KIK 125. Uithangbord ‘In Sint-Lambertus’, 1801

Page 1

UITHANGTEKEN ‘IN SINT-LAMBERTUS’ Monogram ‘Ab’ gedateerd 1801 gesneden en gepolychromeerd notelaar en eik diam. 63 cm, dikte 8 cm Herkomst: Maastrichterstraat Hasselt

inv. nr. 1979.0226.00


Inleiding Het is niet de eerste keer dat in deze serie voordrachten een uithangteken besproken wordt. In april 1993 reeds gaf Jo Rombouts toelichting bij de gevelsteen “Den Soeten Naeme Jezus, 1664” , en in april 2001 besprak Ann Delbeke “De Tabakskarot”. Bovendien was de allereerste publicatie van de Vrienden van het Stadsmuseum Hasselt een catalogus die de tentoonstelling “Hasseltse uithangborden en gevelstenerf begeleidde. Deze tentoonstelling liep in de KB op de Havermarkt in de winter van 1979-1980. Inderdaad in de KB, omdat het stadsmuseum nog ingericht diende te worden op deze locatie die nèt vrij gekomen was door de nieuwbouw voor het Conservatorium en de Tekenacademie voor Schone Kunsten, langs de Kunstlaan. Het Stedelijk Museum heeft met 25 stukken een belangrijke collectie huistekens, die in vele verschillende materialen zijn uitgevoerd (steen, hout, metaal) en alle mogelijke figuren uitbeelden (dieren, taferelen, voorwerpen, heiligen). In de periode voor de Franse revolutie waren er in Hasselt intra muros ongeveer 900 huizen, die bijna allemaal bij gebrek aan een huisnummer, een naam en een herkenningsteken droegen. Het gebruik van huistekens (uithangtekens, gevelstenen, bovenlichten, beelden, geschilderde taferelen) ontstond in de Middeleeuwen als een onderscheidingsteken in de steeds verder uitbreidende bebouwing en groter wordende bevolking, die grotendeels analfabeet was en het dus van voorstellingen, eerder dan van cijfers en letters moest hebben. Later werd bij het beeld de naam van de voorstelling of van de eigenaar gevoegd al dan niet met vermelding van het (ver)bouwjaar. In Hasselt werden ze vooral geïnventariseerd door : - C. Bamps en E. Geraets en gepubliceerd onder de titel Hasselt-Jadis in het tijdschrift Bulletin de la section scientifique et littéraire de la Société des Melophiles (30e volume -1894). - Jules Melchior, in een manuscript, uitgegeven en bewerkt door Guido Caluwaerts in 1989 onder de titel

Hasselt intra muros. Toen in 1806 de huisnummers officieel werden ingevoerd geraakten deze huistekens geleidelijk aan in onbruik. Onder impuls van de Vrienden van het Stadsmuseum en met een reglement van de stad Brugge als voorbeeld, werd voor onze stad een betoelagingsysteem uitgewerkt voor het plaatsen van kunstzinnige uithang- en uitsteekborden. De gemeenteraad keurde tijdens zijn zitting van 19.01.1981 een reglement goed waarbij nieuwe uithangtekens voortaan betoelaagd werden.

Lokalisatie van het pand “ In St.Lambertus” Het huis ligt precies tegenover de plek, waar vroeger de Kleine Capucienenstraat uitmondde in de Maastrichterstraat. Nù dus tegenover de stedelijke fietsenstalling van het Twee Torenplein. Op de situatieschets uit de bijlage van het boek Hasseltse Historie van Martin Schreurs, staat het duidelijk aangegeven (zie afbeelding hiernaast). Momenteel is apotheker Luc Goossens er gevestigd (Maastrichterstraat 56). Het huis hee ft een lange g e sch ie d e n is die beschreven is vanaf 1736 toen Geertrui Strauven, weduwe van Willem Creemers het huis verkocht aan dr. Gérard Cuypers. Van deze ging het over naar Leonard Beckens, waarvan de naam in de rand van


het medaillon voorkomt. In 1801 werd Lambert Ouwerx eigenaar van het huis en hield er een winkel tot in 1853. Zijn zoon Jan, die het tot bankier bracht, liet het huis wederopbouwen in het 3de kwartaal van de 19de eeuw. In 1867 woonde er de koperslager Hendrik Driesen en na hem woonden er achtereenvolgens deurwaarder Freeke Douchar, Michiel Van Geel-Loots, boekbinder Leo Crollen, provinciebeambte en boekhandelaar Jozef Claes-Duchar, gevolgd door boekhandelaar Arthur Franck. Vanaf 1920 werd de papierhandel met een assortiment schrijfbenodigdheden verdergezet door de ongehuwde zusters Maria en Emilia Ouwerx in hun “Papéterie Moderne”, op nr. 64 van de Maastrichterstraat (zie afbeelding hieronder). Merk op dat het huis wel degelijk hetzelfde bleef, maar dat het huisnummer veranderde. In 1937 startte apotheker André Vreven er zijn zaak, die in 1974 werd overgenomen door apotheker Luc Goossens, die er momenteel nog steeds een apotheek uitbaat.

Het uithangteken legde een complexe weg af vooraleer in de museumcollectie te worden opgenomen. Die weg begon bij Jan Ouwerx en zijn voorgenomen verbouwingswerken, zo’n anderhalve eeuw geleden. Zijn zaakwaarnemer, Bernard Vandenhoudt, die trouwens ook in de Maastrichterstraat woonde, hield toezicht op de sloop- en verbouwingswerken. Bij een inspectiebezoek vond hij het medaillon en nam het mee naar huis. Bij zijn overlijden kwam het bord als erfstuk bij zijn nicht terecht, die de echtgenote was van horlogemaker Victor Dewinne aan de Hoogstraat. Dewinne gaf het ten geschenke aan schepen Paul Bellefroid (1869-1959), die het in het toenmalige stadsmuseum onderbracht.

Technische beschrijving Het uithangteken bestaat uit 3 delen: 1. de bas-reliëfbuste van St.-Lambertus; 2. de ring met inscripties in kapitalen; 3. de olijfkleurig geschilderde basisplaat, waarop bas-reliëf en ring gemonteerd zijn. Laten we deze onderdelen meer in detail bekijken. 1. Het gezicht, het kazuifel en de schoudermantel van de heilige zijn gepolychromeerd. De figuur is gesneden uit notelaar. Aan de linkerzijde onder het kazuifel bemerken we de initialen ‘Ab’. Ze staan voor André Beck(ers), die op het einde van de 18de eeuw beeldsnijder-schrijnwerker was in Hasselt, en o.m. de kast van het orgel en het doksaal van de kathedraal beeldhouwde. De figuur is bekroond met een mijter. St.-Lambertus was immers de laatste bisschop van het bisdom Maastricht-Tongeren. Hij is getooid met het zogenaamde pallium rationale, een schouderkleed dat een liturgisch ereteken was, dat sinds de 10de eeuw gedragen wordt door enkele geprivilegieerde Duitse en Franse bisschoppen en door de paus. In vorm gelijkend op het pallium of op het ephod, een joods schouderkleed dat bij speciale gelegenheden gedragen werd door de hogepriesters. In onze tijd is dit voorrecht voorbehouden aan de bisschopszetels van Eichstàtt, Paderbom, Krakau en Toul-Nancy. Het pallium is een ringvormige witte wollen band versierd met zwarte kruisjes. De gebruikte wol is afkomstig van 2


lammeren, die op het feest van de heilige Agnes (21 januari) in de basiliek van deze heilige in Rome worden gezegend. 2. De inscriptiering van 5 cm x 5 cm (8,5 cm mèt decoratie) bestaat uit 2 halve ringen die met gesmeden latjes en gesmeden nagels verbonden zijn. De ring is gesneden uit eikenhout en is versierd met een Louis XV aandoende parel- en laurierdecoratie. We mogen gerust aannemen dat het medaillon in 1801 voor Leonardus Beckens de toenmalige eigenaar van het huis werd vervaardigd. Zijn naam is bovenaan uitgesneden. Beneden zijn de huisnaam en het jaartal van aanbrenging uitgesneden. 3. De basisplaat bestaat uit 3 notelaarplanken van 2 cm dikte en heeft een diameter van 63 cm.

Het leven van St.-Lambertus (Lambrecht,Lambert, Lamberto,Lan(d)(t)bertus, Land(i)(e)bertus) Zijn juist geboortejaar is in de nevelen der tijd vervaagd, zoals wel meer oude geschiedenis met een mytisch waas is omhuld. Het wordt gesitueerd in het tweede kwartaal van de 7de eeuw, tussen 625 en 650 dus. Over zijn geboorteplaats Maastricht bestaat geen twijfel. Hij stamde uit een christelijke adellijke familie, die behoorde tot de hofhouding van de Merovingische koning Childeric II. Zijn vader graaf Aper vertrouwde zijn opleiding toe aan de Maastrichtse bisschop Theodorus (Theodardus). Volgens de legende zou Lambertus een deel van zijn opleiding in de kloostergemeenschap van Landoaldus in Wintershoven hebben genoten, waar zich trouwens een genezende St.-Lambertusbron bevindt. Rond 668 werd St.-Theodorus vermoord. Het waren onzekere, onveilige tijden op het einde van de Merovingische tijd. Neustrië (noord-west Frankrijk ca. tussen de Somme , de Loire en de Maas) en Austrasië (Vlaanderen, Brabant, Luik, Rijnland, Gelderland) leefden op voet van oorlog met voortdurend gewapende conflicten. Bovendien heerste er grote rivaliteit tussen de verschillende machtscentra in die gebieden zelf: koning versus hofmeier, staat versus kerk. Lambertus, goed opgeleid en populair (o.a. door zijn mirakels in Wintershoven en door zijn geslaagde expeditie naar het land van Spire, teneinde de stoffelijke resten van Theodorus te recupereren), werd in 669 aangesteld tot bisschop van Maastricht-Tongeren door zijn beschermheer Childeric II. Deze koning werd in 673 neergestoken door zijn hofmeier Elroïn, die meteen het hele apparaat zuiverde, d.w.z. dat alle vrienden van de vorige machthebber werden vervolgd, vermoord of verbannen. Bisschop Lambertus werd verbannen naar Stavelot. Toen Elroïn in 680 stierf werd hij opgevolgd door Pepijn van Herstal, die de ban ophief, waardoor Lambertus zijn functie in Maastricht terug kon opnemen. Omstreeks 706 (later kan niet, omdat er een geschreven document bestaat met die datum van de H. Hubertus, die St.Lambertus opvolgde als bisschop van Luik) werd Lambertus in Luik verm oord; met een lans doorboord (zie afbeelding hiernaast). Voor de moord zijn allerhande motieven opgegeven. Zo zou hij, het beroven van de kerken beu geworden, christelijke milities hebben opgericht, die zich flink teweer stelden, waarbij sommige overvallers sneuvelden. Adellijke overvallers, gelieerd aan het hof, dan nog wel. Als wraak zou hij dan uit de weg zijn geruimd. Een ander verhaal vertelt van een banket waar hij Pepijn van Herstal publiekelijk de les zou hebben gespeld over diens huwelijksontrouw. Dit zou dan weer aanleiding zijn geweest voor de moord. Een derde motief was een familiediscussie over eigendommen. Vast staat dat overlevende discipelen zijn stoffelijk overschot naar Maastricht brachten, waar het in St.-Pieter buiten de stadsmuren werd begraven. Zijn volgelingen begonnen met de bouw van een kapel en verering op de plaats van zijn dood. Deze werd reeds in 714 tot de status van basiliek verheven. Mirakels gebeurden. Pelgrims kwamen in grote getale. Luik groeide en kreeg de rang van hoofdstad, nadat St.-Hubertus de relieken van St.-Lambertus van Maastricht naar Luik liet overbrengen op


17.09.720; datum waarop tevens de bisschoppelijke zetel van Maastricht naar Luik werd overgeheveld. Een deel van de relieken wordt bewaard in een zilveren buste, kunstwerk uit de tijd van Erard de la Marck. Andere plaatsen, o.m. Rome, Freiburg, Baden en Berbourg in het groothertogdom Luxemburg betwisten elkaar het bezit van het hoofd van de heilige. In de iconografie wordt Lambertus sedert de 12de eeuw voorgesteld met bisschopsstaf en boek (zie afbeelding hiernaast). Vaak draagt hij een pijl of lans in de hand, hiermee verwijzend naar zijn moord. Of hij draagt een palmtak: het christelijk symbool voor het martelaarschap. Vrijwel steeds draagt hij als schouderbedekking het rationale. Zijn naambetekenis is “de in het hele land schitterende”. Hij wordt herdacht als geloofsverkondiger omwille van de evangelisatie van de Kempen. St.-Lambertus wordt aangeroepen voor een goed huwelijk en hij is de patroon van de toekomstige moeders. Door een naamassociatie wordt hij eveneens aangeroepen tegen verLAMmingen (LAMbertus), en de landbouwers vinden bij hem steun tegen de mond- en klauwzeer bij hun hoefdieren. Een populaire heilige drukte eveneens zijn stempel op de weersvoorspelling, vandaar enkele weerspreuken : - Is het met St-Lambert zonneschijn, droog zal het voorjaar zijn. - St.-Lambeerts feest, brengt de kaart (of spinnewiel) bij de heerd. - St.-Lambertus, de appelenschudder. - Met Lambertus moeten de havervelden kaal zijn en m oetje rogge zaaien. Met St.-Lambertus begonnen de dagen weer korter te worden en dat onderstreepte men vroeger door de lampen te versieren en door fakkeltochten te houden.

Sporen van St.-Lambertus in Hasselt - Startdatum van Hasselt kermis. Hasselt lag (ligt) in het bisdom Tongeren-Maastricht, het latere bisdom Luik en sinds 1967, bisdom Hasselt. Om de verbondenheid van de plaatselijke kerkgemeenschap met de bisschoppelijke overheid vorm te geven, werd de parochiekerk meermaals aan de patroonheilige van het bisdom opgedragen. In Limburg werden zo in de loop van de kerstening 20 parochiekerken aan St.-Lambertus toegewijd. In Hasselt koos men voor een alternatief en werd het jaarlijks kerkfeest (kermis) aan St.-Lambertus opgedragen. Dit betekent dat Hasselt kermis begint op de eerste zondag nà 17 september. En valt de 17de op een zondag, dan mag St.-Lambertus meevieren, d.w.z. dat in voorkomend geval de kermis start op de 17de. - In de kathedraal komen we St.-Lambertus vijfmaal tegen. Er is zijn stenen beeld boven de zij-ingang aan de Fruitmarkt (zie afbeelding hiernaast), en verder vinden we in de kerk St.-Lambertus terug in een gepolychromeerd houten beeld (dat ook op een gebedsprentje is afgedrukt) en dat zich bevindt in de eerste kapel links als men de ingang aan SodermansOtten neemt (zie afbeelding blz. 6 bovenaan links). In het koor schilderde Godfried Guffens 21 heiligen die voor onze gewesten belangrijk waren. St.-Lambertus figureert hier links boven op de 5de plaats tussen St.-Servatius en St.-Hubertus.


Hier is hij afgebeeld met een palmtak, het symbool voor de martelaren. Verder illustreert het tafereel rechts onder in het hoofdaltaar-bas-reliĂŤf de moord en marteldood van de heilige (zie afbeelding hierboven rechts). Tenslotte bevindt zich in de Brigittakapel gelegen in de kooromgang aan de rechterzijde een glasraam van St.Lambertus waarbij in de omranding symbolen verwijzen naar belangrijke momenten uit zijn leven (zie afbeelding

hieronder).


- Aan weerszijden van het tabernakel in de O.-L.-Vrouwebasiliek bevinden zich witte marmeren nissen met daarin vergulde houten beelden van 67 cm hoog. Aan de linkerzijde werd een beeldje van de heilige Lambertus geplaatst (zie afbeelding hiernaast). - De huidige St.-Lambertuskerk\n de deelgemeente St.-LambrechtsHerk is niet het oorspronkelijke bedehuis van de gemeente. De eerste kerk, die reeds in de 17de eeuw in slechte staat verkeerde, werd omstreeks 1790 afgebroken en vervangen door een ruimer gebouw in 1791. Ook dit kerkje werd te klein en bouwvallig en viel in 1892 onder de slopershamer. In 1892-1894 werd dan op dezelfde plaats de huidige neogotische kerk gebouwd. We vinden St.-Lambertus viermaal in deze kerk terug. Eerst in een fronton, boven het westportaal (hoofdingang), met een voorstelling van de heilige en met het votiefopschrift : *H. * Lambertus * Martelaar * Versterk * Ons * Geloof * (zie afbeelding hieronder). In de voet van de hardstenen altaartafel zijn in koper 5 heiligen afgebeeld. De meest linkse is de H. Lambertus. Verder is er een gepolychromeerd beeld van ca. 1900 geplaatst op een console bevestigd aan de eerste pilaar rechts in het koor. Tenslotte staat hij afgebeeld in een van de 5 glasramen die het koor versieren. Hier draagt hij wel een kerkgebouw in zijn handen, waardoor hij als bouwer van kerken wordt herdacht.


- De St.-Lambertuskerken-parochie vanKiewit. Op 18.08.1927deelde minister van Binnenlandse Zaken en Volksgezondheid Vauthier het stadsbestuur van Hasselt en het provinciaal bestuur van Limburg mee dat een hulpkerk onder de aanroeping van den H. Lambertus was opgericht in Kiewit. Hoog in de voorgevel langs de Kempische steenweg staat zijn beeld (zie afbeelding hieronder).

- Op 29.09.1955 werd in Kiewit een plaatselijke Chiroafdeling opgericht onder de naam St.-Lambertus. Een naam die inmiddels in onbruik geraakte. - Met het Sint-Lambertusdrèpke (zie afbeelding op blz. 9) sluit zich de cirkel van het verhaal. We zijn terug bij het medaillon, het uithangteken van “In St.-Lambertus” dat nu door het Nationaal Jenevermuseum gebruikt wordt als etiket op zijn kruidendrank. Tot eind vorige eeuw was het een familiegewoonte om op 17 september een eigen kruidenmengsel aan de bieden. Met zijn kruidensamenstelling behoort de drank tot de beroemde reeks der Kempische elixirs. Hij heeft als basis bijvoet, dat hier dikwijls met alsem als volksnaam wordt aangeduid, naast koriander, hysope, gentiaan, munt, melisse, anijs, venkel... en met zwarte bes als zoetmaker. Na drie weken trekken in jenever beschouwde men de infusie op St.-Lambertusdag als klaar voor de komende feestdagen. - Er is eveneens een ‘Lambertus van Hasselt’. In het begin van de 16de eeuw werd in de Limburgse hoofdplaats een jongen geboren, die al op jonge leeftijd bij de minderbroeders intrad. Op latere leeftijd kreeg hij het erg moeilijk met allerlei doorgevoerde kerkelijke hervormingen. Zijn verzet hiertegen deed hem in de kerker in St.Truiden belanden waar hij in 1593 stierf van ontbering. Hij werd tot “Dienaar Gods” of “eerbiedwaardig” verklaard (de 1estap naarde heiligverklaring). Hij wordt herdacht op 16februari. *

*

*


'

f f fn



Geraadpleegde literatuur en bronnen R. CHRISTIAENS e.a., Sint-Quintinuskathedraal, Hasselt, 2003,16 blz. M. SCHREURS, Hasseltse Historie, eigen uitgave, 1985,133 blz. G. CALUWAERTS, Hasselt intra muros. Hasselt binnen de oude wallen. Historiek van straten, pleinen, gebouwen en huizen zoals opgetekend door Jan Juliaan Melchior (1848-1920), Deurne-Hasselt, 1989,368 blz. L. VANDERSMISSEN, Hasseltse Uithangborden en Huisbenamingen, overdruk uit “Het Oude Land van Loon”, Hasselt, 1960, blz. 153-216. J. ROMBOUTS,Gevelsteen “Den SoetenNaeme Jezus, 1664', (Kunst in de Kijker, 24), Hasselt, 1993,12blz. R VAN DER MEER o.p., e.a. Katholieke Encyclopedie, dl. 20, Antwerpen, 1954.

De Sint-Kwintenskathedraal te Hasselt, Vlaamse Toeristische Bibliotheek nr. 194,1975,18 blz. G. VERBEEK e.a., Kiewit, van heidegebied tot bloeiende leefgemeenschap, Hasselt, 1985,224 blz. G. TRUYERS en R. RUTTEN, Dagkalender van Alle Heiligen, Deurne, 2001,384 blz. J. STIENNON en C. MAHAUX, Luik, (Steden van België), 1981,129 blz. F. GOOLE e.a., Hasseltse uithangborden en gevelstenen, Hasselt, 1979,75 blz. A. CLAES, Vroomheid in porselein van Andenne, Heusden, 1996, 275 blz. M. BUSSELS, Drie oude kerken van Hasselt, Hasselt, 1975,108 blz. J. ARRAS e.a., OOg in OOg. Hasseltse familieportretten en-objecten uit de 17de en 18de eeuw, Hasselt, 2003, 360 blz.

Biographie nationale, dl. 11, Brussel, 1890-1891, blz. 143-148. I. VAN EYCK, Van Allerheiligen tot Sint Juttemis, Utrecht-Antwerpen, 1993,110 blz. C. CEULEMANS en B. GEUKENS, Fotorepertorium van het meubilair van de Belgische Bedehuizen, Provincie Limburg, Kanton Hasselt, Brussel, 1977. J. COLLEN, Hetdrèpke van Sinte Lambeert, in De Nieuwe Hasselaar, nr. 5,1981. E. HOUTMAN, De kerk van St.-Lambrechts - Herk, in De Nieuwe Hasselaar, nr. 8,1979. H. HECHTERMANS e.a., De Hasseltse Virga Jesse en haar kerk, Hasselt, 1981, ongenummerde blz. Bevolkingsregisters en register van Volkstelling (1814), Stadsarchief Hasselt.


foto’s:

Stedelijke Fotodienst

copyright:

Stedelijk Museum Stellingwerff-Waerdenhof Maastrichterstraat 85, B-3500 HASSELT tel. 011-24 10 70 fax 011-26 23 98 e-m ail: stelling w erffw aerd en h of® hasselt.be

In dezelfde reeks verschenen: 1991:

1. Olieverfportret M.-H. van Beieren, 2de h. 17e E.; 2. Catharinapaneel oude handboogkamer, e. 17e - b. 18e E.; 3. Lusterglazuurvaas keramiekfabriek, tss. 1895

en 1914; 4. Blazoen rederijkerskamer ‘De Roode Roos', D. Van Vlierden, ca. 1700; 5. Olieverfschilderij ‘ Week-end, L. Pringels, 1950; 6. Zilveren rellekostensorium, F. Jans Burduin Gent & I.F. Frederici Hasselt, 1703; 7. Kiedmgsstei Virga-Jessebeeld, 1689 - 1863 - 1901; 8. Olieverfschilderij ‘De Grote M arkt, J.N. Grauls, 1863; 9. Rijksdaalder G. van Groesbeeck, Hasselt, 1568; 10. Kaartlandschap ‘Paalstenen’ tss. Hasselt en Zonhoven, 1661 en 1666?

1992:

11. Schilderij ‘De Grote Man', F. Minnaert, 1983; 12. Mirakelprent O.-L.-V. Virga Jesse, R. Van Orley. wsch. 1689; 13. Zilveren wierookvat, J. Vinckenbosch, Hasselt,

19e E.; 14. Kaart ‘Midden-en Zuid-Limburcf, L. Capitaine, 1795; 15. Lederen Hasseltse brandblusemmer (1782) en vuurbaak; 16. Zilveren reliekhouder H. Barbara, ca. 1702; 17. Portret ‘abt Eucherius Knaepert, P.J. Verhaghen, 1792; 18. Studiocamera 18/24, ca. 1920; 19. Olieverfschilderij “Het bos”, Djef Anten (1851-1913); 20. Juweel, zgn. “reukapper- Virga-Jessebeeld, e. 16e - b. 17e E.; 21. Schilderij ‘ O .-L-Vrouw met Kind, Antwerpse paneelmerken, 1ste h. 17e E.

1993: 22.

Liturgische gewaden St.-Vedastus Hoepertingen, 1ste h. 16e E.; 23. Mirakelprent H. Sacrament Herkenrode, Hasselt, P.F.Milis, 1854; 24. Gevelsteen “Den Soeten

Naeme Jezuë\ 1664 (Hasselt); 25. Set van 4 vazen, Piet(er) Stockmans (°1940); 26. Portret “Ulysse Claes (1792-1880)", G. Guffens (1823-1901); 27. Sacraments-ostensorium o f “monstrans van Herkenrode/", Parijs, 1286; 28. Schilderij “S trandtafereef, 1930, Jos.Damien (1879-1973); 29. “ G ezicht op Hasselt naar Remacle Le Loup’ , 18e E., kopergravure; 30. Beeld ‘ Heilige Cecilia’ , 1530-1540; 31. Barokke zonnemonstrans, N. Sigers & S. Vander Locht, Hasselt, 1669.

1994: 32.

Biechtstoel, Brabants atelier, 1664; 33. Uurwerken v.d. Hasseltse uurwerkmaker Leonard Joosten (1762-1849); 36. Gouache ‘De Meukes', ca. 1890, Paul Marie

Bamps (1862-1932); 37. Kroningsprent O.-L.-V. Virga Jesse, Parijs, Lith.Fabre, 1867; 38. Het Hasseletum en de Historia Lossensis, 2 historische werken v. Joannes Mantelius (1599-1676); 39. Litho ‘ Heusden 2", uit reeks (5) Heusden, Herman Gordijn, 1992; 40. Ontwerp voor *Overhandiging..." muurschildering Beurs Antwerpen, olie op doek, G. Guffens (1823-1901); 41. Aquarel ‘ Strijdtoneel uit de Tiendaagse Veldtocht, Kermt, 7 augustus 1831", A. von Geusau, 1835.

1995: 42. Gevelplaat ‘ Veloce-Club hasseltois

‘Utile * D uid' - 2 m ai 1 8 9 2 43. Olieverfportret “Amoldus van Melbeeck op sterfbed", 17e E.; 44. Acryls van Ray Remans, 1989;

45. Pronkbeker J.-J.Thonissen, deels verguld zilver, P.Bruckmann & Söhne, Heilbronn, 1888; 46. Begijnenschotel, 1623, zilver, meesterteken: 3 zespuntige sterren in schild; 47. Vaste kunstwerken Herman Blondeel, Hugo Duchateau, Piet Stockmans in Museum Stellingwerff-Waerdenhof; 48. Schilderij “Ijz e l en m ist, Djef Anten (1851-1913); 49. Aquarellen “Hasseltse watermolens, 1893/94", Paul Marie Bamps (1862-1932); 50. Foto “Jongeman met badmutsf, gomdruk, 1/10, Jean Janssis; 51. Zilveren reliekhouder H.Hubertus, (1741-1742), Lambertus Hannosset, Antwerpen.

1996:

52. Olieverfschilderij “Zegening van de Boerenkrijgers op de Grote M arkt, 1899, Djef Swennen (1871-1905); 53. Olieverfportret “N.G. Vaesen (1768-1864)“ , 1819,

M.G. Tieleman; 54. Vaandel “Kunstkring Alexis Pierioz Hasselt 192(7, Hasselt, 55. Groepsportret “Leden v.d. Virga-Jessebroederschap b ij haar b eelrf, 1709, olie op paneel; 56. Beiaardklavier, ca. 1752, Hasselt (?) [bewaard in het Stedelijk Beiaardmuseum Hasselt]; 57. De Hasseltse reus De Langeman, Meichior Tieleman, 1810; 58. 2 reflectoren; zilverbeslag op houten kern, Arnold Frederici, 1714; 59. De gouden kronen v.d. Virga Jesse, Auguste Levesque, 1867; 61. Schilderij “Blauw Tafereet, Pierre Cox (1915-1974).

1997: 62.

Portret “Guillaume Claek, Judith Crollen (1898-1982) naar werk van M.G. Tieleman, 1957; 63. “Kaart prinsbisdom Luik', 17e E., Henricus Hondius (1597-1651);

64. Lithografie “Oude halte Luikersteenwecf, 1860, Charles Joseph Hoolans (Antwerpen, 1814); 65. Triptiek “Drieluik, 1989, Paule Nolens (°1924); 66. Soberheid, eenvoud en liefde, vier geometrische abstracte werken van Vincent Van Den Meersch (1912-1996); 67. Schild v.h. weversambacht, e. 17e - b. 18e E., Daniël van Vlierden (1651-1716); 68. Borstbeelden 10 Hasseltse burgemeesters, 1906, Emile Cantillon (1859-1917); 69. “ Portret van mijn dochter Madeleine' & 'Portret van mijn zoon José", Jos. Damien (18791973); 70. Beeld ‘Homo Sedens', Hub Baerten (°1945); 71. Beeld “O .-L-Vrouw met Kind", 1530-1540, Meester van Oostham.

1 9 9 8 : 72. ‘ Panorama van Hasselt, Steven Wilsens (°1937); 73. Portret “ Télémaque Claes (1831-1913)", Tony Alain Hermant (1880-1939); 74. De Loonse muntslag in het ■ kader v.d. monetaire internationalisering tijdens de middeleeuwen; 75. Speculaasplanken & ‘ Hasseltse speculaas/"; 76. Wandtapijt "Euskadi: balladen en legenderf, 1985, I Simone Reynders (°1924); 77. Schilderij “Herfst - kasteel HenegauW, 1946, Paul Hermans (1898-1972); 78. Prehistorische polijststeen, Sint-Quintinuskathedraal Hasselt; 79. 9 Sierlijst “Oorlogsgesneuvelden Hasselt 1914-1918", s.d., Hasselt, Auguste Blanckart (1878-1952), Sylvain Brauns (1890-1947), Joseph Antoon Jossa (1884-?); 80. Schilderij 9 “Veldslag in een korenveld, 1864, Jules Van Imschoot (1821-1884).

1999: 81.

Litho’s ‘Hasselt gezien tussen 1960-1979”, Jac. Leduc (°1921); 82. Het huis Stellingwerff (19e E)-Waerdenhof (17e E.); 83. Apparaten ontwikkeld en geproduceerd

in de Philipsfabriek in Hasselt; 84. Hendrik van Veldeke, het genie van de hoofse literatuur (ca. 1140-ca.1200); 85. “Céramiques Décoratives de Hasselt’ [1895-1954]: overzicht van de ronde reclame- en sierschotels van de voormalige keramiekfabriek in Hasselt; 87. Portret “ Guillaume Stellingwerff (1841-1923)'; 88. Register “Cofejm ank, handschrift, 1611; 89. Standaard voor de “Maatschappij Minenrst, 1871, W ; Geefs (?) & G. Guffens.

9

9

2 0 0 0 : 90. Schilderij “Portret van Dr. L Willems’ (1822-1907), 1878, Godfried Guffens (1823-1901); 91. Maquette “tweedekker Farman Type ///*, 1985; 92. Zespuntige “S te f van de Roode Roos. 1627; 93. Litho “ Gezicht op de Leopoldplaatk, ca. 1860, C. J. Hoolans; 94. “Analemmatische zonnewijzef in de museumtuin, 2000; 95. Portret “Ridder Guillaume de Corswarem (1799-1884)*; 96. Pastel ‘ Portret van mevrouw Leynen (1842-1920J, 1919, G.J. Wallaert (1889-1954); 97. Keramieken sierschotel “ Irisserf, ca. 1896-1905. 98. Banier “Société Royale de Musique e t de Rhótoriqud, 1858.

2 0 0 1 : 99. Hasselts zilver: aanwinsten 1996-2000; 100. Schilderij ‘Stadspanorama van Hasselt

r, 1915, Jos. Damien (1879-1973); 101. Uithangteken

Tabakskarot) 102.

Karikatuurtekeningen “10 Hasseltse figuren’, Stef Vanstiphout (1931-1995). 103. Sporttrofeeën ITLinieregim ent: ‘Coupe du Roi Albert0 & “Coupe Prince Léopold" (2); 104. Affiche ‘ Ville de Hasselt, 1882, programme des fêtes qui auront lieu à l ’occasion de la kermesse...’ , 1882; 105. Staande klok met uurwerk, 1761, Joannes Augustinus (ca. 1735-1790), Hasselt; 106. Schilderij “Overhandiging van het vrijheidscharter door Graaf Arnold IV van Loon aan de stad Hasselt, 1846, Godfried Guffens (1823-1901); 107. Affiche “KEMPO - bronnen en limonaden’ . Druk. E. Roose, Hasselt.

2002:

108. Zes wandkleden over “Het Sacrament van Mirakel van Herkenrode’ , 1917, Jos. Damien (1879-1973); 109. Portretten van de vier abdissen van Herkenrode:

I 1 n

“ I Twee

eeuwen, twee werelderf ; 110. Restauratieverslag “Rederijkerskraag De Roode R o ok; 111. Keramische vaas ‘ Ros Beiaard en de Vier Heemskindererf, Simonne Reynders(1924- I ); 112. Keramische vaas in lusterglazuur, Céramiques Décoratives de Hasselt (1895-1954); 113. Ontwerptekening tegelpaneel ‘Tuin met vrouw1 , 114. Jaarkalender Ceysens- I Roose, 1912; 115. Affiche ‘Landbouwdagen 1900’; 116. Schilderij ‘Vlaggen’, Jac. Leduc (°1921);

2003:

117. Sculptuur ‘Icams’, Robert Vandereycken (°1933); 118. Het Hasselts muzikaal verleden van 1910-1960; 2 luxepartituren, Albert Lefebvre (1886-1953); 119. Affiche I

“LangemansbieT, P. Bamps (1862-1932), M. Ceysens (1833-1927) en F. Roose (1843-1913); 120. Vloertegels van de Heikenrodeabdij, 2 tegelpanelen en majolicategels; 121. 9 kopergravure ‘Exlibris familie WeytenS’; 122. Schilderij ‘ Gordon-Bennef, 1924, Paul Hermans (1898-1972); 123. Henri Van Straten (1892-?), lino’s en litho’s; 124. Schilderijen 9 ‘Geboortehuis/ & ‘Gezicht op Romboutstoren van Mechelert, Guillaume Ballewijns (1875-1944).


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.