THEMA : Hij komt, hij komt… Sinterklaas
Sinterklaas "O, kom er eens kijken, wat ik in mijn schoentje vind. alles gekregen van die beste Sint. een pop met vlechtjes in het haar, een snoezig jurkje kant en klaar, drie kaatsballen in een net en een letter van banket. O, kom er eens kijken, wat ik in mijn schoentje vind. alles gekregen van die beste Sint."
Sinterklaas is een legendarische figuur. Sint Nicolaas, zoals de Sint officieel heet, was bisschop in de Turkse stad Myra. Hij leefde in de vierde eeuw na Christus. Het verhaal gaat dat de kleine Nicolaas direct na zijn geboorte opstond om God te bedanken dat hij en zijn moeder gezond waren. Nicolaas was een gelovige jongen. En veel mensen hadden van hem gehoord omdat hij wonderen verrichtte. Hij maakte een einde aan de hongersnood in Myra. En er is ook nog een beroemde legende van drie kleine jongens: vermoord door een boosaardige herbergier en door Nicolaas weer tot leven gewekt. Daarom werd Nicolaas de beschermheilige van kinderen. Maar hij is het ook van zeelieden, slagers, bakkers en rechters. Tijdens zijn leven zijn er zoveel onverklaarbare dingen gebeurd, dat de katholieke kerk hem heilig heeft verklaard. Op 6 december herdenkt de kerk de Auteur: leerkrachtenteam
OBSERVATIEJAAR
1
THEMA : Hij komt, hij komt… Sinterklaas sterfdag van Sint Nicolaas, maar op 5 december vieren de mensen zijn goedheid. Dan doen we net of hij jarig is. Alleen krijgt hij geen cadeautjes maar geeft hij ze! De echte Sint Nicolaas overleed op 6 december 342. SPANJE Sint Nicolaas komt beslist niet uit Spanje, maar uit Myra. In mei 1087 hebben Italiaanse mensen het gebeente van Sint Nicolaas van Myra naar Bari in Italië verplaatst. Bari in Italië was lange tijd in Spaanse handen en wie weet, heeft men vroeger Italië niet met Spanje verward? STOOMBOOT De aankomst per stoomboot valt misschien te verklaren uit de legende waarin Sint Nicolaas in nood verkerende zeelieden op zee redt; sindsdien is hij ook patroon van de zeelieden. Daarom hebben vele havensteden een SintNicolaaskerk In de middeleeuwen werd er vóór de feestdag (=sterfdag) van de heilige Nicolaas van Myra (6 december) uit de arme kinderen van een stad een kinderbisschop gekozen en assistenten (allen jongens). Deze kregen tot 28 december ("Onnozele Kinderen") voedsel en geschenken, waaronder schoenen. De overige kinderen kregen geld en een vrije dag om op 6 december feest te kunnen vieren. Het oudste bewijs hiervoor is te vinden in een stadsrekening uit 1360. Later gaat men alle arme kinderen trakteren en speelt schoeisel als vindplaats van snoep en geschenken een grote rol.
Auteur: leerkrachtenteam
OBSERVATIEJAAR
2
THEMA : Hij komt, hij komt… Sinterklaas Woordverklaring: legendarisch: volgens de legende, een verhaal van lang geleden over heiligen officieel: in het echt bisschop: een belangrijke priester, die net zoals de Sint een mijter draagt het verhaal gaat: volgens het verhaal, het verhaal wil ons doen geloven dat… direct: onmiddellijk legende: oud verhaal beschermheilige: een heilige die ons beschermt tegen het kwaad onverklaarbare: waar geen uitleg voor is, niet te begrijpen heilig: iemand die door God is uitverkoren herdenken: denken aan door bijvoorbeeld een feest te vieren of door bloemen te leggen vb. Allerheiligen (herdenking van de overledenen) sterfdag: de dag waarop iemand gestorven is beslist niet: zeker niet in Spaanse handen: de Spanjaarden waren er de baas in nood verkerende: mensen die inde problemen zitten, in nood zijn
patroon: beschermer van een beroep assistenten: helpers waaronder: die en ook andere, onder andere overige: de andere trakteren: gratis iets geven om te eten of drinken schoeisel : soorten schoenen Auteur: leerkrachtenteam
OBSERVATIEJAAR
3
THEMA : Hij komt, hij komt… Sinterklaas
Auteur: leerkrachtenteam
OBSERVATIEJAAR
4
THEMA : Hij komt, hij komt… Sinterklaas OPDRACHT los de vragen met behulp van de tekst op 1. Wat is de officiële naam van Sinterklaas? _____________________________________________________________________ 2. Uit welk land en welke stad komt de Sint? _______________________________________________________________________ 3. Wanneer leefde hij? Wanneer stierf hij? _______________________________________________________________________ _______________________________________________________________________ 4. Wat deed de Sint – volgens het verhaal - direct na zijn geboorte? _______________________________________________________________________ _______________________________________________________________________ 5. Welk ‘beroep’ had de Sint? _______________________________________________________________________ _______________________________________________________________________ 6. Welke legende wordt er verteld over de Sint? _______________________________________________________________________ _______________________________________________________________________ 7. Wat herdenken we op 6 december? Wanneer vieren we die dag? _______________________________________________________________________ _______________________________________________________________________ 8. Komt de Sint uit Spanje? Ja/ Nee + leg uit: _______________________________________________________________________ _______________________________________________________________________ _______________________________________________________________________ Auteur: leerkrachtenteam
OBSERVATIEJAAR
5
THEMA : Hij komt, hij komt… Sinterklaas 9. Waarom hebben veel havensteden een St.- Nicolaaskerk? _______________________________________________________________________ ___________________________________________________________________ 10. Wat deed men in de middeleeuwen om de feestdag van St.-Nicolaas te vieren? _______________________________________________________________________ _______________________________________________________________________ _______________________________________________________________________ _______________________________________________________________________ 11. Wat vierde men op 28 december? _______________________________________________________________________ ______________________________________________________________________
Auteur: leerkrachtenteam
OBSERVATIEJAAR
6
THEMA : Hij komt, hij komt… Sinterklaas Genietend lezen : Valse Sinterklazen Bartje en Sinterklaas zaten gezellig te schaken, toen Zwarte Piet de kamer binnenstormde met een groot speelgoedgeweer in zijn handen. “ Sinterklaas ! Sinterklaas ! ” riep hij opgewonden. “Handen omhoog ! Moet je eens horen wat er nu is gebeurd ! ” “ Zwarte Piet, ” zei Sinterklaas, “ leg dat ding weg. Dat is niet voor jou, dat is voor de kinderen. “ “ Sinterklaas, ” riep Zwarte Piet zonder de Sint te gehoorzamen, “ ik heb er net zeven gevangen. Zeven! ” “ Wat? Zeven? Hemeltjelief speculaas! ” riep de Sint geschrokken. “ Ja, Bartje, ” zei Zwarte Piet, “ Sinterklaas vindt dit een heel ernstige zaak. De Sint zegt alleen hemeltjelief speculaas als hij écht boos is. ” “ Wat heeft Zwarte Piet gevangen ? ” vroeg Bartje, die er niets van begreep. Sinterklaas stond op en keek Bartje diep in de ogen. “ Bart, nu moet je eens heel goed luisteren, ” sprak de heilige man, “ af en toe heb je van die domme mensen die mij willen imiteren. Die schurken vermommen zich dan, en doen alsof ze zélf Sinterklaas zijn. Dat vind ik heel erg, want er is maar één Sinterklaas ! ” “ En dat bent U ! ” zei Bartje. “ Inderdaad, dat ben ik. Heel goed, brave jongen. Kom, we zullen eens gaan kijken naar die rabauwen ! ” Ze liepen samen naar de hal. “ Kijk, daar heb ik ze opgesloten, ” zei Zwarte Piet, en hij wees naar het bezemhok onder de trap, “ daar zitten ze alle zeven ! Sinterklaas, mag ik die valse Sinterklazen eens flink tegen hun valse achterwerken trappen ? Om hen te straffen ? “ Nee, Zwarte Piet, dat zou niet lief zijn. Vooruit, maak die deur maar open. ” Zwarte Piet opende het bezemhok. Eén voor één kwamen de valse Sinten naar buiten. Bartje kon zijn ogen niet geloven. Wat een lelijke, slordige, rare Sinten waren dat ! er was een Sint met een hond, een Sint met een koe, Sinten met baarden van watten en papier, en Sinten die gekleed waren in dekens en gordijnen. Sinterklaas liep de rij af. “ Zo, ” zei Sinterklaas tegen de eerste valse Sint, “ en waarom wou jij mij imiteren ? ” “ Ik…. Ik weet het niet, Sinterklaas, ” zie de valse Sint huilerig, “ ik wou mij een beetje interessant maken. Ik zal het nooit meer doen ! ”
Auteur: leerkrachtenteam
OBSERVATIEJAAR
7
THEMA : Hij komt, hij komt… Sinterklaas De tweede Sint had een baard uit briewerk. De Sint trok de baard af, en het gezicht van een meisje kwam te voorschijn ! De meisjessint kreeg de tranen in haar ogen. “ Het spijt mij, lieve Sint ” stamelde het meisje, “ ik euh…. ” “ Niks te euh! ” zei Zwarte Piet, “ ik zal je dadelijk eens een goeie mep geven, stout kind! Dat is wat anders dan euh, nietwaar ? ” “ Zwarte Piet, hier wordt niet gemept ! ” zei Sinterklaas, en hij wendde zich tot de derde Sint, die een gebroken been had. “ Ikke… ik wou over de daken lopen, net zoals U, ” zei de bedrieger met een pijnlijke grimas, “ en zo heb ik mijn been gebroken. ” “ Net goed ! ” grinnikte Zwarte Piet. En dan was er nog een Sint die zijn hond bij zich had omdat hij geen geld had voor een paard, een namaak Sint in een indianenpak, een Sint die graag speelgoed wou verkopen aan de echte Sinterklaas, en tenslotte een boerensint. De boerensint was wel mooi, vond Bartje. Hij had een baard van prei en selder, een mijter van sla en radijsjes, en een staf met bovenaan een mooie bloemkool. Hij had ook een koe bij zich! En hij vertelde bedremmeld dat hij de kinderen tomaten, verse eieren en kaas wou schenken. “ Sinterklaas, ” zei Zwarte Piet, “ mag ik met een dikke viltstift grote groene vlekken op hun wangen tekenen, zodat iedereen kan zien hoe stout ze wel zijn geweest ? ” “ Nee, Zwarte Piet, dat mag niet, ” zei Sinterklaas, “ en nu ga ik een redevoering houden. ” “ Ik mag nooit iets, ” mopperde Zwarte Piet. Sinterklaas ging op de salontafel staan en nam het woord. “ Dames en heren, geachte hond, beste koe, ” sprak Sinterklaas, “ jullie hebben mij veel verdriet gedaan. Zorg dat het nooit meer gebeurt. Ik hoop dat jullie spijt hebben van jullie deugnietenstreken. Hebben jullie er spijt van ? ” “ Ja, Sinterklaas…” mompelden de namaak-Sinterklazen. “ Dat kan best wat luider ! ” zei de Sint. “ Hebben jullie er spijt van ? ” “ Ja, Sinterklaas ! ” riepen de valse Sinten in koor. “ Dat is al heel wat beter, ” zei Sinterklaas tevreden, “ ga nu maar gauw naar huis. Jullie krijgen nog een klein cadeautje van de Sint. Bartje, help mij even. ” De valse Sinterklazen kwamen één voor één verlegen dag zeggen. De Sint gaf hen allemaal een mandarijntje en Bart stak hen nog een mooi stuk speculaas toe. Ze bedankten beleefd. Toen ze vertrokken hoorden Bart en de Sint vreemde geluiden aan de voordeur. Au en oei en ai en zo. Ze gingen een kijkje nemen en ze zagen nog net
Auteur: leerkrachtenteam
OBSERVATIEJAAR
8
THEMA : Hij komt, hij komt… Sinterklaas hoe Zwarte Piet de laatste valse Sint bij het buitenstappen een stevige strap tegen het achterwerk gaf. “ Dat zal je leren, lelijke viezerik, ” riep Zwarte Piet hem nog na. “ Zwarte Piet, ik had je toch gezegd dat je hen niet mocht straffen ? ” zei Sinterklaas. “ Ik weet het, Sinterklaas, ” zei Zwarte Piet, “ maar ik kon me niet meer beheersen. Zo’n bandieten ! Foei ! Bah ! Hoe durven ze ! Het spijt me dat ik ongehoorzaam ben geweest, Sint. ” “ Ach ja, ” zei de Sint, “ ik vind het altijd erg als je ongehoorzaam bent, maar deze keer vind ik het maar een heel pietepeuterig piepklein beetje erg. Kom Bartje, waar is ons schaakspel gebleven ? ” zei de Sint.
Auteur: leerkrachtenteam
OBSERVATIEJAAR
9
THEMA : Hij komt, hij komt… Sinterklaas
Auteur: leerkrachtenteam
OBSERVATIEJAAR
10
THEMA : Hij komt, hij komt… Sinterklaas OPDRACHT REBUS: zoek de liedjes in de rebussen (blz. 9) . Noteer naast elke reeks een nummer. Noteer de titel van elk liedje bij het juiste nummer hieronder.
1. ………………………………………………………………………………………… 2. …………………………………………………………………………………………. 3. …………………………………………………………………………………………. 4. …………………………………………………………………………………………. 5. …………………………………………………………………………………………. 6. …………………………………………………………………………………………. 7. …………………………………………………………………………………………. 8. …………………………………………………………………………………………. 9. …………………………………………………………………………………………..
Auteur: leerkrachtenteam
OBSERVATIEJAAR
11
THEMA : Hij komt, hij komt… Sinterklaas Woordzoeker Sinterklaas Zoek de verborgen woorden. Je vindt de woorden horizontaal, verticaal en diagonaal.
S C C I T Q P
S S F M H O C U U H L
P C F E E S T G P I V W F A R S W H
M U A B B R I E F A F D H D L O R M
sinterklaas zwarte Piet snoepgoed stoute brave kinderen
V A E M R Z O E V G N V K E L A E E
M A K I W A N N B O Q J N A S K T T
G U T J B L V N R N K S E U C I D E
Z L Y T S U J E D G P T N T H N E K
F S P E C U L O O S A O M J O D C W
december cadeaus cadeautjes speculoos marsepein schoentje
Auteur: leerkrachtenteam
A N H R Z S M N U A L O S E O E E T
B O E K W I A E S N D M N S R R M S
O Y I K A N R Y P
S I B P N S L B C
W N L I R T S Z E H T O C E T I E H
O B I N T E E O E S J O A F E E R O
wortel schoorsteen roet boek legende Spanje
R R G D E R P N L C L T U C E D D E
T N E E V K E S G H B E K T N J D N
E G T R P L I K O I Z X G F E E V T
L A t V I A N I E M B E Q E S S H J
Q U K R E A T N D M P I Z O N E G E
stoomboot kinderliedjes schimmel bisschop mijter speelgoed
OBSERVATIEJAAR
V J O I T S Q D I E M O S G T D L Q
S N O E P G O E D L U D C S B E E G
A I F N F F K R I Z S H T B C S Z Y
Q Y N D J F I E S C C C H G J H R G
U R B C O D C N T Y R G N H Z Z O K
V C A D E A U S J B G L P R B C O P
brief feest heilige kindervriend
12
THEMA : SINTERKLAAS
……/……/……
Maak zoveel mogelijk woorden - kleur de letters de letters blijven in de volgorde van het woord
sinterklaas
sinterklaas
sinterklaas
sinterklaas
sinterklaas
sinterklaas
sinterklaas
sinterklaas
sinterklaas
sinterklaas
schoorsteen
schoorsteen
schoorsteen
schoorsteen
schoorsteen
schoorsteen
schoorsteen schoorsteen
Auteur : leerkrachtenteam
- OBSERVATIEJAAR -
13
THEMA : SINTERKLAAS
……/……/…… DAG SINTERKLAAS (aflevering 4, duur: 7min58) Vragen: 1. Wat krijgt de Sint, naast brieven, ook heel erg graag?
______________________________________
_______________________________________________ 2. Wat vindt de Sint leuk dat er daarop ( = ……………………………………..)
staat?
_____________________________________________________________________ _______________________________________________________________ 3. Wat kunnen kinderen allemaal in een brief zetten aan Sinterklaas? _____________________________________________________________________ _____________________________________________________________________ _____________________________________________________________________ 4. Met welke woorden kan je een brief aan de Sint Nicolaas beginnen? 1) ………………………………….. of 2) ……………………………………….. 3 ) ……………………………….. of 4) ………………………………………… 5. De Sint krijgt het liefst van al ……..…………………………………………… brieven. 6. Waar
mag
je
niet
te
veel
om
vragen?
_____________________________________________________________________ 7. Wat heeft Sinterklaas eigenlijk het liefst dat je vraagt als cadeau? _____________________________________________________________________ _____________________________________________________________________ 8. Wat
doet
de
Sint
met
de
mooiste
tekeningen?
_____________________________________________________________________ _____________________________________________________________________
Auteur : leerkrachtenteam
- OBSERVATIEJAAR -
14
THEMA : SINTERKLAAS 9. Hoe
……/……/……
geraken
de
brieven
bij
de
Sint?
(2
manieren)
_____________________________________________________________________ of ___________________________________________________________________
Horizontaal
Verticaal
1 het briefje wat je stuurt naar Sint 7 hoofddeksel van de Sint 8 lekkernij voor het paard 10 de muts van Zwarte Piet 11 .. de hoge, hoge daken 13 het schip van Sinterklaas 15 de knecht van Sinterklaas 16 speelgoed voor jongens 18 ander woord voor aankomst 20 de wandelstok van de Sint
2 viezigheid uit de schoorsteen 3 zo heet het paard van Sinterklaas 4 hardlopen van het paard 5 .... en zijn Pieten 6 speelgoed voor meisjes 7 erg zoete lekkernij 8 dat doen Zwarte Pieten graag 9 want al ben ik zwart als .... 12 plaats waar de schoorsteen staat 17 ... december is het grote feest 19 daar word .. de deur geklopt
1
2
3
4
5
6 7
8
9
10
11 12
13
15
16 17
18
19 20
Auteur : leerkrachtenteam
- OBSERVATIEJAAR -
15