KIK 14. Ingekleurde kaart ‘Midden- en Zuid-Limburg’, L. Capitaine, 1795

Page 1

K U N S T

IN

DE * * *

KAART VAN MIDDEN- EN ZUID-LItรถURG, 1795 L. CAPITAINE Handgekleurde gravure 33 x 49 cm Aankoop Hasselt december 1990 Inv.nr. MSW 91.001

KIJKER

14


Het werk dat hier in de kijker wordt gesteld, bevindt zich op het kruispunt tussen wetenschap en kunst. Het behoort tot de laatste cartografische pro­ ducties, waarbij het artistieke onmiskenbaar in het kaartbeeld aanwezig is. Toch kleven er aan deze kaart een reeks vragen, die niet kunnen beantwoord worden, zonder een klaar inzicht in haar voorgeschiedenis. Vooreerst is er de persoon van de cartograaf, Louis Capitaine. Hij blijkt in de Belgische cartografie een grote onbekende te zijn. Hoewel hij doorgaans genoemd wordt als één der voortzetters van het cartografisch werk van graaf de Ferraris en een pionier van de Belgische cartografie, mag de verdienste van deze Frans­ man, die vermoedelijk zelfs nooit in onze gewesten verbleven heeft, toch niet te hoog ingeschat worden en dient de eer voor het vervaardigen van dit cartografisch kunstwerk uitsluitend aan Ferraris gelaten te worden. * * * Louis Capitaine's vader, Pierre-Charles Capitaine, was een medewerker van de bekende Franse cartografenfamilie Cassini. De stamvader van dit geslacht, Jean-Dominique, en zijn zoon Jacques onderscheidden zich in de eerste plaats als astronomen. De kleinzoon, César François Cassini de Thury (1714-1784), begon pas in 1774 aan een grote topografische kaart van Frankrijk, die vol­ ledig op opmetingen gebaseerd was. Die kaart werd voltooid onder de achter­ kleinzoon, Jacques Dominique Cassini (1748-1845). Het werk van de Cassini's mag voor de Franse cartografie even hoog ingeschat worden als Ferraris voor onze gewesten. Vader Capitaine werd door een val kreupel, waardoor hij niet meer in staat was om nog aan terreinopnamen mee te werken. Cassini behield hem als mede­ werker en liet hem aanstellen als hoofd van de administratie van het obser­ vatorium van Parijs. Zijn drie zonen, Louis (ca. 1749-ca. 1797), Charles (+ 1789?) en Pierre-Nicholas (1773-l838) traden in zijn voetsporen. Louis huwde met de dochter van een graveur en werd benoemd tot premier ingénieur bij de Franse cartografische diensten. Na de dood van Cassini de Thury kreeg hij in 1784 de algemene leiding over de kaart van Frankrijk. Het uitbreken van de Franse Revolutie verplichtte hem zich aan de gewijzigde politieke verhoudingen aan te passen. In 1790 liet hij een verkleinde kaart van Frankrijk, op één .vierde van de oorspronkelijke schaal, verschijnen, waarop de grenzen van de nieuwe departementen waren aangebracht. In februa­ ri 1793 liet het Comité de Salut Public de grote kaart van Cassini als nationaal goed in beslag nemen. Capitaine vorderde ze tevergeefs terug. Jacques Dominique Cassini werd zelfs enige tijd in de gevangenis opgesloten. Vermoedelijk was het om blijk te geven van zijn goede wil ten opzichte van de nieuwe machthebbers dat Capitaine kaarten liet graveren van de gebieden, die recent door de Franse legers veroverd waren : de Oostenrijkse Neder­ landen, Savoie en Nice. Hij publiceerde ook een kaart van Zwitserland, dat in 1798 door de Fransen onder de voet gelopen werd, en van Malta, dat een twistappel tussen Britten en Fransen zou worden tijdens Napoleons veldtocht naar Egypte in 1798-1799. Al deze activiteiten werden echter doorbroken door Capitaine's vroegtijdige dood in 1797- Hij bleef zo'n schimmige figuur in een verwarde periode, dat zijn doodsoorzaak en precieze overlijdensdatum onbekend gebleven zijn. 2


Vanzelfsprekend heeft Capitaine gedurende dit korte tijdsbestek niet de kans gehad om ook maar te denken aan nieuwe terreinopmetingen. Hij heeft zich uitsluitend gebaseerd op de gegraveerde en in de handel gebrachte chorografische kaart van Ferraris. Die had trouwens van keizerin Maria Theresia de toelating gekregen om met de opbrengst van de verkoop van deze kaart een gedeelte te recupereren van het persoonlijk fortuin, dat hij zelf in de onderneming had geïnvesteerd. De 3 exemplaren van de Kabinetskaart bevonden zich in Wenen, op dat moment nog buiten het bereik van de Franse legers. Reeds bij de eerste bezetting van Brussel hadden de Fransen bij een boekhandelaar 400 exemplaren van de chorografische kaart in beslag genomen. Het is zelfs niet uitgesloten dat Capitaine reeds voordien in Parijs over een exemplaar van de kaart beschikte, aangezien er contacten bestonden tussen Ferraris en de Franse cartografen uit de school van Cassini. Op 12 augustus 1794 legden de Fransen, bij de tweede bezetting van Brussel, beslag op de koperplaten van de kaart. Zij werden samen met de kaart van Cassini overgedragen aan het Dépôt de la Guerre. Van hieruit werden de kaarten uitgedeeld aan de bevelhebbers van de Franse legers en zelfs aan boekhande­ laars, die in ruil het Dépôt voorzagen van literatuur i.v.m. geografie en topografie. De kaart van Capitaine schijnt een privé-onderneming geweest te zijn, zonder bindingen met de militaire overheden. Napoleon consulteerde enkel de originele kaart van Ferraris. *

•* •

*

Wie was dan die Joseph Jean, graaf de Ferraris, de eigenlijke auteur en grondlegger van de kaart? Hij stamde uit een Piemontese adellijke familie. Zijn voorvaderen worden op het einde van de 15de eeuw in de streek van Vercelli gesignaleerd. Zijn vader trad in 1704 in dienst van hertog Leopold van Lotharingen en vestigde zich in Nancy, nadien in Lunéville. Zijn vijfde zoon, Joseph Jean, werd op 26 april 1726 in Lunéville geboren. Toen Frank­ rijk in 1735 Lotharingen aanhechtte, trad de 9-jarige te Wenen als page in dienst van keizerin Wilhelmina-Amalia, weduwe van keizer Jozef I. De hofmathematicus vertrekte er hem zijn eerste onderricht in de wiskunde en wijdde hem vermoedelijk ook in de geheimen van de cartografie in. Op 15 -jarige leeftijd nam Ferraris als vaandrig dienst in het keizerlijke leger. Hij onderscheidde zich zowel in de Oostenrijkse Successie-oorlog (1740-1748) als in de Zevenjarige Oorlog (1756-1763). Als generaal-majoor werd hij in 1767 aangesteld tot algemeen bevelhebber van de artillerie in de Oostenrijkse Nederlanden. Tijdens zijn verblijf in ons land werd hij bevor­ derd tot luitenant-generaal (Feldmarschall-Leutnant, 1773) en gouverneur van Dendermonde (1775). In 1776 huwde hij te Brussel met gravin Marie-Henriette van Ursel-Grobbendonk, die hem in 1780 zijn enige dochter, Maria-Wilhelmina, schonk. In 1787 verliet hij Brussel definitief voor Wenen. Op 67-jarige leeftijd nam hij in 1793 nog deel aan de Oostenrijkse herovering van de Zuidelijke Nederlanden. Na de Vrede van Campo Formio (1797) stelde keizer Frans II hem met schenkingen in het Banaat van Temesvar schadeloos voor de landgoederen, die hem in Lotharingen en in de Nederlanden door de Fransen ontnomen waren. Lang na het beëindigen van zijn actieve militaire carrière werd hij in 1807 nog tot generaal (Feldmarschall) bevorderd. Hij overleed in Wenen op 1 april 1814. Tijdens de Zevenjarige Oorlog had de Oostenrijkse legerleiding ondervonden dat er een nijpend gebrek bestond aan bruikbare, recente en gedetailleerde 3


kaarten van de Habsburgse erflanden. In samenspraak met prins Karel-Alexander van Lotharingen, schoonbroer van keizerin Maria-Theresia en landvoogd van de Oostenrijkse Nederlanden, stichtte Ferraris in 1767 in de schoot van de Militaire Academie te Mechelen een wiskunde- en topografieschool. Hij verkreeg ook de steun van de landvoogd voor het samenstellen van een grootschalige en gedetailleerde topografische kaart van de Oostenrijkse Nederlanden. Als voorproef voor de algemene kartering van alle gewesten liet hij in 1767-1768 het Zoniënwoud en het koninklijk domein van Mariemont in kaart brengen. De tussenkomst van prins Karel-Alexander bleek essen­ tieel. Drie vroegere karteringsvoorstellen waren reeds door Wenen afgewezen en oorspronkelijk kantten zowel Kaunitz als de keizerin zich tegen Ferraris' plannen. Karel-Alexander is tenslotte persoonlijk, met de kaarten van het Zoniënwoud en van Mariemont in zijn bagage, naar Wenen gereisd, om zijn schoonzuster van mening te doen veranderen. Op 1 maart 1773 begonnen de terreinopnamen voor de topografische kaart. Gedurende 6 jaar doorkruisten 97 militairen ( 1 kapitein-directeur, 2 luitenanten-onderdirecteurs, 60 kadetten en korporaals en 34 kanonniers), later uitgebreid tot 176 personen, alle localiteiten van de Oostenrijkse Nederlan­ den en het prinsbisdom Luik. Op 10 december 1777 kon Ferraris het eerste exemplaar van zijn handgetekende 'Kabinetskaart' aan keizer Jozef II overhandigen. Zij bestond uit 275 bladen van 90 x 140 cm, op schaal 1: 11.520. Het tweede exemplaar was bestemd voor de landvoogd en het derde exemplaar voor de staatskanselier, prins Wenzel-Anton von Kaunitz. Nog in 1777 publiceerde hij de gegraveerde, tot een schaal van 1: 86.400 gereduceerde, chorografische kaart. Deze schaal stemde overeen met de schaal van de kaart van Frankrijk, die in dezelfde periode door de Cassini's vervaardigd werd. Eén exemplaar van de Kabinetskaart werd in l8l6 door de Oostenrijkse regering aan de dochter van Ferraris geschonken. Zij verkocht het in 1817 aan koning Willem I, die het in de Topografische Dienst in Delft liet neer­ leggen, waar het nog steeds berust. Het exemplaar van Karel-Alexander van Lotharingen werd in 1922 door de Oostenrijkse overheid overgedragen aan de afdeling Kaarten en Plannen van de Koninklijke Bibliotheek in Brussel. Dit exemplaar werd tussen 1965 en 1976 door Pro Civitate uitgegeven. Het exem­ plaar van kanselier Kaunitz berust nog steeds in het Kriegsarchiv te Wenen. Naast zijn cartografische gegevens liet Ferraris tijdens de terreinopnamen ook uiteenlopende informatie noteren van historisch, militair en geografisch belang. Die werden samengebracht in 12 handgeschreven volumes, die samen 4.000 bladzijden omvatten. Ferraris gaf ze zelf de titel "Mémoires historiques, chronologiques et oeconomiques". Het was in de eerste plaats de bedoeling om door middel van deze "Mémoires" een aantal verschijnselen en gegevens vast te leggen, die cartografisch niet konden uitgedrukt worden. Zij bevatten informatie over de geschiedenis en de belangrijkste historische gebeurtenissen, die zich in de besproken plaatsen voordeden, over de waardevolle gebouwen, een beknopte topografische beschrijving, met de nadruk op het reliëf, een notitie over de aard, de kwaliteit en de opbrengsten van de grond en de wijze waarop hij kan verbeterd worden, over de handel en de industrie, met in de eerste plaats een opsomming van de molens, de fabrieken en de werkplaatsen, de mijnen en de steengroeven. Uit militair oogpunt wordt er ook aandacht besteed aan de begaanbaarheid van het terrein, de naam 4


en de loop van rivieren en beken, de bruggen en de doorwaadbare plaatsen, de staat van het wegennet en tenslotte ook de mogelijkheid om ter plekke bivakken en kantonnementen in te richten. Voor de samenstelling van deze documenten lieten de artilleristen zich adviseren door de plaatselijke overheden. Generaal Ferraris keek de binnen­ komende informatie persoonlijk na vooraleer tot de definitieve redactie werd overgegaan. Uit het oogpunt van het historisch onderzoek laten deze teksten niettemin veel te wensen over, aangezien zij niet op een voldoende uniforme wijze opgesteld zijn en er vooral op het vlak van de economische productie veel lacunes kunnen in vastgesteld worden. Enkel de brandstoffen, die door de verschillende streken worden voortgebracht, zijn zeer grondig beschreven. * * * Over het precieze verloop van de terreinopmetingen voor de Kabinetskaart is nog vrij weinig onderzoek verricht. In het Naamse namen Ferraris' artille­ risten blijkbaar genoegen met het opnemen van de grensgebieden en maakten zij voor de overige plaatsen gebruik van bestaande kaarten, die hen vaak verouderde informatie verschaften. Een onderzoek van L. Daels en A. Verhoeve had betrekking op een gebied van 2.500 km2 tussen Oostende en Gent. Zij besteedden vooral aandacht aan die elementen in het landschap, die sinds de tijd van Ferraris een zekere stabiliteit bewaard hebben : het wegennet, de ligging van dorpen en steden, hoeven met een opvallende grondplan, waterlopen en het reliëf. Zij kwamen tot de conclusie dat 3,5% van het onderzochte gebied erg vervormd in kaart is gebracht. Grosso modo kunnen vier types van vervormingen vastgesteld worden : oriënteringsfouten van het wegennet en de hydrografie, die het uit­ zicht van het hele kaartblad beïnvloeden, oppervlaktevervormingen, gefanta­ seerde toevoegingen en schematische voorstellingen. Dit had vanzelfsprekend gevolgen voor de betrouwbaarheid van de Kabinets­ kaart en de kaart van Capitaine, die er een getrouwe kopie van is. Niettemin betekende de Ferrariskaart bij haar verschijnen een geweldige sprong voorwaarts in de cartografie van de Oostenrijkse Nederlanden. Diverse atlasuitgevers gingen er gebruik van maken om nieuwe kaarten van dit gebied te vervaardigen. Haar waarde blijkt alleen al uit het betrouwbaar en gedetailleerd verloop van de grenzen en de nauwkeurige intekening van het nederzettingspatroon. Een vergelijking met de oudere kaarten van Blaeu en Visscher toont dit in één oogopslag aan. * * * Deze kaart is volgens de formele typologie, die E. Van Mingroot in 1985 voor de oude kaarten ontwierp, een chorografische kaart. De meeste nadruk wordt in het kaartbeeld gelegd op de beschrijving van het landschap. Daarbij wordt aan bepaalde componenten voorrang gegeven : de hydrografie, de begroeiing, het wegennet, het reliëf en de bebouwing. Aangezien de gegra­ veerde kaart kon voortbouwen op de terreinobservatie, die aan de samenstel­ ling van de Kabinetskaart was voorafgegaan, wordt het landschap hier niet alleen symbolisch, maar eerder visueel en zelfs plastisch voorgesteld. 5


afb. 1

De hydrografie omvat niet alleen de grotere rivieren, zoals de Demer, de Gete, de Herk en de Jeker, maar ook hun kleinere bijbeekjes en de vennen in het noordelijke heidegebeid (a fb . 1). De begroeiing valt uiteen in drie categorieën : bebossing, aangegeven door kleine boompjes, beemden, vooral langs de grotere rivieren en aangeduid door kleine, verticale streepjes, die grassprietjes suggereren, en heide, benoorden de lijn Halen-Hasselt-Bilzen. In bepaalde kasteeldomeinen komt de planmatige aanleg van het park zeer goed tot uiting, bv. in Stevoort en in Alden Biesen. Bij het wegennet valt de tegenstelling op tussen de nieuwe, rechte, met bomen omzoomde steenwegen, zoals de baan van Hasselt naar Tongeren, en de oudere, onverharde wegen, die de reiziger met hun eerder kronkelend tracé van dorpskom naar dorpskom voeren. Ook een segment van de oude Romeinse heirbaan van Tongeren naar Boulogne is zichtbaar. Tot Brustem fungeerde zij op het einde van de 18de eeuw nog als steenweg tussen Tongeren en Sint-Truiden. Van de tumuli van Brustem is evenwel geen spoor te bekennen (af b. 2 ) . Het reliëf wordt door middel van de toen zeer populaire schrapjesmethode aangegeven. Eén blik op de kaart maakt de tegenstelling duidelijk tussen de vlakke Kempen enerzijds en het grillige, versneden patroon van Haspengouw en de aanzet van het Kempens Plateau anderzijds (afb. 3). 6


3ïonne)

frasthem

tynenfosM

r™ .r

WM

4 4 P

jdSjrSm*1rftë&t J r 1 x y /Æ * ttieruLoveuyL^^w A > N A

lisC

k j n

j

V

i

p


In tegenstelling tot de Kabinetskaart bevat de chorografische kaart geen integrale weergave van de bebouwing. Die blijft beperkt tot het tracé van de vesten en de hoofdstraten in de steden (zie bv. de vestingwerken van Zoutleeuw), kerktorens, kapellen, kloosters (Kolen, Munsterbilzen), kastelen en landhuizen, soms met hun naam (bv. Landwijk te Donk), soms ook enkel aan­ geduid als blockhuys, windmolens en watermolens (stervormige symbolen langs de beken), afspanningen (bv. Den Engel te Herk of Den Linden Boom en het Pannen Huys te Herderen), geïsoleerde kruisen en zelfs galgen (bv. ten oos­ ten van Hasselt en ten noorden van Kortessem (a fb . 4 ) . De schrijfwijze van de plaatsnamen is verre van onberispelijk (a f b. 5 ) . Er is al een verificatie aan de hand van een moderne kaart nodig om in Mumerken Membruggen te herkennen. Andere orthografische eigenaardigheden zijn bv. Meussem (Muizen), Manshoven (Engelmanshoven), Groes Elderen (Genoelselderen) en Vletegehem of Wleitingen (Vlijtingen). Doorgaans heeft Capitaine nochtans de spelling op de choro­ grafische kaart van Ferraris getrouw overgenomen. Slechts hier en daar komen kleine, bijkomende schrijffouten voor, die te wijten zijn aan het slordig kopiëren van de namen op de Ferrariskaart. Ten opzichte van de chorografische kaart van Ferraris vertoont de kaart van Capitaine slechts één opvallend verschil : alle politieke grenzen uit het Ancien Régime, die na de Franse bezetting toch hun actuele waarde verloren hadden en alle opschriften, die ernaar verwijzen (bv. Territoire Hollandois, Seigneurie de Lonaken of Brabant) zijn weggelaten. Capitaine heeft echter de nieuwe indeling in departementen, die bij het ter perse gaan van zijn uitgave vermoedelijk nog niet helemaal vastlagen, eveneens achterwege gela­ ten, zodat alle politieke grenzen op deze kaart ontbreken. Capitaine redu­ ceerde de 25 bladen van de chorografische kaart van Ferraris tot 65 kwartbladen.

*

*

8

*



BIBLIOGRAFIE M.-A. A R N O U LD . Art. Ferraris. -Biographie nationale. Dl. XXXIV, 1967, kol. 277299. M.-A. A R N O U LD . L'originalité du travail cartographique de Ferraris dans les PaysBas autrichiens. -Standen en Landen. 1972, dl. LVI, p. 207-230. E. BERNLEITHNER. Ôsterreichs Kartographie zur Zeit des Grafen Ferraris. -D e cartografie in de 18de eeuw en het werk van graaf de Ferraris (1726-1814). Internationaal_colloquium Spa. 8-11 september 1976. Handelingen. (Pro -Civitate. Reeks in -8°, nr. 54.) Brussel, 1978, p. 129-149. M. BRUW IER. Le comte de Ferraris et son oeuvre. -D e cartografie in de 18de eeuw e n het werk van graaf de Ferraris (1726-18141. Internationaal colloquium Spa. 8-11 september 1976. Handelingen. (Pro Civitate. R eeks in -8°, nr. 54.) Brussel, 1978, p. 19-26. M. BRUW IER. Les "Mémoires historiques, chronologiques et oeconomiques" de Ferraris. -D e cartografie in de 18de eeuw en het werk van graaf de Ferraris ( 1726-1814). Internationaal colloquium Spa. 8-11 september 1976. Handelingen. (Pro_Civitate. Reeks in -8°, nr. 54.) Brussel, 1978, p. 60-75. J. CH O UX. La familie de F erraris en Lorraine. -D e cartografie in de 18de eeuw en hçt werk van graaf de Ferraris (1726-1814). Internationaal colloquium Spa. 811 september 1976. Handelingen. (Pro Civitate. Reeks in -8°, nr. 54.) Brussel, 1978, p. 27-35. L. DAELS en A. V ERH O EVE. Les déformations topographiques de la carte de Ferraris. -Tijdschrift van de Belgische Vereniging voor Aardrijkskundige Studies. 1963, dl. XXXII, p. 301-310. R. D'AMAT.. Art. Capitaine (les). -Dictionnaire de biographie française. D l. VII, Parijs, 1956, kol. 1065-1066. F. D E PU Y D T . The Large Scale Maooing of B elpium 1800-1850. -Imago Mnndi. 1977, dl. XXVII, p. 23-26. F. D E PU Y D T. La mise en carte topographique du territoire belge pendant le régime hollandais. D e cartografie in de 18de eeuw en het werk van graaf de Ferraris £1726-1814). Internationaal colloquium Soa. 8-11 september 1976. Handelin­ gen- (Pro Civitate. Reeks in -8°, nr. 54.) Brussel, 1978, p. 119-125. A. D E SMET. A propos de géodésie et de topographie à l'époque de Ferraris. -D e cartografie in de 18de eeuw en het werk van graaf de Ferraris (1726-18141 Internationaal colloquium Spa. 8-11 september 1976. Handelingen. (Pro Civitale. Reeks in -8°, nr. 54.) Brussel, 1978, p. 301-308. A- D E SMET. Le général-comte de Ferraris et la carte des Pavs-Bas autrichiens. Album Antoine D e Smet. Brussel, 1974, p. 347-363. A* D E SMET. Qver militairen en kartografie. -Belgisch tijdschrift voor militaire geschiedenis. 1966, dl. XVI, p. G. DESPY. Les opérations des artilleurs de Ferraris dans le comté de Namur. Annales de la Société Archéologique de Namur. 1959, dl. XLIX, p. 281-296.

10


L.P. G A C H A R D . N otice historique sur la rédaction et la publication de la carte, rtes Pgyg-Bas autrichiens par le général comte de Ferraris. (Nouveaux mémoires dêJ'A cadém ie royale de Bruxelles. R eeks in -4°, dl. XVI.) Brussel, 1843. E. GILBERT D E CAUW ER. Philippe Vander M aelen (1795-1869V Bel via n Manm âkêl. -Imago mundi. 1970, dl. XXIV, p. 11-20. E. H E N N EQ U IN . Etude historique sur l'exécution de la carte de Ferraris et révolution . de la cartographie topographique en Belgique. -Bulletin de la Société Loyale belge de Géographie. 1891, dl. XV, p. 176-290 en 472-475. L. H EN S-V ER C A UTER EN. D e topografische kaarten van de Zuidelijke Nederlan­ den (1815-1830). -Tijdschrift van de Belgische Vereniging voor Aardrijkskundi­ ge Studies. 1973, dl. XLII, p. 333-455. C. KOEM AN. Instruments et méthodes pour les levers dn terrain à l'époque a , £0.mtC de Ferraris. -D e cartografie in de 18de eeuw en het werk van graaf de Ferraris (1726-1814). Internationaal colloquium Soa. 8-11 september 1Q76 Handelingen. (Pro Civitate. Reeks in -8°, nr. 54.) Brussel, 1978, p. 289-300. E. LAM BERT. N ote sur la valeur historique de l'oeuvre de Ferrari»; -Bulletin de la société belge de géographie. 1946, dl. LXX, p. 27-36. C. LEM OINE-ISABEAU. La carte de Ferraris. les écoles militaires aux Pavs-Bas et 1' E cole Hydraulique à Bruxelles. -Belgisch tijdschrift voor militaire geschiedenis 1969, dl. XVIII, p. 73-93. -------------- ’ C. LEMOINE-IS AB E A U . L élaboration de la carte de Ferraris. -D e cartografie in de 18de eeuw en het werk van graaf de Ferraris (1726-1814V Internationaal colloquium Spa, 8-11 september 1976. Handelingen. (Pro Civitate. Reeks in 8°, nr. 54.) Brussel, 1978, p. 39-59. J. LORETTE. Lu fortune de la carte de Ferraris. Son emploi par la France de 1792 à iâ ! 6 . -D e cartografie in de 18de eeuw en het werk van graaf de Ferraris (17261814), Internationaal colloquium Spa, 8-11 september 1976. Handelingen. (Pro Cj.vitate. R eeks in -8°, nr. 54.) Brussel, 1978, p. 77-118. E. V A N ERM EN, E. V A N MINGROOT, B. M INNEN en M. VAN D E R EYCKEN. Limburg in kaart en prent. Historisch-cartografisch overzicht van Belgisch en Nederlands Limburg. Tielt-Weesp, 1985. A. V A N N E R E A U . L’oeuvre cartographique des Cassini. -D e cartografie in de 18de e euw en het werk van graaf de Ferraris (1726-1814V Internationaal colloquium Spa, 8-11 septem ber 1976. Handelingen. (Pro Civitate. Reeks in -8° nr 5 4 ) Brussel, 1978, p. 227-235.

ll


mei 1992 tekst : Dr. Eduard Van Ermen, Wetenschappelijk Medewerker Katholieke Universiteit Leuven copyright : STEDELIJK MUSEUM STELLINGWERFF-WAERDENHOF Maastrichterstraat 85 , 3500 Hasselt, tel. 011/24.10.70

Geopend van dinsdag tot vrijdag van 10 u. tot 17 u. zater-, zon- en feestdagen van 14 u. tot 18 u. Gesloten op maandag, Pasen, 1, 2 en 11 november, van 24 december t.e.m. 31 januari

in dezelfde reeks verschenen : 1. PORTRET VAN KEURVORST-PRINSBISSCHOP MAXIMILIAAN HENDRIK VAN BEIEREN, anoniem, 2de h. 17de eeuw, inv.nr. SMH 85/OOI ; maart 1991 2. CATHARINAPANEEL VAN DE OUDE HANDBOOGKAMER, anoniem, e. 17de - b. 18de eeuw, inv.nr. MSW 90.B.011 ; april 1991 3. LUSTERGLAZUURVAAS UIT VOORMALIGE HASSELTSE KERAMIEKFABRIEK, tss. 1895 en 1914, inv.nr. MSW 90.024 ; mei 1991 4. BLAZOEN VAN DE HASSELTSE REDERIJKERSKAMER "DE ROODE ROOS", Daniël Van Vlierden, ca. 1700, inv.nr. MSW 91.B.039 ; juni 1991 5. WEEK-END, Leon Pringels, 1950, inv.nr. SMH 79/044 ; juli 1991 6 . KRUISVORMIG RELIEKOSTENSORIUM OP VOET, Foppe Jans Burduin, Gent & Ioannes Franciscus Frederici, Hasselt, 1703, inv.nr. SMH 86/B/040 ; augustus 1991 7 . KLEDINGSSTEL VAN HET VIRGA JESSEBEELD, 1689 - 1 863 - 1901, inv.nr. SMH 89/B/llO ; september 1991 8. DE HASSELTSE GROTE MARKT, Joannes Nicolaus Grauls, 1863, inv.nr. SMH 79/B/lOl ; oktober 1991 9. DE RIJKSDAALDER VAN PRINS-BISSCHOP GERAARD VAN GROESBEECK, Hasselt, 1568, inv.nr. SMH 80/016 ; november 1991 10. KAARTLANDSCHAP MET PAALSTENEN TUSSEN HASSELT EN ZONHOVEN, anoniem, 1661 en 1666?, inv.nr. SMH 79/B/109 ; december 1991 11. DE GROTE MAN, Frans Minnaert, (1983), inv.nr. SMH 86/226 ; februari 1992 12. MIRAKELPRENT 0NZE-LIEVE-VR0UW VIRGA JESSE, Richard Van Orley, wsch. 1689, inv.nrs. koperen drukplaat SMH 86/B/059 en afdruk SMH 82/008 ; maart 1992 13- WIEROOKVAT, Jacques Vinckenbosch (1798-1876), Hasselt, zilver, inv.nr. MSW 91.185 ; mei 1992


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.