2021-2022 - Spelrubriek Kompas 6 - 15-minuutspelletjes

Page 1

15-MINUUTSPELLETJES Ideaal voor in je borstzak! Is het spel dat je had voorbereid net iets korter dan voorzien? Moet je wachten op de trein of heb je gewoon eens zin in pleinspelen met allemaal korte, leuke spelletjes? Dan moet je deze spelrubriek zeker lezen, want die is helemaal gevuld met ’15-minuutspelletjes’. Dat zijn korte spelletjes waar je weinig materiaal voor nodig hebt en die dus perfect zijn om dode momenten op te vullen. Knip de spelletjes uit, plastificeer ze en steek ze in de zak van je hemd. Zo heb je altijd extra inspiratie op zak.

AAA-tikkertje

Voorbereiding: Voordat het spel start, baken je twee even grote vierkante velden af. Tussen de twee vierkanten bevindt zich een paar meter. Daarna verdeel je de groep in twee teams. Elk team stelt zich in een vierkant op. Spelverloop of spelregels: Eén speler van team A neemt diep adem en begint AAAAAAAA te roepen. Zolang die speler roept, kan die overlopen naar het vak van team B en zoveel mogelijk spelers tikken. De lopende speler van team A moet opletten dat die niet buiten adem geraakt. Wanneer de speler zich nog in het vak van team B bevindt als de adem opraakt, worden alle spelers van team B die zijn getikt terug vrijgelaten. Haalt de tikker het eigen vak weer op tijd (dus nog steeds AAAA roepend), dan worden alle tegenspelers die getikt werden lid van team A. Nu mag een speler van team B beginnen AAAA roepen en overlopen met als doel zoveel mogelijk tegenstanders te tikken en weer veilig naar het eigen team terug te lopen (dus nog steeds AAA roepend). We spelen dit spel tot alle spelers deel zijn van één team. Dat is het winnende team.

Auteur: Kris Kunnen Leeftijdsgroep: +14 jaar Aantal spelers: minimum 6 Soort spel: actieve spelen Terrein: grasveld Energie: *** Moeilijkheidsgraad: * Materiaal: • 1 (oude) dweil • 1 emmer water • Aftrekker of schrobborstel per speler • Kegels voor veldafbakening en goal Spelverloop of spelregels: De titel van het spel zegt het zelf: je speelt hockey, maar dan met een natte dweil als puck/bal, en de aftrekkers en/of schrobborstels als hockeysticks. De regels kan je zo gemakkelijk/moeilijk maken als je zelf wilt. Het uiteindelijke doel is om met je team zoveel mogelijk keer de natte dweil in de goal van het andere team te krijgen. Dat kan je aanvullen met regels zoals: • De aftrekkers mogen niet boven de knie/heup komen (voor extra veiligheid) • Er mag niet gelopen worden wanneer de dweil op je aftrekker zit • Er mag wel gelopen worden met de dweil, maar niet voorwaarts gegooid worden • Elke speler van het team moet de dweil op hun aftrekker gehad hebben, vooraleer er gescoord mag worden • Elk team moet een teamnaam verzinnen binnen het thema ‘schoonmaakbedrijven’ •…

15-MINUUTSPELLETJES

Auteur: Rauke Hetzheim Leeftijdsgroep: 6-16 jaar Aantal spelers: minimum 8 Soort spel: actieve spelen Terrein: grasveld, plein Energie: *** Moeilijkheidsgraad: * Materiaal: • Kegeltjes om terrein af te bakenen

Dwijlhockey


15-MINUUTSPELLETJES

Ketchup ketchup mayonaise

Stoel zonder einde

Auteur: Kris Kunnen Leeftijdsgroep: +10 jaar Aantal spelers: minimum 8 Soort spel: actieve spelen, tikspel Terrein: grasveld Energie: ** Moeilijkheidsgraad: * Winnaar: Het doel van het spel is om zoveel mogelijk spelers van het andere team in jouw team te krijgen.

Leeftijdsgroep: +6 jaar Aantal spelers: minimum 10 Soort spel: actieve spelen Terrein: plein, grasveld Energie: ** Moeilijkheidsgraad: * Materiaal: • 1 stoel per speler

Spelverloop of spelregels: Ketchup Ketchup Mayonaise is een soort tikspel, gespeeld in twee teams. De twee teams staan op evenwijdige lijnen tegenover elkaar, met het gezicht naar elkaar. Er is best een kleine loopafstand tussen beide teams. De spelers spelen om de beurt een ‘ronde’, elke ronde gaat als volgt: • Het startende team (team A) stuurt iemand richting het andere team (team B). De leden van team B staan allemaal met hun onderarmen vooruit en hun handpalmen naar boven gedraaid. De eerste persoon van team A is aan zet. Die klapt op de twee handen van de spelers van team B (ook bekend als een low-five) en zegt ‘ketchup’ bij iedere low-five. Zo lang er low-fives worden gegeven, en de speler van team A ‘ketchup’ zegt, kunnen de spelers van team B niets doen. • Wanneer de speler van team A een speler uitkiest, die speler langs onder op de handen slaat en ‘mayonaise’ roept, moet de speler van team A terug naar de eigen rij lopen. De speler van team B probeert de speler van team A te tikken. Wanneer de speler van team B de speler van team A kan tikken, moet de speler van team A aansluiten in de rij van team B. • Wanneer de speler van team A gewoon terug in de rij kan gaan staan, is het aan de eerste speler van team B om bij team A een beurt te spelen. Je kan dus geen spelers in je eigen team krijgen wanneer je zelf aan zet bent, enkel door de speler die aan zet is te tikken kan je extra teamgenoten winnen.

Spelverloop of spelregels: Alle stoelen staan verspreid over het terrein. Elke speler zit op een stoel behalve één speler. Dat is de loper en die staat aan de startlijn. Er is één stoel over die de loper moet weten te bemachtigen. Wanneer de loper naar die stoel wandelt, mag een andere speler hem te snel af zijn en op die stoel gaan zitten. De andere spelers moeten dan snel op de lege stoel gaan zitten zodat de loper weer te laat is om op die stoel te gaan zitten enz. Wanneer de loper een stoel heeft bemachtigd, begint de speler van wie die stoel is ingepikt opnieuw aan het spel als loper. Varianten: Je kan de moeilijkheidsgraad van het spel aanpassen door verschillende regels in te voeren • De loper mag enkel wandelen, de andere spelers mogen wel rennen. • Als je bent opgestaan van een stoel mag je niet terug op je eigen stoel gaan zitten. • Time hoelang het duurt voor de loper een stoel kan bemachtigen, kan de groep hun eigen record verbeteren door betere communicatie?

Zoek de koning Leeftijdsgroep: +10 jaar Aantal spelers: minimum 10 Soort spel: actieve spelen Terrein: plein, grasveld Energie: *** Moeilijkheidsgraad: * Materiaal: • 2 stoelen Spelverloop of spelregels: De groep wordt in twee teams verdeeld. Elk team duidt een koning aan. Het ene team moet te weten komen wie de koning is van het andere team. Dat doen ze door personen op hun stoel te zetten en de vraag te stellen: “Ben jij de koning?” Daarop moet iedere speler eerlijk antwoorden. Natuurlijk zal een tegenstander niet vrijwilliger op de stoel gaan zitten. Iedere speler mag zich dus verweren, met behulp van het eigen team.


Levende twister

Levend dammen

Leeftijdsgroep: 6-12 jaar Aantal spelers: minimum 8 Aantal begeleiders: 1 Soort spel: kringspel Energie: * Moeilijkheidsgraad: *

Leeftijdsgroep: +10 jaar Aantal spelers: minimum 16 Soort spel: tactisch spel Terrein: plein Energie: * Moeilijkheidsgraad: ** Winnaar: Het team dat de tegenstanders kan uitschakelen, wint. Materiaal: • Krijt of stoelen

Spelverloop of spelregels: Per team probeer je de commando’s zolang mogelijk op te volgen.

Stok omgooien Leeftijdsgroep: +6 jaar Aantal spelers: minimum 8 Energie: ** Moeilijkheidsgraad: * Materiaal: • 1 grote kegel

Citroen-citroen Leeftijdsgroep: 6-12 jaar Aantal spelers: minimum 8 Aantal begeleiders: 1 Terrein: grasveld, plein Energie: ** Moeilijkheidsgraad: * Spelverloop of spelregels: Alle spelers gaan in een kring zitten, eventueel op een stoel of kussen. De spelbegeleider geeft alle spelers een naam van een vrucht, zodat er bijvoorbeeld drie peren, drie appels, vier appelsienen en drie kiwi’s zijn, maar geen citroenen. De spelbegeleider zet nu één speler in het midden. Het spel start en de spelbegeleider roept een naam van één van die vruchten. Nu is het de bedoeling dat alle vruchten van die soort van plaats verwisselen. De speler die in het midden staat, moet nu een plaatsje in de kring proberen te bemachtigen. Lukt dat, dan komt de speler die geen plaats wist te bemachtigen in het midden te staan en begint het spel opnieuw. Wanneer de spelbegeleider “citroen-citroen” roept, moet iedereen van plaats verwisselen.

Kat en muis Leeftijdsgroep: 6-12 jaar Aantal spelers: minimum 11 Terrein: grasveld, plein Energie: ** Moeilijkheidsgraad: * Spelverloop of spelregels: Alle spelers behalve een kat en een muis stellen zich op in gelijke rijen. Als je bijvoorbeeld met achttien spelers bent, worden er vier rijen van vier gevormd. Alle spelers gaan zo staan dat ze met gestrekte armen net de vingertoppen van de speler langs zich en voor/ achter zich kunnen aanraken. Iedereen houdt de armen gestrekt en gaat met de gezichten naar dezelfde richting staan zodat er gangen gevormd worden. De kat en de muis lopen door de gangen terwijl de kat de muis probeert te tikken. Als de spelbegeleider fluit, moeten alle spelers in de gangen zich 90° naar links draaien zodat er gangen ontstaan in de andere richting. Wanneer de kat de muis kan tikken, wordt er een nieuwe kat en muis aangeduid. Varianten: Dit spel is ook heel leuk om met een spelparachute te spelen. Terwijl alle spelers de parachute een stukje boven de grond vasthouden, kruipt één speler, de muis, onder de parachute. De kat kruipt blootvoets op handen en knieën boven op de parachute. Terwijl de overige spelers met de parachute wapperen, probeert de muis, terwijl ze zich onder de parachute beweegt, uit de greep van de kat te blijven. Kan de kat de muis vangen, dan wordt er gewisseld.

15-MINUUTSPELLETJES

Spelverloop of spelregels: Alle spelers staan in een grote kring en nemen elkaars handen vast. In het midden staat er een grote kegel, of een ander voorwerp. De spelers in de kring beginnen nu aan elkaar te trekken zonder de handen los te laten. Wie de kegel raakt, valt af. De speler die het laatste ultieme duel wint, wint het spel.

Spelverloop of spelregels: We spelen dammen, maar in plaats van zwarte en witte schijven te gebruiken, zijn de spelers zelf de damschijven. Voor de rest gebruiken we alle gewone regels van dammen. Als speelveld kan je een stoel nemen voor elk vakje of bijvoorbeeld de stoepstenen. Je kan ook met krijt vakken aftekenen.


The Fugitive

Stoelvoetbal

Auteur: Ben Geuskens Leeftijdsgroep: +12 jaar Aantal spelers: minimum 3-4 (meer als het niet met aantikken is) Aantal begeleiders: minimum 2 Soort spel: actieve spelen Terrein: plein, grasveld Energie: **** Moeilijkheidsgraad: * Materiaal: • Stevige kist(en) • Beloning voor in de kist(en)

Leeftijdsgroep: +8 jaar Aantal spelers: minimum 8 Aantal begeleiders: 1 Soort spel: actieve spelen Terrein: grasveld Energie: ** Moeilijkheidsgraad: * Winnaar: Het doel van het spel is om zoveel mogelijk doelpunten te maken. Materiaal: • 1 bal • 2 goaltjes • 1 stoel per speler

15-MINUUTSPELLETJES

Spelverloop of spelregels: Twee begeleiders lopen met de kist ervandoor en krijgen een kleine voorsprong. De spelers moeten de kist te pakken krijgen. Varianten: Het basisspel is heel simpel. Daarop kan je makkelijk variëren naargelang duur, leeftijdsgroep, aantal spelers … • Meerdere kisten gebruiken • Slot op de ultieme kist waarvan de sleutel verborgen zit in een andere kist • Meer voorsprong geven aan de begeleiders • Tikkers toevoegen die levens afnemen • Kist aanschieten met waterpistool i.p.v. afnemen

Bob the weasel Leeftijdsgroep: +10 jaar Aantal spelers: minimum 8 Soort spel: kringspel Energie: * Moeilijkheidsgraad: * Materiaal: • Voorwerp om door te geven (knuffel, pet …) Spelverloop of spelregels: De spelers gaan schouder aan schouder in een kring staan. Eén speler staat in het midden van de kring. De spelers in de kring geven achter hun rug een voorwerp door en wiegen een beetje op en neer. Ondertussen zegt iedereen herhalend “Bob the weasel, Bob, Bob the weasel”. De persoon in het midden probeert te raden waar het voorwerp zich bevindt. Als een speler het voorwerp vastheeft, mag die het ook even heel duidelijk omhoog steken en aan de rest van de spelers laten zien. De hele groep zingt dan “I saw the weasel” om erna weer gewoon verder te gaan met het herhaalde “Bob the weasel, Bob, Bob the weasel.” Kan de speler in het midden van de kring raden wie het voorwerp vast heeft, dan wisselen de twee spelers van plaats en begint het spel opnieuw.

Spelverloop of spelregels: De groep wordt in twee teams verdeeld. Net zoals bij gewoon voetbal moet je zoveel mogelijk doelpunten maken, maar alle spelers moeten op een stoel zitten. Tijdens het spel moet hun zitvlak op de stoel blijven. Wel mag de stoel opgeheven worden, terwijl ze die blijven aanraken, en zo mogen ze zich verplaatsen. De bal mag enkel met de voeten aangeraakt worden en enkel als de stoel met vier poten op de grond staat.

Handenspel Leeftijdsgroep: +10 jaar Aantal spelers: minimum 8 Soort spel: kringspel Energie: * Moeilijkheidsgraad: ** Winnaar: Het doel van het spel is om als laatste over te blijven. Spelverloop of spelregels: Iedereen gaat op hun buik in een kring liggen met de hoofden naar elkaar toe. Je legt je twee handen voor je op de grond neer, maar gekruist met die van je buren. Je steekt dus jouw linkerarm onder de recherarm van je linkerbuur door met jouw hand op de grond en jouw rechterarm steek je onder de linkerarm van jouw rechterbuur door zodat alle handen zich zullen kruisen. Eén speler begint door één keer met de hand op de grond te kloppen, daarna is de volgende hand met de klok mee aan de beurt om te kloppen en zo gaan we de kring rond. Klopt een speler tweemaal met de hand op de grond, dan verandert het kloppen van richting. Als een speler te lang wacht of op het verkeerde moment klopt, moet die één hand wegnemen. Wanneer je beide handen weg zijn, lig je uit het spel.


Draak

Klippenspel

Leeftijdsgroep: 6-10 jaar Aantal spelers: minimum 6 Soort spel: balspel Terrein: plein, grasveld Energie: ** Moeilijkheidsgraad: * Materiaal: • Bal

Leeftijdsgroep: 6-10 jaar Aantal spelers: minimum 8 Aantal begeleiders: 1 Energie: * Moeilijkheidsgraad: *

Spelverloop of spelregels: Alle spelers gaan in een lange rij achter elkaar staan en nemen hun voorganger met de handen bij hun middel vast. Zo vormen ze een draak. De eerste in de rij is de kop van de draak, de laatste speler is de staart. Tijdens het spel moet de kop van de draak proberen om de staart aan te tikken.

Spelverloop of spelregels: De ene helft van de spelers gaat verspreid in het lokaal neerzitten. Zij sluiten de ogen. De anderen staan langs de ene kant van de ruimte. Nu moeten zij zo stil mogelijk oversteken. Ze mogen de zittende spelers niet raken, noch door hen gehoord worden. Als dat wel het geval is, wijst de ‘blinde’ speler in de richting van de overloper. Die gaat zitten en wordt klip. De klippen mogen eventueel met de armen bewegen. Zo wordt het nog moeilijker om over te geraken.

Mini-gotcha

Varianten: Dit spel leent zich perfect voor een sluipspel ’s avonds. Zo wordt het ook interessant voor oudere leeftijdsgroepen.

Spelverloop of spelregels: Het spel is gebaseerd op Gotcha, en je speelt het in een gebouw met verschillende in- en uitgangen en verschillende kamers. Je geeft aan elke speler het naamkaartje van een andere speler die zij moeten uitschakelen. Als dat lukt, krijg je het kaartje van de speler die je uitschakelde. Wanneer je je eigen naamkaartje krijgt, win je. Op elke deur van het gebouw hangt een speelkaart. Als die speelkaart rood is of de achterkant wordt getoond, mag je niet langs die kant de deur openen en kan je dus niet erdoor. Als de speelkaart zwart is, mag je wel de deur openen langs die kant. De leden kunnen dus maar op enkele manieren doorheen het gebouw wandelen. Tijdens het spel kan de begeleider kaarten verwisselen of omdraaien. Je kan een andere speler uitschakelen door die met een waterpistooltje te raken, zonder dat iemand anders in dezelfde ruimte is.

Twee is te weinig, drie is te veel Leeftijdsgroep: +10 jaar Aantal spelers: minimum 8 Soort spel: tikspel Terrein: grasveld, plein Energie: *** Moeilijkheidsgraad: ** Spelverloop of spelregels: Iedereen gaat per twee achter elkaar in een kring staan. Er is één tikker en één speler die rondloopt. De speler kan ontsnappen aan de tikker door voor één van de spelkoppels te staan. Drie is te veel, dus de achterste persoon van dat spelkoppel moet dan gaan lopen en opnieuw ergens bij gaan staan. De tikker probeert om de loslopende persoon te tikken. Varianten: Je kan ook de achterste persoon tikker laten worden. De oorspronkelijke tikker moet dan weglopen en ergens bij gaan staan. De tweetallen verspreiden zich in de ruimte en geven elkaar een hand. De loper sluit aan bij een tweetal door een hand te geven aan één van de spelers. De derde wordt nu te veel en moet weglopen.

15-MINUUTSPELLETJES

Auteur: Gijs Vliegen Leeftijdsgroep: +10 jaar Aantal spelers: minimum 4 Aantal begeleiders: minimum 1 Soort spel: tactische spelen Terrein: een gebouw met veel kamers + de ruimte errond, kan best ‘s nachts gespeeld worden Energie: * Moeilijkheidsgraad: ** Materiaal: • Kaartspel • Papiertape • 1 waterpistooltje per speler • Naamkaartje van elke speler • Water


15-MINUUTSPELLETJES

Hier komt de ring voorbij

Ritme klaar

Leeftijdsgroep: +8 jaar Aantal spelers: minimum 8 Soort spel: kringspel Energie: * Moeilijkheidsgraad: * Materiaal: • Munt of ring

Leeftijdsgroep: +10 jaar Aantal spelers: minimum 6 Soort spel: kringspel Energie: * Moeilijkheidsgraad: **

Spelverloop of spelregels: Alle spelers staan in een kring, op één speler na. De spelers houden hun linkerhand in een kommetje voor zich. Met hun rechterhand bewegen ze constant van hun eigen linkerhand naar de linkerhand van hun rechterbuur. We geven een ring of muntje door in de kring van speler naar speler terwijl we het volgende liedje zingen: “Hier komt de ring voorbij, de ring die moet passeren, hier komt de ring voorbij en zoeken zulde gij.” Op het ritme van het lied beweegt iedereen hun linkerhand heen en weer. Begin bij je eigen linkerhand en eindig in de linkerhand van je rechterbuur. De speler die in het midden van de kring staat, probeert te achterhalen wie de ring heeft en roept dan de naam van die speler. De ring mag op dat moment niet meer worden doorgegeven. Had de genoemde speler de ring, dan neemt die speler de rol van de speler in het midden over. Had de speler de ring niet, dan gaat het spel gewoon verder.

Spelverloop of spelregels: Alle spelers gaan in een kring zitten. Iedereen klopt eerst tegelijkertijd met beide handen op de dijen en zegt ondertussen “ritme.” Dan klapt iedereen een keer in de handen en zegt daarbij “klaar.” Daarna steekt iedereen hun linkerduim boven de linkerschouder en zegt diegene die gestart is de eigen naam. Dan steekt iedereen hun rechterduim boven de rechterschouder en roept diegene die begonnen is de naam van één van de andere spelers. Hierna begint men gewoon opnieuw. De laatstgenoemde zegt eerst de eigen naam en daarna opnieuw de naam van één van de andere spelers en zo verder. Varianten: Je kan een beetje competitie in het spel brengen door een beginpunt van de kring af te spreken. Die speler is dan speler 1. Wacht een speler te lang of maakt die een fout, dan moet deze speler op de laatste plaats in de kring plaatsnemen. Je kan het spel ook spelen met nummers in plaats van namen. De eerste speler krijgt dan nummer 1 enzovoort. Maakt iemand een fout, dan verhuist die speler naar het einde van de kring en krijgen dus alle spelers plots een ander nummer.

De meester zegt Leeftijdsgroep: 6-12 jaar Aantal spelers: minimum 3 Aantal begeleiders: 1 Energie: * Moeilijkheidsgraad: * Spelverloop of spelregels: De spelers lopen door elkaar in de ruimte. Wanneer de spelbegeleider een bevel geeft voorafgegaan door “de meester zegt,” voeren alle spelers dit bevel uit. Bevelen die niet worden voorafgegaan door “de meester zegt,” mogen niet worden opgevolgd. Als je een bevel correct hebt uitgevoerd, mag je gewoon weer verder wandelen. Maak je een fout, dan ben je af en ga je op de grond zitten. Varianten: De spelers staan arm in arm in de kring en mogen elkaar niet loslaten. Wanneer ze nu een bevel allemaal tegelijk moeten uitvoeren, zal blijken hoe goed de spelers kunnen samenwerken.

Uitbrekertje Leeftijdsgroep: +6 jaar Aantal spelers: minimum 8 Energie: ** Moeilijkheidsgraad: * Spelverloop of spelregels: Eén speler staat in het midden van een kring die gevormd wordt door de andere spelers die elkaar stevig vasthouden. De speler in de kring moet proberen uit de kring te geraken zonder stampen, bijten … De spelers die de kring vormen, proberen dat uiteraard te verhinderen. Je kan ook een cirkel op de grond tekenen die ongeveer twee meter groter is dan de kring van de spelers. Dan moet de uitbreker over die krijtlijn zien te geraken. Nu kan uitbreker wel proberen om de kring op te schuiven. Varianten: Inbrekertje: Je kan dit spel ook omgekeerd spelen. In plaats van uit de kring te ontsnappen, probeert een speler van buitenaf in de kring te geraken.


Fietsbandvoetbal

Knoop ontwarren

Auteur: Gijs Vliegen Leeftijdsgroep: 6-99 jaar Aantal spelers: minimum 8 Aantal begeleiders: minimum 1 Soort spel: actieve spelen Terrein: buiten Energie: *** Moeilijkheidsgraad: * Winnaar: Het doel van het spel is om zoveel mogelijk doelpunten te scoren. Materiaal: • Per 2 spelers een binnen band die comfortabel rond de 2 spelers past • Kegels voor goal en terreinafbakening

Leeftijdsgroep: 6-12 jaar Aantal spelers: minimum 8 Energie: * Moeilijkheidsgraad: *

Slang-jagerbal Leeftijdsgroep: +6 jaar Aantal spelers: minimum 10 Soort spel: kringspelen, actieve spelen Terrein: plein, grasveld Energie: ** Moeilijkheidsgraad: * Materiaal: • 1 bal Spelverloop of spelregels: De spelers staan in een grote cirkel met twee meter tussen elke speler. Drie spelers staan in het midden en vormen een slang met de handen op de schouders. Het doel is dat de spelers in de kring de achterste persoon van de slang aangooien met de bal. Dat doen ze door de bal naar elkaar te gooien en te mikken op de slang. De voorste speler van de slang probeert dat te voorkomen door zich te verplaatsen. Als het te moeilijk is voor de slang, kan je de voorste persoon de bal laten afkaatsen. Wanneer de achterste persoon wordt aangegooid, gaat de voorste persoon naar de kring en komt er een andere speler achteraan de slang staan. Iedereen in de slang schuift dus een plaats op.

Kaarten-dobbel Leeftijdsgroep: 8+ jaar Aantal spelers: minimum 6 Soort spel: kringspel Energie: * Moeilijkheidsgraad: * Materiaal: • Kaartspel Spelverloop of spelregels: De spelers zitten in een kring, elk van hen heeft vijf kaarten. Om de beurt gooit iedereen met de dobbelsteen. Gooit een speler een even getal (2 of 4) dan geeft die een kaart aan de linkerbuur. Gooit een speler een oneven getal (1,3 of 5) dan geeft die een kaart aan de rechterbuur. Gooit een speler 6, dan proberen alle spelers als eerste een kaart in het midden te leggen. De speler die als laatste een kaart op de stapel in het midden kan leggen, moet alle kaarten uit het midden nemen. De speler die als eerste alle kaarten kwijt is, wint het spel.

15-MINUUTSPELLETJES

Spelverloop of spelregels: We spelen voetbal, maar elke speler is verbonden aan een speler van het andere team door de fietsband. Als je naar de bal wil lopen, moet je dus de speler van het andere team meetrekken, maar die kan ook tegenwerken. Je kan best zorgen dat twee spelers die bij elkaar in een fietsband zitten ongeveer dezelfde lichaamsbouw hebben, anders zal de minder sterke speler weinig kunnen doen.

Spelverloop of spelregels: Op één speler na, vormen alle spelers een ketting door elkaar een hand te geven. De eerste van de ketting maakt een aantal knopen in de ketting, zonder dat de handen gelost worden! Dat doet die door over of onder de armen van andere spelers te gaan. Als de knoop klaar is, wordt het de taak van de overgebleven speler om de knoop te ontwarren. Ook nu mogen de handen niet gelost worden!


Evolutietikkertje

Billy Billy Bob

Leeftijdsgroep: +8 jaar Aantal spelers: minimum 6 Soort spel: tikspel Terrein: plein, grasveld Energie: * Moeilijkheidsgraad: * Winnaar: Het doel van het spel is om als eerste te evolueren tot koning.

Leeftijdsgroep: +8 jaar Aantal spelers: minimum 6 Soort spel: kringspel Energie: * Moeilijkheidsgraad: **

15-MINUUTSPELLETJES

Spelverloop of spelregels: We staan aan het begin van de evolutie. Iedereen is een amoebe en zwemt lustig in het rond (zwembeweging). Als twee amoeben elkaar tegenkomen, proberen ze elkaar te bevechten (blad-steen-schaar). Wie wint, stijgt een gradatie in de evolutie en wordt dinosaurus (met korte armen en klauwen, als een Trex). Wie verliest blijft amoebe, de allerlaagste gradatie. Dino’s lopen monsterachtig en gaan op zoek naar soortgenoten om te bevechten (blad-steen-schaar). Wie wint stijgt opnieuw in gradatie, wie verliest daalt in gradatie. Je kan enkel met soortgenoten vechten. Iedereen probeert de rang van koning/koningin te bereiken. Na de dino, word je aap (op de borstkas kloppen als je rondloopt) en dan een mens. Na de mens word je koning/koningin. Er kan slechts één koning/koningin zijn. Die neemt plaats op een troon (stoel), en wacht daar tot die uitgedaagd wordt door mensen. Als mens kan je enkel de koning of koningin uitdagen, niet elkaar. Verliest de koning/koningin, dan wordt die opnieuw amoebe. Verliest de mens, dan wordt die opnieuw aap. Wie houdt het langste stand?

Slapende zeerover Leeftijdsgroep: 6-12 jaar Aantal spelers: minimum 3 Energie: * Moeilijkheidsgraad: * Materiaal: • Een willekeurig voorwerp Spelverloop of spelregels: Alle spelers gaan in een kring staan. Eén speler staat geblinddoekt in het midden van de kring, de zeerover. Voor de zeerover ligt een voorwerp. Eén speler probeert al sluipend dit voorwerp bij de zeerover weg te halen. Lukt het de speler om het voorwerp te pakken zonder dat de zeerover die kan tikken, dan wordt deze speler de zeerover. Kan de zeerover de speler tikken, dan gaat de speler terug en blijft de zeerover in het midden.

Spelverloop of spelregels: Alle spelers staan in een kring met één speler in het midden van de kring. De speler in het midden van de kring draait rond. Wanneer die stopt, wijst die één speler aan. De speler in het midden zegt tijdens het wijzen "Billy Billy Bob". De aangewezen speler probeert "Bob" te zeggen voor de speler in het midden "Billy Billy Bob" heeft kunnen zeggen. Lukt dat, dan is er niks aan de hand en draait de speler in het midden van de kring opnieuw rond. Ben je te laat, dan moet je de plaats van de speler in het midden van de kring innemen. De speler in het midden mag om verwarring te zaaien ook andere bevelen geven zoals bijvoorbeeld “broodrooster”: de twee buren van de aangeduide speler steken hun armen uit rond het middel van de aangeduide speler en vormen zo de broodrooster. De aangeduide speler springt omhoog als een gebakken broodje. Je kan zeker zelf nog andere leuke opdrachtjes bedenken om uit te beelden.

Krijtstreep Leeftijdsgroep: +6 jaar Aantal spelers: minimum 4 Soort spel: tikspel Energie: ** Moeilijkheidsgraad: * Winnaar: Het doel van het spel is om als laatste je schoen onbeschreven te houden. Materiaal: • 1 krijtje per speler Spelverloop of spelregels: Elke speler krijgt één krijtje en neemt plaats in het speelveld. Bij de start van het spel spelen we een grote battle waarbij iedereen probeert om een krijtstreep te zetten op de schoen van een andere speler. Wanneer er iemand op jouw schoen kan tekenen, val je af en ga je uit het veld. De speler die als laatste overblijft, wint het spel.

elinspiratie? eer creatieve sp Nood aan nog m animatorcursus! Ga dan zeker op ator voor ww.ksa.be/anim Surf snel naar w e.be. sit en el sp pleeg meer info of raad


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.