KIK 8. Schilderij ‘De Grote Markt’, J.N. Grauls (1797-1876), 1863

Page 1

K U N S T

I N

KIJKER

D E *

DE HASSELTSE GROTE MARKT Joannes Nicolaus GRAULS, I863 Olie op doek, diam. 110 cm, raamwerk 150 x 128 cm Inv.nr. SMH 79/B/101 Permanente bruikleen : augustus 1967 Eigendom : Provincie Limburg

8


JOANNES NICOLAUS GRAULS

Joannes Nicolaus Grauls werd geboren te Hasselt op 21 januari 1797 als zoon van de toen 69 jaar oude (sic) wever Jan Grauls en van Anna Maria Bangels uit Rummen. Joannes Nicolaus Grauls was een meester-kleermaker en overleed als 79-jarige vrijgezel in de Aldestraat op 27 april 1876.

EEN VREEMD SCHILDERIJ

Dit merkwaardig 'schilderij' bestaat uit een donkergroen gekleurd rechthoekig raamwerk van 150 bij 128 cm, waarbinnen een 'tondo' of rond schilderij met een diameter van 110 cm, olieverf op linnen, uitgespaard is. Op het donkergroene raamwerk zien wij in de bovenstrook een tekst met vergulde en rode hoofdletters. De rode letters geven als chronogram de datum van dit schilderij aan, nl. 1863. "VEEL KUNST.

VEEL KRACHT en VLIJT, MET EERBEWIJS BEWERKT,

HEBBEN VERSTAND, YVER EN ZIEL OOK ZEER VERSTERKT." Deze datum wordt in het ronde schilderij zelf nog eens herhaald, want rechts beneden ziet men een hand, die met een tekenveer op een wit wimpeltje het volgende geschreven heeft : 'GRAN PLASSE DE HASSELT. FAIT PAR GRAULS. 1863'. Wat maakt dit schilderij zo merkwaardig, zo vreemd en zo intrigerend ? Wordt de museumbezoeker alleen maar verrast door de niet zo voor de hand liggende vormgeving als een met touwen opgespannen hoepel in een vierkanten kader of zoekt hij ook verrast en gefascineerd naar de niet zo onmiddellijk vatbare en onderliggende betekenis van de voorstelling ?

LATERNA MAGICA

Wat de vormgeving betreft is 'DE GROTE MARKT' niet een schilderij in de gang­ bare betekenis van het woord. Door zijn omsluitend donkergroen vlak met daarbinnen een zacht gekleurde en helder oplichtende ronde vlek heeft dit kunstwerk meer weg van een met de hand ingekleurd lantaarnplaatje uit de sinds lang vervlogen tijd van de 'Laterna Magica'. Zoals de toverlantaarn binnen haar magische lichtcirkel een heel eigen werke­ lijkheid op de witte muur projecteert en al het overige uitbant in de om­ ringende duisternis, zo dwingt Joannes Nicolaus Grauls de beschouwer heel zijn aandacht te vestigen op het rond afgelijnde Hasseltse binnenwereldje van de Grote Markt anno 1863. Dit 'schilderij' heeft bijgevolg geen kader, dat op merkbare wijze de wereld van het schilderij bindt met de omgeving van in casu de museumzaal. Voor dit werk is die omgeving verdwenen en daarom blijft men gebiologeerd kijken naar een schouwspel, dat geruisloos opgevoerd wordt in het theaterdecor van de Hasseltse Grote Markt, deze verkleinvorm van het grote 'Spéculum Mundi'.


OEIL-DE-BOEUF

Met de schilder zitten wij in een soort ereloge en kijken in duikerperspectief neer op het Hasseltse marktgebeuren met zijn vele protagonistjes. Van­ uit een ietwat hautaine hoogte - want bekeken door het ronde raam of 'oeilde-boeuf' boven in het middenrisaliet onder het tympaandak van de Majestic heeft de schilder dit bizarre en drukdoende bourgeois-wereldje geobserveerd en weergegeven. Dit vanuit de hoogte neerkijken op bezige mensjes is een uiting van humanisme zoals bij Pieter Breughel de Oude. Het situeert eveneens het gebeuren in een landelijke of stedelijke context zoals Remacle Le Loup dit omstreeks 17^0 deed voor zijn prenten, afgedrukt in 'Les Délices du Pays de Liège' van Pierre-Lambert de Saumery of zoals Steven Wilsens dit nog haast dagelijks doet voor zijn 'monumentale' tekeningen in 'De Standaard'.


EEN STEDELIJKE THEATRALE ACHTERGROND

Zich sterk baserend op de lithografie 'PLACE DU GRAND MARCHE' van Charles Joseph Hoolans uit 1860 toont Joannes Nicolaus Grauls ons in een typisch narratieve Douanier Henri Rousseau-stij1 met een voorliefde voor het tekenen­ de detail de Grote Markt van Hasselt, gezien vanuit het westen. Wij zien de noord-, oost- en zuidzijde van de markt als pleinomkaderende wan­ den met hun aaneenschakeling van steeds gedifferentieerde geveltjes. In het benedengedeelte van de tondo werd de westzijde als vierde pleinwand weggedacht om zo een onbelemmerd uitzicht op de markt mogelijk te maken. Hierbij werd wel de plattegrond van een viertal huizen in sterk ingekleurde vlakken ingetekend met weglating van de bouwvolumes. En in die vier huizen op de voorgrond is het een en het ander te beleven ... zo boeiend en zo intrigerend, dat de schilder dit geheimzinnige binnenskamers reilen en zeilen in de openbaarheid wilde brengen op het theaterpodium van zijn stadsdecor. Deze stedelijke theatrale achtergrond is opgebouwd uit een drietal pleinwanden :

DE

N O O R D W A N D

De noordelijke begrenzing begint met het reeds in 1438 vermelde huis 'DE ROOS' op de hoek van de Hoogstraat en de Kapelstraat. Een groot uitstalraam vol rookwaren en pijpen in alle formaten bewijst dat het H. Volders voor de wind (en de rook) gaat. Enkele huizen in de Hoogstraat sluiten ongemerkt aan bij de noordelijke marktwand. Het zijn 'DE SEVEN WEEN', 'DE PLUYME' , 'DE REEP', 'DE DRY CONINGHEN' en natuurlijk 'DE HELM'. Vooral dit hoge en gesloten burgershuis bij de stadspomp kende eertijds een bewogen en openbaar leven. Als herberg-gasthof sedert 1456 met een koetspoort aan de Kortstraat mocht het huis onder zijn talrijke nobele gasten zelfs Keizer Karei rekenen. Tot 1726 herbergde het zelfs de 'Edele Leensale van Curingen'. Rechts van de stadspomp als gietijzeren vertaling van de oeroude marktput begint dan de noordelijke marktwand met een achttal huizen, die reeds in de 15de eeuw vermeld worden. In de deuropening van de meeste huizen staan de bewoners benieuwd te kijken naar de door een driespan voortgetrokken sierlijke koets, die als een focus juist het midden van de tondo inneemt en heel de compositie bindt. NB. Bij C. J. Hoolans reed een gewoon karretje, getrokken door een grote hond,, het marktplein op. In 'DEN COP' uit 1438 staat nu een sierlijke dame zichzelf en haar kleurrijke stofjes aan te prijzen. 'DIE HANDT' of 'IN DE CAPRUIN' uit 1430 werd later de woonst van de rijke handelaar Jan Eyben. Grauls portretteert hier een deftige mannenfiguur in de deuropening.


Breed uitgemeten vult de witte gestalte van de eigenares de half geopende inkom van 'DE MAEN' uit 1461. Omstreeks 1528 hield Grietje van Appelzouwen hier^ herberg met een eerste vergaderzaal voor de rederijkerskamer 'De Roode Roos'. Kijk ook naar de kroonlijst, want dààr ergens werd de schaliedekker Frans De Pré op mirakuleuze wijze door Onze-Lieve-Vrouw Virga Jesse gered. 'DIE STERRE’ uit 1450 is gesloten, maar 'DIE KETTEL' uit 1461 is als 'Librai­ rie Popper geopend. Over de toonbank geleund kijkt de verkoper naar het vrij lege marktplein met de vreemde stoet. 'DE BAERT’ uit 1530 is nu een bakkerij. Ook hier lokt de vreemde bedoening op de markt een bezoeker naar buiten. De twee laatste huizen zijn 'DE STAD THIENEN' uit 1455, nu 'The King George' en DE SLEUTEL' uit 1455, als 'Pot d'Or’ in de veertiger j aren afgebroken om de veel te smalle Kortstraat te verbreden.

DE MUNITIO

Het zal eenieder wel onmiddellijk opgevallen zijn dat deze noordelijke marktwand zich als een convexe wal spant omheen de er boven uittorenende ba­ rokke spits van de Sint-Quintinuskerk. Deze wand vertaalt nu nog altijd de oudste en vrij kleine verdedigingsgordel omheen de reeds in 1203 vermelde 'munitio' of ronde versterking met als centraal vluchtoord een donjontoren, zijnde de kerktoren. Deze munitio' of voorstedelijke kern bood bescherming aan de talrijke reizigers van de 12de-eeuwse handelsweg, die Duitsland verbond met onze kust en via de Aldestraat dwars door het latere stadscentrum liep. Nog in de eer­ ste helft van de 14de eeuw moet deze kleine en nog niet gedichte gracht om­ heen de 'munitio' herkenbaar geweest zijn, want op 23 augustus 1335 schreef de Loonse graaf Lodewijk IV : ' ... al onze grachten, grote en kleine, waar­ mede de stad is versterkt en omringd ...'. Wanneer de Loonse graaf Arnold IV in mei 1232 de Hasseltse stadsrechten be­ vestigde, werd een nieuw marktplein of 'forum' onmiddellijk buiten en vlak tegen deze kleine eerste omwalling uitgespaard. Ook Joannes Nicolaus Grauls heeft vanop zijn licht verheven uitkijkpost deze munitio als de aanzet van de stedelijke ontwikkeling begrepen en als een gesloten en compacte bouwmassa neergezet in de ruimtelijkheid van het marktplein.

DE

O O S T W A N D

'DEN APPEL’ uit 1473, 'HET GEKROONDE HERT’ of 'DIE COUTSE' uit 1487, 'HET SLOT' uit 1488 en 'DE DRIJ PISTOLEN' of 'DE VALCK OP DE MARKT' uit 1453 vor­ men de smalste marktbegrenzing. Ook hier staat een bewoner in de deuropening, naar buiten gelokt door het ge­ roep van de wagenmenners, het lawaai van de hoefijzers en het geratel van de koetswielen op de kasseien.


DE

Z U I D W A N D

D©z 6 licht geboden en vooru.it geplsmtste plei.nwo.nd. t©lt ©©n echttol huizen, waarvan er een zevental tussen 1892 en 1932 afgebroken werden. In de plaats hiervan kwam het meer achteruit gelegen, door bogen gedragen gebouw uit 19361939 naar het ontwerp van architect Sylvain Brauns. Al deze huizen droegen welluidende namen : 'DE RING' uit 1455, 'DE STER' uit de 16de eeuw, 'DE SONNE' uit 1463, 'DE STADT ANTWERPEN', 'DE DRY PELGRIMS' uit 1518, 'DE WILDEMAN' uit 1447 en ten slotte het 'GULDEN HOIFT' uit de 14de eeuw, sedert de 17de eeuw beter bekend als 'DE GOUDBLOEM . Dit mooie hoek­ huis werd als een der laatste voorbeelden van vakwerkbouw met overkragende houten gevels en 'tapecou' of kelderopening afgebroken in 1892. De tegenoverliggende hoek wordt ingenomen door 'DE LAKENHALLE' uit 1409, in de 19de eeuw omgebouwd tot 'Grand Café'. Uit de openstaande deur dringt het geluid van gelach en gepraat naar buiten, maar de talrijke gasten in hun stamlokaal hebben blijkbaar geen oog voor het 'buitengebeuren'.

DE

W E S T W A N D

Ten einde een onbelemmerd uitzicht op de markt en de voorbijrijdende koets te hebben, heeft Joannes Nicolaus Grauls deze wand weggedacht. De vier huizen in grondplan met hun duidelijk afgebakend stoepgedeelte ervoor schijnen in hun geheel een flink stuk achteruit geplaatst te zijn. Zie de restruimte tussen de rechtlijnige stoeprand met de drie gesticulerende figuurtjes links op de voorgrond en de gekasseide straatlijn in het midden, waarop het rode 'tamboer-majoor'-mannetje met zijn witte kousen loopt te balanceren. Zou het kunnen zijn dat men omstreeks 1409 deze vier huizen met één huisdiepte achteruit geplaatst heeft ten einde de toen gebouwde lakenhalle meer op de markt te betrekken ? Door dit terugplaatsen van de vier huizen werd de toch wel kleine marktoppervlakte aardig vergroot voor het groeiend aantal marktkramers.

DE RUST OP HET MARKTPLEIN VERSTOORD

Ofschoon Hasselt sedert 1830 uitgegroeid was tot de Limburgse provinciehoofdplaats, schijnt het leven op de Grote Markt herleid te zijn tot een rustig verglijden van de tijd in veel ijlte en stilte. Het uurwerk op de kerktoren geeft het juiste uur : halftwaalf. Het plein is leeg ... en die leegte maakt de miniaturist Joannes Nicolaus Grauls haast tastbaar door zijn fijne en gedetailleerde tekening van die vele duizende kasseien. Enkel een man en een echtpaar staan verstard in deze leegte. In de benedenstrook links begeleidt tante-nonneke een wit kommuniekantje met


een reuze paaskaars in de hand naar de Onze-Lieve-Vrouwekerk. Met de drie mannen op de stoep vóór 'Het Sweert' vormen zij het tegenbeeld voor de pries­ ter en de minderbroeder met het spelende kind in de rechter benedenhoek van het plein. En dan wordt de rust verstoord. Met de vereiste opvallendheid wordt een be­ langrijk personage - de burgemeester Michel Arnold Bamps, getooid met zijn ambtsketting - in een sierlijke open koets met driespan naar het stadhuis gereden. Een soort roodgekleurde 'tamboer-majoor' - zonder harmonie - baant de weg voor deze 'V.I.P.' en balanceert hierbij als een koorddanser potsier­ lijk op de dunne scheidingslijn tussen het pleinvlak en de rijweg. Eerbiedig ontbloot een burger het hoofd voor deze 'optocht', die zoveel op­ schudding veroorzaakt, dat de meeste marktbewoners aan hun deur verschijnen.

EEN STERK GEKRUID TONEELSTUK

Een aantal bewoners hebben het te druk om in de deuropening te gaan staan. Immers in het onderste gedeelte van de tondo wordt binnenskamers een sterk gekruid toneelstuk in verscheidene schuifjes opgevoerd ! Joannes Nicolaus Grauls heeft in de steeds anders gekleurde huiscompartimentjes van 'HET SWEERT', 'DE HOICHBRUGGE’ of 'MAJESTIC', 'DE SLEUTEL' en 'DE GROETE DRAECK’ een aantal gewaagd-intieme en gecodeerde huis- en keldertaferelen geschilderd, die ons in hun raadselachtigheid fascineren :

1. Uiterst links symboliseert een hand met een mortier de apotheek 'Het Sweert'.

2. Het tweede rode vakje, dat zo breed is als het volgende gele compartiment, stelt de kelder van de 'Majestic' voor en is volgestouwd met een ton en meer­ dere flessen in de linker benedenhoek. Een trapje leidt naar de gelagzaal. Wij weten dat de Stad eertijds als eigenaar van 'De Hoichbrugge' en van 'Het Sweert' grote hoeveelheden Rijnwijn liet opslaan in de 'bottelrije' of wijn­ kelder van de 'Voetboech' of 'Hoichbrugge'. Deze traditie werd dus voortge­ zet ten tijde van Grauls. In deze kelder doen twee mannen hun gevoeg in elkanders broek, terwijl de man links met krijt op de rode kelderwand in een soort geheim spiegelschrift van rechts naar links het volgende neerschrijft : " EKKIR LEW TEIN YG TNOK EKKILS ENNIB RAAM NAD TLIW REESIP " Met enige schroom geven wij nu de leesbare schrijfwijze : " KONT GY NIET WEL RIKKE WILT DAN MAAR BINNE SLIKKE PISEER "


Deze tekst lijkt een nogal volkse oproep om onderlinge ruzies maar binnens­ kamers te houden en zeker niet aan de openbaarheid prijs te geven. Zijn hier nu politieke of strikt persoonlijke vetes bedoeld ? Wij weten het niet. Wel is gekend dat in 1863 een Katholiek-Liberale Confrontatie heerste, die duurde van 1857 tot 1868. De burgemeester was Michel Arnold Bamps en hij voerde het beleid van 1833 tot 1836 en van 1842 tot I865 . Het is dus goed mogelijk dat de schilder Grauls bepaalde politieke vetes op het oog had en onder bedekte termen aankloeg. Maar hij kan ook persoonlijke ruzies geïnsinueerd hebben. In zijn 'Kroniek van Hasselt. 1078-1914. Grepen uit het dagelijkse leven.' vermeldt Dr. J. Grauwels onder n 1278 het volgende : 12 juni 1861. Een lezer van "De Onafhankelijke" schrijft : 'Ik heb opmerkingen gedaen jegens onze achtbare politie-commissaris welke zijne tijd verkwistende met het vangen van vogelen en andere beuzelarijen ... Van toen af heb ik van zijnertwegen niets dan scheeve gezigten, kromme muilen en verfoeiing bekomen.' Indien de schilder Grauls deze persoonlijke vete uit 1861 in beeld gebracht heeft in de kelder van de 'Majestic', dan krijgt de groep van drie mannen op de stoep voor 'Het Sweert' haar juiste verklaring. Wij zien immers hoe de beide wetsdienaren hun politiecommissaris bij de schouders grijpen en met gestrekte armen wijzen naar het tafereel in de kelder van de 'Majestic'. De geschreven tekst en het gedrag van de beide mannen is dus voor hem bedoeld. Maar de commissaris is hardleers en schijnt van geen wanten te willen weten ... 3In de linkervoorkamer van de 'Majestic' en dus boven de kelder vangt een kat een muis. Wat wordt hier gesuggereerd ? 4. In de centrale gang van de 'Majestic' zien wij een soort vogelkooitje of mui­ zenval. Wordt hier eens te meer verwezen naar 'het vangen van vogelen en an­ dere beuzelarijen' van de wel is waar 'achtbare', maar niet zo geliefde poli­ tiecommissaris ? 5In de rechtervoorkamer van de 'Majestic' discussiëren twee mannen met een timmerman. Hierbij wordt driftig met een dubbele lus of een paar handboeien gezwaaid. Dreigt men de in de hoek gedrumde timmerman in de boeien te slaan ? De hond kijkt onbewogen toe. Wat wordt hier nu gesuggereerd ? Is de commissaris ook in dit meningsverschil betrokken ?

6. In de voorruimte van het smalle huis 'De Sleutel' gaat een man naar de rechtermuur en ontvangt daar van een vrouw, die in de kamer van het sinds 3 juni 1863 (sic) aan de boekhandel verkochte huis 'De Groete Draeck' verblijft, een briefje. Met opgeheven duim gebaart de man dat alles in orde zal komen. Over welke afspraak gaat het hier ?


7. In de voorkamer van 'De Groete Draeck' legt de vrouw haar twee vingers op de mond om tot zwijgen aan te manen. Geheel rechts heeft een hand op een witte wimpel het volgende geschreven : 'Gran Plasse de Hasselt. Fait par Grauls. 1863'.

EEN TIPJE VAN DE SLUIER

De voorstelling van de Grote Markt met al die kleine bedrijvige mensjes is nog vrij eenvoudig te lezen en te verklaren. Maar het onderste gedeelte van de tondo bevat de echte boodschap, die Joannes Nicolaus onder de vorm van een sterk gekruid toneelstuk in zijn schilderij heeft gelegd. Die enigmatische boodschap werd natuurlijk door ingewijden begrepen. Zijn tijdgenoten vatten onmiddellijk alle vage zinspelingen in dit werk, maar voor ons blijven de meeste ondoorgrondelijk, onleesbaar en onbegrepen. Dit schilderij blijft in hoofdzaak een hermetisch gesloten en daarom juist zo intrigerend leesboek. Wie ontraadselt uiteindelijk het geheim van de 'Gran Plasse de Hasselt' ?

* * * * *


oktober 1991

tekst : Louis Coolen foto : copyright Stedelijke Fotodienst, Hasselt copyright : STEDELIJK MUSEUM STELLINGWERFF-WAERDENHOF __ Maastrichterstraat 85 , 3500 HASSELT, tel. 011/24.10.70

I

ili

Geopend van dinsdag tot vrijdag van 10 u. tot 17 u. zater-, zon- en feestdagen van 14 u. tot 18 u. Gesloten op maandag, Pasen, 1, 2 en 11 november, van 24 december t.e.m. 31 januari.

in dezelfde reeks verschenen : 1. - maart 1991 : PORTRET VAN KEURV0RST-PRINSBISSCH0P MAXIMILIAAN HENDRIK VAN BEIEREN, anoniem, 2de h. 17de e . , inv.nr. SMH 85/OOI 2. - april 1991 : CATHARINAPANEEL VAN DE OUDE HANDB00GKAMER, anoniem, e. 17de - b. 18de e . , inv.nr. MSW 90.B.011 3- - mei 1991 : LUSTERGLAZUURVAAS UIT VOORMALIGE HASSELTSE KERAMIEKFABRIEK tss. 1895 en 1914, inv.nr. MSW 90.024 4. - juni 1991 : BLAZOEN VAN DE HASSELTSE REDERIJKERSKAMER "DE R00DE ROOS", Daniël Van Vlierden, ca. 1700, inv.nr. MSW 91.B.039 5- - juli 1991 : WEEK-END, Leon Pringels, 1950, inv.nr. SMH 79/044 6. - aug. 1991 : KRUISV0RMIG RELIEK0STENS0RIUM OP VOET, Foppe Jans Burduin, Gent & Ioannes Franciscus Frederici, Hasselt, 1703, inv.nr. SMH 86/B/040 7. - sept. 1991 : KLEDINGSSTEL VAN HET VIRGA JESSEBEELD, 1689, 1863, 1901. inv.nr. SMH 89/B/llO


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.