KEIK 2. Jos Damiens wandschilderingen voor het gouvernement te Hasselt (1908-1910)

Page 1

Het,

Stadsmus

JOS DAMIENS WANDSCHILDERINGEN VOOR HET GOUVERNEMENT TE HASSELT (1908-1910) Foto: detail van wandschildering ‘de burger is het vaderland verschuldigd’, één van de grote doeken aan de ingang van het gouvernement; hoogte 177 x breedte 251 cm; gesigneerd Joseph Damien (1879-1973); gedateerd 1910.

Rechtbank van Eerste Aanleg Lom baardstraat 23 3500 Hasselt


Een ‘Brussels’ gebouw in Hasselt Sinds zijn oprichting in 1836 kende de Limburgse provincieraad een eerder nomadisch bestaan 1. Aanvankelijk vonden de zittingen plaats in de toneelzaal van de rederijkerskamer de Roode Roos aan de Aldestraat; later volgde nog verhuizingen naar het Gerechtshof, de gemeenteraadszaal in het Stadhuis en zelfs naar de feestzaal van het Casino aan het Leopoldplein. Telkens werden de 44 raadsleden en hun gevolg geconfronteerd met de nodige ongemakken. Daarom werd er bij herhaling in Brussel gelobbyd voor een eigen, waardig onderkomen. Eén van de pleitbezorgers was de Hasseltse parlementair en later minister J.J. Thonissen. Rond 1870 waren er plannen vooreen gehele nieuwbouw in het Dorp, grenzend aan de Boulevard. Deze werden echter, wegens te duur, afgevoerd. Finaal werd ca. 1880 beslist om bij wijze van compromis het reeds bestaande en bij herhaling reeds vergrootte gouvernement aan de Lombaardstraat, uit te breiden met een raadszaal, verschillende sectieruim tes en een conciërgewoning. Hoewel de provincie het bouwproject financieel mee ondersteunde, was de regie van de werf in handen van het Ministerie van Openbare Werken. De bekende Brusselse architect Paul Saintenoy (1862-1952) tekende in 1892 een neo-renaissancistisch gebouw met verschillende met elkaar verbonden bouwvolumes en bekroond met een opvallende torenspits. Waar de ruwbouw achtereenvolgens gegund werd aan de Hasseltse aannemers Douha en Douchar en er oorspronkelijk tegels in de gevel van de plaatselijke keramiekfabriek voorzien waren, was de afwerking toevertrouwd aan kunstenaars uit het Brusselse, zoals de beeldhouwer de Lalaing en glazenier Evaldre. De eerste uitzondering hierop was de opdracht die in 1908 gegeven werd aan Jos Damien, een jonge schilder uit Halen.

Jos Damien, een korte biografie François-Joseph Damien werd op 22 februari 1879 geboren te Noville-les-Bois (Namen) als zoon van Franz Damien, een polyvalent schilder in traditionele stijl 2. Deze schilderde onder meer kruiswegen in Noville-les-Bois en Vienne, monumentale muurschilderingen in Grand-Axhe en verschillende abtportretten in de Abdij van ’t Park bij Leuven3. Toen hij de kunstenaarsroeping van zijn zoon niet langer kon tegenhouden, gaf hij hem zijn eerste lessen. Daarna trok Jos Damien naar de Academies van Luik en Antwerpen, waar hij o.m. decoratieschilderen volgde bij Julien De Vriendt. Vervolgens verbleef hij een tijdlang in Parijs waar hij o.a. het werk van Puvis de Chavannes bestudeerde. In 1904, Damien was dan 25 jaar oud, trad hij in het huwelijk met Maria Thiery uit Halen, waar het paar zich ook vestigde. Jos Damien was in de aanvang van zijn loopbaan minstens zo actief als restaurateur van oude schilderijen en kopiist van familieportretten dan wel als schepper van nieuw werk4. In 1908 werd hij aangezocht om historiserende wandschilderingen te vervaardigen voor het gouvernement in Hasselt. Nadien is hij op eigen initiatief nog meer historische taferelen met symbolische inslag gaan vervaardigen. Hiervoor schilderde hij op zijde en liet hij zijn echtgenote bepaalde delen met borduurwerk ophogen. Met deze bijzondere techniek oogstte hij zekere successen, o.m. op de wereldtentoonstelling in Gent (1913). De eerste wereldoorlog maakte een abrupt einde aan deze thematiek en techniek in zijn oeuvre. Als krijgsgevangene zou Damien zijn roeping als portrettist gevonden hebben. Het is in dat genre dat hij internationale bekendheid zou verwerven, o.m. door zijn werk aan het Belgische en Luxemburgse hof. Damien verhuisde met zijn familie in 1911 naar Hasselt waar hij zou blijven tot in 1939. Toen vestigde hij zich in Schaarbeek waar hij in 1973 op 94-jarige leeftijd overleed.


De opdracht voor het gouvernement Uit een rapport dat architect Paul Saintenoy in 1929 voor het Ministerie van Openbare Werken over het gouvernement opstelde, kan afgeleid worden dat het concept van de opdracht aan Damien door hemzelf was uitgedacht: “En 1908, l’Etat commanda à M. Joseph Damien artiste peintre à Hasselt la décoration de la salle de milice sur le programme dressé par Paul Saintenoy qui voulut y voir symboliser le Devoir civique.”5 . Dit wordt bevestigd door een notitie in het Journal van de schilder waarin hij op 3 april 1908 schreef: “maquette de la décoration de la salle de adjudications au nouvel Hotel Provincial à Hasselt - 10 panneaux.” als opdracht vanwege de architect6. Het is onduidelijk of de beroemde Brusselse bouwmeester de jonge naar Limburg uitgeweken schilder ontdekt heeft op basis van reputatie of van relaties. Zeker is dat Damien toen al een aantal grote religieuze en historiserende werken gerealiseerd had7 en dat hij over een invloedrijke klantenkring beschikte 8. Het schetsontwerp dat aan de architect bezorgd werd, kan als een offerte beschouwd worden, aangezien de schilder voor deze opdracht geen inkomsten noteerde in zijn kasboek. In elk geval ontving hij de definitieve opdracht, dit maal van de minister van Openbare Werken, vóór 19 november van hetzelfde ja a r9. Het afgesproken bedrag was 4.000 frank. Op diezelfde plaats staan ook de titels van de 10 werken opgesomd: “1. Le Justice, 2. la Fidélité, 3. L’Emulation, 4. L’Economie, 5. Le Travail, 6. Le Commerce, 7. Le Mérite, 8. Le Courage militaire, 9. Le citoyen se doit à la Patrie en 10. La Patrie est une Mère pour tous les citoyens. » Alles wijst er op dat Damien de prestigieuze, maar niet vanzelfsprekende opdracht bijzonder te harte nam. Zo is bekend dat hij familie en kennissen liet poseren om de doeken zo levensecht mogelijk te schilderen10. Bovendien was het een klassiek gegeven bij een openbare opdracht dat de werken in verschillende fasen ter goedkeuring moesten gepresenteerd worden aan de opdrachtgever en dat deze opmerkingen kon formuleren en aanpassingen opleggen 11. Uit de vergelijking van een voorstudie (cf. infra) met het uiteindelijke doek, blijkt dat dit inderdaad ook gebeurde. Het wekt dan ook geen verbazing dat Damien opslag vroeg. Op 29 augustus 1909 noteerde hij ” ... requête demandant une augmentation motivée par les modifications considérables apportées dans les premiers projets. Monsieur le Ministre accorde une augmentation de 4.000 Fr. » Dit bracht het totale honorarium op 8.000 frank. De oplevering moet tegen de zomer van 1910 plaatsgevonden hebben, want op 24 augustus tekende Damien in zijn Journal voor ontvangst. Vermoedelijk is het ensemble nooit echt onthuld geworden. Tijdens WO I moet het averij opgelopen hebben, aangezien de schilder in september 1921 de opdracht kreeg om de cyclus te restaureren 12. Reeds in januari van het daaropvolgende jaar ontving hij de afgesproken vergoeding van 6.700 frank. Het was uiteindelijk pas in 1936 door de plaatsing van de lambrisering in neorenaissancestijl door de bekende Kortrijkse firma De Coene dat de zaal voltooid geraakte.


Het vaderland is een moeder voor alle burgers

De burger is het vaderland verschuldigd


De Burgerlijke Plicht: beschrijving van de taferelen Het ensemble bestaat uit tien voorstellingen die samen een evocatie zijn van de burgerplicht en bijhorende morele waarden. De twee grote doeken aan weerzijden van de ingang (177 cm x 251 cm), vormen samen de kern van de cyclus. ‘Het Vaderland is een moeder voor alle burgers’ is een symmetrisch opgebouwde constructie rond een tronende vrouwenfiguur die het Vaderland symboliseert. Ze draagt een scepter in de rechterhand en links toont ze een open boek waarin duidelijk het woord ‘lex’ afleesbaar is. Aan de troonhemel hangen wimpels en op de pijlers zijn de wapenschilden van Limburg en Brabant aangebracht. Rond de troon staat een groep mannen, vrouwen en kinderen eerbiedig verzameld. Ondermeer een smid, een boer, een veerman, een moeder, een ridderen een tim m erm an zijn goed herkenbaar. Op de achtergrond is een stadsprofiel afgebeeld dat Hasselt voorstelt, geïnspireerd op het bekende vaantje van Nicolaas Sigers13. De kunstenaar heeft dit doek voluit getekend in de onderste trede van de troon: Joseph Damien, 1910. Aan de andere kant van de deur hangt een even groot doek dat de Burgerlijke Militie (‘de burger is het vaderland verschuldigd’) voorstelt. Een stoet bewapende burgers marcheert van rechtsachter naar linksvoor. Deze diagonale beweging creëert een merkwaardig contrast met de eerder statische pendant. Op kop stapt de vaandrig met de Limburgse vlag, geflankeerd door twee klaroenblazers; aan hun instrumenten is ook een kleine Limburgse wimpel bevestigd. Rechts vooraan neemt een gesnorde burger afscheid van zijn familie en lost hij net de hand van zijn moeder. De familie staat op een houten tribune. Dit decor doet denken aan de voorstelling van het bezoek van Dürer aan Antwerpen in 1520 door Henri Leys, waar de schilder van op een overdekte tribune de voorbijtrekkende kruisboogschutters observeert14. Op de achtergrond van dit tafereel heeft Damien een stadsprofiel geschilderd waarbij de Gentse Sint-Nicolaaskerk herkenbaar is, allicht louter bedoeld als evocatie van een laatmiddeleeuwse stad. De twee grote doeken zijn omringd door acht levensgrote, historiserende figuren (ca 178 cm x 85 cm) die elk een deugd of een eervolle activiteit voorstellen. Het iconografisch programma plaatst de militaire dienst in een ruimer moreel kader. Naast een aantal klassieke waarden als ‘gerechtigheid’ en ‘trouw’, met wortels in de oudheid of in de christelijke traditie, introduceert Damien ook minder vanzelfsprekende personificaties als ‘werk’ en ‘beloning’. Bij de acht voorstellingen zijn de beide geslachten evenwichtig vertegenwoordigd. Telkens is de figuur in een neutrale, enkel met betekenisondersteunende objecten gevulde context geplaatst, met in de rechter bovenhoek een fantasiewapen dat de symboliek bevestigt. Elk werk is rechtsonder gesigneerd met de verstrengelde initialen JD en het jaartal 1910. Zwaard en boek zijn de traditionele attributen van de (niet geblinddoekte!) Gerechtigheid, een dame in oranje kleed met rode mantel. Haar wapen toont de al even klassieke weegschaal. De Getrouwheid is een rijkelijk geklede dame met de hond als symbool. In haar wapen prijkt een sleutel, ook zinnenbeeld van trouw.


de Vermaardheid

de Getrouwheid

de Gerechtigheid


Een vrouw in profiel draagt rechts een (loftrompet, links een erepalm en in het haar een laurierkrans, telkens symbolen van de Vermaardheid. In het wapen staan twee gouden hanen tegenover elkaar. De Economie in rijkelijk blauw kleed draagt een scepter in de linkerhand en steunt met de rechter op een roer, traditioneel symbool van de fortuna. Aan haar voeten liggen twee zakken geld. Haar wapen is een cornucopia of horen des overvloed. Werk is een boer in profiel die zijn schop en hak op de schouder draagt. Op de achtergrond is een ploeg afgebeeld. Het wapen toont een tarweschoof. Een man in reiskledij staat symbool voor de Handel. Hij tuurt naar de verte en steunt met een voet op een loopbrug die leidt naar een geladen sloep met sierlijke boeg. Aan wal liggen enkele boeken, allicht de boekhouding, naast enkele achthoekige gewichten. De staf van de Handel is de trekstok waarmee de sloep naar de oever kan getrokken worden. In het wapen verwijst de gevleugelde staf naar Hermes of Mercurius, de god van de handel. Van deze voorstelling bestaat er een voorstudie op halve grootte15. Uit de vergelijking blijkt dat Damien in de uiteindelijke versie een aantal elementen heeft weggelaten, zoals de boord, de banderol met het opschrift ‘commerce’ en de gevleugelde staf in de hand van de Handel, allicht wegens dubbel gebruik met het wapenschild. Door de versobering oogt de definitieve voorstelling minder anekdotisch. De Beloning is een in blauw en goud uitgedoste burger die zijn losgekoppelde zwaard als steun gebruikt, terwijl hij aan het lezen is. Andere lectuur ligt, samen met een laurierkrans, aan zijn voeten. Dezelfde krans wordt in zijn wapen hernomen. Tenslotte is er de Militaire Moed, een soldaat met borstharnas en slagzwaard. Zijn wapen is de leeuw, niet toevallig in de Limburgse heraldische kleuren. Wanneer Damien in de vroege 20® eeuw een historiserend ensemble met deze thematiek en symboliek op doek bracht, was de monumentale schilderkunst al een tijd over zijn hoogtepunt. Daardoor heeft het geheel een wat toneelmatige, voorspelbare uitstraling. Anderzijds is het duidelijk dat de kunstenaar het genre in al zijn aspecten beheerste en dat hij niets aan het toeval heeft overgelaten. “Nooit is een penseeltrek willekeurig. Alles getuigt steeds van dezelfde rust”16.


Werk

de Handel

de Beloning

de Militaire Moed


In breder perspectief Er wordt vaak gesteld dat de 19e eeuw pas eindigde in 1914, bij het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog. Dit kan ook toegepast worden op het ensemble dat Damien schilderde voor het gouvernement te Hasselt tussen 1908 en 1910. Het project draagt al de kenmerken in zich van een (laat) 19®-eeuws decoratieproject17. Stilistisch is Damien schatplichtig aan baron Henri Leys (1815-1869), zoals een hele generatie in Antwerpen gevormde schilders met hem. Diens faam werd in 1895, een kwarteeuw na zijn overlijden, geïllustreerd door het feit dat de muurschilderingen uit zijn eigen woonhuis geherintegreerd werden in het Antwerpse stadhuis. Samen met zijn reeds aanwezige decoratie van de traphal, vormde het de artistieke referentie bij uitstek. Het is bekend dat professoren aan de Antwerpse academie in de tijd dat Damien er les volgde, praktijksessies gaven in de Leyszaal van het stadhuis 18. Van zijn grote voorbeeld heeft Damien de klare lijnvoering en kleurzetting gemeen, samen met de uitgesproken voorkeur voor de 16eeeuw. De gouden eeuw gold in die periode als de ‘siècle-miroir’ uit het eigen verleden. Anders dan Leys, zocht Damien, onder impuls van architect Saintenoy, naar een diepere en tijdlozer dimensie dan de historische anekdotiek. In die zin had hij van op afstand aansluiting bij het symbolisme dat een dominante rol vervulde tijdens het laatste kwart van de 19e eeuw. Bovendien werd de jongste generatie van historische decoratieschilders gekenmerkt door het streven naar wat een ‘synthetische reconstructie’ genoemd wordt. De schilder was meer dan een chroniqueur, hij probeerde historische taferelen op te trekken tot een universele boodschap.

Betekenis Op Limburgse schaal is het ensemble dat Jos. Damien schilderde voor het gouvernement als integraal geplande interieurdecoratie in een openbaar gebouw uitzonderlijk, zoniet uniek. Op landelijk niveau is het een representatief voorbeeld van de laatste fase uit de geschiedenis van monumentale schilderkunst met romantische inslag. Het samengaan van een Brussels architect, een Kortrijks meubelmaker en een Limburgs schilder van Naamse afkomst heeft geleid tot één van de gaafste interieurs in de Hasseltse binnenstad. Ook al maken de voorstellingen een wat gedateerde indruk, toch is de boodschap nog steeds betekenisvol voor de huidige functie van het gebouw, nl. Rechtbank van Eerste Aanleg.


-

Voetnoten

-

1 De informatie over het gebouw is geput uit W. DRIESEN en L. RASKIN, Het provinciehuis te Hasselt, in Het Tijdschrift van het Gemeentekrediet, 50 (1996/2), nr. 196, pp. 4-27. 2 O ver Dam ien: m onografie door R. ROMBOUTS in J o s .Dam ien en Anne Rutten, Tentoonstellingscatalogus, Hasselt, 1991, pp. 5-37. Zie ook Catalogus Tentoonstelling Jos. Damien, Hasselt, 1959. 3Afbeeldingen via www.kikirpa.be 4 Af te leiden uit Het Stadsmus, Journal 1905-1916 van Jos Damien. Dit is aspect is nooit in de literatuur over Damien opgenomen. 5 PCCE, dossier gouvernement, rapport van Paul Saintenoy, 23/12/1929, met hartelijke dank aan de heer Willem Driesen. 6 Het Stadsmus, Journal 1905-1916 van Jos Damien, pp. 60-61. 7 Cf. Cat. 1959, nrs. 224, 226, 228, 229 en 232. 8 Uit zijn boekhouding blijkt dat hij reeds voor 1908 gewerkt had voor verschillende pastoors, een ingenieur, een magistraat, een arrondissementscommissaris, verschillende edellieden (cf. Het Stadsmus, Journal 1905-1916 van Jos Damien) 9 Het Stadsmus, Journal 1905-1916 van Jos Damien, pp. 70-71. 10 N., Kunstschilder Jos Damien overleden. Was innig met Limburg verbonden en maakte naam als portrettist, in Het Belang van Limburg, 25/05/1973 vermeldt dat er zowel voor de doeken voor het gouvernement als voorde muurschilderingen in de kerk van Halen (1911)werd geposeerd door meerdere personen uit Halen. Dit wordt bevestigt door mevrouw Hermans, voormalige huishoudster van Damien, mondelinge mededeling december 2005. 11 Vgl. J. ROMBOUTS, Gipsen beeld van Cleynaerts (1867), in De Brabantse Folklore en Geschiedenis, 278-279 (1993), pp. 195-197 en IDEM, Ontwerp van een muurschildering voorde Beurs te Antwerpen door G Guffens (Kunst in de Kijker, 40), Hasselt, 1994. 12 Het Stadsmus, Journal 1920-1923 van Jos Damien, z.p. 13 Bij historische schilderkunst was het gebruikelijk dat een historicus als adviseur optrad. Er is geen formeel bewijs dat dit hier het geval zou zijn, maar de vrije interpretatie van het vaantje van Sigers laat dit wel vermoeden. Uit het Journal 1905-1916 van Jos Damien, pp. 66-67 blijkt dat hij sinds 1908 bij herhaling restauraties uitvoerde voor E.H. Polydoor Daniels, pastoor van het Begijnhof en conservatorarchivaris van de stad. Mogelijk heeft deze erudiet bepaalde adviezen gegeven. 14 Henri Leys, Het bezoek van Albrecht Dürer aan Antwerpen (1520), Koninklijk Museum voor Schone Kunsten, inv. 2198. 15 R. ROMBOUTS, o.c., cat. 75. 16 J. LAMOTE, Bij Palet en Penseel. Jos. Damien en Anne Rutten, in Kunst en Letteren van het Belang van Limburg, 9/02/1939, pp. 22-23. 17 De kunsthistorische duiding steunt op het standaardwerk J. OGONOVSKY-STEFFENS, La peinture monumentale d ’histoire dans les édifices civils en Belgique (1830-1914), Mémoire de la classe des Beaux-Arts, XVI, Brussel, 1999. 18 J. OGONOVSKY-STEFFENS, o.c., p. 255.


laatje raken dôpfjdeçultuur van Hasselt Deze voordracht vond t.g.v. Shots! uitzonderlijk plaats in de Rechtbank van Eerste Aanleg op zondag 12 februari 2006.


tekst:

lie. Jo ROMBOUTS

foto’s:

Stedelijke fotodienst Hasselt

copyright:

Het Stadsmus Guido Gezellestraat 2, B-3500 HASSELT tel. 011-23 98 90 fax 011-26 23 98 e-mail: hetstadsmus@hasselt.be

Overzicht Kunst in de Kijker 2000-2005: (nog steeds te verkrijgen aan de museumbalie!) 2000:

90. Schilderij "Portret van Dr. L Willems” (1822-1907), 1878, Godfried Guffens (1823-1901); 91. Maquette tweedekker Fatman Type III, 1985; 92. Zespuntige “Ster" van

de Roode Roos, 1627; 93. Litho “Gezicht op de Leopoldplaats", ca. 1860, C. J. Hoolans; 94. "Analemmatische zonnew ijzef in de museumtuin, 2000; 95. Portret van Ridder Guillaumel de Corswarem (1799-1884); 96. Pastel “Portret van mevrouw Leynen (1842-1920)” , 1919, G J. Wallaert (1889-1954); 97. Keramieken sierschotel “Irissen", ca. 1896-1905.98. B anieij “Société Royale de Musique et de Rhétorique”, 1858. 2 0 0 1 : 99. Hasselts zilver: aanwinsten 1996-2000; 100. Schilderij “Stadspanorama van Hasselt", 1915, Jos. Damien (1879-1973); 101. Uithangteken “Tabakskarot"', 102. Karikatuurtekeningen "10 Hasseltse figuren", Stef Vanstiphout (1931-1995). 103. Sporttrofeeën 11e Linieregiment: “Coupe du R o i A lbert" & “Coupe Prince Léopold" (2); 104. Affiche “ Ville de Hasselt, 1882, programme des fêtes qui auront lieu à l'occasion de la kermesse...”, 1882; 105. Staande klok met uurwerk, 1761, Joannes Augustinus (ca. 1 7 3 5 -1 1790), Hasselt; 106. Schilderij “Overhandiging van het vrijheidscharter door G raaf A rnold IV van Loon aan de stad Hasself', 1846, Godfried Guffens (1823-1901); 107. Affiche | “KEMPO - bronnen en lim onaden”, Druk. E. Roose, Hasselt. 2 0 0 2 : 108. Zes wandkleden over “Het Sacrament van Mirakel van Herkenrode", 1917, Jos. Damien (1879-1973); 109. Portretten van de vier abdissen van Herkenrode: “ 7wee| eeuwen, twee werelderf ] 110. Restauratieverslag “Rederijkerskraag De Roode Roos?', 111. Keramische vaas “Ros Beiaard en de Vier Heem skindererf, Simonne Reynders(1924);l 112. Keramische vaas in lusterglazuur, Céramiques Décoratives de Hasselt (1895-1954); 113. Ontwerptekening tegelpaneel 'Tuin met vrouw'', 114. Jaarkalender Ceysens-R oosei 1912; 115. Affiche 'Landbouwdagen 1900’; 116. Schilderij ‘Vlaggen’, Jac. Leduc (°1921);

2003:

117. Sculptuur ‘Icarus’, Robert Vandereycken (°1933); 118. Het Hasselts muzikaal verleden van 1910-1960; 2 luxepartituren, Albert Lefebvre (1886-1953); 119. Affiche!

"Langemansbier” , P. Bamps (1862-1932), M. Ceysens (1833-1927) en F. Roose (1843-1913); 120. Vloertegels van de Herkenrodeabdij, 2 tegelpanelen en majolicategels; 121.1 kopergravure ‘E xlibris familie Weytens’] 122. Schilderij ‘ G ordon-Bennef, 1924, Paul Hermans (1898-1972); 123. Henri Van Straten (1892-?), lino’s en litho’s; 124. Schilderijen! 'Geboortehuis' & ‘G ezicht op Romboutstoren van Mechelen', Guillaume Ballewijns (1875-1944); 125. Uithangteken ‘In Sint-Lambertus', 1801;

2004:

126. De kraag van de Hasseltse boogschutters; 127. Schilderij ‘Grote Capucienenstraaf, Clement Van Campenhout (1921-1997), 1961; 128. Prent ‘G ezicht op de1

Boulevard m et links de gevangenis’, Charles Jooseph Hoolans (1814-?); 129. Offerandeschotel met in reliëf 7 (keizers)hoofden, 17® eeuw; 130. Affiche van het eerste Nederlands! Eucharistisch Congres, Hasselt, 1904, Leo Jaminé (1854-1921); 131. Zes schilderijen uit de cyclus van het H. Sacrament van Mirakel bewaard in Herkenrode; 132. A lam biekl afkomstig uit Staatlaboratorium in Guffenslaan in Hasselt, E. Adnet, Parijs; 133. Gedenkpenning “ 150 ja a r Koninklijk Atheneum H asself, Luc Verlee (°1939), 1994, 1994; 134J Schilderij ‘Hubert Leijnen (1909-1997), hoofdredacteur van HBvL van 1929 tot 1978, Eugène Polus, 1951.

2005:

135. Ontwerptekening voor tegelpaneel ‘ Tuin met pauw en zwaan’, Manufacture de Céramiques Décoratives de Hasselt (1895-1954); 136. Beeld van de Roode R o o s l

uitgave in beperkte oplage t.g.v. inhuldiging monument op de Schiervellaan Hasselt, Gérard Moonen (° 1953).


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.