KIK 126. Koningszilver van de Hasseltse Boogschutters, ca. 1900

Page 1

DE KRAAG VAN DE HASSELTSE BOOGSCHUTTERS

gedateerd 1900-1911 zilver, fluwelen band h. 52,2 xb. 37,5 cm perm. bruikleen K.M. van Muziek en Rhetorica De Roode Roos Hasselt inv. nr. 1991.0036.00



Dit museumstuk, geregistreerd als ‘Koningszilver van de Hasseltse boogschutters’, kwam in 1991 via een bruikleen van de Koninklijke Maatschappij van Muziek en Rhetorica De Roode Roos in de collectie van het Stedelijk Museum Stellingwerff-Waerdenhof terecht. De leden van De Roode Roos zelf weten echter niet hoe dit stuk ooit tot hun patrimonium is gaan behoren, waar het vandaan kwam, wie er schuilgaat achter de namen die vermeld staan op de 12 zilveren plaatjes. Behoorlijk wat vraagtekens dus.

Schutterijen en schuttersgilden In de Middeleeuwen was het economisch leven in de stad sterk gestructureerd en gereglementeerd. Om een beroep uit te kunnen oefenen, diende men lid te worden van een van de gilden of ambachten, de toenmalige beroepsverenigingen van onder andere de bakkers, de wevers, de kramers, de beenhouwers of smeden. Doorgaans werden deze gilden en ambachten door het plaatselijk bestuur gesommeerd om weerbare mannen te leveren voor de verdediging van de stad. Op dat moment zelf al bleek dat voor een goede verdediging doorgedreven training en een uitmuntende wapenkennis vereist waren. Daarom werden vanaf de 14de eeuw de weerbare mannen in een eigen gilde of ambacht georganiseerd, waarbij dat gilde genoemd werd naar het gehanteerde wapen. Zo had men handboog-, voetboog- of kruisbooggilden, en vanaf het einde van de 15de eeuw eveneens kolveniers- of busgilden. Deze nieuwe gilden zorgden voor militaire verdediging, maar sprongen ook in voor hulpverlening bij brand, bij overstromingen of voor ordehandhaving bij onlusten. De schuttersgilden ontwikkelden zich zoals alle andere stedelijke gilden. Ze hadden een eigen bestuur, een eigen gildevlag, en niet zelden een eigen kapel of altaar in de plaatselijke kerk, gewijd aan hun patroonheilige. De H. Sebastiaan, de christelijke martelaar die steeds met pijlen doorzeefd wordt voorgesteld, was een populaire heilige bij de handboogschutters, terwijl heel wat kruisboogschutters de H. Joris als patroonheilige verkozen. Op de naamdag van hun heilige organiseerden de schuttersgilden speciale festiviteiten, en waren steevast prominent aanwezig bij kermissen, volksfeesten, processies en stoeten die rondgingen in de stad. De schuttersgilden kenden - net zoals de meeste andere gilden en ambachten - in de loop van de 18deeeuw een terugval, om - na de afschaffing van het ancien régime en van het voor de economie soms als een keurslijf ervaren strakke gildensysteem - helemaal te verdwijnen. In de 19deeeuw werd de burgerwacht opgericht, en sommigen zien daarin een verderzetting van de schuttersgilden. De schuttersverenigingen die in de 19de en 20ste eeuw werden opgericht, verschilden qua opzet sterk van de schutterijen uit de voorgaande eeuwen. In de afgelopen 200 jaar evolueerde de activiteiten naar louter sportbeoefening en soms zelfs naar pure folklore.

Het koningsvogelschieten en de schuttersbreuk Eenmaal per jaar - in de zomer, vaak op tweede pinksterdag - werd een koningsschieting georganiseerd. In het (Nederlands-)Limburgs Schutterstijdschrift van juni 1995 wordt zo’n evenement beschreven. Mits een aantal regionale of lokale verschillen is het best mogelijk dat het er in het graafschap Loon, in het prinsbisdom Luik of in Belgisch-Limburg op die manier aan toeging.


Bij de koningsschieting dienden alle leden van het gilde presentte zijn. Op afwezigheid stond een geldboete en men kon zelfs verplicht worden bij niet-betaling tot het maken van een bedevaart. Die dag woonde iedereen de vroegmis bij, waarna men ging schieten. Als doel gebruikte men een ‘papagaay’, een ‘peerse’ of een houten imitatievogel. Die ‘papagaay’ werd oorspronkelijk aan een stok bevestigd en uitgehangen aan een dakkapel van een torenspits of vastgemaakt aan een molenwiek. Ongelukken en soms aanzienlijke schade zorgden ervoor dat al snel het schieten op de liggende of staande ‘wip’ werd geïntroduceerd. Wie de hoofdvogel afschoot had gewonnen (vandaar de uitdrukking). Als een winnaar bekend was, trok het hele gezelschap naar het lokaal van het schuttersgilde. Daar moest de winnaar ‘kousevoetend’ (dus zonder schoeisel) de drempel van het lokaal overstappen en over de gildevlag lopen, als teken van respect. Weigerde hij dit ritueel uit te voeren, kon hij niet tot ‘koning’ worden gekroond en moest de koningsschieting opnieuw worden gehouden om een nieuwe winnaar aan te duiden. De ‘koning’ kreeg bij zijn kroning een rijk versierde kraag of breuk overhandigd. Het was de bedoeling dat hij die breuk zou dragen tijdens alle officiële activiteiten en plechtigheden waaraan het gilde in het daaropvolgende jaar zou deelnemen. Een voordeel van het koningsschap was dat de koning - en diens echtgenote die de titel ‘koningin’ mocht voeren - niets hoefde te betalen voor deelname aan de banketten en eetfestijnen die door het schuttersgilde werden georganiseerd. Daartegenover stond wel - aldus de beschrijving in het Limburg S chutterstijdschrift- dat de ‘koning’ verplicht was om uiterlijk binnen de tijd van een jaar de schutterij een koningsschild te schenken. Zo’n schild moest van zilver zijn en moest minstens 100 gram wegen. De meeste schuttersbreuken waren dan ook linten of kettingen, waarop of waaraan verschillende kleine zilveren plaatjes konden worden bevestigd, zoals bij dit Hasseltse exemplaar.

De Hasseltse schuttersbreuk De Hasseltse schuttersbreuk lijkt dus een typische breuk. De gekroonde zilveren vogel - de ‘koningsvogel’ - verwijst zonder enige twijfel naar de hoofdvogel die werd afgeschoten om het dragen van de breuk te verdienen. De medaille die aan de vogel is bevestigd - daterend uit 1713 en afkomstig van de Koninklijke Maatschappij van Muziek en Rhetorica De Roode Roos - is een latere toevoeging en heeft niets met de eigenlijke breuk te maken. De zilveren plaatjes of koningsschildjes, 12 in totaal met het oudste onderaan rechts en zigzaggend oplopend tot het jongste bovenaan links, maken melding van de ‘koningen’ van de Hasseltse boogschutters van 1900 tot en met 1911. Van deze schuttersvereniging is niets bekend. Het feit dat op het oudste plaatje « 1e/KONING/ L.NYS/1900 » staat vermeld, doet wel vermoeden dat de vereniging pas in 1900 werd opgericht. De enige manier om iets te meer te weten te komen, is pogen de op de plaatjes vermelde personen te identificeren aan de hand van de Hasseltse bevolkingsregisters. In sommige gevallen lukt dat, in andere gevallen blijft de onzekerheid bestaan, omdat er verschillende personen dezelfde initialen hebben en leeftijd geen uitsluitsel kan geven. De eerste ‘koning’ - in 1900 - ging schuil achter de vermelding L. NYS. Meteen is een eenduidige identificatie uitgesloten. Er zijn immers drie personen die in aanmerking komen,


met name de rentenier en eigenaar Maria-Hendrik-Willem-Leo (“ Hasselt, 25 juli 1859), de werkman Hubert-Lodewijk (“ Hasselt, 30 juli 1848) en Maria-Lambert-Michel-Gustaaf Nys (“ Hasselt, 10 november 1860), rechter bij de rechtbank van Eerste Aanleg. Van deze drie personen is de laatste, de rechter, de meest waarschijnlijke. Uit het overzicht van de 12 plaatjes blijkt immers dat de ‘koning” doorgaans een figuur was met enig aanzien in de stad. Wellicht had de schuttersvereniging in meer of mindere mate toch een elitair karakter. In die zin past de werkman Hubert-Lodewijk Nys niet helemaal in het plaatje. En de rentenier MariaHendrik-Willem-Leo had als initiaal waarschijnlijk eerder ‘H’, ‘W’ of ‘G’ (van ‘Guillaume’) gebruikt dan ‘L’. Waarschijnlijk slaagde Lambert Nys er in 1911 opnieuw in de hoofdvogel af te schieten, want het jongste zilveren plaatje vermeldt eveneens ‘L. NYS’. De tweede ‘koning’ - in 1901 - valt iets gemakkelijker te identificeren. ‘Q BYLOOS’ is Guillaume Byloos, een edelsmid en herbergier die in het begin van de 20ste eeuw in de Diesterstraat een huis betrok samen met zijn echtgenote, zijn zoon, diens echtgenote en hun kind, zijn schoonzuster en zijn neef. Dat Guillaume Byloos connecties had met de schuttersvereniging kan trouwens ook op een andere manier worden aangetoond. De zilveren koningsvogel die onderaan de breuk hangt, is onder de vleugel gesigneerd door Byloos. Het is aannemelijk dat de schutterij voor de vervaardiging van hun breuk bij een van hun leden is gaan aankloppen. De derde ‘koning’ - in 1902 - is Frederik-Willem-Hendrik Grünewald. Deze Duitser hield samen met zijn echtgenote Helena Meyer op de Hasseltse Grote Markt het Café de la Bourse open in het vroegere huis De Zon. Frederik Grünewald stierf op 9 november 1905, waarna zijn broer Karl de zaak verderzette, maar eindigde met een faillissement. De vierde ‘koning’ - in 1903 - was de in 1875 in Leupegem geboren Hector Tiete, een ingenieur bij de Dienst Bruggen en Wegen, die op de Luikersteenweg woonde, in Villa Vandenbosch. Op 26 juni 1909 huwde hij met Maria-Paulina-Victoria en in januari 1912 vestigde het jonge koppel zich in leper. De vijfde ‘koning’ - in 1904 - was de uit Bergen afkomstige Armand Ungricht. Hij was de schoonzoon van Lodewijk Jageneau en Alphonsina Bamps, die in de Demerstraat, in het hoekhuis met de Lombaardstraat, een wijnhandel hadden. Armand Ungricht werkte mee in de zaak. Wellicht een toeval: het pand waarin de wijnhandel gevestigd was, was in feite de uitgang van de vroegere Hantboge Cameraan de Lombaardstraat. De leden van die kamer gebruikten de lange, smalle strook tussen de huizen als schietbaan. Pas in de 16de eeuw werd het perceel bebouwd. Bij de zesde ‘koning’ - in 1905 - zijn er opnieuw verschillende mogelijkheden. In de Isabellastraat woonde Jan-Maria-Lambert-Leo Ory (“Hasselt, 2 juni 1866), een verhuurder van rijtuigen, en Jan-Jacob-August Ory (“Tongeren, 25 juli 1847), een vrachtvoerder, woonde in de Beerenstraat. Het lijkt meer aannemelijk dat - en hier spelen we opnieuw het argument van de sociale status - dat het de verhuurder van rijtuigen is die de breuk omgehangen kreeg dan de vrachtvoerder. Een zelfde probleem en uitgangspunt bij de zevende ‘koning’ - in 1906. Stond ‘A. WILLEMS’


voor yAlbert Willems, de advocaat uit de Maastrichterstraat, of voor /Arnold Willems, de stoker in de fabriek die in de Boom kensstraat woonde. Met aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid zal Albert Willems de honneurs hebben waargenomen in 1906, en wellicht ook in 1907 en 1910, omdat in die jaren dezelfde initialen op de zilveren plaatjes opduiken. De negende ‘koning’ - in 1908 - zorgt echter voor een probleem. In de bevolkingsregisters is niemand terug te vinden die als ‘C. BYLOOS’ door het leven gaat. Is het een familielid van Guillaume Byloos, iemand die niet in Hasselt zelf woonde? De elfde ‘koning’ - in 1910 - was Guillaume Requilé (°Hasselt, 21 november 1867), adjunctgriffier in Hasselt en wonend in de Bonnefantenstraat. Of de schuttersvereniging na 1911 heeft opgehouden te bestaan, is niet geweten... *

*

*

BRONNEN en BIBLIOGRAFIE Bevolkingsregisters Hasselt 1900 G. CALUWAERTS, Hasselt Intra Muros, Deurne-Hasselt, 1989. <http://home.wanadoo.nl/st-andreas :historieschutterij.htm> (29.01.2004) <http://www.stmartinusbom.nl/Oude%20tradities%20bij%20vogelschieten.htm> (29.01.2004)



tekst:

Bart DE KEYSER, stadsarchivaris Hasselt

foto’s:

Stedelijke Fotodienst

copyright:

Stedelijk Museum Stellingwerff-Waerdenhof Maastrichterstraat 85, B-3500 HASSELT tel. 011-24 10 70 fax 011-26 23 98 e-m ail: stellingw erffw aerdenhof@ hasselt.be

In dezelfde reeks verschenen: 1991:

1. Olieverfportret M.-H. van Beieren, 2de h. 17e E.; 2. Catharinapaneel oude handboogkamer, e. 17e - b. 18e E.; 3. Lusterglazuurvaas keramiekfabriek, tss. 1895

en 1914; 4. Blazoen rederijkerskamer 'De Roode Roos’, D. Van Vlierden, ca. 1700; 5. Olieverfschilderij ’Week-end’, L. Pringels, 1950; 6. Zilveren reliekostensorium, F. Jans Burduin Gent & I.F. Frederici Hasselt, 1703; 7. Kledingsstel Virga-Jessebeeld, 1689 - 1863 - 1901; 8. Olieverfschilderij 'De Grote M arkf, J.N. Grauls, 1863; 9. Rijksdaalder G. van Groesbeeck, Hasselt, 1568; 10. KaaiKandschap paalstenen tss. Hasselt en Zonhoven, 1661 en 1666?

1992:

11. Schilderij ‘De Grote Man’, F. Minnaert, 1983; 12. Mirakelprent O.-L.-V. Virga Jesse, R. Van Orley, wsch. 1689; 13. Zilveren wierookvat, J. Vinckenbosch, Hasselt, 9

19e E.; 14. Kaart Midden-en Zuid-Limburg, L. Capitaine, 1795; 15. Lederen Hasseltse brandblusemmer (1782) en vuurbaak; 16. Zilveren reliekhouder H. Barbara, ca. 1702; 17. Portret abt Eucherius Knaepen, P.J. Verhaghen, 1792; 18. Studiocamera 18/24, ca. 1920; 19. Olieverfschilderij ‘Het bos’, Djef Anten (1851-1913); 20. Juweel, zgn. ‘reukappel’-

| I

Virga-Jessebeeld, e. 16e - b. 17e E.; 21. Schilderij 'O.-L.-Vrouw met Kind', Antwerpse paneelmerken, 1ste h. 17e E.

1993: 22.

Liturgische gewaden SL-Vedastus Hoepertingen, 1ste h. 16e E.; 23. Mirakelprent H. Sacrament Herkenrode, Hasselt, P.F.Milis, 1854; 24. Gevelsteen "Den Soeten

9

Naeme Jezus’ , 1664 (Hasselt); 25. Set van 4 vazen, Piet(er) Stockmans (°1940); 26. Portret Ulysse Claes (1792-1880), G. Guffens (1823-1901); 27. Sacraments-ostensorium 9 of "monstrans van Heitoenrode”, Parijs, 1286; 28. Schilderij ‘Strandtafereel’, 1930, Jos.Damien (1879-1973); 29. Gezicht op Hasselt naar Remacle Le Loup, 18e E., kopergravure; 9 30. Beeld "Heilige Cecilia”, 1530-1540; 31. Barokke zonnemonstrans, N. Sigers & S. Vander Locht, Hasselt, 1669.

1994: 32.

Biechtstoel, Brabants atelier, 1664; 33. Uurwerken v.d. Hasseltse uurwerkmaker Leonard Joosten (1762-1849); 36. Gouache 'De Meukes’, ca. 1890, Paul Marie 9

9

Bamps (1862-1932); 37. Kroningsprent O.-L-V. Virga Jesse, Parijs, Lith.Fabre, 1867; 38. Het Hasseletum en de H istoria Lossensis, 2 historische werken v. Joannes Mantelius (1599-1676); 39. Litho “Heusden 2", uit reeks (5) Heusden, Herman Gordijn, 1992; 40. Ontwerp voor “Overhandiging...” muurschildering Beurs Antwerpen, olie op doek, G. 9 Guffens (1823-1901); 41. Aquarel 'Strijdtoneel uit de Tiendaagse Veldtocht Kermt, 7 augustus 1831’, A. von Geusau, 1835.

1995: 42.

Gevelplaat “Veloce-Club hasseltois ‘Utile * Duld’ - 2 mai 1892"; 43. Olieverfportret van Amoldus van Melbeeck op sterfbed. 17e E.; 44. Acryls van Ray Remans, I

1989; 45. Pronkbeker J.-J.Thonissen, deels verguld zilver, P.Bruckmann & Söhne. Heilbronn, 1888; 46. Begijnenschotel, 1623, zilver, meesterteken: 3 zespuntige sterren in f l schild; 47. Vaste kunstwerken Herman Blondeel, Hugo Duchateau, Piet Stockmans in Museum Stellingwerff-Waerdenhof; 48. Schilderij "Ijze l en mist", Djef Anten (1851-1913); I 49. Aquarellen “Hasseltse water-molens, 1893/94’ , Paul Marie Bamps (1862-1932); 50. Foto “Jongeman met badmuts’ , gomdruk, 1/10, Jean Janssis; 51. Zilveren reliekhouder I H.Hubertus, (1741-1742), Lambertus Hannosset, Antwerpen.

1996: 52. Olieverfschilderij ‘ Zegening van de

Boerenkrijgers op de Grote Markt*, 1899, Djef Swennen (1871-1905): 58. Olieverfportret N.G Vaesen (1768-1864), 1819, M.G I

Tieleman; 54. Vaandel 'Kunstkring Alexis Pierloz Hasselt 1920‘ , Hasselt; 55. Groepsportret “Leden v.d. Virga-Jessebroederschap bij haar beeld'. 1709, olie op paneel; 56. I Beiaardklavier, ca. 1752, Hasselt (?) [bewaard in het Stedelijk Beiaardmuseum Hasselt); 57. De Hasseltse reus De Langeman. Melchior Tieleman, 1810; 58. 2 reflectoren; I zilverbeslag op houten kern. Arnold Frederici, 1714; 59. De gouden kronen v.d. Virga Jesse, Auguste Levesque, 1867; 61. Schilderij ‘ Blauw Tafereel', Pierre Cox (1915-1974). I

1997: 62.

Portret Guillaume Claes, Judith Crollen (1898-1982) naar werk van M.G. Tieleman, 1957; 63. Kaart prinsbisdom Luik, 17e E., Henrrcus Hondlus (1597-1651); 64. I

Lithografie 'Oude halte Luikersteenweg', 1860. Charles Joseph Hoolans (Antwerpen, 1814); 65. Drieluik, 1989. Paule Notens (‘ 1924); 66. Soberheid, eenvoud en liefde, vier I geometrische abstracte werken van Vincent Van Den Meersch (1912-1996); 67. Schild v.h. weversambacht, e. 17e - b. 18e E., Daniël van Vlierden (1651-1716); 68. Borstbeelden ■ 10 Hasseltse burgemeesters, 1906, Emile Cantülon (1859-1917); 69. ‘Portret van mijn dochter Madeleine' & 'Portret van mijn zoon José’, Jos. Damien (1879-1973); 70. Beeld ■ Homo Sedens, Hub Baerten (“ 1945); 71. Beeld ‘O.-L.-Vrouw met Kind', 1530-1540, Meester van Oostham.

1998: 72.

'Panorama van Hasseir, Steven Wilsens (“ 1937); 73. Portret Télémaque Claes (1831-1913), Tony Alain Hermant (1880-1939); 74. De Loonse muntslag In het kader

v.d. monetaire internationalisering tijdens de middeleeuwen; 75. Speculaasplanken 8 'Hasseltse speculaas'; 76. Wandtapijt 'Euskadi; balladen en legenden’ , 1985, Simone Reynders (°1924); 77. Schilderij ‘ Herfsl - kasteel Henegauw", 1946, Paul Hermans (1898-1972); 78. Prehistorische polijststeen, Slnt-Quintlnuskathedraal Hasselt: 79. Sierlijst "Ootiogsgesneuvelden Hasselt 1914-1918", n l gedateerd, Hasselt. Auguste Blanckart (1878-1952), Sylvain Brauns (1890-1947), Joseph Antoon Jossa (1884-?); 80. Schilderij ‘ Veldslag in een korenveld", 1864, Jules Van Imschoot (1821-1884).

1999: 81.

Litho's H asselt gezien tussen 1960-1979, Jac. Leduc (” 1921): 82. Het huis Stellingwerff (19e E)-Waerdenhof (17e E.); 83. Apparaten ontwikkeld en geproduceerd

in de Philipslabtiek in Hasselt; 84. Hendrik van Veldeke, het genie van de hoofse literatuur (ca. 1140-ca,1200); 85. Céram iques D écoratives de H asselt (1895-1954): overzicht van de ronde reclame- en sierschotels van de voormalige keramiekfabriek in Hasselt; 87. Portret van Guillaume Stellingwerff (1841-1923); 88. Register ‘ Co(e)mans", handschrift. 1611; 89. Standaard voor de ‘ Maatschappij Minerva", 1871, W; Geefs (?) & G Guffens.

2000:

90. Schilderij ‘ P ortret van Dr. L. W illem S (1822-1907), 1878, Godfried Gullens (1823-1901); 91. M aquette tw eedekker Farman Type III, 1985; 92. Zespuntige ‘ S te r

van de Roode Roos, 1627; 93. Litho 'G ezicht op de LeopoldplaatS', ca. 1860, C. J. Hoolans; 94. “AnaJemmatische zonnew ijzer in de museumtuin, 2000; 95. P ortret van R idder G uillaum e de Corswarem (1799-1884); 96. Pastel ‘ P ortret van m evrouw Leynen (1842- 1920T, 1919, G J . Wallaetl (1889-1954); 97. Keramieken sierschotel ‘ Iris s e tf, ca. 1896 1905. 98. Banier “Société Royale de M usique et de RhétorlqueT, 1858.

2 0 0 1 : 99. Hasselts zilver: aanwinsten 19962000; 100. Schilderij ‘Stadspanoram a van HasselT, 1915, Jos. Damien (1879-1973); 101. Uithangteken ‘ Tabakskarot', 102. Karikatuurtekeningen ‘ 10 Hasseltse fig uren '. Stel Vanstiphout (1931-1995). 103. Sporttrofeeén 11' Unieregiment: ‘Coupe du R oi A lb e n ' i ‘Coupe P rince Léopold' (2); 104. Affiche ‘ V ille de Hasselt. 1882, program m e des lê le s qui auront lie u à l'occasion de la kerm esse .', 1882; 105. Staande klok met uurwerk, 1761, Joannes Augusünus (ca. 17361790), Hasselt 106. Schilderij ‘ O verhandiging van h et vnjheidscharter door G ra al A rnold IV van Loon aan de stad HasselT, 1846, Godfried Guffens (1823-1901); 107. Affiche ‘ KEM PO - bronnen en lim onaden'. Druk. E. Roose, Hasselt.

2QQ2:

108. Zes wandkleden over ‘ H et Sacram ent van M irakel van H erkenrodd', 1917, Jos. Damien (1879-1973); 109. Portretten van de vier abdissen van Herkenrode: * Twee

eeuwen, twee w erelden, 110. Restauratleverslag ‘ Redenjkerskraag De Roode Roos’ , 111. Keramische vaas ‘ Ros B eiaard en de V ier H eem skinderen, Simonne Reynders(1924); 112. Keramische vaas in lusterglazuur. Céram iques D écoratives de H asselt (1895-1954), 113. Ontwerptekening tegelpaneel Tuin m et vrouw ) 114. Jaarkalender CeysensRoose, 1912; 115. Affiche 'Landbouwdagen 1900'; 116. Schilderij ‘Vlaggen’, Jac. Leduc (” 1921);

2 0 0 3 : 117. Sculptuur Tcarud, Robert Vandereycken (“ 1933); 118. Het Hasselts muzikaal velleden van 1910-1960; 2 luxeparM iren, Albert Lefebvre (18861953); 119. Affiche “Langem ansbier, P. Bamps (1862-1932), M. Ceysens (18361927) en F. Roose (18461913); 120. Vloertegels van de Herkenrodeabdij, 2 tegeipanelen en majolicategels; 121. kopergravure ‘E xlibris fam ilie W eytenS; 122. Schilderij 'G ordon-B ennet. 1924, Paul Hermans (18961972): 123. Henri Van Straten (1892-?), lino's en litho's; 124. Schilderijen 'G eboortehuis 8 'G ezicht op Rom boutstoren van M echelert, Guillaume Ballewijns (18761944); 125. Uithangteken In Sint-Lam bertuS, 1801.


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.