Flipje

Page 1



Krimpie Kreeft Het is hoogzomer. Het is zo warm dat zelfs Bertje niet aan eten kan denken en languit in de tuin ligt, onder de appelboom. Het zweet loopt in straaltjes van zijn lijf. Zijn pootjes heeft hij zo wijd mogelijk uitgespreid. Jasper hangt erboven en wuift hem met een grote papieren waaier koelte toe. Kroesje heeft zich begraven onder een ijsklomp die hij van de ijsjeswinkel heeft gehad. Hij heeft er een soort kleine iglo van gemaakt waar hij precies in past. Flipje zit op een boomstronk, leest een boek en heeft zijn


witte laarsjes uitgedaan. Met zijn blote voeten zit hij in een emmer koud water waar Kroesje zo nu en dan nieuwe ijsblokjes in laat glijden. Flapoor gebruikt zijn oren en wuift vanuit de schaduw koele lucht de tuin in. Zelfs juffrouw Schaap horen ze nu en dan puffen: ‘Oh, wat is het warm. Ik ben begin juni geschoren, maar het zou nu best nog een keertje mogen. Heerlijk in mijn blote velletje lopen zonder die warme kriebelharen.’ Zuchtend zet ook zij haar hoeven in een teiltje koud water. MauwMauw ligt rustig met wijd gespreide pootjes in het gras. ‘Als je niet beweegt, word je ook niet warm,’ zegt ze.


Het is heel stil buiten. Niemand in Dierenland voert iets uit. Of toch? Flapoor is de eerste die iets hoort. Hij kijkt op vanachter de krant en mompelt: ‘Wat hoor ik daar voor vreemd geluid? Een zacht getik dat steeds luider wordt. Het lijkt wel alsof er een leger tikkende mieren aan komt.’ Jasper, die het nu ook gehoord heeft, klautert snel de boom uit. ‘Hé, Jasper,’ roept Bertje, ‘nu ben ik mijn waaier kwijt.’ ‘Jammer dan,’ zegt Jasper. ‘Ik wil zien waar dat vreemde geluid vandaan komt.’


Met een grote apensprong zit hij op de tuinmuur en kijkt rechts de straat in. ‘Vreemd,’ zegt hij, ‘ik zie niets, maar ik hoor het wel en het komt steeds dichterbij.’ Dan kijkt hij links. Weer niets te zien. Tot het geluid zo dichtbij is en Jasper naar beneden kijkt. Daar staat een legertje kreeften onder aanvoering van Krimpie Kreeft. ‘Ha, die Jasper,’ roept Krimpie Kreeft naar boven. ‘Ook zo heet?’ ‘Valt wel mee,’ zegt Jasper, ‘in het oerwoud is het ook altijd heet. Maar vertel eens waarom jullie met alle kreeften door de stad lopen en niet op de koele zeebodem spelen?


Dat gloeiende asfalt is toch veel te heet voor je pootjes?’ Krimpie gaat op zijn achterpoten staan en wil beginnen met vertellen als Jasper zegt: ‘Wacht, kom de tuin in. Daar is het koeler. Bovendien heeft juffrouw Schaap


heerlijke koude limonade gemaakt.’ Dat vinden Krimpie en de zesentachtig andere kreeften een goed idee. Krimpie geeft de opdracht om twee aan twee te gaan staan, zodat ze elkaar niet kunnen bezeren met die grote scharen. In een roodbruine colonne marcheren ze de tuin van juffrouw Schaap in. Jasper is al vooruit gegaan en springt bij juffrouw Schaap op schoot. ‘Niet schrikken, juffrouw Schaap, ‘hier zijn Krimpie Kreeft en zijn zesentachtig kreeftenvrienden.’ Juffrouw Schaap hoort ze al aankomen, vergeet de hitte en verdwijnt in de keuken. Als ze allemaal rond het plastic


zwembadje zitten, spuit Flapoor met zijn grote slurf koele limonade in het zwembad. Zo kunnen ze allemaal tegelijk drinken, want zesentachtig limonadeglazen heeft juffrouw Schaap niet! ‘We zijn vandaag met zijn allen de zee uitgevlucht. Want het kan zo niet meer,’ zucht Krimpie. Alle zesentachtig andere kreeften zuchten hoorbaar mee. ‘Waarom? Wat is er met de zee?’ vraagt Flipje. ‘Het moet nu toch juist heerlijk zijn in de zee? Het is te warm om te vissen, dus het is rustig in het water. Jullie kunnen lekker in de koele modder op de bodem ronddartelen. Dat lijkt mij super!’ ‘Als het jou dan zo super lijkt, Flipje, kom


dan maar met ons mee. Dan laten we je zien dat het helemaal niet super is!’ Bertje begint te lachen. ‘Hoe kan dat nou, Krimpie? Ik weet niet of je het gezien hebt hoor, maar Flipje heeft geen kieuwen om te ademen onder water.’ ‘Ja, Bertje, dat snap ik ook wel. Maar laten we daar nu iets op gevonden hebben!’ En hij blaast op zijn scharen zodat het klinkt als een fluitje. Om de hoek van de tuin komt Zaza Zeehond aan met een duikbril en een snorkel. ‘Opgelost!’ roept Jasper. ‘Flipje gaat duiken en wij gaan fijn mee!’ Even later lopen ze met zijn allen naar


zee. Flipje duikt meteen met de duikbril en snorkel in zee, precies op de plek die Krimpie heeft aangewezen. Nog geen tien seconden later komt hij boven water en zegt nog met de duikbril op zijn neus. ‘Geen wonder dat Krimpie Kreeft niet meer wil zwemmen! Het water zit vol met plastic rommel, zakjes, schepjes en flesjes.’ Hij houdt een hand vol troep omhoog. Krimpie en zijn zesentachtig vrienden knikken, blij dat Flipje het nu ook ziet. ‘Hier moet meteen iets aan gedaan worden,’ zegt Flapoor. ‘Ik trompetter het hele strand bij elkaar. Krimpie, regel jij dat er op elk stuk strand een kreeft staat zodat


we groepjes dieren kunnen verdelen. MauwMauw, jij zorgt samen met de dieren die niet kunnen zwemmen dat het plastic dat op de kant wordt gegooid, direct in die grote gele afvalbakken verdwijnt.’


Flapoor wijst op de afvalbakken die op het strand staan. Hij trompettert heel hard en alle dieren komen van hun strandmatjes af om te zien wat er aan de hand is. Flipje staat op de schouders van Flapoor en laat zien wat een rommel er in zee ligt. ‘We moeten ons schamen het huis van de zeedieren zo vies te maken.’ Iedereen knikt beschaamd. Vliegensvlug hebben ze de dieren verdeeld in een groep die wel kan zwemmen en een groep die niet kan zwemmen. De grote opruimactie kan beginnen. De dieren krijgen er veel plezier in. Vanuit de zee wordt alle rommel die er


maar te vinden is met een grote boog op het strand gegooid. Daar staan Jasper en MauwMauw en ze sporen de landdieren aan het afval in de grote gele bakken te gooien. In een uur tijd is de hele zee schoon. Opgelucht en een beetje moe ploft Flipje op het strand. Krimpie gaat met rode wangen naast hem zitten. ‘Flipje, ik weet niet hoe ik jullie moet bedanken,’ zegt hij blij. ‘Nou,’ zegt Jasper, ‘dat weet ik wel hoor. Knijp ons maar niet meer in de tenen als we ze buitenboord houden tijdens een boottochtje. Jullie knijpen best hard en ik vind het ook wel eens eng.’


Krimpie moet lachen. ‘Dat doen we alleen om te plagen, maar we zullen voortaan eerst even kijken van wie die tenen zijn. In die van jou zullen we niet meer knijpen!’


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.