO2-uitstoot van de provincie.

LIMBURG: SOCIAAL CO2-NEUTRAAL Om onze provincie tegen 2020 CO2-neutraal

doelgroepen aan te spreken. Zo blijkt uit een

lectief isoleren op buurtniveau zijn het be-

te maken, is het belangrijk dat we snel

enquête van het Vlaamse Gewest dat ouderen

studeren waard.

ons energieverbruik verminderen en om-

niet meer investeren in energiezuinigheid

De provincie streeft ernaar het recht op

schakelen naar energie op basis van her-

van hun woning, ondanks het feit dat ze

wonen te realiseren, dit wil zeggen wonen

nieuwbare bronnen. Dit vraagt om te be-

deze investering zeer snel hebben terugver-

in een aangepaste woning van een goede

ginnen investeringen waar niet iedereen

diend. Naast aangepaste informatie is er

kwaliteit, in een behoorlijke omgeving, tegen

het geld voor heeft. Ook voor kansarmen

nood aan concrete hulp, financiële en logis-

een betaalbare prijs en met woonzekerheid.

moet duurzame energie haalbaar en be-

tieke steun. De isolatiecampagne van de pro-

De huisvestingsmaatschappijen en sociale

taalbaar zijn.

vincie is in die zin opgevat: om de isolatie-

verhuurkantoren zijn belangrijke partners.

De klassieke sensibilisatiecampagnes rond

investeringen ook voor gezinnen met een

Zij kunnen een intensieve rol spelen bij het

energiebesparing, isolatie e.d. richten zich

lager inkomen haalbaar te maken, slaat de

realiseren van duurzame, energiezuinige

op een breed publiek, maar gaan vaak voorbij

provincie de handen in elkaar met de sociale

woonprojecten, met bijzondere aandacht

aan specifieke doelgroepen zoals kansarmen

economie om bepaalde ingrepen betaalbaar

voor de sociaal zwakkeren.

en ouderen. Toch blijft het belangrijk deze

te laten uitvoeren. Ook projecten zoals col-

18


Deel 2. Een klimaatvriendelijk Limburg: de CO2-uitstoot reduceren

12.

De Limburgers stimuleren om duurzame

maak, …) te kiezen voor water van mindere

producten te gebruiken

kwaliteit, zoals regenwater.

De provincie sensibiliseert de Limburgers over een duurzaam productgebruik. Ze in-

2.3.6

Duurzame mobiliteit

formeert hen over de milieu- en gezondheidsriVoor verplaatsingen en transport gebrui-

sico’s van bepaalde producten (bestrijdingsmiddelen, houtverduurzamingsmiddelen, verven

ken we allemaal samen heel wat energie. Een

en vernissen, solventen, …) en promoot milieu-

duurzame mobiliteit (autodelen, gebruik ma-

vriendelijke alternatieven. De provincie stimu-

ken van het openbaar vervoer, autoverplaatsin-

leert ook de gemeenten tot een duurzaam aan-

gen vervangen door fietsen, …) is noodzakelijk

koopbeleid (Vlaco-gelabelde compost, FSC-gela-

om de CO2-uitstoot van de provincie Limburg te

beld hout, solventvrije producten, …).

temperen en draagt ook bij tot een goede lucht-

De provincie Limburg werkt ook aan duurzame

kwaliteit (minder uitstoot van fijn stof en NOx).

voedselconsumptie met acties ter promotie van

Zowel de provincie zelf, de gemeenten, de parti-

producten van de biolandbouw, steun aan ge-

culieren als de bedrijven moeten de stap zetten

meenten bij de aankoop van duurzame cate-

naar een duurzame mobiliteit.

ringproducten en een informatiecampagne om de doelgroepen te laten kennismaken met duur-

14.

afdruk, …) en fairtradeproducten.

Duurzame mobiliteit promoten De provincie Limburg promoot duurza-

zame voeding (voedselkilometers, voedselvoet-

me vervoermiddelen bij particulieren, verenigingen en gemeenten. Daartoe organiseert ze

13.

Een drinkwatercampagne 2009-2011

infodagen voor de milieu- en duurzaamheids-

opzetten

ambtenaren, biedt ondersteuning op maat aan

De provincie Limburg lanceert samen

gemeenten, moedigt projecten rond autodelen

met de Limburgse drinkwatermaatschappijen,

aan, en organiseert de acties ‘Afkicken!… Autoluw

Limburg.net en de BBL een nieuwe campagne

naar het werk’ en ‘Autoluw naar School’. Om het fiet-

rond het drinken van leidingwater. Met deze

sen als milieuvriendelijk alternatief te promo-

campagne zet het provinciebestuur de milieu-

ten, volgt de provincie het beleid op rond fiets-

voordelen van het drinken van leidingwater in

paden en buurtwegen en staat ze in voor de uit-

de kijker en wil ze de Limburgers overtuigen om

bouw en kwaliteitsbewaking van het Bovenlo-

leidingwater te drinken.

kaal Functioneel Fietsroutenetwerk. De provin-

Door het promoten van het drinken van leiding-

cie neemt ook actief deel aan de actie ‘Bike to

water wordt meteen ook duidelijk gemaakt dat

Work’ van de Fietsersbond.

de kwaliteit van dit water te goed is om zomaar te verspillen. Het is noodzakelijk om water van

15.

De campagne Velodroom voortzetten

hoge kwaliteit enkel te gebruiken waar nodig

Velodroom is een project van de provin-

(bijvoorbeeld voor menselijke consumptie) en

cie Limburg om het functioneel fietsen te pro-

op andere momenten (toiletspoeling, schoon-

moten. De Velodroomweek is één van de pro-

KLIMAAT EN DUURZAME ONTWIKKELING: HIER EN GINDER, NU EN STRAKS De klimaatwijziging is een wereldwijd pro-

groeien naar een duurzaam en klimaatneu-

criteria in de goedkeuringsprocedure.

bleem, maar treft nog het meest de armste

traal Limburg. Voorbeelden van aanknopings-

Bij de selectie van projecten zou er

bevolkingsgroepen in ontwikkelingslanden.

punten:

aandacht kunnen gaan naar de ge-

Vooral in het zuiden zijn bepaalde gevolgen

-

In een duurzaam aankoopbeleid kun-

volgen van de klimaatwijziging. Bij

nu al heel erg zichtbaar. Een rechtvaardig

nen milieu- en sociale aspecten verder

voorkeur ondersteunt de provincie

klimaatbeleid betekent ook dat de indus-

worden geïntegreerd. De provincie

structurele projecten in het Zuiden

trielanden in het noorden hun CO2-uitstoot

Limburg kiest voor hout met het FSC-

die op lange termijn oplossingen le-

drastisch verlagen en dat er extra geld

label. Dat label garandeert dat het

komt voor de landen in het zuiden.

gebruikte hout geëxploiteerd wordt

De provincie Limburg gaat voor haar beleid

met respect voor mens en milieu. De

een transitie naar een meer duurzame

uit van duurzame ontwikkeling. Dit betekent

provincie Limburg was in 1994 één

samenleving. Burgers hebben de ken-

dat alles in zijn wereldwijde samenhang be-

van de eerste overheden die koos voor

nis en capaciteiten nodig om mee te

keken wordt en dat afwenteling van onze

koffie met het Max Havelaarkeurmerk

werken aan zo’n verandering. Er is

problemen naar de toekomst of naar andere

en dus voor fair trade. De uitdaging

dus een duidelijke nood aan een edu-

gebieden in de wereld wordt vermeden.

is nu om door te groeien naar een

catie voor duurzame ontwikkeling

In elk provinciaal beleidsdomein liggen mo-

echte fairtradeprovincie.

(of EDO). Het ligt voor de hand dat

Bij het ondersteunen van projecten

de beleidsdomeinen die een educatief

mere vormen van productie en consumptie.

in het zuiden kan de provincie verder

aanbod uitwerken, hier rond samen-

Zo kunnen we vanuit een globaal perspectief

gaan met het hanteren van milieu-

werken.

gelijkheden om werk te maken van duurza-

-

veren voor de plaatselijke bevolking. -

Duurzame ontwikkeling impliceert

19


Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

jectonderdelen. Tijdens deze fietsweek zet de

18.

Maatregelen nemen in het kader van de

provincie het fietsen als milieuvriendelijk ver-

milieugezondheidsenquête

voermiddel extra in de kijker. Limburgers wor-

De bedoeling van de milieugezondheid-

den via allerlei kanalen aangemoedigd om naar

senquête is beleidsinformatie te verzamelen

het werk, de school, de winkel, de jeugdvereni-

over welzijn, gezondheid en milieuhinder voor

ging, de sportclub, … te fietsen. In deze cam-

elke stad en gemeente in Limburg. Dat is niet

pagne rekent de provincie sterk op de medewer-

alleen nuttig voor het provinciebestuur, maar

king van steden, gemeenten en scholen om

ook voor elk afzonderlijk gemeente- of stadsbe-

fietsacties met kinderen te organiseren.

stuur. De resultaten van de milieugezondheidsenquête zullen mogelijk een aanleiding zijn

16.

Bedrijven aanzetten tot duurzame

om maatregelen te nemen of suggesties te doen

mobiliteit

aan gemeenten, bedrijven of bewoners.

Via het provinciaal mobiliteitspunt Mobidesk ondersteunt de provincie bedrijven die de duurzame woon-werkpendel willen promo-

e-info: • www.limburg.be/milieugezondheid

ten bij hun werknemers en duurzame mobiliteitsmaatregelen willen nemen. Bij projecten rond duurzame bedrijventerreinen (zie hierbo-

2.4

ven) wordt ook het aspect duurzame mobiliteit

De vinger aan de pols: monitoring van de Limburgse CO2-uitstoot

bekeken. 19. 2.3.7

Milieu, hinder en gezondheid

Een CO2-rapport opmaken en communiceren over de stand van zaken In het kader van de TACO2-studie wordt

Door de CO2-uitstoot van de provincie te-

een nulmeting uitgevoerd. In de periode tot

gen te gaan, werkt de provincie ook aan het te-

2020 maakt de provincie op regelmatige basis

rugdringen van andere schadelijke stoffen. Die

een CO2-rapport op om de voortgang van de

stoffen zijn niet alleen nadelig voor het milieu

CO2-reductie te monitoren, alsook de maatrege-

en de natuur, maar kunnen ook onze gezond-

len om de gevolgen van de klimaatwijziging op

heid schaden. Milieu en gezondheid vormt voor

te vangen.

de provincie dan ook een belangrijk thema in het kader van de klimaatstrijd. De provincie zet concrete initiatieven op met de LOGO’s, onder

20.

CO2 in de duurzaamheidsbarometer De indicatoren met betrekking tot ener-

meer rond de gezondheidseffecten van illegaal

gie, watergebruik, duurzame consumptie, … in

stoken, gezond wonen en bestrijdingsmiddelen.

de duurzaamheidsbarometer worden geactualiseerd en jaarlijks opgevolgd.

17.

De milieugezondheidsenquête uitvoeren De provincie Limburg voert een milieu-

gezondheidsenquête uit in West-Limburg, Noord- en Oost-Limburg en het zuiden van de provincie. De methodiek van die enquête werd al met succes getest in de omgeving van de industriezone Genk-Zuid. De enquête peilt uitgebreid naar de milieuhinder die de bewoners vandaag in hun onmiddellijke omgeving ervaren: van de aanwezigheid van industrie tot mogelijke geurhinder door sluikstoken of geluidsoverlast van verkeer. In enkele gemeenten is een bijkomend gebied afgebakend dat afzonderlijk bekeken wordt; het gaat om gebieden waar sprake is van mogelijk cumulatieve milieudruk. De enquête polst ook naar het gezondheidsgevoel van de bewoner. Een onafhankelijk studiebureau organiseert de enquête in opdracht van de provincie en in nauw overleg met elk lokaal bestuur. Een stuurgroep van (externe) deskundigen begeleidt het onderzoek. De milieugezondheidsenquête verloopt in nauwe samenwerking met de gemeentebesturen, onder meer voor het communiceren van de resultaten van de campagne.

20




Deel 3. Een klimaatbestendig Limburg: de veranderingen trotseren

Deel 3. 3. Een klimaatbestendig Limburg: de veranderingen trotseren

3.1

De natuur als bondgenoot

3.1.1

Waar staan we vandaag? De biodiversiteit gaat achteruit Ondanks Countdown 2010 - een interna-

tionaal engagement dat de provincie Limburg onderschreef om de achteruitgang van de biodiversiteit een halt toe te roepen - is er geen trendbreuk op het vlak van biodiversiteit vast te stellen. Over heel de wereld blijft de biodiversiteit achteruitgaan. Ook in Limburg is dat het geval: de dagvlinders en de akkervogels doen het bijvoorbeeld helemaal niet goed. Goed nieuws is dat in onze provincie toch enkele soorten aan een opwaartse beweging bezig zijn. Een aantal bosvogels, das en roerdomp zijn daar voorbeelden van. De achteruitgang van de biodiversiteit kent vele oorzaken. Leefgebieden worden vernietigd en versnipperd. Bovendien heeft de biodiversiteit te lijden onder de verontreiniging van het leefmilieu en de verspreiding van invasieve soorten. Klimaat, een nieuwe bedreiging De klimaatwijziging versterkt de achteruitgang van de biodiversiteit. De opwarming van de aarde verplicht planten en dieren om zich aan te passen aan nieuwe leefomstandigheden of te migreren. De meeste soorten kunnen dat, andere niet. Daardoor verliest de natuur haar samenhang en komen zelfs de planten en dieren die zich aanpassen in de problemen. De impact van de klimaatwijziging is zo groot, dat ze - samen met andere bedreigingen zoals versnippering, verzuring, … - het behalen van natuurdoelstellingen in gevaar brengt: internationale doelstellingen zoals Countdown 2010 en Natura 2000, Limburgse doelstellingen zoals die van het project ‘Gemeenten adopteren Limburgse soorten’ (GALS) en ‘Soorten en Landschappen, dragers voor biodiversiteit’ (SOLABIO). De impact van de klimaatwijziging op de natuur wordt steeds duidelijker, ook in Limburg. Eén van de vaststellingen uit het Natuurrapport Vlaanderen is dat de verspreiding van soorten opschuift naar het noorden. Bepaalde warmteminnende soorten hebben het in onze streken steeds beter naar hun zin. Zo doen zuidelijke libellen en sprinkhanen het tegenwoordig erg goed in Limburg. Ook het omgekeerde is waar: soorten die de warmte minder goed verdragen, krijgen het knap lastig. De veenbes wordt in onze streken bijvoorbeeld steeds zeldzamer, omdat het klimaat te warm en te droog wordt. De bijenorchis rukt naar het noorden op: die orchidee wordt tegenwoordig zelfs in Friesland aangetroffen. Een ander gevolg van de stijgende

23


Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

temperatuur is dat het sneller warm wordt in

tuur. Natuur is broodnodig voor een gezond le-

de lente. Typische lenteactiviteiten in de na-

ven en verhoogt ook de levenskwaliteit. Een

tuur komen steeds vroeger op het jaar voor:

mooie, groene leefomgeving is goud waard in

sommige bomen staan vroeger in bot, bepaalde

een verstedelijkt gebied als Vlaanderen. Heel

soorten padden trekken er eerder op uit, de

wat toeristen van in en buiten Vlaanderen ko-

stuifmeelproductie van een aantal boomsoorten

men in Limburg genieten van het landschap, de

komt vroeger op gang, insecten sluipen vroeger

bossen, de natuur. Door onze natuur te koeste-

uit, trekvogels komen vroeger uit het zuiden, …

ren en te beschermen, krijgen heel wat Lim-

Al deze veranderingen zouden zo dramatisch

burgse ondernemers en handelaars kansen: re-

niet zijn, mochten ze niet als gevolg hebben dat

creatiebedrijven, horeca, de dienstensector, …

de relaties in de natuur danig verstoord raken,

De Limburgse biodiversiteit, natuurgebieden en

zo leert het Natuurrapport. Veel activiteiten in

landschappen zijn als het ware exclusieve

de natuur zijn immers op elkaar afgestemd:

streekproducten waarvoor het provinciebestuur

veranderingen bij één soort kunnen leiden tot

een eigen verantwoordelijkheid draagt.

een waterval van effecten in de voedselketen en e-info:

in relaties tussen andere soorten.

• www.countdown2010.net De natuur als bondgenoot in de strijd tegen CO2 Ecosystemen zoals bossen, veengebieden en moerassen slaan grote hoeveelheden CO2 op. Door de fotosynthese halen bomen met behulp van het zonlicht koolstof uit de atmosfeer.

over het Count-

down 2010 netwerk en de doelstellingen (Engelstalig) • Natura 2000 via www.inbo.be • www.limburg.be/biodiversiteit

over de pro-

jecten ‘Gemeenten adopteren Limburgse soorten’ (GALS) en ‘Soorten en Landschappen, dra-

Voornamelijk jonge, opgroeiende bossen, zoals

gers voor biodiversiteit’ (SOLABIO)

veel van de Europese bossen, nemen grote hoe-

• Natuurrapport Vlaanderen 2009 via

veelheden CO2 op. Maar ook in de dode biomas-

www.inbo.be

sa van de bosbodem en in veengebieden zit een recordvoorraad koolstof opgeslagen. Naast een

3.1.2

Welke zijn onze doelen?

reductie van de CO2-uitstoot moet de CO2-opstrategie om de klimaatwijziging tegen te gaan.

Het Limburgs netwerk van natuurgebieden en natuurverbindingen verder uitbouwen

Door CO2 op te slaan, komt het niet vrij in de atmosfeer en draagt het evenmin bij tot een

De Limburgse bossen koesteren

slag in de natuur dan ook deel uitmaken van de

versterking van het broeikaseffect. De Limburgse bossen, heidegebieden en veenvegetaties zijn geschikt om CO2 op te slaan. Door deze kool-

De Limburgse biodiversiteit behouden en waar mogelijk versterken

stofrijke biotopen te beschermen, wordt weerwerk geboden aan de opwarming. Bossen mati-

De Limburgse natuur beleefbaar maken

gen ook de klimaatwijziging rechtstreeks. Naast hun capaciteit om koolstof op te slaan,

3.1.3

Wat gaan we doen: acties en maatregelen

hebben ze een bufferende werking op de temperatuurschommelingen van de aarde. Grote bos-

3.1.3.1 Het Limburgs netwerk van

sen en parken hebben bijvoorbeeld een koelend

natuurgebieden en natuurverbindingen

effect op het stadsklimaat. De opwarming van

verder uitbouwen

het klimaat is dus een reden te meer om de Limburgse bossen voluit te beschermen en te

Hoe groter de variatie in de natuur, hoe beter de

koesteren.

natuur de klimaatschokken van de volgende eeuwen zal overleven. Voor een aantal soorten

De Limburgse natuur wordt gekoesterd

zal het bijvoorbeeld van levensbelang zijn zich

Liefst 40 % van de oppervlakte aan be-

te kunnen verplaatsen naar de juiste tempera-

schermde natuur in Vlaanderen ligt in Lim-

tuurszone. We kunnen de natuur helpen door

burg. Van alle Vlaamse planten en dieren komt

die mobiliteit mogelijk te maken. Dat kan door

90 % in Limburg voor, en bovendien komen heel

de natuurgebieden wereldwijd tot een netwerk

wat zeldzame en bedreigde Vlaamse soorten en-

te maken en natuurverbindingen aan te leggen.

kel in Limburg voor. Limburg heeft als groene

Natuurnetwerken over de grenzen van landen

provincie dus een hele verantwoordelijkheid om

zijn noodzakelijk om van de natuur een robuust

de biodiversiteit in Vlaanderen mee te behou-

systeem te maken dat de gevolgen van de op-

den en te versterken en heeft ook Europees een

warming kan trotseren. Ook de natuurgebieden

voorbeeldfunctie voor natuurbehoud.

in Limburg zijn een schakel in dit netwerk, en

Ook de Limburgers zelf hebben baat bij de na-

cruciaal om de wereldwijde biodiversiteit tegen

24


Deel 3. Een klimaatbestendig Limburg: de veranderingen trotseren

de klimaatwijziging te beschermen.

kader van de ruilverkaveling Jesseren en het landinrichtingsproject Grote Nete.

21.

De GLE-werking verdiepen en integreren Het provinciebestuur heeft in 2002 elf

23.

Grote Landschappelijke Eenheden (GLE) be-

Dieren en planten (via zaden) moeten

schreven. Dat zijn gebieden in Limburg die her-

zich kunnen verplaatsen tussen natuur- en an-

kenbaar zijn vanwege de typische landschaps-

dere groene gebieden. Die bewegingsruimte

en natuurkenmerken: de West-Limburgse

hebben ze nodig om zich voort te planten, voed-

naaldbossen, Dommel en Warmbeek, Kem-

sel of beschutting te zoeken, of een meer ge-

pen~Broek, Vallei van de Zwarte Beek, Hoge

schikte leefomgeving te vinden. In ons sterk

Kempen, Maasvallei, Demervallei, Vijvergebied

versnipperde Vlaanderen betekent dit dat er

Midden-Limburg (De Wijers), Voeren, Vochtig-

tussen de groene gebieden verbindingen moe-

Haspengouw en Droog-Haspengouw. In elke GLE

ten gecreëerd worden: ‘ecostrades’ waarlangs

streeft de provincie ernaar de typische kwalitei-

dieren en planten zich kunnen verplaatsen.

ten van een gebied te verhogen via een aantal

Door gebieden met elkaar te verbinden, ver-

duidelijke criteria die als handvatten voor de

groot de overlevingskans van de soorten. Door

partners kunnen dienen. Ook de concrete uit-

de klimaatwijziging worden natuurverbindin-

werking van deze visie gebeurt zoveel mogelijk

gen alleen maar belangrijker. De opwarming

in samenwerking met lokale partners zoals de

van het klimaat zorgt immers voor een ver-

Regionale Landschappen, de milieu- en natuur-

schuiving van de soorten. Minder mobiele soor-

verenigingen, de Bosgroepen, de agrobeheers-

ten, zoals bepaalde bosplanten, krijgen het

groepen, … Via een subsidiereglement geeft de

daardoor in een versnipperd landschap erg

provincie hen een financiële impuls om zinvolle

moeilijk. De klimaatwijziging leidt bovendien

projecten op te zetten. De provincie zet haar lo-

tot extremer weer en grotere ecologische risi-

kale partners ook aan om hiervoor bijkomende

co’s, waardoor bepaalde soorten het moeilijk

financiële middelen te zoeken (Vlaamse over-

kunnen krijgen en lokale populaties makkelij-

heid, Europese Commissie, …).

ker uitsterven. Natuurverbindingen moeten dit

De komende jaren wil de provincie de GLE-wer-

tegengaan.

king verdiepen door:

Natuurverbindingen zijn een cruciaal onderdeel

-

een kruisbestuiving te realiseren tussen

van het Europese Natura 2000-netwerk. Het is

de GLE-aanpak en het werken aan na-

de taak van de provincies om deze verbindingen

tuurverbindingen, het versterken van de

af te bakenen en in te richten.

biodiversiteit en het waterbeheer;

De provincie Limburg werkt aan natuurverbin-

samen te werken met andere beleidsdo-

dingen door:

meinen (ruimtelijke ordening, water,

-

-

-

* Deze Parken zullen worden ingericht met de focus op

voorstudies op te maken. Ze doet dat als

erfgoed, landbouw, recreatie, …);

voorbereiding op provinciale Ruimtelijke

een actief netwerk uit te bouwen en te

UitvoeringsPlannen (pRUP’s), natuur-

ondersteunen met partners (Regionale

richtplannen of concrete acties en in-

Landschappen, milieu- en natuurvereni-

richtingen op het terrein via (GLE-)pro-

gingen, Bosgroepen, …);

landschap en natuur.

Natuurverbindingen realiseren

specifieke projecten uit te voeren op

jecten. -

de pRUP’s te begeleiden en/of de natuur-

maat van elk gebied;

richtplannen op te maken en de natuur-

een gerichte communicatie uit te werken

verbindingen te realiseren. Hiervoor

op maat van elk gebied en de verschillen-

werkt de provincie samen met lokale

de doelgroepen;

partners.

-

zes Parken* uit te werken.

22.

De Limburgse natuur uitbreiden

zoeken met acties van anderen (Vlaamse

De provincie creëert kwaliteitsvolle Lim-

Landmaatschappij, Europese projecten,

-

af te stemmen met andere beleidsdomeinen zoals het waterbeleid en synergie te

burgse natuur door: -

…).

zelf gronden en gebieden aan te kopen, in te richten en te beheren;

-

de aankopen van derden te subsidiëren;

-

de aanleg van kleine landschapselemen-

24.

in de kijker: Natuurverbindingen in het Regionaal Landschap Lage Kempen Het realiseren van natuurverbindingen

ten (hagen, poelen, houtkanten, …) door

is een complexe opdracht: er zijn meestal een

gemeenten en andere partners te stimu-

groot aantal eigenaars en landgebruikers bij be-

leren en via projecten te subsidiëren.

trokken en meestal hebben de betrokken gronden geen natuurbestemming. De provincie Lim-

Eigen aankopen van de provincie Limburg zijn

burg werkt voor het realiseren van natuurver-

de komende jaren bijvoorbeeld gepland in het

bindingen telkens samen met lokale partners.

25


Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

Ze sloot in 2009 een samenwerkingsovereen-

-

de provinciale uitvoeringsplannen in uit-

komst met het Regionaal Landschap Lage Kem-

voering van het Ruimtelijk Structuur-

pen om natuurverbindingen te realiseren in het

plan Limburg, gericht op een duurzame

werkingsgebied van dit Regionaal Landschap. In die regio ligt een dertigtal gebieden die de pro-

ontwikkeling van onze provincie; -

vincie al eerder aanduidde als zoekzone voor

steunende) kleinstedelijke gebieden als

een natuurverbinding. Dankzij deze samenwerking zullen ook gemeenten, natuurverenigin-

de afbakening van de (structuuronderklimaatbestendige steden;

-

gen, plaatselijke landbouwers, industrie en par-

de stedenbouwkundige verordeningen, bijvoorbeeld voor zongericht en compact

ticulieren betrokken worden.

bouwen;

De volgende jaren zal alvast concreet worden

-

gewerkt aan volgende prioritaire natuurverbin-

aanreiken van modellen en voorbeelden aan de gemeenten.

dingen: -

Lommel - Mol: tussen Kattenbosserheide

3.1.3.2 De Limburgse bossen koesteren

en Zeven Heerlijkheden, via Hoge MaatBossen zijn een onmisbare bondgenoot

heide; -

Lommel - Neerpelt: tussen Lommelse

in de klimaatstrijd. Een bos dat groeit, neemt

Watering en Hageven;

CO2 op. Die CO2 wordt voor 30 % vastgelegd in

Neerpelt - Hamont-Achel: tussen Hage-

hout en vegetatie, en voor 70 % in de bodem

ven en Achelse Kluis, via Buitenheide;

(wortels, afgevallen bladeren). Per jaar kan een

Tessenderlo, tussen Grote Beek/Laak en

groeiend bos 11 tot 55 ton CO2 vastleggen per hectare tot een leeftijd van 150 jaar. De 810 000

Winterbeek/Kleine Beek.

Limburgers zijn samen verantwoordelijk voor Klimaatbeleid en ruimtelijke ordening raken

een uitstoot van 11,6 miljoen ton CO2. Je hebt

mekaar ook in het natuurbeleid. Een goed uit-

dus minstens 211 000 ha supersnel groeiend bos

gebouwd netwerk van natuur is nodig om de

nodig om die uitstoot te compenseren. Voor alle

Limburgse soorten te beschermen tegen de

duidelijkheid: Limburg is 242 214 ha groot en

druk op de ruimte. Klimaatwijziging zorgt er

heeft ongeveer 52 000 ha bos. Waarschijnlijk

echter voor dat de natuur nog meer onder druk

wordt de CO2 die Limburg uitstoot momenteel

komt te staan. Soorten kunnen sneller reageren

maar voor 5 à 10 % gecompenseerd door de Lim-

als de versnippering van leefgebieden minimaal

burgse bossen. Dat moet en kan beter.

is. In de ruimtelijke ordening moet dus rekening gehouden worden met het risico dat de kli-

25.

De werking van de Limburgse Bosgroepen verder uitbouwen

maatwijziging de verplaatsing van de soorten

De Limburgse Bosgroepen zijn al een

onmogelijk maakt als gevolg van de versnippering.

groot succes. Op dit moment worden in Lim-

Het ruimtelijk beleid van de provincie beschikt

burg meer dan 17 000 ha bos beheerd door leden

over een aantal instrumenten die kunnen hel-

van de Limburgse Bosgroepen, dat is meer dan

pen bij het realiseren van het klimaatbeleid:

6 % van de oppervlakte van onze provincie en

-

de aanpassing van het Ruimtelijk Struc-

maar liefst 30 % van het Limburgse bosareaal.

tuurplan Limburg: klimaatwijzigingen

De komende jaren wil de provincie de werking

en veranderingen in ruimtelijke structu-

van de Limburgse Bosgroepen verder verbreden.

ren in Limburg;

Zo wil de provincie nog meer privéboseigenaars

RUIMTE VOOR KLIMAAT: NAAR EEN KLIMAATBESTENDIG RUIMTELIJK BELEID Het streven om Limburg CO2-neutraal te

delijke steden, waterbuffering, -berging en

maken, kan niet los gezien worden van

-afkoppeling, duurzame mobiliteit, een an-

sen om de impact van ruimtelijke

het ruimtelijke beleid in onze provincie.

dere organisatie van economie en landbouw,

plannen op het watersysteem te eva-

Daarnaast biedt de klimaatwijziging kansen

voor een betere ruimtelijke inrichting van

Bovendien moet het ruimtelijke beleid Lim-

de provincie.

burg mee wapenen tegen de gevolgen van

Zowat alle denkbare maatregelen die passen

de klimaatwijziging. Zo moet het meer ‘ruim-

binnen de klimaatstrijd van onze provincie

te voor water’ mogelijk maken, willen we

steden door waterpartijen, water-

hebben een ruimtelijke dimensie: het zoeken

onze provincie voorbereiden op de hevige

berging rondom de stad en de ver-

naar geschikte plaatsen voor hernieuwbare

regenbuien en periodes van droogte die in

energieproductie zoals windenergie en bio-

de toekomst frequenter zullen voorkomen.

massa, het aanwenden van koudewarmte-

Dat kan door:

opslag, duurzame bedrijventerreinen, duur-

-

zaam bouwen, het werken aan klimaatvrien-

26

-

de watertoets consequent toe te pas-

lueren; -

bouwing; -

ruimte voor water te creëren in de

harde woonzones, …; -

de verharde oppervlakte te verminderen zodat water de kans krijgt in

overstromingsgebieden en natuurlijke waterbuffers aan te leggen;

valleigebieden te vrijwaren van be-

de ondergrond te dringen; -


Deel 3. Een klimaatbestendig Limburg: de veranderingen trotseren

bereiken, meer leden werven en samen meer

3.1.3.3 De Limburgse biodiversiteit behouden en

uitgebreide bosbeheerplannen opmaken. Dat

waar mogelijk versterken

moet leiden tot een beter en gezamenlijk beDe Limburgse biodiversiteit heeft het

heer van de Limburgse bossen. Een belangrijk aspect is de natuurwaarde van de Limburgse

hard te verduren. Onder meer de klimaatwijzi-

bossen. Door hun uitgestrektheid en het voor-

ging maakt het heel wat planten en dieren knap

komen van zeldzame bewoners zijn ze vaak van

lastig. Door de typische Limburgse planten en

bijzonder belang voor de Limburgse biodiversi-

dieren extra te beschermen en hun biotopen te

teit.

verbeteren, geven we ze opnieuw ontwikke-

Een Bosgroep is een vrijwillig samenwerkings-

lingskansen.

verband tussen zowel openbare als privéboseigenaars. Via de Bosgroepen wil het Vlaamse

27.

‘Gemeenten adopteren Limburgse

Agentschap voor Natuur en Bos een antwoord

soorten’ voortzetten via het

geven op de problemen die de versnippering van

subsidiereglement

het bos in heel Vlaanderen met zich meebrengt.

biodiversiteitsprojecten Met het project ‘Gemeenten adopteren

Bosgroepen bieden een uitgebreide dienstverlening aan die de boseigenaars helpt bij het behe-

Limburgse soorten’ (GALS) gaven het provincie-

ren van hun bossen: ze verzorgen de informa-

bestuur en de Regionale Landschappen de afge-

tiedoorstroming van de Vlaamse overheid naar

lopen jaren de Limburgse gemeenten een flinke

de boseigenaars, werken aan een economisch

steun in de rug bij het uitwerken van hun soort-

rendabel en ecologisch effectief bosbeheer door

gericht natuurbeleid. Elke gemeente adopteer-

samenwerking tussen boseigenaars te stimule-

de een typisch Limburgse dier- of plantensoort

ren, en leiden het overleg tussen eigenaars,

en engageerde zich om die te beschermen. Voor

overheid en gebruikers in goede banen. De be-

elke soort werd een plan opgesteld dat moet lei-

doeling van de Bosgroepwerking is het draag-

den tot acties op het terrein, communicatie en

vlak voor bos te vergroten en de bossen nieuw

monitoring. De provincie Limburg engageerde

leven in te blazen.

zich om de gemeenten de komende jaren verder te ondersteunen bij de uitvoering van hun ac-

26.

De (her)aanleg van bosexploitatiewegen

tieplannen.

stimuleren

Na de adoptie, de actieplannen Limburgse soor-

De CO2-opnamecapaciteit van bossen is het resultaat van een aantal processen. Bomen

ten en de engagementsverklaringen van de ge-

halen overdag CO2 uit de lucht en slaan die deels op in het houtweefsel. Oude bomen groei-

de plannen. Daarom heeft de provincie het

en in verhouding minder dan jongere exempla-

het leven geroepen. Deze subsidie zal de ge-

ren. De nette CO2-opname van bossen kan dus

meenten en verenigingen ondersteunen bij de

worden opgedreven door oude bomen te kap-

uitvoering van hun actieplannen en op die ma-

pen, jonge bomen aan te planten en het gekap-

nier de Limburgse biodiversiteit op het terrein

te hout te gebruiken voor duurzame toepassin-

een handje toesteken.

gen.

Het subsidiereglement leidde het afgelopen jaar

Bij de exploitatie van bossen is, door het ge-

onder meer tot concrete beschermingsprojecten

bruik van zwaar materiaal, schade aan de klas-

voor de steenuil in Tongeren, de knoflookpad in

sieke boswegen vaak onvermijdelijk. Die schade

Peer, wilde bijen in Houthalen-Helchteren en

bemoeilijkt het beheer van de aangrenzende

de boomkikker in Maaseik. Bij deze projecten

bospercelen, waardoor meteen ook de CO2-op-

waren telkens verschillende partners betrokken

namecapaciteit van deze bossen afneemt. Bo-

zoals natuurverenigingen, gemeentebesturen,

vendien wordt door die beschadigde boswegen

scholen en imkersbonden.

het bos ontoegankelijk voor kleinschalige

Voor de komende jaren staan onder meer de vol-

brandhoutwinning, voor wandelaars en fiet-

gende reeds goedgekeurde projecten op stapel:

sers. De provincie Limburg lanceert daarom een

-

meenten, komt het nu aan op de realisatie van ‘subsidiereglement biodiversiteitsprojecten’ in

subsidieaanbod naar de gemeenten voor het aanleggen van ecologische bosexploitatiewegen.

voor de ingekorven vleermuis (Heers); -

De juiste modaliteiten worden opgenomen in

paaiplaatsen creëren voor vissen die een voedselbron zijn voor de ijsvogel in

een subsidiereglement. Aandacht voor de natuurwaarden van het bos en het exclusief ge-

geschikte winterverblijfplaatsen creëren

Sleepenbroek (Alken); -

bruik van deze wegen voor de bosexploitatie zul-

permanente hooilanden herstellen in het natuurgebied Dorpsbemden (Diepen-

len hierin aan bod komen.

beek); -

gierzwaluwterrassen bouwen (Hasselt-

-

een amfibieënpoel aanleggen in het na-

Zonhoven);

27


Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

tuurgebied in de vallei van de Krombeek

werken aan dwarsverbindingen met andere be-

(Bilzen);

leidsdomeinen, zoals het bosbeleid, het water-

zintuigen- en insectentuin realiseren

lopenbeleid, het afvalbeleid (tuinen), de ruim-

voor kleuters (Wurfeld-Maaseik);

telijke ordening, …

goed beheer voor de zeggekorfslak, een

Ondersteuningsovereenkomsten sluiten met

internationaal beschermde soort, verder

terreinbeheerders om kwetsbare en zeldzame

uitwerken (Riemst);

soorten plaatselijk te beschermen

wilde bijen in tuinen inventariseren en

De provincie Limburg ondersteunt beheerders

hierover advies geven (Limburg);

van gronden met bedreigde en uitzonderlijke

-

soorten die specifieke maatregelen treffen voor

28.

Grensoverschrijdend project SOLABIO

soortenlijst opgesteld met broedvogels van het

uitvoeren

agrarische gebied, zoogdieren, amfibieën en

Met het project ‘Soorten en landschap-

reptielen, paddenstoelen, planten en insecten

-

-

de bescherming van deze soorten. Er is een

pen, dragers voor biodiversiteit’ (SOLABIO) wil

waarvoor een subsidie geldt. De ervaring leert

de provincie Limburg, samen met de drie Lim-

dat door afspraken met beheerders een duidelij-

burgse Regionale Landschappen en tal van part-

ke natuurwinst mogelijk is. In een specifiek

ners uit vijf Vlaamse en drie Nederlandse pro-

weiland in Haspengouw waar een ondersteu-

vincies, de biodiversiteit nog verder versterken

ningsovereenkomst werd gesloten, steeg het

en de waardevolle landschappen herstellen in

aantal orchideeën in 2008 van 64 naar 965, het

de volledige grensregio Vlaanderen-Nederland.

grootste aantal op een privéterrein in heel

Het project kiest voor een integrale aanpak via

Vlaanderen.

drie grote pijlers: economie, natuur en mens. Het kreeg Europese subsidies in het kader van

31.

Via vergunningen voorwaarden opleggen

de uitvoering van het Interreg IV-programma

om schade aan de natuur te voorkomen of

van de Grensregio Vlaanderen-Nederland.

te herstellen De deputatie heeft de bevoegdheid om

SOLABIO moet een echt hefboomproject worden voor de biodiversiteit in Vlaanderen en Ne-

natuurvergunningen te leveren aan onder meer

derland. Het project is sterk gericht op concrete

openbare besturen en te oordelen over beroepen

acties op het terrein. Het provinciebestuur

die door particulieren zijn ingesteld. Door voor-

coördineert SOLABIO. Onder meer volgende

waarden op te leggen, worden natuurlijke vege-

concrete acties zijn gepland (cfr. GALS-actie-

taties en kleine landschapselementen be-

plannen) in Limburg:

schermd.

-

de inrichting van een bufferzone langs de industriezone van Schoonhees (Tes-

3.1.3.4 De Limburgse natuur beleefbaar maken

senderlo); -

-

-

De Limburgse natuurgebieden bescher-

de ecologische inrichting van de vijvers Geneberg (Ham);

men is één zaak, maar daarnaast is het ook be-

de inrichting van kanaalbermen voor

langrijk dat de Limburgers van de rijke natuur

vlinderpopulaties (Lanaken, Zutendaal

in onze provincie kunnen genieten. Door de

en Bilzen);

groene gebieden beleefbaar te maken voor het

de inrichting van het leefgebied van de

publiek, wil de provincie ervoor zorgen dat de

rugstreeppad op een industrieterrein

Limburgers de waardevolle Limburgse natuur

(Genk);

ten volle appreciëren, en gestimuleerd worden

voorbeeldboerderijen agrobiodiversiteit

om ze mee te koesteren. Het spreekt voor zich

en agrarisch natuurbeheer (Neerrepen

dat het openstellen van de natuur gebeurt met

(Tongeren) en Armenberg (Sint-Trui-

respect voor de natuur.

den)). 32. 29.

De Limburgse natuur openstellen voor het

De soortenbenadering implementeren in

publiek in nauwe samenwerking met

het gebiedsgerichte natuurbeleid en in

lokale partners

andere beleidsvelden De gebieds- en soortgerichte aanpak van

Naast het beschermen en beheren van de natuurwaarden en de biodiversiteit, moeten re-

het natuurbeleid van de provincie zijn histo-

creanten en toeristen de kans krijgen om de

risch gegroeid als twee afzonderlijke sporen.

prachtige Limburgse natuurgebieden en de rij-

Meer en meer wil de provincie een duidelijke

ke diversiteit aan landschappen in onze provin-

kruisbestuiving creëren tussen de gebiedsge-

cie te beleven. Belangrijke partners zijn de Re-

richte aanpak met GLE’s enerzijds en het soort-

gionale Landschappen en de natuurverenigin-

gerichte beleid anderzijds om te komen tot een

gen. Samen met deze partners streeft de pro-

echt biodiversiteitsbeleid. De provincie gaat ook

vincie naar een duurzame natuurbeleving: de

28


Deel 3. Een klimaatbestendig Limburg: de veranderingen trotseren

kansen in de natuur op recreatief vlak benut-

natuur achter te laten. Voor het overige ligt het

ten, zonder het natuurpotentieel aan te tasten.

afvalbeleid in handen van de eengemaakte af-

Door de natuur gericht te ontsluiten, wil de

valintercommunale Limburg.net. Zij zal met

provincie de Limburgers nog beter bewust ma-

het nieuwe project 010 een eenvormig en een-

ingericht met de focus op

ken van de unieke natuurwaarden in de provin-

voudig afvalbeleid introduceren in Limburg.

landschap en natuur.

cie, en hen op de kar laten springen om deze

* Deze Parken zullen worden

mee te beschermen.

3.1.4

De vinger aan de pols: monitoring van de Limburgse biodiversiteit

33.

Een concept van Parken* uitwerken Het Nationaal Park Hoge Kempen heeft

35.

aangetoond dat een integrale benadering van

De LIKONA-werking uitbouwen In onze provincie zijn tal van mensen be-

natuurontwikkeling, natuurbehoud, bezoekers-

zig met de studie en de inventarisatie van plan-

onthaal, infrastructuur en communicatie veel

ten, dieren, gesteenten en fossielen. Om te zor-

succes heeft. Voor de aaneengesloten stukken

gen voor een betere samenwerking tussen al die

buitengebied van natuur, in totaal telkens meer

vrijwilligers en professionelen werd in 1990

dan 1 000 hectare in de provincie

LIKONA opgericht. Anno 2009 is LIKONA het be-

(Kempen~Broek, Maasvallei, Bosland, Voeren,

proefde verhaal van hoe het ondersteunen van

De Wijers, Sporenland) werkt de provincie een

vrijwilligers en het stimuleren van samenwer-

integraal concept van Park* uit, naar het voor-

king het natuurbeleid terdege kan ondersteu-

beeld van het Nationaal Park. Samenwerking

nen. Deze bottom-up aanpak van LIKONA kende

met alle actoren is cruciaal in dit concept: alle

de afgelopen jaren in andere provincies navol-

partners brengen vanuit een gezamenlijke visie

ging.

hun inspanningen en middelen samen in één

De komende jaren wil de provincie de engage-

structuur.

menten en samenwerkingen in het LIKONAnetwerk verder benutten. De laatste jaren is er

34.

Zwerfvuil bestrijden

een duidelijke vraag naar gerichte inventarisa-

Zwerfvuil kan een serieuze domper zet-

ties: voor het monitoren van de habitatsoorten,

ten op de waardevolle natuur en de prachtige

geadopteerde Limburgse soorten binnen het

Limburgse landschappen. Zes teams van park-

GALS-project of voor de oprichting van het plat-

rangers zullen overal in de provincie instaan

form Bosland en Nationaal Park Hoge Kempen.

voor het onderhoud van kleine landschapsele-

Zo werd in 2008 een inventarisatie uitgevoerd in

menten en wandelroutes. Zij zullen ook zoveel

het Westelijk Vijvergebied op het grondgebied

mogelijk zwerfvuil opruimen. Ook hier geldt:

van Genk (Bokrijk) en Hasselt. Deze vragen blij-

‘Voorkomen is beter dan genezen’. Onder het

ven ook de komende jaren van tel. De vrijwilli-

motto ‘De beste vuilbak staat bij u thuis’ zullen

gers zullen ook een rol spelen bij het in kaart

de provincie, gemeenten en Limburg.net een

brengen van de natuurwaarden in de GLE’s, de

sensibilisatiecampagne starten om de gebrui-

Parken* en andere beschermingsacties.

kers van de Limburgse fiets- en wandelroute-

In 2010 loopt niet alleen de teller van Count-

netwerken aan te sporen hun afval niet in de

down 2010 af, ook LIKONA bestaat dan 20 jaar.

HET LIMBURGSE TOERISME KLIMAATVRIENDELIJK MAKEN Limburg heeft de laatste jaren fors geïn-

Milieuzorg (energiebesparing, waterbespa-

kan verhoogd worden door:

vesteerd in recreatie en toerisme. Toeristen

ring, afvalpreventie, …) krijgt vandaag al

-

komen naar Limburg voor een vakantie in

meer aandacht in de toeristische sector dan

het groen, om van de natuur te genieten,

enkele jaren geleden. ‘De Groene Sleutel’ is

om te fietsen en te wandelen, aan hoeve-

een internationaal keurmerk voor milieu-

toerisme te doen, … Limburg zet sterk in

vriendelijke toeristische accommodaties.

op fietsen en wandelen: zachte recreatie-

Campings, vakantieparken, hotels en gas-

zoals fietsen en wandelen (hierbij is

vormen die sowieso al goed scoren op de

tenkamers, jeugdlogies en attracties kunnen

aandacht nodig voor spreiding in de

klimaatschaal.

het label aanvragen.

ruimte, maar organisatie en bunde-

Bij de verdere uitbouw van het toerisme is

Het is belangrijk ook de komende jaren aan-

het belangrijk de draagkracht van de Lim-

dacht te blijven besteden aan de duurzaam-

burgse bevolking, natuur en cultuur mee als

heid van het toerisme op tal van vlakken: lo-

uitgangsprincipe te nemen, zonder de toe-

gies, mobiliteit, touroperators, dagattracties,

komst van het toerisme in gevaar te brengen.

toeristische bedrijven, … Zo kan Limburg

Tegelijk hebben de toeristische sector én de

zich als kwaliteitsbestemming, maar ook als

toerist de verantwoordelijkheid om hun bij-

duurzame toeristische bestemming profile-

-

efficiënt ruimtegebruik;

drage aan de CO2-uitstoot en hun impact op

ren.

-

de natuur te minimaliseren.

De duurzaamheid van de toeristische sector

investeringen en subsidies te koppelen aan duurzame criteria;

-

interne milieuzorg (cfr. Groene Sleutel);

-

verdere promotie van zachte recreatie

ling op de minst kwetsbare plekken); -

promotie van bestemmingen in laagen tussenseizoen (spreiding in tijd in plaats van piekbelasting);

-

samenstellen van arrangementen: trein + attracties;

29


Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

De koepel wil die gelegenheid aangrijpen om

spreidt de provincie de verzamelde informatie

een stand van zaken op te maken van de Lim-

naar groepen die een impact op de natuurwaar-

burgse biodiversiteit. Ook de provincie zal extra

den in de provincie hebben. Ze zet deze ‘part-

investeren in deze doorlichting van de Limburg-

ners in het natuurbehoud’ ook aan om de Lim-

se natuur. De komende jaren wordt bijzondere

burgse soorten op hun terreinen te registreren

aandacht besteed aan de relatie tussen de Lim-

en nieuwe kansen te geven.

burgse biodiversiteit en de klimaatwijziging. De uitvoering van de actieplannen van het GALS-

38.

Monitoring toevoegen aan natuurprojecten

project biedt het ideale aanknopingspunt om de

Aan alle natuurprojecten, zowel de soort-

participatieve aanpak van LIKONA verder uit te bouwen. In 2010 zal worden nagegaan hoe het

gerichte als de gebiedsgerichte zoals GLE’s, Par-

met de geadopteerde soorten is gesteld en welke

ken* en natuurverbindingen, wordt een luik

inspanningen er voor de soorten in de gemeen-

monitoring gekoppeld. Zo kunnen de resultaten

ten werden geleverd.

van een project getoetst worden aan de voorop-

De werking van LIKONA wordt verder gedigitali-

gestelde doelstellingen.

seerd, geautomatiseerd en zo verder geprofessionaliseerd. LIKONA werkt aan een actuele na-

39.

Biodiversiteit in de duurzaamheidsbarometer

tuurdatabank, die de hoeksteen vormt van een

De indicatoren voor natuur en biodiversi-

wetenschappelijk onderbouwd natuurbeleid en -beheer van de provincie. De databank zorgt er-

teit in de duurzaamheidsbarometer worden ge-

voor dat de resultaten van de talloze inventari-

actualiseerd en jaarlijks opgevolgd.

satie-inspanningen beter doorstromen naar het beleid en het beheer, om zo uiteindelijk de Limburgse biodiversiteit ten goede te komen. De

3.2

Naar een veerkrachtig en natuurlijk watersysteem

3.2.1

Waar staan we vandaag?

Limburgse natuurdatabank wordt gekoppeld aan de databanken op Vlaams, nationaal en internationaal niveau. 36.

De onderzoeksresultaten van LIKONA

Het watersysteem onder druk Water is de bron van alle leven; het is le-

verspreiden De resultaten van onderzoeken en inven-

vensnoodzakelijk als voedingsstof voor mens,

tarisaties van de LIKONA-werkgroepen worden

plant en dier. Water is ook onmisbaar als hulp-

ter beschikking gesteld van de natuursector,

bron in heel onze samenleving. Het wordt ge-

het beleid en geïnteresseerden via het LIKONA-

bruikt in huishoudens om te koken, te wassen

jaarboek, publicaties in tijdschriften van der-

en schoon te maken. De industrie gebruikt wa-

den, rapporten, verspreidingsatlassen, …

ter als productie-, spoel- en koelwater. De land-

De komende jaren zal de provincie volop aan-

bouw heeft water nodig voor het besproeien van

dacht geven aan de communicatie van de onder-

landbouwgewassen en het drenken van het vee.

zoeksresultaten van LIKONA. De verdere uit-

Water is ook belangrijk als transportmiddel

bouw van de nieuwe LIKONA-website moet in-

voor de zee- en binnenvaart. Ook de natuur is

ventarisatiegegevens, onderzoeksrapporten en

onlosmakelijk verbonden met water: waterlo-

fotocollecties beter toegankelijk maken voor

pen, poelen en plassen, vijvers en moerassen

natuurliefhebbers, studenten en particulieren.

doen de meest waardevolle natuur en land-

Op die manier kunnen alle Limburgers zich een

schappen ontstaan, denk maar aan de Demer-

beeld vormen van de biodiversiteit in Limburg.

en de Maasvallei, de Wijers en het Kempen~Broek. Water is ook een eindeloze bron

37.

Inventarisatie uitbouwen als middel om

van ontspanning: mensen houden van zwem-

het draagvlak rond natuurbehoud te

men, varen, wandelen en fietsen langs het wa-

vergroten

ter.

Het verzamelen van informatie over

Al deze functies zetten de watervoorraad op aar-

soorten is niet enkel belangrijk om het provin-

de onder druk: allemaal willen we water blijven

ciale natuurbeleid vorm te geven. Het is ook een

gebruiken zoals we tot nog toe deden. Het wa-

middel om draagvlak te creëren voor natuurbe-

tersysteem kan deze aanspraken niet aan en

houd. De provincie werkt daarom inventarisa-

kampt met problemen: een ontoereikende wa-

tieprojecten uit op maat van de Parken*, die

terkwaliteit, overstromingen en wateroverlast,

huidige en nieuwe doelgroepen aanzetten om

verdroging, uitputting van de watervoorraden

gegevens over ‘hun’ Limburgse soorten te verza-

en een verlies aan biodiversiteit. Ook in Lim-

melen. Via een uitgekiende communicatiestra-

burg zijn er waterproblemen: zo werd het zui-

tegie - opgebouwd rond een aantal goed gekozen

den van de provincie in het voorjaar van 2008

soorten (de Limburgse Soortentoets) - ver-

opnieuw zwaar getroffen door wateroverlast.

30

* Deze Parken zullen worden ingericht met de focus op landschap en natuur.


Deel 3. Een klimaatbestendig Limburg: de veranderingen trotseren

Ook erosie vormt in Zuid-Limburg een groot

Een nieuwe organisatie van het

probleem: bij hevige regen spoelen water en

waterbeleid

grond de hellingen af, waardoor wegen versperd

De nieuwe kijk op het waterbeleid vroeg

worden en vruchtbare grond verloren gaat. In

om aanpassingen in de organisatie. De taken en

delen van Noord- en Midden-Limburg rukt pa-

verantwoordelijkheden voor grondwater, opper-

radoxaal genoeg de verdroging op, met gevolgen

vlaktewater, drinkwater en afvalwater zijn in

voor zowel natuur als landbouw. Al is de water-

Vlaanderen verdeeld over verschillende admini-

kwaliteit in sommige van de Limburgse water-

straties en diensten van het Vlaamse Gewest, de

lopen al sterk verbeterd, toch is er ook op dat

provincies, de gemeenten, de polders en water-

vlak nog werk aan de winkel.

ingen en de drinkwatermaatschappijen. In het waterbeleid van vandaag zijn intensief overleg

Water en klimaat

en samenwerking tussen al deze partners inge-

De klimaatwijziging beïnvloedt het wa-

bouwd om de integrale principes in de praktijk

tersysteem. Die gevolgen zijn wereldwijd zicht-

om te zetten.

baar: meren en rivieren drogen uit en de ijskap-

De watersystemen in Vlaanderen zijn ingedeeld

pen smelten, waardoor de zeespiegel stijgt. In

in stroomgebieden en stroomgebiedsdistricten,

onze streken zorgt de klimaatwijziging voor

bekkens en deelbekkens. Ook het overleg, de

zachtere winters en warmere zomers. Daardoor

voorbereiding en de opvolging van het waterbe-

verwacht men in Vlaanderen meer overstro-

leid zijn volgens die niveaus georganiseerd.

mingen ten gevolge van extreme buien, terwijl

Door deze indeling wordt het integraal waterbe-

ook de problematiek van verdroging zich lokaal

leid gebiedsgericht benaderd en krijgen zelfs de

scherper kan stellen.

problemen van de kleinste waterlopen aandacht. De Coördinatiecommissie Integraal Wa-

Integraal waterbeheer:

terbeleid (CIW) organiseert het integraal water-

respect voor water als systeem

beleid in Vlaanderen en volgt het op.

Willen we water en alle functies die daarbij horen veilig stellen voor de toekomstige ge-

Stroomgebieden of stroomgebiedsdistricten

neraties, dan moeten we op een duurzame manier met water omgaan. De laatste jaren leve-

In Vlaanderen zijn twee stroomgebied(sdi-

ren zowel de mensen thuis, de bedrijven als de

strict)en:

landbouw volop inspanningen om minder water

-

het stroomgebied van de Maas met

te gebruiken. In de toekomst moeten deze in-

Frankrijk, Luxemburg, Wallonië, Vlaan-

spanningen nog versterkt worden.

deren, Duitsland en Nederland;

En ook het waterbeheer is geëvolueerd. Dat be-

-

het stroomgebied van de Schelde met

kijkt water als een systeem waarvan alle ele-

Frankrijk, Wallonië, Vlaanderen en Ne-

menten elkaar beïnvloeden: waterlopen, grond-

derland.

water, hemelwater, poelen, grachten, planten en dieren in en rond het water, waterkwaliteit,

Per stroomgebied werden eind 2009 stroomge-

waterkwantiteit, … Ingrepen op één plaats

biedsbeheerplannen opgesteld.

beïnvloeden het watersysteem ook op andere Bekkens

plaatsen. Een waterloop die in zijn bovenloop te weinig ruimte krijgt (ingedijkt, rechtgetrok-

Elk stroomgebied is in Vlaanderen ingedeeld in

ken, voorzien van harde oevers, …) treedt

bekkens.

stroomafwaarts geheid buiten zijn oevers. Door

Voor Limburg gaat dat over:

de toenemende verharde oppervlakte krijgt het

-

gen zodat hemelwater in sneltreinvaart naar de waterlopen stroomt. Pompen we op een bepaal-

het Nete- en Demerbekken binnen het stroomgebied van de Schelde;

water niet de kans om in de ondergrond te drin-

het Maasbekken binnen het stroomgebied van de Maas.

de plaats te veel water op, dan beïnvloedt dat zowel de stroming als de kwaliteit van het

Per bekken is een eerste bekkenbeheerplan op-

grondwater. En uit poelen met een slechte wa-

gesteld. Deze bekkenbeheerplannen werden op

terkwaliteit blijven waardevolle soorten weg.

30 januari 2009 goedgekeurd door de Vlaamse

Het integraal waterbeheer vertrekt van die sa-

Regering.

menhang als basisprincipe. Door waterlopen opnieuw meer ruimte te geven en natuurlijker te maken, geven we het watersysteem zijn veerkracht terug.

Deelbekkens Binnen de bekkens zijn de deelbekkens afgebakend: deze zijn de bevoegdheid van het lokale waterbeheer. In het overlegniveau zijn het Vlaamse Gewest, de provincies, de gemeenten, de polders en de wateringen vertegenwoor-

31


Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

digd.

plannen • www.limburg.be/waterlopen Waterschappen

voor informatie

over het Limburgse waterlopenbeleid

Op het niveau van de deelbekkens wordt aan het integraal waterbeleid gestalte gegeven

3.2.2

Welke zijn onze doelen?

door een nieuwe overlegstructuur: de waterschappen. Een waterschap kan betrekking hebben op één deelbekken, maar ook op twee of

Van de Limburgse waterlopen natuurlijke verbindingen maken

meer deelbekkens die behoren tot hetzelfde

Wateroverlast, verdroging en erosie beheersen

bekken. In 2006 richtte de provincie Limburg acht waterschappen op, de naburige provincies richtten

Zuiver water in de Limburgse waterlopen

vijf waterschappen op die zich deels op het grondgebied van de provincie Limburg bevin-

3.2.3

Wat gaan we doen: acties en maatregelen

den. Een waterschap is een samenwerkingsverband tussen de verschillende waterbeheerders

3.2.3.1 Van de Limburgse waterlopen natuurlijke verbindingen maken

in het deelbekken. Het secretariaat van deze waterschappen wordt waargenomen door de

Een natuurlijke waterloop heeft ruimte

provincie. Het waterschap zorgt voor de opmaak van het deelbekkenbeheerplan en brengt

nodig om te stromen en te overstromen, en dat

advies uit over het bekkenbeheerplan en alle lo-

is een belangrijke voorwaarde voor een veer-

kale watermateries.

krachtig watersysteem. Een watersysteem met

Daarnaast kan het waterschap ook een aantal

veerkracht is dan weer nodig om de provincie te

taken coördineren, zoals het beheer van de on-

vrijwaren van wateroverlast en overstromin-

bevaarbare waterlopen, het ondiepe grondwa-

gen. Dat wordt in de toekomst alleen maar be-

ter, het beheer van water voor menselijke aan-

langrijker, omdat de klimaatwijziging de hoe-

wending behalve het drinkwater of het beheer

veelheid neerslag in onze streken zal doen toe-

van de rioleringsinfrastructuur.

nemen. Daarnaast kan de neerslagafname in de zomer sterkere verdroging tot gevolg hebben.

Deelbekkenbeheerplannen

Natuurlijke waterlopen geven ook nieuwe kan-

Begin 2009 keurde de Vlaamse Regering

sen aan de planten en de dieren die er in en

het besluit voor de vaststelling van de bekken-

rond leven. Ze geven de Limburgse biodiversi-

beheerplannen en de bijhorende deelbekkenbe-

teit nieuwe zuurstof.

heerplannen definitief goed: een belangrijke mijlpaal voor het integraal waterbeleid in

40.

Het water weer laten kronkelen De structuur van heel wat Limburgse wa-

Vlaanderen en ook in Limburg. Daar waar in het bekkenbeheerplan (en in het stroomge-

terlopen is in de loop der jaren behoorlijk aan-

biedsbeheerplan) vooral de verantwoordelijkhe-

getast. Door opnieuw bochten in de beek te

den van de waterbeheerders van het Vlaamse

creëren (hermeandering), afgetakte bochten

Gewest aan bod komen, ligt in het deelbekken-

weer aan te sluiten en beekprofielen te herstel-

beheerplan de klemtoon op de verantwoorde-

len, werkt de provincie aan natuurlijkere water-

lijkheden van provincies, gemeenten, polders

lopen. Bij het uitvoeren van zulke herstelpro-

en wateringen.

jecten concentreert de provincie zich op natuur-

Nu deze plannen goedgekeurd zijn, is de provin-

lijke valleigebieden en reeds aangeduide na-

cie samen met haar partners volop bezig met de

tuurverbindingen: daar zijn de kansen op na-

uitvoering van het integraal waterbeleid voor

tuurherstel het grootst. Structuurherstel ver-

Limburg. De deelbekkenbeheerplannen bevat-

groot de zelfreinigende werking van de waterlo-

ten algemene maatregelen en specifieke acties

pen.

voor het deelbekken. Dit Milieubeleidsplan

Hermeandering en herprofilering worden zo-

volgt de krijtlijnen en de algemene doelstellin-

veel mogelijk gecombineerd met de aanleg van

gen en acties van de Limburgse deelbekkenbe-

oeverstroken. Zo krijgt niet alleen de waterloop

heerplannen. Zowel de bekkenbesturen als de

meer ruimte, ook de band van de waterloop met

waterschappen streven naar een gebiedsgerich-

de natuur errond wordt hersteld. Oeverstroken

te projectontwikkeling. Meestal wordt de sa-

zijn ook nuttig omdat ze een buffer vormen te-

menwerking georganiseerd rond één belangrij-

gen het inspoelen van meststoffen, bestrij-

ke waterloop.

dingsmiddelen en bodemdeeltjes of sediment. Ook buiten de natuurgebieden streeft de pro-

e-info: • www.ciwvlaanderen.be

vincie ernaar om plaatselijk oeverstroken aan te voor alle informatie

over integraal waterbeleid en de waterbeheer-

32

leggen. Soms kunnen oeverstroken vrij eenvoudig in de landbouwpraktijk ingeschakeld wor-


Deel 3. Een klimaatbestendig Limburg: de veranderingen trotseren

den. Via een heel gamma aan beheerovereenkomsten (Vlaamse Landmaatschappij) kunnen

44.

Exotische soorten en bruine ratten bestrijden

de betrokken landbouwers hiervoor een financiële compensatie krijgen.

Vis- en plantexoten Door natuurherstelprojecten in en rond

41.

Natuur- en landschapszorg en

waterlopen geeft de provincie inheemse plan-

waterlopenbeheer op elkaar afstemmen

ten en vissen opnieuw betere overlevingskan-

Waterlopen vormen belangrijke assen

sen. Daarnaast sensibiliseert ze haar inwoners

voor de natuur en zijn ook bepalend voor het

om geen exotische vissen uit te zetten of uit-

Limburgse landschap. De provincie zoekt daar-

heemse planten uit tuinvijvers te deponeren in

om zoveel mogelijk naar samenhang tussen het

waterlopen. Soms gebeurt het dat invasieve

natuur- en waterbeheer. In de GLE’s en de na-

soorten een bedreiging vormen voor de Lim-

tuurverbindingsgebieden bijvoorbeeld wordt

burgse biodiversiteit of de natuurkwaliteit van

volop aandacht besteed aan het ontwikkelen

een waterloop of een natuurgebied in het ge-

van waterlopen tot oases en trekpaden voor de

drang brengen. In die gevallen gaat de provincie

natuur. Daarnaast is het opnieuw natuurlijker

over tot actieve bestrijding.

maken van de waterloop een belangrijke doelstelling voor het waterlopenbeheer.

Rattenbestrijding De bruine rat (rioolrat) komt van oor-

42.

De waterlopen onderhouden met oog voor

sprong uit Oost-Azië, maar heeft zich over heel

de natuur

de wereld verspreid. Het dier richt aanzienlijke

Waterlopen worden regelmatig onder-

schade aan: vraat aan (landbouw)gewassen, ver-

houden (geruimd). Dat is nodig om te vermij-

vuiling van voedselvoorraden, knaagschade aan

den dat ze dichtslibben en zo stroomopwaarts

elektriciteitskabels, overbrengen van ziek-

voor wateroverlast zorgen. Vroeger berokken-

ten, … De provincie coördineert de preventie en

den deze ruimingen nogal eens schade aan de

de bestrijding van de bruine rat in Limburg.

natuur. Die heeft dan veel tijd nodig om te her-

Hiervoor zijn zes regionale comités opgericht

stellen, en soms is de schade zelfs onherroepe-

waarin alle betrokken instanties vertegenwoor-

lijk. De provincie besteedt daarom bijzondere

digd zijn. Jaarlijks vergadert ieder regionaal co-

aandacht aan de natuur bij het uitvoeren van

mité en worden afspraken gemaakt. De provin-

ruimingen. Ze streeft ernaar om bij het ruimen

cie sensibiliseert burgers en informeert ge-

de natuurlijke structuur van de waterlopen te

meenten en wateringen over de juiste aanpak

behouden, net als de dieren en planten te spa-

van het rattenprobleem.

ren die in en rond het water leven. Grondige ruimingen en ruimingen van bodemkruid worden alleen uitgevoerd als het echt nodig is. De

3.2.3.2 Wateroverlast, verdroging en erosie beheersen

provincie overlegt hiervoor met de collega-waterloopbeheerders van het Vlaamse Gewest, de gemeenten en de wateringen.

In het licht van de klimaatwijziging moet onze provincie beschermd worden tegen overstromingen en erosie, maar ook tegen de

43.

Vismigratieknelpunten oplossen

verdroging die op sommige plaatsen een pro-

Heel wat vissoorten moeten zich kunnen

bleem vormt. Essentieel is dat deze problemen

verplaatsen om te overleven. Migrerende vissen

preventief aangepakt worden. Het motto hierbij

stuiten tijdens hun tocht doorheen de waterlo-

is in volgorde: water vasthouden, indien dat

pen echter op hindernissen. De prioritaire vis-

niet kan, bergen en dan pas afvoeren. Bronge-

migratieknelpunten werden aangeduid op

richte maatregelen zoals hemelwaterputten,

Vlaams niveau. De provincie werkt de Limburg-

gesloten circuits voor koelwater en bedrijfswa-

se vismigratieknelpunten zoveel mogelijk weg.

ter, infiltratiegrachten en poelen, groendaken,

Daarbij probeert ze eerst de natuurlijke bedding

verminderen van de verharde oppervlakte, …

van de waterloop te herstellen. Als dat niet mo-

hebben als doel het water plaatselijk vast te

gelijk is, worden de hindernissen verwijderd en

houden door hergebruik en infiltratie.

de beek ingericht met een natuurlijk verval.

Overal waar mogelijk creëert de provincie bo-

Blijkt herstel onmogelijk, dan kiest de provin-

vendien extra waterberging met een vertraagde

cie voor de aanleg van visdoorgangen (omlei-

afvoer van het water: in landbouwgebieden

dingskanalen). Alleen als de voorgaande maat-

(erosiepoelen, dammen, oeverstroken, …), in

regelen niet haalbaar zijn, worden echte ‘vis-

woongebieden, in industriezones, … Bij voor-

trappen’ aangelegd.

keur gebeurt dit met open waterpartijen (poelen, grachten, …), of grootschaliger onder de vorm van natuurlijke overstromingsgebieden in de beekvalleien. Waterlopen kunnen ook meer

33


Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

water bergen als ze natuurlijke bochten en oe-

gunning of een plan of programma moet uit-

vers hebben.

spreken, schenkt voortaan ook de nodige aan-

Is de waterberging toch ontoereikend, dan

dacht aan de waterproblematiek: deze overheid

wordt het water afgevoerd. In dat geval kunnen

voert de watertoets uit en draagt er de verant-

technische maatregelen zoals pompen noodza-

woordelijkheid voor. Zij zal zich in bepaalde ge-

kelijk zijn. Die worden alleen toegepast als de

vallen laten bijstaan door het advies van de be-

schade door de overstroming erg groot is.

trokken waterbeheerder. De provincie voert de watertoets uit voor de ver-

45.

in de kijker: De watertoets, een nieuw

gunningen die effecten kunnen hebben op de

instrument

waterlopen van tweede categorie, behalve in de

Het decreet integraal waterbeleid voerde een

gebieden van de wateringen die zelf de water-

nieuwe bepaling in: de watertoets. Elk nieuw

toets moeten uitvoeren. Daarnaast geeft ze ad-

initiatief waarvoor een vergunning nodig is (een

vies voor de watertoets op een hele reeks ruim-

stedenbouwkundige, een milieuvergunning of

telijke plannen die een invloed (kunnen) heb-

een andere) en elk plan of programma, moet

ben op de onbevaarbare waterlopen van tweede

vóór de goedkeuring aan de watertoets onder-

categorie waarvoor de provincie bevoegd is.

worpen worden. Alleen wanneer in geen geval schadelijke effecten voor water te verwachten

46.

Grachtenstelsels en poelen herwaarderen Grachten waren lang een vertrouwd

zijn, zegt het gezond verstand dat de watertoets zonder voorwerp is.

beeld in het Limburgse landschap, maar de af-

Toont de watertoets aan dat het initiatief signi-

gelopen decennia werden vele gedempt of inge-

ficante schade kan veroorzaken aan het water-

buisd. Nochtans zijn grachten belangrijk voor

systeem, dan moet men op zoek naar alterna-

het watersysteem: ze houden het water vast en

tieven of compenserende maatregelen. De be-

zorgen voor een vertraagde afvoer, zodat water-

slissende overheid legt in de eerste plaats voor-

lopen niet overbelast raken. Bovendien vormen

waarden op om de schade te vermijden of zoveel

grachten natuurlijke trekpaden voor planten en

mogelijk te beperken. Als dat niet kan, zal ze de

dieren. Wanneer het grachtenstelsel zijn func-

maatregelen richten op het herstellen van de

tie niet meer kan vervullen, kan plaatselijk ver-

schade. Is er - in uitzonderlijke gevallen - geen

droging ontstaan en stroomafwaarts overstro-

aanvaardbaar alternatief of oplossing mogelijk,

mingen.

dan zit er niets anders op dan de vergunning of

De provincie streeft ernaar zoveel mogelijk

de goedkeuring voor het plan of programma te

grachten opnieuw open te maken en in te scha-

weigeren.

kelen in het watersysteem. Via de deelbekken-

De watertoets kan er bijvoorbeeld toe leiden

beheerplannen stimuleert ze de gemeenten om

dat:

het herstel van grachtenstelsels mee te nemen

-

-

-

verkavelingen en woningen niet meer in

wanneer ze gescheiden afwaterings- en riool-

overstromingsgevoelige gebieden worden

stelsels aanleggen en ruimingen uitvoeren.

aangelegd, of dat minstens maatregelen

Ook poelen zijn een landschapselement dat de

worden opgelegd die de kans op water-

laatste decennia achteruit is gegaan. Door poe-

overlast verkleinen;

len te herstellen en nieuwe poelen aan te leg-

werken aan de waterloop geen bijkomen-

gen, wordt water vastgehouden en dat is weer

de hindernissen creëren voor vissen, of

gunstig voor het watersysteem. Poelen hebben

dat minstens maatregelen worden opge-

als amfibiebiotoop ook een grote natuurwaarde.

legd om het negatieve effect te vermin-

De provincie creëert natuurlijke poelen in de

deren;

overstromingsgebieden die ze aanlegt.

een vergunning voor een industriële uitbreiding geen nadelig effect heeft op de

47.

-

Overstromingsgebieden aanleggen De natuurlijke overstromingsgebieden

waterkwaliteit of dat minstens maatregelen worden opgelegd die de impact op

van onze waterlopen zijn verdwenen. Daardoor

de waterkwaliteit minimaal houden;

ontstaan vaak overstromingen op plaatsen waar

een vergunning voor een grondwaterwin-

het water te weinig ruimte heeft. Door de aan-

ning geen verdere uitputting van al over-

leg van overstromingsgebieden krijgt het water

matig geëxploiteerde grondwaterlagen

opnieuw de ruimte om in de vallei te stromen,

veroorzaakt, tenzij er een groot maat-

waardoor het watersysteem opnieuw veerkracht

schappelijk belang mee gemoeid is.

krijgt. De provincie legt overstromingsgebieden aan

De watertoets is geen nieuwe procedure, het is

langs de waterlopen die ze zelf beheert. Daar-

een bijkomend verplicht aandachtspunt dat

naast subsidieert ze gemeenten en wateringen

geïntegreerd wordt in bestaande goedkeurings-

die overstromingsgebieden aanleggen.

procedures. De overheid die zich over een ver-

34


Deel 3. Een klimaatbestendig Limburg: de veranderingen trotseren

48.

Doortochtenbeleid voeren

strijding. In dat kader werd heel wat on-

Verstedelijkte gebieden en dorpskernen

derzoek gevoerd naar het effect van di-

steken waterlopen vaak in een keurslijf. Te klei-

verse erosiebestrijdende maatregelen.

ne bruggen of brugjes, overwelvingen, inbui-

Daaruit bleek dat niet-kerende bodembe-

zingen, teveel verharde oppervlakken, … kun-

werking - de grond niet ploegen, maar

nen leiden tot opstuwing en plaatselijke water-

losmaken zonder te keren - een doeltref-

overlast. De provincie pakt deze problematiek

fende maatregel is voor erosiebestrij-

op een geïntegreerde manier aan. De knelpun-

ding. In een nieuw Interreg-project, Bo-

ten voor de waterlopen voor een heel dorp, wijk

demBreed, zullen elf overheden, onder-

of stadskern worden zo goed mogelijk bestu-

zoeksinstellingen en landbouworganisa-

deerd en opgelost. Waterlopen worden weer

ties in de provincies Vlaams-Brabant,

opengelegd en krijgen een plaats in het stads-

Antwerpen, Vlaams en Nederlands Lim-

beeld. Waar mogelijk stemt de provincie haar

burg tot 2011 samenwerken aan erosiebe-

projecten af op plannen voor dorpskernherin-

strijding en duurzaam bodembeheer.

richting (overleg met gemeenten, Vlaamse 50.

Landmaatschappij, …).

in de kijker: Het grensoverschrijdende project Aquadra

49.

Sedimenttransport naar de waterloop

In de Euregio Maas-Rijn overschrijden

voorkomen en beperken

heel wat waterlopen de landsgrenzen. Het wa-

De provincie neemt maatregelen om ero-

terbeheer gebeurt door de verschillende regio’s,

sie en het transport van sediment naar de wa-

provincies en gemeenten. Al deze beheerders

terloop te voorkomen. Langs de waterlopen die

hebben hun eigen regels, structuren, program-

ze zelf in beheer heeft, legt ze bufferstroken en

ma’s, taal en cultuur. Dit heeft een versnippe-

oeverstroken aan die verhinderen dat zand en

ring van het waterbeheer tot gevolg. Zowel or-

sediment afspoelen naar de beken. Daarnaast

ganisatorisch als op het terrein zorgt dit voor

subsidieert de provincie partners die aan erosie-

problemen zoals een gebrek aan afstemming in

bestrijding doen: gemeenten die een erosiebe-

de planvorming, niet op elkaar afgestelde meet-

strijdingsplan uitvoeren, gemeenten en water-

systemen, erosie, wateroverlast, vismigratie-

ingen die oeverstroken en erosiepoelen aanleg-

knelpunten, onnatuurlijke waterlopen enzo-

gen, …

voort.

Momenteel worden twee initiatieven uitge-

Samen met partners uit Wallonië, Nederland en

werkt:

Duitsland neemt de provincie Limburg deel aan

-

-

De succesrijke bodemerosiebestrijding

het Interreg IV-A-project Aquadra. Dat streeft

door de watering van Sint-Truiden (via de

naar een geïntegreerd, grensoverschrijdend be-

samenwerking Land & Water) werd uit-

heer (zowel naar waterkwantiteit als –kwaliteit)

gebreid tot heel het hellende gebied in

in de deelbekkens van Jeker, Berwijn, Voer en

Zuid-Limburg van Voeren tot Halen. Er

Geul. Zo wordt aan de Limburgse deelbekkenbe-

werd een provinciaal steunpunt bodem-

heerplannen een Waals en Nederlands luik toe-

erosie opgericht samen met de gemeen-

gevoegd en omgekeerd krijgen de Waalse Con-

ten en de wateringen in het gebied.

tracts de Rivière ook een Vlaams hoofdstuk.

Het project BodemBreed. Van 2003 tot en

Een grensoverschrijdend Limburgs pilootpro-

met 2006 was de provincie Limburg trek-

ject wordt uitgevoerd: ‘Water in het dorp’, een

ker van het Interreg-project Erosiebe-

doortochtenproject waarbij overwelfde en inge-

NAAR EEN KLIMAATVRIENDELIJKE LANDBOUWSECTOR De veranderingen van ons klimaat zullen

dembeheer om meer CO2 vast te leg-

de landbouw en de landbouwsector in onze

gen;

De landbouw kan ook een bijdrage leveren

provincie beïnvloeden. Enerzijds zou de

korte kringlopen en promotie van lo-

om de gevolgen van de klimaatwijziging te

landbouw profiteren van een verlengd

kaal geproduceerde voeding en streek-

temperen:

groeiseizoen. Anderzijds is de landbouw

producten om de voedingskilometers

-

ook kwetsbaar voor gevolgen zoals over-

te beperken;

stromingen, droogte en een opkomst van

-

meerjarige gewassen.

-

energiebesparing in energie-inten-

aangepaste teelttechnieken die erosie verminderen;

-

aanleggen van bufferstroken die de

nieuwe ziekten en plagen.

sieve deelsectoren zoals de glastuin-

In de landbouw liggen ook kansen om de

bouw, seizoensopslag van energie,

klimaatwijziging te bestrijden:

creëren van warmtenetten met tuin-

-

productie van groene energie via bio-

bouwbedrijven, andere bedrijven,

gasproductie, mestvergisting, wind-

woonwijken, …;

-

biologische landbouw;

overschakelen van klassieke teelten

-

energie, …; -

aanpassingen in gewaskeuze en bo-

-

aanvoer van sediment verminderen; -

agrarisch natuurbeheer om bedreigde diersoorten opnieuw meer kansen te geven;

naar energiegewassen of andere

35


Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

buisde waterlopen opnieuw opengelegd worden

beleid en een ecologisch beheer van de eigen do-

en waterlopen opnieuw natuurlijk ingericht.

meinen.

Als waterlooptraject wordt gekozen voor hetzij

Bestrijdingsmiddelen en meststoffen kunnen

de Ezelsbeek in Rutten (Tongeren), hetzij de

uitspoelen en in de waterlopen terechtkomen.

Beek in Vreren-Nerem (Tongeren).

Door oeverstroken aan te leggen en landbouwers te sensibiliseren om langs water buffer-

51.

Communicatie over het waterbeleid

stroken in acht te nemen, pakt de provincie dit

Specifieke aandacht gaat de komende ja-

probleem aan.

ren naar informatie en communicatie over het waterbeleid en de waterbeheerplannen, met in-

55.

Slib ruimen en waterbodems saneren Om de waterkwaliteit van de beken te

fosessies over de nieuwe plannen, de stedenbouwkundige verordening en de watertoets in

verbeteren, zijn niet alleen maatregelen nodig

samenwerking met het Vlaamse Gewest.

om het effect van lozingen te verminderen. De provincie pakt ook de waterbodems aan door,

3.2.3.3 Zuiver water in de Limburgse waterlopen

samen met de andere waterloopbeheerders: -

Naast waterkwantiteit houdt werken aan een watersysteem in evenwicht vanzelfspre-

uit te voeren; -

kend ook in dat we werken aan de kwaliteit van

een ruimingskaart per waterloop op te stellen, die aangeeft waar het slib nog

het water.

van goede kwaliteit is; -

52.

verantwoorde slibruimingen en afvoer

een programma en financiering voor

Subsidiëren en ondersteunen van

grondige ruimingen en saneringen uit te

(inter)gemeentelijke rioleringsprojecten

werken;

De Limburgse gemeenten zijn bevoegd

-

voor het aanleggen van gemeentelijke riolerin-

regelmatig staalnames en analyses uit te voeren.

gen. Bij het aanleggen van een gescheiden rioleringsstelsel is het perfect mogelijk om het he-

56.

in de kijker: Herwaardering van de Demer en de ‘s Herenelderenbeek

melwater dat via de regenwaterleiding afge-

De provincie Limburg streeft zoveel mo-

voerd wordt, te infiltreren of te stockeren en vertraagd af te voeren. De provincie Limburg

gelijk naar integrale waterprojecten met ge-

subsidieert deze kleinere bufferbekkens tot

combineerde acties over een langer traject of

maximaal 20 %.

een groter gebied. Het kan gaan om het inrichten van een overstromingsgebied, het oplossen

53.

Het afvalwater van de eigen domeinen en

van vismigratieknelpunten, het herinrichten

gebouwen van de provincie zuiveren

van het waterlopenstelsel, het opstellen van

De provincie geeft het goede voorbeeld

een afsprakennota voor het integrale onder-

door het afvalwater van haar domeinen en ge-

houd en het afbakenen van zoekzones voor oe-

bouwen zelf te zuiveren wanneer het niet kan

verstroken en de verbetering van de beekstruc-

aangesloten worden op de riolering. Zo beschikt

tuur.

het Domein Nieuwenhoven al over een ecologi-

De komende jaren zal de provincie werken aan

sche waterzuivering. De komende jaren zal ook

de herwaardering van de Demer en de ’s Heren-

het kasteel Rullingen (op het provinciaal do-

elderenbeek. Zowel de water- als de structuur-

mein Rullingen) een natuurlijke waterzuive-

kwaliteit van de waterlopen wordt hierbij aan-

ringsinstallatie krijgen.

gepakt. De provincie concentreert zich op de doortocht van de Demer in Bilzen, het traject

54.

Diffuse verontreiniging voorkomen

van de Demer stroomopwaarts Bilzen en het

Om de schadelijke gevolgen van bestrij-

brongebied van Demer en ’s Herenelderenbeek.

dingsmiddelen voor gezondheid en milieu te be-

De afgelopen jaren werden al enkele deelprojec-

perken, werd in 2001 het decreet bestrijdings-

ten uitgevoerd, zoals het herstel van kaaimuren

middelen goedgekeurd. De bedoeling van dit de-

en brugjes in Bilzen, de aanleg van een wandel-

creet is dat alle openbare diensten hun pestici-

pad en de aanleg van een omleidingskanaal voor

dengebruik gaan reduceren en uiteindelijk zelfs

vissen ter hoogte van de Bilzermolen. De plan-

elimineren.

nen om stroomopwaarts Bilzen een vistrap aan

De komende jaren zal de provincie Limburgers

te leggen aan de Motmolen en op die plaats de

en gemeentebesturen stimuleren om op een

Demer te laten hermeanderen, zijn concreet.

verantwoorde manier om te gaan met produc-

Andere deelprojecten zitten in de fase van de

ten die schadelijk kunnen zijn voor het water-

planvorming: de aanleg van een overstromings-

systeem (bestrijdingsmiddelen, onderhouds-

gebied stroomopwaarts Bilzen, de aanleg van

producten, verven, … ). Ze geeft zelf het goede

een zandvang in ’s Herenelderen en de herin-

voorbeeld met een milieuverantwoord aankoop-

richting van de Molenbeek in Membruggen.

36


Deel 3. Een klimaatbestendig Limburg: de veranderingen trotseren

3.2.4

De vinger aan de pols: monitoring van het Limburgse waterbeleid

57.

Werking van de overstromingsgebieden evalueren Bij de planning en de aanleg van een

overstromingsgebied wordt een ontwerpnorm voor de veiligheid op het gebied van wateroverlast en overstromingen ingebouwd. Na het realiseren van het overstromingsgebied wordt deze ontwerpnorm geĂŤvalueerd en worden, indien nodig, bijkomende maatregelen genomen. 58.

De waterbodems monitoren De Vlaamse Milieumaatschappij beheert

in de waterbodemdatabank gegevens over de waterbodemkwaliteit in Vlaanderen. Het Vlaamse Gewest wil naast haar eigen gegevens ook de waterbodemgegevens van provincies, gemeenten, polders en wateringen verzamelen. De provincie werkt hier aan mee door eigen gegevens over de waterbodemkwaliteit in Limburg in te voeren. De provincie Limburg heeft via een raamcontract een opdracht uitbesteed om de komende jaren de kwaliteit van de Limburgse waterbodems te analyseren. Dit gebeurt in functie van de geplande onderhoudswerken. 59.

Water in de duurzaamheidsbarometer De indicatoren met betrekking tot water

in de duurzaamheidsbarometer worden geactualiseerd en jaarlijks opgevolgd.

37




Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

Deel 4. 4.Hoe gaan we het doen: paden voor een maakbaar milieu- en natuurbeleid

4.1

De provincie als facilitator Dit Milieubeleidsplan staat bol van acties

en maatregelen voor een duurzame ontwikkeling van onze provincie. De attitude van particulieren, bedrijven, ngo’s, verenigingen, scholen, … en de mate waarin zij meewerken, bepaalt voor een heel groot deel de slaagkansen van het plan. Al deze partijen verplichten om hun gedrag om te gooien, is geen oplossing. De provincie wil niet alleen dingen ontraden of verbieden. Ze wil ook duurzame alternatieven bieden, die tegelijk aantrekkelijk en werkbaar zijn. De provincie Limburg wil de komende jaren bereiken dat de Limburgers bewuster zijn en hun eigen projecten aan de duurzaamheidstoets onderwerpen. Ze wil daarbij vooral optreden als facilitator: een partner die de dingen gemakkelijker maakt, het beleid gaande houdt en de doelstellingen in het oog houdt. De provincie wil: -

mogelijkheden bieden: barrières wegwerken door informatie, vorming en educatie en door uitvoerbare alternatieven te bieden voor ‘onduurzame’ gewoonten;

-

bijsturen via de vergunningen en handhaving, aanmoedigen via subsidies;

-

engageren via gezamenlijke actie en betrokkenheid, door burgers te betrekken bij het beleid, met sensibilisatiecampagnes en netwerking;

-

het voorbeeld geven door een samenhangend beleid te maken en duurzaamheid centraal te stellen in de eigen organisatie.

4.2

Natuur- en milieu-educatie: aanleren en vormen LIMNET is het Limburgse netwerk van

alle actoren die aan natuur- en milieueducatie (NME) doen. Naast het provinciebestuur participeren de Vlaamse overheid, gemeenten, de natuur- en milieuverenigingen, de Regionale Landschappen en de onderwijssector. LIMNET wordt aangestuurd door het provinciebestuur. De provincie verzorgt het secretariaat vanuit het Provinciaal Natuurcentrum, gehuisvest in ‘Het Groene Huis’ in Bokrijk. LIMNET gaat uit van de vaststelling dat er een veelheid aan projecten bestaat om de bevolking natuur- en milieubewust te maken, maar dat deze erg versnipperd zijn. LIMNET heeft als doel het NMEaanbod in Limburg kwaliteitsvoller en deskundiger te maken, het aanbod meer samenhang te geven en beter af te stemmen op de doelgroepen, het aanbod meer bekendheid te geven, de

40


Deel 4. Hoe gaan we het doen: paden voor een maakbaar milieu- en natuurbeleid

deskundigheid in de NME-sector te verhogen,

ject bereikt zijn, zal de taak van de provincie

het NME-beleid op de verschillende beleidsni-

(verder) verschuiven van procesbegeleiding naar

veaus op elkaar af te stemmen en aansluiting te

inhoudelijke begeleiding, waarbij educatie

zoeken bij netwerken in andere provincies en in

duurzame ontwikkeling een belangrijke rol zal

het buitenland.

spelen.

De komende jaren zal de provincie Limburg haar NME-aanbod bijsturen op basis van de re-

62.

LIMNET. Daarbij neemt ze volgende acties:

De multiplicatorwerking uitbouwen In het hele NME-verhaal van de provincie

sultaten van een doorlichting na 10 jaar

Limburg is de samenwerking met freelance partners op het terrein cruciaal. De huidige

60.

LIMNET verdiepen en verbreden

werking met de educatieve gidsen van Het Groe-

Het NME-aanbod in de provincie Lim-

ne Huis wordt uitgebreid. Dit netwerk van mul-

burg wordt verbreed. Belangrijk hierbij is dat

tiplicatoren wordt geïntegreerd in het LIMNET-

een link wordt gelegd met educatie voor duur-

netwerk, waardoor de efficiëntie kan groeien.

zame ontwikkeling (EDO). De provincie zet daartoe samenwerkingsverbanden op met spe-

63.

Provinciale natuurcentra ondersteunen Bezoekers moeten de Limburgse biodi-

lers uit de sectoren educatie duurzame ontwikkeling.

versiteit overal te velde kunnen ontdekken. Dat

De LIMNET-werking wordt verbreed naar speci-

kan nu al in de nagenoeg twintig bezoekerscen-

fieke doelgroepen zoals allochtonen, kansar-

tra die de provincie rijk is en wordt in de toe-

men en mindervaliden, die tot nog toe weinig

komst ook mogelijk via de poorten van de GLE’s

specifiek benaderd werden.

(nu al het Nationaal Park Hoge Kempen en

De LIMNET-werking wordt ook gedigitaliseerd.

straks ook het Kempen~Broek, De Wijers en de

Op termijn moet een infopunt ontstaan voor

Maasvallei). Deze centra bieden niet alleen een

natuur- en milieueducatie en educatie duurza-

onthaal en informatie voor wandelaars en na-

me ontwikkeling met databanken, documenta-

tuurliefhebbers die een domein bezoeken, maar

tie, materialen, projecten en begeleiding.

hebben ook een educatief programma voor scholen. De provincie Limburg ondersteunt

61.

Het MOS-project voortzetten

deze NME- en bezoekerscentra via subsidies zo-

Educatie in de school(omgeving) blijft

dat ze kunnen uitgebouwd worden naar het

een belangrijke klemtoon in de NME van de pro-

voorbeeld van Het Groene Huis en het Bezoe-

vincie Limburg. De afgelopen jaren werkte de

kerscentrum Nieuwenhoven. Er wordt gewerkt

provincie actief mee aan het MOS-project (Mi-

aan een complementair aanbod.

lieuzorg op School) van de Vlaamse overheid. MOS is een milieuzorgproject van kleuter- tot

64.

Het Groene Huis vernieuwen Het Groene Huis is de thuisbasis van het

hogeschool dat de school helpt om op een pedagogisch verantwoorde manier een eigen milieu-

Provinciaal Natuurcentrum en tevens het ze-

zorgsysteem uit te bouwen.

nuwcentrum van alle NME-activiteiten van de

De provincie zal het succesvolle MOS-project

provincie Limburg. Het Groene Huis is tevens

voortzetten, ook na afloop van de huidige over-

het knooppunt van het Limburgse biodiversi-

eenkomst met het Vlaamse Gewest in 2010. Na-

teitsverhaal, onder meer aan de hand van de

dat de doelstellingen uit het eerdere MOS-pro-

LIKONA-, GALS- en SOLABIO-netwerken. Het

KLIMAAT OP DE SCHOOLBANKEN Het zijn vooral de kinderen en jongeren

in de lesprogramma’s. Het provinciebestuur

hogeschool. In ieder geval is het zinvol om

van vandaag die te maken zullen krijgen

van Limburg investeert zelf in een kwalitatief

het klimaat extra aandacht te geven in dit

met de gevolgen van de klimaatwijziging.

onderwijsaanbod en heeft provinciaal kleu-

milieuzorgproject. Ook de natuur- en milieu-

Willen we hen een duurzame toekomst ge-

ter-, lager en secundair onderwijs. In het se-

educatie in onze provincie moet een klimaat-

ven, dan is het noodzakelijk om hen nu al

cundair onderwijs gaat het over algemeen,

toets krijgen. Het verbreden van het NME-

te betrekken bij onze inspanningen om

beroeps-, individueel, kunst-, technisch of

aanbod van LIMNET naar een aanbod

enerzijds de klimaatwijziging zoveel mo-

deeltijds beroepssecundair onderwijs. Daar-

educatie duurzame ontwikkeling (EDO)

gelijk tegen te gaan en anderzijds zich aan

naast zijn er de provinciale centra voor vol-

biedt kansen om van klimaat een volwaardig

te passen aan de gevolgen.

wassenenonderwijs en de Provinciale Hoge-

NME-thema te maken en begrippen als CO2-

De school is nog steeds één van de meest ef-

school Limburg. In al deze scholen kan de

neutraliteit en adaptatie te introduceren bij

ficiënte kanalen om grote groepen jongeren

provincie zelf het klimaat als thema intro-

de LIMNET-doelgroepen. Hierbij kan steeds

en kinderen te bereiken. Gezien het belang

duceren.

maximaal gebruikgemaakt worden van in-

van de klimaatwijziging voor onze hele maat-

In alle scholen kan Milieuzorg Op School het

strumenten, lespakketten en tools die door

schappij, is er veel voor te zeggen om het

verschil maken. De Limburgse scholen ne-

partners ontwikkeld worden (Vlaamse over-

thema als volwaardig onderdeel op te nemen

men intensief deel aan MOS, van kleuter- tot

heid, ngo’s, …).

41


Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

educatieve aanbod en de infrastructuur van Het

goed mogelijk begeleiden bij hun milieuop-

Groene Huis zullen worden vernieuwd zodat het

drachten. Dat doet ze onder meer via vorming,

zijn voortrekkers- en voorbeeldrol kan blijven

het organiseren van overlegmomenten en info-

spelen.

avonden, een specifieke website voor de milieuen duurzaamheidsambtenaren, …

Vernieuwing van het aanbod

Op 21 december 2007 keurde de Vlaamse Rege-

Het Groene Huis blijft meer dan ooit de plek

ring de Samenwerkingsovereenkomst Milieu

waar (school)groepen terecht kunnen voor een

2008-2013 goed, de opvolger van de Samenwer-

professioneel aanbod van educatieve projecten.

kingsovereenkomst ‘Milieu als opstap naar

De komende jaren wil de provincie de sterke

duurzame ontwikkeling 2005-2007’. De provin-

punten van de locatie Bokrijk meer uitspelen.

cie investeert mee in deze samenwerking. Dit

De combinatie van 1) toegankelijke bossen, vij-

werd bevestigd door de ondertekening van de

vers, parken, het arboretum 2) het natuuredu-

Samenwerkingsovereenkomst door de provin-

catieve aanbod in Het Groene Huis en 3) het

cieraad van Limburg op 19 maart 2008. De pro-

educatieve aanbod van verwante instellingen

vincie zal tot einde 2013 actief werken rond de

zoals Studio Globo, Wereldplein, Openluchtmu-

thema’s van de Samenwerkingsovereenkomst:

seum is een belangrijke troef om meer duur-

afval, bodem, milieuverantwoord productge-

zaamheid in de projecten in te bouwen. Boven-

bruik, water, hinder, energie, mobiliteit, na-

dien wil de provincie uit duurzaamheidsover-

tuur en duurzame ontwikkeling. Een tiende

wegingen in Het Groene Huis alleen datgene

thema in deze overeenkomst is het instrumen-

aanbieden dat elders (bijvoorbeeld korter bij

tarium (milieuraad, milieujaarprogramma, …).

school) niet mogelijk is, of dat experimenteel of

De belangrijkste taak voor de provincie is het

vernieuwend is. Vernieuwende ideeën en werk-

organisatorisch ondersteunen van de gemeen-

vormen vormen in de NME-sector een grote uit-

ten bij de uitvoering van de Samenwerkings-

daging.

overeenkomst. Voor elk thema wordt een ‘inhoudelijk’ aanspreekpunt voorzien binnen de

Vernieuwing van de infrastructuur

provinciale administratie. Binnen de Samen-

Het Groene Huis neemt een bijzondere plaats in

werkingsovereenkomst kan de provincie ook ei-

te midden van de andere Limburgse natuurcen-

gen acties en projecten uitvoeren.

tra. In tegenstelling tot de andere, meestal gebiedsgebonden centra, is het een centrum op

66.

De Limburgers informeren en

het niveau van de provincie dat fungeert als

sensibiliseren

kenniscentrum voor biodiversiteit in Limburg,

De afgelopen jaren heeft het communi-

expertisecentrum voor NME en coördinatiecen-

catiebeleid van de provincie Limburg een hele

trum van netwerking (LIKONA, GALS, SOLABIO,

evolutie doorgemaakt. Waar vroeger alleen over

GLE’s, LIMNET, MOS). Om al deze taken waar te

het beleid werd gecommuniceerd, levert de pro-

maken, wordt Het Groene Huis grondig ver-

vincie nu inspanningen om in de beleidsvor-

bouwd.

ming rekening te houden met de mening van

Het centrum moet voor zijn verschillende doel-

burgers en hen zoveel mogelijk te laten partici-

groepen open en toegankelijk zijn, als gebouw

peren aan haar initiatieven.

optimaal geïntegreerd in de groene omgeving,

Net zoals de afgelopen jaren zal de provincie

op een duurzame manier gebouwd en geëxploi-

ook de komende jaren de Limburgers informe-

teerd en educatief gevaloriseerd. Ook de perma-

ren over haar natuur- en milieubeleid via het

nente tentoonstelling wordt volledig ver-

driemaandelijkse tijdschrift Milieu & Natuur.

nieuwd. In een moderne educatieve opstelling

Voor de Bosgroepen is er het ledenblad ’t Lim-

zal de internetgeneratie een digitaal wereldwijd

burgs Bosbelang, dat boseigenaars driemaande-

venster op de mondiale biodiversiteit kunnen

lijks informeert over de gezamenlijke houtver-

combineren met eigen ervaringen in de Lim-

koop, infomomenten, wettelijke bepalingen,

burgse natuur. Het Groene Huis in Bokrijk

praktische tips voor een duurzaam bosbe-

wordt zo the place to be om zich onder te dom-

heer, … In beide publicaties wordt interactie in-

pelen in alle facetten van de Limburgse biodi-

gebouwd: naast het voorstellen van het beleid

versiteit.

worden de Limburgers uitgenodigd om actief te participeren door het vragen van reacties en feedback.

4.3

Informeren en communiceren

65.

De Limburgse gemeenten informeren en

ken van LIKONA bieden de Limburgse natuur-

ondersteunen

onderzoekers een forum om hun onderzoeksre-

Als bestuur dat het dichtst bij hen staat,

sultaten te publiceren en geven tegelijk de Lim-

Daarnaast geeft de provincie ook thematische of projectgebonden publicaties uit. De jaarboe-

wil de provincie de Limburgse gemeenten zo

42

burgers de gelegenheid om met het werk van de


Deel 4. Hoe gaan we het doen: paden voor een maakbaar milieu- en natuurbeleid

LIKONA-werkgroepen kennis te maken. Thematische publicaties (duurzaam bouwen, ecologisch tuinieren, CO2-reductie, …) zijn belangrijke instrumenten in de sensibilisatiecampagnes

herende natuurverenigingen; -

van het behoud van de biodiversiteit; -

van de provincie.

den; -

werkingssubsidies voor milieu- en na-

-

werkingssubsidies voor Regionale Land-

-

een reglement voor ondersteuningsover-

breide informatie over het milieu- en natuurbeleid.

tuurverenigingen;

De communicatie rond de stand van zaken van het CO2-beleid zal de komende jaren in al deze

projectsubsidies voor acties in het kader van de Grote Landschappelijke Eenhe-

Limburgers kunnen ook terecht op www.limburg.be/milieuennatuur voor uitge-

projectsubsidies voor acties in het kader

schappen;

communicatiekanalen een speciale plaats inne-

eenkomsten aan beheerders van onroe-

men.

rend goed met bedreigde en uitzonderlijke soorten in Limburg.

4.4

Vergunningen, machtigingen en subsidies verlenen

De provincie werkt ook een subsidiereglement uit voor kogel- en pijlenvangers. Schuttersverenigingen kunnen hierdoor bij de provincie fi-

We lichten hieronder de instrumenten

nanciële steun krijgen voor het plaatsen van

toe die de provincie tot haar beschikking heeft

een kogel- of pijlenvanger, die bodemverontrei-

op het gebied van vergunningen, machtigingen

niging met lood tegengaat.

en subsidies. Als gevolg van de TACO2-studie kan het zinvol en nodig blijken om nieuwe instrumenten in het leven te roepen of om be-

4.5

Sensibilisatie: spelers engageren

staande instrumenten bij te sturen, zoals het gericht inzetten van milieuvergunningen in

71.

Sensibilisatiecampagnes opzetten De provincie zet tal van sensibilisatie-

functie van de te behalen doelstellingen.

campagnes op om de Limburgers aan te zetten 67.

Beslissen over milieuvergunningen

om duurzaam te handelen. Deze campagnes

In overeenstemming met het Milieuver-

zijn steeds thematisch opgevat en worden zo-

gunningendecreet is voor inrichtingen van klas-

veel mogelijk toegespitst op de verschillende

se 1 en 2 een milieuvergunning vereist en moe-

doelgroepen. De provincie is onder meer met de

ten klasse 3-inrichtingen worden gemeld aan

campagne ‘Limburg isoleert’ en een tuinencam-

het gemeentebestuur. De deputatie beslist zo-

pagne gestart. De komende jaren organiseert ze

wel over de milieuvergunningen voor klasse 1-

een campagne over duurzaam drinkwaterge-

inrichtingen als over de beroepen voor klasse 2-

bruik.

inrichtingen. Voor de advisering van de milieuvergunningen wordt een beroep gedaan op de Provinciale Milieuvergunningscommissie. 68.

4.6

Natuurvergunningen verlenen De deputatie heeft de bevoegdheid om

Het voorbeeld geven De provincie heeft als bestuur een be-

langrijke voorbeeldfunctie. Interne milieuzorg

natuurvergunningen te leveren aan onder meer

en het werken aan een duurzame organisatie

openbare besturen en te oordelen over beroepen

zijn belangrijke aandachtspunten voor de ko-

die door particulieren zijn ingesteld.

mende jaren.

69.

Machtigingen afleveren Voor werken aan waterlopen (brugjes,

72.

overwelvingen, verlegging van een waterloop,

De provinciale voorbeeldfunctie uitbouwen

ophoging van de vijfmeterzone) en voor lozin-

De komende jaren wil de provincie:

gen van gezuiverd afvalwater of hemelwater is

-

het intern energie- en milieuzorgsysteem versterken en afstemmen op de

een machtiging van de provincie nodig.

herstructurering van de administratie en 70.

Subsidies verlenen

de oprichting van een brede dienst facili-

De provincie wil via subsidies anderen

tair management. Tegelijk zal worden

ondersteunen om het provinciale milieubeleid

nagegaan of er nood is aan een gecertifi-

mee vorm te geven. Zo heeft de provincie Limburg: -

ceerd energie- en milieuzorgsysteem. -

de principes van duurzaam bouwen en

aankoopsubsidies voor de verwerving van

wonen implementeren in de eigen pro-

natuurterreinen door erkende terreinbe-

vinciale gebouwen;

43


Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

-

een ge誰ntegreerd afvalstoffenbeheer uitbouwen voor de provinciale diensten;

-

een duurzaam productgebruik implementeren in de eigen organisatie;

-

een duurzame mobiliteit stimuleren bij het eigen personeel. Met een uitgebreid bedrijfsvervoerplan waarin zowel infrastructuurmaatregelen, sensibilisatie en communicatie als organisatie op de werkvloer werden opgenomen, bewijst de provincie Limburg dat actief inspelen op duurzame alternatieven voor de woon-, werk- en dienstverplaatsingen tot resultaten kan leiden. De afgelopen vijf jaar zijn de duurzame werkverplaatsingen bij het provinciepersoneel met 10 tot 12 % gestegen. Dit resultaat wil het bestuur doortrekken naar Limburgse ondernemingen en andere besturen;

-

de provinciale domeinen op een duurzame manier beheren.

44




Acties 2.

Een klimaatvriendelijk Limburg: de CO2-uitstoot reduceren 1.

3.

Een TACO2-studie voor Limburg uitvoeren ......................................................14

2.

Het Cleantech-platform mee aansturen .........................................................15

3.

Duurzame bedrijven(terreinen) stimuleren ....................................................15

4.

Het Steunpunt Dubolimburg uitbouwen ........................................................16

5.

Duurzaam bouwen en wonen stimuleren .......................................................17

6.

In de kijker: De campagne ‘Limburg isoleert’ 2009-2011 ......................................17

7.

Kiezen voor hernieuwbare energie ................................................................17

8.

Gemeenten ondersteunen bij het opstellen van klimaatplannen...........................17

9.

Voorbeeld- en demonstratieprojecten duurzame energie ondersteunen .................18

10.

Rationeel energiegebruik stimuleren ............................................................18

11.

De tuinencampagne ‘Limburg Eco•logisch’ realiseren........................................18

12.

De Limburgers stimuleren om duurzame producten te gebruiken.........................19

13.

Een drinkwatercampagne 2009-2011 opzetten ..................................................19

14.

Duurzame mobiliteit promoten ...................................................................19

15.

De campagne Velodroom voortzetten ............................................................19

16.

Bedrijven aanzetten tot duurzame mobiliteit..................................................20

17.

De milieugezondheidsenquête uitvoeren .......................................................20

18.

Maatregelen nemen in het kader van de milieugezondheidsenquête .....................20

19.

Een CO2-rapport opmaken en communiceren over de stand van zaken ...................20

20.

CO2 in de duurzaamheidsbarometer .............................................................20

Een klimaatbestendig Limburg: de veranderingen trotseren 21.

De GLE-werking verdiepen en integreren ........................................................25

22.

De Limburgse natuur uitbreiden ..................................................................25

23.

Natuurverbindingen realiseren ...................................................................25

24.

In de kijker: Natuurverbindingen in het Regionaal Landschap Lage Kempen ...........25

25.

De werking van de Limburgse Bosgroepen verder uitbouwen ...............................26

26.

De (her)aanleg van bosexploitatiewegen stimuleren .........................................27

27.

‘Gemeenten adopteren Limburgse soorten’ voortzetten via het subsidiereglement

28.

Grensoverschrijdend project SOLABIO uitvoeren..............................................28

biodiversiteitsprojecten.............................................................................27 29.

De soortenbenadering implementeren in het gebiedsgerichte natuurbeleid en in andere beleidsvelden ................................................................................28

31.

Via vergunningen voorwaarden opleggen om schade aan de natuur te voorkomen of te herstellen ........................................................................................28

32.

De Limburgse natuur openstellen voor het publiek in nauwe samenwerking met lokale partners ........................................................................................28

33.

Een concept van Parken uitwerken ...............................................................29

34.

Zwerfvuil bestrijden .................................................................................29

35.

De LIKONA-werking uitbouwen ...................................................................29

36.

De onderzoeksresultaten van LIKONA verspreiden ...........................................30

37.

Inventarisatie uitbouwen als middel om het draagvlak rond natuurbehoud te vergroten............................................................................................30

38.

Monitoring toevoegen aan natuurprojecten....................................................30

39.

Biodiversiteit in de duurzaamheidsbarometer.................................................30

40.

Het water weer laten kronkelen ...................................................................32

41.

Natuur- en landschapszorg en waterlopenbeheer op elkaar afstemmen .................32

42.

De waterlopen onderhouden met oog voor de natuur .........................................33

43.

Vismigratieknelpunten oplossen..................................................................33

44.

Exotische soorten en bruine ratten bestrijden..................................................33

45.

In de kijker: De watertoets, een nieuw instrument............................................33

46.

Grachtenstelsels en poelen herwaarderen ......................................................34

47.

Overstromingsgebieden aanleggen...............................................................34

48.

Doortochtenbeleid voeren ..........................................................................34

47


Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

49.

4.

48

Sedimenttransport naar de waterloop voorkomen en beperken ............................35

50.

In de kijker: Het grensoverschrijdende project Aquadra .....................................35

51.

Communicatie over het waterbeleid ..............................................................35

52.

SubsidiĂŤren en ondersteunen van (inter)gemeentelijke rioleringsprojecten ............36

53.

Het afvalwater van de eigen domeinen en gebouwen van de provincie zuiveren.........36

54.

Diffuse verontreiniging voorkomen ..............................................................36

55.

Slib ruimen en waterbodems saneren ............................................................36

56.

In de kijker: Herwaardering van de Demer en de ‘s Herenelderenbeek ....................36

57.

Werking van de overstromingsgebieden evalueren ...........................................36

58.

De waterbodems monitoren ........................................................................37

59.

Water in de duurzaamheidsbarometer...........................................................37

Hoe gaan we het doen: paden voor een maakbaar milieu- en natuurbeleid 60.

LIMNET verdiepen en verbreden...................................................................41

61.

Het MOS-project voortzetten ......................................................................41

62.

De multiplicatorwerking uitbouwen .............................................................41

63.

Provinciale natuurcentra ondersteunen.........................................................41

64.

Het Groene Huis vernieuwen .......................................................................41

65.

De Limburgse gemeenten informeren en ondersteunen .....................................42

66.

De Limburgers informeren en sensibiliseren ...................................................42

67.

Beslissen over milieuvergunningen ..............................................................43

68.

Natuurvergunningen verlenen ....................................................................43

69.

Machtigingen afleveren .............................................................................43

70.

Subsidies verlenen ...................................................................................43

71.

Sensibilisatiecampagnes opzetten ................................................................43

72.

De provinciale voorbeeldfunctie uitbouwen ....................................................43


Begrippen

Beheerovereenkomst Contract waarbij de landbouwer met de Vlaamse overheid vrijwillig afspr maakt over het natuur- en milieubeheer op zijn landbouwbedrijf. Biodiversiteit

Verscheidenheid aan levensvormen.

Bosgroepen Vrijwillige samenwerkingsverbanden tussen boseigenaars. Deze boseigenaars kunne zowel overheden en publieke instellingen zijn (bv. provincie, gemeenten, ) als priv -organisaties (bedrijven, verenigingen, ).

Conferentie van Rio De Conferentie van Rio in 1992 was een sleutelmoment voor het globale be inzake het welzijn van de huidige en toekomstige generaties op economisch, ecologisch sociaal gebied. Het is het referentiepunt voor de verwijzing naar Duurzame Ontwikkel wordt beschouwd als een mijlpaal voor een mondiale respons op de globale milieuproble

Duurzame ontwikkeling Duurzame ontwikkeling wordt meestal omschreven als een ontwikkeling d voorziet in de behoeften van de huidige generaties zonder de mogelijkheden voor de to generaties om in hun behoeften te voorzien in gevaar te brengen. Duurzame ontwikkelin m r dan alleen de zorg voor de kwaliteit van het milieu. Alle sociale, economische e ecologische elementen zijn erbij betrokken.

E-peil Het E-peil is een maat voor de energieprestatie van een woning en de vaste installat standaardomstandigheden. Hoe lager het E-peil, hoe energiezuiniger de woning is. Het berekend voor elk deel van een gebouw dat afzonderlijk gebruikt wordt en voor elk dee verschillende bestemming heeft. Het E-peil hangt onder meer af van de thermische isol compactheid, de ori ntatie en de verwarmingsinstallatie.

Euregio Samenwerkingsverband tussen buurlanden in Europa om structurele problemen op te los Er zijn ongeveer negentig (eu)regionaal geori nteerde samenwerkingsmodellen. Twee daa zijn de Euregio Maas-Rijn die zich bevindt op het snijvlak van drie landen, te weten: Belgi en Duitsland en het Euregio Benelux Middengebied, gevormd door de Belgische pr Antwerpen, Vlaams-Brabant en Limburg en de Nederlandse provincies Noord-Brabant en Limburg.

Focus@limburg Een project dat ontstond uit het Provinciedecreet en aanzet tot het werken m doelstellingen. Fossiele brandstoffen Fossiele brandbare ondergrondse energieproductie. Door wat het broeikaseffect

brandstoffen, zoals aardolie, aardgas, steenkool en bruinkool afzettingen van organisch materiaal die worden aangewend voor het grootschalige gebruik komt veel koolstofdioxide vrij in de en het klimaat grondig verstoort.

Integraal waterbeleid Het ter bescherming van mens en milieu geco rdineerd en ge ntegreerd ontwikkelen, beheren en herstellen van watersystemen, teneinde het multifunctionele g ervan door de huidige generatie en de behoeftevoorziening van de toekomstige generati waarborgen.

Interreg Communautair programma voor grensgebieden voor de ondersteuning van bepaalde algem ontwikkelingsdoelstellingen.

Invasieve soorten Een biologische term waarmee een planten- of diersoort wordt aangeduid die buiten zijn natuurlijke verspreidingsgebied heeft gevestigd. Invasieve soorten hebben negatieve impact op het milieu. Door hun aanwezigheid kunnen ze inheemse soorten verd en zo de biodiversiteit van het gebied verstoren.

Kleine Landschapselementen De kleine landschapselementen zijn de strook-, lijn- en puntvorm elementen in het landschap.

Kyoto-protocol In het Kyoto-protocol, dat in werking trad op 16 februari 2005, kwamen de belangrijkste industrielanden tot een akkoord om de uitstoot van broeikasgassen in de 2008 - 2012 met 5,2 % te verminderen ten opzichte van het niveau in 1990. De reductiepercentages verschillen van land tot land, naargelang hun economische kracht. moet zijn uitstoot met 7,5 % verminderen.

Meetlat duurzaam bouwen De Meetlat duurzaam bouwen is samengesteld door het Steunpunt Dubolimburg en vormt een hulpmiddel om de duurzaamheid van een bouwproject te bepalen Meetlat is onderverdeeld in zeven thema s: wetgeving, proces, omgeving, welzijn, ener en materialen.

49


Milieubeleidsplan Provincie Limburg 2010-2013

Milieuvergunning (klasse 1, 2 en 3) De hinderlijke inrichtingen worden in drie klassen ingedeeld. De vergunning voor klasse 1-inrichtingen wordt verleend door de deputatie, de vergunning voor klasse 2-inrichtingen door het schepencollege. Inrichtingen van 3e klasse zijn slechts meldingsplichtig. Natura 2000 Netwerk van beschermde gebieden in de Europese Unie (Vogelrichtlijn en Habitatrichtlijn). Natuurrichtplan Instrument dat aangeeft wat op het vlak van natuurbehoud voor een specifiek gebied wordt beoogd. Een natuurrichtplan bevat een gebiedsvisie die het streefbeeld weergeeft voor de natuur en het natuurlijk milieu, een beschrijving van de stimulerende en bindende maatregelen inzake natuurbehoud die nodig zijn om de gebiedsvisie te realiseren en een opsomming van de instrumenten die nodig zijn om de gebiedsvisie te verwezenlijken. Natuurverbindingsgebieden Gebieden die ongeacht hun oppervlakte van belang zijn voor de migratie van planten en dieren tussen de gebieden van het Vlaams Ecologisch Netwerk en/of natuurreservaten en die strook- of lijnvormig zijn met een aaneenschakeling van kleine landschapselementen. Ondersteuningsovereenkomst De provincie Limburg wil via ondersteuningsovereenkomsten (met daarin een opgenomen resultaatsverbintenis) beheerders van gronden met bedreigde en uitzonderlijke soorten die specifieke maatregelen treffen voor de bescherming van deze soorten, financieel ondersteunen. Regionale Landschappen Een Regionaal Landschap bevordert en promoot via doelgroepenwerking het streekeigen karakter van de regio met de nadruk op natuurrecreatie, natuureducatie, landschapszorg en recreatief medegebruik enerzijds, en echt natuurbehoud en beheer, herstel, met specifieke aandacht voor aanleg en de ontwikkeling van kleine landschapselementen anderzijds. Ruilverkaveling Herschikt landbouwpercelen binnen een vooraf afgebakend gebied. Hiermee wordt gestreefd naar aaneengesloten, regelmatige en gemakkelijk toegankelijke kavels die zo dicht mogelijk bij het landbouwbedrijf liggen. Ruimtelijk Structuurplan Beleidsdocument dat het kader aangeeft voor de gewestelijke ruimtelijke structuur. Het geeft een langetermijnvisie op de ruimtelijke ontwikkeling van het betrokken gebied. Het is erop gericht samenhang te brengen in de voorbereiding, de vaststelling en de uitvoering van beslissingen die de ruimtelijke ordening aanbelangen. Ruimtelijk Uitvoeringsplan Een ruimtelijk uitvoeringsplan is een instrument om uitvoering te geven aan een ruimtelijk structuurplan. De RUP s zullen geleidelijk (delen van) gewestplannen en BPA s vervangen. Een RUP kan op gewestelijk, provinciaal of gemeentelijk niveau worden opgemaakt. Een RUP bevat stedenbouwkundige voorschriften inzake de bestemming, inrichting en beheer. Deze voorschriften kunnen tijdsgebonden zijn. Een RUP heeft verordenende kracht voor de overheid en burgers en is het toetsingskader voor stedenbouwkundige vergunningen. Samenwerkingsovereenkomst Milieu Contract tussen het Vlaamse Gewest en de provincie (of gemeente) waar de provincie (of gemeente) zich engageert om bepaalde acties uit te voeren rond verschillende thema s zoals water, energie, mobiliteit, Schone technologieĂŤn Een verzamelnaam voor vormen van technologie die bijdragen aan een schoner milieu en/of zorgen voor energiebesparing. Transitie Een structurele maatschappelijke verandering die het resultaat is van op elkaar inwerkende ontwikkelingen op gebied van milieu, natuur, economie en technologie. Vistrap Een vistrap is een waterbouwkundige constructie die tot doel heeft vissen toegang te geven tot een door een dijk, dam, stuw of sluis ontoegankelijk geworden gebied. Een vistrap bestaat meestal uit meerdere vijvertjes die met elkaar in verbinding staan en telkens een stukje lager zijn aangelegd. Watering Een watering is een openbaar bestuur belast met de realisatie van het integraal waterbeheer binnen zijn ambtsgebied.

50


Afkortingen BBL

Bond Beter Leefmilieu

CeDuBo

Vlaams Centrum Duurzaam Bouwen

CIW

Coördinatiecommissie Integraal Waterbeleid

CO2

Koolstofdioxide is een kleurloos en reukloos gas. CO2 is één van de broeikasgassen, dat verantwoordelijk is voor de opwarming van de aarde.

EDO

Educatie Duurzame Ontwikkeling

EFRO

Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling

FSC

Forest Stewardschip Council (onafhankelijke internationale organisatie die wereldwijd erkende regels heeft opgesteld voor goed bosbeheer)

GALS

Gemeenten Adopteren Limburgse Soorten

GLE

Grote Landschappelijke Eenheden

INTERREG

Communautair programma voor grensgebieden voor de ondersteuning van bepaalde algemene ontwikkelingsdoelstellingen

KULeuven

Katholieke Universiteit Leuven

LIKONA

Limburgse Koepel voor Natuurstudie

LIMNET

Limburgs Natuur- en Milieueducatief Netwerk

LRM

Limburgse Reconversiemaatschappij

MINA-raad

Milieu- en Natuurraad

MOS

Milieuzorg Op School

NGO’s

Niet-gouvernementele organisaties

NME

Natuur- en Milieueducatie

ODE

Organisatie voor Duurzame Energie

POM

Provinciale Ontwikkelingsmaatschappij

(p)RUP

(provinciaal) Ruimtelijk uitvoeringsplan

SOLABIO

Soorten en Landschappen als drager voor Biodiversiteit

Steunpunt Dubolimburg Steunpunt Duurzaam Bouwen Limburg TACO2

Totaal Actieplan CO2

VLACO

Vlaamse Compost Organisatie

VN

Verenigde Naties

51


Colofon Uitgave De deputatie van de provincieraad van Limburg, Herman Reynders, gouverneur-voorzitter, Marc Vandeput, Sylvain Sleypen, Gilbert Van Baelen, Frank Smeets, Walter Cremers, Erika Thijs, gedeputeerden en Renata Camps, provinciegriffier. Samenstelling Directie Ruimte - Dienst Milieu en Natuur Planning en Beleid Provinciaal Natuurcentrum Directie Ruimte — Afdeling Infrastructuur — Dienst Water en Domeinen minaplanning@limburg.be Grafisch ontwerp & typografie Dion Boodts — Grafische producties, Informatie & Communicatie, provincie Limburg Fotografie Luc Dani ls (p.12), Raf Ketelslagers (p.13, 38), Robin Reynders (p.21, 39, 45, 46), Frans van Bauwel (p.22), Foto cover & beeldbewerking Robin Reynders — Grafische producties, Informatie & Communicatie, provincie Limburg Druk Drukkerij Artoos — Kampenhout Papier Munken Print White 18, 70 gr/m2 (binnenwerk & wikkel), Rives Recycled Tradition Bright White, 170 gr/m2 (kaft & schutbladen) Lettertypes FedraSerifA & FedraSans (Peter Bilak, Typotheque) Oplage 800 ex. Verantwoordelijke uitgever Renata Camps, provinciegriffier, Universiteitslaan 1, 3500 Hasselt Dit Milieubeleidsplan Provincie Limburg 20102013 werd opgemaakt op basis van de op 18 maart 2010 beschikbare informatie. Het ontwerpplan werd aangepast aan de hand van de opmerkingen gemaakt tijdens het openbare onderzoek 1 december 2009 — 15 februari 2010. D/2010/5857/22





provincie Limburg Universiteitslaan 1 BE–3500 Hasselt limburg.be


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.