Weerspiegelen - Anton Burger

Page 1


Anton Burger

Bijbels Bemoedigingsdagboek voor het hele jaar

LEESFRAGMENT

Anton Burger

Bijbels
Bemoedigingsdagboek voor het hele jaar

WEERSPIEGELEN

Bijbels bemoedigingsdagboek voor het hele jaar

© 2024, Anton Burger

Uitgave: September 2024

Omslagontwerp en binnenwerk: Jore ontwerp

Uitgave: Triple Boeken, Aalten www.tripleboeken.nl info@tripleboeken.nl www.antonburger.nl

ISBN: 9789083351766

NUR: 707 - geloofsopbouw

Bij Bijbelvertalingen worden de volgende afkortingen gebruikt:

BB = Basisbijbel

BGT = Bijbel in Gewone Taal

HSV = Herziene Statenvertaling

NBG51 = Nieuwe Vertaling, NBG 1951

NBV21 = Nieuwe Bijbelvertaling (herziening 2021)

SV = Statenvertaling

Alle rechten voorbehouden.

Dit boek draag ik op aan mijn lieve vrouw Heidy, waar ik al ruim 36 jaar mijn leven mee mag delen.

Ons levenspad gaat over bergen en door dalen, maar samen met de Here Jezus redden we het wel!

Voorwoord

Vlak voor de coronapandemie uitbrak, ben ik aarzelend begonnen met schrijven, een vaardigheid waarvan ik tot dan toe niet wist dat ik die bezat. Kort daarvoor was ik, doordat ik MS heb, volledig afgekeurd. Tijdens het revalidatietraject dat ik volgde, werd het me langzaam duidelijk dat mijn werkzame leven niet tijdelijk, maar voorgoed voorbij was.

Als discipel van de Here Jezus wist ik dat het leven zomaar een andere wending kan nemen – de Bijbel staat vol met levensverhalen die dat onderstrepen. Maar dat het deze afslag zou worden, had ik niet verwacht. Wat ik evenmin had verwacht, was dat mijn Bijbels Bemoedigingsdagboek ‘Spiegelen’ uitgegeven en ook nog verkocht zou worden. Ik ben heel dankbaar dat God middenin de zwartste periode uit mijn leven, een nieuwe weg voor mij heeft geopend.

Waar ik voorheen talloze keren in een volkswagenbusje naar Roemenië reed om hulpgoederen rond te brengen, heb ik nu een scootmobiel nodig om me te verplaatsen. Voor veel dagelijkse levensverrichtingen ben ik aangewezen op de hulp van mensen om me heen en van mijn lieve hulphond Obbe, die je op de achterkant van dit boek kunt bewonderen. Ja, mijn leven is totaal veranderd en verandert nog steeds. Wie echter niet veranderd is, is God. Zonder Zijn liefde, inspiratie en hulp zou dit boek er nooit geweest zijn. Als je iets meer wilt weten over mijn leven voor en na de diagnose MS, dan zou je mijn autobiografie ‘Hoop in de storm’ kunnen lezen.

Het is mijn wens en mijn gebed dat ook dit Bijbels Bemoedigingsdagboek je mag helpen om trouw te zijn in de weg achter de Here Jezus aan. In een wereld die alsmaar donkerder wordt, mogen wij het Licht van Jezus weerspiegelen. Hij wil ons elke dag helpen, leiden en bemoedigen en Hij is slechts één gebed bij ons vandaan.

En op ons gezicht is het licht van de macht en majesteit van de Heer te zien. Want er is geen ‘doek’ over ons gezicht. We zijn als spiegels die steeds meer de stralende macht en majesteit van de Heer weerspiegelen. Want we gaan steeds meer op Christus lijken. Dat gebeurt door de Geest van de Heer.

(2 Korintiërs 3:18 BB)

September 2024

Anton Burger

P.S. Aan het slot van bijna elk dagstukje vind je een (deel van) een liedtekst. Ernaast staat een QR-code naar een YouTube-filmpje van het complete lied om het te beluisteren en van te genieten.

Een schone lei

Wie is een God als U, die schuld vergeeft en aan zonde voorbijgaat? Opnieuw zult U zich over ons ontfermen en al onze zonden tenietdoen. Onze zonden werpt U in de diepten van de zee. (Micha 7:18a-19 NBV21)

Met een diepe zucht draait Dave zich om op zijn keiharde en iets te smalle matras in de PI (Penitentiaire Inrichting) Dordrecht. Een plofkraak mislukte en zorgde ervoor dat hij het nieuwe jaar achter de tralies is begonnen.

Oud en Nieuw was niet wat hij zich er van had voorgesteld: geen illegaal vuurwerk, geen gezellige avond met iets te veel drank, geen grappen en grollen met zijn vrienden… niets van dat alles. De door de Nederlandse Staat gefinancierde oliebollen zijn ook niet te vergelijken met de heerlijke, knapperige bolletjes die hij vroeger samen met zijn opa bakte. Kon ik het jaar maar overdoen, gonst het voortdurend in zijn hoofd.

Op deze manier het nieuwe jaar beginnen, dat wil toch niemand? Misschien hopen we dat alles wat in het vorige jaar is gebeurd gewoon is verdwenen, maar helaas is dat niet zo. Soms lijkt het er zelfs op dat we nooit meer los zullen komen van de fouten die we ooit hebben gemaakt.

Misschien denk je wel dat het nieuwe jaar niet heel anders zal verlopen dan het afgelopen jaar. Als dat zo is, dan ga je aan een belangrijke waarheid voorbij. De tekst van vandaag komt uit het Bijbelboek Micha. Deze ‘kleine’ profeet leefde zo’n 2800 jaar geleden en was een tijdgenoot van Jesaja en koning Hizkia. Zijn woorden zijn allereerst gericht tot het volk Israël maar omdat ze een belangrijke waarheid over God vertellen, wil ik ze aan het begin van dit nieuwe jaar als een bemoediging aan je meegeven. Het nieuwe jaar hoeft geen kopie van het oude jaar te worden. God heeft Zijn geliefde Zoon aan ons gegeven en daarom mogen we elke dag van dit nieuwe jaar met een schone lei beginnen.

Wat je ook hebt gedaan en waar je ook mee worstelt, God is een God van vergeving, genade en ontferming. Nooit zal er het komende jaar een dag zijn dat dit niet zo is.

Mijn God, ik kom naar U

Dan ben ik veilig

Ik heb het U gezegd en blijf het zeggen

Ik heb U nodig, Heer

De rest is overbodig.

God helemaal vertrouwen

Enige tijd later stelde God Abraham op de proef. ‘Abraham!’ zei Hij. ‘Ja, ik luister,’ antwoordde Abraham. ‘Haal je zoon, je enige, van wie je zoveel houdt, Isaak, en ga naar het gebied waarin de Moria ligt. Daar moet je hem offeren op een berg die Ik je wijzen zal.’ (Genesis 22:1-2 NBV21)

‘Kun je God wel echt vertrouwen?’

Ik was in gesprek met een man die in mijn ogen alle recht had om deze vraag te stellen. Hij had veel meegemaakt in zijn roerige leven. Hij was nog maar vijf toen de politie bij zijn moeder aanbelde om haar te vertellen dat zijn vader onderweg naar zijn werk door een vrachtwagen was geschept en dit niet had overleefd. Zestig jaar later kon hij me dit verhaal nog altijd niet met droge ogen vertellen. Zijn moeder was korte tijd later met een nare man getrouwd. De kachel moest nu eenmaal branden en er moest brood op de plank komen. Al jong had hij zijn ouderlijk huis verlaten om zijn eigen weg te gaan. Drank en drugs werden zijn metgezellen, maar ze gaven hem nooit wat hij echt nodig had.

Op zijn vraag heb ik toen geen goedkoop antwoord gegeven, want zelf heb ik er ook vaak mee geworsteld. Verlies is ook in ons leven een terugkerend thema geworden en zo kan ik bijvoorbeeld maar zelden over het verlies van onze pleegzoon Mattijs praten zonder geëmotioneerd te raken.

Kun je God wel echt vertrouwen?

Iemand die deze vraag wellicht ook stelde was Abraham, de man die op zeer hoge leeftijd, samen met zijn vrouw Sara, van God een zoon ontving. De schok moet enorm zijn geweest toen God aan Abraham vroeg om diezelfde zoon aan Hem te offeren. God stelde hem op de proef en voorzag in een ander offerlam, maar Abraham wist dit nog niet op het moment dat hij zijn ezel opzadelde.

Jij en ik weten ook niet wat er vandaag of morgen op ons pad komt en dat kan ons echt benauwen. Toch kies ik ervoor om God te blijven vertrouwen. Waarom? Omdat ik zeker weet dat God doet wat Hij heeft beloofd. Altijd.

’k Stel mijn vertrouwen op de Heer, mijn God Want in Zijn hand ligt heel mijn levenslot

Hem heb ik lief, zijn vrede woont in mij

’k Zie naar Hem op en ik weet, Hij is mij steeds nabij.

Doffe ogen

Mijn ogen zijn dof van ellende, ik roep U aan, Heer, elke dag, en strek mijn handen naar U uit. (Psalm 88:10 NBV21)

Tijdens een huisbezoekronde als maatschappelijk werker in de GGZ belde ik aan bij een doorsnee rijtjeshuis. De bewoner (we noemen haar Els) was een cliënte van mijn vakantievierende collega. Alle gordijnen zaten potdicht en het voortuintje had al heel lang geen aandacht gekregen. Het enige vrolijke dat ik kon ontdekken waren wat paardenbloemen en een verdwaalde rode tulp. Na enkele keren bellen ging de voordeur een klein stukje open. Ik keek in de ogen van een oudere vrouw in een badjas. Ik vertelde haar wie ik was en zonder enige aarzeling zei ze tegen me: ‘Ik ken jou niet, dus mag je ook niet binnenkomen…’

Nadat ik had uitgelegd had wie ik was mocht ik toch ‘heel even’ binnenkomen. Toen ik op de versleten bank plaatsnam en probeerde om de iets te donkere koffie binnen te houden, kreeg ik een verhaal te horen dat niet geschikt was voor kinderoren. Els vertelde over haar onveilige jeugd waar incest en huiselijk geweld ‘normaal’ waren. Na jaren therapie was haar leven niet meer inktzwart maar donkergrijs, zoals ze het zelf omschreef. Toen ik haar vroeg of er nog iets was waar ze blij van werd, kwam er een glimlach op haar gezicht. ‘Ik heb twee kleinkinderen. Zonder hen was ik er allang uitgestapt.’

Het verhaal van Els is helaas niet uniek. Vele malen heb ik geluisterd naar de verhalen van mensen die veel minder geluk in het leven hebben gehad dan ik. Sommigen hielden zich met man en macht aan hun geloof vast, maar anderen waren het zicht op God allang kwijtgeraakt. Dat begreep ik wel, want als je ogen ‘dof van ellende’ zijn, zoals onze dagtekst zegt, is het moeilijk om het licht te zien. Vaak heb ik in stilte gebeden om wijsheid en soms kon ik iets delen over hoe God in mijn leven ook in de diepe dalen aanwezig was en is.

Ik heb Els maar één keer ontmoet. Toch gaf die ontmoeting me inspiratie om je aan te moedigen om mensen met psychische moeiten niet links te laten liggen. Neem de tijd voor ze, ga naast ze zitten en laat merken dat je om ze geeft.

Je hoeft niet te schuilen

Je hoeft niet te schuilen voor het leven

Zoek je geluk maar bij de Levende

Als de wolken huilen

Hoef je niet te schuilen

Maar mag je leren dansen in de regen.

Heimwee

Maar de Heer God riep Adam en zei: ‘Waar zit je?’ Adam antwoordde: ‘Toen ik uw stem in de tuin hoorde, werd ik bang. Want ik ben naakt. Daarom heb ik me verstopt.’ (Genesis 3:9-10 BB)

Stel je eens voor: je leeft samen met je vrouw in de allermooiste tuin die je je kunt voorstellen. Alles is perfect, schitterend mooi en smetteloos schoon. Geen keiharde muziek verstoort je ‘zen-gevoel’ en je kunt gewoon op elk moment diep ademhalen, omdat de lucht om je heen nergens mee is vervuild.

Prachtige bloemen en planten zorgen voor de mooiste kleur- en geurcombinaties die maar mogelijk zijn. Elke dag ontdek je nieuwe planten en dieren, die je elke keer versteld doen staan over Degene die dit alles heeft bedacht en gemaakt.

‘Man, wat is het leven hier goed,’ zeg je regelmatig tegen de vrouw die uit een van jouw ribben is gemaakt. ‘Beter wordt het niet!’ Samen genieten jullie intens van elkaar en van al dat moois en praten jullie met elkaar. Samen praten jullie ook met de Schepper en er is geen enkele afstand tussen Hem en jullie.

Het moet geweldig zijn geweest om zo te mogen leven. Om te ervaren hoe God werkelijk is. Ja, deze perfectie heeft echt bestaan. Maar perfectie was kennelijk niet genoeg want Eva en Adam kozen ervoor om naar de lispelende slang te luisteren. Met desastreuze gevolgen. Adam en Eva leerden een gevoel kennen dat ze tot dat moment nooit eerder hadden ervaren: angst. Hoe is het mogelijk dat je bang bent voor de God die je heeft gemaakt en je onvoorwaardelijk liefheeft? Hoe is het mogelijk dat al dat moois ineens wordt overschaduwd door een overal aanwezige en verlammende angst? Zo had God het niet bedoeld, maar het is toch echt gebeurd. Wat afschuwelijk!

God dwingt niemand om van Hem te houden of Hem te gehoorzamen, want dat zou geen echte liefde zijn. De keuze was aan Adam en Eva om dat wel of niet te doen. Die keuze is ook aan ons, want God heeft het er niet bij laten zitten, maar Zijn geliefde Zoon Jezus naar jou en mij toegestuurd om voor onze zonden aan het kruis te sterven. Tot we dat gaan inzien, zullen we altijd last houden van dat knagende gevoel dat we heimwee noemen, want we leven nog steeds buiten het verloren paradijs.

Soms verlang ik naar de hemel bij de Koning van ’t heelal Waar de rouw zal zijn verdwenen en geen traan meer vallen zal.

Sterk door zwakte

Maar Hij zei tegen mij: ‘Je hebt genoeg aan mijn liefdevolle goedheid. Want mijn kracht kan pas helemaal zichtbaar worden als jij zelf zwak bent.’ (2 Korintiërs 12:9a BB)

‘Ik mis hem nog elke dag…’

We luisteren samen met de Roemeense dominee Siminel naar het verhaal van een vrouw die een tijdje geleden plotseling haar man verloor. We staan voor een levensgrote foto van haar man, die je als je het gebouw binnenkomt echt niet kunt missen. Twee vriendelijke, donkerbruine ogen kijken ons aan en ik begrijp meteen dat ze deze man enorm mist. Terwijl ze vertelt rollen er twee dikke tranen uit haar ooghoeken. Ze probeert ze met een zakdoek weg te vegen.

Ze is directrice van een tehuis voor ouderen aan de voet van het schitterende Hațeg-gebergte in het westen van Roemenië. Samen met haar man heeft ze enkele jaren geleden dit tehuis ‘Bethanië’ opgezet en God heeft wonderlijke dingen gedaan, want aan geld is altijd gebrek. ‘Het ging niet vanzelf, maar God was er altijd bij,’ vertelt ze ons. ‘Tot die vreselijke dag dat ik er opeens alleen voor stond.’

Ze legt uit dat ze er op dat moment mee wilde stoppen en dat ze eigenlijk niet eens verder wilde leven, want de pijn was te groot. Haar man was zoveel jaren de motor geweest van dit project en zelf voelde ze zich niet capabel om ermee verder te gaan. ‘Maar weet je wat nu zo bijzonder is?’ gaat ze verder. ‘God heeft me geleerd dat ik het niet zelf hoef te doen en dat Hij niet op zoek is naar capabele mensen. God is op zoek naar mensen die alles wat ze hebben in Zijn handen willen leggen zodat Hij het kan gebruiken.’ Hierna vertelt ze ons dat God verder is gegaan en dat Hij nog elke dag voor hen zorgt. ‘Daarom zijn jullie hier vandaag.’

Na al die jaren ontroert dit getuigenis me nog steeds, want wat voor deze vrouw gold, geldt ook voor ons. God is niet op zoek naar mensen die het zelf allemaal wel kunnen. Nee, Hij is op zoek naar jou en mij, mensen die middenin hun zwakte door Hem gebruikt willen worden. Ik hoop en bid dat je ergens vandaag de waarheid van deze woorden mag gaan ervaren.

Want nu zegt de zwakke

Ik ben sterk

Zegt de arme

Ik ben rijk

Om wat de Here heeft gedaan voor ons.

Dank God altijd

… en dank God, die uw Vader is, altijd voor alles in de naam van onze Heer Jezus Christus. (Efeziërs 5:21 NBV21)

Als kind las ik veel boeken. Ik vond het heerlijk om in gedachten exotische oorden te bezoeken. Ze leken toen onbereikbaar, maar later heb ik sommige van die plekken toch met het zendingsschip de ‘Logos’ kunnen bezoeken. Een boek dat ik meerdere keren las is ‘Robinson Crusoe’ van Daniel Defoe. Het in de 17de eeuw geschreven boek vertelt het verhaal van een man die onderweg is om voor zijn plantage in Brazilië slaven uit Afrika te halen. Hij lijdt schipbreuk en komt op een onbewoond eiland terecht.

Het gegeven dat hij een slavenhandelaar was, riep destijds kennelijk nog geen weerstand op, want zijn boek werd een enorme bestseller. Inmiddels zijn we meer dan drie eeuwen verder en is er veel veranderd. Helaas zijn er nog steeds miljoenen ‘slaafgemaakten’ zoals we ze nu noemen, waaronder zeker vier miljoen kinderen, volgens Amnesty International. Als kind dacht ik daar helemaal niet over na, want voor mij was Robinson Crusoe gewoon een spannend boek.

Sinds enkele weken kijken we weer naar ‘Expeditie Robinson’, een tv-programma waarin deelnemers op een onbewoond eiland moeten overleven en ondertussen allerlei proeven aangaan. Als de dagen (en soms weken) verstrijken zie je de deelnemers steeds bruiner en magerder worden. Tijdens een uitzending liet een van de deelnemers zien wat echte dankbaarheid is. Hij had een stukje drijfhout in zijn hand, met daarop een minuscuul pannenkoekje. Het was van bloem, water en wat ondefinieerbare kruiden gemaakt en in een gitzwarte wok gebakken. Terwijl hij er met een hemelse glimlach naar keek, sprak hij de volgende woorden uit: ‘Dit is het lekkerste dat ik ooit heb gegeten.’

Hij had vast wel lekkerder dingen in zijn leven gegeten, maar op dat moment was dat pannenkoekje alles wat er was en daar was hij intens dankbaar voor.

Laten we God de Vader vandaag danken voor wat er nú is, terwijl we tegelijkertijd weten dat het ooit misschien wel beter was en ook weer beter wordt.

Als dank voor wat U deed

Als dank voor wat U deed voor ons

Leed voor ons

Streed voor ons.

Eten

Maar Jezus zei: ‘Ze hoeven niet weg, geven jullie hun maar te eten.’ Ze antwoordden Hem: ‘We hebben hier niets, alleen vijf broden en twee vissen.’ (Matteüs 14:16-17 NBV21)

Vannacht had ik een droom. Ik was weer even in de oude ‘Bannehof’, een Gorinchems verzorgingshuis waar ik zeven jaar als kok werkte. In mijn droom was ik bezig om een grote ketel met boerenkool te stampen, een bezigheid die het in een sportschool niet slecht zou doen. De geur die daarbij vrijkwam maakte me gelukkig, want ik ben een groot liefhebber van dit oer-Hollandse gerecht.

Mijn geluk was echter van korte duur, want toen we het kostelijke voedsel even later via een lopende band op voorverwarmde drievaksborden uitschepten, bleek er bij lange na niet genoeg voor iedereen.

Paniek kun je blijkbaar ook ervaren als je slaapt, want dat is de beste omschrijving van wat ik op dat moment voelde opkomen. Ik weet niet hoe het afliep, want ik schrok wakker van de krantenbezorger die iets te enthousiast onze ochtendkrant in de brievenbus liet ploffen.

Onder het ontbijt kwam de droom terug in mijn gedachten en meteen dacht ik aan de discipelen die misschien wel hetzelfde gevoel hadden toen de Here Jezus hen Zijn ‘onmogelijke’ opdracht gaf. De mensenmassa die Jezus achterna was gereisd, had honger en de discipelen moesten hen maar te eten geven. We lezen dat het om vijfduizend mannen ging, vrouwen en kinderen niet meegerekend (Matteüs 14:21). Inderdaad, een schier onmogelijke opdracht.

Het liep gelukkig goed af, want de Here Jezus vraagt nooit iets wat Zijn discipelen niet kunnen. Ze hoeven namelijk niet zelf op eten uit te gaan, maar alleen de vijf broden en twee visjes bij Hem te brengen die hen worden aangeboden. Daarna maakt Hij er zoveel van dat er aan het eind van de maaltijd maar liefst twaalf manden brood overblijven.

Daarin ligt een les die ons vandaag verder kan helpen: de Here Jezus ziet echt wel waar jij of ik vandaag mee worstelen en dat we soms het gevoel hebben dat de taak die we hebben gekregen veel te zwaar voor ons is. Het enige dat Hij van ons vraagt, is dat we Hem geven wat we hebben. Soms is dat alleen maar een heel klein stukje geloof ter grootte van een mosterdzaadje.

Vijf broden en twee vissen

Het was niet eens zo veel

Maar toen de Heer ze zegende Kreeg iedereen zijn deel.

Dicht bij Jezus

Uit alle steden haastten de mensen zich over land naar die plaats en ze kwamen er nog eerder aan dan Jezus en de apostelen. Toen Hij uit de boot stapte, zag Hij een grote menigte en voelde medelijden met hen, want ze waren als schapen zonder herder, en Hij onderwees hen langdurig. (Marcus 6:32b-34 NBV21)

‘Ravi heeft op al mijn vragen een antwoord en wijst me telkens weer de weg!’

Tijdens mijn wekelijkse gesprek met een cliënt (Robert) probeerde ik erachter te komen wie deze Ravi was en waarom hij zoveel impact op Roberts leven scheen te hebben. Toen ik Robert ernaar vroeg, pakte hij een beduimeld schriftje van zijn overvolle salontafel. Hij liet me een handgeschreven lap tekst van vijf pagina’s lezen waarin hij gemakshalve de punten en komma’s achterwege had gelaten. Ik kon er geen touw aan vastknopen, maar het werd me wel duidelijk dat deze Ravi een goeroe uit India was die via internet een schare volgelingen om zich heen had verzameld. Die volgelingen werden door meditatieve oefeningen niet alleen ‘rust en vrede’ beloofd, maar ook een soepele overgang naar een volgend leven. Aangezien Robert door langdurig marihuanagebruik werd gekweld door angsten en psychoses, had hij begrijpelijkerwijs grote interesse in een dosis rust en vrede.

Net als Robert hebben wij ook vaak behoefte aan zo’n levende wegwijzer. In de tijd dat de Here Jezus door Israël trok was dit niet anders, want we lezen regelmatig dat een grote menigte Hem volgde. Al die mensen waren vast niet alleen op zoek naar rust en vrede, want deze rabbi kon niet alleen mooi preken maar ook hun zieke lichamen weer gezond maken.

De Here Jezus kijkt naar al die mensen om zich heen en gebruikt het sprekende voorbeeld van schapen die zonder herder hopeloos verdwalen.

Omdat Hij zelf de goede Herder is, raakt dit Hem. Hij wil niets liever dan al die dwalende schapen de weg wijzen naar de allermooiste schaapskooi.

Misschien durf jij je amper een volgeling van de Here Jezus te noemen. Je neemt maar zelden de tijd om naar Zijn woorden te luisteren of om te bidden. Vandaag wil ik je namens de Here Jezus uitnodigen om dichterbij te komen. Als je dicht bij Jezus bent, kun je Hem namelijk veel beter horen en zal het je veel minder moeite kosten om Hem niet uit het oog te verliezen.

Ik mag heel dicht bij U zijn

Als een kind bij de vader op schoot

Ik mag heel dicht bij U zijn

Dat is de plek waar ik hoor.

Een machtig God

‘Met wie willen jullie Mij vergelijken? Wie is als Ik?’ zegt de Heilige God. Kijk omhoog naar de hemel: wie heeft dat allemaal gemaakt? Hij die door zijn macht alle sterren één voor één tevoorschijn roept, al zijn het er nog zo veel. Hij is geweldig machtig. Niet één ster ontbreekt als Hij roept. (Jesaja 40:25-26 BB)

Sommige Bijbelteksten geven me altijd een goed gevoel. Dat vind ik heel bijzonder, want hoe is het mogelijk dat een oudtestamentische profeet die meer dan 2700 jaar geleden leefde, woorden sprak die mij vandaag bemoedigen?

Jesaja (zijn naam betekent ‘redding van God’) leefde in een tijd die in veel opzichten op de onze lijkt, want steeds minder van zijn landgenoten hielden nog rekening met God en Zijn gebod. Jesaja roept zijn toehoorders op om hun leven te beteren, wat door de meeste mensen niet serieus wordt genomen. Jesaja voorspelt de Babylonische ballingschap, maar ook de redding die God zal brengen als Zijn volk terugkeert naar het aan Abraham beloofde land. Het veertigste hoofdstuk begint met woorden die als balsem voor de ziel zijn: ‘Troost, troost Mijn volk…’

God lijkt Zijn volk Israël vergeten te zijn, maar dat is zeker niet het geval. Er komt een andere tijd aan en alles wat verkeerd ging, zal God vergeven en Hij zal het niet meer tegen Zijn volk gebruiken. Een geweldige boodschap van hoop in een heel donkere tijd.

Daar hebben ook wij behoefte aan, want als je een willekeurige krant openslaat dan kan het gevoel je bekruipen dat het God allemaal uit de hand loopt en dat we overgeleverd zijn aan de nukken van onberekenbare wereldleiders. Toch durf ik hier en nu heel stellig te beweren dat het God niet uit de hand loopt. Hij werkt Zijn plannen uit, ook als wij dat niet zien, begrijpen of ervaren.

Als je het gevoel hebt dat je het echt niet meer volhoudt en dat je niet eens meer de kracht hebt om het eind van deze dag te halen, dan wil ik vandaag benadrukken dat onze God een machtig God is. Kijk ’s nachts maar eens naar de sterrenhemel en bedenk dan, dat God al dat moois – inclusief jou en mij – heeft geschapen. Hij is erbij, ook vandaag!

Zie ik sterren aan de hemel staan

Aan de donkerblauwe lucht de maan Is het of de nacht mij noemt

De naam van een machtig God.

Niets voor niets

We weten dat God alles ten goede zal gebruiken voor de mensen die van Hem houden en die Hij volgens Zijn plan geroepen heeft om bij Hem te horen. (Romeinen 8:28 BB)

‘Waarom overkomt mij dit nu weer?’ verzucht Trudie, terwijl ze naar de onder water gelopen vloer van haar bijkeuken kijkt. De slang van haar oude wasmachine is gescheurd en ze moet op zoek naar een emmer en een dweil, twee dingen die ze altijd zo bij de hand heeft, maar vandaag nergens kan vinden. Moedeloos zucht ze maar eens diep terwijl ze de tranen achter haar ogen voelt prikken. Haar leven is niet makkelijk geweest en steeds vaker vraagt ze zich af of ze het hier nog wel fijn vindt allemaal. Haar kinderen hebben er al vaker op aangedrongen dat ze haar huisje moet verkopen en zich aan moet melden voor een plekje in het woonzorgcentrum iets verderop, maar daar heeft ze absoluut geen zin in, want ‘ze is nog helemaal niet oud’.

Voor velen van ons een herkenbaar verhaal, denk ik, want we zijn zelf op leeftijd of we hebben te maken met ouder wordende ouders of andere dierbaren. Ouder worden lijkt een prachtig doel als je jong bent, maar de praktijk van het leven is vaak anders dan hoe we het ons hadden voorgesteld. Voor je het weet wordt ouder worden geen ‘lust’ maar een ‘last’.

Als ik om me heen kijk zie ik ouderen die ondanks al hun beperkingen optimistisch door het leven gaan, maar ik ken ook ouderen die klagend en zuchtend aan elke nieuwe dag beginnen. Natuurlijk heeft dat te maken met verschillende karakters, maar daar kun je niet alles mee verklaren. Ik denk dat het vooral te maken heeft met hoe we in het leven staan en wat ons uitgangspunt is. Op het moment dat we er voor kiezen om ons leven in de hand van God te leggen, mogen we gaan leren dat er niets op ons pad komt waar Vader God niet van af weet. Helemaal niets. Het bijzondere is dat Hij alle ellendige momenten kan gebruiken om er toch iets goeds van te maken. Je staat er vast niet altijd bij stil, maar de tekst van vandaag belooft dat wel.

Als ik maar weet, dat hier mijn weg

Door U Heer wordt bereid

En dat die weg, hoe moeilijk ook

Mij nader tot U leidt

Nader tot U, nader tot U

Nader mijn Heiland tot U

Als ik maar weet dat alles hier

Mij nader brengt tot U.

Welke weg kies je?

Ga door de nauwe poort naar binnen. Want de brede weg, die velen volgen, en de ruime poort, waar velen door naar binnen gaan, leiden naar de ondergang. Nauw is de poort naar het leven, en smal de weg ernaartoe, en slechts weinigen weten die te vinden. (Matteüs 7:13-14 NBV21)

Ken je die overbekende afbeelding van de brede en de smalle weg? Zelf kan ik me nog heel goed herinneren dat ik deze gravure uit 1866 voor de allereerste keer tegenkwam. Het was een op karton geplakte poster in een klaslokaal van de lagere school in Schoonhoven. Wat ik vooral nog weet is dat de voorstelling diepe indruk op me maakte en dat ik er zelfs niet van kon slapen. Wat nu als ik de verkeerde weg kies? spookte het alsmaar door mijn hoofd.

De afbeelding is een voorstelling van een preek die de Here Jezus kort na de zaligsprekingen voor Zijn toehoorders hield. Als je Zijn woorden oppervlakkig leest, dan zou je zomaar kunnen denken dat het bijna onmogelijk is om door Jezus gered te worden. Dat kan ervoor zorgen dat de moed je in de schoenen zakt, want waarom zou het jou wel lukken en een ander niet?

Ik denk niet dat het de bedoeling van de Here Jezus was om Zijn gehoor te ontmoedigen, want Zijn missie was en is om ‘te zoeken en te redden wat verloren was’ (Lucas 19:10). De Here Jezus gebruikt de metafoor van de brede en de smalle weg om duidelijk te maken dat als je ergens naartoe wilt, je vooraf moet uitzoeken hoe je moet reizen, want anders zul je hopeloos verdwalen.

De Here Jezus begint deze gelijkenis met een duidelijke oproep om je reis naar het eeuwige leven bij dat nauwe poortje te laten beginnen. Dit poortje is zo laag dat je er niet rechtop, maar alleen knielend doorheen kunt gaan.

Misschien ben je langer of korter geleden – met knikkende knieën – door dat nauwe poortje gegaan. Daar heb je geen spijt van, alhoewel je je soms wel erg eenzaam voelt op de smalle weg die erachter ligt. Vandaag wil ik je eraan herinneren dat je op die weg nooit alleen hoeft te reizen. Tot je Thuis bent is Jezus je trouwe metgezel.

U bent de waarheid

Jezus, en het leven

Weg die leidt ten hemel heen Bruidegom, Broeder Herder en Koning

De schoonste uit allen, U alleen.

Doulos

Maar ook als slaaf ben je in Gods ogen een vrij mens. En als je een vrij mens was toen je door God werd geroepen, ben je een slaaf van Christus. (1 Korintiërs 7:22 BB)

In 1914 werd er in Newport (VS) een vrachtschip met de naam SS Medina te water gelaten. In tegenstelling tot de veel bekendere Titanic die twee jaar eerder werd gebouwd en op haar ‘maidentocht’ zonk, heeft de SS Medina maar liefst 95 jaar de oceanen en wereldzeeën bevaren.

Vandaag wil ik dit op het eerste gezicht normale schip onder de aandacht brengen. De reden daarvoor is dat dit omgebouwde stoomschip de laatste 32 jaar van haar varende bestaan als zendingsschip dienst heeft gedaan. Ergens in die 32 jaar had ik het voorrecht om enkele maanden als kok de bemanning te mogen dienen. Het was een heel ander schip dan de MV Logos waar ik daarvoor op werkte, want dit schip was zo laag dat ik altijd met iets gebogen hoofd in het labyrint van gangen mijn weg moest zien te vinden.

De SS Medina heeft in haar lange bestaan verschillende mooie namen gehad, maar de mooiste vind ik toch de naam die Operatie Mobilisatie na de aankoop en verbouwing aan het schip gaf, want het schip werd omgedoopt tot MV Doulos. Mocht je wat Grieks kennen, dan vind je dat misschien wel vreemd, want doulos is een Grieks woord en betekent ‘slaaf’. Hoe kun je dat nu een mooie naam vinden? Slavernij is toch verachtelijk? Helemaal mee eens, maar de betekenis van ‘doulos’ gaat veel verder dan onderdrukking en verlies van je vrijheden. Als het woord in het Nieuwe Testament gebruikt wordt, dan gaat het meestal over ‘vrijwillig slaaf worden’ en ‘je ondergeschikt maken aan de ander’.

Als je in de Here Jezus gaat geloven, kíes je ervoor om je rechten op te geven. Vanaf dat moment is er Iemand anders die mag zeggen hoe het verder moet met je leven. Degene die daarin het grote voorbeeld gaf, is Jezus zelf, de Zoon van God. Hij verliet vrijwillig het huis van Zijn Vader om ons als Doulos te dienen. ‘Hij kwam naar de aarde om een dienaar (doulos) te worden. Hij werd helemaal mens.’ (Filippenzen 2:7b BB)

Zie onze God, de Koning-knecht

Hij heeft Zijn leven afgelegd

Zijn voorbeeld roept

Om te dienen iedere dag

Gedragen door Zijn liefd’ en kracht.

Rust

Toen Hij hen weggestuurd had, ging Hij de berg op om er in afzondering te bidden. De nacht viel, en Hij was daar helemaal alleen. (Matteüs 14:23 NBV21)

Vanochtend hoorde ik op de radio een interview met een jonge muzikant. Hij blikte terug op de verschillende coronagolven van enkele jaren geleden. Eén zinnetje uit het gesprek bleef bij me hangen: ‘Het ergste van al die lockdowns was dat ik met mijn vrouw en drie kinderen in huis zat opgesloten. Nooit even rust en geen plekje voor mezelf, dat was zwaar.’

Voor velen van ons is dit heel herkenbaar, want als er één ding is waar we allemaal behoefte aan hebben dan is het wel rust. Het is niet altijd eenvoudig om in onze hectische wereld rust te vinden, terwijl dit toch echt wel belangrijk is als we aandacht willen besteden aan onze innerlijke mens. Als je dan ergens in al die drukte even alleen bent, dan ‘ringt’ of ‘plingt’ je telefoon al snel weer en is het voorbij met de rust.

In het gedeelte van vandaag lezen we over de Here Jezus die een drukke dag achter de rug had. Hij had de zieken genezen en duizenden mensen te eten gegeven. De Zoon des mensen had hierna behoefte aan rust en wilde met Zijn Vader in de hemel spreken. Dat ontroert me, want juist hierdoor zien we dat Hij naast de Zoon van God ook honderd procent mens was.

Jezus gaat na deze drukke dag de berg op om helemaal alleen te bidden. Ik denk dat het in deze overprikkelde samenleving belangrijk is dat we op zoek gaan naar plekken waar het rustig is en waar we onze telefoons niet kunnen horen. Dat kan bijvoorbeeld als je naar je werk rijdt, een eindje gaat lopen of fietsen of als je ’s nachts de slaap niet kunt vatten. Soms denken we dat bidden betekent dat we minimaal een halfuur met gesloten ogen en gevouwen handen onze wensen aan God bekend maken – wat natuurlijk prima is – maar ik weet ook zeker dat God er naar verlangt dat we ‘tussen de bedrijven door’ met Hem in gesprek gaan. God is niet aan tijd of plaats gebonden, dus je staat nooit voor een gesloten deur.

Kom bij Mij, kom bij Mij, zegt Jezus

Als je moe bent en uitgeblust

Kom bij Mij met je last, ’k heb een juk dat je past Kom en volg Mij en Ik geef je rust.

Vertrouwen

Lach maar om het vertrouwen van de zwakke – hij vindt zijn toevlucht bij de Heer. (Psalm 14:6 NBV21)

‘Vertrouwen komt te voet en gaat te paard.’

De waarheid van dit uit de zeventiende eeuw stammende spreekwoord heb ik regelmatig ervaren in de tijd dat ik mensen met complexe psychische klachten begeleidde. Iemands vertrouwen winnen kostte vaak veel tijd en energie, maar meestal was het een nog grotere uitdaging om het vertrouwen van een cliënt niet kwijt te raken. De keer dat ik bij de deur van een haveloos appartementje door een vluchteling uit Kameroen werd weggejaagd kan ik me nog goed herinneren. Ik was vergeten hem vooraf te bellen en de deurbel had hem heel even teruggebracht naar een traumatisch moment uit zijn nare verleden.

Vertrouwen is iets waar een klein kind in de ideale wereld meestal geen moeite mee heeft. Helaas loopt dit kinderlijke vertrouwen ergens onderweg vaak al snel deuken op, want binnen de kortste keren leren we dat niet iedereen te vertrouwen is. De lijst met namen van mensen die mij door de jaren heen iets toevertrouwd hebben over de ellende die mensen uit hun omgeving – die ze vertrouwden – hen hadden aangedaan is lang; veel te lang. Het moedeloze gevoel dat hun verhalen bij mij opriep kan ik na al die jaren nog steeds terughalen.

Zo heeft God het niet bedoeld, maar het gebeurt wel. God zien als een liefdevolle Vader is voor velen iets wat ver buiten hun belevingswereld ligt. Het is voor veel beschadigde mensen dan ook moeilijk te geloven dat hun Schepper echt te vertrouwen is. Dat vertrouwen moet weer gaan groeien en dat kost tijd en moeite. De bemoediging van vandaag zit hem in een het woordje ‘zwakke’. God is niet op zoek naar mensen die het zelf wel kunnen, nee de zwakke vindt gehoor bij Hem. Als je middenin je eigen zwakte op de Here Jezus durft te vertrouwen, word je misschien wel uitgelachen, maar dan wordt Hij toch je toevlucht.

We sluiten af met een prachtig lied dat op Psalm 125 is gebaseerd. Op de drie puntjes in de derde regel mag je jouw naam invullen en als je dit lied dan zingt, weet ik zeker dat je vertrouwen zal groeien.

Wie vertrouwen op de Heer zijn als de berg Sion

Die niet wankelt maar voor altijd blijft

Dus richt je op de Heer

En verwacht het goede van Hem

Leg je lasten en je noden bij de Koning neer

En leer maar vertrouwen op Zijn stem.

Mijn juk is zacht

Neem mijn juk op je en leer van Mij: Ik ben zachtmoedig en nederig van hart. Dan zullen jullie werkelijk rust vinden, want mijn juk is zacht en mijn last is licht.’ (Matteüs 11:29-30 NBV21)

Het was het voorjaar van 1992 toen ik met twee reisgenoten voor de allereerste keer ‘Republica Socialistă România’ binnenreed. Onze geleende Daf-bus paste prima in deze omgeving, want net als de meeste Roemeense auto’s die we passeerden had ook ons voertuig door de jaren heen wat krassen en deukjes opgelopen. Het leek erop dat niemand zich hier druk om maakte, want de meeste weggebruikers reden alsof hun lichaam en auto onsterfelijk waren.

Met het zweet in mijn handen en half dichtgeknepen ogen probeerde ik mijn nieuwe omgeving in me op te nemen. Wat ik zag deed me nog het meest denken aan een openluchtmuseum. De huisjes die we passeerden hadden veel verschillende kleuren en waren soms uit leem en stro opgetrokken. Op de akkers die we voorbijreden groeide van alles, maar aardappels en maïs waren oververtegenwoordigd.

Het duurde niet lang voor ik iets zag wat ik nooit eerder had gezien: een antiek werktuig met twee ossen ervoor ploegde een veldje om. Aangezien we net voor een plaspauze waren gestopt kon ik het tafereeltje goed in me opnemen. Twee roodbonte ossen sjokten rustig over de zwarte akker, de boer liep ernaast en hield de teugels los in zijn handen. Het enige geluid dat ik af en toe hoorde was de stem van de boer, verder was het doodstil. Ik maakte er snel wat foto’s van en we vervolgden onze reis.

Als ik lees over het juk dat de Here Jezus jou en mij aanbiedt, dan moet ik altijd aan dit plaatje denken. Misschien heb jij helemaal geen zin in zo’n juk, want je denkt dat het je van je vrijheid zal beroven. Dat heb ik vroeger zelf ook vaak gedacht, maar als ik terugkijk naar de weg die achter me ligt, dan ben ik intens dankbaar voor dat juk. Er is namelijk Iemand die naast me loopt en me met Zijn warme stem de goede kant op leidt. Hij is geen slavendrijver, maar Hij is vriendelijk, geduldig en bescheiden en Hij geeft jou en mij échte rust.

Want Ik til je uit

Boven elke pijn

En heel de weg

Zal Ik bij je zijn

En Ik voer je veilig omhoog

Naar een heerlijk vergezicht

Want Mijn juk is zacht

En Mijn last is licht.

Verdriet

Toen Hij (Jezus) bij de stadspoort kwam, zag Hij een begrafenisstoet. Een weduwe ging juist haar enige zoon begraven. Er waren veel mensen uit de stad bij haar. Toen Jezus haar zag, had Hij veel medelijden met haar. Daarom zei Hij tegen haar: ‘Huil maar niet.’ (Lucas 7:12-13 BB)

‘Huil maar niet.’

Wanneer heb je deze woorden voor het laatst tegen iemand in je omgeving gezegd? Of – want dat kan ook – wanneer heeft iemand ze tegen jou gezegd? Als dat laatste het geval is, dan doet dat meestal wel wat met je. Mijn eigen ervaring is, dat als iemand dit tegen mij zegt ik soms alle zeilen bij moet zetten om de opkomende tranenstroom te stoppen, wat meestal niet lukt. En dat is prima.

Het gedeelte van vandaag staat in hetzelfde hoofdstuk waarin de slaaf van een Romeinse hoofdman wordt genezen. Je kunt makkelijk voorbijgaan aan hoe bijzonder dit eigenlijk was, want de meeste Romeinen hadden meer dan genoeg aan hun eigen goden en denkbeelden, dus dat een legerofficier een rondreizende rabbi (leraar) uit een veroverd land om een gunst vraagt, is zeer uitzonderlijk. Het verbaast de Here Jezus ook dat deze man meer geloof laat zien dan Hij van Zijn volksgenoten kan zeggen.

Hierna laat Lucas ons getuige zijn van een gebeurtenis die me elke keer weer raakt, want er komt een begrafenisstoet langs. Een vrouw die al eerder haar man heeft verloren, moet nu haar enige zoon begraven. Het leven is ongelofelijk hard voor haar geweest. Hier zijn goedbedoelde woorden eigenlijk niet genoeg, want het leed van het verlies van je (enige) kind is nergens mee te vergelijken. Toen ik vanochtend deze woorden las, stroomden er als vanzelf dikke tranen over mijn wangen, want ook Heidy en ik hebben enkele jaren geleden een zoon verloren. We zijn intens dankbaar voor de vier kinderen die we nog wel mogen hebben, maar de pijn van het verlies van dat ene kind is altijd sluimerend aanwezig.

Ook de Here Jezus wordt geraakt door het leed van deze weduwe want we lezen dat Hij ‘veel medelijden’ met haar heeft. De woorden gaven me weer wat lucht want het feit dat er Iemand is die echt kan meelijden wanneer ik pijn en verdriet lijd is een geweldige zekerheid. Als jij wordt overmand door verdriet om iemand die je hebt verloren, weet dan dat de Here Jezus met je meelijdt. Hij is erbij!

Blijf bij mij Heer, als ’t zonlicht niet meer straalt

Blijf met mij, Heer, als straks de avond daalt

Als vrienden henengaan in stormgetij

Blijf Gij ter hulp gereed, o blijf met mij.

Verder lezen? Dit boek is verkrijgbaar via de webshop op www.tripleboeken.nl en in de (christelijke) boekhandel.

Zie ook onze andere uitgaven op de website.

Weerspiegelen • Anton Burger

ISBN 9789083351766 | Dagboek | Hardcover | 384 pagina’s | € 24,95

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.