/100325_w7_kd2010

Page 1

IJKDIJK, Pipingproeven juli – december 2009 Huub De Bruijn

Vele partijen betrokken bij piping experimenten


Nog even kort de verschillende pipingfases Piping (zandmeevoerende wellen) (1)

1

2

3

1 Verhoogde waterdruk en binnendijks scheuren in toplaag

2 Water dringt door de en wellen

scheuren: kwel

3 Zand wordt meegevoerd met het water: zandmee-voerende wel

12 april 2010

Piping (kwel en wellen) (2)

4

4 De pipe groeit: pipe staat op doorbreken

5

5 De pipe en dijk eroderen: dijk bezwijkt

6

12 april 2010

6 Dijkdoorbraak


Piping Ijkdijk experimenten Twee Hoofdonderzoeksvragen: Vanuit Sterkte en Belastingen Waterkeringen (SBW): Valideren Verbeterde rekenregel (mechanisme, proces en rekenregel) Showcase, “kan piping tot dijkdoorbraak leiden”

Vanuit Stichting IJkdijk Kunnen realtime monitoringssystemen in de dijk Piping signaleren en eventueel tegengaan (luisterbuis)

12 april 2010

Wat hebben we gebouwd voorziening om lekkage langs randen tegen te gaan (flap aan folie aan beide zijden van elke bak?) 3

B

B’

2 1

Stelconplatentoerit

1:1,5

0 = NAP

noordelijke ringdijk

1:2

1:2

-1 = m.v.

.

.

.

.

.

.

.

.

.

Vrije overstort met nylon doek om meevoeren van zand te voorkomen

Aanzicht kleiwalletje, géén afdekking! .

.

rijplaten

.

-2

klei/veen

-3

1:1

1:1

-4

drainage boven geogrid en folie, daaronder ook weer drainage

zand -5 m

0

1

2

3

4

5

6

7

8

9

lengtedoorsnede B-B’

10 11

12

13 14

15 16

17 18

19 20

21

22

23 24

25

26 27

28 29

30 31 32

33 34

35 36

37

38

39 40 41 42

43

44

45

46 47

48 49

50 51 52 53

54 55

56 m

A

A’ verdeelpunt kanaalwater 3

4m vrij tbv vrije passage

2 1

1:1,5

1:1,5

1:1,5

1:1,5

0 = NAP

klei (van bekleding macrostabiliteitsdijk)

1:1,5

-1 = m.v.

Oostelijke ringdijk

-2

klei / 1:1 veen

1:1

zand

Itterbecke zand 0,125-0,250 mm infiltratie-/drainagebuizen geogrid (ter bescherming)

-3

1:1

1:1

-4

Itterbecke zand 0,250-0,375 mm

1:1

-5 m

dwarsdoorsnede A-A’

waterdicht folie met bemalingsbuizen eronder (hier ter indicatie vijf geschetst)

0

1

2

3

4

5

6

7

8

9

10 11

12

13 14

15 16

17 18

19 20

21

22

23 24

25

26 27

12 april 2010

28 29

30 31 32

33 34

35 36

37

38

39 40 41 42

43

44

45

46 47

48 49

50 51 52 53

54 55

56 57

58 59

60

61 62 63

64

65 66


Overzichtfoto

12 april 2010

instrumentarium

12 april 2010


Visuele controle nabij uittrede punt

12 april 2010

Resultaten, Validatie proces Fase 1 Erosieactiviteit en welvorming Fase 2 Pipevorming – terugschrijdende erosie Fase 3 Pipevorming - ruimen Fase 4 Dijkdoorbraak

12 april 2010


proces Fase 1 Erosieactiviteit en welvorming: • De eerste waarnemingen ‘zandsporen’, • Bij grotere verhangen ‘schone’ wellen • Voordat continu zandtransport wordt waargenomen dalen de waterspanningen in benedenstroomse raaien, duidend op kanaalvorming.

12 april 2010

Fase 1 wat kun je zien en wat kun je meten

Verwarmde optische kabel (kappelmeyer) in het zand

12 april 2010


proces Fase 2 Pipevorming – terugschrijdende erosie • Er ontstaan zandmeevoerende wellen. • Uit waterspanningen kan afgeleid worden waar het kanaal zich bevindt. • De lengte van het kanaal blijft bij gelijkblijvend verval toenemen.

12 april 2010

Principe referentie monitoring Fase 1, geen kanaaltjes In de fase zonder kanaaltjes is er sprake van een (nagenoeg) lineair verhang van de waterdruk in het zand

12 april 2010


Fase 2, kanaaltjes ontstaan Bij het ontstaan van kanaaltjes benedenstrooms, neemt de doorlatendheid daar toe en de weerstand af. De helling van de verhanglijn in het zand verandert

12 april 2010

Start fase 3, kanaaltjes groeiien terug tot bovenstrooms

Bij het volledig teruggroeiien van de kanaaltjes:, de doorlatendheid >> en de weerstand <<. Bovenstrooms nemen de drukken toe

12 april 2010


Filmpje contourplots proef 3

12 april 2010

Fase 3 Pipevorming - ruimen Fase 3 Pipevorming - ruimen • •

•

Uit waterspanningen kan worden afgeleid dat het kanaal de bovenstroomse zijde bereikt, (start ruimproces). Nadat het kanaal de bovenstroomse zijde heeft bereikt kost het bij constant verval nog geruime tijd (meer dan 24 uur) om tot bezwijken te komen. Mogelijk treedt dit proces sneller op wanneer het kritiek verval meer wordt overschreden. Het bereiken van de benedenstroomse zijde resulteert in een forse toename van het zandtransport.

12 april 2010


Wat zie je en wat kun je meten

12 april 2010

Wat zie je en wat kun je meten

12 april 2010


Fase 4 Dijkdoorbraak • •

Er treden scheuren op in de dijk. Aan de bovenstroomse zijde zakt de dijk in. Voordat bezwijken optrad vond er zeer veel zandtransport plaats bij proef 2 (grof zand) en relatief gering zandtransport bij proef 1 en 3. De dijk bezwijkt.

12 april 2010

Proef 2 doorbraak

12 april 2010


Wat kun je zien en meten

12 april 2010

Fase 4 doorbraak

Optische kabels van GeoDetect (0,10 m in zand) Links is temperatuur verandering Rechts is rekken 12 april 2010


Interventies Luisterbuis in proef 4

12 april 2010

Proef 3 enkele uren na doorbraak

12 april 2010


Proef 4

12 april 2010

stellingen Een zandmeevoerende wel is piping. Achter een piping vrije dijk mogen geen zandmeevoerende wellen meer worden waargenomen. Piping is een gevaarlijk faalmechanisme. Is het daarom noodzakelijk om het risico van piping volledig uit te sluiten met kostbare versterkingsmaatregel of kan een restrisico worden afgedekt met monitoring/noodmaatregelen? Maatregelen moeten robuust zijn.

12 april 2010


Proef 1 vlak voor bezwijken

12 april 2010


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.